2. Gehoorzamen Aan de Eeuwige

5
Verslaafden – Bethlehem – Jerusalem – internet – racisme In september 1978 zag een toenmalige medebroeder mij door Rotterdam rijden op een brommer. Hij sprak mij aan en vroeg mij, of ik vaste bewoner van een pand wilde worden voor resocialisatie van ex-verslaafen. Ik vond het een uitdaging en ben erop ingegaan. Dit was het begin van 20 jaar werken met drugsverslaafden. Pas veel later heb ik de link kunnen leggen met gehoorzamen aan de Eeuwige. Dat was toen een vriendin mij vertelde, dat een medebroeder, Sigismund Verheij, die bijna tien jaar geleden overleed en eveneens met haar bevriend was, haar vroeg, of zij nog steeds contact met mij had. Toen zij dit bevestigde, was zijn reactie: o, dan is het goed. Ik wist meteen wat hij bedoelde. Deze medebroeder, Sieg, was een van de vier broeders, die na het Vaticaans concilie door het toenmalig bestuur van de orde gevraagd was om de wereld rond te reizen om de broeders op de hoogte te stellen van de nieuwe visie op de spiritualiteit van Franciscus. Centraal staat hierin wat Franciscus in zijn testament beschreef als het moment van zijn bekering: zijn ontmoeting met een melaatse buiten de stadspoort van Assisi. Hij had een afkeer van melaatsen, maar deze ontmoeting veranderde hem volkomen en hij ging hen verzorgen. Hij wilde op alle mogelijke manieren Jesus navolgen. Zelf heeft Sieg vele jaren in het HVO als vrijwilliger gewerkt, het Huis Voor Onbehuisden, dakloze mannen. Onze gemeenschappeloijke vriendin zette bezoekersgroepen op voor mannen in het huis van bewaring aan de Havenstraat in Amsterdam, vlak bij het huis, waar ik geboren ben. Zo zetten wij ons in voor de melaatsen van deze tijd. Het is niet moeilijk om hierin nu achteraf uit te leggen, dat ik met mijn werk met verslaafden gehoorzaamde aan de Eeuwige. Bethlehem is een direkter verhaal. Toen ik de kans kreeg mij in te zetten voor vrede, hoorde ik van een initiatief van een Tweede Kamerlid van Groen Links om burgerwaarnemers naar het Heilige Land te sturen. Voor mij betekende dit een concretere

description

2. Gehoorzamen aan de Eeuwige.docx

Transcript of 2. Gehoorzamen Aan de Eeuwige

Page 1: 2. Gehoorzamen Aan de Eeuwige

Verslaafden – Bethlehem – Jerusalem – internet – racisme

In september 1978 zag een toenmalige medebroeder mij door Rotterdam rijden op een brommer. Hij sprak mij aan en vroeg mij, of ik vaste bewoner van een pand wilde worden voor resocialisatie van ex-verslaafen. Ik vond het een uitdaging en ben erop ingegaan. Dit was het begin van 20 jaar werken met drugsverslaafden.Pas veel later heb ik de link kunnen leggen met gehoorzamen aan de Eeuwige. Dat was toen een vriendin mij vertelde, dat een medebroeder, Sigismund Verheij, die bijna tien jaar geleden overleed en eveneens met haar bevriend was, haar vroeg, of zij nog steeds contact met mij had. Toen zij dit bevestigde, was zijn reactie: o, dan is het goed.Ik wist meteen wat hij bedoelde. Deze medebroeder, Sieg, was een van de vier broeders, die na het Vaticaans concilie door het toenmalig bestuur van de orde gevraagd was om de wereld rond te reizen om de broeders op de hoogte te stellen van de nieuwe visie op de spiritualiteit van Franciscus. Centraal staat hierin wat Franciscus in zijn testament beschreef als het moment van zijn bekering: zijn ontmoeting met een melaatse buiten de stadspoort van Assisi. Hij had een afkeer van melaatsen, maar deze ontmoeting veranderde hem volkomen en hij ging hen verzorgen. Hij wilde op alle mogelijke manieren Jesus navolgen. Zelf heeft Sieg vele jaren in het HVO als vrijwilliger gewerkt, het Huis Voor Onbehuisden, dakloze mannen.Onze gemeenschappeloijke vriendin zette bezoekersgroepen op voor mannen in het huis van bewaring aan de Havenstraat in Amsterdam, vlak bij het huis, waar ik geboren ben.Zo zetten wij ons in voor de melaatsen van deze tijd.Het is niet moeilijk om hierin nu achteraf uit te leggen, dat ik met mijn werk met verslaafden gehoorzaamde aan de Eeuwige.

Bethlehem is een direkter verhaal. Toen ik de kans kreeg mij in te zetten voor vrede, hoorde ik van een initiatief van een Tweede Kamerlid van Groen Links om burgerwaarnemers naar het Heilige Land te sturen. Voor mij betekende dit een concretere mogelijkheid om mij voor de vrede in te zetten. Dit was in 2001.Dit werk beviel mij zo goed, dat ik terug wilde keren naar het heilige Land. Als minderbroeder was dit mogelijk. Eind oktober 2002 ging ik naar de communiteit van Bethlehem om kennis te maken met de broeders daar. Ik bleef er tot Pasen 2003. Aan het eind zou ik een evaluatie schrijven voor de gardiaan, Johannes Simon. Maar voor ik hieraan toekwam, maakte de Eeuwige al Zijn evaluatie. Dat gebeurde op zaterdag 5 april even na vier uur. Ik was kwart voor vier thuisgekomen van het instituut, waaraan ik verbonden was en even over vieren stond ik weer op en ging naar buiten. Ik had geen enkel idee, wat ik wilde gaan doen. Ik ging. Ik liep over het Geboorteplein en

Page 2: 2. Gehoorzamen Aan de Eeuwige

stak over naar het Kribbeplein, toen aan de overkant rechts van de Omar moskee drie Israëlische jeeps verschenen. Ik trok me er niets van aan en liep door. De voorste jeep stopte, alsof die op mij wachtte. Toen ik bij de jeep aangekomen was, zag ik, dat de deur bij de bestuurder een stukje openstond. Ik vroeg: What are you doing here, wat doen jullie hier?De bestuurder sloot de deur en reed verder dwars over het Kribbeplein. Nu wist ik, wat ik moest doen: ik liep achter de jeeps aan. De lieve jeugd verscheen en begon stenen te gooien.Toen de derde jeep aan de andere kant van het plein was gekomen, stopte die, de achterdeur ging open en een soldaat met een machinegeweer stapte uit. Hij zag mij, stapte weer in, sloot de deuren en de jeep reed verder.Ik trok uit dit voorval mijn conclusie, dat mijn toekomst hier in Bethlehem ligt om te werken voor de vrede en de toekomst van de jeugd. Zo geschiedde.Zo gehoorzaamde ik aan de Eeuwige.

Nu Jerusalem, waar ik nu verblijf. Eind februari vertelde de custos mij, dat hij mij weghaalde uit Bethlehem. Ik was verbijsterd. Maar mijn broer Frans reageerde met: Gods wegen zijn ondoorgrondelijk. Dit zette mij aan te doorgronden wat de Eeuwige van mij wil. Daar ben ik mee verder gekomen.Jullie zien, dat ik met mijn benen problemen heb. Daar had ik een jaar geleden al last van, toen ik van vakantie terugkeerde naar Bethlehem. Ik wist dat het laatste stuk moeilijk zou zijn: 4 km lopen en ruim 20 kilo gewicht op mijn rug. Derhalve vroeg ik de Eeuwige twee keer nadrukkelijk ervoor te zorgen, dat een auto langs zou komen en mij een lift zou geven. Het was na middernacht Na een paar honderd meter stopte een auto en een jonge Palestijnse vrouw uit Noord Israël gaf mij een lift. Ik bedankte de Eeuwige, maar vroeg mij wel af, wat de Eeuwige op zijn beurt van mij als tegenprestatie zou vragen. Voor wat hoort wat.Ik heb de custos een brief geschreven over mijn verplaatsing naar Jerusalem en heb alles, wat er volgens mij mee samenhing, vermeld. De custos wil met mij over mijn brief spreken. Ik kan uiteraard hier niet op vooruit lopen. Er is in ieder geval voor mij een samenhang in deze gebeurtenissen.

De Eeuwige en internet.Dat ik deze vraag stel, betekent in feite, dat er een verhaal bij hoort. Het verhaal begint op 1 november 2004, het feest van Allerheiligen in de katholieke tradietie, daags voor we alle overledenen herdenken. Ik kreeg een chat contact met een onbekend iemand. Hij bleek een man te zijn, die samen met zijn vrouw in 1994 voor de massamoord in Rwanda naar Kenia was gevlucht. Daar kregen zij twee kinderen. Vervolgens kregen zij de kans door te trekken naar Togo, waar de vrouw naar de universiteit in Lomé ging. Zij vernam van een congres in Straatsburg en wilde erheen. Zij

Page 3: 2. Gehoorzamen Aan de Eeuwige

vroeg mij of ik voor een ticket kon zorgen. Ik kende haar nog niet. Ik legde de vraag voor aan een vrouw, die bij het Hooggerechtshof in Washingtom werkt, met wie ik alleen e-mail contact had. Ik kende haar verder niet. Zij speelde de vraag voor een ticket door aan een vriend uit Ivoorkust, die bij de Wereldbank werkt. Ik kende geen van allen.De man uit Ivoorkust betaalde de ticket en op 14 juli, haar verjaardag vloog zij naar Parijs. Daar vroeg zij politiek asiel aan en per kerende post werd zij erkend als asielzoekster. Zij was immers geboren op de nationale feestdag van Frankrijk: quattotze Juillet.Vrij spoedig kreeg zij een baan onder de lieve jeugd tussen 12 en 17 in Oost Parijs uit alle delen van de wereld en kon zij haar man en twee kinderen over laten komen.Dit allemaal dankzij een chat contact via internet.

Racisme.Ik wil vertellen hoe ik met racisme ben bezig geweest. Het begon met een congres van ons minderbroeders over Gerechtigheid, Vrede en Eerbied voor de Schepping in oktober 2000. Ik kwam in contact een medebroeder uit Zuid Soedan, een zeer sympathieke man. Toen hij een jaar later van mij hoorde, dat ik als burgerwaarnemer naar het Heilige Land zou gaan, vroeg hij mij om ook aandacht te schenken aan zijn landgenoten, die als vluchteling in Cairo verbleven. Ik ben er begin januari 2002 een lang weekend daar geweest, maar dat was te kort.Ik kreeg in de zomer van 2003 de kans om anderhalve maand in Cairo te verblijven en mij meer met hen bezig te houden. Ik ontmoette een jongeman, die het jaar ervoor nog als slaaf werd gebruikt door een officier van het Soedanese leger. Ik hoorde van mensen, dat vluchtelingen werden gebruikt voor de levering van organen voor transplantatie.Tijdens een bijeenkomst zei een man, dat ik de eerste was, die naar hen luisterde. Ik vond het een wrang compliment. Een andere man riep uit: waarom ben ik met een zwarte huid geboren? Zo ontstond voor mij de vraag naar racisme en hoe ermee om te gaan. Mijn uitgangspunt was, dat ik weliswaar kan zeggen, dat Afrikanen en ik gelijkwaaardig zijn, maar zolang ik dit niet voel, is het ideologie. Daar voel ik niet voor.Een eerste antwoord kreeg ik in april 2011. Ik was in Rome voor een cursus over Gerechtigheid, Vrede en Eerbied voor de Schepping. Ik zat twee weken naast een advocaat uit Oeganda, die onbetaald voor de Franciscaanse familie in Afrika part time werkt met Nairobi als standplaats. Na die twee weken had ik het gevoel, dat we gelijkwaardig waren. Maar hoe was het voor hem?Een antwoord op deze vraag kreeg ik in februari 2012, toen ik voor een conferentie naar Nairobi reisde. Ik kwam midden in de nacht aan, rond half drie. Hij wachtte mij op. Ik hoorde later, dat hij erop gestaan had mij van het vliegveld op te halen.Toen we vertrokken, liet hij eerst mij liederen van Taizé horen. Taizé is een dorp in Oost Frankrijk vlak bij Cluny. Hierna liet hij mij een toespraak

Page 4: 2. Gehoorzamen Aan de Eeuwige

horen. Hij vroeg mij van wie deze toespraak was. Ik ben oud genoeg om de toespraak te herkennen: het was de toespraak van Martin Luther King ‘I have a dream’.Zo testte hij, of ik inderdaad Afrikanen als gelijkwaardig beschouw.

VredewensOok hier hoort een verhaal bij. Een maand geleden overleed in West Papoea, het vroegere Nieuw Guinea, een Nederlandse medebroeder, die ik 49 jaar geleden als novice heb zien binnenkomen. Op 15 augustus was er voor hem in Amsterdam een herdenkingsdienst. Hierbij werd het volgende verhaal vertaald. Eens liep hij met een andere medebroeder langs de rand van het oerwoud, toen er plotseling een slang tevoorschijn kwam. De andere medebroeder riep: dood hem. Wacht even, zei de nu overleden medebroeder. Hij pakte een tak, liet de slang erop komen en gaf de slang terug aan het oerwoud.De andere medebroeder was bank door de slang gebeten te worden en te sterven.Als wij bang zijn kunnen wij gauw gewelddadig worden. Wees niet bang en maak andere mensen niet bang door de verwerkelijken, wat hier geschreven staat.