Wat is een gedicht?
* Een gedicht is meestal een korte tekst die anders gedrukt is dan ‘gewone’ teksten.
* Je leest een gedicht om zijn uitdrukkingskracht en creativiteit.
* Menselijke ervaringen, observaties en gevoelens zijn er op een pakkende manier in verwoord en/of er wordt op een originele manier met taal omgesprongen.
Wat de dichter zeggen wil, brengt hij terug tot de kern van de zaak:
hij verdicht zijn taal tot een suggestief en expressief middel
(suggestief: beeldend)(expressief: waar gevoelens duidelijk uit blijken)
Gedichten begrijpen
Gedichten moet je ondergaan om ze goed te kunnen begrijpen. Dit komt vooral door de klank en beeldspraak zo’n grote rol spelen.
Bij echte poëzie gaat het om expressie van gevoelens en virtuoos taalgebruik.
(virtuoos: bedreven, bekwaam, geniaal)
INHOUD
* Wat? Thema waarover gaat het gedicht?
* Hoe? Dichterlijke taal compact: met zo weinig mogelijk woorden zoveel mogelijk zeggen = uitdrukkingskracht.
Aparte zinsbouw onvolledige zinnen, maar toch een volledige boodschap.
Hoe herkennen we gedichten?
Een gedicht is ingedeeld in verzen en strofen. Bijvoorbeeld 5 strofen van 4/3/4/2/1 versregels.
Het doorbreken van gewone spellingvoorschriften: leestekens worden vaak weggelaten; soms beginnen alle versregels met een hoofdletter.
Het enjambement
De zin gaat plots op een nieuwe versregel verder: een woordgroep die samen hoort, wordt gescheiden, staat op verschillende versregels.
Vergelijking
Twee dingen worden vergeleken met vermelding van het punt van overeenkomst en met het verbindingswoord (als, alsof, zoals)
Voorbeeld:1.Als een danseres op het smalle koord balanceerde je op ‘t wateroppervlak.
2.Dracula was als een schichtige raad die om zich heen keek.
Metafoor
Verkorte vergelijking, waarbij de vergelijkende woorden zijn weggelaten. Het object wordt helemaal vervangen door het beeld.
Voorbeeld: Het is hier een zwijnenstal! (uitroep van een moeder nadat zij de slaapkamer van haar dochter ziet; zwijnenstal wordt hier gebruikt in de zin van ‘onbewoonbaar’, ‘vies’, enz.
Personificatie
Levenloze zaken of dingen worden als mensen voorgesteld.
Voorbeeld:1. Straten worstelen zich verwoed een uitweg naar de buitenwijken.
2. De stilte knaagt zich een weg door de kamer.
Rijmschema’s
* Eindrijm: gelijkheid van beklemtoonde eindlettergrepen.
Voorbeeld: Zoals de lauwe nachtZoals de wollen vachtvan schapen
Gepaard rijm = aabb
Komt hier eerst het woord te staan (a)Dan loopt het rijm er achteraan (a)En daarna komt een ander woord (b)Waar ook meteen een rijm bij hoort (b)
Gekruist rijm = abab
ze kruisen zich niet echt (a)ze lopen in de rij (b)toch wordt dat zo gezegd (a)en niet alleen door mij (b)
Omarmend rijm = abba
Twee zinnen in nog twee ertussen (a)zin twee en drie die zich hier warmen (b)aan één en vier die hen omarmen. (b)Alleen omarmen hoor, niet kussen (a)
Gebroken rijm: alleen de tweede en de vierde versregel rijmen
Ze noemt dit gebrokenHet heeft wat minder rijmDe derde regel gaat zijn gang,de vierde brengt de lijm.