Hofam − Module Communicatie. 2 Programma 1e dag −Introductie en kennismaking −Schriftelijk...

Post on 24-May-2015

226 views 2 download

Transcript of Hofam − Module Communicatie. 2 Programma 1e dag −Introductie en kennismaking −Schriftelijk...

Hofam

Module Communicatie

2

Programma 1e dag

− Introductie en kennismaking

− Schriftelijk rapporteren

− Presenteren

− Collegiale Consultatie

− Opdrachten bespreken

3

Programma 2e dag in CC-groep

− Verloop consultaties

− Feedback

− Bespreking opdracht schriftelijk rapporteren

− Presentaties door studenten

− Verbeterpunten presentaties

− Afsluiting (Blik vooruit naar dag 3)

4

Programma 3e dag

− Verloop consultaties− Het maken van een plan van aanpak +

analyseren probleemstellingen− Debatteren / stellingen verdedigen− Moeilijke presentaties – tips− Impact en overtuigingskracht− Afsluitende feedback aan elkaar

5

Selfmanagement-cyclus

bestaand gedrag

nieuw gedrag

w aarnem en effecten op - jezelf en - anderen

zoeken naar a lternatie f

tevreden?nee

ja

6

Programma 1e dag

− Introductie en kennismaking

− Schriftelijk rapporteren

− Presenteren

− Collegiale Consultatie

− Opdrachten bespreken

7

Richtlijnen HOFAM afstudeerscriptie

− Doel

− Probleemstelling

− Inhoud scriptie

− Uitwerken van probleemstelling

8

Procedure afstudeerscriptie

− Plan van aanpak (tijdig, goedkeuring nodig, vormt uitgangspunt)

− Begeleiding (per consultatiegroep, datum afstuderen vastgesteld, “verdedigbaar”)

− Beoordeling scriptie a.d.h.v. criteria (zie volg sheet)− Mondeling examen (46-60 min pp, per cc-groep, 1ste

vragensteller)

9

Beoordelingscriteria

− Niveau− Actualiteit− Controllerfunctie− Aspecten HOFAM-opleiding (min 2 modules)− Probleemstelling, analyse en oplossing− 20-30 blz inclusief bijlagen− Managementsamenvatting− Lay-out en leesbaarheid− Zelfstandigheid / eigen mening

10

Het schrijfproces in stappen en activiteiten

Plannen

Schrijven

Contro leren

- O riënteer- Bepaal de structuur

- Schrijf structuur u it to t tekst- M aak tekst toegankelijk- M aak tekst aantrekkelijk

- C ontro leer en verbeter- Vraag com m entaar en verw erk het

11

Probleemstructuur

− Wat is het probleem?− Waarom is het een probleem en voor wie?− Wat zijn de mogelijke oorzaken?− Wat zijn de mogelijke oplossingen?− Welke oplossing verdient de voorkeur?− Wat kan of moet er (dus) gedaan worden?

12

Helder schrijven in 7 lessen

1. Schrijf in de actieve vorm2. Vervang voorzetselconstructies door voorzetsels3. Laat werkwoorden werken4. Varieer de zinslengte5. Schrijf wat u bedoelt6. Werk met beelden7. Schrijf in verzorgde spreektaal

13

Voor wie schrijf je?

1. Lange com plexe zin2. Abstracte form ulering3. Voor beperkt publiek

1. Korte eenvoudige zin2. Concrete form ulering3. Voor breed publiek

Zoals het niet moet

Er is nog weinig onderzoek dat psychologische testjes van automatische processen die in dit hoofdstuk besproken zijn in verband brengt met hersenactiviteit in emotionele systemen die niet direct toegankelijk zijn voor introspectie, maar de eerste resultaten zijn veelbelovend, zoals het onderzoek dat eerder genoemd is waarin iemands score op een etnische IAT sterk bleek samen te hangen met de activiteit van de amygdala in reactie op zwarte gezichten.

14

15

Programma 1e dag

− Introductie en kennismaking

− Schriftelijk rapporteren

− Presenteren

− Collegiale Consultatie

− Opdrachten bespreken

16

Voordelen van presenteren

− Onduidelijkheden meteen verhelderen

− Meteen inzicht in effect boodschap

− Mogelijkheid tot sturen en bijsturen

− Gehoor actief betrekken

− Soms meteen beslissingen nemen

17

Mogelijke nadelen van presenteren

− Is éénmalig

− Risico spontaan woordgebruik

− Kans om een slecht figuur te slaan

− Krijg je iedereen bij elkaar?

− Groep tegen presentator

18

Doelen met presenteren

− Vaak gemengde doelstelling

− Informatief

− Expressief, goed overkomen

− Relatie opbouwen of relatie verbeteren

− Gedragsverandering

− Meningsvorming beïnvloeden

19

Effectieve openingen

− Doel en onderwerp noemen− Uitdaging of verrassing− Statistieken of grafiek− Retorische vraag− Citaat of anekdote− Vragen stellen aan publiek

20

Verkeerde openingen

− Verontschuldigingen

− Politiek gekleurde of anderszins riskante opmerking

− Universele (saaie) opening

− Irrelevante opening

− Flauwe grappen

21

Het kop-romp-staart model

− Kop • Begin, doel • inleiding, overzicht

− Romp (feitelijk verhaal, kern)− Staart

• Samenvatting• Conclusies• Vervolg en eventuele opdracht

Presentatie-oefening

− Groepjes van 3− Ieder geeft een bedrijfspresentatie van 5 min.− 5 min voorbereiding− 5 min feedback/nabespreking

− Verplichte onderdelen:• Opening

• Inleiding (doel/inhoud/structuur/verwachtingen tav publiek)

• Kop/romp/staart

22

23

Programma 1e dag

− Introductie en kennismaking

− Schriftelijk rapporteren

− Presenteren

− Collegiale Consultatie

− Opdrachten bespreken

24

Collegiale Consultatie toepassingen

Binnen de modules

•Handige snelle methode•Groepjes constant•Voor verdieping stof •Praktijksituaties bespreken

Buiten de modules

•Geregelde sessies!•Voor nog meer praktijkbesprekingen•Voorbereiding op brede beroepspraktijk

25

Collegiale Consultatie

− Adviseren bij werkproblemen

− Op gelijke voet – geen hiërarchie

− Gericht op eigen functioneren of eigen keuzes

− Geen bindende adviezen, inbrenger kiest

− Zo veel mogelijk gedragsalternatieven

− Inbrenger stelt duidelijke vraag

− Gefaseerd proces

26

Collegiale Consultatie Fasering

1. Introductie werkprobleem

2. Korte informatieve vragen + antwoorden

3. Bedenktijd: “Wat is de kern?”

4. In stilte formuleren van adviezen

5. Om de beurt adviezen verwoorden (inbrenger luistert en stelt ev. Vragen)

6. Inbrenger reageert inhoudelijk

7. (facultatief: discussie over elkaars adviezen)

Model/Fasering

P

1 4

A1

2 3

A2 A3 A4

P

Bespreekpunten (10 min.)

− Uitwisselen contactgegevens

− Frequentie CC-bijeenkomsten

− Plaats, tijd

− Beurten

− Voorinformatie?

28

Enkele valkuilen

29

1. Geen echt probleem

2. Probleem veralgemeniseren

3. In 10 sec ……………

4. Niet openstaan voor adviezen

5. Geen of onbekwame gespreksleider

30

Programma 1e dag

− Introductie en kennismaking

− Schriftelijk rapporteren

− Presenteren

− Collegiale Consultatie

− Opdrachten bespreken

Opdrachten voor volgende keer

1. Lees deel 1 van het boek “de scriptie supporter”.

2. Maak een paper van max. 4 blz. over een (financieel) probleem van je afdeling.

3. Bereid een presentatie voor van max. 10 min. over dit paper.

4. Lees en becommentarieer de papers van de overige leden van je cc-groep.

32

Programma 3e dag

− Het maken van een scriptie-ontwerp (plan van aanpak, analyseren probleemstellingen)

− Indicatoren Impact en overtuigingskracht− Fragmenten debat na gem.raads verkiezing− Debatteren / stellingen verdedigen− Moeilijke presentaties – tips− Feedback in CC-groep− Oefeningen impact en overtuigingskracht

Opzet

33

Groep Probleemstelling

GroepCommentaar

Groep Jury

- Formulering- Structuur- Relevantie- Kracht/zwakte

Kwaliteit Verdediging

Kwaliteit van inhoud en vorm feedback

Procedure1. Toelichting Flaps in plusminus 5 minuten

2. Commentaargroep mag daarbij vragen stellen

3. Bezinning op commentaar dat je gaat geven

4. Bespreking per Probleemstelling in 15 minuten (tussen probleemeigenaar en commentaargroep)

5. Jury geeft oordeel in 5 minuten over kwaliteit verdediging en feedback

6. Stap 3 en 4 herhalen per consultatiegroep met telkens wisselende commentaargroep en jury

34

35

Beoordelingscriteria

− Niveau− Actualiteit− Aansluitend bij controllerfunctie− Zinvol voor de eigen organisatie− Aspecten HOFAM-opleiding (2 modules!)− Analyse en oplossing− (Managementsamenvatting)− (Lay-out en leesbaarheid)− Zelfstandigheid / eigen mening

Aanbevelingen goede probleemstelling

− Liefst met vraagteken− Haalbaar / Beantwoordbaar− Relevant − Ondubbelzinnig / concreet− Bondigheid (eventueel nuanceren in

deelvragen)

36

37

Impact - indicatoren

− Representatieve indruk

− Handelen conform rol

− Makkelijk contact leggen

− Rustig en zelfverzekerd

− Beleefd

38

Overtuigingskracht - indicatoren

− Aansprekende argumenten kiezen

− Enthousiast en beslist

− Heeft er plezier in

− Doseert argumenten

− Kiest juiste moment

Stelling 1

De controller is de uitvoerder van het beleid van de directie

39

Debatteren

− Zakelijke versus emotionele argumenten− Hoeveelheid argumenten− Volgorde argumenten (eerst sterke?)− Is herhalen van je boodschap effectief?− Ingaan op de argumenten van de ander of niet?− Begrip tonen voor standpunt van de ander?− Eénzijdige of tweezijdige argumentatie=− Vragen om onderbouwing

40

Stelling 2

Creatief boekhouden is een must voor elke controller

41