Visie beeldkwaliteit Alblasserwaard Vijfheerenlanden 2014

76

description

“Beelden zeggen meer dan 1000 woorden” een overbekend gezegde dat maar al te waar is. Daarom is het zo belangrijk dat beelden van goede kwaliteit zijn en het juiste verhaal vertellen. Niet minder belangrijk is dat dit verhaal begrepen wordt en doorverteld, zodat het verhaal levend blijft en op waarde kan worden geschat. Dit geldt zeker ook voor het landschaps-en omgevingsbeeld van de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden. Dit beeld vertelt het verhaal van de ontwikkelingen die dit gebied door de eeuwen heen heeft meegemaakt en waardoor het gebied is zoals het is: karakteristiek en authentiek. Dit mooie lange verhaal duurt voort. Het is onze geschiedenis en hierin ligt onze toekomst. De schrijvers van de visie Beeldkwaliteit hebben zicht laten inspireren door de beelden van de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden en willen deze inspiratie met ieder delen door deze visie.

Transcript of Visie beeldkwaliteit Alblasserwaard Vijfheerenlanden 2014

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 1

Het Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden

Visie Beeldkwaliteit Alblasserwaard-Vijfheerenlanden

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 2

VOORWOORD

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 3

Met deze visie beeldkwaliteit geeft het Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden een concrete handreiking aan bestuurders, beleidsmakers, ontwikkelaars en ontwerpers, maar ook aan particulieren. Een handreiking om bij alle denkbare ontwikkelingen in het plattelandsgebied zodanig rekening te houden met de authentieke kenmerken, dat de ruimtelijke identiteit en zeggingskracht voor bewoners en bezoekers behouden blijven. In een tijd waarin we zien dat de welstandstoets onder druk staat of op de achtergrond raakt, is dat hard nodig. De visie nodigt uit om serieus kennis te maken met het gebied en zich te verdiepen in de achtergronden van het verhaal dat we in beeldtaal zo graag willen blijven doorvertellen. Maar hoe concreet en gedetailleerd we dat ook zouden willen uitwerken, het zal nooit voor iedere situatie toereikend zijn. De beeldkwaliteit van ons gebied is eigenlijk niet in starre regels te vatten. Het is maatwerk, waarbij het belangrijk is dat de regionale kennisplatforms vanaf het allereerste begin bij ontwikkelingen hun inbreng leveren (zie daarvoor deel II, pagina 55). Daarom roepen wij ontwerpers en plannenmakers al aan het begin van het ontwikkelproces met deze handreiking aan de slag te gaan en de kennisplatforms erbij te betrekken. Dat zal het resultaat zeker ten goede komen. In die zin heeft ook deze visie een bijzondere meerwaarde, omdat ze is samengesteld door mensen uit de streek, met kennis van de streek en met hart voor de streek. En dat laatste is wel de grootste meerwaarde die we de ontwikkelingen in ons gebied kunnen meegeven.

Het pinkeveer De Slingelandse buurt ligt op een donk

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 4

LEESWJZER

waarom

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 5

De visie beeldkwaliteit bestaat uit twee delen: Deel I is het achtergronddocument waarin de ruimtelijke ontwikkeling en kenmerken

van het gebied worden behandeld in verschillende schaalniveau's. Het is een inspiratiedocument dat plannenmakers uitnodigt om met het gebied kennis te maken en de beeldtaal van het gebied te leren verstaan. Voor een goed ingepast ontwerp in de plattelandsruimte is deze kennis naar onze overtuiging onontbeerlijk.

Deel II is een werkdocument dat allereerst voor de gehanteerde schaalniveau's de

dynamiek en de opgaven omschrijft. Vervolgens worden hier voor een reeks voorspelbare ontwerpsituaties concrete oplossingsrichtingen aangereikt. Ontwerpers kunnen hier direct mee aan de slag. Lukt dat niet direct of zijn er dilemma's, dan staan in dit deel ook de gegevens van de kennisplatforms die we voor ieder ontwikkelingsproces warm aanbevelen (pagina 55).

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 6

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 7

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 8

INHOUDSOPGAVE

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 9

Voorwoord Leeswijzer Inhoudsopgave

DDEEL I ACHTERGRONDDOCUMENT pagina

1 Algemeen

1.1 Inleiding 1 1.2 Doel van deze visie beeldkwaliteit 2 1.3 Oorspronkelijke beeldkwaliteitswaarde van de AV 2 1.4 Uitgangspunten 3 Kritisch op stedebouwkundige uitgangspunten 4

2 Ruimtelijke ontwikkeling 2.1 Bodem en natuurlijke ondergrond 8 2.2 Groenblauwe netwerken 10 Ontginningsblokken (kamers) 10 Waterbeheer en -defensie 13 Agrarisch landschap 15 Bovenregionale infrastructuur 17 Natuur 18 2.3 Linten en kernen 21 Oorspronkelijke linten 21 Dijklinten 23 Ruilverkavelingslinten 25 Stedelijke kernen 26 2.4 Kavel Boerderijen 27 Niet-agrarische woningen 31 DEEL II WERKDOCUMENT pagina

3 Schaalniveau's 3.1 Bodem, natuurlijke ondergrond 36

3.2 Groenblauwe netwerken 37 3.3 Linten en kernen 38 3.4 Ruilverkavelingslinten 39 3.5 Kavel 40

4 Uitwerking 4.1 Bodem, natuurlijke ondergrond 44 4.2 Groenblauwe netwerken 45 Waterbeheer, waterdefensie 45 Agrarisch landschap 46 Bovenregionale infrastructuur 47 Natuur 48 4.3 Linten en kernen 49 Oude linten 49 Dijklinten 51 Ruilverkavelingslinten 51 Stedelijke kernen 51 4.4 Kavel 52

Bijlagen A Overheidsbeleid 54 B Kennisplatforms 55 C Aangesloten organisaties 56 D Literatuur 57 E Trefwoorden 58

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 10

1. ALGEMEEN

-

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 1

1.1 Inleiding

Het Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden (AV) vertegenwoordigt 26 maatschappelijke organisaties op het gebied van Landbouw, Landschap, Natuur, Recreatie en Cultuurhistorie. Het platform adviseert sinds 2006 overheden, instellingen en particulieren gevraagd en ongevraagd over ontwikkelingen in het landelijk gebied. Voor het voorbereiden en uitbrengen van adviezen opereren binnen het Gebieds-platform twee commissies: - Commissie Natuur en Landschap ( ontwikkelingen in het open landschap) - Commissie Beeldkwaliteit (bebouwing, openbare voorzieningen, inpassing) In 2009 verschijnt van het Gebiedsplatform de gebiedsvisie: Samen werken aan een duurzame toekomst. In deze visie stelt het Gebiedsplatform als haar eerste opgave de landschappelijke en cultuurhistorische kernkwaliteiten en de natuurwaarden van het gebied te koesteren en ontwikkelen Ten aanzien van landschap en bebouwing bepleit deze visie een beeldkwaliteitskader op te stellen voor het gehele gebied, dat als kader dient voor de ontwikkeling van het (aanzien) van de linten en het buitengebied. Daarbij pleit de visie o.a. voor multifunctioneel gebruik van bestaande gebouwen en boerderijen, een herstructurering van de dorpskernen met meer doorzichten op de polder en inpassingseisen aan nieuwe bebouwing (zie pagina 24 van de gebiedsvisie 2009). Deze visie beeldkwaliteit vloeit dus direct voort uit de gebiedsvisie van het Gebiedsplatform.

Schriftelijk Ingebrachte ideeën Themabijeenkomst van het Gebiedsplatform Gebiedsvisie: Samen werken aan een duurzame toekomst, Gebiedsplatform 2009

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 2

Doel van deze Visie Beeldkwaliteit Deze Visie Beeldkwaliteit heeft als doel om ontwikkelaars in de breedste zin van het woord een inspiratie- en toetsingskader te bieden voor de vormgeving van ruimtelijke ontwikkelingen in de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden. De visie is ook bedoeld als basis voor toetsing van adviesaanvragen en als reflectiemiddel voor het Gebiedsplatform zelf. Het beoogde resultaat is dat nieuwe ontwikkelingen het karakter van de omgeving waarin ze worden gerealiseerd niet aantasten, maar juist versterken. Ons gebied is te mooi om verrommeld te worden. De Provincie Zuid-Holland stelt in 2012 het Gebiedsprofiel Alblasserwaard-Vijfheerenlanden vast. Dat geeft vooral richting aan middelgrote ruimtelijke ingrepen en aanpassingen en vormt de schakel tussen de provinciale structuurvisie. (kwaliteitskaart) en de lokale uitwerking in beeldkwaliteitsparagrafen, waarvoor de lokale overheid (gemeente, waterschap) verantwoordelijk is. Het is van belang dat deze visie enerzijds aansluit bij bestaande instrumenten en beleidsvoornemens (ruimtelijke ordening en wateropgave), maar anderzijds vooral op uitvoeringsniveau een krachtig en concreet handvat biedt voor een meer gebiedsspecifieke invulling daarvan. Daarvoor is ook noodzakelijk dat de visie concreter inzoomt op de gebiedsspecifieke kenmerken en waarden en daarin de gewenste richting en mogelijkheden aangeeft. Voor het opstellen van beeldkwaliteitsparagrafen is lokale kennis en expertise onontbeerlijk. Het Gebiedsplatform AV biedt de binnen haar geledingen aanwezige kennis en expertise graag aan in de vorm van deze Visie Beeldkwaliteit. Wij stellen ons voor dat deze visie gebruikt gaat worden door gemeenten, ontwikkelaars, ontwerpers/architecten en opstellers van lokale beeldkwaliteitsplannen of -paragrafen. De visie beeldkwaliteit van het Gebiedsplatform ziet als belangrijkste opgave de landschappelijke en cultuurhistorische kernkwaliteiten en natuurwaarden van het gebied te koesteren en te ontwikkelen. De visie biedt zowel een duidelijke inspiratiekader (deel I) als concrete richtlijnen voor ruimtelijke ontwikkelingen (deel II). Gelet op de dynamiek in het gebied van de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden zal deze visie beeldkwaliteit regelmatig worden geactualiseerd.

1.3 Oorspronkelijke beeldkwaliteitswaarde van de AV De Alblasserwaard-Vijfheerenlanden hebben door hun ontstaan als middeleeuws ontginningsgebied, gevolgd door een eeuwenlange agrarische cultuurcontinuïteit een grote intrinsieke waarde op het gebied van landschap en cultuurhistorie. Deze waarden zijn in samenhang verweven in de landschapsstructuur, de waterhuishouding en de bebouwing. Van dat laatste zijn vooral de boerderijen het gebiedsicoon. Nog tot in de eerste helft van de 20e eeuw zijn veranderingen in grondgebruik en ruimtelijke inrichting (visserij, griendwerken, scheepsbouw) sterk gerelateerd aan de natuurlijke omstandigheden of ligging, waardoor deze tot op de dag van vandaag in samenhang met het gebied geloofwaardig en beleefbaar blijven en goed uit te leggen zijn. En daar kan of moet op die plaatsen op voortgeborduurd worden. Of anders gezegd: Het gebied leest al meer dan 700 jaar voor uit eigen werk en dat verhaal mag niet stoppen. Het platteland heeft recht op haar eigen gezicht.

Boerderijen zijn het icoon van de AV De relatief nieuwe Elzenweg volgt de structuurlijn van de eeuwenoude achterdijk in de polder Bleskensgraaf

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 3

Ruimtelijke kwaliteit en beeldkwaliteit beperken zich in deze visie niet tot de fysieke kwaliteitsaspecten van de bebouwing, maar zij omvat de samenhangende betekenis van verschijning, plaats en verhaal (exploiteerbaar gebiedskapitaal). Vanaf de tweede helft van de 20

e eeuw kreeg de AV te maken met een sluipend

proces van veranderingen in de ruimtelijke ordening als gevolg van: - afnemende economische betekenis van de agrarische sector - agrarische schaalvergroting/ruilverkaveling - agrarische verbreding - groeiende woningbehoefte - toenemende industriële bedrijvigheid - niet-agrarische vestigingen - nieuwe infrastructuur (ook voor telecommunicatie en energieopwekking) - hoogconjunctuur, particuliere bestedingsdrang

Met uitzondering van de agrarische schaalvergroting/ruilverkaveling en de agrarische verbreding hebben de hierboven opgesomde fenomenen in hun ruimtelijke situering en verschijningsvorm veelal geen of een nauwelijks herkenbare relatie met de omgeving waarin ze zijn gerealiseerd. Dat heeft tot gevolg dat de ruimtelijke ordening vervreemd raakt van haar intrinsieke waarden, samenhang en kenmerken. Daarmee verliest het gebied aan (beleefbare) ruimtelijke kwaliteitswaarde. Dan is er sprake van verrommeling. Bij nieuwe ontwikkelingen is het goed om voor ogen te houden dat ons gebied vooral wordt gewaardeerd om zijn nog beleefbare Hollandse plattelandswaarden.

1.4 Uitgangspunt In principe zijn er in het gebied twee soorten ontwikkelingen: 1. ontwikkelingen in de agrarische sector c.a. die te beschouwen zijn als een voortzetting van de agrarische cultuurontwikkeling (cultuurcontinuïteit). 2. ontwikkelingen die nieuw zijn in het gebied en daar geen duidelijke causaliteit mee hebben. Hoewel ook bij de ontwikkelingen in de agrarische sector aandacht moet zijn voor het herkenbaar houden van de eigen cultuurgeschiedenis, zijn het vooral de nieuwe ontwikkelingen die in het gebied de relatie met het landschap verrommelen.

Bij nieuwe ontwikkelingen in het landelijk gebied is er feitelijk sprake van ruimtelijke herbestemming. Zoals het bij herbestemming van monumentale gebouwen vanzelf spreekt dat de architectuur herkenbaar blijft, geldt voor ruimtelijke ontwikkelingen, wat deze visie betreft, hetzelfde. Dat betekent dat de beeldtaal van een nieuwe ontwikkeling tot uitdrukking brengt te gast te zijn in de omgeving waar het gerealiseerd wordt en zich daarnaar voegt. Er wordt duidelijk rekening gehouden met en gebruik gemaakt van de regionale kenmerken. Daarbij gaat het uitdrukkelijk niet om het steeds toepassen van boerderijachtige vormen of historiserende sjablonen. Nieuwe ontwikkelingen mogen (of moeten zelfs) een eigen uitdrukkingswijze hebben ! Wel blijft steeds de vraag die we elkaar moeten stellen: wat past en wat past niet ?

De visie beeldkwaliteit heeft als uitgangspunt dat bij nieuwe ontwikkelingen het authentieke karakter en de ruimtelijke samenhang op die plaats behouden of herkenbaar blijven en zo mogelijk worden versterkt.

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 4

Nieuwe ontwikkelingen moeten mogelijk zijn maar het mag nooit ten koste gaan van de afleesbaarheid van dit ontstaansverhaal. Daarom is het belangrijk dat de kennis van de historische situatie levend blijft en als kapitaal gekoesterd wordt. Deze visie pleit er daarom ook voor dat bij ruimtelijke analyses en beeldkwaliteits-paragrafen gebruik gemaakt wordt van historisch foto- en kaartmateriaal en bijvoorbeeld de beeldbank van Boerderij & Erf. Dat voorkomt dat beeldkwaliteitsbeleid in de toekomst op drift raakt omdat het als referentiebeeld dan uitgaat van een inmiddels sterk veranderde ruimtelijke situatie. Dat wil niet zeggen dat deze visie een “openlucht-museum-situatie” nastreeft, maar wel dat nieuwe ontwikkelingen erin moeten passen. Vanuit het credo “behoud door ontwikkeling” gaat het erom dat het gebruik vitaal met zijn tijd meegaat, maar dat het beeld in stand blijft. De ruilverkavelingslinten en -boerderijen zijn te beschouwen als een authentieke agrarische ontwikkeling. Zij zijn hun eigen referentiebeeld.

Kritisch op stedebouwkundige uitgangspunten Bij vernieuwingen in het plattelandsgebied (bij bouwwerken, ruimtelijke inrichting, wegaanleg ) worden te gemakkelijk stedenbouwkundige (stadsgerelateerde) sjablonen en criteria gehanteerd. Een voorbeeld daarvan zijn de rode contouren rond plattelandskernen die volgens deze visie (ten onrechte) gedefinieerd zijn als zones met stedelijke bebouwing. Een gevolg daarvan is dat er in diverse dorpskernen bij wegreconstructies bijvoorbeeld trottoirs zijn aangelegd. Omdat een dorp in onze visie geen stad mag worden, verdienen ontwikkelingen op het platteland een geheel eigen benadering.

Historisch foto- en kaartmateriaal als ruimtelijk geheugen Door alle ontwikkelingen heen moet het grote verhaal leesbaar blijven Het achterwaterschap functioneert al vanaf 1366

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 5

Donkdorp Hoornaar

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 6

2. RUIMTELIJKE ONTWIKKELING

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 7

Dit hoofdstuk beschrijft de ruimtelijke ontwikkeling van het gebied op een aantal schaalniveau's Het doel daarvan is dat we ons bij nieuwe ontwikkelingen of ontwerpen bewust zijn van de achtergrond van wat we zien. De ruimtelijke ontwikkeling wordt onderverdeeld in een aantal “logische“ schaalniveau’s. Logisch in de zin van dat de schaalniveau’s te koppelen zijn aan overzichtelijke kaders of actoren. De schaalniveau's lopen van groot naar klein, van natuur naar cultuur, van collectief naar individueel:

� Bodem en natuurlijke ondergrond � Groenblauwe netwerken � Linten en kernen � Kavel /perceel

De ruimtelijke ontwikkeling besluit op ieder schaalniveau met de belangrijkste ontwikkelingen na 1950, omdat vanaf die tijd ingrijpende veranderingen plaatsvonden. Daar waar voor 1950 de ontwikkeling voornamelijk bestond uit ambachtelijke verbetering en groei, krijgt het gebied vanaf 1950 te maken met toenemende industrialisatie, ingrijpende verandering en groei.

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 8

2.1 BODEM, NATUURLIJKE ONDERGROND

Het landschap is gevormd op een ondergrond van pleistoceen zand/grind en zandduinen (donken) die als gevolg van de stijgende waterspiegel na de laatste ijstijd overdekt is geraakt met een ca. 11 meter dik pakket van lagen klei en veen. Plaatselijk zijn deze afzettingen doorsneden door verlande stroombeddingen die als gevolg van bodeminversie (ontwatering en oxidatie) als hogerliggende stroomruggen in het landschap liggen. De belangrijkste stroomrugafzettingen zijn die van Zijderveld, Schoonrewoerd en Schaik. Deze komen vanuit het oosten het gebied binnen en lopen in westelijke richting uit tot ver in de Alblasserwaard. Daarnaast zijn in de Alblasserwaard de jongere stroomruggen van Alblasserdam en Papendrecht en in de Vijfheerenlanden de Hagensteinse rug rond Vianen van belang. In het gehele gebied is in de prehistorie sprake van een moerassig elzenbroekbos. Alleen op de stroomruggen groeien hogere loofbomen zoals als eik en linde, waardoor de loop van de oude stroomruggen dan in het landschap herkenbaar zijn. Het centrale veen watert naar de rivieren af via natuurlijke veenstromen. Als laatste geologische ontwikkeling door de toenemende betekenis van de Lek en de Merwede is in de vroege middeleeuwen rivierklei afgezet aan de randen van het gebied en langs de veenstromen.

Daarom bestaat de bodem in de centrale Alblasserwaard uit veen en daaromheen klei op veen, waarbij de kleidikte richting de rivieren toeneemt. Het grondgebruik in de Alblasserwaard staat hoofdzakelijk in dienst van de veeteelt. De Vijfheerenlanden vormen een overgangsgebied naar het Gelderse rivierenlandschap. De stroomrugafzettingen zijn geschikt voor gemengd bedrijf, fruit- en griendteelt. De lagergelegen komgebieden daartussen zijn geschikt voor veeteelt. Op diverse plaatsen is zand uit donken en stroomruggen afgegraven voor de aanleg van Rijks- en Provinciale wegen.

Holocene stroomgordels in de Albasserwaard-Vijfheeren-landen, Stroomrugrelief in de West-Alblasserwaard Natuurlijke veenstroom de Alblas De schoonenburgse heuvel (4 m +NAP)

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 9

Ontwikkelingen na 1950

- Bodeminversie door verdere bodemdaling en peilaanpassing, waardoor de stuggere stroomruggronden relatief hoger in het landschap komen te liggen. - Egalisatie van stroomruggen ten bate van een doelmatig agrarisch bodemgebruik waarbij mogelijk archeologische sporen verloren gaan. - Egalisatie van bodemreliëf (stroomruggen, oeverwallen, woonheuvels) bij wegreconstructies. - Ontgraving t.b.v. compensatiewater - Waterwinning

Boorprofiel bodem Alblasser- waard Veengasbellen in het ijs Reconstructie Zijdeweg Waterberging langs Betuwelijn Het laatste bodemvormende stadium: Elzenbroekbos Veenweidegebied met rood- en zwartbont vee

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 10

2.2 GROENBLAUWE NETWERKEN De groenblauwe netwerken zijn onder te verdelen in:

- Ontginningsblokken(kamers, ruimte) - Waterbeheer en -defensie - Agrarisch landschap - Bovenregionale infrastructuur - Natuur

Ontginningsblokken (kamers, ruimte) Vanaf de 9

e eeuw is er sprake van de eerste blokontginningen op de hoge gronden

aan de Lek/Gaasp bij Vianen en waarschijnlijk ook langs de Linge (Gorinchem-Arkel). De ontginningen zijn georganiseerd door landheren of kerkkapittels. In de 10

e en 11

e eeuw volgen de strokenontginningen met vrije opstrek. In de

Vijfheerenlanden vanuit de Laak, Leede en Zederik. In de Alblasserwaard vanuit de Alblas, Giessen, Aa en Ammer. Deze veenstromen dienen als ontginningsbasis. In de 12

e eeuw volgen de middenzones die volgens het cope-systeem met vaste

eindgrens (6 voorlingen = 1250 meter) zijn ontgonnen. In deze fase zijn ook kunstmatige watergangen gegraven om daarlangs ontginningsbases aan te leggen, zoals de Graafstroom in de Alblasserwaard en de Huibert in de Vijfheerenlanden. Een aantal reststukken blijven nog tot in de 13

e/14

e eeuw onontgonnen, zoals in de

Vijfheerenlanden de Broekse Hei en Nieuwland. In de Alblasserwaard Matena, Ruybroek/Hofwegen/Zevenhoven, Korte- en Langebroek, enzovoort. Voor een deel hebben zij mogelijk als vrije jachtgrond en/of waterbuffer gediend. Binnen een ontginningsblok wordt de wildernis opgedeeld in stroken van ca 120 bij 1250 meter, een hoeve, die vervolgens door de vrije pioniers zijn ontgonnen door o.a. het graven van sloten haaks op de ontginningsbasis tot aan de eindgrens, de achterkade. De boerderijen zijn gebouwd aan de ontginningsbasis met de voorzijde gericht naar het langslopende (natuurlijke of gegraven) water dat voor vervoer en transport dient. Grondgebruik en bedrijfsvoering zijn binnen een nederzetting aanvankelijk 100% agrarisch (hoofdzakelijk akkerbouw) en zelfvoorzienend. De landsheren bouwen vooral in de 13

e eeuw binnen hun domein een versterkt huis of

kasteel. Deze huizen staan altijd op een speciale plek buiten of afzijdig van de lintstructuur, maar wel altijd binnen de tiendwegzone. Belangrijke landsheren of locators zijn: de heren Van Vianen, Van Arkel , Van Teylingen, Van Cuijk, Van Souburg, enzovoort. Er hebben in ons gebied zeker 16 huizen of kastelen gestaan, maar daarvan is er geen enkele overeind gebleven. Wat rest zijn contouren van slotgrachten en/of begraven fundamenten. Zij moeten het verhaal en de herinnering levend houden.

Burcht te Giessenburg De gegraven Graafstroom Strokenverkaveling binnen ontginningsblokken op de grens van de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 11

In 1277 is onder leiding van graaf Floris V de eerste ringdijk gerealiseerd rond het venige en het meest klinkgevoelige midden van de Alblasserwaard. Zijdeweg en Zouwendijk/Bazeldijk vormen dan de westelijke en oostelijke dijkgrens. Daardoor kan de Vijfheerenlanden zijn water niet meer afvoeren. Daarom is in 1284 door vertegenwoordigers van de vijf Heren voor de kerk van Everdingen besloten tot de bescherming van de Vijfheerenlanden door onder meer de aanleg van de Diefdijk aan de oostzijde en het graven van de Huibert. In de 13

e eeuw zijn voornamelijk in de lagere Alblasserwaard tiendwegen aangelegd,

lange ononderbroken kaden op 300 tot 1200 meter afstand van de ontginningsbasis en ongeveer parallel daaraan. Over de functie van de tiendwegen gaan verschillende theorieën. De eerste en oudste theorie is dat de tiendwegen zijn aangelegd door de kasteelheren om via deze wegen de tienden te innen, een afdracht in natura van gewas en vee. Van oorsprong komen deze tienden toe aan de geestelijkheid. In de loop van de Late Middeleeuwen eigenden de wereldlijke heersers zich de tienden toe. De tweede theorie, die de laatste tijd meer aanhang krijgt, is dat de tiendwegen in de 13

e eeuw als kaden zijn aangelegd om de hoger geworden waterstanden in de

akkerzones (de frontzone tussen ontginningsbasis en kade) via uitwatering met sluizen te verlagen, zodat akkerbouw daar mogelijk bleef. Het woorddeel tien in tiendweg zou dan afgeleid kunnen zijn van tieën, trekken (in het Duits: ziehen), wat dan betrekking zou hebben op het water dat langs de tiendkade (akkerzijde) richting sluis en rivier werd "getrokken" en waarop spoedig een weg werd aangelegd, de tiendweg. Weer een andere veronderstelling is dat tien verwijst naar het franse werkwoord tenir, wat vasthouden of onderhouden betekent. Overigens hoeft de ene theorie de andere niet uit te sluiten. De ontginningsblokken, begrensd door een voor-, zij- en achterkaden en ingericht als nederzetting, zijn te beschouwen als de ruimtelijke cellen of kamers van het gebied. Verkeer en vervoer was in oostelijke richting aanvankelijk alleen mogelijk via de nederzettingslinten, dus via het water en de voor- of achterkaden. Voor het vervoer in noord-zuid richting kon gebruik gemaakt worden van de zijkaden. Voor de verbinding tussen de rivieren en binnenwateren zoals de Alblas en de Giessen zijn in een vroeg stadium al speciale noord-zuidverbindingen aangelegd, zoals in de Alblasserwaard de Veerweg, de Tolsteeg, de Damseweg, de Doetsekade/Poortse weg en in de Vijfheerenlanden de oude weg tussen Leerdam en Everdingen.

De tiendweg bij Alblasserdam Agrarisch landschap met rust en ruimte De ligging van de tiendwegen in de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 12

Ontwikkelingen ontginningsblokken (kamers, ruimte) na 1950 - Poldergebied ingenomen door stedelijke uitbreiding (Drechtsteden, Leerdam, Vianen, Gorinchem). - Doorsnijding van kamers door provinciale en nationale infrastructuur (provinciale wegen, rijkswegen, betuwelijn). - Nieuwe ontsluitingswegen in het kader van de ruilverkaveling. - Vrijliggende fietspaden voor recreanten en utiliteitsgebruik (scholen). - Uitbreiding en verbreding bestaande infrastructuur. - Uitplaatsing van (agrarische) bedrijven in verband met stedelijke uitbreiding of bovenregionale infrastructuur. - Aanleg bedrijventerreinen. - Herstel dubbele kadestructuur (achterdijken Wijngaarden en Noordeloos). - Kaden worden onderdeel van wandelpadenstructuur. - Egalisatie van bodemreliëf als gevolg van stroomruggen/donken in polderwegen bij reconstructie. - Waterwingebieden. - Windturbines.

Uitbreidingsplan Nieuwpoort Windturbines Giessenburg Tanktransportbedrijf Bleskensgraaf Nutsgebouwen in de open ruimte

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 13

Waterbeheer/waterdefensie

Aanvankelijk heeft ieder ontginningsblok zijn eigen bescherming tegen buitenwater d.m.v. lage kaden en watert het met een sluisje zelfstandig uit op een rivier of veenstroom. Als gevolg van de optredende bodemklink en daaruit voortvloeiend overstromings-gevaar zijn de boerderijplaatsen regelmatig opgehoogd en ontstaan de woonheuvels. Aanvankelijk vormen de Alblasserwaard, de Vijfheerenlanden en nog meer gebieden één afwateringsgebied met autonome polders. Zo watert waarschijnlijk de Zederik en de Laak, gelegen in de huidige Vijfheerenlanden, af op een stuk oer-Giessen in de Alblasserwaard. Deze oer-Giessen loopt dan over Meerkerk en Noordeloos en watert via de Giessen af in de Merwede. Om overstromingen uit de bovenstroomse gebieden te voorkomen en om het Hollands deel te beschermen zijn in 1277 op initiatief van graaf Floris V de Bazeldijk en de Zouwendijk aangelegd. Hierdoor ontstaat een eerste ringdijk om de Alblasserwaard en wordt de dijkzorg geregeld. Met die maatregel zijn de polders gevrijwaard van de getijdewerking in de rivieren. Om de veiligheid in hun gebied te garanderen sluiten de machthebbers van het oostelijker gelegen gebied in 1284 een overeenkomst. Hierdoor ontstaat in het naar deze heren genoemde gebied: de Vijfheerenlanden. De afwatering van gebied wordt eerst geheel gericht op het zuidelijk gelegen riviertje de Linge. Via Gorinchem wordt het water geloosd op de Merwede. Als gevolg van voortgaande klink en stijging van het rivierwaterpeil moet in de 14

e

eeuw de uitwatering door de waterschappen via gemeenschappelijke kanalen worden verlegd naar de meest westelijke uitlaatpunten. In de Alblasserwaard wateren twee waterschappen in westelijke richting uit naar Elshout: De Nederwaard via de Alblas/het Nieuwe Waterschap en de Overwaard via het Achterwaterschap. Het waterschap van de Vijfheerenlanden watert via de Zederikboezem in noordelijke richting naar de Lek bij Sluis (Ameide). In de 15

e eeuw zijn in de Vijfheerenlanden de eerste molens gebouwd om de moeilijke

uitwateringssituatie aldaar te verbeteren. Al snel volgt ook de Alblasserwaard. Zo ontstaat uiteindelijk een systeem waarin het polderwater via sloten, tochtsloten, weteringen, vlieten, lage en hoge boezems en getrapte bemaling met molens uitwatert via een sluis op de rivier. Dat systeem is voor de Alblasserwaard in principe onveranderd gebleven, zei het dat het stelsel van polder- en boezemmolens overal is vervangen gemotoriseerde gemalen.

De Diefdijk beschermt de Vijfheerenlanden al eeuwen tegen bovenwater Boerderij op woonheuvel in Wijngaarden Sloten tot aan de einder Molenscheprad en de Ammerse boezem

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 14

Nadat in het rampjaar 1672 de bovenmolens bij Sluis (de Noordelijke afwatering van de Vijfheerenlanden) door de Fransen zijn verbrand, kiest de Vijfheerenlanden toch weer voor afwatering via de Zederik (het huidige Merwedekanaal) naar de Linge. Daar het water via de binnenstad en de vestinggrachten van Gorinchem op de Boven-Merwede moest lozen, kwam de stad vaak blank te staan. Daarom is circa 1819 het Kanaal van Steenenhoek gegraven vanaf het noorden van de binnenstad naar het westen, boven Boven-Hardinxveld langs, waar het uitmondt in de Beneden-Merwede. Op dit punt bevindt zich ook het Gemaal mr. dr. G. Kolff. Naast het gemaal bevinden zich een gecombineerde, met hefdeuren uitgeruste spuisluis en een schutsluis met puntdeuren. Eeuwenlang hebben lokale polderbesturen voor en met hun ingelanden in hun vertrouwde bemalingseenheid het waterpeil beheerd, kaden onderhouden en het toezicht (de schouw) geregeld op basis van de Polderkeur. Iedere boer was zelf verantwoordelijk voor het schoonhouden en het op diepte houden van watergangen. Ontwikkelingen waterbeheer- en defensie na 1950 - In 1973 zijn de afzonderlijke polders opgeheven. - In1984 algehele centralisatie van alle waterschappen en de dijkzorg in het Hoogheemraadschap van de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden.. - In 2005 is dit hoogheemraadschap opgegaan in het Waterschap Rivierenland dat werkt aan veilige dijken, een goed waterbeheer en het zuiveren van rioolwater. - Voortgaande bodemdaling leidt tot behoefte aan peilverlaging, verschillend peilbeheer voor landbouwgrond en woonlinten. - Herstructurering waterbeheer, toename van peilvakken. - Het op diepte houden van A- en B watergangen (boezemwater, vlieten en weteringen), is een verantwoordelijkheid geworden van het Waterschap, waarvoor tijdelijke baggerdepots worden aangelegd. - Behoefte aan meer waterbergingscapaciteit, zowel binnen- als buitendijks. - Uitvoering compensatiewater voor slootdemping is cultuurhistorisch veelal niet onderbouwd. - Achterstallig onderhoud aan C-watergangen, beperkte sacties. - Pleziervaart in boezemwateren.

Voetgangersbrug over het Nieuwe Waterschap bij Alblasserdam Watermolen Hofwegen Smitgemaal Kinderdijk Aan de boorden van de Lek op een mooie zomerdag

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 15

Hoogstamfruitteelt in de Vijf-heerenlanden Griendenlandschap in de Vijf-heerenlanden Landhek van geschilde "stokken" Graanteelt in de zuidelijke Vijf-heerenlanden Knotwilgen in de Alblasser-waard

Agrarisch landschap De landschapsstructuur in de Alblasserwaard wordt bepaald door een sterke oost-west oriëntatie van de linten, waardoor een specifieke oost-west openheid ontstaat met unieke vergezichten. Deze oost-west-noord-zuid-ordening werkt binnen de kamerstructuur sterk door in de loop van de kaden en waterwegen. In de Vijfheerenlanden is het landschap door de oriëntatie op bochtige stroomruggen op plaatsen minder streng geordend, waardoor we spreken van een meer besloten coulissenlandschap. Alleen de cope-ontginningen in het midden van de Vijfheeren-landen zijn streng rechthoekig geordend. Op de hogere gronden van de stroomruggen zijn de percelen wat breder en zien we weinig sloten. De percelen worden hier vanouds gescheiden door meidoornhagen en houtwallen. Op grond van het agrarische bodemgebruik is de beplanting en groencultuur in de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden hoofdzakelijk functioneel. Natuur is hier cultuur-natuur. Dat betekent in de Alblasserwaard overwegend grasland voor de veelteelt. Door economische factoren in de landbouw is de bloemenrijkdom in het agrarisch gebied in de loop der jaren afgenomen. Engels raaigras is dominant en er zijn veel bomen verwijderd. Vanouds liggen de weilanden direct achter de lintzone met de boerderijen en akkerpercelen. De hooilanden lagen in de meer natte en stille zones achterin de polder. Daar vinden we ook de met bomen en struiken omzoomde kooiplassen. De enige beplanting die we verder in de weilanden tegenkomen zijn de hovelingen bij bruggenhoofden en toegangsdammen en hier en daar een geriefhout- of pestbosje of een verdwaalde solitaire boom om het vee in de onbarmhartige open vlakten 's zomers schaduw te verschaffen. Knotwilgen komen uitsluitend, maar dan ook veelvuldig, voor in de lintzones en langs de Alblasserwaardse tiendwegen. In de lintzone worden ze vooral geplant langs de hennepakkers, allereerst voor het hakhout, maar ook om de hennepbossen daartegen te laten drogen. Ook langs de voordijk/kade staan knotwilgen hier en daar afgewisseld met wat elzenstruiken. De achterkaden zijn pluksgewijs beplant met overwegend elzenhakhout. In de Alblasserwaard zijn de noord-zuidwegen niet of zeer schaars beplant. Daarmee wordt de unieke oost-west openheid met zijn vergezichten mogelijk gemaakt (Dat is al eeuwenlang via de polderkeuren geregeld).

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 16

In de Vijfheerenlanden vinden we op de hogere stroomruggronden hoofdzakelijk fruitteelt en akkerbouw. Hoogstamboomgaarden met windsingels zijn hier kernmerkend. In de komgebieden vinden we grasland en griendcultuur. Verder kenmerkt de Vijfheerenlanden zich door uitgestrekte uiterwaarden, vooral langs de Lek en in mindere mate langs de Linge. Ontwikkelingen agrarisch landschap na 1950

- Ruilverkaveling Alblasserwaard 1965-1987 (cultuurtechnische dienst- landinrichtingsdienst - Ruilverkaveling-landinrichting Vijfheerenlanden 1980-2004 (landinrichtingsdienst) - Nieuwe ontsluitingwegen/insteekwegen in het kader van de ruilverkavelingen - Toenemend gebruik van kunstmest en bestrijdingsmiddelen, waardoor meer monocultuurgrassen en natuurverarming. - Slootdemping voor een aansluitend weide-areaal - Betonnen bruggen - Betonpaden - Vervallen bruggetjes langs tiendwegen en over weteringen i.v.m. ruilverkaveling - Slootdemping en afvaldump in C-watergangen (watergangen die geen water toe- of afvoeren). - Egalisatie van natuurlijk bodemreliëf (stroomruggen, oeverwallen) ten bate van een meer economisch grondgebruik. - Grotere koppels koeien maar minder weidegang - Meer paarden, schapen en geiten in het landschap - Trekkers en melkmachines (1960-1987) - Ligboxenstallen (v.a. circa 1980) en melkrobots (v.a cirka 1990) - Maisteelt (vanaf circa 1990) - Voer- en sleufsilo's - Mestsilo's, mestzakken - Agrarisch natuurbeheer (vanaf circa 1995) - Agrarisch landschap plaatselijk opengesteld voor wandelpaden - Buitenopslag van aannemers in grondwerken

Uitgeplaatste boerderij vanwege uitbreidingsbeperking in het lint Schapen in de polder Sliedrecht Weidegang van een moderne veehouderij herken je aan het grote aantal koeien

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 17

Bovenregionale infrastructuur Vanaf de ontginningstijd vormen de Lek, de Merwede en de Linge de bovenregionale infrastructuur. Vandaaruit is het gebied ontgonnen en ontsloten en vindt handelsverkeer plaats naar Engeland en Duitsland. In 1655 wordt de trekvaart Gorinchem-Vianen aangelegd die in 1824 is vergraven tot het Zederikkanaal, waarmee het gebied via water wordt ontsloten. In 1892 is dit water verbreed voor stoomboten en maakte het deel uit van het Merwedekanaal tussen Utrecht en de Merwede. In de 17

e en 18

e eeuw maakt de polderzone tussen de vestingen Nieuwpoort en

Gorinchem deel uit van de Oude Hollandse Waterlinie. In de19

e eeuw wordt deze waterverdedigingslinie verlegd naar het oosten en maken

de Diefdijk en Gorinchem deel uit van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Begin19

e eeuw ontstaat de wegverbinding tussen Gorichem via Meerkerk naar Vianen

als onderdeel van de door Napoleon geplande Route Impériale nr. 4 tussen Parijs en Amsterdam. Eind 19

e eeuw vindst buiten de bestaande kernen de realisatie plaats van de spoorlijn

Dordrecht-Geldermalsen, echter zonder rekening te houden met bestaande landschapslijnen. Vanaf eind jaren 20 tot 1954 zijn de provinciale wegen Meerkerk-Papendrecht (N214), Sliedrecht-Bleskensgraaf (N482) en Gorinchem-Schoonhoven (N216) aangelegd, hoofdzakelijk via bestaande landschapslijnen. Ontwikkelingen bovenregionale infrastructuur na 1950 - In de jaren 30 werd de rijksweg A15 aangelegd door de zuidelijke randzone van de Alblasserwaard. Daarbij is ten dele rekening gehouden met bestaande landschapslijnen. - De rijkswegen A2 en A27 zijn dwars door bestaande kamers aangelegd, waardoor vooral de noordelijke Vijfheerenlanden in landschappelijk opzicht sterk verknipt is geraakt. - Ontwikkeling van bedrijfsterreinen langs de rijkswegen. - Bovengrondse hoogspanningsleidingen(50 kV, 150 kV en 380 kV). Hoofdzakelijk uitgevoerd in vakwerkmasten. Alleen de 50 kV lijn tussen Papendrecht en Arkel is eind jaren 70 vervangen door buismasten in een grijsgroene kleurstelling. - Gasleidingen en gasregelstatations (1975), gascompressorstation (2012) - Egalisatie van natuurlijk bodemreliëf als gevolg van stroomruggen/donken in provinciale wegen bij wegreconstructie.

Het oude stationsgebouw Leerdam Provinciale weg N214 50 kV hoogspanningsleiding Papendrecht-Arkel Betuwelijn tunnel Oud Alblas Gasleiding Wijngaarden-Beverwijk Lekbrug A2 bij Vianen

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 18

Natuur Natuur tot 1950 In prehistorische tijden, als alleen de donken zo nu en dan door mensen bewoond worden (6000-2000 voor Christus), bestaat de natuur in de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden uit een waterrijk moerasgebied met riet, biezen, waterplanten grassen en elzenbroek (laagveenvorming). Alleen de boven de gemiddelde waterspiegel uitstekende donken zijn dan begroeid met groepen loofbomen zoals eik (Quercus), linde (Tilia) en berk (Betula). Ook de vastere oeverwallen van stroomgordels zijn begroeid met loofhout zoals eik en hazelaar (Corylus) Vanaf 2000 voor Christus is het gehele moerasgebied overdekt met elzenbroekbos (vorming van het Hollandveen), met op de hogere en vastere delen van donken en stroomruggen (rivierduinen) een afwijkende vegetatie van loofbomen zoals eik, linde en berk, maar ook els (Alnus) en wilg (Salix). Rond het begin van de jaartelling cummuleert in het midden van het gebied de veenvorming boven de waterspiegel tot plaatselijke hoogveenbulten met plantensoorten als veenmos, veenbes, wollegras, dop- en struikheide. Vanaf ca.1000 na Christus wordt de bestaande begroeiing van bomen en struiken binnen de ontginningsblokken door de kolonisten gekapt en wordt het gebied ontwaterd door de aanleg van sloten. De begroeiing verandert hierdoor ingrijpend ten gunste van grassen en akker-gewassen. In de zone tussen de ontginningsbases en de tiendwegen liggen de beter ontwaterde akkerpercelen met lagere grondwaterstanden, waarop in de eerste eeuwen na de ontginning de teelt van graansoorten mogelijk is geweest. De percelen achter de tiendweg zijn minder goed ontwaterd en dus natter, waardoor we hier van oorsprong de extensieve hooilanden en schraalgraslanden vinden. De oorspronkelijke natuur is nog eeuwenlang te vinden geweest in de (nog) niet ontgonnen reststukken (met "broek- en heinamen" zoals Kortenbroek, Langenbroek, Ruybroek, enz). Vanaf de 14

e eeuw zijn ook deze reststukken in cultuur gebracht.

Terecht zijn deze polders bij de ruilverkaveling vanwege hun behouden natuurwaarden aangewezen als bijzonder natuurgebied: het Natura 2000 gebied Donkse laagten.

Veenmos Els Hazelaar Eik Gele lis Zuring

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 19

Buiten de bloemrijke graslanden zijn de natuurwaarden vanaf de 15e t/m 19

e eeuw te

vinden in de uiterwaarden, kooiplassen, griendjes, achterkaden, pest- en huftbosjes. De oude achterkaden zijn door het extensieve beheer een ware schatkamer van inheemse vegetatiesoorten die we in de omringende weilanden niet meer tegenkomen: pluksgewijze begroeiing met elzenstruiken, bitterzoet, gele lis en oeverzegge. De onbegroeide delen kenmerken zich door schrale graslandvegetaties als gestreepte witbol, reukgras, gewoon struisgras, roodzwenkgras, veldzuring, echte koekoeksbloem, tormentil en scherpe boterbloem. Rond de boerderijen is vanouds cultuurgewas te vinden zoals knotwilgen, essen en hennep. Afval is natuurlijk afval en wordt in verschillende vormen hergebruikt. Niet verteerbaar huisafval wordt gestort in de erfzone als ophoging. Door toenemende industrialisatie en wegaanleg zijn donken afgegraven voor zandwinning en daarmee ontstaan waterpartijen ten behoeve van de recreatie. Van sommige donken is de helling glooiend gemaakt, waardoor de diversiteit in plantengroei afneemt. De intensivering en een toenemende mechanisatie van de agrarische sector hebben een vermindering van de fauna en flora tot gevolg. Ook het economisch efficiënt beheren van wegen en kaden zorgt voor vermindering van plantensoorten in wegbermen en op kaden. Er wordt niet meer gemaaid maar gespoten. Een gevolg hiervan is dat ook de fauna verarmt en het aantal vogelsoorten afneemt. De signalen over verarming van de natuur worden vanaf de jaren 70 door diverse organisaties binnen de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden afgegeven. Positief is dat de zwanenbloem (Butomus umbellatus) in het landschap is teruggekomen. De bewoners binnen de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden en de besturen worden zich langzamerhand bewust van de noodzaak van de aanwezigheid van diversiteit in de natuur voor een gezonde samenleving. Het bewustmakingsproces vraagt echter veel tijd.

Wilg Zwanenbloem Meerkoet met jongen Natuur aan de achterdijk

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 20

Met financiële steun van de landelijke en provinciale overheid wordt gewerkt aan het verbeteren van de natuurlijke diversiteit. Verder hebben deze bewustwording van de biodiversiteit en de natuurontwikkelings-potenties in de Alblasserwaard geleid tot drie Europese (Natura 2000) natuur-gebieden, met name de Zouwe Boezem, Donkse Laagten en Boezems Kinderdijk. Het zijn drie postzegels als parels in het landschap. In de periode 1965-1970 heeft in de Alblasserwaard de ruilverkaveling plaatsgevonden. Hierdoor zijn stukjes recreatieve natuur ontstaan die door de Provincie Zuid-Holland en Staatsbosbeheer worden beheerd. Gesteld kan worden dat de biodiversiteit in de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden een punt van zorg en aandacht blijft. De natuur in de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden is een parel die een plaats dient te krijgen in de totale beeldkwaliteit van het gebied. Ontwikkelingen natuur na 1950 - Eerste natuuraanplant langs provinciale wegen circa 1960. - Oprichting/ontstaan natuurvereniging Natuur en Vogelwacht Alblasserwaard 1960 - Aanleg Alblasserbos (1981) uit vrijkomende grond door de ruilverkaveling - Aanleg recreatieterrein Oud Alblas (1981) - Blauwgraslanden in stiltegebied Donkse laagten - Aanleg Slingelandplas en Kraaienbos (circa 1990 ) - Natuurgebied Zouweboezem Suggesties en kansen - Agrarisch natuurbeheer - Natuurlijke oevers, ook in de lintzones (niet of laag beschoeid) - Herstel oorspronkelijke waterrijkdom in lintzone en in het agrarisch gebied (herstel kooiplassen) - Natuurlijke slootvegetatie en dito visstand

Dovenetel Speenkruid Ooievaarsnest Molenaarsgraaf Slingelandplas Natuur- en recreatieterreinen in de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 21

2.3 LINTEN EN KERNEN Linten en kernen zijn onder te verdelen in: - Oorspronkelijke linten - Dijklinten

- Ruilverkavelingslinten - Stedelijke kernen

Oorspronkelijke linten De nederzetting ontwikkelt zich in de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden als een snoer van op regelmatige afstand van elkaar gebouwde boerderijen langs de ontginningsbasis, het natuurlijke of gegraven water dat tevens gebruikt wordt voor vervoer. Van oorsprong staan alle boerderijen met hun voorzijde gericht naar het water. (Daar waar de boerderijen tussen het water en de weg staan, is deze oriëntatie in de vorige eeuw in veel gevallen gewijzigd). De landheer houdt binnen de ontginning een hoeve land vrij voor een kerk, waarvan hij zelf de bouw (mede) bekostigt. De kerk (en dus de latere dorpskern) is bijvoorkeur aangelegd op een steviger ondergrond, bijvoorbeeld een stroomrug (Zijderveld, Hagestein, Oud Alblas) of een donk (Streefkerk, Hoornaar-Hoogblokland). In andere gevallen wordt de kerk precies in het midden van het lint gebouwd (bijvoorbeeld Wijngaarden). Omdat de ruimte op vooral de donken beperkt is, staan de woningen hier soms zeer dicht aan de doorgaande weg. Rond de kerk ontstaan vanaf de 14

e eeuw onder invloed van de armenzorg niet-

grondgebonden activiteiten (herberg, school, raadkamer, schoenlapper, smid) waarmee zich de dorpskern ontwikkelt. Door de relatieve grondwaterstijging verschuift in die tijd de agrarische activiteit van akkerbouw naar meer veeteelt (zuivelafzet naar de steden). Daarbij neemt ook de hennepteelt in betekenis toe (scheepvaart) waaraan in de 16

e en 17

e eeuw zo goed

wordt verdiend, dat de meeste boerderijvoorhuizen dan in baksteen worden gebouwd met kelder/opkamer en rijke glas-in-loodvensters in de voorgevels. De ruimtelijke situatie is in de linten eeuwenlang hetzelfde gebleven, blijkens de weergave van de kadastrale minuut van circa 1820. Pas in de 19

e eeuw verschijnen

verspreid staande arbeidershuisjes en bij de boerderijen rentenierswoningen, beide met een flinke moestuin. In 19e eeuw loopt ook de hennepteelt op zijn eind en worden als gevolg daarvan in de 20e eeuw veel hennepakkersloten gedempt.

Dorpskern Wijngaarden Boerderijlint Hei- en Boeicop Noordeloos aan de Giessen Lint Overboeicop

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 22

Voorzover oevers in de linten beschoeid zijn (langs erven en tuinen), bestaan deze vanouds uit een lage beschoeiing van palen met vlechtwerk of houten delen op of net boven de waterlijn. In de 20

e eeuw zien we vooral in de Vijfheerenlanden gemetselde of betonnen

beschoeiingen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn sommige kernen door oorlogshandelingen zwaar getroffen (ondermeer Alblasserdam, Bleskensgraaf) en daarna in wederopbouw-stijl hersteld. Ontwikkelingen linten en kernen na 1950 - Als gevolg van de bevolkingsgroei verschijnen in de jaren 50 de eerste nieuwbouwwijkjes. - Vanaf de jaren 60 agrarische schaalvergroting (ligboxenstallen), mechanisatie en - Verlies aan agrarisch karakter en in plaats daarvan toenemende verburgering binnen het lint . - Introductie van kleinschalige bedrijvigheid en bijbehorende reclame-uitingen. - Sloop van cultuurhistorisch waardevolle bebouwing zoals boerderijen en kwetsbare arbeiderswoningen. Inbreidingsnieuwbouw met veelal een lint-vreemde architectuur. - Beschoeiing van A, B en C-watergangen (zie uitleg op pagina's 14 en 16) - Schuttingen en hoge beschoeiingen langs de erven. - Verdichting van de bebouwing binnen de contouren. - Behoefte aan uitbreiding buiten de contouren - Verdichting van groenaanplant, verlies aan doorzichten naar de polder. - Verkeersveiligheidsmaatregelen zoals drempels, palen, punten, blokken, trottoirs, kernpoorten, enzovoort.

Leerbroek dorpskern Trottoir met "varkensruggen" Palenrijkdom kern Goudriaan Voorbeeld van een natuurlijke oever met lage beschoeiing Noordzijde en Abbeskesdoel

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 23

Dijklinten De ontwikkeling van de (rivier)dijklinten loopt aanvankelijk parallel aan die van de andere linten. Bij de aanleg van de ringdijk in de 13

e eeuw verhuizen in de

Alblasserwaard ook de boerderijen die nog op stroomruggen gebouwd staan naar de rivierdijk, waarschijnlijk als gevolg van de ingestelde verhoefslaging (verplicht dijkonderhoud). Omdat voor de aanleg van de ringdijk de bestaande woonheuvels zijn benut, moesten de boerderijen binnendijks worden herbouwd. Daarom staan veel boerderijen met hun voorgevel klem tegen de dijk. Ook langs de noordzijde van de Giessen, omdat deze ringdijk in 1277 nog korte tijd deel uitmaakt van de eerste ringdijk. Vanwege het feit dat de omringdijk in1284 is verlegd naar de Merwede hoeft de Giessendijk niet meer (althans veel minder) te worden opgehoogd en blijft de situatie daar sindsdien onveranderd. Maar dat geldt niet voor de rivierdijken die steeds opnieuw moesten worden opgehoogd. Het verplaatsen van de boerderijen wordt door de verstening vanaf de 16

e eeuw veel

moeilijker, met als gevolg dat de boerderij bij volgende dijkverhogingen steeds verder in de dijk groeide. Dat laatste zien we vooral in de westelijke Alblasserwaard. In het algemeen geldt: hoe lager het achterliggende land ligt, hoe hoger de bebouwing tegen de dijk opkruipt. In de Vijfheerenlanden heeft het dijklint aan de Lek een ijl karakter. In zones met stroomruggen zoals bij Vianen en Everdingen staan de boerderijen wat verder van de dijk. Westelijk van Vianen staan de boerderijen meer aan de dijkvoet, terwijl nog westelijker de bebouwing soms in de dijk is gebouwd. Langs de Lingedijk staat de oude bebouwing op de oeverwal op wisselende afstand van de dijk. Omdat de Zouwendijk/Bazeldijk en de Diefdijk zijn aangelegd als bescherming tegen opperwater vanuit het oosten, staat de bebouwing hier vanouds aan de (veilige) westzijde van de dijk. Langs de Noord en de Merwede zijn de dijklinten door de eeuwen heen dicht bebouwd geraakt (gesloten tot half-open). Hier komen we echte dijkhuizen tegen, waar de voordeur uitkomt op de kruin van de dijk en de achterdeur twee verdiepingen lager uitkomt op het polderniveau.

1

1. In dit onderdeel is gebruik gemaakt van de publicatie Ruimtelijke kwaliteit en streekeigen bebouwing, Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 2010

Lingedijk, Rietveld Lekdijk, dijkschuur Langerak Bazeldijk, Meerkerk Lekdijk Streefkerk

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 24

Het gebied is in de geschiedenis zeker 33 maal door overstroming getroffen. Daaraan herinneren de vele wielen (kolken) aan rivierdijken en zijdewenden, maar ook de gebieden die bij overstroming verloren zijn gegaan, zoals de Avelingen, Donkersloot en Kostverloren. In de dijklinten aan de rivier ontstaat ook al snel andere bedrijvigheid: visserij, beurtscheepvaart, griendwerk (hoepmakers, zinkwerk), veerdiensten en later de scheepsbouw, en de baggerindustrie. Deze aan de rivier gelieerde bedrijvigheid geeft aan deze dijklinten een eigen gezicht en karakter. Ontwikkelingen dijklinten na 1950 - Verschillende dijkverzwaringsrondes hebben het karakter van de dijkbebouwing inmiddels al sterk verdund en verzwakt. - Momenteel behoren zowel de Alblasserwaard als de Vijfheerenlanden tot de dijkring nr. 16 (veiligheidsnorm 1 x / 2000 jaar). De dijk langs de Lek van Kinderdijk tot Everdingen, de Diefdijk Everdingen - Gorinchem, de Merwededijk Gorinchem - Papendrecht en de dijk langs de Noord Papendrecht - Kinderdijk. De dijkring heeft pas een aanpassing achter de rug, maar zal in het kader van het Deltaprogramma Rijnmond - Drechtsteden wederom op de schop gaan.

Lekdijk Everdingen Merwededijk Papendrecht Wiel bij Langerak Nieuwbouw aan de dijk in Sliedrecht-Baanhoek Lekdijk Tienhoven

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 25

Ruilverkavelingslinten (ontwikkeling na 1950) In het kader van de ruilverkaveling Alblasserwaard en de ruilverkaveling Vijfheerenlanden zijn in de jaren 60 tot 90 nieuwe ontsluitings- en insteekwegen in de polders aangelegd waaraan nieuwe boerderijen zijn gebouwd. Dit gebeurde om de druk op de grond in de bestaande linten te verminderen en de agrariërs meer kans op uitbreiding te bieden met grond dichtbij het bedrijf. Hierdoor ontstaat een groter en nu aaneengesloten ariaal aan weide. De ruilverkavelingen zijn op basis van een integraal plan tot stand gekomen (Cultuurtechnische Dienst en Landinrichtingsdienst). Veel ruilverkavelingswegen zijn aangelegd naast bestaande landschapsstructuren zonder deze aan te tasten, zoals langs een bestaande wetering (Heiweg Oud-Alblas), bestaande oude watergang (Huibertweg Hei-en Boeicop), achterkade (Elzenweg Bleskensgraaf), tiendweg (Torenweg Giessen Oudebenedenkerk), stroomrug (Klokbekerweg Ottoland en De Hoogt Goudriaan). In deze ruilverkavelingslinten staan de boerderijen ruimtelijk verder uit elkaar en kenmerken zich in het open landschap als groen omzoomde agrarische eilanden met een sterk overeenkomende uitstraling: een losse bedrijfswoning kort aan de weg met daarachter bedrijfsgebouwen met een flauwe dakhelling en lage muur. Een ruime erfstructuur met betonverharding voor zware werktuigen, doorlopend in de weilanden. Op het achtererf staan veelal voedersilo’s. Voor een effectiever bodemgebruik wordt wel slootdemping en egalisatie toegepast. Deze boerderijen hebben een grote impact op het vroegere open landschap, als gevolg van de economische waarde die het veenweidegebied voor de randstad heeft. Daartegenover staat dat door de verplaatsing van agrarische bedrijven naar de ruilverkavelingslinten, het karakter van de oude linten door schaalvergroting niet verder is aangetast. Met de afbouw van een brug over de Ammerse boezem werd op dinsdag 29 september 1987 de ruilverkaveling van de Alblasserwaard, met 22.500 hectare het grootste project in Europa, afgesloten. Door de ligging in het open landschap is de erfinrichting van ruilverkavelings-boerderijen gevoelig voor verrommeling.

Ruilverkavelingsboerderij Giessenburg Ruilverkavelingsweg Giessenburg Boerderij Het Noorderlicht, in Noordeloos (architect Alberts en Van Huut) Ruilverkavelingsboerderij Giessenburg

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 26

Stedelijke kernen Binnen de dijklinten ontstaan aan de mondingen van de veenriviertjes al vroeg de zogenaamde dam-dorpen, zoals Alblasserdam, Giessendam, Leerdam. Maar ook ander plaatsen zoals Gorinchem, Ameide en Nieuwpoort hebben hun vesting- of stadsaspiraties te danken aan hun ligging aan een waterkruispunt, of in het geval van Vianen aan de ligging tegenover de Vaartsche Rijn. Maar enkele van deze kernen hebben door hun strategische ligging of andere factoren door de eeuwen een gestadige groei doorgemaakt. Het rivierdorp Papendrecht verdicht zich aanvankelijk alleen aan het kruispunt van rivierdijk met de veerweg/veerdam. Sliedrecht, dat aanvankelijk uit drie buurtschappen bestaat, krijgt waarschijnlijk pas meer betekenis door de toevloed van voormalige bewoners van de rond 1421 verloren gegane Grote Waard (nu Biesbosch). Indirect kwam daaruit later de specialisatie in baggerwerken voort. Kenmerkend voor deze dijkdorpen zijn de vele stoepen, waaraan tot voor de Tweede Wereldoorlog de arbeiderswoningen trapsgewijs staan gegroepeerd. In de Vijfheerenlanden groeien de steden Vianen, Leerdam en Ameide tot de Tweede Wereldoorlog nauwelijks. Vanaf de 18

e eeuw wordt het stadsleven in Leerdam sterk beïnvloed door de

glasfabriek en de houtindustrie. De huidige Glasfabriek Leerdam is internationaal bekend als de Royal Leerdam en Royal Leerdam Crystal. Ontwikkelingen stedelijke kernen na 1950 - Vianen en Leerdam groeien stevig door suburbanisatie en de gunstige ligging in het midden van het land. - Vianen wordt daarbij grotendeels ingesloten door de A2 en A27. - De Drechtsteden groeien na de Tweede Wereldoorlog in snel tempo uit tot dichtbebouwde “woonsteden”. - Voor Sliedrecht, Hardinxveld, en Gorinchem vormen de A15 en de Betuwelijn een harde grens naar het landelijk gebied. - Bij Papendrecht valt de nieuwbouwgrens samen met een kamergrens (achterdijk), terwijl de nieuwbouw van Alblasserdam begrensd wordt door het Nieuwe Waterschap, de molenbiotoop van Kinderdijk en het relatief nieuwe Alblasserbos.

Gorinchem, de Oude Doelen Gorinchem Grote kerk Ameide Voorstraat Leerdam de Oude Haven

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 27

2.4 KAVEL

Op het kavel- of perceelsniveau zijn te onderscheiden: - Boerderijen - Niet agrarische woningen

Boerderijen

Boerderijen zijn voor ons gebied een belangrijk icoon, net zoals molens dat al jaren zijn voor het Hollandse platteland. Het is daarom belangrijk dat het boerderijbeeld in stand blijft. De algemene boerderijvorm in de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden is die van het Hallehuistype, een rechthoekige vorm waarbij woon- en stalfunctie zich onder een dak bevinden. Soms is deze boerderijvorm later uitgebreid naar een L- of T-vorm. Door de toepassing van gebinten zijn deze boerderijen driebeukig en hebben ze lage zijmuren. Archeologisch onderzoek in de Alblasserwaard heeft aangetoond dat de eerste ontginningsboerderijen in de 11

e/12

e eeuw al driebeukig zijn en een lichte bootvorm

hebben met afmetingen van grofweg 20 x 10 meter. De dragende stijlen zijn aanvankelijk nog in de grond ingegraven en de wanden bestaan dan nog uit (gedeeltelijk) beleemd vlechtwerk. Inwendig is er sprake van een driedeling: een woongedeelte met open vuur, daarop aansluitend een deel/werkgedeelte en achterin de veestalling. Klink en verzakking nopen herhaaldelijk tot het ophogen van de woonplek waarbij de boerderij ofwel wordt hersteld danwel in zijn geheel moet worden herbouwd. Waarschijnlijk wordt vanaf de 13

e eeuw het ankerbalkgebint op poeren toegepast,

waarmee bij een noodzakelijk ophoging de gehele boerderijconstructie kan worden opgekrikt. Door het herhaaldelijk ophogen van de woonplek komen de boerderijen op een flinke woonheuvel te staan en blijven zij daardoor tot in onze tijd plaatsvast. In de 16

e eeuw komt in boerderijen de verstening op gang. Als eerste worden de

haard/oven, de brandmuur en een kelder in baksteen uitgevoerd. Vanaf de 17

e eeuw krijgen vooral de Alblasserwaardse boerderijen onder invloed van

opkamer en versteende voorhuisgevels (krukhuisvorm). Door ingrijpende overstromingen worden daar vanaf de 18

e eeuw vooral in de lager

liggende Alblasserwaard waterstallen, waterzolders en hooizolders aangelegd,

Boerderij aan de diefdijk met Betuwse invloeden Ottoland, nieuw riet op het kameeldak Hei-en Boeicop, Overboeicop Brandwijk, Gijbelandsedijk

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 28

waardoor het kenmerkende kameeldak ontstaat met hoge hooideuren in een opwelvende zijgevel. Boerderijen in de Alblasserwaard zijn vaak uitgevoerd in gele ijsselsteen. In de Vijfheerenlanden houdt men meer vast aan de gemengde bedrijfsvoering die kenmerkend is voor het rivierengebied (Betuwe). De boerderijen behouden daardoor de vanouds gebruikelijke indeling en bescheiden schaal met een achterdeeldeur, lage zijgevels en op het erf een hooiberg. In het midden en oosten van de Vijfheeren-landen hebben sommige boerderijen nog een zogenaamd Betuws overstek. Boerderijen in de Vijfheerenlanden zijn vaak uitgevoerd in rode baksteen. In de 19

e eeuw worden bij nieuwgebouwde boerderijen de zijgevels van woon- en

stalgedeelte tot verdiepinghoogte opgetrokken, maar de traditionele boerderij-indeling is tot midden 20

e eeuw op hoofdlijnen nog hetzelfde gebleven als in de middeleeuwen.

Aan de voorzijde bevindt zich nog steeds het woongedeelte en daarachter het werkgedeelte en de stal. Die indeling vertaalt zich door in de erfinrichting. De mooie kant van de boerderij, het voorhuis, is naar de weg en het voorerf gericht en is arbeidsintensief. Het wordt wel gezien als het domein van de boerin. Hier vinden we langs het begrinde erf en vóór de boerderij een (formele) siertuin met perkjes van buxus, een zitbank en meestal een solitaire (noten)boom. De tuin is omgeven door een geschoren heg of spijlhek. Boerderijen die met de voorzijde naar het zuiden gericht staan, hebben vaak een rij leilinden als zonwering. Zijdelings ligt de netjes bijgehouden moestuin met daarbij een tuinhuis of prieel. Vanaf de weg is de toegang naar het erf open en gastvrij, dus zonder toegangshek. Op het scheidingsvlak van “voor”en “achter” hebben sommige boerderijen een bakhuisje en/of een boenstoep.

2

2. In dit onderdeel is gebruik gemaakt van de publicatie Ruimtelijke kwaliteit en streekeigen bebouwing, Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden, 2010.

Brandwijk, Brandwijksedijk Giessenburg, voorgevel in twee kleuren baksteen Weelderige boerenbloementuin Oorspronkelijke lintbebouwing met rooilijn A. Inbreiding op versprongen rooilijn B

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 29

Het achtererf van de boerderij is de minder verzorgde werkkant, het domein van de boer, zijn werktuigen en het vee. Daar vinden we de wagenberging, varkens- kalver- en kippenhok, de (eventuele) hooiberg, de mesthoop en bijvoorbeeld een vlierstruik. Voorzover aanwezig is het hekwerk daar ongeverfd. De mestluiken bevinden zich in het stalgedeelte aan de niet-erf-zijde. Op het boerenerf is er altijd sprake van een hiërarchie in het materiaalgebruik. Het voorhuis is geheel uitgevoerd in baksteen, terwijl richting het stalgedeelte en in het hoofbijgebouw geveldelen geheel of in de bovenste helft zijn uitgevoerd in houten potdekselwerk. Verder naar achteren staan kleinere bijgebouwen, vaak met een afwijkende oriëntatie, maar meestal geheel uitgevoerd in potdekselwerk of potdekselwerk op een bakstenen voetmuur. Buiten de erfschil vinden we vooral in de Alblasserwaard nog de resten van vroegere hennepakkers met knotbomen, de boomgaard en griendhoekjes. Op de kadastrale minuut van circa 1820 zijn deze akkerstructuren nog duidelijk herkenbaar. Begin 20

e eeuw zijn veel rootsloten gedempt om de hennepakkers bij het weiland te

trekken. Sommige hennepakkers zijn beplant als boomgaard. Knotbomen komen alleen voor in de lintzone en langs de Alblasserwaardse tiendwegen. In de Vijfheerenlanden is de griend- en boomgaardcultuur rond boerderijen veel prominenter aanwezig. Achter de boerderij en de akkerpercelen begint het weiland, dat vanaf het erf toegankelijk is via een brug of dam met hek. Omdat bij historische boerderijen op woonheuvels de resten van de allereerste boerderij nog in de onderste lagen aanwezig zijn, vertegenwoordigen woonheuvels ongeveer 900 jaar unieke agrarische bewoningsgeschiedenis waar we zuinig op moeten zijn.

Wijngaarden, zwarte schuur en hennepakker Toegangshek bij woonboerderij De inrichting van een boerenerf in de Alblasserwaard

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 30

Ontwikkelingen boerderijen na 1950 - Bij nieuwgebouwde boerderijen komt het woonhuis losser te staan van het stalgedeelte. - Onder invloed van de landbouwvoorlichting verbouwingen voor douche, hal, wc en grote “aquariumramen” in de jaren 60. - Aanleg van welputten voor melkkoeling tot circa 1965 - Halfopen loodsen voor machines, hooi en stro. - Buitenopslag voor hooi en gras. - Bouw en latere uitbreiding van ligboxenstallen op het achtererf. - Beperkte mogelijkheden voor uitbreiding in de linten. - Slootdemping rond en achter boerderijen. - Tweede erftoegang en betonpaden. - Verlies agrarische bestemming van boerderijen. - Uiteenlopende verbouw- en erfinrichtingsstijlen. - Restauratie van monumentale boerderijen. - Herbestemming voor meerdere wooneenheden of beperkte bedrijfsvoering. - Verlies aan bijbehorende karakteristieke bijgebouwen. - Sloop van boerderijen en bijgebouwen zonder monumentstatus voor nieuwbouw (ruimte voor ruimte). - De regelgeving maakt herbouw van boerderijen in hun eigen positie, volume en verschijningsvorm niet mogelijk (ruimte voor ruimte, bestemmingsplannen, bouwbesluit). - Sommige bestemmingsplannen bemoeilijken het meervoudige bewoonbaar maken van voormalige boerderijen. - Oprichting Stichting Boerderij & Erf Alblasserwaard-Vijfheerenlanden. - Vanaf 2007 zijn woonheuvels wettelijke beschermd (onderzoeksverplichting bij verstoring). - Milieuwetgeving beperkt het woonbestemmen van bijgebouwen. - Introductie plattelandswoning (2013).

Giessenlanden, nieuwbouw aan de Lage Giessen Hooirollen op het achtererf Nieuwgebouwde boerderij in het lint van Ottoland met historische accenten van de voormalige boerderij

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 31

Niet-agrarische woningen Vanaf vooral de 19

e eeuw ontstaan er binnen het door boerderijen gedomineerde lint

ook niet-agrarische woningen. Dit betreft veelal arbeiderswoningen en rentenierswoningen binnen de linten of woningen voor de plaatselijke elite in de kernen (dokter, dominee, schoolhoofd, notaris, vroeg-industriële ondernemers). Arbeiderswoningen waren klein, laagliggend, maar wel met een eigen voortuin, een schuur(tje), een akker/groententuin en soms een boomgaardje. Het perceel is met dwars- en langssloten afgescheiden van achterliggend land (een arbeider heeft met de elite gemeen dat men geen land in eigen gebruik had). Woningen van industriëlen vinden we vooral langs de rivieren (Noord, Merwede, Lek), waar ze gekoppeld zijn aan de industriële bedrijvigheid (scheepsbouw, baggerindustrie, metalektro). Ontwikkelingen niet-agrarische woningen na 1950 - Sloop van arbeidershuisjes voor nieuwbouw met meer volume - Verlies van authentieke bijgebouwen en erfstructuur - Grotere bouwvolumes in verhouding tot het kavel - Hoge hardhouten beschoeiingen in erfsloten - Verdichting erfbegroeiing en beperking van doorzichten naar achterliggende polder - Door elkaar toepassen van “uitheemse” bouwstijlen en dito detaillering - Carport/autostalling - Toename van kleurcontrasten

Arbeidershuisje, pastorie en multifunctionele accommodatie 't Wingerds Hof in Wijngaarden Hardhouten beschoeiing Nieuwbouwwoning in Ottoland Nieuwbouwwoning in Bleskensgraaf

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 32

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 33

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 34

3. SCHAALNIVEAUS

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 35

Dit hoofdstuk geeft van ieder schaalniveau eerst een korte omschrijving en een beeldkenmerk. Daarna worden de onderwerpen benoemd die op dat schaalniveau betrekking hebben. Vervolgens wordt aangegeven aan welke dynamiek en ontwikkelingen deze onderwerpen in deze tijd bloot staan. Dat alles mondt uit in de opgave die deze visie graag aan deze ontwikkelingen gekoppeld wil zien, dus wat we er mee willen. Dit alles met als doel een authentieke beeldkwaliteit. Net zoals in deel I lopen de schaalniveau's weer van groot naar klein, van natuur naar cultuur, van collectief naar individueel. De gehanteerde schaalniveau’s zijn:

� Bodem en natuurlijke ondergrond � Groenblauwe netwerken � Linten en kernen � Kavel /perceel

Met betrekking tot de beeldkwaliteit bij planontwikkelingen zijn de beginstappen:

� Op welk(e) schaalniveau(s) grijpt het plan in ? � Welke kennisplatforms kunnen het beste bij de planontwikkeling worden betrokken om het verhaal in beeld te krijgen (zie pagina 55).

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 36

3.1 Bodem, natuurlijke ondergrond

De bodem waarop wij in de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden leven en bouwen vormt de weerslag van de geologie en bodemvormende processen vanaf de laatste ijstijd en het menselijk ingrijpen daarop vanaf de middeleeuwen tot nu toe (het holoceen). De bodem is dus primair een natuurlijk gegeven. Het beeld van de bodem verraadt de aard van zijn ontstaan en het effect van het menselijk ingrijpen daarop.

Bodem, natuurlijke ondergrond

Onderwerpen: - geologie, bodemsamenstelling, archeologie, donken,

- stroomruggen, rivieren, oeverwallen, natuurlijke veenstromen

Dynamiek - bodemdaling, egalisatie/homogenisatie, veranderd bodemgebruik,

terreinontwikkeling, waterwinning Opgave: - accentueren van bodemkenmerken, zoals stroomruggen en donken - beschermen archeologische waarden - benutten hogerliggende ruggen/donken onder voorwaarden - natuur- en cultuureducatie

,

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 37

3.2 Groenblauwe netwerken

Dat zijn de sinds de middeleeuwen aangelegde structuren van dijken, watergangen en wegen, waardoor het gebied wordt gecompartimenteerd in ruimtelijke kamers (polders). Het groenblauwe netwerk schept de voorwaarden om de collectieve eenheden van nederzettingen en polders te kunnen laten functioneren. Het beeld is dat van onbetwistbare noodzakelijkheid en historisch toebedeelde soevereiniteit en levensruimte.

Groenblauwe netwerken

Onderwerpen: - verkavelingsstructuur, dijken, polderkaden en -wegen (kamers),

afwateringssysteem, ruimtebeleving Dynamiek - weginfrastructuur

- nutsvoorzieningen (energie, telecommunicatie) - nieuwbouwwijken - bedrijventerrein, slootdemping - verstoring ruimtebeleving, - agrarische schaalvergroting - grootschalige recreatie

- alternatieve energieopwekking Opgave: - landschapsbewust ontwerpen en ontwikkelen

- cultuurhistorische hoofdstructuur handhaven en profileren - natuurgebieden verbinden door middel van streekeigen landschapselementen - kaartoverzicht natuur en cultuurhistorie - nieuwe elementen voegen zich naar het bestaande landschap - tijdgebonden objecten omkeerbaar bouwen - civiele techniek heeft op het platteland een eigen gezicht - cultuureducatie

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 38

3.3 Linten en kernen

Dit zijn de sinds de middeleeuwen bebouwde en bewoonde structuurlijnen uit het groenblauwe netwerk. Zones van collectieve beleving en sociale interactie. Waar ook het gezamenlijke het individuele ontmoet. Binnen de linten is en blijft de agrarische nederzettingsgeschiedenis zichtbaar aanwezig.

Oorspronkelijke linten (inclusief dijklinten)

Onderwerpen: - nederzettingsbasis met dorpskern, voormalige agrarische bedrijvigheid,

wonen en kleinschalige bedrijvigheid, dorpsuitbreiding

Dynamiek: - sluipende maar sterke veranderingsdynamiek, verdichting binnen contouren, woningcontingenten. - verburgering

- dijkversterking (bij dijklinten) - contourenbeleid en ruimtelijke kwaliteit

Opgave : - lintkarakter handhaven - aandacht voor de relatie met het achterliggend landschap

- beleidsmatig sturen op ruimtelijke ontwikkeling op basis van een inventarisatie van cultuurhistorisch waardevolle elementen en

bebouwing zoals boerderij-ensembles, met verankering op de verbeelding/plankaart van het bestemmingsplan (Bureau Helsdingen 2013)

- een beeldkwaliteitskader per lint en/of kern met randvoorwaarden voor nieuwbouw - aandacht voor het behoud van het oorspronkelijk boerderij-ritme en historische boerderijen op woonheuvels - passende herbestemming en meervoudig gebruik van beeldbepalende gebouwen, met name boerderijen met bijgebouwen - herstel karakteristieke waterrijkdom - aandacht voor wederopbouwarchitectuur

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 39

3.4 Ruilverkavelingslint Functioneel ontsluitingslint voor agrarische bedrijven die bij de ruilverkaveling na 1950 uit de oude linten verhuisden naar een nieuwbouwlocatie, temidden van het aaneengesloten weide-areaal, waarbij woonhuis en schuren los van elkaar gebouwd staan. Voor voorzieningen is men aangewezen op de oude linten of de steden.

Het beeld van de ruilverkavelingsboer(derij) is autonoom, zelfbewust en eigentijds, maar sterk eenvormig.

Bebouwde ruilverkavelingslinten

Onderwerpen: - erfbeplanting, erfinrichting, weide-areaal, ruimtegebruik, open ruimte,

inrit/toegang naar landbouwpercelen, Dynamiek: - schaalvergroting - eisen aan veestallen in verband met het dierenwelzijn

- verrommeling door opslag - kleurcontrasten.

Opgave: - bestemming agrarisch houden - open ruimte handhaven - verrommeling tegengaan

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 40

3.5 Kavel Het kavel representeert de individuele nederzetting, het gezin en het werk, de woning en de werkplaats met wat daaromheen nodig is aan tuin, opslag, enzovoort. Het kavelbeeld is geordend, transparant en zich bewust als onderdeel van het lintkarakter.

Kavelbeeld

Onderwerpen: - boerderij, rentenierswoning, arbeiderswoning, naoorlogse nieuwbouw, erfinrichting, erftoegang, tuinaanleg, kavelbegrenzing.

Dynamiek - sterk individuele differentiatie, verbouwing of aanpassing. - erf-erosie of -verandering.

- slootdemping - beschoeiingsdrang - recreatieve ontwikkeling

Opgave - karakter oorspronkelijke gebouwen, functies en kavelkenmerken

handhaven of vertalen - zuinig op historische boerderijen en woonheuvels - hergebruik karakteristieke gebouwen en nieuwe functies bevorderen - transparante (doorzichtelijke) erfinrichting die aansluit bij het karakter van de bebouwing. - kavelscheiding met sloten handhaven en waar mogelijk herstellen. - meerdere generaties aan een erf

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 41

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 42

4. UITWERKING

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 43

In dit hoofdstuk zijn de beeldkwaliteitsaspecten het meest concreet uitgewerkt. Per schaalniveau staan links de onderwerpen benoemd en rechts de daaraan gekoppelde opgave of het advies Bij de uitwerking is steeds de te volgen hoofdlijn:

� Wat is het verhaal dat hier speelt � Welk beeld past daarbij op deze plek. � Hoe vertalen we dat naar de nieuwe ontwikkeling.

Deze visie wijst hierbij nadrukkelijk op de essentiële rol van de kennisplatforms voor een optimaal ontwikkelingsproces en dito resultaat.

Voor contactgegevens van de kennisplatforms zie bijlage B op pagina 55.

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 44

4.1 BODEM, NATUURLIJKE ONDERGROND OPGAVE Donken Archeologische waarden en het reliëf handhaven of

accentueren (egaliseren of afgraven voorkomen) Rekening houden met specifieke beplanting (pag. 8). Extra bebouwing en ontwikkeling bij voorkeur niet toestaan. Zichtlijnen bevorderen vanaf wegen en linten. Informatievoorziening.

Stroomruggen

Archeologische waarden beschermen en het reliëf handhaven of accentueren (egaliseren voorkomen) Rekening houden met specifieke bepanting. Bebouwing/bewoning als toevluchtslocatie mogelijk onder voorwaarden. Zichtlijnen bevorderen vanaf wegen en linten. Informatievoorziening (pag. 8).

Natuurlijke bodemsamenstelling (veen, klei op veen, klei)

Natuurlijk bodemgebruik overwegend veeteelt met accenten naar tuinbouw/fruit- en griendteelt op oeverwallen en hogere kleigronden in de Vijfheerenlanden.

Natuurgebieden Rekening houden met natuurlijke/oorspronkelijke bodemcondities.

Oude oeverwallen (Ammer, Aa, Laak, Leede, Minkeloos)

Natuurlijk kronkelig verloop en reliëf handhaven en accentueren.

Natuurlijke veenstromen (Alblas, Giessen) Natuurlijk verloop en breedte respecteren (pag. 8). Natuurlijke oevers met rietzomen. Beschoeiing kort boven de waterlijn. Plaatselijk toegankelijk en fysiek beleefbaar, bijvoorbeeld met bankjes, picknickplaatsen.

Rivieren (Merwede, Noord, Lek, Linge)

Beleving bevorderen met doorzichten en bereikbaarheid, met name in de dichtgebouwde stedelijke zoom langs de Merwede.

Uiterwaarden Zie natuur op pagina 48.

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 45

4.2 GROENBLAUWE NETWERKEN

OPGAVE

Ontginningsblokken (kamers, ruimte)

Open verkavelingslandschap

Het 900 jaar oude slotenpatroon handhaven als cultuurhistorisch monument. Oost-west zichtlijnen en verte-beleving in de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden handhaven of herstellen. Noord-zuid lopende lintbegroeiing doorbreken. Koeien in de wei, weidegang. Ontwikkeling van camouflagetechnieken en -materialen voor inpassing van gebouwen in het polderlandschap.

Windturbines/molens Kleurgebruik afstemmen op het landschap. Maatwerk nastreven in overleg met de kennisplatforms.

Informatie- en reclameborden Hoogte beperken en constructie laten aansluiten bij/harmoniëren met de omgeving.

Masten voor hoogspanning en telecommunicatie

Kleur en constructie laten harmoniëren met het landschap, contrastwerking voorkomen (pag. 17).

Nutsvoorzieningen, bovenregionaal (gasstations, railinfra, waterwinning, zuivering)

Opstallen en leidingen in camouflerende vormgeving en kleurgebruik. Contrastwerking voorkomen. Terughoudend met wegplanten.

Bedrijventerreinen

Voorzien van camouflerend streekeigen groen. Geen kleurcontrasten, geen hoogbouw.

Achterkaden (achtergrens polderblok) Begroeid met pluksgewijs elzenhakhout, braam (pag. 2).

Tiendwegen

Onverharde kade met aan twee zijden een doorlopende sloot met bruggen naar de weilanden (pag.11). Aan twee zijden knotbomen.

Zijdekaden Geen beplanting, hooguit een verdwaalde boom of singulier hakhout op de hogerliggende kade (pag. 8 en 9). Maakt als kade-weer van oorsprong deel uit van het verkavelingslandschap.

Polderwegen Beplanting afgestemd op het type kamerbegrenzing waarop het is gerealiseerd (zijkade, tiendweg, achterkade). Visuele versmalling door middel van grastegels. Bodemreliëf handhaven bij wegreconstructie.

Rotondes

Plaatselijke iconen of beeldkenmerken toepassen in de middencirkel van rotondes

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 46

Waterbeheer/-defensie

Historische molens Handhaven met inachtneming van de molenbiotoop (niet inbouwen).

Vlieten, boezemwateren Plaatselijk oeverriet laten groeien. Brugvormen oplopend op jukstel (kwakelvorm), pag.14.

Weteringen (A-watergangen)

Bruggen met een vlak brugdek, bruggenhoofd en geflankeerd door “hovelingen”.

Kavelsloten Handhaven of herstellen, doorlopend tot in het lint om het historisch ontginningspatroon zichtbaar te houden, met name in zichtzones vanuit linten en wegen.

Dijksloten in de linten Handhaven of herstellen.

Compensatiewater en -groen Her en der en ad hoc compenseren van water en groen doet afbreuk aan de integrale gebiedswaarden en verrommelt het landschap. Water en groen cultuurhistorisch verantwoord compenseren, bijvoorbeeld door het verbreden van C-watergang of het verbreden tot B-watergangen met aan twee zijden een onderhoudsstrook.Regelgeving ten aanzien van de onderhoudsstrook daarop aanpassen. Aanleg van waterpartijen voor berging, zuivering door rietteelt, bio-energie en natuur op basis van cultuurhistorische onderbouwing (bijvoorbeeld opnieuw uitgraven van een verlande kooiplas of hennepakker-sloot). Wanneer dat niet mogelijk is compenseren naast of binnen nieuwe infrastructuur.

Agrarisch landschap

Algemeen Agrarische ontwikkeling heeft haar eigen dynamiek. De randvoorwaarde daarbij is dat de agrarische geschiedenis afleesbaar blijft.

Sloten Slotenpatroon handhaven. Slootdemping zo veel mogelijk voorkomen, met name in de zichtzones van de linten.

Weide. Waar mogelijk natuurlijk en biodivers grasland ontwikkelen. Maisteelt beperken en alleen op locaties waar de bodem dat aankan.

Landgoederen Bij voorkeur zoeken naar een realisatievorm die past in het gebied, bijvoorbeeld een historische boerderij in het lint die voor dat doel wordt gerestaureerd. Niet in het open agrarisch gebied, maar in randzones. Uitvoeren met geplagd hooiland, griend en eendenkooi. Locatie van deze elementen cultuurhistorisch verantwoord.

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 47

Bovenregionale infrastructuur

Snelwegen A2, A27, A15 Ter hoogte van woonkernen geluidsscherm als ecozone. Daarbuiten geen beplanting of opstal. Zicht op het landschap of de rivier handhaven of bevorderen.

Prov. weg, kamerdoorsnijdend of Noord-zuid lopend

Geen beplanting, hooguit een verdwaalde boom of singulier hakhout (bijvoorbeeld de provinciale weg N482 Sliedrecht-Bleskensgraaf). Bodemreliëf bij wegreconstructies handhaven.

Provinciale weg voorzover samenvallend met kamerscheiding of Oost-west lopend

Beplanting terughoudend en pluksgewijs met bomen en struiken (3 tot 5 stuks), als hakhout beheerd. Bodemreliëf bij wegreconstructies handhaven.

Fietspaden langs polderwegen Vrijliggend door koppelstrook gras of grastegels (als Wilgenweg Groot-Ammers).

Parkeerterrein bij publiekscentra Afscheiding met lage begroeiing, knotbomen en/of sloten. Verharding met groentegels.

Parkeerterreinen voor vrachtauto''s Natuurlijk inpassen.

Hekwerken (afscheiding niet-agrarisch) Buisframe met gaas in landschapsgroen.

Hekwerken (afscheiding agrarisch) Verticale palen in hout, beton of stalen buis. Horizontale geleding in latten, planken, buis of prikkeldraad (pag. 15).

Bedrijventerreinen Gebouwen zo laag mogelijk en in niet contrasterende kleuren (een bedrijventerrein is te gast in het landschap). Zachte overgang van de randen naar het landelijk gebied, bijvoorbeeld door middel van struiken en bomen Beperken verlichting.

Sportparken Lichtvervuiling voorkomen door toepassing van geschikte armaturen en inschakeltijden.

Nutsgebouwen (elektriciteit, gas) Gecamoufleerd in onderschikkende materiaal- en kleurstelling. Uitgevoerd met streekeigen kenmerken of accenten.

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 48

Natuur

Algemeen Beschermen van flora, fauna en landschap. Instandhouding natuur van particulieren en organisaties. Informatievoorziening bevorderen.

Nieuwe natuur/natuurgebieden Passend binnen het landschap van de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden. Groenblauwe netwerk (sloten, kaden) handhaven. Braakliggende terreinen invullen met tijdelijke natuur.

Recreatievoorzieningen Aansluiten bij de plaatselijke karakteristiek

Uiterwaarden

Toegankelijkheid bevorderen (buiten het broedseizoen). Geen opstallen, uitgezonderd bedrijven voor bulkvervoer over de rivier. Geen recreatiebestemming in uiterwaarden met natuurpotentie.

Flora Aanleg en beheer op cultuurhistorisch verantwoorde locaties van grienden, overhoekjes, paddenpoelen, houtrillen, vogelbosjes, hooilandjes, eendenkooien, kooirelicten, knotwilgen, natuurvriendelijke horizontale en schuine terrasoevers, riet, moeras, natuurvriendelijk berm- en slootbeheer, fruitteelt.

Fauna Ongestoorde vogeltrek, moeras voor moerasvogels, weide voor weidevogels, ganzen foerageergebieden; verbindingswegen voor reeën bevers en otters en andere soorten door middel van ecoviaducten en/of tunneltjes. (Daarbij wel rekening houden met eventueel aanwezige cultuurhistorische landschapselementen).

Oevers Natuurlijke oevers handhaven of de aanleg daarvan

bevorderen, ook binnen de linten en op kavelniveau (pag. 22).

Kaden en wegbermen Maaien en afvoeren in plaats van klepelen.

Autowegen en fietspaden

Omdat deze een blokkade vormen voor flora en fauna, streven naar landschappelijk goed ingepaste passages.

Natuurgebieden Kinderdijk, Donkse laagten, Zouweboezem, Avelingen, Lek-uiterwaarden en Alblasserbos beschermen, ontwikkelen, kwaliteit verbeteren en streven naar verbinding met trajecten van de Ecologische Hoofd Structuur (EHS), bijvoorbeeld verbinding tussen Alblasserbos-Oost en -West en inrichting van een recreatiegebied in het "Oog van Hardinxveld"

Verbindingswegen van de natuur (Ecologische Hoofd Structuur)

Tussen bovengenoemde gebieden verbindingswegen voor de natuur aanleggen d.m.v. streekeigen landschapselementen.

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 49

4.3 LINTEN EN KERNEN

OPGAVE

Oude linten

Algemeen Historisch karakter koesteren (pag. 21)

Relatie met landschap Visuele koppeling (doorzichten) met het achterliggende landschap handhaven of herstellen.

Dorpskern

Kenmerken van het doorgaande lint handhaven. Oorspronkelijke functie van café, schoolhuis bij de kerk als beeld handhaven (zie ook verkeer en pag. 21, 22).

Dorpssilhouet Handhaven of herkenbaar houden. Zichtlijnen op kerktoren, molen en andere karakteristieke elementen openhouden.

Karakteristieke bebouwing

Handhaven, restaureren of renoveren. Herbouw in de oorspronkelijke vorm. Herbestemming en meervoudig gebruik bevorderen, maar zodanig dat de oorspronkelijke functie afleesbaar blijft.

Solitaire nieuwbouw (inbreiding) Situering, volume, architectuur, kleur- en materiaalgebruik afgestemd op korrel en karakter van het lint. Oriëntatie op hoofdverkavelingsrichting. Rooilijn in een tweede linie (zie afb. pag. 28). Dominantie van lintvreemde bouwvormen voorkomen Slopen ten bate van doorzichten naar de polder of groenstructuur.

Boerderijen Aandacht voor het kwetsbare bestand van historische boerderijen op woonheuvels. Het oorspronkelijk boerderij-ritme in het lint bewaren of waar mogelijk herstellen. Historische bebouwing duurzaam voor het nageslacht bewaren en bestendigen tegen bodemdaling.

Uitbreiding agrarisch bedrijf Betreft authentieke dynamiek. Realiseren in de tweede lijn (achterzijde lintzone, over de wetering, zie afb. pag. 28). Ligboxenstallen in de lijn van het bestaande concept met lage dakhelling.

Paardenbakken Situering bij voorkeur op het achtererf, in de lengterichting van de kavel en aan het zicht ontrokken door streekeigen beplanting. Hekwerken sober en zo mogelijk van natuurlijke materialen, met dunne en lichte horizontale elementen (Zie Alterra 2007). Afrasteringen met linten uitvoeren in neutrale kleuren zoals bruin, donkergroen, zwart en grijs. In lichtmasten armaturen met beperkte lichtvervuiling.

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 50

Paardenweiden Afrasteringen hekwerken met linten in neutrale kleuren zoals bruin, donkergroen, zwart en grijs.

Water

Water als natuurlijke begrenzing toepassen. Kade- en kavelsloten handhaven of herstellen (ontdempen, waterrijkdom herstellen). Herstel hennepakkerstructuur/rootsloten (zie pag. 29) Voorrang aan het water (bij voorkeur bruggen in plaats van duikerdammen). Openbaar toegankelijke oevers voor recreatie, sport en waterbeleving.

Beschoeiing Bijvoorkeur natuurlijke oevers toepassen. De hoogte van eventuele beschoeiing net boven de waterlijn (zie pag. 22).

Beplanting Streekeigen beplanting, knotwilgen, incidenteel els. Eik als solitaire boom op bijzondere plaatsen. Herkenbaarheid en transparantie van de lintstructuur behouden of versterken.

Glas- en kledingbakken Plaatsing gecamoufleerd of ondergronds. Niet aan- of uitzichtbedervend.

Reclame-uitingen Afmetingen passend in de omgeving. Steunconstructie in laag kleurcontrast.

Oude nieuwbouwwijken Gericht terugslopen ten bate van ruimtelijke kwaliteit, doorzichten, groenzomen of tuintjes.

Verkeer Doorgaand verkeer weren. Kenmerken en cultuurhistorie benutten voor verkeersregulatie in plaats van drempels, palen en bulten (zie pag. 22) Wegprofiel natuurlijk versmallen met groentegels. In de kernen in plaats van trottoirs voetgangersstroken in het wegvlak. Lintvreemde kleurcontrasten in verharding voorkomen. Parkeerterreinen met natuurlijke/groene verharding. Kern-poorten niet contrasterend.

Wegreliëf Reliëf als gevolg van oeverwallen of woonheuvels handhaven bij wegreconstructie (zie pag. 8).

Nutsgebouwen (elektriciteit, gas) Gecamoufleerd in onderschikkende materiaal- en kleurstelling. Uitgevoerd met streekeigen kenmerken/accenten.

Transportbedrijven, industrie en ambachten. Slechts tot een bepaalde grootte in de linten, daarboven op aparte bedrijfsterreinen, liefst bezuiden de A15.

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 51

Dijklinten Algemeen Plaatselijke dijklintkarakter bewaren of accentueren.

Integraal beeldkwaliteitsplan met het oog op de effecten van toekomstige dijkversterkingsmaatregelen. Cultuurhistorische bebouwing, met name dijk-boerderijen, duurzaam voor het nageslacht bewaren en bestendigen tegen bodemdaling (pag. 23).

Ruilverkavelingslinten

Ruilverkaveligsboerderijen Deze hebben een autonome verschijningsvorm (pag. 25). Boerderijen zo compact mogelijk bouwen, dichtbij de weg. Ontwikkeling van nieuwe schuren in dezelfde lijn als bestaand, met zadeldak(en) met flauwe dakhelling en zo laag mogelijke zijgevels. Bij goothoogten vanaf ca. 2,5 meter muren ca 1/3 In baksteen en daarboven geveldelen in landschaps- groen. Stallen en loodsen bijvoorkeur niet met halfronde dakvormen.

Lichtvervuiling Aandacht voor het thema lichtvervuiling

Beplanting Harde confrontatie met het landschap verzachten met loofhout, maar niet wegplanten. Differentiëren naar de hoofd en bijgebouwen, hogere solitaire bomen bij het hoofdgebouw en lagere en pluksgewijze beplanting rond de bijgebouwen.

Buitenopslag Rommelige buitenopslag camoufleren door gedeeltelijke beplanting in vooral de zichtlijnen vanaf de openbare wegen, bijvoorbeeld een halfopen haag (beuk, els).

Sleufsilo's Sleufsilo's aan de buitenzijde aanhelen met aarden wal

Herbestemming Bij herbestemming agrarisch houden (om verrommeling te voorkomen) en handhaven via het bestemmingsplan. Indien deze niet meer gebruikt worden voor agrarisch melkveehouderij bedrijf, dan amoveren om de openheid in het landschap weer terug te krijgen.

(Stedelijke) kernen

(Stedelijke) uitbreiding

Groenblauwe hoofdstructuur handhaven, kavelpatroon laten doorlopen in de uitbreiding (pag. 26). Geen hoogbouw. Zachte en landelijke overgang van de randen naar het landelijk gebied, camouflage door middel van struiken en bomen. Ingetogen kleurgebruik, geen contrastwerking.

Lichtvervuiling Aandacht voor beperken verlichting

Fauna

Aanbrengen van nestgelegenheid voor vogels (hagen, nestpannen en overstekken).

Verharding Geperforeerde verharding voor een betere doorlaatbaarheid van hemelwater

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 52

4.4 KAVEL

OPGAVE

Boerderij

Karakter oorspronkelijke bebouwing, erfstructuur met bijgebouwen zoveel mogelijk handhaven, respecteren of herstellen. Herbestemming voor meervoudige bewoning in verschillende woningtypen in hoofd- en bijgebouwen. Open erftoegang. Erf als knoopfunctie en voor meerdere generaties. Behoud van contrastverloop tussen representatief voorerf en het meer landelijke achtererf (pag. 27 tot en met 30). In geval van een woonheuvel het reliëf handhaven en accentueren. Aandacht voor gebiedseigen materiaalhiërarchie.

Erf Erf als knooppunt van verschillende functies en gebouwen (pag. 27 tot en met 30). Transparante indeling en aankleding (beplanting) Vermijden van een overmaat aan elementen (zoals overmatig gebruik van sierbeplanting, verharding, verlichting en tuinornamenten). Erfbeplanting sluit aan bij de oorspronkelijke indeling: Representatieve beplanting op het voorerf en landschappelijke beplanting op zij- en achtererf. Bij voorkeur geen toegangshek aan de openbare weg.

Rentenierswoning Karakter handhaven of herstellen (pag. 31). Indien van toepassing aandacht voor gebiedseigen materiaalhiërarchie Uitbreiding aan de achterzijde.

Arbeiderswoning

Karakter oorspronkelijke bebouwing handhaven of herstellen. Extra woonvolume realiseren met onderkeldering of als bijgebouw, al of niet aansluitend op hoofdgebouw. Aandacht voor gebiedseigen materiaalhiërarchie.

Nieuwgebouwde woning Volume van de woning passend bij de maat en schaal van de kavel. Voor de positie en oriëntatie zie pag. 49. Bijvoorkeur woningen met één bouwlaag. Materialisatie, kleurgebruik en detaillering geïnspireerd op gebiedseigen bouwstijlen in eigentijdse variant, maar wel geloofwaardig toegepast (pag. 31). Vermijden van het boerderette- en sprookjesbos-shablonen.

Gebiedseigen materiaalhiërarchie Het naar de weg gerichte hoofdgebouw uitgevoerd in baksteen. Verder naar achteren van boven naar onder toenemend gebruik van hout/potdekselwerk en lagere goothoogte (zie pag. 34-45).

Daken Zonnepanelen en -collectoren sluiten esthetisch aan bij de bestaande dakdekking. Aanbrengen van nestgelegenheid voor vogels en vleermuizen (nestpannen en overstekken).

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 53

Parkeren Bijvoorkeur in bijgebouw(en) of op het achtererf.

Leibomen Streekeigen toepassing nastreven (op het zuiden als zonnescherm voor de gevels en vensters).

Hagen, heggen

In voortuin op traditionele borsthoogte, tenminste overzichtelijk.

Water

Kavelsloot als perceelscheiding handhaven of herstellen.

Oevers

Natuurlijke oever of lage beschoeiing op of net boven de waterlijn (pag. 22).

Recreatie Passend in lint en landschap.

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 54

BIJLAGE A OVERHEIDSBELEID

Rijk

- Nota Ruimte - Flora en faunawet, 1998 - Natuurbeschermingswet, 1998 - Agenda vitaal platteland, 2004 - Wet op de archeologische monumentenzorg, 2007 - Structuurvisie infrastructuur en ruimte, 2012

Provincie Zuid-Holland

- Cultuurhistorische Hoofdstructuur Zuid-Holland, 2001

- Provinciale Structuurvisie 2010

- Regioprofiel Cultuurhistorie 2010 - Gebiedsprofiel Alblasserwaard & Vijfheerenlanden, oktober 2012

- Visie Ruimte en Mobiliteit, Provincie Zuid-Holland, 2014 - Verordening Ruimte Provincie Zuid-Holland, 2014 Gemeenten/Waterschap

- Beeldkwaliteitplan Graafstroom, 2001 - Welstandskader Alblasserwaard-Vijfheerenlanden, 2002

- Regionale structuurvisie Alblasserwaard-Vijfheerenlanden, 2004

- Archeologische verwachtings- en beleidsavieskaart voor de regio Alblasserwaard- Vijfheerenlanden, BAAC 2009

- (Inter)gemeentelijke beeldkwaliteitsplannen: Giessen, Linge, Zouwe, visie, inventarisatie en analyse landschap in beeld, 2011

- Beeldkwaliteitplan Lekdijk Zuid 2012, (Waterschap Rivierenland, gemeenten Liesveld en Nieuw- Lekkerland)

- Herbouw woningen aan de Lekdijk, Van der Padt & Partners in opdracht van Waterschap Rivierenland, 2011

- Visie op het Groenblauwe netwerk Papendrecht, 2013

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 55

BIJLAGE B KENNISPLATFORMS

Archeologische Werkgemeenschap Nederland, afd. Lek-en Merwestreek Contactpersoon: T. Koorevaar, Burg. Brouwerstraat 17, 3366 BA Wijngaarden. Tel: 0184-418569. email: [email protected]

Boerderij & Erf, Werkgroep Advies en Voorlichting Contactpersoon: Piet den Hertog, Bureau Helsdingen, Helsdingse Voorweg 2,

4133 NB, Vianen. Tel: 0347 370 651. email: [email protected]

Erfgoedvereniging Heemschut, Nieuwezijds Kolk 28, 1012 PV Amstwerdam

Tel: 020/6225292. [email protected]. Commissie Zuid-Holland: dhr mr. P.K. Neukirchen, Diepenbrocklaan 17 2264 TR Leidschendam. email: [email protected]

Gebiedsplatform AV, Commissie Natuur en Landschap Contactpersoon: J.W. Verhagen, Jupiterstraat 15, 2957 HA Nieuw-Lekkerland,

Tel: 0184-682235. email: [email protected]

Gebiedsplatform AV, Commissie Beeldkwaliteit Contactpersoon: T. Koorevaar, Burg. Brouwerstraat 17, 3366 BA Wijngaarden,

Tel: 0184-418569. email: [email protected]

Natuur en Vogelwacht AV Contactpersoon: J.W. Verhagen, Jupiterstraat 15, 2957 HA Nieuw-Lekkerland,

Tel: 0184-682235. email: [email protected]

Vereniging Dorp, Stad & Land

Stationsplein 45, 3013 AK Rotterdam Contactpersoon: ir. F. van de Meiracker,

Telefoon: 010 280 9445. email: [email protected]

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 56

BIJLAGE C AANGESLOTEN ORGANISATIES

Organisatie

Contactgegevens

Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden Secretariaat Wilgenweg 3, 2964 AM Groot-Ammers, tel.: 06-39454797 email : [email protected] website: www.gebiedsplatform.nl

Agrarisch Jongeren Kontak (AJK) Alblasserwaard-Vijfheerenlanden

De heer Bas Bassa , Hei-en Boeicop email: [email protected]

AWN-Lek- en Merwestreek De heer Teus Koorevaar, Burg. Brouwerstraat 17 3366 BA Wijngaarden, telefoon: 0184-418569 email: [email protected]

Stichting Boerderij en Erf Alblasserwaard-Vijfheerenlanden

De heer Paul Eikelenboom, Sluis 57, 2964 AT Groot-Ammers, telefoon: 0184-661425/06-53759618 email: [email protected]

Den Hâneker De heer Jan van Oostrum, Wilgenweg 3 2964 AM Groot-Ammers email: [email protected]

Knotgroep Alblas De heer Henk Pat, Beukenmolen 80, 3352 AD Papendrecht, telefoon 06-44412121 email: [email protected]

Knotgroep Giessen en Lek De heer W.F. v.d. Berg, Van Delfstraat 10 3381 BH Giessenburg, telefoon: 0184-651779

LTO De heer Karel Rietveld, Van Tetsstraat 24 2977 AL Goudriaan, telefoon: 0183-582220 / 06-51857668. email: [email protected]

Nederlandse Bond van Plattelandsvrouwen van Nu Mevrouw Lips Rompa, Gelkenes 45 2964 AD Groot-Ammers, telefoon: 0184-602730 email: michiel\[email protected]

Nederlandse Kooikersvereniging De heer A.H. van Dijk, Eilandstraat 18 3351 AC Papendrecht, email: [email protected]

Natuur- en Vogelwacht "De Alblasserwaard" De heer Jacques Verhagen, Postbus 171 3050 AD Papendrecht, telefoon: 0184-682235 email: [email protected]

Natuur- en Vogelwacht de Vijfheerenlanden De heer Dick Kerkhof, Buitenstad 67, 4132 AB Vianen, telefoon: 06-51042553 email: [email protected]

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 57

Oasen De heer H. Glerum, Postbus 122 2800 AC Gouda, telefoon: 0182-593536 email: [email protected]

Historisch Overleg Alblasserwaard-Vijfheerenlanden (HOAV)

De heer Dick de Jong, Buitendams 51, 3371 BA Hardinxveld-Giessendam, telefoon: 0184-615094 email: [email protected]

Regionale gemalenstichting De heer J. Klein, Kerkstraat 20 2971 AL Bleskensgraaf email: [email protected]

SIMAV De heer H. van Dieren, De Laak 35 4128 LA Lexmond, telefoon; 0347-341568 email: [email protected]

Het Zuid Hollands Landschap Oude Delft 116, 2611CG Delft Telefoon: 010-272222 email: [email protected]

Stichting Vrije Recreatie De heer H. Hoedelmans, Jan Steenstraat 3a 3372 XH Boven-Hardinxveld

Streekcentrum Het Liesvelt De heer Gerard de Wit, Wilgenweg 3 2964 AM Groot-Ammers, telefoon:0184-602616 email: [email protected]

Vereniging Hoogstamfruit Groene Hart De heer G. Lems, Menno van Coehoornsingel 27, 2967 EC Langerak email: [email protected]

VVV Zuid-Holland Zuid De heer Tjerd Kamphuis, Spuiboulevard 99 3311 JW Dordrecht, telefoon: 078-6322490 e-mailadres [email protected] De heer E. Zindel, email: [email protected]

Historisch Overleg Land van Brederode De heer J.M.W. Smit, Spechtstraat 17 4131 CH Vianen, telefoon: 0347 - 37 22 85 email: [email protected]

Watersportvereniging d'Alblasserwaerdt De heer A. den Boer, Plantageweg 138b 2951 VH Alblasserdam, telefoon: 078-6990082 / 06-53153973. email: [email protected]

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 58

BIJLAGE D LITERATUUR Gijs Blok (2014). De Ruilverkaveling in de Alblasserwaard, DVD Bureau Helsdingen, in opdracht van Boerderij & Erf (2013). Boerderijen en bestemmingsplannen, een vergelijking en analyse van de bestemmingsplannen voor het landelijk gebied in de Alblasserwaard- Vijfheerenlanden. Catharina L.van Groningen (1989). Vijfheerenlanden. RDMZ Zeist. Catharina L. van Groningen (1992). De Alblasserwaard. RDMZ Zeist. Commissie Natuur en Landschap (2008). Folder Gebiedsplatform en wegbeplanting. Gebiedsplatform Alblasserwaard- Vijfheerenlanden. Dorp ,Stad & Land (2006a). Gebouwd verleden: doorgeven of opgeven. Dorp, Stad & Land (2006b). Technische criteria Plan beoordeling Monumenten. Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden (2009). Gebiedsvisie, Samenwerken aan een duurzame toekomst. Huib de Kok (2003). Boer en boerderij, Stichting Boerderij & Erf Alblasserwaard-Vijfheerenlanden. Joke Karelse – de Jong (2003). Het Boerenerf in het zuiden van het Groene Hart, handreiking voor aanpassing of aanleg van een streekgebonden erf in de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden en omgeving. Stichting Boerderij & Erf. K.M.Cohen en E.Stouthamer (vanaf2012). Vernieuwd Digitaal Basisbestand Paleogeografie vandeRijn-MaasDelta. Universiteit Utrecht. M. Mollema (2003). De boerderij, het behouden waard. Stichting Boerderij & Erf. Piet den Hertog en Ineke de Visser (2008). Kleur op Boerderij en in het groene hart van Holland. Stichting Boerderij & Erf. Piet den Hertog en Jacques Verhagen (2010). Ruimtelijke kwaliteit en streekeigen bebouwing. Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden – Commissie Streekeigen Bebouwing. Redactie: A. A. v.d. Berg, Flok de Ruiter(2003). Natuur in de Alblasserwaard. Natuur- Vogelwacht ”De Alblasserwaard”. Redactie: A. A. v.d. Berg, H. de Boer, T .de Gelder., D.Tiedema (2003). Natuur-en Vogelwachtt ”De Alblasserwaard” 15 jaar. Natuur- en Vogelwacht ”De Alblasserwaard”. Stichting Boerderij & Erf (vanaf1998). Nieuwsbrief. Tom Blekkenhorst (2000). Behoud het beeld, een toekomst voor boerderijen. Handreiking voor de herbestemming en verbouwing van monumentale boerderijen, Federatie Stichts Cultureel Erfgoed, Adviescommissie voor ruimtelijke kwaliteit.

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 59

achterwaterschap, 13 actoren, 7 agrarisch, 39

bodemgebruik, 9, 15, 25, 36 landschap, 15, 16 natuurbeheer, 16, 20 karakter, 22

agrarische sector, 3, 19 archeologische sporen, 9 architecten, 2 authentieke agrarische ontwikkeling, 4 beeldkwaliteit, 1-4, 20, 35, 38, 43, 51 bodem, 8, 9, 35, 36

condities, 44 daling, 9, 14, 36, 49, 51 gebruik, 9, 15, 25, 36 inversie, 8, 9 kenmerken, 36 reliëf, 9, 18, 19, 45, 47 samenstelling, 36, 44

boerderijen, 10, 15, 19, 22, 23, 25, 27-31, 38, 40, 49, 51 collectief, 7, 35 commissie

Beeldkwaliteit, 1 Natuur en Landschap, 1

compensatie water, 9, 14, 46 cultuur, 18

continuïteit, 2 geschiedenis, 3 historie, 1, 2, 37, 38, 52 ontwikkeling, 3

donken, 8, 12, 17, 18, 21, 36, 44 doorzichten, 1, 22, 31, 44, 47, 49 dorpskernen, 1, 4 egalisatie, 9, 12, 16, 17, 25, 36 elzenbroekbos, 8, 18 energie, 3, 37, 46 energieopwekking, 3, 37 fruitteelt, 15, 46 gebiedskapitaal, 3 Gebiedsplatform AV, 1, 2, 22, 53 gebiedsvisie,1 gemeente, 2, 54 ontwikkeling, 1-3, 6, 7 geologische ontwikkeling, 8 griendteelt, 8, 44 griendwerken/cultuur, 2, 16 groenblauwe netwerken, 7, 10, 37, 45

Hagensteinse rug, 8, 30, 38, 49, 51, 52, 58 hoogstamboomgaard, 16 Industriële bedrijvigheid, 3, 31 industrialisatie, 7, 19 Infrastructuur, 3, 10, 12, 17, 46, 47 inpassingseisen, 1 inspiratiekader, 2 intrinsieke waarden, 3 kaders, 7 kavel, 7, 27, 31, 35, 40, 48, 49

beeld, 40 begrenzing, 40 kenmerken, 40 scheiding, 40

kennisplatforms , 3 kernen, 7, 17, 21, 22, 26, 31, 35, 38, 49, 50, 51

dorpskernen, 4 stedelijke kernen, 51 woonkernen, 47

kernkwaliteit, 1, 2 klei, 8, 44 komgebieden, 8, 15 landbouw, 15 landschap, 16-20, 25, 37, 38, 45-49, 51 landschapselementen, 48 multifunctioneel, 1 natuur, 19, 20

blauwgraslanden, 20 Boezems Kinderdijk, 20 Donkse Laagten, 20 Natura 2000, 20 natuurvereniging, 20 recreatie, 20 Zouweboezem, 20

natuurwaarden, 1, 2, 19 oeverwallen, 9, 16, 19, 36, 44, 50 ontginningsgebied, 2 ontwatering, 8 ontwerpers, 1-3 ontwikkelaars, 3 peilaanpassing, 9 perceel, 7, 2 7, 31, 35, 53 plattelandswaarde, 3 pleistoceen, 8

BIJLAGE E TREFWOORDEN

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 60

prehistorie, 8 recreatie, 1, 19, 20, 37, 48, 50 referentiebeeld, 4 regionale kenmerken, 3 rivierklei, 8 ruilverkaveling, 3, 12, 16, 19, 20, 25 ruilverkavelingslinten, 4, 21, 25, 39, 51 ruimtelijke

analyse, 4 identiteit, 1 ingrepen, 2, 3, 23 kwaliteitswaarde, 3 ontwikkeling, 3

ordening, 3 schaalvergroting, 3, 22, 25, 37, 39 Schaik, 8 scheepsbouw, 2, 24, 31 stad, 14 stedebouw, 1, 4 stroombeddingen, 8 stroomruggen, 8, 9, 12, 15-19, 23, 36, 44 telecommunicatie, 3, 37, 45 toetsingskader, 2 trottoirs, 4, 22, 50 veen, 8, 44 veenstromen, 8, 10, 36, 44 waterhuishouding, 2 waterschap, 13 windsingels, 16 woonheuvels, 9, 13, 23, 29, 30, 50

Donkdorp Hoornaar

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 61

Visie Beeldkwaliteit Gebiedsplatform Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 62