Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment...

131
.1.1.1. HET BELGISCHE OPERATIONELE PROGRAMMA (EFMZV) 4 1. VOORBEREIDING VAN HET OPERATIONELE PROGRAMMA EN DE BETROKKENHEID VAN PARTNERS...........................4 1.1.Voorbereiding van het Operationele Programma en de betrokkenheid van partners.......................4 1.2.Resultaat van de ex ante evaluatie (Technum).....8 LIJST VAN ONDERWERPEN:..................................14 SWOT ANALYSE, BEHOEFTEBEOORDELING...................14 OPBOUW VAN DE INTERVENTIE LOGICA, MET INBEGRIP VAN DE BIJDRAGE AAN DE EU 2020, DE INTERNE COHERENTIE, DE VASTSTELLING VAN DOELSTELLINGEN EN MIJLPALEN EN DE VERDELING VAN DE FINANCIËLE MIDDELEN................14 MOTIVERING VOOR DE VORMEN VAN STEUN VOORGESTELD IN HET PROGRAMMA........................................... 14 HUMAN RESOURCES EN ADMINISTRATIEVE CAPACITEIT EN BEHEER VAN HET PROGRAMMA............................14 PROCEDURES VOOR BEWAKING VAN HET PROGRAMMA EN DE GEGEVENSVERZAMELING NOODZAKELIJK VOOR DE UITVOERING VAN EVALUATIES.....................................14 MAATREGELEN VOOR DE BEVORDERING VAN GELIJKE KANSEN TUSSEN MANNEN EN VROUWEN, OM DISCRIMINATIE TE VOORKOMEN EN DUURZAME ONTWIKKELING TE ONDERSTEUNEN. .14 VEREISTEN VOOR DE STRATEGISCHE MILIEUBEOORDELING....14 2. SWOT EN INDENTIFICATIE VAN BEHOEFTEN................15 2.1.SWOT ANALYSE EN IDENTIFICATIE VAN BEHOEFTEN............15 2.2.CONTEXT INDICATOREN DIE DE INITIËLE SITUATIE SCHETSEN....28 3. BESCHRIJVING VAN DE STRATEGIE.......................32 3.1.BESCHRIJVING VAN DE STRATEGIE VAN HET OPERATIONEEL PROGRAMMA32 3.2 SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN EN RESULTAAT INDICATOREN.......38 3.3.RELEVANTE HOOFDMAATREGELEN EN OUTPUT INDICATOREN.........43

Transcript of Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment...

Page 1: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

1.1.1.1. HET BELGISCHE OPERATIONELE PROGRAMMA (EFMZV) 4

1. VOORBEREIDING VAN HET OPERATIONELE PROGRAMMA EN DE BETROKKENHEID VAN PARTNERS..............................................................4

1.1. Voorbereiding van het Operationele Programma en de betrokkenheid van partners...................................................................................................... 4

1.2. Resultaat van de ex ante evaluatie (Technum)............................................8

LIJST VAN ONDERWERPEN:................................................................................14

SWOT ANALYSE, BEHOEFTEBEOORDELING...........................................14

OPBOUW VAN DE INTERVENTIE LOGICA, MET INBEGRIP VAN DE BIJDRAGE AAN DE EU 2020, DE INTERNE COHERENTIE, DE VASTSTELLING VAN DOELSTELLINGEN EN MIJLPALEN EN DE VERDELING VAN DE FINANCIËLE MIDDELEN........................................14

MOTIVERING VOOR DE VORMEN VAN STEUN VOORGESTELD IN HET PROGRAMMA................................................................................................. 14

HUMAN RESOURCES EN ADMINISTRATIEVE CAPACITEIT EN BEHEER VAN HET PROGRAMMA...............................................................................14

PROCEDURES VOOR BEWAKING VAN HET PROGRAMMA EN DE GEGEVENSVERZAMELING NOODZAKELIJK VOOR DE UITVOERING VAN EVALUATIES........................................................................................ 14

MAATREGELEN VOOR DE BEVORDERING VAN GELIJKE KANSEN TUSSEN MANNEN EN VROUWEN, OM DISCRIMINATIE TE VOORKOMEN EN DUURZAME ONTWIKKELING TE ONDERSTEUNEN14

VEREISTEN VOOR DE STRATEGISCHE MILIEUBEOORDELING...........14

2. SWOT EN INDENTIFICATIE VAN BEHOEFTEN.........................................15

2.1. SWOT ANALYSE EN IDENTIFICATIE VAN BEHOEFTEN................................15

2.2. CONTEXT INDICATOREN DIE DE INITIËLE SITUATIE SCHETSEN....................28

3. BESCHRIJVING VAN DE STRATEGIE.........................................................32

3.1. BESCHRIJVING VAN DE STRATEGIE VAN HET OPERATIONEEL PROGRAMMA32

3.2 SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN EN RESULTAAT INDICATOREN.....................38

3.3. RELEVANTE HOOFDMAATREGELEN EN OUTPUT INDICATOREN...................43

3.4. BESCHRIJVING VAN DE BIJDRAGE VAN HET PROGRAMMA TOT DE EU 2020 EN DE COMPLEMENTARITEIT MET ANDERE EUROPESE FONDSEN...............53

3.5 INFORMATIE BETREFFENDE MACRO REGIONALE OF ZEEGEBIED STRATEGIEËN (INDIEN RELEVANT).............................................................57

4. VEREISTEN BETREFFENDE DE SPECIFIEKE EFMZV MAATREGELEN 57

Page 2: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

4.1 Beschrijving van de berekeningsmethode van de veréénvoudigde kosten in overeenstemming met Artikel 103............................................................57

4.2 Beschrijving van de berekeningsmethode voor de extra kosten of de gederfde inkomsten in overeenstemming met Artikel 103........................57

4.3 Beschrijving van de berekeningsmethode voor de compensatie overeenkomstig met de relevante criteria geïndentificeerd voor elk van de activiteiten ingezet onder Artikel 38(1)....................................................58

5 SPECIFIEKE INFORMATIE BETREFFENDE GEÏNTEGREERDE TERRITORIALE ONTWIKKELING................................................................58

5.1 INFORMATIE BETREFFENDE DE TOEPASSING VAN GGLO...........................58

5.2 INFORMATIE BETREFFENDE GEÏNTEGREERDE TERRITORIALE INVESTERINGEN (GTI’S) (ARTIKEL 99 VAN GSK)..............................................................64

6 VERVULLEN VAN DE EX ANTE VOORWAARDELIJKHEDEN................65

6.1 IDENTIFICATIE VAN TOEGEPASTE EX ANTE VOORWAARDELIJKHEDEN EN DE BEOORDELING EN VOLDOENING HIERAAN..................................................65

6.2 BESCHRIJVING VAN DE TE ONDERNEMEN ACTIES EN OVEREENKOMSTIGE TIJDSPLAN OM TE VOLDOEN AAN DE TOEGEPASTE EX ANTE VOORWAARDELIJKHEDEN DIE NOG NIET INGEVULD ZIJN OP DATUM VAN INDIENING VAN OP BIJ DE EC (GSK ART.17 (4)).....................................69

7 BESCHRIJVING VAN HET PRESTATIEKADER..........................................70

8 FINANCIERINGSPLAN................................................................................... 77

8.1 TOTALE BIJDRAGE EFMZV GEPLAND VOOR ELK JAAR, EURO (de tabel zal automatisch ingevuld worden door de EC in SFC, gebaseerd op EC besluit voor de toewijzing van financiële middelen per LS).................................77

8.2 BIJDRAGE EFMZV EN CO-FINANCIERINGSPERCENTAGE VOOR DE UNIE PRIORITEITEN, TECHNISCHE ASSISTENTIE EN ANDERE STEUN.....................79

9. HORIZONTALE PRINCIPES...........................................................................80

9.1. BESCHRIJVING VAN DE TE ONDERNEMEN ACTIES OM REKENING TE HOUDEN MET DE PRINCIPES UITEENGEZET IN ARTIKELEN 5*, 7 AND 8 OF CPR (CPR ART.24(4))............................................................................................... 80

9.2. AANDUIDING VAN HET INDICATIEVE STEUNBEDRAG TE GEBRUIKEN VOOR DOELSTELLINGEN BETREFFENDE KLIMAATSVERANDERING (GSK ART.24(5))81

9.3. VERMINDERING VAN DE ADMINISTRATIEVE LAST VOOR BEGUNSTIGDEN (GSK ART.24(1)).....................................................................................82

10. EVALUATIE PLAN.........................................................................................85

11. TOEPASSINGSREGELINGEN IN HET PROGRAMMA................................88

11.1 De aanduiding van autoriteiten en bemiddelde instantie...........................88

11.2 Samenvattende beschrijving van de beheers- en controle structuur...........89

2

Page 3: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

11.3 Samenvattende beschrijving van de toezichtsprocedures..........................90

11.4 Algemene samenstelling van Toezichtscomité..........................................90

11.5 Een samenvattende beschrijving van de informatie en publiciteitsmaatregelen om uitgevoerd te worden in overeenstemming met Artikel 143............................................................................................... 92

12 INFORMATIE OVER DE ORGANISATIES DIE VERANTWOORDELIJK ZIJN VOOR DE TOEPASSING VAN CONTROLE, INSPECTIE EN HANDHAVING................................................................................................ 92

12.1 Organisaties voor de toepassing van controle, inspectie en handhaving....92

12.2 Korte beschrijving van human resources en financiële bronnen beschikbaar voor visserijcontrole, inspectie en handhaving..........................................93

12.3 De belangrijkste apparatuur, en in het bijzonder het aantal vliegtuigen, schepen en helikopters..............................................................................94

12.4 Lijst van geselecteerde operaties (EFMZV Art.78)...................................94

13 GEGEVENSVERZAMELING..........................................................................96

13.1 Een algemene beschrijving van de activiteiten van gegevensverzameling voorzien voor de periode 2014-2020.......................................................96

13.2 Een beschrijving van hoe een goed financieel en administratief beheer van dataverzameling kan bereikt worden........................................................97

14 FINANCIËLE INSTRUMENTEN....................................................................97

14.1 Beschrijving van het gepland gebruik van het financieel instrument.........97

14.2 Selectie van de EFMZV maatregelen gepland om toegepast te worden via de financiële instrumenten........................................................................97

14.3 Indicatieve bedragen gepland om te gebruikenn via de financiële instrumenten............................................................................................. 97

3

Page 4: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

HET BELGISCHE OPERATIONELE PROGRAMMA (EFMZV)

2. Voorbereiding van het Operationele Programma en de betrokkenheid van partners

2.1. Voorbereiding van het Operationele Programma en de betrokkenheid van partners

VLAANDEREN:

De Afdeling Landbouw- en Visserijbeleid (ALVB) heeft de werkzaamheden gecoördineerd betreffende de voorbereidingen van het OP binnen het kader van EFMZV.

Belangrijke stappen in het proces: Aanduiden ex ante evaluator en opstellen ex ante evaluatie (incl.

milieurisicobeoordeling) gedurende de volledige periode van het opstellen van het OP

Socio-economische analyse opstellen SWOT analyses en aanzet tot beleidsprioriteiten voor visserij, aquacultuur,

territoriale cohesie & werkgelegenheid en afzet en verwerking opstellen samen met de stakeholders

Opstellen behoefteanalyses Vastleggen prioriteiten Koppelen maatregelen aan prioriteiten OP uitschrijven Nationale strategie aquacultuur uitwerken Goedkeuring OP op Vlaams en Waals niveau Goedkeuring OP door de EC

Beschrijving betrokkenheid stakeholders

Genomen acties om partners zo wijd en zo actief mogelijk te betrekken in het proces

ALVB organiseerde 7 consultatiemomenten waarbij er steeds zo breed mogelijk werd uitgenodigd. Voordien werden alle emailadressen verzameld van alle actoren: overheden, economische en sociale partners, ngo’s (zie lijst in bijlage met alle uitgenodigde actoren per thema)

Iedereen werd ruim op voorhand uitgenodigd. In de uitnodiging werd omstandig uitgelegd wat de achtergrond en het doel was van de bijeenkomst. Nadien werd nog een herinneringsuitnodiging verstuurd.Tijdens de bijeenkomst werd, voor zo ver mogelijk en afhankelijk van de soort consultatie, in kleine groepen gewerkt zodat iedereen de kans kreeg een inbreng te doen.

4

Page 5: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Tijdens elke consultatie was er ruimte voor debat en werd ook de mogelijkheid gegeven nog schriftelijke commentaren op te sturen na de bijeenkomst. Dit werd ook duidelijk vermeld tijdens de bijeenkomst.

De rol van de belanghebbenden in de voorbereiding van het OP

De belanghebbenden hebben in de verschillende belangrijkste stappen van het OP (opmaak SWOT en vastlegging prioriteiten) steeds de belangrijkste rol gespeeld. De SWOTs die de basis vormen voor het OP werden door de belanghebbenden opgesteld. De prioriteiten vloeien voort uit deze SWOTs en behoefteanalyses en werden in overleg met de belanghebbenden opgesteld.Na het opstellen van het OP konden de belanghebbenden het OP nog bijsturen.

Overzicht van de resultaten van consultaties van de belanghebbenden met aanduiding van welke bezorgdheden, commentaren en aanbevelingen werden opgenomen in het OP

ALVB heeft op 7 verschillende tijdstippen van het proces de stakeholders geconsulteerd.

1. Tijdens een eerste consultatie op 28 maart 2012 werd het EFMZV voorgesteld aan alle belanghebbenden. Nadien werden vragen uit het publiek beantwoord.

Resultaten van de eerste consultatie en in hoe ver werd hiermee rekening gehouden in het OP: deze vergadering was vooral ter informatie, er werd nog niet ingegaan op een strategie voor het OP.

2. Een tweede consultatie vond plaats op 21 september 2012. Hierbij werden de stakeholders ‘visserij’ in 4 groepen ingedeeld. Elke groep behandelde een deel van de SWOT-analyse. Nadien werden de verschillende onderdelen met de volledige groep besproken en geprioritiseerd. Daarna werden de 3 belangrijkste sterktes, zwaktes, opportuniteiten en bedreigingen tegenover elkaar gezet en hieruit werden met de volledige groep beleidsopties gedestilleerd.

Resultaten van de tweede consultatie en in hoe ver werd hiermee rekening gehouden in het OP: de SWOT opgesteld tijdens deze vergadering werd volledig opgenomen in het OP en diende als basis voor het opstellen van een behoeftenanalyse en prioriteiten.

3. Een derde consultatie vond plaats op 3 oktober 2012. Op deze bijeenkomst werd een SWOT voor ‘territoriale cohesie & werkgelegenheid’ opgesteld met alle ingeschreven stakeholders (zie bijlage: de huidige Plaatselijke Groep en alle verdere actoren betrokken bij dit thema) en werd hieruit een aanzet tot beleidsprioriteiten gedestilleerd.

Resultaten van de derde consultatie en in hoe ver werd hiermee rekening gehouden in het OP: de SWOT opgesteld tijdens deze vergadering werd volledig opgenomen in het OP en diende als basis voor het opstellen van een behoefteanalyse en prioriteiten.

4. Op 20 maart 2013 werden de stakeholders opnieuw hun mening gevraagd tijdens

5

Page 6: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

een vierde consultatie ter bepaling van de prioriteiten en bijhorende maatregels. Er werd een presentatie gegeven van mogelijke prioriteiten en maatregelen door ALVB. 4 stakeholders presenteerden hun visie over de prioriteiten. Deze stakeholders waren de volgende: Producentenorganisatie (Rederscentrale), NGO’s (Natuurpunt), de Plaatselijke Groep en de Vlaamse Visveiling. Nadien volgde een debat over de voorgestelde prioriteiten. Hun visie en de visies van de andere stakeholders die uitgenodigd waren op deze presentatie werden genoteerd en meegenomen voor verdere bepaling van de prioriteiten met het kabinet van de bevoegde Minister.

Resultaten van de vierde consultatie en in hoe ver werd hiermee rekening gehouden in het OP:

Bijna alle suggesties gedaan tijdens dit overleg werden al gedekt in de voorgestelde prioriteiten. Een maatregel werd toegevoegd: ‘steun voor de implementatie van beschermingsmaatregelen onder het GVB, en visserij gerelateerde beschermingsmaatregelen onder NATURA 2000 en MSFD.

Na het overleg werden nog bijkomende reacties ingestuurd:Mr. Vandecasteele, schepene van Nieuwpoort, heeft na de presentatie per email zijn bezorgdheid uitgedrukt betreffende het belang van de visserij en visaanvoer in Nieuwpoort als basiselement van een hele cluster van activiteiten die daaraan gekoppeld zijn zoals viswinkels, verwerkende bedrijven, restaurants, toerisme, recreatie, educatie, die hiervan afhangen.

De Vlaamse Visveiling heeft na de presentatie per brief het belang vermeld van de verwerking van een Vlaams visproduct in Vlaanderen en ALVB uitgenodigd voor een verder gesprek.

De NGO’s, Natuurpunt en Oceana, hebben per email hun specifieke bezorgdheden nogmaals in detail medegedeeld.

Er vond een overleg plaats op gedurende de maanden april tot augustus 2013 met de FOD Leefmilieu over de prioriteiten en maatregelen op het gebied van mariene bescherming.

5. De vijfde consultatie vond plaats betreffende aquacultuur en ging door op 22 mei 2013.

Resultaten van de vijfde consultatie en in hoe ver werd hiermee rekening gehouden:Tijdens de consultatie werd op verschillende punten gewezen: Het belang de privé-sector mee te krijgen Hoe groot is de kans op een succesvolle aquacultuursector in Vlaanderen

waar energie en arbeid zo duur zijn We moeten samenwerken, samen projecten indienen, intern en internationaal Selectief zijn met subsidies Ook algen meenemen in het aquacultuurverhaal De toekomstige aquacultuurondernemer moet ondersteund worden.

6

Page 7: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Met deze opmerkingen zal waar mogelijk in het OP maar ook zeker in het toekomstig aquacultuurbeleid rekening gehouden worden.

6. Op 14 november werd een extra uitgebreid comité van toezicht van het EVF ingericht waarop het OP EFMZV werd voorgesteld en er mogelijkheid was tot inspraak.

7. Publieke consultatie van de milieubeoordeling en het OP van december 2013 tot januari 2014

Consultatie van de adviesraden en Vlaamse Regering

Gebruik van studies en expertgroepen: Aquacultuurplatform onder voorzitterschap van Prof. Sorgeloos, UGent Basisnota Visietekst Strategische Stuurgroep Aquacultuur Visserijrapport (VIRA) met samenvatting over de evolutie van de

visserijsector door de jaren heen. Jaarresultaten “Besomming en Aanvoer” en “Bedrijfsresultaten van de

Belgische zeevisserij” Jaarlijks Vlootrapport Consultatie bij de voorzitter van de Belgische verwerkende visindustrie Nota Rekenhof Aquacultuur

WALLONIË:

Het Operationeel Directoraat-generaal Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu (DGARNE) van de Overheidsdienst van Wallonië (SPW) is de overheid die de opstelling van het programma in het Waalse Gewest gecoördineerd heeft. De Directie Europese Programma's is de dienst die in het bijzonder instaat voor deze taak binnen het DGARNE.

Van bij het begin van de voorbereiding van dit programma werden verschillende overheden, die beleidsmatig, administratief of technisch bevoegd zijn, hierbij betrokken. De belangrijkste betrokken overheden zijn de volgende: Kabinet van Minister Di Antonio, de Visserijdienst van het Departement Natuur en Bossen van de SPW, de Directie van Niet Bevaarbare Waterlopen van het Departement Landelijke Zaken en Waterlopen van de SPW, de Directie KMO's van het Departement Investeringen van de SPW, de Directie Landbouwstructuren van het Departement Steun van de SPW, de Directie Reglementering en Gebruikersrechten van het Operationeel Directoraat-generaal Mobiliteit en Waterwegen, de Directie Onderzoek en Ontwikkeling van het Departement Ontwikkeling van de SPW, de Directie Landbouwbeleid van het Departement Europees Beleid en Internationale Overeenkomsten.

Verscheidene andere overheids- en privé-instellingen of organisaties die het maatschappelijk middenveld vertegenwoordigen, werden eveneens uitgenodigd om

7

Page 8: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

deel te nemen aan deze programmeringsoefening. Hun actieve deelname wisselde sterk van instelling tot instelling, hoofdzakelijk afhankelijk van de mate waarin hun bevoegdheidsdomein betrokken was bij het programma maar ook afhankelijk van de betrokken programmeringsfase (initiële stand van zaken, SWOT-analyse, strategie). Hierbij dient de zeer actieve en permanente deelname benadrukt te worden van de Raad van de Waalse Keten Visteelt, van verschillende wetenschappelijke eenheden die bevoegd zijn inzake aquacultuur of inzake verwerking van aquacultuurproducten, van vertegenwoordigers van de voedingsmiddelensector (zoals FEVIA of Wagralim) en zelfs van verschillende private economische actoren.

De voornaamste fasen van het programmeringsproces werden logisch georganiseerd volgens de fasen voorzien door de Europese Commissie in de ex ante evaluatie. Hieronder worden de belangrijkste fasen, in chronologische volgorde, vermeld:

Voorstelling van de balans van de acties gevoerd in het kader van het programma dat gecofinancierd wordt door het EVF (Europees Visserijfonds), van het voorlopige reglement van het GVB (Gemeenschappelijk Visserijbeleid), en van het voorlopige reglement van het EFMZV (Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij);

Opstelling, in overleg met de actoren van de betrokken sectoren, van de huidige situatie in Wallonië en van de contextindicatoren;

SWOT-analyse van de betrokken sectoren en identificatie van de behoeften; Identificatie van de strategische koersen; Identificatie van de specifieke doelstellingen, van de te ondernemen acties en de

resultaatindicatoren; Selectie van de EFMZV-maatregelen en budgettering. Voorstelling van het programma aan de betrokken actoren en validering van het

daaruit voortvloeiende programma door de Waalse overheden; Voorlegging van het programma aan de Europese Commissie.

Wat de aquacultuur betreft, werden veel van deze stappen uitgevoerd in het kader van de voorbereiding van een strategisch meerjarenplan voor de aquacultuur, dat specifiek vereist wordt door de Europese Commissie voor elke Lidstaat.

2.2. Resultaat van de ex ante evaluatie (Technum)

2.2.1. Beschrijving van het ex ante evaluatie procesOverzicht takenpakket in ex-ante evaluatie:

Taak 1 - SWOT-analyse en behoefteanalyseDeze taak wordt na de eerste fase van de uitwerking van het BOP uitgevoerd. Doelstelling is om na te gaan of de SWOT-analyse die door de Vlaamse en de Waalse overheid zullen zijn opgemaakt, met de daarop uitgevoerde behoefteanalyse, volledig en coherent zijn.

8

Page 9: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Technum (evaluator) kijkt hierbij ook naar de context van de aquacultuur- en de visserijsector en de indicatoren die deze sectoren kunnen vertegenwoordigen. Hierbij word nagaan of er bij de aanvang van de opmaak van het BOP een correcte uitvoering is gebeurd van: -De socio-economische analyse van de aquacultuur- en de visserijsector; -De SWOT-analyse, op basis van de socio-economische analyse; -De doelstellingen- en interventiebehoefteanalyse op basis van deze SWOT analyse. Deze taken worden uitgevoerd rekening houdend met lessen geleerd uit voorgaande programma’s en evaluaties. Deze evaluatie gebeurt in vier stappen: -Evaluatie van de volledigheid van de contextanalyse en de SWOT-analyse, -Evaluatie en verbetering van het indicatorenkader, -Evaluatie van de SWOT als basis en verantwoording van de behoefteanalyse- Onderzoek van globale consistentie.

Taak 2 - Beoordeling van de relevantie en coherentie van het programmaIn dit onderdeel, dat tijdens de 2de fase van de uitwerking van het OP programmagerealiseerd wordt, worden volgende elementen beoordeeld:

de bijdrage van OP tot de EU Strategie 2020 (relevantie), de consistentie met andere instrumenten de interventie-logica de voorgestelde steunvormen de bijdrage van verwachte outputs aan de resultaten de consistentie van de uitkering van financiële middelen met doelstellingen.

Taak 3 - Evaluatie van de indicatoren, programmatargets en mijlpalenIn deze taak wordt de relevantie en duidelijkheid van de voorgestelde programmaindicatoren geëvalueerd, en geanalyseerd of de voorgestelde doelwaarden enmilestones realistisch blijken.

Taak 4 - Governance en management analyseNa de 2de fase van uitwerking van het OP wordt ook input van de evaluatorengevraagd betreffende het programma-beheer en de data die nodig zijn voor hetuitvoeren van opeenvolgende evaluaties.

Taak 5 - SMBParallel aan de eerste 4 taken zal de strategische milieubeoordeling uitgevoerdworden. Zoals gesteld in Richtlijn 2001/42/EG van 27/6/2001 (de zogenaamde SEA-Richtlijn) heeft de Strategische Milieubeoordeling (SMB) tot doel “te voorzien in een hoog niveau van milieubescherming en bij te dragen tot de integratie van milieuoverwegingen in de voorbereiding en vaststelling van plannen en programma’s, met het oog op de bevordering van duurzame ontwikkeling”. De strategische milieubeoordeling worden uitgevoerd volgens zowel de Vlaamse plan-MER procedure als de overeenstemmende Federale en Waalse procedures. Bedoeling daarbij is dat de procedureel vastgelegde inspraak- en overlegmomenten zoveel mogelijk op elkaar afgestemd worden, en dat de milieubeoordeling daadwerkelijk bijdraagt aan de totstandkoming van het programma.In overeenstemming met de Europese SEA-Richtlijn kan een generieke procedurevoorgesteld worden, die mutatis mutandis kan aangepast worden aan Vlaamse, Waalse enFederale context en regelgeving, en die op hoofdlijnen bestaat uit volgende stappen:

1. Het opstellen van een Startnota (of “nota voor publieke consultatie”, of

9

Page 10: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

“kennisgeving” of “ontwerpregister”, … );2. Het ter inzage leggen van deze startnota (publieke consultatie) teneinde eenmaximum aan input te krijgen met betrekking tot de “scope” (afbakening,diepgang, onderzoeksmethodes) van het programma. Deze terinzageleggingresulteert in het opstellen van Richtlijnen (of aanbevelingen, adviezen, …) door hetbevoegd gezag;3. Het opstellen van de eigenlijke SMB, rekening houdend met de Richtlijnen van hetbevoegd gezag.4. Publieke consultatie m.b.t. de SMB (als onderdeel van een eventuele publiekeconsultatie van het programma dat het voorwerp uitmaakt van de SMB)

Taak 6 – Toetsing aan horizontale en specifieke onderwerpenHet BOP zal eveneens getoetst worden aan een aantal horizontale en specifiekeOnderwerpen. Dit heeft enerzijds als doel er op toe te letten dat het BOP zo wordt opgesteld dat er voldoende rekening wordt gehouden me t de „horizontale onderwerpen‟ gelijke kansen en non-disciminatie, en duurzame ontwikkeling. Daarnaast moet ook gewaarborgd worden dat er voldoende aandacht geschonken worden aan de „specifieke onderwerpen‟ m.b.t. het LEADER-programma, rurale netwerken en thematische sub-programma’s.

Eerste overleg tussen Technum en ALVB vond plaats op 14 februari 2013. Deze startvergadering leidde de opdracht in en bood de gelegenheid aan Technum om zijn projectteam voor te stellen. Tijdens deze startvergadering werden ook het werkplan en de organisatie van de opdracht gepresenteerd en toegelicht aan ALVB. Volgende aspecten kwamen meer bepaald aan bod: Bespreking en validatie van de uitvoeringskalender (doorlooptijd en overlegkalender) van het project en van definitie van de continue en geïntegreerde evaluatieprocedures voorzien in de opdracht; Identificatie van de te implementeren communicatiemiddelen en -structuren tussen de ALVB en Technum; Identificatie van de belangrijkste contactpersonen binnen de administraties (en hun contactgegevens) en van de actoren die gedurende deze studie zullen moeten geïnterviewd worden; Kennisname en overdracht van de documenten en bronnenreferenties die nuttig zijn voor de uitvoering van de opdracht.

Overzicht van de belangrijkste gebeurtenissen

SWOT en behoefteanalyse werden medegedeeld aan Technum op 31 maart 2013 en werden besproken op 16 april 2013.

Een eerste versie van het Vlaamse deel van het OP (relevantie en coherentie analyse, evaluatie indicatoren, streefwaarden en mijlpalen, governance en management analyse, horizontale en specifieke onderwerpen) werden door Vlaanderen medegedeeld aan Technum op einde van april 2013 en werd eind mei 2013 besproken met Technum.

Een tweede versie van het Vlaamse deel van het OP werd medegedeeld op 15 juni 2013 en een eerste versie van het Waalse deel van het OP op het einde van mei 2013, met een resp. bespreking op begin/15 juli 2013.

Een derde versie van het Vlaamse deel van het OP en tweede versie van het Waalse deel van het OP werd aan Technum medegedeeld op eind augustus 2013

De strategische milieubeoordeling met eerste versie van het Belgische OP werd door

10

Page 11: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Vlaanderen op eind april en Wallonië eind mei doorgestuurd naar Technum en besproken begin/15 juli 2013 en een laatste versie op 15 juni door Vlaanderen en door Wallonië eind augustus en besproken met Technum op 9 oktober 2013.

Ex ante eindrapport werd doorgestuurd op 9 november 2013.

2.2.2. Overzicht van de aanbevelingen van de ex ante evaluatoren en een korte beschrijving over hoe deze aanbevelingen zijn opgevolgd

Onderwerp [select from a drop-

down list, pre-defined by the COM]

Aanbeveling Hoe is de aanbeveling opgevolgd of waarom is

ze niet opgevolgd

Socio-economische analyse, SWOT- en behoeftenanalyse Vlaanderen

Volgende aanbevelingen werden gedaan:-Aanvullen van bronnen-Gebruik van meest recente data-Vervolledigen van gevraagde

kernindicatoren (indien beschikbaar)-Opmaak van een behoefte analyse per

stakeholder-Opname van verwachte ontwikkelings-tendensen

De aanbevelingen terzake werden opgevolgd.

Socio-economische analyse, SWOT- en behoeftenanalyse Wallonië

Volgende aanbevelingen werden gedaan:

-Opmaak van een SWOT- en behoeftenanalyse voor de prioriteit rond natuurbehoud (vistrappen). -Toevoegen van indicatoren: aantal aquacultuur- en verwerkende bedrijven-Toevoegen van ondernomen acties (workshops, deelnemers, etc.)

De eerste twee aanbevelingen zullen worden opgevolgd. Aanbeveling 3 werd opgevolgd.

Relevantie en coherentie Vlaanderen

Volgende aanbevelingen werden gedaan:

-Organiseren van tussentijdse terugkoppeling met de stakeholders

-BMM betrekken

-Beschrijving in het OP van de bijdrage ervan aan Strategie2020 en van complementariteit BOP met andere fondsen/instrumenten/…

-Tijdsbestek aangeven binnen dewelke de acties ter vermindering van de administratieve lasten vorm zullen krijgen

-De gestelde doelstellingen onderling bekijken, alsook causale verbanden bij de voorgestelde maatregelen.

De aanbevelingen terzake werden opgevolgd.

11

Page 12: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

-Vertaling Engelse template tekst naar het Nederlands

Relevantie en coherentie Wallonië

Volgende aanbevelingen werden gedaan:

-Inclure une liste des stakeholders consultés et leur fonction-Overmaken van verslag stakeholder consultatie d.d. 16.09.2013Net zoals voor Vlaanderen dienen de ‘te verwachten resultaten’ en de ‘indicatieve termijn’ van de acties ter vermindering van de administratieve lasten nog worden aangegeven in het PO.

De laatste 2 aanbevelingen werden nog niet opgevolgd; het betreft aanbevelingen die in de laatste consultatieronde door de ex-ante evaluator werden gedaan. De Waalse programmamaker gaf aan hiervoor het nodige te zullen doen.

Indicatoren, targets en mijlpalen Vlaanderen

Elke indicator werd apart beoordeeld. Volgende algemene aanbevelingen werden gedaan:

-Indicatoren SMART formuleren

-Indicatoren verantwoorden

-Toevoegen van indicatoren Targetwaarden verantwoorden

De aanbevelingen terzake werden opgevolgd.

Indicatoren, targets en mijlpalen Wallonië

-Indicatoren zijn te weinig ambitieus en onvoldoende op de stakeholders van de aquacultuursector gericht. Er wordt proportioneel te veel besteed aan natuurbehoud (vistrappen).

-Targets zijn niet in lijn met de strategie. Strategie wordt als ambitieuzer bevonden dan de indicatoren /targetwaarden. Resultaatindicatoren zijn niet in lijn met de minder ambitieuze output indicatoren.

Er werd (nog) geen opvolging gegeven aan de targets (en mijlpalen).

Horizontale en specifieke onderwerpen Vlaanderen

Dit werd bondig beschreven. De evaluator is van mening dat de Vlaamse strategie hieraan voldoet.

De aanbevelingen terzake werden opgevolgd.

Horizontale en specifieke onderwerpen Wallonië

Dit onderwerp moet nog worden ingevuld Aanbeveling zal worden opgevolgd na bespreking op vergadering

Voorgestelde ondersteuningsmechanismen

Een meer gedetailleerde beschrijving van de bankgaranties die waarschijnlijk zullen worden gebruikt, dient te worden opgenomen

Aanbeveling zal worden verwerkt (na wijziging FIVA-wetgeving)

Verdeling financiële

De bedragen voor Wallonië komen niet afzonderlijk (opgesplitst) terug in het OP,

Aanbeveling zal worden verwerkt; het betreft een

12

Page 13: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

middelen hoewel het transparanter zou zijn om - gezien het grootte belang dat in termen van bijdragen aan de eerste prioriteit wordt toegekend – deze opsplisting duidelijker aan te geven in het OP (cf. tabel vorige versie Waals onderdeel OP)

aanbeveling die in de laatste consultatieronde door de ex-ante evaluator werd gedaan.

Personele middelen en administratieve capaciteit

Een aantal opmerkingen werden geformuleerd met betrekking tot hoofdstuk 11 van het BOP. Een aantal opmerkingen werden geformuleerd met betrekking tot hoofdstuk 12 van het BOP.

Aanbevelingen werden niet volledig verwerkt. De samenvattende beschrijving van de toezichtsprocedures moet nog gemaakt worden. De samenvattende beschrijving van de beheers en controlestructuur dient nog aangepast te worden van zodra de procedures op niveau van de EC duidelijk zullen zijn.Aanbevelingen werden verwerkt

Monitoring en dataverzameling

Een aantal opmerkingen werden geformuleerd met betrekking tot hoofdstuk 13 van het BOP. Een aantal opmerkingen werden geformuleerd met betrekking tot hoofdstuk 10 van het BOP.

Aanbeveling werd verwerkt.Aanbeveling werd niet volledig verwerkt. Het deel “Gegevens en informatie” is niet aangevuld. Niet alle gegevens zijn beschikbaar om het deel “Termijn” te kunnen aanvullen (input wordt van de EC verwacht).

Geïntegreerde territoriale ontwikkeling

Een aantal opmerkingen werden geformuleerd met betrekking tot hoofdstuk 5 van het BOP.

Aanbevelingen zullen na bespreking met de EC verwerkt worden.

Ex ante voorwaardelijkheden

Het is aangewezen om alle ex-ante voorwaardelijkheden te groeperen.

Aanbeveling moeten nog verwerkt worden.

13

Page 14: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Lijst van onderwerpen:

SWOT analyse, behoeftebeoordeling Opbouw van de interventie logica, met inbegrip van de bijdrage aan de EU 2020, de interne

coherentie, de vaststelling van doelstellingen en mijlpalen en de verdeling van de financiële middelen

Motivering voor de vormen van steun voorgesteld in het programma. Human resources en administratieve capaciteit en beheer van het programma. Procedures voor bewaking van het programma en de gegevensverzameling noodzakelijk voor

de uitvoering van evaluaties Maatregelen voor de bevordering van gelijke kansen tussen mannen en vrouwen, om

discriminatie te voorkomen en duurzame ontwikkeling te ondersteunen Vereisten voor de strategische milieubeoordeling

14

Page 15: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

3. SWOT EN INDENTIFICATIE VAN BEHOEFTEN

3.1. SWOT ANALYSE EN IDENTIFICATIE VAN BEHOEFTEN

SWOT VLAANDEREN

Hoofdstuk van de EFMZV verordening

Duurzame ontwikkeling van visserij

Sterkten Kennis en ervaring van de sector Sterk familiaal karakter, KMO Sterk sociaal statuut-cao visser (verloning b.v.) Samenwerking sector (PO) en wetenschap Specialisatie tong binnen divers aanbod Meerdere zones actief (verspreid) visveiling op Europees niveau vloot- en vangstcapaciteit zijn in balans

Zwakten

Opvolgings- en bemanningsproblematiek Krimpendesector Ouderdom vaaruigen Investeringklimaat tav termijnperspectief Beperkte verwerking aangelande soorten Hoge exploitatiekost Beheer gemengde visserij en

teruggooi

Kansen

Imago opbouw verse zeevis Stijgend visverbruik Goed beheer binnen EU, gezonde bestanden Mede beheer PO (bottom-up) Recreatieve visserij integreren Bijdrage beheer mariene ecosysteem Certificering duurzaamheid Valorisatie van nevenstromen

Bedreigingen

Beperkte eigen kuststrook Imago boomkor en sleeptuig Import goedkope (gefileerde) vis Beperking open ruimte op zee Kostprijs nieuw GVB voor gemengde visserij

Identificatie van de behoeften op basis van de SWOT analyse

De Vlaamse visserij is een kleine sector met een 80 tal in hoofdzaak boomkorvaartuigen bestemd voor demersale visserij gespecialiseerd inschol en tong.. Sleeptuig is zeer energie intensief. Daarom lag binnen het EVF de nadruk op alternatief duurzamer vistuig en energie zuinige motoren voor het groot vlootsegment. De verspreide visserijgebieden bieden een redelijke flexibiliteit maar daar tegenover staat een hogere transportkost om de vis in België te koop aan te bieden. Een nieuwe uitdaging wordt het vermijden van bijvangsten (al of niet ongewenst), eigen aan de gemengde visserij. De aanlandingsverplichting wordt

15

Page 16: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

dan ook een grote uitdaging. De schol visserij is in hoeveelheid de grootste maar de tong visserij is economisch de belangrijkste. De vissers zijn van mening dat faire en betere prijsvorming een belangrijke prioriteit vormt. De sector slaagt er niet in om voldoende kapitaal op te bouwen met weerslag op bedrijfsopvolging en leeftijd van vaartuigen. Recreatieve visserij kan een opstap zijn voor de professionele visserij.

Een goede band met innovatie, samengaand met een toegenomen managementskennis van de reders, omkaderd door een sterke producentenorganisatie en een moderne verkoopstructuur zullen de sector een blijvend toekomstperspectief bieden. De verdere verduurzaming van de vloot, de verhoogde traceerbaarheid met mogelijkheden om het onderscheidend vermogen van verse zeevis te verhogen, zullen ook de marktkansen waarborgen.

SWOT analyse en samenhang met Meerjaren Nationaal Strategisch Plan voor aquacultuur*

Niet relevant

Specifieke behoeften betreffende milieu, klimaatsverandering, aanpassing en innovatie

Gezien het vrij hoog brandstofverbruik is iedere inspanning om verbetering aan te brengen in aandrijving en vangstechniek een bijdrage tot een lagere CO2 uitstoot en lagere impact op het marien milieu

Hoofdstuk van EFMZV verordening

Duurzame ontwikkeling van aquacultuur

Sterkten er is een belangrijke kennis aanwezig bij de Vlaamse onderzoekers

Vlaanderen kent een grote onderzoeksinteresse en internationale ervaring

opleidingen op academisch vlak beschikbaar een netwerk tussen onderzoeksinstellingen,

praktijkgericht onderzoek, distributie, industrie, toelevering…

op vele terreinen wordt pionierswerk verricht vanuit een ‘drive’ naar de ontwikkeling van commerciële productie-eenheden

belangrijke vooruitgang op het vlak van teelttechnieken, selectie en genetica van geselecteerd aantal vissoorten bevredigende resultaten voor recirculatiemethoden reduceren

16

Page 17: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

de milieu- impact en verhogen inplantingsmogelijkheden van nieuwe installaties

aquacultuur is een op technologie gebaseerde bio-industrie die sterk staat in Vlaanderen

gespecialiseerde voederbedrijven die wereldspelers zijn

Zwakten

het ontbreken van een Vlaamse strategie waardoor zich een versnipperde sector heeft ontwikkeld.de aquacultuursector heeft een weinig duurzaam imago

beperkte beschikbaarheid van of zeer dure productiefactoren zoals vismeel, ruimte, water, energie en arbeid en meer specifiek weinig geschikte sites om aan maricultuur te doen wetgeving is vaak niet afgestemd op de aquacultuursector

hoog risico bij opstart met voortdurend nog nieuwe inzichten vanuit onderzoek op de productiecyclus

onvoldoende aansluiting van de productie bij de logistieke infrastructuur tot bij de marktvraag;

onbekendheid van aquacultuur bij de consument;

nood aan info bij potentiële producenten over productie, vermarkting, bedrijfsmanagement, wetgeving;

consument kent vooral mariene vis, minder zoetwatervis

Kansen Europa wenst aquacultuursector te stimuleren Vlaamse aquacultuurproducenten willen

inzetten op duurzaamheid, versheid en gezonde producten.

nabijheid, traceerbaarheid, cradle to cradle en milieuvriendelijkheid krijgen meer aandacht

Europese producenten zijn bebonden aan strengere normen rond kwaliteit en duurzaamheid; streekeigen producten hebben een toegevoegde waarde

sterk groeiende Aziatische bevolking heeft nood aan meer eiwitten waardoor exportoverschot krimpt

nieuwe mogelijkheden voor maricultuur in windmolenparken en eventueel elders

reconversie van reders/vissers en vee- en glastelers naar aquacultuur met potentieel voor geïntegreerde aquacultuur

nieuwe ontwikkelingen in RAS zorgen voor een minimale afhankelijkheid van water en energie

het nieuwe GVB biedt perspectief tot 17

Page 18: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

verwerking van vismeel van ongewenste vangst of bijvangst.

beheersen van de volledige levenscyclus interesse van retailers om zelf te produceren; aquacultuur zonder gebruik van mariene

eiwitten

Bedreigingen

internationale concurrentie van bulk uit Azië van scampi’s tot gefileerde vis continu leverbaar

dominantie van grote ketenpartijen die vooral gericht zijn op de aankoop van grote volumes of continuë levering hetgeen niet mogelijk is in de startfase en beginnende ontwikkeling.

sterke productie- en commercialisatie eenheden in buurlanden Nl voor mosselen en Fr voor oesters

moeilijke kredietverlening door banken owv hoog risico en variabiliteit in de biologische productie

verwatering van de waarde van etikettering (certificatie) bij een overmaat aan etikettering

Identificatie van de behoeften op basis van de SWOT analyse

Noden aquacultuurproducenten: Door gepaste communicatie imagoverbetering

en de kennis van aquacultuurproducten bevorderen: aquacultuurproducten worden vaak bestempeld als niet duurzaam door antibioticagebruik, culturen die nefast waren voor het omringende ecologisch systeem, gebruik van vismeel, … water en geschikte locatie: zijn bepalend voor de aquacultuurontwikkeling

duidelijke wetgeving die faciliterend werkt voor de aquacultuursector, door meer inspraakmogelijkheden te voorzien voor deze specifieke sector

kennisontwikkeling en -uitbreiding: voeder, kweeksystemen, genetica, … bij iedere nieuwe soort wordt moet dit opgebouwd worden

aansluiting zoeken bij de geschikte distributiekanalen

Innovatie is essentieel waarvoor wetenschappelijk onderzoek essentieel. Een aansluitende technische aquacultuuropleiding noodzakelijk

het opstarten van een aquacultuurbedrijf impliceert risicokapitaal waarvoor een gunstig investeringsklimaat vereist is

SWOT analyse en samenhang met het Meerjaren Nationaal Strategisch Plan voor

Het NSP aquacultuur is gebaseerd op de sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen die uit deze SWOT van de aquacultuursector zijn gekomen en probeert hier

18

Page 19: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

aquacultuur* een antwoord op te geven zodat deze sector zich zo optimaal mogelijk kan ontwikkelen.

Specifieke behoeften betreffende milieu, klimaatsverandering, aanpassing en innovatie

Milieu: efficiënt omgaan met natuurlijke hulpbronnen

( grondstoffen (duurzaam aquavoeder), water, ruimte, energie)

Innovatie duidelijke context voor toepassing van

ondersteunende technologieën uit de bio-industrie . Innovatie rond het sluiten van kringlopen

Hoofdstuk van EFMZV verordening

Duurzame ontwikkeling van visserijgebieden

Sterkten de sector staat open voor innovatie goed beheer van quota, de vloot en de sector de authenticiteit van de sector heeft marktwaarde bestaande infrastructuur havens en veiling goede samenwerking binnen de sector vis is populair (vraag>aanbod) bij de consument en

heeft een gezond imago dat uitgespeeld kan worden Zwakten gebrek aan coördinatie in de langevisserijketen

opvolgings- en bemanningsproblematiek: gevaarlijk en hard beroep waardoor veel reders geen opvolger hebben gebrek aan goed opgeleide vissers

deel van de vissers engageren zich per visreis onzekerheid over quota maakt termijn planning

moeilijk gebrek aan verwerking(scapaciteit) Vlaamse vis beperkt aantal visserijtechnieken, onduidelijkheid

over hun toekomst wetgeving beperkt vaak alternatieve activiteiten kleinschalige vloot waardoor het gevaar bestaat dat

randsectoren (bv. scheepsherstelling) verdwijnen gebrek aan investeringskapitaal voor vernieuwing

of overschakeling naar andere technieken ruimtelijke planning voor andere doeleinden in dit

zeegebied beperken kustvisserij beperkt kennis van vissoorten bij de consument en

horeca weinigvat op de visprijzen, prijszetting gebeurt in

Nl conservatieve mentaliteit in de visserijsector;

individueel ingesteld waardoor er geen echte vissersgemeenschappen zijn

de veilplicht waardoor alternatieve afzetkanalen

19

Page 20: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

moeilijk te ontwikkelen zijn gebrek aan ruimte aan de kaai onregelmatige aanvoer waardoor grote afnemers

geen interesse hebben in ons visserijproduct de Vlaamse vis niet herkend streekproduct concurrentie door de recreatieve visserij

Kansen

kennisverga(de)ring: visserijtechniek, ecologie,… alternatieve energie en besparingen diversificatie activiteiten waardoor risicospreiding jobs creëren binnen de sector landbouwpolders: kweek van vis en mariene

producten (op verzilte grond) samenwerking sector en wetenschap inspelen op kusttoerisme kruisbevruchting met andere kennisgebieden er zijn perspectieven voor aquacultuur

Bedreigingen

gebrek aan toekomstvisie voor de visserijsector vangstmogelijkheden worden beperktvervuiling

zeeën door microplastics ea garanties ivm duurzaamheid eist dure labeling geen/lagere instroom vissers: aantrekking van

afgestudeerden visserij door andere sectoren, … klimaatverandering en gevolgen voor migrerende

vissoorten

Identificatie van de behoeften op basis van de SWOT analyse

Gemeenschappelijke noden van alle actoren: coördinatie in de keten: nood aan aanspreekpunt

voor iedere schakel nood aan overlegplatform visserijsector waar alle

actoren samenzitten om de belangen en noden te bespreken en hun sector te verdedigen

positieve communicatie over de visserij wat haar imago en product ten goede komt

toekomstvisie kennis bij consument en horeca ivm vissoorten gemeenschapszin in de visserijsector

waardoorreders en handelaars mekaar niet zien als concurrent waardoor samenwerking vaak moeilijk is

verwerkingscapaciteit voor de door de Belgische vloot aangevoerde vis

aanpassing wetgeving zodat verbreding mogelijk is:: meenemen van toeristen op zee, flexibiliteit qua gebruik netten, verkopen buiten de veiling, …

Noden van de reders: nieuwe vaartuigen; nieuw type vaartuigruimte

20

Page 21: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

voor de kustvisserij: de activiteiten aan de Belgische kust zijn zo talrijk (grindwinning, toerisme, windmolenparken, mariene gebieden, … )

goed opgeleide bemanning risicospreiding visserijonderneming indien ook de

bemanning mee zou participeren in het bedrijf zekerheid met betrekking tot de beschikbaarheid

van bemanning op lange termijn maar ook mbt toegewezen quotum vis en quotabeleid

nood aan een techniek om bodemvissen te vangen met nog minder bodemberoering

In kaart brengen van sportvisserij en gereglementeerd worden.

toegang tot investeringskapitaal: SWOT analyse en samenhang met de Meerjaren Nationaal Strategisch Plan voor aquacultuur*

Ook hier is de link met het NSP voornamelijk het ontwikkelen van de aquacultuursector in Vlaanderen die gebruik kan maken van de bestaande infrastructuur voor zeevis.

Specifieke behoeften betreffende milieu, klimaatsverandering, aanpassing en innovatie

Milieu en innovatie: milieuvriendelijke visserijtechnieken vermindering verbruik en alternatieve brandstof gezonde visbestanden

Hoofdstuk van de EFMZV verordening

Afzet en verwerking gerelateerde maatregelen

Sterkten Vlaanderen: De visverwerkingsbedrijven voldoen over het

algemeen aan de sanitaire normen en hebben de HACCP- en ISO-normen;

stabiele vraag naar verwerkte en bereide vis; concentratie aanbod via de veiling Goed uitgeruste visveilingen en Europees

verbonden Efficiënte distributiesystemen die het hele land

kunnen bevoorraden. Volledige traceerbaarheid van vaartuig tot

consument wordt ontwikkeldWallonië:

Productiviteit, sterke industriële sector; Sterke exportpositie; Erkende culinaire traditie; Beschikbaarheid van een hoog niveau van

technologie en knowhow, met inbegrip van traceerbaarheid;

Hoge gezondheidsnormen Stabiliteit van de vraag naar vis, inclusies op de

nationale en regionale markt; Zeer efficiënte veelvoudige distributiecircuits.

21

Page 22: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Zwakten

Vlaanderen: Onvoldoende continue bevoorrading met

Noordzeevis, eigen aan een gemengde visserij Afhankelijkheid van invoer (90 tot 95 %); Gebrek aan primaire verwerking voor

Noordzeevis (fileren). Tal van kleine ondernemingen versus concentratie

retail Noordzeetong is dure vissoort: de sterkte voor de

visser is de zwakte voor de verwerkingWallonië:

Hoge en stijgende loonkosten, zwakke marges; Grote afhankelijkheid van de distributiesector; Afhankelijkheid van de import van grondstoffen; Lage zichtbaarheid van de Belgische productie op

de markt.

Kansen

Vlaanderen: Belangstelling voor authentieke verse producten Belangrijke export en transit met geschikte

havenuitrusting Fileercapaciteit inzetten voor eigen aangelande

vissoorten; Wereldexporteur van diepgevroren groenten:

capaciteit en handling beschikbaar Toenemende vraag naar “convenience food” World Seafood exhibition in Brussel

Wallonië: Export - ondernemen in het buitenland

(overnames); Verandering van levensstijl, vraag naar meer

verwerkte producten; Innovatie en/of vergroting van formaat/volume

(overnames); Bevordering van de smaak en van gastronomische

voedingsgewoonten; Beschikbaarheid van lokaal geproduceerde

grondstoffen van hoge kwaliteit (maar in lage hoeveelheden);

Stijging van de productie van diepvriesproducten; Voortbestaan van kleine nichemarkten voor

lokale kwaliteitsproducten (artisanale productie); Bestaan van industrieterreinen die beschikbaar

zijn voor de uitbreiding van de visverwerking; Belangrijke en makkelijke export en doorvoer.

Bedreigingen Vlaanderen: Het afnemend aantal Belgische vaartuigen Tewerkstellingsproblematiek De economische situatie Verandering in de bevoorradingsstrategie van de

grote distributieketens.22

Page 23: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Wallonië: Het verlies aan competitiviteit; Daling van de koopkracht, stijgende macht van de

distributiesector door een steeds sterkere globalisering;

Dalende kwaliteit van de producten als gevolg van de druk op de prijzen door de distributie;

Dalende kwaliteit van de producten als gevolg van het gebruik van grondstoffen van slechte kwaliteit;

Moeilijkheden om voldoende geschoold personeel te vinden;

Onvoldoende ontwikkeling van nieuwe producten en gebrek aan vernieuwing van de producten, evenals een onvoldoende opwaardering van minder gekende vissoorten.

Identificatie van de behoeften op basis van de SWOT analyse

Vlaanderen:Er is nood aan een betere vermarkting door hele visserijketen om te komen tot meer afzetkansen en een betere prijsvorming. Dit kan oa door het creëren van verhoogde toegevoegde waarde, vraag en aanbod beter op elkaar afstemmen, creëren van lokale visproducten (etikettering, traceerbaarheid, duurzame visvangst en certificering. Verbetering van de traceerbaarheid van vis is noodzakelijk enertificering is het sluitstuk. Uitbreiding van verwerkingsmogelijkheden vermindert de afhankelijkheid van Nederlandse fileerbedrijven maar ook in het algemeen en gezien de aanlandingsverplichting voor de verwerking en afzet van teruggooi, ondergewaardeerde, ongekende en onderbenutte soorten vis.

Wallonië:

Een grotere zekerheid inzake aanvoer van grondstoffen (hoeveelheid en vooral kwaliteit);Ontwikkeling van nieuwe producten om zich te onderscheiden van de concurrentie, een grotere zichtbaarheid, geschoolde arbeidskrachten.

SWOT analyse en samenhang met het Meerjaren Nationaal Strategisch Plan voor aquacultuur*

Vlaanderen: Ook voor de verwerkingsbedrijven kan de ontwikkeling van de Vlaamse aquacultuursector een kans zijn zodat ze de bevoorrading van ingevoerde vis kunnen aanvullen met gekweekte vis. Ook voor startende aquacultuurbedrijven is het nuttig een verwerkingssector in de buurt te hebben.

Wallonië:

23

Page 24: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Ontwikkeling van partnerschappen tussen visteeltproducenten en -verwerkers met het oog op de verwerking van lokale producten.

Specifieke behoeften betreffende milieu, klimaatsverandering, aanpassing en innovatie

Vlaanderen:Visverwerkende bedrijven zijn energie intensief voor koeling en behandeling waarbij investeringen in optimalisatie snel renderend zijn. Omwille van de hoge loonkost bieden fileermachines voor noordzeevis toekomst.

Wallonië:

Stijging in het gebruik van hernieuwbare energie tegen een lagere prijs. Optimalisatie van de valorisatie van afvalstoffen.

SWOT CONTROLE EN HANDHAVING:

Sterkte Zwakte

Beperkte oppervlakte zeegebieden, accent ligt op controles aan land

Beperkt aantal veilingen Sterke band met opvolging quotabeheer en

technische maatregelen Kwaliteit en effectiviteit van

samenwerking op zee met VLOOT, Marine en inzet voor luchttoezicht

Meertaligheid en expertise controleurs Internationale samenwerking in kader van

EFCA en JDP Overleg met controlediensten rond de

Noordzee

Vloot actief buiten eigen wateren Groeiend takenpakket (cfr IUU,

traceerbaarheid…t.o.v. beschikbaarheid personeel)

Afhankelijkheid van correct functionerend applicaties

Veranderend wettelijk kader, zeker bij regionale toepassing GVB

-verschillen in handhavingsbeleid en sanctionering tussen LS

Kansen Bedreiging

Verdere ontwikkeling digitaal toezicht en communicatietechnologie

Toenemende vraag naar tracering voor de handel

Integrale aanpak met handhavingspartners (nationaal-internationaal / op zee en in de keten)

Europese SCIP (specific control program) Controle uitgaand van risico analyse Opleiding en bijscholing inspecteurs en

wegwerken van verschillen tussen LS

Complexe regelgeving door veelvuldig veranderend kader

Hoge werkdruk door veelheid aan te verwerken informatie

Relatieve kost t.o.v. resterende vloot zowel voor personeel als voor ingezette middelen tegenover afnemend budget voor overheid

Controleerbaarheid aanlandingsplicht Grotere vraag naar korte keten en directe

verkoop

24

Page 25: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Regelgeving afstemmen op controleerbaarheid

Puntensysteem voor ernstige overtredingen correct EU toepassen

Nieuwe zware controlemiddelen komen ter beschikking

SWOT DATACOLLECTIE:

STERKTES ZWAKTES• Opgericht in 2002• Beschikbaarheid van data• Gemeenschappelijk kader• Financiële steun• Grotere transparantie• Harmonisatie van gegevensverzameling• Ingevoerde normen• Coördinatie en Samenwerking door LS• Kwaliteitscontrole• Aanpak volgens metier• Bio-economisch kader• Regionale aanpak• Goede dialoog met de EU• Input van de eindgebruikers van de gegevens is opgenomen

Onevenwichtig inzake details die gespecificeerd worden voorde vereiste data• Te weinig nadruk op het gebruik van data• Onvolledig DCF (Data Collection Framework)• Innefficiënt gebruik van middelen• Wanverhouding tussen behoeften en prestaties(gelaagdheid van de Metier informatie)• Administratieve lasten• Opvolging van de acties van de LS• Geen rapporteringswebsite voorreferentiemateriaal• De Metier data worden niet gebruikt door de RFMO's (Regionale organisaties voor visserijbeheer)• Moeizame waarnemingen - monitoring op zee(andere middelen?)• Kwaliteit van de data• Geen catalogus van aanbevelingen voor de LS• Opvolging van aanbevelingen• Verbetering van de dialoog met de eindgebruikers van de data• DCF gericht op output (Data Delivery) en nietgebaseerd op resultaten• Slechte toegang tot bepaalde datasets• Betrokkenheid van nationale correspondenten• Aantal bestanden waarvoor onvoldoende data beschikbaar zijn (Data Poor Stocks)• Gelijktijdig steekproefonderzoek• Werklast – pool deskundigen is beperkt en het gaat vaakom dezelfde mensen• Sommige bedrijfstakken van de visserijsector hebben geen vertrouwen in 25

Page 26: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

DCF• Problemen om actuele en volledige data te verkrijgen van de viskwekers (deeltijdwerknemers en - steeds vaker - niet aangegeven werknemers)

KANSEN BEDREIGINGEN• Maritiem beleid – MSFD-steun (Kaderrichtlijn Mariene Strategie)Herdefiniëring van de algemene principes van DCF• Overzichten - Link data inzake milieu envisserijen• Internationale uitwisseling van deskundigen, opleiding• Verbetering van de doeltreffendheid en deskundigen• Beperking van de administratieve lasten encomplexiteit• Regionale samenwerking• Aangestuurd door eindgebruikers en managers van de data• Geïntegreerd bio-economisch advies• Samenwerking met de Commissie/Regionale Adviesraden/Lidstaten/Regionale organisaties voor visserijbeheer• Aanpak die meer op resultaten gebaseerd is• Nieuw CFP• Samenwerking met belanghebbenden• Unieke kans• Taken worden verdeeld• Meer bilaterale akkoorden• Sluit meer aan bij Regionale adviesraden en het bedrijfsleven• Ervoor zorgen dat overbodige data niet verzameld worden• Synergieën met de Controleregeling• Betere communicatie dankzij website• Bereik uitbreiden tot de door land ingesloten staten• Nieuw financieringsmechanisme (EFMZV - Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij)• Ervoor zorgen dat overbodige data niet verzameld worden• Harmoniseren met niet-EU landen (vb.Noorwegen)• Grotere integratie van de Middellandse Zee en de Zwarte Zee• Meer data opnemen over Aquacultuur,

• Financieel klimaat• Slechte aansluiting bij Nationale Prioriteiten• Bron van natuurlijke rijkdommen van de LS gewijd aan Visserijen• Complexiteit van DCF• Data ontoereikendheid• Niet-naleving• Wanverhouding tussen geleverde data - benodigde data• De Metier data worden niet gebruikt door de RFMO's (Regionale organisaties voor visserijbeheer)• Makkelijker om een “Business as usual"-aanpakte hanteren• Historische samenhang data gaat verloren• Verandering van het beleidslandschap• Meer opnemen over Aquacultuur enZoetwaterviskwekerijen zou complexer kunnenmaken• Ontrafelen wat in DCF bereikt werd• Databescherming en Mensenrechten• Ontvangst van onjuiste data om de niet-aangegeven productie in aquacultuur door deeltijd- (of niet-aangegeven) werknemers te verbergen

26

Page 27: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

zoetwaterviskwekerijen• Aantrekkelijker maken voor jonge wetenschappers –mogelijkheid om te publiceren• Jobs creëren voor jonge wetenschappers• Audit DCF – Wat is belangrijk – wat isniet belangrijk• Het DCF verbinden met andere EU-beleidsdomeinen dieeen meer regionale aanpak ondersteunen• Een gecentraliseerde databank ontwikkelen• Het ontwikkelen van statistisch gezonde steekproefschema's

3.2. CONTEXT INDICATOREN DIE DE INITIËLE SITUATIE SCHETSEN

VLAANDEREN:

Hoofdstuk van EFMZV verordening

Duurzame ontwikkeling van Visserij

Contekst indicator die de initiële situatie schetst

Basisjaar Waarde Informatiebron

BTW per werknemer boomkor

2011 Niet gekend. Winst per werknemer is wel gekend.

Jaarlijks vlootrapport – 2012 België

Winstgevendheid (netto winst) KVS (< 221 kW)

2011 2.2 % Bedrijfsresultaten van de Belgische visserij 2011

Winstgevendheid (netto winst) GVS (> 221 kW)

2011 12.3 % Bedrijfsresultaten van de Belgische visserij 2011

Tewerkstelling ( in VTE) boomkor 12-24 m

2011 97 Jaarlijks vlootrapport – 2012 België

Tewerkstelling ( in VTE) boomkor 24-40 m

2011 186 Jaarlijks vlootrapport – 2012 België

Aantal ongevallen in de sector

2012 40 geregistreerde ongevallen waarvan8 ernstige ongevallen

Dirk Demaeght (PROVIKMO)

Ongewenste vangsten per segment per segment (zoals gedefinieerd onder de

2012 Gegevens nog niet beschikbaar

ILVO - Discard atlas of specifieke query in DCF

27

Page 28: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Ecosysteem indicatoren van DCF)Brandstof efficiëntie van de visvangst (in l/kg aangelande visvangst)

2010 2,41 l/kg vis Belgisch Jaarrapport EVF 2011

Hoofdstuk van de EFMZV verordening

Duurzame ontwikkeling van aquacultuur

Contekst indicator die de initiële situatie schetst

Basisjaar Waarde Informatiebron

Volume en waarde van aquacultuur productie

2011 50 ton (schatting)€218.480 (schatting)

FAO

Tewerkstelling (in FTE, met inbegrip van opsplitsing van mannen en vrouwen)

2013 Primaire productie BE: 60 waarvan 7% vrouwen

Conseil de filière wallonne piscicole (CFWP) (Elektronische) bevraging van experten

Biologische aquacultuur Aquacultuur in recirculatie systemen

2013 0%

10% (schatting) (Elektronische) bevraging van experten

Hoofdstuk van EFMZV verordening

Duurzame ontwikkeling van visserijgebieden

Contekst indicator die de initiële situatie schetst

Basisjaar Waarde Informatiebron

Omvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…)

2012 83 vissersvaartuigen eind 2012 met een totale capaciteit van 15.053 GT en 47.554 kW met een globale aanvoer van 21.894 ton en een aanvoerwaarde van 76,4 Mio EUR, waarvan 17.558 ton (64,1 Mio EUR) in Belgische haven en met een tewerkstelling van ongeveer 800 FTE.

Bedrijfsresultaten van de Belgische visserij 2012

Locatie van belangrijkste vishavens en aquacultuur sites

2011 Belangrijkste vissershavens: Nieuwpoort (10), Oostende (26) en Zeebrugge (44)

Bedrijfsresultaten van de Belgische visserij 2011

Nr and oppervlakte beschermde gebieden

2011 Er zijn 4 beschermde gebieden samen goed voor circa 1240 km²

Voorontwerp Marien Ruimtelijk Plan

Lengte kustlijn, belangrijkste waterwegen

2011 Be kust: 65 kmBelangrijkste BE

Wikipedia

28

Page 29: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

en meren/plassen waterwegen: Schelde, Maas en IjzerEr zijn geen grote meren in BE

Type van potentiële visserijgebieden (kust, binnenland, populatie groei/afname, demografische structuur, afhankelijkheid van visserij)

2011 Er is 1 potentieel visserijgebied: de Vlaamse kuststrook. Dit gebied bestaat uit 10 kustgemeenten (368,5km²) met een gemiddelde bevolkingsdichtheid van 594inw/km².De totale kustbevolking bedraagt 218.599 inwoners.Positief migratiesaldo door pensioenmigratie.Werkelijke aanwezige bevolking is nog hoger door tijdelijke verblijvers.De economische afhankelijkheid van deze regio van de visserij is beperkt.Verder zijn er in BE geen gebieden met een specifieke visserij- of aquacultuurkarakter.

Ontwikkelingsstrategie voor het Belgisch kustgebied. (2010)

Hoofdstuk van EFMZV verordening

Afzet en verwerking gerelateerde maatregelen

Contekst indicatoren die de initiële situatie schetst

Basisjaar Waarde Informatiebron

BTW en BTW/werknemer (FTE)

2011 770 Mio €/ 1900 FTE = 405.263 €/FTE(GVA is omzet – 30% grondstofkost)

Belgische groepering van de Visindustrie

Nr van producentenorganisaties

2011 Er is geen producentenorganisatie, wel een vertegenwoordiging van de sector via de “Belgische groepering van de Visindustrie”

Belgische groepering van de Visindustrie

Winstgevendheid van operatoren (gemeten als EBIT) per segment (producenten, verwerkers en verdelers)

2011 Niet gekend Belgische vereniging voor Visindustrie

29

Page 30: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Tewerkstelling per segment

2011 Niet gekend Belgische vereniging voor Visindustrie

Omzet (jaarlijkse waarde van EU vermarkte productie) – basisjaar 2009-2011 and productie op de markt gebracht (Waarde en volume) per PO

2011 1.1 miljard EUR VLAM visbarometer 2011

Contextindicatoren in Wallonië in 2013 voor de visteeltsector.

2013

ContextindicatorenTotaa

l

Met een recirculaties

ysteem

Biologischeproductie

Producten voor niet-

voedingsdoeleinden

Informatiebronnen

Totale jaarlijks geproduceerde hoeveelheid(1) door de viskwekers (T/jaar)

332 51 0 211

Peilingen (en bezoeken) bij viskwekers, hoofdzakelijk uitgevoerd door de Raad

van de Waalse Keten Visteelt (CFWP)

Marktwaarde van de totale jaarlijkse visteeltproductie(2) (1000 €)

4.450 1.500 0 2.550Marktprijs (met inbegrip

van verkoop aan particulieren)

Bruto toegevoegde waarde - - - - Geen gegevens beschikbaarAantal voltijds equivalenten (VTE) rechtstreeks tewerkgesteld door de visteeltsector(3)

40 5 0 31Peilingen (en bezoeken) bij viskwekers, hoofdzakelijk uitgevoerd door de Raad

van de Waalse Keten Visteelt (CFWP)

Percentage (%) vrouwen rechtstreeks tewerkgesteld door de visteeltsector(3)

10 10 - 10

Aantal visteeltproducties met BIO-certificering

0 0 0(1) 0

Voetnoten:(1) De geïmporteerde levende vis (reeds op verkoopbaar formaat) van een buiten Wallonië

gevestigde aquacultuur, die vervolgens opgekweekt wordt in een aquacultuur gebaseerd in Wallonië, is niet inbegrepen.

30

Page 31: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

(2) De verkoop van witte vis vanuit aangrenzende landen, en de verkoop van producten uit de import van levende forel in Wallonië, zijn niet inbegrepen. Die laatste bedraagt ongeveer 2000 à 2500 T per jaar.

(3) Het personeel tewerkgesteld in de visteeltbedrijven voor de verwerking (slacht, evisceratie, fileren, roken) van vissoorten geïmporteerd uit de Eurozone, is niet opgenomen in deze tabel (ongeveer 20 tot 25 personen die tewerkgesteld zijn voor deze praktijk). Het personeel voor het transport van levende vis is niet inbegrepen.

Contexindicatoren in Wallonië in 2013 voor de sector van de verwerking van de producten van de visserij en de aquacultuur

Voedingsindustrie in Wallonië

ContextindicatorenReferentiej

aarTotaal Informatiebronnen

Bruto toegevoegde waarde (in miljoen euro)

20101.529

UWE - sectoriële monografieën 2012

Aantal voltijds equivalenten (VTE) rechtstreeks tewerkgesteld door de sector

201020.584

Bruto toegevoegde waarde (€) / werknemer

201074.280

Percentage (%) tewerkgestelde vrouwen2010 Geen gegevens

beschikbaarOmzet (in miljoen euro) 2010 6.081

4. DE STRATEGIE

4.1. BESCHRIJVING VAN DE STRATEGIE VAN HET OPERATIONEEL PROGRAMMA

1. Bevorderen van duurzame en hulpbron efficiënte visserij en aquacultuur

1A. VERDERE REDUCTIE VAN IMPACT OP MILIEU EN MARIENE OMGEVING DOOR STEUN AAN INNOVATIE, ONTWIKKELING EN IMPLEMENTATIE MET ALS EERST TE BEREIKEN DOEL HET VERMINDEREN VAN TERUGGOOI EN HET BEREIKEN VAN MSY

1B. GEVOLGEN VAN VERBOD OP TERUGGOOI

1C. ADAPTATIE QUOTASYSTEEM

1D. BIJDRAGE AAN KLIMAATSDOELSTELLINGEN DOORHEEN DE KETEN

31

Page 32: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

1E. VERBETEREN VAN AQUATISCH MILIEU VAN DE BINNENWATEREN

1F. DUURZAME AQUACULTUUR

1A. Het Europees Visserijfonds (EVF) heeft er sterk toe bijgedragen dat de vlootcapaciteit in evenwicht is met de vangstmogelijkheden (sloopronde) en dat de vissers hun activiteiten hebben afgestemd op duurzaamheid, onder meer gebruik makend van innovatieve, duurzamere visserijtechnieken. Gezien de Vlaamse visserij is gericht op platvis, blijft de boomkor nog altijd de belangrijkste visserijtechniek die evenwel stelselmatig is verbeterd. Zo werd de originele boomkor vervangen door een merkelijk lichter tuig: minder bodemberoering, minder sleepweerstand en dus gunstiger brandstofverbruik. Verdere aanpassingen in de vangsttechniek zoals het gebruik van de “sumwing” hebben het bodemcontact doen verminderen en daardoor spreken we vandaag eerder van de “ecokor”. Anderen gingen aan de slag met lichte bordennetten en de evolutie inzake vangsttechniek staat niet stil. De sector nam ook zelf initiatieven om bepaalde vissoorten betere ontsnappingskansen te geven door de selectiviteit te verhogen om hoofdzakelijk de teruggooi terug te dringen maar ook om de bodemberoering te beperken. Het EVF programma onder het moto “Investeren in duurzaam visserij” heeft een boost effect veroorzaakt in gunstige zin. Het is van essentieel belang om dergelijke tendens verder te zetten onder het EFMZV met een meervoudig doel:

een verminderde impact van vistuig op het mariene milieu voornamelijk door minder bodemberoering

Selectiever vissen opdat de teruggooi wordt teruggedrongen en bijvangsten (o.a. beschermde diersoorten zoals zeevogels en zeezoogdieren) worden verminderd.

Bereiken van MSY

Energie besparende maatregelen en technieken.

Hierbij is het van belang om zowel de innovatie als de implementatie van nieuwe technieken en methoden te ondersteunen.

1B. De teruggooiproblematiek is complex in gemengde visserij. De aanlandingsverplichting is een nieuwe uitdaging naar investeringen in commercialisatie en verwerking teneinde waardevolle eiwitten uit zee optimaal te benutten.

1C. De wijze waarop nationale visquota worden verdeeld heeft een effect op de rentabiliteit maar eveneens op de structuur van de visserij. Quotaruil tussen lidstaten is bepalend voor het type visserij (specialisatie) en de aanwezigheid binnen bepaalde visgronden. Dit alles heeft een effect op de teruggooiproblematiek. Aanpassingen aan de interne quotaverdeling kunnen zich eveneens opdringen om de hogere doelen van duurzame visserij te bereiken.

1D. Visserij op platvis vraagt veel energie waaraan de voorbije jaren reeds sterk is aan gewerkt zowel door de weerstand te verminderen als door energiezuinige motoren. Het onderzoek gaat verder en de rentabiliteit van nieuwe investeringen zal sterk blijven afhangen van de bijdrage tot hogere energie-efficiëntie. Ook in de visverwerking en de distributie doorheen de keten zal gezocht worden naar verdere energiewinsten.

32

Page 33: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Een verhoogd gebruik van hernieuwbare energie in de sectoren van de productie en de verwerking blijkt een maatregel te zijn die prioritair uitgevoerd moet worden. Zij mag echter (wat de hydro-elektriciteit betreft) niet ingaan tegen de doelstelling om de vrije vismigratie te herstellen.

1E. De binnenwateren vormen voor veel vissoorten, weekdieren en schaaldieren de geboorteplaats, habitat, trekplaats en, voor sommige soorten, de voortplantingsplaats. Sommige daarvan vormen de natuurlijke hulpbronnen die onontbeerlijk zijn voor de vis-, visteelt- en voedselverwerkingsactiviteiten. De bescherming en ontwikkeling van de waterfauna draagt eveneens bij tot de bescherming van een uiterst belangrijk genetisch patrimonium zowel inzake milieu als inzake economie. Ook met betrekking tot deze aspecten vormt de aquacultuur een centraal element door te putten uit dit genetisch patrimonium (fokdieren) en door het te voeden (lozing van levende vissen in de binnenwateren voor de visvangst). De bescherming en het herstel van de waterhabitat, evenals het herstel van de vrije migratie in die wateren, vormen een prioritaire doelstelling van het programma in Wallonië. Deze bescherming zal de genetische dimensie eveneens opnemen met het oog op de bescherming van de biodiversiteit.

1F. De Vlaamse aquacultuursector is zeer beperkt maar de interesse voor het opstarten van productie eenheden neemt toe waarbij het EFMZV deze ontwikkelingen kan versnellen. Ook hier is duurzaamheid het sleutelwoord dat van meet af aan wordt ingecalculeerd. Deze duurzaamheidsvereiste moet vertaald worden in richtingen waarin en principes waarop de aquacultuur zich kan ontwikkelen: economisch rendabel, met een minimale milieu impact, maatschappelijk gewaardeerd.

'Innovatie voor een minimale impact op het milieu' zullen de kernwoorden zijn voor de actoren die een industriële dimensie van hun activiteit willen ontwikkelen in de sectoren waarop dit programma betrekking heeft. Men dient op te merken dat de aquacultuur, zoals ze grotendeels toegepast wordt in Wallonië, een erg kleine impact heeft op het milieu. Ze is eerder van het artisanale type, met een lage kweekdensiteit die zelfs nauw aansluit bij een productie van het biologische type. Voor deze ambachtslui-producenten zal de economische duurzaamheid prioritair ondersteund worden doorheen het huidige programma. Deze versteviging van de duurzaamheid zal tevens gehanteerd worden bij het streven naar een minimale impact op het milieu en naar innovatie. Hierdoor wordt de stijging van de toegevoegde waarde van de producten en van de productiviteit bevorderd door een praktische omzetting van de kennis en de technologieën waarover de wetenschappelijke instellingen beschikken. Een verhoogde stabiliteit van de viskwekers inzake uitbatingsvergunning en toegang tot het water (en andere administratieve vereenvoudigingen) zal eveneens nagestreefd worden, omdat deze stabiliteit een noodzakelijke voorwaarde vormt om investeringen te bevorderen en een nieuwe generatie (zowel industriële als traditionele) viskwekers aan te trekken.

33

Page 34: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

2. BEVORDEREN VAN INNOVATIEVE, COMPETITIEVE EN KENNIS GEBASEERDE VISSERIJ EN AQUACULTUUR

2A. INNOVATIEVE PROJECTEN DIE HELPEN DE MARIENE BIOLOGISCHE BRONNEN IN STAND HOUDEN

2B.VERSPREIDING VAN INZICHT IN TECHNOLOGISCHE EN MAATSCHAPPELIJKE EVOLUTIE EN VORMING, PRAKTIJK EN VOORLICHTING

2C. VERSTERKEN VAN PRODUCENTENORGANISATIE

2D. VERBETEREN VAN WERKOMSTANDIGHEDEN EN FACILITEREN VAN TOETREDERS

2E. VERSTERKING COMPETITIVITEIT IN DE GANSE VISSERIJKETEN

2F. MARKTKANSEN VOOR NOORDZEE VIS EN AQUACULTUUR

2G. SLIMME AQUACULTUURCLUSTERS

2H. COMPETITIEVE AQUACULTUUR

2A/B. Innovatie is één van de Europa2020 uitdagingen. Verbeterde technologieën die zowel het rendement, de kwaliteit als de duurzaamheid verhogen, moeten de hoeksteen vormen voor onze kennis gebaseerde activiteiten waartoe de visserij is geëvolueerd en de aquacultuur is beland. Via onderzoeks- en proefprojecten zal de overheid maximale ondersteuning bieden op dit vlak. De rendementsverbetering of de meerwaarde creatie kan zowel in de volledige keten plaatsvinden als de incorporatie van innovaties vanuit andere maritieme sectoren en industrieën. Zowel vanuit het roverleg met belanghebbenden als vanuit de SWOT analyse komt duidelijk naar voor dat men oog moet hebben voor praktijkgerichte innovatie en kennisdeling. Er zijn in Vlaanderen diverse kenniscentra aanwezig rond visserij en aquacultuur en die potentieel in zich dragen om verder te ontwikkelen met aandacht voor duidelijke communicatie met de sector en voor een geconcretiseerde doorvertaling van deze kennis naar het bedrijfsniveau.

In de selectiecriteria zal rekening gehouden worden met de bijdrage tot duurzaamheid, het collectieve karakter en in welke mate de maatregelen bijdragen tot een structurele verbetering van de sector.

2C. Samenwerking tussen vissers, tussen aquacultuurproducenten, meewerken aan invoering nieuwe ontwikkelingen, meewerken aan dataverzameling, studies, seminaries en verspreiden van beste praktijken worden opgezet binnen een formeel en stevig netwerk. Op dit ogenblik is de Rederscentrale een erkende producentenorganisatie die nagenoeg alle reders vertegenwoordigt en steeds meer taken op zich kan nemen in uitvoering van het GVB zoals productie- en marketingplan, de Regionale adviesraden, gezamenlijke projecten op zetten en coördineren. Ook de aquacultuursector heeft nood aan een vertegenwoordiging en platform om de strategie te helpen onderbouwen met initiatieven.

34

Page 35: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

2D. De geringe rendabiliteit van de zeevisserij lokt weinig nieuwe toetreders. De minder gunstige economische situatie weerspiegelt zich ook in de hoge gemiddelde leeftijd van de vaartuigen en de opvolging is problematisch. Het verzekeren van starters- en installatiesteun moet jongeren, die gekozen hebben voor een specifieke beroepsopleiding voor visser, aanzetten om de stap tot het beroep te nemen. Een aangename en veilige werkomgeving draagt bij tot het behoud van de werkgelegenheid en de aantrekkelijkheid van het beroep.

2E. Efficiënte en maatschappelijk verantwoorde visserij, gekenmerkt door het aanleveren van hoge traceerbare kwaliteit en de versheid vormt een draagvlak waarop visveilingen verder bouwen om de inspanningen hiervoor geleverd, te doen vertalen in een rendabele prijszetting. De uitbouw van een verwerkende sector die aangevoerde vis meeneemt in het assortement biedt extra waarborg voor een competitieve keten.

2F. Ondanks de vele inspanningen op weg naar een steeds duurzamere visserij blijven deze zo goed als onbekend bij het brede publiek dat eerder in aanraking komt met negatief geladen berichtgeving. Tijdens deze programmeerperiode is het de betrachting om de valorisatie van de inspanningen te bekomen door duurzaam gevangen vis door middel van hogere transparantie en traceerbaarheid naar de consument toe. Voor minder bekende vissoorten en nieuwe aquacultuurproducten liggen nog marktkansen open door de kennis bij horeca en consument te verbeteren.

2G. Water en locatie zijn essentiële productiefactoren waarvoor andere gebruikers in concurrentie treden met initiatiefnemers in aquacultuur. Door een pro actieve ruimtelijke planning kunnen slimme aquacultuurclusters ontwikkeld worden: bedrijventerrein(en) voor onder andere aquacultuur op een locatie met een unieke aanbodspositie mbt beschikbaarheid water, energie (restwarmte, geowarmte), systeem integratie, … en gemeenschappelijke faciliteiten. Vlaanderen dat sterk staat op het vlak van aquacultuurkennis zal deze via kennis- en praktijkcentra ter beschikking stellen en daarmee de innovatieve en ‘high tech’ aquacultuur ondersteunen. Wallonië wil tevens de geografische zones identificeren die het meest geschikt zijn om er visteeltproductiesites te verwelkomen. De hoge densiteit van het Waalse hydrografische netwerk (ook ondergronds) biedt veel mogelijkheden waaraan voorzorgsmaatregelen gekoppeld zullen moeten worden om de rijkdom van de fauna en flora van deze waterlopen niet te beïnvloeden.

2H. In Vlaanderen is een realistisch businessplan voor ieder project noodzakelijk met voldoende economische en wetenschappelijke onderbouwing en steun om maximaal de competitieviteit te waarborgen. In Wallonië zal de versteviging van de duurzaamheid, in het bijzonder op economisch vlak, aansluiten op de stijging van de competitiviteit van deze sectoren en hun producten. Deze doelstelling zal nagestreefd worden onder andere dankzij producten van hoge kwaliteit die een verhoogde toegevoegde waarde hebben binnen de korte circuits tussen producenten en consumenten, en dankzij lagere productie-eenheidskosten (stijging van de productie, verhoogde samenwerking tussen producenten en wetenschappers, administratieve vereenvoudiging, enz.). De economische stabiliteit van de producenten zal bevorderd worden door de administratieve vereenvoudiging en, indien mogelijk, door rekening te houden met de aquacultuur in de ruimtelijke ordening.

35

Page 36: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

3. BEVORDEREN VAN DE IMPLEMENTATIE VAN HET GVB

3A. VERHOGEN VAN DE KENNIS VAN BESTANDEN EN VERBETERING VAN DATAVERZAMELING

3B. ONDERSTEUNING VAN DE CONTROLE EN VERHOGING EFFICIËNTIE EN TRACEERBAARHEID

3A. De ecosysteembenadering vindt verder ingang in het visserijadvies dat sterk afhangt van een betere kennis van de bestanden via betere, gerichte verzameling van data vanuit een transparant opzet. Deze dient te vertrekken van schema’s die statisch gefundeerd zijn en waarvan de resultaten via een centrale gegevensbank op accuraatheid gecheckt. In het concept voor dataverzameling is het wenselijk dat naar kennis (bottom-up) en naar financiële haalbaarheid gestreefd wordt. De rol van de visserijsector als uitvoerende partner moet binnen een passende omkadering georganiseerd worden waarbij de RAC’s een rol spelen. Nadruk dient gelegd te worden op wegwerken van ontbrekende gegevens, het verbeteren van de kwaliteit en betrouwbaarheid en gericht op de werkelijke noden met o.a. het bereiken van MSY. Voor België dient ook voor aquacultuur de dataverzameling verbeterd te worden.

3B. Het Belgische controleprogramma schrijft zich in in de Europese wetgeving en het controlebeleid wordt continu aangepast volgens de nieuwe noden en doelen. Met Europese steunwerden ondersteunende IT systemen als VMS en elektronisch logboek (ERS) ingezet. Het nieuwe GVB met o.a. het teruggooiverbod maar ook nieuwe viserijtechnieken, vergen een vernieuwde aanpak met niet alleen nieuwe controlemiddelen maar tevens goed opgeleide inspecteurs. Vandaag richt controle zich niet langer alleen naar de vissers maar staat ook ten dienste van de consument door bij te dragen in de transparantie (herkomst van de vis). Dit is een stap die steeds meer bijdraagt tot certificatie van visproducten en het verzekeren van de markttoegang die juist een tracering doorheen de volledige keten, gaande van certificering van visproducten van vangst (zoals o.a. tags van kisten), veiling, distributie tot consument.

4. VERHOGEN VAN DE WERKGELEGENHEID EN TERRITORIALE COHESIE

VLAANDEREN ZET IN OP:

4A. VISSERIJACTIVITEIT IN DE KUSTREGIO:

WERKGELEGENHEID IN DE KETEN

DIVERSIFICATIE

4B. MARICULTUUR

4A. De sociale pijler onder het EFMZV wordt hoofdzakelijk gebundeld en uitgevoerd via een lokale actiegroep. In Vlaanderen werd dergelijke lokale visserijgroep opgericht onder het

36

Page 37: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

EVF (2007-2013), de zogenaamde as 4, waarbij de groep van betrokkenen en belanghebbenden veel ruimer is dan de visserij. Het betreft dan ook onder meer Ngo’s, onderwijs, toerisme, horeca, sociale partners, cultuur en educatie… Een ontwikkelingsstrategie spitst zich toe op de duurzame ontwikkeling van visserij gerelateerde initiatieven in onze kuststreek door initiatieven die bijdragen tot het behoud van werkgelegenheid, welvaart en levenskwaliteit

Hoewel vanuit de beroepsopleiding heel wat potentiële vissersjongeren doorstromen naar overige maritieme activiteiten, voornamelijk de baggersector, wenst het OP zich vooral te richten op opleidingsinitiatieven en werkcreatie die verband houdt met de visserijsector in zee en aan land zowel de visvangst, visproductie als de verwerking van vis voor consumptie, directe vermarkting of andere doeleinden. Verdere alternatieve activiteiten kunnen zich aandienen in dataverzameling, bestandopnames, toerisme, korte keten en promotie .... Ook samenwerking tussen alle actoren in de keten is een belangrijk actiepunt.

4B. De mariene aquacultuur in Vlaanderen is zeer beperkt en sterk versnipperd. De Vlaamse kust is beperkt maar de aanwezigheid van zeewater en windmolenparken is een belangrijke opportuniteit. Het samenbrengen van alle kustpartners die werken rond mariene aquacultuur zodat draagvlak en partnerschap gecreëerd worden is een belangrijke opportuniteit voor het kustgebied.

5. BEVORDEREN VAN TOEPASSING VAN GEÏNTEGREERD MARITIEM BELEID (GMB)

VLAANDEREN ZET IN OPDRACHT VAN EN VIA GEDEELD BEHEER VAN DE EU-COMMISSIE IN OP:

ONDERSTEUNING BIJ IMPLEMENTATIE “MARINE STRATEGIC FRAMEWORK DIRECTIVE” (MSFD), NATURA 2000 EN BIODIVERSITEIT

De intenties die Vlaanderen heeft onder het GMB zitten al gedeeltelijk vervat in de vorige prioriteiten. Vlaanderen legt prioritair belang op het continu streven naar vistechnieken met een kleinere impact op het marien milieu door het stimuleren van selectiviteit en het verminderen van het contact van vistuig met de bodem van de zee. In het bijzonder zal in de marien beschermde gebieden zoals NATURA 2000 gebieden aandacht geschonken worden aan meer duurzamere vistechnieken en gepaste maatregelen voor visserij om te komen tot een kleinere impact op het marien milieu, conform het behalen van de Goede Milieutoestand in uitvoering van de Kaderrichtlijn Mariene Strategie. In het algemeen zal het meebrengen van afval tijdens het vissen worden ondersteund.

3.2 SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN EN RESULTAAT INDICATOREN

Specifieke doelstelling

Verminderen van teruggooi/vergemakkelijken transitie naar MSY

Resultaat indicator, zijnde het doel dewelke de Lidstaat tracht te bereiken

Titel van de resultaatindicator en zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

Aantal soorten relevant voor

37

Page 38: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

met steun van EFMZV

België die gevolgd worden betreffende ongewenste

vangsten per vlootsegment (ton) voor boomkor 80-99 mm

rekening houdend met metier, visgebieden en volgens NGDP

programma

Optimale vangstsamenstelling in soorten en grootteklassen

Specifieke doelstelling

Impact van visserij verminderen op mariene milieu

Resultaat indicator, zijnde het doel dewelke de Lidstaat tracht te bereiken met steun van EFMZV

Titel van de resultaatindicator en zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

Het behalen van de Goede Milieutoestand en de daaraan gekoppelde milieudoelen, in het bijzonder de volgende descriptoren gerelateerd aan visserij (zie ook bijkomende uitleg):

- Descriptor1: biodiversiteit- Descriptor4:

voedselketens- Descriptor6: integriteit

van de zeebodem- Descriptor3; commercieel

geëxploiteerde soorten vis en schaal en schelpdieren

- Descriptor10: zwerfvuil op zee

Verbetering van de milieutoestand om GES te

bereiken conform de MSFD en Natura 2000 doelstellingen in

Belgisch continentaal plat

Behalen van GES:

Zie: “Belgische Staat 2012. De omschrijving van de Goede Milieutoestand (GMT) & vaststelling van de milieudoelen voor de Belgische mariene wateren. Kaderrichtlijn Mariene Strategie art 9 en 10. BMM, Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, Brussel, België, 34 pp”. Dit document geeft een gedetailleerd oplijsting van de Goede Milieutoestand en de daaraan gekoppelde milieudoelen.

De resultaatindicator en de waarde van de doelstelling

Descriptoren 1, 4 en 6: De resultaatindicator en de waarde van de doelstelling voor wat betreft de descriptoren 1 (biodiversiteit), 4 (voedselketen) en 6 (integriteit van de zeebodem) worden als één geheel genomen. Zeevogels : Veranderingen in de dichtheid van broedende zeevogels blijven voor 75% van de gevolgde soorten binnen de beoogde grenzen (OSPAR EcoQO 2012). De gemiddelde dichtheid per soort over een periode van vijf jaar is niet kleiner dan de gemiddelde populatiegrootte op lange termijn gedurende vijf opeenvolgende jaren voor minimaal de helft van de niet-aasetende zeevogelpopulaties; De gemiddelde dichtheid van de soorten op vijf jaar is niet groter dan de gemiddelde populatiegrootte op de lange termijn gedurende vijf opeenvolgende jaren voor minimaal drie van de aasetende zeevogelsoorten; Voor elk van de aasetende zeevogelsoorten zijn de gemiddelde aantallen over vijf jaar niet kleiner dan de minima vastgelegd in de Vogelrichtlijn met betrekking tot de gunstige staat van instandhouding. Zeezoogdieren : Jaarlijkse bijvangstniveaus van bruinvissen Phocoena phocoena moeten worden teruggebracht tot niveaus onder 1,7% van de beste schatting van populatiegrootte. (OSPAR EcoQO) Vis : Positieve trend wat betreft het individuele aantal stekelroggen Raja clavata. Benthische habitat: Het ruimtelijke bereik en de spreiding van de EUNIS habitats van niveau 3 (zanderige modder tot modder, modderig zand tot zand en grindhoudend sediment), evenals dat van grindbedden schommelen - in verhouding tot de referentiestatus zoals beschreven in de Initiële beoordeling – binnen een marge die zich beperkt tot de accuraatheid van de huidige distributiemappen. Positieve trend wat betreft het zeebodemoppervlak dat permanent gespaard blijft van verstoringen als gevolg van vistuig dat de bodem raakt binnen de

38

Page 39: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

verschillende benthische habitattypes (= druk-indicator) wat op zijn beurt resulteert in een natuurlijke ontwikkeling van de benthische fauna en flora en de kunstmatige opsplitsing van de zeebodem tot een minimum beperkt (= gewenste situatie). Positieve trend wat betreft het zeebodemoppervlak dat enkel verstoord wordt door alternatief, milieuvriendelijk vistuig, welke een substantiële reductie van de bodemberoering nastreeft, binnen de verschillende benthische habitattypes (= druk-indicator), wat resulteert in een verbeterde benthische habitatkwaliteit en de kunstmatige opsplitsing van de zeebodem tot een minimum beperkt (= gewenste situatie).o Zachte substraten : De Ecologische kwaliteitscoëfficiënt (EKC) zoals bepaald door BEQI, een indicator voor de structuur en de kwaliteit van het benthische ecosysteem, hanteert voor elk van de habitattypes een minimumwaarde van 0,60 (Beschikking 2008/915/EG van de Commissie). Positieve trend in de gemiddelde dichtheid van de volwassen exemplaren (of frequentie van voorkomen) van minimaal een soort binnen de langlevende en/of zich traag voortplantende soorten en de belangrijkste structurerende benthische soortgroepen in modder tot modderhoudend zand en zuiver fijn tot grindhoudend zand. Het mediane benthische bioturbatiepotentieel in de lente (BPc) in het Abra alba habitattype is groter dan 100.

o Grindbedden: Meerdere uit onderstaande te selecteren milieudoelen die moeten geselecteerd worden afhankelijk van de beschikbaarheid en statistische kenmerken van de pertinente referentiewaarden, evenals van de definitie van gepaste protocollen en methoden:

Positieve trend in de mediane kolonie/lichaamsgrootte van sessiele, langlevende en/of grotere benthische soorten Buccinum undatum, Mytilus edulis, Flustra foliacea, Haliclona oculata en Alcyonium digitatum.

Positieve trend in frequentie van voorkomen en mediane dichtheid van de volwassenen van minimaal de helft van de belangrijkste en langlevende soorten Ostrea edulis, Sabellaria spinulosa, Mytilus edulis, Buccinum undatum, Haliclona oculata, Alcyonium digitatum en Alcyonidium spp.

Geen afname of positieve trend van de soortenrijkdom binnen alle belangrijkste taxa harde substraten, meer bepaald Porifera, Cnidaria, Bryozoa, Polychaeta, Malacostraca, Maxillopoda, Gastropoda, Bivalvia, Echinodermata en Ascidiacea.

Afname van de relatieve frequentie van voorkomen van verstoorde Asterias rubens (armlengte + 2cm), evenals van clusters van kokers Pomatoceros triqueter - wat wijst op een fysieke verstoring van de bodem (= druk-indicator) - en die de natuurlijke ontwikkeling van het grindbed ecosysteem (= gewenste situatie) bevordert.

Binnen in de grindbedden te definiëren testzones mag de verhouding van de oppervlakken met harde substraten (meer bepaald de oppervlakken die gekoloniseerd worden door epifauna van hard substraat) ten opzichte van de oppervlakken met zacht sediment (meer bepaald oppervlakken bovenop het hard substraat en die de ontwikkeling van de substraatfauna verhinderen) geen negatieve trend vertonen.

Descriptor 3. Commercieel geëxploiteerde vis en schaal- en schelpdieren.

Alle commerciële visbestanden (zie Belgische staat, 2012 - pg 19 en 20) die via het GVB worden beheerd, worden bevist op een manier die minimaal voldoet aan een maximale duurzame opbrengst. Deze evaluatie moet worden uitgevoerd op basis van regionale visbestanden en niet op basis van nationale visbestanden.

Alle commerciële vis- en schelpdierbestanden bevinden zich binnen veilige biologische grenzen met een spreiding per leeftijd (indien beschikbaar) en per grootte (bij gebrek aan gegevens rond de leeftijd) die wijzen op een gezonde situatie bij de verschillende bestanden, waarbij de bestanden over lange termijn op stabiele wijze worden bevist met behoud van het volledige voortplantingsvermogen. Schelpdierbestanden worden op duurzame wijze beheerd. Alle commerciële vis- en schelpdierbestanden beschikken over het volledige voortplantings-vermogen. De waarden met betrekking tot de visserijsterfte en biomassa van de paaipopulaties bevinden zich binnen veilige biologische grenzen (F kleiner of gelijk aan de referentiepunten voor visserijsterfte; BPP groter dan of gelijk aan de referentiepunten voor de biomassa van de paaipopulatie) of vertonen een positieve of stabiele trend bij dichtheidsonderzoeken en een stijgende of stabiele trend bij VPEI onderzoeken. Bestanden die zich nog buiten de veilige biologische grenzen bevinden, moeten minimaal een bewegende trend vertonen in de richting van de referentiepunten. Wanneer er voor een bepaald bestand zelfs onvoldoende gegevens beschikbaar zijn voor het opstellen van een evaluatie in het kader van een VPEI- of dichtheidsonderzoek, worden die bestanden ingedeeld in de categorie “weinig bekende bestanden” en worden er discussies opgestart over alternatieve evaluatiemethoden. Deze categorie wordt om de zes jaar opnieuw bekeken.

Descriptor 10. Zwerfvuil op zee

Mbt het mariene en kustmilieu : Negatieve trend in de jaarlijkse evolutie van de hoeveelheden aangespoeld afval dat schade kan berokkenen aan het mariene leven en de habitats, conform de richtsnoeren met betrekking tot het Monitoren van zeezwerfvuil op de stranden (OSPAR Beach Litter Monitoring in mariene milieus - 2010). Negatieve trend in de jaarlijkse evolutie van de hoeveelheden op zee opgevist afval. (OSPAR aanbeveling 2010/19). Algemene reductie van het totale aantal zichtbare zwerfvuil op kusten tegen 2020 (bv. op basis van een vijf jaar lopend gemiddelde)

Mbt het mariene leven : In de maag van minder dan 10% van de Noordse stormvogels (Fulmarus glacialis) zit meer dan 0,1 g plastic. (OSPAR EcoQO)

Specifieke doelstelling

Effecten van klimaatsverandering tegengaan/energie efficiëntie verhogen

Resultaat indicator, zijnde het doel

Titel van de resultaatindicator en zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

39

Page 40: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

dewelke de Lidstaat tracht te bereiken met steun van EFMZV

Vlaanderen:Daling (%) in brandstofverbruik per kg aangelande gewenste vis

-10% t.o.v. 2013

Wallonië:Stijging van het aantal visteeltproductiebedrijven die hernieuwbare energie gebruiken:

Stijging van het aantal bedrijven die de producten van de visserij en de visteelt verwerken:

5

5

Specifieke doelstelling

Stimuleren van duurzame aquacultuur

Resultaat indicator, zijnde het doel dewelke de Lidstaat tracht te bereiken met steun van EFMZV

Titel van de resultaatindicator en zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

Vlaanderen:aquacultuur in RAS-systemen tov de totale aquacultuurproductie (%)

96%

Wallonië:Aandeel van de totale jaarlijkse geproduceerde hoeveelheid (T/jaar) binnen de sites met waterrecirculatiesysteem (%):Stijging van het aantal visteeltproductiebedrijven met BIO-certificering (eenheid):

30 %

4

Specifieke doelstelling

Stimuleren van competitieve visserij

Resultaat indicator, zijnde het doel dewelke de Lidstaat tracht te bereiken met steun van EFMZV

Titel van de resultaatindicator en zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

Toegenomen winst in visserijsector

Kengetal GVS, KVS (zijnde winstgevendheid voor Groot

Vlootsegment (GVS) en Klein Vlootsegment (KVS) of

nettowinst voor belastingen*100/omzet):

streefdoel is positief cijfer

40

Page 41: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Opmerking: Dit kengetal, dat gerapporteerd wordt naar de EC om de performatie op EU niveau in te schatten, hangt

niet enkel af van de input van EFMZV maar van vele andere

parameters daarbuiten (olieprijzen, visprijzen, crisis,

…)

Specifieke doelstelling

Stimuleren competitieve aquacultuur

Resultaat indicator, zijnde het doel dewelke de Lidstaat tracht te bereiken met steun van EFMZV

Titel van de resultaatindicator en zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

Stijging in het volume (ton) en in de waarde (€) van de aquacultuurproductie

2000 ton€ 12 MIO

Gecreëerde tewerkstelling (VTE) in de aquacultuur en aanverwante sectoren

70

Specifieke doelstelling

Stimuleren van producenten voor het verzekeren van een betere coördinatie langs de keten

Resultaat indicator, zijnde het doel dewelke de Lidstaat tracht te bereiken met steun van EFMZV

Titel van de resultaatindicator en zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

% gecertificeerde aanvoer 20 %

Specifieke doelstelling

Verhogen van tewerkstelling en territoriale cohesie

Resultaat indicator, zijnde het doel dewelke de Lidstaat tracht te bereiken met steun van EFMZV

Titel van de resultaatindicator en zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

Additionele publieke of private financiering aangetrokken door projecten uitgevoerd door de Lokale Actiegroep (€):

% projecten dat voortgezet wordt na de subsidiëring ervan

€2.000.000

33%

41

Page 42: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Specifieke doelstelling

De waterhabitat van de binnenwateren verbeteren

Resultaatindicatoren

Titel van de resultaatindicator en zijn meeteenheid Streefwaarde tegen 2022

Voor zover wij weten heeft de Europese Commissie geen context-/resultaatindicatoren voorgeschreven voor deze specifieke doelstelling.  Wij stellen voor om de volgende in aanmerking te nemen:

Aantal obstakels die verwijderd zijn binnen de voornaamste waterwegen en waterlopen (1e categorie):

Aantal strekkende (km) waterlopen die openstaan voor de vrije vismigratie door het wegnemen van obstakels:

Aantal zones met natuurlijke paaiplaatsen die het voorwerp uitmaken van een herstel- of beschermingsproject

10

300

4

3.3. RELEVANTE HOOFDMAATREGELEN EN OUTPUT INDICATOREN

Unie prioriteit Bevorderen van duurzame en hulpbron efficiënte visserij

Specifieke doelstelling

Teruggooi verminderen/bevorderen transitie naar MSY

Titel van de geselecteerde hoofdmaatregel

Output indicator per maatregel Verantwoording voor de combinatie van EFMZV maatregelen (ondersteund door de ex ante evaluatie en de SWOT analyse)

Thematische doelstelling aan dewelke de specifieke doelstelling bijdraagt.

Titel van de output indicator met zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

Steun voor systemen van transfereerbare visserijconcessies en aanpassen visserijactiviteiten aan visserijmogelijkheden (Art. 34)

Aantal projecten voor uittekenen van schema’s, stakeholders participatie, monitoring en evaluatie en beheer van de schema’s

2 Hoofdzakelijk gemengde demersale visserij (boomkor visserij op schol en tong) met zeer diverse vangstsamenstelling. De gevolgen voor verbod op teruggooi in nieuw GVB zullen groot en zeer complex zijn.

3

Innovatie gelinkt aan bescherming van marine biologische bestanden (Art. 36)

Aantal innovatieve projecten voor de ontwikkeling van meer selectief vistuig en meer selectieve vistechnieken

10 6

42

Page 43: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Steun voor investeringen ter vermindering van de impact van vissen op het marien milieu en aanpassen vistechnieken, ter bescherming van visbestanden (Art. 37)

Aantal investeringen aan boord:- ter verhoging van de overlevingskansen van vis- ter reductie van het aantal ongewenste commerciële vissoorten of andere bijvangsten (verhoogde selectiviteit)- voor opslag aan boord en aanlanding van ongewenste vangsten- voor vermindering van visserijactiviteiten op milieu (impact op zeebodem en ecosysteem)

80 6

Unie prioriteit Bevorderen van duurzame en hulpbron efficiënte visserij

Specifieke doelstelling

Impact van visserij op de mariene omgeving verminderen

Titel van de geselecteerde hoofdmaatregel

Output indicator per maatregel Verantwoording voor de combinatie van EFMZV maatregelen (ondersteund door de ex ante evaluatie en de SWOT analyse)

Thematische doelstelling aan dewelke de specifieke doelstelling bijdraagt.

Titel van de output indicator met zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

Steun voor toepassing beschermingsmaatregelen (Art. 35)

Aantal studies en projecten rond de visserijmaatregelen in uitvoering van MSFD en Natura 2000

Minstens 3 Milieu verplichtingen naleven binnen MSFD, Natura2000 en toekomstig GVB.

6

Bescherming en herstel van marine biodiversiteit en ecosystemen (Art. 38)

- Aantal projecten om deelname van de vissersvloot aan Fishing for Litter te verhogen- aantal studies en/of acties ter sensibilisering van consument en betrokkenenrond duurzaam en milieuvriendelijk vissen

Ten minste 5 6

43

Page 44: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Unie prioriteit Bevorderen van duurzame en hulpbron efficiënte visserij

Specifieke doelstelling

De effecten van de klimaatsverandering tegengaan: verhogen van de energie efficiëntie en gebruik van alternatieve energiebronnen

Titel van de geselecteerde hoofdmaatregel

Output indicator per maatregel Verantwoording voor de combinatie van EFMZV maatregelen (ondersteund door de ex ante evaluatie en de SWOT analyse)

Thematische doelstelling aan dewelke de specifieke doelstelling bijdraagt.

Titel van de output indicator met zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

Investeringen aan boord ter vermindering van emissies en polluenten en investeringen in vistuig zonder te raken aan de selectiviteit van het vistuig (Art. 39)

Aantal projecten met investeringen in nieuwe milieu vriendelijke technieken, vistuig en energieaudits

35 Boomkor visserij, hebben een groot milieuimpact. Dit kan verholpen worden door toepassing van andere milieuvriendelijke besparende vistechnieken met minder bodemberoering.

6

Unie prioriteit Bevorderen van duurzame en hulpbron efficiënte aquacultuur

Specifieke doelstelling

Stimuleren van duurzame aquacultuur (en biodiversiteit in Wallonië)

Titel van de geselecteerde hoofdmaatregel

Output indicator per maatregel Verantwoording voor de combinatie van EFMZV maatregelen (ondersteund door de ex ante evaluatie en de SWOT analyse)

Thematische doelstelling aan dewelke de specifieke doelstelling bijdraagt.

Titel van de output indicator met zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

Herstel van de binnenwateren, overeenkomstig richtlijn 60/2000/EU, met inbegrip van de paarzones en de trekroutes van de trekkende soorten (art. 42)

Aantal Obstakels voor de vrije vismigratie wegwerken en aanleg paaiplaatsen binnen herstel en beschermingszones

5 Het inzetten op dierengezondheid en dierenwelzijn zorgt voor een beter product wat een postitief effect heeft op de levensduur van he bedrijf.Om de hoge risico’s in deze startende sector in te perken wordt ook geopteerd

6

Een aquacultuur die milieudiensten levert (art. 54)

Aantal investeringen voor de commerciële kweek

4 6

44

Page 45: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

van inheemse wilde stammen en kweek van bedreigde en verdwenen wilde soorten in kader van herstel biodiversiteit

voor het inzetten op advies en het steunen van verzekeringen.

Steun voor dierengezondheid en dierenwelzijn in aquacultuur (Art. 56)

Aantal uitgevoerde studies of opgestelde goede praktijken

3 6

Steun voor verzekering tegen schade in aquacultuursector (Art. 57)

Aantal gesteunde afgesloten verzekeringspremies voor aquacultuur-productiebedrijven

3 3

Unie prioriteit Bevorderen van een innovatieve, concurrerende en kennis gebaseerde visserij

Specifieke doelstelling

Stimuleren van competitieve visserij

Titel van de geselecteerde hoofdmaatregel

Output indicator per maatregel Verantwoording voor de combinatie van EFMZV maatregelen (ondersteund door de ex ante evaluatie en de SWOT analyse)

Thematische doelstelling aan dewelke de specifieke doelstelling bijdraagt.

Titel van de output indicator met zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

Innovatie (Art. 28) Aantal innovatieve projecten voor ontwikkeling van nieuwe en verbeterde visserijproducten, processen en technieken en verbeterde organisatiesystemen (inclusief projecten voor teruggooi)

10 De Vlaamse visserij heeft lage rentabiliteit door de hoge uitbatingskosten. Om de visserij competitiever te maken, zijn de voorgestelde maatregelen essentieel.

3

Aviesverlening (Art. 29)

Aantal projecten voor haalbaarheidsstudies, professioneel advies

10 3

Partnerschap tussen wetenschappers en vissers (Art. 30)

Aantal projecten voor partnerschappen tussen wetenschappers en vissers en verspreiding innovatieve kennis

Tenminste 5 3

45

Page 46: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Investeringen aan boord voor ontwikkeling complementaire activiteiten (Art. 32a)

Aantal projecten voor investeringen aan boord voor ontwikkeling van complementaire activiteiten aan de visserij.

5 6

Steun aankoop tweedehands vaartuig (Art. 32b)

Aantal projecten voor aankoop tweedehands vaartuig

2 8

Gezondheid en veiligheid (Art. 33)

Aantal projecten voor investeringen aan boord ter verbetering van veiligheid en hygiëne.

10 3

Investeringen aan boord ter verhoging van toegevoegde waarde visproducten (Art. 40)

Aantal projecten voor investeringen aan boord ter verbetering van kwaliteit van gevangen vis.

10 3

Investeringen in havens en aanlandingsplaatsen (Art. 41)

Aantal projecten voor investeringen in havens en aanlandingsplaatsen voor faciliteiten voor aanlanden van teruggooi en verzameld marien afval, verbetering van traceerbaarheid en controle

3 3

Unie prioriteit Bevorderen van een innovatieve, concurrerende en kennis gebaseerde aquacultuur

Specifieke doelstelling

Bevorderen van competitieve aquacultuur

Titel van de geselecteerde hoofdmaatregel

Output indicator per maatregel Verantwoording voor de combinatie van EFMZV maatregelen (ondersteund door de ex ante evaluatie en de SWOT analyse)

Thematische doelstelling aan dewelke de specifieke doelstelling bijdraagt.

Titel van de output indicator met zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

46

Page 47: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Steun voor innovatie (Art. 45)

Aantal innovatie-projecten in de aquacultuursector

15 Inzetten op innovatie en investeringen is een eerste vereiste om een sector te doen opstarten.Belangrijk hierbij is kwaliteitsproducten te leveren die zich onderscheiden.Betere kennis voor vermarkting Is belangrijk.De sector kan zich het best vereningen in 1 PO.

3

Productie-investeringen in aquacultuur (Art. 46)

Aantal investeringen in nieuwe en bestaande aquacultuurbedrijven in BE

10 3

Ontwikkeling van de nieuwe vormen van inkomsten en toegevoegde waarde in de aquacultuur (art. 47)

Aantal investeringen voor diversificatie van inkomsten op de aquacultuursites

5

Het opzetten van adviesdiensten en leveren van advies voor aquacultuurbedrijven (art. 48)

Aantal opgezette adviesdiensten voor aquacultuur

1 3

Steun voor promoten van uitwisselen van wetenschappelijke en technische kennis, levenslang leren, innovatieve toepassingen en verbeteren van professionele vaardigheden (art 49)

Beheer voor platform van kennisuitwisseling, inclusief website

2 3&8

Verhogen van potentieel van aquacultuur sites (Art. 50)

Aantal opgezette aquacultuurclusters

3 3&8

Omschakeling van de traditionele aquacultuur-productiemethoden naar de biologische aquacultuur (art. 53)

Aantal aquacultuurbedrijven voor omschakeling naar biologische productie

5 3&8

47

Page 48: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Unie prioriteit Bevorderen van een innovatieve, concurrerende en kennis gebaseerde visserij en aquacultuur

Specifieke doelstelling

Versterking producenten en verzekeren van betere coördinatie langs de waardeketen

Titel van de geselecteerde hoofdmaatregel

Output indicator per maatregel Verantwoording voor de combinatie van EFMZV maatregelen (ondersteund door de ex ante evaluatie en de SWOT analyse)

Thematische doelstelling aan dewelke de specifieke doelstelling bijdraagt.

Titel van de output indicator met zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

Steun voor marketingplannen (Art. 69)

Aantal productie en marketing plannen

1 voor de periode van 7 jaar

Niet alleen de visvangst maar ook het verdere verloop in de keten bepaalt het uiteindelijk succes van de sector. Vandaar het belang om hiervoor maatregelen uit te schrijven die zich hierop toespitsen op verwerking en afzet.

3

Steun voor opslag (Art. 70)

Aantal projecten voor steun voor opslag visserijproducten

1 3

Verkoopsmaatregelen voor Visserij en aquacultuurproducten (Art. 71)

Aantal projecten voor steun :- verbetering van afzet van onderbenutte soorten of ongekende soorten vis, ongewenste vangsten- betere afzetcondities voor visproducten afkomstig van milieu vriendelijke methoden- ter ondersteuning kwaliteit en toegevoegde waarde door ondersteunen van certificering en promotie van duurzame vis en aquacultuurproducten- die bijdragen tot transparantie van productie en markten alsook marktonderzoek- promotieacties voor visserij en aquacultuurproducten- die bijdragen tot traceerbaarheid van vis en aquacultuurprojecten- Aantal

18 3&6

48

Page 49: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

productregistraties betreffende de bescherming van de geografische aanduidingen en de oorsprongsbenamingen van de landbouwproducten en de voedingsmiddelen:- Verkoop aquacultuurproducten via korte keten- Campagnes voor promotie aquacultuurproducten van duurzame productie- Oprichting PO aquacultuur

49

Page 50: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Investeringen in verwerkende industrie (Art. 72)

Aantal projecten voor :-nieuwe of verbeterde vis- en aquacultuurproducten- nieuwe of verbeterde processen en technieken voor vis en aqaucultuurproducten- nieuwe of verbeterde verwerking en afzet voor vis en aquacultuurproducten- verwerking van onderbenutte soorten en soorten waarvan een overaanbod is, ongewenste vangsten (inclusief teruggooi) en bijproducten van de verwerkende industrie- investeringen voor energiebesparingen of ter vermindering van de impact op het milieu - investeringen met het oog op de verwerking van overschotten, van te weinig gebruikte soorten of van nevenproducten die voortkomen uit de voornaamste verwerkingsactiviteiten - investeringen met het oog op de verwerking van producten van de biologische aquacultuur

10 3&6

Unie prioriteit Bevorderen van de toepassing van het GVB

Specifieke doelstelling

Verzekeren van hoge kwaliteit gegevensverzameling en analyse

50

Page 51: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Titel van de geselecteerde hoofdmaatregel

Output indicator per maatregel Verantwoording voor de combinatie van EFMZV maatregelen (ondersteund door de ex ante evaluatie en de SWOT analyse)

Thematische doelstelling aan dewelke de specifieke doelstelling bijdraagt.

Titel van de output indicator met zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

Dataverzameling (Art. 79)

# projecten ter ondersteuning van gegevensverzameling en beheer en gebruik ervan

2 Gegevensverzameling is een verplichting binnen het nieuwe GVB met nodige sancties bij een verkeerde uitvoering.

6

Unie prioriteit Bevorderen van de toepassing van het GVB

Specifieke doelstelling

Verzekeren van effectieve controle, inspectie en handhaving

Titel van de geselecteerde hoofdmaatregel

Output indicator per maatregel Verantwoording voor de combinatie van EFMZV maatregelen (ondersteund door de ex ante evaluatie en de SWOT analyse)

Thematische doelstelling aan dewelke de specifieke doelstelling bijdraagt.

Titel van de output indicator met zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

Controle en handhaving (Art. 78)

# projecten ter ondersteuning van controle inspectie en handhaving

1 Het is essentieel om alle middelen te voorzien opdat een goede controle zou kunnen geschieden, ook een essentiële verplichting.

6

Unie prioriteit Bevorderen van de tewerkstelling en territoriale cohesie

Specifieke doelstelling

Bevorderen van de tewerkstelling en territoriale cohesie

Titel van de geselecteerde hoofdmaatregel

Output indicator per maatregel Verantwoording voor de combinatie van EFMZV maatregelen (ondersteund door de ex ante evaluatie en de SWOT analyse)

Thematische doelstelling aan dewelke de specifieke doelstelling bijdraagt.

Titel van de output indicator met zijn meeteenheid

Waarde van de doelstelling voor 2022

Steun voor implementatie van de lokale ontwikkelingsstrategie (Art. 65 EFMZV en Art. 31 GSK)

Aantal opgerichte LAG’s

1 Nog aanvullen (zie ook SWOT)

3/8

Aantal partners in de LAG:Aantal VTE’s/LAG:Administratie:Animatie:

2 3/8

51

Page 52: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

De voorbereiding en uitvoering van samenwerkings-activiteiten van de plaatselijke actiegroep (Art. 31 GSK)

Aantal samenwerkingsactiviteiten van de LAG

1 3/8

De lopende kosten en de dynamisering van de strategie voor lokale ontwikkeling (Art. 31 GSK)

Aantal activiteiten georganiseerd door de coördinator om de groep te dynamiseren (studiereizen, opleidingen…voor de leden van de LAG)

15 3/8

4.2. BESCHRIJVING VAN DE BIJDRAGE VAN HET PROGRAMMA TOT DE EU 2020 EN DE COMPLEMENTARITEIT MET ANDERE EUROPESE FONDSEN

4.2.1. Bijdrage van het programma aan de EU 2020Versterking van onderzoek, technologische ontwikkeling en innovatie

Vlaanderen:

Verbeterde technologieën die zowel het rendement, de kwaliteit als de duurzaamheid verhogen, moeten de hoeksteen vormen voor onze kennis gebaseerde activiteiten waartoe de visserij is geëvolueerd en de aquacultuur is beland. Via innovatieve onderzoeks- en proefprojecten zal de Vlaamse overheid maximale ondersteuning bieden op dit vlak. De rendementsverbetering of de meerwaarde creatie kan zowel in de volledige keten plaatsvinden als de incorporatie van innovaties vanuit andere maritieme sectoren en industrieën. Zowel vanuit het stakeholderoverleg als vanuit de SWOT analyse kwam duidelijk naar voor dat men oog moet hebben voor praktijkgerichte innovatie en kennisdeling. Er zijn in Vlaanderen diverse kenniscentra aanwezig rond visserij en aquacultuur en dit potentieel in zich dragen om verder te ontwikkelen met aandacht voor duidelijke communicatie met de sector en voor een geconcretiseerde doorvertaling van deze kennis naar het bedrijfsniveau.

Wallonië:

Deze doelstelling zal grotendeels nagestreefd worden doorheen de ontwikkeling van de opleiding van de viskwekers en nog meer door (het herstel van) de samenwerking tussen wetenschappers en privéproducenten. Het realiseren van een stijgend gebruik, in de productie, van de technieken en technologieën beheerst door wetenschappers, vormt de belangrijkste prioriteit in het strategische plan voor de aquacultuur.

Bescherming van het milieu en bevordering van efficiënt gebruik van hulpbronnen

Vlaanderen:

Het Europees Visserijfonds (EVF) heeft er reeds sterk toe bijgedragen dat de Vlaamse vissers hun activiteiten hebben afgestemd op duurzaamheid, onder meer gebruik makend van innovatieve, duurzamere visserijtechnieken. Gezien de Vlaamse visserij is gericht op

52

Page 53: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

platvis, blijft de boomkor nog altijd de belangrijkste visserijtechniek die evenwel stelselmatig is verbeterd. Zo werd de originele boomkor vervangen door een merkelijk lichter tuig: minder bodemberoering, minder sleepweerstand en dus gunstiger brandstofverbruik. Verdere aanpassingen in de vangsttechniek zoals het gebruik van de “sumwing” hebben het bodemcontact doen verminderen en daardoor spreken we vandaag eerder van de “ecokor”. Anderen gingen aan de slag met lichte bordennetten. De sector nam ook zelf initiatieven om bepaalde vissoorten betere ontsnappingskansen te geven door de selectiviteit te verhogen om hoofdzakelijk de teruggooi in de garnaalvisserij terug te dringen maar ook om de bodemberoering te beperken. Daarom werd de garnalen schrikpuls ontwikkeld als lichtere vorm van elektrisch vissen.

Het EVF programma onder het moto “Investeren in duurzaam visserij” heeft een boost effect veroorzaakt in gunstige zin. Het is van essentieel belang om dergelijke tendens verder te zetten onder het EFMZV met een meervoudig doel:

een verminderde impact van vistuig op het mariene milieu voornamelijk door minder bodemberoering

Selectiever vissen zodanig dat de teruggooi wordt teruggedrongen en bijvangsten (o.a. beschermde diersoorten zoals zeevogels en zeezoogdieren) worden verminderd.

Energie besparende maatregelen en technieken.

Hierbij is het van belang om zowel de innovatie als de implementatie van nieuwe technieken en methoden te ondersteunen.

Wallonië:

Op begrotingsvlak zal dit de belangrijkste thematische doelstelling vormen in dit programma. De vereiste middelen zijn daadwerkelijk belangrijk voor de zware werken die doorgaans uitgevoerd worden, bijvoorbeeld voor het herstel van de vrije vismigratie of voor het herstel van de waterhabitat. Dit zijn acties die tevens bijdragen tot de Kaderrichtlijn Water. Het stimuleren van de biologische viskweekproductie, het bevorderen van de maatregelen inzake het aquatische milieu en de integratie van deze activiteit in de ruimtelijke ordening dragen eveneens bij tot deze doelstelling. Deze ruimtelijke ordening, indien mogelijk door de identificatie van geografische zones die geschikt zijn voor viskweekactiviteiten, zal eveneens bijdragen tot de thematische doelstelling 11: het versterken van de institutionele capaciteit en de doeltreffendheid van het openbaar bestuur.

Uit dit erg pragmatische parcours van acties en prioriteiten die voortvloeien uit dit programma, blijkt duidelijk dat dit laatste overvloedig bijdraagt aan de doelstellingen van de Strategie EU 2020.

Verbeteren van concurrentievermogen in visserij en aquacultuur

Vlaanderen:

Efficiënte en maatschappelijk verantwoorde visserij, gekenmerkt door het aanleveren van hoge kwaliteit en de versheid vormt een draagvlak waarop visveilingen verder bouwen om de inspanningen hiervoor geleverd, te doen vertalen in een rendabele

53

Page 54: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

prijszetting.

Task Force vloot/markt, optimalisatie quotabeleid en commercialisatie verbeteren (steun aan PO’s)

Wallonië:

Inzake strategische oriënteringen en types van aangewende maatregelen, is dit de doelstelling waaraan het hardst gewerkt wordt binnen het programma voor de aquacultuursector in Wallonië. Dit is nogal logisch, vermits een erg grote meerderheid van viskweekproducenten een productie van het ambachtelijke type hebben, met een lage impact op het milieu, die echter sterk bedreigd zijn inzake economische duurzaamheid. Opleiding, samenwerking tussen wetenschappers en producenten, en innovatie zullen ook hier erg nuttige instrumenten vormen.Deze thematische doelstelling zal grotendeels nagestreefd worden via acties met betrekking tot de productkwaliteit, de erkenning van die kwaliteit (labels, etc.) en de promotie van deze producten bij de consument. Er dient trouwens opgemerkt te worden dat de vermelde steun voor opleiding en samenwerking tussen wetenschappers en producenten ook rechtstreeks deel uitmaakt van de thematische doelstelling 8 (Bevordering van de tewerkstelling en de mobiliteit van werknemers) en de thematische doelstelling 10 (Investering in onderwijs, competenties en opleiding tijdens de hele levenscyclus).

Het ondersteunen van de overgang naar een koolstofarme economie:Vlaanderen:Vanwege de vismethoden in de Belgische visserij is er een aanzienlijke uitstoot van broeikasgassen als gevolg van de visserij-activiteiten. Bovendien, de visgronden voor België liggen ver weg, wat betekent dat extra brandstof moet worden geconsumeerd om deze visgronden te bereiken. Tijdens de voorgaande EVF-programmaperiode zijn er veel inspanningen gedaan om het brandstofverbruik naar beneden te halen door sloop (van minst energie efficiënte schepen) en modernisering van vaartuigen (vervanging van motoren en vistuig). Dit zal verdergezet worden in het EFMZV programma waarbij ondersteuning gegeven wordt voor investering en onderzoek in brandstofbesparende visserijtechnieken met minder sleepweerstand.

Wallonië:

De viskweekproductie zoals ze thans grotendeels uitgevoerd wordt in Wallonië, is een activiteit met lage CO2-uitstoot. Voor de zeldzame industriële productiesites (met waterrecirculatie en dus een hoger energieverbruik) en voor de verwerkende bedrijven, zal deze thematische doelstelling grotendeels nagestreefd worden via een verhoogd gebruik van hernieuwbare energie. Het bevorderen van de verwerking en commercialisering van een groter deel van de lokale producten van de aquacultuur zal tevens bijdragen tot deze thematische doelstelling, door een verlaging van de CO2-uitstoot veroorzaakt door het vervoer van grondstoffen.

4.2.2. Complementariteit met andere EIS FondsenMogelijke gebieden waarin projecten kunnen putten uit verschillende fondsen:Aquacultuur(parken) met bvb Interreg (EFRO)

54

Page 55: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Haveninrichting (EFRO)IMP: EFROTewerkstelling in de visserij en aquacultuur: ESFBescherming van het mariene milieu: LIFE-Verordening…

Uitspelen van synergieën en complementariteiten:Er zal op Vlaams niveau een gemeenschappelijk overleg tussen de verschillende fondsen komen dat overkoepelend werkt over de verschillende comités van toezicht. Op dit overleg zullen de complementariteiten aan bod komen. Hoe dit in de praktijk zal werken is nog niet uitgeklaard.

Het budget voor het BOP binnen EFMZV is beperkt en dit heeft voor gevolg dat er geen middelen zijn voor grote projecten die in verhouding te veel geld kosten. Wel kan het BOP een stimulerende en organiserende rol spelen voor promotie en werving van projecten met financiering onder de grote fondsen (ESF, EFRO).

Een aantal acties i.k.v. het geïntegreerd marien beleid in het Vlaams deel van het Belgisch OP EFMZV zouden ook via LIFE betoelaagd kunnen worden. Gezien LIFE een complementair fonds is, impliceert dit dat alle acties die in aanmerking komen voor subsidiëring via een ander fonds niet meer in aanmerking voor subsidiëring via LIFE+. Deze acties worden dus betoelaagd via het EFMZV en niet via LIFE. In het bijzonder zal in de marien beschermde gebieden zoals NATURA 2000 gebieden aandacht geschonken worden aan meer duurzamere vistechnieken en gepaste maatregelen voor visserij om te komen tot een kleinere impact op het marien milieu, conform het behalen van de Goede Milieutoestand in uitvoering van de Kaderrichtlijn Mariene Strategie.

WALLONIË:

De Overheden willen fondsen vrijmaken binnen een gezamenlijk coherent beleid dat steun biedt aan de acties die ze reeds ondernomen hebben in het kader van eerdere programmeringen die met name door de evaluaties erkend werden als relevant en de moeite waard om voortgezet te worden. Bovendien wil Wallonië, door het gebruik van de Europese fondsen, het beleid dat op Waals niveau gevoerd wordt in het kader van haar huidige of toekomstige richtinggevende beleid (Marshallplan, clusterbeleid) zoals voorzien voor de "Dynamique Horizon 2022", uitbreiden en aanvullen. In dat opzicht heeft het Kabinet van de Minister-President zich laten bijstaan door de diensten van een extern deskundige voor de opstelling van de operationele programma's EFRO en ESF, en voor het Waalse deel van het partnerschapsakkoord. Deze is een erkend specialist inzake overheidsfinanciën, regionale economie, economisch beleid en nationale boekhouding. Hij is tevens één van de drie wetenschappelijke coördinatoren van "Horizon 2022" waardoor de coherentie perfect gewaarborgd wordt.

Voor EAFRD wordt de complementariteit met de 1e pijler van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid nauwgezet gerealiseerd. Het DGO3 is de gewestelijke coördinerende administratie voor het beheer van de maatregelen zowel van de 1e pijler als van de 2e pijler. De beherende diensten bevinden zich in hetzelfde gebouw. De coördinatie gebeurt door middel van interne structuren waarin gelijktijdig vertegenwoordigers zetelen van de verschillende diensten die belast zijn met het beheer van de twee pijlers:

55

Page 56: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

o Directiecomitéo Departementaal Comitéo Transversale beheerscomités (vb: plattelandsontwikkeling, AMM, ...)o Specifieke werkgroepen voor de voorbereiding van de maatregelen post PAC 2013

Deze structuren worden continu gebruikt om de uitwisseling en beschouwingen die gemeenschappelijk zijn voor de 2 pijlers te bevorderen (vb: AMM base line, vergroening, probleemgebieden, ...).

Eenzelfde vaststelling kan gedaan worden voor de complementariteit tussen EAFRD en EFMZV. De EFMZV-coördinator is immers eveneens opgenomen in het DGO3 en geniet dezelfde faciliteiten verbonden aan de nabijheid, voor een doeltreffende coördinatie met de EAFRD maatregelen en programmatie.

De voormelde structuren worden eveneens gebruikt om de coördinatie te waarborgen met het regionale beleid dat afhangt van het DGO3 en dat niet gecofinancierd wordt met Europese fondsen. Dit is met name het geval voor de acties inzake onderzoek-ontwikkeling in de landbouwsector, promotie van de producten, bosbeleid, waterbeleid, afvalbeleid, bodembeleid, natuurlijke hulpbronnen. Als gevolg van de hervorming van het openbaar ambt in Wallonië, is het DGO3 immers de bevoegde administratie geworden voor de sectoren landbouw, natuurlijke hulpbronnen en milieu. Het DGO3 werkt tevens op bevoorrechte manier samen met het Waals Agentschap voor Lucht en Klimaat (AWAC) voor alle thema's die verband houden met de klimaatverandering, binnen de strategieën van de toekomstige programmering. Het AWAC beschikt dus ook over vertegenwoordigers binnen de verschillende voormelde coördinatiestructuren.

3.5 INFORMATIE BETREFFENDE MACRO REGIONALE OF ZEEGEBIED STRATEGIEËN (INDIEN RELEVANT)

België neemt op dit moment al deel aan regionale samenwerking met andere partners rond het Noordzeegebied zoals de Regionale Adviesraden (nu Adviserende Comités) voor advies en ontwikkeling van regionaal visserijbeleid en andere regionale samenwerkingsverbanden zoals Scheveningengroep waarin allerlei regionale visserijthema’s rond de Noordzee worden besproken. Er is ook wetenschappelijke samenwerking op regionaal niveau om te komen tot een regionale discard atlas. Al deze initiatieven kunnen aanleiding geven tot de ontwikkeling van een zeegebied strategie in de toekomst.

5. VEREISTEN BETREFFENDE DE SPECIFIEKE EFMZV MAATREGELEN

4.1 Beschrijving van de berekeningsmethode van de veréénvoudigde kosten in overeenstemming met Artikel 103

Met dergelijke veréénvoudigde kosten heeft België nog geen ervaring gezien dit tot

56

Page 57: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

nu toe nooit is toegepast. In een eerste stap zullen de bevoegde instanties in België een lijst activiteiten bijhouden dat in aanmerking zou kunnen komen voor een vergoeding berekend op basis van de veréénvoudigde kosten.

4.2 Beschrijving van de berekeningsmethode voor de extra kosten of de gederfde inkomsten in overeenstemming met Artikel 103

Dergelijke extra kosten of gederfde inkomsten zijn nooit aan bod gekomen in België. Vandaat dat ook hier eerst een oplijsting van mogelijke activiteiten met extra kosten en gederfde inkomsten zal worden opgelijst ter voorbereiding van een berekeningsmethode hiervoor. Dit zal niet van toepassing zijn in Wallonië.

4.3 Beschrijving van de berekeningsmethode voor de compensatie overeenkomstig met de relevante criteria geïndentificeerd voor elk van de activiteiten ingezet onder Artikel 38(1)

a. Ophalen van afval uit zee door vissers: het Fishing for Litter initiatief geeft de vissers de mogelijkheid (geen verplichting) om opgevist afval aan boord te houden en aan land te brengen. De mogelijke financiële ondersteuning dmv het EMFF heeft tot doel de inzameling van afval uit zee door de vissers te promoten, vooral door het gratis ter beschikking stellen van de “big bags” om het afval te verzamelen alsook de sortering/weging aan land om de problematiek van marine litter beter in kaart te brengen. Dit heeft geen impact op visserijinkomsten van de vissers en er is dus geen sprake van verminderde inkomsten waarvoor compensatie voorzien moet worden.

b. Bijdrage, installatie of modernisatie van statische of beweegbare faciliteiten … voor de bescherming en stimulering van mariene faune en flora, met inbegrip van de wetenschappelijke voorbereiding en evaluatie: De bedoeling is visserijmaatregelen die conform art 12 van het GVB genomen worden te implementeren. Het betreft dus ondersteuning voor de technische aanpassing aan de visserijvloot. Deze aanpassing heeft geen impact op visserijinkomsten van de vissers en er is dus geen sprake van verminderde inkomsten waarvoor compensatie voorzien moet worden.

c. Bijdrage aan een beter beheer of bescherming van biologische bronnen: Dit is niet van toepassing omdat het geen onderdeel uitmaakt van het mariene milieubeleid (in casu Kaderrichtlijn mariene strategie of natura 2000)

d. Voorbereiding met inbegrip van studies, opstellen, monitoren en actualiseren van de beschermings-en beheersplannen voor Visserij gerelateeerd aan Natura2000 en beschermde gebieden zoals vermeld in de Richtlijn 2008/56 EC: De voorbereiding van deze beleids- en monitoringplannen heeft geen impact op visserijinkomsten van de vissers en er is dus geen sprake van verminderde inkomsten waarvoor compensatie voorzien moet worden.

57

Page 58: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

5 SPECIFIEKE INFORMATIE BETREFFENDE GEÏNTEGREERDE TERRITORIALE ONTWIKKELING

5.1 INFORMATIE BETREFFENDE DE TOEPASSING VAN GGLO

5.1.1 EEN BESCHRIJVING VAN DE STRATEGIE VOOR DE GGLO EN HET BUDGET VOORZIEN VOOR GGLO

Beschrijving van de strategie

Van de territoriale aanpak wordt verwacht dat ze zo veel mogelijk actoren uit het Belgisch kustgebied bijeenbrengt en hun via een subsidie-impuls aan gemeenschappelijke doelstellingen laat werken. Bedoeling is dat de samenwerkingsrelatie en de projecten blijven doorlopen na stopzetten van de subsidie en dat de partners van het project samen een substantieel deel van de middelen voorzien.

In de programmeerperiode 2014-2020 willen wij vooral inzetten op tewerkstelling, diversificatie en samenwerking in de visserij- en de ontwikkeling van de maricultuursector.

Daarom zal een ontwikkelingsstrategie geselecteerd worden die op alle 3 de bovenstaande thema’s inspeelt.

Tewerkstelling in de visserij is niet evident. Heel wat potentiële vissersjongeren stromen door naar overige maritieme activiteiten, voornamelijk de baggersector. Hierdoor vinden reders niet steeds het geschikte personeel. Ook voor visverwerking blijkt het moeilijk goed opgeleid personeel te vinden. Daarom wensen wij ons te richten op opleidingsinitiatieven en werkcreatie die verband houden met de visserijsector op zee en aan land: visvangst, visproductie, visverwerking, vishandel en diversificatie door het ontwikkelen van alternatieve activiteiten die zich aandienen in dataverzameling, bestandopnames, toerisme, korte keten en promotie ....

Ook samenwerking tussen alle actoren in de keten en met andere kennissectoren zodat er kruisbestuiving mogelijk is, is een belangrijk actiepunt.Het samenbrengen van alle kustpartners die werken rond mariene aquacultuur zodat draagvlak en partnerschap gecreëerd worden is een

58

Page 59: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

belangrijke opportuniteit voor het kustgebied.

EFMZV-budget voor vanuit de gemeenschap geleide lokale ontwikkeling: €1.500.000

5.1.2 BESCHRIJVING VAN DE PROCEDURES VOOR DE AANVAARDING VAN DE CRITERIA TOEGEPAST VOOR HET SELECTEREN VAN DE VISSERIJGEBIEDEN (EFMZV ART.20(1)(F))

Criteria voor het identificeren van de gebieden die in aanmerking komen:Het gebied moet de belangrijkste Belgische vissershavens includeren zodat alle relevante actoren van deze relatief beperkte sector in een groep verenigd zijn inclusief (toekomstige) actoren uit de maricultuursector.

De Belgische kuststrook is zeer dicht bevolkt: 650inwoners/km². Daarom komen ook gebieden met meer dan 150.000 inwoners in aanmerking om een strategie in te dienen.

5.1.3 BESCHRIJVING VAN DE SELECTIECRITERIA VOOR LOKALE ONTWIKKELINGSSTRATEGIEËN (EFMZV ART.20(1)(G)) MET INBEGRIP VAN EEN BESCHRIJVING VAN EEN SYSTEEM VAN TOEPASSING VAN COOPERATIEPROJECTEN (IN GEVALLEN DAT DEZE NIET GESELECTEERD ZIJN DOOR DE LAG’S (EFMZV ART. 66(3))

Steun voor opmaak ontwikkelingsstrategie

De opmaak van de lokale ontwikkelingsstrategieën wordt niet gesubsidieerd. Een Lokale ActieGroep (LAG) werkt de ontwikkelingsstrategie uit op eigen kosten.

Criteria voor het selecteren van een lokale ontwikkelingsstrategie:

Algemeen Duurzaam karakterInnovatiefAdditionaliteit (extra aan het gewone beleid)OverdraagbaarheidComplementariteitGelijke kansen

Het ontwikkelingsplan: inhoudelijk: de strategieInclusie vooropgestelde thema’s: tewerkstelling, diversificatie en samenwerkingRelevantie en coherentie van de strategie: visserij- en gebiedsgerelateerde, éénduidige strategieToegevoegde waarde van de strategie: de meerwaarde die een LAG aanbrengtKwaliteit van het ontwikkelingsplan: visie, de strategische doelstellingen en de aanpak voor de uitwerking hiervanInzet van middelen: menselijk, technisch en financieel

Het ontwikkelingsplan: vormelijkGeschreven kwaliteit van de strategie, overzichtelijk, duidelijk, gestructureerdOvereenkomst strategie met de handleidingPresentatie van de aanvraag

Lokale ActieGroep: de samenstelling

59

Page 60: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Effectiviteit: capaciteit van de LAG om haar strategie uit te dragenDuidelijke verdeling van taken in de LAGBetrokkenheid van de partners bij de voorbereiding van de strategieKwaliteit en coherentie van de samenstelling van het partnerschapRelevantie van de methodes voor het implementeren en onderhouden van het partnerschapBetrokkenheid van de belanghebbenden

LokaleActieGroep: het managementSlagvaardigheid van het management: relevante ervaring, betrokkenheid bij de visserijsector en kennis van en betrokkenheid in het visserijgebiedRealisme & haalbaarheid van het financieel planOndersteuning voor de LAG

SamenwerkingSamenwerking met andere EU-regio’s of programma’s

GebiedRelevantie van het gebied in relatie met de uitdagingen

Selectieproces:

1. Opstellen criteria voor selectie van het gebied en selectie van de ontwikkelingsstrategie

2. Publicatie oproep tot indiening strategie3. Samenstelling lokale actiegroep(en) en opmaak van een ontwikkelingsstrategie

door iedere kandidaat-LAG4. Indienen strategieën bij de beheersautoriteit5. Beoordelen van de strategieën door de beheersautoriteit op basis van de vooraf

opgestelde criteria6. Selectie van 1 strategie door de beheersautoriteit7. Uitvoeren door de LAG van een strategie dmv door de LAG te selecteren

projecten

Gebruik van een Lead Fund:

België zal niet samenwerken met andere fondsen op het gebied van territoriale ontwikkeling. Daarom dient er ook geen Leidfonds aangeduid worden.

Criteria voor het toekennen van een budget aan een LAG:

België zal slechts 1 visserijgebied selecteren. Dit gebied zal het volledige Belgische EFMZV-budget voor door de gemeenschap geleide lokale ontwikkeling beheren. Dit budget is bepaald rekening houdend met de noden van het gebied, de grootte van het gebied (maximaal de 10 kustgemeenten), de gebruikte middelen voor territoriale ontwikkeling tijdens het EVF, het gemiddelde Europese budget voor een FLAG tijdens het EVF, het beschikbare EFMZV-budget voor BE en de inhoud van het BE OP.

Zijn de financiële middelen toegekend aan de LAG ook de middelen voor de toepassing van de strategie?

JA, LAG zal instaan voor de coördinatie projecten.

60

Page 61: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

5.1.4 EEN DUIDELIJKE BESCHRIJVING VAN DE RESPECTIEVELIJKE ROLLEN VAN DE LAG, DE BEHEERSAUTORITEIT/GEDELEGEERDE AUTORITEIT VOOR ALLE UITVOERINGSTAKEN MET BETREKKING TOT GEÏNTEGREERDE LOKALE ONTWIKKELINGSSTRATEGIE (EFMZV Art.20(1)(l)(ii))

Taken van de LAG niet vermeld in art 30.3 van de GSK-verordening: Het opmaken van een ontwikkelingsstrategie voor een bepaald gebied

De beheersautoriteit is verantwoordelijk voor: Het opstellen van criteria voor de selectie van een gebied Het opstellen van criteria voor de selectie van een LAG Het selecteren van de ontwikkelingsstrategie Het opstellen van de subsidiebesluiten die een legale goedkeuring van het project

inhouden Het uitvoeren van de betalingen aan de begunstigden

Beschrijving van de regelingen en procedures voor het beheer, de monitoring en de controle systemen van het EFMZV rekening houdend met de aanpak voor door de gemeenschap geleide lokale ontwikkeling en een beschrijving van hoe de LAG geïntegreerd is in deze systemen

Dossiers onder zwaartepunt 4 worden ingediend bij de LAG. Een aantal keer per jaar lanceert de LAG een oproep tot het indienen van projecten. Deze oproep verschijnt op een website, via een perstekst en in de vakbladen (Het Vrije Visserijblad, Infoblad van de rederscentrale). In deze oproep staat tegen welke datum projectpromotoren hun project moeten indienen bij de LAG. Dit gebeurt aan de hand van een door de LAG opgesteld aanvraagformulier. Ten laatste 2 maand na de uiterste indieningsdatum wordt een bijeenkomst van de LAG georganiseerd waarop de projecten besproken en al dan niet geselecteerd worden.

Voordat de LAG bijeenkomt worden alle projecten met al hun bijlagen aan alle leden van de LAG doorgestuurd. De LAG heeft ook een dagelijks bestuur dat bestaat uit de voorzitter, ondervoorzitter, vertegenwoordiger van de private sector (profit), van een wetenschappelijke instelling (planet), een vissersvrouw (people) en het secretariaat…

Per project worden twee lezers aangeduid die hun advies overmaken. Dat kunnen zowel leden van de LAGen/of eventuele externen zijn die het project ten gronde gaan nalezen.

De keuze van de lezers is gebaseerd op twee punten:

- zij mogen niet betrokken zijn bij het project- ze beschikken over de nodige kennis en expertise m.b.t. het domein waarbinnen het project zich afspeelt. Het Dagelijks Bestuur spreekt hiervoor de leden van de LAGaan die zich hiervoor kandidaat stellen.

De lezers stellen het project voor samen met hun beoordeling tijdens de bijeenkomst van de LAG. Daarna wordt de discussie geopend en wordt al dan niet een consensus gevonden binnen de LAG over het al dan niet selecteren. Indien er geen duidelijkheid is komt er een stemming waarbij de projectpromotor indien hij deel uitmaakt van de LAG de vergadering verlaat. Nadien wordt het resultaat van de stemming meegedeeld.

Na de LAg wordt een verslag doorgestuurd met een bespreking van de beoordeling van

61

Page 62: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

de verschillende projecten. Indien projecten niet geselcteerd worden zijn er 3 verschillende vervolgtrajecten mogelijk:

1. De LAG geeft aan de promotor de mogelijkheid het project aan te passen aan de opmerkingen van de LAG en terug in te dienen voor een bijeenkomst van het Dagelijks Bestuur dat van de LAG de ‘volmacht’ krijgt het project alsnog te selecteren binnen dezelfde indieningsronde mits het voldoet aan de door de LAG geformuleerde opmerkingen;

2. De promotor dient het project tijdens een volgende indieningsronde terug in een herwerkte versie waarin rekening gehouden is met de opmerkingen van de LAG;

3. De promotor dient het project niet meer in.

Projecten die ingediend worden in het kader van Zwaartepunt 4 kunnen opstarten vanaf de dag van indiening van het project bij de LAG. Kosten gemaakt vóór de goedkeuring van het project zijn op eigen risico.

De opvolging van de geselecteerdeprojecten zal gebeuren via voortgangsrapporten. Afhankelijk van de projectinhoud en - looptijd worden de momenten van rapportering vastgelegd. De opvolging hangt onder andere samen met mijlpalen die zijn aangegeven in het projectplan. Tijdens een eerste opstartvergadering worden, in overleg met het secretariaat, deze deadlines vastgelegd. Logischerwijs zijn dit ook de momenten dat een bijhorend declaratiedossier kan ingediend worden.

Projectpromotoren kunnen een kostenstaat indienen bij het secretariaat van de LAG samen met een voortgangsrapport. Projecten die een looptijd hebben korter dan een jaar kunnen ervoor kiezen hun kosten éénmalig te declareren op het einde van het project. Het secretariaat controleert de dossiers op volledigheid en accuraatheid op basis van formulieren die door de beheersautoriteit ter beschikking worden gesteld. Daarna wordt dit aan de beheersautoriteit overgemaakt ter controle en betaling. Binnen de beheersautoriteit worden deze projecten op eenzelfde manier als projecten in het kader van andere zwaartepunten behandeld.

Na selectievan de projecten door de LAG worden deze dossiers door het secretariaat van de LAG voorgelegd aan de beheersautoriteit.

Eerst registreert de beheersautoriteit het dossier en verstuurt een ontvangstbevestiging naar de begunstigde. Het dossier wordt voorgelegd aan het managementcomité. Indien gunstig wordt het dossier, na inwinnen van advies van de Inspectie van Financiën via een nota (, voor akkoord per nota voorgelegd aan de minister of de Vlaamse Regering, afhankelijk van de hoogte van de FIVA-steun. Aan de minister wordt een ministerieel besluit voorgelegd waarmee de Vlaamse steun wordt toegekend . Indien het dossier aan de Vlaamse Regering dient voorgelegd te worden wordt de Vlaamse steun toegekend met een besluit van de Vlaamse Regering.

Het raakvlak tussen FIVA en EFMZV bestaat er in dat via de vermelde nota’s ook akkoord wordt gevraagd voor de toekenning van de EFMZV-steun. Indien het dossier aan de Vlaamse Regering dient voorgelegd te worden, dient akkoord voor de toekenning van de EFMZV-steun gevraagd te worden in de nota aan de minister ter begeleiding van het dossier ter voorlegging aan de Vlaamse Regering.

De beheersautoriteit zal projecten goedgekeurd in het kader van geïntegreerde lokale ontwikkeling op dezelfde manier selecteren voor controle en controleren als projecten die vallen onder andere zwaartepunten.

62

Page 63: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

5.1.5 INFORMATIIE BETREFFENDE DE VOORBETALINGEN AAN DE LAG VOLGENS ARTIKEL 63 (EFMZV Art.20(2))

De LAG kan een voorschot aanvragen op het moment dat hun ontwikkelingsstrategie is goedgekeurd ten belope van maximum 50% van de publieke middelen die werden goedgekeurd voor de werking van de LAG.

5.1.6 OPSTELLEN VAN NATIONAAL NETWERK (TECHNISCHE ASSISTENTIE OP INITIATIEF VAN DE LS (EFMZV ART. 79 BIS (1)(B)

BE zal maar 1 LAG selecteren en dus geen national network opzetten.

5.2 Informatie betreffende geïntegreerde territoriale investeringen (GTI’s) (Artikel 99 van GSK)

EFMZV maatregelen [select from a drop-down list, pre-defined by the COM]

Indicatieve financiële verdeling van EFMZV, euro

Maatregel 1Het EFMZV zal niet particperen in GTI’s.Maatregel 2

Maatregel 3

63

Page 64: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

6 VERVULLEN VAN DE EX ANTE VOORWAARDELIJKHEDEN

6.1 IDENTIFICATIE VAN TOEGEPASTE EX ANTE VOORWAARDELIJKHEDEN EN DE BEOORDELING EN VOLDOENING HIERAANTabel: Toegepaste ex ante voorwaardelijkheden en de beoordeling van voldoening hieraan

Ex ante voorwaardelij

kheid

Toepasselijk JA/NE

E

Indien niet toepasselijk, verantwoord

waarom?

Unie Prioriteit of prioriteiten aan

dewelke de toepasselijke

voorwaardelijkheid beantwoord

Is de toegepass

elijke voorwaardelijkhei

d ingevuld JA/NEE

Zelfbeoordeling van de vervulling van elke criteria van de toegepaste ex-ante

voorwaardelijkheid (Annex III van EFMZV)

Datum van vervulling

(indien vervuld)

Referentie (indien vervuld)

Opstellen van een nationaal strategisch meerjarenplan inzake aquacultuur (NSP) (9)

JA - 3.Bevordering van een innovatieve, concurrerende en kennisgebaseerde aquacultuur

5.Bevordering van een duurzame en hulpbronefficiënte aquacultuur

JA Criterium 1 ‘indienen NSP samen met OP’

Het NSP werd samen met het OP ingediend.

Belgisch Nationaal Strategisch Plan voor Aquacultuur

Criterium 2 ‘informatie in OP over de complementariteit met het NSP’

Voldoende administratieve capaciteit voor gegevensvereistenvisserijbeheer (Art. 37 van GVB) (10)

JA (in Vlaanderen, niet in Wallonië)

- 6. Bevordering van de tenuitvoerlegging van het GVB

JA Algemeen is de volgende capaciteit administratieve capaciteit voor gegevensbeheer visserij aanwezig:

Administratie en boekhouding: 4.5 VTE

Wetenschappers: 7.5 VTE

Technici en laboranten: 10.5 VTE

Criterium 1 ‘adm capaciteit om meerjarenprogramma voor gegevensverzameling voor te bereiden ten toe te passen is aantoonbaar aanwezig’

03/05/2013 Niet van toepassing

64

De Bruyne, Sasja, 20/08/13,
volgens de laatste versie van de EFMZV verordening (22 juli 2013) (art 11) moet alleen aan de ex ante conditionaliteiten van bijlage III voldaan zijn, de algemene uit het GSK zijn niet van toepassing op het EFMZV
Page 65: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Criterium 2 ‘adm capaciteit om jaarlijks werkprogramma voor gegevensverzameling voor te bereiden en toe te passen is aantoonbaar aanwezig’

Criterium 3 ‘voldoende capaciteit aan personele middelen om bilaterale of multilaterale overeenkomsten met andere LS aan te gaan indien de werkzaamheden voor de tenuitvoerlegging van de gegevensverzamelingsvereisten worden gedeeld’

Voldoende administratieve capaciteit voor controle, inspectie en handhavingsregeling (Art. 46 van GVB verordening) (11)

JA (in Vlaanderen, niet in Wallonië)

- 6. Bevordering van de tenuitvoerlegging van het GVB

JA Criterium 1 ‘aantoonbare adm capaciteit om nationale controleprogramma 2014-2020 voor bereiden en uit te voeren’

De inspectiecel bij de dienst zeevisserij beschikt over voldoende mankracht om controles voor te bereiden en uit te voeren, te weten zes voltijdse ambtenaren en één deeltijdse ambtenaar. Ze worden ondersteund door 3 administratieve krachten.

De zes ambtenaren hebben opsporings- en vaststellingbevoegdheid.

Daarnaast zijn ook een aantal andere korpsen met bevoegdheid op zee (maritieme brigade van douane en scheepvaartpolitie)

Deze personeelsbezetting is in het verleden voldoende gebleken om het programma, inclusief de nieuwe verplichtingen die voortvloeien uit de nieuwe controleverordening, uit te voeren.

Niet van toepassing

Niet van toepassing

Criterium 2 ‘aantoonbaar aanwezige adm capaciteit om het nationale controleactieprogramma voor meerjarenprogramma voor te bereiden en uit te voeren’

Dezelfde personeelsbezetting is voorhanden om het nationaal controle actieprogramma voor te bereiden en uit te voeren.

De voorbereiding van het programma veronderstelt een bijkomende inzet voor de redactie van het document.

De uitvoering ervan valt binnen het reguliere controleprogramma

Criterium 3 ‘aantoonbaar aanwezige adm capaciteit om een gemeenschappelijke controleprogramma voor te bereiden en uit te voeren’

65

Page 66: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Gemeenschappelijke controleprogramma worden in samenwerking met het EFCA opgezet.

Dezelfde personeelsbezetting is voorhanden. Vier ambtenaren van de controlecel zijn aangeduid als uniale inspecteurs. Drie ervan presteren regelmatig zeegaande zendingen.

Criterium 4 ‘aantoonbaar aanwezige adm capaciteit om een specifiek controle- en inspectieprogramma voor te bereiden en uit te voeren’

SCIP worden in samenwerking met het EFCA opgezet.

Dezelfde personeelsbezetting is voorhanden. Vier ambtenaren van de controlecel zijn aangeduid als uniale inspecteurs. Drie ervan presteren regelmatig zeegaande zendingen.

Criterium 5 ‘aantoonbaar aanwezige adm capaciteit om een systeem van doeltreffende, evenredige en afschrikkende sancties voor ernstige inbreuken toe te passen’

In België is strafrechtelijke vervolging bij inbreuken op de visserijmaterie van toepassing. Daartoe wordt beroep gedaan op de administratieve capaciteit binnen het departement justitie. In de regel is slechts één gerechtelijk arrondissement bevoegd (Brugge). De inspectiecel onderhoudt regelmatige contacten met het parket.

Criterium 6 ‘aantoonbaar aanwezige administratieve capaciteit om het puntensysteem voor ernstige inbreuken toe te passen’

De toepassing van dit criterium veronderstelt voldoende administratieve en juridische ondersteuning. Binnen het departement is deze mankracht aanwezig.

Criterium 7 ‘voldoende personele middelen om de controleverordening ten uitvoer te leggen’

De personeelsbezetting van de controlecel is in het verleden voldoende gebleken om het controle programma, inclusief de nieuwe verplichtingen die voortvloeien uit de nieuwe controleverordening, uit te voeren.

66

Page 67: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Naast de rechtstreekse uitvoering van de controles door de 6 bijzondere ambtenaren, verzorgt de inspectiecel ook de coördinatie van de andere controlekorpsen met bevoegdheid in deze materie, zoals die zijn: douane (20 ambtenaren van de maritieme brigade) en scheepvaartpolitie (150 operationele VTE).

67

Page 68: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

6.2 BESCHRIJVING VAN DE TE ONDERNEMEN ACTIES EN OVEREENKOMSTIGE TIJDSPLAN OM TE VOLDOEN AAN DE TOEGEPASTE EX ANTE VOORWAARDELIJKHEDEN DIE NOG NIET INGEVULD ZIJN OP DATUM VAN INDIENING VAN OP BIJ DE EC (GSK ART.17 (4))

Tabel: Beoogde acties voor het vervullen van de ex ante voorwaardelijkheden

Er is voldaan aan alle ex ante voorwaarden.

Ex ante voorwaardelijhkheid

Unie Prioriteit of prioriteiten aan dewelke de toegepasselijke

voorwaardelijkheden beantwoordt

Organisaties verantwoordelij

k voor de vervulling

Te ondernemen

acties

Streefdatum (datum)

Geselecteerde ex ante conditionaliteit

Geselecteerde Unie prioriteit

68

Page 69: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

7 BESCHRIJVING VAN HET PRESTATIEKADER

Tabel: Prestatiekader

Unie prioriteit Bevorderen van duurzame en hulpbron efficiënte visserij

Indicator en eventuele meetéénheid waar van toepassing

(Annex 1 van GSK)

Mijlpaal voor 2018 Doel voor 2022

Financiële indicator Nog aanvullen Nog aanvullenAantal projecten voor uittekenen van schema’s, stakeholders participatie, monitoring en evaluatie en beheer van de schema’s

1 2

Aantal innovatieve projecten voor de ontwikkeling van meer selectief vistuig en meer selectieve vistechnieken

5 10

Aantal investeringen aan boord:- ter verhoging van de overlevingskansen van vis- ter reductie van het aantal ongewenste commerciële vissoorten of andere bijvangsten (verhoogde selectiviteit)- voor opslag aan boord en aanlanding van ongewenste vangsten

- voor vermindering van visserijactiviteiten op milieu (impact op zeebodem en ecosysteem)

40 80

Aantal studies en projecten rond de visserijmaatregelen in uitvoering van MSFD en Natura 2000

Minstens 2 Minstens 3

- Aantal projecten om deelname van de vissersvloot aan Fishing for Litter te verhogen- Aantal studies en/of acties ter sensibilisering van consument en betrokkenenrond duurzaam en milieuvriendelijk vissen

Minstens 3 Minstens 5

Aantal projecten met investeringen in nieuwe milieu vriendelijke technieken, vistuig en energieaudits

20 35

Unie prioriteit Bevordering van een duurzame en hulpbronefficiënte aquacultuur (inclusief biodiversiteit)

Indicator en eventuele meetéénheid van toepassing

(Annex 1 van GSK)

Mijlpaal voor 2018 Doel voor 2022

Financiële indicator Nog aanvullen Nog aanvullenAantal obstakels voor de vrije vismigratie wegwerken en aanleg paaiplaatsen binnen herstel en beschermingszones

2 5

69

Page 70: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Aantal investeringen voor de commerciële kweek van inheemse wilde stammen en kweek van bedreigde en verdwenen wilde soorten in kader van herstel biodiversiteit

2 4

Aantal uitgevoerde studies of opgestelde goede praktijken

1 3

Aantal gesteunde afgesloten verzekeringspremies voor aquacultuur-productiebedrijven

1 3

Unie prioriteit Bevorderen van innovatieve, concurrerende en kennis gebaseerde visserij (en aquacultuur voor afzet en

verwerking)Indicator en eventuele

meeteenheid waar van toepassing (Annex 1 van GSK)

Mijlpaal voor 2018 Doel voor 2022

Financiële indicator Nog aanvullen Nog aanvullenAantal innovatieve projecten voor ontwikkeling van nieuwe en verbeterde visserijproducten, processen en technieken en verbeterde organisatiesystemen (inclusief projecten voor teruggooi)

5 10

Aantal projecten voor haalbaarheidsstudies, professioneel advies 5 10Aantal projecten voor partnerschappen tussen wetenschappers en vissers en verspreiding innovatieve kennis

Minstens 2 Minstens 5

Aantal projecten voor investeringen aan boord voor ontwikkeling van complementaire activiteiten aan de visserij.

2 5

Aantal projecten voor aankoop tweedehands vaartuig

1 2

Aantal projecten voor investeringen aan boord ter verbetering van veiligheid en hygiëne.

5 10

Aantal projecten voor investeringen aan boord ter verbetering van kwaliteit van gevangen vis.

5 10

Aantal projecten voor investeringen in havens en aanlandingsplaatsen voor faciliteiten voor aanlanden van teruggooi en verzameld marien afval, verbetering van traceerbaarheid en controle

1 3

Aantal productie en marketing plannen 1 1Aantal projecten voor steun voor opslag visserijproducten

1 1

Aantal projecten voor steun :- verbetering van afzet van onderbenutte soorten of ongekende soorten vis, ongewenste vangsten- betere afzetcondities voor visproducten afkomstig van milieu vriendelijke methoden- ter ondersteuning kwaliteit en toegevoegde waarde door ondersteunen van certificering en promotie van duurzame vis

12 18

70

Page 71: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

en aquacultuurproducten- die bijdragen tot transparantie van productie en markten alsook marktonderzoek- promotieacties voor visserij en aquacultuurproducten- die bijdragen tot traceerbaarheid van vis en aquacultuurprojecten- Aantal productregistraties betreffende de bescherming van de geografische aanduidingen en de oorsprongsbenamingen van de landbouwproducten en de voedingsmiddelen;- Verkoop aquacultuurproducten via korte keten- Campagnes voor promotie aquacultuurproducten van duurzame productie- Oprichting van PO aquacultuurAantal projecten voor :-nieuwe of verbeterde vis- en aquacultuurproducten- nieuwe of verbeterde processen en technieken voor vis en aqaucultuurproducten- nieuwe of verbeterde verwerking en afzet voor vis en aquacultuurproducten- verwerking van onderbenutte soorten en soorten waarvan een overaanbod is, ongewenste vangsten (inclusief teruggooi) en bijproducten van de verwerkende industrie- investeringen voor energiebesparingen of ter vermindering van de impact op het milieu - investeringen met het oog op de verwerking van overschotten, van te weinig gebruikte soorten of van nevenproducten die voortkomen uit de voornaamste verwerkingsactiviteiten - investeringen met het oog op de verwerking van producten van de biologische aquacultuur

5 10

Unie prioriteit Bevordering van een innovatieve, concurrerende en kennisgebaseerde aquacultuur

Indicator en eventuele meeteenheid waar van toepassing

(Annex 1 van GSK)

Mijlpaal voor 2018 Doel voor 2022

Financial indicator Nog aanvullen Nog aanvullenAantal innovatie-projecten in de aquacultuursector

8 15

Aantal investeringen in nieuwe en bestaande aquacultuurbedrijven in BE

5 10

Aantal investeringen voor diversificatie van inkomsten op de aquacultuursites

2 5

71

Page 72: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Aantal opgezette adviesdiensten voor aquacultuur

0 1

Beheer voor platform van kennisuitwisseling, inclusief website

1 2

Aantal opgezette aquacultuurclusters 1 3Aantal aquacultuurbedrijven voor omschakeling naar biologische productie

2 5

8 FINANCIERINGSPLAN

8.1 TOTALE BIJDRAGE EFMZV GEPLAND VOOR ELK JAAR, EURO (de tabel zal automatisch ingevuld worden door de EC in SFC, gebaseerd op EC besluit voor de toewijzing van financiële middelen per LS)

Jaar EFMZV

2014 Automatisch ingevuld door EC

Unie prioriteit Bevorderen van toepassing van het GVBIndicator en eventuele

meeteenheid waar van toepassing (Annex 1 van GSK)

Mijlpaal voor 2018 Doel voor 2022

Financiële indicator Nog aanvullen Nog aanvullenAantal projecten ter ondersteuning gegevensverzameling en beheer en gebruik ervan

2 2

Aantal projecten ter ondersteuning van controle inspectie en handhaving

1 1

Unie prioriteit Bevordering van de werkgelegenheid en de territoriale cohesie

Indicator en eventuele meeteenheid waar van toepassing

(Annex 1 van GSK)

Mijlpaal voor 2018 Doel voor 2022

Financiële indicator Nog aanvullen Nog aanvullenAantal opgerichte LAG’s 1 1Minimum aantal partners in de LAG:Aantal VTE’s/LAG:Administratie:Animatie:

1 2

Aantal samenwerkingsactiviteiten van de LAG

1 1

Aantal activiteiten georganiseerd door de coördinator om de groep te dynamiseren (studiereizen, opleidingen, … voor de leden van de LAG)

10 15

72

Page 73: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

2015 Automatisch ingevuld door EC

2016 Automatisch ingevuld door EC

2017 Automatisch ingevuld door EC

2018 Automatisch ingevuld door EC

2019 Automatisch ingevuld door EC

2020 Automatisch ingevuld door EC

Totale EFMZV

Automatisch ingevuld door EC

73

Page 74: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

8.2 BIJDRAGE EFMZV EN CO-FINANCIERINGSPERCENTAGE VOOR DE UNIE PRIORITEITEN, TECHNISCHE ASSISTENTIE EN ANDERE STEUN

Er wordt uitgegaan van een totaal budget van 26.MEUR (exclusief 10.4 MEUR kosten voor gegevensverzameling en controle).

Unie Prioriteit Maatregel onder de Unie Prioriteit EFMZV bijdrage, euro

Totale publieke bijdrage, euro

EFMZV cofinancieringspercentage

1. Bevorderen van een duurzame en hulpbron efficiënte Visserij en aquacultuur, en overeenkomstige verwerking

13.000.000 26.000.000 max 75%, min 20%

2. Bevorderen van een innovatieve en kennis gebaseerde Visserij en aquacultuur en overeenkomstige verwerking

Steun voor opslag (Artikel 70) 100%Compensatie voor verafgelegen regio’s (Artikel 73)

0 0 100 %

Financiële allocatie voor de rest van de Unie prioriteit 2

8.500.000 17.000.000 max 75%, min 20%

3. Bevorderen van toepassing van het GVB

Steun voor gegevensverzameling (Artikel 79)

8.400.000 13.000.000 65%

Steun voor controle en handhaving (Artikel 78(2)(a) tot (d) en (f) tot (j))

2.000.000 2.500.000 80%

Steun voor controle en handhaving (Artikel 78(2)(e))

0 0 50%

Subtotaal EU prioriteit 3 10.400.000 15.000.000 29 %4. Verhoging van werkgelegenheid en territoriale cohesie 1.500.000 3.000.000 max 75%,

min 20%5. Bevorderen van de toepassing van het Geïntegreerd Maritiem Beleid

1.200.000 2.400.000 max 75%,min 20%

Technische assistentie 1.800.000 3.600.000 5 % van de totale EU uitgaven

Totaal: 36.400.000 67.000.000 100 % van de totale EU uitgaven

9. HORIZONTALE PRINCIPES

9.1. BESCHRIJVING VAN DE TE ONDERNEMEN ACTIES OM REKENING TE HOUDEN MET DE PRINCIPES UITEENGEZET IN ARTIKELEN 5*, 7 AND 8 OF CPR (CPR ART.24(4))

* Artikel 5 is beschreven in het OP sectie 1 "Voorbereiding van het OP en betrokkenheid van de partners"

74

Page 75: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Milieubeschermingsmaatregelen:Er zullen verschillende flankerende milieubeschermingsmaatregelen uitgewerkt worden voor het herstel van habitats en soorten (fauna, flora) in het kader van de Kaderrichtlijn Mariene Strategie en NATURA2000. Hierbij is FOD leefmilieu trekker en zullen zij ook de de selecties van concrete acties doen in deze context. De flankerende milieubeschermingsmaatregelen hebben tot doel het mariene milieu te beschermen, op de eerste plaats in uitvoering van de Kaderrichtlijn Mariene Strategie en de Habitat- en Vogelrichtlijn. Indien de wet Marien Milieu nodig, zal voor de “operations” de noodzakelijke milieueffectbeoordeling en -rapportering (MERs) en of passende beoordeling conform art 6 van de Habitatrichtlijn plaatsvinden; deze milieubeoordeling zal ook de impact nagaan op de “R esource efficiency ”, “climate change mitigation and adaption” en “disaster resilience and risk prevention”, inclusief effect op milieu als op menselijke gezondheid.

Bron efficiëntie: Eerst en vooral wordt bronefficiëntie in het begin van de visserijketen aangepakt. Selectiviteit vormt een belangrijk en prioritair onderdeel van het programma waarbij via onderzoek en implementatie gestreefd wordt naar meer selectief vistuig zodat teruggooi dat een belangrijk probleem vormt in de gemengde platvisserij wordt verminderd tot een minimum. Deze tendens is reeds gestart tijdens het EVF programma en wordt verder gezet in het EFMZV programma.

De ongewenste teruggooi die via de aanlandingsverplichting toch aan land komt, zal als kostbare grondstof benut worden in andere neventakken van de keten (dierenvoeding, vismeel, farmacie,…). De hele operatie moet nog helemaal ontwikkeld en georganiseerd worden, gaande van investeringen aan boord van het schip tot verwerking aan wal.

Klimaatsverandering tegengaan:

Vanwege de vismethoden in de Belgische visserij is er een aanzienlijke uitstoot van broeikasgassen als gevolg van de visserij-activiteiten. Bovendien, de visgronden voor België liggen ver weg, wat betekent dat extra brandstof moet worden geconsumeerd om deze visgronden te bereiken. Tijdens de voorgaande EVF-programmaperiode zijn er veel inspanningen gedaan om het brandstofverbruik naar beneden te halen door sloop (van minst energie efficiënte schepen) en modernisering van vaartuigen (vervanging van motoren en vistuig). Dit zal verdergezet worden in het EFMZV programma waarbij ondersteuning gegeven wordt voor investering en onderzoek in brandstofbesparende visserijtechnieken met minder sleepweerstand.

Rampenbeheer en risico preventie:In België werd een rampenplan Noordzee uitgeschreven in het kader van de werking van de Kustwacht. De werking van de verschillende disciplines binnen dit rampenplan werd wettelijk vastgelegd en werd meegedeeld aan de Europese Commissie. De kustwacht partners MRCC (safety) en MIK (security) volgen de scheepvaarbewegingen op en interveniëren ingeval van nood. Een belangrijke partner in het risicobeheer is de organisatie PREVIS die werkt rond preventie van ongevallen aan boord van vissersvaartuigen. Ze organiseren workshops en doen aan informatie verspreiding door de uitgave van aangepaste mediadragers.

9.1.1. GELIJKE KANSEN EN ANTI DISCRIMINATIE: GELIJKHEID TUSSEN MANNEN EN VROUWEN

België zal in haar OP op diverse manieren bijdragen aan het vergroten van de rol en betekenis van vrouwen in de visserijsector. Bijvoorbeeld door participatie van minstens 1/3 vrouwen in de Lokale Actiegroep (LAG), comités en commissies of specifieke aandacht voor de vrouw als onderdeel van de strategieën en geplande acties van de PG. In ieder geval zijn

75

Page 76: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

alle facetten van het Belgisch OP opgesteld volgens het principe van gelijke kansen.

9.2. AANDUIDING VAN HET INDICATIEVE STEUNBEDRAG TE GEBRUIKEN VOOR DOELSTELLINGEN BETREFFENDE KLIMAATSVERANDERING (GSK Art.24(5))

Deze tabel is automatisch geproduceerd door SFC2014 gebaseerd op de informatie onder hoofdstuk “Beschrijving van de strategie”.

EFMZV maatregelen die bijdragen tot de doelstellingen tegen klimaatsverandering

De indicatieve EFMZV bijdrage, euro

Deel van de totale EFMZV bijdrage tot de totale bijdrage in het Operationeel Programma (%)

Maatregel 1(%)

Maatregel 2

9.3. VERMINDERING VAN DE ADMINISTRATIEVE LAST VOOR BEGUNSTIGDEN (GSK ART.24(1))

9.3.1. SAMENVATTING VAN DE BEOORDELING VAN DE ADMINISTRATIEVE LAST

De tijd nodig om een project goed te keuren is relatief lang: screening op basis van selectie criteria, bespreking in technisch managementcomité om ten slotte voor te leggen

76

Page 77: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

voor goedkeuring bij het kabinet van de bevoegde minister voor visserij. Voornaamste informatie kan bekomen worden via de centrale website voor het ganse

OP. Aquacultuurplatform opgericht. Zou nuttig zijn ter ondersteuning van de sector in

ontwikkeling om website op te richten voor uitwisseling van informatie onder begunstigden.

Projecten worden nog klassiek ingediend per papier.

WalloniëInzake administratieve lasten dient hier een onderscheid gemaakt te worden tussen de lasten die verschijnen in het strikte kader van de specifieke uitvoering van het programma, en de lasten die gewoonlijk een invloed hebben op de sectoren/aspecten waarop het programma betrekking heeft.

In het kader van de specifieke (administratieve) uitvoering van het programma: Er zal zich een werkelijke opflakkering aftekenen van administratieve verplichtingen die voortvloeien uit de Europese reglementen zelf. Dienen vermeld te worden, de verplichtingen van beheer- en controlesystemen (en de veelvuldige preciseringen / tools die eruit voortvloeien), de controles die voor - tijdens - na - op stukken - ter plaatse uitgevoerd worden, de vele verplichte interveniënten (autoriteiten voor beheer, certificering, betaling, audit, ...) die verschillend moeten zijn om belangenconflicten te voorkomen, de productie en registratie van een groot aantal auditpistes die de naleving van de regels maar ook van de interne procedures aantonen, etc. Jammer genoeg wordt het evenredigheidsprincipe weinig toegepast en zijn de programma's met een erg klein budget (zoals dat van België) verplicht om dezelfde verplichtingen na te komen als die welke opgelegd worden aan de programma's die grote budgetten ontvangen.Bij constante middelen inzake personeel en financiën, houdt deze stijging van de administratieve lasten die voortvloeit uit de Europese reglementen, een verlies aan werktijd in om de uitvoering van de acties van het programma te kunnen bespoedigen.Dit kan daadwerkelijk leiden tot een laattijdige start van het programma, en op die manier talloze problemen veroorzaken. Uit de vaststellingen gedaan tijdens de voorgaande programmeringsperiode blijkt dat de selectie van de collectieve projecten (Hoofdlijn 3 van het programma) en de toekenning van overheidssteun aan de geselecteerde projecten de grootste tijdverliezen veroorzaakt. De technische selectie gebeurde snel maar de definitieve selectie (waarvoor de budgettaire mogelijkheden bepaald moeten worden) verliep erg traag.

Binnen de gewone context van de sectoren waarop het programma betrekking heeft

Er wordt met name gedacht aan de uitbatingsvergunningen, de milieuvergunningen, aan alle geldende regels inzake milieu, dierenwelzijn, voedselhygiëne en -veiligheid, volksgezondheid, bescherming van bepaalde soorten en van bepaalde zones, exotische soorten, vrije migratie van de waterlopen, etikettering van voedingsproducten, etc. Deze verschillende reglementen leiden tot veelvuldige controles en/of stappen die de begunstigden moeten ondernemen, wat mogelijk kan leiden tot desinteresse van hun kant om nieuwe acties te ondernemen en tot een vertraging in de start en uitvoering van de acties.

9.3.2. BELANGRIJKSTE ACTIES GEPLAND VOOR EEN VERMINDERING VAN DE ADMINISTRATIEVE LAST MET EEN INDICATIEVE TERMIJN EN TE VERWACHTEN RESULTATEN

WALLONIË

77

Page 78: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Zich vergewissen van de beschikbaarheid van de middelen alvorens een oproep tot een project te lanceren, zal een prioriteit vormen bij de administratieve uitvoering van het programma. Deze stap lijkt voor de hand liggend maar was moeilijk te realiseren in het kader van de administratieve organisatie die was opgezet voor de voorgaande periode. Het openbare budget van elk project moest vrijgemaakt worden door de administratie die technisch bevoegd was voor elk project. Het budget dat bestemd is voor de uitvoering van het programma zal voortaan gecentraliseerd worden.

In het kader van het vorige programma werd er reeds een centrale databank gebruikt die toegankelijk is via het internet. Deze toepassing vereist echter de herhaalde tussenkomst van bestuurders om de gegevens in te voeren afhankelijk van de stappen/uitgaven gedaan in het kader van elke actie. Deze toepassing zou gewijzigd moeten worden om alle interveniënten (met inbegrip van de begunstigden) rechtstreekse toegang te bieden. De aanvraagdossiers zouden vervolgens via dezelfde weg ingediend moeten worden.

VLAANDEREN

Belangrijkste geplande acties

Te verwachten resultaten Indicatieve termijn (start en einddatum)

Electronisch invulformulier Gemakkelijker indienen van projecten

2014 2022

Facilitator voor sturen van projecten

Meer doelgerichte projecten in de richting van de beoogde objectieven en doelstellingen

2014 2022

Vereenvoudiging invulformulier (geen gekende informatie vragen aan begunstigde)Opsturen van reeds aangevuld formulierRol van de Rederscentrale bij projectaanvraag

Minder administratieve last 2014 2022

Aanspreekpunt aquacultuur (info loket)

Gemakkelijker toegang geven van informatie aan begunstigden

2014 2022

78

Page 79: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

10. EVALUATIE PLAN

Doelstellingen en doel van het Evaluatieplan Het evaluatieplan heeft als doel continu de implementatie van het OP en de hierin vastgelegde doelstellingen te evalueren. Het plan is gebaseerd op de richtlijnen fiche “Content of the evaluation plan for the EMFFversie 2 12 juli 2013. Bijgevolg bestaat het twee delen: een eerder vast gedeelte volgens de verplichte taken

in de wetgeving. Dit bestaat uit de ex-ante, de tussentijdse evaluatie (datum flexibel en invulling later vastleggen volgens EC) volgens de prioriteiten en de ex-post evaluatie (uitvoering EC);

een eerder flexibel gedeelte gericht op de continue opvolging. Dit bestaat uit de jaarlijkse implementatierapporten (AIR’s), de uitgebreide AIR’s 2017 en 2019, de toezichtcomités (CvT) en de jaarlijkse review vergadering met de EC.

Hierdoor wordt een gebalanceerde programmatie bekomen die het evenwicht bewaart tussen de vraag naar concrete evaluatiemomenten en –doelstellingen naast de nood aan continue evaluatie of eventuele specifieke onderwerpen die naar voorkomen in de loop van het OP.

Governance aspecten De coördinatie wordt aangestuurd door een specifieke evaluatie comité (CvE). Deze is samengesteld uit vertegenwoordigers van de verschillende autoriteiten maar kan uitgebreid worden (permanent of ad-hoc) volgens de agenda van de individuele CvE-vergaderingen. Het CvE organiseert en garandeert hoofdzakelijk de vaste evaluaties maar geeft advies naar het CvT in verband met de flexibele programmatie in (hoofdzakelijk) de AIR’s. De logica is hierin is duidelijk terug te vinden: het CvT is het orgaan waar alle verantwoordelijken en stakeholders zijn vertegenwoordigt en is bijgevolg het geschikte forum waar dergelijke noden aan bod kunnen komen. De flexibele werking en onderwerpen ter evaluatie worden officieel vastgelegd door het CvT en dit in de laatste vergadering van het jaar N-1, voor uitvoering in het eerste semester van jaar N en te rapporteren als afzonderlijk onderdeel van het AIR van het jaar N-1 opgemaakt in het jaar N. De vastleggen van de onderwerpen zijn aldus gegarandeerd op het niveau van het CvT, de uitvoering en kwaliteit op het niveau van het CvE en de rapportering in de overeenkomstige AIR’s.

Evaluatie aspecten en activiteiten De deadlines, onderwerpen en procedures van de vaste evaluatiepunten zullen grotendeels vastliggen door de wetgeving (verordening, IA/DA) en de bijhorende EU-richtlijnen die zullen meegegeven worden op de EMFZV- implementatie expertgroep in de loop van het programma. Enkel het tijdstip voor de tussentijdse

79

Page 80: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

evaluatie naar prioriteiten toe is vrij te kiezen door de LS en zou voor België ingepland kunnen worden terzelfdertijd als het AIR 2017 maar zal later pas bevestigd worden in toezichtscomité afhankelijk van geboekte vooruitgang. Hierdoor kunnen beide rapporteringen elkaar ondersteunen en aanvullen. Dit lijkt een goede en realistische aanpak. Het AIR 2017 is meer specifiek naar de indicatoren en doelstellingen binnen het OP zelf terwijl de prioriteitenevaluatie breder gaat. Het is dan ook logisch dat in het eerste uitgebreide evaluatiejaar nl. 2017, de basis voorhanden is om de zowel retro- als pro-actief het OP te evalueren en bij te sturen indien nodig. De impact van deze rapporteringen zal uitwijzen of extra/specifieke bijkomende evaluaties in het verdere verloop van het programma nodig zullen zijn.

Gegevens en informatieTermijn ex-ante: rapportering als ex-ante conditionaliteit bij

het indienen OP, volgens de richtlijnen ex-ante evaluatie, de overheidopdracht is opengesteld in het laatste kwartaal van 2012 en toegewezen aan externe evaluator Technum-Tractebel op 9 januari 2013. De opdracht is gestart op 25 januari 2013 en eindigt in najaar 2013.

prioriteitenevaluatie: rapportering medio 2017, onderwerpen volgens toekomstige guidelines en input CvT, opstart einde 2016 door de BA (extern?)

ex-post: uiterste rapportering tegen 31/12/2023, onderwerpen volgens toekomstige richtlijnen, opstart in 2012 met externe evaluator.

AIR: deadline verordening EFMZV (nog niet zeker), opstart vanaf 2016 tot einde programmaperiode. Indicatieve onderwerpenlijst per jaar, deze kan uitgebreid of bijgestuurd worden op beslissing van het CvT. 2014: ex-ante condities 2015: vastleggingen, betalingen, en

betalingsaanvragen (financiële performantie) 2016: audit, project controle, 2017: uitgebreide rapportering volgens de

indicatoren en doelstellingen, volgens de richtlijnen, aanvulling prioriteitenevaluatie, analyse vooruitgang geïntegreerde aanpak betreffende territoriale ontwikkeling en lokale ontwikkelingsstrategieën.

2018: opvolgen resultaten/wijzigingen evaluaties in 2017, herhaling financiële performantie

2019: uitgebreide rapportering met informatie betreffende vooruitgang betreffende doelstellingen programma en zijn bijdrage tot bereiken van Unie strategie, analyse

80

Page 81: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

vooruitgang geïntegreerde aanpak betreffende territoriale ontwikkeling en lokale ontwikkelingsstrategieën.

2020: opvolgen resultaten/wijzigingen evaluaties in 2017, herhaling financiële performantie

2021: besteding resterende middelen 2022: anticipatie nieuw GVB en visserijfonds 2023: afsluiting

Eindrapport valt weg en wordt vervangen door rapport van het laatste jaar: uiterste rapportering tegen 31/12/2024, onderwerpen volgens toekomstige richtlijnen en op basis van de voorgaande AIR’s, opstart in 2013, door de BA.

Coordinatie Zowel het CvE als het CvT verzorgen de coördinatie binnen het kader van het PA (moeten nog zien hoe dit er uit zal zien)

Specifieke vereisten voor evaluatie voor de GLLO De FLAG is geen intermediair orgaan in België. Zodus valt de FLAG onder de reguliere rapportering. Wel zal er steeds een specifieke sectie opgemaakt worden over de gecombineerde werkzaamheden van de FLAG afzonderlijk. In die optiek vormt de evaluatie van de CLLD een afgescheiden onderdeel van de regulier rapportering (rapport binnen rapport).

Mededelingen Openbare versies van de rapporten zullen beschikbaar gemaakt worden op de single website voor stakeholders en het brede publiek. Afhankelijk van de vertrouwelijkheid en de privacy reglementering kan de informatie beperkt (bijv. enkel conclusies) of gemaskeerd worden.Op de single website wordt de mogelijkheid tot reactie geboden

Bronnen Budget voor de vaste evaluaties wordt voorzien onder technische bijstand (TB). Training wordt voorzien via de EFMZV implementatie expertgroepen. Flexibele evaluaties vallen onder de verantwoordelijkheid van de BA, garanties naar capaciteit worden gegeven in het BCS volgens de reikwijdte van basistaken van de BA.

11. TOEPASSINGSREGELINGEN IN HET PROGRAMMA

11.1 De aanduiding van autoriteiten en bemiddelde instantie

Autoriteit/organisatie

Naam van autoriteit/organisatie

Adres en contactgegevens

Datum van toewijzing/stopzetting

Beheersautoriteit Departement Landbouw en Koning Albert II-laan 81

Page 82: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

(BA) VisserijAfdeling landbouw- en Visserijbeleid

35, bus 401030 Brussel

Gedelegeerde BA (GBA)

DGARNE – Direction des Programmes européens

Chaussée de Louvain 145000 Namur

Certificiëring autoriteit (CA)

Departement Landbouw en VisserijAfdeling landbouw- en Visserijbeleid

Vrijhavenstraat 58400 Oostende

Gedelegeerde CA (GCA)

DGARNE – Département des aides

Chaussée de Louvain 145000 Namur

Audit autoriteit (AA) Agentschap voor Landbouw en VisserijInterne Audit

Koning Albert II-laan 35, bus 411030 Brussel

Gedelegeerde Audit autoriteit (GAA)

Unité d’Audit Interne Chaussée de Louvain 145000 Namur

11.2 Samenvattende beschrijving van de beheers- en controle structuur

Onder de 100 miljoen EUR moet er volgens de GSK geen BCS meegeleverd worden maar wel dat de belangrijkste functies en de scheiding van functies en onafhankelijk aangetoond worden. Dit wil echter niet zeggen dat er geen BCS systeem moet aanwezig zijn. Indien er geen problemen met BCS in het huidge OP aanwezig waren, moeten er geen specifiek onderzoek/evaluatie van het toekomstig BCS gebeuren.

Het Belgisch Operationeel Programma (OP) bestaat uit twee, grotendeels verschillende pakketten, cfr. de twee regio’s, die betrekkelijk weinig met elkaar overlappen. Dit houdt in dat beide regio’s in feite afzonderlijke programma’s dienen uit te werken.

De organisatie van het EFMZV bestaat bijgevolg uit:

De Vlaamse administraties die functie van nationale autoriteiten uitoefenen; De Waalse administraties die, als bemiddelende instantie, de functie van

gedelegeerde autoriteit uitoefenen; De Waalse gesubdelegeerde autoriteiten die, als functionele administraties,

gesubdelegeerde functies uitoefenen.

Elke delegatie wordt vastgelegd en bekrachtigd via de protocollen tussen de verschillende entiteiten. De beschrijving van het beheers en controlesysteem volgt deze logica. Het specifieert de bevoegdheden en de werking van de nationale autoriteiten en de delegatie van de taken naar de Waalse bemiddelende instanties (gedelegeerde autoriteiten). De steunverlening wordt gecoördineerd door de Vlaamse overheid, Beleidsdomein Landbouw en Visserij, Departement Landbouw en Visserij, Afdeling Landbouw en Visserijbeleid (ALVB)

Voor meer gedetailleerde informatie hierover, zie bijlage nieuw BCS en bestaand BCS met compendium. Er zal een nieuw BCS moeten opgemaakt worden voor het OP BE 2014-2020 maar in het OP BE is dit een korte beschrijving over de belangrijkste aspecten qua concept en organisatie en omhelst dus niet alle procedures en formulieren zoals in een

82

Page 83: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

volledig BCS. Achteraf moet natuurlijk wel een correct aangepast en volledig BCS opgemaakt worden. In die optiek is het huidig BCS voldoende representatief voor de functies en procedures. Dit zal aangevat worden in de zomermaanden aangezien de “Common Provisions” nog niet definitief zijn en de procedure op het niveau van de EC volstrekt onduidelijk zijn. Slechts kleine wijzigingen worden verwacht. Dit betreft hoofdzakelijk inschakeling van opsporingsautoriteiten naar betaalautoriteit en de onderlinge verdeling van de "certificeringstaken". In grote lijnen zal de beschrijving van het BCS hetzelfde zijn zoals het huidige systeem.

11.3 Samenvattende beschrijving van de toezichtsprocedures

Het beheer van de kwaliteit van de uitvoering van het OP en verplichte informatie in Jaarlijkse Rapporten: zie evaluatieplan

Alle gedelegeerde activiteiten zullen moeten worden beschreven in protocollen. Er zal bovendien ook een protocol moeten opgericht worden voor CLLD-FLAG en BA.

Alle communicatietaken tussen de verschillende entiteiten onderling moeten worden beschreven

Overkoepelend beheer door Comité van toezicht.

11.4 Algemene samenstelling van Toezichtscomité

Naam van de instelling/organisatie Vertegenwoordigde functieKabinet voor de minister bevoegd voor visserij

Een voorzitter aangewezen door de Vlaamse overheid (vertegenwoordiger van de minister bevoegd voor Visserij)

Cabinet du Ministre wallon Een ondervoorzitter aangewezen door de Waalse overheid

Departement Landbouw en VisserijAfdeling landbouw- en Visserijbeleid

De verantwoordelijke van de beheersautoriteit,

zijnde afdelingshoofd van de afdeling Landbouw- en Visserijbeleid

DGARNE – Direction des Programmes européens

De verantwoordelijke van de beheersdienst afgevaardigd door Wallonië

Departement Landbouw en VisserijAfdeling landbouw- en Visserijbeleid

Een uitvoerende ambtenaar, lid van de beheersautoriteit die het secretariaat van het comité vertegenwoordigt

Departement Landbouw en VisserijAfdeling landbouw- en VisserijbeleidDienst Zeevisserij

Het diensthoofd van de Dienst Zeevisserij of zijn vertegenwoordiger

DGARNE – Direction des cours d’eau Een vertegenwoordiger van de diensten van het 83

Page 84: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

non navigables Waalse ministerie

Departement Landbouw en VisserijAfdeling landbouw- en Visserijbeleid

Een vertegenwoordiger van de certificeringsautoriteit

DGARNE – Département des aides Een vertegenwoordiger van de gesubdelegeerde certificeringsautoriteit

Agentschap voor Landbouw en VisserijInterne Audit

Een vertegenwoordiger van de auditautoriteit in Vlaanderen

Unité d’Audit Interne Een vertegenwoordiger van de auditautoriteit in Wallonië

Departement Landbouw en VisserijAfdeling landbouw- en VisserijbeleidDienst Zeevisserij

Een vertegenwoordiger van visserijcontrole, inspectie en handhaving

Instituut voor Landbouw en Visserijonderzoek (ILVO)

Een vertegenwoordiger van gegevensverzameling

Instituut voor Landbouw en Visserijonderzoek (ILVO)

Wetenschappers

FOD leefmilieu Een vertegenwoordiger van IMP en marien milieu

ACV-Transcom Water Een vertegenwoordiger van de zeevissers

Rederscentrale De vertegenwoordiger van de technische werkgroep visserij in de strategische adviesraad in Vlaanderen

Natuurpunt Een vertegenwoordiger van de NGO’s, representatief voor vragen met betrekking tot het mariene en aquatische milieu

Aquacultuurplatform Vlaanderen ? Een vertegenwoordiger van aquacultuur voor Vlaanderen

LAG Een vertegenwoordiger van de Lokale ActieGroep

Een vertegenwoordiger van aquacultuur voor Wallonië

Afgevaardigde EU Een vertegenwoordiger van de Europese Commissie, als algemene regel een vertegenwoordiger van DG MARE.

11.5 Een samenvattende beschrijving van de informatie en publiciteitsmaatregelen om uitgevoerd te worden in overeenstemming met Artikel 143

De Beheersautoriteit zal zorgen voor:

84

Page 85: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

(a) de oprichting van één website of portaalsite die informatie over het operationele programma in die lidstaat geeft, alsook toegang tot dat programma;

(b) de verstrekking van informatie aan potentiële begunstigden over de financieringsmogelijkheden in het kader van het operationele programma;

(c) het bij de burgers van de Unie onder de aandacht brengen van de rol en de verwezenlijkingen van het EFMZV door middel van voorlichtings- en communicatieacties betreffende de resultaten en de impact van partnerschapscontracten, operationele programma's en concrete acties.

Om de steun uit het EFMZV inzichtelijk te maken, zal een lijst in CSV- of XML-formaat van de concrete acties bijgehouden worden, die via de website of portaalsite toegankelijk is en een lijst en samenvatting van het operationele programma bevat. De lijst van concrete acties wordt ten minste elke drie maanden bijgewerkt.

Alle grote publiciteitscampagnes worden besproken en goedgekeurd via het comité van toezicht, evenals de frequentie, onderwerp en doelgroep van de campagnes, met in achtname van de verplichtingen opgesomd in bijlage IV van de EFMZV verordening.

12 INFORMATIE OVER DE ORGANISATIES DIE VERANTWOORDELIJK ZIJN VOOR DE TOEPASSING VAN CONTROLE, INSPECTIE EN HANDHAVING

12.1 Organisaties voor de toepassing van controle, inspectie en handhaving

Autoriteit/organisatie

Naam van de autoriteit/organisatie

Adres- en contactgegevens

Autoriteit/organisatie

Vlaamse Overheid Departement voor Landbouw en Visserij Dienst ZeevisserijInspectiecel visserij

Vrijhavenstraat 58400 Oostende

Autoriteit/organisatie

Federale PolitieScheepsvaartpolitie (SPN)

Federaal commandoFritz Toussaintstraat 81050 Brussel

Autoriteit/organisatie

Departement Douane en AccijnzenMariene brigade

Minister Beernaertstraat 38380 Zeebrugge

Authority/body 4 Ministerie van Defensie Marinebasis ZeebruggeMIKGraaf Jansdijk 18380 Zeebrugge

85

Page 86: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

12.2 Korte beschrijving van human resources en financiële bronnen beschikbaar voor visserijcontrole, inspectie en handhaving

Krachtens de bijzondere wetgeving zijn een aantal controlekorpsen (o.a. Vlaams Departement Landbouw en Visserij, Marine, Douane, Politie, Economische inspectie) bevoegd op te treden in de materie zeevisserij, maar in de praktijk is slechts één dienst voltijds met die controletaak belast. De Dienst Zeevisserij van het Departement Landbouw en Visserij van de Vlaamse Overheid, is trouwens als enig aanspreekpunt bij de Europese Commissie aangemeld.

De inspectiecel van de Dienst Zeevisserij omvat een beperkt aantal controle ambtenaren (6 VTE), die met bijzondere opsporings- en vaststellingsbevoegdheden zijn belast. Ze hebben evenwel geen politionele bevoegdheden. Voor de kruiscontroles worden ze bijgestaan door drie administratieve krachten. Twee controle ambtenaren van de inspectiecel en een administratieve bediende worden deeltijds ingezet om de IUU (= Unreported and Unregulated fisheries) -dossiers op te volgen. Daarnaast volgt een bijkomende controle ambtenaar deeltijds de naleving van de handelsnormen op, meer bepaald de ophoudregels. De dienst verzorgt de coördinatie en de permanente opleiding van andere controlekorpsen. Er bestaan overeenkomsten die de operationele coördinatie beschrijven.

De scheepvaartpolitie (SPN) heeft een algemene bevoegdheid op zee en kan dus optreden in de materie zeevisserij. Ongeveer 150 ambtenaren zijn betrokken met het maritieme. De maritieme brigade van het departement Douane & Accijnzen telt 20 ambtenaren. Hiervan doen 12 VTE zeegaande zendingen. De Marinecomponent van het Ministerie van Defensie tenslotte, voert bewakingsopdrachten op zee uit met de zgn. RDS-vloot (= ready duty ship). Aan boord van de drie vaartuigen is er telkens een visserijwachtofficier.

De kosten voor controle worden gedragen op de normale werkingskredieten van het departement. Er werden geen bijkomende budgettaire voorzieningen getroffen om te voorzien in de additionele kosten die zouden voortvloeien uit de inwerkingtreding van controle actieprogramma’s of de specifieke JDP programma’s. De kosten voor de inzet van zware controlemiddelen (patrouilleurs) wordt gedragen door de externe partners. Enkel de inzet van het OO-MMM vliegtuig heeft een rechtstreekse budgettaire impact voor het departement.

Nieuwe ICT ontwikkelingen die voortvloeien uit de toepassing van ERS en VMS in het FLUX schema worden voor cofinanciering door Europa aangemerkt.

12.3 De belangrijkste apparatuur, en in het bijzonder het aantal vliegtuigen, schepen en helikopters

Voor de controle van visserijactiviteiten op zee tijdens zgn. visserijwacht campagnes treden eenheden van de Belgische Marine op en wordt er ook samengewerkt met DAB-Vloot. Voor de controles aan land en op zee zijn eveneens de douane en politiediensten bevoegd.

Er is samenwerking met deze korpsen voor de uitvoering van specifieke taken en voor de uitvoering van geïntegreerde controles, zoals de controles van de wegtransporten, waarbij verschillende korpsen samen optreden.

Betreffende de zeegaande zendingen wordt er verwezen naar de overeenkomst die tussen het departement landsverdediging en de Dienst Zeevisserij bestaat. De dienstvloot (R.D.S-vloot met 2 zeeslepers en 1 patrouilleur) wordt regelmatig voor de uitvoering van visserijcontroles ingezet. Het streefcijfer is de uitvoering van honderdtal dagen effectieve visserijcontrole op jaarbasis, waarvan maximaal 25 dagen buiten de eigen zeegebieden. Daarnaast wordt er ook beroep gedaan op de zeesleper “ZEEHOND” van DAB Vloot. Met die dienst werd eveneens een overeenkomst gesloten om op jaarbasis de uitvoering van een veertigtal effectieve zeedagen te vervullen. Tijdens visserijwachtopdrachten op zee, werken de controleurs van de dienst in tandem met de

86

Page 87: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

visserijwachtofficier op de R.D.S.- schepen of werken ze autonoom tijdens de patrouilles met de ZEEHOND. Occasioneel wordt er ook samengewerkt met andere diensten voor de uitvoering van controle op zee, met name met de scheepvaartpolitie en de maritieme brigade van de douane. Deze diensten zijn evenwel vrij regelmatig op zee. Op vlak van de zeevisserij controleren zij voornamelijk de sportvisserij. Scheepvaartpolitie en douane hebben elk een patrouilleschip. Tenslotte dient ook gemeld dat de dienst ook autonoom kan opgetreden, voornamelijk dan in de kustwateren. Zij beschikt daartoe over een RHIB (= Rigid Hull Inflatable Boat). Voor de uitvoering van luchtcontroles wordt een beroep gedaan op het vliegtuig OO-MMM dat door het KBIN (Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen) wordt ingezet voor de bestrijding van mariene pollutie. Op jaarbasis wordt het vliegtuig ingehuurd voor het uitvoeren van controle opdrachten tijdens een veertigtal uren over zee. De controleurs van de dienst beschikken over twee specifieke applicaties voor de opvolging van de visserij activiteiten, te weten het VMS en het ERS. Met het VMS worden de positie, snelheid en koers van alle Belgische vaartuigen gevolgd, waar ze zich ook bevinden, alsook dezelfde soort gegevens voor buitenlandse vaartuigen binnen de Belgische zeegebieden. Het VMS staat permanent in verbinding met de FMC (= Fleet Monitoring Centre) van de andere lidstaten. De controleurs van de dienst hebben toegang tot de specifieke gegevensbestanden van VMS ( = Vessel Monitoring System) en ERS ( = Electronisch Registratie en Meldingsysteem) alsook tot het nationaal quotumregistratiesysteem Quovis. Recentelijk werd ook de SMS (Specimen management system)-applicatie opengesteld (IUU).

De relevante gegevens worden in het Quovis gegevensbestand opgeslagen. De gegevens afkomstig van de visafslagen en het ERS worden via webservices ingelezen. Voor de overmaking van de gegevens via het centrale knooppunt (DEH) zal eerlang met FLUX worden gewerkt.

12.4 Lijst van geselecteerde operaties (EFMZV Art.78)

Soort operatie EFMZV bijdrage, euro Totale publieke bijdrage, euro

Art. 78 (a) CCTV 512.000 640.000

Art. 78 (b) ERS, VMS 400.000 500.000

Art. 78 (c) traceerbaarheid 400.000 500.000

Art. 78 (d) gegevensuitwisseling

160.000 200.000

Art. 78 (f) motorvermogen 48.000 60.000

Art. 78 (g) nieuwe ontwikkelingen

80.000 100.000

Art. 78 (e) kosten SCIP ( = specific control and inspection programmes)

160.000 200.000

87

Page 88: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

13 GEGEVENSVERZAMELING

13.1 Een algemene beschrijving van de activiteiten van gegevensverzameling voorzien voor de periode 2014-2020

De beschrijving van het programma voor de data collectie in 2014-2020 is nog onduidelijk gezien er nog geen nieuwe Data Collectie Verordening opgemaakt is. In de richtlijnen voor het opstellen van het operationeel programma 2010-2020, wordt verwezen naar een DCMAP (data collection multi annual programme). Deze nieuwe DCMAP is nog niet opgesteld, tot op heden (eind juni 2013), is er nog geen draft ter inzage van een draft programma. De EC heeft echter wel al ter overgang naar de nieuwe periode een DCMAP goedgekeurd voor de periode 2014-2016 gebaseerd op het huidig meerjarenprogramma 2011-2013 zodanig dat het BE nationaal programma 2014-2016 op het bestaande nationaal programma 2011-2013 zal gebaseerd worden. De nieuwe verordening zal goedgekeurd worden vanaf de basisverordening van GVB in werking treed, dewelke dan een nieuw kader zal vormen voor de datacollectie in de LS vanaf 2015

De data collectie heeft een langlopend en toegepast karakter en zijn noodzakelijk om het beleid van Landbouw en Visserij te kunnen adviseren. Inhoudelijk bestaan de taken voornamelijk uit het verzamelen en bewerken van gegevens over de visserij en de visbestanden en het adviseren van het beleid en de EC met betrekking tot het beheer van de visserij en aquatische ecosystemen.

Kaderrichtlijn Marien

In de afgelopen jaren zijn voorbereidingen getroffen voor de inrichting van de Kaderrichtlijn Marien. Deze voorbereidingen, alsmede de uitvoering van de Kaderrichtlijn staat vooralsnog buiten dit data collectie programma. Gedurende 2013 zal duidelijk worden welke monitoringsverplichtingen voor België voortvloeien uit deze richtlijn. Algemeen wordt verwacht dat getracht zal worden deze activiteiten zoveel mogelijk te laten samenvallen of te combineren met reeds bestaande verplichtingen die in dit programma of elders worden uitgevoerd. Dit kan leiden tot een voorstel om een aantal van de aspecten in de data collectie uitgevoerd voor 2014 aan te passen.

De details van de data collectie dienen sowieso enkel in het Belgische werkplan uitgeschreven te worden later op het jaar. Het programma voor de Data Collectie wordt opgesteld voor een aantal jaren. In dit programma wordt beschreven welke gegevens en hoe deze verzameld worden. In het werkplan, wat jaarlijks opgesteld wordt, worden de activiteiten die in het data collectie programma, van dat bepaald jaar, worden uitgevoerd, beschreven, samen met de resultaten. Dit jaarlijks werkplan is een rapportage naar DG MARE en wordt zowel door DG MARE als door ICES (International Council of the Exploration of the Sea) geëvalueerd. Op basis van deze evaluatie worden de middelen toegekend.

Het werkplan omvat het verzamelen van biologische en statistische gegevens van vis-, schaal- en schelpdieren, zowel in het veld met behulp van vaartuigen, als van de aanvoer op het land evenals de activiteit van de visserij die op deze soorten vissen. Sinds een aantal jaren is de visserijsector betrokken bij het verzamelen van een deel van de gegevens op zee in de vorm van zelfbemonstering. De analyse van deze gegevens van het werkplan, vormen de basis voor beheer adviezen ten aanzien van de visserij.

88

Page 89: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

13.2 Een beschrijving van hoe een goed financieel en administratief beheer van dataverzameling kan bereikt worden.

Inleiding in NDGP: Geld voorzien (2013: 2 MIO EUR), personeelscapaciteit (9 wetenschappers, 1 administratief medewerker en 9 techniekers) en het Belgische werkprogramma voor overgangsperiode 2014-2016 is reeds goedgekeurd door de EC.

14 FINANCIËLE INSTRUMENTEN

14.1 Beschrijving van het gepland gebruik van het financieel instrumentOmwille van de grootte van het fonds en de kleine omvang van de sector is het niet haalbaar om financiële structuren op te stellen. Wel worden bankgaranties overwogen. Dit zal voorzien worden in het nationaal Financieringsinstrument voor Visserij en Aquacultuur (FIVA). Het idee bestaat erin om ook andere investeringen dan vissersvaartuigen te voorzien in de mogelijkheid van een bankgarantie

14.2 Selectie van de EFMZV maatregelen gepland om toegepast te worden via de financiële instrumenten

EFMZV maatregel

Niet van toepassing

Niet van toepassing

14.3 Indicatieve bedragen gepland om te gebruikenn via de financiële instrumenten

EFMZV totaal bedrag 2014-2020, euro

0

Bijlagen bij het Operationeel Programma Lijst van geconsulteerde partners Toewijzingsbrief van het betaalorgaan

89

Page 90: Vlaanderen · Web viewOmvang en plaats van de Visserij en aquacultuur sector per segment (tewerkstelling, vloot, aanlandingen, waarde van aanlandingen,…) 2012 83 vissersvaartuigen

Bijlage I

Thematische doelstellingen van Gemeenschappelijke Kader Verordening, EFMZV Unie prioriteiten en specifieke doelstellingen en EFMZV Maatregelen

EFMZV programmatie logica

Zie Excel document

90