5.1

Opbouw van een Amerikaanse stad:

A. = oude industrieB. = oude arbeiderswijken (lage

sociale klasse)C. = middenklasse

= in Chicago

metropool van Chicago

Chicago is heel laat gesticht, het heeft ook geen historische binnenstad met kronkelige straten, er is een ‘schaakbord’ van straten. In het stadscentrum staan wolkenkrabbers, de centrale zakenwijk noemen Amerikanen CBD, ook wel downtown. De downtown ligt in de Loop, een metrospoor boven de straten van Chicago.

In de suburbs wonen vooral Anglo-Amerikanen, maar ook steeds meer mensen uit andere bevolkingsgroepen. De huizen zijn luxe, vrijstaand en door de lage woningdichtheid zijn de suburbs zo groot. De urban sprawl heeft alles te maken met de mobiliteit van de burgers, er zijn veel auto’s.

Suburbs

Centrale stad

AB

C

CBD

De centrale stad is verdeeld in delen, in het noorden vooral de rijke mensen, in het zuiden arme mensen met veel wijken met een slechte leefbaarheid, vooral de getto’s. Het is daar een groot web van armoede met lage inkomens en opleidingen. Die verdeling ligt in verband met de bevolkingsgroepen (zie afbeelding), Anglo-Amerikanen hebben het goed, etnische wijken/groepen minder.

in dat gebied liggen zo’n 20 edge cities met, kantoorgebouwen, grote parkeerplaatsen, maar ook recreatie, de mensen in de suburbs wonen afgezonderd.

5.2

¾ van de bevolking in de agglomeratie van Chicago (Chicago+suburbs) woont in de suburbs. Dat ging ten koste van de centrale stad, veel rijke vooral blanke bewoners trokken weg op zoek naar een huis met tuin, rust en veiligheid voor hun kinderen. Door die selectieve migratie bleven in de stad armere bevolkingsgroepen, het werd een arme stad met etnische wijken. Ook veel bedrijven gingen hun klanten achterna en vestigden zich in de edge cities. Veel gebouwen bleven leeg en vervallen achter (situatie 1990).

De laatste 25 jaar is het leven in de downtown weer in, jonge hoogopgeleide mensen met vaak een hoog inkomen zoeken levendigheid in de stad. Mensen trekken terug naar de stad, re-urbanisatie. In de downtown is dan ook stedelijke vernieuwing, de stad wordt weer aantrekkelijk voor horeca, en er zijn grote projecten zoals het Millennium Park.

In de wijken rond de downtown treedt gentrificatie op, mensen knappen de oude huizen op, of bouwen nieuwe huizen. Hierdoor stijgen de prijzen van de huizen en de huur, de oorspronkelijke bewoners kunnen dat niet meer betalen en trekken weg naar goedkopere buurten. Dit levert spanningen op tussen de bewoners, maar er is ook een voordeel, er komen meer gemengde wijken (dan gaat het vooral om een mix van Aziaten, Anglo-Amerikanen en Hispanics), Afro-Amerikanen wonen meestal gescheiden van andere bevolkingsgroepen, dat kun je aangeven met een segregatie-index. De gentrificatie is alleen in de downtown en omgeving, in het grootste deel van de stad is er weinig re-urbanisatie. de Afro-Amerikanen trekken weg uit achterstandswijken.

5.3

Bevolkingsgroep Waar? Waarom daar? Waarvandaan?Anglo-Amerikanen overal / EuropaHispanics Zuidwesten/grote

stedenVlakbij Mexico Mexico, Puerto Rico

en CubanenAziaten California Goede opleiding voor

werk dichtst bij AziëChina, India, Filipijnen en Vietnam

Afro-Amerikanen Zuidoosten/noordoosten Slavernij/industrie Afrika

De immigranten gaan in een melting pot, ze hebben een eigen Amerikaanse cultuur, in Amerika is dan ook vrijheid van meningsuiting en geloven ze in de american dream, iedereen heeft kans op rijkdom. In het begin ging de melting pot nog goed, iedereen assimileerde zich, rond 1900 gingen er al groepen in aparte wijken wonen. Na 1960 kwamen er nieuwe groepen immigranten, ze zijn blij in Amerika, maar houden hun eigen cultuur, houden contact met hun land van herkomst, hebben gezinshereniging en in etnische wijken praten ze nog hun eigen taal. De meeste immigranten komen door kettingmigratie.

5.4

De V.S. is een multiculturele samenleving, de blanke bevolking vergrijst, maar de migranten zorgen voor verjonging: minder vergrijzing en ontgroening

Het dichtbevolkte noordoosten van de V.S. is de snowbelt en manufacturingbelt. Er zijn strenge winters en veel zware industrie. De industrie kreeg zware klappen door de lagelonenlanden. De oude industrie maakt plaats voor hightechindustrie en moderne bedrijven in de dienstensector.

De sunbelt zijn de zonnige staten in het westen en zuiden. Er zijn veel bedrijven in de lichte industrie en dienstensector, footloose bedrijven. Die kiezen voor een mooie locatie en een zonnig klimaat, in die gebieden liggen de tech hubs (kenniscentra). De sunbelt profiteert van de maquiladoras met assemblage (goedkope fabrieken), die zijn vaak in Amerikaanse handen.

de meltingpot bestaat uit 7 gateaways: plekken waar veel immigranten binnenkomen. Sunbeltstaten zijn de laatste jaren ook in trek, ook bij binnenlandse verhuizing. Door de migratie veranderd de verdeling van de bevolking, het demografische zwaartepunt verschuift naar de zuidwestelijke richting. Dan zijn er noord, oost, zuid en west van het punt evenveel mensen.

5.4

Cuba is een buurland van Amerika, een tropisch eiland, klimaat Aw, het grootste deel bestaat uit laagland, daarom is het geschikt voor landbouw. Alleen in het westen, midden en oosten zijn gebieden met reliëf.

Cuba was een kolonie van Spanje, daar zie je nog veel van (Spaanse taal, godsdienst, steden) maar ze hebben toch een eigen cultuur ontwikkeld. Bijna alle oorspronkelijke bewoners (Indianen) stierven op de plantages, de Spanjaarden importen slaven uit Afrika. Daardoor is de bevolking nu afstammeling van de Afro-cubanen en Spanjaarden. 1/5 van de bewoners van Cuba woont in Havana, het was de havenstad van Spanje, maar is nu de gokstad van Cuba.

Rond 1950 was Cuba een welvarend land, na een lange guerrilla kwam Fidel Castro aan de macht en werd het een communistisch land. Dat is bij de economie erg mislukt, het land is sterk verarmd, dat zie je aan de straten en de kleding van de Cubanen. Met werk in de toerisme of Amerikaanse familie heb je het iets beter. Bij de basisbehoeften gaat het wel goed, de regering subsidieert de dagelijkse voedselproducten voor weinig geld en er is gratis recht op onderwijs en gezondheidszorg. Cubanen zijn gezond en goed opgeleid. In 1991 verloor Cuba een grote vriend;de Sovjet-Unie. Daarvan importeerden ze olie en exporteerden ze bijna alle suikeroogst, i.p.v de Sovjet-Unie handelen ze nu met Venezuela en zijn de banden met V.S. beter. Er komen ook veel meer toeristen met buitenlands geld waarmee Cuba de import van producten zoals computers en auto’s kan betalen. Er zijn ook minder staatsbedrijven en meer privébezit.