dt-regels in een notendop

Post on 22-Aug-2015

230 views 2 download

Transcript of dt-regels in een notendop

Herhaling: De DT-regels in een notendop

bachelor in het bedrijfsmanagement

docent: Freya Roosens

Stappenplan

Wat is stam van het werkwoord? Welke tijd?

OTT (onvoltooid tegenwoordige tijd) OVT (onvoltooid verleden tijd) Tijd met een VD (voltooid deelwoord) VD als adjectief Imperatief

Wat is het onderwerp? Regel(s) toepassen → THAT’S IT!

DE STAM VAN HET WERKWOORD

ZOEK MIJ!

Stam = infinitief – (e)n

In principe erg gemakkelijk:

Let op bij medeklinkerwisselingen (bij vervoegingen)! Zeven – stam: zeev – gezeefd

Verhuizen – stam: verhuiz - verhuisd

infinitief – (e)n douchen – douch bloeden – bloed hakken – hak vegen - veeg

TEGENWOORDIGE TIJD (OTT)

OTT (tegenwoordige tijd)

lopen zetten antwoorden

Ik loop zet antwoord

Jij loopt zet antwoordt STAM+ t

Hij/zij/het

loopt zet antwoordt STAM+ t

Wij lopen zetten antwoorden

Jullie lopen zetten antwoorden

Zij lopen zetten antwoorden

!Inversie=enkel stam! Loop jij snel?

!Inversie=geen verschil! Loopt je broer snel?

TRUC 1: vervangingsmethode

de fout aan! DUID(??) ZING

TRUC 1: vervangingsmethode

je moeder? BID(??) ZINGT

TRUC 1: vervangingsmethode

je, moeder? BID(??) ZING

VERLEDEN TIJD (OVT)

OVT (verleden tijd)

• weven – weefde – geweven

• jagen – joeg – gejaagd

• scheppen – schiep – geschapen

• …

→ uit het hoofd te leren!

Bij de STERKE werkwoorden !

OVT (verleden tijd)

haten antwoorden

Ik haatte antwoordde STAM + te(n)/de(n)

-te(n)/-de(n)? = regel van ‘t kofschip

Jij haatte

antwoordde

Hij/zij/het haatte

antwoordde

Wij haatten

antwoordden

Jullie haatten

antwoordden

Zij haatten

antwoordden

Bij de ZWAKKE werkwoorden !

VOLTOOID DEELWOORD (VD)

VOLTOOID DEELWOORD

haten antwoorden

Ik heb gehaat geantwoord ge/be/andere + STAM + t/d

-t/-d? = regel van ‘t kofschip (of andere

methodes!)

Jij hebt gehaat

geantwoord

Hij/zij/het heeft

gehaat

geantwoord

Wij hebben

gehaat

geantwoord

Jullie hebben

gehaat

geantwoord

Zij hebben

gehaat

geantwoord

Nooit dt !

TRUC 2: ‘T KOFSCHIP

uitgang -de de stam eindigt op een klinker of een stemhebbende medeklinker b d g l m n r v w z

uitgang -te de stam eindigt op een stemloze medeklinker t k f s ch p

TRUC 3: verlengingsmethode

Heb je de vraag goed ? beantwoor(??)

Beantwoordde = OVT

beantwoord

TRUC 3: verlengingsmethode

Heb je je antwoorden ? gecheck(??)

checkte = OVT

gecheckt

LET OP !

• Ik verhuis maar verhuisd (verhuizen)

• Ik heb gekanood (kanoën-klinker=d)

• Faxen –s klank dus gefaxt

• Petanquen –k klank dus gepetanquet

• Coachen – gecoacht

VOLTOOID DEELWOORD ALS ADJECTIEF

VD als ADJECTIEF = zelfde aantal klinkers & medeklinkers als infinitief !

infinitief OVT VD als ADJ

Haten haatte De gehate man = aantal klinkers en medeklin-kers als in de infinitief !

verpraten verpraatte

Verprate tijd

Antwoorden antwoordde

Beantwoorde vragen

verbreden verbreedde

De verbrede weg

IMPERATIEF

IMPERATIEF

infinitief Voorsorteren!

vertrouwelijk Beginnen jullie maar…

zonder ond. (of met ‘jij’)

Fiets (jij) wat trager!

beleefd (of met ‘u’)

Schakelt (u) eens naar derde.

wed. ww mét ond Spoedt u zich naar huis!

wed. ww zonder ond. Spoed u naar huis!

SPELLING VAN DE ENGELSE WERKWOORDEN

ALGEMENE REGEL voor Engelse werkwoorden

• Engelse werkwoorden worden alle als

ZWAK beschouwd

→ regel ‘t kofschip / verlengingsmethode / OVT toepassen!

Lobbyen – ik lobby – ik lobbyde – ik heb gelobbyd

Flossen – ik flos – ik floste – ik heb geflost

LET OP!

• Stam van het Engelse werkwoorden eindigt op –e? én

-e is noodzakelijk voor de uitspraak? → behoud deze –e!

barbecuen– ik barbecue– ik barbecuede– ik heb gebarbecued

upgraden – ik upgrade– ik upgradede– ik heb geüpgraded

(uitspraak!)

Engelse stam op -e

LET OP!

• Let op voor de –o !

scoren – ik scoor (niet: ik score)– ik heb gescoord

promoten – ik promoot – ik heb gepromoot

Engelse ww met een -o

LET OP!

• Medeklinkerverdubbeling op einde infinitief én nodig voor Engelse uitspraak?

→ dubbele medeklinker blijft!

passen – ik pass – ik passte - ik heb gepasst

maar yellen– ik yel - ik yelde – ik heb geyeld

maar flossen – ik flos – ik floste – ik heb geflost

Engelse stam met dubbele

medeklinker

LET OP!

Hoe vervoeg je

volleyballen? En baseballen?

Ik volleybal Ik volleybalde Ik heb gevolleybald

Ik baseball Ik baseballde Ik heb gebaseballd

LET OP!

• Engels werkwoord eindigt op –le?

→ stam wordt –el !

to google (Eng) – googelen (Ned)– ik googel - ik heb gegoogeld

to scrabble (Eng) – scrabbelen (Ned) - ik scrabbel – ik heb gescrabbeld

maar to recycle (Eng) – recyclen (Ned) – ik recycle – ik heb gerecycled

Engelse stam op -le

LET OP!

• Soms mag je –te/-de voor OVT en –t/-d gebruiken

voor VD → t(e) en d(e) zijn OK!

briefen - ik brief - ik briefde/briefte – ik heb gebriefd/gebrieft

golfen - ik golf - ik golfde/golfte – ik heb gegolfd/gegolft

Beide schrijfwijzen kunnen!

MINI-test !

* Meerkeuzevragen

* Maar één correct antwoord

1

De …………. (verbreden) weg kan nog steeds de verkeerstroom niet aan.

A. verbrede

B. verbreede

C. verbreedde

2

De …………. (verbreden) weg kan nog steeds de verkeerstroom niet aan.

A. verbrede

B. verbreede

C. verbreedde

3

De (aanwenden) ………… middelen bleken ruim onvoldoende.

A. aangewendde

B. aangewende

C. aanwende

4

De (aanwenden) ………… middelen bleken ruim onvoldoende.

A. aangewendde

B. aangewende

C. aanwende

5

(Worden) …………. je vader niet kwaad als je te laat bent?

A. wordt

B. word

C. wort

6

(Worden) …………. je vader niet kwaad als je te laat bent?

A. wordt

B. word

C. wort

7

Hij deed wel zijn best, maar hij (evenaren) ………. zijn voorganger niet.

A. evenaardde

B. evenaarde

C. evenaardt

8

Hij deed wel zijn best, maar hij (evenaren) ………. zijn voorganger niet.

A. evenaardde

B. evenaarde

C. evenaardt

9

De scheidsrechter (afgelasten) …………. de wedstrijd af omwille van de dichte mist.

A. gelastte

B. laste

C. gelaste

10

De scheidsrechter (afgelasten) …………. de wedstrijd af omwille van de dichte mist.

A. gelastte

B. laste

C. gelaste

11

De factuur dient (betalen) ………….

te worden voor 15 december.

A. betaalt

B. betaaldt

C. betaald

12

De factuur dient (betalen) ………….

te worden voor 15 december.

A. betaalt

B. betaaldt

C. betaald

13 Hij kan niet beter,

zijn mogelijkheden zijn …………. .

A. begrensd

B. begrenzd

C. begrenst

14 Hij kan niet beter,

zijn mogelijkheden zijn …………. .

A. begrensd

B. begrenzd

C. begrenst

15

Omdat ze niet wilde dat ik het document las heeft zij het …………. (deleten)

A. gedeleted

B. gedeleet

C. gedeletet

16

Omdat ze niet wilde dat ik het document las heeft zij het …………. (deleten)

A. gedeleted

B. gedeleet

C. gedeletet

17

(wenden) …………. u zich tot de directie met klachten!

A. went

B. wendt

C. wend

18

(wenden) …………. u zich tot de directie met klachten!

A. went

B. wendt

C. wend

19

(zich hoeden) …………. u voor oplichters en zwendelaars.

A. hoedt

B. hoet

C. hoed

20

(zich hoeden) …………. u voor oplichters en zwendelaars.

A. hoedt

B. hoet

C. hoed

VRAGEN? freya.roosens@arteveldehs.be