Schaalvergroting door samenwerking Nedalco versterkt ......44e jaargang / april 2010 / nr. 3...

Post on 24-Jan-2021

1 views 0 download

Transcript of Schaalvergroting door samenwerking Nedalco versterkt ......44e jaargang / april 2010 / nr. 3...

  • 44e jaargang / april 2010 / nr. 3

    MAGAZINE

    Schaalvergroting door samenwerking

    Nedalco versterkt positie

    Duurzaamheid pijler Suiker Unie

  • Cosun hoofdkantoorCosunpark 1 076 - 530 32 22Postbus 3411 infocosun@cosun.nl4800 MG Breda www.cosun.nl

    Secretariaat raad van beheerT: 076 - 530 33 07 secretariaat.rvb@cosun.comF: 076 - 530 33 00 http://agrarisch.cosun.nl

    Suiker Unie secretariaat agrarische dienstPostbus 100 4750 AC Oud Gastel T: 0165 - 52 52 52 agrarischedienst@suikerunie.comF: 0165 - 52 50 28 http://agrarisch.suikerunie.nl

    BietenadministratieJohn Ernest 0165 - 52 52 74Hans van Hassel 0165 - 52 52 70

    Financiële administratiePiet Santbergen 0165 - 52 51 23

    TeeltzakenPieter Brooijmans 0165 - 52 52 78Sjaak Kolff 0165 - 52 52 65

    SuikersysteemHelma Braat 0165 - 52 52 73

    Management agrarische zaken Rik Gengler (gebied Noord) 050 - 556 14 22Arno Huijsmans (gebied Zuid) 0165 - 52 52 67 Pieter Brooijmans 0165 - 52 52 78(centrale agrarische dienst)

    Agrarische dienst in de regio’sGebied NoordRobert Verberg 06 - 51367564 Noord-HollandPeter Koopmans 06 - 51244830 Oostelijk en Zuidelijk FlevolandKees Geschiere 06 - 53725231 NoordoostpolderAlex Kroon 06 - 53342619 Groningen west en noord, FrieslandPeter Roelfsema 06 - 53963367 Groningen noordoost en -oostHarry Visser 06 - 53308161 Drenthe noord, -midden en -west, Friesland zandWim Schrijvers 06 - 53912813 Drenthe oost en -zuidoostJan Albert te Velde 06 - 22204649 Drenthe zuid, Overijssel, Gelderland noord en - middenGebied Zuid Jurgen Michielsen 06 - 51505371 West Zeeuws-Vlaanderen Mark Quaak 06 - 53719836 Oost Zeeuws-Vlaanderen René van den Eijnden 06 - 51545273 Zuid-Beveland Ynego Brouwers 06 - 20369834 Walcheren, Noord-Beveland,

    Schouwen Duiveland en Goeree Overflakkee

    Teun Kleinjan 06 - 22396239 West-Brabant en TholenJohan Mol 06 - 22371515 Midden-Brabant, Betuwe,

    Utrecht en VeluweArno Huijsmans 06 - 53963368 Zuid-Hollandse Eilanden en Holland midden

    CSV COVAS 0493 - 34 89 89 Gelderland-Zuid, Oost-Brabant en Limburg

    Contact

    Colofon

    Cosun Magazine is een uitgave van Koninklijke Coöperatie Cosun U.A. voor leden van Cosun

    Vormgeving en drukVan As drukwerk, design & database publishing

    RedactieraadJan Willem van Roessel hoofdredacteurPRLT Communicatie eindredactiePieter Brooijmans Ynego BrouwersJan HazenDirk Jan Kemp HakkertGert Sikken

    Fotografie in dit nummer Royal Cosun, Suiker Unie, IRS, Nedalco, PPO-agv en Engel Lameijer

    © Koninklijke Coöperatie Cosun U.A., 2010

    Arie Noordam van Novifarm controleert het zaaiwerk

    In dit nummer

    ”Wij willen blijven en we willen vooruit” 4

    Nedalco versterkt positie door vergroting efficiency 6

    Temperatuur, zonneschijn en neerslag bepalen suikeropbrengst 8

    Zaaiseizoen moeizaam op gang 9

    Duurzaamheid is de pijler onder Suiker Unie 10

    Quiz: ’Welke schade hoort bij welk insect?’ 12

    Oppassen met mechanische onkruidbestrijding op rhizoctoniapercelen! 14

    Vraag & Antwoord en Kort Nieuws 16

    2 april 2010 nr. 3

    SCS-COC-00750

  • De voorjaarswerkzaamheden verlopen tot nu toe soepel. De bieten zijn gezaaid. De gemiddelde zaaidatum is iets later dan het langjarig gemiddelde. Vanaf nu worden de eerste rekensommen gemaakt van wat de mogelijke opbrengst kan worden.De afgelopen jaren werden we verrast door veel hogere opbrengsten dan de jaren daarvoor. Werd dat alleen veroorzaakt door de weersomstandigheden? Of is de bestrijding van bladschimmels daar de belangrijkste oorzaak van? Of mogelijk een combinatie van beide? Voor de agrarische dienst en het IRS zijn dit vragen waar Suiker Unie graag het juiste antwoord op wil hebben om daarmee de voorspellingen betrouwbaarder te maken. Uiteindelijk hangt van de juiste inschatting af of de planning van de campagne ongeveer uitkomt. Hoewel je ook moet accepteren dat je moet inspelen op de omstandigheden zoals ze zich aandienen. Dat herkennen we iedere dag ook van de situatie op ons eigen bedrijf. Soms zit het mee, soms zit het tegen. De kunst om op wisselende momenten de juiste keuzes te maken kenmerkt de kwaliteit van de ondernemer. Dat geldt voor een akkerbouwer, dat geldt voor Suiker Unie. Zo is ieder jaar weer opnieuw een uitdaging.

    Nog beter?Oogst 2009 is begin april afgerekend. De bietenprijs kenden we al langer. Na de eindafrekening heb ik positieve reacties gehad. Als alles is opgeteld, blijkt er een heel mooi saldo te staan. Te meer, omdat ook vrijwel alle surplussuiker kon worden afgerekend. In een jaar waarin het resultaat van een aantal andere akkerbouwgewassen tegenvalt, is dit extra welkom. Voor 2010 geeft dat zoveel vertrouwen, dat de aankoopprijzen van teeltrechten zijn verdubbeld ten opzichte van vorig jaar. Dergelijke investeringen doe je niet voor de korte termijn. Voorspellen is moeilijk, maar voor de Europese suikermarkt veronderstellen we na de recente hervormingen tot en met 2014 een min of meer stabiele periode.

    Meer teeltrendementAan de verwerking valt in de komende jaren niet zo veel meer te optimaliseren. De grote stappen zijn in de afgelopen jaren gemaakt met de overname van CSM Suiker en de sluiting van de fabriek in Groningen. Natuurlijk blijven de fabrieken zoeken naar verbeteringen. Maar het zullen,

    vertaald naar financieel resultaat, vooral kleinere stapjes zijn. Voor een verbetering van het hectarerendement zijn we nu vooral aangewezen op verhoging van de suikeropbrengsten per hectare. Na een recordjaar misschien een wat wonderlijk klinkende opmerking. Toch zien we nog steeds grote verschillen tussen percelen in hetzelfde district met dezelfde grondsoort en hetzelfde ras, maar een andere teler. Er zijn verschillen van 20 tot 30%. Wilt u zich ervan bewust worden waar die verschillen in kunnen zitten, doe dan mee met het Unitip teeltregistratieprogramma van Suiker Unie. Opgeven kan via de website of via de agrarische dienst. De praktijk leert dat deelnemers aan Unitip financieel beter scoren dan het districtsgemiddelde. Aan deelname zijn geen kosten verbonden.

    RooidemonstratieTerwijl wij nog maar net klaar zijn met zaaien, zijn Suiker Unie, IRS en PPO-WUR inmiddels druk met de voorbereiding van een grote internationale rooidemonstratie: Beet Europe 2010. Op de locatie van PPO-agv in Lelystad zullen op 14 oktober elf bietenrooiers hun kunnen tonen. Behalve de rooidemonstratie, zijn er ook proef- en demonstratievelden te bezichtigen. Ook is er een interessante bedrijvenbeurs. Meer informatie is te vinden op www.beeteurope2010.com. Noteer de datum alvast in uw agenda.

    Nog een paar weken en de mooiste tijd van het jaar voor de akkerbouw breekt weer aan. Frisgroen groeiende gewassen, gemiddeld aangename temperaturen en goed weer. Ik hoop dat we ervan kunnen genieten.

    Rekenen met de oogst

    Jos van Campen

    Van de voorzitter

    3 april 2010 nr. 3

  • Continuïteit van je eigen bedrijf creëren door op te gaan in een nieuw akkerbouwbedrijf. Het lijkt tegenstrijdig,

    maar de akkerbouwers van Novifarm Vof in Numansdorp werken volgens dit concept. Novifarm bestaat drie

    jaar. ”Ik zou niet meer terug willen naar een eenmansbedrijf”, zegt medeoprichter Arie Noordam.

    ”Wij willen blijven en we willen vooruit”

    Akkerbouwers Novifarm zoeken gezamenlijk continuïteit

    Arie Noordam: “Samen een sterkere basis”

    4 april 2010 nr. 3

    ”Je maakt er één exploitatie van en het draait. Het is even simpel als doelmatig. We hebben allemaal dezelfde ambitie om er een mooi en efficiënt bedrijf van te maken met bovengemiddelde kwaliteit en opbrengst tegen zo weinig mogelijk kosten. Als je allemaal hetzelfde doel hebt, hoeft het niet ingewikkeld te zijn.” Het klinkt simpel, zoals Arie Noordam (58) het vertelt, maar aan de uitvoering van het basisidee is meer dan twee jaar grondig voorbereidingswerk vooraf gegaan. Noordam is samen met de buren, de familie Visser, initiator van Novifarm (www.novifarm.nl). ”We wilden geen samenwerkingsverband oprichten waarvan er al zoveel zijn, maar een totaal nieuw bedrijf, waarin de oude zouden opgaan. Dat geeft een sterkere basis”, vertelt hij. ”We vonden ons te klein voor de toekomst. De buurman opkopen om te groeien was geen optie. Kopen is te duur. Op deze manier kunnen we schaalvergroting realiseren tegen lage kosten. Je bedrijf blijft je eigendom. Als iemand eruit wil stappen, kan dat.”

    Meer continuïteit”Voorop staat de continuïteit van de deelnemende bedrijven. Wij willen blijven en we willen vooruit. Deze constructie biedt dat. Dat is de belangrijkste reden om dit te doen”, gaat Noordam verder. ”Als je alleen bent, ben je erg kwetsbaar. In deze con-structie is ’het poppetje’ minder belangrijk. Of je een bedrijfs-opvolger hebt of niet speelt in de bedrijfsvoering helemaal geen rol. Je werkt als team. Het gaat hier ook niet om ’mijn grond’, maar om ’onze grond en ons bedrijf’. Dat zorgt voor een gewel-dige efficiencyslag. Ik verbaas me daar iedere dag weer over. Maar het is niet alleen de efficiency. Het is ook de gezelligheid die je samen hebt. Een buitenstaander denkt al gauw: Als je dit doet, ben je geen eigen baas meer. Zoiets wordt dan in het rijtje met nadelen gezet. Bij ons staat het in het rijtje voordelen. Ik zou niet meer terug willen naar een eenmansbedrijf. Ik ben enthousiast, maar er moet ook hard gewerkt worden. Als een collega-akkerbouwer weinig verdient, wordt hier ook niet veel verdiend.”De werkwijze zorgt volgens Noordam onder meer ook voor een betere benutting en ontwikkeling van kennis. ”Je bouwt gezamen-lijke kennis op. Je kunt je op een specifieke taak focussen, waar-door er meer specialisatie en specialistische kennis in het bedrijf ontstaat. Die kennis kun je bovendien sneller inzetbaar maken.” Hij vervolgt: ”Schaalgrootte is belangrijk om de kosten in de hand te kunnen houden. Door samenvoeging van bedrijven kun je met een heleboel machines minder toe. Je realiseert zo een efficiënter machinepark.” De samenvoeging maakt het ook mogelijk beter in te spelen op nieuwe technische ontwikkelingen, zoals GPS. ”Als je deze technieken goed wilt benutten, heb je oppervlakte nodig. Samenvoeging van bedrijven is een heel goedkope oplossing om dat te realiseren”, aldus Noordam.De dagelijkse leiding van Novifarm is in handen van een klein team, onder wie Noordam. Grote investeringen en de toekomst-plannen worden afgekaart met alle vennoten. Noordam: ”In de ontwikkeling van het bedrijf gaat heel veel tijd zitten. Je moet veel uitzoeken. We beschikken over drie GPS-systemen. Wil je die goed benutten, dan moet je daarin veel tijd investeren. Maar ook voor bijvoorbeeld het regelen van de afzet van een product geldt dit. Maar het is een investering in de toekomst.”

  • Arie Noordam in gesprek met medevennoten Jan Boer (m) en neef Leon Noordam

    5 april 2010 nr. 3

    Maximum uit de bietenteeltInmiddels doen ook twee andere bedrijven mee in Novifarm. De eigenaren van deze bedrijven (de families De Bruijne en Kruijthoff) zagen geen mogelijkheid zelf het bedrijf te runnen. Noordam: ”Ze zagen hoe het bij Novifarm ging en waren enthousiast over het concept. In drie jaar zijn we zo gegroeid van 300 naar 600 hectare. We zijn niet actief gaan werven om te groeien. Ons doel was wel groei, maar we zeiden tegen elkaar: we zien wel hoe het loopt.”Het werk bij Novifarm wordt gedaan door vier man, in drukke tijden vaak bijgestaan door vennoten die niet jaarrond meewer-ken. Het bedrijf teelt tarwe, aardappelen, suikerbieten, conser-ven, knolselderij en plant- en zaaiuien. De loonwerker wordt alleen ingeschakeld voor de oogst van knolselderij, uien en de bietenoogst. Het bedrijf teelt 60 hectare Theresa. ”Te weinig voor dit bedrijf”, in de ogen van Noordam. ”We doen er wel alles aan om een zo hoog mogelijk financieel resultaat te behalen in de teelt. We doen mee met de late levering en zijn niet te beroerd om een stukje plastic over een bietenhoop te trekken. We zaaien bovendien zo vroeg mogelijk. Dit jaar is ons dat niet gelukt. Half maart had het gekund, maar we durfden het niet aan door de voorspelde regen. De grond hier is erg slemp- gevoelig. Het is eind maart geworden. Zaaien is raaien. Ieder jaar is het weer een uitdaging.” De bieten worden geleverd door Novifarm. In de administratie van het bedrijf is vastgelegd wat ieders individuele quotuminbreng is.Noordam is kringbestuurslid van de Zuid-Hollandse Eilanden.

    ”De kring is klein. Er zal gekeken moeten worden naar een opschaling van kringen”, stelt hij. Over de aansturing van Cosun zegt hij: ”Cosun functioneert uitstekend. De structuur is niet polariserend. Het systeem van ledenraad, raad van beheer en de raad van toezicht werkt goed. De voorzitter van de raad van beheer is een bindende factor. De ledenraad is een instrument dat daadwerkelijk stuurt. Je hebt echt inbreng. Veel van de voor-stellen die worden uitgevoerd, zijn afkomstig uit de ledenraad. In die raad heb je een vruchtbare kruisbestuiving. Een boer uit Limburg kijkt vaak anders tegen een zaak aan, dan iemand uit Zeeuws-Vlaanderen of Groningen. Het houdt de oordeels-vorming scherp en voorkomt tunnelvisie.”

    Sterkere marktpartij”Als je vooruit wilt, moet je een bepaalde omvang hebben”, gaat hij verder. ”Uiteraard proberen wij door onze schaalgrootte iets te bereiken aan de verkoopkant, maar stel je daar niet te veel van voor. We maken ons geen illusies. Verwacht van ons ook geen hoogdravende verhalen over integratie in de keten. Schaalvergroting realiseren is gemakkelijker dan meerwaarde creëren. Door de schaalgrootte ben je wel een interessante klant voor toeleveranciers en loonwerkers. Toch willen we bij deze partijen niet het onderste uit de kan halen. We hechten aan goede en duurzame relaties.”De huidige omvang van 600 hectare is mooi, vindt hij. ”We wer-ken met een normale vijfschaarsploeg en een normale zaaimachine. Bij deze omvang kan dat. Maar hoe de toekomst eruit gaat zien? Ik zou het niet weten. Schaalgrootte is niet het belangrijkste. Meerwaarde en afzet van je product zijn zeker zo belangrijk. Maar ook zeker zo moeilijk te realiseren. Als het bedrijf in de toekomst groter moet worden, doen we dat. Toen we begonnen, hadden we zoiets van ’Laten we eerst maar eens deze stap zetten’ en dan zien we wel verder. Als wij dat niet gedaan hadden, waren we niet zo ver gekomen. Maar het allerbelangrijkste is dat je plezier hebt in het werk. Als iets alleen maar stress oplevert, is Arie vertrokken.”

    Ton Schönwetter

  • Fabrieksterrein Bergen op Zoom overgedragen aan gemeente

    Nedalco versterkt positie door vergroting efficiency

    De sluiting van de fabriek in Bergen op Zoom komt niet uit de lucht vallen. Al in 2004 heeft Nedalco hier-over afspraken gemaakt met de gemeente. Die wil op

    het terrein woningbouw realiseren. Toen Nedalco zich eind 2009 bij de gemeente meldde voor de overdracht van het terrein bleek het enthousiasme over de bouw-plannen enigszins getemperd, wat leidde tot vertraging bij de overdracht. ”Nu, enkele maanden later en nu de markt is aangetrokken, ziet het er allemaal een stuk zonniger uit”, vertelt Ger Bemer, algemeen directeur van Nedalco.

    Productie verplaatstHet bedrijfsterrein is inmiddels overge-dragen aan de gemeente en daarmee is na ruim 110 jaar de productie in Bergen op Zoom definitief verleden tijd. Half februari is begonnen met het schoonmaken van de fabriek. In juni wordt de laatste alcohol uit de opslagtanks afgeleverd. Daarna kan overgegaan worden tot de sloop. Het schoonmaken en ontmantelen gebeurt op basis van een nauwkeurig uitgewerkt plan. ”Het belangrijkste is dat de veiligheid steeds gewaarborgd blijft”, aldus Bemer.De productie wordt voortgezet in de nieuwe fabrieken in Sas van Gent en Manchester die zijn gebouwd in respec-tievelijk 2005 en 2007. De capaciteit van deze twee zal nog enigszins worden uitgebreid. Nedalco heeft in Bergen op Zoom vanaf 1899 alcohol geproduceerd uit melasse,

    een bijproduct van de bietsuikerpro-ductie. De fabrieken in Sas van Gent en Manchester werken op basis van graan-reststromen. Bij het huidige prijsniveau is dat een goedkopere grondstof dan melasse. Voor de melasse heeft Suiker Unie andere afzetmogelijkheden, zoals de gistindustrie.

    Topsegment van de marktNedalco heeft daarnaast de beschik-king over productie- en opslagcapaciteit in Heilbronn (Duitsland). Nedalco is

    sinds vorig jaar volledig eigenaar van het daar gevestigde bedrijf Brüggemann, nu Nedalco Alcohol GmbH geheten.De fabriek in Heilbronn koopt ruwe alcohol aan en zuivert deze tot pure, geurneutrale alcohol. ”Nedalco richt zich vooral op ’high end’-klanten. Dit zijn klanten die hoge eisen stellen aan de kwaliteit van de alcohol, de logistiek en de services. Het gaat hierbij om alcohol voor dranken, cosmetica, farmaceutische en industriële toepassingen”, vertelt Bemer. ”Nedalco had sinds 2000 de helft

    Met de sluiting van de fabriek in Bergen op Zoom komt een einde aan 110 jaar alcoholproductie op die locatie.

    De productie wordt grotendeels overgenomen door de fabrieken in Sas van Gent en Manchester. Na een moeilijk

    jaar lijkt de markt nu wat aan te trekken. Nedalco draait met de twee overblijvende fabrieken op volle capaciteit.

    Patenten voor tweedegeneratie biobrandstof Reeds tientallen jaren wordt er gewerkt aan een technologie om ethanol te produceren uit niet-voedselgewassen. Als dit gaat lukken, kan daarmee een einde komen aan de discussie over de inzet van voedselgewassen voor de productie van brandstof. Sinds enkele jaren lijkt de ontwikkeling in een stroomversnelling te komen. Waar we op dit punt nu precies staan, is moeilijk aan te geven. Veel aanspraken op een doorbraak in de technologie blijken in de praktijk (nog) niet te kunnen worden waargemaakt. Dat een technologie werkt, is niet voldoende. Zij moet ook kostenefficiënt toepasbaar zijn. Anders wordt de productie te duur.

    Extra stappenOm ethanol te kunnen produceren uit bijvoorbeeld stro zijn twee extra stap-pen in het verwerkingsproces nodig. De grondstof moet voorbewerkt worden om de celluloseketens te ontsluiten en de cellulose moet afgebroken worden in suikers. Deze suikers worden vervolgens door gisten omgezet in alcohol. De meeste gisten zetten alleen C6-suikers om. Ongeveer een derde van de suiker bestaat echter uit zogenaamde C5-suikers. Om een goed rendement te behalen is het nodig giststammen in te zetten die ook deze suikers omzet-ten. Nedalco heeft hierop meerdere patenten en verkoopt licenties voor het gebruik van deze technologie. Ook zoekt Nedalco samenwerking met andere bedrijven die over technologie beschikken voor de eerste twee stappen van het proces. Voordat de nieuwe technologieën op commerciële basis toegepast zullen worden, zijn we echter enkele jaren verder.

    Ger Bemer

    6 april 2010 nr. 36

  • van de aandelen van Brüggemann. Nu we zelf aan het stuur zitten, kunnen we de aanwezige markt- en klantenkennis op de Duitse markt veel beter benutten.”

    Geen bio-ethanolBehalve Duitsland en de Benelux, zijn ook Groot-Brittannië en Ierland belangrijke afzetgebieden voor Nedalco. Bio-ethanol produceert het bedrijf nauwelijks. Aan bio-ethanol worden minder hoge eisen gesteld qua zuiverheid. De concurrentie op deze markt is bijzonder groot. De pro-ductiecapaciteit in de EU is momenteel groter dan de vraag. Daarnaast is er ook nog import, vooral uit Brazilië.Ook Nedalco had enkele jaren geleden plannen voor de bouw van een fabriek voor de productie van bio-ethanol. Het bedrijf heeft daarvan afgezien, omdat er onvoldoende zekerheid was over bedrijfs-economisch verantwoorde afzetmogelijk-heden. ”Een beginnende industrie moet je een jaar of tien een steuntje in de rug geven”, stelt Bemer. ”Zonder voldoende afzetgaranties was het risico te groot.”

    Terugkijkend is hij overigens niet rouwig over de beslissing om niet in bio-ethanol te investeren. ”De ethanolprijzen zijn een stuk lager dan door sommigen vooraf is ingeschat.”In het hogere segment van de markt zijn bovendien betere marges te realiseren. Al werkt ook in dat segment de lage bio-ethanolprijs door. Ger Bemer: ”Nedalco is relatief klein, maar groot genoeg om de specialistische markten in Nederland en de omringende landen te bedienen. Met moderne fabrieken, een lage kostprijs en een hoge productkwaliteit is er zeker een toekomst voor Nedalco. Bovendien heeft Nedalco nog een extra ijzer in het vuur met de gepatenteerde technologie waarmee een groter deel van de suikers in de grondstof omgezet kan worden in alcohol.”

    Jan Willem van Roessel

    Voorloper in TPMNedalco is in Cosun een voorloper in de toepassing van de verbeter-techniek TPM (Total Productive Maintenance). Onlangs heeft Nedalco een tweede onderschei-ding op dit gebied gekregen. Inmiddels wordt de methode toegepast in alle Cosunbedrijven.

    TPM is afkomstig uit Japan. Het is een vaste methodiek om problemen op te lossen en kwaliteitsverbete-ringen door te voeren in productie-bedrijven. De operators van een machine of installatie worden in deze methodiek meer zelf verant-woordelijk voor de bediening en het onderhoud en de verbeterin-gen aan hun machine. Dat gebeurt aan de hand van een systematisch stappenplan. De leidinggevende krijgt een meer ondersteunende rol en beslist en regelt niet meer alles zelf. Het doel is om voortdu-rend de efficiency te verbeteren en problemen structureel op te lossen en zo toekomstige problemen te voorkomen. Deze manier van werken past volgens Ger Bemer uitstekend in het streven naar verdere kostprijsverlaging en is goed voor de arbeidsverhoudingen.

    Nedalco Sas van Gent

    7 april 2010 nr. 3

  • Bij normale groeiomstandigheden quotum ruim vol

    Temperatuur, zonneschijn en neerslag bepalen suikeropbrengst

    In de eerste fase van de groei is vooral de temperatuur bepalend voor de ontwik-kelingssnelheid van het gewas. Het eerst-volgende belangrijke meetpunt, de groei-puntsdatum (de datum waarop de biet gemiddeld 4 gram suiker bevat), wordt bereikt na ongeveer 700 graaddagen. Na het bereiken van het groeipunt is vooral de hoeveelheid straling bepalend voor de diktegroei en de suikerproductie.

    De temperatuur en de hoeveelheid stra-ling zijn de belangrijkste parameters voor het opbrengstprognosemodel. Tijdens het groeiseizoen kan zo een steeds betere inschatting gemaakt worden van de oogstomvang. Voor de nog voor ons liggende periode hanteren we weer- gegevens van de afgelopen 20 tot 30 jaar.Voor een ongestoorde groei is het van belang dat er een goede vochtvoor-ziening

    is. Het meest gevoelig is daarbij de lichte grond. In de afgelopen twee jaar was er voldoende vocht. Daarom was op deze grondsoort de opbrengst hoog. In jaren met een droge zomer vallen de opbrengs-ten hier meestal tegen. Sommige telers beregenen de bieten als dat nodig is. Hoeveel en waar beregend wordt, is niet in een model te vatten. Daardoor is dit een onzekere factor bij de opbrengstprognose.Voor een optimale suikerproductie is een gezonde ’fabriek’ belangrijk. Het bladap-paraat zorgt voor omzetting van zonlicht in suiker. Dat gebeurt het beste bij veel straling op een gezond blad-oppervlak. Dat oppervlak hoeft overigens niet per se heel groot te zijn. In 2009 was de loof/wortelverhouding vrij klein. Toch was er een topopbrengst, omdat het gewas op heel veel percelen tot laat in het groeisei-zoen in goede conditie was.

    Bodemgezondheid Een goed teeltuitgangspunt is: ’Een gezonde biet in een gezonde bodem’. Het geeft kernachtig weer dat niet alleen boven het grondoppervlakte alles in orde moet zijn, maar ook daaronder. Dat lukt niet altijd voor 100%, maar gelukkig kiezen heel veel telers bij de zaaizaadbestelling voor een ras dat bodemgebonden ziekten als rhi-zoctonia en bietencysteaaltjes minder kans geeft. Een goede plantenvoeding is uiter-aard ook van belang. Beschikbaarheid én opneembaarheid van mineralen zijn mede bepalend voor een gezond blad. Jammer dat onze kalkmeststof Betacal niet door de minister van LNV ondersteund wordt.

    Gert Sikken

    Nu de bieten zijn gezaaid zijn vooral

    de temperatuur, de zonnestraling en

    de vochtvoorziening bepalend voor

    de suikeropbrengst. Onder normale

    groeiomstandigheden levert het areaal

    van circa 71.000 ha. voldoende suiker

    voor het vullen van het quotum en de

    mogelijke export van surplussuiker. Een gezond bladapparaat is belangrijk voor de omzetting van zonlicht in suiker

    Geen vrijstelling BetacalIn Betacal zit naast het hoofdbestanddeel kalk ook een kleine hoeveelheid stikstof en fosfaat. Tot en met vorig jaar gold voor fosfaat in Betacal dat deze voor de helft meegeteld moest worden als fosfaataanvoer. Vanaf dit jaar moet de volledige hoeveelheid meegeteld worden.

    Kamer voor, minister tegenOnder andere dankzij de inspanning van de Kamerleden Ger Koopmans (CDA) en Janneke Snijders (VVD) is een motie ingediend die deze onnodige mee-telling afwijst. De motie kreeg Kamerbrede steun, maar de minster van LNV heeft tot twee keer toe deze motie naast zich neergelegd. Dit is onbegrijpe-lijk, omdat de mineralen in Betacal een 100% duurzame kringloop hebben. Ze komen uit de Nederlandse bodem en gaan daarin terug. Dus geen aanvoer van buitenaf, zoals bij veel diervoedergrondstoffen het geval is. De hoeveel-heid fosfaat in Betacal is bovendien minder dan een half procent van de tota-le hoeveelheid fosfaat uit dierlijke mest. Het fosfaat in Betacal zorgt in combinatie met kalk voor een betere geleidelijke opneembaarheid van voedingsstoffen. De minister stelt dat bij aanpassingen in de fosfaatregelgeving de zogenaamde stik-stofderogatie voor grasland op de tocht zou komen te staan. Dat de minister zich zo sterk heeft laten leiden door ’Brussel’ is teleurstellend en schadelijk voor de sector. Verspreiding van Betacal-Flow

    8 april 2010 nr. 3

  • Zaaiseizoen moeizaam op gang

    Later zaaien heeft over het algemeen een negatief effect op de suikeropbrengst. Uit Unitip-gegevens van de afgelopen jaren blijkt dat zaaien in de derde week van april gemiddeld 150 tot 300 euro minder oplevert dan zaaien rond eind maart.Uiteraard is vroeg zaaien alleen raadzaam als de grond bekwaam is. Velen waren dan ook genoodzaakt het zaaien even uit te stellen. Waar wel werd gezaaid, was sprake van een prima zaaibed. De opkomst blijkt voorspoedig te zijn verlopen.

    Goed oplettenTelers die nog moeten zaaien moeten, voordat ze besluiten dat te doen, goed letten op de conditie van de ondergrond. Door de over het algemeen goede struc-tuur is het verleidelijk iets te vroeg aan de gang te gaan. Probeer het zaaibed als het kan in één werkgang klaar te leggen

    en bewerk de grond niet te diep. Een van de meest voorkomende oorzaken van een matige opkomst is het droog liggen van het zaad. Uit Unitip blijkt dat op 7 tot 10% van de bietenpercelen droog liggend bietenzaad de oorzaak is van een lager plantaantal. Op de lichte gronden staat er behoorlijke druk op de werkzaamheden. In korte tijd moet er veel organische mest, maar ook Betacal worden uitgereden.

    OnkruidbestrijdingOp de bietenpercelen die in maart zijn gezaaid, werken de bodemherbiciden prima. Bij de latere zaai neemt de kans op succes af. Overigens is het heel goed

    mogelijk het onkruid succesvol te bestrij-den met alleen bespuitingen tijdens of na opkomst. Pas goed op met het afbranden van onkruid voor opkomst. Elk jaar opnieuw worden telers verrast, doordat een bespuiting met glyfosaat te laat is uitgevoerd, waardoor de eerste bieten-planten verloren raken.Bij een latere zaai wordt meer gebruik gemaakt van een herbicidenbespuiting voor het zaaien. Uit Unitip blijkt, dat ongeveer een derde van de telers die zaaien vanaf half april, een onkruid-bestrijding uitvoert voor het zaaien.

    Tips en adviezenVooral in het begin van het groeiseizoen vraagt de bietenteelt om de nodige extra aandacht. Het IRS biedt via haar website hierover de nodige teeltinformatie. Zo ook over gewasverzorging. Maak hiervan gebruik. Ongeveer 4.000 bietentelers maken gebruik van het attenderings-systeem van het IRS. Hiermee worden op het juiste moment tips en interessante wetenswaardigheden over de bietenteelt gemeld. Als u hier nog geen gebruik van maakt, adviseren wij u hiervoor aan te melden. Zie: www.irs.nl, en kies voor ’Hou mij op de hoogte’.

    Pieter Brooijmans

    De gemiddelde zaaidatum valt dit jaar

    na 8 april, het langjarige gemiddelde.

    De uitzaai van de bieten kwam in de

    tweede helft van maart goed op gang,

    vooral in Zuidwest-Nederland. In de

    tweede week van april werd landelijk

    pas volop gezaaid. Half april was onge-

    veer de helft van de bieten gezaaid.

    Verloop uitzaai suikerbieten 2010 (in %)

    datumGebied 15 maart 22 maart 29 maart 5 april 12 april Zeeuws-Vlaanderen 1,2 59,1 72,7 72,7 73,3Zeeuwse Eilanden 1,2 41,2 48,4 48,4 51,5West-Brabant 0,2 6,7 16,9 17,3 24,9Holland 0,3 6,0 15,8 15,8 27,7Flevoland 0,1 1,1 10,1 49,0 66,8Noordoostpolder - 0,1 5,2 9,0 35,0Noordelijke klei - - 12,7 22,4 27,9Noordelijke zand - 0,7 7,1 13,2 42,0Noordelijke dal/veen - 0,5 5,3 22,2 42,5Gelderland - 0,7 10,2 14,1 19,7Oost-Brabant - 1,9 9,5 9,9 22,7Limburg - 0,8 13,8 15,8 31,3Nederland 0,2 8,7 17,7 25,1 38,9

    Veel bieten zijn half april gezaaid

    9 april 2010 nr. 3

    Meedoen met UnitipDit voorjaar zijn door Suiker Unie in totaal veertig Unitip-bijeenkomsten georganiseerd waarin de resultaten van 2009 zijn besproken. Meedoen is aantrekkelijk. De vergelijkingen met handige tips en adviezen maken het gemakkelijker om de teeltprestaties te verbeteren. Alle nog niet deelnemende bieten-telers worden van harte uitgeno-digd, zeker nu, hieraan ook deel te nemen. De buitendienst biedt u desgevraagd alle ondersteuning.

    Unitip-bijeenkomst

  • Cosun zet in op maatschappelijk verantwoord ondernemen

    Suiker Unie staat, als bedrijf, met zijn voeten midden in de maatschappij. Het is dan ook niet vreemd dat Suiker Unie zich bewust is van zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid. Het bedrijf han-delt daar ook naar. Bij ondernemen is het van belang om ook op de langere termijn te kunnen blijven voortbestaan. Daartoe moet een onderneming winst maken. Daarnaast is het ook van belang dat een onderneming draagvlak heeft in de maatschappij en gewaardeerd wordt hoe ze haar bedrijfsvoering uitvoert. Met je bedrijfsactiviteiten zul je naast winst (’profit’) ook rekening moeten houden met de gevolgen voor de maatschappij, ofwel met ’people’ en ’planet’.

    Ook Suiker UnieIs het voor Suiker Unie van belang om aan Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) mee te doen? Ja, dat is het zeker. Maar dat wil niet zeggen dat je allerlei zaken alléén vanwege MVO moet doen. Duurzaamheid en winst maken gaan vaak hand in hand. Zo heeft Suiker Unie sinds 1990 44% bespaard op de hoeveelheid gas die in productie nodig is per ton suiker. Cosun vindt MVO van groot belang. De moedermaatschappij heeft aan onder andere Suiker Unie gevraagd om MVO verder uit te werken. Vanuit de directie Suiker Unie is een Stuurgroep MVO opgezet om de MVO-activiteiten in kaart te brengen, de communicatie hierover te verbeteren en waar nodig nieuwe initia-tieven te ondersteunen of op te starten. MVO wordt bij Suiker Unie uitgewerkt aan de hand van vijf thema’s: •Verantwoordwaardecreëren •Ketenverantwoordelijkheid •Natuurlijk,klimaat,energie •Betrokkenheidmedewerkers •Gezondheid.

    Duurzaamheid is de pijler onder Suiker UnieMaatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) is leidraad bij Suiker Unie. De duurzaamheid van de bietenteelt klinkt

    door op het pak suiker. Het is een van de methoden om kenbaar te maken hoe Suiker Unie omgaat met maatschappelijk

    verantwoord ondernemen.

    Frank van Noord, directeur R&D Suiker Unie

    10 april 2010 nr. 3

  • MVO in de bietenteeltIs Suiker Unie speciaal voor MVO met projecten gestart? Nee, niet in speciale projecten omdat vrijwel alle thema’s al deel uit maken van onze dagelijkse werkzaamheden. We zijn al heel lang bezig met energiebesparingen en met duurzame bietenteelt. Bij alle activiteiten van Suiker Unie kun je met een MVO-bril op prachtige voorbeelden aantreffen. Een van die voorbeelden is de continue verbetering van de bietenteelt. Daarin spelen eigen-lijk alle facetten van de MVO-thema’s.De maatschappij ervaart de landbouw als een belangrijke gebrui-ker van de groene ruimte. Die ruimte moet op een verantwoorde wijze worden gebruikt. Enerzijds moet het gebruik geen hinder en overlast veroorzaken voor de omgeving. Anderzijds moet de teler inkomen kunnen blijven verwerven. Kortom: de teelt moet duurzaam zijn.Bietentelers, Cosun, Suiker Unie en IRS werken al jarenlang intensief samen om de teelt verder te verbeteren. Het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en meststoffen per ton bieten daalt. Ze worden bovendien zo toegepast dat de omgeving en het milieu er geen schade van ondervinden. Bietentelers zijn nu, ten opzichte van het jaar 1995, in staat om met 40% minder middelen en meststoffen 50% meer suiker per hectare te produ-ceren. De gewasbeschermingsmiddelen zijn per kg actieve stof bovendien minder schadelijk geworden. Dit levert een flinke milieuwinst op. Tegelijkertijd wordt de teler er financieel beter van.

    UnitipOm nog meer van elkaar te leren is jaren geleden het teelt-registratie- en adviesprogramma Unitip ontwikkeld. Ieder jaar worden aanvullingen doorgevoerd, zodat steeds meer data beschikbaar komen. Met behulp van dit programma kunnen telers hun teeltactiviteiten registreren en vergelijken met andere telers. Dat leidt tot tips en adviezen om de teelt nog verder te

    verbeteren. Unitip ondersteunt het nog duurzamer maken van de bietenteelt. Suiker Unie blijft zich samen met de telers inspannen om een nog hogere suikeropbrengst te behalen, met een verdere verlaging van het gebruik van gewasbescher-mingsmiddelen en kunstmest, maar ook van bijvoorbeeld ener-gie en water. Want ’duurzaam’ betekent verstandig omgaan met schaarse middelen.

    VeldleeuwerikSuiker Unie participeert ook in het project Veldleeuwerik (www.veldleeuwerik.nl). In dit project staat de duurzame akker-bouw als geheel centraal. Suikerbieten maken van dit project een belangrijk onderdeel uit in Flevoland. In een volgend nummer van Cosun Magazine wordt hieraan meer aandacht besteed.

    MVO en het eindproductEen ander voorbeeld waarbij nieuwe ontwikkelingen en MVO bij Suiker Unie hand in hand gaan, is de nieuwe verpakking voor de 1 kiloverpakking van Van Gilse. Om in het supermarktschap voldoende op te vallen moeten verpakkingen regelmatig worden vernieuwd. Behalve naar commerciële en technische aspecten, wordt bij het ontwikkelen van een nieuwe verpakking ook geke-ken naar MVO-aspecten (people, planet, profit). Dit heeft er onder meer toe geleid dat op de nieuwste verpak-king informatie is opgenomen volgens de nieuwste voedings-richtlijn. Ook is er plaats gereserveerd voor informatie over de teelt, de productie en het product. Op de verpakking staat duidelijk dat het product 100% natuurlijk is. De nieuwe verpakking wordt zo geproduceerd dat er minder drukinkt (verfstoffen) nodig is. Hij is ook lichter, waardoor er op jaarbasis 14.000 kilo minder papier voor nodig is. De nieuwe papiersoort is ook gemakkelijker verwerkbaar. De prijs/kwaliteit-verhouding van dit papier is beter.Het voorbeeld van de kristalsuikerverpakking laat zien hoe MVO vanuit meerdere invalshoeken profijtelijk kan zijn. Als je zo duidelijk met MVO bezig bent als Suiker Unie is com-municatie hierover van groot belang. Naar klanten, medewerkers, maar ook naar anderen met wie Suiker Unie te maken heeft.

    Frank van Noord

    Het Cosun Magazine wordt gedrukt op papier dat is gemaakt van hout uit goed beheerde bossen en andere

    gecontroleerde bronnen. Dit papier is herkenbaar aan het FSC logo, dat staat afgedrukt onder het colofon. FSC is een onafhankelijke non-profit organisatie die opgericht is om het duurzaam beheer van bossen op de wereld te promoten.

    SCS-COC-00750

    11 april 2010 nr. 3

  • Quiz: ’Welke schade hoort bij welk insect?’Ieder jaar veroorzaken insecten weer schade in de bieten. Voor het nemen van de juiste beslissingen om insecten te

    bestrijden is het belangrijk te herkennen welk insect de schade veroorzaakt. Zoek het juiste insect bij de juiste schade.

    1. A.

    2. B.

    De oplossing is te vinden

    op bladzijde 14!

    Pillenzaad met insecticide werkt tien wekenIn december heeft u de keuze kunnen maken of u bietenzaad met of zonder insecticide wilde bestellen. Pillenzaad met insecticide (speciaal pillenzaad) beschermt de bieten tegen insecten in de eerste tien weken na het zaaien. Omdat insecten eerst aan de plant moeten vreten voordat ze doodgaan, kan het zijn dat er insecten en een beetje schade zichtbaar zijn. Bestrijding is pas nodig nadat de eerste tien weken verstreken zijn. Het betekent dat dit alleen het geval kan zijn voor bladluizen. Vanaf half juni of begin juli worden luizen gedood door parasitaire schimmels en is een bestrijding niet meer rendabel. Kijk voor bestrij-dingsmaatregelen tegen insecten op www.irs.nl.

    Elma Raaijmakers

    Het insecticide uit het pillenzaad wordt opgenomen door de plant. Gedurende de eerste tien weken na zaai doodt het insecticide de insecten, zodra zij aan de plant zuigen en/of vreten.

    Rubriek onder verantwoordelijkheid van IRSPostbus 32, 4600 AA Bergen op ZoomTelefoon: 0164 274400 Fax: 0164 250962E-mail: irs@irs.nl Internet: www.irs.nlEindredactie: Jurgen Maassen

    I n f O r m a t I e

    12 april 2010 nr. 3

  • InfOrmatIe

    4. D.

    5. E.

    6. F.

    C.3.

    foto’s: A: Co Deleplanque, C: H. Glas, D: Proefstation v.d. Bloemisterij.

    13 april 2010 nr. 3

  • InfOrmatIe

    kop van de biet komt. Dit geldt ook bij rhizoctoniaresistente rassen.

    Toetsing resistente rassenBij het onderzoek van rhizoctonia-resistente rassen wordt er juist gebruik gemaakt van het versterkende effect van mechanische onkruidbestrijding op de rhizoctonia-aantasting. Rhizoctoniaresistente rassen worden op speciale proefvelden op hun resistentie beoordeeld. Zes tot zeven weken na het zaaien wordt er rhizoctonia aangebracht in de kop van de biet (foto 3). Daarna wordt het proefveld geschoffeld (grond in

    Oppassen met mechanische onkruidbestrijding op rhizoctoniapercelen!Aanaarden of schoffelen kan de rhizoctoniaschade in bieten verergeren. Het IRS raadt aan het perceel eerst goed

    te controleren op rhizoctonia. De rhizoctonia-aantasting is meestal al voor het sluiten van het gewas zichtbaar.

    Op zand- en dalgronden worden op veel percelen de bieten vlak voor het sluiten van het gewas aangeaard (foto 1) als laat-ste onkruidbestrijding. Schoffelen is een andere gangbare mechanische onkruid-bestrijding. Beide technieken verplaatsen grond en daarmee ook bodemschimmels, zoals rhizoctonia. Bij aanaarden komt er zelfs een behoorlijke hoeveelheid grond in de kop van de bieten (foto 2). Met een regenbui eroverheen ontstaat er een ideaal klimaat voor de ontwikkeling van rhizoctoniakoprot, constateerden Amerikaanse onderzoekers. In de noor-delijke staten van de Verenigde Staten begint rhizoctoniakoprot meestal bij het sluiten van het gewas. Men associeert de ziekte met grond die tijdens de mecha-nische onkruidbestrijding in de kop van de biet terecht komt. In Nederland zijn de rhizoctoniasymptomen al veel eerder zichtbaar. Aanaarden en schoffelen verer-geren de aantasting.

    Controleer uw perceelDe bodemschimmel rhizoctonia veroor-zaakt wortelbrand, wortel- en koprot. De schimmel kan de biet in elk groei-stadium aantasten. Het IRS raadt u aan om die percelen waarop in het verleden rhizoctonia is geconstateerd, voorafgaand aan de mechanische onkruidbestrijding te controleren op door rhizoctonia aange-taste bieten. Is rhizoctonia aanwezig, pas dan geen mechanische onkruidbestrijding toe. Het IRS adviseert om op rhizoctonia-gevoelige percelen niet te schoffelen of aan te aarden. Moet u door de hoge onkruiddruk toch aanaarden, doe dit dan niet te zwaar (foto 2= zwaar aanaarden). Probeer te voorkomen dat er grond in de

    Rhizoctonia schade beperkenals het perceel een geschiedenis met rhizoctonia heeft, kies dan altijd voor een rhizoctoniaresistent ras! Helaas kunnen deze rassen ook last hebben van rhizoctoniaschade. Daarom zijn de volgende aanvullende maatrege-len nodig om deze te beperken: - zorg voor een zo ruim mogelijke

    rotatie;- teel geen waardplanten, zoals mais,

    waspeen of schorseneren, voor de bieten, zeker niet als daarin rhizoc-tonia-aantasting voorkwam;

    - goede voorvruchten zijn aardappelen, granen en kruisbloemige groen-bemesters, zoals bladrammenas en gele mosterd;

    - zorg voor een goede pH en struc-tuur van de grond;

    - pas geen mechanische onkruid-bestrijding op rhizoctoniapercelen toe.

    Oplossing insectenquiz

    Oplossing ’Welke-schade-hoort-bij-welk-insect-quiz’ van bladzijde 12/13:

    1 f Zwarte bonenluis 4 a Bietenvlieg2 D Wortelduizendpoot 5 C Springstaart3 e rups 6 B emelt

    Foto 1. Het aanaarden van het bietengewas gebeurt met aanaardschoffels.

    Foto 2. Bij het aanaarden komt er grond en daarmee ook bodemschimmels in de kop van de biet.

    Foto 3. Suikerbieten worden geïnfecteerd met rhizoctonia in de kop van de biet om de mate van resistentie te kunnen bepalen.

    14 april 2010 nr. 3

  • het hart van de biet gebracht) en, indien nodig, beregend. Afhankelijk van de weerscondities ontwikkelt de aantasting zich. Warm en vochtig weer bevorderen de ziekte; koel en droog weer vertragen de infectie. Zonder mechanische onkruid-bestrijding ontwikkelt de ziekte zich minder. Na verloop van tijd vindt beoordeling van de bieten op hun mate van aantasting plaats.

    Hans Schneider en Peter Wilting

    Bestrijd onkruidbietenals u schieters niet verwijdert, kunnen deze veel rijp zaad produce-ren. Dit zaad blijft nog jaren lang kiemkrachtig in de grond en ver-oorzaakt voor de bieten een groot onkruidprobleem. Onkruidbieten groeien niet alleen in de rijen, maar ook ertussen en zijn daaraan te herkennen. Onkruidbieten schieten snel en produceren ook snel zaad. Bestrijd ze daarom tijdig! Welke maatregelen kunt u treffen?• later zaaien

    Veel onkruidbietenzaden kiemen in maart en begin april. als u bijvoorbeeld de tweede helft van april zaait, worden de aanwezige kiemplantjes met de zaaibedbereiding bestreden. Deze maat- regel is, vanwege de opbrengstderving, alleen interessant als u veel onkruidbieten verwacht.

    • schoffelen De onkruidbieten tussen de rijen kunt u bestrijden door te schoffelen. Komt er nog een tweede kiemgolf, herhaal dan het schoffelen.

    • met de hand verwijderen Onkruidbieten in de rij moet u, voordat rijp zaad is geproduceerd, met de hand uittrekken, omknikken en eventueel het veld uitdragen.

    • chemisch bestrijden of maaien als er erg veel onkruidbieten staan, kunt u met een onkruidstrijker de onkruidbieten met glyfosaat bestrijden of de geschoten exemplaren boven de bieten afmaaien. Dit zijn noodmaatregelen. Percelen met erg veel onkruidbieten zijn eigenlijk ongeschikt voor de bietenteelt.

    De beste maatregel is preventief alle schieters uit het bietengewas voor afrijping te verwijderen. Hiermee voorkomt u een toekomstig probleem met onkruidbieten.

    Peter Wilting

    Onkruidbieten, laat het niet zover komen! (foto: arno Huijsmans, agrarische Dienst Suiker Unie).

    Deze en andere foto’s kunt u vinden op pagina’s 39, 72/73 van Suikerbietsignalen.

    Heeft u de IRS Gewasbeschermings-Update al gelezen… en de prijsvraag op de achter-kant zien staan? U heeft nog enkele dagen om de antwoorden te mailen naar info@irs.nl.

    Scheef of slechtgroeiende bieten een van de oorzaken van horizontale of langzame groei is een lage pH (

  • VRA

    AG

    & A

    NTW

    OO

    RD Voor een optimale financiële opbrengst moet het planten-aantal liggen tussen 70.000 en 90.000 planten per ha. Het is van belang het verloop van de opkomst goed te volgen. Een handig hulpmiddel hiervoor is het uitzetten van enkele (drie tot vijf) telstroken van tien meter lengte, verdeeld over het perceel. Tel het gemiddelde aantal planten op de telstrook en vermenigvuldig deze uitkomst met 2.000 voor het plantaantal per hectare. Voer om de drie dagen een telling uit om te bepalen hoeveel planten erbij komen of wegvallen. Bij twijfel over het plantaantal kan met behulp van deze tellingen en het programma ’Betakwik overzaaien’ op www.irs.nl eenvoudig worden bepaald bij welk plantaantal en welke zaaidatum overzaaien nog rendabel is.

    Benoemingen agrarische dienstAls gevolg van het overlijden van Huib de Fijter en de hergroepering van managementtaken, hebben in het management van agrarische dienst van Suiker Unie enkele personele veranderingen plaatsgevonden. Arno Huijsmans (41 jaar) is per 1 mei benoemd tot manager agrarische dienst zuid. Hij gaat leiding geven aan de agrarische buitendienst in Zuid-Nederland. Arno heeft ruim achttien jaar in de buitendienst gewerkt. Momenteel is hij werkzaam als districtshoofd in Midden- en Zuid-Holland. In zijn opvolging in de agrarische buitendienst hopen wij zo spoedig mogelijk te kunnen voorzien.

    Pieter Brooijmans (50) is per 1 mei manager agrarische dienst centraal geworden. Pieter gaat leiding geven aan de agrarische binnendienst van Suiker Unie, waaronder administratie en teeltzaken vallen. Pieter is 28 jaar werkzaam geweest in de agrarische dienst, eerst bij CSM Suiker en sinds 2008 bij Suiker Unie. Hij heeft diverse functies vervuld, het laatst als stafmedewerker teeltzaken. Wij wensen Arno en Pieter veel succes toe in hun nieuwe functie.

    KO

    RT N

    IEU

    WS

    Wanneer moet ik overzaaien?

    Beet Europe 2010

    Voer in de opkomstperiode regelmatig plantentellingen uit

    Arno Huijsmans (l) en Pieter Brooijmans

    Het internationale bietenevenement Beet Europe 2010, dat op 14 oktober in Lelystad wordt georganiseerd, krijgt steeds meer vorm. Aan de rooi-demonstratie van het evenement nemen rooierfabrikanten van alle grote merken deel met een of meerdere machines. Ook voor de bedrijvenbeurs is veel belangstelling. Bedrijven uit de sector tonen daar hun product(en) of

    dienst(en). Naast de rooi-demonstratie en de bedrijvenbeurs zijn bij Beet Europe ook proef- en demonstratievelden te bezichtigen van ondermeer het IRS, PPO en de gewasbeschermings-middelenindustrie. Aan bod komen onderwerpen als de rassenkeuze, bladschimmelbestrijding, de mogelijkheden van groen-bemesters en de afstelling van de bietenzaai-machine. Ook wordt veel aandacht besteed aan de bewaring en de mechanische afdekmogelijkheden van bietenhopen.Meer informatie over dit niet te missen evenement is te vinden op www.beeteurope2010.com. Noteer het alvast in de agenda: 14 oktober, Beet Europe 2010, Lelystad.

    16 april 2010 nr. 3

    Op 30 maart zijn de eerste bieten voor BeetEurope gezaaid