Zesentwintigste les

Click here to load reader

download Zesentwintigste les

of 6

Transcript of Zesentwintigste les

  1. 1. Welkom in de zesentwintigste les!
  2. 2. Sommige boeken kan ik in de bibliotheek vinden. Andere moet ik kopen. Enkele studenten hebben de les niet begrepen. Enkelen hebben de les niet begrepen. Hij heeft honderden boeken. Hij heeft weinig vrienden. De weinige vrienden die hij heeft, ziet hij niet zo vaak. OPGELET! 1. zelfstandig onbepaald telwoord + -en bij een persoon 2. honderden, duizenden, miljoenen altijd + -en 3. veel, weinig + onbepaald substantief vele, weinige + bepaald substantief Onbepaalde telwoorden
  3. 3. Hij zit een boek te lezen. Zij loopt de hele dag te zingen. Dit formulier hoef je niet in te vullen. Bert heeft Jennifer niet gevraagd naar Leuven te komen. Hij lijkt niet gemakkelijk over zijn gevoelens te praten. Bert heeft besloten in de winkel van Elly te gaan werken.OPGELET! 1. zitten, liggen, staan, hangen, lopen 2. hoeven 3. denken, vragen, zeggen, lijken, schijnen, beslissen, besluiten, beginnen, proberen, beloven, vergeten Werkwoorden + te + infintief
  4. 4. Je kunt morgen niet naar de les komen. Hij zal volgend jaar niet meer in Belgi wonen. Ga je dat allemaal alleen doen? Ik hoor hem op zijn gitaar spelen. De moeder voelt de baby in haar buik bewegen. Ik zie de trein het station binnenrijden. OPGELET! 1. kunnen, willen, mogen, moeten, zullen 2. gaan, komen, blijven, laten 3. zien, horen, voelen Werkwoorden + infintief
  5. 5. Jennifer komt naar Belgi om Bert te helpen. Ik werk hard om een verre reis te kunnen maken. Het is niet gemakkelijk (om) een goede moeder te zijn. Hij is veel te zacht om te vechten. Bert is oud genoeg om zijn eigen leven te organiseren. OPGELET! 1. om te kan een doel uitdrukken 2. na een adjectief volgt vaak om te om zal vaak wegvallen om blijft bij te + adjectief of adjectief + genoeg Om te + infintief
  6. 6. We zijn er bijna! Studeer goed!