vestigingsjaarverslag_2009-2010_MBO-Rijnsburg
-
Upload
wellantcollege -
Category
Documents
-
view
213 -
download
0
description
Transcript of vestigingsjaarverslag_2009-2010_MBO-Rijnsburg
2
Inhoud.
Inleiding………………………………………………………………..3
Het onderwijs, competenties, proeves van
bekwaamheid…………………………………………………………..4
Samenwerking met bedrijven…………………………………………..5
De betrokkenheid van deelnemers en
medewerkers bij de school……………………………………………...7
Rendementen, onderwijstijd en
VSV…………………………………………………………………….8
Hoe tevreden zijn deelnemers, oud-
Deelnemers en bedrijven over de school……………………………….9
Activiteiten in het kader van de
extra voorzieningen……………………………………………………11
Enkele kengetallen……………………………………………………..12
3
Inleiding
In dit jaarverslag wordt teruggekeken op de zaken die gerealiseerd zijn in het
afgelopen schooljaar en daarmee worden alle betrokkenen geïnformeerd.
Wat het meest in het oog springt is de toename van de betrokkenheid van het
bedrijfsleven bij de school op met name het gebied van de examinering en de
realisatie van diverse projecten: gezamenlijke en uitdagende opdrachten voor
deelnemer, school en bedrijf.
De medewerkers zijn trots op de wijze waarop wij als school samenwerken met het
bedrijfsleven en zodanig een rol spelen in de professionalisering van hun huidig en
toekomstig personeel. Opleiden is voor ons en bedrijven een gemeenschappelijk
belang geworden met een gedeelde verantwoordelijkheid.
In dit jaarverslag staat beschreven hoe wij dit doen en hoe deze aanpak zich vertaalt in
de positieve beeldvorming van zowel deelnemer als bedrijfsleven als het gaat om
onze school.
M.H.J. Guichelaar
Directeur MBO Rijnsburg
10 oktober 2010
4
Het onderwijs: Het afgelopen jaar werden de KS 2000+ opleidingen voor een belangrijk deel
afgerond. Deze oude kwalificatiestructuur is bijna geheel vervangen door de nieuwe,
competentiegerichte kwalificatiestructuur.
Het onderwijs richt zich op het (verder) ontwikkelen van de competenties bij
deelnemers.
Competenties, Proeves van Bekwaamheid.
De meeste opleidingen in het afgelopen studiejaar zijn volgens het principe van het
competentie gerichte onderwijs vormgegeven. Dit betekent dat de individuele
deelnemer een grote mate van verantwoordelijkheid en zelfsturing aan de dag moet
leggen. Uiteraard gaat dit laatste gemakkelijker in de hogere niveaus dan in de lagere.
Deelnemers zijn het afgelopen jaar opgeleid om succesvol de verschillende Proeves
van Bekwaamheid ( PVB) af te leggen. Tijdens de PVB’s laat een deelnemer zien
over voldoende competenties te beschikken om de beroepssituaties het hoofd te
bieden.
Voordat er een PVB kan worden afgelegd, moet de deelnemer aantonen dat hij/ zij
een goede kans van slagen heeft. De bewijzen die hiervoor nodig zijn heeft de
deelnemer verzameld in het portfolio.
Hoewel het accent van de examinering ligt op de af te leggen (praktische) PVB, is er
afgelopen jaar een verschuiving te zien geweest, ingegeven door wet- en regelgeving:
vakken als rekenvaardigheid, Nederlandse Taal, een moderne vreemde taal en leer- en
burgerschapscompetenties zijn steeds vaker expliciet terug te vinden op het lesrooster
van de deelnemer. De school anticipeert hiermee op het gegeven dat bovengenoemde
vakken apart (en dat is nieuw !) geëxamineerd moeten worden (m.i.v. 2010 – 2011
landelijke examinering voor wat betreft Nederlandse Taal niveau 4).
Tijdens de intake- periode is iedere deelnemer getoetst om het instroomniveau te
kunnen bepalen voor wat betreft de vakken Nederlands, Engels en rekenvaardigheid.
Naar aanleiding van de uitkomst worden de lessen/workshops vormgegeven.
Het leren vindt plaats zowel binnen als buiten
de school. Binnen school zijn het vooral
activiteiten zoals: workshops (lessen) volgen,
proeftoetsen afleggen, reflectiegesprekken
voeren, stage lopen, presentaties verzorgen,
etc. Kortom: onderwijs volgen, onderwijs
ondergaan en onderwijs beleven.
Buiten de school zijn het andere situaties
waarmee de deelnemer in aanraking komt,
tijdens een bijbaantje en vrijwilligerswerk.
Ook deze leerprocessen leveren bewijsstukken
op, die in het portfolio geplaatst kunnen
worden.
De deelnemer wordt op de weg naar de PvB
begeleid door zijn/haar coach.
5
Als de deelnemer en de coach van mening zijn dat uit het portfolio blijkt dat er
voldoende kennis aanwezig is om de PvB succesvol af te leggen, wordt de PvB
aangevraagd en kan de deelnemer laten zien wat hij of zij in huis heeft.
De opleidingen kennen verschillende PvB’s, afhankelijk van niveau. Ook het aantal
varieert per niveau. Zo kent niveau 2 slechts 1 PvB en kent niveau 4 er soms 5.
Een belangrijk winstpunt is dat het begrip “ leren” breder is geworden; het gaat er om
dat het geleerde toegepast kan worden in de praktijk.
Het bovenstaande sluit aan bij de alom gehoorde wens van het bedrijfsleven om te
kunnen beschikken over MBO-ers met toepasbare kennis, competente MBO-ers.
De competentiegerichte wijze van opleiden vereist uiteraard een goede en nauwe
samenwerking van school en bedrijfsleven.
Afgelopen jaar heeft MBO Rijnsburg een aantal projecten gecontinueerd waarin de
samenwerking met het bedrijfsleven onontbeerlijk was. Een kleine greep:
• Kopen op de klok, een
project i.s.m. Flora
Holland ( Groothandel
en Logistiek)
• Tulpenkeuring,
deelnemers
participeren in
( Plantenteelt)
• Wagenaankleding
t.b.v. het corso
( Bloem & Design)
• Inrichtingen/
tafelversieringen t.b.v.
toonaangevende
hotelketens. ( Bloem) Het project Kopen op de klok.
Samenwerking met bedrijven
De band met het bedrijfsleven is, mede
vanwege de aard van de opleidingen
(veiling gerelateerd) als vanouds zeer
hecht.
Het competentiegericht opleiden
impliceert dat er mogelijk een nog
intensievere binding ontstaat tussen het
opleiden op school en het opleiden in en
door het bedrijf.
6
Gedurende het gehele jaar door zijn
er diverse avonden georganiseerd
om het bedrijfsleven voor te lichten
over de veranderende werkwijze
binnen de opleidingen en de
implicaties voor de bedrijven. De
avonden zijn goed bezocht.
Ook tijdens BPV bezoeken
(BeroepsPraktijkVorming) door de
vakdocenten wordt e.e.a. rond de
opleiding doorgesproken. Wat met
name zeer positief gewaardeerd
wordt is dat docenten zich zeer
betrokken voelen bij het juist inpassen van de stagiairs in de bedrijfsvoering van de
bedrijven.
De bedrijven geven aan tevreden te zijn met zowel de nieuwe manier van opleiden als
de vormgeving van examinering. Wel geven bedrijven aan te schrikken van de
gevraagde tijdsinvestering. Dit vormt overigens geen beletsel om enthousiast mee te
werken aan het welslagen van de opleiding van stagiair of werknemer.
Er zijn opleidingen ontwikkeld in samenwerking met het bedrijfsleven. Een voorbeeld
hiervan zijn de varianten in de opleiding Groothandel en Logistiek: Vershandel en
Lijnrijder. De laatste variant gebeurt in samenwerking met ROC Leiden.
Het afgelopen jaar is deze opleiding niet van start gegaan omdat zich geen deelnemers
hadden aangemeld. Om de komende jaren de opleiding onder de aandacht te brengen
wordt de publiciteit gezocht, o.a. door een film te verspreiden bij de doelgroepen en
bedrijven ( BBL trajecten ) en er komt een nieuwsitem op RTL-Z. Het bedrijfsleven
trekt hierin samen op met de school.
Afgelopen jaar heeft de opleiding Plant in
competitieverband goed gescoord bij de
kampioenschappen tulpenkeuring. Van de
90 deelnemers scoorde MBO Rijnsburg
een 9e plaats.
7
De betrokkenheid van deelnemers, ouders en medewerkers bij de
school
Regelmatig wordt aan deelnemers gevraagd een logboek verslag te maken; dit verslag
wordt dan met de deelnemer besproken. Naar aanleiding hiervan worden vermeende
misverstanden opgelost en verbeteringen doorgevoerd.
Vanwege de schaalgrootte van de school en het laagdrempelige karakter worden
zaken snel en efficiënt gecommuniceerd.
Ouders geven aan (tijdens ouderavonden) dat zij het op prijs stellen dat zij merken dat
de school in ethisch opzicht een verlengstuk is van de thuissituatie. We spreken hier
uiteraard over een gezonde thuissituatie.
De input die de ouders en/of deelnemers geven ter verbetering van de opleidingen
is vaak gerelateerd aan datgene wat bedrijven als feedback geven: de ouders van veel
deelnemers zijn eigenaar/ medewerker van de bedrijven waarmee de school een BPV-
relatie heeft. Aldus kan een kruisbestuiving plaatsvinden: de ouders komen via hun
kind in aanraking met de nieuwe wijze van opleiden en kunnen dit koppelen aan een
mogelijke veranderende aanpak voor wat betreft BPV begeleiding in het bedrijf.
Overigens is het niet zo dat deelnemers een BPV plaats hebben die gerelateerd is aan
hun vader of moeder; dit om belangenverstrengeling te voorkomen.
Medewerkers kunnen tijdens de 14 daagse teambijeenkomsten input en feedback
leveren die de school ten goede komt. Het team weet elkaar ook buiten deze
vergaderingen te vinden.
In Wellantbrede zin zijn enkele
docenten betrokken geweest bij de
ontwikkeling van het
geharmoniseerde onderwijsmodel
binnen Wellantcollege. Zij deden dit
d.m.v. het participeren in
sectorwerkgroepen.
Binnen deze sectorwerkgroepen
werden afspraken gemaakt over de
inhoud en vormgeving van het
onderwijs waarbij de docenten zich
lieten leiden door de verschillende
kwalificatiedossiers en de daaraan gekoppelde proeves van bekwaamheid.
8
Rendementen, ongediplomeerde uitstroom ( VSV) en onderwijstijd. Het rendement van de opleidingen wordt bepaald aan de hand van het jaarresultaat en
het diplomaresultaat. Het jaarresultaat is het percentage gediplomeerden, inclusief
deelnemers die doorstromen naar een hoger niveau, afgezet tegen het aantal
ongediplomeerden. Het diplomaresultaat is het aantal gediplomeerden dat de school
daadwerkelijk verlaat en dus niet doorstroomt naar een hoger niveau, afgezet tegen
het aantal ongediplomeerden.
De cijfers van 2008 – 2009:
Jaarresultaat:
BOL niveau 2: 71,4 % BBL niveau 2: 59,1 %
BBL niveau 3: 86,7%
BBL niveau 4: 100
Diplomaresultaat :
BOL niveau 2: 54,5 % BBL niveau 2 : 57,1 % .
BBL niveau 3: 100 %
BBL niveau 4: 100 %
( De verschillen in percentages worden veroorzaakt doordat in het jaarresultaat de “doorstroom deelnemers” wél en in het
diplomaresultaat níet worden meegenomen; het diplomaresultaat geeft een beeld van het percentage deelnemers dat
gediplomeerd de arbeidsmarkt betreedt dan wel doorstroomt richting HBO).
Op dit moment ( eind september 2010) zijn de cijfers van het schooljaar 2009 2010
nog niet beschikbaar.
In het schooljaar 2009 2010 is met het bedrijfsleven en deelnemers gecommuniceerd
op bedrijvenavonden. De school heeft zich ten doel gesteld deze cijfers op zijn minst
te handhaven en mogelijk te verbeteren
Voortijdig schoolverlaten (VSV)
Voor wat betreft de ongediplomeerde uitstroom geeft MBO Rijnsburg een gemiddeld
beeld. De uitval zit vooral in de lagere jaren en op niveau 2: veel deelnemers
beginnen aan een opleiding, maar maken deze niet af. Deels heeft dit te maken met
een verkeerde keuze, deels met motivatie en deels met persoonlijke omstandigheden.
Het team van MBO Rijnsburg werkt hard aan het terugdringen van het voortijdig
schoolverlaten.
Zo is er met iedere deelnemer een intakegesprek (conform de intakeprocedure)
gevoerd. Wat zeker meespeelt, is dat veel deelnemers dicht in de buurt naar school
willen gaan (“de leerplicht uitdienen”) en zodra zij niet meer leerplichtig zijn, de
school verlaten en werk zoeken.
Hoewel deze deelnemers wel gemeld worden bij de diverse instanties is niet duidelijk
of zij definitief het onderwijs hebben verlaten of elders een opleiding volgen. In het
samenwerkingsverband Duin- en Bollenstreek is deze vorm van VSV onderwerp van
gesprek en worden actieplannen ( in samenwerking met ROC’s) ontwikkeld.
MBO Rijnsburg monitort nauwgezet de deelnemers die veel afwezig zijn en die
mogelijk uit gaan vallen. De middelen en mogelijkheden zijn helaas beperkt.
Een interne audit heeft uitgewezen dat de zaken rond zorg afdoende geregeld zijn.
9
Via inspectiebezoeken, rapportages en audits controleert de overheid of het MBO
onderwijs voldoet aan de eisen die gesteld worden.
Belangrijke issues hierbij zijn de onderwijstijd en de ongediplomeerde uitstroom.
De onderwijstijd ( de tijd die de deelnemer daadwerkelijk besteed aan
onderwijsactiviteiten) is gesteld op 850 klokuren op jaarbasis. MBO Rijnsburg
voldoet hier ruimschoots aan. Dit geldt ook voor de BBL, waar de norm 350 klokuren
op jaarbasis is.
De onderwijsinspectie heeft afgelopen jaar ook de wijze van examinering onderzocht.
De wijze van examinering is op orde en er zijn geen tekortkomingen geconstateerd.
Het onderzoek “ omgaan met diplomering” is ook goed verlopen en heeft geleid tot
een positieve beoordeling.
Hoe tevreden zijn deelnemers, oud- deelnemers en bedrijven over de
school ?
De deelnemers.
Afgelopen jaar waren er 65 BOL deelnemers, verspreid over de opleidingen
Bloem & Design, Plantenteelt en Groothandel en Logistiek.
In de BBL afdeling (opleidingen Bloem & design, Plantenteelt, Groothandel en
Logistiek) waren 87 deelnemers ingeschreven.
Voor de deelnemers (met name zij die van het vmbo afkomstig zijn) is het wennen
aan de nieuwe wijze van opleiden: ook hun activiteiten buiten het schoolgebouw en
lestijd zijn nu van belang.
10
Uit diverse schoolinterne onderzoeken is gebleken dat de zittende deelnemers
tevreden zijn over de manier waarop het onderwijs vorm wordt gegeven. Dit komt
door middel van logboekverslagen tot uiting en wordt ondersteund door de uitslag van
de JOB-enquete: een respons van 84% (de hoogste !!) en een tevredenheid die meer
dan voldoende is: de school krijgt van de deelnemers een 7,5!
De deelnemers geven aan dat zij de heldere informatie rond opleiding en examinering
op prijs stellen.
De tussentijdse instroom op MBO Rijnsburg is te danken aan de mond-tot-mond
reclame door de zittende deelnemers. Deelnemers afkomstig uit de omgeving
Rijnsburg en Katwijk ervaren de school als een veilige haven met oog voor de
leerling. Ouders ervaren de school veelal als een verlengstuk van de thuissituatie, die
ver af ligt van de Randstedelijke problematiek zoals die naar voren komt in de
nabijgelegen grote steden.
De tevredenheid van oud- deelnemers
is in het recente verleden gemeten:
helemaal representatief is deze meting
niet want er waren zeer weinig
respondenten. Degenen die wel
reageerden op de enquête gaven aan
tevreden te zijn over de opleiding.
De oude deelnemers van de BOL
opleidingen zijn positief voor wat
betreft de wijze en mate waarop zij
zijn voorbereid op het zoeken naar
werk en/ of vervolgopleiding.
Voor wat betreft de BBL waren de oud deelnemers zeer tevreden over de
toepasbaarheid van het geleerde in de werksituatie. De oud deelnemers zijn duidelijke
tevreden over de inhoud van het onderwijsprogramma.
Een gesignaleerd aandachtspunt is dat de deelnemers de begeleiding van de school
tijdens de opleiding het minst positief beoordeelden, terwijl het bedrijfsleven juist
aangeeft blij te zijn met de wijze van begeleiding.
Dit jaar is de begeleiding van BBL deelnemer op de werkplek explicieter met de
deelnemer gecommuniceerd.
Om het aantal respondenten te vergroten zullen bedrijven actief worden benaderd om
hen aan te sporen om de enquête in te vullen. Voor de opleiding is het van groot
belang om ( zwart op wit) te weten hoe de omgeving over MBO Rijnsburg denkt.
De bedrijven zijn eveneens tevreden over MBO Rijnsburg; alle respondenten geven
aan dat zij zonder voorbehoud de opleiding aanbevelen bij
de collega- bedrijven. Zo worden de bedrijven goed
geïnformeerd over stageperiodes en worden afspraken met
de school goed nagekomen. De bedrijven geven aan minder
tevreden te zijn over de wijze waarop zij geïnformeerd
worden over het type deelnemer wat zij kunnen verwachten
11
en geven aan graag van te voren het niveau van de deelnemer te willen weten.
Middels het organiseren van voorlichtingsavonden is de school reeds gestart met
verbeteren en duidelijkheid te scheppen rond deze laatste items.
MBO Rijnsburg is er trots op dat zij op alle items met betrekking tot de relatie met het
bedrijfsleven, bovengemiddeld scoort.
Ook dit jaar is de Franse samenwerkingsschool weer op bezoek geweest.
Deze Franse deelnemers lopen stage op bedrijven in de omgeving van de school
gedurende 4 weken. MBO Rijnsburg begeleidt deze deelnemers.
Activiteiten in het kader van de extra voorzieningen Er zijn verscheidene excursies georganiseerd, o.a. naar Brussel ( Decooh beurs) en
Parijs ( vakbeurs Bloem); de reis en verblijfskosten worden aan deelnemers
doorberekend. Hoewel ieder deelnemer is meegegaan was er voorzien in een
alternatief programma voor de
thuisblijvers.
Ook de reis en verblijfskosten voor wat
betreft de praktijkschool in Ede wordt aan
deelnemers doorberekend.
Teambuilding
12
MBO Rijnsburg, enkele kengetallen.
- Ons team bestaat uit 9 medewerkers
- De score medewerkertevredenheid: 6,95
- Percentage ziekteverzuim onder medewerkers: 0,91 %
- In totaal zaten er in schooljaar 2009 2010 170 deelnemers op school:
BOL niveau
2
BBL
niveau 2
BBL niveau
3
BBL
niveau 4
Bloem& Design
13
8
7
Groothandel en Logistiek
45
29
18
1
Detailhandel 1
Plantenteelt
10
16
20
2
- Aantal nieuwe deelnemers : BOLcussusjaar 2010 2010: 49
Aantal nieuwe deelnemers BBL cursusjaar 2009 2010: 35
Totaal aantal deelnemers in cursusjaar 2010-2011: 196
- Financiële cijfers treft u aan in het overall Wellant jaarverslag;
de vestiging MBO Rijnsburg is financieel gezond.
- Wellantcollege Chr. MBO Rijnsburg
Sandtlaan 98
2231 CE Rijnsburg
Telefoon: 071 4021657
E-mail: [email protected]
www.wellant.nl