Forensische technieken Oplossen van misdrijven. omgeving.

Post on 08-Jun-2015

223 views 0 download

Transcript of Forensische technieken Oplossen van misdrijven. omgeving.

Forensische techniekenOplossen van misdrijven

omgeving

Plaats delict

Gegevens verzamelen over:

P 21-25

Egbert Sanders Buurtbewoner, fruitkwekerij

Jolien Sanders-van Opdam Buurtbewoner, fruitkwekerij

Lars Sanders Buurtbewoner, fruitkwekerij

René Claassens Buurtbewoner, varkenshouderij

Mieke Helder Buurtbewoner, varkenshouderij

Rachel Janssen Buurtbewoner, potplantenkwekerij

Katie Schipper Buurtbewoner, potplantenkwekerij

Merel Schooneveld Kleindochter van Hannah Hoogendoorn

Huub Henselmans Makelaar

Tobar Yoska Dakloze

Roger de Jager Vriend van Lars Sanders

Robert Vink Slager

Hannah Hoogendoorn Slachtoffer

Verwacht wordt:

• Portofolio (2)• Eventueel presentatie van een tak van CSI (2)• SE (6)

• Je werkt weer in groepjes om zoveel mogelijk feitenmateriaal te verzamelen. (teamwork)

• Alternerend • 1 theorieles • 1 onderzoek-les

Moord op Hannah Hoogendoorn

• Onderzoeken : • Maken en interpreteren van vingerafdrukken• voetstap-afstand onderzoek • beweging van kogels • Stoffenanalyse• Opzetten van een wetenschappelijk onderzoek• Achtergrond en techniek van chromatografie• techniek voor het aantonen van bloed • achtergronden en de techniek van DNA-onderzoek • Doel: vinden van de meest waarschijnlijke moordenaar

Resultaten onderzoek

Bewijsmateriaal vingerafdruk zwarte stift Bodem witte stof bloedkleurige vlekken DNA voetsporen sporen huls en

kogelvuurwapen vergunning strafblad  

Egbert Sanders     BODEM01           

 

Jolien Sanders-van Opdam     BODEM02    

       

 

Lars Sanders     BODEM03           

 

René Claassens     BODEM04           

 

Mieke Helder     BODEM05           

 

Rachel Janssen                 

 

Katie Schipper     BODEM06           

 

Merel Schooneveld     BODEM07           

 

Huub Henselmans     BODEM08           

 

Tobar Yoska     BODEM09           

 

Roger de Jager     BODEM10           

 

Robert Vink                 

 

Hannah Hoogendoorn     BODEM11           

 

Plaats Delict (PD)     BODEM12           

 

Uur van overlijden

• Rigor mortis wordt ook wel lijkstijfheid genoemd. • filamenten van het spierweefsel kunnen niet meer langs elkaar

schuiven. (geen zuurstof meer geen ATP meer)

• De delen die het eerste verstijven zijn de oogleden, kaak en nek. • De lijkstijfheid trekt verder door het gehele lichaam en is

binnen zes uur voltooid. • Afhankelijk van de omgevingstemperatuur houdt de rigor

mortis één tot drieëneenhalve dag aan, • daarna verdwijnt deze door ontbinding van de spieren.

• livor mortis

lijkvlekken

• Na het overlijden trekt het bloed uit de huid weg, vaalbleek en slap.

• bloed niet meer rondgepompt• zakken de rode bloedcellen naar de laagst gelegen

lichaamsdelen en plakken daar aan elkaar. • Op de plekken waar het bloed zich verzamelt, ontstaan paarse

lijkvlekken, livor mortis genoemd.• Contact met grond bloedvaten dichtgedrukt

Plekken bleek• Begint één tot twee uur na het overlijden en is acht tot tien uur

later compleet • opdracht 1 uur van overlijden opzoeken

Vingersporen-onderzoek

• Op zoek naar dactyloscopische punten• Elk mens heeft unieke papillairlijnen :verhoogde huidlijnen

(oorsprong in papillen huid)

• Evenwijdige lijnen maar ook bogen en lussen en kringfiguren

Uniek?

• nog nooit een zelfde afdruk aangetroffen, niet bij één persoon en ook niet bij verschillende personen

• Zelfs bij eeneiige tweelingen = zelfde DNA, maar toch verschillende papillairlijnen (wel gelijkvormig)

• blijft dit gedurende het hele leven gelijk

• bij oppervlakkige verwonding, waarbij de papillen in de onderhuid niet beschadigen, komt het papillairlijnenbeeld weer in precies dezelfde vorm terug, tot in de kleinste details.

• In Nederland 12 dactyloscopische punten

VINGERSPOREN.

• uitscheidingsproducten van de huid : zoals aminozuren, zweet, vetten

• Iets aanraken vingersporen • Als vingers vuil vuile afdruk (verf, olie)• Zachte ondergrond (stopverf, klei)• In natte verf negatieve afdruk

typica

• Kenmerkend :de aanwezigheid van typica: • karakteristieke punten die gevormd worden door

onderbrekingen in de regelmaat van het lijnenpatroon• een lijn eindigt of begint, • een lijn zich splitst of samenvoegt.

• Bij het vergelijken van vingerafdrukken wordt gezocht naar overeenkomsten in typica.

hoofdpatroon

typica

In Nederland : 12 dactyloscopische punten of typica nodig voor veroordeling

Zoeken naar een match

• In database:• Getallen zijn het aantal papillairlijnen tussen de typica• Aantal verbindingen > dan aantal punten • Hoeveel verbindingen bij 5 punten? • En bij N punten: (N²-N)/2

3 delta’s 4 bifurcaties, 5 eindpunten.

Typica benoemen

12 dactyloscopische punten

• bij het NFI worden ongeveer twintig verschillende detectietechnieken toegepast die vaak na elkaar kunnen worden gebruikt.

• Indien in een der afdrukken een punt aanwezig is dat in de vergelijkingsafdruk ontbreekt, en dit verschil kan niet verklaard worden, dan mag niet tot identificatie worden overgegaan. niet de moordenaar

Experiment 1.2 Vingerafdrukken zichtbaar maken

• Per groepje heb je het volgende nodig: • doekjes• twee stof/mondkapjes• pincet/handschoenen • make-up kwastje• twee voorwerpen (objectglaasje, glazuur, verf, zwart kunststof, wit kunststof of…..)

• Om te gebruiken als poeder heb je de keuze uit:• koolstofpoeder/grafiet• poedersuiker• aluminiumpoeder• talkpoeder• krijtpoeder• make-up poeder (blusher rouge).

• Zet met je duim een duidelijke afdruk op de voorwerpen. • Welk poeder is nu het meest geschikt voor welk voorwerp?