Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

25
Oriëntae Mediawijsheid Gedurende de Opleiding Mediacoach voor Bibliotheekprofessionals voeren de deelnemers bij elke module een opdracht uit. De uitgewerkte opdrachten bij de module Mediawijsheid Algemeen 1 hebben wij in dit docu- ment gebundeld. De opdracht was: Zoek op www.mediawijzer.net een mediawijsheidproject dat je bijzonder inspireert. Review het project, en neem daartoe ook contact op met een van de projectleiders. Daarnaast dienden de mediawijsheidniveaus waar het project zich op richt in kaart gebracht te worden aan de hand van het net verschenen competenemodel van Mediawijzer.net. DE BIBLIOTHEEK GEEFT SENIOREN EEN GEZICHT door Marianne Vonk en Gerda Blok In het kader van het projectplan mediawijsheid 2011- 2013 biedt de bibliotheek aan senioren de mogelijk- heid om mediawijs te worden om vervolgens goed te kunnen parciperen in de samenleving. Hiertoe wor- den er in de bibliotheek workshops Facebook gege- ven. Voor meer informae over dit project, spraken wij met Désirée Hazekamp, vesgingsmanager en vakteamlid mediawijsheid. Désirée Hazekamp Workshop Facebook De workshop Facebook bestaat uit twee bijeenkom- sten. Tussen de sessies zit twee weken, zodat deelne- mers zelf thuis jd genoeg hebben om met de ver- kregen informae en vaardigheden aan de slag te gaan. Aan de hand van een duidelijke hand-out kun- nen deelnemers vooraf een account aanmaken, zodat dit jdrovende gedeelte alvast achter de rug is. De hand-out is samengesteld door een oud-docent van een ID-College. Uiteraard kan men naast het gebruik van de hand-out ook in de bibliotheek terecht voor hulp (alle medewerkers van Bibliotheek De Groene Venen hebben 23dingen gedaan). Tijdens de work- shop wordt er een Facebook-groep aangemaakt, waardoor deelnemers ook elkaar met raad en daad kunnen bijstaan. Het maximum aantal deelnemers is 10. Naar be- hoeſte kan de workshop meerdere keren gegeven worden. Aanmelders dienen jdens de cursus te kun- nen beschikken over hun eigen e-mailadres (dit is niet aljd vanzelfsprekend als men Outlook of Windows Live mail gebruikt). Workshopbezoekers mogen hun eigen laptop of tablet meebrengen, maar door een subsidie van de Rabobank heeſt Bibliotheek De Groe- ne Venen ook beschikking over 10 laptops. Voorwaar- de voor het kunnen geven van workshops is uiteraard dat alle vesgingen beschikken over Wi-Fi. Belangrijk onderdeel van deze workshop is

description

Gedurende de Opleiding Mediacoach voor Bibliotheekprofessionals voeren de deelnemers bij elke module een opdracht uit. De uitgewerkte opdrachten bij de module Mediawijsheid Algemeen 1 hebben wij in dit document gebundeld.

Transcript of Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

Page 1: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

Oriëntatie Mediawijsheid

Gedurende de Opleiding Mediacoach voor Bibliotheekprofessionals voeren de deelnemers bij elke module een opdracht uit. De uitgewerkte opdrachten bij de module Mediawijsheid Algemeen 1 hebben wij in dit docu-ment gebundeld. De opdracht was: Zoek op www.mediawijzer.net een mediawijsheidproject dat je bijzonder inspireert. Review het project, en neem daartoe ook contact op met een van de projectleiders. Daarnaast dienden de mediawijsheidniveaus waar het project zich op richt in kaart gebracht te worden aan de hand van het net verschenen competentiemodel van Mediawijzer.net.

DE BIBLIOTHEEK GEEFT SENIOREN EEN GEZICHT

door Marianne Vonk en Gerda Blok

In het kader van het projectplan mediawijsheid 2011-

2013 biedt de bibliotheek aan senioren de mogelijk-

heid om mediawijs te worden om vervolgens goed te

kunnen participeren in de samenleving. Hiertoe wor-

den er in de bibliotheek workshops Facebook gege-

ven. Voor meer informatie over dit project, spraken

wij met Désirée Hazekamp, vestigingsmanager en

vakteamlid mediawijsheid.

Désirée Hazekamp

Workshop Facebook

De workshop Facebook bestaat uit twee bijeenkom-

sten. Tussen de sessies zit twee weken, zodat deelne-

mers zelf thuis tijd genoeg hebben om met de ver-

kregen informatie en vaardigheden aan de slag te

gaan. Aan de hand van een duidelijke hand-out kun-

nen deelnemers vooraf een account aanmaken, zodat

dit tijdrovende gedeelte alvast achter de rug is. De

hand-out is samengesteld door een oud-docent van

een ID-College. Uiteraard kan men naast het gebruik

van de hand-out ook in de bibliotheek terecht voor

hulp (alle medewerkers van Bibliotheek De Groene

Venen hebben 23dingen gedaan). Tijdens de work-

shop wordt er een Facebook-groep aangemaakt,

waardoor deelnemers ook elkaar met raad en daad

kunnen bijstaan.

Het maximum aantal deelnemers is 10. Naar be-

hoefte kan de workshop meerdere keren gegeven

worden. Aanmelders dienen tijdens de cursus te kun-

nen beschikken over hun eigen e-mailadres (dit is niet

altijd vanzelfsprekend als men Outlook of Windows

Live mail gebruikt). Workshopbezoekers mogen hun

eigen laptop of tablet meebrengen, maar door een

subsidie van de Rabobank heeft Bibliotheek De Groe-

ne Venen ook beschikking over 10 laptops. Voorwaar-

de voor het kunnen geven van workshops is uiteraard

dat alle vestigingen

beschikken over Wi-Fi.

Belangrijk onderdeel

van deze workshop is

Page 2: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

2

CYBERSOEK AMSTERDAM: COMPUTER EN IN-

TERNET VOOR ONDERNEMERS

door Maria Sabel

Cybersoek is een laagdrempelige ontmoetingsplaats

in stadsdeel Amsterdam-Oost waar mensen van alle

leeftijden welkom zijn om hun computervaardighe-

den te kunnen opkrikken. Wat begonnen is met een

open inloop voor de buurt, is uitgegroeid tot een ICT

woonkamer met aanbod in de vorm van inloop, cur-

sussen, workshops, lezingen, et cetera. Doel van dit

project is om de sociale cohesie tussen de bewoners

van dit stadsdeel te bevorderen en te verbeteren;

internet en de computer zijn daarbij een middel. Cy-

bersoek organiseert projecten voor alle leeftijden:

kinderen, jongeren, volwassenen, senioren, allochto-

nen en autochtonen, mannen en vrouwen.

Uitgelicht: Computer en internet inloop voor Onder-

nemers

Ondernemers hebben vaak vragen over het gebruik

van de computer en het internet. Bijvoorbeeld over

een nieuwsbrief die de deur uit moet, of over hoe je

Twitter en Facebook kunt gebruiken om meer klanten

te krijgen. Sommige ondernemers worstelen met Ex-

cel als ze een begroting of een bestellijst willen ma-

ken, anderen willen graag een website, maar hebben

geen idee waar te beginnen. De vraag naar kennis en

informatie voor ondernemers en zzp’ers was/is een

gat in de markt, waar o.a. Cybersoek Amsterdam

twee en een half jaar geleden op ingesprongen is.

Samen met Ondernemershuis Amsterdam (en in

tweede instantie met meerdere ondernemershuizen)

is een programma ontwikkeld voor ondernemers.

Programma najaar 2012

Workshop “emailmarketing m.b.v. MailChimp”

Mailchimp is een gratis en professioneel programma

waarmee je snel en makkelijk nieuwsbrieven maakt,

verstuurt en beheert.

dat de deelnemers nadenken over wat ze doen op

Facebook, waarom ze het doen en wat ze wel/niet

willen delen.

Opvallend

Na een eerste evaluatie vallen er een aantal dingen

op. Zo had een beginnend ondernemer zich aange-

meld voor de workshop, maar na een eerste gesprek

bleek dat hij toch heel andere vragen had dan waar in

de workshop op in wordt gegaan. Met hem is toen

een aparte afspraak gemaakt en Désirée geeft aan

dat het wellicht een idee zou zijn om te overwegen

dergelijke mediawijze workshops ook voor onderne-

mers aan te gaan bieden. Ook is het opvallend dat er

zich veel 40 plussers aanmelden voor de workshop en

dat de avondsessies beter lopen dan de sessies die

overdag gepland stonden.

Mediawijsheidcompetenties

C3: Participeren in Sociale Netwerken (niveau 3)

S1: Reflecteren op eigen mediagebruik (niveau 3)

Links

http://www.bibliotheekdegroenevenen.nl/

http://www.23dingen.nl/

Page 3: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

3

Er zijn 17 bibliotheken bezocht, waarvan er 15 aan de

slag gaan met het project (waaronder Bibliotheek

Kennemerwaard). Er is een handboek vervaardigd,

een toolkit ontwikkeld en sinds enige dagen is de

website online:

www.debibliotheekvoorondernemers.nl.

De doelstelling van Cybersoek was kostendekkend te

draaien, dankzij allerlei subsidies konden activiteiten

redelijk voordelig aangeboden worden. Mooiste as-

pect aan dit project is dat eigen kennis wijder wordt

verspreid, dat de expertise landelijk wordt uitgezet.

Informatie verkregen van Heleen Snoep, Cybersoek

Amsterdam.

Soortgelijke initiatieven en rol bibliotheek

Ozebo Alkmaar: dé ruimte om te ondernemen in

Noord Holland! Dit initiatief biedt ondernemers

maatschappelijk verantwoorde, duurzame en inspire-

rende ruimte om te ondernemen en biedt haar klan-

ten een soortgelijk programma aan (events). Op dit

moment zijn wij als Bibliotheek Kennemerwaard met

eigenaar Erik Plas in gesprek om te kijken of we wel-

licht iets voor elkaar kunnen betekenen.

Mediawijsheid competenties

B2 – begrijpen hoe media gemaakt wordt: ni-

veau 3

B3 – zien hoe media de werkelijkheid kleuren:

niveau 2/3

G2 – oriënteren binnen media-omgevingen: ni-

veau 3

C1 – informatie vinden en verwerken: niveau 3

C2 – content creëren: niveau 3/4

S2 – doelen realiseren met media: niveau 3/4

Links

www.debibliotheekvoorondernemers.nl

Lezing Online Marketing

Lezing van een ervaren online marketeer over het

landschap van online marketing. Tijdens de lezing

wordt geleerd wat online marketing is en wat belang-

rijke succesfactoren zijn.

Cursus Wordpress

Als ondernemer is het een must om je onderneming

ook op internet zichtbaar te hebben. WordPress is

een prachtig gratis systeem, waarmee in no time een

website kan worden opgezet en kan worden onder-

houden.

Workshop huisstijl ontwerpen in GIMP

GIMP (GNU Image Manipulation Program) is het uit-

gebreidste en beste gratis programma voor fotobe-

werking. Als u geen professioneel grafisch ontwerper

bent dan kunt u waarschijnlijk prima uit de voeten

met GIMP. Om te tekenen is GIMP ook heel geschikt.

Lezing LinkedIn

LinkedIn is een online sociaal netwerk, actief sinds 5

mei 2003, dat gericht is op vakmensen.

Resultaten en voortgang

Niet alle activiteiten werden volop bezocht; de com-

binatie lezing en workshop is een succesvolle formu-

le: de vele vragen die een lezing oproept kunnen

meteen in een workshop beantwoord worden. Cyber-

soek heeft vervolgens contact gezocht met het SIOB

om het product verder uit te rollen in de bibliothe-

ken: Bibliotheek Voor Ondernemers.

Page 4: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

4

Ervaringen in Drenthe

Marion Loos kreeg in Drenthe vragen vanuit de bibli-

otheken om een nieuw klassenbezoek te organiseren

voor de brugklassen. Marion kwam in aanraking met

het spel whodunnit, wat alle aspecten van informa-

tievaardigheden bevatte. Ze heeft dit spel vervolgens

via Cubiss gekocht voor de bibliotheken en scholen in

Drenthe. In de praktijk past Marion het klassenbe-

zoek aan voor de verschillende niveaus. Havo scholie-

ren moeten veel meer zelf lezen, bij basis kader moet

het klassenbezoek helemaal gestuurd worden. Bij

beroepskader leg je moeilijke woorden uit als fraude,

bij een havo klas vraag je of iemand dit wil uitleggen.

Mooie aspecten van dit spel

De kinderen leren hoe ze moeten zoeken in verschil-

lende bronnen. Ook via Library thing, blogs en youtu-

be. Het spelelement is voor de kinderen erg aantrek-

kelijk, ze vinden het spannend en zijn hierdoor erg

gemotiveerd om te gaan zoeken.

Wie zijn allemaal bij de ontwikkeling betrokken?

Het project ‘Whodunnit?’ Is oorspronkelijk ontwik-

keld door Saskia Dellevoet van bibliotheek Midden-

Brabant. De pilotgroep Multimediaal klassenbezoek,

gevormd in opdracht van de Brabantse Netwerk Bibli-

otheek, heeft ervoor gezorgd dat het project is aan-

gekocht door Cubiss en gezamenlijk is aangepast om

het geschikt te maken voor het gebruik in andere bi-

bliotheken.

Marion als politieagent

WHODUNNIT: EEN MOORD IN DE BIBLIOTHEEK

door Monica Veeningen

‘Whodunnit?’ is een klassenbezoek nieuwe stijl aan

de bibliotheek. Tijdens het bezoek wordt een moord-

spel gespeeld. Na de voorbereidingsles op school

(optioneel) gaan de leerlingen uit de onderbouw van

het voortgezet onderwijs in kleine teams op onder-

zoek uit. Elk team wordt gekoppeld aan een verdach-

te en door het uitvoeren van verschillende opdrach-

ten vinden zij gezamenlijk de dader. Tijdens het op-

lossen van de moord maken de jongeren op een bij-

zondere en interactieve wijze kennis met de biblio-

theek en gebruiken zij nieuwe media

(internettoepassingen).

Klassenbezoek nieuwe stijl

Tijdens het spel zoeken leerlingen in de kasten van de

bibliotheek, in de catalogus en de digitale bestanden

van de bibliotheek. Ook kijken ze naar filmpjes op

YouTube en zoeken ze aanwijzingen op een blog. De

bibliothecaris wordt ‘rechercheur’ en leidt het onder-

zoek dat door de klas wordt uitgevoerd. Op deze bij-

zondere en interactieve wijze maken de leerlingen

kennis met de bibliotheek en alles wat zij te bieden

heeft. Een wereld van informatie die ontsloten wordt

door boeken, maar daarnaast ook door allerlei digita-

le bestanden en toepassingen. Het klassenbezoek

‘oude stijl’ wordt een klassenbezoek ‘nieuwe stijl’ en

speelt in op actuele, digitale ontwikkelingen.

Doel

Het gaat er om dat leerlingen in staat zijn om nieuwe

media (internettoepassingen) te gebruiken en dat zij

een gezonde mentaliteit ten opzichte van deze media

hebben, waarbij de leerlingen zich bewust zijn van de

mogelijkheden en van de context van de informatie.

Page 5: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

5

de ontwikkeling heeft gekost. Wij verkopen het pro-

duct aan de bibliotheken en zij kunnen daarmee het

onderwijs bedienen.

Bestaan er soortgelijke initiatieven?

Volgens mij heeft bibliotheek Rotterdam ook wel

eens iets gedaan met een moordspel in de biblio-

theek.

Mediawijsheid competenties

Inzicht hebben in de medialisering van de sa-

menleving

Zien hoe media de werkelijkheid kleuren

Apparaten, software en toepassingen gebruiken

Oriënteren binnen mediaomgevingen

Informatie vinden en verwerken

Reflecteren op het eigen mediagebruik

Links

http://www.cubiss.nl/educatie-producten/

mediawijsheid-12-18-jaar/whodunnit

Interview met Ingrid de Jong van Cubiss

Het oorspronkelijke idee voor het ´Whodunnit?’ pro-

ject is van Saskia Dellevoet. Vanuit de Brabantse bibli-

otheken was een sterke behoefte aan een mediawijs

groepsbezoek voor het voortgezet onderwijs en daar-

om heeft Cubiss dit concept overgenomen, geprofes-

sionaliseerd en doorontwikkeld. Zij zijn dus eigenlijk

de maker van ‘Whodunnit?’ in de huidige vorm.

Wat is de doelgroep van dit project?

De brugklas van het voorgezet onderwijs.

Was daar vraag naar of was het een spontaan initia-

tief?

Er was vraag naar vanuit de Brabantse bibliotheken

om het spel te professionaliseren en door te ontwik-

kelen.

Wie zijn allemaal bij de ontwikkeling betrokken?

Het concept is bedacht door Saskia Dellevoet. De pro-

fessionalisering en doorontwikkeling is gedaan door

Cubiss (onderdeel van de Brabantse Netwerkbiblio-

theek) door met name Angélique de Kort en Ingrid de

Jong (dat ben ik)

Wat zijn volgens de makers de mooiste aspecten van

het initiatief?

Het is een leuk bezoek aan de bibliotheek waarmee

leerlingen ontdekken hoe leuk de bibliotheek kan zijn

en wat de bibliotheek te bieden heeft. Daarnaast is

het mediawijze component erg mooi. Leerlingen wor-

den echt uitgedaagd om goed te kijken naar de waar-

de van de gevonden informatie en deze in de juiste

context te plaatsen. Daar moeten ze uiteindelijk con-

clusies uit trekken en een mening over vormen.

Wat is het verdienmodel? En hoe wordt het ver-

markt?

Cubiss heeft geen winstoogmerk. De bibliotheek be-

taalt voor de materialen en een deel van de uren die

Page 6: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

6

DE DIGITALE NIEUWSCOLLAGE

door Ron Strik

De Digitale Nieuwscollage is een leerarrangement dat

leerlingen actief stimuleert om de actualiteit te be-

spreken en te verwerken tijdens de lessen Neder-

lands. Leerlingen combineren tekstanalyse met de

actieve bespreking van hoe (nieuws)media te werk

gaan in hun berichtgeving. Dit doen zij door teksten

en beelden te markeren en annoteren, het onder-

scheid tussen feiten en meningen te bespreken en de

betrouwbaarheid van bronnen te bediscussiëren. Zo

verbindt De Digitale Nieuwscollage taalvaardigheid

aan mediawijs burgerschap.

IPON Mediawijzer.net Award

De Digitale Nieuwscollage is ontwikkeld door Nieuws

in de Klas (voorheen Krant in de Klas) in samenwer-

king met de Waag Society (een cultureel research en

innovatie centrum voor communicatietechnologie).

Zij kregen subsidie van SNS Reaalfonds en het stimu-

leringsfonds voor de Pers. Op 28 maart 2012 won het

initiatief De Digitale Nieuwscollage de IPON Media-

wijzer.net Award. Uit de vele inzendingen koos de

jury uiteindelijk voor De Digitale Nieuwscollage, “(...)

omdat het met behulp van nieuwe technologieën

jongeren op positieve wijze laat ervaren wat nieuws-

media hen te bieden hebben.”

Waarom is dit initiatief gestart

Nieuwsbedrijven willen graag dat jonge burgers – nu

en in de toekomst – nieuwsmedia leren gebruiken als

relevante maatschappelijke informatiebronnen. Do-

centen willen graag de actualiteit bij hun onderwijs

betrekken; zij willen hun lesstof verrijken en relate-

ren aan de werkelijkheid buiten school. Leerlingen

zijn gemotiveerder wanneer innovatieve technologie

op een betekenisvolle en activerende manier wordt

toegepast.

Doelgroep

De doelgroep van De Digitale Nieuwscollage zijn jon-

geren in het voortgezet onderwijs. De pilot is breed

ingezet in de onderbouw van het VMBO en in de bo-

venbouw (klassen 4 en 5) van Havo/VWO.

Wat inhoudelijk het mooiste is aan dit initiatief is dat

leerlingen eenvoudig kunnen werken met nieuws, dat

ze feiten en meningen kunnen scheiden en nieuws

kunnen analyseren. Technisch gezien is de combina-

tie van iPad en digibord heel interessant, want wat

een leerling doet op de iPad kunnen de anderen zien

op het digibord. Hierdoor kan de hele klas mee dis-

cussiëren. Verder gaan de jongeren aan de slag met

het nieuws van nu en dus niet met het nieuws dat

vanmorgen in de krant stond.

Hoe werkt het in de praktijk

De huidige eerste versie van De Digitale Nieuwscolla-

ge is gericht op het schoolvak Nederlands. Daar is

voor gekozen omdat het actief, kritisch en bewust

kunnen omgaan met media (mediawijsheid) begint

bij een goede taalbeheersing. Leerlingen maken met

behulp van iPads opdrachten, presentaties en

nieuwscollages over teksten uit zowel papieren als

digitale nieuwsmedia. Ze leren de journalistieke func-

ties, de opbouw, inhoud en rubrieken van (papieren

en digitale) nieuwsmedia kennen. In de onderbouw

wordt toegewerkt naar het schrijven van een infor-

matieve tekst (een nieuwsbericht) en in de boven-

bouw ligt de nadruk meer op de opbouw van een ar-

gumentatie en het schrijven van een betoog.

Toekomst

Om De Digitale Nieuwscollage een structurele toe-

komst te geven zijn er nog wat aanpassingen nodig.

Er wordt momenteel gezocht naar extra geld om dit

mogelijk te maken.

Page 7: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

7

“De Digitale Nieuwscollage is een leer-

arrangement dat leerlingen actief sti-

muleert om de actualiteit te bespreken

en te verwerken tijdens de lessen Ne-

derlands.”

Page 8: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

8

De handleiding is uitgebreid en de opdrachten zijn

praktisch, dus het zou ook mogelijk zijn om als media-

coach hiermee aan de slag te gaan. De docent Neder-

lands moet het echter kunnen koppelen aan de leer-

doelen, die bekend zijn.

Mediawijsheidcompetenties

Er zijn heel veel competenties waarvoor De Digitale

Nieuwscollage gebruikt kan worden:

B2: begrijpen hoe media gemaakt wordt (niveau

2)

B3: zien hoe media de werkelijkheid kleuren

(niveau 2)

G2: oriënteren binnen media-omgevingen

(niveau 2/3)

C1: informatie vinden en verwerken (niveau 1/2)

C2: content creëren (niveau 3)

S2: doelen realiseren met media (niveau 2)

Informatie in dit stuk is verkregen van Chris van Hall,

projectleider Onderwijs, Nieuws in de Klas.

Chris van Hall

Links

http://www.nieuwsindeklas.nl/vo/project-de-digitale

-nieuwscollage/

http://www.nieuwsindeklas.nl/

http://waag.org/nl

DREUMESEN STARTEN DIGITAAL

door Nynke van der Molen en Janneke Oosterveld

Het Advies-en Onderzoeksbureau Sardes gaf in sep-

tember 2012 tijdens een inspiratiedag van Boekstart

een enthousiaste presentatie over het digitale project

Digidreumes. Wij waren hierdoor geraakt en kregen

zo belangstelling voor het project, des temeer daar

de bibliotheken van Tynaarlo nauw samenwerken

met de Kinderopvang.

Denise Bontje

Interview met Denise Bontje

We hebben telefonisch contact gezocht met Denise

Bontje en zij wilde graag wat vertellen over het pro-

ject en de training. Zij is bij Sardes betrokken bij pro-

jecten rond taal en media. In opdracht van Het Kin-

deropvangfonds is zij als projectleider verantwoorde-

lijk voor de ontwikkeling van de training die aansluit

bij het pilotproject Digidreumesen.

Wat houdt het project in en voor wie is het?

“Het project is een training voor pedagogische mede-

werkers, werkzaam in de kinderopvang

(peuterspeelzalen en kinderdagverblijven), die wer-

ken met kinderen in de leeftijd van 0 – 4 jaar. De trai-

ning wil pedagogische medewerkers informeren en

inspireren om zelf media te gebruiken bij het werken

met jonge kinderen (vanaf 2 jaar). Zij leren dat er

naast de oude vertrouwde blokken en prentenboe-

ken nu ook de app is. Alle inspanningen moeten lei-

den tot het met plezier werken met digitale toepas-

singen en het vergroten van mediawijsheid onder

pedagogische medewerkers, kinderen en ouders.”

Page 9: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

9

Wie zijn bij de ontwikkeling betrokken en hoe ver-

loopt de samenwerking?

“Het Kinderopvangfonds heeft de opdracht gegeven

en elke instantie levert zijn eigen aandeel. Bijvoor-

beeld Medid heeft de portal gemaakt, Mijn Kind On-

line vult de portal en Sardes levert de pedagogische

en didactische kennis met een training voor de peda-

gogische medewerkers.”

Wat is het mooiste aspect van dit project?

“Er zijn een aantal mooie aspecten van dit project te

noemen. Er is eindelijk iets gemaakt voor de mede-

werkers van de Kinderopvang. Mediawijzernet richt

zich voornamelijk op oudere kinderen (middenbouw/

bovenbouw). Pedagogische medewerkers worden

zich er nu van bewust dat de mediaopvoeding al van-

af de geboorte begint. Ook al is een heel klein kind er

zelf nog niet mee bezig, het ziet dat de volwassenen

dat wel doen. Hun gedrag is voorbeeldgedrag voor

kinderen. Pedagogische medewerkers spelen daar,

samen met de ouders, een grote rol in. De training

moet hen inspireren om op een leuke en goede ma-

nier met media en jonge kinderen aan de slag te

gaan.

Pedagogische medewerkers leren welke media zij

kunnen inzetten en ook welke inhoudelijke argumen-

ten zij kunnen gebruiken, om de juiste media in te

zetten.”

Hoe zet je het project in de markt?

“De pilot loopt van september 2012 tot begin 2013

op verschillende locaties in Nederland. Na de pilot

gaat Het Kinderopvangfonds het project evalueren en

daarna wordt het in de markt gezet onder andere

door contact te zoeken met bestaande initiatieven

zoals Boekstart.”

Mediawijsheidcompetenties

Hieronder volgen de competentieniveaus vanuit de

training bekeken, dus voor de pedagogische mede-

werker.

Bewust

B1: t/m niveau 3 / 4: speelt een belangrijke rol bij

de mediaopvoeding.

B2: t/m niveau 2: kwaliteitskenmerken zijn heel

belangrijk. De pedagogische medewerker moet

meerwaarde zien in het gebruik van het digitale,

moet kritisch kijken naar kwaliteit van digitale/

geanimeerde prentenboeken en educatieve tv

programma’s. Ook moeten zij weten waar apps

aan moetens voldoen.

Gebruik

G1: t/m niveau 2: Ze moeten zelf digitale foto’s

kunnen maken en daar met de kinderen over

praten (taalontwikkeling). Denise noemt het pro-

ject Kiek! van Cubiss.

“Peuters krijgen een digitale camera en dan kan het

feest beginnen! Het project Kiek! gaat over media-

wijsheid. Peuters leren hoe ze zelf foto’s maken, ze

kijken naar foto’s en worden zich bewust dat een foto

een representatie is van de werkelijkheid.”

Pedagogische medewerkers moeten met de iPad

kunnen werken, omdat kleine kinderen ook met

de iPad kunnen omgaan. De iPad wordt ook in de

training gebruikt.

Communicatie

Sociale netwerken worden niet gebruikt.

Strategie

S1: t/m niveau 3: Pedagogische medewerkers

moeten zich bewust zijn van hun eigen mediage-

bruik. Hun gedrag is voorbeeldgedrag voor kin-

deren.

Meer

Voor meer informatie kunt u terecht bij

[email protected] of [email protected].

Links

http://www.boekstart.nl/

http://www.digidreumes.nl/

http://www.leesplein.nl/LL_plein.php?

hm=1&sm=2&id=101

Page 10: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

10

GENERATIE MAASTRICHT GAME

door Monique Notermans

De Generatie Maastricht Game is een ontwerpwed-

strijd voor scholieren in het voortgezet onderwijs. Zij

leren om mobiele GPS-tours en games te ontwerpen

via het platform van 7scenes, en deze in praktijk te

testen. Als onderwerp van de tour putten zij uit histo-

risch/culturele bronnen uit en over Maastricht. Die

content wordt in het ontwerpproces gekoppeld aan

fysieke locaties in de stedelijke omgeving. Qua in-

houd sluit het aan bij het vak geschiedenis, maat-

schappijleer, nieuwe media of ckv.

Het programma

Scholen die aan de ontwerpwedstrijd meedoen krij-

gen een boeiend educatief programma, bestaande uit

verschillende informatiedossiers, toegang tot de on-

line werkomgeving van 7scenes, instructiebijeen-

komst voor docenten/ begeleiders en de hardware

die nodig is voor het lopen van de tour of spelen van

de game. In samenwerking met de school kan een

wedstrijd voor de beste tours georganiseerd worden

– binnen school of tussen scholen onderling. De beste

tours en games zullen bewerkt worden zodat ze voor

iedere bezoeker en inwoner van Maastricht te spelen

valt.

Europese Culturele Hoofdstad 2018

In de opmaat naar 2018 en Maastrichts' kandidatuur

voor Europese Culturele Hoofdstad in 2018, stimu-

leert de gemeente Maastricht diverse initiatieven. Dit

projectplan is een doorontwikkeling van het project-

voorstel 'Mobiel Maastricht' dat in 2010 geïnitieerd

werd door Kaleidoscoop in samenwerking met 7sce-

nes (Waag Society). Tout Maastricht, Centre Cérami-

que en Kaleidoscoop namen daarin het voortouw.

Met een 6-tal organisaties is het huidige projectplan

opgesteld en omgedoopt tot ‘Generatie Maastricht

Game’ (GMG).

Centre Céramique, Kaleidoscoop, Tout Maastricht,

RHCL, BV Limburg en VVV Maastricht zijn partner in

het op te richten ‘consortium GMG’. Het project

heeft een doorlooptijd van 2 jaar (1 dec. 2012 tot 1

dec. 2014). De projectbegroting wordt gedekt via

gelijke financiële bijdragen van de partners, en is

deels afkomstig via een bijdrage van de Elisabeth

Strouven-stichting. Verder verbinden partners zich

via een inspanningsverplichting.

Doel

Met de GMG beogen de projectpartners om jongeren

op een eigentijdse manier met kunst, cultuur en his-

torie in de omgeving te verbinden. Middels creatief

gebruik van moderne technologie ervaren scholieren

dat zij zelf bepalen hoe zij zich verhouden tot hun om-

geving. Het doel is om jongeren via een tour of game

hun eigen verhaal te laten vertellen. Via de virtuele

en fysieke interactie krijgt de omgeving meer beteke-

nis(lagen). Met GMG zorgen we dat jongeren media-

wijzer worden en zij een gevoel van eigenaarschap

ontwikkelen. Kennis en vaardigheden met mobiele -,

internet - en GPS-techniek worden gestimuleerd. Alle

projectpartners bereiken in gezamenlijkheid scholie-

ren en vergroten daarmee hun bekendheid.

Page 11: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

11

Jurn Glazenburg over GMG

Jurn Glazenburg, informatiespecialist en mediacoach

bij Centre Céramique, over Generatie Maastricht Ga-

me:

“Het is een leuk project waarbij het gebruik van

smartphone, spelelementen, contentontsluiting en

cultuureducatie gekoppeld worden. Zichtbaarheid

speelt ook een rol. Het is een ingang naar een moeilijk

bereikbare doelgroep die zou kunnen werken.

Nu is er voor jongeren in het Centre Céramique een

jongerenpunt. Een passieve manier om jongeren te

bereiken. Als mediacoach geef ik daarnaast voorlich-

ting over mediawijsheid tijdens ouderavonden en op

verzoek van vo-scholen is er een databankprofiel op-

gesteld als hulpmiddel bij profielwerkstukken.

Het mooiste aspect van dit project vind ik dat in de

huidige vorm van samenwerking de partners met elk

een eigen visie gezamenlijk naar buiten treden.

Scholen mogen gratis deelnemen maar hebben wel

een lichte inspanningsverplichting. Docenten volgen

een

korte opleiding. Er is al interesse van scholen.

7scenes levert het internetplatform voor GMG en in-

strueert de docenten.

Leerlingen maken in groepjes via het platform een

route door de stad en koppelen daaraan zelf hun op-

drachten. Daarna wordt de route gelopen en de op-

drachten uitgevoerd m.b.v. Smartphones. Totale tijds-

besteding ca. 12 uur. In 2 jaar tijd zullen ca. 200 rou-

tes zijn gemaakt.

Leerlingen moeten nadenken over wat ze gaan doen

en leren samenwerken. De pilot start in december.

Met dit project hopen we ook aan te sluiten op pro-

jecten in de euregio en op Via 2018 (Maastricht &

Euregio Kandidaat Culturele Hoofdstad van Europa

2018).”

Jurn Glazenburg

Mediawijsheidcompetenties

Competentie-index voor de leerlingen:

De leerling is zich bewust van de medialisering

van de samenleving (B1) en beseft dat dit vraagt

om nieuwe mediavaardigheden (niveau 2).

De leerling begrijpt hoe media worden gemaakt

(B2) en herkent de primaire doelstellingen van

mediaboodschappen (niveau 1).

De leerling kan zich oriënteren binnen media-

omgevingen (G2) waarin apparaten, content en

toepassingen op meerdere wijze met elkaar ver-

bonden zijn of kunnen worden (niveau 3).

De leerling kan informatie vinden en verwerken

(C1) en kan diverse gedrukte, digitale en audiovi-

suele informatiebronnen benutten om informatie

te vinden en kan bij verschillen informatiebe-

hoeften het juiste medium kiezen (niveau 1).

De leerling kan content creëren (C2) en plaatst

eigen content op meerder sociale netwerksites.

Uploadt foto's en video's. Kan delen via e-mail en

sms en verstuurt tweets (Niveau 2).

Links

www.7scenes.com

www.waag.org

www.via2018.eu

www.toutmaastricht.nl

www.centreceramique.nl

www.kaleidoscoop.net

www.rhcl.nl

www.bv-limburg.eu

www.vvvmaastricht.nl

Page 12: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

12

HEB JIJ OOK DE L-FACTOR?

door Lidy Swieters-Hanenbergh

Het project Factor-L (Factor Lezen) is een multimedi-

aal leesbevorderingsproject dat is ontstaan doordat

in het voorgezet onderwijs steeds meer aandacht

wordt besteed aan het lezen, het stimuleren van lees-

plezier en de vraag naar passende leesbevorderings-

projecten. Het project is gebaseerd op het succesvol-

le leesbevorderingsproject Leesvirus.nl (een leesbe-

vorderingsproject voor kinderen uit groep zes van de

basisschool, waarin leesbevordering en het aanleren

van digitale informatievaardigheden hand in hand

gaan).

Interview met Marion Loos

Voor deze opdracht heb ik Marion Loos geïnterviewd.

Zij is accountmanager/domeinspecialist voortgezet

onderwijs en mediacoach bij Biblionet Drenthe en

heeft dit project ontwikkeld.

Wat is het doel van het project Factor-L?

De doelen van dit project zijn:

Leesbevordering en leesplezier

Toepassen van digitale vaardigheden/

mediawijsheid

Communicatieve vaardigheden: het leren formu-

leren van je mening en reacties uitlokken

Voor wie is dit project bedoeld?

Het project is bedoeld voor brugklasleerlingen

(VMBO, Havo, VWO).

Hoe ziet het project er uit?

Leerlingen lezen 5 geselecteerde boeken en wisselen

vervolgens via de website hun mening uit met leer-

lingen van andere brugklassen binnen de school die

hetzelfde boek hebben gelezen. Op de website van

Factor-L worden wekelijks nieuwe (digitale) verwer-

kingsopdrachten geplaatst. Elke deelnemende school

krijgt een eigen inlogcode voor de website. De op-

drachten kunnen onder lestijd worden uitgevoerd in

de mediatheek of OLC ( Open Leer Centrum), in sa-

menwerking met de docent Nederlands. De media-

thecaris kan ondersteuning bieden aan de leerlingen,

maar is ook het aanspreekpunt voor de contacten

tussen de docent en de medewerkers van de biblio-

theek. De opdrachten bestaan bijvoorbeeld uit infor-

matie zoeken op internet over bepaalde thema’s die

in de boeken worden besproken. Ook is er een op-

dracht waarbij de leerlingen wordt gevraagd een film

te maken over een boek. Deze filmpjes worden ge-

plaatst in de bioscoop van Factor-L. Het winnende

schoolfilmpje wordt na 5 weken op de finale pagina

van de website Factor-L getoond en hiermee hebben

de leerlingen tevens de Factor-L status bereikt. De

duur van het project is 6 weken en kan het hele jaar

worden uitgevoerd.

Wie zijn bij het project betrokken?

Het project wordt door Biblionet Drenthe en Biblio-

theek Emmen aangeboden in de doorgaande leeslijn

voor het voortgezet onderwijs. De scholen kunnen

zich via de bibliotheek inschrijven en deelnemen aan

de aangeboden projecten.

Hoe ver is het project al ontwikkeld?

Het project is nog in ontwikkelingsfase. Binnenkort

wordt de pilot uitgevoerd op het Esdalcollege te Em-

men, met 10 VMBO brugklasleerlingen uit 5 verschil-

lende brugklassen. Na de pilot wordt gekeken of de

opdrachten ook gecombineerd kunnen worden met

het toepassen van sociale media als Facebook,

Twitter of het bijhouden van een weblog.

De vragen en opdrachten worden geproduceerd en

de antwoorden worden beoordeeld door de mede-

werkers van de afdeling Leespromotie & communica-

tie (Educatieve Dienst) van Biblionet Drenthe te As-

sen.

Page 13: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

13

Wat is een mooi aspect van Factor-L?

Een bijzonder aspect van Facor-L en het Leesvirus.nl

is dat leesplezier wordt gecombineerd met digitale

vaardigheden. Niet alleen voor de leerlingen maar

ook de docenten maken kennis met de diverse vor-

men van mediawijsheid.

Meer

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met

[email protected].

Mediawijsheidcompetenties

Bewust: Inzicht hebben in de werking van media

(Passief)

B1 t/m niveau 2 : kennis maken met nieuwe me-

diavaardigheden

Gebruik: Gebruik maken van media (Actief)

G1 t/m niveau 2 : frequent gebruik maken van

diverse media

G2 t/m niveau 2 : gebruik maken van koppeling

PC, video/fotocamera

Communicatie: Interactief informatie uitwisselen

via media

C1 t/m niveau 2 : informatie vinden, beoordelen

en verwerken

C2 t/m niveau 2 : uploaden foto’s / video’s

C3 t/m niveau 2 : actief informatie uitwisselen

met medescholieren

Strategie: Effectief omgaan met media

S1 t/m niveau 1 : bewust worden van eigen me-

diagebruik

S2 t/m niveau 1: digitale en online media toepas-

sen

ONTDEK DEN HAAG MET DIGITALES

door Lidy Munninghoff en Thea Schellekens

Interview met Heleen Hebly

Voor deze opdracht hadden wij een gesprek met He-

leen Hebly van Bibliotheek Den Haag. Zij is program-

maleider en houdt zich voornamelijk bezig met ‘oral

history’ programma’s voor senioren. Senioren treffen

elkaar aan verhalentafels en tekenen hun herinnerin-

gen op aan de hand van gekozen Haagse historische

thema’s. Deze verhalen verschijnen veelal in boek-

vorm, worden geplaatst op de website haagseherin-

neringen.nl (Haags Gemeentearchief) en maken soms

deel uit van tentoonstellingen in het Haags Historisch

Museum. Met de komst van het project Digitales, een

concept ontwikkeld door MiraMedia in samenwer-

king met ETV, zag Heleen kans haar ‘oral history’ pro-

gramma te verbinden met de digitales, zoals ze zelf

zegt: ‘gesproken PowerPoints’.

Heleen Hebly

Wat is precies een Digitale?

“Digitales zijn korte, persoonlijke, YouTube-achtige

films met gesproken en in beeld gebrachte verhalen,

herinneringsplekken, voorwerpen en documenten.

Het ingesproken verhaal en persoonlijke foto's zijn de

belangrijkste ingrediënten.

In speciale verhalentafels komen senioren bij elkaar,

halen herinneringen op aan echt Haagse thema's,

maken korte verhalen en leggen ze vast in de vorm

van een filmpje. Dat gaat aan de hand van een 5 stap-

penplan: 1. Herinneringen ophalen. 2. Verhaal schrij-

ven. 3. Beeldmateriaal verzamelen. 4. Voice over op-

nemen en 5. Digitale maken met Windows Movie

Maker.

Page 14: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

14

Vrijwilligers worden getraind om het proces van film-

pjes maken te begeleiden. Dit zijn meestal senioren

die zelf eerder een digitale hebben gemaakt.”

Waarom ben je dit project gestart?

”De inzet is het cultureel erfgoed van Den Haag, oral

history en nieuwe media met elkaar te verbinden,

waardoor vele bibliotheekaspecten samenkomen. De

ontmoetingsfunctie, waardoor senioren met elkaar

spreken aan de verhalentafels over hun herinnerin-

gen; maar ook het leren van nieuwe vaardigheden,

zoals het schrijven van een storyboard, foto’s scan-

nen en bewerken en een filmpje maken in Windows

Moviemaker.”

Hoe weet je senioren te motiveren hieraan deel te

nemen?

“De thema’s zijn een belangrijke insteek. In eerste

instantie voelen zij zich aangesproken door het the-

ma. Ze voelen zich echt uitgenodigd. Behalve oproep-

jes in kranten en andere media die senioren kennen,

wordt specifiek per thema gezocht naar organisaties

of instellingen die van betekenis kunnen zijn. Bijvoor-

beeld voor verhalen over 125 jaar Haagse Huishoud-

school werf je ook via allerlei vrouwenorganisaties.

Natuurlijk werven we ook via alle eerder genoemde

samenwerkingspartners.”

Hoe beleven de deelnemers dit project?

“De verhalen zijn voor hen de motor. Het verwerken

via nieuwe media is best spannend, maar door het

prachtige eindresultaat zijn ze over het algemeen erg

gemotiveerd en hebben ook veel plezier met elkaar.

Ze vinden veel herkenning bij elkaar.

Zij zijn niet alleen mediaconsument, maar nu ook pro-

ducent. Ze leren spelenderwijs!”

Wat is de meerwaarde voor de bibliotheek Den

Haag?

“Deelnemers aan dit project zijn de beste ambassa-

deurs voor de bibliotheek en de mediawijze pro-

jecten. Zij zorgen voor een goede publiciteit waar-

door een anders moeilijk binnen te krijgen groep, nu

wel binnenkomt, en met plezier. Na 2 jaar stopt de

subsidie van de Provincie Zuid-Holland. We zijn nu

met de samenwerkingspartners bezig om de metho-

de in een handleiding vast te leggen.

Behalve in gedrukte vorm met demo-filmpjes voor

musea en erfgoedpartners, wordt de methode ook

digitaal beschikbaar gesteld op de website.

Ik hoor graag tips van collega’s in het land hoe wij

potentiële klanten kunnen verleiden naar deze websi-

te te gaan en te gebruiken.”

Meer

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met

Heleen Hebly ([email protected] of 06-

11953265). Op 10 december is er een slotmanifesta-

tie ‘Ontdek Den Haag met Digitales’. U bent hier van

harte voor uitgenodigd.

Mediawijsheidcompetenties

We gaan verder in gesprek met Heleen over de com-

petenties mediawijsheid, zoals wij die in de training

mediacoach aangereikt krijgen. Heleen vindt het een

handig model.

”Op zoiets zat ik nu al lang te wachten. Ik zie als be-

langrijkste competenties het gebruik van de compu-

ter, en eenvoudige software (G1), maar ook het vin-

den en verwerken van informatie (C1). Denk aan het

scannen van foto’s en documenten, het raadplegen

van websites etc.). En uiteraard het creëren van con-

tent (C2): een filmpje. Wat betreft de niveaus kun je

over het algemeen zeggen dat de meeste deelnemers

van niveau 0 naar 1 à 2 gaan.

Doordat deze producties ook op sociale netwerken

worden gezet, worden de digitale verhalen voor ie-

dereen toegankelijk.”

Links

http://www.haagseherinneringen.nl/

http://www.youtube.com/watch?

v=3b04zDmT5tM&list=PL15737B8189F0D632&index=

2&feature=plpp_video (keuze uit 44 filmpjes)

Page 15: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

15

“Senioren treffen elkaar aan verhalentafels en teke-

nen hun herinneringen op aan de hand van gekozen

Haagse historische thema’s.”

Page 16: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

16

RIJNMONDTWEEPUNTNUL

door Hetty van der Wijden en Karin van Adrichem

Het mediawijsheid project Rijnmond 2.0 is voor het

eerst gestart in Zeeland. Zeeland 2.0 is op 1 decem-

ber 2011 van start gegaan. Doel van het project is om

mensen met een verstandelijk beperking mediawijzer

en daarmee zelfstandiger te laten worden. Dit project

gaat onder de naam Nederland 2.0 uitgerold worden

in alle provincies van Nederland. Rijnmond 2.0 is als

tweede van start gegaan op 10 september 2012.

Wij hebben telefonisch contact gehad met mevrouw

Halley, projectleider van Rijnmond 2.0. Ook hebben

wij contact gehad met mevrouw Teclegiorgis, pro-

jectleider van Zeeland 2.0. Beide dames waren bij-

zonder enthousiast over hun project tijdens het ge-

sprek.

Samenwerking MEE Rotterdam

Rijnmond 2.0 werkt nauw samen met MEE Rotter-

dam. Deze organisatie is in de regio Rotterdam Rijn-

mond een dienstverlenende organisatie voor alle

mensen met een beperking en/of chronische ziekte

en hun directe omgeving. De meeste cursisten komen

uit het klantenbestand van MEE Rotterdam, maar via

de website kunnen andere belangstellenden zich ook

aanmelden.

De cursisten zijn zowel jongeren vanaf 18 jaar als ou-

deren. De cursisten worden gekoppeld aan vrijwil-

ligers die zich hebben aangemeld via de website van

Rijnmond 2.0. De vrijwilligers krijgen een media 2.0

training van vier dagdelen. Tijdens de training wordt

vooral gewezen op de gevaren van internet en sociale

media. Voor ons is het misschien vanzelfsprekend dat

je bepaalde dingen beter niet kan doen op het inter-

net, maar voor de doelgroep hoeft dit niet zo te zijn.

Per cursist wordt een volledig op maat gemaakt tra-

ject aangeboden, rekening houdend met de vraag

van de cursist en het competentieniveau.

Sommige cursisten weten nog helemaal niet hoe ze

informatie kunnen vinden en verwerken, andere cur-

sisten zijn al een stapje verder. In acht à tien sessies

wordt de cursist media- en webwijzer gemaakt. De

cursisten leren bijvoorbeeld om zelf informatie te

vinden, digitale formulieren in te vullen, digitaal te

solliciteren en eigen zorgplannen en cliëntendossiers

in te kunnen zien. De training kan helpen met het

vinden van werk, dagbesteding of om meer betrok-

ken te zijn bij de maatschappij. Mevrouw Halley geeft

in het gesprek aan dat het vooral ook belangrijk is dat

de cursisten het ontzettend leuk vinden om deel te

nemen aan deze sessie.

Sponsoren

Rijnmond 2.0 wordt voor de lesmaterialen gespon-

sord door Nemesys en Vodafone. Momenteel krijgt

het project nog geen subsidie van de overheid.

Uitbreiden naar de bibliotheken

Een soortgelijk project zou ook in bibliotheken opge-

zet kunnen worden. Door de mediacoach niet alleen

in te zetten op scholen en in bibliotheken, maar ook

voor mensen met een verstandelijke beperking. Deze

doelgroep loopt minder makkelijk bij een bibliotheek

naar binnen.

Rijnmond 2.0 spreekt ons aan, omdat het een laag-

drempelige manier is om mensen met een verstande-

lijke beperking mediawijs te maken. Juist deze doel-

groep mag niet achterblijven in de maatschappij. Ze

hebben vaak al (meer) moeite om aansluiting bij de

maatschappij te vinden en te houden.

Links

http://www.rijnmondtweepuntnul.nl

http://www.facebook.com/Rijnmond2.0

http://www.facebook.com/#!/

Rijnmond2.0Vrijwilligers?fref=ts

http://www.meerotterdamrijnmond.nl/

Page 17: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

17

WIKIKIDS

door Willy de Meij

Ik koos voor WikiKids, omdat ik op zoek was naar een

activiteit voor basisschoolleerlingen en daarbij veel

papieren hulpmiddelen tegenkwam, zoals werkbla-

den en handleidingen. Bij Wikikids ontbreken die pa-

pieren materialen, alles is digitaal.

Wat is WikiKids

WikiKids is de interactieve Nederlandstalige internet-

encyclopedie voor en door kinderen. Het is daarmee

het kleine broertje van Wikipedia. WikiKids maakt

gebruik van de Wikitechniek. Deze techniek zorgt er-

voor dat iedereen aan een Wiki kan meewerken,

door bijvoorbeeld een artikel te schrijven of foto’s te

plaatsen. Als je iets hebt geschreven staat het direct

op internet. Daarom wordt er gewerkt met modera-

toren om ervoor te zorgen dat de inhoud gecontro-

leerd wordt.

De belangrijkste doelen van Wikikids sluiten goed aan

op een aantal kerndoelen (Nederlands en Oriëntatie

op jezelf en de wereld) van het basisonderwijs:

Kinderen artikelen laten maken die passen in een

encyclopedie;

Kinderen informatie laten vinden die ze kunnen

gebruiken voor spreekbeurten en werkstukken.

Anno oktober 2012 telt WikiKids 11.716 artikelen en

ongeveer 8.600 afbeeldingen. In totaal hebben sinds

de oprichting in 2006 193.502 gebruikers zich aange-

meld. (Bron: Google)

Interview met Gerard Dümmer

Gerard Dümmer is de man die het initiatief nam voor

het ontwikkelen van een Wikipedia voor kinderen:

WikiKids. De vragen die ik per mail aan hem heb ge-

steld, heeft hij beantwoord op zijn blog. Leuk voor

deze opdracht, maar ook voor zijn volgers.

Via de mail kreeg ik de vraag of ik antwoord wilde

geven op vragen die Willy de Meij had opgesteld in

het kader van haar opleiding tot mediacoach. De vra-

gen hebben betrekking op WikiKids, de internetency-

clopedie voor en door kinderen. Omdat ik denk dat

het voor mensen interessant is om de antwoorden op

de vragen te lezen, publiceer ik de antwoorden hier

op mijn weblog.

Waarom heeft u dit gemaakt?

WikiKids is ontstaan in 2006. Ik was toen bezig met

het maken van internetopdrachten voor leerlingen

van het basisonderwijs. Onder andere opdrachten

met het programma Google Earth. Ik gebruikte hier-

voor onder andere de vorm van webquests. Daarvoor

wilde ik kunnen verwijzen naar informatie op internet

die kinderen zouden kunnen gebruiken. Ik vond het

lastig om goede informatie te vinden. Informatie die

betrouwbaar was, informatie die ook duurzaam op

een plek zou blijven staan en informatie die begrijpe-

lijk was. Verschillende keren kwam ik op Wikipedia

uit als ik zocht op een onderwerp op internet. Maar

lang niet altijd vond ik Wikipedia begrijpelijk voor kin-

deren. Vaak te lange, ingewikkelde zinnen en te veel

detailinformatie. Ik kwam zo op het idee om een

Wikipedia voor kinderen te starten. Ik postte een be-

richt op de Scholenlijst en zo is het balletje gaan rol-

len.

Dag allemaal,

Een ideetje dat ik kreeg tijdens het werken aan een

opdracht rondom het WK. Ik

maak veel gebruik van verwijzingen naar Wikipedia.

Ik probeer hierbij rekening

te houden met het leesniveau. Maar lang niet alles is

geschikt om te gebruiken.

Dacht toen: een Wikipedia voor kinderen zou dat

niets zijn? Gemaakt door

leerkrachten, leerlingen, educatieve instellingen,

...Met informatie dus

afgestemd op het leesniveau van het basisonderwijs.

Ben benieuwd hoe jullie hier

tegen aankijken. Is het wenselijk? Mogelijk? Uitvoer-

baar? Ik hoor het graag.

Groeten, Gerard Dümmer

Page 18: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

18

Page 19: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

19

Was daar vraag naar of was het een spontaan initia-

tief?

Het was een spontaan initiatief. Niet alleen van mij

maar direct van een flinke groep vrijwilligers die zich

flink hebben ingespannen om het initiatief van de

grond te krijgen.

Dat er behoefte aan was, werd me echter wel duide-

lijk gezien het feit dat er zo veel reacties op kwamen

in zo’n korte tijd. Dus je zou kunnen zeggen dat het

waarschijnlijk een latente vraag was die leefde.

Sinds april hebben we ook Google Analytics op de site

lopen. Die laat zien dat we vanaf april zo’n 160.000

unieke bezoekers al hebben gehad. Op moment van

schrijven zie ik dat er ruim 60 mensen nu actief zijn

op WikiKids.

Wat zijn volgens u de mooiste aspecten van het initi-

atief?

De mooiste aspecten van het initiatief vind ik de sa-

menwerking tussen de verschillende mensen die

WikiKids hebben gemaakt tot wat het nu is. In het

begin de samenwerking op de Scholenlijst. Alle idee-

ën die daar opborrelden. Later de samenwerking in

de Stichting die we hebben opgericht rondom

WikiKids. En nu de samenwerking online met de mo-

deratoren die de kwaliteit van WikiKids bewaken.

Iedereen heeft hetzelfde doel: Van WikiKids een

mooie internetencyclopedie maken.

Andere mooie aspecten zijn: de samenwerking met

Kennisnet, de IPON-award die we hebben gewonnen,

een subsidie voor ons open source project en de

wedstrijden die we hebben georganiseerd (en de in-

zendingen daarop).

Het is gestart door vrijwilligers, is dit nog steeds zo?

Dat is nog steeds zo. Stichting WikiKids is een Stich-

ting zonder winstoogmerk. Schrijvers en moderato-

ren doen dat vrijwillig.

Ik zag dat er al heel veel items zijn gemaakt, hoe

wordt er bekendheid aan het bestaan van WikiKids

gegeven?

We proberen op verschillende manieren bekendheid

te geven aan WikiKids. We hebben bijvoorbeeld ver-

schillende keren op de NOT gestaan op de stand van

Kennisnet, we hebben presentaties

gegeven op andere beurzen zoals de IPON. Er

zijn artikelen verschenen in bladen zoals Vives en Cos.

We hebben workshops op scholen gegeven. We pra-

ten er over met iedereen die we tegen komen. En we

maken gebruik van ons netwerk om het te versprei-

den. In het begin was dat bijvoorbeeld via de Scho-

lenlijst. Nu hebben we ook een account op Twitter.

We zijn daar echter nog niet zo heel actief.

Bestaan er soortgelijke initiatieven?

Ja, er bestaan soortgelijke initiatieven in Duitsland,

Frankrijk en Spanje. In het artikel over WikiKids op

WikiKids vind je de linken naar deze andere wiki’s.

We hebben weinig tot geen contacten echter met de

andere wiki’s. Daarvoor ontbreekt het ons jammer

genoeg aan de tijd.

WikiKids en de mediawijsheidcompetenties

Welke competenties van toepassing zijn op Wikikids

en op welk niveau? Ik had het overzicht nog niet ge-

zien. Op mediawijzer.net kon ik het ook niet zo snel

vinden. Vandaar dat ik het hieronder ook nog een

keer opneem. Welke mediawijsheidcompetenties zijn

op WikiKids van toepassing? Bij alle competenties zou

je wel iets met WikiKids kunnen doen. In ieder geval

kun je bij WikiKids uit de voeten met C1 (Informatie

vinden en verwerken) en C2 (Content creëren). Als je

actief aan WikiKids bijdraagt functioneer je minimaal

op niveau 3.

Het diamantmodel als uitgangspunt voor Wikikids

Het departement Onderwijs van de Vlaamse overheid

heeft een brochure uitgegeven, waarin het diamant-

model gebruikt om duidelijk te maken aan welke

competenties van basisschoolleerlingen gewerkt

wordt door middel van ICT. Het diamantmodel be-

staat uit drie lagen. In de eerste laag zijn de Leerpro-

cesgerichte competenties opgenomen. In de tweede

laag de Instrumentele vaardigheden en in de derde

laag de Sociaal ethische competenties. Het diamant-

model dient als uitgangspunt voor Wikikids.

Page 20: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

20

Het diamantmodel

Mediawijsheidcompetenties

De nummers van de competenties heb ik achter de

competenties van Mediawijzer.net geplaatst. Dit is

wellicht stof voor een discussie.

Inzicht hebben in medialisering van de samenle-

ving

Begrijpen hoe media worden gemaakt (9)

Zien hoe media de werkelijkheid kleuren (9)

Apparaten, software en toepassingen gebruiken

(8)

Oriënteren binnen mediaomgevingen (4)

Informatie vinden en verwerken (3)

Content creëren (7)

Participeren in sociale netwerken (9)

Reflecteren op het eigen mediagebruik (9)

Doelen realiseren met media (1+3)

Links

http://www.wikikids.nl/

http://www.gerarddummer.nl/blog/2012/10/

mediawijsheid-en-wikikids-2.html

http://www.werkenmetgoogleearth.nl/

http://www.not-online.nl/nl-NL/Bezoeker.aspx

http://www.ipon.nl/

https://twitter.com/wikikids

http://wikikids.wiki.kennisnet.nl/Wikikids

SPELENDERWIJS MEDIAWIJS

door Herman Wevers en Jos Boon

Binnen Bibliotheek Rivierenland zijn momenteel ze-

ven mediacoaches werkzaam in de brede scholen van

verschillende gemeentes. Het aanbod van onder an-

dere de medialessen, vindt binnen- en buitenschools

plaats. Als mediacoaches zoeken we naar uniformiteit

binnen het aanbod van deze lessen, zodat de lessen

overdraagbaar en breed inzetbaar zijn voor heel het

werkgebied van Bibliotheek Rivierenland. Niet alleen

binnen de brede school, maar ook bruikbaar als

workshop voor andere doelgroepen.

Ganzenbord

Via de weblog ICT-idee van Herman van Schie, kwa-

men we een informatief, interactief online Ganzen-

bordspel over mediawijsheid tegen. Dit spel kan ver-

sterkend worden ingezet als verwerking op onze le-

sinhoud over mediawijsheid. De toegevoegde waarde

van het spel is dat vraag en antwoord gelijk zichtbaar

zijn. Het spel kan zowel klassikaal als in kleine groep-

jes worden gespeeld, waardoor een levendige discus-

sie kan ontstaan.

Het spel is ontwikkeld voor de bovenbouw van het

basisonderwijs en de brugklas van het voortgezet

onderwijs.

ICT-idee.blogspot.nl

ICT-idee is in de eerste plaats bedoeld voor de klas-

sen 1 en 2 van het voortgezet onderwijs en de klas-

sen uit de bovenbouw van het basisonderwijs, maar

vele toepassingen zijn ook bruikbaar in andere leerja-

ren, privé en zelfs in het bedrijfsleven.

Het initiatief voor ICT-idee komt van de 62-jarige Her-

man van Schie. Hij is docent aan het Bogerman, de

christelijke school voor vmbo, havo en vwo in Sneek.

Hij was daar werkzaam als teamleider en docent in-

formatiekunde. Vanwege een interne reorganisatie

zal Herman per 1 januari 2013 niet meer werkzaam

zijn op deze school. Op dit moment geeft Herman

alleen Nederlands en heeft een aantal niet gelabelde

uren, waarin hij het weblog en de daarbij horende

beschrijving kan onderhouden.

Page 21: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

21

Herman van Schie schreef in 2011 een groot aantal

lesbrieven met ICT-toepassingen die gebruikt kunnen

worden binnen het onderwijs. Deze lesbrieven zijn

later verzameld op het weblog. Alle toepassing zijn

voorzien van een uitgebreide beschrijving/

handleiding, omdat veel collega’s niet voldoende toe-

gerust zijn voor het gebruik van digitale media. Her-

man wil de toegankelijkheid en het gebruik van de

beschreven tools zo laagdrempelig mogelijk houden,

om zo de competenties van collega’s te bevorderen.

De waardering voor zijn werk blijkt uit het feit dat ICT

-idee op initiatief van ‘Lente in het Onderwijs’ ver-

eerd is met een onderwijziger. En sinds juni heeft

Herman van Schie ook zijn eigen fanclub.

Thinglink

Herman maakt voor het Ganzenbordspel gebruik van

de gratis tool “Thinglink”. Hij zegt hierover op zijn

blog het volgende: “Ik zag op Twitter een tweet over

de tool Thinglink. Thinglink is een toepassing waar-

mee je illustraties kunt voorzien van zogenaamde

pointers. Als je met de muiswijzer naar zo'n pointer

gaat verschijnt er een tekst, klik je op zo'n pointer dan

kan er een illustratie, link of filmpje worden opgeroe-

pen.”

In het telefoongesprek vertelde Herman over het ont-

staan van het spel. Vorig jaar heeft de school voor

groep 8 een aantal lessen mediawijsheid verzorgd en

daarbij werd gebruik gemaakt van een ganzenbord

spel. De vraag naar mediawijsheid lessen is vanuit de

basisscholen opnieuw gesteld en bij het uitproberen

van de tool kreeg Herman het idee er een spel mee te

maken, waarmee hij meteen aan de slag is gegaan.

Op zijn blog staan reacties van gebruikers die het spel

doorontwikkeld hebben.

Onze ervaring is dat het spel goed te spelen is op de

pc en het digibord. Gebruikers van een iPad moeten

gebruik maken van een fysieke dobbelsteen, aange-

zien de dobbelsteen draait onder flash, dat niet on-

dersteunt wordt door de iPad. Tip voor iPad gebrui-

kers: gebruik iSwifter.

Wij vinden het blog van Herman zeer inspirerend,

omdat er zoveel bruikbare toepassingen op staan.

Daarnaast geeft hij op zijn blog bij elke tool een dui-

delijke en heldere uitleg over het gebruik daarvan.

Mediawijsheidcompetenties

Wanneer wij de competenties naast het spel leggen

concluderen wij bij dit spel:

Begrip: B1 niveau 0 t/m 2, B2 niveau 0 t/m 2, B3

niveau 0 t/m 2

Gebruik : n.v.t. op spel

Communicatie: n.v.t. op spel

Strategie: n.v.t. op spel

Links

http://www.bibliotheekrivierenland.nl/

http://ict-idee.blogspot.nl/

http://www.lenteinhetonderwijs.nl/

http://onderwijziger.nl/

http://www.thinglink.com/

scene/311559031955128322#tlsite

Page 22: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

22

Page 23: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

23

WEB 2.0 DINGEN

door Dorine Reinders

Tijdens mijn zoektocht naar een mediawijsheidpro-

ject voor de bibliotheek kwam ik het project ‘Web 2.0

dingen’ tegen. Ik wist al van het bestaan van het pro-

ject ‘23 dingen’, wat met name is gericht op biblio-

theekmedewerkers, maar deze variant voor senioren

kende ik nog niet. Wij werken in onze organisatie al

jaren samen met Seniorweb, maar het project ‘Web

2.0 dingen’ is ontwikkeld voor ouderen die meer ver-

dieping willen.

In de bibliotheek waar ik werkzaam ben merk ik dat

er behoefte is aan het leren van zoeken naar informa-

tie op het internet in relatie tot de bibliotheek, maar

deze workshop zou ook in een behoefte kunnen voor-

zien voor privézaken. Een deel van onze bezoekers is

namelijk niet op de hoogte van wat de mogelijkheden

binnen de huidige bibliotheek zijn en mijdt uit angst

de bibliotheeksite, of erger: de bibliotheek. De digita-

le kloof wordt op deze manier steeds groter en het

zou jammer zijn wanneer er een groep mensen ont-

staat die als gevolg hiervan de bibliotheek helemaal

niet meer zal bezoeken. Daarnaast is het belangrijk

dat de bibliotheek zich lokaal profileert in het digitale

cursusaanbod.

Interview met Herman Wevers

ProBiblio heeft in samenwerking met de Overijsselse

Bibliotheekdienst, Biblioservice Gelderland en de Bi-

bliotheek Culemborg, 2.0 Dingen voor senioren ont-

wikkeld. Herman Wevers van bibliotheek Rivieren-

land, vestiging Culemborg, heeft met behulp van de

site www.20dingen.nl workshops georganiseerd. Via

Herman kreeg ik meer informatie over de workshop.

Hoe ziet het project Web 2.0 dingen eruit?

We organiseren in Culemborg dagelijks lessen. In sa-

menwerking met het Seniorweb en in overleg met de

docenten zijn we op zoek gegaan naar een lesvorm

die ten opzichte van hun aanbod meer de diepte in-

gaat. We hebben in nauw overleg gekozen om zes

“dingen” uit te lichten. Die zes hebben te maken met

de cyclus van de blokken van het Seniorweb. Er wor-

den 4 studieblokken aangeboden van 6 lessen en het

moet synchroon lopen met dat aanbod. Intentie was

de lessen samen ontwikkelen en na verloop van tijd

loslaten en onderbrengen bij het Seniorweb. De eer-

ste blokken geven we de lessen zelf en lopen er twee

docenten van het Seniorweb mee. Verder moeten de

lessen overdraagbaar zijn, zodat we het ook kunnen

uitzetten in andere vestigingen waar geen Seniorweb

actief is.

Bestaan er soortgelijke initiatieven?

Toen we de lessen schreven was het uniek, nu zullen

er inmiddels meer van zijn. Het is een dankbare vij-

ver, waar veel aanbieders in vissen. Volksuniversitei-

ten, maar ook commerciële aanbieders.

Cursusmateriaal

Op de site van 2.0 dingen leren senioren omgaan met

web 2.0 sites. Op de site staan stap-voor-stap hand-

leidingen die senioren kunnen gebruiken bij het leren

omgaan met populaire web 2.0 sites. Het gaat daarbij

om de basisvaardigheden, niet om geavanceerde

vaardigheden.

Er is gekozen voor sites die Google-gerelateerd zijn,

zodat de deelnemers slechts één account hoeven aan

te maken. Deelnemers kunnen zelfstandig aan de slag

Page 24: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

24

met het materiaal. Bibliotheken kunnen het materiaal

ook als basis gebruiken voor een serie workshops. Er

is een apart hoofdstuk toegevoegd met tips hoe zo'n

workshop georganiseerd kan worden. Deze tips staan

onder het kopje ‘Voor docenten’ (het wachtwoord

voor dit onderdeel is 20dingen). Naast de doelgroep

senioren is de workshop ook inzetbaar voor alle

leeftijden (al zou ik de lesstof voor jongeren in een

ander jasje aanbieden om het aantrekkelijker te ma-

ken). Voor digibeten ligt de lat te hoog. De lessen

worden in Culemborg aangeboden voor 60 euro per

cursist, met een maximum van 12 cursisten per blok.

Deze lessen zijn in het aanbod van het Seniorweb

opgenomen.

Mediawijsheidcompetenties

Bewust zijn van de medialisering van de sa-

menleving (B1) - 2 t/m 3: men beseft dat de

gemedialiseerde samenleving vraagt om nieuwe

mediavaardigheden en dat men die media met

anderen willen delen.

Begrijpen hoe media worden gemaakt (B2) - 1

t/m 2: men weet het verschil tussen commerci-

ële boodschappen en informerende boodschap-

pen, zoals bij het onderdeel zoeken met Google.

Zien hoe media de werkelijkheid kleuren (B3) -

1 t/m 2: het verschil kennen tussen nieuws dat

op journaal wordt gebracht of via een entertain-

mentprogramma. Voor selecteren van informa-

tie is het belangrijk wanneer men websites her-

kent die gekleurd zijn door politieke, ideolo-

gische of levensbeschouwelijke overtuigingen.

Apparaten, software en toepassingen gebrui-

ken (G1) - 1 t/m 2: men moet enige basiskennis

hebben van nieuwe media apparaten en toepas-

singen en wil deze actiever gaan inzetten voor

eigen gebruik.

Oriënteren binnen mediaomgevingen (G2) –2 t/

m 3: begrijpt bijvoorbeeld de koppeling tussen

een fotocamera en pc en begrijpt dat bijvoor-

beeld sociale netwerken, smartphones en video

editors op meerdere manieren met elkaar ver-

bonden kunnen zijn.

Informatie vinden en verwerken (C1) - 1 t/m 2:

weten welk medium voor welk doel moet wor-

den ingezet. Men kan de betrouwbaarheid van

informatie beoordelen: wat is waar?

Content creëren (C2)- 0 t/m 2: men produceert

zelf nog geen mediacontent t/m wel kunnen e-

mailen en smsen en content delen.

Participeren in sociale netwerken (C3) - 1 t/m 2:

men volgt anderen op sociale netwerken en on-

derhoudt contacten.

Reflecteren op het eigen mediagebruik (S1) - 1

t/m 3: men is zich bewust van eigen mediage-

bruik, waar je het voor gebruikt en dat er meer

kennis opgedaan moet worden om verder te

komen.

Doelen realiseren met media (S2) - 1 t/m 2:

men gebruikt media wanneer het nodig is maar

beseft dat toepassingen meerwaarde hebben bij

het realiseren van persoonlijke doelstellingen en

kan deze effectief inzetten, bijvoorbeeld via

marktplaats of een datingsite.

Links

http://20dingen.nl/

Page 25: Verslag Opdracht Mediawijsheid Algemeen 1

25

Voor meer informatie over de Opleiding Mediacoach

voor Bibliotheekprofessionals:

www.siob.nl/mediacoach

SIOB coördinator Maaike Toonen

T 070 309 02 71

[email protected]

Opleidingscoördinator Daniel Lechner

T 06 52306327

[email protected]