Download - Trendrapport PO en VO - Kennisnet

Transcript
Page 1: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

1 Trendrapport mbo |

Technologieën van de toekomst

Trendrapport PO en VO

Page 2: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

2 | Trendrapport PO en VO

3D bril te gebruiken voor voorkant

Page 3: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

3 Trendrapport PO en VO |

Voorwoord

De kracht van science fiction is dat het ons vergezichten

toont van de mogelijkheden van techniek. Onze

fantasieën worden voor even gerealiseerd. Voor even?

Vaak blijken sf-films achteraf een voorspellende gave te

bezitten. Al in 1969 toonde Kubrick in zijn verfilming

van Arthur C. Clarke’s 2001 a Space Odessey apparaten

die verdacht veel op de hedendaagse tablet lijken.

In Star Trek (‘Beam me up, Scotty’) en Star Wars zagen we

objecten en levende wezens materialiseren alsof ze ter

plekke werden gemaakt. In 2011 verkoopt De Bijenkorf

tijdens de Dwaze Dagen een 3d-printer voor nog geen

€ 1250,-. Over twee jaar krijgen onze kinderen voor

Sinterklaas een verkleinde versie hiervan. Dan kunnen ze

hun eigen autootjes en sierraden ontwerpen en printen.

U begrijpt dat de snelle ontwikkeling van techniek ook volop

kansen biedt voor het onderwijs. Bij Kennisnet onderzoeken

we deze mogelijkheden dagelijks. Niet met als doel om zoveel

mogelijk technologie in het onderwijs te stoppen, maar om te

ontdekken waar gebruik van ict het onderwijs beter kan maken.

Hoe dit kan bijdragen aan thema’s als opbrengstgericht werken

en talentontwikkeling. Of waar dit oplossingen kan bieden in

periodes van krimp en bezuiniging.

We kijken vooral vooruit, naar de zaken die gaan komen. Zodat u

gedegen en toekomstbestendige beslissingen kunt nemen over de

inzet van technologie binnen uw onderwijs. En dat in een tijd

Frans SchouwenburgSectormanager PO en VO

waarin we onze kinderen meer willen bieden met minder geld!

Vooruitkijken is daarmee belangrijker dan ooit.

In deze publicatie bieden wij u een overzicht van de technologische

ontwikkelingen die op korte termijn interessant gaan worden voor

het onderwijs. We hopen dat dit trendrapport u een goed beeld

geeft van wat er op ons afkomt en hoe we daar ons voordeel mee

kunnen doen. Volop inspiratie dus.

Beam me up, Scotty

http://innovatie.kennisnet.nl/trendrapport

Page 4: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

4 | Trendrapport PO en VO

Inhoudsopgave

Inleiding

Maatschappelijke ontwikkelingen

Uitdagingen voor het funderend onderwijs

Belangrijkste technologieën

Meer informatie

Cloud computing

Social media

Verrijkte content

Augmented reality

Learning analytics

5

6

8

10

14

18

22

26

30

Page 5: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

5 Trendrapport PO en VO |

Inleiding

Kinderen maken in de eerste achttien jaar van hun leven

een enorme ontwikkeling door. Het funderend (primair

en voortgezet) onderwijs begeleidt en ondersteunt ze

hierbij, zodat de jongeren straks goed voorbereid de

arbeidsmarkt betreden. Maar hoe die toekomst er voor

deze nieuwe generatie precies uit gaat zien is nog

onzeker. Wel staat vast dat ict hierin een belangrijke rol

speelt.

Ict blijft zich snel ontwikkelen, nieuwe toepassingen schieten als

paddenstoelen uit de grond. Dat heeft een grote impact op het

onderwijs. Welke technologie moet u als manager nu inzetten?

Waar gaat u in investeren? Wat kan ict voor uw specifieke

onderwijssituatie betekenen? Welke trends zijn blijvend? Om u bij

het beantwoorden van deze cruciale vragen te helpen, zetten we

de belangrijkste trends en ontwikkelingen op een rij.

Wij maakten een overzicht van de belangrijkste technologieën die

het funderend onderwijs de komende vijf jaar zullen beïnvloeden.

Waar mogelijk komen we met praktische tips.

Deze publicatie bestaat uit drie delen:

• Maatschappelijke ontwikkelingen: welke grote verschuivingen

zien we in de maatschappij?

• Uitdagingen: wat zijn de uitdagingen waar het funderend

onderwijs nu voor staat?

• Belangrijkste technologieën: welke technologieën zijn in

opkomst en hoe kunnen die een bijdrage leveren aan de

uitdagingen?

De geselecteerde technologieën hebben invloed op de inhoud

van het onderwijs (het wat) en op de wijze waarop het onderwijs

verzorgd en georganiseerd kan worden (het hoe). Ze roepen een

aantal nieuwe vraagstukken op waar onderwijsorganisaties,

leidinggevenden, onderwijsgevenden en leerlingen een antwoord

op kunnen en moeten formuleren. Daarom geven we bij elke

technologie niet alleen aan wat deze inhoudt, maar ook wat

deze kan betekenen voor het funderend onderwijs. Sommige

technologieën spelen nu al een (grote) rol in de onderwijspraktijk,

voor andere geldt dat dit wat langer zal duren.

Dit overzicht is bedoeld als startpunt voor iedereen die met

nieuwe technologieën aan de slag wil. Het geeft een beknopt

overzicht. Bent u geïnspireerd en wilt u meer te lezen, gebruik

dan onderstaande QR code om direct naar onze website te gaan.

Hier vindt u ook actuele voorbeelden, een online versie van het

rapport én ervaringen van gebruikers. Wij nodigen u van harte uit

om hier ook uw ervaringen en toepassingen te delen. Zo inspireren

en helpen we elkaar om de technologische mogelijkheden van nu en

straks te verkennen en te implementeren.

http://innovatie.kennisnet.nl/trendrapport

Page 6: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

6 | Trendrapport PO en VO

Maatschappelijke ontwikkelingen

Door de opkomst van internet, cloud computing en social media

staan we meer dan ooit in verbinding met elkaar en met de

wereld. Dit verandert de sociale structuur van onze samenleving.

De noodzaak om in vaste structuren te werken verdwijnt meer en

meer. Om efficiënt (samen) te werken, is het niet langer nodig

om met zijn allen op dezelfde plek te zitten of vanuit dezelfde

organisatie te werken. Via draadloze en mobiele technologie en

via internetapplicaties zijn mensen altijd en overal met elkaar

verbonden. De komst van de nieuwe generatie tablets – zoals de

iPad van Apple en de Galaxy van Samsung – geeft het gebruik

van mobiele en draadloze technologie een nieuwe impuls. Steeds

meer mensen hebben via een eigen device toegang tot netwerken:

kennis en informatie waar en wanneer ze maar willen. De grenzen

van tijd, ruimte en locatie zijn hiermee nagenoeg verdwenen.

De netwerksamenleving heeft hiermee definitief haar intrede

gedaan.

We zien binnen de economie een verschuiving van een

aanbodgerichte naar een vraaggestuurde markt. In een

aanbodeconomie bepalen bedrijven wat klanten kunnen kopen.

Zij bedenken en ontwikkelen nieuwe producten, die ze vervolgens

bij verschillende doelgroepen proberen te verkopen. In een

vraageconomie staat de vraag van de klant centraal. Met behulp

van persoonlijke profielen of doordat de klant zelf via internet zijn

eigen product samen kan stellen, weten we in toenemende mate wat

de klant wil. Dit leidt tot andere manieren van inkopen, produceren

en opslaan. Daar waar de klant vroeger alleen een zwarte T-Ford

kon kopen, kan hij nu online zijn eigen auto samenstellen.

En waarom nog een abonnement op een krant als u zelf uw

eigen informatieaanbod kunt regelen en zo uw eigen krant kunt

vormgeven? Ook diensten als verzekeringen worden meer en meer

op maat geleverd. De klant kiest zelf de hoogte van het eigen risico

en bepaalt bijvoorbeeld of hij verzekerd wil zijn voor kraamzorg.

Kortom, steeds meer mensen willen hun producten en diensten

persoonlijk en op maat hebben. Technologische ontwikkelingen

maken dit mogelijk en betaalbaar.

Netwerksamenleving Persoonlijk en op maat

Op dit moment vindt een aantal grote ontwikkelingen plaats in onze samenleving, die de manier waarop we samen

werken, leven en leren sterk beïnvloeden. De belangrijkste verschuivingen worden hier toegelicht.

Page 7: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

7 Trendrapport PO en VO |

Nieuwe organisatie- en verdienmodellen Technologisering van het leven

Als gevolg van de hiervoor genoemde ontwikkelingen zien we dat

veel organisaties zich herbezinnen op hun rol en toegevoegde

waarde. Consumenten kopen geen fysieke cd meer, maar luisteren

via Spotify of kopen muziek als een ‘dienst’. Wie een boek wil

publiceren, zet een hoofdstuk online en bekijkt of het publiek

bereid is om ervoor te betalen. En wie een hardloopschoen nodig

heeft, gaat niet naar de winkel, maar bepaalt aan welke eisen

de schoen moet voldoen en stelt aan de hand van eigen wensen

de schoen online samen. Hierdoor verandert de rol van winkels,

uitgevers en andere organisaties. En met de rol verandert ook de

wijze waarop ze hun geld verdienen. De producten of diensten

waaraan vroeger geld werd verdiend, zijn nu vaak ‘gratis’. Waar

verdient een telecombedrijf zijn geld mee als iedereen via Skype

belt? Waar verdient een uitgever geld mee als alle informatie

gratis online te vinden is? Deze ontwikkelingen vragen om andere

verdienmodellen en om nieuwe en meer persoonlijke manieren van

organiseren.

Technologie dringt meer en meer door in ons dagelijks leven, in

werk en privé. Als we iets niet weten, dan ‘googlen’ of ‘bingen’

we het of we raadplegen ons sociale netwerk via Facebook of

Hyves. Nieuws en achtergronden komen persoonlijk en op maat

via onze favoriete device binnen. Auto’s bevatten intussen meer

software dan elektronica. Niet alleen voor het rijden, maar ook

voor het ontvangen en zenden van relevante informatie. Zo kan

de garage op afstand constateren of er gebreken zijn en kleine

reparaties uitvoeren. Ook andere (gebruiks)voorwerpen worden in

toenemende mate van chips met informatie voorzien. Deze chips

kunnen onderling en met het internet communiceren. Een chip in

medicijnen bijvoorbeeld registreert of het medicijn daadwerkelijk

door de patiënt wordt ingenomen. Zo niet, dan krijgt de huisarts

of mantelzorger een bericht; hij kan dan contact opnemen met de

patiënt. Als de medicijnen bijna op zijn, gaat er automatisch een

seintje naar de apotheek.

Page 8: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

8 | Trendrapport PO en VO

Uitdagingen voor het funderend onderwijsMaatschappelijke ontwikkelingen hebben hun invloed op het onderwijs. De manier waarop we met elkaar werken en leven verandert. Daarmee veranderen ook de vaardigheden die leerlingen nodig hebben als ze straks zelfstandig functioneren in de samenleving. Hier ligt een belangrijke taak voor scholen. Het is aan het onderwijs de brug te slaan tussen de eisen van de samenleving en de specifieke behoeften van leerlingen. Voor de komende jaren zien wij voor het funderend onderwijs de volgende belangrijke uitdagingen:

Het vergroten van de kwaliteit Scholen hebben de taak leerlingen op de toekomst voor te

bereiden. Die taak wordt aangescherpt: de kwaliteit van het

onderwijs moet omhoog. Er is veel aandacht voor het verhogen van

het taal- en rekenniveau van leerlingen en toekomstige docenten.

Maar ook voor bepaalde competenties die belangrijk zijn voor de

netwerksamenleving waar leerlingen in opgroeien. Zij moeten

bijvoorbeeld kritisch zijn, goed kunnen samenwerken, zelfstandig

problemen op kunnen lossen, creatief en vooral ook mediawijs

zijn. Een pittige klus voor scholen. Zeker ook omdat elke leerling

uniek is en goed onderwijs persoonlijk is. De leerlingenpopulatie

van het funderend onderwijs is groot en sterk heterogeen.

Leerlingen verschillen in leeftijd, ervaring, leervoorkeur, talent,

culturele achtergrond en sociaaleconomische klasse. Scholen staan

voor de uitdaging maatwerk te bieden en daarbij de kwaliteit en

professionaliteit van de school op te schroeven.

Een professionele organisatieOm de hoge ambities te kunnen realiseren, hebben de scholen een

lerende organisatie nodig. Een organisatie die doelgericht werkt

en resultaten zichtbaar maakt. Transparantie is noodzakelijk om

de kwaliteit en doelmatigheid van het onderwijs te kunnen meten.

Zo wordt duidelijk waar ingrepen nodig zijn. Ook kunnen scholen

van elkaar leren door de prestaties met elkaar te vergelijken.

Bovendien krijgen ouders, leerlingen, overheid en andere

belanghebbenden hiermee inzicht in de onderwijsprocessen.

Ict kan scholen ondersteunen om de kwaliteiten en resultaten

transparant te maken.

Het verhogen van doelmatigheidHet is bezuinigen wat de klok slaat. Dat betekent dat scholen

de onderwijskwaliteit moeten verhogen met minder middelen.

Efficiënter en effectiever werken dus. Dat geldt ook voor het

primair en het voortgezet onderwijs. Hoe kunnen scholen dat

aanpakken? Door slim te organiseren, (onderwijs)processen te

optimaliseren en meer te sturen op kwaliteit. Dat vereist een

professionele organisatie die open staat en verbonden is met de

omgeving.

Het bundelen van krachtenScholen staan niet alleen voor deze zware taak. Ze krijgen

op de eerste plaats steun van elkaar. Maar ook ouders en

maatschappelijke organisaties voelen zich verantwoordelijk

en kunnen bijdragen aan meer kwaliteit. En dan is er de

intensieve samenwerking met kindvoorzieningen, zorg, cultuur

en het bedrijfsleven. Technologische ontwikkelingen kunnen deze

samenwerking verbeteren. Ict-toepassingen kunnen bijvoorbeeld

de communicatie tussen scholen, kinderopvang en jeugdzorg

effectiever en efficiënter faciliteren. De brede onderwijsschool

kan hierbij een belangrijke spin in het web worden; een lokale

ontmoetingsplaats waar het kind centraal staat.

Page 9: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

9 Trendrapport PO en VO |

Cloud computing

Learning analytics Augmented reality

Verrijkte content

Social media

Belangrijkste technologieënIn het volgende deel beschrijven we de belangrijkste technologieën die nu of in de komende vijf jaar een rol kunnen spelen in het onderwijs. Ze bieden ondersteuning aan de onderwijsprofessionals en creëren nieuwe oplossingsmogelijkheden voor de beschreven uitdagingen.

Page 10: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

10 | Trendrapport PO en VO

Cloud computingMinder zorgen om techniek, meer profijt van ict

Page 11: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

11 Trendrapport PO en VO |

Overal en altijd uw mail lezen, rekeningen betalen, werken aan

een presentatie of een document delen. Het maakt niet meer uit

via welke computer, laptop, tablet of smartphone u inlogt. U kunt

direct bij uw eigen spullen, gewoon verder gaan met waar u mee

bezig was. Deze manier van werken neemt hand over hand toe en

is mogelijk dankzij cloud computing.

Cloud computing is het gebruiken van ict-diensten via internet.

Standaarddiensten die de gebruiker (tegen betaling) zelf kan

inrichten. De programma’s en documenten staan op internet in

plaats van op de eigen computer of server. De gebruiker heeft zo

geen zorgen om de techniek en het onderhoud. Bovendien zijn de

diensten overal en altijd vanaf een eigen device beschikbaar.

Cloud computing is overigens niet nieuw. Denk bijvoorbeeld aan

e-mail of telebankieren. Nieuw is wel de groeiende waaier aan

nieuwe toepassingen. Cloud computing betekent een fundamentele

verandering in het denken over en het gebruik van ict. U hoeft

niet meer na te denken over middelen en pakketten, maar over wat

u wilt bereiken. Ict wordt hiermee een dienst, in plaats van een

product.

Ook het onderwijs maakt volop gebruik van cloud computing.

Er zijn bijvoorbeeld cloud oplossingen voor de elektronische

leeromgeving, administraties, mail en tools die (digitaal)

samenwerken ondersteunen. Een groot voordeel is dat de school

zelf geen servers en software hoeft te kopen en te onderhouden.

In plaats daarvan abonneert u zich op de functionaliteiten die

de school nodig heeft. Omdat het om standaarddiensten gaat met

veel gebruikers, blijven de kosten relatief gezien laag. Bovendien

bewegen de kosten mee met het werkelijke gebruik. Is het gebruik

laag, dan betaalt u minder. En omgekeerd: pieken kunt u goed

opvangen.

Door het gebruik van cloud diensten wordt de technische

infrastructuur binnen de school eenvoudiger. Er is immers

alleen toegang tot internet nodig. Daardoor hoeft er minder

tijd (en dus geld) te worden besteed aan technisch beheer van

de infrastructuur en verschuift de aandacht naar het functioneel

beheer. De school moet regelen dat leerlingen, docenten en

stafmedewerkers toegang krijgen tot de toepassingen. Anders

gezegd: de school krijgt ruimte (tijd en geld) om aandacht te geven

aan de toepassingsmogelijkheden van ict in het onderwijs- en

leerproces en de organisatie.

WAT IMPACT

Page 12: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

12 | Trendrapport PO en VO

Cloud computing is gebaseerd op een aantal principes.

Standaardisatie is er daar één van en dat terwijl u soms

specifieke wensen heeft. Maatwerk betekent vaak zelfingerichte

voorzieningen die een forse extra investering en onderhoud

vragen. Denk hierbij aan de bekende 80/20-regel: vraag uzelf af

wat de extra 20% maatwerk u waard is. Er ontstaan steeds meer

mogelijkheden om maatwerk toe te passen binnen cloud diensten.

Er bestaat overigens niet één cloud dienst die alle functionaliteiten

biedt. In de regel zult u dus gebruikmaken van verschillende

diensten, producten en leveranciers. Daarbij moet u er goed

Cloud computing verandert niet zozeer de toepassing zelf als

wel de wijze waarop ict geleverd wordt. En daar ontstaan de

voordelen. Naast de reeds genoemde efficiencyvoordelen biedt

cloud computing ook mogelijkheden voor flexibel onderwijs.

Een school die gebruik maakt van cloud diensten biedt medewerkers

en leerlingen altijd en overal toegang tot hun werk en/of

lesmateriaal. Ze kunnen thuis in dezelfde omgeving (door)werken.

Geen gedoe met usb-sticks of gesleep met zware boeken. Niets

meer wat ze thuis zijn vergeten; alles wat leerlingen doen, staat

immers online. Daarmee is het een belangrijk middel of misschien

zelfs wel een voorwaarde van onderwijs dat onafhankelijk is van

plaats en tijd. Dit geldt ook voor de docent. Vanuit elke plek kan hij

communiceren of samenwerken met collega’s, leerlingen en ouders.

Bijvoorbeeld via communicatieplatforms als Google of Office

365. Hiermee kan de docent leerlingen of groepen gebruikers op

afstand volgen en begeleiden. Een school kan de functionaliteit

per gebruiker inkopen. De ene toepassing voor die groep en een

andere voor die. En het jaar daarop kan dat weer wisselen.

AANDACHTSPUNTEN

op letten dat er makkelijk uitwisseling van informatie kan

plaatsvinden en dat de toegang voor gebruikers goed is geregeld.

Een ander belangrijk principe is dat alle gegevens op het internet

staan bij uw cloud aanbieder. Een betrouwbare internetverbinding

is noodzakelijk. Daarnaast is het belangrijk om als school eigenaar

te blijven van de gegevens, te weten wie er toegang toe hebben en

hier verantwoordelijkheid voor kunnen nemen. Wat is hierbij de

verantwoordelijkheid van de school naar minderjarige leerlingen

en medewerkers? Welke invloed heeft de fysieke (internationale)

locatie waar de gegevens staan op issues als toegang en privacy?

Kunt u, als u van aanbieder wilt wisselen, uw gegevens meenemen?

Allemaal zaken om goed uit te zoeken voordat u met een aanbieder

in zee gaat.

Ondanks alle zaken waar u op moet letten, zien wij de

ontwikkeling naar cloud diensten als onomkeerbaar.

Regelmatig wordt in dit verband de vergelijking met de

elektriciteits- en watervoorziening gemaakt. Er is geen organisatie

die zonder kan en toch laten de meeste organisaties deze voorziening

met een gerust hart over aan verschillende nutsleveranciers.

Met ‘standaard’ ict gaat het snel dezelfde kant op.

TOEPASSINGEN

Page 13: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

13 Trendrapport PO en VO |

Een herkenbaar voorbeeld van cloud computing zijn de

elektronische leeromgevingen die op steeds meer scholen gebruikt

worden. Ook zijn bijna alle leerlingvolgsystemen inmiddels

cloud diensten, zoals bijvoorbeeld Parnassys en Esis. Basisschool

De Droomspiegel in Almere heeft dit uitgebreid met een portfolio

in de cloud. Adjunct-directeur Kristian van den Berg: “We vinden

het belangrijk dat leerlingen zicht hebben op hun eigen leerproces

en dat ze zowel naar hun ontwikkelpunten als talenten kijken.

Een portfolio in de cloud heeft een groot aantal voordelen voor

ons. Doordat het portfolio altijd en overal beschikbaar is, kunnen

ouders, maar ook opa’s en oma’s meekijken. Deze transparantie

verhoogt de ouderbetrokkenheid. Daarnaast kunnen leerlingen

ook van buitenaf dingen toevoegen aan hun portfolio. Leren vindt

immers ook buiten de school plaats.”

Mytylschool De Brug werkt mee aan het nieuwe concept

De Cloudschool, om plaats- en tijdonafhankelijk werken in een

virtuele school mogelijk te maken. Jan Kraaienbrink, directeur

van de school: “Een cloudschool is een soort school in de wolken

VOORBEELDEN

Cloudcomputing

Learninganalytics

Augmentedreality

Verrijktecontent

Socialmedia

waar je altijd en overal naar toe kunt. De reis er naartoe gaat

via de digitale snelweg, het internet.” De Brug maakt gebruik

van de clouddienst Google Apps Education en wordt ondersteund

door G-Company. Ook Microsoft biedt met Sharepoint en Live@

Edu soortgelijke mogelijkheden. Kraaienbrink: “Iedereen kan

eenvoudig agenda’s, bestanden en ook webpagina’s maken en

delen. Al snel bleek dat ook leerlingen er prima mee uit de voeten

kunnen. Doordat we het onderhoud uitbesteden aan Google kunnen

we weer meer tijd besteden aan het onderwijs.”

Het voortgezet onderwijs op het Hondsrug College in Emmen heeft

een speciale absentenregistratie-app ontwikkeld. Docenten krijgen

via hun eigen tablet toegang tot de database die ‘in de cloud’

staat. Dankzij de app is de leerling-registratie voor docenten een

stuk gebruiksvriendelijker. Ze krijgen per klas de foto’s van de

leerlingen te zien en met een vingerklik melden ze of een leerling

afwezig is. De cloud maakt het ook mogelijk dat meldingen die via

de administratie binnenkomen direct worden verwerkt. De docent

ziet dan meteen of een afwezigheid al dan niet geoorloofd is.

Page 14: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

14 | Trendrapport PO en VO

Social mediaIn contact met de wereld om je heen, altijd en overal

Page 15: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

15 Trendrapport PO en VO |

Altijd en overal in contact zijn met anderen, informatie uitwisselen,

dialoog en debat opzoeken of gezamenlijk kennis creëren. En dat

allemaal los van bestaande organisatie- of landsgrenzen, sociaal-

economische klassen of andere indelingen. Het is mogelijk met

social media. Toegang tot kennis en kennissen wordt niet meer

bepaald door onze directe leefomgeving. Daarmee vergroten

social media onze fysieke wereld en maken ze het samenwerken

(over grenzen heen) makkelijker.

Social media zijn online platforms waar gebruikers met elkaar

in contact kunnen komen en zelf de inhoud bepalen en verzorgen.

Met social media verbinden mensen zich met anderen om verhalen,

ervaringen of informatie te delen. Deze verbindingen kunnen

objecten (zoals foto’s, video’s en tekst) vertegenwoordigen of

mensen met dezelfde interesses en/of kenmerken (zoals netwerken).

Denkt u daarbij bijvoorbeeld aan het delen van uw foto’s via

Flickr, de kennis die wij gezamenlijk creëren op Wikipedia of

het uitwisselen van informatie op het zakelijke netwerkplatform

LinkedIn. Social media zijn cloud based, dat wil zeggen dat de

netwerken altijd en overal toegankelijk zijn.

Social media veranderen de manier waarop wij samen leven,

leren en werken. Het is mogelijk om onafhankelijk van tijd, plaats

en bestaande structuren informatie en kennis te delen en te

construeren.

Social media faciliteren het communiceren en samenwerken in

groepen. In het onderwijs komen deze activiteiten veelvuldig voor.

Nu zijn deze activiteiten nog tijd- en plaatsgebonden. Leerlingen

en docenten ontmoeten elkaar fysiek om samen te werken. Social

media vergroten de mogelijkheden om het samen leren anders te

faciliteren. Niet alleen in tijd, maar ook in reikwijdte. Een expert

van buiten kan bijvoorbeeld makkelijk via social media bevraagd

worden of meewerken aan een project.

Een tweede aspect dat aanspreekt, is dat social media het

makkelijker maken om met een diversiteit aan groepen te

communiceren. Contact met bijvoorbeeld ouders of organisaties

kan soms veel tijd en moeite kosten. Met social media wordt dat

makkelijker, ook omdat ouders en organisaties mee kunnen doen

wanneer het schikt. Social media brengen scholen in contact met

hun omgeving en hebben daarom de potentie om de relatie tussen

onderwijs en maatschappij te versterken. Groepen die altijd

moeilijk of niet bereikbaar waren, worden nu toegankelijk.

WAT IMPACT

Page 16: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

16 | Trendrapport PO en VO

Social media worden zowel in het primaire als in het

ondersteunende proces ingezet. Leerlingen kunnen online

informatie beoordelen via social media, wat belangrijk is voor

leerdoelen als informatieverwerving en -verwerking. In het

secundaire proces zien we docenten die met elkaar samenwerken.

Ze maken nieuw lesmateriaal in wiki’s en delen ervaringen

en nieuwe inzichten via communities. Zo werken ze aan hun

professionalisering. Ook zijn er de mogelijkheden om de interactie

tussen de school en omgeving te verbeteren. Bijvoorbeeld in de

communicatie naar ouders of organisaties.

Gedrag in de online wereld is vaak een spiegel van gedrag in de

fysieke wereld. Veel van de uitdagingen bij offline samenwerken

gelden ook online. Zo zijn er zowel in de ‘echte’ wereld als in de

online wereld verschillende omgevingen. Bijvoorbeeld plekken

waar vooral wordt rondgehangen en plekken die gericht zijn op de

eigen peergroup. Ook zijn er omgevingen die specifiek zijn gericht

op leren en samenwerken. Het doel van zo’n omgeving bepaalt

de mogelijkheden. Door hiervan op de hoogte te zijn, kunt u de

mogelijkheden optimaal benutten en eventuele risico’s inschatten.

Een veilige omgeving is online net zo belangrijk als offline.

Met wie wilt u werkstukken delen? Welke onderdelen van de

discussie of het leren zijn openbaar en wanneer kiest u voor

een besloten groep? U moet weten wat u met wie deelt en waar

u dit het beste kunt doen. Privacy en veiligheid zijn belangrijke

thema’s. Ook voor profielen geldt dat u een keuze moet maken wat

u met wie wilt delen. Is een Twitter- of Facebookaccount privé

of gebruikt u het voor contact met leerlingen? En wat kunnen en

mogen ze dan zien van uw profiel? De laatste tijd bieden social

media meer mogelijkheden om verschillende aspecten van ons

profiel aan verschillende groepen te tonen, zoals we dat ook in het

echte leven doen.

Social media zullen een belangrijke rol spelen in de huidige

netwerksamenleving. Het functioneel en mediawijs gebruikmaken

ervan wordt steeds meer een basisvaardigheid.

AANDACHTSPUNTENTOEPASSINGEN

Page 17: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

17 Trendrapport PO en VO |

Social media worden onder meer gebruikt voor professionalisering

binnen scholen. Docenten komen in contact met collega’s en

wisselen expertise uit. Zo vindt u bijvoorbeeld op de zakelijke

netwerksite LinkedIn verschillende groepen die interessant

zijn voor mensen die in het funderend onderwijs werken, zoals

Onderwijs 2.0 of Onderwijs met ICT.

Op basisschool De Kleine Beer worden social media veel gebruikt.

In de LinkedIn groep Onderwijs 2.0 geeft Tessa van Zadelhoff

aan dat ongeveer de helft van haar collega’s gebruikt maakt van

Twitter. Ook vertelt ze over het gebruik in de klas: “Er zijn ook

klassen met een eigen Twitteraccount. Daarnaast gebruiken we

Twitter binnen projecten om contact te leggen met experts of met

andere klassen. Ook binnen de klas experimenteren we hiermee

door leerlingen via Twitter een antwoord op een vraag te laten

geven. Of door leerlingen te vragen iets in 140 tekens of minder

te omschrijven.”

VOORBEELDEN

Ook andere scholen experimenteren met deze vorm van interactie

in de klas. Ook David Pijpaert, docent Aardrijkskunde en

procescoördinator Digitaliseringen op RSG Stad + Esch, schrijft

hierover op zijn blog. Hij laat leerlingen samenvattingen van de

les delen door middel van Twitter en een bijbehorende hashtag.

De samenvattingen bespreekt hij vervolgens in de les.

Een derde toepassing zien we meer en meer bij de communicatie

van scholen naar buiten toe. Bijvoorbeeld met ouders, maar ook

voor bij het geven van informatie over de school en opendagen.

Zo houdt het Corderius College in Amersfoort leerlingen in

het voortgezet onderwijs via social media op de hoogte van

roosterwijzigingen.

Cloudcomputing

Socialmedia

Learninganalytics

Augmentedreality

Verrijktecontent

Page 18: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

18 | Trendrapport PO en VO

Verrijkte contentLeren als interactieve, multimediale ervaring

Page 19: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

19 Trendrapport PO en VO |

Meer weten over de Grand Canyon? Naast het lezen uit een boek

kunt u de kloof nu ook ervaren zoals hij 300 jaar geleden was. Daal

af en zoom in op de flora en fauna van het gebied. Zie hoe de

kloof ontstaan is. Leer over de betekenis van de Grand Canyon aan

de hand van ervaringsverhalen van indianen. Uw kennis over de

Grand Canyon kunt u toetsen aan de hand van interactieve vragen.

Het lezen of leren over een onderwerp wordt op deze manier een

interactieve en sociale belevenis.

Verrijkte content is de toepassing van verschillende technologieën

bestaande uit onder andere het semantisch web. Dit zijn

technologieën die verbanden tussen woorden in teksten kunnen

herkennen. Het geeft betekenis aan teksten, net zoals wij mensen

dat doen. Zo kunt u op internet makkelijker vinden wat u zoekt.

Daarnaast bevat het GPS. Deze techniek zorgt ervoor dat er

ingespeeld kan worden op de locatie van de gebruiker, bijvoorbeeld

de leerling. Hierdoor wordt het gebruikte leermateriaal verrijkt

met relevant materiaal van de betreffende locatie. Social media

zijn een onlosmakelijk onderdeel geworden van de content. U

maakt kennis met de ervaringen van andere gebruikers, doordat

zij hun aantekeningen en commentaren aan de content toe

kunnen voegen. Er is constante feedback mogelijk, doordat er via

klikgedrag en toetsing een optimale set aan informatie wordt

klaargezet. Bovendien kunt u het materiaal aanpassen en zelf naar

keuze arrangeren.

Met deze mogelijkheden krijgt de wereld van leermaterialen een

nieuwe dimensie.

Verrijkte content onderscheidt zich van het huidige leermateriaal

op een aantal onderdelen. Het is een geïntegreerde combinatie

van tekst, beeld, geluid en film. Het is volledig interactief; u

kiest zelf voor welke specifieke onderdelen u extra toelichting

wilt en op welke manier. Leren kan zo een multimediale en

verrijkte leerervaring worden. Met verrijkte content maakt u

het leermateriaal op een eenvoudige manier betekenisvoller en

actueler. Zo sluit u beter aan op de verschillende leerbehoeften

en belevingswerelden van leerlingen. Het grijpt in op het soort

onderwijsactiviteiten. Sterker nog, leerlingen kunnen ook zelf

content aandragen en verzamelen. Hierdoor wordt het voor

leerlingen eenvoudiger om actie en zelfstandig leermateriaal op

maat tot zich te nemen. Ze kunnen hun eigen tempo en diepgang

bepalen. Dit betekent dat de hele werkwijze kan veranderen

en docenten anders en effectiever kunnen worden ingezet.

Doordat kennis en basisvaardigheden via deze verrijkte content

overgedragen kunnen worden, heeft de docent meer ruimte om

leerlingen te begeleiden in hun individuele leerproces. Hij kan

verdieping en reflectie bieden en meer persoonlijke en adaptieve

hulp geven. Verrijkte content heeft de potentie de kwaliteit en de

doelmatigheid in het onderwijs te verhogen.

WAT IMPACT

Page 20: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

20 | Trendrapport PO en VO

Inzet van verrijkte content kan de rol van de docent en de

organisatie van het leren veranderen. Doordat het leermateriaal

van boek naar software transformeert, wordt kennis van ict

nog belangrijker. De docent staat voor een complexe opgave:

technologische, didactische en vakinhoudelijke kennis op zo’n

manier integreren dat de content optimaal aansluit bij de

leerbehoefte van zijn leerlingen én past binnen de mogelijkheden

die de school biedt. De school moet hierbij zorgen voor goede

middelen en (inhoudelijke en functionele) ondersteuning.

Daarnaast wordt de rol van begeleiding, zowel qua leerproces als

inhoudelijk, nog belangrijker.

Door verrijkte content verandert de relatie met methodes en

uitgeverijen. Steeds meer methodes en lesmaterialen maken

gebruik van de beschreven technologieën. Veel uitgeverijen

experimenteren met het laten ‘praten’ van content in gesloten

applicaties met het web. Docenten kunnen makkelijk andere content

koppelen aan de methode of kunnen bepaalde onderdelen taggen.

Waar we goed met elkaar op moeten letten zijn vragen als: van

wie zijn de tags, relaties en toegevoegde content? Kan iedereen ze

gebruiken of alleen mijn school?

Met het gebruik van verrijkte content sluit u gemakkelijker aan op

de belevingswereld van de leerling. U kunt leermateriaal meer in

een betekenisvolle context plaatsen, zodat leerlingen het nut van

de leeractiviteiten beter inzien en daardoor meer gemotiveerd

raken. Doordat nieuwe elementen makkelijker toegevoegd

kunnen worden, sluit u aan op de actualiteit of op de specifieke

regionale context. Bovendien helpt het u om leerlingen meer op

maat te bedienen en ze op een effectieve wijze zelfstandig te

laten werken. Sommigen lezen liever een tekst, anderen bekijken

liever een filmpje en weer anderen kunnen beter uit de voeten met

oefeningen voordat ze zich in de theorie verdiepen. Met verrijkte

content kunnen docenten en leerlingen zelf kiezen met welke

vormen ze werken. Daarnaast kunnen leerlingen ook zelf materiaal

aandragen en hun ervaringen hiermee delen.

AANDACHTSPUNTENTOEPASSINGEN

Page 21: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

21 Trendrapport PO en VO |

De Lentiz onderwijsgroep maakt gebruik van tablets. Serge de Beer,

coördinator Onderwijs & ICT zette deze middelen in om leerlingen

te ondersteunen bij het lezen in het iLove Reading project.

“Het project ‘iLoveReading’ is bedoeld voor vmbo-leerlingen

uit het leerwegondersteunend onderwijs”, aldus De Beer.

“Het merendeel van hen heeft geen leesachtergrond. We werken

met een applicatie die voorleest. Niet met een computerstem,

maar met een menselijke stem. Tegelijkertijd wordt het woord

dat uitgesproken wordt onderstreept. Een soort karaoke dus.”

Naar aanleiding van dit project willen ze op school de volledige

methode Nederlands overzetten naar de voorleesapplicatie.

De Beer: “Natuurlijk is het belangrijk dat docenten

geprofessionaliseerd worden, zodat ze kunnen werken met de

technologie.”

De officiële website van het Anne Frankhuis geeft ook een mooi

beeld van verrijkte content. Online kunt u een rondleiding krijgen

door het Achterhuis en ronddwalen door de ingerichte ruimtes.

U kunt zelf uw route kiezen en bepalen wanneer u behoefte

VOORBEELDEN

heeft aan meer informatie. Die verschijnt vervolgens in de vorm

van audio en beeld. U ervaart het Achterhuis bijna alsof u er

daadwerkelijk bent.

Het mooiste voorbeeld zien we misschien wel bij ‘Our Choice’,

een nieuw interactief magazine van Al Gore op de iPhone, iPod

touch en iPad. Het bevat tekst en uitleg, 250 foto’s, 50 minuten

aan documentairevideo’s en 30 grafieken en tabellen die

gemanipuleerd kunnen worden. Our Choice gaat over de relatie

tussen milieu en economie, behandelt verschillende vormen van

schone energie en blikt terug en vooruit. Elke foto en video bij

een tekst kunt u vastpakken en vergroten, maar ook kunt u met een

pinch-beweging een illustratie verkleinen en verslepen.

Cloudcomputing

Verrijktecontent

Socialmedia

Learninganalytics

Augmentedreality

Page 22: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

22 | Trendrapport PO en VO

Augmented reality De echte wereld verrijkt met digitale informatie

Page 23: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

23 Trendrapport PO en VO |

U loopt over de Dam in Amsterdam en krijgt tegelijkertijd

informatie over de betekenis van het Nationaal Monument of

beelden van de Dam rond 1900. U leert een fietsband plakken aan

de hand van een interactieve instructie. In een oogopslag kunt u

zien welke woningen in de buurt te koop staan en wat deze waard

zijn. Of u bekijkt de invloed van de zon op de bouw van een wijk.

Het is allemaal mogelijk wanneer we de wereld van Augmented

Reality binnentreden. Augmented Reality verrijkt de wereld op

een zelfde manier zoals wij die zien bij digitale informatie. De

waarneming van de realiteit van de gebruiker wordt aangevuld

met relevante informatie. Waar en wanneer hij dat nodig vindt.

We kunnen twee toepassingen van Augmented Reality

onderscheiden: toepassingen vanuit de PC en mobiele toepassingen.

Bij de eerste toepassing laat de gebruiker bijvoorbeeld met een

webcam en speciale software 3D-objecten en videofragmenten

op de computer verschijnen. Bij de tweede toepassing maakt de

gebruiker bijvoorbeeld met een digitale camera een opname van

een object. Zodra de software het beeld herkent, verschijnt op

het beeldscherm relevante informatie hierover. Denk aan tekst,

statistieken of een foto.

Augmented Reality legt een digitale laag over de fysieke wereld

heen. Hierdoor gaan de werkelijkheid en de virtuele wereld in

elkaar over.

Augmented Reality kan een directe koppeling maken tussen

leermateriaal en praktijk. Informatie wordt just-in-time en in de

context aangeboden, waardoor het zinvoller en betekenisvoller

wordt. Dit draagt bij aan een dieper begrip van de inhoud door

de leerling. Augmented Reality heeft de potentie om onderwijs

buiten de muren van de school te brengen en het beter te

integreren met de ‘echte wereld’. Doordat vrijwel elke mobiele

telefoon tegenwoordig de mogelijkheden van Augmented Reality

ondersteunt, is deze technologie binnen handbereik.

WAT IMPACT

Page 24: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

24 | Trendrapport PO en VO

Augmented Reality is te gebruiken op devices als smartphones,

tablets en laptops. Mobiele toepassingen hebben wel een camera,

een locatiebepaling (GPS) en een goede internetverbinding nodig

om toegang te krijgen tot het materiaal. Voor het gebruik van

Augmented Reality op laptops en computers geldt vaak hetzelfde

als voor de mobiele apparaten. Het merendeel van de huidige

computers is krachtig genoeg om zonder moeite Augmented Reality

te kunnen gebruiken.

Augmented Reality heeft veel potentie, maar zal in de toekomst

voor het onderwijs rendement op gaan leveren als er echt

relevante toepassingen worden ontwikkeld. Toepassingen voor het

onderwijs zijn op dit moment nog volop in ontwikkeling. Buiten

het onderwijs zien we al de nodige interessante toepassingen.

Omdat zelf ontwikkelen duur is, is het verstandig om op een

creatieve wijze te experimenteren met de toepassingen uit andere

sectoren.

Augmented Reality wordt veel gebruikt om locatiespecifieke

informatie weer te geven. In ervaringsgericht onderwijs kan dat

veel voordeel opleveren. Zo koppelt u bijvoorbeeld lesmateriaal

aan de dagelijkse praktijk of werkelijkheid. Natuuronderwijs kan

daadwerkelijk buiten gegeven worden. Geschiedenis komt weer tot

leven door deze te koppelen aan de huidige situatie. Het beeld van

de natuur, de geschiedenis of het lichaam wordt met Augmented

Reality verrijkt met de informatie uit de tekstboeken. Zo koppelt u

lesmateriaal en opdrachten aan de praktijk. Bovendien kunnen de

ervaringen van eerdere leerlingen eraan worden toegevoegd.

Aan de andere kant kan Augmented Reality ook de inhoud van

het tekstboek verrijken. Veel techniek of praktijkmateriaal is te

specifiek of te duur voor een school. Door het scannen met een

webcam van een marker in een lesboek, kunnen bijvoorbeeld

3D-modellen in beeld komen. Door het bewegen van de marker

kan een leerling het 3D-model vanuit alle hoeken bekijken.

Machines, planten, auto’s en gebouwen zijn door de leerlingen zo

beter te bestuderen. Naast het gebruik van 3D-modellen kunnen

bijvoorbeeld ook links worden geplaatst naar filmpjes, websites

en wiki’s.

AANDACHTSPUNTENTOEPASSINGEN

Page 25: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

25 Trendrapport PO en VO |

Augmented Reality maakt het mogelijk om voorwerpen en

ontwerpen van alle kanten te bekijken door ze als 3D-model in

beeld te brengen. Basisschool de Achthoek in Amsterdam maakt

hier gebruik van. Met het project ‘Wat je ook bedenkt, het kan…’

gingen leerlingen aan de slag met Google SketchUp. De opdracht

was: iets maken wat in de omgeving van de school past. Tijdens

de les kunnen leerlingen hun eigen ontwerp en dat van anderen

bekijken met behulp van Augmented Reality op hun PC of Netbook

en in de klas op het Digibord. Vervolgens deelt de leerkracht met

behulp van ARSights en 3Dvia de ontwerpen met bijvoorbeeld de

ouders of andere scholen.

Prinsentuin Oudenbosch is een vmbo-school die Augmented

Reality heeft opgenomen in het lespakket. Op de groenschool zijn

twee helofytenfilters in de tuin aangelegd. Deze filters zuiveren

riool- en afvalwater met behulp van planten. Voor de vmbo-

leerlingen is een innovatief lespakket ontwikkeld. Leerlingen

maken gebruik van een tablet. Op verschillende punten in de vijver

VOORBEELDEN

Cloudcomputing

Verrijktecontent

Augmentedreality

Socialmedia

Learninganalytics

zijn informatielagen (layers) geplaatst. Leerlingen kunnen die ter

plaatse met een tablet opvragen. De layer brengt het betreffende

onderdeel groot in beeld en legt een link met relevante websites,

foto- en filmmateriaal, opdrachten en informatie uit een wiki.

Page 26: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

26 | Trendrapport PO en VO

Learning analyticsStudieadvies op basis van intelligente data-analyse

Page 27: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

27 Trendrapport PO en VO |

Hoe kunt u op basis van grote hoeveelheden informatie

gefundeerde voorspellingen doen over het leerproces van een

leerling? Waar kan hij versnellen, waar is behoefte aan meer

verdieping? Waar voorziet u problemen en welke oplossingen

zijn het meest effectief voor deze leerling? Met learning analytics

kunt u alle gegevens die beschikbaar zijn over en van leerlingen

vakkundig inzetten. Dit helpt u om het leerproces te bevorderen.

Learning analytics maken het mogelijk om van de grote hoeveelheden

informatie die in verschillende databases verzameld worden

intelligente analyses te maken. Ze combineren en visualiseren

grote hoeveelheden data en vereenvoudigen de analyse daarvan.

Learning analytics voegt aan leerlingvolgsystemen meer informatie

toe, doordat het data uit verschillende omgevingen combineert.

Daarnaast koppelt learning analytics dezelfde informatie van

andere scholen en gelijke leerprocessen aan de beschikbare data.

U krijgt direct inzicht in welke leeractiviteiten welke resultaten

opleveren.

In een tijd waarin veel activiteiten van leerlingen digitaal en

online gebeuren, helpt deze technologie u om de informatie zinvol

en betekenisvol in te zetten bij het vormgeven van uw onderwijs.

Met learning analytics krijgt u gemakkelijker grip op de

leerprocessen en leeropbrengsten waardoor uitdagingen als het

vergroten van de kwaliteit en het verhogen van de doelmatigheid

haalbaar worden. Learning analytics maakt het niet alleen mogelijk

om analyses te maken voor en van individuele leerlingen, maar ook

op het niveau van de leerkracht, de opleiding of de school. U wordt

bewuster van de impact van bepaalde onderwijsinterventies en

kunt kritischer de keuze maken voor bepaalde investeringen en het

rendement hiervan. Leerlingen kunnen zichzelf beter monitoren

en docenten kunnen de leerlingen beter begeleiden. U maakt

gebruik van een zeer compleet dashboard van de resultaten van

uw team. Dit levert waardevolle sturingsinformatie op en maakt

het gemakkelijker om aan uw verantwoordingsplicht te voldoen.

Resultaten worden transparanter en interventies inzichtelijker.

WAT IMPACT

Page 28: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

28 | Trendrapport PO en VO

Learning analytics hebben de potentie om zich tot een krachtig

hulpmiddel voor het leren te ontwikkelen. Daarbij is wel belangrijk

dat ze op de juiste manier worden ingezet. Martin Weller, van

International Conference on Learning Analytics & Knowledge,

maakt bijvoorbeeld onderscheid tussen analytics voor leerlingen

en analytics van leerlingen. Het eerste betekent dat de data ten

dienste staan van de student, zeg maar een soort persoonlijke

leerassistent voor de student. In de tweede situatie worden de

data vooral gebruikt als sturingsmechanisme van de instelling.

De functie dient vooraf helder te zijn voor alle betrokkenen.

En net als bij cloud computing geldt ook hier de vraag: van wie

zijn de gegevens en hoe kunnen of mogen ze worden gebruikt?

Een goed antwoord is nodig voordat u met learning analytics aan

de slag gaat.

Learning analytics kunnen op verschillende schaal worden

toegepast. U hoeft niet meteen flink te investeren of complete

analyseafdelingen op te bouwen. Ook eenvoudige toepassingen

kunnen al de nodige rijke informatie opleveren. Daarbij is wel van

belang dat u van tevoren goed bedenkt wat voor informatie u zoekt.

Een andere succesfactor is de vaardigheid om de analyseresultaten

te kunnen vertalen in uitvoerbare acties.

Uw eigen interpretatie blijft natuurlijk essentieel. Learning

analytics is een informatiehulpmiddel. U kunt het zien als

suggesties, maar u blijft de controle hebben over de keuze van deze

suggesties. Net als bij het rijden van een auto: u zit achter het

stuur en bepaalt de richting. Gaat het lampje van de benzinetank

branden, dan bepaalt u zelf of u bij een tankstation stopt.

Praktisch gezien bieden learning analytics nieuwe informatie en

inzichten. U kunt daardoor leermateriaal op maat aanbieden, maar

u krijgt tegelijkertijd meer inzicht in het rendement van bepaalde

leeractiviteiten. Het wordt inzichtelijk wat goed werkt voor

iedereen en wat goed werkt in specifieke gevallen, waar leerlingen

zich in hun leerroute bevinden en wie er extra ondersteuning

of verdieping nodig heeft. Ook krijgt u concrete adviezen over

vervolgactiviteiten. Denkt u bijvoorbeeld aan de techniek die een

bedrijf als Amazon gebruikt wanneer u online een boek bestelt.

Automatisch ontvangt u suggesties voor boeken die lezers van

uw gekozen boek ook waardeerden. Zo wordt het makkelijker

leerlingen met specifieke leervragen en leerbehoeften te helpen.

Een andere toepassing is het voorspellen en uiteindelijk bestrijden

van schooluitval. Door consequent de voortgang van leerlingen

te registreren en die te vergelijken met andere leerlingen die

hetzelfde gedrag vertonen, kunt u een goede voorspelling doen van

uitval. Dit maakt het mogelijk tijdig in te grijpen.

AANDACHTSPUNTENTOEPASSINGEN

Page 29: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

29 Trendrapport PO en VO |

Learning analytics bevinden zich nog grotendeels in de concept-

en pilotfase. Hier en daar duiken wel al (delen van) eerste

toepassingen op. In veel elektronische leeromgevingen wordt een

lichte vorm van learning analytics toegepast om grip te houden op

de voortgang van leerlingen. Bijvoorbeeld in een docentenmonitor

het klikgedrag en de gemaakte oefeningen analyseren en de

uitkomsten relateren aan de cijfers van de toets. U ziet wanneer

het tijd is om over te stappen naar het volgende onderdeel, of

een leerling veel meer tijd nodig heeft en achterloopt of wat de

beste vervolgactiviteit is. Het gaat hierbij dus vooralsnog om de

analytics van leerlingen.

De Rekentuin is ontwikkeld door de Universiteit van Amsterdam

(UvA) om de rekenontwikkeling van kinderen gedetailleerd in kaart

te brengen. Er wordt hierbij gebruik gemaakt van een nieuwe

manier van computer adaptief testen, zodat elk kind sommen

aan krijgt geboden op zijn eigen niveau. Dit maakt de Rekentuin

uitdagend voor zowel zwakke als (zeer) goede rekenaars, ongeacht

VOORBEELDEN

hun leeftijd. De oefeningen worden automatisch geanalyseerd en

teruggekoppeld aan de docent.

Een ander voorbeeld zien we buiten de onderwijscontext, maar

illustreert wel goed wat er mogelijk is. De app Runkeeper is

ontwikkeld voor hardlopers. Hij registreert niet alleen hoe lang,

ver en snel iemand loopt, maar onthoudt ook de gelopen route,

de verbruikte calorieën en de intensiteit gedurende de training

door de hartslag te monitoren. Bovendien geeft hij nieuwe

routes en suggesties voor trainingsgenoten in de buurt die een

soortgelijk trainingsprogramma aanhouden. Met al deze data is de

app in staat een trainingsprogramma op maat te adviseren voor

bijvoorbeeld het lopen van een marathon.

Cloudcomputing

Verrijktecontent

Augmentedreality

Socialmedia

Learninganalytics

Page 30: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

30 | Trendrapport PO en VO

Meer informatieMet deze publicatie schetsen we op een beknopte wijze

de ict-ontwikkelingen die volgens ons de komende jaren

invloed zullen hebben op het onderwijs. Voor meer

informatie, actuele voorbeelden, een online versie van het

rapport én ervaringen van gebruikers verwijzen wij u naar

de volgende omgeving:

http://innovatie.kennisnet.nl/trendrapport

Page 31: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

31 Trendrapport PO en VO |

Colofon

Tekst

Stephanie Ottenheijm

Wilfred Rubens

Suzanne Schut

Pieter Vorstenbosch

Vormgeving

The Public Group

Druk

OBT bv, Den Haag

November 2011

Sommige rechten voorbehouden

Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden de auteur(s),

redacteur(s) en Kennisnet geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten of onvolkomenheden.

Creative commons

Naamsvermelding 3.0 Nederland (CC BY 3.0)

De gebruiker mag:

• Het werk kopiëren, verspreiden en doorgeven

• Remixen - afgeleide werken maken

Onder de volgende voorwaarde:

• Naamsvermelding - De gebruiker dient bij het werk de naam van Kennisnet te vermelden

(maar niet zodanig dat de indruk gewekt wordt dat zij daarmee instemt met uw werk of uw gebruik

van het werk).

ISBN: 978-90-77647-50-9

Page 32: Trendrapport PO en VO - Kennisnet

Stichting KennisnetPaletsingel 32

2718 NT Zoetermeer

Postbus 778

2700 AT Zoetermeer

T 0800 - 32 12 233

I kennisnet.nl

Kennisnet. Leren vernieuwen.