Dank aan VHM Sinds ‘99 Moeilijke markt- structuur in België Handboek Documentatie.

Post on 24-May-2015

215 views 1 download

Transcript of Dank aan VHM Sinds ‘99 Moeilijke markt- structuur in België Handboek Documentatie.

                                              

                                                                                                                                        

                                                                      

• Dank aan VHM

• Sinds ‘99

• Moeilijke markt-structuur in België

• Handboek

• Documentatie

90% van onze tijd brengen we binnenhuis door

Een gemiddelde volwassene verbruikt1kg voedsel, 3kg water en 30kg lucht per dag

Natuurlijke toevoer (in A en C) Natuurlijke afvoer (in A en B)

RTO in droge ruimtes: woonkamer (verdeeld)slaap-, speel-, studeerkamer Systeem A

(Bron WTCB: TV 203)

RAO en afvoerkanalen in natte ruimtes:

badkamer, WC

keuken,wasplaats

DO

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

natuurlijk mechanischnatuurlijk A Bmechanisch C D

Regelbare ToevoerOpeningen (RTO)

Wettelijke eisen volgens EPB?

Plaats RTO > 1.8 m boven vloeroppervlakIndien niet (~raamsystemen), is test vereist op tochthinder

Gebruik een RTO met volgende eigenschappen:

Debiet: dimensioneren bij 2 Pa; min. = nom. debiet; max. = 2 x nom. debietRegelbaar: traploos of min. 3 standen tss open & geslotenInsectenwerendLuchtdicht: tot 50 Pa (gesloten)Waterwerend: tot 150 Pa (gesloten) tot 20 Pa (open)

Gebruik van kwalitatieve RTO wordt geëist in EPB-regelgeving!

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

Gebruik zelf-regelende RTO’sKlasse P0: niet-zelfregelendKlasse P1: weinig zelfregelendKlasse P2: matig zelfregelendKlasse P3: goed zelfregelendKlasse P4: zeer goed zelfregelend

(max. 20% boven nominaal debiet)

Vb. van klasse P3-rooster

Extra comfort en energiebesparing ?

0

50

100

150

200

250

300

0 10 20 30 40 50

Drukverschil (Pa)

Deb

iet

(m³/

h)

klasse 3 (bovengrens)

klasse 3 (ondergrens)

zelfregelend rooster

niet-zelfregelend rooster

Extra energiebesparing volgens EPB !

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

RTO’s kunnen op het raam i.p.v. op het glas

- Achter slag, esthetisch binnen- en buitenzicht- Op elk raamtype (alu, hout, PVC) en profielbreedte- Meer lichtinval - Geen probleem met kruisverdeling in raam- Afneembaar binnenrooster (onderhoud)- Akoestisch-dempende uitvoeringen (39 tot 49 dB)- Combinatie met zonneweringsscherm

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

Roosters voor Intensieve ventilatie

Ventilatie-openingen voor speciale ruimtes: garage, zolder, kelder,

berging1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

Doorvoeropeningen (DO) tss ruimtes

- In droge en vochtige ruimtes

- Via deur- of muurrooster of deurspleet

- Bij natuurlijke en mechanische ventilatie

- Niet afsluitbaar (altijd open)

- Bij voorkeur akoestisch-dempend

- Beperkt debiet: 25 m³/h bij 2 Pa (70 cm²)

(uitz. gesloten keuken: 50 m³/h)

- Geen toevoer buitenlucht in vochtige ruimtes, anders te weinig doorvoer (afvoer) vanuit droge ruimtes (tenzij in keuken met dampkap (> 250 m³/h)

of in ruimtes met open verbrandingstoestel)Doorvoer is noodzakelijk voor voldoende

toe- en afvoer in elke ruimte !

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

Componenten voor natuurlijke afvoer

Regelbare afvoeropeningen (RAO)

Afvoerkanalen

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

Bezoedelde lucht kan statisch worden afgevoerd d.m.v. het shuntsysteem.

Het shuntsysteem bestaat uit een hoofdkanaal en één of meerdere zijkanalen.

De lucht wordt gedurende 1 verdieping individueel in het zijkanaal afgevoerd, alvorens naar het hoofdkanaal te worden geshunteerd.

Dit systeem voorkomt geluidsoverdracht en brandoverslag.

Zowel voor natuurlijke ventilatie als voor mechanische ventilatie is een goede sectiebepaling van belang.

Bij natuurlijke ventilatie zal de snelheid in het kanaal lager liggen dan bij mechanische ventilatie, vandaar dat de sectie bij natuurlijke ventilatie groter zal zijn.

Voor natuurlijke ventilatie wordt er gerekend met een drukverschil over het rooster van 2 Pa en een snelheid van 1 m/s.

In de norm NBN D50.001 worden o.a. de ventilatiedebieten bepaald.

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

Het shuntsysteem

Lekdichtheid / afvoeropeningen.

Slecht uitgevoerde aansluitingen liggen vaak aan de basis van een slecht werkend systeem.Werd het juiste ventilatierooster bij het afvoersysteem gebruikt, en is de doorlaat (nog) voldoende?

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

Lekdichtheid / stijgleidingen• Lekdichtheid van de

stijgleidingen is even belangrijk bij betonnen kanalen als metalen kanalen.

- Verdiepingshoge kokers in beton kunnen die zekerheid bieden.

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

Lekdichtheid / bovendaks.

Werden de juiste dakkappen gebruikt?

Zijn er geen lekken tussen de stijgleiding en de dekplaat?

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

Bovendaks /uitmondingszones.

5050

50

50

50

50

I

II

III

2 0° 2 0

°

50

2 0°

150

5050

45 °

5050

III

II

I

I

II

III

45°

50

(afmetingen in cm.)

Zone 1: vrije uitmondingZone 2: uitmonding met statische afvoerkapZone 3: geen uitmonding

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

• Van buiten

• Naar buiten

• Naar de woning

• Van de woning

natuurlijk mechanischnatuurlijk A Bmechanisch C D

Gebalanceerde ventilatie met warmterecuperatie

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

                                                       

Afvoer van verbruikte lucht naar buitenToevoer van verse (

koude ) buitenlucht

Afvoer van verbruikte lucht

uit de natte ruimtes

Toevoer van voorverwarmde

lucht naar de leefruimtes

• Binnen of buiten plaatsen• Indien de ventilator binnen wordt

geplaatst, voorzie dan een akoestisch geïsoleerd model

• Op zolder of andere technische ruimtes waar onvoldoende plaats is voorzien voor de ventilator en warmtewisselaar.

• Onvoldoende plaats voor de kanalen,dit omwille van te klein geselecteerde diameters

• Onvoldoende plaats bij elke aftakking op ieder verdiep, meestal zijn er géén valse plafonds voorzien

• Luchtingangen voor verse lucht, het esthetisch aspect

Vaak problemen bij:

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

Gebruik van ventilatiekanalen

Natuurlijke ventilatie (A)Werking op basis van temperatuurverschil tussen binnen-en

buitenlucht (zie hiervoor : natuurlijke afvoer)

Mechanische afvoer (C)Invoer via muurroosters of vensteropeningen. Afvoer via ventilator. Voordeel : stabiele en gecontroleerde afvoerdebieten, onafhankelijk van buitentemperatuur en windcondities.

Mechanische afvoer en invoer , met warmtewisselaar (D)

De warmte van de afvoer wordt gerecycleerd. Een economische oplossing.

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

• Hou deze zo kort mogelijk / inplanting vochtige lokalen nabij technische kokers

• Gebruik zoveel mogelijk ronde stijve metalen luchtkanalen

• De vormstukken (o.a. bochten, verbindingsmoffen, T-stukken, geluidsdempers,…) dienen voldoende luchtdicht op de luchtkanalen aangesloten te worden, bv. via koude krimpmof, aftapen, een rubberen dichtingsring, opdat een goede luchtdichtheid van het luchtkanalennetwerk bekomen wordt

• Hou rekening met luchtkanaaldiameters van diameter 125 mm t.e.m. 160 mm voor een ééngezinswoning

• Plaats voorzien om met kanalen te passeren: rond kanaal neemt veel plaats in, alternatief =rechthoekig

• Luchtdichtheid kanalen zeer goed verzorgen: het safe systeem EN het systeem met krimpmof

• Geisoleerde ophangbeugels nemen voor geluidsdemping

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

Gebruik de juiste kanaalcomponenten

• Gebruik professionele ventilatiekanalen– Geen PVC-kanalen (weekmakers, gebrek aan hulpstukken,...)– Minimaal gebruik van flexibele kanalen (<1m) (moeilijk onderhoud

en reiniging, drukverliezen,...)– Maximaal gebruik van spiraalgefelste kanalen en hulpstukken

(gestandaardiseerd gamma, incl. geluiddempers, regelkleppen,...)

• Maak de kanalen luchtdicht (bespaar ventilator-energie) met een dichtingssysteem :– Tape (weinig luchtdicht)– Koude krimpmof (luchtdichtheid afhankelijk van de installateur)– Rubber “safe”dichting (ingebouwde zeer hoge luchtdichtheid –

montage-onafhankelijk systeem)

Gebruik de juiste kanaalcomponenten1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

Plaatsing van kanalen• Stevige verankering op zoveel mogelijk plaatsen. Dit

vermijdt het optreden van trillingen (gebruik bij voorkeur geluid-isolerende standaard ophangbeugels)

• Bewaar een zo groot mogelijke afstand tussen de ventilatiemonden. Een zo groot mogelijke kanaallengte vermijdt geluidoverdracht (overspraak). De noodzaak om een geluiddemper te plaatsen kan worden berekend

• Voorzie de afvoer van de droogkast onafhankelijk van de ventilatiekanalen

• Voorzie de afvoer van de dampkap onafhankelijk van de ventilatiekanalen. Hou de uitblaas gescheiden van de invoer van de ventilatiekanalen (reukhinder)

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

•TIP : voorzie toegang en een afsluitbare reinigingsopening in het kanalennetwerk na elke bocht

Tips voor optimale ventilatie met mechanische ventilatie

• Slaapkamers en woonkamers : plaats de ventilatiemonden zo ver mogelijk van de deur

• Badkamers: de afzuigmond boven het bad of de douche zo ver mogelijk t.o.v. de plaatsing van de waterkranen voorzien

• Bij een hellend plafond/dak moet de ventilatiemond zo hoog mogelijk gepositioneerd worden om niet-geventileerde zones te vermijden

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

Voorzie voldoende plaats voor

ventilatiekanalen

• Typische standaarddiameters:– eengezinswoning : Ø100, >>> Ø160– Meergezinswoning : Ø100 >>> Ø250

• Gebruik is afhankelijk van de luchtsnelheden en debieten in de kanalen

• Te hoge luchtsnelheden in de kanalen bij te kleine diameters geeft aanleiding tot geluidoverlast !– Debiet (m³/s) = snelheid (m/s) x

kanaalsectie (m²)• Kanalennetwerken en ventilatiemonden

kunnen relatief eenvoudig berekend en getekend worden met software

1. Inleiding

2. Componenten voor natuurlijke ventilatie

3. Mechanische ventilatie

4. Kanalen

                                              

                                                                                                                                        

                                                                                                                                                                        

                                                                           

                                                                                                                       

Thanks !