Weekenddienst voor terminale patiënten

1
KORT NIEUWS PALLIUM MULTIDISCIPLINAIR TIJDSCHRIFT OVER PALLIATIEVE ZORG JAARGANG 16 – NUMMER 2 – APRIL 2014 3 Weekenddienst voor terminale patiënten IKNL verzamelt informatie palliatieve zorg in ziekenhuis In steeds meer ziekenhuizen ontstaan initiatie- ven om palliatieve zorg intern meer op de kaart te zetten en de kwaliteit van de geboden zorg te verbeteren en te borgen. Op verschillende plaatsen starten ziekenhuizen bijvoorbeeld met palliatieve teams. Het IKNL biedt op zijn website een selectie van de meest relevante bronnen voor palliatieve zorg in het ziekenhuis. Naast het ophalen van informatie is het mogelijk hier informatie te delen met anderen. Er zijn pagina’s opgenomen met artikelen, rapporten, beleidsdocumenten, instrumenten en methodie- ken. Maar ook goede voorbeelden ter inspiratie, onderverdeeld in de aanleiding om de palliatieve zorg te verbeteren, het verbeteren van de organi- satie op ziekenhuisniveau en op afdelingsniveau, en inhoudelijke informatie over palliatieve zorg. Met het beschikbaar maken van deze informatie wil IKNL de initiatiefnemers op het vlak van palliatieve zorg binnen het ziekenhuis helpen het draagvlak te vergroten en plannen te onder- bouwen en te concretiseren. De informatie is vooral bedoeld voor bestuurders, managers, projectleiders en andere ‘kartrekkers’ in het ziekenhuis, die aan de slag willen met verbeter- projecten rond palliatieve zorgverlening. Kent u nog andere documenten of heeſt u zelf stukken uit uw ziekenhuis beschikbaar om met anderen te delen? Neem dan contact op met Marjolein van Meggelen, adviseur IKNL, [email protected]. Om de zorg voor terminale patiënten tijdens het weekend te verbeteren, richtte de CHP (Cen- trale Huisartsenpost) NWN (Nieuwe Waterweg Noord, huisartsenpost-nwn.nl) in 2012 een speciale dienst op. Onderzoekers van de afdeling instituut Beleid & Management Gezondheids- zorg (iBMG) van de Erasmus Universiteit en Bureau Obelon Rotterdam voeren een evaluatief onderzoek uit naar de waarde van deze aanpak. Het onderzoek wordt mogelijk gemaakt door het eia fonds van Achmea en het Noletfonds uit Schiedam. Aanleiding Landelijk is bekend dat zorgvragen van pallia- tieve patiënten tijdens de avond, nacht en week- enden speciale aandacht vragen. In de meeste gevallen is de eigen huisarts er, maar als die zich moet laten vervangen door een huisarts van de post, stelt dit speciale eisen. Zo is de kwaliteit van de overdracht van patiëntgegevens van groot belang. Ook kan er meer tijd of gespecialiseerde kennis nodig zijn. Uit landelijk onderzoek is gebleken dat het ontbreken van deze voorwaar- den tot onnodige ziekenhuisopnames kan lei- den, waardoor patiënten een grote kans lopen in het ziekenhuis te overlijden en niet thuis, zoals de meeste mensen willen. Voor de CHP NWN was dit in 2012 reden om een experiment te star- ten met een aangepaste dienst voor palliatieve patiënten. Deze dienst (‘de PZ-dienst’) zorgt ervoor dat de dienstdoende arts voldoende tijd heeſt voor de terminale patiënt en diens naasten. Bovendien waarborgt de dienst dat de arts die de zorg verleent, ervaring en a niteit heeſt met palliatieve zorg. Het onderzoek De aanpak van het onderzoek is ‘interactief ’: het wordt in nauwe samenspraak met het veld uitgevoerd. Zo analyseren huisartsen met spe- cialisten samen patiëntgegevens en aan de hand daarvan de kwaliteit van de transmurale samen- werking. Het onderzoek levert daarmee ook een bijdrage aan de verbetering van de zorgketen. De zorgverlening tijdens de onderzoeksperiode wordt vergeleken met de periode dat de CHP nog geen ‘PZ-dienst’ had. Bovendien worden de gegevens met die van een andere Huisartsenpost vergeleken. De onderzoekers halen hun infor- matie uit (geanonimiseerde) patiëntgegevens, uit eigen registraties en uit interviews. Patiënten, hun naasten, verpleegkundigen en de eigen huisarts worden benaderd om de verleende zorg door de huisartsenpost te beoordelen. Tijdens de meetfase registreren dienstdoende artsen de verleende zorg aan elke terminale patiënt en beantwoorden ze daar kwalitatieve vragen over. Het in de zomer 2013 gestarte project loopt tot het einde van 2014. Een lokale initiatiefgroep waar behalve de CHP, het palliatief netwerk NWN, het Vlietlandzie- kenhuis en de VVT-organisatie (Verpleging Verzorging uiszorg) Argoszorggroep deel van uitmaken, begeleidt het onderzoek. Informatie Het onderzoeksteam bestaat uit Jeroen van Wijngaarden (EUR), Peet Pols (Obelon) en Ad Standaart (Obelon, projectleider). Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met Peet Pols, E [email protected] of met Ad Standaart, E [email protected], T 010 412 79 77. © inkstock © inkstock Rectificatie Pallium 1-2014 In Pallium 1-2014, bij het artikel ‘Rouwende studenten’ op pag. 14-15, is bij auteur Katja van der Linden onjuiste informatie opgeno- men. De correcte informatie luidt als volgt: Katja van der Linden is lid van de community Verlies en Rouw bij Avans Hogeschool en stu- deert Zorgethiek en Beleid aan de Universiteit van Humanistiek in Utrecht

Transcript of Weekenddienst voor terminale patiënten

Page 1: Weekenddienst voor terminale patiënten

K O R T N I E U W S

PALLIUM • MULTIDISCIPLINAIR TIJDSCHRIFT OVER PALLIATIEVE ZORG JAARGANG 16 – NUMMER 2 – APRIL 2014 3

Weekenddienst voor terminale patiënten

IKNL verzamelt informatiepalliatieve zorg in ziekenhuis

In steeds meer ziekenhuizen ontstaan initiatie-ven om palliatieve zorg intern meer op de kaart te zetten en de kwaliteit van de geboden zorg te verbeteren en te borgen. Op verschillende plaatsen starten ziekenhuizen bijvoorbeeld met pallia tieve teams. Het IKNL biedt op zijn website een selectie van de meest relevante bronnen voor palliatieve zorg in het ziekenhuis. Naast het ophalen van informatie is het mogelijk hier informatie te delen met anderen. Er zijn pagina’s opgenomen met artikelen, rapporten, beleidsdocumenten, instrumenten en methodie-ken. Maar ook goede voorbeelden ter inspiratie, onderverdeeld in de aanleiding om de palliatieve zorg te verbeteren, het verbeteren van de organi-satie op ziekenhuisniveau en op afdelingsniveau, en inhoudelijke informatie over palliatieve zorg.Met het beschikbaar maken van deze informatie wil IKNL de initiatiefnemers op het vlak van palliatieve zorg binnen het ziekenhuis helpen het draagvlak te vergroten en plannen te onder-bouwen en te concretiseren. De informatie is vooral bedoeld voor bestuurders, managers, projectleiders en andere ‘kartrekkers’ in het ziekenhuis, die aan de slag willen met verbeter-projecten rond palliatieve zorgverlening. Kent u nog andere documenten of heeft u zelf stukken uit uw ziekenhuis beschikbaar om met anderen te delen? Neem dan contact op met Marjolein van Meggelen, adviseur IKNL, [email protected].

Om de zorg voor terminale patiënten tijdens het weekend te verbeteren, richtte de CHP (Cen-trale Huisartsenpost) NWN (Nieuwe Waterweg Noord, huisartsenpost-nwn.nl) in 2012 een speciale dienst op. Onderzoekers van de afdeling instituut Beleid & Management Gezondheids-zorg (iBMG) van de Erasmus Universiteit en Bureau Obelon Rotterdam voeren een evaluatief onderzoek uit naar de waarde van deze aanpak. Het onderzoek wordt mogelijk gemaakt door het Theia fonds van Achmea en het Noletfonds uit Schiedam.

AanleidingLandelijk is bekend dat zorgvragen van pallia-tieve patiënten tijdens de avond, nacht en week-enden speciale aandacht vragen. In de meeste gevallen is de eigen huisarts er, maar als die zich moet laten vervangen door een huisarts van de post, stelt dit speciale eisen. Zo is de kwaliteit van de overdracht van patiëntgegevens van groot belang. Ook kan er meer tijd of gespecialiseerde kennis nodig zijn. Uit landelijk onderzoek is gebleken dat het ontbreken van deze voorwaar-den tot onnodige ziekenhuisopnames kan lei-den, waardoor patiënten een grote kans lopen in het ziekenhuis te overlijden en niet thuis, zoals de meeste mensen willen. Voor de CHP NWN was dit in 2012 reden om een experiment te star-ten met een aangepaste dienst voor palliatieve patiënten. Deze dienst (‘de PZ-dienst’) zorgt ervoor dat de dienstdoende arts voldoende tijd heeft voor de terminale patiënt en diens naasten. Bovendien waarborgt de dienst dat de arts die de zorg verleent, ervaring en affiniteit heeft met palliatieve zorg.

Het onderzoekDe aanpak van het onderzoek is ‘interactief ’: het wordt in nauwe samenspraak met het veld uitgevoerd. Zo analyseren huisartsen met spe-cialisten samen patiëntgegevens en aan de hand daarvan de kwaliteit van de transmurale samen-werking. Het onderzoek levert daarmee ook een bijdrage aan de verbetering van de zorgketen. De zorgverlening tijdens de onderzoeksperiode wordt vergeleken met de periode dat de CHP nog geen ‘PZ-dienst’ had. Bovendien worden de gegevens met die van een andere Huisartsenpost

vergeleken. De onderzoekers halen hun infor-matie uit (geanonimiseerde) patiëntgegevens, uit eigen registraties en uit interviews. Patiënten, hun naasten, verpleegkundigen en de eigen huisarts worden benaderd om de verleende zorg door de huisartsenpost te beoordelen. Tijdens de meetfase registreren dienstdoende artsen de verleende zorg aan elke terminale patiënt en beantwoorden ze daar kwalitatieve vragen over. Het in de zomer 2013 gestarte project loopt tot het einde van 2014.Een lokale initiatiefgroep waar behalve de CHP, het palliatief netwerk NWN, het Vlietlandzie-kenhuis en de VVT-organisatie (Verpleging Verzorging Thuiszorg) Argoszorggroep deel van uitmaken, begeleidt het onderzoek.

InformatieHet onderzoeksteam bestaat uit Jeroen van Wijngaarden (EUR), Peet Pols (Obelon) en Ad Standaart (Obelon, projectleider). Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met Peet Pols, E [email protected] of met Ad Standaart, E [email protected], T 010 412 79 77.

© Th

inks

tock

© Th

inks

tock

Rectificatie Pallium 1-2014In Pallium 1-2014, bij het artikel ‘Rouwende studenten’ op pag. 14-15, is bij auteur Katja van der Linden onjuiste informatie opgeno-men. De correcte informatie luidt als volgt:Katja van der Linden is lid van de community Verlies en Rouw bij Avans Hogeschool en stu-deert Zorgethiek en Beleid aan de Universiteit van Humanistiek in Utrecht