19 april 2015 09.30

Post on 20-Jul-2015

40 views 7 download

Transcript of 19 april 2015 09.30

WelkomWelkomVoorganger: Ds. BloemendalVoorganger: Ds. Bloemendal

Organist: Dhr. v.d. BijOrganist: Dhr. v.d. Bij

Thema: Thema: Big brother is watching youBig brother is watching you

Zingen:Zingen:Elb: 128: 1,2 en 3Elb: 128: 1,2 en 3

Laat ons lovenLaat ons loven

Laat ons loven, laat ons juichen, Laat ons loven, laat ons juichen, nu de Heer is opgestaan!nu de Heer is opgestaan!

Alles moet voor Hem zich buigen, Alles moet voor Hem zich buigen, die voor zondaars heeft voldaan.die voor zondaars heeft voldaan.

Laat ons juichen Hem ter eer, Laat ons juichen Hem ter eer, Jezus, aller scheps'len Heer.Jezus, aller scheps'len Heer.

Voor het eerste morgendagen rees Voor het eerste morgendagen rees Hij heerlijk uit het graf.Hij heerlijk uit het graf.

Dood en hel heeft Hij verslagen, Dood en hel heeft Hij verslagen, die voor ons zijn leven gaf.die voor ons zijn leven gaf.

Dood en hel deed Hij teniet. Looft Dood en hel deed Hij teniet. Looft de Heiland in uw lied!de Heiland in uw lied!

Jezus leeft en nu zal leven Jezus leeft en nu zal leven ieder die in Hem gelooft!ieder die in Hem gelooft!

Jezus zal ons nooit begeven, Jezus zal ons nooit begeven, dat heeft Hij ons zelf beloofd.dat heeft Hij ons zelf beloofd.

Jezus leeft! Komt, zingt zijn eer! Hij Jezus leeft! Komt, zingt zijn eer! Hij begeeft ons nimmermeer.begeeft ons nimmermeer.

Welkom en mededelingenWelkom en mededelingen

Voorganger: Ds. BloemendalVoorganger: Ds. BloemendalOrganist: Dhr. v.d. BijOrganist: Dhr. v.d. Bij

Thema: Thema: Big brother is watching youBig brother is watching you

Zingen Opw. 355Zingen Opw. 355U die mij geschapen heeftU die mij geschapen heeft

U die mij geschapen hebt (EL 315) t. & m. C. Christensen

U die mij geschapen hebt (EL 315) t. & m. C. Christensen

Stil gebedStil gebed

Votum en GroetVotum en Groet

Ere zij de Vader en de ZoonEre zij de Vader en de Zoon

En de Heilige Geest,En de Heilige Geest,

Als in den beginne, nu en immer,Als in den beginne, nu en immer,

En van eeuwigheid tot eeuwigheid.En van eeuwigheid tot eeuwigheid.

Amen.Amen.

Gebed van verootmoedigingGebed van verootmoediging

Genade verkondigingGenade verkondiging

Zingen: Elb 170: 1 en 2Zingen: Elb 170: 1 en 2Groot is uw trouw o HeerGroot is uw trouw o Heer

Groot is uw trouw, o Heer (EL 170)(LB 885) t. T.O. Chrisholm; m. W.M. Runyan

Groot is uw trouw, o Heer (EL 170)(LB 885) t. T.O. Chrisholm; m. W.M. Runyan

Groot is uw trouw, o Heer (EL 170)(LB 885) t. T.O. Chrisholm; m. W.M. Runyan

Groot is uw trouw, o Heer (EL 170)(LB 885) t. T.O. Chrisholm; m. W.M. Runyan

Groot is uw trouw, o Heer (EL 170)(LB 885) t. T.O. Chrisholm; m. W.M. Runyan

Groot is uw trouw, o Heer (EL 170)(LB 885) t. T.O. Chrisholm; m. W.M. Runyan

Leefregel Ex. 20: 1-17Leefregel Ex. 20: 1-17

De wet van de Tien GebodenDe wet van de Tien Geboden1 Toen sprak God al deze woorden:1 Toen sprak God al deze woorden:2 Ik ben de HEERE, uw God, Die u 2 Ik ben de HEERE, uw God, Die u

uit het land Egypte, uit het uit het land Egypte, uit het slavenhuis, geleid heeft.slavenhuis, geleid heeft.

3 U zult geen andere goden voor 3 U zult geen andere goden voor Mijn aangezicht hebben.Mijn aangezicht hebben.

4 U zult voor uzelf geen beeld 4 U zult voor uzelf geen beeld maken, maken, geengeen enkele afbeelding enkele afbeeldingvanvan wat wat boven in de hemel, of beneden op de boven in de hemel, of beneden op de

aarde of in het water onder de aarde is.aarde of in het water onder de aarde is.5 U zult zich daarvoor niet neerbuigen, 5 U zult zich daarvoor niet neerbuigen, en die niet dienen, want Ik, de HEERE, en die niet dienen, want Ik, de HEERE,

uw God, ben een na-ijverig God, Die de uw God, ben een na-ijverig God, Die de misdaad van de vaderen vergeldt aan misdaad van de vaderen vergeldt aan

de kinderen, aan het derde en de kinderen, aan het derde en vierdevierdegeslachtgeslacht van hen die Mij haten, van hen die Mij haten,

6 maar Die barmhartigheid doet 6 maar Die barmhartigheid doet aan duizenden van hen die Mij aan duizenden van hen die Mij

liefhebben en Mijn geboden in acht liefhebben en Mijn geboden in acht nemen.nemen.

7 U zult de Naam van de HEERE, uw 7 U zult de Naam van de HEERE, uw God, niet ijdel gebruiken, want de God, niet ijdel gebruiken, want de

HEERE zal niet voor onschuldig HEERE zal niet voor onschuldig houden wie Zijn Naam ijdel houden wie Zijn Naam ijdel

gebruikt.gebruikt.

8 Gedenk de sabbatdag, dat 8 Gedenk de sabbatdag, dat uu die die heiligt.heiligt.

9 Zes dagen zult u arbeiden en al uw 9 Zes dagen zult u arbeiden en al uw werk doen,werk doen,

10 maar de zevende dag is de sabbat 10 maar de zevende dag is de sabbat van de HEERE, uw God.van de HEERE, uw God.DanDan zult u geen zult u geen

enkel werk doen, u, noch uw zoon, enkel werk doen, u, noch uw zoon, noch uw dochter, noch uw dochter, nochnoch uw slaaf, noch uw slaaf, noch

uw slavin, noch uw vee, noch uw uw slavin, noch uw vee, noch uw vreemdeling die binnen uw poorten is.vreemdeling die binnen uw poorten is.

11 Want in zes dagen heeft de HEERE 11 Want in zes dagen heeft de HEERE de hemel en de aarde gemaakt, de zee, de hemel en de aarde gemaakt, de zee,

en al wat erin is, en Hij rustte op de en al wat erin is, en Hij rustte op de zevende dag. Daarom zegende de zevende dag. Daarom zegende de

HEERE de sabbatdag, en heiligde die.HEERE de sabbatdag, en heiligde die.12 Eer uw vader en uw moeder, opdat 12 Eer uw vader en uw moeder, opdat uw dagen verlengd worden in het land uw dagen verlengd worden in het land

dat de HEERE, uw God, u geeft.dat de HEERE, uw God, u geeft.

13 U zult niet doodslaan.13 U zult niet doodslaan.14 U zult niet echtbreken .14 U zult niet echtbreken .

15 U zult niet stelen.15 U zult niet stelen.16 U zult geen vals getuigenis 16 U zult geen vals getuigenis

spreken tegen uw naaste.spreken tegen uw naaste.

17 U zult niet begeren het huis van 17 U zult niet begeren het huis van uw naaste. U zult niet begeren de uw naaste. U zult niet begeren de

vrouw van uw naaste, noch zijn vrouw van uw naaste, noch zijn slaaf, noch zijn slavin, noch zijn slaaf, noch zijn slavin, noch zijn

rund, noch zijn ezel, noch iets wat rund, noch zijn ezel, noch iets wat van uw naaste is.van uw naaste is.

Zingen Gez. 377: 3 en 5Zingen Gez. 377: 3 en 5

De gouden zonne heeft overwonnen (LvdK-377)

t. v. A. den Besten; m. J.G. Ebeling

De gouden zonne heeft overwonnen (LvdK-377)

t. v. A. den Besten; m. J.G. Ebeling

De gouden zonne heeft overwonnen (LvdK-377)

t. v. A. den Besten; m. J.G. Ebeling

De gouden zonne heeft overwonnen (LvdK-377)

t. v. A. den Besten; m. J.G. Ebeling

Gebed om verlichting van de Gebed om verlichting van de Heilige GeestHeilige Geest

Zingen Kinderlied Elb. 433Zingen Kinderlied Elb. 433God die alles maakteGod die alles maakte

God die alles maakte (EL 433) t. S.B. Rhodes; m. H. von Müller

God die alles maakte (EL 433) t. S.B. Rhodes; m. H. von Müller

God die alles maakte (EL 433) t. S.B. Rhodes; m. H. von Müller

Wij gaan! Tot straks!Wij gaan! Tot straks!

Schriftlezing: Ps. 139 (hsv)Schriftlezing: Ps. 139 (hsv)

De HEERE weet allesDe HEERE weet alles

1 Een psalm van David, 1 Een psalm van David, voor de koorleider.voor de koorleider.

HEERE, U doorgrondt en kent mij.HEERE, U doorgrondt en kent mij.

2 Ú kent mijn zitten en mijn opstaan,2 Ú kent mijn zitten en mijn opstaan,U begrijpt van verre mijn gedachten.U begrijpt van verre mijn gedachten.

3 U onderzoekt mijn gaan 3 U onderzoekt mijn gaan en mijn liggen,en mijn liggen,

U bent met al mijn wegen vertrouwd.U bent met al mijn wegen vertrouwd.

4 Al is er 4 Al is er nognog geen woord op mijn tong, geen woord op mijn tong,zie, HEERE, U weet het alles.zie, HEERE, U weet het alles.

5 U sluit mij in van achter en van voren,5 U sluit mij in van achter en van voren,U legt Uw hand op mij.U legt Uw hand op mij.

6 Dit kennen – het is mij te wonderlijk, 6 Dit kennen – het is mij te wonderlijk, te hoog, ik kan er niet bij.te hoog, ik kan er niet bij.

7 Waar kan ik Uw Geest ontgaan,7 Waar kan ik Uw Geest ontgaan,waar Uw aangezicht ontvluchten?waar Uw aangezicht ontvluchten?

8 Al steeg ik op naar de hemel, 8 Al steeg ik op naar de hemel, U bent daar; of legde ik mij U bent daar; of legde ik mij

neer in de hel, zie, U bent neer in de hel, zie, U bent daardaar..

9 Nam ik vleugels van de dageraad,9 Nam ik vleugels van de dageraad,woonde ik aan het einde woonde ik aan het einde

van de zee,van de zee,

10 ook daar zou Uw hand mij leiden10 ook daar zou Uw hand mij leidenen Uw rechterhand mij vasthouden.en Uw rechterhand mij vasthouden.

11 Zei ik: Ja, duisternis 11 Zei ik: Ja, duisternis zal mij opslokken! –zal mij opslokken! –

dan is de nacht een licht dan is de nacht een licht om mij heen.om mij heen.

12 Zelfs de duisternis maakt het 12 Zelfs de duisternis maakt het voor U niet duister,voor U niet duister,

maar de nacht licht op als de dag,maar de nacht licht op als de dag,de duisternis is als het licht.de duisternis is als het licht.

13 Want Ú hebt mijn nieren geschapen,13 Want Ú hebt mijn nieren geschapen,mij in de schoot van mij in de schoot van

mijn moeder geweven.mijn moeder geweven.

14 Ik loof U omdat ik ontzagwekkend 14 Ik loof U omdat ik ontzagwekkend wonderlijk gemaakt ben;wonderlijk gemaakt ben;

wonderlijk zijn Uw werken,wonderlijk zijn Uw werken,mijn ziel weet dat zeer goed.mijn ziel weet dat zeer goed.

15 Mijn beenderen waren voor U 15 Mijn beenderen waren voor U niet verborgen, toen ik in het niet verborgen, toen ik in het

verborgene gemaakt benverborgene gemaakt benenen geborduurd werd in de laagste geborduurd werd in de laagste

plaatsen van de aarde.plaatsen van de aarde.

16 Uw ogen hebben mijn 16 Uw ogen hebben mijn ongevormd begin gezien,ongevormd begin gezien,

en zij alle werden in en zij alle werden in Uw boek beschreven, Uw boek beschreven,

de dagen dat zij gevormd werden,de dagen dat zij gevormd werden,toen er nog niet één van hen toen er nog niet één van hen

bestond.bestond.

17 Daarom, hoe kostbaar zijn mij 17 Daarom, hoe kostbaar zijn mij Uw gedachten, o God,Uw gedachten, o God,

hoe machtig groot is hun aantal.hoe machtig groot is hun aantal.

18 Zou ik ze tellen? Zij zijn talrijker 18 Zou ik ze tellen? Zij zijn talrijker dan dan korrelskorrels zand; zand;

ontwaak ik, dan ben ik nog bij U.ontwaak ik, dan ben ik nog bij U.

19 O God, breng de goddeloze om!19 O God, breng de goddeloze om!Mannen van bloed, ga weg van mij.Mannen van bloed, ga weg van mij.

20 Want met listige plannen 20 Want met listige plannen spreken zij over Uspreken zij over U

enen zij zetten Uw vijanden aan tot zij zetten Uw vijanden aan tot valsheid.valsheid.

21 Zou ik niet haten, HEERE, 21 Zou ik niet haten, HEERE, wie U haten,wie U haten,

walgen van wie tegen U opstaan?walgen van wie tegen U opstaan?

22 Ik haat hen met een 22 Ik haat hen met een volkomen haat,volkomen haat,

mijn mijn eigeneigen vijanden zijn het. vijanden zijn het.

23 Doorgrond mij, o God, 23 Doorgrond mij, o God, en ken mijn hart,en ken mijn hart,

beproef mij en ken mijn gedachten.beproef mij en ken mijn gedachten.

24 Zie of er bij mij een 24 Zie of er bij mij een schadelijke weg isschadelijke weg is

en leid mij op de eeuwige weg.en leid mij op de eeuwige weg.

Zingen Ps. 139: 1, 7 en 9Zingen Ps. 139: 1, 7 en 9Heer die mij ziet zoals ik benHeer die mij ziet zoals ik ben

Psalm 139 (LvdK) t. J.W. Schulte Nordholt; m. L. Bourgeois 1551

Psalm 139 (LvdK) t. J.W. Schulte Nordholt; m. L. Bourgeois 1551

Psalm 139 (LvdK) t. J.W. Schulte Nordholt; m. L. Bourgeois 1551

Psalm 139 (LvdK) t. J.W. Schulte Nordholt; m. L. Bourgeois 1551

Psalm 139 (LvdK) t. J.W. Schulte Nordholt; m. L. Bourgeois 1551

Psalm 139 (LvdK) t. J.W. Schulte Nordholt; m. L. Bourgeois 1551

Preek:Preek:

Big brother is watching youBig brother is watching you

De grote broeder houdt u in de De grote broeder houdt u in de gatengaten

Zingen Ps. 139: 8 en 14Zingen Ps. 139: 8 en 14

Psalm 139 (LvdK) t. J.W. Schulte Nordholt; m. L. Bourgeois 1551

Psalm 139 (LvdK) t. J.W. Schulte Nordholt; m. L. Bourgeois 1551

Psalm 139 (LvdK) t. J.W. Schulte Nordholt; m. L. Bourgeois 1551

Psalm 139 (LvdK) t. J.W. Schulte Nordholt; m. L. Bourgeois 1551

Dankgebed en voorbedenDankgebed en voorbeden

Collecte:Collecte:1. Kindertehuis Horeb1. Kindertehuis Horeb

2. Kerk2. Kerk

Zingen Opw. 407Zingen Opw. 407O, Heer, mijn GodO, Heer, mijn God

O Heer, mijn God (EL 374)

t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

refrein:

O Heer, mijn God (EL 374)

t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

O Heer, mijn God (EL 374)

t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

refrein:

O Heer, mijn God (EL 374)

t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

O Heer, mijn God (EL 374)

t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

refrein:

O Heer, mijn God (EL 374)

t. S.K. Hine; m. C. Boberg; v. R. Zuiderveld

Zegen Zegen 3 x Amen3 x Amen