Bloemetjes en ruitjes wedstrijd
-
Upload
annemarie-schamp -
Category
Documents
-
view
226 -
download
0
description
Transcript of Bloemetjes en ruitjes wedstrijd
1
BLOEMETJES- EN RUITJESWEDSTRIJD ONTWERP JE EIGEN TAPIJTPATROON
GROEP 5-8
Dit pakket bestaat uit verschillende onderdelen.
o Achtergrondinformatie voor de leerkracht en/of leerling
o Voorbereidende les in de klas
o De wedstrijdopdracht
o Informatie over Museum Jan Cunen
o 6 Lessuggesties ter verdieping van het thema
o Beeldmateriaal ter ondersteuning van de lessen
De bijgeleverde voorbereidende les en de lessuggesties kunnen klassikaal voor de groepen 5 en
6 en zelfstandig aan de groepen 7 en 8 aangeboden worden. De verwerking van de opdrachten
kan zowel zelfstandig als klassikaal.
Het hele pakket kan op elke gewenst moment in de week ingepast worden in de lessen naar wens
van de leerkracht.
Inleverdatum van de tapijtpatronen 21 oktober 2011.
Museum Jan Cunen, Molenstraat 65, 5341 GC Oss. Tel. 0412-635955
2
Inhoud pagina
Inleiding 3
En de winnaar is…. 4
Achtergrondinformatie, de geschiedenis van Bergoss 5
Nu nog te zien 7
Patronen en tapijten 8
Wedstrijdopdracht 10
Speciaal 11
Tentoonstelling Museum Jan Cunen 12
Lessuggesties 15
3
Inleiding
De tapijten van Bergoss waren niet alleen van zeer goede kwaliteit, maar ook prachtig om te zien,
daarom wilden heel veel mensen ze hebben. Deze tapijten werden ontworpen op de tekentafel
van Bergoss op speciaal ruitjespapier.
De bijgeleverde lessen die op school gegeven kunnen
worden, gaan over de textielindustrie in Oss en bestaan
uit achtergrondinformatie en een opdracht om zelf een
patroon te ontwerpen. De leerlingen worden door Mu-
seum Jan Cunen uitgedaagd om een zo mooi mogelijk
patroon te ontwerpen. Het is een digitaal lespakket dat
zowel geprint als op een digibord kan worden gebruikt.
In het pakket zitten onder andere veel voorbeelden van
patroontekeningen en tapijt.
Het pakket aan patroonontwerpen van de leerlingen kunt
u opsturen naar het museum, of afgeven bij de receptie.
Openingstijden: dinsdag t/m zondag van 12:30 -16:30 uur.
Museum Jan Cunen, Molenstraat 65, 5341 GC Oss. Tel. 0412-635955
Alle ontwerpen worden in november tentoongesteld op
Het Hooghuis Zuid, waar dan een echt antiek weefge-
touw te zien is.
4
En de winnaar is…….
Er zijn 3 prijzen te winnen.
De hoofdprijs:
o Een mooi kado voor het beste ontwerp
van een leerling.
o Een gratis rondleiding met de klas door
de tentoonstelling Made in Oss. Van vee
tot MSD in Museum Jan Cunen.
Aansluitend een animatieworkshop voor
de hele klas.
o Het Ga-Loss-Doe- boekje voor de klas.
De 2de prijs:
o Een mooi kado voor het bijna beste
ontwerp van een leerling.
o Een gratis rondleiding met de klas door
de tentoonstelling Made in Oss. Van vee
tot MSD in Museum Jan Cunen.
o Het Ga-Loss-Doe-boekje voor de klas.
De 3de prijs:
o Een mooi kado voor het derde beste ontwerp van een leerling.
o Het Ga-Loss-Doe-boekje voor de klas.
En natuurlijk is het een eer dat alle ontwerpen bij Het Hooghuis Zuid aan de muur komen te han-
gen als het weefgetouw daar staat.
5
Achtergrondinformatie
De geschiedenis van Bergoss
Het begin
De Bergossfabriek is ongeveer 150 jaar geleden begonnen als een fabriekje waar oude vodden
werden vermalen tot watten. Daniël van den Bergh haalde oude lappen stof op en vermaalde deze
tot vulling voor matrassen en kussens. Deze fabriek noemden ze een ‘watten’fabriek. De bijnaam
van Daniël van den Bergh was ‘wattenjood’ omdat hij Joods was en in watten handelde.
De plek in Oss
De fabriek begon in de
Molenstraat en werd later
verplaatst naar de Walstraat.
Toen de fabriek steeds groter
werd door het gebruik van
stoommachines en door goed
zakendoen, werd het bedrijf
verplaatst naar de hoek van
de Klaphekkenstraat -
Goudmijnstraat. Die plek ken
je misschien wel; hier is nu
de parkeergarage en hotel
De Weverij.
Van watten naar weven
Toen de oude meneer Van den Bergh stierf, namen zijn 2 zonen, Jacob en Abraham, de fabriek
over. Zij breidden steeds verder uit en kochten omliggende stukken grond op om meer fabrieksge-
bouwen neer te zetten. In de fabriek werd de geïmporteerde plantaardige vezel kapok gebruikt. Dit
lijkt een beetje op de katoenplant. De kapok werd gebruikt als vulmiddel en verpakkingsmateriaal.
Ook maakten ze er verband en watten van.
In 1916 kochten de Gebroeders van den Bergh 4 weefgetouwen. In Oss en omgeving waren er
nog geen weverijen. Het bleef niet bij weefgetouwen, er was meer nodig; een eigen elektrische
centrale, een ontwerpatelier voor patronen, een eigen spinnerij en ververij. Ook kwam er een
nieuw kantoor aan de Spoorstraat. Dit gebouw staat er nu nog steeds en de straat heet nu Bram
van den Berghstraat.
Koninklijke Bergoss
Het ging zo goed met de fabriek dat bij het 75-jarig bestaan van Firma
Gebroeders Van den Bergh, koningin Wilhelmina (de oma van koningin
Beatrix) zei dat ze “Koninklijke” aan hun bedrijfsnaam mochten
toevoegen. Dus vanaf 1931 heetten ze offi cieel n.v. Gebr. Van den
Bergh’s Koninklijke Fabrieken. Het was de enige fabriek in de wijde
omgeving. Concurrentie was er niet. Nog niet.
De concurrentie
In 1935 kwam er een andere tapijtfabriek uit België naar Oss. Tapijtfabriek H. Desseaux n.v., later
Desso genoemd. Nu was er dus wel concurrentie. Maar er was zoveel werk dat beide fabrieken
niet zo veel last hadden van elkaar. De merknaam Van den Bergh werd veranderd in Bergoss en
6
onder deze naam is de fabriek en de tapijten die ze maakten groot geworden.
In de Tweede Wereldoorlog lag de productie stil. Een deel van de Joodse directie van Bergoss
kwam niet terug uit de concentratiekampen. In de jaren 60 van de 20ste eeuw was Bergoss heel
succesvol. Er was veel vraag naar de tapijten en ze waren erg bekend om hun mooie patronen en
de kwaliteit van de tapijten.
De overname
Maar in de jaren 70 van de 20ste eeuw waren de tapijten met hun mooie patronen niet meer in de
mode. Mensen wilden graag effen tapijt in hun kamers. Dit was heel vervelend voor Bergoss om-
dat patronen hun specialiteit waren. Dit betekende dat de ontwerpafdeling die de patronen maakte
veel minder werk had. Maar ook de wevers en de ververs hadden minder werk. Langzaamaan
was er steeds minder vraag naar de tapijten van Bergoss en in 1982 werd Bergoss overgenomen
door Desso, de andere tapijtfabriek in Oss die wel effen tapijten maakten.
De tapijtfabriek Bergoss was niet alleen in Oss bekend, maar overal in Nederland lagen tapijten
die in Oss geweven waren. Bij Bergoss werkten heel veel mensen. Vraag thuis maar eens of er
een familielid of kennis van jou in de fabriek heeft gewerkt.
7
Nu nog te zien
Op het terrein waar de Bergoss fabriek heeft gestaan zie je nog resten van die fabriek. Hotel de
Weverij is gebouw tegen de oude fabriekshal. De oude fabrieksmuur aan de Oostwal staat er ook
nog. De vorm van het dak noemen ze ook wel zaagtanden. Die vorm is goed te herkennen. Het
kantoor van Bergoss aan de Bram van den Berghstraat kan je nog steeds zien .
In 1996 is het grootste gedeelte van de fabriek
gesloopt. Op het terrein is een heel nieuwe wijk
gebouwd; het Berghkwartier.
Toen de plannen voor deze wijk gemaakt werden,
wilde de gemeente dat het verleden van het
terrein terugkwam in de wijk. De typische vormen
van de fabriek zijn terug te vinden in de nieuw-
bouw, zoals de zaagtanden van de fabrieksmuur.
De zaagtandvorm zie je bijvoorbeeld terug in de
daken van de huizen en in de fl ats. De bestrating
van rode bakstenen heeft het patroon van een
‘rode loper’, dat doet denken aan de weefpatronen van de oude tapijten van Bergoss. Ook de
muur aan de Goudmijnstraat is door een kunstenares voorzien van een op weefstructuren geïnspi-
reerd patroon. Hier vind je de naam Bergoss in terug.
De straatnamen in de wijk komen ook rechtstreeks uit de wereld van het weven. Zo zijn er De
Gripper, Schietspoel en Schering. Ook de fl ats hebben namen gekregen die doen denken aan de
tapijtindustrie wat er eens is geweest.
8
Patronen en tapijten
Berghkwartier
Als je in Oss door de wijk het Berghkwartier loopt,
zie je dat er heel veel gebruik is gemaakt van
patronen. In de muren van de huizen zijn patronen
gemetseld. Ook zijn de straatstenen in een
bepaald patroon gelegd. Putdeksels en rioolgoten
liggen ook in een soort patroon en zelfs in de grote
fl ats kun je patronen ontdekken.
Patronen
Een patroon bestaat uit een herhaling van een
eenvoudige vorm. Vaak wordt een patroon
gebruikt als decoratie, als versiering. Patronen
vind je overal; in huis, op kleding, op je school-
spullen, in de tuin, op muren. Vaak zit in een
patroon een herhaling van hetzelfde beeld.
Bijvoorbeeld een bloemetjes- of een ruitjespatroon.
De patronen voor tapijten en meubelstoffen die bij de tapijtfabriek Bergoss werden gemaakt,
werden ontworpen door kunstenaars. Deze mensen zaten op de ontwerp- of tekenafdeling en
maakten eerst een mooi schilderij. Vaak waren dat schilderijen met bloemen of lijnen. Maar om
die schilderijen na te kunnen weven, moesten ze hiervan patronen maken. Dit gebeurde door de
schilderijen in vlakjes te verdelen op vellen ruitjespapier. Eigenlijk lijkt het heel erg veel op de teke-
ningen in pixels die op de computer te zien zijn als een afbeelding vergroot wordt. Deze afbeelding
bestaat uit allemaal blokjes met een kleur erin.
Ruitjes kleuren
Tachtig jaar geleden kleurden de ontwerpers van Bergoss ook al vakjes in om een mooi geheel te
maken dat het patroon werd van een tapijt. Dit deden ze op een ruitjesvel en met een penseel met
verf. Dit was een enorm precies werkje. Er waren grote en kleine ruitjes, afhankelijk van de grootte
van het tapijt of de meubelstof. In het begin konden de ontwerpers niet zo heel veel kleuren ge
bruiken omdat het weefgetouw maar 6 of
8 kleuren kon weven. Later konden er meer
kleuren op de weefgetouwen worden ge-
bruikt en dat is ook aan de patronen te zien.
Een patroontekenaar in een tapijtfabriek
kon heel precies werken. Hij moest rustig
en geconcentreerd met een penseel en verf
grote en kleine ruitjes in kunnen kleuren.
Soms werkten ze wel 3 weken aan een pa-
troon van 1 meter bij 1 meter.
9
Ponskaarten
Als een tekenaar een patroon af had, dan ging deze tekening naar de ponskaartenmaker. Deze
man maakte voor elke kleur een kaart met gaatjes. Net zo’n kaart met gaatjes als bij een draai-
orgel te zien zijn. Doordat deze gaatjes op een bepaalde plek in een ponskaart zaten, kon de
weefmachine ‘lezen’ welke kleur draad op welke plek ingeweven werd. Dus als een wever veel
kleuren moest inweven, dan had hij veel ponskaarten aan het weefgetouw hangen.
10
Wedstrijd opdracht
Stel, je werkt op de ontwerpafdeling van
Bergoss. Op de tafel ligt een vel ruitjespapier
van Bergoss. Hierop moet een patroon gemaakt
worden. Er zijn 6 kleuren beschikbaar omdat het
weefgetouw maar 6 draden tegelijk kan weven.
Welke 6 kleuren dit zijn, is aan de ontwerper om
te kiezen.
Eerst maakt de ontwerper een schets. Je kunt
niet zomaar beginnen met ergens een ruitje in te kleuren, maar eerst moet er nagedacht worden
over het geheel. Hoe wil je dat jouw tapijt er straks uit gaat zien?
Zoals op de voorbeelden te zien is, zit er in een patroon altijd een soort herhaling. Soms is dat
hetzelfde bloemetje dat iedere keer terugkomt. Soms is het een fi guur dat in elke hoek terugkomt.
Als je weet wat je wilt, ga je de ruitjes inkleuren. Met stift, kleurpotlood of waskrijtjes, als het maar
een spitse punt heeft zodat er nauwkeurig gewerkt kan worden.
Extra: Het zou natuurlijk helemaal een uitdaging zijn om, net als de Bergoss ontwerpers, met een
fi jn penseeltje en verf een patroon in te kleuren.
De hoofdprijs:
o Een mooi kado voor het beste ontwerp van een leerling
o Een gratis rondleiding met de klas door de tentoonstelling Made in Oss. Van vee tot MSD
in Museum Jan Cunen. Aansluitend een animatieworkshop voor de hele klas.
o Het Ga-Loss-Doe-boekje voor de klas.
De 2de prijs:
o Een mooi kado voor het bijna beste ontwerp van een leerling.
o Een gratis rondleiding met de klas door de tentoonstelling Made in Oss. Van vee tot MSD
in Museum Jan Cunen
o Het Ga-Loss-Doe-boekje voor de klas.
De 3de prijs:
o Een mooi kado voor het derde beste
ontwerp van een leerling.
o Het Ga-Loss-Doe-boekje voor de
klas.
Alle patronen die jullie ontworpen hebben,
komen in Het Hooghuis Zuid te hangen.
11
Speciaal
Museum Jan Cunen laat een echt groot oud weefgetouw uit Duitsland komen om in Oss bij Het
Hooghuis Zuid neer te zetten. Dit is een weefgetouw zoals er ook een bij Bergoss heeft gestaan.
Twee wevers, Rien Ceelen en Cor Ottens van Bergoss komen uitleg geven over de werking van
dit weefgetouw en je kunt zien en horen hoe dit weefgetouw weeft. De leerlingen van Het Hoog-
huis Zuid gaan kijken en luisteren naar deze grote machine van vroeger.
Misschien vind je het leuk om een kijkje te gaan nemen en het antieke weefgetouw in actie te zien.
Op zondag 13 en 20 november, tussen 13:00 een 16:00 uur is dit mogelijk. Het Hooghuis Zuid ligt
aan Ruivert 5 (bij Mondriaan College) in Oss. Er zijn geen kosten aan verbonden.
12
De tentoonstelling in Museum Jan Cunen
Made in Oss, van vee tot MSD 26 juni tot en met 20 november 2011
Heel veel mensen kennen de merken en producten die uit de
fabrieken van Oss komen. De rookworst van Unox, de anticonceptie-
pil van Organon, een kamerbreed tapijt van Desso zijn enkele van de
vele sterke merken uit de rijke industriële geschiedenis van Oss.
Made in Oss. Van vee tot MSD vertelt het verhaal van de industriële
geschiedenis van Oss. Lang geleden waren er alleen maar boeren
bedrijven in Oss met koeien en varkens, maar in de 19e eeuw werd
de industrie heel belangrijk.
De tentoonstelling is niet alleen te zien
in Museum Jan Cunen, maar ook in het
Stadsarchief. Bij het Stadsarchief bewaren
ze vooral documenten van vroeger. Kran-
ten, foto’s en aktes waarop belangrijke
informatie staat over personen en gebeurte-
nissen. Op deze plekken kun je kijken en
luisteren naar de geschiedenis van de
indstrie van Oss. Natuurlijk hebben veel Os-
senaren in deze industrieën gewerkt. De
kans is groot dat jij of je ouders iemand
in de familie of kennissenkring kent
die bijvoorbeeld bij Hartog of Bergoss heeft
gewerkt. Deze personen weten heel veel
over het werken in deze fabrieken. Als je gaat kijken naar de tentoonstelling is het leuk dat je
iemand meevraagt die zelf in een fabriek heeft gewerkt. Dan wordt de geschiedenis van Oss nog
interessanter.
Het verhaal van de industriële geschiedenis van Oss
Oss is heel belangrijk geweest voor grote inter-
nationale bedrijven die je nu nog steeds bestaan.
Unilever bijvoorbeeld staat op heel veel eten en
wasmiddelen die jullie in huis gebruiken. Kijk maar
eens op verpakkingen en ontdek de grote U. De
Hema worst is gemaakt in de vleesfabriek in Oss.
De pil voor meisjes en vrouwen die niet zwanger
willen worden, komt van Organon, wat nu MSD
heet. Deze pillen worden in de hele wereld
gebruikt. De vrachtwagens van Transportbedrijf
Vos Logistics zie je overal in Europa rijden. En
Desso gaat de sportvelden maken waarop de
sporters tijdens de Olympische Spelen in Londen
gaat strijden om een medaille.
13
In de 19de eeuw was Oss het marktcentrum voor de verre omgeving
waar vooral veel boter en vee verhandeld werd. Rond dat vee
groeide ook de industrie. In 1871 begon boterhandelaar Jurgens
margarine (dat heette toen kunstboter ) te produceren, een jaar later
gevolgd door concurrent Van den Bergh. Twee dezelfde soort
bedrijven in dezelfde stad was voor Oss niet vreemd. Concurrentie
speelde bij andere bedrijven een belangrijke rol. De vleesverwerken-
de bedrijven Hartog en Zwanenberg groeiden uit tot enorme
bedrijven. En de bedrijven stonden naast elkaar in dezelfde straat.
Ook was er concurrentie tussen de twee grote tapijtfabrieken Bergoss
en Desso.
Met de groei van de industrie groeide ook de stad. Er werden
arbeiderswijken gebouwd voor de werknemers en grote villa’s voor de
fabrikanten. Helaas zijn veel van deze mooi grote huizen niet meer te
zien, omdat er veel gesloopt is. Ook zijn veel fabrieksgebouwen gesloopt. Toch kan je bij het
Stadsarchief nog zien wat er eens was in het centrum van Oss. Daar hebben ze een maquette
van het centrum en heel veel oude foto’s.
De mensen bij Museum Jan Cunen die de tentoonstelling hebben samengesteld, hebben goed
nagedacht wat ze de bezoekers wilden laten zien. Omdat de concurrentie heel belangrijk is ge-
weest in de geschiedenis van de bedrijven, is dat de rode draad geworden van de tentoonstelling.
De strijd tussen 2 bedrijven die hetzelfde verkochten en het uiteindelijk verdwijnen of samengaan
(fuseren) van die 2 bedrijven. Dit heeft veel invloed gehad op de mensen in de stad en de ontwik-
keling van de stad zelf. Als er veel bedrijven zijn is er ook veel werk, maar als dan zo’n bedrijf uit
Oss wegging, waren er ook ineens veel werklozen.
14
Museum Jan Cunen
Voor Museum Jan Cunen is het belangrijk dat veel mensen naar een tentoonstelling komen kijken.
Daarom worden er projecten, activiteiten, wedstrijdjes en workshops georganiseerd om kinderen
en volwassenen naar het museum te laten komen. Bij deze tentoonstelling is het extra leuk om
naar het museum te komen omdat te leren over de geschiedenis van je eigen stad en omdat er
nog veel mensen zijn die weten hoe het vroeger was.
Het museum is gratis te bezoeken en op de site www.museumjancunen.nl kan je nog veel meer
informatie vinden.
Tevens is er de mogelijkheid om de tentoonstelling met een museumdocent te bezoeken. Deze
interactieve rondleiding kost voor het onderwijs 40 euro.
15
Lessugessties
1. Ga-Loss-doe-boekje.
In de klas
Speciaal bij Made in Oss. Van vee tot MSD heeft museum Jan Cunen een Ga-Loss-Doe-boekje
gemaakt vol met weetjes, doe-opdrachten en strips. Kortom, alles over de tentoonstelling en indu-
striële geschiedenis van Oss. Het boekje is tijdens een bezoek aan de tentoonstelling te gebrui-
ken, maar ook als goede verwerking in de klas zeer bruikbaar.
Het boekje kan worden ingezet voor een zelfstandig bezoek aan de tentoonstelling in het museum
en/of het Stadsarchief Oss, maar kan ook gecombineerd worden met een rondleiding.
Locatie
Museum Jan Cunen, Molenstraat 65, Oss.
Stadsarchief Oss, Peperstraat 12, Oss.
Kosten
Het Ga-Loss-Doe-boekje is gratis.
16
2. Een speurtocht door de wijk Berghkwartier.
Naar buiten met de klas
De wijk Berghkwartier is gebouwd op het
terrein van de Bergossfabriek. Berghkwartier
is tot stand gekomen door een samen-
werkingsverband van stedenbouwkundigen,
architecten, een vormgever, een bouwbedrijf
en de gemeente. Het Berghkwartier moet de
schakel worden tussen het station en het
stadscentrum. De straat genaamd Koningsloper moet deze verbinding gaan vormen. De konings-
loper is ook de naam van de belangrijkste geweven loper in een hal van een groot huis of gebouw.
De Grote Kerk in Oss heeft zo’n koningsloper die bij Bergoss geweven is.
De wijk laat heel veel elementen zien die direct terug te herleiden zijn naar Bergoss. Vooral de pa-
tronen zijn een steeds terugkerend thema. In huizen gemetseld, op de straat geplaveid, in putdek-
sels en op daken. In de muur aan de Goudmijnstraat staat zelfs de naam ‘Bergoss’ ingemetseld.
Deze speurtocht gaat vooral over het zoeken naar en herkennen van details uit de Bergoss fa-
briek.
Bij het museum zijn fotopakketten beschikbaar waarmee de leerlingen in groepjes door de wijk op
zoek gaan naar deze details. Ze moeten deze vinden en lokaliseren op een werkblad/plattegrond.
Naar aanleiding van deze zoektocht kan er in de klas gesproken worden over wat er gezien is,
waar ze dit gevonden hebben en wat de relatie is met de tapijtfabriek. Er kan gekeken worden
naar bouwstijlen en het sociale aspect van deze manier van bouwen op deze locatie.
Tip: Indien dit van tevoren gevraagd wordt, is het
mogelijk om met de hele klas een kijkje te nemen
in de hal van Hotel De Weverij waar nog een oud
gedeelte van de muur zichtbaar is en een
prachtige afbeelding.
In de hal van de parkeergarage zit links bovenaan
het originele oude raam van Bergoss. Dit raam is
kado gedaan door het personeel aan de directie
met het 100-jarig bestaan. De afbeeldingen op het
raam symboliseren alles waar Bergoss voor stond;
de kapokplant, de wol van het schaap, het patroon
van het matras waar de dame op ligt te slapen. Dit raam is gewoon te bekijken.
De fotopakketten zijn te leen bij Museum Jan Cunen. Het bijbehorende werkblad is op school te
kopiëren.
Locatie
Start vanaf het tapijtplein, hoek Goudmijnstraat/Oostwal. Dit is bij de ingang van de parkeergarage
en Hotel De Weverij. Op loopafstand van Museum Jan Cunen.
Kosten
Voor de fotopakketten wordt een borg van 10 euro gevraagd dat bij teruggave van de pakketten
terugbetaald wordt.
17
3. Ontdek je patroon
In de klas
Deze activiteit kan in de klas, op school of in de
omgeving van de school gedaan worden.
Patronen vind je overal. De les bestaat uit een
klassikaal gedeelte en een groeps- of individueel
gedeelte.
In het klassikale deel wordt een gesprek gevoerd
over de betekenis van het woord ‘patroon’,
waar je patronen vindt en wat maakt een patroon
een patroon?
Voorbeelden kunnen getoond worden op een digibord of uit boeken en tijdschriften.
Ook in de kleding van de kinderen en in elementen uit de inrichting van de klas of school zijn pa-
tronen te vinden.
Activiteit
De activiteiten bestaan uit een zoektocht naar
patronen. In de klas of op school.
o Leerlingen kunnen thuis zoeken naar stoffen
of andere voorwerpen waar patronen op
staan en deze mee naar school nemen.
Dat kan dan weer klassikaal besproken
worden.
o De leerlingen kunnen in tijdschriften zoeken
naar patronen, deze uitknippen en op een vel plakken.
o De leerlingen kunnen zelf met lapjes stof, reepjes papier of andere materialen een patroon
maken.
Kosten
Alles kan met kosteloos materiaal gemaakt worden dat op school of thuis aanwezig is.
18
4. Weven, van vroeger tot nu (mediatheek-opdracht) groep 7 en 8
In de klas
In de tentoonstelling zijn er fi lmpjes te zien van
mensen die bij Bergoss gewerkt hebben. De
geschiedenis van Oss is niet alleen te zien
maar ook te horen. Verhalen van mensen die
vertellen over vroeger zijn heel belangrijk. Zij
weten uit ervaring hoe het ging in het verleden.
Dit is ook geschiedenis.
Zij vertellen over het harde werken met een
weefgetouw, het lawaai en de geintjes die zij
uithaalden met elkaar. Deze mannen zijn
allemaal begonnen als jonge jongens en
hebben het weefvak geleerd terwijl ze werkten.
Ze zijn er dus niet voor naar school geweest.
Ze begonnen als klossenjongen. Dit werk was
niets anders dan de klossen waarop de garens zaten op het weefgetouw te zetten. Van een ou-
dere wever leerden zij het vak.
Activiteit
Leerlingen maken een werkstuk over de geschiedenis van het weven. De onderdelen die aan de
orde komen zijn;
o De ontwikkeling van vroeger tot nu.
o Het sociale aspect, wat betekende weven voor mensen. Daarbij valt te denken aan levens
onderhoud, werkomstandigheden, weven in Nederland ten opzichte van weven in Derde
Wereld landen.
o De kunst van het weven, wat kan je allemaal met weven, waar zie je het terug, mode.
De verwerking van een werkstuk kan in groepjes of individueel.
Kosten
Kosteloos.
19
5. Zoeken naar concurrenten. (mediatheek-opdracht) groep 7 en 8
In de klas
Eén van de belangrijkste thema’s van Made in Oss. Van vee
tot MSD is de concurrentiestrijd tussen de Osse bedrijven.
Niet alleen ‘wie verkocht het meeste?’ maar ook ‘wie had de
hoogste schoorsteen, Hartog of Zwanenberg?’. Ook is er
aandacht voor de merkenstrijd van de margarinefabrikanten
Jurgens en Van den Bergh. Zij waren de eerste die een
merknaam bedachten zoals Blue Band en Solo en hierbij
grote reclamecampagnes gingen voeren.
Nu worden wij overspoeld door reclames, op tv, internet,
billboards en in winkels. Waarom wordt er reclame
gemaakt? Waarom koop je niet gewoon wat het goed-
koopste of het beste is. Er is zoveel aanbod van producten en merken dat elk bedrijf of aanbieder
van een product eruit wil springen zodat ze opvallen bij ons, de koper. Actueel is natuurlijk het na-
apen van bijvoorbeeld computer tablets door Samsung en de IPad. Heftige slag om de koper!
Een ander voorbeeld zijn de fi rma’s Puma en Adidas. De oprichters waren broers van elkaar en
zaten met hun fabriek ieder aan een kant van de rivier. Nu elkaars grootste concurrenten.
Activiteit
o Leerlingen verdiepen zich in enkele grote merken die elkaars concurrent zijn. Dit kunnen
sportmerken, make-upmerken, kledingmerken, gsm-merken of wat dan ook zijn.
o Van 2 grote concurrerende bedrijven/merken gaan ze onderzoeken wat de geschiedenis,
het aanbod, de overeenkomsten en verschillen zijn. Ze kunnen ook onderzoeken waarom
het ene merk beter is dan de andere. Is dit eigenlijk wel zo?
o De leerlingen maken een analyse over 2 gekozen bedrijven en verwerken deze informatie in
een werkstuk.
Kosten
Kosteloos.
20
6. Oude verhalen, mijn interview
In de klas
Deze activiteit gaat in op de persoonlijke verhalen van (oud) werknemers van de Osse industrieën.
De leerlingen gaan op zoek naar nieuwe verhalen die waarschijnlijk dichtbij huis te vinden zijn. In
het museum zijn korte interviews te zien die zijn afgenomen met oud-medewerkers van Desso,
Bergoss, Ossfl oor, Zwanenberg en Hartog. De geschiedenis van Oss is niet alleen te zien maar
ook te horen. Verhalen van mensen die vertellen over vroeger zijn heel belangrijk. Zij weten uit
ervaring hoe het ging in het verleden.
Omdat er in Oss zoveel mensen gewerkt hebben in de grote bedrijven, zijn er vast wel kinderen
met familie of bekenden in hun omgeving die ervaring in de Osse industrie hebben.
Zodra deze mensen geïnterviewd worden, wordt er weer een stukje geschiedenis gemaakt en
vastgelegd. De leerlingen gaan in hun omgeving informeren naar mensen die ze kunnen intervie-
wen over vroeger en het leven in de fabriek.
Als ze een persoon gevonden hebben gaan ze vragen bedenken die te maken hebben met het
werk dat deze hadden en de fabriek waar ze werkten. Ze moeten zich inlezen voordat ze vragen
bedenken.
Activiteit
o De leerlingen nemen een interview af bij een oud-werknemer van de Osse industrieën.
o De leerlingen verwerken de verkregen informatie tot een verslag in bijvoorbeeld de school-
krant.
Een variant hierop is dat een oud-medewerker in de klas wordt uitgenodigd. Ter voorbereiding
kunnen er klassikaal vragen worden bedacht. De leerlingen kunnen in groepjes de antwoorden
verwerken in een verslag.
Kosten
Kosteloos
21
Bronnen van de afbeeldingen
Pagina 17 www.shop.vrouwen.co 20-09-2011
Pagina 18 www.pleinm.wordpress.com 11-03-2010
Pagina 19 www.kunstencultuur.infonu.nl. 125 jaar Coca Cola, het geheime recept en
de concurrentie. 23-06-2011
www.vandaag.be. Microsoft gaat concurrentie met iPhone aan. 29-04-2011
Overige afbeeldingen zijn afkomstig uit de collecties van Museum Jan Cunen en het Stadsarhief
Oss.