Post on 27-Sep-2020
Jaarverslag 2015
ter Wende Espero vzw
Beste lezer, “Ondersteboven blijf ik overeind”. Die mooie regel kregen we van Joke Van Leeuwen cadeau, als gevelgedicht voor onze nieuwbouw in ter Wende. Een straffe samenvatting van de veerkracht, waar jongeren en gezinnen ons zo vaak mee kunnen verbazen. Ook voor hulpverleners is het soms zwoegen om overeind te blijven. We zijn het altijd al gewoon geweest om nieuwe wendingen te geven aan vastgelopen situaties: eindeloze vechtscheidingen tussen ouders, jongeren waar ook school nummer 7 er de brui aan geeft, ernstige suicidedreiging, moderne wezen kinderen die alleen op de wereld lijken te staan, situaties met ernstig seksueel grensoverschrijdend gedrag, … . Steeds vaker lijken al die moeilijke thema’s allemaal tegelijk op te duiken in verhalen van gezinnen. De druk op teams wordt merkbaar groter. Ook de vele veranderingen in regelgeving vragen mentale energie: de overgang naar een multifunctioneel centrum (2013), de doorstart van integrale jeugdhulp (2014), de aanloop naar persoonsvolgende financiering, de komst van het basisondersteuningsbudget, ... . Veranderingen volgen elkaar snel op. Zijn het kansen waar we op willen inspelen, of zijn het tendensen om ons zorgen over te maken ? Alleen al die vraag beantwoorden, is vaak niet eenvoudig. Een voorbeeld: Dankzij de invoering van een cashbasisondersteuningsbudget van 300 €/maand kan een gezin binnenkort kiezen om zelf op zijn manier zorg te organiseren zonder verantwoording en betutteling. Maar dat een gezin in ruil daarvoor moet afzien van een vraag naar ‘dure’, nietrechtstreeks toegankelijke hulp, doet de wenkbrauwen fronsen. Is dat dan niet ook een beetje zwijggeld, een goedkope manier om wachtlijsten weg te kopen? Is het een zorg met twee snelheden: wie 300 € per maand kan missen, stelt wel zijn vraag. Financieel kwetsbare groepen kiezen voor overleven? Of is het een krachtige vorm van empowerment, regie bij gezin leggen? Er is geen eenduidig antwoord. Moeten we blij zijn dat we aangesproken worden als ‘sociale ondernemers’ ? Of halen we daarmee een paard van Troje binnen? Zal de vraag “wat brengt het
op?” belangrijker worden dan “wat heeft dit gezin nodig?”. Kiezen voorzieningen vooral voor ‘makkelijke’, financieel interessante doelgroepen? Zal vooral de prijs van de zorg belangrijk worden? Riskeren we dan een soort plofkiphulpverlening: iets wat wel lijkt op zorg, maar misschien wel fundamentele kwaliteiten mist? Het voorbeeld van het nieuwe Forensisch Psychiatrisch centrum, uitgebaat door een profitonderneming, baart zorgen. Heel wat medewerkers blijken er niet over juiste basisopleiding te beschikken. Dat maakt de werking ongetwijfeld goedkoper, maar vermoedelijk niet beter. U merkt het, de zorgsector staat voor veel en boeiende uitdagingen. Of we daarin overeind blijven, dat laten we graag aan uw oordeel over. Het jaarverslag vertelt aan de hand van onze missie wat we in 2015 konden realiseren. We konden daarbij rekenen op de zeer gewaardeerde steun van Kindergeluk, Famcova, Inner Wheel Zavel, Kiwanis Vilvoorde, Dimension Data, ING en giften van particulieren. Hartelijk dank voor die steun. Bedankt voor uw interesse in onze werking. We wensen u veel leesplezier. Mattias Bouckaert Directeur ter Wende – Espero
1. Creatieve zorgopmaat
ter Wende – Espero biedt creatieve zorgopmaat aan jongeren en gezinnen met ernstige psychosociale en relationele moeilijkheden. We bieden op twee campussen intensieve ondersteuning, met een brede waaier van werkvormen: leefgroep, schoolbegeleiding, gezinsgesprekken, oudergroepen, ambulante zorgaanhuis, zelfstandiger wonen, verschillende vormen van individuele therapie, ...
We konden het voorbije jaar 85 gezinnen korte of langere tijd ondersteunen, een lichte stijging dankzij de opstart van ons aanbod “Rechtsstreeks Toegankelijke hulp (RTH)”. Binnen deze werkvorm kunnen gezinnen met een zeer soepele inschrijvingsprocedure een beperkt hulpaanbod krijgen (max. 36 sessies). We gebruikten deze mogelijkheid sinds 2015 om ons bestaand dagbegeleidingsaanbod open te stellen voor jongeren van buiten ter Wende. Zes jongeren konden hiervan gebruik maken. Daarnaast kunnen ook externe ouders deelnemen aan onze oudergroepen. Drie gezinnen maakten hiervan gebruik. Het aantal dossier met een dimensie “maatschappelijke noodzaak” (betrokkenheid jeugdrechtbank, ondersteuningscentrum jeugdzorg of vertrouwenscentrum kindermishandeling) blijft met 79 % onveranderd hoog. Een andere relatief belangrijk instroomkanaal blijft geestelijke gezondheidszorg, goed voor 13 % van alle trajecten.
2013 2014 2015
aantal gezinnen 78 76 76 gezinnen 9 gezinnen vanuit RTH
Maatschappelijke noodzaak
66 % 81 % 79 %
Regio 78 % Vlaamsbrabant 9 % Brussel
89 % Vlaamsbrabant 5 % Brussel
91 % Vlaamsbrabant 3 % uit Brussel
89 % van onze aanmeldingen komt uit VlaamsBrabant, met een evenwichtige verdeling tussen HalleVilvoorde en Leuven. We maken ons ook zorgen om onze instroom uit Brussel. Die was traditioneel al laag. Sinds de start van de intersectorale toegangspoort is de instroom uit Brussel nog verder geminderd,
van 9 % van onze gezinnen in 2013 naar slechts 3 %. We vermoeden dat in de multiculturele grootstad het afschrikkingseffect van ingewikkelde instroomprocedures het grootst is. Deze tendens vraagt verdere reflectie en actie in 2016. Zorgopmaat is een kernbegrip in onze werking. Ambulant als het kan, maar ook 7 dagen op 7 residentieel als dat tijdelijk nodig is. Al te vaak zien we dat “werken op maat” teveel begrepen wordt als “afbouw van het residentiële”. De tijd van 'one size fits all', iedereen op zondagavond binnen en vrijdagavond naar huis, is al een tijd voorbij. We zien een verdere groei van de flexibele trajecten. 44 % van onze trajecten zijn 'flextrajecten', waarbij jongeren minder dan 4 dagen in de voorziening blijven. Evengoed zijn er 13 % trajecten waar een jongere 6 dagen per week, of zelfs 7 op 7 in de voorziening verblijft. Grafiek: aantal overnachtingen, jongeren in dagbesteding, ambulante en mobiele gesprekken en individuele therapieën (psycho, logo, PMT, dans, Hippo, ergo). Cijfers voor 2014 en 2015.
Dankzij de meer gedetailleerde registratie sinds 2014 kunnen we een preciezer beeld geven van ons zorgaanbod. We zien een vrij stabiel patroon. ● Residentieel werken blijft daarin belangrijk, met in totaal 8318 overnachtingen. Het aantal dagen per week dat jongeren in de leefgroep varieert van 0 tot 7, met gemiddeld ongeveer 3 overnachtingen.
● De intensiteit van onze contextbegeleidingen ligt gemiddeld op ongeveer 3 contacten per maand (gezin, school, extern overleg). De verhouding begeleidingen ambulant/mobiel is ongeveer 50/50. Het totaal aantal begeleidingsmomenten bedraagt 2029.
● Jongeren hebben ongeveer wekelijks individuele therapie (gemiddeld 40 sessie/jaar), samen goed voor 2177 uur therapie.
● We hebben wekelijks ongeveer 10 dagbestedingen, jongeren van ter Wende of Espero die tijdelijk niet naar school kunnen, of structureel geen voltijds schools programma lopen. Daarnaast zijn we gestart met een dagbegeleidingsaanbod voor externe jongeren in ter Wende (6 jongeren in 2015). Binnen het startjaar van dit project was de balans 80 % jongeren van ter Wende (378 aanwezigheden), 20 % externen (70 aanwezigheden).
We bouwen ook verder aan een breed arsenaal van methodieken
• We bouwen verder expertise op rond traumabegeleiding. We ontvingen Arianne Struyk, internationaal gerenomeerd traumatherapeute op een interne studiedag. Haar verhaal hoe traumagerelateerde triggers jongeren en ouders uit hun ‘raampje’ kunnen brengen sloeg duidelijk aan, en gaf een gedeelde taal. De therapeuten verdiepten zich in het werk van Bruce Perry. Ze lazen samen zijn boek “de jongen die opgroeide als een hond”. In zijn neurosequentieel model vinden we heel wat kapstokken om een therapeutische leefomgeving te creëren, vaak bevestiging van keuzes die we al maakten, aangevuld met nieuwe inspiratie. We gaan in 2016 verder op deze ingeslagen weg. Tot slot deden we ook onze eerste begeleidingen waarin we EMDR hebben ingezet, een nieuwe therapeutische benadering (Eye Movement Desensitization and Reprocessing). Dit waren telkens erg positieve ervaringen.
● Het denken rond Geweldloos verzet blijft een belangrijke inspiratiebron. We deelden onze ervaring met andere voorzieningen op verschillende vormingsmomenten. Onze oudergroep rond geweldloos verzet is een gemengde groep geworden met deelnemers uit ter Wende, uit Espero en externe ouders.
● (V)echstcheiding is al geruime tijd een maatschappelijk relevant thema. We konden met de steun van Famcova en Inner Wheel Zavel 10 medewerkers opleiden in “KinderenuitdeKnel”, een veelbelovend groepsprogramma voor ouders en kinderen die gekneld zitten in een chronisch conflictueuze scheiding. Zes exkoppels komen samen in
oudergroep, de kinderen delen ondertussen ervaringen in de kindergroep. Samen met de collega’s van Tonuso, ‘t Pasrel, CGG PassAnt en CAW HalleVilvoorde willen we deze werkwijze in Brussel en HalleVilvoorde introduceren. We werken daarbij nauw samen met project van CGG VlaamsBrabant Oost in Leuven, en andere Vlaamse projecten. Espero maakte voor dit Vlaams samenwerkingsverband de website www.kinderenuitdeknel.be
● Geïnspireerd door het onderzoek “Sur ma route” van Cachet rond de overgang naar zelfstandig wonen, namen we ‘zelfstandigheid’ als thema binnen de werkgroep zorgvernieuwing. Krijgen jongeren in voorzieningen wel genoeg kansen om dagdagelijkse klussen te zien gebeuren, een handje te helpen ? Nu is de overgang erg groot: in een leefgroep gebeurt er veel voor je, achter de schermen, en dan moet je op 17 plots op eigen benen leren staan. Ludieke Poetscursussen voor pubers, maar evengoed ideeën om diensten zelfstandig wonen al eens vaker langs te laten komen in onze pubergroepen voor enkele themaavonden passeerden de revue, en kregen handen en voeten.
● Klassiekers als de moedergroep (ter Wende) en de moederkind, vaderkind activiteiten (Espero) liepen door. De vadergroep in ter Wende evolueerde naar gezinsactiviteiten, telkens gekoppeld aan een schoolvakantie: een gesmaakte halloweentocht en een leuke maskerade in de krokusvakantie! We hadden extra aandacht voor broers en zussen
van jongeren die bij ons verblijven, door specifieke Brussenactiviteiten.
Halloween en Brussen activiteit.
● Ook ervaringsgericht leren in de natuur blijft een klassieker. 15 jongeren uit ter Wende namen deel aan de Challenge, een initiatief van de collega’s van Terbank. Beide leefgroepen van Espero trokken in de paasvakantie naar de Ardennen, voor een driedaagse ‘natuurtalent’. Rotsklimmen, raften, dropping, … bieden heel wat kansen om onvermoede talenten zichtbaar te maken. Met een prachtig filmpje
toonde we op onze familiedag al dat natuurtalent ook aan ouders en medewerkers. Iedereen unaniem onder de indruk !
● Steeds vaker merken we dat school lopen onder druk staat. Om voldoende preventief te kunnen handelen, versterkten we het aanbod inzake dagbesteding. In ter Wende konden we dankzij inzetten van vrijwilligers en stagiairs in dagbegeleiding veel meer individueel gaan werken en echt inspelen op talenten van gasten. We kregen prachtige projecten als een kippenhok, een kruidentuin en bloemenbollenacties. Telkens weer momenten waarop jongeren ontdekken dat ze op een positieve manier iets kunnen betekenen voor anderen. Op dinsdag en donderdag stellen we ons dagbegeleidingsaanbod open voor externe jongeren (tot max. 14 jaar), onder de naam Atlas: Alternatieve Timeout Lagere School.
Vanuit Espero namen we in 2014 mee initiatief om het samenwerkingsverband ‘tryout’, op te richten, een dagbestedingsproject in hartje Brussel. Februari 2015 konden de eerste jongeren er starten in de lokalen van Toestand vzw. We vertrekken vanuit dezelfde filosofie van krachtgericht werken, vertrekken vanuit talenten van gasten, kleinschaligheid. In
2016 zal Tryout Vilvoorde starten.
2. Tijdelijke schakel ?
We willen jongeren en hun netwerk begeleiden bij het (her) ontdekken van ieders eigen krachten, en samen met hen op zoek gaan naar hoe dituniekekindindezeuniekecontext zo veel mogelijk kansen kan krijgen om zich te ontplooien. We zien onszelf daarbij als een tijdelijke schakel, een plek om terug duidelijk te krijgen hoe het verder moet.
Openheid tonen naar het netwerk van kinderen en jongeren, zit in vele rituelen in onze werking ingebouwd: de organisatie van een familiedag, een broerzussen activiteit, een gezamenlijke Kickoff bij de start van het werkjaar, een Halloweenactiviteit, ouderavonden, .... . Tijdens het hele begeleidingstraject zoeken we naar manieren om de context te betrekken: gezinsgesprekken, huisbezoeken, ronde tafels, oudergroepen, .... We zien dat “tijdelijke schakel zijn” steeds meer onder druk komt te staan. De gemiddelde verblijfsduur neemt voor het derde jaar op rij sterk toe. Van 17 maanden in 2013, 20 maanden in 2014 zitten we nu op 23 maanden. 6 van de 27 vertrekkende jongeren verbleef drie jaar of meer. We proberen thesisstudenten warm te maken om deze stijging onder de loep te nemen. Wij merken alvast dat wachtlijsten binnen de langdurige residentiële zorg een rol spelen, vooral voor adolescente jongens. We krijgen steeds vaker bij aanmelden te horen “zonder prior kom je niet binnen in onze voorziening”. Op die manier lijkt een poortnadepoort geboren: wil je ergens binnen geraken moet je eerst de gewone aanvraag in orde brengen (een lijvig Adoc), om vervolgens nog een prioraanvraag te doen. Qua uitstroom merken we dat de daling van het aantal jongeren dat naar huis terugkeert zich verder doorzet. In 2015 werden net als in 2014 in totaal 40% van de jongeren terug naar huis georiënteerd (11 op 27). Enkele jaren geleden was dit nog 60 tot 70%. In de andere trajecten komen we meestal samen met jongere en gezin tot besef dat voltijds samenleven verbondenheid eerder hypothekeert, dan bevordert. We zoeken dan naar verdere vervolghulp binnen begeleidingstehuizen, Multifunctionele Centra VAPH of projecten begeleid zelfstandig wonen.
3. Toegankelijke zorg diversiteit
Samenwerken, participatie, respect voor eigen keuzes en voor ieders tempo, vertrouwen in de groeikracht en de competentie en de kracht van het eigen netwerk zijn sleutelwoorden in onze werking. We houden steeds rekening met ieders normen en waarden en we handelen met zo groot mogelijk respect voor ieders filosofische, morele en religieuze overtuiging. We vinden het belangrijk ons centrum zo toegankelijk mogelijk te maken voor alle groepen in de samenleving.
Participatie is een bijzonder belangrijke peiler in onze werking. Dat krijgt natuurlijk op de eerste plaats vorm in de individuele trajecten, in de opmaak van handelingsplannen. Op organisatieniveau proberen we grondig werk te maken van de tevredenheidsbevragingen. In 2015 herwerkten we de tevredenheidsbevraging van jongeren. De nieuwe vragenlijst zal in 2016 afgenomen worden door neutrale buitenstaanders. We voorzien ook een onlinevariant, zodat we vlotter en frekwenter feedback van jongeren kunnen verzamelen. Onze deelwerking “Espero” startte ooit met de slogan “hoop voor kwetsbare kinderen in een multiculturele samenleving”. Toegankelijkheid voor gezinnen uit andere culturen is dan ook een logisch aandachtspunt. Het aantal gezinnen waar minstens één ouder van een andere culturele achtergrond ligt lager dan andere jaren, nl. 15 %. Mogelijk speelt ook hier de impact van de gewijzigde, ingewikkeldere aanmeldingsprocedures binnen integrale jeugdhulp. Opnieuw doet het ons beseffen dat we sterkere voelsprieten naar Brussel moeten uitbouwen. We zetten in 2016 alvast de stap naar enkele nieuwe partners, waar via rechtsstreeks toegankelijke hulp mogelijke samenwerkingen verkennen: BUSO Zaveldal, Initiatieven Buitenschoolse Opvang, … . Ook voor gezinnen in kansarmoede willen we extra aandacht hebben. We nodigden in februari een ervaringsdeskundigeindearmoede uit, en haalden de banden met buurtwerking Lampeke weer wat nauwer aan. Mogelijk komen er hier in 2016 enkele leuke nieuwe initiatieven. De speelpleinwerking die met alle kleuters een nachtje in onze tuin komt kamperen bijvoorbeeld. Maar ook supervisie van teams van Fabota behoort tot de mogelijkheden.
4. Multidisciplinair samenwerken Samenwerken is ook binnen onze eigen organisatie een kernwoord. De diverse krachten van de vele personeelsleden en verschillende disciplines benutten we als bron van informatie en inspiratie. Een intensieve uitwisseling en dagdagelijkse samenwerking tussen de verschillende disciplines is cruciaal in onze werking. Samenwerken betekent op de eerste plaats dat je elkaar moet tegenkomen. Naast wekelijkse teamvergaderingen organiseren we heel wat andere ontmoetingsmomenten:
– werkgroep NVR (ter Wende), werkgroep zorgvernieuwing (fusie), werkgroep nevelland (ter Wende)
– We organiseren verschillende intervisiemomenten over de fusie heen: gezinsbegeleiding, psychologen en individuele therapeuten, teambegeleiders en hoofdbegeleiders.
– Extra teamdagen/startdagen als teambuildingsmomenten (alle teams) – Het Sociaal Economisch inspraakorgaan (SEI, fusie) is het forum voor alles om en rond arbeidsvoorwaarden. Hier werkten we aan een nieuw arbeidsreglement, verlofafspraken en de impact van de ombouw van de werking naar multifunctioneel centrum.
– Personeelsvergaderingen – Daarnaast zijn er ook nog volgende vaste vergaderingen: beleidsteam (TW), stuurgroep (ESP), groepsleidingsvergadering (TW), hoofdbegeleidersoverleg, SPTvergadering (TW).
In 2014 deden we in samenwerking met IDEWE een uitgebreide tevredenheidsbevraging van onze medewerkers. Deze resultaten hielden we in 2015 vast in een actieplan psychosociaal welzijn. Vanuit deze bevraging kwamen heel wat kleine en grote ideeën, van poetskarren tot een nieuwe sollicitatieprocedure, die vervangers/mensen in tijdelijke contracten meer duidelijkheid en doorstroomkansen biedt. Samenwerken vraagt een aangename werksfeer als ondergrond. Samenwerking binnen teams stimuleren is de kerntaak van teambegeleiders. In ter Wende merkten we al enkele jaren dat het aantal uren teambegeleider per team ontoereikend was, en deden we een eerste uitbreiding van uren in 2012. We deden nu opnieuw een herschikking en uitbreiding van uren teambegeleiders, waardoor ieder team zijn eigen teambegeleider kreeg. Tot
2014 waren de opdrachten teambegeleiding Rene, Edward en weekendteam gecombineerd in één 38uur functie. Vanaf januari 2015 kozen we voor volgende pakketten: ● Teambegeleider Rene + Opnamecoordinatie = 24 uur (19+5) ● Teambegeleider Chris + pycholoog Chris = 38 uur (19+19) ● Teambegeleider Edward, weekendteam en dagbegeleiding = 24 uur (19+5)
Deze verandering werd in personeelsvergadering in november 2015 positief geëvalueerd, en gecontinueerd. Er werden ook opnieuw een beperkt aantal extra uren gezinsbegeleiding vrijgemaakt, en extra uren individuele therapie. Binnen de leefgroepen zijn er bijkomende uren voorzien voor het ondervangen van ADVverlofdagen. In Espero versterkten we in 2015 onze logistieke ploeg. We evolueerden van 1 huismoeder (30 uur) naar twee deeltijdse functies (19u en 15u). Dit maakt de functies haalbaarder, en maakt ons minder kwetsbaar bij ziekte of afwezigheid. Deze versterking zorgt er ook voor dat we de ADVverlofdagen binnen de logistiek beter kunnen ondervangen. We bevestigden de tijdelijk beslissing om de uren gezinsbegeleiding met 10 % te verhogen (van 23u naar 26 uur). Deze uitbreiding werd definitief. We stonden het voorbije jaar ook uitdrukkelijk stil bij de rol van de raad van bestuur binnen de organisatie, aan de hand van adviezen rond “Goed bestuur” vanuit het Vlaamse Welzijnsverbond. Dit denkwerk vertaalde zich in een nieuw huishoudelijk reglement voor de raad van bestuur. We maakten ook werk van een verbreding van de algemene vergadering. Er is een tijd voor alles: voor samenwerken, maar ook voor samen te vieren. 30 oktober genoten we van een heerlijk openingsfeest van de nieuwbouw in ter Wende. We namen met een ter WendeEspero ploeg voor het eerst deel aan de vaartchallenge.
Openingsfeest 30 Oktober De Vaartchallenge
5.Vermaatschappelijking van de zorg
Als voorziening zijn we een onderdeel van een groter geheel. We willen dan ook investeren in samenwerkingsverbanden binnen de jeugdhulp en met andere belangrijke actoren in de samenleving als onderwijs, justitie, welzijnswerk en gezondheidszorg. We hechten belang aan deelname aan verschillende overlegfora om de dialoog met beleidsmakers en de brede samenleving aan te gaan.
Als OBC geloven we rotsvast dat een deeltje van onze opdracht ook is ‘observatie en behandeling van de samenleving’. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat onze jongeren en ouders zich welkom weten in scholen, welzijnsvoorzieningen, vrije tijdsinitiatieven, …. .
• Heel wat jongeren volgen een externe hobby. We hebben vele talenten in huis! Dans, voetbal, acrogym, … . Waar nodig geven we een financieel duwtje in de rug vanuit ons eigen sociaal fonds, gespijsd door giften van sympathisanten. Tijdens de zomer is ‘kunnen op kamp gaan’ een belangrijk aandachtspunt in onze werking. We willen dat onze jongeren op 1 september, in het bijzonder de veelblijvers, ook mooie verhalen hebben op de speelplaats! Dankzij de samenwerking met vakantieparticipatie en vele andere partners konden 17 jongeren in 2015 één of meerdere keren op kamp gaan, buiten de leefgroepkampen.
• Na 1 jaar integrale jeugdhulp was de roep naar bijsturing groot. Medewerkers uit ter Wende en Espero engageerden zich in Zorg voor Veerkracht, een initiatief vanuit mensen uit de praktijk om het nieuwe decreet integrale jeugdhulp te evalueren. Dit initiatief trok de aandacht van de commissie Welzijn van het Vlaams Parlement. In september mochten we de leden van de commissie ontvangen voor een werkbezoek. Via opiniestukken probeerden we mee het maatschappelijk debat rond jeugdhulp te voeden.
• We investeren natuurlijk ook in samenwerkingen met collega's uit andere welzijnssectoren. We engageerden ons in 2015 mee in de opstart van een intersectoraal netwerk VlaamsBrabant/Limburg. Dit samenwerkingsverband van ruim 30 voorzieningen engageert zich om voor 10 moeilijkste trajecten in deze regio gezamenlijk een zorggarantie te bieden. Daarnaast nemen we deel aan volgende samenwerkingsverbanden:
• deelname werkgroep kinderpsychiatrie • deelname Link (samenwerking GGZ, bijzondere jeugdzorg, VAPH)
• deelname verwijzersforum • deelname netwerkstuurgroep crisis IJH • deelname IROJ Brussel (plaatsvervanger) • deelname aan werkgroep minderjarigen (VAPH) en Brussels Regionaal Overleg gehandicaptenzorg.
• deelname aan Intersectorale Regionale Prioriteitencommissie (vertegenwoordiger namens de verwijzers)
• deelname OBCcomité (overleg tussen de zes Vlaamse OBC’s). • lid van TOOL, uitwisselingtimeouts tussen voorzieningen. • deelname directiecomite IJH (Vlaams Welzijnsverbond)
• We investeren in de samenwerking met onderwijs: • deelname aan de werkgroep 'schooluitval' • deelname projectgroep ‘tryout’ rond dagbesteding • mee betrokken bij initiatieven in regio Leuven rond onderwijsaanbod voor kinderen met autisme en/of gedragsproblemen.
• organisatie schoolontmoetingsdag, kennismakingdagen voor scholen
• stagebegeleidingen voor opleidingen orthopedagogiek, maatschappelijk werk en psychologie
• workshops binnen opleiding leerkracht • begeleiden eindwerken
We zijn ons als organisatie ook bewust van onze eigen maatschappelijke verantwoordelijkheid.
• We nemen een sterk engagement rond sociale tewerkstelling. • We waren in 2015 opnieuw een werkplek waar deeltijds leren/deeltijds werken mogelijk is, om jongeren met risico op schooluitval een motiverend leertraject te bieden (Espero).
• We doen beroep op de Vlaamse ondersteuningspremie om mensen met minder jobkansen aan het werk te houden (5 medewerkers).
• Via de functie 'begeleiderinopleiding' proberen we allochtone kandidaten warm te maken voor de sociale sector, door hen de kans te bieden een studie binnen volwassenenonderwijs te combineren met een deels betaalde stage (Espero).
• We zijn sinds 2014 ook een federale instapstageplaats voor kortgeschoolde werkzoekenden. Na een bijzonder succesvolle stage, vond de eerste medewerker in 2015 alvast vast werk na zijn stage. In andere trajecten merken we dat het voor kandidaten niet altijd evident is om terug in een arbeidsregime te stappen.
• We zijn ons steeds sterker bewust van onze ecologische impact. Op verschillende manieren proberen we onze voetafdruk te beperken, met als ambitie tegen 2020 een reductie van 20 % ten aanzien van ons gebruik in 2012. Een belangrijke realisatie daarbij was de plaatsing van zonnepanelen in ter Wende (10.000 kwh). Ook kleinere acties passen in dat kader: zo stapten we in Espero voor melk over naar bio. Een beperkte, maar verantwoorde meerkost. We maakten samen met regionaal Landschap Dijleland een plan om de biodiversiteit in onze tuin/park in ter Wende te vergroten, en meer streekeigen planten te introduceren. Uitvoering voorzien in najaar 2016.
Tot slot: in 2015 hebben we punt gezet aan drie jaar bouwen en verbouwen in ter Wende. De laatste fase, een nieuwe vergaderzaal en nieuw gesprekslokalen, werd afgerond. Na 1000 dagen lawaai en stof een bijzonder plezierig moment !