VGM-boekje · 2021. 1. 22. · Alleen spanningsloos werken (+ meten). Hoofdzekering ->...

VGM-boekje

Voor de medewerkers van

Zonmaat B.V.

VERSIE december 2020 / 04

Veiligheid Instructie Boekje

Zonmaat B.V. Datum: december 2020 Versie 04 Pagina 2 van 16

Voorwoord Geachte medewerker, Ons beleid richt zich op duurzaam en prettig werken. Wij willen door het leveren van goede kwaliteit de continuïteit van ons bedrijf waarborgen. Dat kan alleen wanneer wij prettig en op een respectvolle manier samenwerken met onze collega’s en opdrachtgevers. Dit boekje beschrijft onze regels en voorschriften die ervoor zorgen dat wij veilig, prettig en duurzaam kunnen werken. Het is in jouw en ons belang dat je deze regels kent en naleeft. Door deze regels weet je wat er van jou verwacht wordt en waar je recht op hebt. Belangrijker is dat wij zelf zuinig willen omgaan met onze medewerkers, onze omgeving en het milieu. Kortom, wij rekenen zeker op jouw inzet en hopen dat je hier met plezier zult werken. Met vriendelijke groeten, Zonmaat B.V. De directie De heer S.C. van Lienden



Inhoud Voorwoord .............................................................................................................................................. 2

1 Voordat je begint ............................................................................................................................. 4

1.1 LMRA (Laatste Minuut Risico Analyse) .................................................................................... 6 1.2 Wat je vooraf zeker moet weten! ........................................................................................... 6 1.3 Pictogrammen ......................................................................................................................... 7 1.4 Orde en netheid ...................................................................................................................... 8

2 Gedragscode .................................................................................................................................... 8

2.1 Correcte behandeling opdrachtgevers .................................................................................... 8 2.2 Correcte behandeling intern ................................................................................................... 8 2.3 Ongewenste intimiteiten ......................................................................................................... 8 2.4 Klachten / Schades .................................................................................................................. 9 2.5 Roken, Alcohol en Drugs ......................................................................................................... 9

3 Risico’s tijdens het werk .................................................................................................................. 9

3.1 Risico Inventarisatie en Evaluatie / Functie-RI&E operationele medewerkers ....................... 9 3.2 Veilig werken met machines en gereedschappen in het algemeen ...................................... 11 3.3 Opslag en behandeling van afvalstoffen ............................................................................... 12 3.4 Specifieke arbeidsmiddelen .................................................................................................. 13 3.5 Lichamelijke belasting, veilig tillen ........................................................................................ 14 3.6 Schadelijk geluid .................................................................................................................... 15 3.7 Beeldschermwerkplek ........................................................................................................... 16

4 Asbestprotocol .............................................................................................................................. 16

5 Werkplekinspecties ....................................................................................................................... 17

6 (Tijdelijke) stopzetting werkzaamheden ....................................................................................... 17

7 Persoonlijke beschermingsmiddelen ............................................................................................ 17

7.1 Veiligheidshelm ..................................................................................................................... 17 7.2 Veiligheidsschoenen .............................................................................................................. 17 7.3 Veiligheidsbril ........................................................................................................................ 18 7.4 Gehoorbescherming ............................................................................................................. 18 7.5 Adembescherming ................................................................................................................ 18 7.6 Handbescherming ................................................................................................................. 18 7.7 Valbeveiliging ........................................................................................................................ 18 7.8 Overige PBM .......................................................................................................................... 19

8 Melding (bijna-)ongevallen en incidenten .................................................................................... 20

8.1 Stappenplan bij een ongeval ................................................................................................. 20 8.2 Hoe te handelen bij brand ..................................................................................................... 20 8.3 Communicatie bij Calamiteiten en Crisissituaties ................................................................. 20

9 Milieu ............................................................................................................................................. 21

10 Verkeersregels ........................................................................................................................... 21

11 Tot slot ....................................................................................................................................... 21



VEILIGHEID, GEZONDHEID EN MILIEU

1 Voordat je begint Veiligheid, gezondheid en milieu maakt een belangrijk onderdeel uit van de bedrijfsvoering. In de beleidsverklaring is hieraan nadrukkelijk aandacht besteed. Samengevat richt het beleid zich op: ▪ het voorkomen van persoonlijk letsel ▪ voorkomen van materiële en milieuschade ▪ streven naar continue verbetering op het gebied van veiligheid, gezondheid en milieu. In dit deel van het spelregelboekje treft je diverse richtlijnen en regels aan met betrekking tot veilig en gezond werken. Van iedere medewerker wordt verwacht dat hij/zij hiervan op de hoogte is én hiernaar handelt. Zijn er zaken onduidelijk, heb je vragen of opmerkingen dan kan je terecht bij je leidinggevende of bij de veiligheidscoördinator en preventiemedewerker Ruben Mentz (06-48936835).



1.1 LMRA (Laatste Minuut Risico Analyse) Wanneer: Voordat gestart wordt met werkzaamheden (dagelijks), moet onderstaande instructie

goed doorgenomen worden. In geval van tekortkomingen of gebreken, dient direct maatregelen getroffen te worden.

Wie: Iedereen die voor Zonmaat B.V. werkzaamheden uitvoeren.

1.2 Wat je vooraf zeker moet weten! Voordat je begint met je werk op een voor jou onbekende werkplek, moet je eerst:

• Vaststellen welke specifieke veiligheidsregels gelden. Dit kan aan de hand van instructies van je leidinggevende en de regels en symbolen ter plekke. Als er geen duidelijke symbolen zijn en er geen leidinggevende is, moet je zelf de mogelijke gevaren inschatten. Bij twijfel start je niet met je werk! Zorg dat je zeker weet dat je veilig kunt werken;

• Vaststellen of er geen onveilige situaties aanwezig zijn op de werkplek;

• Vaststellen of er een calamiteitenplan is, de vluchtwegen zijn aangegeven en waar de dichtstbijzijnde nooduitgang is;

• Vaststellen welke signalen gebruikt worden als waarschuwing voor gevaren en ontruiming van de werkplek;

• Vaststellen welke personen BHV (bedrijfshulpverlener) en EHBO gediplomeerd zijn.

Gebruik van alcohol en andere verdovende middelen tijdens of voor aanvang van de werkzaamheden is ten strengste verboden.

LAST MINUTE RISICO ANALYSE

Stap 1

Stap 2

Stap 3

Bepaal de risico’s 1. Weet ik en begrijp ik wat ik moet doen? 2. Draag en beschik ik over de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen die

voor het werk nodig zijn? 3. Wat gebeurt er om mij heen? 4. Is mijn werkplek voldoende verlicht en veilig afgezet? 5. Ken ik de vluchtroute vanaf mijn werkplek en is deze niet geblokkeerd? 6. Zijn er in de werkopdracht geen gevaren over het hoofd gezien? 7. Zijn mijn gereedschappen / hulpmiddelen gekeurd? 8. Is er een kans op stoten, struikelen, uitglijden? 9. Heb ik de juiste gereedschappen en maatregelen genomen om het werk

veilig uit te voeren? (brandblusser, gereedschap, verkeersmaatregelen) 10. Kunnen mijn werkzaamheden geen gevaar opleveren voor anderen?

(vallende voorwerpen, verkeer) 11. Kan ik als het nodig is communiceren met collega’s? - Bepaal de maatregelen om de bestaande gevaren en risico’s te elimineren

en acceptabel te maken. Overleg dit met je leidinggevende. - Voer de maatregelen uit. Indien nodig vraag om hulp. Noteer de genomen

maatregelen in het opleverrapport.



1.3 Pictogrammen In het onderstaande overzicht vind je de meest voorkomende veiligheidspictogrammen en de betekenis van deze veiligheidspictogrammen:

Verbod Gebod Redding Waarschuwing Brand-bestrijding Gevaarlijke stoffen

Verboden te roken Adem-bescherming EHBO Bijtende stoffen Niet-ioniserende straling

Blusapparaat Corrosief

Vuur, open vlam en roken verboden

Gehoor-bescherming Nooduitgang Biologisch risico Ontvlambare stoffen Brandslang Ontplofbaar

Verboden toegang voor onbevoegden

Gelaatsbe-scherming Oogdouche Explosieve stoffen Oxiderende stoffen Ladder Brand-gevaarlijk

Oog-bescherming

Te volgen richting

Gevaar

Struikelen

Te volgen richting

Oxiderend

Veiligheids-schoenen Telefoon Gevaar elektrische spanning

Vallen door hoogte-verschil

Telefoon Schadelijk irriterend

Veiligheids-hand-

schoenen

Veiligheids-douche

Giftige stoffen Schadelijke of irriterende stoffen

Brandblus-deken Giftig

Veiligheids-helm

Valbeveiliging

http://allesvoordeaannemer.nl/index.php/brady-producten/veiligheidspicktogrammen/waarschuwingstekens/identificatie-van-gevaarlijke-stoffen/bijtende-corrosieve-stoffen.html

http://allesvoordeaannemer.nl/index.php/brady-producten/veiligheidspicktogrammen/waarschuwingstekens/identificatie-van-gevaarlijke-stoffen/ontvlambare-stoffen-of-hoge-temperaturen.html

http://allesvoordeaannemer.nl/index.php/brady-producten/veiligheidspicktogrammen/waarschuwingstekens/identificatie-van-gevaarlijke-stoffen/explosieve-stoffen.html

http://allesvoordeaannemer.nl/index.php/brady-producten/veiligheidspicktogrammen/waarschuwingstekens/identificatie-van-gevaarlijke-stoffen/oxiderende-stoffen.html

http://allesvoordeaannemer.nl/index.php/brady-producten/veiligheidspicktogrammen/waarschuwingstekens/opgelet-gevaar.html

http://allesvoordeaannemer.nl/index.php/brady-producten/veiligheidspicktogrammen/waarschuwingstekens/identificatie-van-gevaarlijke-stoffen/giftige-stoffen.html

http://allesvoordeaannemer.nl/index.php/brady-producten/veiligheidspicktogrammen/waarschuwingstekens/identificatie-van-gevaarlijke-stoffen/schadelijke-of-irriterende-stoffen.html



1.4 Orde en netheid Een opgeruimde werkplek en goed onderhouden gereedschap schelen tijd en verminderen de kans op gevaarlijke werksituaties.

▪ Houd te allen tijde werkplekken schoon en geordend. ▪ Houd doorgangen vrij voor het ontsnappen bij brand en het aanvoeren van blusmateriaal. ▪ Iedereen is verantwoordelijk voor uitvoering van deze regel.

2 Gedragscode 2.1 Correcte behandeling opdrachtgevers Behandel opdrachtgevers, hun medewerkers van de bouwprojecten uiterst correct en met respect:

▪ Let op je taalgebruik, vloeken is niet toegestaan; ▪ Kom jouw afspraken na; ▪ Werk netjes en zorgvuldig; ▪ Zorg dat werkplek schoon en veilig is; ▪ Ga zorgvuldig met eigendommen van opdrachtgevers om; ▪ Ruim het restafval bij de werkplek op.

Om dezelfde reden wordt van jou verwacht dat je er representatief uitziet. Hier bedoelen wij verzorgde kleding en een verzorgd uiterlijk mee. Jij bent voor opdrachtgevers het gezicht van ons bedrijf!

2.2 Correcte behandeling intern Iedere medewerker is vrij ieder probleem of onderwerp onder de aandacht van de leiding te brengen en dit te bespreken. Dit zal nooit kunnen leiden tot negatieve gevolgen voor jouw positie binnen het bedrijf. Wij verwachten van al onze medewerkers dat zij elkaar met respect behandelen. Dit is een onderdeel van de beleidsverklaring zoals opgesteld door de directie. Het beleid richt zich op een correcte behandeling van alle medewerkers.

2.3 Ongewenste intimiteiten Elke vorm van ongewenste intimiteiten worden niet getolereerd. Dit gedrag is niet alleen intimiderend, beschamend en in veel gevallen kwetsend. Het is machtsmisbruik. Wij staan dit binnen onze organisatie in geen geval toe. Ongewenste intimiteiten is een algemene term waarmee ongewenst of ongevraagd gedrag wordt aangeduid. Het heeft betrekking op een verbale, visuele, handtastelijke of psychische uiting van seksuele aard tegenover een ander persoon zowel mannelijk als vrouwelijk. Een aantal voorbeelden:

▪ Beledigend taalgebruik of verbaal geweld; ▪ Verspreiding of tonen van zaken die als beledigend ervaren worden; ▪ Onderzoek doen naar aspecten uit iemands privéleven; ▪ Herhaald (opdringerig) uitnodigen etc.

Ongewenste intimiteiten hebben geen betrekking op normale fatsoenlijke opmerkingen of gebruikelijke complimentjes. Iedere klacht zal serieus, zorgvuldig en onpartijdig behandeld worden en indien noodzakelijk zullen er maatregelen worden genomen om herhaling te voorkomen. Je kunt voor deze klachten terecht bij jouw leidinggevende.



2.4 Klachten / Schades Van iedere medewerker wordt verwacht dat hij/zij alles in het werk zullen stellen om klachten en/of schades te voorkomen. Maar alles blijft mensenwerk. Wanneer een opdrachtgever een klacht heeft en/of er is schade aan eigendommen ontstaan, kan dit gemeld worden bij de leidinggevende. Klachten en schades worden op kantoor afgehandeld volgens een vaste procedure. Ga zelf niet in discussie met een opdrachtgever. De leidinggevende zal hierover contact met je opnemen.

2.5 Roken, Alcohol en Drugs Werknemers die willen roken dienen hiervoor afspraken te maken met de opdrachtgever over de geldende regels. Rookpauzes mogen geen verstoring van de werkzaamheden veroorzaken. Het gebruik van alcohol, drugs en dergelijke is voor en tijdens werk-, rust- en reistijd en op de bouwplaats verboden. Indien je medicijnen gebruikt, die jouw reactievermogen beïnvloeden moet je dit melden bij jouw leidinggevende.

3 Risico’s tijdens het werk 3.1 Risico Inventarisatie en Evaluatie / Functie-RI&E operationele medewerkers Zonmaat heeft een Risico Inventarisatie en Evaluatie uitgevoerd. Dat is een hulpmiddel om de risico’s die je loopt tijdens je werk in kaart te brengen. Hieronder zie je een samenvatting van de belangrijkste risico’s en de maatregelen die getroffen moeten worden om het risico zo laag mogelijk te houden. De belangrijkste risico’s die operationele medewerkers lopen zijn:

✓ Werken op hoogte

✓ Fysieke belasting

✓ Vallende voorwerpen

✓ Elektrocutie

✓ Beknelling

✓ Geluid

✓ Snijden

✓ Aanrijdgevaar

✓ Risico’s voor derden

✓ Calamiteit (gebruik valgordel)



No Taakstap/ activiteit Risico/gevaar/blootstelling beheersmaatregel Waars.h. Blootst. Effect = Risico

1. Werken op hoogte Valgevaar Collectieve dakrandbeveiliging PBM (indien coll. niet mogelijk is)

0,5 6 15 45

Vallende voorwerpen Monteren schoprand Dragen helm onder de steiger/dakrand Afzetten werkgebied

1 6 7 42

2. Opbouwen steiger/ dakrandbeveiliging

Valgevaar PBM toepassen tijdens opbouw Gekeurd materiaal gebruiken

1 6 15 90

incorrecte opbouw Instructie opbouw steiger 1 6 15 90

onstabiele steiger Steunpoten + zekeren aan gebouw 0,5 6 15 45

Wegzakken steiger Wielplaten gebruiken 0,5 3 15 22,5

Vallende onderdelen Instructie opbouw + dragen helm 1 6 7 42

3. Gebruik ladder Valgevaar Correct gebruik ladder, nooit panelen tillen over de ladder Gekeurd materiaal gebruiken

0,5 6 15 45

wegglijden ladder Laddermat gebruiken 0,5 6 15 45

kantelen ladder Vastzetten van de ladder 0,5 6 15 45

4. Transporteren panelen (16 kg)

Fysieke belasting Hulpmiddelen gebruiken (ladderlift), Tilinstructie.

3 6 3 36

5. Gebruik arbeidsmiddel/ elektrisch gereedschap

Disfunctioneren arbeidsmiddel/apparaat, elektrocutie

Jaarlijkse inspectie arbeidsmiddel / Jaarlijkse NEN-3140 keuring

1 6 7 42

6. Op maat maken beugels / slijpen

Metaalsplinters in oog

Veiligheidsbril gebruiken. 1 6 7 42

Gehoorschade Gehoorbescherming 1 6 7 42

7. Aansluiten panelen Werk in groepenkast Installatie werkzaamh.

Elektrocutie, oogledsel

Alleen aangewezen en opgeleide elektriciens sluiten trajecten aan. Alleen spanningsloos werken (+ meten). Hoofdzekering -> handschoenen, mat, gelaatsscherm

1 6 7 42

Brandgevaar Blusser paraat 0,5 6 3 9

8. Gebruik Stanley mes Snijden Stanleymes nooit toepassen. Kies een ander hulpmiddel.

1 3 7 21

9. Boren Gehoorbeschadiging Dragen gehoorbescherming 1 6 7 42

Oogletsel Veiligheidsbril dragen 1 6 7 42

Vijnstof Stofzuiger / vochtig boren 1 6 7 42

Raken leidingen / elektrocutie / asbest

Vooraf inventariseren 3 6 3 54

10. Werken met ladderlift Beknelling / kantelen lift Vooraf instructie + gekeurd materiaal gebruiken

1 3 15 45

Vallende voorwerpen Nooit onder lading komen + dragen helm

1 3 15 45

Gevaar voor omstanders Werkgebied afzetten 0,5 3 15 22,5

Aanrijdgevaar Extra maatregelen CROW-96B 1 3 7 21

11. Branden dak Brandgevaar Blussers paraat op werkplek 0,5 6 3 9

Verbranding Dragen brandvertragende handschoenen en kleding

1 6 7 42

12. Handelen na val Afknellen bloedvaten na val in harnas

Reddingsplan vooraf maken 0,5 0,5 40 10

13. Omstanders / bewoners Vallende voorwerpen Afzetten werkgebied. Bewoners informeren.

0,5 1 15 7,5

14. Laden en lossen Aanrijdgevaar Pionnen in de voertuigen gebruiken 1 6 15 90

15. Algemeen Corona Zonmaat protocol volgen 1 6 7 42

16. Algemeen Noodgeval, been BHV aanwezig op lokatie

Alarmkaart, EHBO trommel en Brandblusser in het voertuig

1 6 15 90

17. Algemeen Letsel/gezondheidsschade door ondeskundigheid algemeen

Inwerktraject volgen. Nooit werk doen zonder instructie.

1 2 40 80

18. Algemeen Letsel/gezondheidsschade door onvoorziene factor

LMRA toepassen 1 6 15 90

19. Weer en wind Onderkoeling, uitglijden, vallende voorwerpen. Oververhitting, verbranding

Op tijd stoppen (vrijheid operationele mw). Kleding Zonnebrand

1 1 40 40

20. Hijsen Vallende voorwerpen, knelgevaar Nooit onder de last, werkgebied afzetten, helm, communicatie met machinist

1 1 40 40



Bij het opstellen van de functie RI&E voor de operationele medewerkers van Zonmaat is gebruik gemaakt van de Kinney-methode. Hierin worden de (rest) risico’s bepaald na beheersmaatregel. Risicoscore: Risico = Waarschijnlijkheid x Blootstellingduur x Effect R = W x B x E

R Risico Actie

Groter dan 200

Zeer hoog tot hoog risico met grote kans op ongeval, verzuim en/of gezondheidsschade

Werkzaamheden direct stoppen Directe verbeteringen aanbrengen

70-199 Reële kans op ongeval, verzuim en/of gezondheidsschade Maatregelen treffen.

69 of minder

Hinderlijke factor en/of geringe kans op ongeval, verzuim en/of gezondheidsschade

Voorlichting zeker stellen Geen verdere maatregelen vereist

Waarschijnlijkheid Blootstellingduur Effect

10 Te verwachten 10 Voortdurend 100 Catastrofaal, vele doden en/of extreme schade 6 Mogelijk te verwachten 6 dagelijks

3 Ongewoon, maar mogelijk 3 Wekelijks / incidenteel

40 Dodelijk ongeval

1 Onwaarschijnlijk, kan in grensgeval 2 maandelijks 15 Zeer ernstig / invalide

0,5 Denkbaar, maar onwaarschijnlijk 1 Enkele malen per jaar

7 Zeer ernstig letsel / lang verzuim

0,2 Praktisch onmogelijk 0,5 Zeer zelden, sporadisch

3 Licht letsel / kort verzuim

De volledige Risico Inventarisatie en Evaluatie is op te vragen en in te zien bij Preventiemedewerker Ruben Mentz.

3.2 Veilig werken met machines en gereedschappen in het algemeen Bij de uitvoerende werkzaamheden wordt veelal dagelijks omgegaan met machines en gereedschappen. Veel ongevallen worden veroorzaakt door een verkeerd gebruik van machines en gereedschap en het op nonchalante wijze omgaan met veiligheidsmaatregelen. Veilig werken is alleen mogelijk als aan drie voorwaarden wordt voldaan:

1. De machines en gereedschappen voldoen aan de eisen; 2. Werknemers gaan er op de juiste wijze mee om en gebruiken de vereiste persoonlijke

beschermingsmiddelen; 3. Er wordt voldoende aandacht aan het onderhoud besteed.

Machines en gereedschappen moeten aan de volgende eisen voldoen:

▪ Ze zijn CE- gekeurd. Als dat het geval is, zijn ze voorzien van het CE-keurmerk; ▪ Machines en gereedschappen die zijn afgekeurd dienen voorzien te zijn van een sticker of

label. Zij mogen pas gebruikt worden als ze zijn gerepareerd; ▪ Ze moeten jaarlijks gekeurd worden (de keuringstatus dient op het middel vermeld te zijn. ▪ Originele certificaten worden bewaard door de VG- functionaris; ▪ Ze moeten voorzien zijn van beveiligingen om gebruikers en derden tegen mogelijke gevaren

te beschermen; ▪ Bij de opstelling van machines moet er voldoende ruimte zijn om de machine te kunnen

bedienen. Machines kunnen op de volgende manieren beveiligd zijn:

▪ Met een noodstop. Met de noodstop schakel je de machine onmiddellijk uit;



▪ Met een dodemansknop, bij het loslaten van de bedieningshandel stop de machine

onmiddellijk. Deze beveiliging mag niet vastgezet worden; ▪ Met een nulspanningsschakelaar; deze zorgt ervoor dat de machine na het opheffen van een

stroomstoring niet uit zichzelf start; ▪ Of een combinatie van bovenstaande beveiligingen.

Als gebruiker van machines en gereedschappen moet je je houden aan de volgende richtlijnen:

▪ Gebruik alleen goedgekeurd gereedschap dat in goede staat verkeert; ▪ Volg de veiligheidsinstructies op; ▪ Laat beveiligingen intact: schakel ze niet uit en verander er niets aan. Vaak vindt men het

werken met een beveiliging lastig. De beveiliging is echter bedoeld voor je veiligheid; ▪ Gebruikt gereedschap alleen waar het voor bedoeld is: schroevendraaiers zijn geen

blikopeners. Gereedschap kan beschadigen door verkeerd gebruik en zo onnodig gevaarlijke situaties opleveren;

▪ Gebruik de vereiste persoonlijke beschermingsmiddelen; ▪ Zorg dat je werkkleding of lang haar niet door de draaiende delen van een machine kunnen

worden gegrepen; ▪ Draag geen handschoenen bij het werken aan machines met draaiende delen. De

handschoenen kunnen in de machine worden getrokken met als gevolg verwondingen aan je hand of erger: je hand kwijt;

▪ Draag geen sieraden, deze kunnen met name bij verspanende machines gevaar opleveren. Zorg voor goed onderhoud dat wil zeggen:

▪ Een maandelijkse controle en dagelijks onderhoud en regelmatige smering van onderdelen; ▪ Voer het onderhoud op veilige wijze uit: zet bij onderhoudswerk de machines uit met de

nulspanningsschakelaar, zodat er geen gevaarlijke situaties kunnen ontstaan. Heftruck Bij Zonmaat mag je alleen op een heftruck rijden met een heftruckcertificaat en na toestemming van de vestigingsmanager. Heftrucks kunnen gevaarlijke machines zijn bij verkeerd gebruik (knelgevaar, aanrijdgevaar, vallende voorwerpen). Ga nooit op de lepels van de heftruck staan, draag altijd je veiligheidsgordel, rijd stapvoets en neem nooit een passagier mee op de heftruck. Omstanders dragen veiligheidsschoenen en houden visueel contact met de chauffeur. Ladderlift De ladderlift is een handig transportmiddel, wat fysieke belasting kan voorkomen. Deze lift mag je bedienen na instructie. Houd er rekening mee dat de lift bij verkeerd gebruik om kan vallen, dat je knelgevaar hebt door de kabels en dat er voorwerpen kunnen vallen. Draag beneden altijd een helm en houd omstanders op veilige afstand. Bij het verlaten van de werkplek, neem je de sleutel van de lift mee. Tijdens rijden met de ladderlift: houd er rekening mee dat de lift topzwaar is. Te snel nemen van bochten of een rotonde, kan omkantelen van de lift betekenen.

3.3 Opslag en behandeling van afvalstoffen Al het milieu belastend materiaal dienen we op een juiste wijze te verzamelen en af te voeren. Volg hiervoor de richtlijnen op de verpakking op of vraag naar het product informatie blad bij je leidinggevende.



3.4 Specifieke arbeidsmiddelen Bij de uitvoering van werkzaamheden gelden standaard de minimale eisen ter bescherming van veiligheid en gezondheid van medewerkers:

▪ Dragen van veiligheidsschoenen; ▪ Dragen van algemene werkkleding. Deze werkkleding biedt geen bijzondere bescherming,

slechts bescherming tegen normale werkomstandigheden en tegen normaal vuil; ▪ Dragen van een valharnas met vallijn bij werken op hoogte; ▪ Dragen van gehoorbescherming en een veiligheidsbril bij boren, zagen en slijpen.



3.5 Lichamelijke belasting, veilig tillen De rug is een kwetsbaar deel van ons lichaam. Hij wordt gemakkelijk te zwaar belast. Bijvoorbeeld door langdurig in één en dezelfde houding te zitten. Maar ook door het tillen van zware voorwerpen, door te buigen en te draaien. Rugklachten, je hebt ze zo en je komt er moeilijk vanaf. Bedenk zeker bij rugklachten: beter voorkomen dan genezen en bedenk: je hebt maar één rug. Ook loop je bij werkzaamheden op het dak risico je knieën, schouders en armen te overbelasten. De panelen zijn eigenlijk wat te zwaar om in ongunstige houding te tillen. Probeer daarom zo dicht mogelijk bij je lichaam te tillen, een gunstige ondergrond te creëren (maak bijvoorbeeld eerst een goed trappetje in de dakpannen) en zo nodig samen te tillen. Til nooit buiten je macht, neem op tijd pauzes en overleg voordat je klachten krijgt. Ook je (nacht-) rust en eetpatroon hebben invloed op je fysieke belasting. Hoe zijn fysieke klachten te voorkomen? Probeer tillen te vermijden. Het lijkt misschien een open deur, maar voor alles geldt: probeer zo weinig mogelijk te tillen en zoveel mogelijk hulpmiddelen te gebruiken. Moet je toch tillen, houd je dan aan de volgende 10 regels:

1. Buk en til niet onnodig, gebruik waar mogelijk hulpmiddelen. 2. Verstandig tillen kost net zoveel tijd als onverstandig tillen: doe het dus met verstand. 3. Bedenk vooraf hoe en waarheen je de last gaat verplaatsen, zodat je rekening kunt houden

met evt. moeilijkheden. 4. Bepaal vooraf het gewicht van de last; til niet teveel ineens. Vraag je collega´s om hulp bij

zware en grote lasten/voorwerpen. 5. Sta steeds recht voor de last; til nooit met gedraaide rug: verplaats je voeten als je moet

draaien. 6. Bepaal het zwaartepunt van de last en zoek een goede balans alvorens met het echte tillen

te beginnen. 7. Til met twee handen, houd de last zo dicht mogelijk bij het lichaam, voorkom dat je moet

reiken; til niet hoger dan schouderhoogte. 8. Buig door de knieën, houd de rug zoveel mogelijk recht, beweeg langzaam. Gebruik vooral je

buik- en beenspieren. Hetzelfde geldt voor het neerzetten van de last. 9. Zorg dat de weg vrij is van obstakels als je moet lopen met de last, gebruik stroeve schoenen

bij gladde vloeren. 10. Luister naar je lichaam: neem signalen serieus. Beginnende klachten kunnen snel erger

worden. Je voelt zelf het beste wat je rug wel en niet kan hebben. Wat te doen als je toch moet tillen? Maak gebruik van hulpmiddelen Als tillen niet te vermijden is, zorg er dan voor dat je niet vaak hoeft te tillen. Dat geldt zeker voor dingen die zwaarder zijn dan 23 KG. In die gevallen is het eigenlijk zaak dat je apparatuur of hulpmiddelen regelt. Denk hierbij aan: heftrucks, takels, hijskranen, karretjes, krikken e.d. Draag de juiste kleding Met warme spieren is het beter werken dan met spieren die koud zijn. Daarom is het belangrijk voldoende kleren te dragen. De spieren krijgen dan niet de kans af te koelen. Let vooral extra op met een bezwete rug. Als die afkoelt heb je extra kans op rugpijn. Te nauwe kleding, bijvoorbeeld hele smalle broekspijpen, belemmert de beweging. Let op dat je werkkleding ruim genoeg is. Schoenen moeten een goede steun geven en zijn bij voorkeur voorzien van een anti-slipzool. De kans op rugletsel is groter als iemand het evenwicht verliest bij het tillen of verplaatsen van een voorwerp.



Zorg voor een veilige werkplek Ook de werkplek moet zodanig zijn ingericht dat de kans op rugletsel zo klein mogelijk wordt. Controleer af en toe of dat ook inderdaad het geval is. Let daarbij op de volgende zaken:

▪ Zorg dat er voldoende hulmiddelen beschikbaar zijn en gebruik ze ook. Vraag om instructie over de bediening ervan.

▪ Pas op met gladde vloeren. Let op met dingen waarover je kunt struikelen. Zet ze uit de looproute. Zorg ervoor dat de werktafel de juiste hoogte heeft en dat je voldoende ruimte hebt om te tillen. Vermijd dat je bij tillen moet draaien. Houd de afstand waarover je moet tillen zo klein mogelijk. Moet je vaak tillen? Kijk dan of er een andere oplossing mogelijk is.

▪ Werken onder hoge tijdsdruk leidt vaak tot ongelukken. Neem regelmatig pauzes.

3.6 Schadelijk geluid Op veel werkplekken komt schadelijk geluid voor. Een groot aantal mensen werkt in een omgeving waar het lawaai uitermate storend of hinderlijk is. Als je schade aan je gehoor oploopt, gaat dat nooit meer over. Het kan alleen maar erger worden. Het is daarom belangrijk de blootstelling aan geluid te beperken. Bij 80 dB(A) kan lawaai schadelijk zijn als je er langdurig in moet werken. Dat is wetenschappelijk aangetoond. De werkgever is daarom vanaf die geluidssterkte verplicht om gehoorbescherming te geven Vanaf 85 dB(A) moeten de werknemers de gehoorbescherming verplicht dragen. Schadelijk geluid of het risico op gehoorbeschadiging is te voorkomen of te beperken door het gebruik van de juiste PBM:

▪ Breng de gehoor beschermende middelen aan voordat je de ruimte betreedt of voordat het lawaai geproduceerd wordt

▪ Controleer voordat je lawaaierige machines gebruikt of iedereen in je omgeving gehoor beschermende middelen draagt

▪ Maak oorkappen, oordopjes en otoplastieken na het gebruik schoon ▪ Zorg dat de vingers waarmee je de oordopjes en otoplastieken aanbrengt, schoon zijn ▪ Controleer regelmatig de afsluitranden van de oorkappen. Laat deze vervangen als deze hard

of stug worden of als ze gescheurd of beschadigd zijn ▪ De toegepaste gehoorbescherming moet het geluid dempen tot een waarde die ligt tussen

de 70 en de 80 dB(A) ▪ Een te sterke demping van het geluid heeft als nadeel dat de verstaanbaarheid van de

mensen in de omgeving en het horen van veiligheidssignalen afneemt



3.7 Beeldschermwerkplek Kantoormedewerkers hebben kans op arm schouder en nek klachten. Een goede instelling van de werkplek is daarbij belangrijk. Onderstaande afbeelding kan daarbij helpen. Natuurlijk helpt onze preventiemedewerker Ruben je graag als je vragen hebt.

Ook kan de werkdruk een belangrijke negatieve invloed hebben. Geef bij je leidinggevende aan als je op een negatieve manier werkdruk ervaart en blijf daar niet mee doorlopen.

4 Asbestprotocol In oudere woningen is het nog steeds mogelijk dat er asbesthoudend materiaal wordt aangetroffen. Pas in 1993 mocht asbest niet meer verkocht worden en werd het niet meer toegepast in de bouw. Daarvoor dus wel! Door de brandvertragende en isolerende werking kan je het (onder andere) tegen komen in de meterkast, in de buurt van CV-installaties/rookgasafvoeren en in isolatie. Asbestvezels zijn levensgevaarlijk. Voordat je gaat boren/schroeven beoordeel je altijd het materiaal. Mocht je asbestverdacht materiaal aantreffen, dan raak je het niet aan. Probeer een andere route / manier van werken te kiezen waardoor je er niet in hoeft te boren of te schroeven. Meld de vermoedelijke aanwezigheid van asbest altijd bij je leidinggevende of de veiligheidscoördinator. Als je toch geboord of geschroefd hebt in asbestverdacht materiaal of als er om een andere reden losse vezels in de ruimte aanwezig zijn, staak direct de werkzaamheden, verlaat de ruimte, sluit deze af en neem contact op met je leidinggevende of de veiligheidscoördinator.

Algemene regel bij vermoeden asbest -> stop je werkzaamheden en neem contact op met je leidinggevende!



Je leidinggevende of de planning zal contact zoeken met een specialist om te beoordelen of het echt om asbest gaat. In overleg met alle betrokken partijen wordt een verder plan van aanpak gemaakt.

5 Werkplekinspecties Bij een goed arbobeleid horen periodieke werkplekinspecties. Hierdoor kan worden beoordeeld of het beleid in zijn uitwerking bevredigend is of aanpassing behoeft. In het kader hiervan is een inspectielijst opgesteld waarin praktische zaken zijn opgenomen zoals: aanwezigheid van brandblusmiddelen, aanwezigheid EHBO-middelen, werking noodverlichting, aanwezigheid van formulieren etc. Periodiek worden inspectieronden gelopen op de bedrijfslocatie of werklocatie. In het kader hiervan is het mogelijk dat aan jou ook naar zaken wordt gevraagd. Geef antwoorden zoals de werkelijke situatie is, daar kunnen we uit leren. De uitkomsten van de gehouden inspecties worden besproken via overlegmomenten, zodat een ieder op de hoogte wordt gesteld van de resultaten van de gehouden inspecties en dat eventuele verbeteringen welke reeds genomen zijn om uitgevoerd te worden.

6 (Tijdelijke) stopzetting werkzaamheden Bij klachten of afwijkingen die een belangrijke invloed (kunnen) hebben op de kwaliteit van de producten of bedrijfsprocessen, dan wel een gevaar of risico vormen voor de gezondheid, het milieu, de arbeidsomstandigheden of anderszins, kan door iedere medewerker een tijdelijke ”stop” op verdere activiteiten worden gegeven. Voorwaarde is wel dat hierna hierover direct contact wordt opgenomen met de voorman ter plaatse of het bedrijfsbureau of de directeur. Zij treden zo nodig in overleg met opdrachtgever en/of treffen nodige voorzieningen om veilige uitvoering van verdere werkzaamheden te realiseren.

7 Persoonlijke beschermingsmiddelen 7.1 Veiligheidshelm

De veiligheidshelm wordt gebruikt indien dit is aangegeven met het pictogram. Daarnaast dient de helm altijd gedragen te worden bij: ▪ Op en afbouwen van een steiger; ▪ Indien je je begeeft onder of nabij een steiger of het werkgebied van de dakploeg; ▪ Bij hijs-, hef- en takelwerkzaamheden, of in de nabijheid daarvan; ▪ Wanneer er gevaar is voor hoofdverwonding door vallende of wegvliegende

voorwerpen; ▪ Bij een verhoogde kans op stoten van het hoofd.

Veiligheidshelmen van kunststof (polyethyleen) hebben een levensduur van 5 jaar na productie. Het jaar van productie is ingeslagen; dit is te zien aan het waarmerk aan de binnenzijde van de helm.

7.2 Veiligheidsschoenen Moeten tijdens het uitvoeren van alle werkzaamheden gedragen worden. De schoenen dienen naast een veiligheidsneus te beschikken over een veiligheidszool en antislipprofiel. Zonmaat hanteert een minimale veiligheidsklasse S3.



7.3 Veiligheidsbril Moet worden gebruikt bij gevaar op oogletsel of wanneer dit met een pictogram is aangegeven. Ook kunnen sommige werkzaamheden schade geven aan het gezicht. Daarom moet bij deze werkzaamheden een gelaatsscherm worden gedragen. Een veiligheidsbril wordt op verzoek van de medewerker door de werkgever verstrekt. De bril wordt in ieder geval gedragen bij boorwerkzaamheden en slijpwerkzaamheden.

7.4 Gehoorbescherming Moet worden gebruikt bij gevaar voor gehoorbeschadiging. Gehoorbescherming wordt op verzoek van de medewerker door de uitvoerder verstrekt. Er is sprake van schadelijk geluid bij een geluidsniveau hoger dan 80 dB(A). Dit geldt in ieder geval bij de volgende werkzaamheden: ▪ Boren ▪ Werken met elektrisch of pneumatisch gereedschap; ▪ Werken met houtbewerking machines; ▪ Werken met slijpapparatuur; (en) ▪ In de nabijheid van bovenstaande apparatuur.

7.5 Adembescherming Moet worden gebruikt bij gevaar voor inademen van (schadelijk) stof. Voor bescherming van de ademhalingswegen zijn stofkapjes beschikbaar. Adembescherming wordt op verzoek van de medewerker door de uitvoerder verstrekt.

7.6 Handbescherming Tijdens de werkzaamheden bestaat de kans op snijwonden, wees hierop bedacht. Voor bescherming tegen agressieve stoffen zijn handschoenen verplicht. In ieder geval dient bij de volgende werkzaamheden handbescherming gedragen te worden: ▪ werken met chemicaliën; ▪ werken met twee componenten lijmen; ▪ werken met twee componenten harsen.

Handschoenen mogen nooit worden gedragen bij boor-, frees- en zaagwerkzaamheden waar de handschoen kan worden gegrepen door ronddraaiende delen.

7.7 Valbeveiliging

Vanaf 2,50 meter spreekt men van werken op hoogte. Dan zijn er specifieke maatregelen ter voorkoming van valgevaar nodig. Een val vanaf deze hoogte kan ernstige gevolgen hebben. Bij werk op een hoogte van minder dan 2,50 meter is valbeveiliging ook verplicht wanneer er sprake van een verhoogd valrisico is, bijvoorbeeld bij werken boven water, op verkeerswegen of nabij uitstekende delen.



Persoonlijke valbeveiliging

Als collectieve maatregelen niet afdoende zijn, dan is persoonlijke valbeveiliging noodzakelijk. Een goede valbeveiliging voorkomt de volgende risico’s:

• vallen van hoogte;

• abrupt breken van de val (klap); en

• afknelling door vallijn.

Valbeveiliging moet uit drie onderdelen bestaan. De werksituatie bepaalt welke valbescherming de voorkeur verdient.

• een vast en stevig bevestigingspunt voor de beveiligingskabel;

• een harnas dat de medewerker via een kabel verbindt met het bevestigingspunt; en

• een valstopapparaat of valdemper.

Een positioneringslijn mag uitsluitend worden gebruikt als gebiedsbeperking en nooit in situaties waarbij een val mogelijk is. Met de juiste lijnlengte kan men voorkomen dat iemand in een gevaarlijk valgebied.

7.8 Overige PBM Als voor een klus extra veiligheidsmiddelen noodzakelijk zijn, moeten deze gevraagd worden aan de leidinggevende.

Als er defecten aan de PBM worden geconstateerd (beschadiging, overschrijding keuringsdatum) moet het defect gemeld worden bij de leidinggevende; deze kan zorgen voor vervanging. Het is jouw verantwoordelijkheid om defecten op te merken en te melden. Werkkleding, harnasgordels, vallijnen en helmen. worden verstrekt en op naam geregistreerd.



8 Melding (bijna-)ongevallen en incidenten Alle ongevallen, bijna- ongevallen en incidenten met als (mogelijk) gevolg letsel, materiële en milieuschade dienen direct gemeld te worden bij de leidinggevende of VG-coördinator. Dit geldt ook voor brand.

Bijna- ongevallen zijn gebeurtenissen waarbij onder iets andere omstandigheden daadwerkelijk iets misgegaan zou zijn. Incidenten zijn ongevallen met klein letsel of kleine schade aan milieu, materieel en/of hulpmiddelen tot gevolg.

8.1 Stappenplan bij een ongeval ▪ Waarschuw de BHV' er/ EHBO'er en de leidinggevende. Eventueel moet de ambulance en/of

brandweer en/of politie worden gewaarschuwd via 112. ▪ Waarschuw de VG-coördinator op kantoor. Deze zal de directeur informeren en zorgen dat

bij een ernstig ongeval de Arbeidsinspectie en eventueel andere deskundige diensten worden gewaarschuwd.

▪ De (meewerkend) leidinggevende / collega neemt zo nodig maatregelen om gevaar voor jezelf, slachtoffer en hulpverleners te voorkomen.

▪ Probeer het slachtoffer gerust te stellen en blijf erbij tot de BHV' er /EHBO'er of de hulpdienst arriveert.

▪ Verleen zo nodig assistentie aan de BHV' er /EHBO'er of de medewerkers van de hulpdienst. ▪ Het formulier "(Bijna-)ongevallen-/incidentenrapport" moet door (meewerkend)

leidinggevende worden ingevuld. Eventueel kun je daarbij helpen. ▪ Je bent verplicht mee te werken aan het ongeval onderzoek; dit kan worden uitgevoerd door

de bedrijfsleiding of een deskundige dienst.

8.2 Hoe te handelen bij brand ▪ Breng eventuele slachtoffers in veiligheid en meld je bij het verzamelpunt. ▪ Waarschuw overige medewerkers in de omgeving en de (meewerkend) leidinggevende. ▪ Indien de omvang beperkt is, probeer te blussen. ▪ Stel jezelf nooit bloot aan enig gevaar. ▪ Gebruik geen water in de buurt van elektrische installaties en voorzieningen. ▪ Probeer, wanneer mogelijk, gasflessen te verwijderen.

▪ Indien de omvang te groot is of dreigt te worden direct de brandweer waarschuwen via 112. ▪ Volg instructies brandweerpersoneel op.

8.3 Communicatie bij Calamiteiten en Crisissituaties In geval van crisissituaties en calamiteiten is de directie, of een door hem aangewezen persoon, de woordvoerder naar de pers en andere externe instanties. Mocht je door de pers of een andere organisatie benaderd worden om commentaar te geven, verwijs hen dan vriendelijk door naar de woordvoerder. Geef zelf geen commentaar!! Wanneer je betrokken bent bij de situatie breng jouw eerlijke en volledige kennis dan over aan de of VG-functionaris.



9 Milieu We gaan ervan uit dat iedereen het belang inziet van maatregelen en afspraken om het milieu te beschermen. Voorkom tijdens het werk vervuiling van de ondergrond door extra aandacht voor:

▪ Opruimen van (metaal)afval;

Besef goed dat iedere vervuiling veroorzaakt door jou en/of ons als aannemer, ernstige financiële en juridische gevolgen kan hebben. Ook jij kunt rechtstreeks aansprakelijk worden gesteld. We rekenen erop dat iedereen zijn steentje bijdraagt tot het vermijden van verontreiniging van de werkplek. Wij verwachten van jou het volgende:

▪ Bouwafval, scheiden naar soort, deponeren in de daarvoor bestemde plekken; ▪ Direct ingrijpen indien ergens lekkages van olie, brandstof, koelvloeistof e.d. optreden; ▪ Geen onderhoudswerk verrichten op plaatsen die daartoe niet ingericht zijn.

10 Verkeersregels ▪ Op alle werkterreinen en projectlocaties zijn dezelfde regels van toepassing als op de

openbare weg (Wegenverkeerswet). Hier gelden wel andere snelheidsrestricties; ▪ Na het betreden van terreinen van opdrachtgevers dient men zich volledig aan de daar van

toepassing zijnde regels en veiligheidsinstructies te houden. Deze kunnen zeer uitgebreid zijn, geef hier de nodige aandacht aan en gedraag je netjes en correct;

▪ Volg de instructies van het toezichthoudend personeel op; ▪ Zonder geldig rijbewijs is het verboden om met een aanhangwagen achter de bedrijfsauto op

de openbare weg te rijden. ▪ Over belading van bedrijfsvoertuigen moet te allen tijde voorkomen worden. Werknemer is

hier zelf verantwoordelijk voor.

11 Tot slot Wij verzoeken jouw de gegeven instructies en aanwijzingen op te volgen. Ze zijn immers direct bedoeld voor de veiligheid, gezondheid en het welzijn van jou en jouw collega's. Wij werken er aan dat jij en jouw collega’s prettig, veilig en gezond kunnen werken en hopen dat je daar lang plezier van kunt hebben.

VGM-boekje · 2021. 1. 22. · Alleen spanningsloos werken (+ meten). Hoofdzekering ->...

Documents

Transcript of VGM-boekje · 2021. 1. 22. · Alleen spanningsloos werken (+ meten). Hoofdzekering ->...