112 Netwerk - editie 3 - 2012

16
werk net werk net ACUTE ZORG IN TWENTE EN OOST-ACHTERHOEK SEPTEMBER 2012 ProMISe legt basis voor infrastructuur klinisch onderzoek Theo van Rijmenam, directeur publieke gezondheid: ‘GHOR als betrouwbare en herkenbare partner’ Power-LOAD in ambulances SIGMA-Team ondersteunt GHOR OTO-beleidsplan

description

Acute zorg in Twente en Oost-Achterhoek

Transcript of 112 Netwerk - editie 3 - 2012

Page 1: 112 Netwerk - editie 3 - 2012

werknetwerknet

Acute zorg in twente en oost-Achterhoek

september 2012

ProMISe legt basis voor

infrastructuur klinisch onderzoek

Theo van Rijmenam, directeur publieke gezondheid:

‘GHOR als betrouwbare en herkenbare partner’

Power-LOAD in ambulances

SIGMA-Team ondersteunt GHOR

OTO-beleidsplan

Page 2: 112 Netwerk - editie 3 - 2012

112 netwerk | september 2012

Waar je mee om gaat…

Zomervakantie 2012; we gaan met het gezin een week naar de Olympische Spelen in Londen. Het is ons gelukt om kaarten voor drie evenementen te reserveren (hockey, beachvolleybal en basketbal). De boot is geboekt en we logeren bij familie. Eindelijk, eindelijk zijn we er een keer bij, want dat wil je toch een keer meemaken!

In de aanloop naar de Spelen ga je wat aan oriëntatie doen. Uit 204 landen komen 10.500 atleten presteren op 26 sporten verdeeld over 302 onderdelen. Hiervoor zijn 7500 scheidsrechters en officials nodig en voor de organisatie beschikt men over 160.000 vrijwilligers. Gedurende zestien dagen worden ge-middeld een half miljoen bezoekers ver-wacht, die de sportevenementen vol-gen op zeventien verschillende locaties, waarvan het Olympisch park met zijn zes arena’s de grootste is. Een enorme organisatie, nog afgezien van de be-nodigde infrastructuur en beveiliging. Want niemand is de aanslag tijdens de Olympische Spelen van 40 jaar geleden in München vergeten, de aanslag op Londen van 2007 staat nog vers in het geheugen en diverse bedreigingen zijn al geuit. Het beveiligingsbedrijf G4S kwam zijn verplichtingen niet na, dus zijn er meer militairen ingezet. Naast de opgeschaalde politie-inzet zijn er meer dan 18.000 militairen gemobiliseerd.

Als je met het uitstekend functione-rende openbaar vervoer op het Olympisch park arriveert, zie je de enorm enthousiaste vrijwilligers, die de vele bezoe-kers met uiteenlopende nationaliteiten met een lach en een grap de weg wijzen. Moeiteloos en zonder wachtrijen ga je door de ‘security’ waarachter vele waterpunten zijn zodat je de, voor de ‘security’ geleegde, flesjes weer kunt vullen. De EHBO tenten zijn uitstekend bereikbaar en goed te vinden. Zo nu en dan zie je twee ‘bobby’s’ lopen en de militairen zitten onopvallend tussen het publiek en doen even enthousiast mee aan de ’wave’, die wel 26 keer rondgaat in de ‘Horses Guards Parade’. Er zijn veel bezoekers aanwezig, maar nergens kom je in het gedrang. Het is een geweldig feest.

Wat je eigenlijk allemaal niet ziet maar wel realiseert, is de impact van een dergelijk evenement. Het vereist enorm goede afstemming en samenwer-king. Een groot of kleiner evenement, dat maakt niet uit. Olympische Spelen of de Batavierenrace en de Enschedese marathon. En hoe dit telkens weer tot stand komt. Ook hier in Twente en Oost-Achterhoek. Petje af!

Germaine Vos-DeckersManager Acute Zorg Euregio

112 journaal

Geweldige opbrengst voor Kinderen en Kansen

2

In de eerste uitgave 112 Netwerk 2012 heeft een journaalbericht ge-staan over de beklimming van de Alpe d’Huez door een groep ambu-lancemedewerkers in mei 2012. Het doel van deze actie: geld bij elkaar fietsen ter ondersteuning van de stichting Kinderen en Kansen. Een stichting die onderzoek doet naar het Syndroom van Sanfilippo. Op 21 juni jl. heeft de groep fietsers een bedrag van ruim € 5.500 over laten maken naar Kinderen en Kansen. Een geweldige prestatie met een geweldige opbrengst! n

Meer informatie? Kijk op www.kinderenenkansen.nl

Alle Twentse geneeskundige keten-partners van GHOR Twente waren welkom. Tijdens deze bijeenkomst hebben zij kennis gemaakt met de nieuwe directeur Publieke Gezond-heid, de portefeuillehouder GHOR en andere personen achter GHOR Twente en wat de GHOR en keten-partners voor elkaar kunnen beteke-nen. Na de presentaties was er gele-genheid om onder het genot van een hapje en drankje in het spelershome van De Grolsch Veste bij te praten. De sfeer was gemoedelijk en de borrel werd druk bezocht. Mede dankzij de ketenpartners was het een geslaagde bijeenkomst. n

Aangenaam kennis te maken!Door de oprichting van Veilig-heidsregio Twente heeft de GHOR nieuwe taken en gezichten gekre-gen. In een gezellige en prettige sfeer heeft GHOR Twente zichzelf 24 mei kunnen presenteren tijdens een netwerkbijeenkomst.

Page 3: 112 Netwerk - editie 3 - 2012

112 netwerk | september 2012

3

De GHOR en GGD kunnen geconfron-teerd worden met incidenten, crises en rampen waarbij een gecoördineerde inzet van diensten, organisaties en of verschillende disciplines is vereist. Binnen de opgeschaalde coördinatie-structuur van de GHOR/Veiligheidsregio zijn vijf Hoofden Publieke Gezondheid (PG) op hard piket aangesteld, wat betekent dat er 7x24 uur iemand bereikbaar en beschikbaar is voor de aansturing van de publieke gezondheid.

Vakantie? Zon, zee en… Hepatitis B!

Lancering vertaal-en informatie-app‘A-Z Euregio’

GGD Twente adviseert en vaccineert reizigers al jaren. Dit jaar probeert de GGD met een nieuwe campagne mensen bewust te maken van de gezondheidsrisico’s van reizen naar een ander land.

Wat veel reizigers niet weten is dat reizen richting het Middellandse Zeegebied risico’s met zich mee-brengt. Het team Reizigersadvise-ring van GGD Twente geeft advies op maat, rekening houdend met persoonlijke omstandigheden, de reisbestemming en de aard van de reis. Vooral ook bij last minute vakanties is vaccinatie belangrijk. Beter laat, dan helemaal niet. Voor alle vragen geldt: een gezonde reis begint bij GGD Twente! n

Voor meer informatie of het maken van een afspraak, bel 0900-489 38 93of kijk op www.ggdtwente.nl

Medio september heeft de release plaats gevonden van de A-Z Euregio app van Bureau Acute Zorg Euregio. De app bestaat uit twee ele-menten: een woorden-boek Nederlands-Duits voor professionals in de acute zorg en daarnaast contactgegevens/informa-tie van ziekenhuizen en ambulancediensten in het Nederlandse verzorgingsge-bied en het aangrenzende Duitse gebied. De groep pro-fessionals die gebruik kan maken van de A-Z Euregio app bestaat uit me-dewerkers meldkamers, ambulances, spoedeisende hulp, intensive care- en verpleegafdelingen in Nederland en Duitsland. De A-Z Euregio app is ontwikkeld voor zowel Android als iOS (iPhone en iPad). Voorlopig is de app gratis en te downloaden via de App store, www.acutezorgapp.nl of www.acutezorgeuregio.nl. n

xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx

zxxxxxxxx• xxxxxx• xxxxxxx

Aanstelling Hoofden Publieke Gezondheid

De directeur PG neemt dan plaats in het gemeentelijke of regionaal beleids-team. Publieke Gezondheid betreft het nemen van gezondheidsbeschermende en -bevorderende maatregelen voor de samenleving, zoals het voorkomen en vroegtijdig opsporen van ziekten. De Hoofden PG vervullen ook de functie van crisiscoördinator voor het crisisteam van de GGD. Alarmering van het Hoofd PG/de crisiscoördinator verloopt via de meldkamer van Ambulance Oost. n

Welk beeld hebben Nederlanders van ambulancezorg? Wat weten ze over ons vak en wat vinden ze daar van? Matchen hun verwachtingen met wat wij in de praktijk bieden?

Om hier achter te komen heeft Ambu-lancezorg Nederland een grootschalig, representatief onderzoek laten uitvoe-ren onder meer dan 1.000 mensen. De belangrijkste conclusies uit het onder-zoek: Nederland is heel positief: ambulance-zorg heeft een sterk imago. Patiënten zijn heel tevreden over de ambulance-zorg. De verwachtingen van Nederlan-ders zijn hoog, maar niet altijd juist. Zo verwacht 66% van de Nederlanders dat er altijd een ambulance komt als je 112 belt. Niet iedereen weet precies hoe de ambulancezorg werkt; meer dan een derde van de mensen denkt dat een

Welk imago heeft de ambulancesector?

ambulance de patiënt altijd meeneemt. Op basis van de uitkomsten zal de sector zich inzetten om het publiek te blijven informeren over ambulancezorg. n

Het volledige rapport is te vinden op www.ambulanceoost.nl

07-2012

Imago-onderzoekambulancezorgImago-onderzoek ambulancezorg • 2 Het onderzoek • 4Wat verwachten Nederlanders ? • 6

Wat weten Nederlanders ? • 7In aanraking met ambulancezorg • 8Conclusies • 9Aandachtspunten • 10

Page 4: 112 Netwerk - editie 3 - 2012

4

112 netwerk | september 2012

ketenpartners

et Nederlandse Rode Kruis (NRK) speelt van oudsher een rol op

een rampterrein. Voor de GHOR levert het NRK een Snel Inzetbare Groep ter Medische Assistentie, het SIGMA-team. Voor de gemeenten levert het NRK ondersteuning bij de opvang en verzor-ging van getroffenen. Het SIGMA-team bestaat uit speciaal getrainde vrijwil-ligers, die het ambulancepersoneel en

SIGMA-team ondersteunt GHOR met medische assistentie

het traumateam in het veld kunnen assisteren. Het team wordt gealarmeerd wanneer de reguliere (spoedeisende) medische hulpverlening voor bijvoor-beeld een ramp of groot ongeval niet toereikend is.

Breed inzetbaarDe SIGMA-vrijwilligers zijn, naast het verlenen van medische assistentie, ook

in staat om logistieke werkzaamheden te verrichten, variërend van het opbou-wen van een gewondennest tot aan het bevoorraden van een Geneeskundige Combinatie. Deze vrijwilligers zijn 24 uur per dag en 365 dagen per jaar inzet-baar. Bij een oproep moeten zij zich bin-nen 30 minuten verzamelen op de op-komstlocatie aan de Demmersweg 55 in Hengelo en vertrekken dan met een speciaal busje en met allerlei medisch materiaal naar het rampterrein. Geluk-kig vinden er niet heel vaak rampen plaats waarbij de hulp van het NRK nodig is. Daarom is oefenen extra be-langrijk om de vaardigheden op peil te houden. Recente gebeurtenissen waarbij het SIGMA-team is ingezet in Twente zijn: dreigend noodweer tijdens een kampioenswedstrijd van FC Twente (2010), de instorting van het dak van de Grolsch Veste (2011) en dronken dauw-trappers op Hemelvaartsdag (2012).

ScholingVoordat de vrijwilligers ingezet kun-nen worden, volgen ze de zogenaamde ‘HOC-opleiding’. De opleiding bestaat uit diverse theorie- en praktijklessen

Dit najaar nog tekenen Noodhulpvoorzitter Rineke

Gieske van het Nederlandse Rode Kruis en directeur

publieke gezondheid Theo van Rijmenam van GHOR

Twente een samenwerkingsovereenkomst tussen

beide organisaties. De handtekeningen bestendigen

een al jarenlang bestaande samenwerking op het

gebied van rampenhulpverlening.

Handtekening voor samenwerking Nederlandse Rode Kruis en GHOR Twente

Door Ron Poot, GHOR Twente ism Irma Huiskes, Regio Twente

H

Het SIGMA-team en GHOR Twente tijdens de Open dag van de Zorg in 2011.

Page 5: 112 Netwerk - editie 3 - 2012

112 netwerk | september 2012

ketenpartners

SIGMA-team ondersteunt GHOR met medische assistentieHandtekening voor samenwerking Nederlandse Rode Kruis en GHOR Twente

en wordt afgesloten met twee theorie-examens en een profcheck. Om compe-tent te blijven volgen de vrijwilligers een bijscholingsprogramma dat is opge-bouwd uit lesavonden en oefeningen. Daarnaast moet iedereen elke twee jaar opnieuw een profcheck uitvoeren. Een vast onderdeel van het SIGMA- programma is het oefenen met de GHOR. In deze samenwerkingsoefenin-gen ligt de nadruk op de samenwerking met ambulancedienst en het Medisch Mobiel Team (MMT) onder leiding van een Officier van Dienst Geneeskun-dig. Tijdens de oefeningen leren de teamleden ook het materiaal op een goede manier in te zetten.

AansluitingSinds 1 januari 2010 is het NRK één landelijke ver-

eniging. Voorheen waren de lokale afdelingen aparte rechtspersonen. Om de noodhulpactiviteiten (waaronder de SIGMA’s) van het NRK beter aan te laten sluiten aan de veiligheidsregio’s, is in december 2010 besloten om ook bij het NRK te werken in 25 noodhulp-regio’s, die gelijk lopen met de veilig-heidsregio’s. Deze nieuwe indeling on-derstreept het belang om de bestaande afspraken uit het verleden nog eens goed tegen het licht te houden. Voor

de GHOR is het tekenen van de overeenkomst eveneens een

actueel thema, omdat de Wet veiligheidsregio’s ver-langt, dat de GHOR schrif-telijke afspraken maakt

met alle geneeskun-dige ketenpart-

ners die een

rol hebben bij de bestrijding van crises en rampen. De ondertekening van de samenwerkingsovereenkomst is een belangrijke stap in de sa-menwerking tussen de geneeskundige partners om ook klaar te staan in bijzondere omstandig-heden zoals crises en rampen. Samenstaan westerk! n

Page 6: 112 Netwerk - editie 3 - 2012

6

112 netwerk | september 2012

patientenzorg

n 2004 hebben werkgevers- en werk-nemersorganisaties een arboconve-

nant afgesloten. Doel van deze overeen-komst is het verminderen van de fysieke belasting van werknemers in de ambu-lancezorg, evenals vermindering van blootstelling aan arbeidsrisico’s en ver-mindering van kort- en langdurig ziekte- verzuim. Als basis voor dit convenant is een enquête naar alle geregistreerde ambulancehulpverleners gestuurd met diverse vragen, bijvoorbeeld over de fy-sieke belasting. Hieruit bleek onder an-dere dat 41% van de werknemers in de ambulancezorg in de afgelopen twaalf maanden langdurig of regelmatig last

Eerste ambulances aan de slag met Power-LOAD

heeft gehad van de rug (Vonk, 2004). Mede omdat Ambulance Oost duurzame inzetbaarheid van haar personeel hoog in het vaandel heeft, gaat de regionale ambulancevoorziening in samenwer-king met Stryker onderzoek doen naar de daadwerkelijke fysieke belasting van ambulancemedewerkers bij het werken met ambulancebrancards. Natuurlijk is het zo dat de brancard maar een onder-deel is van de totale fysieke belasting, maar wel één die van grote invloed is.

Het Power-LOAD systeemHet Power-LOAD systeem (een combi-natie van twee elektrische armen en

Zoals al in de vorige editie van 112 Netwerk is vermeld,

heeft Ambulance Oost als eerste ambulancedienst van

Nederland de Power-LOAD brancard aangeschaft.

Power-LOAD is het eerste automatische in- en uitschuif-

systeem voor ambulancebrancards, ontwikkeld door

Stryker. Het gebruik van dit systeem sluit naadloos aan

op het beleid van Ambulance Oost in het kader van

‘duurzame inzetbaarheid van haar personeel’.

Nieuw brancardsysteem in kader van duurzame inzetbaarheid van personeel Ambulance Oost

Door Johan Keijzer, Ambulance Oost

I

Het nieuwe Power-LOAD systeem in werking.

Page 7: 112 Netwerk - editie 3 - 2012

7

112 netwerk | september 2012

patientenzorg

Eerste ambulances aan de slag met Power-LOADNieuw brancardsysteem in kader van duurzame inzetbaarheid van personeel Ambulance Oost

De huidige methode voor het in- en uitladen van de brancard door twee ambulancemedewerkers.

brancard) zorgt ervoor dat het in- en uitladen door één druk op de knop plaatsvindt. Het systeem wordt, inclu-sief de patiënt, naar binnen geschoven en vergrendeld, zonder lichamelijke inspanning van de ambulancemede-werkers. Het uitladen gebeurt op een vergelijkbare manier. De brancard wordt door middel van één druk op de knop ontgrendeld. Het onderstel volgt auto-matisch. Zodra het onderstel de grond raakt wordt de brancard automatisch ontkoppeld van het laadsysteem en kan men wegrijden. Het systeem zal met name bijdragen aan de doelstelling om

rugproblemen te verminderen tijdens het in- en uitladen (zie ook de instructie-film op de website van Ambulance Oost; www.ambulanceoost.nl). Om ambulan-cemedewerkers bekend te maken met het nieuwe systeem, heeft Stryker een aantal instructeurs opgeleid bij Ambu-lance Oost. Deze instructeurs hebben vervolgens via inlooptrainingen alle am-bulancemedewerkers geschoold om met het systeem te kunnen werken. In deze scholing is aandacht geweest voor de elektrische brancard, de Power-LOAD, maar ook hoe te handelen wanneer het elektrische systeem onverhoopt uitvalt.

Tijdens deze trainingen kwamen voor-namelijk positieve geluiden van de werkvloer.

StationeringHet brancardsysteem is ingebouwd in drie nieuwe ambulances die vanaf me-dio september op straat te vinden zijn. Op de drie hoofdlocaties van Ambu-lance Oost zal een voertuig met Power-LOAD gestationeerd worden. Of ook volgende nieuwe voertuigen uitgerust zullen gaan worden met het Power-LOAD systeem is mede afhankelijk van de uitslag van het onderzoek. n

Page 8: 112 Netwerk - editie 3 - 2012

8

112 netwerk | september 2012

CoVerinterVieW

GHOR Twente op de kaartRegierol en coördinatie staan centraal in

nieuwe ontwikkelingen

Door Annemarie Smidt, Geen Blad voor de Mond

Rampen en crises zoals de chemiebrand in Moerdijk

en de vuurwerkramp in Enschede vragen zowel

geneeskundig als bestuurlijk om een goede aanpak.

Om de samenleving nog beter voor te bereiden op

deze situaties en goed in te spelen op een snel

veranderende maatschappij, is de Wet publieke

gezondheid (Wpg) per 1 januari 2012 gewijzigd.

én van de wijzigingen in de Wpg is het invoeren van de functie

directeur publieke gezondheid (DPG). Het doel is om bestuurlijke en operatio-nele eenheid te creëren voor de bestrij-ding van (infectieziekte)crises. Theo van Rijmenam is sinds 1 januari 2012 DPG in Twente en geeft in deze nieuwe func-tie leiding aan zowel de GHOR als de GGD in de regio. ‘In de Wet veiligheids-regio’s (Wvr) is onder meer bepaald dat de verantwoordelijkheid voor de voor-bereiding op en bestrijding van groot-schalige infectieziekten verschuift van de GGD naar het bestuur van de veilig-heidsregio. GHOR Twente werkt samen met partners binnen Veiligheidsregio Twente (VRT) en heeft hierin een coör-dinerende taak. Maar de GGD blijft in het geval van een infectieziekte verant-woordelijk voor het inzetten van men-sen en middelen. Synergie in het beleid en de uitvoering hiervan tussen de GHOR en de GGD is dus erg belangrijk.’

Op weg naar 2016Het benoemen van de DPG is een van de eerste stappen in het veranderings-

traject rondom GHOR Twente. Maar daar houdt het volgens Van Rijmenam niet op. ‘In de Wvr is opgenomen dat de GHOR is belast met de coördinatie, aan-sturing en regie van de geneeskundige hulpverlening en met het adviseren van andere overheden en organisaties op dat terrein. Dit geldt zowel in de voor-bereiding als in opgeschaalde situaties. GHOR Twente gaat die omslag, als on-derdeel van de VRT, de komende jaren maken. We gaan dit vastleggen in het ‘Actieplan GHOR Twente 2016’. Het wordt een identiteitsdocument: waar willen we staan in 2016 en hoe gaan we daar komen? We hebben bewust geko-zen voor een proces van enkele jaren. Als je een bepaalde omslag en groei wilt verwezenlijken, dan zet je een stip op de horizon en dan heb je tijd nodig om daar naar toe te werken.’

GHOR op de kaartVan Rijmenam is van mening dat GHOR Twente mee moet in de ontwikkelings-lijn die landelijk is ingezet. ‘Een voor-beeld daarvan is de samenwerking tus-sen de GHOR en de GGD in Twente, die

‘De vernieuwde

GHOR wordt een

netwerkorganisatie

pur sang’

E

Page 9: 112 Netwerk - editie 3 - 2012

9

112 netwerk | september 2012

CoVerinterVieW

de afgelopen jaren al erg is gegroeid. In de processen waar wij verantwoor-delijk voor zijn, zijn wij een belangrijke speler. Nu is het zaak om GHOR Twente nog duidelijker te profileren in de com-municatie naar externe netwerkpartij-en. Kijk, iedereen weet wat de functie is van de GGD. Voor de GHOR en DPG is deze beeldvorming er nog niet. Het is soms al moeilijk om aan betrokke-nen uit te leggen wie je bent en wat je doet. We vinden zichtbaarheid erg belangrijk, daarom gaan we daar de komende vier jaar verdere invulling aan geven. Dat vraagt om goede commu-nicatie. De vernieuwde GHOR wordt in eerste instantie een netwerkorganisatie pur sang, gepositioneerd als een her-kenbare en betrouwbare partner. Als we gezamenlijk rampen en crises willen bestrijden, dan is het een must om elkaar te kennen zodat we met korte en heldere lijnen tot een succesvolle bestrijding komen.’ n

GHOR Twente De geneeskundige zorg tijdens een crisis wordt geleverd door verschillende geneeskundige organisaties, zoals ambulancediensten, GGD en ziekenhuizen. GHOR Twente vormt de schakel tussen deze organisaties. Zij coördineert de geneeskundige hulpverlening tijdens crises. Deze crisissituaties kunnen uiteenlopen van een groot-schalige stroomuitval tot een ongeval met een groot aantal slachtoffers.

GGD Twente De gemeenschappelijke gezondheidsdienst (GGD) Twente is de gezondheidsdienst voor alle inwoners van Twente. De GGD stelt zich actief op bij het zoeken naar en signaleren van gezondheids-problemen en (nieuwe) bedreigingen. Ze richt zich op het nemen van maatregelen om de gevolgen van deze bedreigingen te elimineren en gezond-heidsproblemen terug te dringen. Daarnaast zet de GGD zich in om gezondheid te bevorderen. Onder rampomstandigheden is de GGD verantwoordelijk voor infectieziektebestrijding, medische milieu-kunde, psychosociale hulpverlening en gezond-heidsonderzoek.

Zichtbaarheid

staat de

komende jaren

centraal in de

activiteiten van

de GHOR en de

DPG.

Page 10: 112 Netwerk - editie 3 - 2012

10

innoVatie

112 netwerk | september 2012

et delier is kortgezegd een be-wustzijnsstoornis met vermin-

derd vermogen om de aandacht te concentreren. Bovendien is er sprake van veranderingen in de cognitieve

Prehospitale screening op een verhoogd delierrisicoOnderzoek benadrukt belang van herkenning en behandeling

Tussen 13 februari en 30 april 2012 heeft Ambulance Oost een onderzoek laten verrichten naar het effect van prehospitale screening op een verhoogd delierrisico. Het onderzoek werd ver-richt door Geert Hengstman (Verpleegkundig Specialist bij Ambulance Oost) en vond plaats dankzij intensieve samenwerking met ZGT (Almelo en Hengelo), MST Enschede en Saxion Hogeschool te Enschede.

Geert Hengstman: ‘Preventie is de strategie om een delier te voorkomen.’

functie (bijvoorbeeld geheugen, ori-entatie en waarneming). Vooral ou-dere, lichamelijk zieke patiënten zijn daarin kwetsbaar. In Nederland krijgen jaarlijks tussen de 100.000 en 150.000 ziekenhuispatiënten een delier; bij 20 tot 60% van deze patiënten wordt dit niet of te laat herkend. Naar schatting is 30 tot 40% van de delieren te voor-komen en is preventie de aangewezen strategie; deze is het meest effectief als risicofactoren herkend worden en proactief worden aangepakt. Het on-derzoek is gestart om te bezien in hoe-verre de ambulancezorg kan bijdragen aan een betere herkenning van poten-tiële delierpatiënten.

OverdrachtGedurende tien weken werden patiënten van 70 jaar en ouder door de ambulancezorg gescreend op een verhoogd delierrisico. Patiënten met

een verhoogd delierrisico (kwetsbare patiënten) werden geïncludeerd. De eerste vijf weken werden deze patiën-ten bewust niet als zijnde kwetsbaar overgedragen aan de ontvangende kliniek (nulmeting); de tweede vijf weken nadrukkelijk wel. Twee weken na opname in de kliniek vond retro-spectief dossieronderzoek (medisch en verpleegkundig) plaats om te bezien welke preventieve interventies waren ondernomen ter voorkoming van een delier.

Effect en draagvlakIn totaal werden 71 patiënten geïnclu-deerd voor het onderzoek. Ondanks de beperkte onderzoekspopulatie konden er (klinisch) relevante conclusies ge-trokken worden:• Het onderzoek toonde aan dat

prehospitale delierrisicoscreening slechts een marginaal effect heeft op het initiëren van preventieve kli-nische interventies ter voorkoming van delieren.

• Het meewerken aan onderzoek heeft nog onvoldoende draagvlak binnen het ambulancepersoneel van Ambulance Oost.

• De gebruikte meetinstrumenten zijn doorgaans goed inpasbaar in de dagelijkse routine van de ambu-lancezorg.

• Het gebruik van meetinstrumenten (VMS en DOSS) in de klinieken vindt nog maar op beperkte schaal plaats.

• Het initiëren van preventieve inter-venties laat per afdeling (specialis-me) grote verschillen zien.

Op basis van de onderzoeksresultaten en de aanbevelingen is Ambulance Oost overtuigd geraakt van de nood-zaak om ketenbreed samen te wer-ken om zodoende de herkenning en behandeling van de potentiële delier-patiënt te optimaliseren. Een eerste stap hierin is gezet door de screening op kwetsbaarheid standaard in de am-bulancezorgverlening op te nemen. n

Door Geert Hengstman, Ambulance Oost

H

Page 11: 112 Netwerk - editie 3 - 2012

11

grootsChalige zorg

112 netwerk | september 2012

ijzonder is dat voor het eerst één meerjaren OTO-beleidsplan door

twee (buur)regio’s gezamenlijk ont-wikkeld is. Door dit beleidsplan geza-menlijk te ontwikkelen en daardoor de komende vier jaar dezelfde koers aan te houden, geven de beide netwerken invulling aan de nadrukkelijke wens van het ministerie van VWS om tot meer landelijke uniformiteit te komen binnen het OTO-stimuleringsprogramma. Door beleidsmatig gezamenlijk op te trekken kunnen kosten worden bespaard en kunnen toekomstige OTO-activiteiten efficiënter uitgevoerd worden. Een an-der belangrijk voordeel is dat keten-partners die te maken hebben met de beide acute zorg netwerken nu te ma-ken krijgen met één in plaats van twee aanspreekpunten. Dit wordt in de prak-tijk ingevuld voor de zogenaamde lo-ketfunctie, de ketenpartner kan terecht bij het daarvoor aangewezen acute zorg netwerk. Achter de schermen stemmen de twee OTO-coördinatoren namens de OTO-steunpunten het beleid af.

Risico’sMet de OTO-activiteiten wordt aanslui-ting gezocht op de risicoprofielen van

Gezamenlijk OTO-beleidsplan voor Zwolle en EuregioAcute zorg netwerken bundelen krachten, kennis en kunde

In 2011 heeft Acute Zorg Euregio, in nauwe samen-werking met Netwerk Acute Zorg Zwolle, gewerkt aan het nieuwe Meerjaren OTO-beleidsplan, dat het oude plan vervangt. Het plan be-strijkt de periode 2012-2015 en beschrijft de beleidslijnen die beide acute zorg netwer-ken de jaren willen volgen. Zowel de regio Zwolle als de Euregio heeft het meerjaren OTO-beleidsplan (Opleiden, Trainen, Oefenen) bestuur-lijk goedgekeurd binnen het Regionaal Overleg Acute Zorg (ROAZ).

de veiligheidsregio’s, die onderdeel uit-maken van het regionale crisisplan. Alle regionale crisisplannen zijn verschillend uitgewerkt, maar hebben een aantal specifieke risico’s die men overal terug-ziet. Op basis van de risico’s die in het risicoprofiel benoemt worden, worden OTO-activiteiten gestart. De risico’s zijn:• (griep)pandemie• uitval nutsvoorzieningen• incidenten bij grootschalige

evenementen• brand in dichte binnensteden• CBRN-incident

Visie Beide acute zorg netwerken hebben tot doel de voorbereiding op rampen en zware ongevallen van een zo hoog mogelijk niveau te laten zijn. Ter onder-steuning van dit doel is de volgende visie geformuleerd:• Ketenpartners vormen samen de

keten van geneeskundige hulp- verlening bij ongevallen en rampen.

• De basis is een sterke crisisorganisatie in elke organisatie.

• Regionale samenwerking tussen ke-tenpartners in de zorg en veiligheids-regio’s is essentieel.

• Voorbereiding door middel van OTO is onderdeel van het eigen kwali-teitsbeleid van een zorginstelling, geborgd in een kwaliteitsmanage-mentsysteem.

• OTO moet voldoen aan bestaande en nog te ontwikkelen landelijke kwali-teitskaders: minimale eisen.

• De resultaten van OTO moeten meet-baar zijn.

• Samenwerking ten aanzien van zo-wel het beleid, als de uitvoering, op het gebied van OTO bevordert de uniformiteit.

De netwerken acute zorg zullen zich de komende beleidsperiode concentreren op borging en samenwerking, met als doel een aantoonbare verbetering in de kwaliteit van voorbereiding op rampen en crises eind 2015. We willen dit onder andere bereiken door een betere profi-lering en zichtbaarheid van de netwer-ken acute zorg en ketenpartners. n

Door Joost Hofhuis, Acute Zorg Euregio

B

Page 12: 112 Netwerk - editie 3 - 2012

12

112 netwerk | september 2012

innoVatie

n de eerste jaren van de aanwijzing werden gegevens per traumacen-

trum op verschillende wijze vastgelegd. Sommige traumacentra registreerden op papier, anderen middels een appli-catie die door de vereniging van trau-matologie beschikbaar werd gesteld. De registratie had in het begin veelal een projectmatig en een regionaal ka-rakter. Vanaf 2006 is de Landelijke Trau-maregistratie (LTR) beschikbaar en met een webapplicatie konden gegevens direct online worden vastgelegd of batchgewijs worden verzonden.

Europees modelTwee jaar later was er al sprake van 110.000 registraties die door trauma-centra in de landelijke database waren vastgelegd. Maar de ontwikkelingen binnen de Landelijke Traumaregis-tratie gaan door en op advies van de Wetenschappelijk Advies Raad werd in 2010 bekeken of de LTR aansluiting kan vinden met het ‘Europees’ model, dat een uitgebreidere dataset heeft. Om de uitbreiding en andere ontwik-kelingen in de toekomst blijvend te kunnen ondersteunen is er gekozen voor een andere beheersorganisatie en voor een flexibel softwareplatform met de naam ‘ProMISe’, dat vanaf augustus 2012 operationeel is. ProMISe is een

ProMISe geeft structuur aan klinisch onderzoek

softwareprogramma, ontwikkeld door Medische Statistiek van het Leids Uni-versitair Medisch Centrum (LUMC), dat gebruikt wordt om de infrastructuur voor klinisch onderzoek op te bouwen. Het valt onder het begrip datamanage-mentsysteem en is flexibel omdat het voor een breed scala aan medische en statistische onderzoeken/registraties gebruikt kan worden. Daarnaast on-dersteunt het programma ook aanpas-singen qua inhoud en structuur tijdens de looptijd van een project. Eventuele wijzigingen kunnen eenvoudiger wor-den doorgevoerd. Ook kan elk trauma-centrum met behulp van een vraagtaal, zijn of haar eigen overzichtslijsten kan genereren. Een werkgroep, met een vertegen-woordiging van leden van het over-legplatform LTR, heeft de data-entry module van ProMISe zo ingericht dat handmatige data invoer optimaal wordt ondersteund. Voor de gebrui-kers wijkt de lay-out van ProMISe een beetje af van het voorgaande pro-gramma, maar de basis is in grote lijnen hetzelfde gebleven en het programma heeft dezelfde functionaliteiten.

ProMISe biedt ondersteuningDe LTR is nu ondergebracht binnen de afdeling Medische Statistiek en Biot-

Softwareplatform ondersteunt traumacentra bij landelijke traumaregistratie

Door Edwin Hofmans, Acute Zorg Euregio

informatica (MedStat), sectie Advance Data Management (ADM) van het LUMC. De sectie ADM draagt zorg voor het ontwerp, de implementaties, het onderhoud en voor complexe rappor-tages aangaande de LTR. De afdeling MedStat beschikt over veel kennis en ervaring met betrekking tot medische registratie en onderzoek. Sinds het be-gin van ProMISe hebben zij al voor 30 onderzoeksinstellingen in Nederland en daarbuiten meer dan 200 projec-ten uitgevoerd. Daarnaast beschikt de afdeling over kennis en ervaring met betrekking tot beleidsondersteunende registraties zoals sterfte audit, incident meldingen, landelijke orthopedische implantatenregistratie en de kwali-teitsvergelijkende registraties van zie-kenhuizen voor het Dutch Institute for Clinical Auditing. Gezien de flexibiliteit van ProMISe en de kennis binnen de afdeling MedStat, is het dus niet vreemd dat er ten be-hoeve van de Landelijke Traumaregis-tratie voor dit softwareprogramma en voor deze beheersorganisatie is geko-zen. De overgang naar een nieuw da-tamanagementsysteem en een andere beheersorganisatie is, zoals eerder ge-steld, van belang om nieuwe ontwikke-lingen binnen de LTR blijvend te onder-steunen. n

I

Nederland heeft elf zieken-huizen die de aanwijzing traumacentrum hebben. Doel hiervan is een lande-lijk traumazorgnetwerk te realiseren. Een van de taken die hieruit voortvloeit, is het voeren van een trauma- registratie. De gegevens worden digitaal vastgelegd volgens een afgesproken methode. Deze minimale gegevensset is nodig om onderzoek te kunnen doen.

Page 13: 112 Netwerk - editie 3 - 2012

13

112 netwerk | september 2012

innoVatie

Kim Thijssen studeert af in heupfracturen

Softwareplatform ondersteunt traumacentra bij landelijke traumaregistratie Van de patiënten wacht 6% langer dan een kalenderdag op een operatie

Door Rolf Egberink, Acute Zorg Euregio

Van februari tot augustus 2012 heeft Kim Thijssen, masterstudent Health Sciences aan de Universiteit Twente, aan haar afstudeer project gewerkt binnen Acute Zorg Euregio. Dinsdag 28 augustus jl. heeft zij de resultaten van haar onder-zoek gepresenteerd. Na affloop ontving Kim haar masterdiploma. Kim heeft onderzoek gedaan naar facto-ren die van invloed zijn op de duur tot operatie bij patiënten met een heupfractuur.

De Inspectie voor de Gezondheids-zorg (IGZ) heeft in samenwerking met verschillende professionals een pres-tatie-indicator opgesteld. Het doel is om de kwaliteit van de geleverde zorg voor patiënten met een heupfractuur te monitoren. Hierbij gaat het om het per-centage heupfracturen dat geopereerd wordt binnen een kalenderdag. Uit on-derzoek blijkt dat het terugdringen van vertraging van deze operaties kan resul-teren in een afname van mortaliteit en complicaties. Doel van dit onderzoek was: • Vaststellen hoe vaak chirurgische

vertraging langer dan een kalen-derdag na opname optreedt;

• onderzoeken wat de meest voor-komende factoren zijn die de beslissing tot een vertraagde start van operatie beïnvloeden en;

• bepalen welke van deze factoren mogelijk beïnvloed kunnen wor-den om de vertraging te reduceren.

OnderzoekOm antwoord te geven op de onder-zoeksvragen is een combinatie van een prospectieve en een retrospectieve cohortstudie uitgevoerd in het zieken-huis Medisch Spectrum Twente (MST). In

totaal zijn 110 patiënten geïncludeerd die in MST een chirurgische interventie hebben ondergaan in de periode van 1 januari tot 9 juli 2012. In het prospec- tieve cohort (57 patiënten) werd data verzameld met gegevens uit het patiëntdossier, aangevuld met een itemlijst die door de operateur is inge-vuld. Voor het retrospectieve cohort (53 patiënten) werd alleen data verza-meld uit het patiëntdossier.

ResultatenChirurgische vertraging langer dan één kalenderdag na opname komt geluk-kig niet vaak voor bij patiënten met een heupfractuur in MST: slechts bij zeven

van de 110 patiënten (6%). Wanneer we kijken naar factoren die een verschil in gemiddelde tijd tot operatie veroor- zaken, lijken er verschillende van invloed te zijn. Gebruik van anticoagulantia door de patiënt en het niet beschikbaar zijn van operatiekamers kunnen de start van een operatie vertragen met mini-maal vier uur (gebruik van anticoagulan-tia tot maximaal zes uur (geen operatie- kamer). Ook de aanwezigheid van comorbiditeit, een volle traumalijst en voorkeur van operateur lijken een rol te spelen. Ondanks vertraging in de opera-ties vanwege deze factoren, vinden de meeste operaties nog steeds binnen een kalenderdag plaats. n

Het afstudeerproject van Kim Thijssen is onderdeel van onderzoeks-activiteiten vanuit Acute Zorg Euregio, ‘Focusgroep Heuptrauma’. Resultaten zullen binnen de focusgroep besproken worden en zijn mogelijk aanleiding om aanvullend onderzoek te doen in andere regio-ziekenhuizen.

Begeleidingscommissie: Dr. Carine Doggen en Dr. Sabine Siesling, vakgroep HTSR van Universiteit Twente, Drs. Paul Bertelink (traumachirurg), Dr. Auke Renard (orthopedisch chirurg) MST en Drs. Germaine Vos-Deckers, manager Acute Zorg Euregio. Voor vragen over dit onderzoek kunt u contact opnemen met: Carine Doggen, [email protected]

Page 14: 112 Netwerk - editie 3 - 2012

14

112 netwerk | september 2012

aChtergronD

oor samenwerking binnen Axira (samenwerkingsverband van ze-

ven verschillende ambulancediensten) wordt een en ander verder geperfec-tioneerd en uitgewerkt. Axira heeft het initiatief genomen om twee van de bestaande en goed werkende alar-meringssystemen over te nemen. Voor dit doel is een stichting opgericht, ge-naamd ‘Hartslag voor Nederland’.

Onafhankelijk en efficiëntAxira heeft dit initiatief genomen van-uit de eigen visie: vernieuwing, kwa-liteit, efficiency en continuïteit. Het initiatief is er op gericht om met alle deelnemende ambulancediensten (RAV Limburg Noord, RAV Limburg Zuid, RAV Ijsselland, RAV UMCG-Drenthe, Ambu-lance Fryslân, RAV Zuid-Holland Zuid en Ambulance Oost) en met volledige in-breng, via een model van gezamenlijke kostendeling zonder winstoogmerk en geheel leveranciersonafhankelijk het product verder door te ontwikkelen. Er is geen enkele verwevenheid met AED-leveranciers, dus er is geen sprake van koppelverkoop. Ook is er geen verbon-denheid met opleidingsinstituten.

HartslagNuDe stichting ‘Hartslag voor Nederland’ heeft als doelstelling het exploiteren

Stichting ontfermt zich over AED-alarmering

en doorontwikkelen van een alarme-ringssysteem waarmee vanuit meldka-mers Ambulancezorg burgers kunnen worden ingezet bij reanimaties. Hart-slag voor Nederland streeft naar één platform voor heel Nederland, waarbij in elke regio gelijk wordt gehandeld. Om dit doel te bereiken heeft de stich-ting twee van de reeds bestaande alar-meringssystemen overgenomen: AED Locator en AED-alert, die is ontwik-keld door Vivon Nederland. De twee genoemde alarmeringssystemen zullen

Sinds 2007 wordt er door verschillende ambulance-

diensten gebruik gemaakt van alarmeringssystemen

voor het waarschuwen van burgers bij reanimaties.

Ambulance Oost heeft hiervoor met succes het project

Lekenhulpverlening Twente in het leven geroepen.

Wat klein begon werd steeds groter: vandaag de dag

is er bijna geen ambulancedienst meer die geen

gebruik maakt van het inschakelen van burgers.

‘Hartslag voor Nederland’ streeft naar landelijk platform voor inzet bij reanimaties

Door Wim van der Worp, Ambulance Oost

D

worden samengevoegd en verder gaan onder de naam HartslagNu. Deze samenvoeging moet op 1 oktober 2012 een feit zijn. Daarna zal het systeem verder worden doorontwikkeld, te be-ginnen met drie vernieuwingen:• De vrijwilliger wordt alleen gealar-

meerd als hij werkelijk in de buurt van het slachtoffer is en niet langer op basis van ingeschreven adres;

• bij het alarmeren wordt rekening gehouden met de infrastructuur. De vrijwilliger krijgt alleen dan een be-richt als deze binnen zes minuten bij het slachtoffer kan zijn;

• in het bericht zit een link naar de navigatie van de smartphone, zodat smartphonebezitters direct de juiste route naar het slachtoffer krijgen.

SamenwerkingDe afgelopen maanden is er aan ge-werkt om zo veel mogelijk andere am-bulancediensten aan te laten sluiten bij

Page 15: 112 Netwerk - editie 3 - 2012

112 netwerk | september 2012

15

Het volgende

magazine van

verschijnt

in december 2012

werknet

Colofon

112 Netwerk is een uitgave van Acute Zorg Euregio, Ambulance Oost en GHOR Twente.

Dit magazine verschijnt vier keer per jaar en bericht over ontwikkelingen rondom acute zorg in Twente en Oost-Achterhoek.

Jaargang 2012, editie september

RedactieKitty [email protected]

Lia [email protected]

Irma [email protected]

Annemarie [email protected]

CoverfotoHarry Klunder

Bladformule, vormgeving, eindredactie en drukwerk

Geen Blad voor de Mond B.V.

Lasondersingel 149-1517514 BR Enschedetel. 053 460 9002www.geenbladvoordemond.nl

Geen Blad voor de Mond is aangesloten bij:

ISSN 2211-8225

G

VOORDEMONDEENBLAD

MAKERS VAN MAGAZINES

Stichting ontfermt zich over AED-alarmering‘Hartslag voor Nederland’ streeft naar landelijk platform voor inzet bij reanimaties

de stichting Hartslag voor Nederland. Het resultaat is dat zeventien van de 24 ambulanceregio’s gebruik gaan maken van het systeem HartslagNu. Vijf regio’s zullen gebruik maken van het andere systeem Hartveilig Wonen van Con-nexxion Ambulancezorg. Twee regio’s alarmeren geen burgers bij reanima-ties. HartslagNu is daarmee veruit het meest gebruikte alarmeringssysteem.

Vanuit Hartslag voor Nederland wordt gewerkt aan samenwerkingsafspraken

met de Nederlandse Hartstichting. Omdat Hartslag voor Nederland geen enkele commerciële doelstelling heeft én omdat er gestreefd wordt naar een-heid binnen de ambulancesector, heeft de Nederlandse Hartstichting aangege-ven het initiatief van harte te onder-steunen. Samen met de Nederlandse Reanimatieraad (NRR) zal door Hart-slag voor Nederland vervolgens wor-den gewerkt aan het verder uitbouwen van de kwaliteitsbewaking van het vrij-willigersbestand. n

Page 16: 112 Netwerk - editie 3 - 2012

Bezoek ons ook online

Acute Zorg Euregio

Postbus 50000

7500 KA Enschede

Tel. 053 487 20 97

[email protected]

www.acutezorgeuregio.nl

GHOR Twente

Postbus 1400

7500 BK Enschede

Tel. 053 487 65 70

[email protected]

www.ghortwente.nl

Ambulance Oost

Postbus 784

7550 AT Hengelo

Tel. 074 256 22 22

[email protected]

www.ambulanceoost.nl