Wonen VOOR DE - assets.wnf.nlassets.wnf.nl/downloads/dieren_in_de_klas_wonen.pdf · kleuren de...

3
Zoek de woon-verschillen Teken een huis op het bord. Laat in trefwoorden aangeven wat een mens het jaar door meestal ín huis doet. Schrijf die woorden (eten, slapen, e.d.) in het huis. Laat ook bedenken wat een mens buiten z’n huis allemaal kan bedreigen (regen, storm, zakkenrollers, e.d.). Noteer die woorden buiten het huis. Schrijf nu in verschillende kleuren de namen op van drie dieren die ook een woonplek hebben: in blauw ‘ijsbeer’ (hol in de sneeuw), in groen ‘zwaluw’ (rond nest), in geel ‘wesp’ (wespennest van papier). Kruis voor de ijsbeer met blauw aan welke van de genoteerde trefwoorden ook bij dit dier passen. Doe hetzelfde met de andere twee dieren. Gesprek: Wat is het verschil tussen de woning van deze dieren en die van een mens? ‘Daarom woon ik hier!’ Maak groepjes van drie. Geef elk groepje kopieën van de pagina's 6/7, 10/11 en 16/17. Hierop staat te lezen hoe dieren wonen, waar ze wonen en met wie ze wonen. Elk groepje kiest drie dieren uit en tekent hun nest / huis / hol / woning. Er komt een tekstwolkje uit die woning. Daarin vertelt het betreffende dier waarom het juist deze woonplek heeft gekozen. Pas op: gevaar! Voor de meeste dieren is de woonplek een veilige plek. Het gevaar ligt buiten de woonplek op de loer. Leg in de gymzaal verspreid op de grond hoepels neer: twee hoepels minder dan er kinderen zijn. Geef twee kinderen een bal. De anderen (‘dieren’) gaan in de hoe- pels (hun veilige woning) staan. De kinderen met de bal zijn de andere dieren (of de mensen) die ze willen aanvallen. Zodra de ‘dieren’ hun veilige woonplek hebben verlaten, mogen ze met de bal getikt worden. Het is toegestaan om van de ene hoepel naar een andere te lopen, als die plek vrij is tenminste: één ‘dier’ per hoepel. De dieren die getikt zijn, gaan naar de kant. Let op: ze mogen niet langer dan vijf tellen in een hoepel blijven staan! Haal na elk getikt dier één hoepel weg. HET THEMA Een huis hebben: de ge-woon-ste zaak van de wereld! Of toch niet? Waarvoor dient een woning? En waar moet een huis aan voldoen? Een alledaags onderwerp, maar heel belangrijk. Want een goede woning is meestal van levensbelang voor mens en dier. Het is een plek waar je veilig kunt uitrusten, eten, slapen en/of je kinderen grootbrengen. De TamTam van oktober gaat over wonen in de dierenwereld. Van boomkikker tot pinguïn en van zwaluw tot ijsbeer. De meest gekke, grappige, onooglijke en knappe bouwsels komen langs. In tekst en beeld. Heel aansprekend én leerzaam voor kinderen. Vooral omdat elk dier een andere idee over goed wonen heeft. Veel plezier met de lessuggesties in deze aflevering van ‘TamTam in de klas’. LESSUGGESTIES Gebruik de volgende suggesties om de kinderen op een speelse manier bij het onderwerp te betrekken. De drie opdrachten zijn bedoeld als een introductie, kern en afsluiting. Wonen VOOR DE LEERKRACHT Editie: oktober 2004 Thema: Wonen Zó werkt u met ‘TamTam in de klas’ • Download de pagina’s ‘TamTam in de klas’ Lees de inleiding op het thema (Voor de leerkracht) Maak een keuze uit de lessuggesties op dit blad Kopieer de twee leerlingpagina’s voor alle kinderen Laat de leestekst van het eerste blad lezen (individueel, in groepjes of klassikaal) Laat de vragen maken en de antwoorden direct noteren (dit is zelfcorrigerend materiaal) Laat de overige opdrachten maken. Die zijn niet zelfcorrigerend. Stimuleer kinderen om ook de internet-opdracht uit te voeren: www.wnf.nl/rangerclub Maak gebruik van de TamTam

Transcript of Wonen VOOR DE - assets.wnf.nlassets.wnf.nl/downloads/dieren_in_de_klas_wonen.pdf · kleuren de...

Zoek de woon-verschillen

Teken een huis op het bord. Laat in trefwoorden aangeven wat een

mens het jaar door meestal ín huis doet. Schrijf die woorden (eten,

slapen, e.d.) in het huis. Laat ook bedenken wat een mens buiten

z’n huis allemaal kan bedreigen (regen, storm, zakkenrollers, e.d.).

Noteer die woorden buiten het huis. Schrijf nu in verschillende

kleuren de namen op van drie dieren die ook een woonplek

hebben: in blauw ‘ijsbeer’ (hol in de sneeuw), in groen ‘zwaluw’

(rond nest), in geel ‘wesp’ (wespennest van papier). Kruis voor de

ijsbeer met blauw aan welke van de genoteerde trefwoorden ook bij

dit dier passen. Doe hetzelfde met de andere twee dieren. Gesprek:

Wat is het verschil tussen de woning van deze dieren en die van een

mens?

‘Daarom woon ik hier!’

Maak groepjes van drie. Geef elk groepje kopieën van de pagina's

6/7, 10/11 en 16/17. Hierop staat te lezen hoe dieren wonen, waar ze

wonen en met wie ze wonen. Elk groepje kiest drie dieren uit en

tekent hun nest / huis / hol / woning. Er komt een tekstwolkje uit

die woning. Daarin vertelt het betreffende dier waarom het juist

deze woonplek heeft gekozen.

Pas op: gevaar!

Voor de meeste dieren is de woonplek een veilige plek. Het gevaar

ligt buiten de woonplek op de loer. Leg in de gymzaal verspreid op

de grond hoepels neer: twee hoepels minder dan er kinderen zijn.

Geef twee kinderen een bal. De anderen (‘dieren’) gaan in de hoe-

pels (hun veilige woning) staan. De kinderen met de bal zijn de

andere dieren (of de mensen) die ze willen aanvallen. Zodra de

‘dieren’ hun veilige woonplek hebben verlaten, mogen ze met de bal

getikt worden. Het is toegestaan om van de ene hoepel naar een

andere te lopen, als die plek vrij is tenminste: één ‘dier’ per hoepel.

De dieren die getikt zijn, gaan naar de kant. Let op: ze mogen niet

langer dan vijf tellen in een hoepel blijven staan! Haal na elk getikt

dier één hoepel weg.

HET THEMA

Een huis hebben: de ge-woon-ste zaak van de wereld! Of toch niet?

Waarvoor dient een woning? En waar moet een huis aan voldoen?

Een alledaags onderwerp, maar heel belangrijk. Want een goede

woning is meestal van levensbelang voor mens en dier. Het is een

plek waar je veilig kunt uitrusten, eten, slapen en/of je kinderen

grootbrengen.

De TamTam van oktober gaat over wonen in de dierenwereld. Van

boomkikker tot pinguïn en van zwaluw tot ijsbeer. De meest gekke,

grappige, onooglijke en knappe bouwsels komen langs. In tekst en

beeld. Heel aansprekend én leerzaam voor kinderen. Vooral omdat

elk dier een andere idee over goed

wonen heeft. Veel plezier met de

lessuggesties in deze aflevering van

‘TamTam in de klas’.

LESSUGGESTIES

Gebruik de volgende suggesties om de kinderen op een

speelse manier bij het onderwerp te betrekken. De drie

opdrachten zijn bedoeld als een introductie, kern en

afsluiting.

Wonen VOOR DELEERKRACHT

Editie: oktober 2004

Thema: Wonen

Zó werkt umet ‘TamTamin de klas’

• Download de pagina’s ‘TamTam in de klas’

• Lees de inleiding op het thema(Voor de leerkracht)

• Maak een keuze uit de lessuggesties op dit blad• Kopieer de twee leerlingpagina’s voor alle kinderen• Laat de leestekst van het eerste blad lezen (individueel,

in groepjes of klassikaal)• Laat de vragen maken en de antwoorden direct noteren

(dit is zelfcorrigerend materiaal)• Laat de overige opdrachten maken. Die zijn niet zelfcorrigerend.• Stimuleer kinderen om ook de internet-opdracht uit te voeren:

www.wnf.nl/rangerclub• Maak gebruik van de TamTam

VRAGEN

Zeven dieren vertellen iets over hoe ze wonen of waar ze wonen.

Zoek bij elke uitspraak uit welk dier dat zegt. Schrijf de naam van

dat dier op de goede plek in de balkjes. Als je het goed doet, lees je

van boven naar beneden (in de gekleurde vakjes) de naam van nog

weer een ander dier.

1. Ik maak mijn nest van papier.

2. Ik maak een boomhut voor m’n kinderen.

3. Ik slaap hoog in een boom.

4. Mijn huis is een gebakken pot.

5. Ik woon het liefste vlak bij mijn eten: vliegen en muggen.

6. Ik woon met miljoenen anderen in een grot.

7. Ik zwerf rond over de savanne van Afrika.

Jij woont in een huis of in een flat. Misschien wel in een boot of

woonwagen. Dieren wonen natuurlijk ook: in een hol of in een

nest. Of gewoon in de buitenlucht. Een huis is droog, warm en

veilig, maar het heeft ook nadelen. Een huis zoeken lukt niet

altijd, en bouwen of graven is een hele klus. Sommige dieren

hebben geen woning nodig. Die zijn van zichzelf sterk, stekelig

of giftig en hoeven niet zo bang te zijn voor vijanden. Of ze heb-

ben weinig last van kou, regen en wind. Maar de meeste dieren

zoeken op de een of andere manier een beschutte plek.

Hoe wonen dieren?

Hoe dieren wonen is heel verschillend: in een hol of nest. Hoe ze

aan hun woning gekomen zijn, verschilt ook: zelf gebouwd, gevon-

den, ingepikt of zelf gegraven. Moeder ijsbeer bijvoorbeeld kan best

tegen de kou, maar haar kleine ijsbeerjonkies niet. Daarom graaft

een ijsbeer-vrouw voor de winter een hol in de sneeuw. Daar is het

minder koud dan buiten. Wespen maken een nest van papier. Met

hun kaken schrapen ze hout af. Met spuug erbij wordt het een soort

papier. In de kamertjes van het nest groeien hun larven uit tot

nieuwe wespen.

De ovenvogel uit Zuid-Amerika maakt een pot zo groot als een

voetbal. De pot is gemaakt van klei, grassprieten en takjes die

vanzelf gebakken worden door de warmte van de zon.

En de boomkikker maakt een ‘boomhut’ voor z’n kinderen: een

soort schuimtaart die door de zon gebakken wordt.

Waar wonen dieren?

Elk dier voelt zich het lekkerst op een plek waar het veilig is en waar

hij niet te ver weg hoeft voor zijn eten. Soms is die woonplek maar

voor even, zoals bij de olifant. Hij zwerft rond over de savanne van

Afrika. Hij moet wel, want als olifanten te lang op één plek blijven,

zijn alle bomen kaal.

De zwaluw woont het liefst vlakbij zijn eten: muggen en vliegen. Een

boerenschuur is daar heel geschikt voor. In de winter vertrekt de

zwaluw naar Zuid-Afrika.

De chimpansee slaapt hoog in een boom op een matrasje van kleine

takjes. Dat is minder gevaarlijk dan slapen op de grond.

Met wie wonen dieren?

Sommige dieren wonen in hun eentje, andere wonen samen. Als

man en vrouw, of met de hele familie. En soms is het nog weer

anders. Dan wonen ze bij elkaar met miljoenen tegelijk, zoals vleer-

muizen in een grote grot in de Verenigde Staten. Of pinguïns die bij

elkaar staan te broeden. Zo hebben ze minder last van rond-

vliegende roofmeeuwen die wel eens een eitje willen pikken. Dus

staan ze dicht bij elkaar. Maar als de ene pinguïn iets te dicht bij de

andere komt, krijgt hij een gemene pik...

1

VOOR DELEERLING

Wonen

OPLOSSING:

1.

2.

3.

4.

5.

6.

7.

www.wnf.nl/rangerclub (Bekroond met de Gouden @penstaart! De prijs voor de beste internetsite!)

Wonen VOOR DELEERLING

2

Zoek-opdracht:

Ga naar www.wnf.nl/rangerclub. Kijk in de ‘Dierenbieb’ en zoek uitwaar stokstaartjes ‘s nachtswonen.

EXTREEMWONEN

Teken op een groot vel papier de meest extreme vormen van

wonen die je in de TamTam van oktober bent tegengekomen. Dus

bijvoorbeeld de mooiste woning, de meest simpele woning, de

grappigste woning, de kleinste woning, de woning die het meeste

werk kost om te maken, de veiligste woning, enzovoort. Maak er

één grote tekening van. Zet bij elke woning een bordje Te Koop en

in een paar woorden wat er zo bijzonder is aan deze woning. Je

mag de dieren erbij tekenen, maar dat hoeft niet.

DEWONINGMAKELAAR

Uit de woningen die je getekend hebt, kies je er één uit: een wel

héél bijzondere woning. Stel je voor: jij bent een makelaar (iemand

die zo’n woning moet verkopen). Nu ga je (alleen of samen) het

beste verkooppraatje opschrijven dat je kunt bedenken. Waarom is

dit zo’n goed huis? Waarom zou eigenlijk iedereen zo’n soort huis

moeten kopen? Denk ook aan: veiligheid, woongemak, uitzicht, e.d.

Je kunt er een advertentie van maken of een affiche. Klaar? Dan

mag je misschien jouw advertentie wel voorlezen. Wat vinden de

anderen? Wie maakt het beste reclame voor een woning?

SAMENWONEN

Ontwerp een huis of gebouw waarin zoveel mogelijk mensen en

dieren bij elkaar kunnen wonen. Hoe moet zo’n huis eruitzien?

Maak een bouwtekening met aanwijzingen hoe dat huis of gebouw

eruit moet zien en welke dieren er allemaal een plek kunnen krij-

gen.

De WNF-Rangerclub is dejeugdclub van het WereldNatuur Fonds. Ze hebben eenbeestachtig clubblad: TamTam.Daarin staan veel foto’s éninformatie over dieren.

Bekijk ook de dierenbieb met info over meer dan 500dieren. Kijk op www.wnf.nl/rangerclub/dierenbieb