Landschapscontactdag 2013

Post on 24-May-2015

448 views 0 download

description

Wat boerderijen en landschappen met elkaar gemeen hebben : specifiek wat pot-, vlakstallen en plaggenlandbouw gemeen hebben - een lezing van Carlo Jengember op Landschapscontactdag 2013

Transcript of Landschapscontactdag 2013

Wat boerderijen en landschappen met elkaar gemeen hebben

Specifiek wat pot-, vlakstallen en plaggenlandbouw gemeen hebben

Carlo Jengember - 2013

Inhoud lezing

1. De betekenis van boerderijen voor beter begrip van het landschap

2. Het plaggen

3. De potstal

4. Een verklaring voor het ontstaan van de potstal

5. Een Europees rondje mest en plaggen

6. Terug naar een beter begrip voor het plaggenlandschap

7. Plaggenlandbouw, potstallen in het Hageland

1. De betekenis van boerderijen voor een beter begrip van het landschap

De betekenis van het landschap voor een beter begrip van boerderijen

De Amerikaanse landschapsdeskundige John Brinckerhoff Jackson is also known for associating seemingly unrelated landscape phenomena, such as the changes in highway strips with changes in the suburban house, and changes in the organization of field lines with changes in the interiors of barns.

Stephen Rippon

Tijdens de 16e en 17e eeuwen ontwikkelden de

huisplattegronden in Devon en Somerset zich in twee

verschillende richtingen. Terwijl voorheen de beide regio’s

éénzelfde huisplattegrond bezaten. Zo ontwikkelde Somerset een

symmetrische lay out, maar bleef Devon het oude assymetrisch

grondplan in de 17e eeuw aanhouden.

The Character of FarmsteadsJeremy Lake, Bob Edwards

FARMSTEAD TYPE

LANDSCAPE AND SETTLEMENT

FARMSTEAD CHANGE

FARMSTEAD BUILDINGS

MATERIALS AND DETAIL

1550 and beyond Monastic and secular estates, survival of wealthier farmers in some areas

Regular Courtyards

Farmsteads by date against Hampshire Landscape Types

Plan types

Linear

Loose courtyard

Regular courtyard

Dispersed

DISPERSED CLUSTER

DISPERSED MULTI-YARD

DISPERSED

DRIFTWAY

2. Het plaggen

Mest in het landschapsonderzoek een ondergewaardeerd thema

• Archeologie heeft buiten beerputtenarcheologie en de zwarte laag in de steden, weinig aandacht voor menselijk afval en mest in het bijzonder.

Uitzondering is het Tucson Garbage Project van de Amerikaanse archeoloog Ratjhe, hier door Gentse archeologen overgedaan

• Pleidooi voor mestonderzoek Buitenlandse onderzoekers: Richard Jones (Leicester); Theo Spek (Groningen), Karl-Ernst Behre (Göttingen), Sofus Christiansen (Denemarken), Robert Dodghson (Schotland)

• Mest als bestanddeel op de akkers, velden vruchtbaar te maken, een voorbeeld: de plaggenlandbouw. Voor mestgebruik in de middeleeuwen is het Kempisch agrarisch stelsel voornamelijk het potstalsysteem

Plaggen en strooisel - componenten van de plaggenmest

Plaggen • Heideplaggen• Grasplaggen

Strooisel : bladeren, dennennaalden, gemaaide struikheide, gedroogd veenmos, zeewier, varens, brem

De chaîne opératoire van de plaggenlandbouw

Via de chaîne opératoire, dat een instrument is om het technisch productieproces in de plaggenlandbouw dat stapsgewijs verliep en de boer

toeliet om oplossingen te vinden voor de problemen waar hij of zij voor kwam te staan, kunnen we dit type landbouw qua techniciteit analyseren

Studie van de technieken toegepast in de plaggenlandbouw laat toe om niet alleen de samenleving waarin deze techniek ontstond beter te begrijpen,

maar ook de sociale context, acties en het denkproces dat de verwezenlijkingen van een product nodig in de plaggenlandbouw begeleidde

Hiervolgend komt alaam rond plaggenontginning; transportmiddelen van plaggen en strooisel, van plaggemest ter sprake als typische artefacten

resulterend uit een lange traditie van plaggenlandbouw

Het nut van plaggen

• Brandstof: schadden voor het haardvuur• Heideplaggen als bouwmateriaal voor

plaggenhutten, schaapskooien: hetzij het hele gebouw hetzij de funderingsmuurtjes (walletjes)

• Plaggenmuren en plaggendijken• Plaggenputten• Daknokken• In Vlaanderen: bestanddeel van mestbereiding

Plaggenmuren, Plaggenwaterputten

Vervoer van plaggen, strooisel, brem, zeewier, varens uit de natuur naar de boerderij

Het opslaan van plaggen, brem in afwachting van gebruik in de stal - intussen aan het

ontbinden

3. De potstal

Potstal

Een put in de grond met een beschermend dak er boven op waarin

dieren (runderen, schapen, ook zwijnen) van een aantal weken tot maanden gestald werden en hun

uitwerpselen laag per laag werden aangevuld met stro, plaggen, strooisel

De koeien stonden in het voorjaar met hun ruggen tegen de balken van de til (de zolder)

Een potstal is een stalWaarom werden dieren sowieso in

een gebouw gestald?

• De wijzigende rol van vee van vleesleverancier naar mestleverancier, vraagt om een nieuwe vorm van mestmachine: de stal

• Goede manier om anders verspreide, rondslingerende mest te concentreren

• Stal is geschikt tegen diefstal van vee, een ware plaag• Beter milieu om dieren te verzorgen, te onderhouden,

indien melkvee te melken• Mutualisme: mens en dier werken samen nl. mens

beschermt het vee via stal; vee levert melk, vlees, mest

De potstal, een bijzondere stal

• Wegens te weinig vette weiden waardoor vee op stal gevoederd moesten worden, nl. warm voer klaargemaakt in de koeketel

zandige gebieden ~ potstallen

• Om een betere mestproductie te verkrijgen via de bereiding van de plaggenmest die bestond in als het ware kneden door de hoeven van de dieren van de mest zoals in een broodtrog

• De plaggenmest onder de dieren vormde een isolerende laag tegen binnendringende koude via de bodem in de winter

Waarom ontstonden potstallen in de volle middeleeuwen?

Volgens Clement Tréfois doen zich in de 12-13e eeuw enkele architecturale wijzigingen voor van de boerderijen die pasten in de

agrarische verandering in de samenleving

• In de 12e E in Vlaanderen gebruikte men voor het eerst potstallen tegelijk met het verdwijnen van de drie jarige vruchtwisseling

• Vroegtijdig was de dwarsindeling er inheems

• Ook de schuurgebouwen zijn in de 12-13e eeuw reeds voorzien van in het dak verhoogde inrijpoorten, die in een der lange gevels zijn aangebracht, en van dorsvloeren, die de tassen scheiden

Het ‘oogsten’ van de plaggenmest in de potstal

Niet alle plaggenmest werd bereid in de potstal, soms ook op het erf zelf

Met een mestgraaf steekt de boer van de natte mest blokken die in de mestkar worden gegooid en op het land uitgespreid.

Als in het voorjaar de stal werd “uitgevaren” (“varen” is rijden. B.v. “hij kwam met paard en kar aan gevaren”. De grote deuren in een molen heten ook de “invaart”) stond de boer op leren laarzen in het drabbige water en gier.

Vervoer van plaggenmest uit de potstal naar de akkers

Hopen mest, plaggen, strooisel karakteriseerden de Kempische dorp

landschappen

Het vervoer van mest, niet alleen een verhaal van kruiwagen

Mest vervoeren van stal naar het land gebeurt heel gevarieerd in Europa

Dragen, slepen, vervoeren…

Enkele voorbeelden van mestvervoermiddelen uit Frankrijk tonen de grote variatie aan zoals het

gebruik van de ezel in berggebieden

Terug in Vlaanderen, de Nieuw Kempische Aardkar

De aardkar is een kar met een laadvermogen van ca. 1000 kg, die de boer elk jaargetijde gebruikt. Groenvoeder, strooisel voor de stal, mest, bieten en hout wordt ermee vervoerd, ook voor het aanvoeren van strooisel (heide en dennennaalden) en aarde

Soorten van bemesting op gronden van het 18e eeuwse

abdijdomein te Zoersel

Het klaar leggen van de akkers of kouters - het breken van de

klotenIllustratie van het veertiende-eeuwse ploegen en kloot breken.

Het ploegen met zo een middeleeuwse ploeg liet kluiten aarde achter na het ploegen die gebroken werden om het zaaibed klaar te leggen.

Het kloot breken met grote hamers was vooral van toepassing op zware gronden vóór het eggen van het land.

Wat zegt de archeologie over potstallen?

1. Romeinse periode

2. Middeleeuwse periode

Potstallen in het historische Brabant

Doorheen de eeuwen een constante in het grondplan van de hoeve

De boerderijen (ook uit prehistorie, Romeinse tijd en vroege/volle middeleeuwen) die in het zuiden van Nederland zijn opgegraven bestaan veelal uit 2 delen, waarvan 1 het stalgedeelte

en de andere het woongedeelte.

Romeinse potstallen of uitgesleten mestkuilen?

Zwarte vlek wijst op een kuil in een Gallo-Romeinse woonstal

Gallo-romeinse potstallen

• De Romeinse gebouwen hebben soms potstallen en die beslaan dan het gehele gedeelte van de stal, over de hele breedte, met de dakdragers in de stal. Potstallen in de zijbeuk zijn onbekend in Brabant.

• Ligging: noordelijke of oostelijke zijde van het huis.

• Doel ligging: met de overheersende westenwinden was er zo minder geurhinder.

• Die potstallen waren niet noodzakelijk opzettelijk uitgegraven in de houten boerderijen, met een deel van de moederbodem afgeschaafd. Hier en daar is vastgesteld dat de potstal geleidelijk oploopt naar de wanden toe.

Van de middeleeuwse tot de 19e eeuwse potstallen

• Informatie komt voor de recenter potstallen uit bestaande boerderijen

• Informatie komt voor de middeleeuwse potstallen uit opgravingen

• Verschil met de Romeinse periode: de middeleeuwse potstal is een bewust bouwconcept

• Hoe bouwde men een potstal? Eerst een pot of kuil aanleggen/graven en dan daarop het gebouw

zetten? Of eerst een stalgebouw maken en dan binnenin de kuil uitgraven?

Opgravingsplan van middeleeuwse hoeve

Tabel van opgegraven potstallen in het zuiden van Nederland: vindplaats datering vorm afmetingen bronSterksel-Ten Poel 14-15e eeuw rechthoekig 12,5 x 36 m Van Dijk 2011, 230-231Sterksel-In de Kan 14-15e eeuw rechthoekig 26 x 13,5 m Van Dijk 2011, 249-251Nederweert-Rosveld 1300-1350 rechthoekig 10,2 x 11,5 m Hiddink 2005: gebouw 102Melderslo 1300-1325 rechthoekig 11,2 x 6,7 m Van Dijk 2010Venlo-Heierhoeve 1375-1425 rechthoekig 25,5 x 7,8 m Van Dijk 2011, 259Asten-Achterboscirca 1300 rechthoekig 10,2 x 7,4 m Van Dijk 2011, 259Geldrop-Bogardeind 15-17e eeuw rechthoekig 35 x 14 Flamman e.a. 2001Geldrop-Bogardeind 15-17e eeuw rechthoekig 11,2 x 9,6 m Flamman e.a. 2001

Bruine rechthoekige vlek is de potstal van de boerderij Sterksel-ln de Kan in Noord-Brabant

4. Een verklaring voor het ontstaan van de pot in de pot-stal

Potkelders, Pothuis

Modern lemma: potznw. m. Mnl. pot (put?), mnd. pot, put, nd. pott,

waaruit hd. pott; oudfriesch pot, fr. pòt, pò᥊t, laat-ags. pott, eng. pot; onoorsch pottr (aarden schotel)

en potte (inzet bij het spel), zweedsch potta (kamerpot) en pott (inzet b.h. spel), deensch potte

(aarden pot) en pot (maat).

Betekenissen waarin het begrip vaatwerk niet meer aanwezig is, maar dat van holte, omhulsel, afgeperkte

ruimte nog duidelijk te herkennen valt.In het Duits ‘Pott’: vertiefung in der Erde, Mulde

Een hazenleger wordt ook ‘pot’ geheten

Niet alle kuilen in de bodem van een stal of schuur zijn potstallen

Diepte in een Noord-Duitse schuur waar men dorste

Een vroeg-middeleeuwse hutkom of Grubenhaus

Plaggenhut opvolger van de hutkom?

Richtte de plaggenhut-bewoner zich op tot een welvarende boer en nam hij elementen van de

plaggenhut over in zijn nieuw te ontwerpen potstal?

De plaggenhut in Bokrijk

De schaapsbocht – een voorloper van de potstal in de stal?

De fold, de bocht, mestschop (scypen =

stal bij de Angelsaksen dat een dak is boven een met vlechtwerk

omtuinde open plaats)

Schaapstal of -kooi

Schapenmest beschouwde men in de 18e en 19e eeuw als de beste mestsoort. Daarom werd in deze schapenstal mest

verzameld in een potstal.

Architecturale elementen van de potstal

1. De bakstenen kuil2. De poeren of stiepen3. De reipels

Als er geld voor was bouwde men van metselwerk een rechthoekig put waarvan de wanden ook dienden als funderingen voor de muren van de stal. Die put was ongeveer 1,50

meter diep en had geen bodem. Het grondwater stond in de winter minder dan 0,50 meter beneden maaiveld en dikwijls

nauwelijks onder het maaiveld.

Verspreiding van de stalreipels in de Nederlanden

Alle potstallen hebben stalreipels, maar niet

alle stalreipels zijn typisch voor potstallen.

Kempische potstal

Stallen in de schilderkunst trapje op en af

Potstallen niet alleen bij keuterboeren, ook bij grote pachtboeren toebehorend aan abdijen

“Potstallen zijn kuilstallen waarvan de functie vermoedelijk in de middeleeuwen op punt werd gesteld door de abdijen die de ontginningen voor hun rekening namen.” (Marc Laenen)

De Nieuwe Wezelse hoeve (abdij van Postel)De Uitschoolhoeve van Oevel (abdij van Tongerlo) (waarvan hier een zicht op de voergang van de potstal)

De potstal als inspirator voor andere types aan mesthopen? Een

potmessing?

5. Een Europees rondje mest en plaggen

Plaggenbodems, Plaggenlandbouw, Plaggenmeststallen

Drie verschillende gegevens

1. Plaggenbodems 2. Plaggenlandbouw met of zonder gebruik te

maken van plaggen in de mestbereiding3. Twee types van plaggenstallen in Europa

- Potstal (Tiefstall of Diepstal)- Vlakstal (Hoogstal)

Plaggenlandbouw valt niet steeds samen met plaggenbodems

Een klein Europees overzicht (overzichtskaart van Theo Spek)

Zuidelijke NederlandenHet historische Brabant

De middenpotstal in de middenbeuk

Noordelijke NederlandenDrenthe, Twente, Overijsel, …

Zijpotstal in de zijbeuk van de driebeukige halleboerderij

Noordelijke Nederlanden, kruispunt van zijpotstal (Duitsland?) en middenpotstal

(Zuidelijke Nederlanden?)

Hybride vormen van potstallen zoals in Staphorst (Overijsel)

“De chronologische ontwikkeling en geografische variatie van de potstallen in ons land laten zich moeilijk reconstrueren; Wel is duidelijk dat de bij archeologische opgravingen aangetroffen

potstallen uit de 14de tot 16de eeuw veel ondieper (ca 40cm) waren dan deze in de 19de en vroeg 20ste eeuw (ca 1m). Dit kan

op een intensivering van het mestgebruik wijzen. Voorts is duidelijk dat in de 19de eeuw twee potstaltypes voorkwamen. De middenpotstal (in de middenbeuk tussen de gebinten) in Noord-

brabant, Noord-Limburg, Noordwest-Overijssel en het Friese zandgebied. De zijpotstal (in de zijbeuk, buiten de gebintstijlen)

kwam o.a. voor in Drenthe, Gelderland en Utrecht en in grote delen van Overijssel.

De middenpotstal is aanzienlijk groter dan de zijpotstal en past goed bij streken met een groot aanbod aan

dierlijke mest en bij streken met een vrij intensieve bedrijfsvoering – kleine bedrijven.” Essen en plaggenbodems in Drenthe (Theo Spek en Bert

Groenewoudt) Essen in zicht, p. 91

Noord-West-Duitsland

Tiefstall of Pottstall

FrankrijkBretagne, Normandië

Vlakstal of ‘litière profonde’ Litière in de betekenis van een « couche de paille pour les bêtes », is reeds in 1150 opgetekend.

Schotland

Het Unst manuring system in Shetland :

‘The people in this parish have a singular mode of preserving the dung for manure. It is not, as in other places, carried daily out of

the stalls or byres in which the cattle stand,but is spread through the whole area of the house, and left to accumulate, till the cattle can no longer find entrance between the floor

and the roof. Dry earth is sometimes carried in, and strewed as a mixture among the dung. And quantities of grass and short

hearth are…every year mown upon the hills, and after being left for some time to wither, carried home…and used from time to

time in spreading the byres so as to keep the cattle warm amidst the dung accumulating under them. When the house is filled, the dung is carried out to be spread upon the fields.’ (FSA

V: 193). (John Thomas McKenzie).

Denemarken Jutland, eiland Læsø

De ‘træk’ is een plaggenhoop buiten op het erf, of is een extra wandlaag

van plaggen of een plaggendijk in afwachting van mestbereiding

Noorwegen

Plaggenmest in vlakstal of ‘dyp kul’

Engeland Devon, Cornwall

Plaggenmest in vlakstal of potstal ‘deepstall’

Potstal en driebeukige gebouwen

Middeleeuwse potstallen komen uitsluitend voor in driebeukige gebouwen en niet in

éénbeukige gebouwen, wat ook aantoont dat potstallen niet uit de vroege, maar uit de volle

middeleeuwen dateren. • Vroege middeleeuwen : éénbeukige

gebouwen• Volle middeleeuwen : driebeukige gebouwen

(ankerbalkgebinte; meesterschap van middeleeuwse timmermannen)

De middenpotstal : uitvinding in Brabant?

• Potstal in Noord-Brabant (volgens T. Spek)- In de late middeleeuwen: potstal in veel gebieden in Nederland- Vanaf de 19e eeuw: de middenpotstal onder meer in

Noord-Brabant• Potstal in de Vlaamse Kempen (volgens C. Tréfois):

direct zonder voorafgaande fase de middenpotstal of het breedhuis

• Geen zijpotstal in Brabant

Blauwe cirkel= Brabants Hageland

Blauwe pijl geeft de richting aan van de chronologische evolutie van de minerale plaggenlandbouw in de Nederlanden, van zuid naar noordMigreerde de middenpotstal mee van het Zuiden naar het Noorden?

Potstal een relict van het veehuis

• In de Germaanse wereld was vee (runderen) bij de boerderijdieren het belangrijkst wat zich reflecteert in de taal: het woord voor ‘vee’ en het woord voor ‘geld’ waren bij de Skandinaviërs identiek aan: fé.

• Eveneens in het Nederlands taalgebied:• Kach(t)els: vee • Kateil of Cateel: de goederen in een huis (bezit, kapitaal)

• De vee- of stalwoning waarbij mens en vee in éénzelfde ruimte zijn ondergebracht was het zogenaamde fjôs, fêhûs of fjarhûs.

• Een mythe : dierlijke warmte als voordeel van samenwonen mens en dier.

• Vee als expressiemiddel van sociale relaties onder boeren, hoe men het landschap ideologisch, kosmologisch interpreteert.

De potstal is een relict van het veehuis waar mens, dier en plant in éénzelfde open leefruimte

samenleefden

• De zijpotstal is wellicht een relict van het veehuis nog te zien in het Los Hoes (Twente)

• De middenpotstal is een relict van het Brabantse open veehuis

Bretoens veehuis of open hal

Vee en boerenfamilie wonen in dezelfde open ruimte Vee staat gestald in de middenbeuk

Tweede voorbeeld van veehuis uit Bretagne

Dieren gestald met kop richting woonruimte zoals in Bokrijkse potstallen. Let op de vermenging van diersoorten in dezelfde ruimte

(vee en paard) (zie ook afbeeldingen schilderijen van Teniers)

Potstal ontwikkelt zich verder uit de open hal naar een aparte stal afgescheiden van de leefruimte van de

mens door het plaatsen van wandschotten

Relicten van een oudere samenlevingsvorm blijven echter overeind zoals de wanddoorbrekende

voederbakken of de draaipaal

Hiervolgend enkele voorbeelden van 18e-19e eeuwse boerderijen met potstal in het openluchtmuseum van

Bokrijk

Projectie van de koeienkoppen van Bretoense hoeve op de voederbakken van potstalboerderij

in Bokrijk

De draaipaal met voerketel

Pot en drie maal kachel

• Kach(t)els: vee • Kachel: bezit• Kachel(stoof): aardewerken pot• De term ‘pot’ was mogelijks de plaats van het open vuur dat

vervolgens overgedragen werd naar de plaats waar de mestkuil kwam tijdens de overgang van open veehuis naar gecompartimenteerd woonstalhuis. Het open vuur zelf verschoof naar de wand (brandmuur), tegelijk samen met de draaipaal

• Een overdracht van de naam van vuur naar putstal waar de naam ‘pot’ mee werd overgedragen en waar het kachel gestald stond en hiermee het rijkste bezit van de boer vormde?

Transitie van feodale naar moderne samenleving, terug naar J.B.

Jackson

Het Droste-effect of recursie Het citaat van Jackson “Changes in the organization of field lines with changes in the interiors of barns” verwijst naar het Droste-

effect

Wat Jackson bedoelt is dat het landschap letterlijk door het gebouw getrokken wordt omwille van hun gemeenschappelijke eigenschap: ruimte. Gebouwen zijn landschap; landschap zijn

gebouwen. Het Droste-effect is een visueel effect, waarbij een afbeelding een verkleinde versie van zichzelf bevat. Voor de verkleinde afbeelding

geldt weer hetzelfde, enzovoort. Dit proces van zelfverwijzing heet recursie

De ruimte verwijst naar zichzelf. De potstal verwijst naar het toenmalig agrarisch landschap en omgekeerd

Boerderij ~ Landschap een toepassing van recursie

De gemene gronden waren nog tot in de 19e eeuw heel sterk aanwezig in de Kempen terwijl die in het graafschap Vlaanderen al lang verdwenen waren en

vermoedelijk ook het woonhuis met open verblijfsruimte. De open hal is een open ruimte net zoals het omliggende landschap een open ruimte was. Beide entiteiten

zijn met elkaar congruent. Naarmate de tijd vorderde en de samenleving wijzigde, in de vorm van opdeling van de open ruimte in compartimenten, ontstonden

overgangsvormen zowel in de gebouwen als in het landschap. Een transitie van open naar gesloten kon geleidelijk verlopen met tussenfases. De fase tussen open hal en scheiding tussen woonruimte en stal, was een hybride vorm waarin nog elementen van de open fase en al elementen van de nieuwe gesloten vorm aanwezig waren.

De potstal is een voorbeeld van een transitiefase in het gebouw. Interessant zou zijn om na te gaan of het omliggende landschap ook een tussenfase met inbegrip van

elementen uit beide fasen, bevatte.

Het open veehuis ~ communale grondenHet woonstalhuis met tussenschotten ~ privé percelen

OPEN HALHUIS of VEEHUIS

POTSTAL STAL

RUIMTE Open ruimte Half gecompartimenteerde ruimte

Gesloten gecompartimenteerde ruimte

VUUR Open vuur middenin de ruimte

Wandvuur Schouw

DRAAIPAAL Draaipaal middenin de ruimte, 360°

Draaipaal bij het wandvuur, 180°

Geen draaipaal

LANDSCHAP Gemene gronden G e m e n e g r o n d e n Private percelen

MAATSCHAPPIJ Gemeenschappelijk Fragmentering Privaat

Een hypothetische recursie van stal en landschap

6. Terug naar een beter begrip voor het plaggenlandschap

Verschillende manieren om het landschap van de plaggenlandbouw te bekijken

1. Functioneel agrarisch2. Sociaal bepaald3. Kosmologische ideeënwereld

1. Functioneel agrarisch

Verspreiding van huishoudelijk materiaal op de akkers via het bemesten van de akkers

Infield en outfield bepaalden de hoeveelheden plaggenmest

1. De afstand van de potstal naar de te bemesten gronden was bepalend in de mestverspreiding (i.f.v. energieverbruik van het trekdier)

• Outfield ver van de potstal minder plaggenmest• Infield dicht van de potstal meer plaggenmest

2. Boeren zetten al hun troeven in op het infield dat het eerst en meest bediend werd met plaggenmest

INFIELD EN OUTFIELD Binnen-tuin en Buiten-tuin

Dynamisch bemestingsmodel van Robert Dodgshon waarin de circulatie van vee

en mest in het systeem van infield, vrijgeweide en stal functioneert zowel in ruimte als in tijd. voorbeeld uit Schotland

De boerderij zelf als startpunt

Boerderij

Actief binnenerf

Actief buitenerf

Inactief perifeer erf

Mestuitspreiding functioneerde als strategie door de boeren in een sociaal gelaagde

samenleving

• Rijke boeren kregen meer plaggenmest• Arme boeren kregen minder plaggenmest

2. Sociaal bepaald

3. Kosmologische ideeënwereld

Huishoudelijk afval op de akkers via het plaggenbemesting? Ja, maar toch weer niet

helemaalManure scatters komen niet altijd toevallig

terecht op de akkers, er is meer

De kijk van de middeleeuwer op de wereld is anders dan de onze

1. Sacrale landschappen

De boer begraaft opzettelijk kleine religieuze voorwerpen op zijn veld zoals kruisjes,

schapulieren, devotiehangertjes, heel veel munten; en palm wordt gestoken op de vier hoeken van de

akker.

Doel?Het afsmeken van een goede oogst

2. De leer van vier elementen

aarde (koud en droog) water (koud en nat) lucht ( warm en vochtig) vuur (warm en droog)

Het met elkaar doseren van de vier elementen herstelt het evenwicht

1. Mest is een verzameling van dood materiaal, maar ontbindt op deze wijze dat met deze mest de akkers weer levend en dus vruchtbaar worden en een goede oogst voorzien (dood ~ leven)

2. Koude aarde toegevoegd aan de warme mest of smoorhoop (koud ~ warm)

3. Toponiemen: 'Koude Schuur' , ‘Koude Gronden’ =verwijzen naar de natte bodemgesteldheid. Warme mest diende om deze koude aarde op te warmen en het evenwicht te herstellen (koud ~ warm)

Koude mest voor op de erven, op de stratenWarme mest voor in de stallen

Warme mest werd af en toe met koude mest gemengd

7. Plaggenlandbouw, potstallen in het Hageland

West-Hageland is het noordelijk gebied op de kaart

Vaststellingen voor het Hageland

We weten weinig over plaggenlandbouw en de daaraan gelinkte boerderijtypes in het

Brabantse HagelandHet Hageland vormt de rand van het

plaggenbodemgebied

Sporen van plaggenlandbouw

Plaggenbodems bestonden in het Hageland zoals in Rotselaar en Haacht.

Hoe werd de plaggenmest bereid?

- Via plaggen:-Doc uit 1763, “eeuwenoude plaggensteken op de heide tussen Rotselaar en

Wezemaal”.(B. Minnen)-Betekom en Begijnendijk: pachtcontracten voor het steken van plaggen, vnl uit 18de eeuw met daarin een clausule voor het verkrijgen van strooisel, soms wordt specifiek

aangegeven waar men zand of rus mag steken en waar niet (G. Andries)- Via strooisel:

in pachtcontract van vb. Hoeve van Vrouwenpark uit 1462, is er sprake van stro te spreiden op de vloer in de veestal, dat dan vermengd kon worden tot stromest (maar van een ‘potstal’ op zich is geen sprake). Die mest werd dan bewaard in de mesthoop van de pachter. De bemesting van de landerijen gebeurde met deze stromest uit zijn

mesthof: uit die mest mag de abdis jaarlijks 15 karrevrachten met de beste mest komen ophalen voor eigen gebruik.

- Gemene gronden bleven tot ver in de 18e eeuw in Brabant dominant aanwezig

De gemeenten maakten een aanvang van de omvorming van heide, en ‘inculte’ gronden om deze in cultuur te brengen. Het diende snel te

gaan: een decreet van 1793 maant aan om onontgonnen gebieden binnen 6 maanden om te

zetten in cultuurgrond

Hagelandse gemene gronden ~ Open veehuizen gevolgd door middenpotstallen?

Hagelandse woorden : Leuze en SchopMet de betekenis van "primitief gebouwde, alleenstaande of aangebouwde

bergruimte“Schapenschob? Plaggenschuurtje?

Het woord leuze komt in Oost-Brabant, en ook in Midden- en West-Brab ant, in verschillende varianten voor.

Voor Oost-Brabant vinden we het Woordenboek van de Brabantse Dialecten de volgende vormen : lozje voor Rotselaar en Heverlee, losj voor Wilsele, loezze voor Wijgmaal, loes voor Boutersem, Bierbeek en Wilsele, loesj voor Heverlee, loezje

en luus voor Blanden; leus voor Hoosbeek, luws voor Lubbeek, lus voor Holsbeek, Wilsele, Lubbeek, Boutersem, Bierbeek en Kessel-Lo en loets voor

Tienen. Deze vormen van leuze zijn dus verspreid over het zuiden en het westen van Oost-Brabant met als uiterste noordoostelijke plaatsen Tienen, Roosbeek,

Lubbeek, Holsbeek en Rotselaar.

Ten noorden en ten oosten van het leuze-gebied, ongeveer begrensd de lijn Tienen-Rotselaar, krijgt zo'n primitief gebouwde bergruimte de naam schop.

De Hagelandse plaggenmestbereiding gebeurde

op diverse manieren

• Op de erven waar dierlijke uitwerpselen met de plaggen werden vermengd

• Strooisels in de stallen zowel potstallen als vlakstallen• Twee indicaties van potstallen in het Hageland:

o Dormaalhoeve (’t Verbrand hof) in Tildonk van recente datum – getuigenissen uit de jaren ‘80

o Wezemaal; mondelinge getuigenis, herinnering uit de jaren ’50 aan stal waar de koeien ‘groeiden’ onder het aangroeiende mest

Registreren van potstallen en vlakstallen in het Hageland

Een potstal of een vlakstal?

Leegstaande langgevelboerderijtje in Wakkerzeel

Een voormalig vakwerk en lemen constructie die later versteend werd, maar met behoud van het origineel dakgebinte

Een middenpotstal in een leegstaande hoeve in Heultje

(Westerlo)

De voedergang en de stalreipels, achteraan de potstal

Hedendaagse potstal met tevreden zwijnen. Terug naar af?