1
Begroting 2015
Inhoudsopgave
Algemeen Hoofdstuk 1 Inleiding 5 1.1 De gemeente Terschelling in het kort 7 1.2 Bestuur van de gemeente Terschelling 9 1.3 Bericht van het college 12 1.4 Financile resultaten 14 1.5 Nadere toelichting op de bezuinigingsvoorstellen 2015-2018 15 1.6 Gehonoreerde wensen vanuit het coalitie accoord 19 1.7 Leeswijzer 21 Financile begroting Hoofdstuk 2 Financile positie 23 Inleiding 2.1 Uitkomst van de (meerjaren)begroting 2015 25 2.2 Overzicht van baten en lasten 29 2.3 Algemene uitkering 31 2.4 Reserves en voorzieningen 32 Hoofdstuk 3 Programmaplan 35 Inleiding 3.1 Programma 1 - Burger en bestuur 39 3.2 Programma 2 - Orde en veiligheid 43 3.3 Programma 3 - Ruimte en wonen 45 3.4 Programma 4 - Natuur, landschap en milieu 49 3.5 Programma 5 - Economie, infrastructuur en toerisme 53 3.6 Programma 6 - Onderwijs 57 3.7 Programma 7 - Samenleven 59 3.8 Programma 8 - Cultuur en sport 61 3.9 Programma 9 - Bedrijfsvoering 65 Algemene dekkingsmiddelen 3.10 Programma 10 - Financiering en belastingen 69 3.11 Programma 11 - Mutaties in de reserves 71 Hoofdstuk 4 Paragrafen 73 Inleiding 4.1 Lokale heffingen 75 4.2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing 77 4.3 Onderhoud kapitaalgoederen 81 4.4 Financiering 83 4.5 Bedrijfsvoering 87 4.6 Verbonden partijen 89 4.7 Grondbeleid 97 Verplichte bijlagen 99
Bijlage 1 - Incidentele baten en lasten 101 Bijlage 2 - Structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves 103
Overige bijlagen
Bijlage 3 - Uitgangspunten programmabegroting 2015 en meerjarenperspectief 2016- 2018 105 Bijlage 4 - Meerjaren investeringsbegroting 107 Bijlage 5 - Reserves en voorzieningen 109 Bijlage 6 - Overzicht formatie en loonkosten 111
Bijlage 7 - Deelfonds sociaal domein 113 Bijlage 8 - Verdeling toeristenbelasting 115
2
3
Begroting 2015
en Meerjarenraming 2016- 2018
4
5
Begroting 2015
Hoofdstuk 1 Inleiding
6
7
1.1 De gemeente Terschelling in het kort
Inleiding
Voor u ligt de programmabegroting 2015, deze is in een andere vorm dan vorige jaren. Dit jaar is
getracht de leesbaarheid te vergroten en de gegevens inzichtelijker te maken. Vorige jaren werd een
begroting opgesteld op productniveau. Nu is de begroting opgesteld op programma niveau, dit maakt
het boekwerk minder detaillistisch en overzichtelijker. Behandeling van de begroting 2015 zal
plaatsvinden in de bijeenkomst van de Raadscommissie op 7 oktober 2014 en in de vergadering van
de Gemeenteraad op 28 oktober 2014. Daaraan voorafgaand zal de concept begroting 2015 en het
meerjarenperspectief 2016-2018 worden besproken in de vergadering van de audit-commissie op 29
september 2014. Als u vragen heeft over de begroting verzoeken wij u deze te mailen naar
[email protected] vr maandag 29 september 2014 9.00 uur.
1.1.1. Algemeen
Terschelling is het middelste Nederlandse Waddeneiland. Het eiland wordt aan de noordkant
begrensd door de Noordzee en aan de zuidkant door de Waddenzee. De dichtst bijzijnde haven aan
de vaste wal is Harlingen. Deze havenplaats ligt hemelsbreed ongeveer 25 km van Terschelling en via
de vaargeulen circa 35 km. De oppervlakte van de gemeente Terschelling bedraagt in totaal 67.400
ha (8.935 ha land en binnenwater en 58.465 ha zee). Het grootste gedeelte hiervan is uiteraard
Waddenzee. Het eilandklimaat is niet Nederlands. Gemiddeld schijnt de zon op het eiland veel vaker
dan in de rest van Nederland. Terschelling met zijn unieke sfeer, natuur en landschap is erg in trek bij
toeristen. Daarmee zijn drie belangrijke pijlers van het eiland genoemd: de zee, het toerisme en de
natuur.
Kengetallen
Aantal inwoners per dorp per 1 januari 2014
"Reade wolken; Blaue lucht; Gele helmen; Grin ges; Wyt sn; Dat is 't wapen fan Schylgeraln."
Oosterend 139
Hoorn 473
Lies 147
Formerum 221
Landerum 113
Striep 21
Midsland 1.027
Kinnum 37
Baaiduinen 127
Kaard 14
Hee 22
West- Terschelling 2.439
Totaal 4.780
8
1.1.2. Missie en Visie
In het coalitie accoord 2014 is hierover het volgende opgenomen:
Missie
De gemeente Terschelling heeft als doel het behoud van het karakter van Terschelling; we zijn een
trotse gemeente met een unieke ligging. We willen als eilandgemeenschap over onze eigen toekomst
gaan met een zelfstandig bestuur. Dat wil zeggen met een eigen regie op leefbaarheid, economie,
financin, duurzaamheid, landschap en natuur waarbij wij respectvol met elkaar om gaan.
Visie
Zelfstandig blijven vereist dat wij financieel gezond zijn met een sluitende begroting, publiekstaken
adequaat uitvoeren en een goede basisdienstverlening op het eiland in stand houden. Naast de
belangrijke toeristische sector is er ook aandacht voor de andere bedrijfstakken om zo de diversiteit in
stand te houden. De gemeente is er voor de burgers, daarom staat de gemeente open voor
initiatieven vanuit de samenleving. Veranderingen zoals decentralisaties (deelfonds sociaal domein)
vragen om handig en verstandig opereren en het leggen van een juiste focus.
1.1.3. Organogram
De organisatiestructuur is een hulpmiddel dat ervoor moet zorgen dat de gemeente Terschelling haar
doelen bereikt. Hierbij wordt nagedacht over zaken als taakverdeling, verdeling van
verantwoordelijkheden en van bevoegdheden en daarmee samenhangend over het cordineren van
die taken en verantwoordelijkheden. In het organisatieschema hieronder is de organisatiestructuur
van de gemeente Terschelling weergegeven.
Raad
Griffie
College van B&W
Directie
Team
Ondersteuning
Staf
Team
Publiek/VTH
Team
Techniek
Team Beleid
en Regie
Musea Scholen
9
1.2 Bestuur van de gemeente Terschelling 1.2.1. College van burgemeester en wethouders Het bestuur van de gemeente wordt gevormd door het college van burgemeester en wethouders en de gemeenteraad. Het college van burgemeester en wethouders is vergelijkbaar met het Kabinet. Het college vormt het dagelijks bestuur van een gemeente. Hieronder volgt een overzicht van de samenstelling van het college van B&W.
Burgemeester Wethouder Rob Bats Teun de Jong
Portefeuille Portefeuille - Bestuurlijke cordinatie - Ruimtelijke ordening - Integraal veiligheidsbeleid - Volkshuisvesting - Personeel en organisatie - Onderwijs - Burgerzaken - Welstand/ erfgoed - Informatie en automatisering - Cultuur - Samenwerking Waddeneilanden - Volksgezondheid - Strandvonderij - Integraal jeugdbeleid - Financin en belastingen
Wethouder Wethouder Jeltje Hoekstra-Sikkema Hendrik Klaas van
der Wielen Portefeuille Portefeuille - Publiekscommunicatie (burgerparticipatie) - Landbouw en natuur - Economische zaken, recreatie en toerisme - Duurzaamheid - Vergunningverlening, toezicht en handhaving - Grondzaken - Sport - Beheer gemeentelijke eigendommen - Sociale zaken en werkgelegenheid - Kustbeheer - Cordinatie van de transities - Milieu en afvalverwerking in het sociaal domein - Openbare werken - Waterzaken - Verkeer en vervoer (inclusief havenzaken en havenbedrijf)
- Vrijwilligersbeleid - Zorg en welzijn (waaronder WMO)
10
1.2.2 Gemeenteraad De gemeenteraad is het hoogste orgaan in een gemeente en is te vergelijken met de Tweede Kamer:
De gemeenteraad bepaalt (de hoofdlijnen van) het beleid en ziet toe op de uitvoering daarvan door het college van burgemeester en wethouders, rekening houdend met signalen en informatie uit de samenleving; en
De gemeenteraad stelt de begroting en jaarrekening vast en benoemt en ontslaat wethouders.
De nieuwe gemeenteraad van Terschelling is op 27 maart 2014 genstalleerd en is samengesteld uit 11 raadsleden. Hieronder volgt een overzicht van de samenstelling van de raad op volgorde van grootte van de fracties.
Christa Oosterbaan Wietse van Deelen Marjolein van Urk-Bakker Toussaint Schroders
Guus Schweigmann Gossen Bos Grytsje Kootstra
Amarins Geveke Taco Lugt
11
Ale Romar Jan Lodder
12
1.3 Bericht van het college
Dit is de eerste begroting van het huidige college. Een college dat is gevormd op basis van een brede
vertegenwoordiging in de gemeenteraad. En dat is ook nodig omdat de gemeente Terschelling in de
komende jaren staat voor een aantal grote uitdagingen. Zo kunnen onder andere worden genoemd:
De realisatie van een nieuwe campus;
De ontwikkeling van de woningbouw in het plan West-Aletalaan 4;
De ontwikkeling rond de locatie Dellewal;
De ontwikkelingen rond het project Tonnenloods;
De implementatie van het Sociale Domein op de Terschellinger situatie;
Communicatie en burgerparticipatie.
De eerste begroting van het huidige college is niet eenvoudig gebleken. Wij hebben verder
geborduurd op de keuzes die uw raad in de voorgaande raadsperiode heeft gemaakt voor wat betreft
de stijgingen van de onroerende zaakbelasting en de toeristenbelasting. Het college heeft er bewust
voor gekozen de hierin gemaakte keuzes voor wat betreft de stijgingen te respecteren en geen
aanpassingen te doen op het ingezette beleid. Dit betekent concreet dat wij bij het opstellen van de
begroting 2015 en het meerjarenperspectief 2016-2018 zijn uitgegaan van een stijging van de
toeristenbelasting met 0,15 naar 1,50 per dag in 2015 en vanaf 2016 met een jaarlijkse stijging
van 0,05 per jaar. Daarnaast hebben wij de keuze die de raad bij de begroting 2014 heeft gemaakt
om in de komende jaren de OZB jaarlijks te laten stijgen met 5% voor woningen en met 3% voor niet-
woningen eveneens in stand gelaten.
Ondanks een sluitend meerjarenperspectief welke uw raad vorig jaar kon worden gepresenteerd met
bovengenoemde maatregelen, bleek het toch nodig aanvullende ingrepen te doen. Via de
meicirculaire van het Ministerie van Binnenlandse Zaken werden wij geconfronteerd met het gegeven
dat onze Algemene Uitkering uit het Gemeentefonds in de komende jaren zeer fors zal afnemen. Dit
komt enerzijds doordat de Algemene Uitkering terugloopt als gevolg van verdergaande
Rijksbezuinigingen die via het samen de trap op en samen de trap af-principe in de Algemene
Uitkering aan gemeenten doorwerken. Maar tevens omdat een herijking van het Gemeentefonds heeft
plaatsgevonden die met name door de BAG-problematiek onze gemeente hard raakt. De BAG-
problematiek betreft een herschikking van het Gemeentefonds waarbij recreatiewoningen niet meer
meetellen als basis voor de Algemene Uitkering. Doordat in onze gemeente, net als bij de andere
eilanden, relatief veel recreatiewoningen zijn, heeft deze herschikking een groot financieel effect.
13
Vallen de effecten in het jaar 2015 nog mee doordat de effecten nog kunstmatig gedempt worden, in
de latere jaren worden de negatieve effecten van de BAG- problematiek door het steeds verder
wegvallen van de demping steeds duidelijker en lopen op tot circa 200.000 structureel per jaar
vanaf 2017.
Gebleken is dat alle eilanden als nadeelgemeente van de herijking uit de bus komen. Dit heeft er toe
geleid dat in Waddeneilandenverband de Minister van Binnenlandse Zaken is verzocht om een en
ander via de Waddenverfijningsuitkering te compenseren. Volgens de laatste informatie staat de
Minister hier niet onwelwillend tegenover, maar of de compensatie er voor de Waddeneilanden komt
en hoe groot deze dan zal zijn, valt bij het opmaken van deze begroting nog op geen enkele wijze in te
schatten. Om die reden zijn wij bij het opstellen van de begroting 2015 en het meerjarenperspectief
2016-2018 uitgegaan van de gegevens zoals die bekend zijn uit de meicirculaire 2014. Dit betekent
dat wij een fors lagere uitkering uit het Gemeentefonds voor de komende jaren moeten inboeken
(oplopend tot circa 500.000 in 2018).
Deze constatering stelde het college voor een dilemma. Immers: van een financieel sluitend
meerjarenperspectief voor de jaren 2015 tot en met 2018 zoals dat bleek uit de begroting 2014 was
geen sprake meer. Bij het alsnog sluitend krijgen van het meerjarenperspectief over genoemde jaren
heeft het college afgewogen, zoals wij dat hiervoor al hebben aangegeven, dat van een verdere
stijging van de belastingen boven de stijgingen die in de voorgaande raadsperiode reeds waren
ingezet, geen sprake kan zijn. Daarnaast is het college van mening dat verdere bezuinigingen op de
ambtelijke organisatie, bovenop de bezuinigingen die in de afgelopen jaren reeds zijn doorgevoerd,
eveneens niet aan de orde kunnen zijn. Bij de huidige taken is de minimale omvang van de
organisatie reeds bereikt. Een verdere uitholling van deze budgetten zou onverantwoord zijn zonder
een fundamentele kerntakendiscussie te voeren.
Dit heeft er toe geleid dat het college andere keuzes heeft moeten maar ook willen maken. Vanaf de
aanvang van de economische crisis in 2008 zijn de kortingen op de Algemene Uitkering uit het
Gemeentefonds in belangrijke mate opgevangen door belastingverhogingen enerzijds en
bezuinigingen op de ambtelijke organisatie anderzijds. Nu er opnieuw kortingen op de Algemene
Uitkering uit het Gemeentefonds worden doorgevoerd en belastingverhogingen of bezuinigingen op de
organisatie niet de voorkeur hebben, ontkomt het college niet aan voorstellen om te bezuinigingen op
gemeentelijke voorzieningen. Hierbij kiest het college voor privatisering en versobering van een zeer
beperkt aantal voorzieningen binnen de gemeente die relatief zwaar op de gemeentebegroting
drukken in plaats van ingrepen op een groter aantal voorzieningen die minder zwaar op de begroting
drukken. Wij benadrukken nogmaals dat de keuze hiervoor niet eenvoudig is geweest maar dat deze
ingrepen absoluut noodzakelijk zijn om onze financile huishouding op orde
te houden en daarmee in belangrijke mate onze zelfstandigheid te kunnen
borgen. Daarnaast is in de discussie die het college de afgelopen weken
heeft gevoerd over de meerjarenbegroting en de keuzes die daarin zijn
gemaakt, een tweede uitgangspunt voortdurend in ogenschouw gehouden.
Dit betreft het uitgangspunt van het college dat op middellange termijn onze
begroting niet slechts dient te sluiten met een karig onvoorzien. Het
onvoorzien dient van een dermate omvang te zijn dat eventuele tegenvallers
die nog kunnen ontstaan door een verdere teruggang van de Algemene
Uitkering uit het Gemeentefonds, risicos die voortvloeien uit de invoering van
het Sociaal Domein of risicos vanuit onze grondpositie bij Dellewal, zo
mogelijk kunnen worden opgevangen zonder aanvullende ingrepen en dat
bovendien ruimte overblijft voor nieuw beleid. In hoofdstuk 1.5 zullen wij u
onze voorstellen nader toelichten.
Om een sluitende begroting en meerjarenperspectief te krijgen
hebben we alle zeilen moeten bijzetten. De onvermijdelijke
bezuinigingsvoorstellen zijn uiteengezet in hoofdstuk1.5.
14
1.4 Financile resultaten
1.4.1 Resultaat begroting De gemeente Terschelling heeft, ondanks de aanhoudende economische en financile crisis en de
forse afname van de Algemene Uitkering uit het Gemeentefonds, een sluitende begroting voor 2015.
Begroting Begroting
in 2014 2015 2016 2017 2018
Geraamde resultaten (meerjaren)begroting 2015 - 2018 3.732 0 136.915 211.952 92.751
Geraamde resultaten (meerjaren)begroting 2014 - 2017 253.732 -3.589 -59.094 -313.434 -536.643
Verschil -250.000 3.589 196.009 525.386 629.394
Geraamde resultaten (meerjaren)begroting 2015 - 2018
Meerjarenraming
De genoemde resultaten (meerjaren)begroting 2014 2017 zijn inclusief de verwerkte begrotings-
wijzigingen van 2014. Een totaal overzicht van de begrotingswijzigingen, taakstelling Provincie,
autonome ontwikkelingen en bezuinigingsvoorstellen vind u in hoofdstuk 2.1.1.
1.4.2 Opbouw resultaat begroting
in 2014 2015 2016 2017 2018
Geraamd totaal saldo van baten en lasten 221.695 408.416 376.773 642.336 512.873
Mutaties reserves -217.963 -408.416 -239.858 -430.384 -420.122
Geraamd resultaat 3.732 0 136.915 211.952 92.751
Geraamd resultaat 2015
in 2014 2015 2016 2017 2018
Onvoorzien 3.732 36.915 50.000
Onvoorzien investeringsfonds 100.000 100.000 92.751
Behoedzaamheidsreserve algemene uitkering 61.952
Geraamd resultaat 3.732 0 136.915 211.952 92.751
Verantwoording geraamd resultaat
1.4.3 Analyse geraamd resultaat begroting
De afwijkingen in de jaarschijven worden in hoofdstuk 3 per programma weergegeven voor
afwijkingen boven 10.000.
15
1.5 Nadere toelichting op de bezuinigingsvoorstellen 2015-2018
In dit hoofdstuk zullen wij de achtergronden weergeven van de voorstellen voor bezuinigingen die wij
aan uw raad voorleggen. Wij willen u op deze wijze meenemen in de gedachtewisselingen die over de
verschillende voorstellen binnen het college hebben plaatsgevonden.
Beindiging van de dekking van het jaarlijkse exploitatietekort van het Centrum voor Natuur en
Landschap (= CNL)
Na de ondertekening van een intentieverklaring met Rijkswaterstaat om te komen tot een nieuwe
ontwikkeling in de voormalige Tonnenloods aan de Willem Barentszkade is hiermee met verschillende
partijen voortvarend aan de slag gegaan. Inmiddels is de planvorming zodanig dat verwacht mag
worden dat voor het eind van het jaar een concreet bedrijfsplan met benodigde investeringen en
financiering kan worden vastgesteld. Dan is duidelijk welke bijdragen de verschillende partijen hierin
kunnen en willen leveren. In het nu voorliggende locatieconcept wordt uitgegaan van een totale
beleving van eiland en wad en zal zeker de natuur onder, op, rond en boven ons eiland een
belangrijke plaats krijgen.
Tegelijkertijd is het college tot de conclusie gekomen dat de huisvesting van het huidige Centrum voor
Natuur en Landschap niet meer voldoet aan de eisen die daaraan moeten worden gesteld. Deze
conclusie is niet nieuw. Vandaar dat ook al een groot aantal jaren geleden in de gemeentelijke
meerjarenbegroting een bedrag van circa 125.000 is opgenomen ter dekking van mogelijke
kapitaallasten die zouden kunnen voortvloeien uit een investering in een nieuw gebouw voor het CNL.
Reeds een aantal jaren geleden is duidelijk geworden dat een zelfstandige herhuisvesting van het
CNL vanuit financieel en toeristisch perspectief niet wenselijk is. Een combinatie met andere
toeristische voorzieningen heeft de voorkeur. De ontwikkeling rond de Tonnenloods maakt dat deze
gelegenheid zich daarmee voordoet. Het college is van mening dat ernaar moet worden gestreefd om
de educatieve activiteiten van het CNL onder te brengen in het totale Tonnenloods concept. Daar zal
dan ook de komende jaren alle aandacht op moeten worden gericht.
Het college stelt voor om als gemeentelijke bijdrage in de investering in het project Tonnenloods een
bedrag van 1.000.000 voor cofinanciering beschikbaar te stellen met een jaarlijkse kapitaallast van
circa 100.000, welke kan worden gedekt uit de reeds enige jaren in de meerjarenbegroting
opgenomen kapitaallasten ad 125.000. De verwachting op basis van de huidige inzichten is dat de
exploitatie van de Tonnenloods in 2018 kan starten. Dit betekent dat de kapitaallasten voor de periode
2015 tot en met 2017 kunnen komen te vervallen en kunnen worden toegevoegd aan het onvoorzien.
Daarnaast stelt het college voor om met ingang van het jaar 2018 een structureel bedrag van
100.000 beschikbaar te stellen als bijdrage in de jaarexploitatie van de Tonnenloods. Deze bijdrage is
vanaf 2018 dan ook opgenomen in de meerjarenramingen.
Zoals gesteld wil het college vol inzetten op de ontwikkelingen rond de Tonnenloods. Willen wij dit
samen met de andere partijen tot een succes maken, dan zal hiervoor een behoorlijke investering
moeten plaatsvinden in met name kennis en bestuurlijke en ambtelijke aandacht. Daarnaast zullen
wellicht in de projectfase tot het moment van realisatie nog financile bijdragen van onze gemeente
worden verwacht.
Dit leidt ertoe dat het college tot de constatering is gekomen dat het verstandig is juist nu alle
bestuurlijke en ambtelijke aandacht te richten op de realisatie van het project Tonnenloods en vanaf
2015 de dekking van het jaarlijkse exploitatietekort van het huidige CNL te beindigen. Uiteraard
speelt daarbij ook een rol dat beindiging van de dekking van het jaarlijkse exploitatietekort van het
CNL voor de jaren 2015 tot en met 2017 een substantile bijdrage levert aan de beperking van het
gemeentelijk begrotingstekort. Enerzijds door het vrijvallen van het jaarlijkse exploitatietekort terwijl
anderzijds de gereserveerde kapitaallasten voor de nieuwbouw pas vanaf het jaar 2018 weer
16
behoeven te worden ingezet en in de tussenliggende jaren eveneens ten gunste van het gemeentelijk
tekort kunnen komen. Het college acht dit met name verantwoord omdat met de ambities van het
Tonnenloods project op de langere termijn de huidige functie van het CNL is gewaarborgd.
Op dit moment valt nog niet aan te geven of de beindiging van de gemeentelijke dekking van het
jaarlijks exploitatietekort zal leiden tot sluiting van het CNL. Het college voert op dit moment
gesprekken met diverse partijen waaronder Staatsbosbeheer en de Waddenvereniging of zij bereid
zijn om gedurende de jaren 2015 tot en met 2017 het jaarlijkse exploitatietekort voor hun rekening te
nemen waarmee het CNL in haar huidige of mogelijk afgeslankte vorm verder zou kunnen gaan. Op
het moment van opmaken van deze begroting bestond hierover nog geen duidelijkheid. Uiteraard
zullen wij uw raad hierover direct informeren zodra hier verdere informatie over beschikbaar is.
De medewerkers van het CNL zijn in dienst van de gemeente Terschelling. Dit betekent dat wij bij
eventuele sluiting van het CNL op basis van ons sociaal statuut en een daarop gebaseerd sociaal plan
de rechten van deze medewerkers zo goed mogelijk dienen te respecteren. Concreet houdt dit in dat
wij in nauw overleg met bonden, ondernemingsraad en de individuele medewerkers tot
maatwerkoplossingen willen komen waarmee recht wordt gedaan aan de uitgangspunten van goed
sociaal werkgeverschap. Dit betekent dat samen met de betrokken medewerkers gezocht zal worden
naar mogelijkheden van vervroegde uittreding of herplaatsing binnen andere onderdelen van de
gemeentelijke organisatie. Hiervoor hebben wij in de begroting 2014 een bedrag van 200.000
opgenomen voor frictiekosten die mogelijk hieruit ontstaan. Dit bedrag is gebaseerd op een globale
inschatting van de te verwachten kosten en kan uiteraard, afhankelijk van de wijze waarop een en
ander met de individuele medewerkers wordt afgehandeld, hoger of lager uitvallen. Samenvattend
betekent dit voor de verschillende begrotingsjaren het volgende:
2014 2015 2016 2017 2018
Beeindiging jaarlijkse exploitatiebijdrage CNL (2015 en verder) 139.900 141.142 142.394 142.394
Eenmalige frictiekosten CNL (2014) -200.000
Jaarlijkse exploitatiebijdrage in project Tonnenloods (vanaf 2018) -100.000
Tijdelijke vrijval kapitaallasten nieuwbouw CNL (2015 tot en met 2017) 119.742 117.867 115.992
Versimpeling vergunningverlening
In een van de voorgaande hoofdstukken is aangegeven dat een verdere bezuiniging op de ambtelijke
organisatie niet verantwoord is zonder een hieraan ten grondslag liggende kerntakendiscussie.
Zonder deze kerntakendiscussie te hebben gevoerd is het college wel van mening dat een
versimpeling en een verdergaande digitalisering van de vergunningverlening in het kader van de
Algemene Plaatselijke Verordening (APV) tot een bezuiniging kan leiden.
In het licht van deze doelstelling zal in 2014 en 2015 worden onderzocht op welke wijze de
vergunningverlening op basis van de gemeentelijke regelgeving efficinter kan plaatsvinden. Daarbij
wordt tevens gekeken naar de mogelijkheid om de dienstverlening op dit gebied meer in digitale vorm
te laten plaats vinden. Het onderzoek zal moeten leiden tot concrete voorstellen hoe een versimpeling
kan worden doorgevoerd.
Wij gaan ervan uit dat de voorstellen zullen leiden tot een efficiency verbetering die er per saldo toe
zal leiden dat de voor vergunningverlening bestaande formatie kan worden beperkt. In combinatie met
het vertrek van een van de huidige medewerkers zou deze inperking van de formatie zonder verdere
verplichtingen kunnen plaatsvinden. Vooralsnog zijn wij uitgegaan van een teruggang in de formatie
van 0,5 fte vanaf het tweede halfjaar van 2015. Dit levert een besparing op van circa 30.000.
17
Privatisering sportvelden Hoorn
Bij de besluitvorming rond de investering in een nieuwe sportaccommodatie in Midsland heeft de
toenmalige gemeenteraad overwogen dat gezien de omvang van het eiland concentratie van
sportvoorzieningen diende plaats te vinden zodat sprake kon zijn van kwalitatief hoogwaardige
voorzieningen tegen aanvaardbare kosten. Op basis daarvan heeft de realisatie van een hoogwaardig
complex in Midsland plaatsgevonden en zijn een moderne kleedaccommodatie, een kantine en twee
sportvelden waarvan n kunstgrasveld, gerealiseerd. De accommodatie wordt naast de Sportclub
Terschelling ook door het onderwijs en voor toeristisch-recreatief gebruik benut.
Naast deze volwaardige accommodatie in Midsland, onderhoudt de gemeente Terschelling ook het
sportveld in Hoorn dat door de voetbalclub AVV wordt gebruikt. De jaarlijkse onderhoudskosten
hiervan die op de gemeentelijke begroting drukken bedragen circa 45.000 per jaar.
Het college acht het gezien de financile situatie van de komende jaren niet langer verantwoord deze
situatie in stand te laten. Juist nu in Midsland een kwalitatief hoogwaardig sportcomplex aanwezig is
en het sportterrein in Hoorn nagenoeg niet door anderen dan de voetbalclub AVV wordt gebruikt, is
het college van mening dat moet worden ingestoken op privatisering van de sportvoorziening in
Hoorn. Daarbij zal het de voetbalclub AVV de keuze voorleggen om het beheer en onderhoud van het
sportveld in Hoorn voor eigen rekening voort te zetten zonder gemeentelijke bijdrage of inspanning
(privatisering). Of de voetbalclub zal de keuze maken om gebruik te gaan maken van de
sportaccommodatie in Midsland. Het college is van mening dat de vereniging hiermee niet mag
worden geconfronteerd gedurende het lopende sportseizoen. De bezuiniging is daarom ingeboekt
vanaf het voetbalseizoen 2015-2016 en komt deze vanaf het jaar 2016 in het meerjarenperspectief tot
uitdrukking.
Privatisering zwembad en facilitering basiszwemvoorziening
Gezien de toekomstige financile situatie van onze gemeente moeten er fundamentele keuzes
worden gemaakt. Een belangrijke voorziening die zwaar op onze begroting drukt, is de jaarlijkse
exploitatiebijdrage aan het zwembad. De huidige exploitatieovereenkomst met de N.V.
Sportfondsenbad Terschelling loopt tot en met 31 december 2016. Tevens is het huidige zwembad
dan financieel afgeschreven. De jaarlijkse exploitatiebijdrage en bijdrage in de onderhoudskosten
bedraagt circa 330.000 per jaar.
In 2013 is in discussies in uw raad duidelijk geworden dat bij verdere exploitatie van het bad na het
aflopen van de exploitatieovereenkomst, een forse investering in het bad wenselijk zou zijn. Op grond
van de discussie die op dat moment met uw raad heeft plaatsgevonden is duidelijk geworden dat een
brede wens bestond om het bad ook na 2016 te blijven exploiteren. Dit heeft ertoe geleid dat in het
meerjarenperspectief zoals dat in de begroting 2013 is opgenomen rekening is gehouden met een
extra kapitaallast in verband met de te plegen investering van circa 195.000. Hiermee zouden de
jaarlijkse lasten voor de gemeente komen op een totaalbedrag van 525.000.
Het college is van mening dat een dergelijke zware wissel op onze begroting gezien de financile
verwachtingen voor de komende jaren niet langer verantwoord is. Dit betekent dat wij voorstellen de
jaarlijkse exploitatiebijdrage aan de N.V. Sportfondsenbad Terschelling na afloop van de
exploitatieovereenkomst met ingang van 1 januari 2017 te beindigen en geen verdere investeringen
in het bad meer te plegen zodat de daarmee gepaard gaande kapitaallasten vanaf het jaar 2017
kunnen komen te vervallen.
Dit betekent per definitie niet dat het zwembad vanaf 2017 zal worden gesloten. Het college zal zich in
de resterende twee jaar dat de huidige exploitatieovereenkomst nog duurt zich bijzonder inspannen
om de exploitatie en het beheer van het gebouw over te dragen aan een derde partij. Wij stellen ons
daarbij voor dat wij het bestaande bad eind 2016 voor een symbolisch bedrag overdragen aan een
derde partij die daarbij op eigen wijze de toekomstige exploitatie vorm geeft.
18
Wij realiseren ons dat voor bepaalde groepen van de samenleving zwemmen als een
basisvoorziening moet worden aangemerkt. Wij doelen hierbij op specifieke doelgroepen als
schoolkinderen en ouderen. Om voor deze doelgroepen in een geprivatiseerde situatie het zwemmen
bereikbaar te houden, hebben wij in de meerjarenbegroting vanaf het jaar 2017 hiervoor een bedrag
van 75.000 opgenomen waarmee dergelijke voorzieningen kunnen worden gefaciliteerd.
19
1.6 Gehonoreerde wensen vanuit het coalitie accoord
Ondanks de financieel zorgelijk situatie die het college heeft moeten doen besluiten in de komende
jaren een aantal forse ingrepen te doen in het voorzieningenniveau in onze gemeente, zijn wij van
mening dat een aantal in het coalitie akkoord opgenomen voornemens moeten worden gerealiseerd.
Onderstaand worden de achtergronden en financile consequenties daarvan toegelicht.
Extra budget voor communicatie
Het college streeft ernaar om in de toekomst actief met burgers te communiceren, te werken aan
burgerparticipatie en gebruik te maken van interactieve beleidsvorming. In dit licht is het noodzakelijk
dat bovenop de huidige inspanningen, extra wordt ingezet op communicatie. Het college stelt dan ook
voor vanaf 2015 een additioneel structureel budget van 25.000 per jaar hiervoor vrij te maken om
een en ander concrete inhoud te kunnen geven.
Opstellen Ontwikkelvisie
Het college is van mening dat er in deze raadsperiode fors zal moeten worden ingezet op het
opstellen van een Ontwikkelvisie voor het eiland. Het eindproduct van de Ontwikkelvisie zal naar onze
mening bestaan uit een integraal en afgewogen visiedocument waarin helder wordt hoe onze
gemeente zich op de langere termijn wenst te ontwikkelen. Basis voor dit document zijn analyses op
het gebied van demografische ontwikkelingen, ontwikkelingen in de klantvraag in ons toeristisch
product, ruimtelijke ontwikkelingen en ontwikkelingen in natuur en milieu, ontwikkelingen in
verkeersbewegingen en dergelijke. Al deze onderdelen zullen uiteindelijk bijdragen aan een totaalvisie
hoe onze gemeente er over circa 25 jaar zou moeten uitzien. Een gedegen en gedragen
Ontwikkelvisie vormt daarbij de basis voor de besluitvorming van de gemeenteraad in de komende
jaren.
Het opstellen van een Ontwikkelvisie is een intensief traject wat naar verwachting een aantal jaren zal
gaan duren en waarvan moet worden vastgesteld dat het aan ambtelijke capaciteit ontbreekt om deze
geheel in eigen huis uit te voeren. Een groot deel van de benodigde onderzoeken die voor de
Ontwikkelvisie moeten worden uitgevoerd en de communicatie met diverse belangengroepen in de
samenleving die moet plaatsvinden zal daarom extern moeten worden ondergebracht.
Door de ambtelijke organisatie is een globale inschatting gemaakt van de kosten die gepaard gaan
met een dergelijke Ontwikkelvisie. Een ruwe taxatie levert op dat de totale kosten voor het opstellen
van een Ontwikkelvisie moeten worden geraamd op circa 250.000. Dit bedrag hebben wij in de
meerjarenbegroting verdeeld over de jaren 2015 tot en met 2017 waarbij wij ervan uit zijn gegaan dat
het zwaartepunt van de werkzaamheden in de jaren 2015 en 2016 zal plaatsvinden.
Actualisatie huisvestingsplan onderwijs
Het gebouw waarin het VMBO-onderwijs is gehuisvest bestaat dit jaar 40 jaar.
Wettelijk gezien is de school zelf verantwoordelijk voor het onderhoud van het gehele gebouw, doch
aanpassingen en renovaties van het gebouw komen voor rekening van de gemeente.
Geconstateerd moet worden dat het gebouw technisch nog in goede staat verkeert maar dat het
gebouw wel toe is aan een renovatie, met name op het gebied van energiebeheersing. Het college is
van mening dat gezien het belang van het VMBO-onderwijs op het eiland een renovatie van het
bestaande gebouw noodzakelijk is om de school aantrekkelijk te houden voor leerlingen maar
daarnaast om de exploitatie beheersbaar te houden door de energielasten sterk te beperken.
20
Een inventarisatie van de hiermee gepaard gaande kosten heeft nog niet plaatsgevonden maar er
mag verwacht worden dat een renovatie en het aanbrengen van energiebesparende maatregelen voor
de gemeente zal leiden tot aanzienlijke kosten. Zodra meer inzicht bestaat in de kosten zullen wij deze
verwerken in een integraal onderwijshuisvestingsplan voor de komende jaren en uw raad hierover
verder informeren. Vooralsnog hebben wij de eventueel hieruit voortvloeiende kosten als PM-post in
de lijst met wensen uit het coalitie accoord opgenomen omdat wij het van belang vinden u reeds nu te
informeren over de financile gevolgen die een en ander kan hebben voor onze meerjarenbegroting.
Uitvoering TROM-onderzoek
Vooruitlopend op de op te stellen Ontwikkelvisie acht het college het belangrijk dat in 2015 een
TROM-onderzoek wordt uitgevoerd om de laatste stand van zaken op het gebied van de toeristische
ontwikkelingen inzichtelijk te maken. Wij stellen u daarom voor om voor een dergelijk onderzoek nog
in het jaar 2014 een bedrag van 25.000 beschikbaar te stellen zodat de voorbereidingen voor het
onderzoek nog in 2014 kunnen worden ingezet. Indien uw raad met dit voorstel instemt zullen wij dit
krediet nog in de laatste begrotingswijziging voor het jaar 2014 verwerken.
Jaarlijkse exploitatiebijdrage project Tonnenloods
Een nadere toelichting op deze te verstrekken bijdrage hebben wij opgenomen onder hoofdstuk 1.5
van deze Inleiding.
21
1.7 Leeswijzer
In deze leeswijzer leiden wij u stapsgewijs door de verdere verschillende onderdelen van de
programmabegroting. Allereerst zal worden ingegaan op de financile begroting en vervolgens op de
beleidsbegroting.
Hoofdstuk 2 Financile begroting
De financile begroting bestaat overeenkomstig artikel 7 lid 3 van het Besluit Begroting en
Verantwoording (BBV) tenminste uit het overzicht van baten en lasten en de toelichting en uit de
uiteenzetting van de financile positie en de toelichting.
Overzicht baten en lasten
Een totaaloverzicht van de baten en lasten is opgenomen in de financile begroting. Voor een meer
gedetailleerd overzicht van de baten en lasten verwijzen wij u naar de afzonderlijke programmas.
Financile positie
In dit onderdeel van de begroting wordt u genformeerd over de meerjarige ontwikkeling van de
financile positie van onze gemeente en over de onderwerpen die daar direct mee samenhangen
zoals de ontwikkeling van de algemene uitkering en de ontwikkeling van de reserves en
voorzieningen. Daarnaast worden de financile mutaties toegelicht die zich hebben voorgedaan
tussen de eerste begrotingswijziging van 2014 en het opstellen van de begroting 2015-2018.
Hoofdstuk 3 Beleidsbegroting
De beleidsbegroting bestaat overeenkomstig artikel 7 lid 2 van het BBV tenminste uit het
programmaplan en de paragrafen. Het programmaplan bevat de te realiseren programmas, het
hoofdstuk algemene dekkingsmiddelen en een toelichting op de post onvoorzien. In deze leeswijzer
wordt alleen ingegaan op de indeling van een programma. Voor een toelichting op de algemene
dekkingsmiddelen en de post onvoorzien verwijzen wij u naar onderdeel 3.10 en 3.11.
Programmas
In de begroting zijn (incl. het hoofdstuk financiering en belastingen en mutaties in de reserves) elf
programmas opgenomen die vervolgens weer zijn onderverdeeld in een aantal producten. Dit
aantal verschilt per programma. Hieronder wordt ingegaan op de verschillende onderwerpen binnen
een programma.
Inleiding
Hier wordt op hoofdlijnen een inhoudelijk beeld geschetst van het programma. Daarnaast wordt
aangegeven uit welke producten het programma bestaat. Per programma wordt er vervolgens
ingegaan op de volgende vier w- vragen.
Wat willen we bereiken?
Hier gaan we in op de algemene doelstellingen per programma. Deze worden ondersteund door zowel
het bestaande beleid als het nieuwe beleid. Het beleid volgt uit het door de coalitiepartijen opgestelde
coalitie accoord.
Wat doen we daarvoor al?
Hier wordt in gegaan op de zaken die op dit moment aan een bepaalde doelstelling/activiteit worden
gedaan.
Wat gaan we daarvoor (nog meer) doen?
Bij dit onderdeel wordt per programma ingegaan op de concreet te bereiken doelen die worden
beoogd in deze collegeperiode. De doelstellingen volgen uit het coalitieakkoord en worden concreet
22
uitgewerkt in het collegeprogramma. Waar mogelijk zijn aan deze doelstellingen indicatoren
verbonden.
Bij concrete doelstellingen horen activiteiten die worden uitgevoerd om de doelstellingen te behalen.
De uitvoering ligt op het niveau van het college, maar zijn wel opgenomen in de programmabegroting.
Het budgetrecht is uiteraard voorbehouden aan de raad.
Wat gaat dat extra kosten?
Hier wordt ingegaan op de kosten van het betreffende programma. In de gepresenteerde tabellen zijn
meerjarig de financin op productniveau in beeld gebracht. Het niveau waarop de raad echter de
baten en lasten autoriseert is op programmaniveau.
Paragrafen
De paragrafen geven gebundelde informatie over bepaalde themas, die anders gefragmenteerd bij
verschillende programmas aan bod zouden komen. Deze informatie wordt voor de toezichthouder
(Provincie) van belang geacht om de financile positie van de gemeente te kunnen beoordelen.
Daarnaast biedt het ook voor het bestuur veel inzicht. Een zevental paragrafen is verplicht
voorgeschreven door het BBV, namelijk: lokale heffingen, weerstandsvermogen, onderhoud
kapitaalgoederen, verbonden partijen, bedrijfsvoering, grondbeleid en financiering.
Bijlagen
Tot slot treft u een aantal bijlagen aan.
Bijlage 1 - Incidentele baten en lasten
Bijlage 2 - Structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves
Bijlage 3 - Uitgangspunten programmabegroting 2015 en meerjarenperspectief 2016-2018
Bijlage 4 - Meerjaren investeringsbegroting
Bijlage 5 - Reserves en voorzieningen
Bijlage 6 - Overzicht formatie en loonkosten
Bijlage 7 - Deelfonds sociaal domein
Bijlage 8 - Verdeling toeristenbelasting
23
Begroting 2015
Hoofdstuk 2 Financile positie
24
25
Inleiding
In dit onderdeel van de begroting wordt inzicht gegeven in de uitkomst van de (meerjaren)begroting
2015, een overzicht van de baten en lasten 2015, ontwikkeling van de Algemene uitkering en het
verwacht verloop van de reserves en voorzieningen.
2.1 Uitkomst van de (meerjaren)begroting 2015
Hieronder volgt in grote lijnen een overzicht van het meerjarenperspectief 2014-2018, waarbij wij als
uitgangspunt het saldo van het onvoorzien na verwerking van alle begrotingswijzigingen 2014 hebben
gehanteerd. Deze begrotingswijzigingen worden u separaat aangeboden. Deze begrotingswijzigingen
betreffen met name: de verwerking van de septembercirculaire 2013 en de meicirculaire 2014, de
verwerking van het bereikte cao- akkoord, beschikbaarstelling van het budget voor handhaving in het
kader van de Drank- en Horecawet en extra communicatie hieromtrent en een aantal wijzigingen met
een relatief bescheiden omvang.
Begroting Begroting
in 2014 2015 2016 2017 2018
Geraamde resultaten (meerjaren)begroting 2014 - 2017 251.424 167.844 425.254 270.590
Begrotingswijzigingen 2014 - 2018 2.308 -171.433 -484.348 -584.024
Beschikbare ruimte na verwerking begrotingswijzigingen 253.732 -3.589 -59.094 -313.434 -536.643
Taakstelling Provincie opwaardering weerstandsvermogen -121.881
Beschikbare ruimte na taakstelling 253.732 -125.470 -59.094 -313.434 -536.643
Autonome ontwikkelingen:
Verhoging toeristenbelasting 100.000
Beschikbare ruimte na autonome ontwikkelingen 253.732 -125.470 -59.094 -313.434 -436.643
Aanpassingen coalitie-accoord:
Extra budget voor communicatie -25.000 -25.000 -25.000 -25.000
Onttrekking algemene reserve ten gunste van exploitatie 5.828
Opstellen ontwikkelvisie -25.000 -100.000 -100.000 -25.000
Uitvoering TROM-onderzoek -25.000
Jaarlijkse exploitatiebijdrage project Tonnenloods -100.000
Beschikbare ruimte na coalitie-accoord 203.732 -244.642 -184.094 -363.434 -561.643
Bezuinigingsvoorstellen:
Versimpeling vergunningverlening 15.000 30.000 30.000 30.000
Privatisering sportveld en -gebouw Hoorn 45.000 45.000 45.000
Sluiten CNL (2014 schatting frictiekosten) -200.000 229.642 246.009 245.386 129.394
Privatisering zwembad De Dbe 330.000 525.000
Facilitering basiszwemvoorziening -75.000 -75.000
Geraamde resultaten 3.732 0 136.915 211.952 92.751
Geraamde resultaten (meerjaren)begroting 2015 - 2018
Meerjarenraming
Begroting Begroting
in 2014 2015 2016 2017 2018
Geraamde resultaten (meerjaren)begroting 2015 - 2018 3.732 0 136.915 211.952 92.751
Geraamde resultaten (meerjaren)begroting 2014 - 2017 253.732 -3.589 -59.094 -313.434 -536.643
Verschil -250.000 3.589 196.009 525.386 629.394
Geraamde resultaten (meerjaren)begroting 2015 - 2018
Meerjarenraming
Om een vergelijking te kunnen maken tussen de begrotingsjaren 2014 en 2015, zijn in de tabel op de
volgende pagina de belangrijkste afwijkingen op een rijtje gezet (in deze tabel zijn enkel de verschillen
toegelicht boven 10.000). Deze verschillen bestaan enerzijds uit wijzigingen die voorvloeien uit de
begrotingswijzigingen 2014 en anderzijds uit de aanpassingen die in hoofdstukken 1.5 en 1.6 zijn
opgenomen en toegelicht.
26
Product Toevoeging Onttrekking Begroting Begroting
nummer Omschrijving product: Lasten Baten reserves reserves 2015 2014 na wijz Verschil
Programma 01 Burger en bestuur
01 Gemeenteraad en griffie 230.073 230.073 197.984 32.089
02 College en organisatie 1.384.421 1.384.421 1.284.340 100.081
Programma 02 Orde en veiligheid
08 APV/Bijzondere wetten 119.373 119.373 205.825 -86.452
Programma 03 Ruimte en wonen
11 Ruimtelijke ordening 300.047 300.047 232.230 67.817
15 Bouw- en woningtoezicht 390.563 209.199 181.364 263.347 -81.983
Programma 04 Natuur, landschap en milieu
21 Riolering 730.859 823.000 -92.141 -110.946 18.805
Programma 05 Economie, infrastructuur en
toerisme
22 Toerisme 409.729 41.000 50.000 318.729 594.109 -275.380
23 Wegen, straten en pleinen 1.188.988 49.334 1.139.654 1.051.406 88.248
27 Havens 629.843 443.834 233.512 102.220 317.301 261.863 55.438
Programma 06 Onderwijs
29 Algemeen onderwijsbeleid 166.021 20.250 145.771 177.994 -32.223
32 Openbaar onderwijs 2.115.889 1.690.365 425.524 149.114 276.410
33 Bijzonder basisonderwijs 26.557 26.557 88.854 -62.297
Programma 07 Samenleven
36 Inkomensvoorziening 624.085 419.530 204.555 245.906 -41.351
39 Toekenning individuele voorzieningen 209.011 66.346 142.665 309.744 -167.079
40 Sociale infrastructuur 2.046.783 29.736 262.823 2.279.870 358.405 1.921.465
Programma 09 Bedrijfsvoering
53 Automatisering 473.260 473.260 520.524 -47.264
54 Personeel en organisatie 217.000 217.000 178.000 39.000
57 Vastgoedregistratie 161.725 161.725 73.511 88.214
58 Administratie en ondersteuning 1.146.140 60.663 1.085.477 998.673 86.804
Programma 10 Financiering en belastingen
59 Financin algemeen 52.500 682.989 216.746 -413.743 -86.446 -327.297
60 Onroerende zaakbelasting 12.500 1.321.500 -1.309.000 -1.256.500 -52.500
62 Toeristen- en forensenbelasting 26.625 3.205.500 -3.178.875 -2.755.025 -423.850
90 Algemene uitkering gemeentefonds 6.337.283 -6.337.283 -6.954.990 617.707
91 Algemene uitkering deelfonds sociaal domein 1.760.436 -1.760.436 -1.760.436
Programma 11 Mutaties in reserves
99 Reserves 713.081 304.665 408.416 217.963 190.453
Verschillen jaarschijf 2015 t.o.v. begroting 2014 na wijziging
Toelichting verschillen jaarschijf 2015 (begroting) t.o.v. begroting 2014 na wijziging
(V= voordelig N= nadelig)
Product 01 Gemeenteraad en griffie
In verband met de definitieve aanstelling van de huidige griffier, vindt een uitbreiding van de
griffiefunctie plaats met 0,89 fte, naast de algemene salarisaanpassingen van 2,25% ( 63.600 N). Er
wordt van uitgegaan dat de nieuwe burgemeester in 2014 wordt benoemd ( 21.500 V). De
rekenkamer-commissie vervalt in 2015 omdat deze binnen het Waddenverband wordt ingevuld
( 10.000 V).
Product 02 College en organisatie
In 2014 is de voorziening verplichting voormalige bestuurders op de noodzakelijk geachte hoogte
gebracht als gevolg van het afscheid van wethouder Groeneveld ( 178.000 V). Tevens is de
ambtswoning van de burgemeester in 2014 verkocht ( 664.000 N). Het voorlopig resultaat is ten
gunste van de algemene reserve gebracht, ter dekking van de toekomstige kapitaallasten nieuwbouw
ambtswoning ( 550.000 V).
In 2014 en 2015 hebben tal van verantwoordingswijzigingen plaatsgevonden waaronder salariskosten
en doorberekende uren aan de organisatie, samen met de algemene salarisaanpassingen geeft dit
27
een nadeel van 170.000. Deze wijzigingen worden binnen andere producten gecompenseerd. De
reis- en verblijfkosten zijn structureel aangepast ( 10.000 N).
Product 08 APV/Bijzondere wetten
Voor communicatie in de uitvoering van de nieuwe Drank- en Horecawet is in 2014 een nmalig
budget toegekend ( 10.000 V). De versimpeling van vergunningverlening wordt in 2015 ter hand
genomen ( 15.000 V) en is als bezuinigingsvoorstel in deze begroting verwerkt. In 2015 wordt tot een
betere urenverantwoording gekomen ( 61.000 V).
Product 11 Ruimtelijke ordening
Het opstellen van de ontwikkelvisie wordt in fases in 2014 tot en met 2017, uitgevoerd ( 75.000 N).
In 2014 is een incidenteel budget opgenomen voor het opstellen van beheersverordeningen
( 10.000 V).
Product 15 Bouw- en woningtoezicht
In 2014 is de vergunningverlening en toezicht WABO overgedragen aan de FUMO ( 106.000 N), het
gevolg hiervan is dat er geen uren van de binnendienst meer worden toegerekend aan dit product
( 187.000 V).
Product 21 Riolering
In 2014 wordt uitvoering gegeven aan het vGRP. Mede hierdoor is de reserve omgezet in een
voorziening ( 200.000 N) en de heffing rioolbelasting met 17% verhoogd ( 119.000 V). In het vGRP
wordt eveneens anders omgegaan met investeringen ( 29.000 V). Mede door deze wijzigingen is er
in 2015 meer uit de voorziening gehaald ( 42.000 V).
Product 22 Toerisme
In 2014 is een nmalig budget voor uitvoering TROM-onderzoek opgenomen ( 25.000 V). De
gemeentelijke exploitatiebijdrage aan het CNL wordt in 2015 gestopt ( 230.000 V). In 2015 worden
de uren op basis van de werkelijkheid verdeeld ( 40.000 N). In 2014 is 56.000 (V) uitgegeven aan
subsidie projecten.
Product 23 Wegen, straten en pleinen
Door de geplande investeringen (zie bijlage 2) nemen de doorberekende geplande kapitaallasten toe
( 73.000 N), tevens worden de uren op basis van de nieuwe werkwijze verdeeld ( 21.000 N).
Product 27 Havens
Per saldo is de mutatie in de reserve havens in 2015 beduidend hoger ( 105.000 N). Het baggeren
wordt eens per 2 jaar uitgevoerd ( 93.000 V). De geplande investeringen zorgen voor hogere
kapitaallasten ( 67.000 N).
Product 29 - Algemeen onderwijsbeleid
In 2014 is voor de bouw van de Brede School ondersteuning ingehuurd ( 25.000 V).
Product 32 - Openbaar onderwijs
In 2015 vindt de overheveling van taken en budgetten voor aanpassingen in het onderhoud van
onderwijshuisvesting van gemeente naar de scholen plaats. De storting in de onderhoudsvoorziening
gebouwen vervalt daarmee ( 43.000 V) en de doeluitkering wordt nu vergoed aan het schoolbestuur
( 31.000 N). De nieuwbouw Brede School is in 2014 gerealiseerd. De hiermee samenhangende
kapitaallasten zijn door de realisatie gestegen ten opzichte van 2014 ( 292.000 N).
Product 33 - Bijzonder basisonderwijs
Ook voor dit product geldt het vorenstaande (product 32). De storting in de onderhoudsvoorziening
vervalt ( 42.000 V) en de kapitaallasten dalen ( 20.000 V) door de nieuwbouw Brede School,
28
doordat de kapitaallasten van de Brede school in totaliteit zijn opgenomen op het product 32 openbaar
onderwijs.
Product 36 - Inkomensvoorzieningen
Product 39 - Toekenning individuele voorzieningen
Product 40 - Sociale infrastructuur
Per 1 januari 2015 krijgt de gemeente er extra taken en verantwoordelijkheden bij in het sociaal
domein, namelijk jeugdzorg, aanpassingen AWBZ/WMO en de nieuwe participatiewet. In 2015 hebben
we deze extra taken samen met de algemene uitkering deelfonds sociaal domein voorlopig budgettair
neutraal in de begroting verwerkt ( 1.713.000 N). Een volledige uiteenzetting geven wij u in bijlage 7.
Product 53 Automatisering
Door samenwerking met andere gemeenten en de Waddeneilanden kunnen er betere keuzes
gemaakt worden in aanschaf en ondersteuning ICT ( 54.000 V).
Product 54 Personeel en organisatie
Vanaf 2015 is een budget beschikbaar gesteld voor invoering van de gesprekkencyclus en uitvoering
van de nieuwe bezoldigingsverordening ( 40.000 N).
Product 57 Vastgoedregistratie
Vanaf 2015 is een budget beschikbaar gesteld voor de implementatie van de Wet Basisregistratie
Grootschalige Topografie ( 47.000 N). De doorberekening van organisatie-uren wordt in 2015 reler
uitgevoerd ( 41.000 N).
Product 58 Administratie en ondersteuning
Ook voor dit product geldt dat de doorberekening van de organisatie-uren op een andere en betere
wijze wordt verantwoord ( 72.000 N).Voor communicatie is in 2014 in verband met speerpunten uit
het college programma is in 2014 een nmalig budget ter beschikking gesteld ( 10.000 V). In het
coalitie accoord is een structureel budget beschikbaar gesteld voor communicatie ( 25.000 N).
Product 59 Financin algemeen
Het saldo van de kostenverdeelstaat kapitaallasten en de bezuinigingsvoorstellen wordt ten gunste
van dit product gebracht ( 330.000 V).
Product 60 Onroerende zaakbelasting
De jaarlijkse tariefstijging van de OZB is voor woningen 5% ( 37.000 V) en niet-woningen 3%
( 16.000 V).
Product 62 Toeristen- en forensenbelasting
Het tarief voor de toeristenbelasting is conform de begroting 2014-2017 voor 2015 vastgesteld op
1,50 ( 427.000 V).
Product 90 Algemene uitkering
Bij het opstellen van de begroting 20152018:
zijn de effecten uit de septembercirculaire 2013 reeds verwerkt ( 360.000 N)
zijn de effecten uit de meicirculaire 2014 verwerkt ( 215.000 N)
zijn maatstaven geactualiseerd naar de huidige bekende gegevens ( 6.000 V)
is de bijstelling van de algemene uitkering 2013 in 2014 verwerkt ( 48.000 N)
Verderop in dit hoofdstuk wordt de ontwikkeling van de algemene uitkering voor het meerjarig
financieel perspectief toegelicht (2.1.4).
29
Product 91 Algemene uitkering deelfonds sociaal domein
Het deelfonds sociaal domein (2015: 1.760.436) wordt voor een periode van 3 jaar ingesteld (2015-
2017), het bevat integratie-uitkeringen ten behoeve van de nieuwe WMO, jeugdzorg en
Participatiewet. Terzake geldt een bestedingsplicht aan de taken, ofwel het geld is niet vrij
besteedbaar. Bij onderbesteding is reservering verplicht ( 263.000), zie toelichting programma 7
product 36, 39 en 40.
Extra lasten Extra baten
in Minder baten Minder lasten
01 Dekking nieuwbouw ambtswoning 550.000
04 Omzetting reserve riolering in voorziening 200.000
05 Dekking en storting haven 105.000
05 Dekking Tonnenloods uit reserve recreatie 50.000
07 Dotatie reserve deelfonds sociaal domein 263.000
10 Dotatie rente algemene reserve 6.000
10 Onttrekking algemene reserve ten gunste van exploitatie 5.800
10 Taakstelling Provincie 122.000
Totaal geraamd resultaat 746.000 555.800
Product 99 - Reserves
2.2 Overzicht van baten en lasten 2015
Bij de afzonderlijke programmas is een financieel overzicht van de baten en lasten per programma
opgenomen. In onderstaande tabel treft u een totaaloverzicht van alle programmas aan. Volgens de
financile verslagleggingregels dienen de mutaties in de reserves afzonderlijk in beeld te worden
gebracht. Daardoor ontstaan er twee exploitatiesaldos, namelijk een geraamd totaal saldo van baten
en lasten (voorheen geraamd resultaat voor resultaatbestemming) en een geraamd resultaat
(voorheen geraamd resultaat na resultaatbestemming).
Geraamd resultaat 2015
Saldo van Mutaties Geraamd
Omschrijving product: Lasten Baten baten en lasten reserves resultaat
Programma 01 Burger en bestuur 2.127.779 151.645 -1.976.134 -1.976.134
Programma 02 Orde en veiligheid 778.242 34.474 -743.768 -743.768
Programma 03 Ruimte en wonen 2.749.076 2.119.955 -629.121 -629.121
Programma 04 Natuur, landschap en milieu 2.031.586 1.608.082 -423.504 -423.504
Programma 05 Economie, infrastructuur en 2.516.365 573.551 -1.942.814 -81.292 -2.024.106
Programma 06 Onderwijs 3.867.842 3.151.389 -716.453 -716.453
Programma 07 Samenleven 3.284.039 730.312 -2.553.727 -262.823 -2.816.550
Programma 08 Cultuur en sport 1.190.857 203.585 -987.272 146.617 -840.655
Programma 09 Bedrijfsvoering 3.157.248 255.875 -2.901.373 -2.901.373
Programma 10 Financiering en belastingen 91.625 13.374.208 13.282.583 -210.918 13.071.665
Geraamd resultaat 21.794.659 22.203.076 408.416 -408.416 0
30
In de volgende diagrammen is de verdeling over de verschillende programmas in percentages weer
gegeven. De meerjarige baten en lasten zien er als volgt uit:
31
Meerjarenraming 2016 - 2018
2016 2017 2018
in Lasten Baten Lasten Baten Lasten Baten
Programma 01 Burger en bestuur 2.149.633 145.160 2.190.263 145.160 2.231.811 145.160
Programma 02 Orde en veiligheid 761.579 34.575 759.709 34.678 764.116 34.783
Programma 03 Ruimte en wonen 1.873.007 1.235.009 782.779 209.199 764.378 209.199
Programma 04 Natuur, landschap en milieu 2.140.262 1.729.916 2.159.959 1.739.146 2.189.823 1.746.312
Programma 05 Economie, infrastructuur en 2.479.863 579.474 2.427.705 585.521 2.617.882 585.521
Programma 06 Onderwijs 3.845.161 3.151.389 3.835.283 3.151.389 3.818.199 3.151.389
Programma 07 Samenleven 3.286.925 730.312 3.289.891 730.312 3.292.936 730.312
Programma 08 Cultuur en sport 1.139.915 206.786 709.562 43.565 706.735 43.565
Programma 09 Bedrijfsvoering 3.127.549 255.875 3.120.089 255.875 3.113.448 255.875
Programma 10 Financiering en belastingen 91.993 13.204.163 55.522 13.078.254 128.286 13.238.371
Totaal 20.895.887 21.272.659 19.330.762 19.973.099 19.627.614 20.140.487
Geraamd totaal saldo van baten en lasten 376.772 642.336 512.873
Mutaties in reserves -594.155 354.298 -574.722 144.338 -564.460 144.338
Geraamd resultaat 136.915 211.952 92.751
2.3 Algemene uitkering
De algemene uitkering uit het gemeentefonds van het Rijk vormt met een bedrag van ruim 6,3
miljoen in 2015 de grootste inkomstenbron van de gemeente Terschelling. Op grond van maatstaven
kan berekend worden welk bedrag de algemene uitkering voor een gemeente bedraagt. Doel van het
Rijk is een verdeling van de beschikbare financile middelen te realiseren die elk van de gemeenten in
staat stelt om hun inwoners een gelijkwaardig voorzieningenpakket tegen globaal gelijke belastingdruk
te kunnen leveren. Met de algemene uitkering krijgen gemeenten vrij besteedbare middelen
beschikbaar om zelf te beslissen welke taken worden verricht.
De algemene uitkering is bijgesteld met de gevolgen van de meicirculaire 2014 en de actualisatie van
een aantal maatstaven. Hieronder wordt op hoofdlijnen aan de hand van de financile tabel de
(verwachte) ontwikkeling van de algemene uitkering aangegeven.
Verloop algemene uitkering gemeentefonds
in 2014 2015 2016 2017 2018
Algemene uitkering 2014 - 2017 6.892.728 6.532.288 6.561.783 6.552.664 6.552.664
Meicirculaire 2014 en actualisatie maatstaven 14.626 -195.005 -393.573 -436.849 -497.424
Algemene uitkering 2013 47.636
Totaal 6.954.990 6.337.283 6.168.210 6.115.815 6.055.240
Neerw aartse bijstelling per jaar -617.707 -169.073 -52.395 -60.575
Verloop algemene uitkering deelfonds sociaal domein
in 2015 2016 2017 2018
377.877 395.925 384.925 373.858
1.039.990 1.025.202 990.518 996.702
342.569 322.002 302.034 286.251
Totaal 1.760.436 1.743.129 1.677.477 1.656.811
Vanaf 2018 w ordt het deelfonds sociaal domein overgeheveld naar het maatstavenstelsel van de algemene uitkering.
WMO nieuw takenpakket (AWBZ)
Jeugdzorg
Participatie
32
Totaal overzicht algemene uitkering
in 2014 2015 2016 2017 2018
6.954.990 8.097.719 7.911.339 7.793.292 7.712.051
2.4 Reserves en voorzieningen
Het eigen vermogen van een gemeente bestaat uit het totaal van de reserves. Daarnaast bestaan er
voorzieningen. Het belangrijkste verschil tussen een voorziening en een reserve is dat voorzieningen
verplicht gevormd moeten worden omdat daar op balansdatum al daadwerkelijke toekomstige
verplichtingen tegenover staan. Een reserve is vrij aanwendbaar. De raad is dan ook bevoegd de
bestemming van een reserve te wijzigen, dit geldt niet voor het wijzigen van de bestemming van een
voorziening. Daarnaast maken mutaties in voorzieningen deel uit van de resultaatbepaling (onderdeel
van geraamde totaal van baten en lasten) en mutaties in de reserves van de resultaatbestemming
(onderdeel van het geraamde resultaat). Voor een specificatie van de reserves en voorzieningen
verwijzen wij u naar bijlage 5.
Reserves
De reserves zijn onder te verdelen in de algemene reserve en in bestemmingsreserves. De algemene
reserve is in principe vrij besteedbaar. Onze gemeente heeft een deel van de algemene reserve
geblokkeerd welke dient als weerstandsvermogen.
Bestemmingsreserves zijn zoals de naam al zegt door de raad in het leven geroepen met een bepaald
doel. De saldi van deze reserves kunnen in principe door de raad worden herbestemd. Hierin schuilt
het risico dat de onderliggende activiteiten geen doorgang meer vinden of halverwege worden
stopgezet. In de bestemmingsreserves is een onderscheid te maken tussen een beklemd deel en een
niet beklemd deel. Op het beklemde deel van de bestemmingsreserves rusten vaak al meerjarige
verplichtingen. Dit geldt niet voor het onbeklemde deel van de bestemmingsreserves. Dat deel is
volledig beschikbaar om onverwachte incidentele tegenvallers in de begroting te kunnen opvangen
omdat deze reserves niet structureel zijn ingezet in de begroting. Over het algemeen betreft het
reserves met een spaar- en/of egalisatiemotief.
De reserves zullen zich in de komende jaren als volgt ontwikkelen:
Reservepositie per 1 januari
in 2014 2015 2016 2017 2018
Algemene reserve vrij besteedbaar 102.520 221.649 365.963 590.394
Algemene reserve geblokkeerd 2.519.308 3.059.636 3.151.425 3.245.968 3.343.347
Bestemmingsreserves (onbeklemd) 1.079.959 683.342 486.725 285.132 235.132
Bestemmingsreserves (beklemd) 5.843.852 5.870.633 6.264.749 6.604.258 6.974.784
Totaal 9.443.119 9.716.131 10.124.548 10.501.321 11.143.657
Hieronder zijn de mutaties in de algemene reserve opgesomd. Om aan de taakstelling van de
Provincie te kunnen voldoen en de algemene reserve op de door de raad vastgestelde norm voor het
weerstandsvermogen te brengen, wordt in 2015 een bedrag van 121.881 in de algemene reserve
gestort.
33
Overzicht mutaties algemene reserve
in 2014 2015 2016 2017 2018
Stand per 1 januari 2.519.308 3.162.156 3.373.074 3.611.931 3.933.741
Toevoeging:
Nieuwbouw ambtswoning 550.000
Rente 89.116 94.865 101.942 109.858 120.262
Taakstelling Provincie 121.881
Geraamd resultaat 3.732 0 136.915 211.952 92.751
Onttrekking:
Exploitatie -5.828
Stand per 31 december 3.162.156 3.373.074 3.611.931 3.933.741 4.146.754
Minimum benodigd weerstandsvermogen 3.059.636 3.151.425 3.245.968 3.343.347 3.443.647
Vrij besteedbaar 102.520 221.649 365.963 590.394 703.107
Vanaf 2015 voldoen we aan de norm voor het weerstandsvermogen.
De reserve riolering (onbeklemd) is in 2014 opgeheven en in het kader van het verbreed gemeentelijk
rioleringsplan (vGRP) is het saldo van 200.000 in de voorziening riolering gestort.
In 2014 is in het BBV de verplichting toegevoegd om een overzicht op te nemen van de beoogde
structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves. Wij verwijzen u naar bijlage 2.
Voorzieningen
In het licht van gezonde gemeentefinancin is het van belang dat de voorzieningen voldoende op peil
zijn, zodat de gemeente in de komende periode aan haar verplichtingen kan voldoen. Voorzieningen
zijn onder te verdelen in voorzieningen gevormd uit middelen van derden waaronder rijksbijdragen,
voorzieningen in verband met concrete verplichtingen zoals voor pensioenen en wachtgelden en
voorzieningen waaraan een meerjarig onderhoudsplan gekoppeld is (voorbeelden: onderhoud wegen
en onderhoud gebouwen). Bij een voorziening die gevormd is op basis van een beheerplan is het
beheerplan leidend voor de hoogte van de uitgaven en de hoogte van de voorziening.
34
De meerjarige ontwikkeling van de voorzieningen ziet er als volgt uit:
Voorzieningen per 1 januari
in 2014 2015 2016 2017 2018
Verplichtingen, verliezen en risico's 1.240.586 1.418.344 1.418.344 1.418.344 1.418.344
Onderhoudsvoorzieningen (egalisatie) 545.925 281.260 132.379 99.205 34.960
Door derden beklemd 743.121 743.121 743.121 743.121 743.121
Totaal 2.529.632 2.442.725 2.293.844 2.260.670 2.196.425
De omvang van de voorzieningen per 1 januari 2014 tot 1 januari 2018 loopt terug met ruim
300.000 ondanks het feit dat in 2014 een bedrag van 177.758 voor wachtgeldverplichtingen in de
voorziening verplichting voormalige bestuurders is gestort. Hieronder wordt het verloop weer gegeven
van de onderhoudsplannen voor wegen en paden, riolering en gemeentelijke gebouwen.
Per 1 januari 2018 is de hoogte van de onderhoudsvoorzieningen als volgt:
Onderhoudsvoorzieningen per 1 januari
in 2014 2015 2016 2017 2018
Wegen en paden 126.964 172.284 155.512 84.178 13.473
Riolering -1.988 42.732 39.238 2.864
Gebouwen 418.961 106.988 19.599 54.265 24.351
Totaal 545.925 277.284 217.843 177.681 40.688
De voorziening riolering is conform het vGRP-plan en zal in de komende jaren toenemen. De
voorzieningen onderhoud gebouwen en onderhoud wegen en paden komen vrijwel op een nulpunt en
zullen in de komende jaren worden geactualiseerd dan wel herzien. Op basis van deze actualisatie zal
worden beoordeeld of in de komende jaren additionele stortingen aan de onderhoudsvoorzieningen
moeten plaatsvinden. Deze stortingen zullen dan moeten plaatsvinden ten laste van het onvoorzien.
35
Begroting 2015
Hoofdstuk 3 Programmaplan
36
37
Inleiding In dit hoofdstuk treft u een overzicht aan van de voorgenomen activiteiten per programma. Een programma is een samenhangende verzameling van activiteiten, voorzieningen en producten. In een programma wordt inzicht geboden in: a. de te realiseren doelstellingen; b. de wijze waarop de beoogde maatschappelijke effecten dienen te worden bereikt; en c. de verwachte baten en lasten. Een algemene opmerking bij de bedragen: wanneer er een min teken voor het bedrag staat gaat het
om een voordeel of opbrengst. Per programma wordt allereerst de financile planning van de
meerjarenbegroting gegeven. In de meerjarenbegroting is de ontwikkeling van het geraamde resultaat
van het jaar 2014 tot en met 2018 te volgen. De geraamde resultaten van deze jaren kunnen van
elkaar verschillen, bijvoorbeeld door een trendmatige verhoging van salariskosten, maar er kunnen
zich ook grotere incidentele verschillen voordoen in de geraamde resultaten. Om dit inzichtelijk te
krijgen, is er ieder jaar een vergelijking gemaakt met het vorige jaar. Het geraamde resultaat van een
voorgaand jaar wordt in mindering gebracht van het desbetreffende jaar. De verschillen ten opzichte
van twee opeenvolgende jaren wordt duidelijk in de paragraaf x.1.1 Verschillen in financile planning
per jaarschijf. Per product is daar te zien wat de afwijking is. Omdat hier enkel cijfers zijn
weergegeven, heeft het meerwaarde om een tekstmatige verklaring te geven van de afwijkingen. Dit is
te vinden in de paragraaf x.1.3 Toelichting op de afwijkingen per jaarschijf. Deze tekstmatige
verklaring wordt gegeven voor afwijkingen van een bedrag van 10.000 of hoger.
Met ingang van dit jaar wordt door middel van een vergelijking tussen twee begrotingsjaren een
verklaring gegeven voor afwijkingen. Daarom wordt hier programma 2 als voorbeeld gegeven zodat
het duidelijkheid schept hoe de programmas gelezen moeten worden.
Voorbeeld programma 2 Orde en veiligheid:
Meerjarenraming programma Rekening
2013
Begroting
2014 na
wijziging
Begroting
2016
Begroting
2017
Begroting
2018
PRODUCT: Lasten Baten Saldo
07 VEILIGHEID EN OPENBARE ORDE 68.383 83.148 82.743 82.743 83.847 84.668 85.507
08 APV/BIJZONDERE WETTEN 172.021 205.825 119.373 119.373 106.248 108.166 110.127
09 RAMPENBESTRIJDING 31.963 57.263 86.858 -30.000 56.858 58.295 59.765 61.267
10 BRANDWEER 445.002 490.975 489.268 -4.474 484.794 478.613 472.432 472.432
SALDO 717.369 837.211 778.242 -34.474 743.768 727.003 725.031 729.333
99 MUTATIES RESERVES
SALDO 717.369 837.211 778.242 -34.474 743.768 727.003 725.031 729.333
Lasten 2.577.036 871.566 778.242 761.578 759.709 764.116
Baten -1.859.667 -34.355 -34.474 -34.575 -34.678 -34.783
TOTAAL 717.369 837.211 743.768 727.003 725.031 729.333
Begroting 2015
3.2.1 Financile planning
2015-2014 2016-2015 2017-2016 2018-2017
07 VEILIGHEID EN OPENBARE ORDE -405 1.104 821 839
08 APV/BIJZONDERE WETTEN -86.452 -13.125 1.918 1.961
09 RAMPENBESTRIJDING -405 1.437 1.470 1.502
10 BRANDWEER -6.181 -6.181 -6.181 0
TOTAAL PROGRAMMA -93.443 -16.765 -1.972 4.302
3.2.2 Verschillen in financile planning per jaarschijf
38
2015-2014 2016-2015 2017-2016 2018-2017
Algemene verschillen op programma niveau:
Doorberekende uren binnendienst, teamleiders en buitendienst -62.262 4.416 4.209 4.302
Verschillen op product niveau:
08 - Incidenteel budget communicatie betreffende de Drank- en Horeca Wet -10.000
08 - Bezuinigingsvoorstel versimpeling vergunningverlening -15.000 -15.000
Overige verschillen programma -6.181 -6.181 -6.181
TOTAAL VERSCHILLEN OP PROGRAMMA NIVEAU -93.443 -16.765 -1.972 4.302
3.2.3 Toelichting op de verschillen per jaarschijf
Hoofdstuk 2 2014 2015 2015-2014
3.2.1 Financile planning 837.221 743.768
3.2.2 Verschillen -93.443 (= 743.768 837.221)
3.2.3 Toelichting Incidenteel budget communicatie betreffende Drank- en Horeca Wet Bezuinigingsvoorstel versimpeling vergunningverlening Overige verschillen op programmas
-10.000 -15.000 -6.181
In 2014 wordt 10.000 meer uitgegeven op de post incidenteel budget dan in 2015. Dus ten opzichte van 2014 is deze post met 10.000 minder belast. (wanneer er een min teken voor een bedrag staat, betekent dat in dit hoofdstuk een voordeel/opbrengst)
2014 10.000
2015 0
Door het bezuinigingsvoorstel in 2015 moet deze post 15.000 opleveren ten opzichte van 2014. (wanneer er een min teken voor een bedrag staat, betekent dat in dit hoofdstuk een voordeel/opbrengst)
2014 0
2015 -15.000
Dit is een totaal van verschillende kleine bedragen. Ten opzichte van 2014 wordt in 2015 6.181 minder uitgegeven.
Na de weergave van de financile gegevens wordt beschreven wat we willen bereiken, wat we daarvoor doen, wat we daarvoor nog meer gaan doen en wat het mag kosten, oftewel de 4 Ws. Het programmaplan gaat over de volgende 11 programmas: Beleidsprogrammas 1. Burger en bestuur 2. Orde en veiligheid 3. Ruimte en wonen 4. Natuur, landschap en milieu 5. Economie, infrastructuur en toerisme 6. Onderwijs 7. Samenleven 8. Cultuur en sport 9. Bedrijfsvoering Algemene dekkingsmiddelen 10. Financiering en belastingen Mutaties in de reserves 11. Mutaties in de reserves Algemeen
In de begroting van 2014 is een groot aantal grootboekrekeningen (economische categorien)
aangepast, aangegeven door het CBS. Het gaat in deze programmabegroting te ver om al deze
verschuivingen/wijzigingen per programma en product te vermelden als afwijking. Per saldo betreffen
dit verschuivingen tussen programmas en producten. Het totaalbedrag aan kapitaallasten en
salariskosten is uiteraard gelijk gebleven. Deze wijzigingen worden per programma vermeld als
algemene verschillen op programmaniveau en worden niet verder toegelicht.
Het betreft de volgende posten:
Salarissen
Kapitaallasten exploitatie en geplande investeringen
Doorberekende uren binnendienst, teamleiders en buitendienst
39
3.1 Programma 1- Burger en bestuur
Meerjarenraming programma Rekening
2013
Begroting
2014 na
wijziging
Begroting
2016
Begroting
2017
Begroting
2018
PRODUCT: Lasten Baten Saldo
01 GEMEENTERAAD EN GRIFFIE 176.689 197.984 230.073 230.073 234.764 239.560 244.464
02 COLLEGE EN ORGANISATIE 1.821.191 734.340 1.384.421 1.384.421 1.404.825 1.434.888 1.465.629
05 PUBLIEKSZAKEN 84.665 102.359 318.669 -151.645 167.024 170.268 176.039 181.942
06 SAMENWERKING 179.335 199.664 194.616 194.616 194.616 194.616 194.616
SALDO 2.261.881 1.234.347 2.127.779 -151.645 1.976.134 2.004.473 2.045.103 2.086.651
99 MUTATIES RESERVES 550.000
SALDO 2.261.881 1.784.347 2.127.779 -151.645 1.976.134 2.004.473 2.045.103 2.086.651
Lasten 2.394.204 2.034.787 2.127.779 2.149.633 2.190.263 2.231.811
Baten -132.324 -800.440 -151.645 -145.160 -145.160 -145.160
TOTAAL 2.261.881 1.234.347 1.976.134 2.004.473 2.045.103 2.086.651
Begroting 2015
3.1.1 Financile planning
2015-2014 2016-2015 2017-2016 2018-2017
01 GEMEENTERAAD EN GRIFFIE 32.089 4.691 4.796 4.904
02 COLLEGE EN ORGANISATIE 650.081 20.404 30.063 30.741
05 PUBLIEKSZAKEN 64.665 3.244 5.771 5.903
06 SAMENWERKING -5.048 0 0 0
TOTAAL PROGRAMMA 741.787 28.339 40.630 41.548
3.1.2 Verschillen in financile planning per jaarschijf
2015-2014 2016-2015 2017-2016 2018-2017
Algemene verschillen op programma niveau:
Salariskosten -257.635 16.699 17.074 17.458
Verloop kapitaallasten -5.882 -27 -27 -26
Doorberekende uren binnendienst, teamleiders en buitendienst 566.347 23.068 23.583 24.116
Verschillen op product niveau:
01 - Incidentele kosten voor vacature burgemeester en kosten commissies in 2014 -21.500
01 - Rekenkamerfunctie loopt vanaf 2015 via De Waddeneilanden -10.000
02 - Incidentele toevoeging aan voorziening wachtgeld -177.758
02 - Incidentele verkoopopbrengst ambtswoning 664.280
Overige verschillen programma -16.065 -11.401
TOTAAL VERSCHILLEN OP PROGRAMMA NIVEAU 741.787 28.339 40.630 41.548
3.1.3 Toelichting op de verschillen per jaarschijf
De voormalige ambtswoning is in juni 2014 verkocht. De bouw van de nieuwe ambtswoning staat gepland voor het jaar 2014 - 2015.
40
3.1.4 De 4 ws Burgers en bestuur
Communicatie en burgerparticipatie
Wat willen we bereiken? Wat doen we daarvoor al?
- De gemeente is er voor de burgers: de dienstverlening wordt eigentijds en efficint vorm gegeven, dus ook waar realiseerbaar digitaal. Verbetering van de communicatie zal hierin nadrukkelijk aandacht krijgen. De specifieke loketfuncties voor ondernemers, zorg en duurzaamheid moeten dit jaar operationeel worden. - De besluitvorming in de raad moet zodanig worden ingericht dat (organisaties van) burgers vroegtijdig in het proces invloed kunnen hebben op de planvorming van de gemeente (burgerparticipatie). De gemeente maakt plannen in principe dus in samenspraak met inwoners, ondernemers en instellingen en zoekt op voorhand naar draagvlak bij belanghebbenden. - Er zal een gezamenlijke visie op interactieve beleidsvorming worden geformuleerd; hiertoe zal met ondersteuning van de griffie een concept worden opgesteld, dat met preadvies van het College, ter besluitvorming aan de gemeenteraad wordt voorgelegd. Immers vanuit het besef dat de toekomst gezamenlijk moet worden vormgegeven is het nodig dat er, op basis van respect en onderling vertrouwen, naar elkaar wordt geluisterd en de dialoog wordt aangegaan. Inwoners hebben het gemeentebestuur veel te bieden: expertise, vaardigheden, inzet, tijd. De gemeente staat daarom open voor initiatieven uit de samenleving.
- Basis voor onze dienstverlening is de visie die daarvoor in 2007 is geschreven. Daarbij is het uitgangspunt dat de Publieksbalie functioneert als een communicatieknooppunt voor burgers met de ambtelijke organisatie en het bestuur. Daarbij is een verdere digitalisering, in nauwe samenwerking met de andere eilanden en de gemeente Leeuwarden van groot belang. Er zal voortdurend een afweging moeten worden gemaakt tussen verdere automatiseringsslagen die worden voorgeschreven door hogere overheden en de minimumomvang van te digitaliseren processen in relatie tot onze omvang en schaal.
- Een specifieke loketfunctie voor duurzaamheid is inmiddels operationeel. - Daarnaast wordt geprobeerd de overige dienstverlening voortdurend aan te passen aan de eisen van deze tijd zoals bijvoorbeeld door middel van een verruiming van de huwelijksfaciliteiten binnen onze gemeente.
- In juni 2014 heeft een eerste bijeenkomst met de bevolking plaatsgevonden waarin het college met de aanwezigen een discussie heeft gevoerd over de prioritering van verschillende onderwerpen in de komende raads- en collegeperiode.
Wat gaan we daarvoor (nog meer) doen? Wat gaat dat extra kosten?
- In het kader van een verdere doorontwikkeling van de Publieksbalie naar een Klantcontactcentrum (KCC) zal in het najaar van 2014 een projectgroep worden ingericht die zich met name zal moeten richten op deze doorontwikkeling. Hierin zal ook het reeds functionerende energieloket moeten worden ingebed en zullen voorstellen moeten worden opgenomen over een ondernemersloket en een zorgloket. Aan het zorgloket wordt inmiddels de nodige aandacht besteed binnen de verschillende gremia die zich bezighouden met de inrichting van het Sociaal Domein. Het is daarbij van belang om de dienstverlening voor deze groepen op een zo toegankelijk mogelijke wijze te integreren in de totale publieksdienstverlening.
41
- We moeten constateren dat binnen onze organisatie vaak de kennis ontbreekt om een vertaling te maken van de producten en de informatie die we digitaal willen aanbieden naar een digitale structuur. Het is daarvoor van belang dat er op structurele basis een zogenaamde webmaster kan worden ingezet.
- In het kader van interactieve beleidsvorming en burgerparticipatie wordt op dit moment gewerkt aan een concrete uitwerking van deze plannen in nauwe samenwerking met een externe communicatiedeskundige.
- De kosten van een webmaster bedragen op jaarbasis circa 30.000 (0,5 fte). Deze formatieve ruimte is op dit moment nog niet in de salarisbegroting opgenomen. De directie gaat ervan uit dat deze kosten uit het totale salarisbudget kunnen worden gedekt als gevolg van natuurlijk verloop binnen de organisatie.
- Voor communicatie is vanaf 2015 een structureel budget van 25.000 opgenomen.
42
Zelfstandigheid
Wat willen we bereiken? Wat doen we daarvoor al?
- We willen als eilandgemeenschap over onze eigen toekomst gaan. Een zelfstandig bestuur dat wil zeggen met eigen regie op leefbaarheid, economie, financin, duurzaamheid, landschap en natuur. Met het oog op het behoud van de gemeentelijke zelfstandigheid moet de gemeente in ieder geval financieel gezond zijn, publiekstaken adequaat uitvoeren en een goede basisdienstverlening op het eiland in stand houden.
- De gemeente neemt de komende raadsperiode zelf het initiatief om, door middel van een onderzoek, een reel beeld te krijgen van de kansen hoe zelfstandig te blijven.
- We willen samen met de Waddeneilanden aan robuuste en duurzame oplossingen werken, waarbij ook nadrukkelijk andere gemeenten en organisaties in beeld zijn.
- Er wordt stevig op ingezet om de naleving van de Waddentoets blijvend te bevorderen, met name bij de rijksoverheid.
- Tijdens het organisatieonderzoek dat een aantal jaren geleden is uitgevoerd zijn de genoemde elementen uitgangspunt geweest voor de vormgeving van de huidige organisatie. Daarbij is geconcludeerd dat het gezien de omvang van onze organisatie de vraag is of we alle basistaken zelf moeten blijven uitvoeren of die in regie moeten onderbrengen bij andere organisaties. Hierin zijn inmiddels voor een aantal taken al keuzes gemaakt, bijvoorbeeld bij het uitbesteden van de afvalinzameling aan Omrin, het uitbesteden van de ICT-taken aan de gemeente Leeuwarden en de VTH-taken op het gebied van de WABO aan de FUMO. Ook in de toekomst zullen wij voortdurend afwegingen moeten maken of uitbesteding van bepaalde taken noodzakelijk zal om op termijn onze zelfstandigheid te borgen. Daarbij is overigens het uitgangspunt dat de publieksdienstverlening op het eiland of via de digitale weg laagdrempelig bereikbaar blijft. - Reeds een aantal jaren wordt samengewerkt binnen het samenwerkingsverband VAST en sinds 1 januari 2014 het samenwerkingsverband De Waddeneilanden. Naar verwachting zal eind 2014 een evaluatie van de samenwerking plaatsvinden.
- De naleving van de Waddentoets wordt voortdurend bewaakt door het samenwerkingsverband De Waddeneilanden. Indien deze niet wordt nageleefd wordt hierop door het samenwerkingsverband actie ondernomen.
Wat gaan we daarvoor (nog meer) doen? Wat gaat dat extra kosten?
- Het college stelt voor om samen met de gemeenteraad een plan op te stellen om een onderzoek te laten uitvoeren naar de mogelijkheden om zelfstandig te blijven. Het voorstel is dit onderzoek in 2015 te laten uitvoeren.
- Op basis van de verwachte evaluatie die eind 2014 zal plaatsvinden naar de samenwerking binnen De Waddeneilanden zullen verdere vervolgstappen moeten worden bepaald over de wijze van samenwerking binnen dit verband.
- Op dit moment zijn de kosten van een dergelijk onderzoek nog niet in te schatten omdat deze sterk afhankelijk zijn van de omvang en diepgang van een dergelijk onderzoek. Op het moment dat hierover nadere duidelijkheid bestaat zal het college de financile gevolgen daarvan voorleggen aan de gemeenteraad. Daarnaast kan dit betekenen dat er een behoorlijk beslag op interne uren wordt gelegd.
43
3.2 Programma 2- Orde en veiligheid
Meerjarenraming programma Rekening
2013
Begroting
2014 na
wijziging
Begroting
2016
Begroting
2017
Begroting
2018
PRODUCT: Lasten Baten Saldo
07 VEILIGHEID EN OPENBARE ORDE 68.383 83.148 82.743 82.743 83.847 84.668 85.507
08 APV/BIJZONDERE WETTEN 172.021 205.825 119.373 119.373 106.248 108.166 110.127
09 RAMPENBESTRIJDING 31.963 57.263 86.858 -30.000 56.858 58.295 59.765 61.267
10 BRANDWEER 445.002 490.975 489.268 -4.474 484.794 478.613 472.432 472.432
SALDO 717.369 837.211 778.242 -34.474 743.768 727.003 725.031 729.333
99 MUTATIES RESERVES
SALDO 717.369 837.211 778.242 -34.474 743.768 727.003 725.031 729.333
Lasten 2.577.036 871.566 778.242 761.578 759.709 764.116
Baten -1.859.667 -34.355 -34.474 -34.575 -34.678 -34.783
TOTAAL 717.369 837.211 743.768 727.003 725.031 729.333
Begroting 2015
3.2.1 Financile planning
2015-2014 2016-2015 2017-2016 2018-2017
07 VEILIGHEID EN OPENBARE ORDE -405 1.104 821 839
08 APV/BIJZONDERE WETTEN -86.452 -13.125 1.918 1.961
09 RAMPENBESTRIJDING -405 1.437 1.470 1.502
10 BRANDWEER -6.181 -6.181 -6.181 0
TOTAAL PROGRAMMA -93.443 -16.765 -1.972 4.302
3.2.2 Verschillen in financile planning per jaarschijf
2015-2014 2016-2015 2017-2016 2018-2017
Algemene verschillen op programma niveau:
Doorberekende uren binnendienst, teamleiders en buitendienst -62.262 4.416 4.209 4.302
Verschillen op product niveau:
08 - Incidenteel budget communicatie betreffende de Drank- en Horeca Wet -10.000
08 - Bezuinigingsvoorstel versimpeling vergunningverlening -15.000 -15.000
Overige verschillen programma -6.181 -6.181 -6.181
TOTAAL VERSCHILLEN OP PROGRAMMA NIVEAU -93.443 -16.765 -1.972 4.302
3.2.3 Toelichting op de verschillen per jaarschijf
44
3.2.4 De 4 ws Orde en veiligheid
Veiligheidsbeleid
Wat willen we bereiken? Wat doen we daarvoor al?
- Het veiligheidsbeleid vraagt onverminderde bestuurlijke aandacht. De openbare orde en veiligheid kent vanwege de gesoleerde ligging een aantal specifieke kenmerken die het noodzakelijk maken dat bij regionale instanties permanent aandacht voor de eilandsituatie gevraagd wordt. Dat geldt niet in het minst voor de veiligheidsregio voor wat betreft rampenoefeningen en scholing.
- Orde en veiligheid is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van zowel gemeente als bedrijfsleven en samenleving. - Het huidige lik-op-stukbeleid wordt gecontinueerd.
- Er is veiligheidsbeleid dat is afgestemd met de Veiligheidsregio op de specifieke situatie op de eilanden. Daarin wordt zoveel mogelijk in Waddenverband gezamenlijk opgetrokken.
- Samen met de ondernemers wordt nachtbewaking ingezet in de zomermaanden.
Wat gaan we daarvoor (nog meer) doen? Wat gaat dat extra kosten?
- Blijvende bestuurlijke aandacht voor veiligheidsbeleid.
- Vooralsnog zijn hiervoor geen extra lasten te verwachten.
Handhaving
Wat willen we bereiken? Wat doen we daarvoor al?
- Alle handhavingsprojecten worden begeleid door brede en heldere communicatie over motieven, doelen en wat wel en niet is toegestaan.
- Het huidige beleid wordt gecontinueerd conform de vigerende wet- en regelgeving. In daarvoor in aanmerking komende gevallen zal gebruik worden gemaakt van mediation, waardoor langdurige juridische procedures wellicht kunnen worden voorkomen. - De gemeentelijke prioriteit is in eerste instantie gericht op tegengaan en terugdringen van leegstand en recreatief gebruik van woonhuizen.
- De lopende programmatische handhaving (bijgebouwen bij recreatiewoningen) wordt voortgezet. Bij de vaststelling van het eerstvolgende handhavingsjaarprogramma stelt de gemeenteraad, rekening houdend met de financile ruimte, nadere prioriteiten.
- Op dit moment is reeds een aantal langlopende handhavingszaken via mediation opgelost. - Een beleidsnotitie onrechtmatige bewoning bestaat al en is vastgesteld. Er is inmiddels opdracht verstrekt tot een inventarisatie van de betreffende gevallen.
Wat gaan we daarvoor (nog meer) doen? Wat gaat dat extra kosten?
- In het voorjaar van 2015 presenteert het college een voorstel aan de gemeenteraad gericht op deregulering. Zo zal de APV worden doo
Top Related