Visie op de strategische programmering van …...6.3 De achterblijvende locaties 6.4 Financiële...

1

Visie op de strategische programmering van stedelijke voorzieningen – 21 april 2016

2

Colofon:

Gemeente Hellevoetsluis

Opgesteld door afdeling ROB in samenspraak met Saleza

Behandeling College B&W 15 maart 2016

Behandeling in Commissie WWR 13 april 2016

Ter vaststelling aangeboden aan de gemeenteraad 21 april 2016

3

Inhoudsopgave

Onderwerp Pagina Inhoudsopgave 3 Samenvatting 4 1. Inleiding

6 t/m 8

1.1 Aanleiding 6 1.2 Doelstelling en overwegingen 6 1.3 Schaalniveau van de visie – toetsingscriteria voorzieningen

7

1.4 Scope van de visie 7 1.5 Flexibiliteit en haalbaarheid 7 1.6 Communicatie 8 2. Gemeentelijk, regionaal en provinciaal kader

9

2.1 Gemeentelijk kader en relatie met Structuurvisie 2015+

9

2.2 Regionaal en provinciaal kader 9 3. Beknopte inventarisatie van bestaand beleid en toekomstige ambitie

10 t/m 27

3.1 Cultuur 11 3.2 Economie 13 3.3 Onderwijsvoorzieningen 17 3.4 Sport 19 3.5 Recreatieve voorzieningen 21 3.6 Gemeentelijk en landelijk zorgbeleid 23 3.7 Wonen 23 3.8 Leefbaarheidsonderzoek 23 3.9 Gemeentelijk verkeer en vervoerplan Hellevoetsluis 2013

25

3.10 Visie op Verbeterlocaties 27 3.11 Gemeentelijk vastgoedbeleid 27 3.12 Samengevat 27 4. Conclusie ruimtelijk en programmatische analyse

29

5. Nieuwe opgaven stedelijke voorzieningen

30

6. Analyse van de mogelijke locaties van de stedelijke voorzieningen

30 t/m 32

6.1 De eerste selectie: harde vestigingscriteria per voorziening

30

6.2 De nadere analyse van de potentiële vestigingslocaties per voorziening: de zachte locatiecriteria 6.3 De achterblijvende locaties 6.4 Financiële paragraaf

30 32 32

7. Analyse van de locaties per voorziening

33 t/m 41

7.1 Zwembad 33 7.2 IKC 35 7.3 Gezondheidscentrum 36 7.4 Culturele voorziening – bioscoop of filmhuis 37 7.5 Culturele voorziening – dansschool 38 7.6 Verblijfsrecreatie / zakelijk – hotel 39 7.7 Verblijfsrecreatie / toerisme – hotel 39 7.8 Kleinschalige indoor recreatievoorzieningen als bowling, dart- en/of poolcentrum

40

7.9 Wellness 41 8. Toekomstvisie stedelijke voorzieningen 8.1 Visie nieuwe opgaven stedelijke voorzieningen 8.2 Gebiedsvisies 8.3 Verkeersparagraaf

43 43 44 44

9. Duurzaamheid

45

Bijlage 1 47 Bijlage 2 48 Bijlage 3 49 Bijlage 4 50

4

Samenvatting

Aanleiding voor het verschijnen van de visie

Recentelijk speelt bij de gemeente Hellevoetsluis een aantal grote ontwikkelingen in de gebouwde omgeving. In de komende jaren wordt een aantal grote voorzieningen gerealiseerd of uitgebreid. Het gaat in alle gevallen om stedelijke voorzieningen. Dit zijn voorzieningen die een grote impact op ruimtegebruik, bezoekersstromen en de bestaande stedelijke structuur kunnen hebben.

Van een aantal voorzieningen is de gemeente de initiatiefnemer, van andere niet. Om de uiteindelijke programmering van de stedelijke voorzieningen – zowel de gemeentelijke als de private – zo optimaal mogelijk vorm te geven heeft de gemeente besloten tot het opstellen van een visie waarin de strategische programmering van deze voorzieningen centraal staat.

Doelstellingen van de visie

Deze visie op de strategische programmering van (de stedelijke) voorzieningen heeft drie doelstellingen:

1. De ruimtelijk-economische positie van Hellevoetsluis duurzaam te versterken. Door tijdig in te spelen op toekomstige ontwikkelingen op het gebied van ontgroening en vergrijzing;

2. Effectief clusteren van voorzieningen vanuit maatschappelijk oogpunt;

3. Kansen creëren tot het vervolmaken van het stedelijk beeld, een speerpunt van het college. Versterking van de ruimtelijke structuur, kwaliteit en beleving van Hellevoetsluis, d.m.v. opwaardering van braakliggende of minder fraaie plekken langs de hoofdstructuur en verbeteren van de herkenbaarheid / leesbaarheid van de stad.

Integrale visie en beleidsvelden

Deze visie op de programmering van voorzieningen is pas opgesteld na een intensieve raapleging van de gemeentelijke deskundigen op het gebied van wonen, cultuur, sport, zorg en welzijn, toerisme en recreatie, onderwijs, verkeer, economie, stedenbouw en duurzaamheid. Ambities op genoemde gebieden zijn in kaart gebracht en zijn meegewogen in de analyse.

Scope, flexibiliteit, haalbaarheid, gesprekken externen

De visie richt zich op stedelijke voorzieningen, voor een periode van drie tot vijf jaar en houdt rekening met de diverse maatschappelijke belangen. Zo is een groot aantal keyspelers geïnterviewd. Het belang van deze visie wordt door alle geïnterviewden erkend en gewaardeerd. De visie is geen in beton gegoten voorkeurslijst van locaties. Er heeft een zorgvuldige afweging plaatsgevonden en de visie biedt naast een ontwikkelrichting ook de nodige flexibiliteit. Er is per locatie gekeken naar de financiële haalbaarheid van de daar te vestigen locatie.

De analysemethode

De analyse van de mogelijke vestigingslocaties is in twee te onderscheiden stappen uitgevoerd. In eerste instantie is een selectie gemaakt uit de (oorspronkelijke) groslijst van locaties. Gekeken is naar de minimale vereisten waaraan een locatie dient te voldoen om een bepaalde voorziening te kunnen faciliteren. Deze voorselectie wordt vervolgens aan een nadere analyse onderworpen. Een voorbeeld van een minimale vestigingsvereiste is de eis dat er op de betreffende locatie voldoende parkeerplaatsen gerealiseerd kunnen worden. Kan dit niet, dan valt deze locatie af. Het beperkt aantal locaties dat aan deze harde eisen voldoet wordt nader geanalyseerd met gebruikmaking van de zachte locatiecriteria.

Zachte criteria zijn bijvoorbeeld de financiële haalbaarheid van de locatie en de beschikbaarheid in tijd van de locatie. In bijlage 1 is een tabel opgenomen waarin alle eindscores zijn vermeld.

5

Omdat niet alle afwegingen met betrekking tot de locatiekeuze kwantitatief zijn te maken heeft er ook een kwalitatieve analyse van de locaties plaatsgevonden. De resultaten daarvan leiden uiteindelijk tot een voorkeur voor een bepaalde locatie.

Positief is dat diverse marktpartijen de locatievoorkeur van de visie onderschrijven, bijvoorbeeld de dansschool en de bioscoop.

Resultaten per voorziening

De analyse levert de volgende voorkeurslocaties op:

Voor het zwembad is de voorkeurslocatie de locatie Sportlaan/Helvoet, de alternatieve locatie is de Fazantenlaan. Voor het IKC heeft de locatie Sportlaan, t.h.v. de Kinderkoepel en de sporthal de voorkeur en voor het gezondheidscentrum de Sportlaan e.o.. Voor de bioscoop/filmhuis de locaties Struytse Hoeck Woordbouwerplein en als alternatief de Vesting, ter hoogte van de Brielsestraatweg. Voor de dansschool zijn deze beide locaties ook de voorkeurslocaties. Voor het zakelijke hotel is de voorkeurslocatie gelegen op het te ontwikkelen bedrijventerrein Kickersbloem 3. Het toeristische hotel heeft als voorkeurslocatie Vesting. De recreatieve zone kan een aantrekkelijke locatie zijn voor een hotel wanneer behoefte bestaat aan een rustieke landelijke omgeving. Kleinschalige indoor recreatievoorzieningen als bowling, dart- en/of poolcentrum, kan het beste gevestigd worden aan het Woordbouwerplein in de Struytse Hoeck. Een voorziening voor wellness heeft als voorkeurlocatie de recreatieve zone.

Resultatentabel: voorkeurslocatie per voorziening

Voorziening Voorkeurslocatie(s)

Zwembad Voorkeurslocatie: Sportlaan/Helvoet Alternatieve locatie: Fazantenlaan

IKC

Sportlaan t.h.v. Kinderkoepel

Gezondheidscentrum

Zoekgebied Sportlaan e.o.

Nieuwbouw bioscoop Voorkeurslocatie Winkelcentrum Struytse Hoeck, Woordbouwerplein. Alternatieve locatie Vesting, Brielsestraatweg

Dansschool

Voorkeurslocatie Vesting, of in combinatie met o.a. bioscoop naar Woordbouwerplein

Recreatief hotel

Vesting, inclusief locatie Brielsestraatweg. De recreatieve zone kan een aantrekkelijke locatie zijn wanneer behoefte bestaat aan een rustieke landelijke omgeving.

Zakelijk hotel

Kickersbloem 3

Kleinschalige indoor recreatievoorzieningen (dart- en poolcentrum, bowling)

Winkelcentrum Struytse Hoeck, Woordbouwerplein

Wellness

Recreatieve zone

6

1. Inleiding

1.1 Aanleiding

Op 28 juli 2015 heeft het college ingestemd met het laten opstellen van een visie op de strategische programmering van voorzieningen. Daarnaast is afgesproken dat deze concept-visie eind 2015 aan het college wordt aangeboden. Vervolgens is de concept-visie opiniërend besproken in de commissie WWR op 27 januari 2016.

Naar aanleiding van de behandeling in de commissie is de concept-visie aangepast. In het vervolgtraject hebben constructieve gesprekken plaats gevonden met diverse initiatiefnemers en andere stakeholders.

Door middel van een grondige analyse op hoofdlijnen is een integrale studie uitgevoerd naar een gewenste en realistische visie op de strategische programmering van stedelijke voorzieningen.

Recent is een aantal ontwikkelingen van voorzieningen met een grote impact op de stad actueel geworden. Daarbij valt te denken aan de mogelijke komst van een gezondheidscentrum, een Integraal Kind Centrum (IKC), nieuwbouw of uitbreiding van de bioscoop en ook de wens rond het opwaarderen van het winkelcentrum Struytse Hoeck is relevant. Tenslotte is er het lopende onderzoek naar nieuwbouw en verplaatsing van het zwembad.

De gemeente wil met het strategisch positioneren van voorzieningen een zo optimaal mogelijk functionerende stad realiseren en bijdragen aan het vervolmaken van de stad. Dit is een bestuurlijk speerpunt. Om de positionering van voorzieningen te kunnen toetsen is er een visie gemaakt waarin richting wordt gegeven aan de functionele programmering van Hellevoetsluis en kansrijke locaties voor nieuwe stedelijke voorzieningen worden aangegeven.

Een combinatie van functies kan zorgen voor versterking van de beleving en een verbetering van de financiële haalbaarheid van de voorzieningen. Het combineren van functies kan ook economisch meerwaarde opleveren. Een voorbeeld hiervan is de combinatie van (dag)horeca met winkels of met leisure. Voor de te ontwikkelen locaties kan de komst van een

stedelijke voorziening net die impuls geven waarbij het gehele gebied tot de juiste ontwikkeling komt.

De visie op de strategische programmering van voorzieningen is een visie op hoofdlijnen waaraan concrete vestigingsvraagstukken zullen worden getoetst. Bij het analyseren van de geschiktheid van de locaties is naar een breed afwegingskader gezocht. Zowel maatschappelijke, financiële en stedenbouwkundige criteria zijn meegenomen hierin. Het is daarmee een zorgvuldige analyse. Echter, veranderende omstandigheden in de markt of in het maatschappelijke veld kunnen in voorkomende gevallen leiden tot een andere locatiekeuze. De analyse is in dit opzicht ook een momentopname. De gemeenteraad wordt door actualisatie van de visie op de hoogte gehouden van relevante ontwikkelingen.

1.2 Doelstelling en overwegingen

Doel van de visie is om een ruimtelijk strategische visie op te stellen voor de voorzieningenstructuur in Hellevoetsluis, zodanig dat de juiste functie op de juiste plaats wordt gerealiseerd. Strategische positionering van voorzieningen biedt kansen om:

1. De ruimtelijk-economische positie van Hellevoetsluis duurzaam te versterken. Door tijdig in te spelen op toekomstige ontwikkelingen op het gebied van ontgroening en vergrijzing;

2. Effectief clusteren van voorzieningen vanuit maatschappelijk oogpunt;

3. Kansen creëren tot het vervolmaken van het stedelijk beeld, een speerpunt van het college. Versterking van de ruimtelijke structuur, kwaliteit en beleving van Hellevoetsluis, d.m.v. opwaardering van braakliggende of minder fraaie plekken langs de hoofdstructuur en verbeteren van de herkenbaarheid / leesbaarheid van de stad. Vestiging van een nieuwe voorziening kan een vliegwieleffect hebben voor herontwikkeling en daarmee opwaardering van een groter gebied;

7

4. Zodanig dat toekomstige verzoeken en ontwikkelingen van voorzieningen getoetst kunnen worden aan een helder kader en elkaar kunnen gaan versterken.

1.3 Schaalniveau van de visie - toetsingscriteria voorzieningen

De nadruk van de visie ligt op de meer grootschalige, stedelijke voorzieningen die onder andere:

- grote aantallen bezoekers trekken; - zorgen voor versterking van de beleving en uitstraling van een locatie; - een win-win situatie kunnen opleveren als het gaat om combinaties van functies; - grote ruimteclaims qua parkeren en gebruiksoppervlak vragen; - in veel gevallen slechts op één locatie gevestigd kunnen worden, gezien de grootte van het verzorgingsgebied van Hellevoetsluis. 1.4 Scope van de visie

De visie richt zich op stedelijke voorzieningen binnen de grenzen van de gemeente. Het betreft bovenwijkse voorzieningen. Deze hebben een invloedsfeer die de gehele stad of mogelijk zelfs delen van de regio bestrijkt. De visie heeft een tijdshorizon van vijf jaar. In 2018 zal naar alle waarschijnlijkheid een zogenaamde omgevingsvisie worden opgesteld. Voorzieningen die in de visie worden beschouwd zijn winkelgebieden, zoals Struytse Hoeck, een bioscoop, nieuwe opgaven op leisuregebied, IKC, een gezondheidscentrum, het Cultuurhuis, het nieuwe zwembad, wellness/zorg, etc. Daarnaast wordt rekening gehouden met ontwikkelingen in de zich wijzigende samenstelling van de bevolking (vergrijzing).

1.5 Flexibiliteit en haalbaarheid

Een visie op de gewenste programmering van stedelijke voorzieningen geeft weer welke grote voorzieningen waar worden geprogrammeerd. Daarnaast is het van belang dat de visie ook flexibiliteit biedt. Dit is het spanningsveld waarin een haalbare visie op de strategische programmering zich bevindt. Enerzijds een duidelijk kader scheppen en de

grote lijnen beschrijven, anderzijds zodanig flexibel zijn dat ontwikkelingen niet geremd worden of niet van de grond komen. Deze flexibiliteit vergt een dialoog met de belangrijkste belanghebbenden tijdens het proces van het opstellen en definiëren van de visie. Er zijn gesprekken gevoerd met grondeigenaren (Helvoet, Vermaat), de Economische Raad, de winkeliersvereniging Struytse Hoeck, de eigenaren van de bioscoop, de dansschool (Ri-Jo) en met de schoolbesturen die betrokken zijn bij de ontwikkeling van het IKC. Bij het voeren van deze informerende gesprekken viel op dat deze partijen over de gehele lijn bezien positief waren over het initiatief van de gemeente om te komen tot een visie op het gebied van de programmering van de stedelijke voorzieningen.

Naast flexibiliteit is de haalbaarheid van de visie een belangrijk aandachtspunt. Door het hanteren van realistische keuzecriteria zal per voorziening worden getoetst of de voorgestelde locatie haalbaar is. Uit de score van de locatie blijken ook de sterke en zwakke punten per locatie. Hier kan bij een definitieve locatiekeuze nader op worden ingegaan. In die zin wordt met het opstellen van deze visie al veel voorwerk verricht.

Tenslotte is de visie op de strategische programmering van voorzieningen een dynamisch document dat met zijn tijd meegaat. Het document zal dan ook, wanneer daar aanleiding voor bestaat, geactualiseerd worden. Dit gebeurt ook om de haalbaarheid van de visie blijvend te borgen.

8

1.6 Communicatie

Met belanghebbenden (bijvoorbeeld grondeigenaren en initiatiefnemers bij de realisatie van stedelijke voorzieningen) is informatief overleg gevoerd over de opzet en inhoud van de visie. Ook is met diverse initiatiefnemers gesproken over de voor deze partijen meest wenselijke en geschikte locaties. In bijlage 2 is een lijst toegevoegd met de partijen waarmee gesproken is.

De partijen waarmee gesproken is zijn reeds voor de opiniërende behandeling van de concept-visie op 27 januari 2016 uitgenodigd. Het merendeel van de stakeholders was bij de behandeling aanwezig.

Na deze bespreking in de commissie is met diverse stakeholders uitgebreid overleg gevoerd. De resultaten van deze gesprekken zijn daar waar mogelijk meegenomen in de bijgestelde visie die op 15 maart 2016 in het college is vastgesteld en door de commissie WWR besproken wordt op 13 april 2016. Uiteraard zijn alle stakeholders voor deze vergadering uitgenodigd.

Georganiseerde inspraak

Indien de visie door de gemeenteraad wordt vastgesteld worden verschillende stedelijke locaties verder uitgewerkt. In deze gebiedsvisies wordt de inspraak met de omgeving geregeld.

Wanneer een locatie wordt ontwikkeld zullen de omwonenden uiteraard actief worden benaderd door de gemeente.

9

2. Gemeentelijk, regionaal en provinciaal kader

2.1 Gemeentelijk kader en relatie met Structuurvisie 2015+

De visie met bijbehorende kaarten kan worden gezien als een herijking van de Structuurvisie voor wat betreft de situering van stedelijke voorzieningen. Vanwege gewijzigd provinciaal beleid en nieuwe ontwikkelingen en wijzigingen in regelgeving is het van belang de voorzieningenstructuur opnieuw te onderzoeken. Deze visie kan tevens worden gezien als voorloper van de op te stellen omgevingsvisie. Hiermee zal het document als bovenliggend kader dienen voor de ontwikkeling van toekomstige voorzieningen en de actualisering van de Visie op Verbeterlocaties.

2.2 Regionaal en provinciaal kader

Naast het gemeentelijk kader is ook het provinciale en regionale beleid relevant.

Provinciaal beleid: Visie Ruimte en Mobiliteit, Programma Ruimte en Verordening Ruimte

In juli 2014 heeft de provincie nieuw provinciaal beleid vastgesteld om zo beter in te kunnen spelen op de economische crisis en maatschappelijke veranderingen. De provincie heeft namelijk haar toenmalige beleid, dat aanbodgericht was, gewijzigd naar vraaggericht beleid. Eén van de speerpunten van het provinciaal beleid is dan ook de bestaande ruimte beter te benutten door bij voorkeur binnenstedelijk te bouwen (binnen bestaand stedelijk gebied- BSD) en ook vraaggericht te bouwen. Dit provinciale beleid zet daarmee in op de veranderende rol van de overheid en een andere manier van denken en doen van de gemeente (en gemeentelijke beleidsvelden) én de stakeholders. De provincie roept de gemeenten namelijk ook op om vraaggericht beleid en visies te ontwikkelen. Doen gemeenten dit niet dan heeft de provincie nog de Verordening Ruimte als een soort van stok achter de deur. Immers de regels in de provinciale verordening werken formeel door in gemeentelijke bestemmingsplannen.

Gebiedsvisie Voorne-Putten

De Voorne-Puttense gemeenten hebben een gemeenschappelijke gebiedsvisie voor het eiland vastgesteld. De gebiedsvisie schetst een ruimtelijk perspectief voor de toekomst en is gericht op de verbetering van de woon-, werken toeristisch-recreatieve kwaliteiten van het eiland. In dat kader wordt onder meer gestreefd naar een passend en goed functionerend voorzieningenniveau, dat gericht is op de inwoners en op bezoekers van Voorne-Putten. Hellevoetsluis heeft binnen het complementaire aanbod van voorzieningen op Voorne-Putten in hoofdzaak een compleet pakket aan dagelijkse voorzieningen met bijzondere accenten op het gebied van nautische recreatie, wellness en andere vormen van ontspanning.

10

Overzicht bestaande cultuurvoorzieningen

11

3. Beknopte inventarisatie van bestaand beleid en toekomstige ambitie

3.1 Cultuur

Cultuurnota 2008 “De gemeente Hellevoetsluis ziet cultuur- en kunstuitingen als belangrijke bijdragen aan de stedelijke identiteit, de ontwikkeling en het welbevinden van de inwoners van de stad. Cultuur is interessant en uitdagend, het prikkelt en nodigt uit tot ontmoeting en uitwisseling. Meedoen met allerlei uitingsvormen van kunst en cultuur is belangrijk en de gemeente Hellevoetsluis wil daar de voorwaarden voor scheppen en waarborgen’. De basisinfrastructuur van het culturele leven in Hellevoetsluis krijgt vorm door middel van meerjarige en incidentele subsidierelaties met culturele instellingen, verenigingen en initiatieven. We streven naar een zo compleet mogelijk aanbod van culturele voorzieningen passend bij onze stad. Het culturele hart van Hellevoetsluis wordt gevormd door het Kunstencentrum ‘De Nieuwe Veste’. Het Kunstencentrum is een professioneel centrum voor cultuur en is gelegen in de vesting. Op korte termijn zal het kunstencentrum worden omgevormd tot een cultuurhuis met het theater, de bibliotheek en de Volksuniversiteit, de muziekschool en de regionale omroep. Op dit moment wordt gewerkt aan de startnotitie voor nieuw cultuurbeleid in Hellevoetsluis. Naar verwachting zal in 2016 het nieuwe cultuurbeleid vastgesteld worden. Een van de speerpunten van het cultuurbeleid is het versterken van het culturele hart van Hellevoetsluis. Visie op de Vesting Het opwaarderen van De Vesting is in 1996 in gang gezet met het “Herontwikkelingsplan Vesting”, toen door het verdwijnen van bedrijven het mogelijk werd om De Vesting een kwaliteitsimpuls te geven.

In de visie “De Vesting Voltooien” (2011) is vervolgens een overzicht gegeven van de belangrijkste nog te realiseren onderdelen uit het herontwikkelingsplan en zijn uitgangspunten geformuleerd voor de volgende impulsen:

Impuls woningbouw, nieuwbouw van woningen is van groot belang voor het verbeteren van de uitstraling van De Vesting o.a. ter hoogte van de entree nabij de Brielse Poort en ter hoogte van de Hoofdwachtstraat. Zowel voor de nieuwbouw als voor de inrichting van het openbaar gebied wordt daarom uitgegaan van een hoogwaardige kwaliteit.

Impuls bezoekfuncties en wandelroutes, om De Vesting zo aantrekkelijk mogelijk te maken, dienen unieke locaties aan de havens beter benut te worden en dienen voorzieningen aan logische en aantrekkelijke routes te worden gesitueerd.

Impuls cultuurhistorie, o.a. het voorzien van diverse monumentale gebouwen van een eigentijds publiektrekkende functie.

Impuls watersport, op het gebied van watersport is de doelstelling samen te vatten als het versterken van De Vesting en omgeving tot het watersportcentrum van de regio. Het aantal ligplaatsen is hiertoe uitgebreid en een publiekstrekker in de vorm van een museumkade met historische schepen is gerealiseerd.

Toekomstige ontwikkeling:

• Vesting versterken als cultureel hart, cultuurhuis

Mogelijke nieuwe culturele opgaven:

• Stadsmuseum

• Uitbreiding of nieuwbouw bioscooptheater

• Dans- en creatief centrum in aanvulling op cultuurhuis

12

Overzicht bestaande voorzieningen detailhandel & horeca

13

3.2 Economie De ambities met betrekking tot het economisch beleid zijn verwoord in de kadernota Economie 2008 – 2020 “Ambitie en realiteit”. De voor deze nota belangrijkste ambities kunnen als volgt worden weergegeven: • Het benutten van de potenties in toerisme en recreatie, waarin ook

kansen liggen voor het combineren van zorg en recreatie. • Het op elkaar afstemmen van de economische dynamiek en

behoud van de ruimtelijke kwaliteit. • Het waarborgen van de kwaliteit op bestaande bedrijven –

terreinen (o.a. door herstructurering) en een snelle ontwikkeling van Kickersbloem 3 en Veerhaven.

• Het opstellen van een detailhandelsvisie en een horecanota. Winkelvoorzieningen In de Kadernota Detailhandel, vastgesteld in januari 2011 wordt puntsgewijs ingezet op: • Versterking van de Struytse Hoeck als hoofdwinkel -centrum. • Handhaving van de levensvatbare buurtwinkelcentra

(Evertsenplein, Jachthoorn en Forel) voor dagelijkse voorzieningen.

• De Vesting versterken als toeristisch–recreatief gebied met hierop aansluitend detailhandelsfunctie.

• Nieuwe winkelvoorzieningen stimuleren om zich binnen de genoemde winkelgebieden te vestigen.

• Winkels in volumineuze artikelen, die niet inpasbaar zijn in winkelgebieden zo veel mogelijk clusteren op een passende PDV-locatie.

• Behoud van Rijksstraatweg als gevarieerde aanloopstraat van de gemeente.

Horecavoorzieningen Op basis van de analyse van het toeristisch product van Hellevoetsluis zijn in de nota Horecavestigingsbeleid 2010 drie ontwikkelingsrichtingen uitgewerkt, die aansluiten bij het karakter van de gemeente. Deze drie te versterken pijlers zijn: • Versterking van de uitgaansfunctie.

Hierbij is clustering van de uitgaansvoorzieningen noodzakelijk. • Toeristisch-recreatief product, hierbij wordt De Vesting meer als één samenhangende attractie neergezet. • Versterking winkel-ondersteunende horeca. Bij de versterking van het hoofdwinkelgebied past de uitbreiding en opwaardering van de daghoreca. Door de pijlers te combineren ontstaat in De Vesting een brede basis voor een meer gevarieerd horeca-aanbod. Horeca kan zo inspelen op meerdere doelgroepen: inwoners, toeristen, recreanten en de zakelijke markt.

Ambitie detailhandel

- Versterken winkelcentrum SH.

- Geen solitaire detailhandel en/of kantoren.

Ambitie horeca

- Vesting inzetten op avondhoreca en toerisme;

- Winkelcentrum SH versterken daghoreca, kwantitatief en kwalitatief;

- Opwaarderen ondersteunende horeca recreatieve zone.

15

Hoofdpunten Centrumvisie De Struytse Hoeck:

Breed draagvlak door de vernieuwende aanpak

Dit betreft een gedeelde visie die als vertrekpunt wordt gehanteerd voor de ontwikkeling van hoofdhoofdwinkelcentrum van de gemeente, De Struytse Hoeck, de komende tien jaar. De visie is gemaakt door ondernemers, eigenaren, leden van raadscommissie WWR, Economische Raad, bestuurders en ambtenaren. Ook de bevindingen van 1.350 consumenten uit Hellevoetsluis en de regio zijn in de visie meegenomen.

Verblijfkwaliteit

Uit het uitgebreide onderzoek blijkt dat men de uitstraling, sfeer, hoeveelheid groen en verblijfskwaliteit in het onoverdekte gedeelte onder de maat vindt, dat de diversiteit in winkelaanbod te beperkt is en dat er onvoldoende horeca-aanbod met terrassen aanwezig is verspreid over het winkelcentrum. Naar de toekomst toe wordt De Struytse Hoeck gepositioneerd als regionaal verzorgend centrum met een hoofdfunctie voor Hellevoetsluis en de regio. Binnen de regionale hoofdstructuur behoudt De Struytse Hoeck het profiel van efficiënt-recreatief koopcentrum, waarbij het streefbeeld erop gericht is dat De Struytse Hoeck voor de Hellevoeter, de regiobewoner en de toerist qua aanbod, inrichting en uitstraling aangenaam genoeg is om een middag te verblijven.

Beperkte uitbreiding van het winkelaabod

Uitbreidingsruimte van het winkelaanbod de komende jaren bij voorkeur inzetten om het hoofdwinkelcentrum te versterken zodat er een diverser aanbod geaccommodeerd kan worden. Eventuele uitbreiding wordt ingezet om de bestaande structuur van het winkelcentrum, met name in het onoverdekte gedeelte, te optimaliseren. Dit betekent uitbreiding door inbreiding, waarbij er prioriteit wordt gegeven aan het centrale plein om de doorbloeding te verbeteren.

Behoud en versterking functiemix op de Strutse Hoeck

Denk aan woonfuncties, maatschappelijke voorzieningen, dienstverlening en (grootschalige) leisure functies. Er liggen met name kansen in de randen van het centrum en de directe omgeving, wonen kan door het hele winkelgebied versterkt worden.

16

Overzicht bestaande scholen

17

3.3 Onderwijsvoorzieningen

Gevolgen krimp voor het onderwijs Ook de volgende decennia blijven de gevolgen van krimp in de basisgeneratie voor Hellevoetsluis merkbaar. In Hellevoetsluis wordt noodgedwongen gekozen voor verdunning van het aantal onderwijslocaties. In het Integraal Huisvestingsplan voor onderwijs en welzijnsvoorzieningen 2013-2017 (IHP) zijn hiervoor de eerste plannen ontvouwd. Het bouwplan voor de realisatie van een breed Integraal Kindcentrum (IKC) ter hoogte van de Sportlaan vormt het nieuwe onderkomen voor meerdere basisscholen. De opvangfunctie (voor- tussen- en naschoolse opvang) zal door de stichting de Kinderkoepel worden ingevuld. Hierdoor wordt een doorlopende ontwikkellijn voor 2-6 jarigen geborgd. Teruglopende leerlingenaantallen voor zowel het primair als het voortgezet onderwijs maken het noodzakelijk om in het eerstvolgende IHP de scope over een langere planperiode uit te laten rollen. Het volgende IHP zal zich daarom richten op het tijdvak 2018-2028. Bij de totstandkoming hiervan zal de inzet van de transitieatlas onderwijs een rol gaan spelen. De transitieatlas is een interactief beleidsinstrument dat dienend kan zijn om de effecten van krimp zichtbaar te maken en dat een voor alle betrokken actoren het beste besluit genereert. Dit gebeurt onder andere met behulp van;

visueel en inzichtelijk scenariodenken;

real time kosten en baten analyses;

constructieve discussies aanwakkeren.

Ambitie Onderwijs:

Verdunning van het aantal onderwijslocaties en samenwerken van onderwijs en opvang (en IKC ontwikkeling).

18

Overzicht bestaande sportvoorzieningen

19

3.4 Sport

‘Sport beweegt Hellevoetsluis’ Strategisch Sportbeleid 2009 – 2013

Op basis van een nadere analyse van de huidige sportsituatie in Hellevoetsluis en de relvante trends en ontwikkelingen zijn de volgende ‘bouwstenen’ voor het nieuwe sportbeleid geformuleerd.

Bouwstenen Binnensportaccommodaties

Met het sportbeleid wil de gemeente Hellevoetsluis sport als doel handhaven. Sport levert voor veel mensen plezier, ontspanning en voldoening op en is een gerechtvaardigd doel op zich. Om die reden zal de gemeente Hellevoetsluis voorwaarden blijven scheppen om te kunnen sporten. Tegelijkertijd wenst de gemeente Hellevoetsluis zich met het sportbeleid nadrukkelijker en op meer structurele basis te richten op de instrumentale waarde van sport. Sport vormt in de visie van Hellevoetsluis niet langer een op zichzelf staand beleidsterrein maar is verweven met Wmo-beleid, lokaal gezondheidsbeleid, jongeren- en ouderenbeleid, wijkontwikkeling en onderwijs.

Bouwstenen Buitensportaccomodaties

Multifunctioneel- dan wel medegebruik van buitensportaccommodaties vormt een kans voor het nieuwe sportbeleid van de gemeente Hellevoetsluis en dient hierin te worden meegenomen. Wel dient daarbij tevens aandacht uit te gaan naar de ondersteuningsbehoefte die door buitensportverenigingen naar voren is gebracht met betrekking tot vrijwilligersbeleid, onderlinge samenwerking en het bevorderen van de oprichtingen/instandhouding van kleine c.q. nieuwe sportverenigingen om de diversiiteit in het sportaanbod te bevorderen.

In het toeristisch-recreatieve beleid wordt verder uitwerking gegeven aan watersportaccommodaties

Bouwsteen zwembad

Gezien het maatschappelijk breed onderschreven streven alle inwoners tot een meer gezonde, actieve en sportieve levensstijl te stimuleren zal zwembad De Eendraght blijvend een belangrijke functie kunnen vervullen

binnen de sportsector van Hellevoetsluis. Rekening houdend met nieuwe ontwikkelingen en trends en het feit dat het zwembad in 2016 economisch afgeschreven is, zal een nieuwe zwembadvisie ontwikkeld worden.

Bouwsteen commercieel sportaanbod

De brede gemeentelijke aanpak voor wat betreft de uitvoering van sportbeleid heeft zich in de afgelopen jaren ook vertaald in verschillende vormen van samenwerking met de commerciële sportaanbieders die hebben bijgedragen aan sportstimuleringsprojecten. Deze samenwerking is niet alleen al succesvol gebleken maar kan in de toekomst verder worden versterkt en uitgebreid.

Bouwsteen sport en sportverenigingen

Sportverenigingen vormen meer en meer een partner voor de gemeente waar het sport als doel betreft en tevens waar het gaat om de instrumentele waarde van sport. Steeds meer gemeenten schakelen sportverenigingen in bij sportstimuleringsprojecten, zowel gericht op het onderwijs als op wijken. De sociale structuur die van oudsher binnen de georganiseerde sport bestaat, biedt goede mogelijkheden om vanuit de verenigingscultuur ook sportmogelijkheden te bieden aan mensen met een beperking waarvan in het nieuwe sportbeleid gebruik kan worden gemaakt.

Ambitie > Nieuwbouw zwembad Aandachtspunten / toekomstige ontwikkelingen: - Spreiding door de stad. Toekomstige plannen voetbalverenigingen: - nog geen terugloop van ledenaantal; - moet vanuit de clubs zelf komen; - denk aan bestuurlijke samenwerking.

20

Overzicht bestaande recreatieve clusters

21

3.5 Recreatieve voorzieningen

Beleidsplan Toerisme en Recreatie 2014-2017 Het beleidsplan bouwt voort op het beleid dat is uitgezet in de “Visie op de Watersport 2004”, de “Kadernotitie Toerisme en Recreatie 2008”, Integraal Evenementenbeleid Hellevoetsluis 2008” en de “Visie Ontwikkeling Recreatieve Zone 2011” en mondt uit in een reeks van speerpunten voor de komende periode, binnen de drie pijlers voor het toeristisch-recreatief:

- “Op, aan en in het water”; de ligging aan het Haringvliet en de nabijheid van Noordzee is kenmerkend voor Hellevoetsluis en heeft voor een groot deel de ontwikkeling van de vestingstad beïnvloed. Enkele speerpunten zijn: verbetering aanlegplaatsen voor riviercruises, het behouden van de blauwe vlag, organiseren van watersportgerelateerde evenementen.

- “Het roemruchte verleden” (cultuurhistorie); Het hart van het roemruchte verleden ligt in de Hellevoetse Vesting. De historische vesting is een van de best bewaard gebleven verdedigingswerken in Nederland. Na het vertrek van de Marine naar Den Helder in de jaren dertig van de afgelopen eeuw is de vesting nu vooral de thuishaven voor watersporters.

- “Recreëren aan de kust en in de natuur” (strand, duinen, recreatiegebieden en natuur); de komende jaren wordt er ingezoomd op de ontwikkeling van de zogenaamde recreatieve zone. Deze zone betreft o.a. het Quackstrand en het gebied langs de Dam. Beleving en kwaliteitsverbetering staan voorop. Concreet wordt daarbij ingezet op o.a. intensievere vormen van recreatie, het verbeteren van de bereikbaarheid en het opwaarderen van horeca- en sanitaire voorzieningen.

Regionale visie

Op dit moment wordt gewerkt aan het opstellen van een regionale Visie op de gastvrijheidseconomie van Voorne-Putten. De visie zal naar verwachting in april/mei 2016 worden vastgesteld. Een van de doelen voor 2030 is het doorontwikkelen van Voorne-Putten tot vrijetijdslandschap, waarbij o.a.:

- Verblijfstoerisme en recreatie is geconcentreerd in de Kop van Voorne, de zuidrand van het eiland en in de vestingsteden;

- De historische vestingsteden bruisen, hebben levendige havens met typische winkeltjes en horeca. Zij zijn dragende iconen van Voorne-Putten.

- Verblijfsbestemmingen aan de zuidrand van het eiland zijn (her)ontwikkeld, versterkt in kwaliteit en gericht op authentieke verblijfsmogelijkheden zoals eco-lodges die opgaan in de natuur, stijlvolle B&B’s en duurzame familiehotels.

- De Zuidrand is doorontwikkeld tot natuurlijke bad-bestemming die goed ontsloten is via OV en voor auto-, fiets-, en wandelverkeer.

Recreatie Toekomstige ontwikkelingen: - Versterken recreatieve zone, clusteren van recreatieve voorzieningen en versterking kwaliteit verblijfsmogelijkheden. - Opwaarderen / aanleggen recreatieve routes Ambitie, mogelijke nieuwe opgaven: - Hotel /B&B - Wellness - Versterken vrijetijdseconomie (leisure) > locaties nader te bepalen in voorliggende visie

22

Overzicht bestaande zorgvoorzieningen

23

3.6 Gemeentelijk en landelijk zorgbeleid

Het zorgbeleid van de Rijksoverheid en de gemeente Hellevoetsluis is er op gericht om mensen zo lang mogelijk te kunnen laten wonen in de eigen woning dan wel eigen woonomgeving en om hen zoveel mogelijk deel te laten (blijven) nemen aan de samenleving. Daarbij wordt zo veel mogelijk uitgegaan van de eigen kracht en het zelfoplossend vermogen van mensen en hun directe omgeving. Eventuele aanvullende benodigde ondersteuning om zelfstandig te kunnen blijven wonen, wordt waar mogelijk thuis of zoveel mogelijk in de nabije omgeving georganiseerd. Vanuit de Rijksoverheid wordt deze ontwikkeling gestimuleerd door in te zetten op zogeheten 'extramuralisering' op het gebied van wonen in combinatie met zorg. Extramuralisering is het streven buiten de muren van een intramurale instelling (waar iemand opgenomen wordt) gelijkwaardige zorg te bieden, bijvoorbeeld in de eigen woning (thuiszorg). Naast extramuralisering is er sinds enkele jaren steeds meer sprake van een scheiding van wonen en zorg. Dit is de situatie waarin wonen en zorg apart gefinancierd worden. De cliënt betaalt zelf voor het wonen via huur of koop. De zorg wordt apart gefinancierd via de zorgverzekeringswet, Wmo, Wlz of via eigen middelen. Gedachte achter deze scheiding is dat bewoners van (voormalige) intramurale zorglocaties zo meer keuzevrijheid krijgen en de diversiteit in wonen voor mensen wordt vergroot. Voor wat betreft resterende intramurale woonzorgvoorzieningen zetten we in op kleinschalige voorzieningen zoveel mogelijk in de wijken, tenzij dit voor de doelgroepen niet gewenst is.

3.7 Wonen

De woonvisie Voorne-Putten is recent vastgesteld en geeft o.a. antwoord op de eisen die de provincie stelt aan de woonvisie en aan de regionale samenwerking. Belangrijk doel van de woonvisie is een kader voor de kwalitatieve invulling van het regionale woningbouwprogramma van Voorne-Putten. Het programma speelt in op een gewijzigde bevolkingssamenstelling, waarbij het aantal inwoners afneemt, de groep senioren groeit en nog sterker zal gaan groeien. Ingrijpen in de bestaande woningvoorraad is van groot belang om de woningen beter aan te laten sluiten op de kwalitatieve behoefte. Het toekomstbestendig maken van de bestaande woningvoorraad is daarmee een belangrijke doelstelling van de woonvisie. Nieuwbouw wordt gezien als hierop aanvullend. Voor Hellevoetsluis wordt gezien de vergrijzing met name ingezet op “voor senioren geschikte huisvesting”, gesitueerd in een levendige omgeving met voorzieningen in de directe omgeving en levensloopgeschikt.

Daarnaast is de gemeente verantwoordelijk voor de huisvesting/opvang van verschillende doelgroepen.

3.8 Leefbaarheid in Hellevoetsluis

In de gemeente Hellevoetsluis heeft in 2010 voor het eerst een leefbaarheidsonderzoek plaatsgevonden met behulp van Lemon, de leefbaarheidsmonitor. Sindsdien hebben de gemeente en Maasdelta het onderzoek om de twee jaar herhaald. Het leefbaarheidsonderzoek betreft 4 thema’s; de fysieke woonomgeving, de sociale woonomgeving, overlast en veiligheid. Het lemon onderzoek zal een belangrijke rol gaan spelen bij de nadere uitwerking van de nu voorliggende visie, waarbij zal worden ingezoomd op de herontwikkeling van specifieke deelgebieden.

Ambitie zorg: Uitgegaan van de eigen kracht en het zelfoplossend vermogen van mensen en hun directe omgeving. Eventuele aanvullende benodigde ondersteuning om zelfstandig te kunnen blijven wonen, wordt waar mogelijk thuis of zoveel mogelijk in de nabije omgeving georganiseerd. Mogelijk nieuwe opgave > Nieuwbouw gezondheidscentrum

Ambitie wonen:

- Inspelen op ontgroening, vergrijzing en gezinsverdunning en de vraag naar voor deze groepen geschikte woningen. - Bestaande voorraad herstructureren en meer levensloopgeschikt maken.

24

Verkeersvisie Gemeentelijk Verkeer en Vervoerplan Hellvoetsluis 2013

25

3.9 Gemeentelijk verkeer en vervoerplan Hellevoetsluis 2013

In het Gemeentelijk Verkeer- en Vervoerplan Hellevoetsluis 2013 wordt een visie gegeven op het verkeer en wordt het beleid vastgelegd voor de komende jaren. De visie sluit o.a. aan bij de Stadsvisie 2030 en de Structuurvisie 2015+. Het beleid is een vertaling van landelijk en regionaal beleid naar de lokale Hellevoetse situatie. Fietsbeleid Hellevoetsluis heeft een compacte bebouwde kom en dat maakt de fiets uitermate geschikt als vervoermiddel om lokale verplaatsingen mee te maken. Het centrale winkelcentrum Struytse Hoeck ligt voor bijna alle inwoners binnen een straal van 2 kilometer. Ook voor de verbindingen met omliggende steden en dorpen kan de fiets een aantrekkelijk alternatief zijn voor de auto. Bovendien winnen recreatie en toerisme binnen Hellevoetsluis aan aandacht en belang. Fietsen moet gestimuleerd worden, het fietsen moet veiliger en moet aantrekkelijker worden in Hellevoetsluis. Het doel is:

toename van het fietsgebruik op afstanden <7,5 km;

completeren en kwalitatief verbeteren van het primaire fietsnetwerk;

completeren en verbeteren van het recreatieve fietsnetwerk;

uitbreiden van fietsparkeervoorzieningen bij OV-haltes en voorzieningen;

terugdringen van fietsendiefstal. Openbaar vervoer Op 13 december 2015 is de dienstregeling in de regio Hoeksche Waard / Goeree Overflakkee veranderd. Vanaf die datum is Connexxion de nieuwe vervoerder. De bussen rijden op vaste routes en volgens een vaste dienstregeling, zie lijnennetkaart in bijlage 3. Snelverkeer In Hellevoetsluis wordt de doorstroming van het verkeer in de gaten gehouden met behulp van verkeersonderzoek (tellingen) en een verkeersmodel (Regionale VerkeersMilieukaart: RVMK). De tellingen geven inzicht in de actuele situatie, het verkeersmodel is in staat om 10 jaar vooruit te kijken. In het verkeersmodel zijn recent de effecten van

woningbouwplannen, Kickersbloem 3 en nieuwe infrastructuur (noordelijke randweg, oostelijke randweg en centrumring) doorgerekend. Effect centrumring De aanleg van de centrumring heeft een behoorlijke invloed op de routekeuze van het verkeer voor Hellevoetsluis. Van al het verkeer dat gebruik maakt van de nieuwe brug komt ongeveer 2/3 deel van De Sprong en 1/3 deel van de Vlasakkerlaan (ter hoogte van de Stationsweg). De centrumring ontlast de kruising De Sprong / Amnesty Internationallaan / Kanaalweg Westzijde en de wegvakken van De Sprong en Amnesty Internationallaan door een betere verdeling van het verkeer. Tevens wordt door de aanleg van de centrumring het winkelcentrum Struytse Hoeck beter bereikbaar. Op de Amnesty Internationallaan is nauwelijks ruimte meer voor verdere groei van het verkeer zonder aanleg van de centrumring.

Toekomstige ontwikkelingen / ambities:

- Realisatie centrumring met extra brug;

- Realisatie oostelijke randweg;

- Verplaatsen parkeerterreinen grote voertuigen naar

Kickersbloem;

- Directe ontsluiting recreatieve zone vanaf N57.

27

3.10 Visie op Verbeterlocaties

In de loop van de tijd heeft een groot aantal locaties zijn oorspronkelijke functie verloren. Dit is eind 2012 o.a. aanleiding geweest voor het opstellen van een visie op Verbeterlocaties, waarin gestreefd wordt naar een integrale aanpak en opwaardering van voornamelijk binnenstedelijke locaties: integraal nadenken over de mogelijkheden voor ontwikkeling, waarbij de juiste functie op de juiste plek kan worden gerealiseerd.

Het uiteindelijke doel van de visie op Verbeterlocaties is verbetering van de kwaliteit van de woon- en leefomgeving, hierin speelt ook het sociaal domein een belangrijke rol.

In de loop van 2014 heeft zich een aantal ontwikkelingen voorgedaan die actualisering van de visie wenselijk maakten. Zo is het provinciaal beleid op het gebied van ruimtelijke ordening en wonen gewijzigd en zijn er nieuwe locaties bijgekomen. De Actualisering Visie op Verbeterlocaties is op 29 okt.2015 vastgesteld door de gemeenteraad. 3.11 Gemeentelijk vastgoedbeleid In juli 2013 heeft de gemeenteraad besloten om gefaseerd gebouwen te verkopen die de gemeente zelf in eigendom heeft, conform het beleidskader gemeentelijke vastgoedportefeuille. Uitgangspunt is het streven naar een kernachtige vastgoedportefeuille, die afgestemd is op de ambities van de beleidsvelden. En bij te dragen aan een bezuinigingsdoelstelling. Hierbij zijn de volgende categorieën voor de gemeentelijke vastgoedportefeuille geformuleerd: - Maatschappelijk vastgoed: - Strategisch vastgoed: - Gemeentelijk facilitair vastgoed: Overig vastgoed komt in principe in aanmerking voor afstoten. De verkoop van het gemeentelijke vastgoed dat afgestoten wordt, vindt in fases plaats. Door verkoop wordt ingezet op minder onderhoudslasten en voldoende

middelen voor een goede kwalitatieve instandhouding van de overige gemeentelijke eigendommen. (Rijks)monumenten binnen de Vesting zijn in 2014 middels een interactief proces in de markt gezet om zo het optimale gebruik te faciliteren, zoals beoogd conform de visie Vesting. Inmiddels zijn drie vastgoed fases in de markt gezet, waarvan circa de helft van de fasering is verkocht en een nieuwe gebruiksfunctie heeft gekregen. Momenteel worden vervolgfasen voorbereid. 3.12 Samengevat Met bovenstaande beknopte weergave van het voor de “visie op de strategische programmering van voorzieningen” relevante beleid is getracht het kader te schetsen, waarbinnen de uiteenlopende locaties kunnen worden ingevuld. Voor het thema duurzaamheid is een aparte paragraaf opgenomen in hoofdstuk 9 (pag. 45) De doelstellingen van de visie (zie pagina 3) worden als volgt ingevuld.

1. De vergrijzing en ontgroening wordt in o.a. de onderwijsconcepten van het IKC meegenomen. Daarnaast wordt (ook vanuit de Woonvisie) het aantal voor senioren geschikte woningen uitgebreid. Deze woningen worden zo veel als mogelijk is rondom de voorzieningen voor dagelijkse behoeften gesitueerd. Daarnaast wordt vanuit de thema’s zorg en wonen aandacht geschonken aan de bereikbaarheid van voor senioren geschikte woningen en de huisvesting van specifieke doelgroepen.

2. De culturele voorzieningen van Hellevoetsluis zijn vooral te vinden in het cluster Vesting. Dit wordt aangevuld met passende maatschappelijke functies zoals de ontwikkeling van een stadsmuseum en mogelijk ook de vestiging van een dansschool en/of bioscoop.

3. De stedenbouwkundige opgave van het verbeteren van locaties als Helvoet en Vermaat komt ruimschoots aan bod in deze visie. Ook op andere verbeterlocaties staat de invulling van een dergelijke locatie met een passende voorziening centraal.

29

4. Conclusie ruimtelijke en programmatische analyse

Bij de ruimtelijke en programmatische analyse van de stad valt er een duidelijke bestaande clusterstructuur op. Hierbinnen functioneert een groot aantal voorzieningen al goed. Herkenbaar is: 1. De zogenaamde recreatieve zone die toeristisch zeer interessant is, veel kansen biedt voor zowel natuur als recreatie en gunstig is gelegen ten opzichte van de N57; 2. De Vesting met horeca, culturele en watersportvoorzieningen;

3. Winkelcentrum de Struytse Hoeck met haar uitgebreide winkelvoorzieningen en aanverwante voorzieningen;

4. Aan de Fazantenlaan ligt een onderwijscampus bestaande uit een gegroepeerd aanbod aan middelbare scholen in uiteenlopende richtingen inclusief sportvoorzieningen; 5. De bedrijventerreinen Kickersbloem en Veerhaven (watersportgebonden bedrijvigheid). 6. De Meubelboulevard is op deze locatie geleidelijk aan gegroeid tot een groot stedelijk voorzieningencluster. Behalve perifere detailhandel (woonwinkels) bevindt zich hier ook horeca en bovenwijkse detailhandel. Sprake is van een duidelijke clustering van voorzieningen die elkaar versterken. Vanuit stedenbouwkundig en economisch oogpunt is deze gegroeide situatie echter niet optimaal. Verplaatsing van de meubelboulevard lijkt op dit moment niet realistisch. Van belang is wel het verbeteren van de bereikbaarheid om als stedelijk voorzieningencluster ook in de toekomst goed te kunnen blijven functioneren. Tevens valt op dat een aantal clusters met bovenwijkse voorzieningen niet meer geheel past binnen de gemeentelijke ambitie. 7. Aan de Rijksstraatweg en in haar directe omgeving is een aantal min of meer geclusterde voorzieningen aanwezig; bijvoorbeeld detailhandel, horeca en bioscoop. In het verleden was dit de aanloopstraat naar de

Vesting. Daarom zijn hier veel verschillende functies gevestigd met een beperkte synergie en hoge parkeerdruk. Vanuit de visie op de strategische positionering van voorzieningen wordt voor de Rijksstraatweg gestreefd naar het op termijn verplaatsen van bovenwijkse voorzieningen, zoals autobedrijven en bv. de bioscoop. Deze voorzieningen hebben een grote verkeersaantrekkende werking wat een nadelige invloed heeft op het woon- en leefmilieu rond de Rijksstraatweg. Dit blijkt o.a. uit het Lemon onderzoek 2014. Wat betreft de situering van detailhandel binnen dit cluster zal in het kader van de mogelijke actualisering van de Kadernota Detailhandel nader onderzoek plaatsvinden naar o.a. het karakter van dit cluster. 8. Bedrijventerrein Helvoet, Vermaat, Sportlaan (tezamen Sportlaan e.o.) Deze locatie maakt deel uit van de visie op Verbeterlocaties. Gestreefd wordt naar verplaatsing van de bedrijven naar KB3 en tansformatie van het gebied naar een woonlocatie met mogelijkheden voor stedelijke voorzieningen centraal in de stad, groen en water. Tevens wordt op termijn gestreefd naar verplaatsing van solitaire detailhandel aan de Sportlaan naar het winkelcentrum Struytse Hoeck.

9. De situering van de parkeerterreinen voor grote voertuigen rond de Vesting past niet meer in het stedelijk beeld van Hellevoetsluis. Uitganspunt is de parkeerterreinen te verplaatsen naar KB3. Ter hoogte van de Veerhaven geeft dit ruimte voor woningbouw ontwikkeling. De mogelijke toekomstige invulling van de locatie aan de Brielsestraatweg is nader onderzocht in de voorliggende visie. Clusterindeling als vertrekpunt voor nadere analyse per voorziening Bovenstaande bestaande clusters en deelgebieden fungeren als vertrekpunt voor de nadere analyse van de strategische programmering van stedelijke voorzieningen (zie hoofdstuk 5). De vestiging van een bepaalde voorziening in een passend cluster kan leiden tot (grote) synergie-effecten en tevens tot vervolmaking van de stad (relatie met de visie op Verbeterlocaties). Hier is nadrukkelijk rekening gehouden bij de uiteindelijke programmering.

30

5. Nieuwe opgaven stedelijke voorzieningen

In deze visie komen de volgende voorzieningen aan de orde: - Zwembad; - IKC; - Gezondheidscentrum; - Uitbreiding/nieuwbouw bioscoop - Dansschool (Ri-Jo); - Recreatief hotel; - Zakelijk hotel; - Kleinschalige indoor recreatievoorzieningen zoals dart- en

poolcentrum, bowling; - Wellness; Dit zijn de voorzieningen waarvan in redelijke mate vaststaat dat deze zich de komende periode van 3 tot 5 jaar zullen aandienen. 6. Analyse van de mogelijke locaties voor de stedelijke voorzieningen Bij de analyse van de vestigingslocaties van de verschillende voorzieningen is per voorziening geanalyseerd wat deze voorziening specifiek maakt en aan welke objectieve, minimale eisen de potentiële locaties voor een bepaalde voorziening dienen te voldoen. Daarnaast is voor een aantal voorzieningen een locatie meegenomen in de analyse die in het verleden genoemd is als potentiële vestigingslocatie voor de betreffende voorziening. Indien de bestaande locatie van een voorziening aanleiding geeft tot het heroverwegen van deze locatie is deze ook meegenomen. Hieronder wordt het selectieproces om tot de meest kansrijke locatie per stedelijke voorziening te komen beschreven. 6.1 De eerste selectie: harde vestigingscriteria per voorziening Allereerst wordt per voorziening bepaald welke harde vestigingscriteria er zijn. Bijvoorbeeld: voor het bepalen van potentieel geschikte locaties voor de vestiging van een gezondheidscentrum is o.a. voldoende parkeergelegenheid van essentieel belang. Dit vertaalt zich in een zogenaamd hard vestigingscriterium voor een gezondheidscentrum.

Toepassing van dit harde criterium op de groslijst van locaties leidt tot een klein aantal potentiële locaties die nader onderzocht kunnen worden. Door het analyseren en toepassen van de harde vestigingscriteria per voorziening vallen locaties die niet voldoen aan de minimale vestigingseisen bij voorbaat af. Per voorziening blijft dan een overzichtelijk aantal mogelijke locaties over. Voor sommige voorzieningen zijn in het verleden al concrete locaties aan de orde geweest. Deze locaties worden toegevoegd aan de potentiële locaties en heten de zogenaamde “toegevoegde locaties”. In onderstaande tabellen is per voorziening overzichtelijk weergegeven welke voorzieningen afvallen en waardoor dit komt. De locaties die met groen zijn weergegeven zijn de locaties die op hoofdlijnen voldoen voor de vestiging van de betreffende voorziening. Hiervan vindt later een nadere analyse plaats. Hieronder wordt per stedelijke voorziening aangegeven welke de meest relevante kenmerken zijn. Daarnaast worden de harde vestigingscriteria voor die voorziening toegelicht. Door toepassing van de harde vestigingscriteria resteren de potentieel geschikte locaties. Deze worden van een score voorzien door de locaties te scoren aan de hand van een tiental zachte vestigingscriteria. Hieruit volgt een rangorde binnen de geschikte locaties. 6.2 De nadere analyse van de potentiële vestigingslocaties per voorziening: de zachte locatiecriteria Deze resterende locaties worden verder geanalyseerd op basis van een tiental verschillende zachte locatiecriteria. Een voorbeeld van een locatiecriterium is de “maatschappelijke meerwaarde door bundeling van (culturele) functies”. De zachte locatiecriteria worden gescoord van – 10 tot + 10 punten per criterium. Wanneer een bepaalde locatie volledig aan het locatiecriterium voldoet levert dat 10 punten op. Wanneer de locatie een sterk averechts heeft op het betreffende locatiecriterium levert dit – 10 punten op. Het kan voorkomen dat een zacht criterium voor een bepaalde voorziening niet van toepassing is. Dit is dan in de tabel in bijlage 1 weergegeven.

31

Zodra per voorziening de harde vestigingscriteria zijn bepaald en toegepast resteren er zoals gezegd meestal twee of drie potentiële locaties. Om binnen deze locaties een nuancering aan te brengen wordt er een zogenaamde multi-criteria analyse uitgevoerd. Dit houdt in dat de voorziening langs de lat wordt gelegd van een aantal belangrijke zachte keuzecriteria, zoals bijvoorbeeld de bereikbaarheid per ov, fiets en auto of de financiële haalbaarheid van een voorziening op een specifieke locatie Vervolgens worden alle relevante locatiecriteria gescoord. Dit levert een beeld op waarin locaties in hun onderlinge geschiktheid voor de vestiging van die voorziening scoren. De locatie met de meeste punten is het meest geschikt voor die vestiging. Het komt voor dat eenzelfde criterium, bijvoorbeeld de ligging t.o.v. de doelgroep, bij een bepaalde voorziening als hard vestigingscriterium is aangemerkt en bij een andere voorziening als zacht locatiecriterium. Dit wordt veroorzaakt door het feit dat eenzelfde criterium bij de ene voorziening kritisch van karakter is en bij een andere voorziening wel belangrijk is, maar niet absoluut noodzakelijk. Uiteraard spelen per voorziening verschillende criteria een rol. Daarom wordt per voorziening geanalyseerd welke de scoringscriteria zijn. De zachte locatiecriteria worden hieronder omschreven. 1. Ligging van de locatie t.o.v. de voor de voorziening belangrijkste

doelgroep. Per voorziening zijn er uiteraard verschillende doelgroepen. Hier wordt per voorziening nader op ingegaan.

2. Vervolmaking van de stad. (beeld en uitstraling van de stad)

Per locatie wordt bekeken wat de meerwaarde van deze voorziening kan zijn voor het vervolmaken van de stad op locaties die stedenbouwkundig een zetje in de goede richting nodig hebben. De impact van een stedelijke voorziening kan door uitstraling, aanloop en spin-off een grote (positieve) invloed hier op hebben. Er zijn locaties in de stad die door de komst van een specifieke voorziening in een opgaande ontwikkelingspiraal terecht kunnen komen. Dit effect wordt gescoord.

3. Versterken van de ruimtelijk-economische meerwaarde. Per locatie wordt geanalyseerd wat de bijkomende positieve effecten van de vestiging van de voorziening zijn. Bijvoorbeeld de positieve effecten op de reeds aanwezige (avond)horeca of op het bestaande winkelcentrum. Iedere locatie heeft een andere aanvangssituatie. De effecten van de komst van de voorziening kan dus een geringe of een grote bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de bestaande voorzieningen. Uiteraard is de aansluiting op de ene sector beter dan op de andere. Denk aan de positieve effecten die de vestiging van een bioscoop kan hebben op respectievelijk avondhoreca en bedrijven.

4. Bereikbaarheid.

Het gaat hier om bereikbaarheid per ov, fiets en auto. Per locatie en voorziening is er een verschillend bereikbaarheidsprofiel. Een gezondheidscentrum dient bijvoorbeeld door zowel ov, fiets als auto goed bereikbaar te zijn terwijl een wellness voorziening vooral goed bereikbaar moet zijn per auto. Verschillende locaties scoren op dit criterium dus mogelijk anders.

5. Eigendomsverhouding gronden.

Bij dit criterium wordt de eigendomsituatie bekeken. Er wordt bij gemeentelijke voorzieningen geredeneerd vanuit de regiefunctie van de gemeente. Is de grond in eigendom van de gemeente dan scoort deze locatie goed. Heeft de gemeente geen grondpositie, dan wordt het realiseren van de voorziening wellicht moeilijker en scoort de locatie slechter. Uiteraard treedt er een andere situatie op wanneer er sprake is van een particulier initiatief en de betreffende initiatiefnemer alle grond in bezit heeft.

6. Financiële haalbaarheid. Door locatiegebonden factoren verschillen locaties in hun financiële haalbaarheid voor verschillende voorzieningen. Een voorbeeld hiervan zijn exploitatievoordelen bij gedeelde (nuts)voorzieningen of de aan- of afwezigheid van belemmerende factoren.

32

7. Beschikbaarheid van de gronden op korte termijn – in relatie met de urgentie van de vestiging van de voorziening. Voor sommige voorzieningen is het van groot belang dat de benodigde gronden op de locatie snel beschikbaar zijn. Voor andere voorzieningen speelt deze snelle beschikbaarheid een minder grote rol. Hier kan op gescoord worden.

8. Voorziening specifieke factoren: bijvoorbeeld een veilige school-

thuis fietsroute bij het IKC. Sommige voorzieningen stellen bijzondere eisen aan de locatie. Deze behoefte kan worden gescoord in een specifiek criterium.

6.3 De achterblijvende locaties

Diverse initiatiefnemers hebben op hun huidige locatie vastgoed dat

achterblijft na een verplaatsing. Om de gewenste verplaatsing van de

voorziening mogelijk te maken is het van belang dat het achterblijvende

vastgoed herontwikkeld kan worden. De opbrengst hiervan is immers van

belang voor de investering in de nieuwe locatie. De gemeente treedt met

initiatiefnemers in overleg om de herontwikkeling op de achterblijvende

locatie zo optimaal mogelijk te faciliteren. De gemeente kan voor deze

locatie een stedenbouwkundige analyse maken en de initiatiefnemer

begeleiden in het herontwikkelingsproces. Daarbij is het uitgangspunt dat

de gemeente niet actief deel neemt door bijvoorbeeld gronden te

verwerven.

6.4 Financiële paragraaf

De financiële haalbaarheid van de diverse stedelijke voorzieningen is in de

visie een criterium bij de uiteindelijke locatiekeuze. Er zijn vervolgens twee

verschillende soorten initiatieven te onderscheiden: de gemeentelijke

voorzieningen (zwembad, IKC, Cultuurhuis) en private voorzieningen zoals

de bioscoop, de bowling en een hotel. In het geval dat de gemeente

initiatiefnemer is wordt voorafgaande aan de verdere gebiedsuitwerking

een uitgebreide, specifiek op die voorziening toegesneden financiële

onderbouwing gemaakt. De financiële overwegingen bij de mogelijke

investering in een gemeentelijk initiatief worden voorgelegd aan de

gemeenteraad. Uitgangspunt is een zo positief mogelijke investering en

exploitatie van de voorziening. Bij de private initiatieven wordt de

vergoeding van de door de gemeente te maken plankosten via een

overeenkomst met de initiatiefnemer geborgd.

33

7. Analyse van de locaties per voorziening

7.1 Zwembad Type voorziening: stedelijke voorziening Eigenaar: gemeente Hellevoetsluis Doelgroep(en): inwoners Hellevoetsluis, schoolzwemmen, senioren (zeker gelet op de vergrijzing) Voor de vestiging van het gemeentelijke zwembad is het van belang dat deze locatie binnen de BSD ligt (vigerend beleid), de kortste afstand van het zwembad tot bestaande woningbouw meer dan 50 meter bedraagt (milieuwetgeving) en dat er voldoende parkeerruimte gegarandeerd kan worden.

1. Ligging van de locatie binnen de BSD;

2. Minimale afstand van het zwembad tot woningbouw is 50 meter;

3. Bij de locatie dient voldoende parkeergelegenheid gerealiseerd te kunnen worden.

Toepassing van de harde criteria leidt tot de volgende beslissingstabel.

Locaties Binnen de BSD

>50 meter van woningen

Voldoende parkeren

Sportlaan e.o.


Vesting, Brielsestraatweg

Sporthal Fazantenlaan

Recreatieve zone

Kickersbloem 3

Kop Oostdijk* *Toegevoegde locatie: deze locatie is ter sprake gekomen in het voortraject.

Potentiële locaties: 1. Sportlaan e.o. 2. Winkelcentrum Struytse Hoeck (Woordbouwerplein) 3. Vesting (Brielsestraatweg) 4. Sporthal Fazantenlaan 5. Recreatieve zone, wordt als toegevoegde locatie meegenomen in de eindbeoordeling. Deze potentiële locaties worden aan een nadere analyse onderworpen. Uit de nadere analyse blijkt dat drie locaties relatief goed scoren. Het gaat om de locatie Fazantenlaan (nabij de bestaande sporthal), de locatie Sportlaan e.o. en de locatie nabij het winkelcentrum Struytse Hoeck. Tevens toont een nadere beschouwing van de scores voor deze drie locaties aan dat de locaties Fazantenlaan en Sportlaan e.o. beide sterke argumenten hebben voor de vestiging van het zwembad (zie omschrijving volgende bladzijde). De vestiging van een zwembad bij het winkelcentrum Struytse Hoeck levert echter niet of nauwelijks ruimtelijk-economische voordelen op. Daarnaast is ook de maatschappelijke meerwaarde van de vestiging van een zwembad nabij het winkelcentrum erg klein. Het zijn vooral horeca-gerelateerde bedrijven die een impuls voor het winkelcentrum opleveren, onder andere door het “verlengen” van de dag. De horeca heeft immers ruimere openingstijden dan de meeste winkels. Op deze wijze kan de gemiddelde bezoekduur aan het winkelcentrum worden verlengd.

Referentiebeeld zwembad

34

Sportlaan/Helvoet voorkeurslocatie; Fazantenlaan als alternatief De locatie Sportlaan, Helvoet heeft vooral voordelen op het gebied van het vervolmaken van de stad, een bestuurlijk speerpunt. Door de gezamenlijke ontwikkeling van IKC en zwembad wordt een stedenbouwkundig wenselijke invulling gegeven aan het terrein van Helvoet. De vestiging van het zwembad fungeert als vliegwiel voor de ontwikkeling van de rest van het terrein van Helvoet. Op haar beurt heeft deze ontwikkeling weer een positieve invloed op de invullen van het terrein van Vermaat. Zo wordt vorm en inhoud gegeven aan de vervolmaking van de grootste verbeterlocatie. Ook is het op deze locatie goed mogelijk om synergievoordelen te behalen op het gebied van bijvoorbeeld warmte-koude-opslag (met IKC en woningbouw) Aan de Fazantenlaan levert het zwembad mogelijk synergievoordelen met de bestaande sporthal en overige voorzieningen op. Daarnaast is het op deze locatie wellicht mogelijk om een gezamenlijke exploitatie te voeren voor de verschillende sportaccomodaties. Dit levert een besparing in de gemeentelijke exploitatie op. Bovenstaande resulteert in een voorkeurslocatie voor het zwembad aan de Sportlaan/terrein Helvoet. De alternatieve locatie is gelegen aan de omgeving Sporthal Fazantenlaan.

Fietspad

Fietsverbinding naar IKC

Amnesty Internationallaan

Mogelijkheid tot doortrekken ontsluiting Meubelboulevard

Nieuwbouw IKC

Toevoegen oppervlaktewater en groen

Nieuwbouw circa 45 woningen

schooltuintjes

Mogelijke indicatieve uitwerking locatie Sportlaan/Helvoet/Moriaanseweg, met

zwembad en Integraal kindcentrum

zwembad

Sporthal

Speelplein

De definitieve locatiekeuze voor het nieuwe zwembad

vindt nog plaats in de gemeenteraad.

35

7.2 IKC Type voorziening: gemeentelijke/particuliere voorziening Eigenaar: gemeente Hellevoetsluis/Stichting de Kinderkoepel Doelgroep(en): Kinderen van bewoners uit Hellevoetsluis Bij de vestiging van een IKC is van belang dat de potentiële locaties centraal gelegen zijn ten opzichte van de doelgroepen, de deelnemende scholen. Daarnaast dient een afstand van minimaal 30 meter aangehouden te worden ten opzichte van woningbouw. Dit in verband met regelgeving op het gebied van geluid. Het derde harde vestigingscriterium is de garantie dat er op de locatie voldoende parkeerplaatsen kunnen worden gerealiseerd.

1. Locaties zijn centraal gelegen ten opzichte van de doelgroepen (deelnemende scholen).

2. De kleinste afstand tot bestaande woningbouw dient minimaal 30 meter te zijn.

3. Bij de locatie dient voldoende parkeergelegenheid gerealiseerd te kunnen worden.

Toepassing van deze harde vestigingscriteria leidt tot de volgende beslissingstabel.

Locaties Centraal gelegen t.o.v. doelgroepen

>30 meter van woningen

Voldoende parkeren

Sportlaan e.o.


Vesting, Brielsestraatweg.


Recreatieve zone

Kickersbloem 3

Kop Oostdijk

De locatie die resteert is Sportlaan e.o. Deze locatie is onder te verdelen in drie sublocaties, namelijk Sportlaan, t.h.v. de huidige locatie Schoolslag, locatie Helvoet en locatie Vermaat. Deze drie sublocaties zijn van scores voorzien op de zachte criteria. Een dergelijke analyse geeft namelijk de sterke en zwakke punten van de drie nabij elkaar gelegen locaties goed weer. Uit deze nadere analyse blijkt dat de sublocatie Sportlaan, t.h.v. de huidige locatie fors beter scoort dan de locaties Helvoet en Vermaat. De maatschappelijke waarde door koppeling en bundeling met de bestaande sporthal en de Kinderkoepel is op de locatie t.h.v. de huidige locatie Schoolslag zeer groot. Ook de snelle beschikbaarheid van de gronden scoort hier erg hoog gezien de druk op de realisatie. De sloop van het bestaande zwembad en de nieuwbouw van het IKC vinden in de nabijheid van elkaar plaats. Er wordt een bouwtechnisch onderzoek uitgevoerd om de sloop en nieuwbouw zo goed mogelijk (en zo veilig mogelijk) op elkaar aan te laten sluiten. Dit resulteert in een duidelijke voorkeurslocatie: Sportlaan, t.h.v. de huidige locatie Schoolslag.

Montessorischool Waalsdorp, De Zwarte Hond

Architecten

De definitieve locatiekeuze voor het integraal kind

centrum vindt nog plaats in de gemeenteraad.

36

7.3 Gezondheidscentrum Type voorziening: stedelijke voorziening; Eigenaar: particulier initiatief; Doelgroep: inwoners Hellevoetsluis en regio. De harde vestigingscriteria voor het gezondheidscentrum zijn de volgende. 1. Ligging van de locatie binnen de BSD. Dit is een stedelijke

voorziening. De provincie houdt in haar beleid aan dat een dergelijke voorziening binnen de BSD ligt.

2. Ligging van de locatie dient centraal te zijn van haar doelgroep. Een belangrijke doelgroep is ouderen. De locatie dient strategisch te liggen ten opzichte van de voor senioren geschikte woningen.

3. De locatie dient goed bereikbaar te zijn per ov, fiets en auto. 4. Er is voldoende parkeergelegenheid te realiseren op de locatie. Toepassing van deze harde vestigingscriteria leidt tot de volgende

beslissingstabel.


Voldoende parkeren

Ligging t.o.v. doelgroep

Bereikbaar met ov, auto en fiets

Sportlaan e.o.




Recreatieve zone

Kickersbloem 3

Kop Oostdijk

De volgende potentiële locaties resteren: 1. Kop Oostdijk 2. Struytse Hoeck (aan de Vliet) 3. Struytse Hoeck (Woordbouwerplein) 4. Omgeving Sportlaan (inclusief Herman Heijermanstraat) Uit de nadere analyse van de zachte criteria blijkt dat het zoekgebied Sportlaan e.o. goed scoort op o.a. de criteria bereikbaarheid en ligging ten opzichte van de doelgroep. De locaties Helvoet en Vermaat die een belangrijk deel van de zoeklocatie beslaan zijn verbeterlocaties. Het starten met de programmering van een gezondheidscentrum kan ervoor zorgen dat deze locaties een sterke impuls tot heronwikkeling krijgen. Daarnaast blijkt uit de analyse dat het Woordbouwerplein bij winkelcentrum De Struytse Hoeck een goede tweede vestigingslocatie is. De analyse resulteert in een voorkeurslocatie/zoekgebied: Sportlaan e.o.

37

7.4 Culturele voorziening – bioscoop of filmhuis

Type voorziening: stedelijke voorziening Eigenaar: particulier Soort bioscoop: bioscoop/filmhuis Doelgroep: inwoners Hellevoetsluis en regio (m.n. Westvoorne, Ouddorp) 1. De locatie dient binnen de BSD te liggen. Het gaat hier om een ` stedelijke voorziening.

Conform provinciaal beleid dient deze op een locatie binnen de BSD te worden gerealiseerd.

2. De locatie dient in een stedelijke omgeving* gerealiseerd te worden, met veel levendigheid, in de nabijheid van horecagelegenheden en in een aanloopgebied.

3. De locatie dient voldoende gelegenheid tot parkeren te bieden. De huidige locatie wordt in de analyse meegenomen. Uit de harde vestigingscriteria blijkt al dat de huidige locatie Tivoli niet voldoet aan de eisen met betrekking tot aanwezige parkeervoorzieningen. Daarnaast ligt de bioscoop nu niet in een passende stedelijke omgeving (geen synergie). De meerwaarde voor omliggende voorzieningen is daarmee afwezig op de huidige locatie.


Voldoende parkeren

*In stedelijke omgeving

Sportlaan e.o.




Recreatieve zone

Kickersbloem 3

Huidige locatie Tivoli

Kop Oostdijk

* In de buurt van horeca, detailhandel, stedelijke voorzieningen,enz.

Potentiële locaties:

1. Net buiten de Vesting, Brielsestraatweg 2. Struytse Hoeck, Woordbouwerplein/Kanaalweg 3. Huidige locatie. Deze locatie wordt toegevoegd ter analyse.

De analyse op de zachte locatiecriteria geeft een duidelijk beeld. De huidige locatie scoort zeer slecht (maatschappelijke meerwaarde door bundeling, vervolmaken van de stad en de bereikbaarheid met de auto). Daarentegen scoren de locaties Vesting, Brielsestraatweg en Struytse Hoeck, Woordbouwerplein nagenoeg even hoog. Tijdens het gesprek met de huidige exploitant van de bioscoop kwam dit beeld ook naar voren. De analyse resulteert in twee nagenoeg even hoog scorende locaties: Vesting, Brielsestraatweg en Struytse Hoeck, Woordbouwerplein.

Bioscoop Dordrecht Snelders Architecten

38

7.5 Culturele voorziening – dansschool

Type voorziening: stedelijke voorziening Eigenaar: particulier Soort: dansschool Doelgroep: inwoners Hellevoetsluis en regio (m.n. Westvoorne, Ouddorp) 1. De locatie dient binnen de BSD te liggen. Het gaat hier om een

stedelijke voorziening. Conform provinciaal beleid dient deze op een locatie binnen de BSD te worden gerealiseerd.

2. De locatie dient in een stedelijke omgeving gerealiseerd te worden, met veel levendigheid, in de nabijheid van horecagelegenheden, (culturele voorzieningen), en in een aanloopgebied.

3. De locatie dient voldoende gelegenheid tot parkeren te bieden. Toepassing harde vestigingscriteria bij de culturele voorziening dansschool


Voldoende parkeren

*In stedelijke omgeving

Sportlaan e.o.




Recreatieve zone

Kickersbloem 3

Huidige locatie dansschool Ri-Jo

Kop Oostdijk

* In de buurt van horeca, detailhandel, stedelijke voorzieningen, enz.

De huidige dansschool Ri-Jo scoort op de huidige locatie slecht: twee van de drie harde vestigingscriteria kunnen niet worden verwezenlijkt. Er is onvoldoende parkeerplaats en de voorziening ligt niet in een stedelijke omgeving. De meerwaarde voor de omgeving is daardoor afwezig. Potentiële locaties:

1. Net buiten de Vesting, Brielsestraatweg

2. Struytse Hoeck, Woordbouwerplein/Kanaalweg

3. Huidige locatie. Deze locatie wordt toegevoegd ter analyse. De huidige locatie scoort zeer slecht, met name op de criteria versterken van de ruimtelijk-economische meerwaarde, het vervolmaken van de stad, de maatschappelijke meerwaarde door bundeling van voorzieningen en de bereikbaarheid met de auto. De locaties Vesting, Brielsestraatweg en Struytse Hoeck, Woordbouwerplein scoren beide hoog. Dit resulteert in twee nagenoeg even hoog scorende locaties: Vesting, Brielsestraatweg en Struytse Hoeck, Woordbouwerplein.

39

7.6 Verblijfsrecreatie/zakelijk – hotel Type voorziening: stedelijke voorziening Soort voorziening: verblijfsrecreatie Doelgroepen: A. Ondernemers/zakelijk hotel en B. Toeristisch hotel Bij de voorziening “hotel” is er een onderscheid te maken tussen een hotel waarbij de nadruk met name ligt op toeristisch gebruik en een hotel waarbij vooral gedacht moet worden aan zakelijk gebruik, gelegen op of nabij een bedrijventerrein. Voor het zakelijke hotel gelden de volgende harde vestigingscriteria: 1. Locatie in de nabijheid van of op een bedrijventerrein. 2. Locatie is goed bereikbaar per auto. 3. Locatie biedt voldoende gelegenheid tot parkeren.

Locaties Voldoende parkeren

Op/bij bedrijventerrein

Goed bereikbaar per auto

Sportlaan e.o.

Winkelcentrum Struytse Hoeck

Vesting (+ Brielsestraatweg)


Recreatieve zone

Kickersbloem 3

Kop Oostdijk

Overig buitengebied

Voor het zakelijke hotel is een locatie geschikt: het te ontwikkelen bedrijventerrein Kickersbloem 3. Ook uit de analyse van de zachte criteria blijkt Kickersbloem 3 over de hele linie uitstekend te scoren. Voor het zakelijk hotel is Kickersbloem 3 de voorkeurslocatie.

7.7 Verblijfsrecreatie/toerisme – hotel Voor het hotel waar de nadruk meer ligt op de toeristische component gelden de volgende kritische vestigingsfactoren: 1. In een stedelijke omgeving, veel levendigheid, horeca en cultuur of

in een recreatieve omgeving met veel bezoekers.

Locaties

Voldoende parkeren

In stedelijke omgeving of recreatieve omgeving

Sportlaan e.o.

Winkelcentrum Struytse Hoeck

Vesting (+ Brielsestraatweg)


Recreatieve zone

Kickersbloem 3

Potentiële locaties: 1. Vesting

2. Winkelcentrum Struytse Hoeck 3. Recreatieve zone (Quackstrand e.o.) De nadere analyse van deze drie locaties geeft aan dat de locaties in de Vesting en in het winkelcentrum qua punten gelijk scoren. Uitgaande van het versterken van de bestaande voorzieningen heeft locatie De Vesting de voorkeur. De recreatieve zone kan een aantrekkelijke locatie zijn wanneer er behoefte bestaat aan een hotel in een rustieke omgeving. Het verschil in waardering is klein; echter de locatie Vesting geniet de voorkeur vanuit het versterken van het bestaande cluster.

40

7.8 Kleinschalige indoor recreatievoorzieningen als bowling, dart- en/of poolcentrum Type voorziening: stedelijke voorziening Soort voorziening: indoor vrijetijdsrecreatie (avondvermaak/entertainment) Eigenaar (bowling): particulier Doelgroep: inwoners Hellevoetsluis 1. Vanwege provinciaal beleid dient de locatie binnen de BSD te

liggen. 2. De locatie dient in een stedelijke omgeving gerealiseerd te worden,

met veel levendigheid, in de nabijheid van horecagelegenheden en winkels om combinatiebezoek te bevorderen.

3. De locatie moet ruime parkeervoorzieningen bieden.


Voldoende parkeren

* In stedelijke omgeving

Sportlaan e.o.

Winkelcentrum Struytse Hoeck Woordbouwerplein,

Vesting, (+Brielsestraatweg)


Recreatieve zone

Kickersbloem 3

Kop Oostdijk

* In de buurt van horeca, detailhandel, stedelijke voorzieningen,enz. Potentiële locaties:

1. Winkelcentrum Struytse Hoeck, Woordbouwerplein 2. Vesting (omgeving Kerkstraatje) Bij de nadere analyse blijken beide locaties gelijk te scoren. De voorkeur gaat uit naar de locatie Winkelcentrum Struytse Hoeck, Woordbouwerplein

beter te scoren. Sterke punten van deze locatie zijn onder andere vervolmaken van de stad, de bereikbaarheid en de relatief snelle beschikbaarheid van de gronden en de meerwaarde ten opzichte van bestaande voorzieningen (synergiewerking). Daarnaast zijn deze gronden ook nog in het bezit van de gemeente. Dit komt ten goede aan de gemeentelijke regierol. De locatie Struytse Hoeck, Woordbouwerplein is de voorkeurslocatie.

41

7.9 Wellness Type voorziening: stedelijke voorziening Eigenaar: particulier Doelgroep: regionaal en bovenregionaal. 1. Landelijke omgeving met rust, ruimte en natuur. 2. Locatie is goed bereikbaar per auto.

De doelgroep van deze voorziening bevindt zich tot op 50 kilometer afstand van Hellevoetsluis en komt in overgrote meerderheid per auto. Daarom is de bereikbaarheid per auto en het parkeren hier van cruciaal belang. Een locatie die aan een van beide factoren niet voldoet, valt af.

3. Locatie heeft voldoende gelegenheid tot parkeren. Toepassing van de harde vestigingscriteria bij de voorziening voor wellness.

Locaties Voldoende parkeren

Goed bereikbaar per auto

Landelijke omgeving met rust, ruimte en natuur

Sportlaan e.o.




Recreatieve zone

Kickersbloem 3

Kop Oostdijk

Overig buitengebied

Potentiële locaties:

1. Recreatieve zone

2. Overig landelijk gebied Wanneer deze potentiële locaties nader worden bekeken en geanalyseerd blijkt de recreatieve zone veel hoger te scoren dan het overige landelijke gebied. Er wordt goed gescoord op onder andere het vervolmaken van de stad, het versterken van de ruimtelijk-economische meerwaarde en de directe beschikbaarheid van de gronden.

De voorkeurslocatie voor de wellness voorziening is de recreatieve zone.

42

Visiekaart toekomstige situering stedelijke voorzieningen Hellevoetsluis

Wellness

Stadsmuseum

Zwembad

Integraal Kind Centrum

Bowling/leisure

Bioscoop

Dansschool

Cultuurhuis

43

8. Toekomstvisie stedelijke voorzieningen Hellevoetsluis

8.1 Visie nieuwe opgaven stedelijke voorzieningen

De voorgaande analyse en inventarisatie hebben geleid tot een duidelijk wensbeeld voor de toekomstige programmering van stedelijke voorzieningen in Hellevoetsluis. Dit hoofdstuk laat zien hoe de bestaande clusters uit hoofdstuk 5 nog versterkt kunnen worden met stedelijke voorzieningen. Voor de clusters, die niet meer aansluiten op de gemeentelijke ambitie is aangegeven hoe deze getransformeerd kunnen worden met een meer passende programmering. Recreatieve zone: Streven is om dit gebied te versterken met een toeristisch hotel en mogelijk een wellness. Deze voorzieningen sluiten aan op de visie voor dit gebied, versterken elkaar en kunnen zorgen voor een vliegwieleffect, denk aan het verbeteren van de ontsluiting van het gebied voor snel- en langzaamverkeer, het creëren van een eyecatcher ter hoogte van de entree van het eiland Voorne-Putten en Hellevoetsluis op de kaart zetten als recreatief aantrekkelijk gebied. Vesting (inclusief locatie Brielsestraatweg): In aansluiting op de visie Vesting Voltooien biedt de locatie aan de Brielsestraatweg (verbeterlocatie) de mogelijkheid om de entree van de Vesting te versterken met een culturele voorziening. Gedacht kan worden aan verplaatsing van de dansschool naar deze locatie mogelijk ik combinatie met kunstateliers. Ook vormt deze locatie een van de voorkeurslocaties voor de bioscoop. Enerzijds zorgt een dergelijke culturele voorziening voor opwaardering van de entree van de Vesting, anderzijds is sprake van economische en maatschappelijke meerwaarde door clustering van gelijksoortige voorzieningen. Hetzelfde geldt voor de vestiging van een B&B of hotel in de Vesting. Hiernaast wordt de mogelijkheid van een stadsmuseum Hellevoetsluis nader onderzocht, en zal op korte termijn het Kunstencentrum worden omgevormd tot Cultuurhuis.

Centrumgebied Struytse Hoeck: Naast opwaardering van het bestaande winkelcentrum wordt ingezet op vestiging van bovenwijkse stedelijke voorzieningen die o.a. de dagbesteding kunnen verlengen naar de avonduren. Hierbij wordt met name gedacht aan een bioscoop, mogelijk in combinatie met kleinschalige leisurevoorzieningen als een dart- en poolcentrum of een bowlingbaan. Deze voorzieningen zorgen voor meer publiek in het centrumgebied en versterken elkaar optimaal. Ook kan dit leiden tot een vliegwieleffect als het gaat om herontwikkeling van het grotere gebied, Woordbouwerplein (verbeterlocatie) inclusief de strook langs het kanaal. Van groot belang is hierbij de aanleg van een nieuwe brug over het kanaal, waardoor het centrum als totaalgebied beter bereikbaar wordt en tevens de relatie met de Vesting verbetert. Scholencampus: Voor deze locatie is het met name van belang om te kijken naar mogelijkheden voor het combineren van sport-, beweeg-, welzijns- en mogelijk sociaal-culturele activiteiten. Gestreefd wordt naar het versterken van de bezetting van accommodaties en optimalisatie van het maatschappelijk rendement van samenwerkingsmogelijkheden. In dit kader is het wenselijk dat het nieuwe zwembad zich hier vestigt, ten westen van Sporthal De Fazant. Mogelijk biedt dit ook kansen op het gebied van duurzaamheid. Een en ander zal nader worden onderzocht in een nog op te stellen locatiestudie voor het zwembad. Rijksstraatweg e.o.: De gemeentelijke ambitie voor de Rijksstraatweg gaat uit naar het geleidelijk terugbrengen van grote, verkeersaantrekkende voorzieningen, en daarmee het verlagen van de verkeersintensiteit,. Gestreefd wordt naar een geleidelijke verplaatsing van grootschalige stedelijke voorzieningen, zoals de bioscoop en autobedrijven, richting respectievelijk winkelcentrum Struytse Hoeck en bedrijventerrein KB3. Locatie Helvoet, Vermaat, Sportlaan e.o.: Deze drie locaties maken deel uit van het visiegebied Rijksstraatweg e.o., voortkomend uit de visie op Verbeterlocaties. Ook voor dit gebied kan de situering van stedelijke voorzieningen leiden tot een vliegwieleffect en transformatie naar een binnenstedelijke woonlocatie met voorzieningen, groen en water. Ten zuiden van de Sportlaan wordt gestreefd naar nieuwbouw van een IKC in samenhang met de Sporthal en de Kinderkoepel. In aansluiting hierop wordt de locatie Helvoet, ten noorden

44

van de Sportlaan, ook gezien als potentiële locatie voor het nieuwe zwembad. Net als bij de scholencampus liggen ook hier mogelijkheden voor duurzaamheid in combinatie met de bestaande sporthal, het IKC en de toekomstige woningbouw rondom het zwembad. Deze locatie zal net als de Fazantenlaan worden meegenomen in de nadere locatiestudie voor het nieuwe zwembad.

8.2 Gebiedsvisie per cluster

Binnen de strategische visie is een aantal te onderscheiden clusters genoemd. De realisatie van diverse stedelijke voorzieningen zal per cluster nader worden uitgewerkt in gebiedsvisies. Aangezien de ontwikkelingen in het cluster Sportlaan e.o. (realisatie nieuw zwembad, IKC. gezondheidscentrum) en het cluster Struytse Hoeck (uitvoering Verbeterlocatie Woordbouwerplein met o.a. woningbouw en opwaardering van het centrumgebied) het meest urgent zijn worden voor deze twee clusters gebiedsvisies opgesteld. In dit document wordt de ontwikkeling van het betreffende gebied concreet gemaakt. Zo worden er nadere onderzoeken uitgevoerd, worden de benodigde planologische kaders opgesteld en vindt er nadere planvorming plaats met initiatiefnemers. In deze fase worden belanghebbenden ook actief geïnformeerd door de gemeente. De gebiedsvisies worden na vaststelling in het college ter informatie voorgelegd aan de commissie.

8.3 Verkeersparagraaf De mogelijke ontwikkeling van voorzieningen die op de diverse locaties zijn voorzien zijn beoordeeld op de verkeersafwikkeling. Hiervoor is aan de hand van kengetallen bepaald welke verkeerstoename (extra verkeer) er op de ontsluitende wegen en kruispunten is te verwachten ten gevolge van het beoogde programma. De beschouwde locaties zijn alle gelegen aan/bij gebiedsontsluitingswegen (50 km/h) die het extra verkeer prima kunnen verwerken.

- Voor de locaties aan de Sportlaan, Herman Heijermanstraat en het winkelcentrum Struytse Hoeck zijn de betreffende rotondes en kruispunten specifiek beoordeeld. Daaruit blijkt dat de huidige belasting (ca. 64%) van de rotonde

Sportlaan/AI-laan nog voldoende ruimte laat aan mogelijk extra verkeer.

- Voor het VRI-kruispunt en de rotonde bij De Sprong ligt dit anders. De zogenaamde ‘centrumring’ die het GVVP 2013 aanbeveelt om na 2020 te realiseren, is op termijn zeker noodzakelijk om winkelcentrum De Struytse Hoeck goed te blijven ontsluiten en het parkeren goed en duidelijk bereikbaar te houden. De mogelijk toekomstige ontwikkelingen rond het winkelcentrum en t.h.v. het Woordbouwerplein geven daar niet alleen aanleiding toe, maar bieden juist ook een ideale kans om de voltooiing van de centrumring (inclusief nieuwe brugverbinding) integraal in te passen.

- De beoogde ontwikkelingen in en nabij de Vesting zijn zondermeer mogelijk in relatie tot de verkeersafwikkeling en vergen afhankelijk van het uiteindelijke programma vooral een (beperkte) parkeeropgave.

Bij de uitwerking van de deelgebieden, wanneer sprake is van een meer concreet programma, zal nader onderzoek worden gedaan naar de specifieke verkeersstromen en inpassing van de parkeeropgave.

45

9. Duurzaamheid Duurzaamheid speelt een belangrijke rol bij de realisatie van grootschalige voorzieningen. Beleidsvisie duurzaamheid en milieu (2014 – 2020) Op 13 maart 2014 heeft de gemeenteraad de Beleidsvisie duurzaamheid en milieu vastgesteld. Het doel van het gemeentelijk duurzaamheidbeleid is het “inzetten op een duurzaam wonen, werken en recreëren in de gemeente Hellevoetsluis”. Het begrip duurzaamheid refereert aan een ontwikkeling die in evenwicht is met wat de omgeving te bieden heeft, lokaal, mondiaal, nu maar ook in de toekomst. Bij een duurzame ontwikkeling zijn ecologische-, economische- en sociale waarden in evenwicht. Binnen de Beleidsvisie duurzaamheid en milieu worden de volgende duurzaamheidaspecten gedefinieerd: • Sociale aspecten: Participatie en samenwerking en Kennisdeling

en innovatie. • Milieuaspecten: Geluid, Luchtkwaliteit & geur, (Externe) veiligheid,

Bodem, Water, Groen & ecologie, Energie & materialen, Afval & grondstoffen.

• Economische aspecten: Duurzaam inkopen en aanbesteden, Werkgelegenheid, Duurzame mobiliteit, Duurzame verdienmodellen.

Om te zorgen voor een goede inbedding in de gemeentelijke organisatie worden bovengenoemde duurzaamheidaspecten thematisch beschouwd. Deze thema’s zijn: 1. Duurzame leefomgeving 2. Duurzame ruimtelijke ontwikkeling 3. Duurzame bedrijvigheid 4. Duurzame gemeentelijke bedrijfsvoering Per duurzaamheidsaspect zijn hoofddoelstellingen geformuleerd die per duurzaamheidthema zijn uitgewerkt in specifieke doelstellingen. Per thema zijn projecten geformuleerd tot het jaar 2020. De projecten zijn weergegeven in het meerjaren uitvoeringsprogramma. Specifieke

doelstellingen m.b.t. het thema duurzame ruimtelijke ontwikkelingen zijn opgenomen in bijlage 4.

Warmte koude Atlas De ambitie van het Rijk is om in 2020 energieneutraal te bouwen. Door de uitstoot van meer broeikasgassen (CO2, methaan, lachgas) in de atmosfeer stijgt de temperatuur op aarde met als gevolg dat het klimaat verandert en de zeespiegel stijgt. De CO2 uitstoot geeft de grootste bijdrage aan het versterkt broeikaseffect en wordt o.a. veroorzaakt door het gebruik van fossiele brandstoffen. Om de CO2 uitstoot terug te dringen moet het fossiele brandstofgebruik verminderd worden. Dit kan door energiebesparing of door het gebruik van duurzame energiebronnen als wind, zon, biomassa en aardwarmte. Het gebruik van duurzame energie maakt ons daarnaast minder afhankelijk van een klein aantal olie- en gasproducerende landen en de hoge prijzen van fossiele brandstoffen. Energiebesparing zorgt daarbij voor lastenvermindering.

Kader ambities

Realiseren van de gebiedsgerichte streefbeelden op het gebied van geluid, luchtkwaliteit, (externe) veiligheid en bodem.

Het bestaande (stedelijke) groen behouden, de ecologische kwaliteit biodiversiteit) verbeteren en de samenhangende structuur op termijn ontwikkelen.

Het bewerkstelligen van een CO2 reductie van 40% in 2025 ten opzichte van 1990 door middel van het stimuleren van energiebesparende maatregelen en het gebruik van duurzame energie.

Het stimuleren van het gebruik van duurzame materialen en het vermijden van uitlogende materialen als lood, koper en zink.

46

Om energiebesparing en de mogelijkheden voor duurzame energie te onderzoeken zal bij iedere grootschalige ontwikkeling een energievisie worden uitgevoerd. Bij de energievisie wordt gebruik gemaakt van de “Trias Energetica”. De "Trias Energetica" bestaat uit de volgende drie stappen:

Beperken energievraag,

Inzetten van duurzame energiebronnen om energie op te wekken,

Inzetten van efficiënte technieken bij gebruik eindige energiebronnen,

Een belangrijke bouwsteen voor de energievisies is de Warmte Koude Atlas die momenteel voor de gemeente Hellevoetsluis wordt opgesteld. De Warmte Koude Atlas maakt kansen voor duurzame energie opties (restwarmte, bodemenergie, geothermie, zonne-energie, etc.) op gebiedsniveau zichtbaar.

47

Bijlage 1 Toetsingstabel voorzieningen aan zachte locatiecriteria (apart werkboek)

48

Bijlage 2 overzicht gesprekken stakeholders.

Stakeholder:

1. Bioscoop Tivoli, eigenaar

2. Helvoet bv, directeur

3. Vermaat, eigenaar

4. Bowlingcentrum, eigenaar

5. Gezondheidscentrum, initiatiefnemers

6. Wellness, initiatiefnemer

7. Dansschool Ri-jo, eigenaar

8. Winkeliersvereniging Struytse Hoeck

9. Moerman

10. Economische Raad

49

Bijlage 3 kaart lijnennetkaart Connexxion, geldig vanaf 13 december2015.

2

Bijlage 4 Specifieke doelstellingen voor het thema duurzame ruimtelijke ontwikkelingen.

In de Beleidsvisie duurzaamheid en milieu zijn specifieke doelstellingen opgenomen voor het thema Duurzame ruimtelijke ontwikkelingen. Deze doelstellingen zijn:

Toetsen van ruimtelijke ontwikkelingen aan de gebiedsgerichte streefbeelden voor geluid, luchtkwaliteit externe veiligheid en bodem.

Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen wordt gestreefd naar 30% groen, water en spelen.

Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen wordt getoetst of de plannen waterrobuust zijn in het huidige klimaat maar ook onder veranderende klimaatomstandigheden waarbij gestreefd wordt naar 10% open water (binnenstedelijk 10% van de toename van het verhard oppervlak en in het buitengebied 10% van het plangebied).Voor uitbreidingslocaties wordt gestreefd naar een optimale scheiding van afval- en hemelwaterstromen.

Goede landschappelijke inpassing van nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen in het buitengebied.

Stimuleren van natuurvriendelijke maatregelen aan gebouwen (nestgelegenheid vogels en vleermuizen, groene daken, gevelbeplanting).

Streven naar een Energie Prestatie op Locatie (EPL) van 8 tot 9 bij het realiseren bij woninglocaties van meer dan 50 woningen.

Bij planvorming streven naar een score van 7,5 op GPR stedenbouw en op GPR gebouw een score van 7,1 op het onderdeel energie en een totaal score van 7,5.

Bij 70% van de omgevingsvergunningen wordt de Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC) getoetst op de bouwvloer.

20% van de energie die binnen de gemeentegrenzen wordt gebruikt wordt duurzaam opgewekt en geleverd via grootschalige en /of collectieve opties.

50

Visie op de strategische programmering van …...6.3 De achterblijvende locaties 6.4 Financiële...

Documents

Transcript of Visie op de strategische programmering van …...6.3 De achterblijvende locaties 6.4 Financiële...