willemadelaar.nl file · Web viewwillemadelaar.nl

64
Deze wereld Is het tegenvlees Waarin mijn hand Niet Als deze hand beweegt Zich haast buitenshands Begeeft Deze wereld Is het onhandige van Deze hand

Transcript of willemadelaar.nl file · Web viewwillemadelaar.nl

Deze wereldIs het tegenvlees

Waarin mijn handNietAls deze hand beweegt

Zich haast buitenshands Begeeft

Deze wereldIs het onhandige van

Deze hand

Een nachtgewaad van satijnVoor als je bij het ontwakenAan me verschijnt

Als jij je kleedtKleed jij dat moment in:

Mijn eerst blik Op de wereld

Glanzend

als tuinmanheb ik eenvoudige principes

ik plant de bloemenen ik wil de bloemen zien bloeien

niet het onkruid

het is logischgeheel logisch dat

ik het onkruid wied

onkruidmoet maarelders groeien

hier niet!!

Ik geloof in GodGelooft God in mij

Aanbidt hij mij

Gaat hij naar de kerkOm mij te erenMij een dienst te bewijzen

Laat hij zich dopenIn mijn naam

Ik geloof in godMaar zonder wederkerigheid

Hij hoeft niet in mijTe geloven

Te geloven in mezelfDat doe ik er ook nog bij

Al was het alleen maarOm zeker te weten Dat ik besta

HierIets van te maken

VanTe maken

Van

Het van te isoleren

Het ruimte loze van

VAN

V

A

N

De schervenWoord

Letters

De letters v a n

De letter v

De letter a

De letter n

De letters v a n

De letters van

Het woord VAN

De semantiek vanHet voorwerp

Het objectWoord

BIJ EEN KUNSTWERK

I

Een witte bol doormidden

De ene helftHalf liggend

De andere helft Half staand

Een witte bolGedeeld door man en vrouw

De ene helftDie de andere helft Lieflijk noodt tot liggen

Voel toch hoe ik voor je valVoel toch hoe ik je mee wil sleuren in mijn val

II

De witte bolDe witte bol

Twee halve bollenMet ruimte voor vragen

Sta opZegt de andere helft

Ik houd het half zijn niet meer vol

Half is zo wankel rollenHalf isZo helemaal uit ritme zijn

Alleen het volledig ronde rolt

Laat me niet langer gescheidenVan de draaiende beweging

Draai niet om het draaien heen

III

Zie tochHoe onvolledig je bent

Als helft

Zegt de andere helft

De middenruimteAls een pauzeTussen

Hen twee

IV

Twee helften

Nee

Zij vormen geen bolMaar een wedstrijd

V

KomEn overbrug de ruimteLaat niets meer komen tussen ons in

Laat niemand meer komenTussen ons in

KomEn overbrug de ruimteEn van ons zal niemand meer horen

We klappen samen dichtWe maken ons geslotenTot

Een volmaakte bol die rolt

Als zonnen en manen Door de hemelsferen

VI

Twee ronde bollen

Een dagbolEn een nachtbol

Eerbiedig afstand houdend van elkaar

Een hete bolEen koude bol

En een blauwe bol

Liggen roerloos op het lakenEn niemandNeemt de keu ter hand

Hij lacht

Dat isHoe hij over mij denkt

Dat is nietWat ik ben

STATION GELDROP

Kijkend omhoogZie ik mensenOp het perron

En mij wordt ineensHet stationEen pantheon

Vol groothedenOnbekend

Allen staan ze daarDe figurenHun handen gevouwen voorHun schoot

OhZo groot te wordenOp deze manier

WachtendEn verzakend

Je moet wel gaan gelovenDat het leven jou heeft uitgekozenOm te blijven leven

Je moet wel gaan geloven Je wordt gedwongen te gelovenAls

Een aardeOngelooflijkOngelovig

ZowelKerken als moskeeën

Verzwelgt

Ik praat tegen mezelfAls tegen hartstocht

De wensDe enige te zijn

De ene

Maar ik verricht geen Heldendaden

De twaalf treden naarDe Olympus

Sport voor sportDroom ik ze

Ik verrichtheldendromen

het isduitsers verboden

een stahlhelm te dragen

het verhaal, je stem

het gaat mijom je stem vooral

het droef verhaalje mooie droeve stem

jazo verliefd ben ikverliefd op jou

op heel je trieste leven

een tomaatis

geen groente

maar

een roodte

Ja en nee

Het waren tweeGelijke woorden

Woorden als woord

Ik stond Als neutraalAan de kant van

De besluiteloze orde

Ja en neeHet waren zomaar woordenMijn leven hing er niet van af

Wat gebeuren moestMoest gebeuren

Alles hing slechts schijnbaarVan mijn beslissing afMaarIn wezenLeidde de loop van de geschiedenis

Een volkomen eigen leven

Ja en neeVoor mijWaren zijVolkomen aan elkaar gelijk

Ik hoefde ze alleen maar aan te wijzen

Ik was de aanrakerZij de aangeraakten

Ik was allangHet ja of nee voorbij

Door de telefoonHoor ik de kies-Maar niet de eigen toon

Ben ik-verliefd-Mijn eigen stemNiet meer gewoon

Al wat ik zegZijn vermommingen vanIk houd van jou

DekmantelsAls lompenIn plaats van gewaden

WoordenWaarvoor ik me schaamIn plaats van

Dat ze me tooien

Een droom

Een hond en een vogelEven laterEen broer en een zus

Een jongetje in een kooi enEen meisje aan een halsbandIn karategevecht met elkaar

Vuurwerk vlak voor het oudjaarStrijd die overslaat van Gestalte op gestalteFiguur op figuurTelkens andere vlammen vanEen en hetzelfde vuur

In feite merk ik de overgangen niet opBlijf ik gewoon strijd zienEen grote gelijkmatige strijdEn een grote gelijkmatige afschuw en angst in mij

Ik houd de oren dichtIk houd mijn ogen dichtMaar beeld en geluid blijven vervuldVan eenzelfde hitte

Eenzelfde donkere hitte

Regering?

Elke ouder is regent

Rechter?

Elke ouder isDe rechterlijke macht

Wie regeert Is regering

Wie oudertIs oudering

OuderschapIsKoningsschap

Ouders moeten kinderenTot nieuwe ouders opvoeden

De jongen tot goede vaderHet meisje tot goede moeder

Trek ik Aan het koordjeVanDe luxAFlex

Dan Lijkt hetAlsof ik een vlag hijsEen vlag strijk

De dag in top

Ik lasIk schreefTotdat ik sprakMet iemandEn mijn zuivere ik verloor

Ik las met een boekIk schreef met een gedicht

Buiten Het landschap

De bedachte dingenDe beheerste dingen

Die mij toch de ruimte latenVoor mijmeringen

Ogen en gedachtenZe kunnen er rustig dwalenBaden In de vrijheid vanZien en denken

Weer evenZonder vooropgezet plan

GewoonEen daad te zijn

Zonder gezicht

Gestalteloze energie

GewoonEen goede daad

IsHet verleden Ooit

Verleden tijd

IsWat ik wasIn wezen

Wat ik benWat ik word

Ik zegLees dit boek ook

Ik zegDeel met mijDeze ervaring

Zodat wijErgensOp het nivo van het boek

Geen vreemden meer zijnVoor elkaar

Zonder planIs de wereld slaapDe mens een slaafBraaf gehoorzamend aanHet bevel van hoger afHogerhand

Bereid de dag voorAls een aanvalAls je eigen groeienJe persoonVeroverd opJe onpersoon

Je staat daarAan de hand vanJe dadenAan je daden Herkenbaar

Want gedachten alleenHebben geen gezichtHet zijn landschappenWaarnaar je keekVanuit een rijdende trein

Een grondTe ijl om op te bouwen

IsEen vogel zien

Een vogel denken

Is Naar een vogel kijken

Een vogel vliegen

IsHet gedicht beginnen

Het bestaan beginnen

De dichtersZij moeten als helden sprekenIn deze tijd

Zij moeten niet klagenOver hun kleine verdrietjes

Zij moetenHet grote verdriet aanklagen

De dichters Ze moeten voorgaan in de blijheidHet wonder, het licht, het geluk opsporen

Als een reddingswerkerDe zin van het levenOnder het puin vandaan halen

Bij Albert HeinKreeg ik vandaag

De Halve Prijs

Het begint te regenenHet staat nog niet vastWanneer de regen ophoudt

Elke regenbui opnieuwDe vreesDat het eindeloos zal blijven

Regenen

Je wordt wakkerJe armen en benen uitgespreidJe handen van elkaar gescheidenJe vuisten ongebald

Je wordt wakker als verscheurdeJe ledematen liggen her en derEn ner-Gens is de samenhang te vinden

Verbroken de verbinding Tussen been en armJe wordt wakkerSlaat en slaapt alarm

Je wordt wakker Als een vreemde In je eigen lichaam blijkt Verdeeld in een linker-En in rechterkant

Je wordt wakker, bangWant urenlang lag jij daarWezenloos weerloos

Je vreest de vijandZolang je niet bent opgestaanLigt hij bovenop je

Niet mijn naamIs de strekking vanHet gedicht

In wezenIs mijn naamVan geen gewicht

Wie dit leestDie ziet de woorden Staan

Ik opendeMijn naam

Een tegel lichtenOm een bloem te planten

Een stoeptegel verwijderenTeneindeIn plaats van grijsGeel en paars En groenTe zien

En steen verwijderenEvenals geel zand

Aarde Wordt weerBloemaarde

2

een tegel lichtenal een schedelom gedachtente positiveren

een tegel lichtennu het lente isen bloemen weer lopen opwortelvoeten

een tegel lichtende weg vrijmakenvoor kleurrijke dromen

3

de stoepde straatis weereen tegel lichter

kleur loopt uitvlak voor de huisdeur

ik zie een vrouwzit op haar knieën als een stratenmaker

ze plant viooltjesals zegde zeeen gebed

ik kan het niet vindenroept zewoedend

ergensklinkt er

ik wil niet zoeken

je bent geen ondernemer maar een kaartenhuisbouwer

zaken doe je met personenmannen/vrouwen

schorem/sletten

kwetsbare wezenshongerlijdersgeilaardsmachtswellustelingen

egoïsten

het aantal filantropenis op de vingersvan geen hand te tellen

je werkt mette krenken trotsenhoge verwachtingen en illusiekoesteraars

het is moeilijk zaken doenen objectief te blijven

ik veroordeel de bachanalenomdat ik er zelf niet aan deelneem

stompzinnigheid woekert als onkruidals bijverschijnselwat zeg ik-

vlag van de luxe

moesten hiervoorde goden verdreven vanhun Olympus

de orakels verruild voornietszeggendheid

dansendblind en doofde kinderen bij het graf van de uitgemergelden

met 80 zendersnauwelijks oogvoor het leed in de wereld

dansend op de muziekder razernijde toekomstige wraak

stappen naar de ondergang zettenddoorgeen vin te verroerengeen poot uit te stekende mond open te houdenals de snavel van een gulzige vogelmet schijt aan de wereld

pik en kutgerichte kinderen

reclamesvoor hun volwaardigheid als consumenthun minderwaardigheid als mens

depri 10

dronkende bloemen niet ziendie er wel zijn

de bloemen

pas met de zonverschijnen ze

en dan nogis het donker

en dan nogzijn ergeen bloemen

op voetbalveldenga je als vanzelfwat harder lopen

zeg mewie kan er werkelijkwandelen overvoetbalgras

wie naar links kijktverwachtelk moment

een pass

voor me loopt een trotse hond

de punt van zijn staarttussen zijn oren

concept 1

elke keerde bevreemding oproepen

het lopen dat opeens

het

lopen

is

en zoisde werkelijkheid

speelbereid

2

in die bevreemding opgaan

het gaat eromoorzaakvan gevolg

los te maken

zien en horenniette doen samenkomen

3

dan pas ben je te gastin je verbeelding

de deurwaarvan de verf afbladdert

laat je zo

het hoef geen kwast

het kanzovastgelegd opfoto

4

de weg terugis moeilijk

men wildatje verbanden legt

maar jij vindtdat jijde samenhang mag ontkennen

wolken regenen zich leegboven de stedenrivierengaan kolkend doorde straten

huizengaan stroomafwaartsde zee in

wat een dramamaar oh

wat een prachtig schilderij

ik kan treurenik kan kijkenik kan vaststellen

treurenkijkenvaststellen

kankankan

ikik ik

ik ziehoe tere bloemenamper wortelen in aardehoe zij in feite vlindervleugels wordengedragennaar zon en wolken toe

hun kronengenieten de beschermingvan nijvere bijen en tuindersdie hen door de eeuwen dragennaar dit bewonderend dichtersoog

ik acht de kweker hoog

stadflatneezoveel nuchterheidzoveel rationaliteitzoveel rechtlijnigheidkan ik niet verdragen

metershoog onkruidgewoon onverstandigheidopzijn tijd

dronkenmanbeleid

metershoge rode rozenhemelhooghemeloog rood doorlopen

ogen bloeddoorlopentotaal bezopen

hemel zat nurode hemel

zevende

rozenbergen

velden vol met wolkenwateraanplant

rozendampvan rozenwater

rozenzee

rozen monden uit in zee

rozenvloedde rivier stroomt overde stad verdrinktin rozenbloed

de rozen worden rozenhoogpioenen worden kampioenen

rozentorens

de stad beleeft de rozentoornde rozen lopen nu rood aan

’s avonds brandende rooslantaarns--

ZANDVOGEL

I

Een klont die geworpen

In zijn vaartTot vogel wordt

Voor vogel wordtAangezien

Zand metHet aanzien van Een vogel

GevormdEn gevolgd

II

Een kogelDwars door het bewustzijn heenAdemSchijn van levenDie ik haar verleen

Het zand Op drift geraakt en In een vloek en een zuchtGemaakt

Tot vogel

III

ZwaarteVan een andere orde gewordenIets zwaars

Niet handen tillenMaar lucht draagt

Lucht slaagt erinOm Uit zandVleugels te slaan

ik rijd door de regengisteren voor negentig procent zeker

ik rijd door de voorspelde regendoor de stratenwiens glansreeds lang van te voren was voorzien

van hieruitis het mij onmooglijkom mij gisterente herinneren

de droge cijfers

de woorden die jij hoortzijn de woordenwaar jij bij hoort

de woorden die jij kiestzijn de woordendie jou kiezen

de wijze waarop jijde woorden rangschiktzegt ietsover jou

als de woordenrangschik jijje genen je atomenje wezen