Adoptie Uitdaging

Post on 21-Jan-2015

707 views 0 download

description

Richard Goedhart met zijn adoptieuitdaging

Transcript of Adoptie Uitdaging

AU: Goedhart

Doel: 10 generaties bereiken met adoptie.

Begin met een oudere stamsim. Hij adopteert een kind. Als de oudere overleden is, en het kind is volwassen, moet die ook een kind adopteren. Later zal dit kind ook een kind adopteren, enz. Iedere generatie mag je maar 1 keer een kind adopteren. Je sims mogen ook niet trouwen; je hebt altijd je eigen sims. Er zijn dus maximaal 2 sims, en minimaal 1. Je mag pas weer een kind adopteren als de oudste generatie is overleden.

Challenge door Mogway (http://www.dms2.com)

Adoptie Uitdaging

‘Vrijheid, zo ver je kan zien. Overal rust en stilte…’ mompel ik terwijl ik door mijn verrekijker tuur.

‘Wel érg stil, soms.’

Ach, ik ben graag op mezelf. Misschien ben ik een beetje verlegen.

Ik ben dolblij dat ik de stap heb gezet, om hierheen te verhuizen. Mijn hele leven heb ik het boerenbedrijf van mijn vader gerund, maar nu was het tijd voor een verandering.

Ik ken hier niemand, ik begin geheel opnieuw.

Vol goede moed was ik begonnen aan een huis. Ik raakte zó enthousiast dat ik niet meer op mijn geld lette. Vandaar dat ik nu bijna geen cent meer over heb…

‘Maar mij hoor je niet klagen!’ grijns ik, en ik pak mijn trouwe schoffel.

Het boerenwerk was me toch in het bloed gaan zitten, na al die jaren. Mijn land hier stelde nog niet veel voor, maar dat zou ooit wel veranderen!

Zachtjes neuriënd loop ik naar binnen, mijn nieuwe huis in. Ik voel me trots. Op mijn hoge leeftijd heb ik dit maar mooi voor elkaar gekregen!

De woonkamer is donker en ongezellig, maar ik ben tevreden.

‘Een dak boven je hoofd, dat is wat telt!’ zei mijn vader altijd.

‘Maar een beetje eten is ook niet verkeerd.’ grinnik ik, met een blik op mijn armoedige keukentje.

Via een klein laddertje klim ik naar de bovenverdieping. Er zijn nog geen aparte kamers gebouwd, daar was geen geld meer voor.

In de grote ruimte staat mijn bed, en…

‘Ja, een kinderbedje!’ zeg ik hardop. Het is mijn grote wens om een kind te adopteren. Ik ben oud, maar nog niet té oud! Ik kan best voor een kind zorgen.

Het lijkt me geweldig zoiets moois te doen voor een arm kindje.

‘Mijn naam is niet voor niets Richard Goedhart!’ roep ik opgewekt.

‘Aan de slag.’ mompel ik. Er moet geld komen, en snel. Ik heb nauwelijks nog een cent over, en als ik een kind wil opvoeden moet ik toch een wat vollere rekening hebben.

‘Regen, ook dat nog!’

Na even nadenken pak ik een schep, en begin te graven. Misschien zitten er wel kostbare dingen in de grond, die ik kan verkopen.

Het eerste wat ik opgraaf is een roze plastic raket.

‘Mooi niet dat ik die ga verkopen!’ roep ik. ‘Die is voor op de kinderkamer!’

Als de regen nog harder naar beneden stort, ga ik toch maar naar binnen. Op het moment dat ik de krant open sla, knettert een oogverblindende bliksem door de omgeving.

‘Gezellig.’ mompel ik. ‘En, is er nog werk voor me?’

Nadat ik een baan gevonden heb als cementmenger, ga ik verder met graven. Tot mijn grote schrik raak ik een waterleiding, en even kan ik niets anders doen dan paniekerig toekijken.

Gelukkig kom ik snel in actie en is de kuil even later weer dichtgegooid. Ik graaf zelfs nog een leuke tuinkabouter op, en wat andere spulletjes die ik wel verkoop.

‘Zo, kereltje. Voortaan mag jij daar staan.’ knik ik tegen de kabouter.

Na mijn werk hol ik meteen naar mijn stukje land. Ja hoor, het zaadje is al uitgegroeid tot een plantje!

Een trotse glimlach verschijnt op mijn gezicht.

Ik spring snel onder de douche, en zet me dan weer aan het graafwerk. Ik vind wat oude beelden, die ik meteen verkoop. Ook liggen er oude botten, rotsen en zelfs schatkaarten.

Na het avondeten staar ik dromerig de nacht in. Het is zo stil hier, zo vredig. Ik voel me gelukkig, maar toch niet compleet.

Ik wil een kind adopteren!

De volgende dag wordt er weer eentje van hard werken. Ik verzorg mijn plantje en graaf weer naar voorwerpen.

De warme zon brandt aan de hemel, maar gelukkig heb ik mijn hoed op.

Uitgeput laat ik me op mijn stoel vallen.

‘Hè hè, dat was me het dagje wel.’ zucht ik.

Even kijk ik naast me, naar de nieuwste aanwinst uit de grond. Het is een prachtig beeld van een valk.

‘Ja ja, nu zijn het jij en ik.’ zeg ik tegen de vogel.

Ik check mijn banksaldo. Dat ziet er niet verkeerd uit!

Vol goede moed draai ik het nummer van het adoptiebureau.

Terwijl ik wacht tot er opgenomen wordt, bestudeer ik de landkaart aan mijn muur.

Een heldere vrouwenstem vertelt me dat ik nog niet genoeg geld heb.

‘Wat? Banksaldo niet toereikend? Wat bedoelt u daarmee? Ik heb keihard gewerkt, bloed, zweet en tranen, mevrouw! Ik heb alles over voor dat kindje!’

Mopperend kruip ik in bed, en nog steeds chagrijnig loop ik de volgende ochtend langs het bedje.

‘Het spijt me, kind, nog even wachten.’

Al snel klaart mijn humeur weer op. Het is een prachtige dag, de vogels fluiten en er is geen wolkje aan de lucht. Terwijl ik op mijn land werk, fladderen de vlinders vrolijk om me heen.

Ik bevorder die dag op mijn werk, naar metselaar. Tevreden, maar ook erg moe, laat ik me aan het eind van de middag op bed vallen.

Inmiddels heb ik aardig wat geld, en ik moet me inhouden niet wat leuke dingen voor in huis te kopen.

Nee, ik moet sparen.

Die gedachte geeft me nieuwe moed. Ja, ik moet geld sparen voor het kind! Ik zal hem of haar een geweldig leven geven!

Dan schiet me te binnen dat ik de adoptiedienst weer zou bellen. Misschien accepteren ze mijn aanvraag nu wel!

‘Morgen om 10 uur…prima!’ stamel ik. Nog lang nadat de verbinding is verbroken, blijf ik met een grote grijns op mijn gezicht staan.

Ik kan het haast niet geloven! Mijn kindje komt eraan!

Die nacht slaap ik maar een paar uurtjes, zo enthousiast ben ik.

Het wachten maakt me gek! Om de tijd door te komen, onderwerp ik het huis aan een grote schoonmaakbeurt.

Ik ben zo druk bezig met schoonmaken, dat ik de tijd vergeet.

Als het tien uur is, en een busje de straat in rijdt, merk ik het niet eens.

Ineens hoor ik een auto stoppen voor mijn huis, en ik haast me naar het raam.

Daar is ze! Mijn kind!

Mijn hart gaat als een razende tekeer als ik haar eindelijk in mijn armen kan sluiten.

Het is een leuk meisje, met lang, bruin haar en een getinte huidskleur.

‘Ik ben Tasja. Wie ben jij?’ vraagt ze spontaan.

‘Mijn naam is Richard Goedhart. Voortaan zal ik voor jou zorgen, Tasja.’

Ik laat haar het huis zien. Dolenthousiast klautert ze op mijn bed, en begint erop rond te springen.

‘Ho, Tasja, voorzichtig!’ lach ik, maar eigenlijk vind ik het geweldig.

Dan valt mijn blik op het kinderbedje. Ik schiet in de lach.

‘Ik dacht dat je jonger zou zijn!’ zeg ik. ‘Ik moet nog even wat dingen regelen, hoor.’

Tasja knikt begrijpend. Ze wacht rustig af.

Bij het raam met het mooiste uitzicht maak ik haar eigen hoekje. Boven het bed hang ik een klein plankje op, waar de roze raket een plaatsje krijgt.

‘Vindt je het mooi?’ vraag ik hoopvol.

‘Heel mooi!’ Met twinkelende oogjes is Tasja op het bed gaan zitten.

Ineens zie ik hoe laat het is. Half 11 al!

‘Tasja, het is tijd om naar school te gaan. Ik zal je vanmiddag wel op komen halen, goed?’

‘Okee!’

Ik ben blij dat ze zo goed gehoorzaamt. Tasja is een schat van een kind!

In een soort droomtoestand laat ik me op mijn bed vallen. Was dit allemaal echt gebeurd?

Wauw. Ik had een kind geadopteerd, een prachtig meisje.

Mijn nieuwe leven was nu officieel begonnen.