1047 Cda-Kamerlid Wil Privatisering Thuiszorg Afremmen

2
zorg 54 7-2005 > zorg & financiering interne toepassing van prestatie-indicatoren en het gebruik ervan in verbetertrajecten. Het LEVV heeft zowel structuur-, proces- als uitkomst- indicatoren ontwikkeld, zodat beroepsbeoefe- naren het gehele zorgproces in kaart kunnen brengen. De indicatoren zijn onderdeel van de normen voor verantwoorde zorg die Arcares (branche- organisatie verpleging & verzorging), AVVV, LOC (Landelijke Organisatie Cliëntenraden), NVVA (Nederlandse Vereniging van Verpleeg- huisartsen) en Sting (Landelijke Beroepsvereni- ging verzorging) onlangs hebben aangeboden aan Staatssecretaris Ross van VWS (zie Z&F 2005/889, nr. 6, p. 63-65). De indicatoren zijn in concept reeds te down- loaden op de website van het LEVV (www.levv.nl) en de AVVV (www.avvv.nl). Bron: bericht LEVV, 6 juli 2005< Of verpleeghuisbewoners fysiotherapeutische of diëtistische zorg krijgen, hangt niet alleen af van wat zij mankeren, maar ook van in welk verpleeghuis zij opgenomen zijn. Hoe meer fysiotherapeuten er aan een verpleeghuis ver- bonden zijn, hoe meer bewoners er fysiothera- peutische zorg krijgen. Dit blijkt uit onderzoek van het Nivel en de afde- ling verpleeghuisgeneeskunde van het EMGO instituut (VUMC) in opdracht van ZonMw naar de verschillen in paramedische zorg tussen ver- pleeghuizen onderling en tussen bewoners onderling. Er is niet onderzocht of verpleeghuisbewoners te veel of te weinig fysiotherapie krijgen. Bewoners met psychogeriatrische problemen krijgen minder vaak fysiotherapie, ergotherapie en/of logopedie dan bewoners met alleen licha- melijke klachten. Mannen krijgen vaker fysio- therapie en/of ergotherapie dan vrouwen. Het onderzoek is verricht door middel van face-to-face interviews met verpleeghuisartsen, fysiotherapeuten, ergotherapeuten, logope- disten en diëtisten waarin zorginhoudelijke gegevens zijn verzameld over een steekproef van zeshonderd verpleeghuisbewoners uit vijftien verpleeghuizen. Uit het onderzoek bleek ook dat bewoners, naarmate zij langer in het verpleeg- huis verblijven, minder vaak fysiotherapie en/of ergotherapie ontvangen. Bron: Nivel, 18 april 2005< 1046 paramedische zorg afhankelijk van patiënt én verpleeghuis De privatisering van de thuiszorg gaat veel te snel. Dat vindt CDA-Kamerlid Antoinette Vietsch. Zij acht het onduidelijk of het beschik- bare geld wel allemaal wordt besteed aan de thuiszorg. Vietsch eist daarom dat Staats- secretaris Ross snel met duidelijke regels komt. Direct na het zomerreces is daarover een debat in de Tweede Kamer. Volgens Vietsch leidt de privatisering van de thuiszorg tot allerlei slimme constructies, waar- van voornamelijk managers flink profiteren. Het kamerlid waarschuwt dat er geen geld aan de strijkstok mag blijven hangen. Aanleiding voor de vragen is de situatie bij thuiszorginstelling Curadomi in Veenendaal. Die heeft volgens Vietsch de uitvoering van de zorg uitbesteed aan een BV met dezelfde naam, die wordt geleid > thuiszorg 1047 cda-kamerlid wil privatisering thuiszorg afremmen

Transcript of 1047 Cda-Kamerlid Wil Privatisering Thuiszorg Afremmen

Page 1: 1047 Cda-Kamerlid Wil Privatisering Thuiszorg Afremmen

zorg

54 7-2005 > zorg & financiering

interne toepassing van prestatie-indicatoren enhet gebruik ervan in verbetertrajecten. Het LEVVheeft zowel structuur-, proces- als uitkomst-indicatoren ontwikkeld, zodat beroepsbeoefe-naren het gehele zorgproces in kaart kunnenbrengen.De indicatoren zijn onderdeel van de normenvoor verantwoorde zorg die Arcares (branche-organisatie verpleging & verzorging), AVVV,LOC (Landelijke Organisatie Cliëntenraden),

NVVA (Nederlandse Vereniging van Verpleeg-huisartsen) en Sting (Landelijke Beroepsvereni-ging verzorging) onlangs hebben aangebodenaan Staatssecretaris Ross van VWS (zie Z&F2005/889, nr. 6, p. 63-65).

De indicatoren zijn in concept reeds te down-loaden op de website van het LEVV(www.levv.nl) en de AVVV (www.avvv.nl).Bron: bericht LEVV, 6 juli 2005<

Of verpleeghuisbewoners fysiotherapeutischeof diëtistische zorg krijgen, hangt niet alleen afvan wat zij mankeren, maar ook van in welkverpleeghuis zij opgenomen zijn. Hoe meerfysiotherapeuten er aan een verpleeghuis ver-bonden zijn, hoe meer bewoners er fysiothera-peutische zorg krijgen.

Dit blijkt uit onderzoek van het Nivel en de afde-ling verpleeghuisgeneeskunde van het EMGOinstituut (VUMC) in opdracht van ZonMw naarde verschillen in paramedische zorg tussen ver-pleeghuizen onderling en tussen bewonersonderling.Er is niet onderzocht of verpleeghuisbewonerste veel of te weinig fysiotherapie krijgen.

Bewoners met psychogeriatrische problemenkrijgen minder vaak fysiotherapie, ergotherapieen/of logopedie dan bewoners met alleen licha-melijke klachten. Mannen krijgen vaker fysio-therapie en/of ergotherapie dan vrouwen.Het onderzoek is verricht door middel vanface-to-face interviews met verpleeghuisartsen,fysiotherapeuten, ergotherapeuten, logope-disten en diëtisten waarin zorginhoudelijkegegevens zijn verzameld over een steekproef vanzeshonderd verpleeghuisbewoners uit vijftienverpleeghuizen. Uit het onderzoek bleek ook datbewoners, naarmate zij langer in het verpleeg-huis verblijven, minder vaak fysiotherapie en/ofergotherapie ontvangen.Bron: Nivel, 18 april 2005<

1046 paramedische zorg afhankelijk van patiënt én verpleeghuis

De privatisering van de thuiszorg gaat veel tesnel. Dat vindt CDA-Kamerlid AntoinetteVietsch. Zij acht het onduidelijk of het beschik-bare geld wel allemaal wordt besteed aan dethuiszorg. Vietsch eist daarom dat Staats-secretaris Ross snel met duidelijke regels komt.Direct na het zomerreces is daarover een debatin de Tweede Kamer.

Volgens Vietsch leidt de privatisering van dethuiszorg tot allerlei slimme constructies, waar-van voornamelijk managers flink profiteren. Hetkamerlid waarschuwt dat er geen geld aan destrijkstok mag blijven hangen. Aanleiding voorde vragen is de situatie bij thuiszorginstellingCuradomi in Veenendaal. Die heeft volgensVietsch de uitvoering van de zorg uitbesteed aaneen BV met dezelfde naam, die wordt geleid

> thuiszorg

1047 cda-kamerlid wil privatisering thuiszorg afremmen

ZenF0705.qxd 29-7-2005 14:58 Pagina 54

Page 2: 1047 Cda-Kamerlid Wil Privatisering Thuiszorg Afremmen

thuiszorg

55zorg & financiering > 7-2005

door dezelfde directeur. Vietsch vreest dat even-tuele winst via de BV in de zakken van de directievloeit, terwijl financiële tegenvallers wordenafgewenteld op de stichting. Zij wil dat Ross

met de thuiszorginstellingen voorschriftenopstelt om dit soort ongewenste praktijken tevoorkomen. Bron: Nieuwsbrief Personeel en Zorg, 19 juli 2005<

Bijna de helft van de huisartsen die een termina-le Turkse of Marokkaanse patiënt niet naar dethuiszorg heeft verwezen, heeft daar achterafspijt van. De huisartsen denken dat thuiszorgde mantelzorgster ontlast zou hebben en dat deverzorging van de stervende beter zou zijn ver-lopen.

Dat blijkt uit onderzoek van het Nivel naar ter-minale thuiszorg voor Turken en Marokkanen,gesubsidieerd door ZonMw, programma‘Palliatieve Zorg in de Terminale Fase’.Turkse en Marokkaanse terminale patiëntenkrijgen maar zelden thuiszorg. Bijna altijd is de,soms maandenlange, zorg voor de stervende inhanden van één vrouwelijk familielid. Die raaktdaardoor vaak overbelast. Huisartsen en thuiszorgmedewerkers zien taal-en cultuurbarrières als oorzaak voor het karigethuiszorggebruik. Naasten van de stervendengeven aan dat hun voorkeur voor zorg door deeigen familie de belangrijkste barrière is. Nivel-onderzoeker De Graaf: ‘Huisartsen, trans-ferverpleegkundigen en indicatiestellers zoudenniet direct van zorg af moeten zien als de Turkseen Marokkaanse mannen zeggen dat thuiszorgniet nodig is. Ze moeten eerst bekijken of devrouw die de zorg gaat geven daarbij misschienondersteuning nodig heeft om de patiëntwaardig te verzorgen en te voorkomen dat zijzelf overbelast raakt.’ Wanneer er wel thuiszorgis, zijn bijna alle huisartsen, twee derde van debetrokken thuiszorgmedewerkers en driekwartvan de thuiszorgcliënten tevreden over die zorg.Wel vindt zeventig procent van de huisartsen en

bijna zestig procent van de thuiszorgmedewer-kers het moeilijk om met Turkse en Marok-kaanse patiënten en hun naasten afspraken temaken over de benodigde zorg in de terminalefase, omdat het in die families niet gebruikelijkis het naderende einde met de patiënt te bespre-ken. De helft van de thuiszorgmedewerkers enhuisartsen vindt het daarbij moeilijk om in tespelen op de manier waarop in Turkse enMarokkaanse families de taken verdeeld zijntussen mannen en vrouwen.

Uit het onderzoek blijkt dat onderstaande facto-ren ervoor zorgen dat Turkse en Marokkaansegezinnen geen thuiszorg vragen, geen thuiszorgaangeboden krijgen, of de geboden thuiszorgniet aannemen:– gebrek aan inzicht in het ziektebeloop bij de

naasten van de patiënt;– de verwachting (zowel bij de familie als bij de

huisarts) dat de familie alle zorg kan en willeveren;

– gebrek aan kennis over wat je kunt verwach-ten van Nederlandse thuiszorgmedewerkers;

– beperkingen van thuiszorgorganisaties.

Voor het onderzoek zijn diepte-interviewsgehouden met de indicatiestellers, transfer-verpleegkundigen en de naasten van terminaleTurkse en Marokkaanse patiënten. Daarnaasthebben huisartsen en thuiszorgmedewerkersmet ervaring met terminale zorg voor deze doel-groep een schriftelijke vragenlijst ingevuld. Bron: bericht Nivel, 26 mei 2005<

1048 terminale turkse en marokkaanse patiënten gebruiken nauwelijks thuiszorg

ZenF0705.qxd 29-7-2005 14:58 Pagina 55