vanderveeke.net · Web viewDaar aangekomen fietsen we door de Camargue naar de Middellandse zee....

78
Vooraf Ierland was vorig jaar qua landschap tranentrekkend mooi. Het weer was evenwel ook wat aan de vochtige kant. Vandaar dat we dit jaar ervoor kiezen om weer eens in de zon te fietsen. Daarom nemen we dit jaar de fietsbus naar Arles, Zuid- Frankrijk. Daar aangekomen fietsen we door de Camargue naar de Middellandse zee. Even de teen in het water dippen en dan zit de vakantie er weer op. Daarna gaan we namelijk weer naar huis. Dat we daar vier weken over willen doen is een detail. We hopen op zon en de kans hierop is natuurlijk in Zuid- Frankrijk wel erg groot. Daarentegen zijn mijn verwachtingen van het landschap lager. Ik vermoed dat we Ierland niet kunnen evenaren. Desalniettemin laat ik me verrassen. Ook in Frankrijk kan het mooi zijn. Met betrekking tot de cultuur is het ook minimalistisch dit jaar. De route loopt vrijwel (ruim) buiten de grote steden om. We komen in Arles, Avignon en Orange. Veel later nog in Luxemburg. En daarmee heb je het ook wel gehad. Ik heb al in de Lonely Planet zitten zoeken maar ook volgens die gids komen we weinig hoogtepunten tegen. De route die we gaan volgen is van 'de Groene Weg naar de Middellandse Zee' van de Europafietser. Deze loopt van Maastricht tot aan de Middellandse zee. Iedereen die zich een beetje fietser noemt heeft deze route al een keer gedaan. Voor aspirant wereldfietsers is dit dan ook een route 'om het te leren'. Ook dit jaar gaan er weer veel mensen op pad via deze route dus verwachten veel fietsers tegen te komen. Tegenkomen? Ja, tegenkomen. Aangezien wij, in tegenstelling tot de meesten, de route andersom rijden. Daarom noem ik onze reis ook 'de Groene Weg naar Baflo' en als subtitel ‘van Middellandse zee tot Waddenzee’. Voor het deel van Maastricht tot Baflo heb ik een eigen route uitgestippeld, met behulp van de fietsrouteplanner van de Fietsersbond. Hierbij heb ik getracht een route te puzzelen die

Transcript of vanderveeke.net · Web viewDaar aangekomen fietsen we door de Camargue naar de Middellandse zee....

Vooraf

Ierland was vorig jaar qua landschap tranentrekkend mooi. Het weer was evenwel ook wat aan de vochtige kant. Vandaar dat we dit jaar ervoor kiezen om weer eens in de zon te fietsen. Daarom nemen we dit jaar de fietsbus naar Arles, Zuid-Frankrijk. Daar aangekomen fietsen we door de Camargue naar de Middellandse zee. Even de teen in het water dippen en dan zit de vakantie er weer op. Daarna gaan we namelijk weer naar huis. Dat we daar vier weken over willen doen is een detail.

We hopen op zon en de kans hierop is natuurlijk in Zuid-Frankrijk wel erg groot. Daarentegen zijn mijn verwachtingen van het landschap lager. Ik vermoed dat we Ierland niet kunnen evenaren. Desalniettemin laat ik me verrassen. Ook in Frankrijk kan het mooi zijn.

Met betrekking tot de cultuur is het ook minimalistisch dit jaar. De route loopt vrijwel (ruim) buiten de grote steden om. We komen in Arles, Avignon en Orange. Veel later nog in Luxemburg. En daarmee heb je het ook wel gehad. Ik heb al in de Lonely Planet zitten zoeken maar ook volgens die gids komen we weinig hoogtepunten tegen.

De route die we gaan volgen is van 'de Groene Weg naar de Middellandse Zee' van de Europafietser. Deze loopt van Maastricht tot aan de Middellandse zee. Iedereen die zich een beetje fietser noemt heeft deze route al een keer gedaan. Voor aspirant wereldfietsers is dit dan ook een route 'om het te leren'. Ook dit jaar gaan er weer veel mensen op pad via deze route dus verwachten veel fietsers tegen te komen. Tegenkomen? Ja, tegenkomen. Aangezien wij, in tegenstelling tot de meesten, de route andersom rijden. Daarom noem ik onze reis ook 'de Groene Weg naar Baflo' en als subtitel ‘van Middellandse zee tot Waddenzee’.

Voor het deel van Maastricht tot Baflo heb ik een eigen route uitgestippeld, met behulp van de fietsrouteplanner van de Fietsersbond. Hierbij heb ik getracht een route te puzzelen die we nog niet gedaan hebben want we zijn al vaker verticaal door Nederland gegaan.

Inpakken

Vrijdagmiddag om één uur vertrekt de bus vanaf het Amstelstation in Amsterdam. Daarna pikken we nog mensen op in Utrecht en Eindhoven en dan in een ruk door naar het zuiden. We stappen niet alleen als eersten in, we stappen ook als laatste uit. Als alles volgens planning verloopt, zijn we om 9 uur ’s ochtends in Arles.

Het is overigens niet echt goedkoop om met de bus te gaan. We zijn met z’n tweeën 355 euro kwijt. En dan reken ik de boekingskosten nog niet eens. Ze weten wel hoe ze de zaak kunnen uitmelken want we betalen niet alleen een hoogseizoen toeslag, je moet ook nog extra betalen omdat je een enkele reis neemt. WTF?! Ja, je wordt gestraft omdat je maar één kant op gaat. Nu snap ik wel dat je geen lege bussen terug kunt laten rijden maar er gaan toch gemiddeld evenveel mensen heen als terug. Tenminste als ik zie hoeveel mensen de Groene weg rijden naar het zuiden toe, dan lijkt me die bus ook wel op de terugweg vol te zitten. Het vliegen naar Dublin was vorig jaar goedkoper maar ik ben allang blij dat we er nu zo kunnen komen met de bus dus mijn gemopper is eigenlijk niet terecht.

Afgelopen weekend heb ik alle spullen bij elkaar gezocht en aangezien ik een über-planner ben ga ik weer een stapje verder dan vorig jaar. Op de website kon je toen zien wat ik in de tassen heb. Nu heb ik de paklijst-sheet nog verder uitgebreid. Alle spullen zijn gewogen en in de sheet geef ik aan wat in welke tas zit. Daarmee kan ik meteen zien hoeveel elke tas weegt en door wat heen en weer te schuiven met de spulletjes, heb ik het verschil in gewicht weten te beperken tot enkele honderden grammen. Ook leuk om te constateren dat ik weer een paar kilo lichter ben dan vorig jaar. Komt ook omdat we hopen op beter weer deze keer, dus de luchtige garderobe is klaargelegd.

Vanavond heb ik de ‘proof of de pudding’ gegeten want ik heb alles bij elkaar gelegd. Eigenlijk verbazingwekkend dat je met zo weinig spullen een maand toe kan. En dat terwijl de meeste collega’s en vrienden sleurhutten van tien meter of meer nodig hebben waarbij ook nog ruimte gemaakt wordt voor een extra koelkast.

Na het inpakken blijkt het er allemaal met gemak in de vier tassen te passen. Er is zelfs nog ruimte over, dus misschien dat ik de tarp ook nog meeneem. Het wordt steeds efficiënter en minder. Voor de niet-fietsers kan ik melden dat er ook mensen een maand op stap gaan met alleen twee achtertasjes. Niet op de foto maar wel mee zijn de tent en het stoeltje. Die gaan op de bagagedrager. Heerlijk al die voorpret!

Donderdag 19 juli en vrijdag 20 juli

Kilometers vandaag: 13,9

Kilometers totaal : 13,9

Sommige mensen gaan rustig op vakantie. Na de laatste werkdag blijven ze eerst even thuis. Even bijkomen van het werk. Uitslapen. Rustig inpakken. En na een paar dagen op pad gaan. Wij zijn geen sommige mensen. Daarom zitten wij op donderdagmiddag al in de auto naar Liedeke terwijl ik 's ochtends nog gewerkt heb. Zo gaat het meestal bij onze vakantie. Maximaal gebruik maken van de tijd.

In Broek in Waterland worden we wederom gastvrij ontvangen door Liedeke en Martijn. Ze zetten ons een heerlijke maaltijd voor en de bedden staan klaar. Met een wandelingetje door Broek lijkt het al een beetje vakantie. Steven heeft inmiddels de auto alweer mee terug genomen naar Groningen. Dat vind hij niet erg om te doen. En daarmee heeft hij een maand lang de beschikking over vervoer.

De volgende dag fietsen we naar het Amstel station. De routeplanner van de Fietsersbond heeft er een mooi tochtje van gemaakt. En het is zowaar mooi weer. We arriveren op tijd en ik kan beginnen met het demonteren van de low-riders. Dat moet nu eenmaal als je met de bus gaat. Die is lekker op tijd en onze fietsen gaan bovenin de aanhanger. De bus is een dubbeldekker en nieuw is dat er op de benedenverdieping ook fietsen meegenomen worden. Omdat we als eerste zijn, heeft Saskia een mooi plekje voorin de bus kunnen bemachtigen. Zo hebben we de hele weg mooi uitzicht.

In Utrecht stapt het grootste deel van de reizigers in. In de zon kunnen we alles aanschouwen. Veel families. Een zelfs met een houten kar. Die moet er flink in wegen. Maar te zien aan de tassen en de verdere bagage zitten ze niet echt met het gewicht. Er zijn ook mensen die alleen reizen. Ik spreek een jonge vrouw die ervan geniet om drie weken in haar eentje te fietsen. Ze heeft een fiets mee die wat mankementen heeft en die ze niet vertrouwt. Ze wil in de omgeving van Avignon fietsen totdat hij uit elkaar valt. En er is een man waarvan de vrouw niet van fietsen houdt, dus hij gaat zomers ook alleen op pad. Is ook wat voor te zeggen, maar ik ben blij dat we met z'n tweeën fietsen.

In België begint het te regenen. En niet zo'n beetje ook. Tijdens de stop voor het avondeten komt het met bakken naar beneden. In Luxemburg, na de tankstop, zie ik in het zuiden dramatische luchten hangen. Het goede weer is nog niet in zicht. Maar op mijn telefoon zie ik dat het in Avignon 30 graden is. Kijk, dat lijkt er meer op.

Om twaalf uur is de laatste plas- en tandenpoets stop. En daarna proberen we te slapen. Er zijn ongeveer drieduizend posities die niet lekker liggen. En maximaal nul die wel lekker liggen. Toch lukt het om tussendoor nog wat te dutten en zo sluiten we de eerste vakantiedag af.

Zaterdag 21 juli

Arles - Stes. Maries-de-la-Mer

64,5 kilometer (78,4 totaal)

Camping de la Brise (€ 20,60)

De eerste stop is om 6 uur in Suse la Rousse. Van de chauffeur heb ik begrepen dat dit niet eerder mag. Ik heb blijkbaar wel wat geslapen vannacht want van de twee stops heb ik niets gemerkt. Het dorp slaapt nog en merkt niet dat er een handvol fietsers uitstappen.De tweede stop is in  Avignon. Op weg erheen is er nog wel een stuk file. Er komen wat hulpdiensten voorbij, dus er zal wel een ongeluk gebeurd zijn. In Avignon stapt de hoofdmoot uit. Dan is het nog een klein stukje naar Arles, waar we om kwart voor negen afgezet worden. Een kwartier voor op schema, ondanks de file. Het moet niet gekker worden. Ik monteer de low-riders en we fietsen weg. Het is zonnig en 20 graden.Onderweg hadden we al gemerkt dat er een harde wind staat. Mijn verwachting is dat de wind hier in het algemeen van zuid naar noord gaat. Niet dus. Deze komt uit het noorden. Voor vandaag is dat gunstig, maar ik hoop dat hij de komende dagen wel draait.In Arles is het marktdag. We kopen wat brood, een worstje en op een terras nemen we een koffie. Een beetje tegen onze principes in maar soms is de behoefte groter dan de principes. Daarna op de fiets. Na zo'n nacht voelt dat heerlijk om in beweging te zijn. De temperatuur loopt op tot tropische waarden en de kou in Holland is al snel vergeten. We fietsen door de Camargue, een delta van de Middellandse zee. Veel wuivend riet en een gewas wat we niet thuis kunnen brengen. Later lezen we dat dit rijstvelden zijn. Bijzonder.De Camargue is bekend om zijn wilde paarden en flamingo's. De paarden zien we wel maar nog geen flamingo's. Wel een witte vogel en aangezien onze ornithologische kennis maar zover reikt, maken we er een kraanvogel van. En als er kraanvogels zijn, dan kunnen de flamingo's nooit lang wegblijven. En inderdaad. Een paar kilometer voor St. Maries de la Mer zien we ze inderdaad. Roze verenbalen met een sterk struisvogel gedrag. Onderweg is het erg rustig. We zien ook erg weinig fietsers. We hadden er meer verwachtOok in de St. Maries hadden we een kermis verwacht maar het blijkt relatief rustig. Eerst door naar camping la Brise. Daar krijgen we paarse bandjes om. WTF!? Geringband als toeristen en we moeten ze ook nog steeds om hebben volgens de receptionistes met overgewicht. Het puilt bij de een uit haar decolleté en de ander heeft een reddingsvest waar baywatch jaloers op zou zijn.Op het veld waar we mogen staan zijn nauwelijks tenten. En er is ook nauwelijks schaduw. Alleen een paar nieuwe aanplant boompjes. Geen gras. Wel veel zand en stenen. Het lijkt wel een jeu de boules baan overbevolkt door mieren. Vanwege het gewicht heb ik geen hamer mee. Dom, dom, dom. Met een steen sla ik de haringen in de grond. Volgend jaar toch maar weer een hamer mee?Uiteindelijk staat de tent. Niet optimaal maar gezien de weersvoorspelling voldoende goed. Ondertussen waait het nog steeds stevig. We douchen even om af te koelen. Mijn reis T-shirt gaat in de vuilnisbak. Daarna op de fiets terug naar de St. Maries. Op strand is het niet echt druk. Even poseren in de Middellandse Zee en dan het dorpje in. Het heeft een hoog souvenirgehalte maar de kerk is wel bijzonder.Het dorp ontleent zijn naam aan de twee tantes van Jezus die hier aan zijn komen drijven. Jezus was niet meer gewenst, dus zijn volgelingen ook niet. Ik wist niet dat daaronder ook veel vrouwen waren, maar die tantes dus ook. Ze werden aan de overkant van de Middellandse Zee in een bootje gedumpt en door een gunstige wind kwamen ze hier aan. Samen met een zwarte bediende. Dat is smullen voor de kerk. Twee heiligen en van de bediende werd de zwarte Madonna gemaakt. Dit werd de patroonheilige van de zigeuners die hier een keer per jaar massaal komen om dit te vieren. En dit alles is in de kerk terug te vinden tot en met de botten van de twee Maria's en een negerpop die de zwarte Madonna moet voorstellen. Aangezien wij de komende maand het leven van een zigeuner leiden, is het goed hier even aandacht aan te besteden. We behandelen de negerpop met respect.Genoeg gedaan vandaag en op een terras bestellen we wat koels. Tegenover ons wordt Petanque gespeeld. Franser kan het niet.  Ik neem een halve liter Picon bier en vermijd het om dit astronomische bedrag om te rekenen naar guldens. Op hetzelfde terras serveren ze ook een lokale paella voor €14,50. Deze is dus volledig met lokale ingrediënten gemaakt, inclusief de rijst! Het smaakt prima. Het is de eerste, maar zeker niet de laatste paella van deze vakantie.Op de camping teruggekomen constateren we dat er een paar tentjes bij zijn gekomen. Ondanks de ruimte vinden twee Duitsers het gezellig om bovenop ons te komen staan. In het zwembad is het meezing avond en de chansons knallen uit de speakers. Maar gezien de staat van vermoeidheid verwachten we dat dit geen probleem op gaat leveren. Een kopje koffie en dan naar bed.

Zondag 22 juli

Stes. Maries-de-la-Mer - Fontvieille

71,4 kilometer (149,8 totaal)

Camping Municipal les Pins (€ 13,80)

Om zeven uur gaat de wekker. Mijn horloge zegt dat het half zeven is. Maar die moet het op zonnecellen doen en die hebben sinds Ierland het een beetje opgegeven ondanks de overvloed aan zon waar we gisteren in fietsten. De faciliteiten worden schoongemaakt maar ik mag toch een van de douches gebruiken. En zoals altijd ben ik alleen om dit tijdstip. Op de schoonmaker na dan.Volgens de berichten hebben we vandaag windkracht zes. Tegen! Dat wordt bikkelen. Toch kijken we erg naar vanochtend uit omdat het eerste deel langs de Middellandse zeekust door de Camargue gaat.

En we worden niet teleurgesteld. Het is een prachtig stukje Frankrijk. Het doet me deels aan onze waddenkust denken, maar toch ook weer anders. Van flamingo's kijken we niet meer op. Maar we zijn wel verbaasd van de zoutvlaktes die we tegenkomen. Met de zon erop lijkt het wel een veld vol diamanten. We fietsen over een steenslag pad wat soms overwaaid is met zand. Daar moeten we duwen want fietsen is dan onmogelijk. Maar dat zijn nooit stukken langer dan 100 meter. De eerste 17 kilometer gaan we oostwaarts en komt de storm van opzij. Achter de spaarzame struiken schuilen de oranje libellen voor de wind maar als wij langs komen, schrikken ze op. Dan fietsen we door een oranje wolk van vleugels en stokjes. Om het uitzicht een beetje te breken komen we na een tijdje nog een vuurtoren tegen. Hij is open, maar we fietsen liever door.Op het keerpunt naar het noorden maken we koffie. Dit doen we bij een transformatorhuisje om even uit de wind te zijn. Terwijl we daar zitten komen we een Spanjaard en een Tsjech tegen. De laatste laat zien dat het reizen op de fiets ook anders kan. Hij rijdt op een stadsfiets met één versnelling. Achterop zit een houten kratje met zijn spullen. En zo is hij al meer dan 4000 km onderweg.Hierna moeten we pal tegen de wind in. Soms staan we stil door deze natuurkracht. En als we bewegen is het tussen de 10 en 15 km/uur. Vanochtend hebben we een stokbrood gekocht. Die zit achterop de bagagedrager van Saskia. We doen een tweede koffie bij het bezoekerscentrum van de Camargue. Gewoon om even uit de wind te zijn. Hier komen we erachter dat een deel van het brood is weggewaaid. Bijzonder.Uiteindelijk komen we na flink bikkelen weer in Arles terug. Waar gisteren nog een gezellige markt was, is nu een gewone drukke autoweg. In een parkje tikken we anderhalve liter Orangina weg met wat broodjes. Dan is het nog een klein stukje naar Fontvieille. Hier is wat meer begroeiing maar nog blijft het ploeteren tegen de wind in. En we krijgen ook onze eerste helling. Gelukkig maar anderhalve kilometer met 3%, dus dat valt mee.In Fontvieille is het gezellig. Op het centrale plein is een groot terras wat vol zit met Fransen. Daar schuiven we bij aan. Ik heb bewondering voor de ober die zeker tien bestellingen tegelijk weet te onthouden. Het bier is er goed alleen jammer dat regelmatig de glazen van tafel waaien. Ondertussen gaat de Spar open. Saskia doet boodschappen want elke dag uit eten past niet in onze filosofie. En dan naar de camping.Camping municipal les Pins is een aangename verrassing. Het ligt redelijk beschut tussen de bomen. En we krijgen een half voetbalveld als plek toegewezen. Helaas wel weer een stenige ondergrond. Bij de buren lenen we een hamer. Ik weet niet wat 'hamer' is in het Frans. Ik dacht iets van ‘hameau’. Maar dat blijkt een klein dorpje te betekenen. En die heeft niemand te leen. Ze hebben wel een ‘marteau’ te leen. En gelukkig een kurkentrekker. Want natuurlijk fietst Murphy ook mee. Dit jaar besloten om onze kurkentrekker (die we nog nooit gebruikt hebben, maar wel drie jaar meenemen) thuis te laten omdat het toch altijd draaidoppen zijn tegenwoordig. Overal. Behalve in Frankrijk.

De douche is hier goddelijk. Mag ook wel want er valt heel wat zand af te spoelen.Het eten is divers. Saskia heeft cannelloni gevuld met spinazie gekocht. Deze warmen we eerst op. Dan een prutje van olijven, tomaatjes, worst, die we nog van Liedeke gekregen hebben, en linzen. Opgewarmd en door elkaar geroerd in de pan, ziet het eruit als stopverf. Er zijn huizen met mindere kwaliteit gebouwd. Maar het smaakt prima. En hiermee is ons nieuwe pannensetje ook gelijk ingewijd. Na een bakje koffie kruipen we in bed. We zijn best wel moe geworden van al die wind. Niet alleen in de benen, maar ook om het hoofd verlangt het naar rust. Morgen een klein stukje naar Avignon. Daar hebben we op dinsdag afgesproken met de familie Lukassen..

Maandag 23 juli

Fontvieille - Avignon

37,9 kilometer (187,6 totaal)

Camping Les deux Rhône (€ 15,30)

Bij kamperen heb ik altijd van die visioenen van een groen sappig grasveldje. Wat bomen eromheen. Liefst nog een picknick tafel en mooi weer. Dat laatste klopt. De rest niet. Mooi weer betekent dat de grond uitdroogt. Dus we zitten ook nu ook weer op een zandvlakte en alles is inmiddels bedekt met een laag stof. Toch hoop ik dat ik dit thuis pas eraf kan spoelen.We pakken de tent in en maken een ontbijt met meloen, perzik, muesli en yoghurt. Hiervoor hebben we een paar prachtige vouwbakjes gekocht. Ze wegen wel 80 gram per stuk maar het is elke gram waard.De route naar Avignon loopt veel langs grotere wegen. En omdat het nu een gewone door-de-weekse dag is, rijdt er ook meer verkeer. Niet storend maar wel iets meer oppassen.Bij de sterk verweerde kerk van St. Gabriel doen we een cache. De eerste van deze reis. Een paar anderen hebben we overgeslagen omdat ze ongunstig lagen of we niet voldoende drang hadden.In St. Etienne-du-Gres maken we een koffie op het kerkhof. Dit zijn prima plekjes om even te stoppen. Er is altijd water, een bankje en schaduw. En ze zijn lekker rustig. We vergapen ons aan de prullaria die op de graven staat. Nederlandse begraafplaatsen zijn saai. Franse niet. Schilderijtjes, porseleinen bloemen, ingegoten boeketjes en keramieken souvenirs (aandenken) van familie. Ook veel portretjes van de overledenen. Ze lijken zo weggelopen uit een film van vroeger met die ouderwetse kleding. Sommigen zijn al tientallen jaren dood. Bijzonder om zo'n kijkje in het verleden te hebben. Begraafplaatsen zijn cool!Er is nog steeds wind, maar een stuk minder dan gisteren. Tussen boomgaarden en olijfbomen gaat de route verder en ongemerkt tikken we kilometer na kilometer af. Voor Avignon stoppen we nog een keer om een koffie met een broodje te nemen in een olijfboomgaard. Hoe laat? Ik weet het niet. Vandaag ben ik tijdloos want het horloge heeft er helemaal de brui aan gegeven. Uiterlijk was ik natuurlijk al tijdloos. Met mijn spijkerbroek en fleece trui was ik 20 jaar geleden in de mode en over 20 jaar ben ik het weer. Kan ik goed mee leven. Maar zonder tijd voel ik me naakt. Niet compleet. Morgen in Avignon maar een horloge zien te scoren.In Avignon is het een gekkenhuis. Villa Lunatic maar dan in stadsformaat. Overal mensen. Overal straattheater en overal constipaties. Maar wel gezellige drukte. We weven door de drukte heen met onze fietsen. Eerst naar de camping en dan komen we straks wel terug. Van andere fietsers hebben we de tip gekregen om de camping iets buiten Avignon te nemen. Daarom verlaten we de drukte en fietsen een paar kilometer door.Camping les deux Rhône is een beetje alternatieve camping. Wel langs een weg met auto's maar dat geluid wordt ruimschoots overstemd door de krekels. En het is windstil. Heerlijk na die dagen met continu wind om de kop. Er is ook een trekkersveldje. In een hoekje vinden we een mooi rustig plekje (denken we) met schaduw en uitzicht. Er is een zwembad, een bar, een restaurant en pizza's. We besluiten om het er even van te nemen. Lekker luieren in de zon. Af en toe een bier en vanavond een huis-gemaakte pizza. Avignon wacht wel even tot morgen. Het lijkt zowaar even vakantie te worden.

Dinsdag 24 juli

Avignon

8,6 kilometer (196,0 totaal)

Camping Les deux Rhône (€ 15,30)

We dachten een rustig plekje te hebben voor de tent. Niets is minder waar. De mensen die ’s nachts met de auto terugkomen uit Avignon, parkeren deze aan de andere kant van de heg. Daarna wordt, buiten de auto, de voorstellingen en de toestand van de wereld besproken. En dan gaan ze lawaaierig naar hun tent. We zijn dus af en aan even wakker.

Vandaag een dagje Avignon. Dit betekent niet dat we uitslapen en om kwart over zeven kom ik alweer een schoonmaakster tegen bij de douches. Deze keer kan ik er niet in, dus weer terug naar de tent. Saskia is ietsje later en kan in de invaliden douche. Dat sms't ze me en de invaliden douche is groot genoeg voor ons twee.Het is een kleine vijf kilometer naar Avignon, dus daar zijn we al om half tien. De horlogemaker is dan nog dicht, dus we gaan eerst even naar het andere uiteinde van de stad. Daar kopen we postzegels bij het postkantoor en kunnen de kaartjes gegleufd worden.Dan gaan we even over de markt. Daar staan een paar pikzwarte Moren met tulbanden en lange gewaden. Saskia vindt ze prachtig en is er moeilijk bij weg te krijgen. Haar daar achter laten is ook geen optie want hij biedt maar twee kamelen. Met de belofte van een koffie met een koek kan ik haar gelukkig weg lokken. Maar eerst kijken we nog even bij het pauselijk paleis en genieten we van het uitzicht. Ook de beroemde pont d'Avignon komt in beeld. Het is eigenlijk maar een halve brug en hij heet ook nog anders, het is de brug van St. Bénezet. Als je erop wilt, moet je betalen. Dat doen we dus niet.De koffie is erg lekker en nu de swatch winkel open is, kan ik eindelijk een horloge kopen. Het wordt een blauwe skin. Heerlijk om op elk moment de tijd weer te weten.Het is de hele maand juli festival in Avignon. Veel straattheater en 's avonds kun je kiezen tussen tientallen voorstellingen. Hier lopen ze overdag voor te flyeren. Je krijgt dus continu briefjes aangeboden, al dan niet met een verhaal. Hiervoor hebben we een verschillende tactiek. Saskia mompelt meestal iets van 'Je ne comprendre pas' en beweegt haar handen weg. Ik neem glimlachend elk briefje aan. Daarmee maak je ze zichtbaar blij. Als ze een verhaal houden knik ik ze bemoedigend toe en als ze klaar zijn dan zeg ik 'Que?!', net als Manuel in Fawlty Towers. Na een tijdje heb ik een stapel briefjes en verdien ik extra bonuspunten als ik ze hetzelfde briefje terug kan geven uit mijn stapel.Om half een treffen we Jeroen en Anoek met Nick en Sam. Het zijn vrienden uit ons dorp die 150 kilometer verderop staan en desondanks toch een gezellig dagje met ons door willen brengen. We lunchen eerst gezamenlijk op een terras in de schaduw. Het is inmiddels alweer loeiheet. Ze serveren een heerlijke zalm-terrine. Die spoelen we weg met een rosé. We zijn het erover eens dat de meeste Fransen niet echt hartelijk zijn. Vooral in de horeca wordt je als buitenlander anders behandeld dan de Fransen. Een lachje kan er nauwelijks af en je voelt je haast bezwaard als je wat moet bestellen. Ik kan me ook niet altijd duidelijk maken met mijn school Frans maar daar bieden ze geen enkele hulp mee. Terwijl ze het, volgens mij, toch van de toeristen moeten verdienen.Met de familie Lukassen slenteren we wat door de stad. Ze zijn er al eerder geweest maar voor de kinderen is het toch leuk om her en der even te kijken. Soms staan we bij een voorstelling even stil. Aan het einde van de middag gaan ze weer huiswaarts.Wij slenteren nog wat verder door de stad, maar al vrij snel zijn we uitgeslenterd. Je kunt inmiddels over de koppen lopen. De helft van de mensen deelt flyers uit. De andere helft neemt ze al dan niet aan. Op place de l'horloge (what's in a name?) schuiven we aan op een terrasje en bestellen een bier en een wijn. We hebben een goed uitzicht op de mensen massa en er is veel te zien. Zo tikken we zeker een uurtje weg. Daarna doen we boodschappen en gaan naar de camping terug. Het avondeten bestaat uit een gebonden wortelsoepje en een broodje met Italiaanse ham en feta kaas. Het is lekker rustig op de camping na al die drukte. Morgen gelukkig weer op de fiets.

Woensdag 25 juli

Avignon - Valreas

77,2 kilometer (273,2 totaal)

Camping Domaine de la Coronne (€ 12,04)

Vandaag was een rustige fietsdag. We hebben gefietst en daarna nog een stukje gefietst. En het was ERG warm, maar laat ik bij het begin beginnen.Natuurlijk weer op tijd eruit en via slinkse wijze kon ik langs de schoonmaakster in de invaliden douche. Dat viel niet zo goed, want ze stond flink te mopperen toen ik er weer uit kwam. Daarna opruimen, ontbijt en afrekenen. We fietsen het eerste stuk nog langs en over de Rhône. Daar maken we een koffie. Het is windstil en van de caleidoscoop van bomen in het water genieten we elke keer weer. Via Roquemaure maken we een omtrekkende beweging om Orange heen. Ons koningshuis komt er oorspronkelijk vandaan maar in de buitenwijken waar we doorheen gaan zie ik weinig koninklijks. Of het moet een sluier en een kaftan dragen. Je weet het niet.Na Orange sluiten we de derde etappe van het tweede boekje af (bedenk dat we andersom fietsen). Die was lekker vlak. Het hoogteprofiel van de tweede etappe ziet eruit als de hartslag van een bejaarde in de playboy mansion. Gedurende de middag klimmen we dan ook langzaam naar 250 meter. Inmiddels is de temperatuur naar de 36 graden geklommen. Saskia kan goed tegen deze warmte maar ik loop behoorlijk te puffen. In sommige dorpjes staat een waterbak met een lopend kraantje. Zo ook in Lagarde-Paréol. Daar wil ik wel in gaan zitten. Er staat een bordje dat dit niet mag. Wel kan ik met kop en schouders erin. Heerlijk fris. Daarna doen we de cache hier. Er zitten wat padvinders, maar ik weet hem stiekem toch te loggen. Ook is hier een mooi kerkje. Als ik de deur wil openen, dan blijkt deze erop geschilderd te zijn.

Op de weg terug naar de route komen we weer langs de waterbak. Ik dompel mijn T-shirt erin onder en wring hem uit. Dat voelt eerst héél koud, dan wel lekker maar na tien minuten fietsen is hij weer droog. Zolang je in beweging bent, gaat het wel met de warmte. Maar als je stil staat, dan is het niet te harden. Als ik een waterhoofd had gehad, dan was nu het fluitje afgegaan.Onderweg doen we nog meer caches. Die brengen ons op mooie plekjes. We komen ook door prachtige Franse dorpjes met mooie marktpleintjes omringd door platanen. En we fietsen langs de eerste bus-stop in Suze la Rousse. Het lijkt alweer weken geleden dat we daar waren. Iets verderop nemen we een lange (1 uur) pauze in de schaduw om wat thee te drinken en wat te eten. Ik verbaas me over de foto die ze op het doosje van de tomaatjes zetten. Een bejaarde man met een bril. Dat verkoopt toch niet? Daarna door La Baume de Transit, ook een mooi dorpje en overmand door dorst tik ik in Richerenches twee blikjes fris weg. Wat kan dat lekker smaken zeg!Valreas is ons eindpunt van de dag. We hebben boodschappen nodig dus we vragen naar de supermarché. Die blijkt een stukje buiten het dorp te liggen. De verkeerde kant op. Heuvel af. Maar een mens moet toch eten, dus fietsen we erheen. Het is een grote winkel en het is lekker koel daar binnen. Ik zoek een plekje voor de tent maar ik krijg de haringen hier niet in de grond. We kopen elk een liter sap. En daarnaast nog een lekker maaltje van pastasaus, gehakt en ravioli gevuld met pesto en een salade. Er moet goed gedronken worden dus ook een fles rosé en een halve liter witbier.De camping in Valreas is vol. We zagen al verdacht veel Nederlandse auto’s en als ze niet rond rijden, dan zitten ze hier aan het zwembad. Maar de dame bij de receptie heeft nog wel een plekje voor ons. Voor een (niet bezette) sta caravan kunnen we ons tentje opzetten. Ze laat het zien. Ik ben niet zo gecharmeerd van. Het ziet eruit als de Gobi woestijn. Maar doorfietsen is even geen optie. We nemen het. Het is wel goedkoop want voor een nachtje betalen we €12,04 (dit is geen tikfout. Het zijn echt vier cent). Later blijkt dat we een lot uit de loterij hebben. Er is namelijk een mooi bordes bij, met een tafel en vier stoelen. Wat een weelde.Door de hitte blijf ik drinken. Als ik naar de douche loop lijkt het of er iemand met een halfvolle jerrycan achter me loopt. Het klotst ontzettend. Maar er is niemand. Een stukje verder blijkt het mijn buik te zijn. Na de twee blikjes, een liter vruchtensap en een halve liter bier zit hij vol. Zo moet acht maanden zwanger voelen. Met kleren en al stap ik onder de douche die helaas warm is. Je kunt niet alles hebben.Op onze luxe plaats koken we een lekker maaltje maar in mijn buik past niet zoveel meer. De temperatuur zit nog steeds op 34 graden. In de schaduw. Na het eten buiken we lekker uit op ons bordes. Met hulp van het overdruk ventiel valt langzaam de druk weg op de buik.. De rosé lijkt te verdampen. Zo moet God zich in Frankrijk hebben gevoeld.

Donderdag 26 juli

Valreas – La Baume Cornillane

73,9 kilometer (347,2 totaal)

Camping La Chenaie (€ 10,=)

We verlaten camping Coronel op tijd. Het was een aardige camping maar ik denk niet dat we er ooit weer zullen komen. Het eerste dorpje wat we tegen komen is Tauligan. 's Ochtends halen we altijd eerst brood en beleg en wat lekkers voor bij de koffie. En dat kan hier mooi. Het dorpje zelf is prachtig geconserveerd. Nauwe straatjes, gele zandsteen en steile weggetjes. Ik heb geen GPS ontvangst in de smalle straatjes en prompt verdwalen we.

Vanaf vandaag is het afgelopen met het vlakke land. Er moet geklommen worden. De eerste klim is 8 kilometer lang met een stijging van 5%. Fietsers weten hoe dit voelt. Voor de niet fietsers zal ik het even toelichten. Dit percentage betekent dat ik, met 25 kilo bagage, nog een snelheid haal van ongeveer 9 km/uur. En dat doe ik in de vierde versnelling (ik heb er veertien). Dit houdt in dat ik ongeveer een uur aan het klimmen ben en dat ik dan ongeveer 400 meter stijg. En een halve liter vocht verlies. Pluspunt is dat de weg niet druk is en dat het vandaag nauwelijks waait. En omdat we naar het noorden rijden hebben we wel voordeel van de schaduw aan de rechterkant van de weg. Maar je wordt er best wel moe van.

Ook betekent dit dat we de kaartjes minder snel kunnen omdraaien. Dat is jammer want het draaien geeft een licht euforisch gevoel. Het is als een to-do lijstje waar je wat van kunt afstrepen. Been there, done that!

Bij Aleyrac is een oud vervallen benedictijns klooster uit de twaalfde eeuw. Het wordt via een houten bordje aangegeven en we moeten er wat voor van de weg af. Helaas omlaag, maar het is de moeite waard. Het is in 1385 verlaten maar als je de tijd in ogenschouw neemt ziet het er nog best goed uit. Een mooi plekje en er is een bron met miraculeuze eigenschappen. Het zou helpen tegen hoofdpijn en tegen huidziekten. Komt dat mooi uit, ik heb al tijden last van een kalknagel. Ik stap dan ook een tijdje rond in de bron want baat het niet, dan schaadt het ook niet. Ik kan daarna niet meer garanderen dat het nog blijft helpen tegen hoofdpijn. En ik heb de rest van de dag last van miraculeus zand in mijn schoenen. Het is ook een mooi plekje om even koffie te drinken. Met een prachtig uitzicht op de ruïne.

Klimmen betekent ook dalen. We gaan hierna zeven kilometer naar beneden. Gewoon laten rollen met snelheden van boven de 50 km/uur. Het land ruikt. Veel lavendelvelden en andere kruiden. Heerlijk provinciaals. Om ons heen allemaal woeste bergen. Of wat er voor door moet gaan want ze zijn natuurlijk niet zo hoog. Maar wel woest met verweerde kanten en ruwe stenen. In Pont de Barret stoppen we even bij een riviertje voor de lunch.

De tweede klim van de dag komt in zicht. Deze is maar vijf kilometer maar op het laatst wel 10%. Ik moet terug naar de tweede versnelling en het tempo zakt naar 6 km/uur. Uiteindelijk komen we er wel. Boven op de col de Lauzan. En Saskia natuurlijk ook.

Het drankprobleem van gisteren hebben we inmiddels ook opgelost. Gewoon meer drinken gedurende de dag. Water smaakt op een gegeven moment niet meer dus in elk dorp kopen we een koud blikje drinken en dat verdunnen we met water en een beetje zout. Ook ruilen we een van de koffie's in voor een bouillon. En daarmee is het goed te doen.

De laatste lange afdeling is naar Aouste-sur-Sye. Volgens het boekje de laatste mogelijkheid om boodschappen te doen voor onze camping. Maar tussen de middag is alles dicht. Dan maar door naar Crest. Dat blijkt een grote plaats te zijn met een Supermarche. Het is heerlijk shoppen daarbinnen omdat het zo lekker koel is. Maar er hangt een onguur figuur bij onze fietsen rond, dus ik blijf buiten en Saskia mag lekker shoppen. Ze slaat flink in want de planning is een boerencamping en daar is niets te krijgen.

De laatste 15 kilometers vallen flink tegen. Het is veel klimmen en dalen en de hitte helpt ook niet mee. Het water is bijna op en wat er is, is lauw. Maar opeens is daar een Maria met een kraantje eronder. Een godsgeschenk wat we graag aannemen. We vullen de flessen en koelen lekker af. De camping is daarna snel gevonden alhoewel we er eerst voorbij fietsen. Je herkent het niet zo'n boerencamping als het bordje de verkeerde kant op staat. Ze hebben een mooi groot veld met een koel schaduwplekje onder de bomen. Voelt helemaal goed hier. We nemen eerst de tijd om bij te komen. Biertje, glaasje wijn en pas later eten. Ik snap nu wel waarom de Fransen zo laat eten. Naast ons staat een bejaard echtpaar. Ik vraag of ik de iPad mag opladen bij hun want ik leg hem niet zo graag in de wc. Dat kan en Wim en Joke nodigen ons gelijk uit voor een glaasje rosé. Ze zijn al vijf weken onderweg en brengen de tijd door met wandelen en schilderen. En dat doen ze niet onverdienstelijk.

We eten een salade, daarna een paella en een toetje. Het smaakt ons heerlijk na zo'n zware dag. We zitten buiten tot het donker is. De temperatuur is eindelijk aangenaam.

Vrijdag 27 juli

La Baume Cornillane - Faramans

93,0 kilometer (440,2 totaal)

Camping Les Eydoches (€ 14,20)

Het dondert als we opstaan. In de verte pakken wolken zich samen en er is om ons heen meer bewolking. Maar het zet niet door. Wel is er vandaag veel sluierbewolking wat de temperatuur wat aangenamer maakt.

Het landschap waar we doorheen fietsen is minder spectaculair dan gisteren. Veel landbouw. Maïs, zonnebloemen, fruit en soms een uienveld. Dat laatste ruik je al van verre.

Er staat een stevige bries en die hebben we ook nog mee. En als we vlakbij Romans-sur-Isere zitten is het een beetje feest. De teller van Saskia gaat over de kop want hij staat op 9999 km. Inmiddels hebben we er vandaag al bijna 50 kilometer op zitten. Mensen bekijken ons vreemd als we op een bankje in de stad een koffie gaan zitten maken en een taartje eten. Wij kijken gewoon lekker terug.

Daarna gaat het tempo eruit. Het is weer veel klimmen en dat gaat gewoon langzaam. Ook al heb je wind mee. In St. Donat lunchen we in een parkje. Als we om half een verder fietsen, zijn alle winkels dicht en is de stad uitgestorven. Ik wil nog een blikje drinken kopen maar de winkel heeft geen koude drankjes. Ik sla over en dat is een foute beslissing. Het water raakt op, het klimmen is zwaar en we kunnen nergens nieuw water vinden. Uiteindelijk zitten we bij een fontein in Tersanne. 'Non potable' staat op het bordje. Alle flessen zijn leeg. En we hebben dorst. Veel dorst. Verderop zie ik op een heuvel de kerk en het kerkhof. Daar is meestal water. En dat klopt. Bij het kerkhof is een kraantje. En daar fiets ik graag de heuvel voor op.

In Hauterives staat het Palais Ideal. Een postbode heeft daar 33 jaar gebouwd aan zijn droom. Overdag liep hij een ronde van 34 km (!!) en in de avonduren bouwde hij van beton een huis met daarin zijn dromen. Het is een bijzonder bouwsel geworden wat nu door het dorp is geadopteerd als toeristische trekpleister. Zelf wilde hij in zijn eigen bouwsel begraven worden, maar dat mocht niet. Daarom heeft hij op de begraafplaats ook een mausoleum voor zichzelf gebouwd. Op zijn 87e was dat klar. Een jaar later ging hij dood.

Daarna is het nog een paar kilometer klimmen in verschillende etappes. We eindigen, na een lange dag, in Faramans. De municipal heeft alles wat ik in een camping zoek. Een groen veldje, een overdekte ruimte met picknick tafels, een magnetron, koelkast en kookplaat. En een warme douche. Er staan hier veel fietsers want hier kruist ook de route van oost naar west. Met andere mensen wisselen we wat campings uit. We eten een salade met ham, tortellini met saus en een toetje. En de wijn heeft in de vriezer gelegen, dus die is heerlijk koud.

Morgen weer een lange dag. We hebben met Petra afgesproken. Zij fietst alleen van noord naar zuid en het lijkt ons gezellig om even bij te kletsen.

Zaterdag 28 juli

Faramans - Priay

Vandaag 94,7 km (Totaal 534,9 km)

Camping L’Escapade (€ 13,70, inclusief 3x douchen van 0,50)

Voordat we aan het ontbijt zitten heb ik me al twee keer zitten verbazen. Eerst vannacht. Er tikt wat tegen de tent. Ik denk eerst dat het insecten zijn maar het blijkt regen te zijn. Had ik echt niet verwacht na de temperaturen van gisteren. De tweede verbazing is als ik om kwart voor zeven (!) uit de tent kom en dan blijkt dat zes van de acht andere fiets-stellen al weg zijn. En dan bedoel ik niet dat de tent opgeruimd is en dat ze nog aan het ontbijten zijn. Ze zijn helemaal compleet verdwenen. Kwart voor zeven! We voelen ons nu meteen een stel fiets-amateurs.

Gelukkig trekken we ons daar niets van aan. We pakken, voor het eerst, een natte tent in, ontbijten en vertrekken. Het is 20 graden. Bijna de helft van gisteren. Vandaag hebben we een 90+ dag met, in het begin, veel klimmetjes. Ik heb uitgerekend dat als we elke twee uur 25 kilometer kunnen doen, dan komen we mooi uit. Dat lijkt gemakkelijk maar in de eerste twee uur komen we maar tot 20 kilometer. Het begint al vrij snel te druppen en na een tijdje doen we toch maar de regenjas aan. Op de stoep van de 'Mairie' in Meyrieu-les-Etangs maken we een koffie onder het afdakje. Inmiddels regent het serieus maar de temperatuur is nog lekker dus het is niet erg om in de regen te fietsen. Na een tijdje zijn we doorweekt en sop ik in de sandalen. Stug fietsen we door maar koffie doen we in een bushokje.

Het tempo van vanochtend zet gelukkig niet door. Op een gegeven moment komen we uit de klimmetjes en op vlakke stukken fietsen we zonder veel moeite meer dan 20 km/uur. Dat schiet lekker op. In de loop van de middag houdt het ook op met regenen. Ik wring de broek uit, laat de schoenen leeg lopen en in no-time is het spul weer droog. We zijn ook begonnen aan etappe een van boek twee. Het landschap kan ik niet anders typeren dan saai. Voor ons een kerncentrale. Om ons heen maïsvelden. En alleen heel in de verte nog bergen. De kerncentrale komt dichterbij. We fietsen er langs en hij verdwijnt weer in de verte. Om half vijf komen we op de camping aan. We moeten douche muntjes van 0,50 kopen. Toch nog redelijk vlot de 95 kilometer overbrugd. We zijn al aangekondigd en worden luidkeels door groene Petra begroet.

Groene Petra heet groene Petra omdat ze alle kleuren mooi vindt, zolang het maar groen is. Ze rijdt op een groene fiets, draagt groene kleren en heeft een groene tent. En het is een van de meest open personen die ik ken en waarmee het ook nog erg gezellig is. We kennen haar van het rondje Groningen en zij fietst dezelfde route maar dan de andere kant op. We hebben genoeg te kletsen, maar ondertussen zet ik wel de tent op want er vallen nog steeds druppels uit de lucht. Die zelfde lucht ziet er overigens niet erg betrouwbaar uit.

's Avonds lopen we naar het dorpje Priay waar we bij een café-restaurant een maaltijd bestellen. Een salade vooraf, dan gebakken zalm-moot met gegratineerde aardappelen en als toetje een crème brullee. Met een koffie/thee na kost dat ons €25,= p.p.

Op de camping proberen we de fles wijn leeg te krijgen die we eerder op de dag gekocht hebben. Dat gaat niet meer lukken en tegen half elf vind ik het wel genoeg voor vandaag en kruip erin.

Zondag 29 juli

Priay - Chancia

Vandaag 60,4 km (Totaal 593,3 km)

Camping municipal les Cyclamens (€ 8,50)

Het heeft vannacht ontzettend geonweerd. Ik werd wakker omdat de bliksemflitsen door de gesloten oogleden heen priemden. Verder heb ik er weinig van gemerkt terwijl toch de halve Rhône over ons uitgestort is. Alleen toen ik ging plassen zag ik dat er wel erg veel water lag. Petra heeft de halve nacht wakker gelegen, bang voor lekkage. Onze tent heeft zich goed gehouden. Hij is vies door het gespetter maar binnenin is het droog.

Vandaag staat in de boeken als een rustdag. Maar met dit weer lokt het niet om op de camping te blijven. We besluiten rustig aan te doen vandaag en beginnen met een uitgebreid ontbijt, samen met Petra. De tent wordt nog natter dan gisteren ingepakt en uiteindelijk vertrekken we om kwart over negen. De temperatuur is 19 graden en ik wissel tussen mét jasje en zonder maar beide is niet goed.

Het eerste deel is niet zo mooi. Veel bebouwing en industrie. We komen door Pont d'Ain, een plaats die we associëren met de wintersport. In Neuville is een supermarche waar we vast boodschappen doen voor vanavond. Het is zondag en we komen nu in gebieden waar je de winkels met een lampje moet zoeken. En dan nemen we voor lief dat we haast de hele dag met de maaltijd van vanavond en het ontbijt van morgen rijden.

Daarna fietsen we de rest van de dag door de Gorge de l'Ain. Misschien vraag je je af waarom die zo heet maar de rivier de l'Ain heeft hem uitgehold en met zo'n prestatie mag er best wat naar je vernoemd worden. Het is prachtig hier. De routemakers hebben zichzelf overtroffen. Niet alleen is de route heel rustig, hij is ook nog redelijk vlak. We kennen de Gorge d'Ardèche al en die is druk. Hier fietsen we alleen. Af en toe een auto en de stilte wordt alleen doorbroken door een paar kraaien die ruzie maken aan de overkant van de rivier. Steile rotswanden links en rechts van ons. Meestal begroeid met bossen maar bij de hele steile stukken zijn ze kaal. Je ziet de aardlagen erin. In de diepte de rivier, die langzaam maar zeker zijn slijtageslag doorzet. Wij meanderen lekker mee met hem. De grijze luchten maken plaats voor stukken met blauw. 's Middags vinden we in Bombois een picknickbankje in de zon. Helemaal goed.

Op een gegeven moment staan we stil om van een uitzicht te genieten. Ik hoor een raar gesis. Er blijkt een stuk roestig metaal in mijn achterband te zitten. Ik til de fiets naar de kant om het niet verder naar binnen te duwen. Dat valt niet mee met 18 kilo fiets en 20 kilo bagage. Maar zo kan ik het lek goed lokaliseren. Het metaal is een behoorlijk stuk dat dwars door de anti-leklaag is gegaan en door de binnenband. Alles van de fiets af en plakken. Is gelukkig een karweitje van niets en een kwartiertje later zijn we weer op pad. Toch fijn om te kunnen constateren dat ik de juiste spullen mee heb.

We eindigen iets na Condes in Chancia. Hier zijn drie campings. De eerste slaan we over maar de tweede, camping municipal les Cyclamens, ligt mooi op een schier eilandje. Als we om half vier binnen rijden worden we begroet door Jut en Jul die de zaak bestieren. De goedkoopste camping tot nu toe, €8,50. We zien ook meteen dat er een was- en droogmachine is. De kleren beginnen wat te ruiken en omdat we op tijd zijn, kunnen ze mooi even gewassen worden. Voor zes euro kopen we muntjes om te wassen en te drogen. We vragen ook om waspoeder maar Jul heeft dit niet. Er volgt een korte discussie tussen Jut en Jul die ik niet kan volgen en het resultaat is dat we voor 0,50 een wasmiddel zakje krijgen.

De man begeleidt ons naar een veldje, omringd door caravans. Overal zijn groepjes mensen die er eens goed voor gaan zitten. Maar we geven ze weinig spektakel. Wij functioneren als een formule-1 team. Saskia zoekt de was bij elkaar en ik leg de tent te drogen. Ondertussen tikken we een koud biertje weg die ze bij de receptie te koop hebben. Daarna zet ik de tent op en Saskia pompt de matrassen op en maakt het bed klaar. Als ze zien dat ik met een steen de haringen erin sla, krijg ik zwijgend een hamer aangeboden. Tijdens het wassen en verder inrichten wordt een tweede biertje weggewerkt. Het voelt lekker hier. En de kleren ruiken weer fris. Tegen de avond verdwijnen een aantal Fransen naar huis. Wij maken couscous met ham en een kerrie sausje. Tegen de avond wandelen we even de camping rond. Het weekend is afgelopen en het is erg rustig. Het meer geeft mooie spiegelingen en we hebben zelfs nog energie om even te basketballen. Ik blijf buiten de tent lezen tot de schemer invalt. Saskia kiest voor de warmte en kruipt in de tent. Als de stilte teveel wordt poets ik de tanden en kruip er ook in. Het was een prachtige rustdag.

Maandag 30 juli

Chancian - Fay-en-Montagne

Vandaag 66,0 km (Totaal 661,3 km)

Camping Le petite Chevalier Blanc (€ 10,50)

Dit is de rustigste camping tot nu toe. De meeste mensen zijn vertrokken. Ze moeten morgen weer aan het werk. De rest maakt geen lawaai. Dat kun je niet zeggen van het uurwerk in de kerken. Kerken?! Omdat we tussen twee dorpjes zitten horen we elke uur twee keer de klok slaan. En ze lopen niet synchroon, er zit een minuut of wat tussen.

Bij het opstaan kijk ik even op de thermometer. Het is 15 graden. De buitentent is van binnen en van buiten nat. Veel condensvocht. Gelukkig schijnt de zon en ik leg de delen apart van elkaar in de zon te drogen terwijl wij ontbijten.

We beginnen met een klim van een uur. We rijden naar een plateau en daar blijven we min of meer bovenop vandaag en zitten de hele dag zo rond de 500 meter.

Ze hebben in de l'Ain een aantal dammen gebouwd met krachtcentrales. Gisteren hebben we er al een paar gezien en vandaag komen we bij de 'barrage de Vouglans'. Hier hebben ze een gigantische muur van beton gebouwd die het water tegen houdt. Hij is 425 meter lang en meer dan 100 meter hoog. Als gevolg daarvan is het meer van Vouglans ontstaan. Dit is het twee na grootste meer van Frankrijk. Je voelt je een dwerg als je er naast staat. Bovenop hebben we een mooi uitzicht waar we met een koffie van genieten.

Bovenop gekomen betekent niet dat het klimmen afgelopen is. Het gaat ook hier weer veel op en neer. De energie die je bij dalen terug krijgt is meestal niet genoeg voor de volgende klim dus het blijft zwoegen. Ook dit jaar wordt ik weer enorm optisch gefopt. Het blijft een vreemd fenomeen dat je ogen zeggen dat het zonder twijfel naar beneden gaat terwijl je benen het tegenovergestelde beweren. En als ik op de GPS de hoogtemeters omhoog zie gaan, dan weet ik dat de benen gelijk hebben. En dan kijk ik nog eens goed en kan ik niet anders constateren dat het echt lijkt dat we naar beneden gaat. Heel bijzonder.

Het weer is ronduit mooi en langzaam warmt het op naar een comfortabele 25 graden. Het landschap is aangenaam. Speels. Er is genoeg te zien onderweg om je niet te vervelen.

We zitten wel zonder eten. De eerste 30 kilometer komen we door genoeg dorpjes maar geen bakker of super. Er is wel een kapper in elk dorp, gek genoeg. Maar mijn haar zit nog steeds prima, dus die slaan we over. Uiteindelijk vinden we in Pont-de-Poitte na twaalf uur een bakker en dorpswinkeltje. Er is niet veel keus maar toch voldoende om tot morgen te kunnen overleven.

In Blye slaan we van de route af. Er is een omleiding die via de Cirque de Baume gaat. Maar voordat we daar zijn komen we nog door het dorpje Crancot. Het viel ons al op dat de kerkdaken zo bijnder zijn met kleurige geglazuurde tegeltjes. En in Crancot staat een hele mooie.

Un Cirque is het blinde uiteinde van une reculée. Reculée is de naam voor een uitschuring in het kalkplateau van de Jura. Deze uitschuringen zijn het gevolg van water/ijs-erosie. Het water is afkomstig uit grotten rondom de cirque. Deze is 1,5 kilometer lang, 400 meter breed en 120 meter hoog. Beneden zien we het dorpje Sermu liggen. Een en al toeristische trekpleister. We kijken onze ogen uit bij dit natuurfenomeen..

Daarna zijn we moe. Moe van acht dagen fietsen en 650 kilometer. Het plan was om door te gaan naar Poligny. Maar nu kiezen we toch voor een camping dichterbij. Een paar kilometer van de route af ligt een boerencamping. 'Le petite Chevalier blanc' in Fay-en-Montagne. Het is een schot in de roos. Er is een mooi groen veldje met een picknick tafel. De man die ons ontvangt tapt me eerst een halve liter bier en schenkt Saskia een koude witte wijn in. Hij vraagt ook of we mee willen eten want het is ook een 'auberge'. Maar helaas hebben we al chili gekocht en weggooien is tegen ons principe. Die moeten we dus laten lopen. Jammer. Ik had graag eens aan de Franse tafel aangeschoven. Hij vertelt ook dat het de komende week goed weer blijft. Wel koud 's nachts, zo rond de dertien graden.

Het is pas vier uur, dus we douchen, luieren in de zon, doen de was en maken ons huis klaar. Ondertussen komen de paarden binnen. Nu heb ik niets met paarden zelf, alleen met de worst ervan vind ik interessant, maar Saskia vindt het leuk om erbij te kijken.

Uiteindelijk worden de bonen opgewarmd en de penen geschild. Het is adequaat en vult goed. Toetje na en dan koffie. Daarna ga ik even betalen. De camping is niet heel duur maar dit is voor het eerst dat we apart voor de fietsen moeten betalen (€1,20 per fiets). Daarna nog even een rondje over de camping.

De zon gaat onder en het koelt al snel af. Sokken en een jasje zijn noodzaak geworden. In de schemering komt een colonne koeien geruisloos voorbij. De boer erachter op een fiets. Vleermuisjes komen langs met hun karakteristieke gefladder en de krekels geven een concert in de bomen. Op een gegeven moment wordt het te koud en dan rest ons nog maar één keus; de warme slaapzak.

Dinsdag 31 juli

Fay-en-Montagne - Marney

Vandaag 84,0 km (Totaal 745,3 km)

Camping Le Vert Lagon (€ 13,=)

Als we opstaan is het 14,4 graden. Alles is wat minder nat dan gisteren, waarschijnlijk omdat we onder de bomen staan. De camping is nog in grote rust maar ik ben niet alleen in de douche. Naast mij staat Saskia. Maar goed, dat is ook de enige andere fietser op de camping.De batterij van mijn fototoestel is helemaal leeg. Met het kleine beetje energie dat erin zit maak ik foto's door de zoeker. Een beetje ouderwets, maar daarmee red ik net de dag nog. Ik heb het snoer van de oplader ingekort en er een geaarde stekker aangezet. Die past hier niet in de Franse stopcontacten.Een ander probleem dat we hebben is dat het gas op raakt. De schroefblikjes zijn hier niet te krijgen maar ik heb ook een adapter voor het Campinggaz klik systeem. Vandaag maar eens op zoek gaan.Eerst moeten we een stukje terug fietsen om weer op de route te komen. Daar komen we bij de Cirque de Ladoye. Niet zo mooi als de Cirque gisteren maar toch indrukwekkend genoeg om te zien. En op dit vroege uur zijn we alleen om ervan te genieten. Voordat we in Poligny komen hebben we een flinke afdaling. Vandaag heb ik voor het eerst een zweethemd en een jasje aan. En dat is ook wel nodig tijdens zo’n koude afdaling. Poligny is een grotere plaats maar heeft geen grote super. Wel weten we brood en een taartje te scoren voor de koffie zo meteen .We fietsen door een gevarieerd landschap. Veel veeteelt en landbouw hier. We hebben het gevoel dat hier ook meer rijkdom is. De huizen zijn in een betere staat en alles is wat beter onderhouden. Ook de kerken stralen meer rijkdom uit. We zien er verschillende met een kleurrijk geglazuurd tegeltjes patroon op het dak van de spits.In Villeneuve d'Aval willen we een kopje koffie maken. Na korte tijd maakt de brander een geluid als van een straaljager en wordt roodgloeiend. Hij is duidelijk stuk. Ik probeer nog een ander (mini-nood) blikje maar daarmee is het ook hommeles. Provisorisch schoonmaken lijkt even te helpen maar niet voor lange duur. Vanavond maar even op de camping nakijken.Alle dorpjes die we passeren hebben geen winkel meer. Zelfs de bakker is verdwenen. De coup van de kappers is goed gelukt, want zij zijn nu aan de macht. Maar daar kunnen we geen boodschappen doen.Om half een zijn we in Arc-et-Senans/Saline. Saline komt van het zout dat hier gevonden. Er was een grote fabriek en een mooi gebouw herinnert nog aan deze goede tijd. Er is wel een winkel maar die is dicht. Iets verderop fietsen we langs een mooi terras en daar besluiten we dan maar het 'menu du jour' te nemen. Voor €13,50 krijgen we een salade met verschillende soorten vis, gefrituurde aardappelblokjes en een fruit cocktail na. Even uitbuiken en dan de resterende 40 kilometer overbruggen.De temperatuur is opgeklommen tot de 29 graden. Het voelt als vorige week toen we in de hitte fietsten. Maar nu is er ook een verkoelend windje. Wel tegen maar zwak. Ik vind het in elke geval niet erg.De route voert langs de Grottes d'Osseille. We zijn hier al eens eerder geweest. Met de kinderen maar we kunnen ons niet herinneren wanneer. Deze keer hoeven we niet naar binnen en fietsen we lekker verder langs het water. En vlak voor St. Vit nemen we bij een meertje nog een pauze. Met moeite weet ik een kopje thee op te warmen.St. Vit is een grote plaats. Met een super. Daar vind ik een andere stekker om aan de lader van het fototoestel te maken. Maar ze hebben geen klikblikje gas. Alleen prikblikjes. Na die constatering ga ik weer buiten naar de fietsen. En daar sta ik lang te wachten. Erg lang. Want er zijn maar twee kassa's open en Saskia staat daar tijden in de rij. Ze heeft het idee dat de rekening niet klopt. En de toetjes zijn gevallen en open gebarsten. Dus beiden een kater en dat maakt de volgende kilometers niet gezelliger. Maar we zijn goed in goedmaken dus de laatste kilometers in de avondzon zijn wel weer gezellig.In Marney is de camping. Hij ligt aan een watertje en we vinden een mooie plaats aan de stroomversnelling. Dit betekent wel continu lawaai, maar natuurlijk lawaai. En er is een picknick tafel. Bij de receptie haal ik een koud biertje en Saskia heeft wijn uit de super. Zo klinken we op het volbrengen van de eerste etappe uit het tweede boekje. Die kan in de tas en we stappen morgen over naar deel een. Nog tweederde te gaan.Bij Nederlanders tegenover ons vraag ik of ik de batterij van het fototoestel mag opladen. Dat is geen probleem. We douchen, zetten de tent op en maken een soepje en brood. Ondertussen haal ik de brander uit elkaar en maak hem schoon. Dat mag helaas ook niet baten. Maar even zien hoe we ons redden de komende dagen. Ik hoop dat we een andere brander tegen komen want dat is toch wel essentieel. Uit eten kan altijd maar de koffie en thee onderweg zou ik er missen.Terwijl de zon ondergaat en we luisteren naar het ruisen van het water schrijf ik dit verslag. De laatste regels bij het licht van de volle maan en een temperatuur die wat aangenamer is dan gisteren. Dat komt waarschijnlijk omdat we flink gedaald zijn. Wat is het toch heerlijk om onderweg te zijn.

Woensdag 1 augustus

Marnay - Port-sur-Saône

Vandaag 71,3 km (Totaal 816,6 km)

Camping Municipal de la Maladiere (€ 7,50)

Opstaan is een heel ritueel voor mij. Sinds mijn rug zich onafhankelijk heeft verklaard blijft het schipperen. In het begin van de vakantie besloot de nek zich te distantiëren van de schouders. Die laatste twee leefden al op gespannen voet. Al met al is het een heel geregel om het zooitje in het gareel te houden. Dit betekent voorzichtig draaien en niet al te abrupt opstaan. Een paar oefeningen om de zaak in beweging te krijgen en vooral een warme douche om de spieren op te starten. Het blijft een wankel evenwicht. Een verkeerde beweging en de vlam schiet in de pan. Al het gebuk met het opruimen van de tent helpt ook niet mee. Het scheelt dat het fietsen wel goed voelt. Daarmee 'smeer' ik de rug zodat het in de loop van de dag beter voelt.We hebben prima geslapen met op de achtergrond het geruis van de drie rivieren (Ognon, de Doubs en de Loue) die hier samenkomen. Het is een paar graden warmer dan gisterenochtend maar de tent is nog wel erg nat. Alhoewel het strak blauw is, heeft de ochtendzon niet voldoende kracht om hem te drogen.Het is even wennen aan het nieuwe boekje. De kaartjes hebben een iets andere kleurstelling en de schaal is ook anders. Het landschap bevat veel bos, grasvelden en maïs. En een enkele keer wat druivenranken. Je merkt dat het hier minder droog is dan in het zuiden doordat er veel meer begroeiing en bomen zijn. Bossen zijn cool. Het is al weer behoorlijk warm en de schaduw van de bossen is erg welkom. De dorpjes waar we doorheen komen zijn rijker dan in het zuiden. Grotere huizen en in betere toestand. Karakteristiek zijn de wasplaatsen in elk dorp. Ze worden niet meer als zodanig gebruikt maar ze hebben er vaak wat moois van gemaakt met bloemen. In een van de wasplaatsen van Avrigney-Virey zitten twee visjes. Ze proberen zich voor ons te verschuilen in de modder want ze kunnen geen kant op. Eerst moet het water hoger komen en dan kunnen ze naar een andere bak.De velden kenmerken zich doordat er overal rollen liggen. Met gras en met stro. We hebben geconstateerd dat het esthetisch mooier is om rollen te hebben dan blokken. Gelukkig zie je weinig blokken meer dus we worden continu visueel gestreeld.In Gy stuiten we ineens op een super. We hebben eigenlijk (nog) niets nodig maar ik ga toch even kijken of ze gas hebben. Helaas, maar ik scoor wel nog tandpasta, koffiemelk en thee. We zijn nog niet eerder met zo weinig boodschappen uit een winkel gekomen.In een weide die nog niet in rollen is verwerkt maken we een koffie en eten het taartje van de dag. De brander heb ik wat aangepast en hij lijkt het weer te doen. We stallen alle natte spullen uit om te drogen want het is alweer behoorlijk heet. Zeker tegen de 30 graden.Halverwege de dag komen we bij de rivier de Saône. Daar loopt een jaagpad langs en dat is prachtig fietsen. In de Saône hebben ze zelfs een tunnel gebouwd voor bootjes. Maar eerst nemen we een pauze in de schaduw. We maken een soepje en wat broodjes. Het is druk met bootjesvolk dat langs komt varen. Na een uurtje pakken we op en fietsen verder. Het is een mooi pad met lommerrijke bomen. Deze brengt ons uiteindelijk in Port-sur-Saône waar de camping is. Die ligt iets buiten het dorp maar aangezien dit het episch centrum is van de watersporter hier, hoop ik een geschikt blikje gas te vinden. Hiervoor fiets ik even het dorp door. De drukke D3 loopt dwars door het dorp en er rijden veel vrachtwagens. Toch zie ik dat er hier weinig te halen valt. Vergane glorie en veel dichtgetimmerde winkels. Eigenlijk net als vele andere dorpjes waar de leegloop hoogtij viert.Dan maar naar de camping. We kunnen hem niet meteen vinden en vragen het aan een paar mensen die duidelijk Nederlands zijn. Sterker, we horen ze Nederlands praten. Maar ze moeten zich zo nodig als Fransen voordoen en geven met een gebrekkig taalgevoel aan dat hier geen camping is. Erg flauw.De camping is een klein stukje verderop. We zijn gespannen want volgens het boekje heeft het 'voorbeeldige sanitaire voorzieningen'. Maar als we ervoor staan, vraag ik me af of we goed zijn. Het ziet er wat verlopen uit en de schijnbare beheerder, met een BMI index in de rode zone, helpt hier ook niet aan mee. Maar het is hem echt en er is weinig keus, dus we nemen een plekje. We krijgen een groen grasveldje maar op sanitair gebied is het echt een derde wereld camping. Waarschijnlijk is de maker van het boekje teveel gefêteerd toen hij op bezoek was.Onderweg hebben we een fles bubbeltjesrosé gekocht. Die drinkt als limonade maar je wordt er wel dronken van. Jammer is wel dat we eindelijk een kurkentrekker gekocht hebben maar hem bij deze fles niet hoeven te gebruiken. Tegen de avond warm ik de paella op en Saskia maakt een heerlijke salade met meloen, vis in mayo-saus en sla. De paella hebben we vanmiddag als diepvries gekocht en die houdt gedurende de dag de koelkast koud. Het smaakt goed en met een toetje en koffie hebben we de pens weer vol. Niet zo vol als de beheerder maar we komen in de richting. Morgen hebben we, als het goed is, een korte route dus we gaan zo nog even naar de kroeg buiten de camping. In de verte dondert het. We hadden vanmiddag al een paar druppels, dus ik ben benieuwd wat het morgen wordt.

Donderdag 2 augustus

Port-sur-Saone - Darney

Vandaag 62,5 km (Totaal 879, 1 km)

Camping Val des Rochette (€ 6,50)

Sommige dingen kunnen ze erg goed in Frankrijk. Neem nu bijvoorbeeld onweer. Meesterlijk zijn ze daarin.  Gisterenavond hebben we daar een mooi voorbeeld van gezien. De lucht wordt pikzwart (Rare uitdrukking. Ik kan maar één situatie bedenken waarin een pik zwart is. En dat kan tegenwoordig echt niet meer). De natuur houdt haar adem in. Er is een voorspel van donder en flitsen. En dan ineens gaat het los. Ik dacht nog even tanden te kunnen poetsen maar mijn timing was verkeerd. Als gevolg daarvan ben ik een half uur lang in het toiletblok gegijzeld geweest. Ondanks dat de tent minder dan 50 meter verderop staat.Vandaag fietsen we door het Noord-Franse landschap. Ik kan geen andere term dan 'saai' bedenken. Weides, een paar koeien, veel bos en wat gewassen. In de dorpjes is het verval begonnen. We zitten in Amance op het dorpsplein aan de koffie. Rondom ons zijn de huizen in slechte staat of te koop. Soms beide. Een enkel huis doet nog de moeite om de schijn op te houden. Een man komt rochelend uit zijn huis en stapt in zijn brommobiel. Als hij wegrijdt springt de achterklep open. Hij heeft het niet door. Het verval beperkt zich niet alleen tot de huizen.Toch snappen we dit verval niet goed. We kunnen alleen maar concluderen dat het te maken heeft met 'de Franse slag'. Er is genoeg activiteit (dit in tegenstelling tot Ierland). De velden zijn geoogst. Overal liggen rollen stro en gras. En in elk dorp rijdt wel een trekker voorbij met hout. De welvaart moet er dus wel zijn. Maar blijkbaar vinden ze het niet nodig om hun huis op te verven en hun erf op te ruimen.In Porte-sur-Saône, waar we vandaan komen, probeerden ze er nog wat van te maken. Ze hebben als thema de landen van de wereld. En de muren zijn soms beschilderd. We staan voor een muur waar 'de rechten van de mens' op uitgebeeld worden. We zien Ghandi, moeder Theresa en ook Anne Frank. Maar dat doet niet af aan het feit dat ook hier de aftakeling begonnen is. Het is een vicieuze cirkel. Om de toeristen te trekken moeten ze eerst wat op poten zetten. Maar ze kunnen (of willen?) pas wat op poten zetten als de toeristen komen. Je kunt hier varen, fietsen en wandelen. Maar er zijn nauwelijks voorzieningen. Ook cultuur en historie komen we erg weinig tegen. In elk dorp staat wel een standbeeld van een soldaat. Met name de eerste wereldoorlog wordt hier nog veel herdacht. En als er geen soldaat is, dan staat Jeanne d'Arc wel ergens op een hoek. En naast dit is er weinig te doen en te zien.Maar goed. We fietsen er doorheen en laten ons dit overkomen. Door de bui van gisteren is de temperatuur gedaald naar een comfortabele 22 graden. En met een windje erbij is het haast fris. In de ochtend fiets ik dan ook met een extra hemd. Tegen de middag kan die weer uit. We doen een koffie hier en een lunch daar. En zo komen we ongemerkt op de eindbestemming.Onderweg hebben we nog wel een paar keer een optische fop. En nog blijft het lastig om te bepalen wat dit nu veroorzaakt. Ik denk dat het te maken heeft met je referentie waardoor je voor de gek gehouden wordt. Vergelijk het met een schilderij van Escher. Als je zijn lijnen volgt en de lokale omgeving als referentie neemt, dan lijkt het te kloppen. Maar kijk daar even iets buiten en dan zie je dat het niet klopt. Ik denk dat bij onze optische fop, we het probleem hebben dat we er niet even iets buiten kunnen kijken. Vandaar dat het oog blijft aangeven dat het naar beneden gaat terwijl ondertussen de benen het hoofd voor jokkebrok uitmaakt.Is er dan helemaal niets gebeurd vandaag? Jawel! Ik heb in Corre een geschikt busje gas kunnen vinden. Het was een winkel met televisies en koelkasten maar er stond ook een blauwe gasfles buiten. Hij was nog net open. Vijf over twaalf. Toch ging ik binnen even vragen en ja hoor. Ze hadden het. Kunnen we tenminste blijven koken en koffie en thee maken. En we komen de meest fietsvriendelijke camping tegen die er is. Bij de afslag staat een bordje waar je, als fietser, haast niet voorbij kunt. Met spijt in het hart fietsen we door en we horen later van anderen wat we gemist hebben. Veel.In Darney is een Intermarche en een camping. In de eerste slaan we in en de tweede komen we daarna aan. Het is een municipal bij een zwembad. De zwembadbaas vertelt dat er vanavond wel iemand langs komt voor het geld. De douche is bij mij heerlijk warm. Saskia heeft helaas een koude douche. Zou ik het al het warme water hebben opgebruikt? Er zijn niet veel mensen en de meeste zijn fietsers. We zetten de tent op en doen ons tegoed aan de lekkernijen die we gekocht hebben. Soms vallen er een paar druppen. Maar daar blijft het bij.Om half zeven komt de campingbaas langs. Hand in hand met zijn vriendinnetje. Want het is nog maar een puber. In Engels en Frans wisselen we wat woorden terwijl hij de administratie doet. We moeten €6,50 betalen. Een laagterecord.Daarna maken we ons eten klaar. Samen met een gekke Fransman. Hij staat naast ons en is ook op de fiets. Samen met hem heb ik een picknick tafel hierheen gesjouwd. Als wij beginnen met koken, dan begint hij ook. Hij ratelt aan een stuk door in het Frans en we begrijpen er maar weinig van. Maar dat deert hem niet. Ondanks de taalbarrière is het best gezellig. Wij eten rijst met korma saus en kip. Een salade voor de vitamines en een yoghurt toetje voor de calcium. In de windstilte valt af en toe nog weer een drup. Ik vraag me af of we de was droog krijgen. Belangrijkere vragen zijn er vanavond niet meer.

Vrijdag 3 augustus

Darnay - Charmes

Vandaag 51,5 km (Totaal 930,6 km)

Camping Les Iles (€ 9,10)

Vandaag staat in het teken van hellingen. Het begon al met de nacht. We hebben vals plat geslapen. Het stukje leek vlak toen ik de tent opzette, maar vannacht en vanochtend werden we steeds wakker aan één kant van het tentje terwijl de andere helft leeg was.Om van de camping af te komen moest er ook al een helling bedwongen worden. Hij is niet lang maar met een procent of 15 is 50 meter best veel. En dat op de koude spieren. Tegen onze principes in zijn we eerst een stukje terug gefietst naar Darney. We hebben brood nodig en de rest van de dag zijn er geen winkels en bakkerijen. Alleen maar kappers. Maar die bakken zo beroerd.Het lijkt vandaag wel een rustdag. Er staan maar 50 kilometers op het programma. Maar wel 50 kilometers die gekenmerkt worden door op en neer gang. Het is de hele dag heuvel op en heuvel af. Variërend van een paar procent tot negen.

In Jesonville komen we nog wel een interessant fenomeen tegen. Hier is de waterscheiding. Huh?! Wat? De waterscheiding. Het water tot nu toe stroomt naar de Middellandse zee. Meestal via de Rhône en de Saône.  Het water wat aan de andere kant valt stroomt naar de Noordzee. Het is maar dat je het weet.

In Les Vallois maken we een koffie. Ze hebben in een tuintje een picknick bank staan. Er is ook een vijver en ik ga even kijken. Had ik beter niet kunnen doen. Een kikker zo groot als mijn onderarm heeft zich verslikt in een slak zo groot als een deegroller. Met glazige verstilde ogen en gestrekt lichaam staart hij je aan. De buik begint al te bollen van de rottingsgassen. Proost!

De meeste mensen die deze route fietsen doen dit van noord naar zuiden. We komen er elke dag minstens tien tegen. Stelletjes, vaak ouderen, maar ook families. Meestal groeten we elkaar en roepen iets over 'de groene weg'. Een enkele grappenmaker zegt dat we de verkeerde kant op rijden. En soms maken we een praatje, als het zo uitkomt. Vandaag had ik weinig keus. Ik heb er net een klimmetje van 1000 meter tegen 9% op zitten na Velotte-et-Tatignecourt en sta hijgend op Saskia te wachten. Tegemoet komen vier dames. Twee oudere en twee jongere. Moeders en dochters zou je denken. Maar het blijken collega's te zijn. Ze werken allen bij een lab in Leiden. Iets met hemoglobine. Maar ze gaan al een paar jaar samen op fietsvakantie. We blijven even kletsen zodat het niet teveel opvalt hoe stuk ik zit van de klim. We wisselen wat campings uit en gaan dan weer ons weegs. Als schepen in de nacht.

Iets verderop, bij Ahéville, nemen we een flinke pauze met een prachtig uitzicht.Vandaag zijn we ook van etappe 4 naar etappe 3 van boekje 1 gefietst. Het grootste deel in de Vogezen en op het laatst in de streek die de Lorraine heet. De wegen zijn weer uitzonderlijk rustig. Overigens moet ik opmerken dat de Fransen zich erg netjes gedragen in het verkeer. Ze gaan altijd met een grote boog om ons heen en als er maar enige twijfel is, dan halen ze niet in en blijven geduldig achter je. Zo onbehouwen als ze soms zijn in de omgang, zo beleefd in het verkeer.Om twee uur zijn we al op de camping in Charmes. Hij ligt tussen het Vogeze kanaal en de Moezel. De camping bestaat uit een behoorlijk veld met grote plekken. Wij hebben een half voetbalveld en een picknick bank. Wel bijzonder is dat de douches zo ver mogelijk van álle plekken zijn. Je moet haast brood meenemen als je erheen wilt. Maar verder een prima camping. Het weer begon vanochtend wat weifelend. Veel wolken en ook donkere wolken. Ik twijfelde of we het droog konden houden. Maar gedurende de ochtend klaarde het op en werd het lekker zonnig. In diezelfde zon besteden wij de middag. Beetje luieren. Biertje. Lezen. En kijken naar de mensen. Zo tegen de avond warm ik de maaltijd op. Voor de verandering hebben we een salade met meloen en vis. Daarna Kantoneese kip met rijst en natuurlijk een toetje na.Daarna gaan we nog even te voet kijken of we gecharmeerd worden door Charmes. Maar helaas. Het is een grotere plaats met meerdere restaurants en kroegen. En een foeilelijke betonnen kerk. Een rondje door het centrum duurt tien minuten.

Het informatiebord geeft aan dat het nog 23 graden is. We zijn snel weer op de camping terug waar we nog een tijdje kunnen lezen. Totdat de temperatuur te koud is om buiten te zitten. Dan kruipen we in het knusse tentje en morgen weer vroeg op.

Zaterdag 4 augustus

Charmes – Vic-sur-Seille

Vandaag 84,7 km (Totaal 1015,4 km)

Camping La Tuilerie (€ 12,50)

Vandaag fietsen we eerst naar St. Germain. Voor mij kan een plaats niet Franser klinken dan dit. Daarna door Froville. We hadden hier wat vrolijks verwacht. 'Pittoreske straatjes' staat in het gidsje. Maar het zijn vervallen huizen en een enkele bejaarde sjokt langs. Daar valt geen feest mee te vieren.In Einvaux hebben we een stop. En wat eet je in Lorraine? Natuurlijk een quiche Lorraine! Die hebben we bij de koffie. Er zijn hier geen wasplaatsen meer en ook geen centrale dorpspleintjes. Daarentegen zien we wel steeds vaker een picknickbankje langs de weg staan. Hier net niet maar we vinden altijd wel wat om te zitten.Lunéville is een grote plaats. Veel druk verkeer en een groot gezellig centrum. Na de winkelloze woestijn die we uitkomen is dit een oase van cultuur en commercie. Er is markt, een prachtig 'hotel de ville' en volop winkeltjes. Koning Stanislas, de Poolse koning, heeft hier in de 18e eeuw een prachtige residentie gebouwd en een fantastische tuin aangelegd. We kunnen zo over de binnenplaats naar de tuinen fietsen waar we in de schaduw wat eten en drinken. Het is alweer mooi weer vandaag. We hopen dat het nog even aanhoudt.Van Lunéville gaat het verder via kleine boerenweggetjes. Soms klimmen maar ook veel dalen vandaag. We zijn een beetje moe. Moe van 12 dagen achter elkaar fietsen. Moe van de 1000 kilometer die we nu gepasseerd zijn. Het lijf heeft eigenlijk even rust nodig. En het even zitten bij de kerk van Pettoncourt voor een kopje thee is dan niet genoeg. Morgen hebben we nog één lange dag. Er is dan 85 kilometer lang geen camping. Maar maandag hebben we 'maar' 40 kilometer naar Luxemburg stad. Daar heb ik een hostel geboekt en blijven we 2 nachten. Ik kijk uit naar het 'gewone' bed.Vandaag overnachten we op de camping in Vic-sur-Seille. Tijdens alle kilometers die we vandaag gefietst hebben en alle dorpjes die we door gekomen zijn, hebben we geen enkele winkel, kroeg of tabac gezien. Afgezien van Lunéville dan. Daar wilde we nog geen boodschappen doen. Is jammer, want nu zitten we zonder avondeten en zonder ontbijt. Vic-sur-Seille is een grotere plaats maar toch weinig voorzieningen. Geen super maar wel een bakker. We hopen dat die morgen wel open is. Er is een leuke kroeg waar we even aanschuiven. Daar tikken we wat vocht weg en het blijkt dat je er ook kunt eten. We reserveren meteen een 'menu du jour' voor vanavond.De camping is weer een verrassing. Het is een grote plas waar veel dagjesmensen en vissers zitten. Daartussen moeten wij een plaatsje zien te vinden. Tussen wat auto's zien we nog een picknick bank vrij en daarachter zetten we de tent op. De sanitaire voorzieningen zijn aan de overkant van de plas. De enige reële manier om er te komen is met de fiets. We hopen dat de dagjesmensen en vissers zo verdwijnen en dat we dan wat meer rust krijgen. Maar eerst gaan we uit eten. Ze tappen een lekkere Grimbergen.De kroeg is nog even gezellig als toen we weg gingen. Volgens de barflies die hier verblijven is het goed eten. Ik ga voor de Terrine de Tomaten et Basilicum als voorgerecht en Saskia gaat voor de petit Chevre roti aux Noisettes. Als hoofdgerecht hebben we respectievelijk Filet de Rougeret lieu jaune querelle de brochet sauce crustaco en Bavette aux trompettes gratin Dauphines. Probeer dat maar eens snel achter elkaar uit te spreken.Het is leuk om hier te zitten en te zien hoe het hier toegaat. Iedereen lijkt iedereen te kennen. Als je aankomt, dan zoenen de dames alles (behalve ons) en geven de mannen elkaar een hand. Ook als ze gewoon even langs komen. Mocht er ooit een besmettelijke ziekte uitbreken, dan is Frankrijk gedoemd.Het eten is werkelijk voortreffelijk. Als toetje ga ik eens voor de kaas. Saskia neemt iets met een chocoladetaartje. Ook allebeide goed. Mocht je ooit in Vic-sur-Seille willen eten, dan is café 'Les Amis' de gelegenheid om heen te gaan.Het is alweer schemerend als we terug fietsen. Op de camping is de hel uitgebroken. Overal schreeuwende kinderen. Jong en oud. Een penetrante bbq geur hangt n de lucht. Wij kunnen alleen nog uitbuiken. Maar eigenlijk zou ik er het liefst meteen in kruipen. Het was een vermoeide dag maar met een perfect einde.

Zondag 5 augustus

Vic-sur-Seille - Volstroff

Vandaag 86,2 km (Totaal 1101,6 km)

Camping du centre de Loisirs (€ 10,=)

Het was een onrustige nacht. Links van ons hebben ze de hele nacht staan te vissen. Rechts van ons zijn twee tentjes met pubers gekomen die de hele nacht aan het giechelen zijn geweest. De wc's zijn een kilometer verder. Dus plassen doen we 's nachts achter de tent maar wel zodanig dat de vissers niet beet kregen en de pubers het niet horen.We hebben geen ontbijt dus we pakken meteen in. Nog niet eerder kon ik de tent zo droog inpakken ondanks dat het vannacht af en toe wel op de tent tikte.  We vertrekken meteen. Zo kun je dus meemaken dat je op zondagochtend in Vic-sur-Seille twee fietsers vóór acht uur kunt zien langskomen. De bakker is open dus daar halen we wat brood, twee pasteitjes en wat lekkers voor bij de koffie. Iets buiten het dorp, voor de eerst klim, ontbijten we aan een picknick bankje.Daarna is het klimmen. Twee keer 13%. Ouch! En de rest van de dag blijft het klimmen. Waren we gisteren 'moe', nu zijn we 'moeist'. Want 'moeier' slaan we even over. In Ierland was het ook zo zwaar. Vanochtend worden we ook voor het eerst wakker waarbij het hoofd wel uitgerust is, maar het lichaam nog niet. Toch hebben we een fikse dag voor de boeg. De volgende camping zit 85 kilometer verderop.De route volgt kleine wegen en op zondagochtend is het erg rustig. Landschappelijk een prima route. En als we niet zo moe zouden zijn, dan kunnen we er ook wel van genieten. De weersvoorspelling is niet goed voor de komende dagen. Als we gaan koffie maken, begint het te regenen en kruipen we in een bushok. Daarna blijft het de rest van de dag droog.Voor het overige valt er weinig te melden. We stoppen regelmatig want als je het touwtje te strak trekt, dan breekt het. Iedereen onderweg groet met een 'Bonjour'. Dat doen ze overigens in heel Frankrijk. Is best gezellig. We klimmen en we dalen. En dat doen we ongeveer honderd keer. Er is nergens een winkel open. Ze zijn of gewoon dicht of (ook heel vaak) dichtgespijkerd. Het valt ons op dat ook veel kerken hier in de dorpjes (af)gesloten zijn. God leeft allang niet meer in Frankrijk. Hij heeft het land klaarblijkelijk verlaten, net als veel Fransen hier in Noord-Frankrijk doen. Ook weinig Maria en/of Christusbeelden hier. En als ze er zijn, dan zijn ze vervallen. Dat het niet alleen voor ons vermoeiend is, zien we in Les Etangs. Op het trottoir zien we twee fietsers liggen. Uitgestrekt. We stoppen even en maken een praatje. Ook zij zijn moe van het klimmen en dalen. En dan zijn ze ook nog minstens 25 jaar jonger dan wij. Hij heeft wel een fietskar op sleeptouw met 40 kilo. Dat is een goed excuus.Tegen half vijf komen we op de camping. Het is een hele grote in Volstroff, vlak bij Metzervisse. Met zwembad, meertje en allerlei faciliteiten waar we niet op zitten te wachten. We betalen een tientje en krijgen een grote plaats hiervoor. Tussen de andere Nederlanders. Die wel zo aardig zijn om ons een fles water toe te stoppen want 'wat hier uit de kraan komt is niet te drinken'. Ik vertrouw de lucht niet zo, dus we zetten eerst de tent op en gaan dan een biertje drinken. Ze hebben 'Desperado's'. Koud. Die gaan er heerlijk in. Daarna douchen.Als eten gaan we voor een van onze noodmaaltijden aangezien we dus geen boodschappen hebben kunnen doen. We hebben nog een halve liter soep, gedroogde pasta en een stuk worst. Smaakt prima als je het bij elkaar gooit. Volgende keer wel wat langer doorkoken want de pasta knarst tussen de tanden. Als toetje nemen we een ijsje. De camping bestaat weer uit een recreatiegebied met picknickbanken en een camping. We koken en eten op een van de picknick plaatsen.Bij de tent maken we koffie en thee. Morgen fietsen we Frankrijk uit. Na een dikke 1100 kilometers en 15 campings. Eens kijken of Luxemburg anders is. In de avond begint het te druppen. We ruimen op en gaan in de tent. Daar gaat de drup over in regen. Het maakt ons niet zoveel meer uit. De tent staat, de fietsen zitten onder de tarp en morgen zitten we in een hostel..

Maandag 6 augustus

Volstroff - Luxemburg

Vandaag 59,1 km (Totaal 1160,7 km)

Hostel (€ 43,22)

Ouderdom komt met gebreken. En zoals Gert al aangaf; hoe ouder je wordt, hoe meer hersteltijd je nodig hebt. Vanochtend wordt ik wakker met een linkerkuit die meer aandacht vraagt dan normaal. Gisteren waarschijnlijk wat overbelast. Saskia weet de spieren met een kleine massage weer in het gareel te krijgen.Het heeft veel geregend afgelopen nacht. Als we opstaan is het droog, maar het waait flink en de lucht dreigt als een Taliban strijder. We pakken in en halen onze bestelde croissantjes. Met een kopje thee vormt dat ons ontbijt. Meer hebben we niet.In Metzervissse is een klein winkeltje open en kunnen wat beleg kopen voor op het brood. Bij de koffie hebben we dus wel wat te eten. Dat doen we aan de Moezel bij Catenom. We leggen meteen de tent te drogen want die is best wel weer nat. In Catenom staat ook een gigantische kerncentrale en hier sluiten we etappe 3 van boekje 1 af. De weg loopt veel naar beneden wat erg prettig is. Soms wat druppels maar geen echte buien. Wel af en toe een fikse wind tegen.We verlaten Frankrijk via een naamloze weg. We zien niet eens echt dat we het land verlaten. Pas verderop zien we dat we Luxemburg binnenkomen. Even een Kodakmoment. En er is hier zelfs nog een cache.

In Luxemburg is alles anders. We zijn op slag uit het verval van de dorpen. Er zijn om de haverklap picknick plekjes. Er zijn vuilnisbakken. Er is geen achterstallig onderhoud. Alles ziet er mooi, fris en geverfd uit. De bordjes hebben andere kleuren. Misschien ben ik op dit moment wat bevooroordeeld, maar we hebben het ook wel even gehad met Frankrijk. Één ding deden ze daar wel beter; iedereen groet altijd vriendelijk. Dat is hier afgelopen.We naderen de stad Luxemburg via een mooi fietspad. Geen auto's om ons heen. Weinig klimmen en dalen. Perfect asfalt.

Op de plek waar het fietspad en de weg aansluiten zien we een grote Mercedes staan. Met een grijze man en een veel jongere blonde vrouw. Ondanks dat het pas twee uur is staan ze te proosten met champagne op de motorkap. Dit is voer voor onze fantasie!

We eindigen zo'n beetje midden in de stad en deze is behoorlijk geaccidenteerd. In de stad moeten we flink klimmen naar de hostel toe. En ze hebben hier van die heerlijk authentieke klinkerweggetjes. Mijn stuurtas lijkt wel een grabbelton aan het einde van zo'n weg. De hostel wordt snel gevonden ondanks het gehobbel. Het ligt mooi tegen het centrum aan, maar om daar te komen zullen we wel wat trappen moeten beklimmen. Ik hoop stiekem dat er ergens een lift is.We hebben voor twee nachten geboekt. Dat kost ons in totaal €86,44. Het zijn vier persoons kamers. Met een eigen douche en wc. Voorlopig zitten we nog alleen maar er kunnen mensen bij komen. De fietsen kunnen in de berging.Eerst gaan we even douchen. Daarna maar eens het centrum in. We dwalen wat rond, morgen hebben we pas de echte bezichtiging van de stad. Hiervoor heeft Steven digitaal de Lonely Planet naar de IPad gestuurd. De gebouwen en uitzichten zijn prachtig. Maar we zijn al snel moe en willen wat drinken en eten. Dat valt nog niet mee. Op een terras willen we in de zon (Saskia) en de schaduw (Hans) zitten. Kan alleen naast elkaar maar mag niet van ober. Hij verwacht veel mensen (die komen ook niet zien we later). Zo wil ik niet betutteld worden, dus we gaan. Bij tweede terras willen we aan vier persoons tafel. Mag ook niet, dus ook hier gaan we weer. Het derde terras is bij de Mexicaan. En daar mogen we zitten waar we willen. Eindelijk als gasten behandeld. Ik heb zin in een stuk vlees en bestel een biefstuk met patatjes. Saskia gaat voor de burrito’s met lamsvlees.

Vannacht liggen we in een echt bed. Dat zal wel genieten worden. Morgen lekker uitslapen. In de hostel hebben we een kamer met twee stapelbedden. Als we terugkomen lijken we nog steeds de kamer voor onszelf te hebben. Daarna zijn we in de lounge nog even gaan lezen. Terug op de kamer zien we na 5 (!) minuten ineens een vreemde handdoek hangen. En als we verder kijken zien we ook 'ineens' een vreemde koffer. Compleet overheen gekeken. Zal de vermoeidheid wel zijn geweest, maar we delen de kamer dus met een ander persoon. Die komt binnen als wij al in bed liggen. Hij doet het stilletjes en gelukkig snurkt hij niet.

Dinsdag 7 augustus

Luxemburg

Vandaag 0 km (Totaal 1160,7 km)

Hostel (€ 43,22)

We zijn verrast door Luxemburg. Wat een prachtig oord. Hoe dat ze met die hoogteverschillen toch een stad bij elkaar kunnen hebben bouwen... Alles is goed onderhouden en gerestaureerd. Overal is het schoon. Overal moet je klimmen en overal heb je een mooi uitzicht.In 963 werd hier het eerste kasteel gebouwd door Sigefroi uit de Ardennen. Daarna werd er alleen maar bijgebouwd en ontstond de stad. Omdat het zo gunstig lag wilde iedereen het wel bezitten. In 400 jaar is het 20 maal opnieuw opgebouwd. Kijk, zo doe je wel wat ervaring op. In 1867 werd het een onafhankelijke staat. Ze begonnen neutraal, maar daar trokken de Duitsers zich niets van aan. Vandaar dat ze nu ook bij de NATO horen. Het motto van de Luxemburgers is 'Mir wëlle bleiwe wat mir sin' (we willen blijven wat we zijn), wat hun onafhankelijkheid benadrukt. Ze spreken Frans en Duits maar hebben ook een eigen taal wat een mengeling van beide en Vlaams is. Ook de krant is in drie talen. Al naar gelang waarbij de schrijver zich het prettigst voelt. Gelukkig kunnen wij ook met alle talen uit de voeten. Vandaag gaan we proberen zoveel mogelijk van de stad mee te krijgen zonder dat we al te moe worden.Daarom beginnen we met een hop-on-hop-off bustour die ons door de hele stad voert. Want het is best uitgestrekt hier. Via de tour komen we ook in Kirchberg wat een stuk buiten het centrum ligt. Hier zijn veel banken gevestigd. Daarmee, en de gunstige belastingregels, verdient Luxemburg nu een groot deel van zijn geld. Maar ze zijn zo rijk geworden door de staalindustrie. Er zit hier veel ijzererts in de grond. Aan het eind van de vorige eeuw is die industrie wat ingezakt.We stappen uit de bus in het Gare district. Zoals de naam al aangeeft, ligt hier het station. En dat is wel 100 meter lager dan het oude centrum. Daar lopen we wat rond. Saskia geniet van de winkels en ik van de oude gebouwen. Via de Avenue de la Liberte dalen we nog verder af naar het Petrusse park. Een oase van rust midden in zo'n stad, ook omdat het in de diepte ligt. Hier nemen we even een pauze. Omdat het een rustdag is, gaan we daarna met de lift weer omhoog naar het oude centrum.We zoeken onze hop-on-hop-of bus weer op en nemen weer de hele toer. We kunnen nu ook voorin zitten en hebben mooi uitzicht. Heerlijk om zo rond gereden geworden. Heuvel op en heuvel af. We hoeven er niet eens voor op de pedalen. We bezoeken de kathedraal en de Place de la Constitution.Daarna zoeken we een terras. Die vinden we in een winkelstraat en zo laten we het publiek van Luxemburg aan ons voorbijtrekken. Het is een gemêleerd gezelschap. Net als de populatie van Luxemburg zelf. Veel toeristen en buitenlanders.Tegen zessen hebben we trek. In de Pizzahut weten ze prima pizza's op te warmen. Ik krijg niet alles op en de rest krijgen we mee in een doosje. Voor de lunch morgen. Tenslotte bezoeken we nog een fototentoonstelling en nemen we een ijsco. Ik vind Luxemburg wel fijn. Als ik ooit wil emigreren en ik wil niet te ver weg, dan staat dit land zeker op mijn lijstje.

Woensdag 8 augustus

Luxemburg - Bockholtz

Vandaag 65,1 km (Totaal 1225,8 km)

Camping Berkel (€ 12,=)

Het was vannacht onrustig in de kamer. Gisteren spraken we onze kamergenoot toen we naar bed gingen. Hij probeert in Frankrijk, Luxemburg en België een nieuwe energiedrank en -reep te introduceren. Blijkbaar is er weinig startkapitaal want anders ga je niet in hostels slapen. In elk geval zouden we niet in conflict komen met de douche want hij moet er om vijf uur uit.Dat gebeurt ook. Hij doet het vrij stilletjes maar om zes uur zit hij weer in de kamer te rommelen. Denken we. Het blijkt iemand anders te zijn. Een nieuwe gast die om zes uur (!) 's ochtends zijn bed op begint te maken. In de halfslaap hebben we het niet zo door want hij is, net als de vorige gast, gekleurd maar als we wat zeggen, dan blijkt dat hij ineens geen Frans meer praat. In elk geval taait hij weer af en laat ons in verwarring achter. Als we ons aan het aankleden zijn komt hij terug om zijn tas te brengen. Daarna zien we hem niet weer omdat we zelf ook weggaan. Het geeft ons in elk geval stof om de eerste kilometers over te praten.Via fietspaden verlaten we de stad. En het blijven fietspaden de eerste 40 kilometer. We volgen de rivier de Alzette. Rivieren zijn mijn vrienden. Rivieren betekent voornamelijk vlak fietsen. De fietspaden zijn mooi aangelegd met strak asfalt. Duidelijke bordjes en om de honderd meter een bankje om uit te rusten of te picknicken. Er is zelfs een speciaal aangelegde plaats waar je onder dak of buiten kunt zitten en er is een kraan. En toevallig ook een cache. Het is een nano ter grootte van een M4 moertje en hij is lastig te vinden want hij zit in de handrem van een oude racefiets die hier aan de muur hangt. Kun je het nog volgen?In Pettingen zijn de restanten van een oud kasteel te zien. We stoppen even om het bordje te lezen. Dat kan nu want het is voornamelijk Duits hier. We lezen het aloude bekende verhaal van de jonkvrouw in de burcht. De ridder komt langs. Jonkvrouw wordt verliefd en krijgt een kind. Het is een meisje en de ridder wilde een jongen. Ridder doodt het meisje en gaat er vandoor. Jonkvrouw wordt spook en verschijnt tot in de eeuwigheid op duistere nachten op de kasteelruïnes. We kennen het allemaal al wel.We fietsen langs Colmar en Berg. In deze laatste plaats woont de groothertog. Dan langs het prachtige kasteel van Birtrange en zo komen we in Ettelbrück. De super blijkt hier vlak aan de weg te zitten. Vanavond eten we salade, nasi en een toetje. In Ettelbrück verruilen we de Alzette voor de Sûre.Hier wordt het dal ook smaller. De Sûre heeft deze in de loop van de tijd uitgesleten. Hij is niet zo breed en zo diep als de Gorges in Frankrijk maar hij is net zo prachtig om doorheen te fietsen. Het dal wordt gevuld door de rivier, een treinspoor en een weg, die de besc