Veilig thuis in een welvarend Brecht...inbraakpreventie. Ook door zijn aanwezigheid op de...

Veilig thuis in een

welvarend Brecht

Partijprogramma N-VA Brecht

Gemeenteraadsverkiezingen 2018

Veilig thuis in een welvarend Brecht

2

Veilig thuis in een welvarend Brecht” is geen holle slogan. De N-VA wil een sterk lokaal bestuur met de nodige bevoegdheden, om voor onze burgers een degelijk beleid te

voeren. Het gemeentelijk bestuur is immer het bestuursniveau dat het dichtst bij de burgers staat. Onze wortels liggen in de straten, in de wijken van Brecht, Sint-

Lenaarts, Sint-Job-in-‘t-Goor en Overbroek. Hier delen wij lief en leed met elkaar, hier willen wij bouwen aan een mooie, veilige, welvarende toekomst.

Dat Brecht is onze thuis.

N-VA Brecht staat voor een beleid waarin openheid van bestuur, participatie en

partnerschap van alle inwoners, ondernemers en verenigingen géén loze begrippen zijn.

Wij willen samen met alle actoren een langetermijnvisie ontwikkelen die duidelijk beschrijft waar wij naartoe willen met onze gemeente over 30, 40, 50 jaar. Een

langetermijnvisie die rekening houdt met alle uitdagingen waarmee we geconfronteerd worden, op alle gebied: mobiliteit, ondernemen en werken, ruimtelijke ordening,

groen, sport …

Door alle actoren van bij het begin bij deze visieontwikkeling te betrekken, streven we naar een langetermijnvisie die gedragen wordt door heel de gemeente. Dit doen we

zowel voor Brecht, Sint-Lenaarts, Sint-Job als Overbroek, waardoor een globale visie ontstaat voor en door al haar inwoners.

Deze langetermijnvisie wordt de leidraad voor alle te nemen beslissingen. Zo kunnen we streven naar een gemeente waar het goed wonen is, maar waar het ook

aangenaam werken en ondernemen is. Een gemeente die rekening houdt met de noden van haar ondernemers en gemeenschap.

Uiteraard hebben we ook oog voor de huidige vragen en problemen. Zo willen we

onder meer werk maken van een vlottere mobiliteit en doorstroming voor het verkeer. Maar ook de veiligheid in onze gemeente krijgt de nodige aandacht. Iedereen moet

zich veilig kunnen voelen in onze gemeente (thuis en op straat), want veiligheid is een basisrecht. We maken van onze gemeente een leefbaar Brecht.

Onze ondernemende Brechtenaren verdienen beter. Ondernemers zijn belangrijke partners in het gemeentelijk beleid; zij zorgen immers voor een welvarend Brecht.

Ook burgers die actief en ondernemend zijn in onze gemeenschap (in verenigingen, in hun wijk, voor hun buren) willen we ondersteunen. Zo komen we tot een bruisend

Brecht.

Tenslotte moet de gemeente er zijn voor JOU. De gemeente moet haar burgers betrekken, zij moet efficiënt besturen en élke burger –waaronder jij– als VIP

behandelen. Kortom: dit is jouw Brecht.

Met dit programma wil N-VA Brecht werken aan een betere gemeente, zowel op korte als op langere termijn. Hiermee willen we verandering brengen in Brecht. Want Brecht verdient het beste!

Lijsttrekker N-VA Brecht Voorzitter N-VA Brecht

Sven Deckers Kris Janssens


3

1. LEEFBAAR BRECHT


4

1.1. Veiligheid

Het handhaven van de veiligheid op haar grondgebied is een van de kerntaken van de

overheid. De vertaalslag naar een echte veiligheidscultuur is ook op lokaal niveau een

noodzaak.

Voor N-VA Brecht is veiligheid geen zaak van politie en justitie alleen. Het gaat om een

collectieve verantwoordelijkheid van burgers en overheid. Voor N-VA Brecht zijn

de inwoners van Brecht een onmisbare partner in de strijd tegen criminaliteit en

overlast. Zij kennen hun buurt immers als geen ander.

De gemeente en de lokale politie moeten zelf actief inzetten op preventie van

criminaliteit en overlast. N-VA Brecht gelooft in een doordachte nultolerantie en

een lik-op-stukbeleid om het gevoel van straffeloosheid en het gevoel van

onveiligheid bij de burgers aan te pakken.

Een ander luik van veiligheid gaat over de brandweer. Het samenvoegen van de

verschillende gemeentelijke brandweerkorpsen in een grote hulpverleningszone heeft

als doel een efficiëntere werking te verwezenlijken. De organisatorische bevoegdheden

van de brandweerzorg zijn niet meer gemeentelijk georganiseerd wat impliceert dat

men als lokaal mandataris een ander beleid moet voeren. De gemeente heeft echter

nog steeds een rol te spelen met betrekking tot de brandweer.

1.1.1. Preventie

(1) De recente woninginbraakgolf die onze gemeente teisterde, bewijst dat we moeten

blijven inzetten op het terugdringen van woninginbraken. Onze lokale

politiezone beschikt over een diefstal-preventieadviseur, maar die is te weinig

gekend door onze bevolking. Onze preventieadviseur moet actief initiatieven nemen

om de bevolking te sensibiliseren, onder meer door het organiseren van

informatieavonden of een wandeling door de wijk in het kader van

inbraakpreventie. Ook door zijn aanwezigheid op de verschillende markten kan hij

zijn zichtbaarheid/bekendheid vergroten.

(2) Iedere burger kan om advies vragen en/of zijn woning laten controleren door een

diefstal-preventieadviseur. Als de adviseur vindt dat de woning voldoende beveiligd

is, krijgt de bewoner een ‘Certificaat Inbraak Veilig’ , dat men goed zichtbaar

aan de voorgevel van de woning kan bevestigen. Uit Nederlandse cijfers blijkt dat

huizen die voorzien zijn van zo’n certificaat tot 90% minder kans hebben op een

inbraak.

(3) Ook de gemeente moet haar inwoners sensibiliseren door op de website en/of

sociale media algemene richtlijnen en aanbevelingen te schrijven. Ook in


5

persoonlijke contacten is sensibiliseren mogelijk. Bij de aanvraag van een

stedenbouwkundige vergunning, verwijzen we meteen naar de brochure “Veilig

wonen”, om achteraf bijkomende kosten, om de woning inbraakveilig te maken, te

kunnen vermijden.

(4) Op strategische plaatsen (bvb. aan het station) zullen we investeren in de aankoop

of huur van fietskluizen om fietsdiefstal te voorkomen. Fietskluizen bieden een

alternatief voor (met camera’s) bewaakte fietsstallingen. Verder is het belangrijk

dat we onze burgers blijven sensibiliseren en hen de mogelijkheid aanbieden om

hun fiets digitaal te laten graveren. Zo kan een gestolen fiets sneller gelokaliseerd

worden dankzij het bestaande ANPR-cameranetwerk.

(5) Door in te zetten op de ruimtelijke veiligheid maken we de leefomgeving van de

Brechtenaar veiliger én aangenamer. Gedaan met pleintjes met hangjongeren,

parken waar iedereen ongezien z’n vuil kan dumpen en slecht verlichte straten of

pleintjes waar niemand durft te komen als het donker is. We richten straten,

speelpleinen en parken daarom veilig, open en transparant in. Via onder meer GAS-

boetes pakken we het gevoel van onveiligheid in openbare ruimtes aan.

(6) Georganiseerde criminaliteit, zoals drugsproductie en -handel of het witwassen van

crimineel geld via legale activiteiten, is vaak sterk verankerd op het lokale niveau.

Daarom is het van belang dat we als gemeente criminele ondernemingen

aanpakken. Voorkomen is beter dan genezen. Het is cruciaal dat de gemeente

weet wie er op haar grondgebied verblijft en wie er welke activiteiten ontplooit.

Naarmate de cultuur van bestuurlijke handhaving meer ingang vindt, zullen

ambtenaren ook meer expertise ontwikkelen in het herkennen van verdachte

patronen en zullen ze er proactief op kunnen inspelen.

Informatievergaring staat centraal. Van een zorgvuldig bestuur kan en moet er

verwacht worden dat het alle relevante informatie inwint. Op basis daarvan wordt er

een streng maar rechtvaardig vergunningenbeleid ontwikkeld om criminele

ondernemingen te bestraffen en de eerlijke concurrentie te garanderen.

(7) N-VA Brecht blijft inzetten op een sterk gemeentelijk brandweerbeleid door het

voeren van een open debatcultuur binnen de gemeenteraad over de dotatie en de

uitgaven die hiermee gebeuren en door over te stappen op een proactieve en

preventieve brandweer. Een van de maatregelen is bijvoorbeeld het promoten van

rookmelders naar onze inwoners. Wij willen de inwoners stimuleren om vrijwilliger

te worden in de brandweerpost van onze gemeente. Ook zullen wij personeelsleden

van de gemeente, die vrijwilliger zijn, dienstvrijstelling geven bij interventies.


6

1.1.2. Handhaving

(8) De N-VA is er zich van bewust dat er binnen de huidige budgettaire en

maatschappelijke context veel gevraagd wordt van de politie en haar medewerkers.

Maar we zijn er ook van overtuigd dat er nog mogelijkheden zijn om enerzijds

efficiëntiewinsten te boeken en anderzijds de kwaliteit van de dienstverlening nóg

beter te maken. Door het bewust investeren in digitalisering en nieuwe

technologieën (intelligent policing) zorgen we voor meer blauw op straat.

(9) Verkeersveiligheid is en blijft een zeer belangrijk punt. Samen met de ons

omringende zones plannen wij gerichte acties betreffende snelheids- en

alcoholcontroles. Door het optimaal benutten van het reeds aanwezige ANPR-

netwerk verbeteren we de verkeersveiligheid voor al onze inwoners.

(10) Verkeersveiligheid aan de schoolpoort of op weg naar school dient ook

prioritair te zijn voor onze zone.

(11) De visie van de N-VA op drugs is duidelijk: druggebruik wordt niet getolereerd.

We moeten streven naar een drugvrije samenleving, waarbij voorkomen beter

is dan genezen. Een gedoogbeleid staat haaks op ontrading (=ontmoediging) en

verhindert een daadkrachtige aanpak. In veel gevallen leidt druggebruik bovendien

tot overlast, geweld of crimineel gedrag. We beschouwen druggebruikers niet als

slachtoffers, maar wel als patiënten, personen die op weg moet geholpen worden

naar een drugvrij bestaan. Ze hebben het recht om geholpen te worden, maar ook

de plicht om aan hun behandeling mee te werken.

(12) Hoewel intrafamiliaal geweld dikwijls verborgen blijft voor de gemeenschap, is

het daarom niet minder belangrijk. Uit cijfers van onze zone blijkt dat dit fenomeen

zich ook voordoet in onze gemeenschap. Daarom wil N-VA Brecht ervoor pleiten om

intrafamiliaal geweld actief te bestrijden en hier een prioriteit van te maken.

(13) De N-VA ziet ook op het repressieve vlak een grotere rol weggelegd voor de

bestuurlijke aanpak. Rechtbanken worden nu al overstelpt. Heel wat van de

gepleegde feiten die niet vervolgd worden, versterken nochtans het

onveiligheidsgevoel bij de burger. De gemeente beschikt momenteel over enkele

instrumenten, zoals vergunningen en GAS, om criminaliteit tegen te gaan. Maar

vaak is dit niet voldoende. Daarom pleiten we voor meer veiligheidsbevoegdheden

en bestuurlijke handhaving voor de gemeente. De gemeente ziet de problemen

vaak als eerste en moet ze dan ook beter en sneller kunnen aanpakken.


7

1.1.3. Veiligheid als collectieve verantwoordelijkheid

(14) Veiligheid is meer dan een zaak van politie en justitie alleen, het is een

collectieve verantwoordelijkheid van de hele gemeenschap. De burger is de eerste

partner van de politie in de strijd tegen de criminaliteit.

(15) De officiële criminaliteitscijfers geven een objectief beeld van de pijnpunten

betreffende het veiligheidsbeleid. Maar minstens even belangrijk zijn de

(subjectieve) ervaringen van de inwoners, of het onveiligheidsgevoel. N-VA Brecht

wil luisteren naar zijn burgers en zal daarom zullen een bevraging onder de

burgers organiseren om de prioriteiten van de bevolking te leren kennen.

Aan de hand van de objectieve cijfers en de bezorgdheden van de burgers kan dan

een zonaal veiligheidsplan opgesteld worden.

(16) De politie moet de bestaande BuurtInformatieNetwerken (=BIN) beter

ondersteunen en rekening houden met de ervaringen en verzuchtingen van de

leden van het BIN. Momenteel zijn er al heel wat BIN’s actief in onze gemeente.

Voor N-VA Brecht moet elk BIN de mogelijkheid krijgen om elk jaar een behoefte-

inventaris op te stellen, waarbij samen met de politie wordt bekeken wat opportuun

en haalbaar is. De politie en de BIN-verantwoordelijken kunnen jaarlijks een

informatievergadering voor alle inwoners van Brecht organiseren.

(17) De wijkinspecteur is voor de inwoners het aanspreekpunt bij uitstek. Bij

hem/haar kunnen ze terecht met hun vragen of ergernissen over de

veiligheidsproblemen die ze ervaren. De politie moet in iedere wijk van de

gemeente aanwezig zijn en ernaar streven dat iedere burger zijn wijkinspecteur

kent.

(18) Gemeenschapsgerichte politiezorg moet ertoe leiden dat problemen zo vroeg

mogelijk worden gedetecteerd en aangepakt. Dankzij contacten binnen het sociale

weefsel en de aanwezigheid op het terrein, is de wijkagent het best op de hoogte

van de situatie ter plaatse.


8

1.2. Mobiliteit

Het verkeer in onze dorpskernen neemt alsmaar toe en de huidige aanpak van het

mobiliteitsbeleid is hier absoluut niet aan aangepast. Het is dringend tijd voor een

integrale aanpak van de mobiliteit in onze gemeente. We moeten ervoor zorgen dat

onze inwoners vlot naar hun werk, school, winkel of huis geraken en dat Brecht ook

vlot bereikbaar is voor bezoekers aan onze gemeente.

1.2.1. Werken aan complete mobiliteitsaanpak

(19) De N-VA wil werk maken van een mobiliteitsplan, samen met alle actoren.

Een gemeentelijk mobiliteitsplan is cruciaal voor de uitbouw van het

mobiliteitsbeleid waarvoor de gemeente bevoegd is. Er is nood aan een complete

visie voor mobiliteit in onze gemeente. Samen met onze buurgemeenten, De Lijn,

het Agentschap Wegen en Verkeer, de Vlaamse Waterweg en andere actoren,

maken we een plan op dat de mobiliteitsnoden in onze gemeente in kaart brengt en

gerichte oplossingen biedt. De nieuw opgerichte vervoerregio biedt enorme kansen

om samen te werken. Dit mobiliteitsplan belicht de prioriteiten voor onze

verschillende deelgemeenten, want de noden in Sint-Job-In-‘t-Goor, Brecht, Sint-

Lenaarts en Overbroek zijn niet allemaal dezelfde. Het doel van dit mobiliteitsplan is

om onze gemeente te verbeteren op het vlak van doorstroming, verkeersveiligheid,

parkeren, de staat van voet- en fietspaden en wegen, het openbaar vervoer

enzovoort.

(20) De doorstroming in onze dorpskernen moet verbeterd worden. Het is

frustrerend om steeds stil te staan op weg naar de autosnelweg. En het is nog

frustrerender wanneer er geen actie wordt genomen om dit te verbeteren. De N-VA

wil daarom samen met de Vlaamse Waterweg en andere actoren bekijken wat er

mogelijk is om de doorstroming op onze hoofdwegen te verbeteren. Het kan gaan

over kleine aanpassingen (spertijden voor bruggen, het beter afstemmen van

verkeerslichten) of over grotere infrastructurele ingrepen. Dit mag uiteraard niet

leiden tot sluipverkeer in de woonwijken.

(21) Er moet voldoende openbaar vervoer aanwezig zijn. Zeker een goede

verbinding van en naar (secundaire) scholen moet een prioriteit zijn. Ook

knooppunten en belangrijke polen, zoals het treinstation, ziekenhuizen en

dergelijke, moeten makkelijk bereikbaar zijn met het openbaar vervoer.

(22) Deze knooppunten en overstappunten willen we goed uitbouwen en

uitrusten. Het treinstation, de Park-and-Ride parking, grote bushaltes… moeten

voorzien zijn van voldoende fietsenstallingen, schuilhuisjes, parkeerplaatsen,

sanitair en eventueel andere functies zoals winkels en horeca.


9

(23) De treinlijn Noorderkempen/Brecht kan meer gebruikt worden. We

pleiten bij de NMBS om het potentieel te benutten en meer treinverbindingen en

treinen te voorzien.

(24) We zien dat inwoners en pendelaars van alle deelgemeenten, maar ook

buurgemeenten, naar ons treinstation in Brecht komen. Het is echter onlogisch dat

je eerst van Sint-Job naar Brecht moet rijden, om dan weer met de trein Sint-Job te

passeren richting Antwerpen. Daarom willen we pleiten voor een extra treinstation

in Sint-Job-In-‘t-Goor.

(25) Onder impuls van de N-VA is de Vervoerregio Antwerpen opgestart. Deze

biedt enorme mogelijkheden voor alle omliggende gemeenten. Naast een

verbeterde samenwerking met instanties zoals De Lijn en De Vlaamse Waterweg,

geeft de vervoerregio ook kansen om als gemeente nieuwe oplossingen te bekijken.

Zo zijn deelsystemen als de deelfiets, deelauto, deelscooter, stilaan ingeburgerd

geraakt in de steden, maar nog niet in andere gemeenten. Om als Brecht mee te

blijven evolueren, willen we deze nieuwe mobiliteitssystemen onderzoeken en

bekijken of er bijvoorbeeld aan het treinstation ook deelfietsen kunnen komen.

(26) We willen als gemeente de mobiliteitsscans stimuleren. De Provincie biedt

aan bedrijven een gratis mobiliteitsanalyse aan: er wordt bekeken hoe werknemers

het best naar het werk komen, hoe de bereikbaarheid van hun bedrijf verbeterd kan

worden en dergelijke. Ook als gemeente willen we zulke mobiliteitsscans laten

uitvoeren.

(27) In ons mobiliteitsbeleid hebben we ook aandacht voor mensen met een

beperking en integrale toegankelijkheid. De openbare weg, bushaltes, voet- en

fietspaden moeten toegankelijk en makkelijk bereikbaar zijn voor iedereen. Ook de

informatie en communicatie moeten toegankelijk zijn voor mensen met een

beperking.

(28) We willen het fietsen stimuleren in onze gemeente. We beginnen eerst bij

onze kleinste fietsers, door een project op te zetten in samenwerking met de

scholen. Wanneer leerlingen met de fiets naar school komen, wordt dit

geregistreerd en gekoppeld aan een beloningssysteem. We implementeren een

fietsapp (cfr. Flow Bikes) die de fietsritjes weergeeft en het aantal punten dat je al

hebt verzameld. Later willen we deze fietsapp verder uitbreiden naar alle

Brechtenaren.

(29) De hoofdassen van onze deelgemeenten staan vaak vol geparkeerd, waardoor er

te weinig parkeerplaatsen zijn voor de klanten van onze winkels. Daarom brengen

we de parkeernoden in kaart en op basis hiervan evalueren we het

parkeerbeleid. We bekijken waar er parking moet bijkomen (eventueel met

slimme parkeersensoren), ook voor bussen en vrachtwagens, want het kan niet de

bedoeling zijn dat die parkeren in woonwijken.


10

(30) In Brecht geldt er momenteel een belastingreglement op ontbrekende

parkeerplaatsen en fietsenstallingen. Bij nieuwe gebouwen of grote

verbouwingswerken moet men namelijk extra betalen als er te weinig

parkeerplaatsen of fietsenstallingen voorzien worden. We merken echter dat dit niet

bij elke vergunningsaanvraag aan bod komt. Daarom moet er een

parkeerparagraaf in elke vergunning opgenomen worden. Elke nieuwe

ontwikkeling moet immers in voldoende eigen parking voorzien zodat de

parkeerdruk op de omliggende straten niet verhoogd wordt.

(31) Er moeten overal voldoende fietsenstallingen aanwezig zijn. De gemeente

moet zelf het goede voorbeeld geven en aan bushaltes, treinstations en de

gemeentelijke instellingen voldoende veilige fietsenstallingen voorzien.

(32) Onze wegen, pleintjes, voet- en fietspaden en de rest van het openbaar

domein moeten veilig, comfortabel en goed onderhouden zijn. Dit is een

prioriteit voor de gemeente.

(33) Meldingen over het openbaar domein moeten opgevolgd en snel

opgelost worden. Als inwoners zien dat er in hun straat een probleem is, moeten

ze dit gemakkelijk en digitaal kunnen melden bij de gemeente, zodat de gemeente

dit zo snel mogelijk kan oplossen.

1.2.2. Aandacht voor verkeersveiligheid

(34) De N-VA wilt een prioriteit maken van veilige schoolomgevingen. We willen

dat zoveel mogelijk kinderen op een veilige manier te voet of met de fiets naar

school kunnen gaan. We investeren daarom in veilige fietsroutes en veilige

schoolomgevingen.

Een eerste instrument zijn de schoolroutekaarten: de bedoeling hiervan is dat de

leerling zijn thuisadres en dat van de school ingeeft, en dat de kaart dan de

veiligste route toont voor voetgangers en fietsers. Samen met de scholen in onze

gemeente en ook in de buurgemeenten, willen we zulke schoolroutekaarten maken.

Ten tweede richten we schoolstraten in: in een tijdspanne rond het begin en einde

van de schooldag, is de straat enkel te voet of met de fiets toegankelijk.

Bovendien moeten schoolomgevingen duidelijk gemarkeerd zijn. Een zone-30-

bord, symbolen en specifieke borden, geven goed aan dat je een school nadert.

Tenslotte ontbreekt het aan de meeste scholen aan gemachtigd opzichters. We

willen daarom als gemeente actief zoeken naar gemachtigd opzichters en deze

opleiden.

(35) We pleiten al jaren voor veilige, comfortabele en goed verlichte voet- en

fietspaden. Vele wegen in onze gemeente, zoals de Ringlaan en de pas aangelegde

Ring rond Brecht, krijgen van ons een ‘onvoldoende’. Zeker in straten waar veel


11

fietsers en voetgangers passeren, moeten we inzetten op veilige voet- en

fietspaden.

(36) De situatie op verschillende kruispunten moet verbeterd en zoveel

mogelijk conflictvrij gemaakt worden, zonder al te veel te moeten inboeten op

doorstroming. Conflictvrije kruispunten worden zo ingericht dat de verschillende

weggebruikers elkaar niet hinderen. Vernieuwende systemen zoals digitale

gravering van fietsen en slimme digitale verkeersborden op gevaarlijke kruispunten

moeten onderzocht worden.

(37) De laatste jaren zijn er in onze provincie heel wat comfortabele fietsostrades

gerealiseerd. Deze fietsostrades moeten goed bereikbaar zijn vanuit Brecht.

Het jaagpad langs de vaart en de weg langs de E19 rusten we uit als fietsostrade.

Daarvoor voorzien we fietstunnels die onder drukke wegen lopen om veilig door te

steken, bijvoorbeeld aan de Bethovenstraat in Brecht.


12

1.3. Ruimtelijke ordening

Er is nood aan een duidelijk en daadkrachtig beleid rond ruimtelijke ordening, dat de

identiteit van onze gemeente en haar dorpskernen respecteert. We willen afstappen

van het huidige beleid rond ruimtelijke ordening, omdat hier te weinig naar de

toekomst wordt gekeken. Jarenlang werd er ad hoc beslist welke ontwikkeling werd

toegestaan, waardoor we nu met een versnippering van functies zitten: er zijn geen

duidelijke winkelstraten, de wegen kunnen het bijkomende verkeer niet meer slikken,

enzovoort. Dit willen we in de toekomst omdraaien door middel van een duidelijke,

doordachte ruimtelijke structuurvisie. We gaan voor maatwerk, maar niet voor

willekeur. De ruimte die er is, moet slim ingezet worden. Zo kunnen we gaan voor een

sterke winkelkern, aangename woonomgevingen en voldoende ruimte om in te spelen,

te sporten, te leven.

1.3.1. Duidelijke ruimtelijke visie

(38) De N-VA wil een duidelijke ruimtelijke structuurvisie opmaken. In de

structuurvisie geven we weer waar er nieuwe ontwikkelingen kunnen komen en

waar we de groene ruimte behouden. We willen een structuurvisie maken voor de

gehele gemeente, maar ook voor elke deelgemeente. Daarmee willen we het eigen

karakter van de dorpskernen van Brecht, Sint-Lenaarts, Sint-Job-In-‘t-Goor en

Overbroek behouden –of beter nog– terugbrengen.

(39) Het is nodig om de kernen slim te verdichten: we moeten meer doen met

minder ruimte. Door een goed evenwicht te vinden tussen bebouwing en

kwalitatieve open ruimte, blijft onze gemeente leefbaar en aangenaam om in te

wonen. Verdichting is absoluut meer dan het bouwen van hoge

appartementsgebouwen; het gaat om maatwerk dat de draagkracht van de

gemeente voor ogen houdt.

(40) We zorgen dat alle noodzakelijke functies aanwezig zijn in de kernen.

Brechtenaren vinden winkels, scholen, sporten spelinfrastructuur, kinderopvang

en dergelijke dichtbij de deur, op fietsen wandelafstand. Ze moeten hiervoor niet

naar andere gemeenten.

(41) Nieuwe projecten worden getoetst aan de leefbaarheid en draagkracht

van de omgeving. Zo moet een nieuwe ontwikkeling goed ontsloten kunnen

worden, gekoppeld aan het netwerk van openbaar vervoer, en mogen de

omliggende woonstraten niet onnodig belast worden. We vermijden afgelegen

ontwikkelingen of projecten in de open ruimte, die te ver afliggen van alle

voorzieningen. Ook moeten de ontwikkelaars van nieuwe projecten zelf instaan voor

het aanleggen van wegen, fietsinfrastructuur, parkeerplaatsen en groenvoorziening.


13

(42) Om een aantrekkelijke winkelgemeente te zijn, moeten de winkelgebieden

duidelijk afgebakend zijn. Het kan niet de bedoeling zijn dat je met de auto van

de ene kant van het dorp naar de andere moet. Je zou gemakkelijk te voet of met

de fiets van de bakker naar de slager, de bank en de markt moeten kunnen.

Economie en ruimtelijke ordening gaan hierin hand in hand. In elk van onze

dorpskernen bakenen we een zone af waar we detailhandel, horeca en diensten

willen concentreren. Samen met onze handelaars maken we zo werk van een

bruisende winkelstraat.

(43) Brecht telt een aantal KMO-zones, met ondernemers waar we trots op mogen

zijn. We willen ervoor zorgen dat onze Brechtse ondernemers voldoende ruimte

(blijven) krijgen om te ondernemen en te investeren. We investeren als

gemeente in KMO-zones, die goed ontsloten zijn. We geven voorrang aan Brechtse

ondernemers, vooral als zij momenteel zonevreemd zitten.

(44) We kiezen voor meervoudig ruimtegebruik en delen van ruimte. Zo kan

bijvoorbeeld de sporten spelinfrastructuur van een school na de schooluren

gebruikt worden door verenigingen, of kunnen bedrijfsparkings opengesteld worden

voor bewoners, of kunnen verenigingen en wijken voor hun activiteiten gebruik

maken van dienstencentra, bibliotheken en andere gemeentelijke gebouwen.

Gedeeld gebruik betekent ook gedeeld onderhoud en beheer.

(45) Bestaande gebouwen die leeg staan of niet meer actief gebruikt worden voor

hun bestaande functie, willen we herbestemmen. Brechts erfgoed willen we niet

zomaar afbreken of verkopen, maar willen we eerst onderzoeken om te zien welke

nieuwe bestemming eraan gegeven kan worden. Denk bijvoorbeeld aan de

pastorijen. Voor zulke historische dorpsgezichten kiezen we niet voor de meest

lucratieve invulling, maar voor de meest geschikte bestemming.

(46) De N-VA wilt leegstand en verkrotting actief aanpakken. De inkomsten die

de gemeente haalt uit de belasting op leegstaande en verwaarloosde gebouwen en

gronden moeten opnieuw worden geïnvesteerd in het ruimtelijk beleid. De

gemeente stimuleert ook tijdelijke invulling van leegstaande panden, zoals pop-ups.

Aan startende ondernemers, pandeigenaars en huurders bieden we ondersteuning

om hun pand, winkel of gevel aantrekkelijker te maken.

(47) Ruimtelijke ordening is geen op zichzelf staand beleidsdomein. Integendeel, er is

een geïntegreerde aanpak nodig van ruimtelijke ordening, mobiliteit,

leefmilieu, economie… We bekijken ruimtelijke vragen en invullingen steeds in

relatie tot hun omgeving. Een bouwproject heeft immers steeds impact op het

verkeer en de leefbaarheid van de straat en wijk. Ook een intensieve samenwerking

tussen de gemeentediensten is nodig om tot de beste oplossing te komen.

(48) De N-VA zet volop in op digitalisering, ook in het gemeentelijk

vergunningenbeleid. Het uitgangspunt hier is een efficiënte dienstverlening naar

onze burgers toe. We willen het vergunningenproces zo duidelijk en gemakkelijk

mogelijk maken. Burgers moeten digitaal een vergunning kunnen aanvragen en


14

opvolgen. Alle informatie over ruimtelijke ordening moet gemakkelijk terug te

vinden zijn op de gemeentelijke website. Mensen die minder digitaal zijn, laten we

natuurlijk niet in de kou staan. Zij kunnen nog steeds voor info en aanvragen

terecht op het gemeentelijk loket.

1.3.2. Wonen voor iedereen

Iedere Brechtenaar verdient een betaalbare en kwalitatieve woning, in een aangename

leefomgeving. Woningen –zeker vrijstaande woningen– en bouwgronden worden

steeds duurder, waardoor het voor sommigen moeilijk wordt om een gepaste woning te

vinden. De N-VA gaat voor een woonaanbod voor alle leeftijden en alle gezinnen.

(49) We willen in Brecht een divers woonaanbod met woningen voor alle mogelijke

gezinssamenstellingen. Het woonaanbod in onze gemeente mag zich niet beperken

tot appartementen. Het moet voor iedereen mogelijk zijn om een woning te kopen

of te huren in onze gemeente. We spelen hierop in via de ruimtelijke

uitvoeringsplannen en het vergunningenbeleid, maar we stellen ook een Actieplan

Wonen op, met een woonvisie naar de toekomst toe.

(50) We zetten in het bijzonder in op voldoende en betaalbare woningen voor

starters en ouderen, én op eengezinswoningen. We bekijken hoe we jonge

gezinnen en alleenstaanden, die onvoldoende kapitaal hebben voor een

(nieuwbouw)woning, een duwtje in de rug kunnen geven, d.m.v. bijvoorbeeld

huurkoop.

(51) We beseffen dat de bestaande klassieke woonvormen niet altijd volstaan. Om in

te spelen op de vergrijzing en het groeiend aantal nieuw samengestelde gezinnen,

willen we ruimte geven aan nieuwe woonvormen, zoals kangoeroewoningen.

We volgen de projecten van onze Vlaams Minister rond alternatieve en innoverende

woonvormen van dichtbij op.

(52) Bij nieuwe kavels en sociale woningen geven we voorrang aan mensen

die een band hebben met Brecht. Wie in Brecht geboren is of hier al lang woont,

krijgt een voorkooprecht bij betaalbare nieuwe verkavelingen of krijgt voorrang via

de lokale toewijzingsreglementen in sociale huisvesting.

(53) We voeren een conformiteitsattest in voor (sociale) huurwoningen, om de

woonkwaliteit te garanderen. Wie een woning verhuurt, moet ervoor zorgen dat

deze veilig, gezond en comfortabel is. Via een conformiteitsonderzoek wordt

bekeken of de constructie stabiel is, de technische installaties gekeurd en veilig zijn,

de woning goed toegankelijk is, de deuren, ramen en vloeren in goede staat zijn, de

woning voldoende verlicht en verlucht kan worden, enzovoort. Als dit het geval is,

dan krijgt de woning een conformiteitsattest als kwaliteitslabel. We voeren het

conformiteitsattest gefaseerd in, afhankelijk van de ouderdom van de woning.


15

(54) Om ondernemerschap in onze winkelstraten te stimuleren en om leegstand aan

te pakken, wil de N-VA een renovatiepremie invoeren voor handelspanden. Als

een pandeigenaar of een handelaar zelf werken wil uitvoeren, die de gevel of het

pand verfraaien, dan kan hij rekenen op een tussenkomst van de gemeente. Ook

willen we iedereen informeren over alle reeds bestaande renovatiepremies.

(55) De N-VA gelooft in het levenslang zelfstandig wonen in de eigen vertrouwde

omgeving. We willen dit dan ook ondersteunen, via bijvoorbeeld een

woningaanpassingspremie. 65-plussers die hun woning laten aanpassen (zoals

verbreden van deuren, installeren van een lift, aangepast sanitair), kunnen een deel

van het bedrag terugkrijgen.

(56) We willen één woonloket voorzien waar burgers met al hun vragen rond wonen

terechtkunnen en dus niet van de ene naar de andere dienst worden gestuurd. Eén

loket waar advies en informatie wordt gegeven over (ver)bouwen, woonsubsidies,

leegstand, duurzaam wonen, enzovoort.


16

1.4. Leefmilieu

1.4.1. Slim en rechtvaardig afvalbeleid

(57) We werken samen aan minder afval. Vanuit het principe dat de vervuiler

betaalt, stimuleren we de Brechtenaar om duurzaam om te springen met

grondstoffen. Het gemeentebestuur rekent daarbij zo goed mogelijk, de reële

kostprijs van vervuiling en milieumaatregelen, door aan de vervuiler/gebruiker.

Daar tegenover staat natuurlijk een transparante prijszetting en efficiënte

dienstverlening voor de burger.

(58) De gemeente stimuleert het verminderen van de restfractie en de hoeveelheid

afval per inwoner. We nemen eigen initiatieven om inwoners te sensibiliseren en we

werken samen met de buurgemeentes en afvalintercommunale.

(59) De gemeente moet haar inwoners sensibiliseren over sorteren,

composteren, hakselen en andere maatregelen om de afvalberg te verminderen.

Ook moeten er, onder het motto ‘meer sorteren is minder betalen’, nog

inspanningen geleverd worden om afvalsortering nog te verbeteren.

(60) De invoering van het DIFTAR-systeem kan leiden tot meer sluikstorten. Daarom

moet er zeker een streng ontradings- en handhavingsbeleid via de gemeentelijke

administratieve sancties (GAS) uitgewerkt worden. De vervuiler moet betalen! Er

moet onderzocht worden of vernieuwende systemen zoals slimme vuilbakken een

oplossing kunnen bieden tegen sluikstorten en voor een efficiënte vuilnisophaling.

(61) Door het invoeren van het DIFTAR-systeem betaalt de Brechtenaar meer dan

voorheen. We willen een grondige evaluatie van dit DIFTAR-systeem voor

restafval en GFT en bijsturen waar nodig.

(62) Verenigingen en scholen werken graag mee aan acties en activiteiten in ruil voor

een financiële compensatie. In ons streven naar netheid en een proper straatbeeld

willen we een beroep doen op scholen en verenigingen. Wanneer zij

meewerken aan zwerfvuilacties of activiteiten waarbij verkeersborden e.d. gepoetst

worden, kunnen zij een vergoeding ontvangen. Hiervoor wordt, in samenspraak met

de verenigingen en scholen, een subsidiereglement uitgewerkt.

(63) Soms hebben inwoners van onze gemeente of deelgemeenten last van

geurhinder afkomstig van de containerparken. N-VA Brecht pleit in dat kader voor

moderne en gebruiksvriendelijke containerparken waarbij de overlast voor de

buurt tot een absoluut minimum herleid wordt. We doen dit in samenspraak met de

intercommunale IGEAN.


17

1.4.2. Inzetten op duurzaamheid

(64) Als gemeentebestuur moeten we het goede voorbeeld geven aan de burger. We

zetten, waar mogelijk, in op milieuvriendelijke vervoersmiddelen voor onze

gemeentelijke diensten. Indien er wagens aangekocht moeten worden, leggen

we een zo hoog mogelijke milieunorm op bij de aanbestedingen.

(65) Door de opmaak van een mobiliteitsscan voor gemeentelijke diensten,

bedrijven en andere groepen, brengen we het woon-werkverkeer in kaart. Vanuit

deze mobiliteitsscan stimuleren we onze medewerkers om meer met het openbaar

vervoer of de fiets te komen werken.

(66) De gemeente beperkt zoveel mogelijk de milieubelasting van investeringen

en aankopen. Ze houdt daarbij ook rekening met herbruikbaarheid, eenvoudig

onderhoud, lange levensduur en recyclagemogelijkheden.

(67) We stimuleren een goede energieprestatie bij nieuwbouw en moedigen

energiezuinige renovatie aan door onder meer in te zetten op

energieadvies, sensibilisering, groepsaankoop en wijkrenovatie. We brengen

de energiebehoeften van onze gebouwen in kaart en voeren op korte termijn

maatregelen uit die een snelle energiekostenbesparing opleveren.

(68) Verder zorgen we voor een modernisering van het industriepark en van

verouderde huishoudelijke verwarming door sensibilisering en een

aangepast vergunningenbeleid. We voeren een beleid waar steenkoolkachels

en allesbranders vervangen worden door milieuvriendelijke alternatieven.

(69) Om een milieuvriendelijk beleid te kunnen voeren en inwoners van onze

gemeente te sensibiliseren, moeten we er voor zorgen dat onze infrastructuur

ten volle wordt aangepast. N-VA Brecht heeft daarbij aandacht voor het

plaatsen van laadpunten voor elektrische voertuigen.

(70) We voeren een energiezuinig en duurzaam aankoopbeleid. We nemen de

ambitie van de Vlaamse overheid over: een reductie van 27% op het eigen

primair energieverbruik. Als gemeente investeren we ook zelf in

hernieuwbare energie voor de eigen gebouwen.

(71) We stellen, samen met de netbeheerder, een gemeentelijk lichtplan op en

zetten in op dimbare, tijdgestuurde en intelligente LED-verlichting. We

maken een investeringsplan op om deze omschakeling te maken. Op die

manier verminderen we het energieverbruik, wat meteen zorgt voor een lagere


18

energiefactuur én minder lichtvervuiling. Tegelijkertijd verbeteren we ook de

zichtbaarheid op gevaarlijke kruispunten.

(72) De gemeente moet opportuniteiten in energie-efficiëntie onderzoeken en

die, waar mogelijk, benutten in samenwerking met private partners. We

evalueren de mogelijkheden van alternatieve energiebronnen:

warmtenetten met restwarmte uit de industrie, maar ook geothermie, lokale

biomassa,… We inventariseren potentiële locaties voor wind-, zonne- en

waterenergie en stimuleren burgers en bedrijven om in te stappen in zulke

projecten.

(73) We maken onze deelgemeenten ‘klimaatrobuust’ door in de nieuwe

omgevingsvergunning zoveel mogelijk aandacht te besteden aan

hergebruiken van regenwater, groendaken, waterinfiltratie,….

(74) N-VA Brecht pleit voor een correcte toepassing van de wet in het kader van

een duurzaam rioleringsstelsel. Saneringsbijdragen moeten geïnvesteerd

worden in de aanleg en het beheer van het rioleringsstelsel en dienen niet om

de gemeentelijke begroting in evenwicht te brengen. Het onderhoud, herstel en

de verdere uitbouw van het rioleringsnet vormen een grote budgettaire

uitdaging. We wensen transparantie tussen de belasting die de burger betaalt

en de bestemming van die middelen.

(75) Voor regenwater hanteren we het volgende principe (in volgorde van

belangrijkheid): (1) regenwater hergebruiken, (2) infiltreren in de bodem of

(3) bufferen en vertraagd afvoeren. Het gescheiden afvoeren van regenwater

en afvalwater in twee aparte rioleringsstelsels is een dure oplossing. We

passen die methode enkel toe waar dat nodig is voor een betere afvoer.

(76) Heel wat afval kan vermeden worden bij tal van evenementen binnen onze

gemeente. Om deze afvalberg te veminderen/vermijden, pleiten we voor het

gebruik van herbruikbare bekers. Maar niet enkel herbruikbare bekers kunnen

een oplossing bieden, ook tal van andere herbruikbare producten zullen

bijdragen tot een beter milieu.


19

1.4.3. Groene omgeving

(77) Onze gemeente heeft heel wat natuurgebieden en parken waar we trots op

mogen zijn. We denken hier bijvoorbeeld aan de Brechtse heide, Kooldries,… We

willen deze natuurgebieden en parken vrijwaren en aantrekkelijker maken

voor wandelaars, fietsers, enzovoort. Onze parken moeten steeds open zijn voor

het brede publiek. Om iedere burger te laten genieten van deze mooie omgevingen,

willen we de parken aangenamer en toegankelijker maken. We houden hierbij wel

rekening met het respecteren van de aanwezige fauna en flora.

(78) Om onze mooie straatbeelden te behouden is een goed onderhoud van de

bermen en grachten noodzakelijk. Dit hoeft niet steeds gedaan te worden door

professionele firma’s of door onze gemeentelijke diensten. De N-VA vindt het

belangrijk dat elke burger zijn verantwoordelijkheid opneemt en zijn of haar

steentje bijdraagt tot een schonere leefomgeving. In dat kader past zeker ook het

vegen en onderhouden van bermen voor eigen deur. Dit kan ook gebeuren door

wijkorganisatie, verenigingen, scholen … Om het overtollige regenwater tijdig weg te

krijgen, is het onderhouden van grachten een must.

(79) Ook de verschillende rotondes kunnen onderhouden worden door verenigingen of

zelfstandigen, mits duidelijke afspraken.

(80) Onze lokale landbouwers en handelaars hebben vaak tal van heerlijke producten

te bieden. We willen hen de kans geven om hun producten aan de man te brengen

op een maandelijkse boerenmarkt door onze lokale landbouwers en

handelaars in elke deelgemeente.

1.4.4. Dierenwelzijn

(81) Heel wat inwoners van onze gemeente hebben huisdieren. Ook deze dieren

hebben recht op vrijheid. Wie huisdieren heeft moet er ook voor zorgen dat deze

met de beste zorgen hebben. Daarom willen we starten met sensibiliseringsactie om

verantwoordelijkheid op te nemen voor (eigen) dieren.

(82) We willen de noden voor alle dieren in kaart brengen. Daarom pleiten we ervoor

om op verschillende plaatsen in de deelgemeentes hondenloopzones te voorzien.

(83) We voeren een permanente sterilisatieactie in voor zwerf- en huiskatten, in

overleg met de sector van dierenartsen en vrijwilligers. Op die manier kunnen we

de zwerfkattenpopulatie enigszins indijken. Verder willen we campagnes

organiseren om mensen bewust te maken van het belang van het chippen van hun

huisdieren.


20

(84) N-VA Brecht is begaan met het welzijn van dieren. Daarom moet de gemeente

dierenwelzijn integraal opnemen in het gemeentelijk milieubeleid. Om die reden

richten we een dienst dierenwelzijn op.

(85) Het welzijn van huis- en weidedieren moet beschermd worden door een goed

politiereglement, zodat we proactief en streng kunnen optreden tegen dierenleed

en dierenmishandeling. We voorzien gemeentelijke administratieve sancties

(GAS) en een snelle tussenkomst bij overtredingen. Dit geld ook voor wie zijn dier

niet de gepaste beschutting biedt of onvoldoende water of voedsel geeft.

(86) In ons huidige landschap worden de nectar- en stuifmeelbronnen erg schaars.

Bovendien vormt het intensieve gebruik van pesticiden een groot probleem voor de

insecten die de bespoten planten bezoeken. Het is daarom zeer belangrijk om te

bekijken hoe we onze natuur- en landbouwgebieden, tuinen, parken en zelfs

industriezones, op een bij- en milieuvriendelijke manier kunnen beheren. Door

het plaatsen van bijenkasten en/of bijenhotels kunnen we de bijenpopulatie een

beter onderkomen geven.


21

2. WELVAREND BRECHT


22

2.1. Ondernemen

2.1.1. Participatie en partnerschap van ondernemers

(87) Je kan geen beleid voeren op maat van je ondernemers als je ze niet kent.

Daarom willen wij in gesprek gaan met ondernemers, zelfstandigen en vrije

beroepen om hen te leren kennen, om te leren wat zij doen, wat hun noden zijn,

wat hun vragen en verwachtingen zijn. Dit is zowel een taak voor de politiek in het

algemeen als voor de ambtenaar. Hiervoor zullen we eerst een accurate inventaris

moeten opmaken van wie er in onze gemeente actief is.

(88) We gaan zeer actief onze ondernemers bezoeken en ondernemersevents

organiseren of in ieder geval de organisatie van dergelijke events ondersteunen.

Events waar ambtenaar en politiek de verschillende ondernemers kunnen

ontmoeten, maar waar ook ondernemers elkaar kunnen ontmoeten en netwerken.

(89) Wij zijn van mening dat het de taak is van het bestuur om de ondernemers

goed en tijdig te informeren over genomen beslissingen en aankomende

openbare werken. Samen met de ondernemers kan er bij belangrijke openbare

werken een minder-hinderplan opgesteld worden om het leed enigszins te

verzachten. Wij willen hierover een te volgen procedure uitwerken waardoor er

steeds tijdig gecommuniceerd wordt naar alle betrokkenen.

(90) In Brecht bestaat er reeds een Adviesraad Lokale Economie. Deze adviesraad

komt in principe twee keer per jaar samen, maar verslagen van deze vergaderingen

zijn niet beschikbaar. Wij willen de werking verder opentrekken, en hun adviezen en

bijhorende motivatie openbaar maken. Bovendien is het zinvol om bij ingrijpende

beslissingen/veranderingen/werken alle betrokken actoren te laten participeren en

mee te laten nadenken over een bepaald project. Als voorbeeld denken we

aan de herinrichting en het autoluw maken van de Gasthuisstraat/Lessiusstraat.

Vanaf het begin moeten àlle betrokken handelaars –dus niet enkel de adviesraad-

kunnen meedenken over hoe we dit het best invullen/realiseren. Zo kom je tot een

project dat door iedereen gedragen wordt.

(91) We willen één centraal ondernemersloket (zowel digitaal als fysiek) oprichten

voor bedrijven, landbouwers en zelfstandigen. Ondernemers moeten op één plaats

terecht kunnen voor alle informatie over ondernemen in onze gemeente:

regelgeving, vergunningen, ondersteuning, de gemeentelijke organisatie …

2.1.2. Ruimte om te ondernemen


23

(92) Een tweede belangrijke voorwaarde voor een sterk economisch beleid, is dat de

ruimtelijke ordening en de mobiliteit het ondernemen niet hinderen, maar net

faciliteren. Want deze drie domeinen hangen zeer nauw samen. Ondernemers

hebben namelijk voldoende en makkelijk bereikbare ruimte nodig om te

ondernemen.

(93) Aangezien ondernemers werkgelegenheid en welvaart creëren, en werken in

eigen streek een deel van de oplossing voor het mobiliteitsprobleem is, moeten wij

betaalbare ruimte creëren voor ondernemers. Voor kleine en opstartende

ondernemingen is het niet vanzelfsprekend om zich te vestigen op een ambachts- of

industriezone. Daarom moet het mogelijk zijn om bestaande gebouwen te

herbestemmen om zo extra ondernemingsruimte te creëren en deze ondernemers

de mogelijkheid te bieden hun droomzaak op te starten en/of verder uit te bouwen.

(94) Ook het inventariseren van beschikbare ruimtes en gronden en deze

bekendmaken bij de ondernemers, rekening houdend met de mogelijke

activiteiten op deze locaties, is een taak van de gemeente. Dit zal een aantal

ondernemers op weg helpen een geschikte locatie te vinden.

(95) Bovendien moet er bij de ontwikkeling of uitbreiding van ambachts- en

industriezones rekening gehouden worden met de bereikbaarheid en mobiliteit

naar en in bedrijfsterreinen. Een ambachtszone zoals De Ring waar de straat te

smal is om twee vrachtwagens fatsoenlijk te laten kruisen, of een zone zoals

Kraaienhorst waar de toegangsweg te smal is om met vrachtwagens op een veilige

manier te kunnen manoeuvreren, zijn ons inziens onaanvaardbare situaties. Het is

de taak van de gemeente om samen met de betrokkenen een oplossing uit te

werken.

(96) Een deel van de mobiliteitsoplossing bestaat erin meer mensen aan het fietsen

te krijgen. Daarom zullen wij als gemeente blijven investeren in onze fietspaden en

onze eigen medewerkers blijven sensibiliseren om zoveel mogelijk gebruik te

maken van de fiets en openbaar vervoer. Op strategische plaatsen, denken we

maar aan de stationsomgeving en KMO zones, zullen we investeren in fietskluizen

en laadpalen voor elektrische fietsen en auto’s.

(97) In samenwerking met de provincie zullen we ook per ambacht en

industriezone een mobiliteitsscan laten uitvoeren. Aan de hand van deze

resultaten kunnen de betrokken werknemers alternatieven aangeboden krijgen over

hoe zij zich naar het werk verplaatsen.

(98) Voor zij die toch gebruik moeten maken van de wagen om te winkelen/werken,

moeten we voldoende en veilige parkeerplaatsen voorzien: parkeerplaatsen

voor ‘kort parkeren’ in het centrum waar de winkels zijn, en parkeerplaatsen voor

langparkeerders aan de rand van het centrum. We moeten deze parkeerplaatsen


24

duidelijk aangeven en bewegwijzeren aan de toegangswegen die naar het centrum

leiden.

2.1.3. Sterke bedrijvige kernen

(99) Een bedrijvige kern moet een afgebakende zone met aaneengesloten

bedrijvigheid en zichtbare handel zijn, waar handelaars, horeca, starters,

diensten, vrije beroepen en dergelijke een plaats vinden. Wij geloven dat een

bedrijvige kern mogelijk is, als je een goed afgebakend kernwinkelgebied hebt, dat

niet te groot is, slim gekozen is en waarbij de winkels dicht bij mekaar liggen. Nu

gaan er nog te veel mensen met de auto van de bakker naar de bank, de slager, de

schoenenwinkel en de bloemenwinkel. Zou het niet veel aantrekkelijker zijn als je

dat allemaal te voet kon doen? Dat zou positief zijn voor de mobiliteit én dat zou

zorgen voor gezellige winkelstraten. De geïntegreerde visie waarvoor wij pleiten,

kan dit waarmaken.

(100) We pleiten ook voor een actief leegstandsbeleid. Onze gemeente doet het niet

slecht op vlak van leegstand, zeker wat betreft de dorpskernen van Sint-Lenaarts

en Brecht. Maar dat wil niet zeggen dat de weinige leegstand die er wél is, niet

aangepakt moet worden. Neem bijvoorbeeld het kernwinkelgebied van Sint-Job;

daar staat 14,6% van de winkelvloeroppervlakte leeg. En het totale aantal

leegstaande commerciële panden mag dan wel dalen, maar het aantal commerciële

panden zelf daalt ook! Dat vinden we een gevaarlijke evolutie, want we willen wel

minder leegstand, maar we willen niet minder winkels!

(101) De gemeente moet handelaars, starters of investeerders op weg helpen naar de

juiste panden. Dit kan via een winkelen ondernemersmanager, die aanwezig is

in de winkelstraten en op de bedrijfsterreinen, die luistert naar de ondernemers en

die eventuele problemen snel opvolgt.

(102) Om leegstand te vermijden, willen we tijdelijke invullingen van leegstaande

panden stimuleren (bvb. pop-ups).

(103) Ondernemers of pandeigenaars die hun handelspand willen renoveren en

verfraaien, willen we ondersteunen. De gemeente kan hiervoor enerzijds een

subsidie geven, en anderzijds tips geven om een aantrekkelijk handelspand in te

richten.

(104) De gemeente moet er zelf ook voor zorgen dat de winkelstraat aantrekkelijk

is, dat voet- en fietspaden en parkings goed aangelegd en onderhouden zijn, en dat

de winkelstraat voor iedereen toegankelijk én veilig is.

(105) De gemeente moet initiatieven van handelaars en handelaarsverenigingen

ondersteunen, zoals een jaarlijks evenement, jaarmarkt of kerstmarkt. Dit kan

door financiële ondersteuning zijn, maar misschien nog belangrijker door materiaal

en infrastructuur ter beschikking te stellen en promotie te maken voor dit initiatief.


25

2.1.4. Trots op onze ondernemers

Wij als N-VA vinden dat er in onze gemeente momenteel te weinig aandacht én

middelen worden besteed aan lokale economie. Een gemeente moet trots zijn op haar

ondernemers en moet haar ondernemers alle kansen kunnen geven.

(106) In de eerste plaats vinden we dat de gemeente het goede voorbeeld moet

geven, en zelf meer zaken moet doen met de lokale handelaars. Als de

gemeente iets moet aankopen of gebruik moet maken van een dienst, dan zou die

eerst in de eigen gemeente moeten zoeken. Rekening houdend uiteraard met de

wet op de overheidsopdrachten. Geef eerst de lokale ondernemers een kans in

aanbestedingen.

(107) Maar ook ruimer dan de eigen aankopen, kan een gemeentebestuur meer doen.

Met de sterk opkomende e-commerce zal de gemeente –samen met de Brechtse

ondernemers en werkgeversorganisaties– een tandje moeten bijsteken om het

kopen in onze eigen gemeente te stimuleren. Op de gemeentelijke website

moet er een plan te vinden zijn met alle ondernemers in Brecht. Zo weet iedereen

welk aanbod er in onze gemeente is.

(108) Ook willen we werk maken van een sterke Brechtse klantenkaart. Momenteel

gebruiken veel handelaars in onze gemeente een applicatie, waarmee punten

kunnen worden gespaard, die opnieuw kunnen uitgegeven worden bij lokale

handelaars. Dit is een zeer goed initiatief, waarmee lokaal winkelen wordt

aangemoedigd. We vinden dat de gemeente dit moet promoten –en beter zelfs–

opentrekken naar heel Brecht. Wij zouden als gemeentebestuur campagnes willen

opzetten om onze lokale handelaars te promoten, zoals bvb. een culinaire

campagne waarbij we onze horeca, bakkers, beenhouwers, enz. betrekken.

(109) We willen een fietsproject op poten zetten, waarbij fietsen naar de winkel (en

school) wordt beloond. Dat kan allemaal op een app. En de verzamelde punten

kunnen dan onder meer worden ingezet voor aankopen bij de lokale handelaar.

(110) We willen als gemeente boerenmarkten organiseren of ondersteunen, waarbij

lokale landbouwers hun producten rechtstreeks aan de Brechtse consument kunnen

verkopen. Want dit draagt bij aan het positieve imago en respect dat de

landbouwers verdienen.

(111) We willen een jobbeurs organiseren om de lokale en/of streekgebonden

tewerkstelling te verhogen en de openstaande vacatures in onze gemeente bekend

te maken naar alle inwoners van onze gemeente en buurgemeenten. Samen met

Brechtse bedrijven willen we tewerkstellingsprojecten organiseren.


26

2.2. Onderwijs

(112) We zetten volop in op de ‘multi-inzetbare school’: een gedeeld en

multifunctioneel gebruik van infrastructuur. Het optimaal benutten van de

schoolinfrastructuur is hierbij het vertrekpunt. Voor ons is dit niet alleen een

kwestie van efficiëntie, maar ook van maatschappelijke verantwoordelijkheid. Als

kloppend hart van onze samenleving draagt de school bij tot het versterken van het

kostbare, sociale en lokale weefsel. Het multifunctioneel gebruiken van

schoolinfrastructuur is daarbij een belangrijke stap.

(113) Onderwijs is een belangrijke bouwsteen van onze samenleving. Kinderen

brengen heel wat tijd door op de schoolbanken en in de schoolgebouwen. N-VA

Brecht wil dan ook dat deze gebouwen voldoen aan de huidige normen en wil gaan

voor moderne schoolinfrastructuur. Aanpassingen aan schoolgebouwen worden

bekeken in functie van het gebruik.

(114) Op vlak van lokale onderwijscapaciteit zorgen we voor een optimale coördinatie.

We inventariseren de totale capaciteit en volgen die proactief op. Via een lokale

taskforce kan de huidige en nodige, toekomstige onderwijscapaciteit in kaart

worden gebracht. Aan de hand van de gegevens die we terugvinden via de

capaciteitsmonitor kunnen we adequaat inspelen op huidige en toekomstige

tekorten. Zo voorzien we ruimte voor scholen bij het opstellen van ruimtelijke

structuur- en uitvoeringsplannen.

(115) Kinderen hebben recht op onderwijs en de ouders moeten vrij kunnen kiezen

in welke school hun kind wordt ingeschreven. Om alles zo vlot mogelijk te laten

verlopen en geen onnodige wachtrijen te creëren, willen we een eenvoudig

gedigitaliseerd inschrijvingssysteem voor alle scholen van onze gemeente.

(116) Onze schoolinfrastructuur moet multifunctioneel zijn. Maar de ruimte voor het

uitbreiden of vernieuwen van schoolgebouwen wordt schaars. Daarom moet

onderzocht worden of “wonen boven een school” –of andere functies in

combinatie met een school– in bepaalde gevallen haalbaar is.

(117) Kinderen hebben vaak een ander kijk op het dagelijkse leven. We stimuleren

kinderparticipatie, want ook zij mogen hun ideeën rond onze samenleving

kenbaar maken. Een goed georganiseerde en democratisch verkozen

kindergemeenteraad kan de stem van elk kind laten horen.

(118) Kinderen en verkeer zijn vaak een moeilijke combinatie. Onze jongeren zijn zeer

kwetsbaar. De zone 30 rond de scholen is een stap in de goede richting, maar er

moet wel controle op gebeuren. We willen een veilige schoolomgeving waar de

auto op de tweede plaats komt. We stimuleren de leerlingen om te voet of met de


27

fiets naar school te komen. Waar het kan onderzoeken we of er, in een tijdspanne

rond het begin en einde van de schooldag, verkeersvrije straten in de omgeving van

scholen kunnen georganiseerd worden. Tegelijkertijd moeten we de jongeren op de

gevaren van het verkeer wijzen. Verkeerseducatie in de school in samenspraak

met de bevoegde actoren kan hierbij helpen.

(119) We kiezen voor een onderwijsraad en onderwijsregisseur om

onderwijsmateries in de hoofd- en deelgemeenten te coördineren. De werking van

de lokale overlegplatformen (LOP’s) en de task forces ‘capaciteit’ brengen we onder

in de onderwijsraad.

(120) Meer en meer ouders zijn tweeverdieners, die niet altijd de mogelijkheid hebben

om hun kinderen tijdig af te halen van school. Hierdoor komen kinderen vaak in de

ochtend- en/of avondbewaking terecht. We bekijken hoe we het ochtend- en

avondtoezicht zo flexibel mogelijk kunnen organiseren.

(121) Ouders beginnen steeds vroeger op zoek te gaan naar de juiste secundaire

school voor hun kind. Het is vaak niet eenvoudig om de juiste keuze te maken.

Daarom willen we in onze gemeente een jaarlijkse scholenbeurs organiseren voor

leerlingen van het vijfde en zesde leerjaar.

(122) Het aanbod van muziek- en tekenacademies is op dit moment schaars in onze

gemeente. Zowel kinderen als ouders moeten vaak te ver rijden voor hun hobby’s.

We bekijken de noden en onderzoeken de mogelijkheid om de verschillende

academies uit te breiden naar de andere deelgemeenten.


28

2.3. Gezin

2.3.1. Gezinsbeleid

In alle beleidsdomeinen moeten gezinnen een vooraanstaande plaats innemen.

(123) We voeren een gezinstoets in voor elke maatregel in het beleid: een

deelname aan een gemeentelijke sportactiviteit voor kinderen moet bijvoorbeeld

laagdrempelig blijven, er moeten aangepaste tarieven komen voor meerdere

inschrijvingen binnen eenzelfde gezin, enzovoort. Om dit goed te organiseren

wordt er een gezinsraad opgericht die hierop kan toezien.

(124) Heel wat gezinnen zitten met vragen rond administratie, kinderopvang … Om

alles overzichtelijk te houden voor de burger, streven we naar een gezinsloket

waar men terecht kan met alle vragen rond gezin en opvoedingsondersteuning.

Door de kennis en ervaring van verschillende organisaties te bundelen in een

‘Huis van het Kind’ kan een kwaliteitsvol aanbod op maat worden uitgewerkt.

(125) Vele ouders hebben onregelmatige werkuren, wat soms praktische problemen

oplevert om kinderen van school op te halen of ze te helpen met hun huiswerk.

Werkende ouders kunnen hier dan ook niet altijd de nodige tijd en aandacht aan

besteden die ze willen. Daarom pleiten we voor het oprichten van

huiswerkbegeleiding, waar ouders, die dat wensen, beroep op kunnen doen

voor opvoedingsondersteuning.

(126) De geboorte van een kind is een heuglijke gebeurtenis. Maar de

administratieve beslommeringen die er bij komen kijken, geven soms praktische

problemen. Om een geboorteaangifte te vergemakkelijken willen we er naar

streven om dit in het ziekenhuis zelf te kunnen doen. Hiervoor wordt er overleg

gepleegd met de omliggende ziekenhuizen.

(127) Jonge gezinnen –maar ook hulpbehoevende personen– hebben meer afval

omwille van luiers en dergelijke. We willen hen hierin graag financieel tegemoet

komen, door kortingen te geven op de huisvuilverwerking.

(128) Onze maatschappij evolueert. Er is een duidelijke stijging van het aantal

eenoudergezinnen, nieuw samengestelde gezinnen en ouders van hetzelfde

geslacht. Maar ook het rollenpatroon binnen het traditionele gezin verandert. De

N-VA heeft aandacht voor al deze verschillende gezinsvormen en de woonvormen

die hiervoor nodig zijn. Voor elk gezin moet er een geschikte woning zijn.

Voor gescheiden ouders waar het kind niet gedomicilieerd is, voorzien we in een

register voor co-ouderschap, waardoor kinderen die regelmatig verblijven in

onze gemeente, toch kunnen genieten van dezelfde voordelen en voorwaarden

als Brechtse inwoners.


29

(129) Het Vlaamse armoedecijfer blijft de laatste jaren stabiel, maar we zien wel een

verschuiving binnen de specifieke deelgroepen. Waar vroeger senioren een sterk

verhoogd armoederisico hadden, is dit nu verschoven naar gezinnen met

kinderen. Daarom hebben we in ons armoedebeleid specifieke aandacht voor

deze doelgroep. We geven gezinnen en kinderen in armoede de kans om te

kunnen participeren aan het jeugd- en verenigingsleven, maar ook om gezond te

eten en zich via huiswerkbegeleiding verder te ontplooien. Kinderarmoede pak je

aan door gezinnen in armoede te helpen en de ouders te begeleiden.

2.3.2. Kinderopvang

(130) We gaan na of er in onze gemeente voldoende kinderopvang voorhanden is.

We moeten ellenlange wachtlijsten zoveel mogelijk vermijden of wegwerken. We

bekijken ook het aanbod flexibele kinderopvang, voor ouders die onregelmatige

uren hebben of in ploegenstelsels werken. We willen voorrang geven aan

alleenstaande ouders, tweeverdieners of jonge ouders die een beroepsgerichte

opleiding volgen.

(131) Vaak horen we dat er buiten de schooluren te weinig opvang is voor kinderen.

We bekijken de noden voor buitenschoolse- en vakantieopvang. Dit hoeft niet

altijd een kinderopvang te zijn, maar kan ook in de vorm van sporten

ontspanningsactiviteiten.

(132) Om wegwijs te geraken binnen de kinderopvang is het goed dat dit

gecoördineerd wordt. De gemeente neemt een regierol op om de kinderopvang te

coördineren. Er is nood aan een forum bij de gemeente waarop alle

kinderopvanginitiatieven bekend worden gemaakt. Het ‘Huis van het kind’ kan

hierin een belangrijke rol spelen.

(133) N-VA Brecht sluit geen enkel kind uit. Daarom pleiten we voor inclusieve

kinderopvang. Dit is een opvang waar kinderen met specifieke behoeften samen

met andere kinderen terecht kunnen. We bekijken ook of occasionele kinderopvang

–dus niet volgens een regelmatig patroon– mogelijk is.


30

2.4. Sociale zaken

(134) N-VA Brecht gaat voor een voldoende en toegankelijk zorgaanbod voor wie

het nodig heeft. We brengen het zorgaanbod volledig in kaart en pakken als

gemeente onze verantwoordelijk waar het moet. Als gemeente nemen we in de

eerste plaats een regierol op en ondersteunen we zoveel mogelijk de private

partners, zoals huisartsen, verpleging, kinesisten en andere zorgverstrekkers, zodat

zij de zorg kunnen opnemen.

(135) Samen met de andere gemeenten uit onze zorgregio houden we het zorg-

strategisch plan constant up-to-date. Dit is een geïntegreerde en overkoepelende

zorgstrategie waarin alle gemeenten en partners de behoeften aan zorg en

hulpverlening in kaart brengen en samen de zorg en het welzijn verbeteren. We

vinden dat de gemeente hierin meer concrete acties moet ondernemen.

(136) We zorgen voor een centraal informatiepunt m.n. het zorgloket, waar iedereen

gemakkelijk en laagdrempelig zijn weg kan vinden in het zorgaanbod en waar alle

informatie rond woonzorgcentra, pensioenen, mantelzorg, aangepast vervoer,

gezondheid, warme maaltijden, … samen gebracht is.

(137) Ook in onze gemeente is er armoede. Armoede voorkomen en aanpakken is

en blijft prioritair. De zogenaamde ‘ketenaanpak’ wordt dé methode om armoede

te voorkomen en aan te pakken. We doorprikken het verkokerde

hulpverleningsmodel, waarbij elke hulpverlener vanuit zijn expertise de cliënt

ondersteunt en doorverwijst naar de volgende. Hulpverleners bespreken samen

concrete oplossingen voor inwoners die kampen met problemen. De gemeente

neemt hierin het voortouw en zorgt dat de juiste hulpverleners rond de tafel worden

gebracht en ondersteund worden.

(138) We geloven dat de beste vorm van armoedebestrijding ligt in het zelfredzaam

maken van mensen en hen toe te leiden naar haalbaar werk. Door intensieve

begeleiding, opleiding of tijdelijke werkervaring, willen we mensen een sterke basis

geven om door te stromen naar de arbeidsmarkt en hun weg te vinden uit de

armoede. Samen met alle hulpverleners worden oplossingen besproken. Het gaat

hierbij niet alleen over financiële hulp, maar ook ondersteuning op vlak van

administratie, het zoeken naar werk en een woning … We leiden hen toe naar

initiatieven van organisaties zoals De Kar en De Schakel, die we ondersteunen.

(139) We gaan voor een gezonde gemeente met gezonde inwoners. We vinden dat

de gemeente nog beter kan samenwerken met de private partners,

zorgverstrekkers en verenigingen om inwoners het duwtje in de rug te geven dat ze

nodig hebben om een gezonde levensstijl aan te nemen. Sensibiliserings- en


31

preventiecampagnes rond gezondheid (zoals gezonde voeding, bewegen, stoppen

met roken, enz.) zijn hierin belangrijk.

(140) Brecht is en blijft een hartveilige gemeente. We willen blijven inzetten op de

aanwezigheid van defibrillatoren en op EHBO- en reanimatiecursussen, voor de

inwoners en werknemers van de gemeente en andere bedrijven.

(141) Bij elke beleidsbeslissing moet er aandacht zijn voor de specifieke noden

van mensen met een beperking! We streven integrale toegankelijkheid na door

alle voorzieningen (zoals gebouwen, diensten en publieke ruimte), communicatie en

informatie effectief bereikbaar en bruikbaar te maken voor iedereen. Als gemeente

kunnen we zelf de eerste stap zetten door ervoor te zorgen dat het openbaar

domein en de gemeentelijke gebouwen perfect toegankelijk zijn, en door voldoende

parkeerplaatsen te voorzien voor mensen met een beperking. Maar we willen

daarnaast ook scholen, verenigingen, sportclubs, bedrijven, horeca en dergelijke

stimuleren om aandacht te hebben voor mensen met een beperking. Via de

European Disability Card kunnen mensen met een beperking gemakkelijker de weg

vinden naar cultuur, sport en vrijetijdsbeleving.

(142) We willen gaan voor een zorgaanbod dat inwoners de kans geeft om zo

lang mogelijk kwaliteitsvol thuis te wonen. De zorgoplossingen zijn steeds

meer op maat: thuiszorg, thuisverpleging, mantelzorg en ondersteunende

technologie. Onze senioren en mensen met een beperking kunnen hun eigen zorg

organiseren dankzij een uitgebreid aanbod aan dienstverlening en toegankelijke

informatie.

(143) De mantelzorger is een belangrijke schakel in het langer én kwaliteitsvol thuis

wonen. Daarom willen we mantelzorgers waarderen en zoveel mogelijk

ondersteunen. We willen als gemeente een aanvullende mantelzorgpremie

voorzien, maar ook niet-financiële ondersteuning, zoals advies en opleiding.

(144) De dienstencentra in onze gemeente zijn goed bereikbaar en open voor

iedereen. De dienstencentra zijn ontmoetingsplaatsen voor alle inwoners en

verenigingen in onze gemeente. We willen dit ruimer zien dan de werking van de

serviceflats. De gemeente ziet erop toe dat deze dienstencentra goed uitgerust en

toegankelijk zijn, en dat iedereen op een gemakkelijke manier gebruik kan maken

van lokalen en diensten.

(145) De gemeente heeft het Bindend Sociaal Objectief behaald, wat wil zeggen dat er

voldoende sociale woningen zijn in onze gemeente. We willen het aantal sociale

woongelegenheden op peil houden en sociale huisvesting maximaal spreiden

over de hele gemeente. Doordat we het verplichte aantal sociale woongelegenheden

hebben behaald, willen we de focus van de gemeente verleggen naar het voorzien

van voldoende betaalbare woningen, voor iedereen. We vinden dat sociale

huisvesting een tijdelijke woonplaats moet zijn tot wanneer mensen op hun eigen


32

kracht verder kunnen en kunnen doorstromen naar een betaalbare woning op de

particuliere huur- of koopmarkt.

(146) De sociale huisvesting is modern en kwalitatief. We werken in de eerste plaats in

sociale huisvesting met conformiteitsattesten als bewijs voor veiligheid en

kwaliteit van de woningen.

(147) Voor wie niet meer kwaliteitsvol thuis kan wonen, moet er voldoende

residentiële zorg in de buurt aanwezig zijn door woonzorgcentra en serviceflats

in te bedden in ons sociaal weefsel. We willen hierbij aandacht geven aan

betaalbaarheid, bereikbaarheid en de mogelijkheid tot spontane sociale contacten

en participatie aan het gemeenschapsleven.

(148) Zowel voor de wachtlijsten van de woonzorgcentra als voor de sociale kavels,

willen we voorrang geven aan personen die een duidelijke band hebben met

gemeente Brecht.

(149) We willen senioren en welzijnsverenigingen een stem geven in het

beleid. De N-VA wil rekening houden met ouderen in alle thema’s die door een

lokaal bestuur behartigd worden: huisvesting, gezondheid, arbeid, inkomen,

openbaar vervoer, verkeer, milieu, ruimtelijke ordening, cultuur en ontspanning.

Daarom is het belangrijk dat ouderen kunnen participeren aan dit beleid. Daarnaast

moet de beschikbare en relevante informatie, bestemd voor ouderen, makkelijk tot

bij hen geraken. Daarom moet er een volwaardige welzijns- en seniorenraad zijn.

(150) Voor wie informatie, advies of hulp nodig heeft van het OCMW, mag er geen

drempel zijn. Het OCMW en de gemeentelijke administratie moeten bereikbaar en

toegankelijk zijn voor iedereen. We willen de administratieve weg

vereenvoudigen.


33

2.5. Senioren

(151) De N-VA zet in op actief ouder worden en ondersteunt senioren die een

actieve rol willen (blijven) spelen in het maatschappelijk leven.

(152) We stimuleren senioren om zich in te zetten voor vrijwilligerswerk en/of om

deel te nemen aan activiteiten in onze gemeente. We zijn trots op de verenigingen

die dit mogelijk maken en zorgen ervoor dat hun activiteiten en werking bekend

geraken bij alle ouderen.

(153) Daarom is er in de eerste plaats voldoende ontmoetingsruimte nodig. Dit gaat

over de terbeschikkingstelling van dienstencentra voor senioren(verenigingen),

maar ook over informele ontmoetingsruimte. Senioren moeten elkaar kunnen

ontmoeten op de markt of op een pleintje in de buurt, dat uitgerust is met

voldoende zitbanken.

(154) Een tweede vereiste is dat ontmoetingsruimtes en activiteiten toegankelijk zijn

voor ouderen. Senioren moeten de weg vinden naar een activiteit of vereniging

door goede, duidelijke communicatie en moeten ook ter plaatse geraken op een

gemakkelijke manier.

(155) Gevoelens van eenzaamheid en sociaal isolement hebben een negatieve invloed

op de gezondheid en de levenskwaliteit. Vereenzaamde ouderen trekken zich

langzaam terug uit het sociale leven en hebben sneller nood aan professionele zorg.

We willen dit voorkomen door in te zetten op detectie van vereenzaming en op

ondersteuning van ouderen. We zetten een meldpunt ‘isolement’ op, waar

iedereen (buren, familie, dokters, thuisverpleging, vrienden, de postbode,…)

tekenen van vereenzaming kunnen melden. In dit WelzijnsInformatieNetwerk of

WIN werken al die mensen en actoren samen om zorg en oplossingen te bieden.

(156) Samen met vrijwilligers en verenigingen zet de gemeente initiatieven op in het

kader van vereenzaamde ouderen: ontmoetingsdagen, belprojecten (waarbij

vrijwilligers telefonisch een babbeltje slaan met senioren), een sneeuw- en

vuilnistelefoon (waarbij vrijwilligers een handje kunnen toesteken bij hun oudere

buren), enzovoort.

(157) We willen zo lang mogelijk kwaliteitsvol thuis wonen stimuleren aan de

hand van premies voor mantelzorg en woningaanpassingen. Onze senioren hebben

recht op een rijk gevulde en veilige oude dag in een comfortabele woonomgeving.

We voorzien budgetten voor innovatieve woonvormen, zoals kangoeroewoningen,

groeps- en aanleunwoningen. Die moeten ervoor zorgen dat onze ouderen minder

snel moeten overschakelen naar een assistentiewoning of het woonzorgcentrum.

Ook moet het zorgaanbod van de gemeente voldoende gericht zijn op het mogelijk

maken van thuis wonen, door het aanbieden van thuiszorg, poetshulp, een

klusjesdienst voor kleine herstellingen, een boodschappendienst, bedeling van


34

maaltijden, dagopvang, … De gemeente moet dit uiteraard niet allemaal zelf doen,

maar ondersteuning bieden aan Brechtse partners.

(158) Als thuis wonen uiteindelijk niet meer kan, moet de gemeente samen met

private partners zorgen voor voldoende plaatsen in betaalbare woonzorgcentra

en serviceflats, in een omgeving waar ouderen zich thuis voelen, liefst in de buurt

van hun woning. Ouderen die al lang in Brecht wonen, zouden voorrang moeten

krijgen op de wachtlijst.


35

3. BRUISEND BRECHT


36

3.1. Jeugd

3.1.1. Actieve jongeren

(159) Jongeren die initiatief nemen, moeten blijvend gestimuleerd en ondersteund

worden. Binnen de gemeente zijn er heel wat goed werkende jeugdwerkvormen.

Zonder de vele vrijwilligers is er geen jeugdwerk mogelijk. We ondersteunen

zowel nieuwe als bestaande initiatieven van jongeren en

jeugdverenigingen, zowel financieel, logistiek als door het voorzien van

voldoende ruimte.

(160) Inspraak en participatie staan voor de N-VA met stip bovenaan. Kinderen en

jongeren hebben een eigen visie en eigen opvattingen. Het is belangrijk dat we

deze groep niet betuttelen en dus mee inspraak geven in het beleid. Een goed

werkende jeugdraad is daarom onontbeerlijk. Onze Brechtse jongeren zijn het best

geplaatst om te verwoorden waar zij nood aan hebben. In samenspraak met alle

jeugdbewegingen, jongerenorganisaties, jeugdhuizen en het gemeentebestuur

moeten de noden in kaart gebracht worden. Schoolgaande kinderen hebben vaak

een ander zicht op het dagelijkse leven. Ook zij mogen hun ideeën rond onze

samenleving kenbaar maken. Een goed georganiseerde en democratisch verkozen

kindergemeenteraad kan de stem van elk kind laten horen.

(161) Op alle vlakken moeten we onze jongeren ondersteunen, ook op logistiek vlak.

Via een goed uitgebouwde uitleendienst kunnen verschillende organisaties

materialen ontlenen bij de gemeente voor het gebruik tijdens hun activiteiten.

Verder willen we de jeugdverenigingen ondersteunen bij het vervoer en opslag

van hun (kamp)materiaal. Hiervoor willen we gratis een vrachtwagen van de

gemeente ter beschikking stellen.

(162) De N-VA is een gezinsvriendelijke partij. Meer en meer ouders gaan beiden

werken en vinden dit moeilijk te combineren met opgroeiende kinderen, zeker

tijdens vakantieperiodes. Een goede opvang zoeken is niet altijd gemakkelijk.

Daarom willen we streven naar een meer verspreide speelpleinwerking en

vakantieopvang binnen de gemeente voor alle leeftijden, ook voor de

allerkleinsten. Verder kunnen er vanuit de gemeente dagactiviteiten georganiseerd

worden ten behoeve van kinderen. Hierbij denken we aan het organiseren of

uitbreiden van sport- of kleuterkampen.


37

3.1.2. Ruimte voor onze jeugd

(163) Al te vaak staat jeugdinfrastructuur in de week leeg. Anderzijds is er veel

vraag naar beschikbare ruimte voor andere doelgroepen. We bekijken in welke

mate er een samenwerking kan zijn tussen verenigingen voor het delen en

openstellen van mekaars infrastructuur. Jeugdverenigingen moeten ook met

raad en daad bijgestaan worden op het vlak van veiligheid, vorming,

infrastructuur … Daarom pleiten we ervoor om bij infrastructuursubsidies aan

jongerenverenigingen prioriteit te geven aan veiligheidsbevorderende

infrastructuurwerken.

(164) Als jongeren zich willen ontplooien moeten ze kunnen beschikken over

voldoende speel- en ontmoetingsruimte voor kinderen en jongeren. We

creëren plekken waar jongeren op een rustige manier, en met respect voor

medeburger en natuur, kunnen samenkomen. Meer ruimte wil niet zeggen: meer

investeren. De bestaande openbare ruimten moeten meer geïntegreerd worden

binnen de verschillende jeugdwerkvormen.

(165) Sociaal contact is één van de belangrijkste elementen in onze samenleving.

Iedereen heeft er nood aan. Met het inrichten van meerdere speelstraten in de

verschillende wijken en deelgemeenten, wil de N-VA de mensen in een buurt

dichter bij elkaar brengen. Deze speelstraten zijn er niet enkel voor spelende

kinderen, maar ook voor tal van andere activiteiten voor de buurtbewoners.

(166) Vaak zijn openbare speelterreinen en -pleintjes omzoomd met hoge hagen en

groene zones, omwille van de veiligheid. Natuurlijk verdwijnt hiermee grotendeels

de sociale controle. Wij pleiten voor veilige speelterreinen met voldoende

aandacht voor sociale controle en we onderzoeken waar er behoefte is aan extra

speelpleintjes.

(167) Fuiven en feesten veroorzaken vaak hinder en overlast voor de buurt. Toch

moet het mogelijk zijn voor de jongeren om fuiven te organiseren. Hiervoor

maken we, samen met de organisatoren van fuiven, een fuifcharter waarin

beschreven staat aan welke voorwaarden evenementen moeten voldoen. Ook een

‘fuifbrochure’ met algemene richtlijnen zou een goede leidraad kunnen zijn bij het

organiseren van feestjes. We vinden dus dat jongeren ruimte moeten hebben

om te fuiven en te feesten, weliswaar rekening houdend met de

buurtbewoners.


38

3.2. Sport

Niets is zo bevorderlijk voor de sociale contacten als samen sporten. Sportclubs,

wijksport, recreatiesport, competitiesport, seniorensport, sport overdag, massa-

evenementen, … zijn de ideale voedingsbodem voor ontmoetingen tussen mensen met

dezelfde hobby’s of interesses. Tegelijk ontstaan er nieuwe contacten die verder gaan

dan gemeenschappelijke hobby’s. Sport heeft dus een gemeenschapsvormende rol.

Daarnaast zijn er natuurlijk ook de positieve effecten van sporten op onze conditie en onze

gezondheid.

(168) Het realiseren van goede sportinfrastructuur moet doordacht gebeuren. Om de

noden van de sportclubs, sportbeoefenaars of recreanten te kennen moet er een

bevraging komen over gans de bevolking van Brecht. Aan de hand van de

resultaten van deze bevraging, wordt er werk gemaakt van een goed onderbouwd

sportbehoefteplan.

(169) Vanuit het sportbehoefteplan moet er een duidelijke visie komen over de

invulling van domein ‘de Merel’. Daar er reeds een parking werd aangelegd,

moet er nu dringend werk gemaakt worden van een verdere ontwikkeling van dit

gebied. De N-VA streeft naar een realistische invulling met sportfaciliteiten en

eventueel horeca. De mogelijkheid om een zwembad te bouwen wordt onderzocht.

(170) We willen ons ook verder inzetten om mensen met een beperking mee te krijgen

in sportclubs. Een sterk sportbeleid laat niemand achter. Daarom zetten we

iedereen aan tot levenslang sporten en bewegen. We hebben aandacht voor

zowel de geëngageerde sporters, de niet-sporters als de sportkansarmen, en dit

binnen alle leeftijdsgroepen. Gerichte activiteiten naar al deze doelgroepen kunnen

hen over de streep trekken of uit hun isolement halen. We streven zo naar een

ambitieuze ‘fitheidsnorm’ voor de burger.

(171) We leggen bewust de focus niet op diëten en we willen ook geen topsporters

maken van alle inwoners. Met Brecht Beweegt wordt gewerkt rond gezonde

voeding en een (meer) actieve levensstijl. Om de actie duurzaam te maken, wordt

samengewerkt met zoveel mogelijk verenigingen en bedrijven uit de gemeente.

(172) Deelnemen aan gemeentelijke sportactiviteiten (sportkampen, seniorensport,

sport overdag, …) moet financieel laagdrempelig blijven. Daar waar nodig, wil de N-

VA Brecht onderzoeken of mensen, die het financieel moeilijker hebben, kunnen

genieten van een extra tussenkomst via het OCMW. Het is belangrijk dat deze

mensen niet in een sociaal isolement geraken én dat zij aangezet worden tot

levenslang gezond sporten. Sporten en sportinfrastructuur moeten toegankelijk

zijn voor iedereen.


39

(173) Op vlak van grote sportevenementen blijven we ver achter ten opzichte van

onze buurgemeenten. Daarom willen we bekijken welke grote sportevenementen

we naar onze gemeente kunnen halen. Zo denken we bijvoorbeeld aan een

internationale veldrit, het organiseren van een grote wielerwedstrijd in onze

gemeente, enzovoort.

(174) Sporten wordt meestal gekoppeld aan clubs of verenigingen. Toch zijn er heel

wat individuele sporters die sporten voor hun plezier of gezondheid. Ook deze

recreatieve sporter mogen we niet vergeten. We zetten voort in op openbare loop-

en fietsroutes en geven ruimte voor de recreanten onder onze bevolking.

(175) Ook heel wat jongeren doen te weinig aan sport. De N-VA wil sporten daarom

meer promoten op school. We kunnen dit doen door het organiseren van sport

tijdens de middagpauzes of naschoolse opvang.

(176) De meeste traditionele sporten zoals voetbal, turnen, basketbal, … zijn gekend

bij onze schoolgaande jeugd. Maar er zijn ook heel wat minder bekende sporten.

Daarom willen we jaarlijks een sportdag of -week organiseren met alle Brechtse

scholen om minder bekende sporten te promoten. Dit kan in samenwerking met

de verschillende Vlaamse sportfederaties.


40

3.3. Cultuur

Cultuur brengt mensen samen en draagt bij tot hun verbondenheid. Omdat het

gemeentelijk bestuursniveau zich het dichtst bij de mensen bevindt, is dat het best

geplaatst om de lokale culturele dynamiek en creativiteit op te pikken en te stimuleren.

Cultuur wordt best niet opgelegd vanuit een ivoren toren, maar is toegespitst op

datgene waar de mensen echt van houden en interesse in tonen. Cultuur vormt mee

onze identiteit. Daarom is participatie van de mensen zeer belangrijk: we brengen de

mensen niet alleen naar cultuur, we brengen cultuur ook naar de mensen.

(177) Voor N-VA Brecht hoeft cultuur niet met grote namen en veel geld! We willen

een open cultuurbeleid waar elke Brechtse inwoner gelijke kansen krijgt, om

deel te nemen aan culturele activiteiten georganiseerd door de gemeente.

(178) Er is een zeer grote verscheidenheid binnen de culturele sector. Alle soorten van

cultuur moeten aan bod komen binnen ons cultureel aanbod. We willen een ruimer

aanbod dat voor iedereen toegankelijk is. Om de toegankelijkheid te promoten,

willen we sociale tarieven voor optredens, tentoonstellingen, …

(179) Om mensen (opnieuw) naar de bibliotheek te krijgen, moeten deze locaties veel

aantrekkelijker en moderner worden. Een bibliotheek is er niet enkel om boeken te

ontlenen. Ze kan ook gebruikt worden als tentoonstellingsruimte of om andere

kunstvormen te promoten. We gaan voor aantrekkelijke bibliotheken waar

leuke activiteiten plaatsvinden.

(180) Heel wat inwoners van onze gemeente houden zich bezig met kunst, in de

ruimste zin van het woord. Zo kunnen heel wat ambachten ook onder een of andere

kunstvorm ondergebracht worden. N-VA Brecht is van oordeel dat er te weinig

aandacht gaat naar kunst en ambachten. Daarom willen we een jaarlijkse kunst-

en ambachtenmarkt organiseren in de verschillende deelgemeenten.

(181) Ieder dorp, iedere gemeente of wijk heeft zijn eigen tradities en probeert die

vaak ook in ere te houden. Ook binnen onze gemeenschap zijn er nog heel wat

tradities, volksverhalen, dialecten, … We zijn trots op onze Brechtse tradities,

geschiedenis, volksverhalen en dialecten en we willen die onder de aandacht

brengen/houden van elke Brechtenaar.

(182) De viering van onze Vlaamse feestdag, 11 juli, is een van de vele culturele

manifestaties binnen de gemeente. De N-VA is trots op deze feestdag en wil die

graag uitbreiden tot een Vlaamse meerdaags volksfeest voor alle inwoners. Een

feest voor jong en oud met als orgelpunt een groot spektakel op 11 juli!

(183) In onze gemeente loopt er heel wat cultureel talent rond. De gemeente hoeft dus

zeker niet alles zelf te doen, maar moet een kader creëren waarin de lokale


41

kunstenaars en culturele verenigingen hun talenten zelf het best kunnen

beleven en tonen.

(184) Cultuur hoeft niet steeds gepaard te gaan met grote evenementen. Ook

kleinschalige initiatieven worden ondersteund. N-VA Brecht is ervan overtuigd dat

cultuur in de wijk vaak sociale contacten bevordert. We investeren in cultuur in

de wijk met de nodige ambiance! Dit kunnen we doen door verschillende culturele

activiteiten in te richten binnen bepaalde wijken, zoals bijvoorbeeld een

kunstwerkentocht in de wijk, een kleinkunstoptreden, een poëzienamiddag …


42

3.4. Toerisme

Brecht heeft heel wat te bieden op het gebied van toerisme. Zo zijn er in onze

gemeente mooie kerken, gebouwen, monumenten en musea. Toch is de geschiedenis

van Brecht en haar deelgemeenten bij velen onbekend. De N-VA wil daar verandering

in brengen en de geschiedenis en de vele troeven van onze gemeente meer in

de kijker zetten.

(185) Onze lokale landbouwers en handelaars hebben vaak tal van heerlijke producten

in de aanbieding. Daarom willen we die streekproducten promoten en hen de

kans geven om hun producten aan de man te brengen op een maandelijkse

boerenmarkt in elke deelgemeente.

(186) De natuurgebieden op ons grondgebied vormen een van onze grootste troeven.

Op sommige plaatsen moet er echter meer inspanning geleverd worden om alles

nog aantrekkelijker te maken. Zo liggen de wandelpaden er bijvoorbeeld niet overal

even goed bij. Wij willen een opwaardering van onze natuurgebieden zodat ze

voor iedereen vlot en aangenaam toegankelijk zijn.

(187) Dat de horeca het niet altijd gemakkelijk heeft, is algemeen geweten. De N-VA

wil de Brechtse horeca daarom uitspelen als troef door het uitwerken van

culinaire wandelingen en fietstochten. Op die manier willen we onze horeca meer

promoten. Wat is er immers gezelliger dan samen te tafelen bij één van onze

Brechtse ondernemers.

(188) Van ver buiten onze gemeentegrenzen komen mensen wandelen en fietsen in

onze mooie gemeente. We willen alle wandelen fietskaarten actualiseren en ze een

hedendaagse look geven.

(189) Als Vlaming, maar ook als Brechtenaar, kunnen we heel wat leren van de

verschillende Europese culturen. We willen Fiësta Europa naar Brecht halen om

ook onze inwoners kennis te laten maken met de verschillende culturen, gewoonten

en tradities van andere Europese landen.

(190) Onze gemeente is één van de weinige gemeenten die geen partnerschap heeft

met een Europese zustergemeente. Toch biedt dit heel wat voordelen: men kan

kennismaken met andere culturen en men kan leren van mekaar in hoe bepaalde

zaken aan te pakken.


43

4. JOUW BRECHT


44

4.1. Participatie

De N-VA gelooft in de gemeenteraad als het hart van de democratie. Politieke

beleidsmakers moeten hun verantwoordelijkheid nemen. Maar dat neemt niet weg dat

in de uitvoering van het beleid de burger zijn rol kan en moet spelen. Beslissingen en

uitvoeringen in overleg, zullen daardoor meer gedragen zijn en op meer begrip kunnen

rekenen van de directe omgeving.

(191) De N-VA ziet de Brechtenaar als partner: in het beleid en in de

gemeenschap. Wij hechten veel belang aan infovergaderingen en adviesraden. Op

infovergaderingen moet de overheid niet alleen de burgers informeren over haar

plannen, maar ook luisteren naar de ideeën, vragen en bekommernissen van de

burger, waarbij het algemeen belang steeds moet primeren boven het persoonlijke

belang. Suggesties en aanbevelingen van adviesraden moeten ernstig genomen

worden. Inspraak moet ook leiden tot uitspraak. Dat wil zeggen dat inspraak moet

leiden tot resultaat en dat de burgers actiever betrokken moeten worden bij de

uitvoering van het beleid. Burgers moeten daarom al van in een vroeg stadium

betrokken worden.

(192) Een dynamische buurt of wijk komt er niet zomaar. Het is de

verantwoordelijkheid van de gemeente om er alles aan te doen om deze dynamiek

op gang te brengen. Maar de politiek is niet de enige partner. Ook burgers,

verenigingen en ondernemers moeten samen met de gemeente deze

verantwoordelijkheid opnemen. Gemeentebestuur en burgers moeten samen

rond de tafel gaan zitten om te bekijken hoe we deze doelstelling zo optimaal

mogelijk kunnen bereiken.

(193) Goed bestuur is er evenwel niet enkel voor de gemeenschap, maar ook van en

door de gemeenschap. Wij geloven in gemeenschapsdienst: burgers en

verenigingen die hun steentje bijdragen aan de gemeenschap. Burgers moeten zelf

ambassadeurs zijn van een project. Zo kan de burger er, samen met de politici,

voor zorgen dat de verandering wel degelijk tot vooruitgang leidt. We moeten onze

inwoners dus verantwoordelijkheid geven om projecten tot een goed eind te

brengen binnen het voorziene kader.

(194) Burgers of verenigingen die verantwoordelijkheid opnemen voor hun straat of

wijk, willen we belonen. Daarom doen we een analyse van het huidige

beloningssysteem en trachten we dit ruimer te maken zodat meer burgers

hiervoor in aanmerking kunnen komen. Dit hoeft zeker niet altijd financieel te zijn,

maar kan bijvoorbeeld ook door middel van punten, waarmee je naar een

voorstelling kan of die je kan omruilen bij een lokale handelaar.

(195) Om burgers te informeren en te betrekken bij het beleid, moet het bestuur

naar de burger toe stappen. Dit past in een zogenaamde ‘top-down’ benadering.


45

N-VA Brecht is voorstander van wijkinformatieavonden, waar info gegeven kan

worden over bijvoorbeeld geplande werken, activiteiten, belangrijke mededelingen

… Dit doen we in alle wijken 1 keer per jaar. Op zulke avonden kan de burger

vragen stellen en suggesties geven aan het gemeentebestuur.

(196) Je kan als gemeentebestuur mooie plannen hebben, die de burger ten goede

komen. Maar mooie projecten kunnen alleen maar slagen als ze breed gedragen

worden. Daarom wil N-VA Brecht inspraak geven vooraleer er definitieve

beslissingen worden genomen. Projecten ondersteund door de bevolking hebben

sowieso een grotere slaagkans.

(197) Een voetpad dat er slecht bij ligt, geluidsoverlast, sluikstorten, …; allemaal

klachten waar heel wat burgers zich aan storen. Mensen die klachten melden

moeten ernstig genomen worden en moeten op de hoogte blijven van de opvolging

hiervan. Een klacht moet binnen een zo kort mogelijke tijd behandeld en opgevolgd

worden.

(198) Op dit moment zijn er al tal van organisaties, BuurtInformatieNetwerken en

welzijnsnetwerken, die meewerken aan een beter klimaat binnen onze

gemeenschap. We willen deze organisaties verder ondersteunen en de nodige

middelen ter beschikking stellen om hun taken tot een goed einde te brengen. We

brengen hen samen in een WelzijnsInformatieNetwerk dat kan opvolgen wat er

in de buurt gebeurt en waar actie moet ondernomen worden.


46

4.2. Dienstverlening

(199) De gemeente, het gemeentebestuur en het gemeentepersoneel zijn

klantvriendelijk, beleefd en behulpzaam voor alle burgers. Elke burger is een

VIP en moet ook zo behandeld en verder geholpen worden.

(200) De gemeente staat ten dienste van haar burgers. Om dit volledig waar te

maken, dienen we de gemeentelijke organisatie en de dienstverlening in en buiten

het gemeentehuis hierop aan te passen.

(201) In de eerste plaats willen we de dienstverlening professionaliseren naar een

multikanaal dienstverlening. Dit betekent dat de gemeente via alle mogelijke

kanalen –en in deze volgorde: internet, sociale media, mail, telefoon en fysiek

loket– uitmuntende service biedt.

(202) Het gemeentehuis zelf wordt zo aangepast dat de dienstverlening zo efficiënt

mogelijk wordt georganiseerd. In de eerste plaats worden mensen ontvangen aan

het onthaal, waar ze basisinformatie krijgen of doorverwezen worden. Voor

eenvoudige vragen –die niet privacygevoelig zijn– kunnen burgers terecht bij de

‘snelbalie’. Als er meer of specifieke informatie nodig is, wordt de burger

doorverwezen naar een themabalie. In laatste instantie –voor gesprekken langer

dan 20 minuten of privacygevoelige gesprekken– zijn er spreekruimtes, waar men

terecht kan bij de expert.

(203) De openingsuren van het gemeentehuis, maar ook van alle dienstencentra en

andere instanties, moeten rekening houden met de (werkende) Brechtenaar.

Daarom pleiten we voor opening op zaterdag.

(204) We willen dat gemeentelijke en andere diensten, bijvoorbeeld de wetswinkel,

Brecht Werkt, Kind en Gezin … zoveel mogelijk samengebracht worden. Zo moeten

burgers, ondernemers en verenigingen slechts één keer naar één locatie komen.

(205) Brecht moet verder inzetten op digitale dienstverlening naar de burger.

Mensen die minder goed met technologie overweg kunnen, laten we uiteraard niet

in de steek. We zorgen voor begeleiding aan het loket of bijvoorbeeld opleidingen

over digitalisering in de dienstencentra.

(206) Er zijn reeds een aantal formulieren die je kan verkrijgen via het e-loket of

meldingen die je via deze weg kan doen. Maar het e-loket moet nog uitgebreid

worden. Ook willen we de website optimaliseren en gebruiksvriendelijker

maken. Burgers moeten snel en gemakkelijk kunnen vinden wat ze zoeken op de

website.

(207) We vinden het belangrijk dat onze burgers, ondernemers en verenigingen

tevreden zijn over de dienstverlening in de gemeente. Daarom moeten er geregeld


47

tevredenheidstoetsen worden gehouden en op basis daarvan wordt de

dienstverlening bijgestuurd.

(208) Het gemeentehuis zal binnenkort vernieuwd en uitgebreid worden. Om met ons

gemeentehuis richting 21ste eeuw te stappen, moet het open en toegankelijk zijn

–ook voor de minder mobiele burger– en moet het aangepast worden aan het

nieuwe dienstverleningsmodel.

(209) In de gemeentelijke dienstverlening gaan we uit van het volgende principe: alle

burgers worden objectief en neutraal behandeld. Dit vertaalt zich in de

werking en uitstraling van de overheid en moet ook zichtbaar zijn.

(210) Het grootste budget in Brecht gaat nog steeds naar personeelsuitgaven. En dat

is nodig om de dienstverlening voor de burger te garanderen. We vinden wel dat

publieke middelen zo efficiënt en effectief mogelijk moeten aangewend worden en

dat er daarom niet meer personeel dan noodzakelijk moet ingezet worden om een

goede werking van de gemeente te verzekeren. We streven naar een slank maar

slagkrachtig personeelsbestand in ons gemeentelijk bedrijf.

(211) De focus van het gemeentebestuur en de administratie ligt op het bereiken en

realiseren van de vooropgestelde doelstellingen. En over het (al dan niet) bereiken

van deze doelstellingen, moet duidelijk en transparant gecommuniceerd worden

naar de burgers.

(212) De gemeente moet extra aandacht besteden aan het snel, kwalitatief en

efficiënt uitvoeren van werken. Ook wanneer burgers problemen signaleren aan

het openbaar domein, gebouwen e.d. worden deze meldingen snel opgevolgd én

opgelost.


48

4.3. Algemeen beleid en financiën

(213) We pleiten voor een grondig kerntakendebat om te bekijken welke taken de

gemeente moet opnemen. De gemeente moet immers niet alles zelf willen doen;

sommige taken kunnen beter uitbesteed worden. Waar de privésector een goede

dienstverlening aanbiedt, moet de gemeente niet zelf optreden of de taak naar zich

toetrekken. Zo kan de gemeente zich focussen op haar kerntaken. Een slanke

overheid vermindert niet alleen de belastingfactuur voor de burgers, maar biedt ook

ruimte aan de gemeenschap, haar burgers, ondernemingen en verenigingen, om

zelf initiatief en verantwoordelijkheid te nemen.

(214) Meer dan ooit is er een strikt budgettair beleid nodig in onze gemeente. We

hebben de afgelopen jaren gezien dat er te veel werd uitgegeven aan

werkingskosten. Die exploitatie-uitgaven willen we absoluut onder controle houden

en besparen waar mogelijk, zodat er meer marge is om te investeren in onze

gemeente.

(215) Er staat ons nog heel wat grote investeringen te wachten: het gemeentehuis,

een school, renovatie van het woonzorgcentrum, onderhoud en (her)aanleg van

straten, de verhuizing van de technische dienst, … Om die investeringskosten te

kunnen dragen, moeten we ervoor zorgen dat we een gepaste meerjarenplanning

opmaken met ruimte om slim te investeren. We leggen de focus op

investeringen die een echte lokale meerwaarde creëren voor onze burgers.

(216) We zien dat er soms financiële kunstjes worden uitgehaald om investeringen uit

de transparantie van de begroting te houden. Dat wijzen wij als N-VA resoluut

af. De burgers hebben recht op het volledige, financiële plaatje van een project. We

springen daarom zeer voorzichtig om met publiek-private samenwerkingen. Die

kunnen enkel als ze voordelen geven voor de gemeentekas. Ook trekken we dit

door naar de intercommunales. Enkel wanneer ze (financiële) voordelen betekenen

voor onze gemeente en haar burgers, gaan we een intergemeentelijke

samenwerkingsverbanden aan. Ze mogen echter niet worden ingezet om projecten

aan de transparantie te onttrekken.

(217) We gaan geen schulden doorschuiven naar andere generaties. Wij

hameren erop dat schulden op een gezonde, structurele manier kunnen afgebouwd

en terugbetaald worden. Niet door het verkopen van gemeentelijke eigendommen

of het aanspreken van de nodige spaarpotten, maar door te besparen op

werkingskosten. Wat we al zeker niet gaan doen, is gaan lenen om tekorten op

exploitatie/werkingskosten op te vangen. Geen putten maken om andere putten op

te vullen!

(218) We moeten als lokaal niveau bijdragen aan een verbetering van het fiscaal

rechtvaardigheidsgevoel en daarom willen we de belastingen verlagen en

hervormen waar het kan. Alle belastingreglementen, maar ook verdoken


49

belastingen –zoals het DIFTAR systeem–, moeten bekeken en mogelijks hervormd

worden. Belastingen en retributies moeten eerlijk, eenvoudig en zo beperkt

mogelijk zijn.

(219) In het bijzonder nemen we alle mogelijke bedrijfsbelastingen onder de loep. We

gaan absoluut voor een gunstig fiscaal ondernemersklimaat. Naast de

administratieve rompslomp die we willen afbouwen, willen we ook op fiscaal en

financieel vlak de drempels weghalen om te ondernemen.

(220) Nog te vaak is het onduidelijk wie welke subsidies krijgt en waarom de ene meer

of minder subsidies krijgt dan de ander. De N-VA gaat voor een transparant en

eerlijk beleid rond subsidies, maar ook rond concessies, vastgoed, …

Objectieve criteria moeten absoluut primeren boven mogelijke vriendjespolitiek.

(221) Elke burger moet weten wat de gemeente met zijn belastinggeld doet. Daarom

moet het duidelijk zijn voor iedereen hoe het staat met de uitvoering van

het bestuursakkoord en het meerjarenplan van de gemeente. Voor de Brechtse

inwoner moeten we zoveel mogelijk doen met zo weinig mogelijk centen.

Veilig thuis in een welvarend Brecht...inbraakpreventie. Ook door zijn aanwezigheid op de...

Documents

Transcript of Veilig thuis in een welvarend Brecht...inbraakpreventie. Ook door zijn aanwezigheid op de...