GPD 2013 Activerende werkvormen voor spreekvaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid

Post on 27-Jun-2015

6.515 views 4 download

description

Activerende werkvormen voor spreekvaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid.

Transcript of GPD 2013 Activerende werkvormen voor spreekvaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid

Activerende werkvormen spreekvaardigheid, leesvaardigheid en schrijfvaardigheid

Good Practice Day25-1-2013

Even voorstellen

• Antoine van Dinter• Docent Frans Varendonck College Asten• Edublogger: http://fransenict.wordpress.com • Webmaster Levende Talen

Schrijfvaardigheid (1)

1. Wat?: a) - Verzin zoveel mogelijk bedrijven / organisaties in

Frankrijk waaraan je een brief kunt sturen. b)- Verzin iets wat je toegezonden kunt krijgen.1. Hoe?: Eerst individueel (2”), daarna in tweetallen (2”)2. Hulp?: -3. Tijd?: 4 minuten4. Uitkomst?: Delen en bespreken5. Klaar?: even wachten

Schrijfvaardigheid (1)

Volledig scherm:

http://www.youtube.com/watch?v=Vvy7kdziHYQ

wordt:

http://www.youtube.com/watch_popup?v=Vvy7kdziHYQ

Schrijfvaardigheid (1)

Per tweetal 1 mobiel en stuur je bericht naar:8979487.7840@e.linoit.comMet: 1) BEDRIJF/ORGANISATIE: …

2) WAT: …

of

Schrijfvaardigheid (1)

http://en.linoit.com/

Schrijfvaardigheid (1)

• Hoe maak je QR-codes?

http://www.qrstuff.com/

Schrijfvaardigheid (1)

Samenstelling: digitale fruitmachineDuur: 2 lessen + bespreking brieven in de les- Leerling 1: Notulist

- Leerling 2: Woordenboek

- Leerling 3: Geluidsbewaker

- Leerling 4: Mag als enige vragen stellen aan de docent

Schrijfvaardigheid (2)

• Variant op 1• Laat leerlingen een brief maken• Zet nu 4 leerlingen bij elkaar en laat ze van de

brief die ze hebben gemaakt één gezamenlijke brief maken.

• Gebruik dezelfde rolverdeling als bij de vorige opdracht

Schrijfvaardigheid (3)

1. Wat?: Lees het verhaal en maak het af in 140 tekens.

2. Hoe?: Individueel3. Hulp?: woordenboek N/F4. Tijd?: 5 minuten (lezen: 3” afmaken: 2”)5. Uitkomst?: Delen en bespreken6. Klaar?: -

Schrijfvaardigheid (3)

http://todaysmeet.com/GPD2013

of

Schrijfvaardigheid (3)

Il ouvrit la porte de la chaudière, lança la boîte. De sa vie, il ne s’était senti l’âme aussi légère. Avec les photos, les fleurs séchées, les lettres, disparaissent le souvenir de sa propre conduite. Son geste effacerait le passé, l’avenir s’ouvrait…

Schrijfvaardigheid (3)

… l’explosion s’entendit à une lieue à la ronde et des vitres tombèrent, un peu partout. Il fallut deux jours aux pompiers pour dégager le corps de Thierry, enseveli sous plusieurs mètres cube de décombres. Bien entendu, la police établit facilement la nature de l’attentat. Par contre, personne n’en comprit les mobiles. Yvonne pas plus que les autres.

Spreekvaardigheid:De theorie: Neuner (1)

• Fase A: aanbieden van taalmiddelen (semantiseringsfase)

• Fase B: inslijpen van taalmiddelen (consolideringsfase)

• Fase C: gestuurde productie• Fase D: vrije productie

Spreekvaardigheid:De theorie: Neuner (2)

• De fases lopen van receptief naar productief.

Spreekvaardigheid: De praktijk:

Leerling A Leerling B- Begroet leerling B. - Groet terug.- Vraag hoe het met leerling B gaat.

- Zeg dat het goed gaat.

- Vraag welke vakken leerling B heeft.

- Zeg dat je Nederlands, Engels en Wiskunde hebt.

Spreekvaardigheid: Het probleem:

• De ene leerling kan zien wat de ander gaat zeggen.

• De leerlingen hoeven niet te luisteren naar wat de ander zegt.

• Er is geen echte reden tot communicatie.

Spreekvaardigheid: De oplossing:

• Zorg dat er een reden is om te praten.• Zorg dat er een reden is om te luisteren.• Zorg voor een ‘information gap’.

Spreekvaardigheid: Information gap:

Met een ‘information gap’ wordt bedoeld dat leerling A niet weet over welke informatie leerling B

beschikt en omgekeerd. Door vragen te stellen kan deze kloof

overbrugd worden.

Spreekvaardigheid: Voorbereiding:

• Kijk eerst welke grammatica en welk vocabulaire de leerlingen nodig hebben.

• Verwerk deze zaken aan het begin van de les.• Oefen eerst klassikaal waarbij er sprake is van

een ‘ information gap’.• Vraag deze informatie terug.• Laat leerlingen nu in groepjes oefenen.

Spreekvaardigheid (1)

• Vocabulaire: de getallen of deze• Grammatica: lidwoorden

Spreekvaardigheid (1)

1. Wat?: Stel elkaar om-en-om een vraag2. Hoe?: tweetallen3. Hulp?: -4. Tijd?: 2 minuten5. Uitkomst?: De docent stelt vragen6. Klaar?: -

Spreekvaardigheid (2)

1) Ga naar: http://www.shopaffairs.com/2) Selecteer 8 verschillende kledingstukken voor

maximaal 200 euro3) Plak de plaatjes in je document en zet er de

prijs en de kleur bij.

Spreekvaardigheid (3)

1. Wat?: Speel het ganzenbord2. Hoe?: viertallen3. Hulp?: -4. Tijd?: 15 minuten5. Uitkomst?: -6. Klaar?: -

Leesvaardigheid (1): Tekst 1Duo’s Tijd: maximaal [2’]

1. Iedere ll. Maakt individueel de vragen bij tekst 1 . [2’](Ondersteep in de tekst waar je het antwoord vindt en zet het nummer van de vraag erbij)2. Vergelijk daarna de antwoorden met je buurman / buurvrouw [1’]3. Kom bij verschil tot overeenstemming4. Wanneer jullie het niet eens worden over een vraag dan zet je een kruisje.5. Eerder klaar? Maak individueel de vragen …

Leesvaardigheid (1): Stemmen

• Ga naar: http://m.socrative.com• Kamernummer: 7231• Of scan de volgende QR-code:

Leesvaardigheid (1): Socrative

http://www.socrative.com/

Leesvaardigheid (2)Tweetallen Tijd: maximaal [10’]

1. Iedere ll. leest individueel tekst 5 door en onderstreept de woorden die hij/zij niet kent. [10’]

2. Tel het aantal woorden dat je hebt onderstreept.3. Maak gebruik van de volgende formule:

(634 - aantal onderstreepte woorden) : 634 = … x 100 =

Noteer deze score op de vocabulairelijst met je naam.

4. Maak in tweetallen een vocabulairelijst van de onderstreepte woorden. Maak daarbij 3 kolommen: 1) WOORDEN, 2) WAAR ZOEKEN? 3) VERTALING5. Lever deze lijst in bij je docent6. Eerder klaar? Maak individueel de vragen 29 t/m 42

Leesvaardigheid (3)

Duo’s [15’]1. De leerlingen aan de deurkant maken de even vragen (10, 12, 14, 16), de leerlingen aan de raamkant de oneven vragen (11, 13, 15, 17). Onderstreep in de tekst waar jij het antwoord hebt gevonden.2. Eerder klaar? Maak individueel de vragen 29 t/m 423. Leg aan je buurman / buurvrouw uit waarom jij voor een bepaald antwoord hebt gekozen. [2’]

Leesvaardigheid (4): Wie is Marianne?

?

Dit is Marianne

Leestips:

• Basisboek Activerende didactiek en samenwerkend leren – Carel van der Burg

• Actief met taal – Didactische werkvormen en het talenonderwijs

• Parle-moi un peu! – Helene NEU• Mobiles / Mobilettes / Mobiles bis• Manigances – Boileau-Narcejac

BoekTweePuntNul200

Vragen?

• http://fransenict.wordpress.com • info@antoinevandinter.nl• Twitter: ahcvandinter