Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest!...

45
2de jaar lerarenopleiding lager onderwijs 2010 Muzisch eindwerk Applaus Louise Van de Laer Vanessa Knudde Liesbeth Kubben Dirk bogaert ~Elke Bernaerts

Transcript of Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest!...

Page 1: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

2de jaar lerarenopleiding lager onderwijs

2010

Muzisch eindwerkApplaus

Louise Van de LaerVanessa KnuddeLiesbeth Kubben

D i r k b o g a e r t ~ E l k e B e r n a e r t s

Page 2: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

Inhoudstafel

2

Page 3: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

Motivering van het thema

Applaus is een thema dat niet zo voor de hand liggend is. We hebben gekozen om het thema op te delen in de eerste, tweede en derde graad, zo kunnen we aangepaste werkvormen gebruiken en aansluiten bij hun interesses en bij hun leefwereld.

In de eerste graad werken we rond circus. Dit sluit dicht aan bij hun leefwereld doordat er op Ketnet steeds een programma is over kinderen die in een circus willen geraken. Deze map bestaat uit een lessenpakket waarin de leerlingen kunnen meedoen aan allerlei opdrachten om echte clowns te worden in het circus.

In de tweede graad werken we een hoekenwerk uit rond applaus. Dit gaat van applaudisseren tot schimmenspel met handen.

In de derde graad gaan we naar iets toe werken. Ze gaan een opvoering in elkaar steken dat ze aan heel de school kunnen tonen. Dit gaat van reclame maken tot muziek kiezen en de opvoering zelf.

3

Page 4: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

1. Achtergrondinformatie

1.1. Eerste graad

1.1.1. Ontstaan bij Romeinse renbanen

We kunnen vaststellen dat circus een oeroude kunst is. Tekeningen en gravures uit Egypte en China van 2000 jaar voor onze tijdrekening tonen acrobaten, koorddansen en jongleurs.

Het woord circus komt uit het latijn en betekent letterlijk cirkel. De romeinen gebruikten deze naam voor hun renbanen waar zij wagenrennen hielden. Het waren langwerpige banen met in het middenn een lange muur die aan de uiteinden halfronde palen had, waaromheen de wagens de bocht moesten nemen. Het ging hier om een gevechtsspektakel; dit was voor de Romeinen een manier om het publiek te vermaken. Aan weerszijden van de baan waren tribunes voor de toeschouwers. Sommige van deze Romeinse renbanen zijn bewaard gebleven. In Rome is de bekendste renbaan te bezichtigen: circus Maximus met 400 000 plaatsen.

1.1.2. Rennaissance: bloei van de circusparade

De circusparade bereikte haar maximale bloei in het Italië van de Rennaissance. Deze parades bestonden uit ingewikkelde machines, praalwagens, draaidende bollen en schepen vol zingende engeltjes. Ze zweefden door de straten van Firenze en Milaan. Een andere Italiaanse bijdrage tot het circus zoals wij het nu kennen, is de clown. In het straattheater van de commedia dell’arte werden een aantal clowneske figuren ten tonele gevoerd.

1.1.3. 18 de eeuw: Philip Astley

In Europa introduceert de Engelse onderofficier Philip Astley op het einde van de 18de eeuw circus in de vorm zoals we die nu kennen. Hij vertoonde toen zijn kunsten op paarden ( paardenendressuur en arcrobatie) in een piste met een tribune eromheen. Later liet hij zelfs een permanent gebouw maken en nodige zangers, dansers en clowns uit om tussen de paardennummers op te treden. In 1744 ging met zijn circus naar Parijs en had daar veel succes. De circustradietie was geboren.

1.1.4. 19 de eeuw

In de 19de eeuw ontstonden er in Engeland en Frankrijk overal circussen. Vaak waren het complete families die een eigen circus oprichtten en hiermee hun brood probeerden te verdienen. De circustraditie waaide ook over naar Amerika. Daar ontstonde het eerste rondreizende tentcircus rond 1830. Hier werden wilde dieren, zoals leeuwen en tijgers, in het circusprogramma geïntrodueerd. In Europa speelden de circussen tot 1850 in vaste gebouwen. Men bouwde houten constructies. Doordat de eerste gezelschappen hun circussen en hun gebouwen ter plaatse zelf moeten optrekken, waren de eerste circusspektakels vele jaren een privilege van de grote steden. Pas later, toen de circustenten in gebruik werden genomen werden de circussen mobieler en konden ze ook kleinere steden en dorpen aandoen. Pas rond 1990 hadden de Europese circussen de Amerikaanse circusttent ontdekt.

4

Page 5: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

1.1.5. Hedendaags circus

Wie tegenwoordig naar een circusvoorstelling gaat, krijgt de verschillende acts te zien. Er zijn acrobaten, jongleurs, koorddansers, clowns, goochelaars en nummers met dieren. In een grote tent is in het midden een ronde piste waar zand ligt. Daaromheen zijn de tribunes voor het publiek. Een orkestje begeleidt de verschillende acts, van tromgeroffel tijdens de spannende momenten tot een vrolijk melodietje tussen de acts door. Er kan ook moderne muziek of popmuziek gebruikt worden om de nummers te begeleiden. Aspecten zoals drama, kostuums, muziek en decor krijgen steeds meer belang. Circussen trekken nu wel minder van dorp tot dorp. De meer gekende en moderne circusgezelschappen zijn vooral te zien op festivals. In de vrije tijds- en opvoedingssector ontstaat ook de belangstelling voor circusvaardigheden en circusspel. Circusscholen worden opgericht. Kinderen, jongeren en volwassenen leren in hun vrije tijd circusvaardigheden aan en creëren circusvoorstellingen. Ook het onderwijs heeft de opvoedkundige waarde voor circus ontdekt.

1.1.6. Circus (cultuur)

Met een circus wordt gewoonlijk een reizend gezelschap bedoeld dat optreedt in een grote tent en bestaat uit verschillende optredens van acrobaten, jongleurs, clowns, dierentemmers (van leeuwen, tijgers, olifanten) en soms ook goochelaars.

Er zijn ook circussen die niet (meer) rondreizen en op een vaste plaats blijven en circussen zonder dieren.

In het laatste decennium van de 20e eeuw heeft een aantal circussen, onder invloed van onder andere het van oorsprong Canadese Cirque du Soleil, een ontwikkeling doorgemaakt naar circus-theater. Dit soort circusgroepen combineert circus, muziek, zang en dans in een voorstelling met een verhaal. Binnen het circus geldt een sterke divisie tussen 'geboren circus' (Circusdynastieën/ families) en 'aangenomen circus'. De internationale verbanden tussen circusfamilies zijn hecht, en generaties tellen even sterk als talent: 'Nieuwkomers' moeten wel zeer getalenteerd en gemotiveerd zijn, om ooit werkelijk opgenomen te worden.

1.1.7. Circussen

De bekendste circusartiesten in Nederland en België zijn waarschijnlijk wel Bassie en Adriaan. Zie lijst van circussen voor een uitgebreide lijst.

Campingcircus- en campingtournees zijn diverse kleine, 'samengestelde' circussen, die uitsluitend in het kampeerseizoen reizen, voornamelijk langs de grotere recreatiecentra en campings. Voor deze circussen zijn gemeenteplaatsen, met hoge staangelden en precario, zelden een optie meer. Deze circussen bestaan buiten het seizoen vooral van 'uitkopen' (ingekochte voorstellingen) en tentverhuur. Voorbeelden hiervan zijn onder meer het Brabantse Circus Harlekino van Peter Verberk, de Groninger Anton Werkman, het Amsterdams-Belgische Circus Bavaria van Bart de Vriend, Circus Benelux van Karin Range, Circus Malford van John Reynen/ Georg Sperlich, Circus Fantâsia Kitty Hagen en Circus Romano van de familie Mendes / Weisheit. De dwarsverbanden tussen deze circussen zijn groot, waarbij artiesten buiten het familieprogramma vaak tussen de circussen wisselen, terwijl de directies niet zelden in duchtige concurrentie over de plaatsen leven. Vaak worden activiteiten gecombineerd met openluchtvoorstellingen, jaarmarkten, evenementenverhuur en dergelijke.

5

Page 6: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

Enkele circussen en artiesten zijn ons de laatste jaren ontvallen. Terwijl 9 van de 10 mensen die gevraagd wordt een bekend Nederland circus te noemen nog altijd 'Boltini' zal zeggen, bestaat dit circus al jaren niet meer. Kerst 2003 overleed grand signeur Toni Boltini (Akkerman). Zijn tweede vrouw Pammy zette het circusverhuurbedrijf dat zij reeds jaren runde voort. Bijvoorbeeld Circus Aladdin, van Ben Tertoole (Berdini), ging min of meer geruisloos op in de tentverhuur van Rob Ritman. In Brabant overleed een van de laatste telgen uit het roemruchte circusgeslacht Kinsbergen, de tragi-komische meesterclown Peter van der Poll (Pietje).

1.1.8. Circusmuziek

Een internationaal werkend Nederlands Circusorkest is de 7-koppige formatie van Coty Teuteberg. Dit orkest heeft 30 jaar (tot 2009) Wintercircus Martin Hanson begeleid. Een ander Circusorkest dat in Nederland te zien is ( bij Herman Renz), is het orkest van Robert Rzeznik. Veel kleiner is het familiecombo olv Ralf Huberti dat jarenlang bij Circus Harlekino de live muziek verzorgde, met Hammondorgel, twee trompetten en drums -tevens muzikale clowns. Typische circusnummers zijn 'Einlass', 'Caravane' ('fakirmuziek', en ook vaak ter begeleiding van (roof) diernummers, maar ook een circusbegrafenisklassieker), 'De Springende Kikker', de Waldenburger galop, Tico Tico (ook van Abreu) en Cinnamon and Spice (trapeze) en 'Oh mein Papa' als finalemuziek. Op wereldschaal was de bekendste orkestleider in het circus Merle Evans. Hij bewerkte veel klassieke muziek voor de circuspiste, zoals Rimsky-Korsakov's 'Flight of the Bumblebee' voor de onvergetelijke luchtacrobate Lillian Leitzl. Het Circus Royal Showorkest begeleid jaarlijks de voorstellingen van Wintercircus Royal in Dordrecht. Het orkest bestaat uit acht musici (saxofoon, twee trompetten, trombone, gitaar, keyboards, basgitaar en drums). In 2009 is de eerste cd, getiteld Hooggeëerd Publiek verschenen.

Naast Merle Evans zijn andere bekende circusdirigenten:

Reto Parolari (Zwitserland) hij dirigeerde de orkesten van o.a. het Wereldkerstcircus, Circus Knie, Circus Krone-Bau en is nog steeds de vaste dirigent van het beroemde Circusfestival van Monte Carlo.

Carmino d'Angelo (Frankrijk) dirigent van diverse circusfestivals in Frankrijk. Tony Bario (Frankrijk) de inmiddels overleden telg uit de beroemde clownsdynastie

de Bario's dirigeerde jarenlang het grote orkest van het Cirque d'Hiver-Bouglione.

1.1.9. Circusartiest als beroep

In Nederland was Circusschool De Hoogte in Leeuwarden lange tijd de enige vakopleiding tot professioneel circusartiest. In september 2006 is de HBO opleiding Circus Arts gestart bij Codarts (hogeschool voor de kunsten) in Rotterdam. In 2007 is ook het Fontys gestart met een HBO opleiding. Daarnaast zijn op verschillende plaatsen interne vooropleidingen te volgen die de basis geven voor een opleiding tot professioneel circusartiest, zoals bij Circus Poehaa in Arnhem. Buiten Nederland zijn er opleidingsinstituten in onder meer Brussel (BE). Behalve opleidingen tot specifieke circusdisciplines als acrobatiek en anderen wordt hierbij ook aandacht geschonken aan de circusmuziek.

6

Page 7: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

1.2. Tweede graad

1.2.1. Opdracht billenkletser

De Schuhplattler is een dans die voorkomt in het Zuid-Duitse Beieren en Oostenrijk.De naam van de dans is ontleend aan het feit dat bij deze dans, die op Ländler-muziek wordt gedanst, de jongens met de handen op de zolen van hun schoenen slaan tijdens het dansen. De dans wordt als zodanig aangeduid sinds midden 19e eeuw, maar kent een geschiedenis die teruggaat tot vermoedelijk de 11e eeuw. Het is oorspronkelijk een paardans in 3/4 maatsoort. Dit type dansen, waarbij geklapt of gestampt wordt met de voeten en waarbij soms ook nog acrobatische toeren worden uitgehaald, komen overigens in vele culturen en landen voor. Zo kent de Noorse danstraditie de halling of sprongdans. In Nederland is de klompendans zo'n soort dans, waarbij lokale tradities doorklinken in de dans.

De plattler is gebaseerd op de Ländler, een typisch Zuid-Duits/Oostenrijkse dans in 3/4 maat.

1.2.2. Opdracht schimmenspel

Schimmenspel is het spelen met slagschaduwen (schimmen).Door te spelen met schaduwen zijn vele stemmingen op te roepen. Ook biedt het allerlei mogelijkheden; met al zijn beperkingen kunnen in het schimmenspel dingen gebeuren die vrijwel onmogelijk in andere theatervormen getoond kunnen worden. Een schim kan van heel klein zeer groot worden. En bij bijvoorbeeld een geboorte of operatie kunnen schaduwbeelden de illusie wekken dat het allemaal echt gebeurt; een schaduw verbergt zich achter een andere schaduw en kan dan plotseling tevoorschijn komen."Als een schim door de nacht" is een uitdrukking die vaak wordt gebruikt. Deze uitdrukking weerspiegelt het geheimzinnige aspect van het schimmenspel. De figuur in kwestie geeft zichzelf niet helemaal bloot; slechts zijn schim geeft een indicatie van zijn uiterlijk en karakter. De nacht staat symbool voor een veelheid van duistere gegevens: het is de tijd dat er angstaanjagende dingen kunnen gebeuren.Zodra het licht in de zaal uitgaat, zodra het donker wordt en de nacht wordt geïmiteerd, zodra er schimmen verschijnen is er een sfeer van spanning opgeroepen. Het geeft het schimmenspel een magisch en geheimzinnig karakter.De beperking tot het twee dimensionale vlak, de soberheid en de beperkingen aan beweging die het schimmenspel met poppen kent, laten veel aan de eigen verbeelding over. Doordat niet alles precies kan worden uitgewerkt, zal de kijker dit in zijn verbeelding moeten en willen doen. Hij kan het spel dus voor zichzelf aanvullen met zijn eigen ervaringen en vanuit zijn eigen belevingswereld. Ook dit geeft het schimmenspel zijn magische karakter, sterker nog dan bij andere vormen van poppenspel.

Algemene geschiedenis van het schimmenspel

Waar en wanneer het schimmenspel precies is ontstaan is onduidelijk. Wellicht bij de eerste zonsopgang, er bestaan verschillende legenden over. Wat wel vast staat is dat de oudste vormen van het schimmenspel uit Azië (China, India en/of Java) komen. De oudste bewijzen zijn geschriften, tekeningen en verhalen. Deze dateren uit de tijd van ± 100 v.Chr.Uit Azië is het schimmenspel, via het Midden-oosten en Afrika (1100 - 1400), in Europa terecht gekomen (± 1680 in Italië). Hier noemde men het in het begin: Chinees schimmenspel doordat de mensen dachten dat het uit China kwam. Door rondtrekkende

7

Page 8: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

straatartiesten werd het via Italië, Duitsland en Engeland over heel Europa verspreid. In deze jaren was het, vooral voor de Duitse artiesten, populair om allerlei geheimzinnige, griezelige en spookachtige effecten op te roepen. Zo werden er bijvoorbeeld schimmen geprojecteerd op rookwolken.Le Théâtre Séraphin (1772 - 1870) van de Fransman FranÇois Séraphin Dominiqui (1747 - 1800) zorgde er in de achttiende en negentiende eeuw voor dat het schimmenspel opbloeide tot een theatervorm van formaat. Het theater Le Chat Noir (1887 - 1897) onder leiding van Henri Rivière, zorgde ook voor veel "promotie" van het schimmenspel. Vanaf de tijd van Le Théâtre Séraphin is het lange tijd (ook in Nederland) populair geweest om thuis op geïmproviseerde wijze schimmenspel te spelen.In Europa zijn er eigenlijk maar een klein aantal spelers geweest die zich tot bekendheden in het theater hebben opgewerkt. Deze namen zijn nu vaak alleen nog toegankelijk voor kenners: FranÇois Séraphin, Ko Doncker, Willem Roelofs, Pieter van Gelder, Frans ter Gast en Kobus de Graaff.

1.2.3. Opdracht bodydrum

Body-percussie (ook wel lichaamspercussie of Body Drumming genoemd) is niet alleen heel erg leuk om te doen, maar het geeft ook een 'boost' aan je immuunsysteem; bij Chi Kung (Chinese energietraining) en in verschillende 'alternatieve' geneeswijzen gebruikt men het kloppen of 'tappen' op acupunctuurpunten, meridianen, neurolymfatische punten en de thymus om energie doorstroom te vergroten, het immuunsysteem te activeren en je spieren te versterken.

8

Page 9: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

1.3. Derde graad 1.3.1. De film “Iedereen beroemd” van Dominique Deruddere 1.3.1.1. Samenvatting van de film

Jean Vereecken is een arbeider van vierenveertig. Hij leidt een onopvallend leven met zijn vrouw Chantal en hun dochter van zeventien, Marva. Marva is een verwoede soundmixer. Bijna elk weekend gaat ze, gesteund door vader en moeder naar één of andere wedstrijd, helaas zonder veel succes. Jean wil zijn dochter helpen door zelf nummers te componeren, maar vermits hij geen noot muziek kent blijven deze composities beperkt tot wat oppervlakkig geneurie in een cassetterecorder. Tot Jean's grote frustratie heeft Marva geen oor voor zijn inspanningen. Hij blijft voor haar een simpele arbeider, een nobody. Willy Van Outreve, een jongere collega van Jean, leeft mee met de situatie. Hij volgt Marva's prestaties op de voet en droomt met Jean over een leven vol roem en rijkdom. De twee mannen ontwaken bard uit hun dromen ais de fabriek waar ze werken besluit in te krimpen en hen plots ontslaat. Beiden zijn ze zeer aangeslagen door het nieuws en beiden durven ze het nieuws thuis niet te vertellen. De situatie van de vrienden lijkt uitzichtloos, maar wanneer Jean op een dag een toevallige ontmoeting heeft met de nummer één zangeres van de Lage Landen, Debbie, brengt hij in een impuls een krankzinnig plan ten uitvoer. Hij kidnapt de vedette. Willy weigert in eerste instantie met Jean mee te doen, maar besluit na een tijd toch zijn beste vriend te helpen. De verdwijning van Debbie brengt een ware schokgolf op gang in de Lage Landen. De commerciële tv-zender NTO waar Debbie kind aan huis was, bericht dag en nacht aan hun toeschouwers over het evolueren van de zaak. Mede daardoor kent de platenverkoop van Debbie ongekende hoogten, dit laatste tot grote vreugde van Debbie's manager Michael. Jean probeert de professionele gangster uit te hangen, maar kan het niet helpen tijdens een geheime afspraak met Michael plots één van zijn neurie-cassettes te laten horen. De manager beseft dat hij met amateurs te doen heeft en stelt Jean een deal voor: Michael zal van Jean's dochter een ster maken als Jean belooft het losgeld te laten vallen en Debbie zolang Michael het wil gegijzeld te houden. Jean stemt toe. Een tijdlang verloopt het plan naar wens, maar het publiek blijkt snel op het gijzelingsdrama uitgekeken. De kijkcijfers dalen, de platenverkoop zakt pijlsnel. Het publiek wil een ontknoping, en liefst een spectaculaire. Maar Michael had dit voorzien, en zonder medeweten van Jean en Marva, bereidt hij een onvergetelijke finale voor.

De trailer van de film wordt gebruikt als uitdaging:http://www.youtube.com/watch?v=7TA-rVOfawo

1.3.1.2. Waarom deze film? We hebben de trailer van de film genomen en hebben er zo iets een eigen filmpje van gemaakt. We gaan de leerlingen uitdagen hoe zij een ster zouden worden. Ze gaan dus via veel oefeningen tot een soort talentenjacht komen maar waar iedereen gelijk staat. Het is niet zo dat het een wedstrijd wordt, het is eerder zo dat iedereen een ster is, want ieder kind heeft zijn eigen talent. Op het einde van hun talentenjacht worden er ook Sterren uitgedeeld en dit is voor elk kind anders.

1.3.2. Talenten

9

Page 10: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

1.3.2.1. De parabel van de talenten Een man, die naar het buitenland vertrok, riep zijn slaven en gaf hen zijn goederen. Aan de ene gaf hij 5 talenten, de andere 2 en aan nog een andere 1, aan iedereen naar zijn belang. En vertok onmiddellijk. De slaaf die 5 talenten had gekregen ging weg en verdiende er met werken 5 bij. Gelijkaardig, de slaaf die 2 talenten had gekregen, verdiende er 2 bij. De ene die 1 talent had gekregen, ging weg en groef een gat in de grond en verborg er het talent van de meester in. Na lange tijd kwam de heer van de slaven terug en rekende met hun af. En degene die 5 talenten had gekregen naderde en bood 5 andere talenten aan en zeie: "Heer, u hebt mij 5 talenten gegeven en kijk ik heb er 5 andere bijgewonnen." En de heer zei: "Goed zo, goede en trouwe slaaf, omdat je over weinig trouw geweest bent, zal ik je over veel aanstellen; treed binnen in de vreugde van de Heer." En degene die 2 talenten had gekregen naderde en bood 2 andere talenten aan en zei: "Heer, u hebt mij 2 talenten gegeven en kijk ik heb er 2 andere bijgewonnen." En de heer zei: "Goed zo, goede en trouwe slaaf, omdat je over weinig trouw geweest bent, zal ik je over veel aanstellen; treed binnen in de vreugde van de Heer." De slaaf die 1 talent had ontvangen naderde en zei: "Heer, ik weet dat u een hard man bent en ik ging weg omdat ik bang was en verborg uw talent in de grond: en kijk, hier heb je terug wat van jou is." De heer antwoordde en zei: "Slechte en luie slaaf, je wist dat ik een harde man was: waarom heb je mijn geld niet aan bankiers toevertrouwd? Neem dus het talent weg van hem en geef het aan degene die 10 talenten heeft. En gooi de nutteloze slaaf maar in de duisternis, daar zal zijn geween en tandengeknars."

1.3.2.2. Talenten van iemand Nadenken over je talenten is moeilijker dan nadenken over wat je niet goed kan. Het is belangrijk dat kinderen ook stilstaan bij wat wat zij goed kunnen en waar ze zich dan ook goed bij voelen. De talenten zullen gaan rond het thema “een ster worden”. De leerlingen gaan zelf uitzoeken waar ze zich goed bij voelen. Is dat voor hen dans, zang, muziek, toneel, … het is aan hen om het uit te zoeken.Samen met heel de klas worden er activiteiten gedaan om

1.3.3. De talentenjacht

1.3.3.1. Dans De geschiedenis van de dans begint al in de prehistorie. Natuurvolken gebruikten de dans onder andere als ritueel om de goden tot tevredenheid te stemmen of om gunsten af te dwingen. Deze magische dansrituelen hebben zich in de loop van de tijd ontwikkeld tot de dansvormen die we nu kennen. Daarbij zijn drie functies te onderscheiden: de dans als ritueel, als recreatieve waarde en als vorm van communicatie. De rituele dans heeft een magisch of religieus karakter en wordt uitgevoerd om een bovennatuurlijke macht (goden, demonen) te bezweren of te vereren. De recreatieve dans heeft tot doel om de via de dans iets van de eigen cultuur te beleven. Vaak zegt de dans iets over de geschiedenis van de eigen cultuur of het eigen land. Dit kan gepaard gaan met een grote bewegingsenergie, hoewel met name in de westerse cultuur deze energie min of meer is bevroren tot een formele dans zoals bij de hofdans. In de moderne popdansen is de bewegingsenergie weer duidelijk herkenbaar. De communicatieve dansvorm is vooral terug te vinden in de theaterdans. Daarin spelen de dansers een rol die op de anderen is afgestemd. Er zijn verschillende soorten dansen.

10

Page 11: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

Er zijn ontzettend veel verschillende dansen. Het is ondoenlijk om ze allemaal te bespreken. Wij zullen er een paar bespreken, maar hier heb je toch al de soorten dansen die er bestaan: – Afro-Braziliaanse dans – Afrikaanse dans“Afrikaanse dans is je lichaam loslaten door eerst je centrum te vinden. Dans is een oergevoel, kracht.” Dansen is bewegen met je lichaam op de muziek van het leven. In Afrika wordt dansen beschouwd als een deel van het LEVEN. Immers, het is een bewegingsexpressie die aan de gebeurtenissen en gevoelens van het dagelijks leven uiting geeft. Westerlingen moeten een brug bouwen om het levensgevoel dat de Afrikaanse dans siert en dat in hem verscholen zit, wakker te schudden. Door de klemtoon op de bewuste beleving te leggen, wat verwezenlijkt wordt door contact met de grond, herhaling van de beweging, de symboliek van het gevaar en de openheid van geest, vallen alle remmingen van je af. Zo leer je je lichaam bewuster gebruiken en controleren. Dit veroorzaakt een gevoel van vrijheid, een sfeer waarin je persoonlijkheid (eigenheid, spontaniteit) en je lichaamsmogelijkheden (kracht, souplesse, snelheid) ten volle kunnen ontwikkelen. – Argentijnse tango– Bio-energetische dans – BreakdanceGroepen breakdancers houden battles om te weten te komen wie het beste kan dansen. Ze oefenen met elkaar en gebruiken elkaars kwaliteiten om elkaar aan te vullen. Breakdance is een combinatie tussen acrobatiek en improvisatie. Je moet lenig zijn. Kracht, conditie en doorzettingsvermogen hebben, om echt goed te kunnen worden. Breakdance kun je niet leren in 3 weken, daar zijn jaren voor nodig.

– Capoeira– Clipdance– Flamenco – Griekse volksdans– Hedendaagse dans – Hiphop – Indische zigeunerdans – Oriëntaalse dansOriëntaalse dans is hier in het Westen beter bekend als buikdans, maar hoe ze ook genoemd wordt het is een prachtige dans: mysterieus, fascinerend & inspirerend.

Zij maakt het mogelijk uitdrukking te geven aan de betoverende en afwisselend opzwepende klanken  uit het Midden-Oosten en Noord-Afrika.  Buikdans is een ware kunstvorm en bijzonder omdat zij een isolatiedansvorm is. De verschillende lichaamsdelen worden veelal onafhankelijk van elkaar bewogen, waarbij de nadruk ligt op de heupen en het bekkengebied; het centrum van de dans. De naam buikdans is dus eigenlijk niet goed en de Arabische en Turkse benaming betekent letterlijk vertaald ook Oosterse of Oriëntaalse dans.

Er bestaan veel verschillende vormen binnen de buikdans en ieder land en vaak iedere streek heeft zijn eigen stijl ontwikkeld. Zo zijn er dansen die meer op volksdansen lijken, zoals bijvoorbeeld de Egyptische 'Saidi' stokdans, of de Turkse zigeuner-dans. Natuurlijk worden er zo ook veel verschillende kostuums gedragen. Zo zijn er kostuumstijlen ontstaan in Europa en Amerika. Een duidelijk voorbeeld van de laatste is de 'Tribal Bellydance',

11

Page 12: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

waarvan de beginselen al 30 jaar geleden ontstonden. Er zijn ook vele stijlen van 'fusion bellydance', dat zijn stijlen waar elementen uit andere dansen, zoals Indiase Bollywood dans, in zijn verwerkt.

-- Rolstoedansen

Wat veel mensen niet weten , is dat rolstoeldansen een sport is die iedereen kan beoefenen. Je hoeft niet gehandicapt te zijn om mee te kunnen doen. Het is een sport die op verschillende niveaus wordt beofend, voor de lol , maar ook voor een wedstrijd en niet te vergeten 1x per jaar het afdansen. Men wordt dan verdeeld in klassen : debutanten , amateurs en de selectieklasse. Er zijn verschillende vormen van rolstoeldansen. Er zijn groepsdansen, partnersdansen en solodnsen. Er zijn partners die beiden in een rolstoel zitten (duodansen) maar eer wordt ook met een staande partner gedanst

– SalsaSalsa is muziek en dans uit het Caraibisch gebied. De salsa is een mix van vele muzieksoorten. Het woord salsa betekent in het Spaans letterlijk : saus. De salsa is onstaan in Cuba uit de Cubaanse Son en heeft zich verder ontwikkeld in het Caraibisch gebied , Latijns Amerika en Noord Amerika . Daar waar Latino's zich vestigden ontwikkelde de salsa zich weer verder. De salsa is inmiddels wereldwijd een bekende en vooral geliefde muzieksoort en dans.  Ook in Nederland is de opmars van de salsa onontkenbaar.Via de hits van Buena Vista Social Club , Marc Anthony maar ook Ricky Martin en Jennifer Lopez is de salsa en latin pop onder een breed publiek populair geworden. Blijkbaar heeft de salsa iets in zich waardoor het zich laat omarmen door zo'n breed publiek. Voor een ieder is dat weer iets anders.

– Samba – Taikwondo – Tai chi chuan – Universal Tao– BalletIk zal het hebben over ballet. Ballet is een heel klassieke, sierlijke en harmonieuze dans. Het bestaat al heel lang en je hebt er verschillende soorten van. Zo heb je: -klassiek ballet -jazz-ballet Klassiek ballet is dat je echt alles heel perfect doet en dat je tenen goed gestrekt zijn en echt op heel klassieke muziek dansen. Jazz-ballet is dat je ook parallel werkt, en dat doe je in klassiek ballet niet.

Alle dansers, welke stijl ook hebben een moto: dacining isn’t just what you do, it’s who you are. Dansen is niet enkel hetgeen wat je doet, het toont ook wie je bent.

1.3.3.2. Zang

Zangkunst of zingen is muziek maken met de menselijke stem door woorden of andere klanken (lettergrepen of onzinklanken) op verschillende toonhoogten uit te spreken volgens een bepaalde melodie. Als geen woorden worden geproduceerd maar de stem met gesloten lippen wordt gebruikt om een melodie te maken noemt men dat neuriën. Zingen kan men alleen doen (solozang) of met anderen (koorzang). Vaak wordt met instrumentale begeleiding gezongen, wanneer geen begeleiding aanwezig is noemt men dat a capella. Als

12

Page 13: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

men met de stem muziekinstrumenten nadoet om andere stemmen te begeleiden heet dat barbershop singing, (letterlijk kapperszaak-zingen).

Een beoefenaar van de zangkunst in het algemeen noemt men een zanger/zangeres of vocalist(e).

Zang wordt vaak uitgevoerd met begeleiding van enkele instrumenten (bijvoorbeeld een gitaar of een piano), een heel orkest of band of opname op een geluidsdrager.

Wanneer met een muziekstuk waarop wordt gezongen ook door de zangers al acterend een verhaal wordt getoond, spreekt men van opera of operette of musical.

Men onderscheidt in de westerse muziek naast volksliederen en Gregoriaanse en klassieke zangkunst (opera, operette, liederen, aria's, madrigalen, motetten, koralen, oratoria, passies, etc.) de speciale zangtechnieken die nodig zijn voor jazzliederen en voor popliederen, waaronder ook musicalliederen en countrymuziek. Crooning is een speciale, ontspannen, zangstijl die alleen met een microfoon kan worden uitgevoerd.

Arabische, diverse Oosterse en andere muziekstijlen (b.v. de Eskimo-keelgeluid) van over de hele wereld vereisen een goede beheersing van ademsteun en het bij de betreffende stijl passende klankideaal.

Een heel apart genre is het jodelen, een kunst die voornamelijk in Zwitserland beoefend wordt. Bij jodelen vindt er een snelle omslag plaats tussen twee modi waarin de stem zich kan bevinden. Deze "klik", die stembreuk wordt genoemd (ten onrechte, want er is niks stuk als dat gebeurt), is in de jodelmuziek expres hoorbaar gemaakt, terwijl aan de andere kant het klankideaal in de klassieke muziek voorschrijft dat een dergelijke transitie zo min mogelijk hoorbaar is. Dat noemt men ook wel het "egaliseren van de zangstem". Jodelen is een artistieke keuze, en is niet ongezonder dan een geëgaliseerde stem.

De meeste professionele of semi-professionele vocalisten specialiseren zich in een beperkt aantal muziekstijlen. Iemand met een voor opera getrainde stem zal over het algemeen moeite hebben met het zingen in bijvoorbeeld de typische countrystijl en omgekeerd. De verschillen in technieken tussen jazz- en popzang zijn iets minder groot.

Zang is een van de hoofdvakken die op een conservatorium worden onderwezen. Het aanleren van het zingen zelf gebeurt meestal privé of in koren. Eén van de basisonderdelen van de zangstudie is solfège, waarmee vooral het muzikale gehoor getraind wordt. Bij het trainen van een zangstem wordt veel aandacht besteed aan onder meer een goede manier van staan en een lage ademhalingstechniek (bekken en middenrif), mondstand, uitspraak, dictie, in de aanleerfase. Aan conservatoria wordt gewerkt aan zowel de interpretatie als de techniek als de uitvoering. Ook bijvakken als onderwijsleer, psychologie, didactiek en muziektheorie komen aan bod.

1.3.3.3. Toneel

Toneel is een theatervorm waarbij personen, voor een publiek een spel tentoonspreiden. Hierbij spelen zij een al dan niet personage (acteren). Hierbij wordt gewoonlijk gesproken door middel van dialogen of een monoloog.

Eén van de dingen die Aristoteles meldde om een toneelstuk te definiëren was: "Een toneelstuk is een nabootsing van een handeling en niet de handeling zelf." Aan de hand hiervan is goed te duiden wanneer iets theater (toneel) is en wanneer niet.

13

Page 14: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

De klassieke vorm van toneelspel (nog steeds het meest voorkomend), is een spel opgevoerd op een toneel. Het publiek bevindt zich dan op stoelen in een zaal, bijvoorbeeld in een schouwburg. Het toneel is niet de enige plek waar toneel wordt gespeeld, ook in gebouwen die niet in eerste instantie zijn gemaakt voor toneel/theater en zelfs in de openlucht vinden toneelvoorstellingen plaats. Dit laatste wordt wel locatietheater genoemd.

Soms wordt toneel geïmproviseerd (bijvoorbeeld theatersport), meestal wordt een toneelstuk uitgevoerd dat door een toneelschrijver is geschreven. Maar het komt ook voor dat op basis van ideeën en improvisaties van de acteurs een nieuwe voorstelling wordt gemaakt, die niet uitgaat van tekst (soms dramatiseren genoemd).

Soorten toneelstijlen:

Teksttoneel Inlevingstheater Jeugdtoneel Improvisatietheater Realistisme Fysiek theater Absurd toneel Vervreemdingstheater Commedia dell'arte

1.3.3.4. Beeld Beeld is een ruim begrip. Wij bedoelen er tekenen, schilderen, beeldhouwwerk, … Alles wordt hier in begrepen. Waar de leerlingen aan denken is ook een juist antwoord. Ze moeten gewoon kunnen knutselen. Bezig zijn met de handen en gebruik maken van allerlei materialen. Ook het gebruik van allerlei technieken is hiervan toepassing. Het is om de kleine motoriek te verbeteren. Zoals knippen, plakken, schilderen, boetseren, … Er zijn heel veel knutselactiviteiten.Om te vertrekken vanuit een idee kan je vertrekken uit en foto, een film, een gedicht, …

14

Page 15: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

2. De uitwerking van elk thema per graad

2.1. Eerste graad

We kozen ervoor om in de eerste graad te werken rond het thema ‘circus’. Op jonge leeftijd zijn kinderen erg geboeid door alles wat met circus te maken heeft. De link met het algemeen thema applaus zal misschien niet meteen voor de hand liggend zijn maar het thema circus wordt eigenlijk ingeleid door een toneeltje gespeeld door een circusdirecteur. Daardoor zal de link met het algemene thema meteen duidelijk gemaakt worden. We hebben geprobeerd om alles duidelijk in een lessenpakket weer te geven.

1. Lessenpakket thema ‘circus’

Het thema wordt aangekondigd door een toneelstukje waarin een onbekend persoon een circusdirecteur speelt. De leerlingen komen op een dag de klas (eventueel speelplaats) binnen en daar zit de circusdirecteur van circus ‘rettenkentettekes zottekesshow’ die aan het wenen is. Hij is heel verdrietig en vertelt de leerlingen het volgende:

“Oh, wat ben ik blij dat ik jullie gevonden heb. Er is iets heel ergs gebeurd in ons circus. Onze clowns zijn op vakantie en nu lachen en applaudisseren de mensen in het publiek niet meer als ze naar ons circus komen kijken. Kunnen jullie niet een tijdje komen helpen en voor clowns spelen? Maar hiervoor moeten jullie eerst verschillende proefjes afleggen om te zien of je het wel waard bent om als clown in het circus te werken.”

De leerlingen krijgen zo de kans tijdens een aantal themanamiddagen deze proeven uit te voeren. De sportzaal is helemaal omgebouwd als grote oefenruimte van het circus ‘rettenkentettekes zottekesshow’. Er speelt ook typische circusmuziek doorheen de ruimte. Op deze manier zijn de leerlingen echt gemotiveerd en lijkt alles zo echt mogelijk.In de sportzaal zijn een aantal materiaalboxen terug te vinden met ook in het groot een duidelijk cijfer (van 1 tot 8) bij.

De circusdirecteur geeft de leerlingen kort uitleg over de hele werking van de clownschool en overloopt even elke opdracht. De leerlingen moeten zoveel mogelijk opdrachten uitvoeren. In totaal zijn er 8 opdrachten van telkens ongeveer 15-20 minuten. De leerlingen mogen zelf kiezen welke opdrachten ze eerst gaan afleggen. Aan het einde van de themanamiddagen moeten wel alle opdrachten beoefend zijn. Om te controleren of de leerlingen dit effectief hebben gedaan, werken ze in de clownschool met een stempelkaart. Per opdracht die je gedaan hebt en die goed uitgevoerd is, krijg je een stempel van de circusdirecteur. Aan het eind van de themanamiddagen moet elk kind dus 8 stempels op zijn/haar stempelkaart hebben. Wanneer de stempelkaart volledig is, krijgen de leerlingen de kans hun kunstjes aan de andere leerlingen te tonen. Om het geheel feestelijk af te sluiten en de leerlingen te belonen voor hun geleverde prestaties kan de school eventueel iemand als clown Rocky laten komen. Deze clown is zeer geliefd bij kinderen en heeft een aanbod van verschillende shows voor kinderen. Meer informatie hierover kan u op volgende link terugvinden: http://www.clownrocky.be/.

15

Page 16: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

De plaats van de verschillende opdrachten hebben wij echter op voorhand al bepaald vermits de leerkracht op die manier een mooi overzicht bewaard van welke opdracht zich waar bevind. Om de volgende keer de opdrachten toch op te stellen, kan men zich ook gemakkelijk baseren op het plan.

Voor de leerlingen steekt al het nodige materiaal en de uitleg van de opdrachten in de materiaalboxen. De leerlingen ruimen deze boxen steeds op nadat ze een opdracht hebben uitgeoefend. De opdrachten zelf staan duidelijk uitgeschreven in fiches. Deze fiches hebben we geprobeerd om zo uitdagend mogelijk te maken voor de eerste graad. De leerlingen kunnen hier nog maar net lezen en vandaar dat we geprobeerd hebben zo eenvoudig mogelijk instructies te gebruiken. Daarom worden de opdrachten op voorhand ook eens overlopen.

2. Doelen bij het lessenpakket

Met dit lessenpakket willen we de leerlingen op muzisch vlak een beetje laten experimenteren. Door de verschillende opdrachten uit te voeren zijn de leerlingen actief betrokken bij de muzische vakken: muziek, beeld, beweging en drama.

2.1. Enkele attitudes

De leerlingen kunnen samenwerken met leeftijdsgenoten en hebben daarbij respect voor elkaar.

De leerlingen kunnen respect opbrengen voor het materiaal.

De leerlingen kunnen plezier beleven tijdens het uitvoeren van de opdrachten.

De leerlingen kunnen een opdracht succesvol beëindigen.

2.2. Einddoelen per opdracht

Opdracht 1:

De leerlingen kunnen alvorens ze een definitieve poster ontwerpen eerst een schets maken.

De leerlingen kunnen na het maken van een schets een definitief ontwerp creëren voor hun circusposter.

De leerlingen kunnen op hun poster enkele hoofdzaken vermelden zoals: plaats, datum, tijden van de voorstelling en de prijs van hun kaartje.

De leerlingen kunnen de poster uitdagend maken voor het publiek door te werken met felle en opvallende kleuren en lettertypes.

16

Page 17: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

Opdracht 2:

De leerlingen kunnen het lichaam van hun vriendje/vriendinnetje omtrekken met potlood.

De leerlingen kunnen hun eigen lichaam in stukken verdelen en volledig vervormen en omvormen tot een lenige acrobaat.

De leerlingen kunnen deze acrobaat afwerken door er omheen te schilderen en een neus, ogen en oren eraan toe te voegen.

Opdracht 3:

De leerlingen kunnen een aangegeven manier van stappen correct uitvoeren.

De leerlingen kunnen nadien een eigen manier van lopen vinden.

De leerlingen kunnen per twee een manier van stappen uitvoeren en daarbij zowel de rol van eerste als tweede persoon aannemen.

De leerlingen kunnen elkaar imiteren bij manier van stappen en het uitvoeren van een aantal handelingen.

Opdracht 4:

De leerlingen kunnen op papier een leuke clown snoet ontwerpen en daarbij felle kleuren gebruiken.

De leerlingen kunnen op basis de papier versie van het ontwerp van de clownsnoet hun vriendje/vriendinnetje schminken.

De leerlingen kunnen grappige clownsnoeten trekken voor de spiegel en andere leerlingen aan het lachen brengen.

De leerlingen kunnen in de verkleedkoffer opzoek gaan naar een gepaste clownoutfit en nadien een paar leuke, grappige situaties uitoefenen.

Opdracht 5:

De leerlingen kunnen een duidelijke kring vormen en daarin een bepaald type clown voordoen.

De leerlingen kunnen verschillende type clowns opsommen en verwoorden hoe zulk type clown zich specifiek gedraagt

De leerlingen kunnen na aangegeven tijd (door keukenwekker) een opening maken in de piste en vervolgens een kleine act als clown uit te voeren.

17

Page 18: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

Opdracht 6:

De leerlingen kunnen een muziekinstrument dat hun aanspreekt uitkiezen uit de instrumentenkoffer en met dit instrument enkele eenvoudige ritmes spelen.

De leerlingen kunnen eenvoudige partituren lezen en met hun gekozen instrument een liedje spelen.

De leerlingen kunnen nadien zelf een eigen ritme of gek liedje of deuntje in elkaar steken met één of meerdere instrumenten.

Opdracht 7:

De leerlingen kunnen een attribuut of voorwerp kiezen uit de materiaalkoffer en hiermee een aantal keer oefenen.

De leerlingen kunnen een eenvoudige instructiekaart van de voorwerpen lezen en de trucs eens uitproberen.

De leerlingen kunnen met een voorwerp een truc uitvoeren en deze aan de circusdirecteur tonen alvorens ze een stempel krijgen.

Opdracht 8:

De leerlingen kunnen een eenvoudige vorm van pantomime uitvoeren.

De leerlingen kunnen verwoorden wat pantomime is.

De leerlingen kunnen iets uitbeelden daarbij heel veel lichaamstaal gebruiken zonder te spreken.

2.3. De leerplandoelen :

Omdat het een thema is waarin meerdere deeldomeinen van muzische vorming in terugkomen kozen we ervoor de leerplandoelen volledig hieraan toe te voegen en telkens per vak aan te duiden welke de doelen zijn die betrekking hebben op dit lessenpakket. De leerplandoelen zijn terug te vinden in bijlage. Voor elke graad wordt dit op een andere manier aangeduid, zie legende in bijlage.

3. De opdrachtenfiches

Zie bijlage.

4. Plattegrond van de sportzaal

Zie bijlage.

5. Stempelkaart jongens en meisjes

Zie bijlage.

18

Page 19: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

6. Materiaallijst

Vermits het onmogelijk was om al het nodig materiaal mee te brengen op de voorstelling van ons project hebben we er wel voor gekozen al het nodige materiaal duidelijk weer te geven in een materiaallijst die u hieronder kan terugvinden:

Stempelkaarten (jongens en meisjes)

Personage voor circusdirecteur met nodige verkleding

Plattegrond van de sportzaal

De opdrachtenfiches

Papier van A3 formaat (x het aantal leerlingen)

Stiften en kleurpotloden

Potlood, gom en lat (per leerling)

Groot blad papier met afmetingen van een gemiddelde 5-7 jarige (x het aantal leerlingen)

Alcoholstift (x het aantal leerlingen)

Lijmstift (x aantal leerlingen)

Penselen

Verf

Mengpotjes

Potjes met water

Een schotelvod (om eventueel wat verf af te kuisen)

Schilderjasje (x het aantal leerlingen)

Groene kaartjes met mogelijke manier van stappen op

Cd met circusmuziek

Cd speler

Tekenpapier (x het aantal leerlingen)

Schmink in felle kleurtjes

Spiegel (eventueel x2)

Verkleedkoffer met voldoende materiaal voor clowns

Keukenwekker

Instrumentendoos met instrumenten

19

Page 20: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

Eenvoudige partituren

Sjaaltjes (+/-20)

Ringen (+/-20)

Hoepels (+/-10)

Draaiende schotels + stokje (+/-6)

Stokken (+/-10)

Diabolo’s (+/-6)

Ballen (+/-10)

Kegels (+/-10)

Springtouwen (+/- 6)

Kladpapier

Partituren bij passende clownmuziek

2.2. Tweede graad

20

Page 21: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

1. Uitdaging

De leerlingen krijgen een brief van de Internationale applausclub. Ze dagen de kinderen uit om alle opdrachten van het hoekenwerk te doorlopen om een echte applausmeester te worden.Ze krijgen er voldoende tijd voor en als ze alle opdrachten met zorg gemaakt hebben verdienen ze het diploma van een echte applausmeester.Het is niet zo dat het allemaal rond applaus gaat, het zijn allemaal opdrachten die rond het gebruik van de handen gaan.

2. Doelen bij het lessenpakket

2.1. Enkele attitudes

De leerlingen kunnen samenwerken met leeftijdsgenoten en hebben daarbij respect voor elkaar.

De leerlingen kunnen respect opbrengen voor het materiaal.

De leerlingen kunnen plezier beleven tijdens het uitvoeren van de opdrachten.

De leerlingen kunnen een opdracht succesvol beëindigen.

2.2. Einddoelen per opdracht

Opdracht 1: Hoekenfiche ‘Zonder handen’

De leerlingen kunnen handelingen uitvoeren waarbij de taak van de handen overgenomen wordt door andere lichaamsdelen.

Opdracht 2: Hoekenfiche ‘Enkel met de handjes’

De leerlingen kunnen snel reageren op commando’s

De leerlingen kunnen verschillende bewegingen vinden met hun handen

De leerlingen kunnen een bewegingsreeks maken en onthouden

De leerlingen kunnen de bewegingsreeks op verschillende manieren aanpassen en onthouden

De leerlingen kunnen muziek zoeken die bij hun bewegingsreeks past

Opdracht 3: Hoekenfiche ‘Billenkletser’

De leerlingen kunnen samen bewegingen vinden die geluid maken

De leerlingen kunnen een bewegingsreeks maken en onthouden

De leerlingen kunnen stijlkenmerken van een billenkletser gebruiken om een dans te maken

Opdracht 4: Hoekenfiche ‘Drummen met je lichaam’

21

Page 22: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

De leerlingen kunnen samen lichaamsdrum maken naar aanleiding van een filmpje

De leerlingen kunnen bewegingsreeksen maken en onthouden

De leerlingen kunnen stiijlkenmerken van bodydrum gebruiken om een bewegingsreeks te maken

Opdracht 5: Hoekenfiche ‘ Schimmenspel’

De leerlingen kunnen inzicht krijgen in de tweedimensionale techniek van schimmenspel

De leerlingen kunnen experimenteren met de spelvorm schimmenspel

De leerlingen kunnen beweging en mimiek aanpassen aan de spelsituatie

De leerlingen kunnen non-verbale spelvormen toepassen

De leerlingen kunnen muziek koppelen aan een verhaal dat in hen opkomt.

2.3. De leerplandoelen :

Omdat het een thema is waarin meerdere deeldomeinen van muzische vorming in terugkomen kozen we ervoor de leerplandoelen volledig hieraan toe te voegen en telkens per vak aan te duiden welke de doelen zijn die betrekking hebben op dit lessenpakket. De leerplandoelen zijn terug te vinden in bijlage. Voor elke graad is er een andere kleur gebruikt.

Materiaallijst:

Computers of laptops

Cd-spelers

Cd’s met allerlei soorten van muziek

Wit papier

Stoelen en tafels

Muntstukken en bankbiljetten van monopoly

Een doek

Potlood

Liniaal

Een jas

22

Page 23: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

Een rekenmachine

Verf, penselen, papier, kranten, potjes voor de verf

Bekertje

Hoed

Boeken

Overheidsprojector

Wit doek

Karton

2.3. Derde graad

1. Uitdaging van de film

23

Page 24: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

De leerlingen worden via de film uitgedaagd om zelf een ster te worden. Ze hebben nog totaal geen idee dat ze gaan zoeken achter welke talenten ze hebben op het gebied van het muzische. Ze worden dus uitgedaagd om hun talenten zelf te onderzoeken.

2. Talentenformulier

Dit gebeurt via een vragenlijst die de leerlingen individueel invullen na het stukje van de film. (zie bijlage – talentenformulier)Het is dus echt de bedoeling dat ze dit individueel gaan maken. Als ze dat gedaan hebben moeten ze dit afgeven aan de leerkracht.Hij zal ieder een taak geven voor de talentenjacht. Het is eigenlijk zo dat het ook gaat om iedereen te helpen en leren uit andere hun kwaliteiten.

Hieronder is een soort schema hoe de werking er zou uitzien nadat de leerkracht alle formulieren bekeken heeft.

Het is dus zo dat de leerlingen in groepjes gezet worden in wat ze goed kunnen en wat ze zogezegd zelf vinden wat ze niet goed kunnen.De leerlingen gaan rond hun kwaliteit werken samen met een groepje die er minder goed in is. Maar het groepje dat misschien niet in die kwaliteit uitblinkt, blinkt wel uit in een andere kwaliteit en gaat in zijn kwaliteit een ander groepje helpen.Het is natuurlijk niet haalbaar dat iedereen met iedereen gaat samenwerken maar het is echt de bedoeling dat ze samen tot iets gaan komen. Dit gebeurt door samen te werken, elkaar hulp te bieden, elkaar steunen, …De leerkracht probeert er rekening mee te houden dat iedereen zijn ding kan doen door goed te kijken naar de talenten en interesses van elk kind.

3. Talentenjacht voorbereiden

DANS

DRAMA MUZIEK

BEELD

_

+

+ _

+

_

+_

24

Page 25: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

De leerlingen krijgen per muzische een hulpboekje… Dit helpt hen om keuzes te maken, om meer te weten te komen over iets, … Natuurlijk is er ook de leerkracht die begeleid waar nodig is.

Er wordt eerst gewerkt in de groepjes waarin ze werken en nadien wordt er doorgeschoven.Als er gekeken wordt naar het pijlenschema hebben we de volgende groepen:In totaal zijn het acht groepen:

- Beeld (2x)- Dans (2x)- Toneel (2x)- Muziek (2x)

De leerlingen gaan dus toewerken naar iets om voor te stellen in hun talentenjacht. Ze moeten ook nog reclame maken van hun talentenjacht en ook nog een naam bedenken.Hoe gaan ze dit allemaal organiseren, … Daar is de leerkracht ook voor.

Als de leerlingen een naam bedacht hebben dan kunnen ze affiches maken met behulp van een hulpkaart die ze krijgen (zie bijlage – hulpkaart reclame, affiche) en kunnen ze ook foldertjes maken.Dit wordt gedaan zodat het aspect taal ook in de lessen komt Integratie.

4. Talentenjacht

De talentenjacht is eigenlijk een show gemaakt door de leerlingen voor heel de school. De leerlingen weten niet dat ze allemaal een Award gaan krijgen op het einde van de talentenjacht. Dit is eigenlijk om de kinderen te laten inzien dat ieder kind een talent heeft en dat je daarvoor moet openstaan. Ze krijgen ook een diploma met het moto “Iedereen is een ster, jij ook!” (Zie bijlage). Elk kind wordt een voor een afgeroepen zodat elk kind in de bloemetjes wordt gezet.Iedereen verdient een applaus! Waarom heet ons thema anders applaus…

5. Doelen bij het lessenpakket

5.1. Enkele attitudes

De leerlingen kunnen samenwerken met leeftijdsgenoten en hebben daarbij respect voor elkaar.

De leerlingen kunnen respect opbrengen voor het materiaal.

De leerlingen kunnen plezier beleven tijdens het uitvoeren van de opdrachten.

De leerlingen kunnen een opdracht succesvol beëindigen.

5.2. Einddoelen

De leerlingen kunnen hun talenten verwoorden en tot uiting brengen.

25

Page 26: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

De leerlingen kunnen via samenwerking komen tot een plan dat betrekking heeft tot dans, muziek, beeld of drama

Dans:

- de leerlingen kunnen zich expressief en ongeremd verplaatsen in een ruimte

- de leerlingen kunnen op het ritme van de muziek een passend dansritme bij verzinnen door gebruik te maken van hun eigen kennis en kennis van anderen

Beeld:

- de leerlingen kunnen met de beeldaspecten komen tot een eigen idee

- de leerlingen ontwikkelen hun fijne motorische vaardigheden

- de leerlingen kunnen gebruik maken van allerhande materialen

Muziek:

- de leerlingen kunnen via muziek iets ontwerpen dat bij de muziek hoort

- de leerlingen kunnen luisteren naar het ritme van de muziek en hierop verdergaan

- de leerlingen kunnen door eigen inspiratie, zelf muziekinstrumenten ontwerpen

Drama:

- de leerlingen kunnen expressief toneel spelen en rekening houden met het taalvaardige aspect (articulatie, intonatie, …)

- de leerlingen kunnen zelf een decor ontwerpen dat te maken heeft met hun toneel, daarbij kunnen ze ook alles zelf construeren (tekst, kledij, …)

5.3. De leerplandoelen :

Omdat het een thema is waarin meerdere deeldomeinen van muzische vorming in terugkomen kozen we ervoor de leerplandoelen volledig hieraan toe te voegen en telkens per vak aan te duiden welke de doelen zijn die betrekking hebben op dit lessenpakket. De leerplandoelen zijn terug te vinden in bijlage. Voor elke graad is er een andere kleur gebruikt.

6. Materiaallijst Trailer – Iedereen beroemd

Talentenformulier

26

Page 27: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

Hulpkaart affiche maken

Diploma “ Iedereen is een ster, jij ook!”

Hulpboekjes dans, muziek, beeld en toneel

Informatieve boeken rond dans, muziek, beeld en toneel

CD – Speler

Cd’s voor muziek en voor dans

Verkleedkoffer

Knutselmateriaal: scharen, crêpepapier, karton, lijm, verf, …

3. Bijlagen

3.1. Eerste graad Opdrachtenfiches

27

Page 28: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

Plattegrond van de sporthal Stempelkaart jongens en meisjes Kopieën van zonneland

3.2. Tweede graad Hoekenfiches en bijhorende opdrachtenkaarten en hulpkaarten Dilpoma ‘applaus-meester’

3.3. Derde graad Talentenformulier Hulpkaart affiche maken Diploma “ Iedereen is een ster, jij ook!” Hulpboekjes dans, muziek, beeld en toneel

3.4. Leerplannen

28

Page 29: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

29

Page 30: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

30

Page 31: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

31

Page 32: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

Legende:GR 1 = Eerste graad

GR 2 = Tweede graadGR 3 = Derde graad

4. Geraadpleegde werken

4.1. Eerste graad

Tijdschriften:

32

Page 33: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

Zonneland – Grappig – 19 februari 2007 Zonnestraal extra cool – Ik word circusartiest – 23 juni 2006

Internet:

http://www.webkwestie.nl/crisis%20in%20het%20circus/

http://www.kubusbornem.be/paginas/lopendeprojecten/circus.html

http://www.circus-web.nl/

http://www.het-kofschip.nl/circus/page5.html

http://www.clownrocky.be/

http://www.ketnet.be/content/circus-de-directeur

Boeken:

Koen Crul, Joris Nevejans en Peten Spaepen, Klein applaus – drama activiteiten met 3-9 jarigen, Uitgeverij Abimo – september 2003

Handleidingen:

Muzignaal – bronnenboek voor muzische vorming – 4B, Bernard Leicher en Jan Coeck

Hoekentas 2 – toelichtingen voor de leerkracht – 5de leerjaar, Uitgeverij Abimo

Eindwerken:

Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof, academiejaar 2002 – 2003

4.2. Tweede graad

Internet:

www.jimigym.be/pics/kijkwijzers/body-drum01.jpg

www.jimigym.be/pics/kijkwijzers/body-drum09.jpg

33

Page 34: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

http://www.kav.be/nl/getpage.asp?i=84&verbond=Antwerpen&act=Bodydrum

http://www.youtube.com/watch?v=7HEMN7DxDxU&feature=related

http://www.schimmenspel.nl/handschaduwbeelden.htm

http://www.youtube.com/watch?v=q6EzPkqt2Rk

http://nl.wikipedia.org/wiki/Schuhplattler

Handleiding :

Het notenpaleis ; uitgeverij Abimo

Moet je doen , muziek groep 5

4.3. Derde graad

Tijdschriften:

Zonnestraal Speciaal – Iedereen op het podium – 2 februari 2007 Zonneland – Grappig – 19 februari 2007 Zonneland – Op de planken met de hele klas – 13 januari 2006 Zonneland – Goochelen met verhalen (toneel, strip, film, literatuur) – 7 maart 2008

34

Page 35: Web viewTai. chi. chuan – Universal . Tao – Ballet. ... Later word ik circusartiest! Circuskinderen, Seghers Leslie en Verrijdt Emilie – promotor Maria van Hoof,

Zonnestraal – Spring in de tekenfilm – 30 januari 2004

Internet:

http://www.toneel.be/cgi-bin/home

http://nl.wikipedia.org/wiki/Toneel

http://nl.wikipedia.org/wiki/Dans

http://www.danspunt.be/

http://www.bloggen.be/dancefietjeuhsgirls/archief.php?ID=28

Handleidingen: Muzignaal 5 en 6 – bronnenboek voor muzische vorming

35