Als trainer van een jeugdteam is het natuurlijk van belang dat je een training kan maken en deze kan geven aan de groep. Bij de cursus TC III leer je hoe je een training op een goede manier moet vormgeven. Er zijn bepaalde regels voor ontwikkeld, welke kunnen worden toegepast voor elke te maken training voor elk niveau. Je moet aandacht geven aan je doelgroep, leeftijd, niveau, aantal spelers,

veldbezetting, materiaal, doeltjes etc. In de bijlagen van dit verslag, is een trainingsvoorbeeld te vinden die aan de voorwaarden van een goede training voldoet. De competenties van SGM9 past hier het beste bij:

SGM9 Ontwerpen, organiseren en begeleiden van sport- en bewegingsactiviteiten● Is in staat een juiste inschatting te maken van de eigen bekwaamheid ten opzichte van het veiligheidsrisico van activiteiten en speelt hier adequaat op in● Maakt een doelgroep analyse bij activiteiten voor nieuwe groepen en past dit toe in de activiteitenkeuze vanuit een breed perspectief● Ontwerpt logisch aaneensluitende reeksen van sport- en bewegingsactiviteiten die aansluiten bij de beleving en belastbaarheid van de doelgroep en kan deze zelfstandig op niveau implementeren● Stemt de sport- en bewegingsactiviteiten af op de beoogde doelstellingen behorend bij de doelgroep en het programma op langere termijn● Geeft begeleiding die qua aanspreektoon en sfeer passen bij verschillende doelgroepen● Past methodisch-didactische principes en vuistregels toe in de begeleiding van de sport en bewegingsactiviteiten● Past algemene trainingsprincipes toe in sportactiviteiten die gericht zijn op prestatieverbetering● Evalueert de activiteit en de eigen rol en kan concrete ontwikkelacties uitvoeren

Tijdens deze cursus, moest je stage lopen bij een club om daadwerkelijk training te kunnen geven. Ik heb bij mijn eigen club stage kunnen lopen en gaf daarbij training aan een meiden team in de leeftijd van 13/16 jaar. Deze meiden spelen in een jongenscompetitie. Als trainer is het ook belangrijk dat je je aan het beleid van de club/organisatie houdt en aan de regels van de bond, in dit geval de KNVB. Spelers moeten zo bijvoorbeeld lid zijn van de vereniging en moeten een geldige spelerspas hebben. Soms komt het voor dat het beleid niet helemaal werkt in de praktijk. Bijvoorbeeld het wisselbeleid bij de jeugd. Het komt vaak voor dat spelers boos worden omdat ze bijvoorbeeld niet vaak genoeg spelen. Het is een keuze van de trainer, maar daarbij moet het beleid wel in het achterhoofd worden gehouden. De competenties van SGM3 sluiten hier het beste bij aan:SGM3 Planmatig ontwikkelen en implementeren van de strategie en het sport en gezondheids- beleid van de sportorganisatie. ● Houdt rekening met regelgeving en beleid van hoofd -of koepelorganisatie, overheden● Gebruikt de visie als leidraad en referentiekader bij het maken van keuzes● Levert input en geeft onderbouwde adviezen voor de ontwikkeling van strategie, beleid en plannen

Tijdens deze cursus leer je goed hoe je voor de groep moet staan. Bijvoorbeeld waar je precies moet lopen of hoe je de spelers moet coachen. Je bent als trainer een voorbeeld voor de groep en moet respect tonen voor je spelers. Als trainer moet je de sfeer goed in de gaten houden en ben je verantwoordelijk voor de gesteldheid van de spelers. Je spreekt je doelstellingen aan het begin van het

seizoen uit en maakt afspraken met het team en eventueel met de ouders. Mocht je tegen conflicten aanlopen, dan maak je dit kenbaar bij het bestuur. De competenties van SGM4 en SGM8 passen hier het beste bij:

SGM4 Hanteren van strategie en beleidscyclus ● Gebruikt de visie als leidraad en referentiekader bij het maken van keuzes● Levert input en geeft onderbouwde adviezen voor de continuering van strategie, beleid en plannen● Draagt in de organisatie helder en inspirerend de visie en strategie van de organisatie uit● Treedt op als intermediair tussen bestuur, aandeelhouders/directie, politiek en leden, klanten en andere belanghebbenden● Evalueert de uitvoering van het beleid en de resultaten van de activiteiten vanuit de vastgestelde visie, doelstellingen en kaders● Stelt indien nodig beleidswijzigingen voor en voert deze uit

SGM8 Leiding geven en managen ● Inspireert en zet mensen in beweging voor de (sport)organisatie, verkrijgt commitment/draagvlak● Toont belangstelling, is open en heeft respect voor de medewerkers, is sociaal-communicatief ingesteld● Houdt rekening met capaciteiten, interesses en motivatie van medewerkers bij het toewijzen van taken en activiteiten● Zorgt voor duidelijkheid omtrent taken en verwachte resultaten van de (nieuwe) medewerkers● Stuurt medewerkers taakgericht en mensgericht aan● Zorgt dat professionals optimaal kunnen functioneren● Grijpt in en stuurt bij als activiteiten of beslissingen conflicteren met de visie en het beleid van de organisatie● Besteedt regelmatig aandacht aan de persoonlijke ontwikkeling van de medewerkers en geeft constructieve feedback over hun functioneren● Enthousiasmeert, overtuigt, geeft feedback en coacht ● Werkt aan teambuilding● Spreekt medewerkers aan op zwak functioneren of onvoldoende resultaten (in de wandelgangen en bij de functionerings- en beoordelingsgesprekken)

Bijlagen

Opdracht 0.3 Zelfscan TC III Jeugd VoetbalElissa Halbesma

1. ZELFSCAN In deze opdracht is opdracht 0.2 de zelfscan die al in een eerder stadium van de cursus gemaakt moest worden toegevoegd. Hierbij zijn de zwarte vinkjes van de eerste zelfscan en de groene vinkjes van waar ik mezelf nu vindt staan.

2. LEERDOELEN Hieronder staan de leerdoelen die ik in opdracht 0.2 heb geformuleerd. Ik zal ze nu nog eens bekijken en aangeven of ik deze reeds heb ontwikkeld of dat ik me hier nog verder in moet ontwikkelen.

LEERDOEL ‘COACHEN TIJDENS WEDSTRIJDEN’• M.b.t. het coachen tijdens wedstrijden wil ik mijzelf vooral verbeteren in:

Ik wil mezelf vooral verbeteren in het mezelf verstaanbaar maken langs de lijn en ook duidelijkheid creëren bij de spelers.

= Inmiddels heb ik tijdens de trainingen geleerd dat ik me duidelijk verstaanbaar moet maken. Nu je zelf training geeft, gaat dat eigenlijk vanzelf. Ik kan mijn stem nu beter verheffen en mezelf beter verstaanbaar maken tijdens de trainingen. Als ze je niet horen, gebeurd er in het veld ook niet wat je wilt zien. Ik denk er goed aan dat ik de groep even aan

één kant zet, zodat ik niet in een rondje hoeft te praten en de kans bestaat dat ze me niet kunnen verstaan omdat ik met de rug naar de speelsters toe sta. Tijdens de wedstrijd is dit soms nog wel eens lastig, dan ligt het misschien niet zo zeer aan het feit dat ze me niet verstaan, maar dat ze zo gefocust zijn op het spelletje dat de speelsters je gewoon niet horen. Vaak kies ik dan voor een dode spel moment om het nog eens te coachen als collectief of individueel door een speelster even snel naar de kant te roepen.

• De leerdoelen ga ik realiseren door de volgende acties te ondernemen:

Tijdens de trainingen zowel als op school als bij mijn club, ga ik stemverheffing gebruiken en polsen of ik goed verstaanbaar ben. Daarbij controleer ik ook of ik duidelijk over kom en of de spelers mij begrijpen.. ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

LEERDOEL ‘TRAINEN GERICHT OP VOETBALONTWIKKELING’• M.b.t. het trainen gericht op voetbalontwikkeling wil ik mijzelf vooral verbeteren in:

Ik wil mezelf verbeteren in de individuele coaching van spelers om zo de voetbalontwikkeling voor hen te bevorderen. Daarnaast wil ik doormiddel van collectief coachen tijdens trainingen de voetbalontwikkeling van het team verbeteren.

= Tijdens de trainingen kan ik de speelsters rustig even bij me halen om ze individueel te coachen en dit gaat ook prima. Tijdens de wedstrijden is dit wat moeilijker. Vaak kan je iemand die langs de lijn staat prima individueel coachen, maar niet iemand die aan de andere kant van het veld staat. Als dit niet lukt, behandel ik dit in de rust. Als collectief coachen is ook op trainingen makkelijker dan in de wedstrijd. Bij trainingen heb je nog het moment om het even stop te zetten, maar in de wedstrijd moet je het juiste moment herkennen en meteen reageren en dus coachen.

• De leerdoelen ga ik realiseren door de volgende acties te ondernemen:

Deze doelen wil ik bereiken door tijdens trainingen van de jeugd, extra letten op de individuele coaching om er op die manier voor te zorgen dat het team als geheel zich ook ontwikkeld. Deze coaching kan door een speler bij mij te halen maar dit kan ook worden gecoacht langs de lijn.

LEERDOEL ‘BEGELEIDEN VAN JEUGDSPELERS’• M.b.t. het begeleiden van jeugdspelers wil ik mijzelf vooral verbeteren in:

Ik wil duidelijk boven de groep staan en daarbij moet ik soms wel eens wat harder optreden. Ik moet consequent zijn en blijven wil ik gezag creëren bij de spelers.

= Dit heb ik vooral gemerkt tijdens de trainingen van meiden van VIOD. Deze meiden zijn 14/16 jaar en kunnen soms flink lacherig zijn. Verder zijn het hele lieve meiden en geen brutale apen of wat dan ook, maar soms is het best lastig om ze even stil te krijgen en houden. Ik ben van mezelf niet een persoon die gauw boos is, maar het is wel vervelend als ze niet goed luisteren en dus de training niet goed wordt uitgevoerd. Ik heb geleerd ze te corrigeren en soms zelfs te straffen als ze bijvoorbeeld maar door blijven gaan. Meestal is het dan 10 keer opdrukken of een rondje om het hoofdveld lopen, wat de meiden niet leuk vinden. Door mijn stem soms even te verheffen of gewoon stil te blijven, krijg ik de aandacht van de meiden wel weer terug. Zo niet, dan wijs ik ze daar persoonlijk even op.

• De leerdoelen ga ik realiseren door de volgende acties te ondernemen:

Ook dit leerdoel wil ik gaan realiseren door te oefenen op trainingen van de jeugd en/of op de trainingen van school. Het doel is om een speler bij me te halen tijdens de training om uitleg te geven en of te corrigeren. Maar dit kan ook collectief worden gecoacht.

3. NIEUWE LEERDOELEN

De meeste leerdoelen die ik had opgesteld heb ik ontwikkeld. Er zijn twee leerdoelen die ik nog wil verbeteren en ook wil blijven verbeteren als ik straks mijn diploma heb. Die leerdoelen zijn:

Ik wil tijdens wedstrijden goed en duidelijk kunnen coachen. Dat betekend dat ik speelster individueel kan coachen maar dat ik het team ook als collectief kan coachen op momenten die niet goed lopen of moeten worden verbeterd.

Ik wil goed en duidelijk voor de groep staan en gezag hebben bij de speelsters. Door consequent te blijven en te corrigeren en te complimenteren wil ik de groep beter maken en mijzelf ook als trainer.

Begeleiding van team en (individuele) spelersOpdracht 3.1 – TCIII EUFA C Jeugd Voetbal

1. DOELSTELLING(EN) VOOR HET SEIZOENDit is het eerste jaar dat VIOD C1G tegen jongens in de leeftijd van 14-15 jaar spelen. Vorig jaar speelden zij tegen D junioren en het verschil is erg te merken, vooral fysiek gezien.

Een doel die we dit seizoen graag willen bereiken is het handhaven in de 3e klasse 09. Momenteel staan wij op de 9e plaats in een competitie van 12 teams.

2. GEMAAKTE AFSPRAKEN

Binnen het veld- op de trainingen worden er scheenbeschermers gedragen;- tijdens de winter (lees onder de 10 graden) is het dragen van een lange broek of legging verplicht;- netjes met elkaar omgaan;- geen gevloek binnen het veld. Dat geld voor trainingen als wedstrijden;- als de trainer aan het woord is wordt er geluisterd.

Buiten het veld- tijdig aanwezig op trainingen en tijdens wedstrijden;- telefonisch afmelden wanneer je niet kan, alleen met een geldige reden;- na de wedstrijd altijd douchen.

3. MET WIE EN HOE?De afspraken die binnen en buiten het veld gelden zijn gemaakt met de speelsters van VIOD C1G. Daarnaast zijn er afspraken gemaakt over vervoer naar wedstrijden met de ouders.

Deze afspraken zijn voor het begin van een training besproken en worden zo nu en dan nog eens herhaald, wanneer deze afspraken niet worden na gekomen.

4. MANIER VAN BEGELEIDENTijdens de training zal Sanne het team voornamelijk begeleiden en sturen. Bij wedstrijden is er een leider, tevens een vader van één van de meiden, aangesteld om ze te begeleiden.

5. EVALUATIE GEMAAKTE AFSPRAKENNadat de afspraken die Sanne van belang vond waren mede gedeeld, was er de gelegenheid voor de ouders en speelsters om nog vragen te stellen. De vervolgstap is om te kijken of een ieder zich aan de afspraken kan en gaat houden en als dit niet het geval is dat dit dan wordt gemeld.

Het is voorgekomen, dat een speelster zich niet aan de gemaakte afspraken hield. Deze speelster had zich verschillende keren niet afgemeld voor een training en als ze dit deed, werd er via de Whatsapp afgemeld i.p.v. een telefonische afmelding. Haar gedrag was zowel in tijdens training en wedstrijden als via communicatie op Whatsapp of telefonisch niet netjes. Sanne en ik hebben samen met een lid van het jeugdbestuur, met haar en haar ouders om tafel gezeten. Hierbij hebben wij aangegeven, waarom we aan tafel zaten en wat er is voorgevallen. We hebben duidelijk aangegeven wat de gemaakte afspraken zijn, en dat

het team zich daar netjes aan houdt, behalve deze speelster. Haar ouders gaven aan dat deze speelsters zelf verantwoordelijk was voor haar eigen gedrag en dit dus ook zelf aan moest pakken. Uiteindelijk gedraagt ze zich nu beter en heeft het gesprekje wel degelijk geholpen.

6. REFLECTIEAl met al is de keuze goed geweest om de speelsters en ouders apart van elkaar te spreken. De afspraken voor de speelsters waren bij hen duidelijk en ze zijn zelf verantwoordelijk voor hun gedrag op het buiten het veld. De afpsraken over het vervoer zijn apart met de ouders besproken. Er waren bij de speelsters en ouders geen onduidelijkheden.

Het is dus voorgekomen dat een speelsters zich niet aan de afspraken heeft gehouden, en hier hebben Sanne en ik goed in gehandeld vind ik zelf. Omdat ik als stagiaire meeloop bij de trainingen, was Sanne als hoofdtrainster voornamelijk aan het woord, maar ik heb ook gezegd wat ik er van vond. Ik denk dat je met een gesprek voeren het verste komt en dat het verstandig is om het probleem meteen aan te pakken om inderdaad de gemaakte regels aan te houden. Wij als trainsters moeten het goede voorbeeld geven en consequent zijn en blijven om onduidelijkheden te voorkomen.

Opdracht 3.3 Blessures TC III Jeugd VoetbalElissa Halbesma

1. Blessures bij VIOD C1G- welke blessures komen het meeste voor? De afgelopen periode hebben we één speelster gehad die een scheurtje heeft gekregen in haar enkelbanden. Dit is gebeurd tijdens het zaalvoetballen. Overige blessures die soms voorkomen zijn hamstringblessures en/of bovenbeen blessures.

- waren deze te voorkomen? De blessure van de speelster met een scheurtje in de enkelbanden was enigszins te voorkomen en dat was om niet te gaan zaalvoetballen. Natuurlijk is voetbal en met

name zaalvoetbal blessure gevoelig en is de kans altijd aanwezig dat je blessure krijgt, maar dat weer houdt je er niet van om niet meer te gaan voetballen. De blessures die zij kreeg was simpelweg doordat ze in duel door haar enkel ging. Misschien was ze wel moe tijdens de wedstrijd? Of was ze een beetje overbelast? Ongeluk zit in een klein hoekje zeggen ze wel. Wat betreft de blessures aan de hamstring en/of bovenbeen, die zijn wel te voorkomen. Door een goede warming-up te doen, voorkom je al veel blessures. Echter ontstaan deze blessures meestal doordat ze er langzaam insluipen en weet je van je zelf niet of je overbelast bent als je op trainingen of wedstrijden nergens last van hebt en het er op eens inschiet.

- hoe ben je tot een diagnose van de blessure gekomen? Als een speelster aangeeft dat ze ergens last van heeft, dan kijken wij er als trainsters even naar. Sanne en ik beschikken beide over het diploma Sportmassage, waarbij we ook aandacht hebben besteed aan blessures. En door ervaring van eigen blessures, kun je al gauw inschatten hoe ernstig de blessure is en of de speelster door kan spelen of niet.

- hoe zijn de blessures behandeld? Als een speelster een blessure oploopt tijdens de training kijken wij als trainsters hoe erg het is. We vragen de speelster waar ze last van heeft, of ze bijvoorbeeld kan staan en of ze verder kan of niet. Als dit niet het geval is, gaat één van de trainsters mee naar binnen om te koelen of om eventueel de dokterswacht te bellen als dat echt nodig is. Meestal is één van de ouders er ook bij, want de meiden moeten naar training wordt gebracht en gehaald. Als de ouders er niet bij zijn, en het is een ernstige blessure waarbij eerste hulp nodig is, dan bellen wij deze ouder op. Als er een speelster een blessure oploopt tijdens de wedstrijd dat gaat de leider met de waterzak het veld in en kijkt wat de schade is. In principe wordt er hetzelfde gehandeld als op de training.

De speelster met een scheurtje in haar enkelbanden is naar het ziekenhuis geweest en is daarna enkele weken bij de fysiotherapeut langs geweest voor controle en eventuele oefeningen. Daar hebben wij als trainsters weinig invloed op gehad. De speelsters met de hamstring en/of bovenbeen blessure hebben wij ook naar de fysiotherapeut gestuurd om daadwerkelijk een inschatting te kunnen maken van de ernst van de blessure.

- op welke manier is/zijn de geblesseerde spelers teruggekeerd? Vervolgens geeft de fysiotherapeut een advies aan de speelster en zij deelt deze dan met ons. Wanneer de speelster weer mag trainen van de fysiotherapeut dan houden wij de speelster gedurende de training wel in de gaten. Desnoods laten we haar ergens niet aan mee doen om haar niet te forceren. Vaak adviseren wij als trainers of de persoon nog even naar de fysiotherapeut gaat voor een laatste beoordeling om te

kijken naar het herstel van de blessure en of ze weer in staat is om wedstrijden te gaan voetballen.

2. De rol van mij als trainer- welke rol speel jij als trainer in het voorkomen, behandelen van blessures?Om er voor te zorgen dat de speelsters zo weinig mogelijk in aanraking kunnen komen van blessures, zijn er een aantal regels opgesteld voor de trainingen. Zo is het bij ons verplicht dat je op de trainingen scheenbeschermers draagt. Bovendien zorgen wij als trainer er voor dat de speelsters altijd een warming-up doen om ze voor te bereiden op een inspanning. Daarbij hebben wij ook regels dat bij een temperatuur van onder de 10 graden, er warme kleding moet worden gedragen. Dat betekend een legging als je een korte broek wilt blijven dragen en in ieder geval een shirt met lange mouwen.

Als het op het behandelen van blessures aankomt, dan zijn wij als trainers verantwoordelijk voor de zorg van de speelsters. Wij begeleiden de speelsters naar de kleedkamer en blijven bij de speelsters als er externe of eerste hulp nodig is. We contacteren de ouders over de ernst van de blessure en geven anders advies als de blessure minder ernstig is. Wanneer iemand tijdens de training of wedstrijd last krijgt van een blessure moet de speelster dit zelf aangeven en zullen wij haar wisselen of minder belasten.

- wat heb je geleerd van eerdere ervaringen en deze opdracht m.b.t. jouw rol als het gaat om het voorkomen en behandelen van blessures? Als trainer ben je verantwoordelijk voor het welzijn van de speelsters. Het voorkomen van blessures heeft met verschillende factoren te maken, maar als trainer kun je je alleen focussen op de warming-up, kleding tijdens de wedstrijd of training. Andere factoren als slaaptekort, voeding etc. zijn factoren waarop de trainer geen invloed op kan uitoefenen. Voor het behandelen van blessure heb ik wel enige kennis maar ik ben persoonlijk niet in bezit van een EHBO diploma. Dat betekend dat je goed moet regelen of weten wanneer eerste hulp nodig is.

3. Feedback