Vanaf nu gaan we het maken. Op de school voor vakmensen in Eindhoven. In de bouw, de installatietechniek, de horeca of de zorg. Bijvoorbeeld als onderhoudsmonteur, metaalbewerker, timmerman, automonteur, meubelmaker, kleuterleidster, kapster of pedicure. Op het Vakcollege Eindhoven leer je zo’n vak. Voor een deel op school zelf en voor een belangrijk deel in de praktijk. Met een vmbo-/mbo-diploma van het Vakcollege Eindhoven kun je wat. Om direct aan de slag te gaan of om nog verder te leren in jouw vak. In deze krant lees je alles over hoe wij het gaan maken. Op het Vakcollege Eindhoven!

De leerlingen op Vakcollege Eindhoven zijn echte doeners. Ze leren

in een praktijkomgeving en dat maakt elke schooldag spannend en

interessant. In de onderbouw kiezen ze uit twee richtingen: Techniek

en Vakmanschap en Mens en Dienstverlening.

Als leerling in het eerste en tweede jaar

maak je al vroeg kennis met beroeps­

richtingen en vaardigheden waarvoor je

op het Vakcollege Eindhoven kunt kiezen

in leerjaar 3 en 4. De eerste twee school­

jaren zijn dus nog oriënterend en infor­

merend van karakter. Het is dan ook nog

mogelijk om te wisselen. Kies je voor de

vakmanschapsroute dan stroom je door

naar mbo­niveau en sluit je de opleiding

af met een vmbo­ en een mbo­diploma

op niveau 2 of 3. Je hebt dan in totaal zes à

zeven jaar in een vakmanschapsroute

gezeten. Vooral de laatste twee à drie jaren

leer en werk je veelal in de praktijk. Vaak

verdien je dan ook al een salaris. Opleidin­

gen die binnen Techniek & Vakmanschap

worden gegeven zijn onder andere metaal

bewerken, metselen, meubelmaken,

elektrotechniek, installatietechniek en

voertuigentechniek. Opleidingen die

binnen Mens en Dienstverlening aan bod

komen, zijn de verzorgende beroepen,

uiterlijke verzorging en dienstverlening.

Actieve school Vakcollege Eindhoven

is meer dan een school voor vakmensen

alleen. Het is ook een heel fijne en veilige

school. Niet te groot, zodat je alle aan­

dacht krijgt die je verdient. Op onze school

worden ook veel activiteiten georganiseerd.

In alle leerjaren gaan we schaatsen en

zwemmen, vier keer per jaar is er een

onderbouwfeest, we houden sportclinics,

hebben culturele activiteiten, organiseren

skivakanties, hebben een survival weekend

en nog veel meer. Het is ook een school

voor extra sportieve leerlingen. Wij zijn een

Topsport Talentschool (LOOT) en hebben

de Sportklas. Sportklasleerlingen krijgen

iedere week één uur extra sport. Bovendien

wordt er één keer per maand een clinic of

andere grote sportactiviteit aangeboden.

Houd je van sport en ben je graag actief,

dan is onze Sportklas zeker iets voor jou!

timmerman • metselaar • stukadoor •

schilder • meubelmaker • machinale

houtbewerker • verwarmingsmonteur •

sanitairmonteur • dakbedekker •

servicemonteur • onderhoudsmonteur •

koelmonteur • installatietechnicus •

elektrotechnicus • vliegtuigmonteur •

helpdesk medewerker • kapper/kapster

• schoon heidsspecialiste • bedrijfsleider

beauty salon/kapsalon • visagiste • pe-

dicure • medewerker in een drogisterij/

parfumerie • assistent in een sport/ont-

spanningscentrum • het verzorgen van

mensen • horecamedewerker

De school voor vakmensen

TrotsJacques Wilbers

Met een diploma van het

Vakcollege ga je het maken!

Dit is het thema van onder

andere de posters van het

Vakcollege Eindhoven. Ook op

de gevel van het Vakcollege

aan de Piuslaan in Eindhoven

is dit vrolijke beeld levensgroot

te zien. Zo weet iedereen waar

je echt een vak kunt leren!

open dag 19 januari 2013 van 11.00 tot 14.00 uur

27/9/2012Een nieuwe school, een nieuwe naam een nieuw gezicht

www.vakcollegeeindhoven.nl

In het schooljaar 2012 - 2013 zijn er

bijna 80 vakcolleges in Nederland. Met

bijna 10.000 leerlingen is het Vakcollege

de grootste opleiding voor vakmensen

in techniek en zorg. En dat is hard nodig.

Volgens schattingen ontstaat er de

komende jaren een groot tekort aan

vakmensen. De cijfers liegen er niet om:

zeker als de economie aantrekt, zullen

er zo’n 170.000 banen in de techniek en

zorg ingevuld moeten worden.

Dat tekort heeft twee oorzaken: de

ver grijzing en het imago dat ‘traditionele’

vmbo­opleidingen hebben. Dat er steeds

meer ouderen zijn, daaraan is natuurlijk

niets te doen. Aan het imago van vakon­

derwijs wel. En ook op dat gebied slaat het

Vakcollege een flinke slag. Dat blijkt ook

wel uit het feit dat het de grootste vakge­

richte opleiding van Nederland is. Beter,

leuker, meer praktijkgericht en een diploma

die veel meer waard is. Want door de

samen werking met het ROC Eindhoven

stromen de leerlingen veel soepeler door

naar het middelbaar beroepsonderwijs en

kunnen ze hun opleiding afsluiten met

een mbo­diploma.

Jij gaat het maken Vakcollege

Eindhoven. De school voor vakmensen.

En dat is het ook. Wie hier op school zit,

leert voor een vak in de praktijk. In de

techniek en de zorg zijn heel veel geschoolde

vakmensen nodig. Die vraag is er nu al en

wordt alleen maar groter de komende

jaren. Met een diploma van het Vakcollege

Eindhoven heb je dus alle kansen om na

school meteen een baan te vinden.

Wie kiest voor het Vakcollege, gaat het dus

maken! Dat is ook het thema van het

Vakcollege: jij gaat het maken!

Dat thema komt overal terug. Bijvoorbeeld

op posters, in deze krant en op de website.

Een heel frisse, eigentijdse uitstraling die

past bij het Vakcollege Eindhoven. Net zo

kleurrijk als de vele mogelijkheden die het

Vakcollege biedt. Je kunt werkelijk alle

richtingen uit in techniek en zorg. Natuur­

lijk slaat ‘jij gaat het maken’ ook op het feit

dat de opleiding een echte ‘doe­opleiding’

is. Je werkt met je handen, met mensen. En

omdat het Vakcollege heel praktijkgericht

opleidt, vinden onze leerlingen straks

makkelijk een baan waar ze de waarde van

hun opleiding en hun vakmanschap

kunnen bewijzen. Kijk ook eens op de

nieuwe website van Vakcollege Eindhoven.

Dan zie je wat er allemaal mogelijk is:

de schoolvoor vakmensen

www.vakcollegeeindhoven.nl

Vrienden van het Vakcollege

Het Vakcollege zoekt nadrukkelijk de samen­

werking met bedrijven en organisaties in

de regio op. Jacques Wilbers, directeur van

Vakcollege Eindhoven, wil hier zelfs nog

een stap verder in gaan. “Ik zou graag het

samenwerkingsverband in een ‘Vrienden

van het Vakcollege Eindhoven’­vorm gieten.

Een vorm die bestaat uit overleg, die

initiatieven ontplooit en die uiteindelijk

leidt tot een nog betere aansluiting van de

opleiding op de praktijk. Meedenken over

de invulling van het onderwijs, stages en

leer­werkbanen. Maar zeker ook actieve

inbreng, bijvoorbeeld in de vorm van

gastlessen en bedrijfsbezoeken. Op dit vlak is

er veel winst te boeken en zijn de mogelijk­

heden kansrijk. Dat vraagt overigens ook

van ons Vakcollege dezelfde actieve houding.

Wij willen meer dan graag die inbreng van

de praktijk, dus de komende periode zullen

we zeker onderzoeken hoe, waar en met wat

voor soort projecten die samenwerking nog

meer inhoud kan krijgen. Met de start van

Vakcollege Eindhoven is de eerste stap

naar sterk verbeterd vakonderwijs gezet.

De volgende stappen bestaan uit het

uitbouwen daarvan. Ik denk aan een vakken

als metaal, metalelektro en voertuigen­

techniek. Dat is een tijd onder belicht

gebleven, maar krijgt een nieuwe impuls,

mede door het Vakcollege­concept.”

samen aande slag methetbedrijfsleven

Bedrijven en instellingen zijn

nauw betrokken bij het Vakcol-

lege Eindhoven. Samen met het

ROC Eindhoven werkt het Vak-

college hard aan een nieuwe

generatie goed opgeleide vak-

mensen voor deze organisaties.

Het zijn immers de werknemers

van de toekomst!

wij werken met vakmensen van

Bedrijven en organisaties op het gebied van zorg en dienstverlening spelen een belangrijke rol bij

de opleidingen van Vakcollege Eindhoven. Samen met deze partijen werkt het Vakcollege aan een

nieuwe generatie vakmensen: de werknemers van de toekomst. Die samenwerking gaat verder

dan het bieden van stageplaatsen. Hun actieve inbreng in de organisatie en de inhoud van het

onderwijs is een van de succesfactoren van het Vakcollege. Een wisselwerking waarbij het mes

aan meerdere kanten snijdt: leerlingen leren in een praktijkomgeving een echt vak, organisaties

profiteren van die beter opgeleide vakmensen.

nog meer mogelijkhedenmet het roc

“Het Vakcollege Eindhoven, voorheen De Burgh, is van oudsher een belangrijke partner voor het ROC”, legt Antoine Wintels, voorzitter van het College van Bestuur van ROC Eind-hoven, uit. “Het is voor ons een belangrijke toeleverancier van leerlingen. Wij zijn er dus bij gebaat dat die leerlingen zo goed mogelijk zijn voorbereid op die volgende stap: een mbo-opleiding en diploma. Dat is direct ook een van de kernpunten van het Vakcollege: een soepele overgang van vmbo naar mbo volgens een leertraject dat het beste bij de individuele leerling past. Daarom zijn wij als ROC ook enthousiast en zijn wij in deze ontwikkeling gestapt.”

Intensieve samenwerking Het

Vakcollege bestaat dus formeel uit zowel

het vmbo als het mbo. Een samenwerking

die ook in de dagelijkse praktijk van de op­

leiding zichtbaar is. “De eerste jaren oriën­

teert de leerling zich op de locatie aan de

Piuslaan in techniek of in zorg. Vervolgens

gaan zij zich specialiseren en maken kennis

met het mbo­niveau. In 6 jaar tijd halen

studenten een vmbo én een mbo diploma.

Het ROC stelt docenten en leermiddelen,

zoals apparatuur, beschikbaar. Steeds gaat

het erom wat het beste past bij leerlingen

en vooral om te leren in de praktijk op

Antoine Wintels

school en bij de bedrijven. In het Vakcol­

lege hebben wij, het vmbo en het mbo,

de doelstelling om dat samen met de

bedrijven tot een succes te maken. Met als

resultaat goed opgeleide vakmensen die

van grote waarde zijn voor de bedrijven en

instellingen waar ze gaan werken.”

Topsectoren Ook als het gaat om

de vertaalslag naar de praktijk trekken

vmbo en mbo in het Vakcollege samen

op. Antoine Wintels: “Het benaderen van

bedrijven en instellingen is daarvan een

voorbeeld. Wij willen graag kennis delen.

Door stages, ook van onze docenten om

praktijkontwikkelingen in de opleiding

door te voeren. Daarnaast stimuleren

we een aantal topsectoren waarvoor het

Vakcollege de professionals van morgen

opleidt. Denk aan de automotive industrie,

high tech systems en health care, waar

domotica bijdraagt aan het langer zelfstan­

dig kunnen blijven thuis wonen. We gaan

bedrijven groot en klein uit de topsectoren

betrekken in het Vakcollege.”

Leerling centraal “Zoals het ROC

haar verantwoordelijkheid neemt als het

gaat om de doorstroom vanuit het vmbo,

zo gebeurt dat nu ook op de High Tech

Campus van de TU/e”, besluit Antoine Win­

tels. “Wij starten met een mbo­opleiding

op de campus van de universiteit. Dat was

enkele jaren geleden onmogelijk. Zo zie je

dat het Vakcollege een onderdeel is van

een groter geheel. Een beweging die erop

is gericht om de kwaliteit van het onder­

wijs sterk te verbeteren. Het is een cliché,

maar daarom niet minder waar: de leerling

staat echt centraal!”

“wij willen vakmensen”

john

van

der

pas

vdl g

roup

jan

gijs

bers

ford

ein

dhov

en

“Mensen die hun vak verstaan!” Jan Gijsbers is aftersales manager bij

Ford Eindhoven. “Het Vakcollege bete­

kent dat mensen beter opgeleid gaan

worden in het vak. Niet algemeen, maar

in een echt vak. Als het Vakcollege haar

slogan ‘de school voor vakmensen’ echt

inhoud geeft, wordt het een succes. Als

Ford Eindhoven willen wij graag

daaraan een bijdrage leveren. Nu al

werken we met leerlingen, hier in de

werkplaats. Ook belonen we heel goede

leerlingen, bijvoorbeeld door hen de

complete bedrijfskleding cadeau te doen.

Daarmee motiveer je jonge vakmensen.

Onze ervaring daarin is dat ze ook

daadwerkelijk erg enthousiast zijn.”

Regionale Advies Commissie“De samenwerking gaat echter verder”,

vervolgt Jan Gijsbers. “We brengen

actuele ontwikkelingen uit de branche in

als lesmateriaal. Ook is de directeur van

het Vakcollege uitgenodigd om deel te

nemen aan de Regionale Advies Com­

missie. Daarin komen onder andere het

bedrijfsleven en het onderwijs samen

om te kijken hoe de opleidingen beter

op de praktijk afgestemd kunnen worden.

Vakmensen die direct in de praktijk

inzetbaar zijn, daar gaat het om.”

mar

iël v

an d

e be

ek

zuid

zorg

“Vakmensen hebben de toekomst” Een van de parels

van de regionale technische industrie is

VDL. John van der Pas is personeelsfunc­

tionaris bij VDL: “Als ik zeg dat we alleen

al door de vergrijzing de komende jaren

in deze regio plaats hebben voor 30 à 40

vakmensen, dan is het logisch dat het

Vakcollege kan rekenen op mijn steun.

Ik denk aan het integreren van onze

kennis in de opleiding, al dan niet in de

vorm van projecten. Als voorbeeld noem

ik het Ballcar project waarbij leerlingen

en hun ouders kennis maken met de

vele facetten van de maak­industrie.”

Prachtige projecten “Met name

op het gebied van metaaltechniek is de

vraag naar vakmensen groot”, aldus John

van der Pas. “En die zal alleen maar

toenemen. Om aan die vraag te kunnen

beantwoorden, is het van belang dat er

voldoende jongeren kiezen voor een

technische opleiding. Elk initiatief dat

hierop inspeelt, verdient steun. VDL zet

haar deur in ieder geval open. Al was het

maar om iedereen ervan te overtuigen

dat werken in de techniek niet alleen

heel interessant en gevarieerd is, maar

dat het ook van grote waarde is.

Dat vertaalt zich in een aantrekkelijk

loonstrookje en in mooie projecten waar

onze vakmensen aan werken.”

jopi

e no

oren

lu

net z

org

jan

van

den

hoff

va

n de

n ho

ff in

stal

lati

ebed

rijf

“Gemotiveerde vakmensen zijn hard nodig! ”Mariël van de

Beek is staffunctionaris Training & Opleiding

bij ZuidZorg en heeft in haar dagelijkse

praktijk veel te maken met het onderwijs:

“We hebben veel stagiaires in onze

organisatie. Ook zitten we in werkgroe­

pen als het gaat om de opleidingsinhoud.

Een ander voorbeeld van samenwerking

met het onderwijs zijn de gastlessen.

Professionals uit onze organisatie delen

zo hun kennis en ervaring met jongeren.

Ik denk dat het goed is voor leerlingen

om al in een vroeg stadium te weten wat

er te koop is. Dan maken ze veel bewus­

ter een keuze voor een opleiding. Mijn

verwachting is dat het Vakcollege

daaraan een grote bijdrage kan leveren.

Dat is in het belang van de leerlingen en

het vakgebied, de praktijk.”

Aantrekkelijk vakgebied

Mariël van Beek: “Onder andere de

vergrijzing zorgt ervoor dat we meer

goed opgeleide mensen nodig hebben.

Bovendien treft de vergrijzing de zorg

eigenlijk dubbel: er komen niet alleen

meer ouderen, ons personeel vergrijst

logischerwijze mee. Dat het Vakcollege

jonge mensen stimuleert en het vakge­

bied zorg aantrekkelijk maakt, vind ik

een goede ontwikkeling.”

“Uitdagende nieuwe vakopleiding in de zorg” Jopie Nooren is lid van

de raad van bestuur van Lunet Zorg.

”Leerlingen worden al vanaf de eerste

jaren uitgedaagd in de richting waar ze

later ook aan de slag gaan. Dat is ook

bevorderlijk voor de motivatie. Aan het

Vakcollege en aan het bedrijfsleven en

instellingen als Lunet Zorg om te inves te­

ren in die motivatie. Als voorbeeld noem

ik Nederlands en rekenen. Door die

vakken ook te relateren aan de praktijk,

begrijpen leerlingen de noodzaak ervan.

Een brief of behandelverslag opstellen,

het juist aftellen van medicijnen. Dan

worden deze vakken relevant voor het vak.”

Betere aansluiting op praktijk en mbo Jopie Nooren: “Nu zie je dat

veel jongeren aan het ziekenhuis denken

als het om de zorg gaat. De zorg betreft

uiteraard een veel breder vakgebied. Pas

als jongeren in aanraking komen met de

gehandicaptenzorg, zien ze hoe leuk het is

om daar te werken. Om de praktijk

dichter bij te brengen zou je bijvoorbeeld

ervarings deskundigen, mensen met een

beperking, gastlessen laten geven. Ik hoop

dat het Vakcollege dit gaat doen. Een sterk

punt van het Vakcollege dat ik wil noemen,

is dat de instroom van vmbo naar mbo ver­

soepeld wordt. Dat gat is nu nog te groot,

waardoor jongeren onnodig afhaken.”

“Vakcollege beantwoordt marktvraag” Jan van den

Hoff is directeur van VAN DEN HOFF

Installatiebedrijf uit Eindhoven.

“Technische scholen hebben momenteel

moeite om leerlingen aan te trekken”,

legt Jan van den Hoff uit. “Met alle

gevolgen voor de praktijk van dien:

een tekort aan geschoolde vakmensen.

Dat betekent dus dat je het onderwijs

aantrekkelijker moet maken, moet

verbeteren. Bijvoorbeeld door specialis­

tische kennis te delen en ontwikkelingen

in de opleiding te brengen. Actief naar de

school toe, zodat opleiding en praktijk in

elkaar overvloeien.

Kennis en houding Jan van den

Hoff: “Het bedrijfsleven roept hard dat ze

vakmensen te kort komen. Die roep om

vakmensen vraagt wel om investering in

opleidingen. Ik vind dat je ­ zeker in deze

tijden ­ als bedrijfsleven daar energie in

moet steken. Het Vakcollege biedt daartoe

alle kansen en mogelijkheden. Van bedrijfs­

bezoeken tot gastlessen en van stages

tot werk­leerbanen. Naast die vakkennis

is ook een juiste instelling. Als je die

componenten samenbrengt dan heb je

als Vakcollege een prachtige opleiding!”

“wij willen vakmensen”

mar

iël v

an d

e be

ek

zuid

zorg

De nadruk van de opleiding ligt op praktisch en beroeps-

gericht onderwijs en werkend leren. Een product bedenken,

ontwerpen, maken en presenteren. Dat is de kern van Techniek

en Vakmanschap; een richting die speciaal is ontwikkeld voor

het Vakcollege in de eerste drie jaar van de opleiding.

Techniek en Vakmanschap

open dag 19 januari 2013 van 11.00 tot 14.00 uur

Ontdekken van talent en trots zijn Bij Techniek staat het leren

over techniek centraal aan de hand van

vragen als ‘Wat is het?’, ‘Wat doet het?’ en

‘Waarom werkt het?’ Er wordt onder andere

aandacht besteed aan ontwerpen, bereke­

nen, analyseren en materiaalkennis. Ook de

maatschappelijke kant van techniek komt

aan bod; zo wordt er gekeken naar de

commerciële waarde en de opbrengsten

en schade van techniek voor mens en

milieu. Bij Vakmanschap gaat het met

name om de uitvoering van techniek aan

de hand van vragen als ‘Hoe maak je dat?’,

‘Hoe installeer je dat?’ en ‘Hoe repareer en

onderhoud je dat?’. In het derde jaar wordt

het domein gekozen waarin leerlingen een

vak gaan leren. Er is veel aandacht voor het

ontwikkelen van vaardigheden die belangrijk

zijn voor technisch vakmanschap en het

maken van producten. Techniek en Vakman­

schap wordt in leerjaar drie afgesloten met

een Junior proef. Leerlingen laten zien wat

ze in de eerste drie jaren hebben geleerd.

Na het derde jaar kiezen ze een richting

waarin ze verder gaan.

Leren in de praktijk: leerjaren vier tot en met zes In de leerjaren

vier tot en met zes verruilen de leerlingen

de school voor de praktijk. Tijdens de

leerwerkperiode (vanaf leerjaar vijf ) werken

leerlingen vier dagen bij een erkend

leerbedrijf waar vakmensen hen het vak

goed kunnen leren. Na afronding van

Vakcollege Techniek zijn leerlingen

startbekwaam als technisch vakman

of –vrouw op niveau twee en/of drie.

De zesjarige opleiding van het Vakcollege

maakt de stap van vmbo naar mbo

probleemloos en de overgang van school­

bank naar het bedrijfsleven soepel. Dit

mede door de persoonlijke begeleiding.

100% vakmensen! Vakcollege

Techniek combineert leren en werken.

Bedrijven geven gastlessen op school en

leerlingen gaan zelf regelmatig op bezoek

bij bedrijven in de buurt. In de eerste drie

leerjaren worden verschillende stages

georganiseerd zodat de leerlingen een

goede keuze voor een bepaalde richting

kunnen maken. In de bovenbouw gaan

leerlingen aan de slag in een leerwerkbaan

bij een erkend leerbedrijf. De nadruk van

de opleiding ligt op praktisch en beroeps­

gericht onderwijs en ‘werkend leren’ in

echte banen bij bijvoorbeeld bouwbedrij­

ven, installateurs of garages.

De eerste drie jaar Zoals de naam

al aangeeft, heeft het leergebied twee

aspecten: Mens en Dienstverlening. Bij

‘Mens’ staat het leren over en het omgaan

met mensen centraal: het gaat daarbij om

kennis en om de effecten van jouw gedrag

op dat van anderen. Er wordt gekeken naar

onderwerpen als voeding en bereiding,

gezondheid, gedrag van mensen, arbeids­

verhoudingen, bouw en functie lichaam en

ziekteleer. Bij ‘Dienstverlenen’ gaat het met

name om het in de praktijk brengen van de

opgedane kennis. Zo wordt er bijvoorbeeld

bij Verzorgen aandacht besteed aan het

verzorgen van mensen, bij Maatschappelijk

Pedagogisch komen pedagogische zaken

aan de orde. In het derde jaar kunnen

leerlingen zich verdiepen. In dit jaar wordt

ook het domein gekozen waarin leerlingen

een vak gaan leren. Er is veel aandacht voor

het ontwikkelen van vaardigheden die

belangrijk zijn voor het latere beroep.

Mens en Dienstverlening wordt in leerjaar

drie afgesloten met een Junior proef.

Deze proef stelt de leerlingen in staat om

te laten zien wat ze hebben geleerd in

leerjaar één, twee en drie.

Vier dagen praktijk, een dag naar school Net als bij Vakcollege

Techniek staat in de jaren vier tot en met

zes de praktijk voorop. In de loop van het

vierde leerjaar volgt de leerling een

voorbereidende stage. Vanaf jaar vijf start

de leerwerkperiode bij een erkend leerbe­

drijf, afhankelijk van de capaciteiten van de

leerling en de richting waarvoor gekozen

is. Bij de keuze en invulling van de leer­

werkbaan wordt uiteraard rekening gehou­

den met de leeftijd van de leerlingen. Er

zijn immers banen in de zorg en welzijns­

sector die levenservaring vragen waarover

een jonge leerling nog niet beschikt. Na

afronding van Vakcollege Zorg zijn leer­

lingen startbekwaam als professional op

niveau twee en/of drie.

Klaar voor die eerste baan!Praktijkleren is een belangrijk onderdeel

van iedere beroepsopleiding en helemaal

van het Vakcollege. In de praktijk krijgen

leerlingen het vak pas echt goed in de

vingers. Door mee te draaien met profes­

sionals wordt de kennis en ervaring

opgedaan die nodig is om later zelfstandig

te kunnen werken. Al in een vroeg stadium

komen leerlingen in contact met de

praktijk van later. Door stages, maar ook

door gastlessen die bedrijven en instellin­

gen op Vakcollege Eindhoven verzorgen.

Omgeleerd zijn er ook verschillende

bedrijfsbezoeken. De laatste twee jaar

draaien de aankomende vaktoppers van

het Vakcollege vrijwel full time mee in de

praktijk zodat ze na hun diploma klaar zijn

voor hun eerste baan.

Werken met mensen. Daar gaat het om bij Mens en Dienst-

verlening. In het ziekenhuis, de kinderopvang, in de horeca,

de detailhandel of in beroepen als kapster of pedicure. Mens

en Dienstverlening is de opleiding voor deze en nog veel

meer interessante en mooie vakgebieden.

Mens en dienstverlening

open dag 19 januari 2013 van 11.00 tot 14.00 uur

vakToen ik klein was speelde

ik veel met playmobil en

technisch Lego. Dingen

maken en knutselen vond

ik altijd al leuk. En nog

steeds. Ik vind eigenlijk

dat ik best creatief

ben! Op het Vakcollege

Eindhoven kan ik in ieder

geval lekker aan de slag

met mijn handen. Ik heb

al een paar keer mee-

geholpen met een echte

timmerman en dat ging

goed. Daarom wil ik dat

vak graag leren.

Ik kreeg van de basis-

school een vmbo-advies.

Ik heb gekozen voor het

Vakcollege omdat ik

techniek erg leuk vind.

Misschien wordt het wel

elektrotechniek, dat weet

ik nog niet. Hier kan

ik in ieder geval eerst

ontdekken waar ik goed

in ben en welk vak het

beste bij me past. Maar

elektrotechniek kan ook

wel van pas komen als

het me lukt om eens bij

de radio te werken.

Want dat is wel wat ik

heel graag zou doen.

Ik heb een onderdeel

voor de knikkerbaan

gemaakt dat de knikkers

omhoog brengt. Daar-

voor moest ik een blokje

hout bewerken en aan de

schuurmachine schuren.

Dat ging goed. Werken

met hout en verschillende

soorten gereedschap

vind ik leuk. Echt iets

maken met je eigen

handen. Soms is het ook

een beetje uitvinden.

Steeds weer anders.

Ik wil later graag

dokters assistente

worden. Daarom heb ik

gekozen voor Mens en

Dienstverlening. In het

tweede jaar leren we nu

nog allerlei dingen die te

maken hebben met het

werken met mensen.

Maar straks op het ROC

wil ik echt gaan kiezen

voor assistente. Ik vind de

lessen nu leuker omdat je

kiest voor de richting die

je later ook op wilt.

Vorig jaar was het nog

De Burgh. Toen kregen

we in het eerste jaar echt

allerlei vakken. Ook

technische vakken en

daar heb ik helemaal niks

mee. Nu bij Mens en

Dienstverlening ben ik

tenminste bezig met

uiterlijke verzorging en

zo. Dat zie ik wel zitten.

Ik wil kapster worden en

daarna misschien nog

verder leren en ook iets

met nagelverzorging

doen.

Techniek is niks voor mij.

Dat we nu helemaal

bezig zijn met verzorging

past veel beter bij mij.

Daardoor zijn de lessen

ook veel leuker. Toen we

in de eerste jaren ook nog

techniek hadden, deed

ik daar niet veel mee,

omdat ik iets in haar- of

nagelverzorging wil gaan

doen. Nu ben ik zelfs

thuis op youtube aan het

kijken wat voor verschil-

lende stijlen en nieuwe

kapsels er zijn. Je krijgt

ook de vrijheid om daar

iets mee te doen.

Mitchel 1e jaars

Arjan 1e jaars

Jino 1e jaars

Fatima 2e jaars Kelly 2e jaars

Angel 2e jaars

vakVorig jaar kregen we

maar drie uur techniek.

Nu op het Vakcollege veel

meer. Ook geen lessen

meer die ik niet leuk vind.

Zoals uiterlijke verzor-

ging. Nu werken we aan

een project in teams.

Je moet best veel zelf

ontdekken, maar dat

maakt het ook interessant.

Zo leer je verschillende

technieken.

De eerste twee weken zijn

we bezig geweest om een

knikkerbaan te maken.

Dan ben je met allerlei

materiaal en gereedschap

bezig. Hout en ijzerdraad,

je moet boren, timmeren

en schuren. Bij een

meubelmakerij heb ik al

eens geholpen bij het

restaureren van oude

meubels. Misschien word

ik later wel meubelmaker.

Maar dat ik iets met mijn

handen wil doen, da’s

zeker. Ik houd niet van

stilzitten.

De wijze van lesgeven op

het Vakcollege heeft een

aantal voordelen.

Persoonlijk vind ik het

feit dat de creativiteit

veel meer wordt gestimu-

leerd een sterk punt.

Voorheen bestond een

project vooral uit

‘reproduceren’ van een

werktekening. Nu worden

ze uitgedaagd om zelf

met oplossingen te

komen, waardoor ze

- zonder dat het ze wordt

opgelegd - over dingen

nadenken. Zo groeien ze

in hun vakmanschap.

Ik merk dat leerlingen

veel meer bij de lessen

betrokken zijn, omdat ze

gerichter worden

opgeleid. Je ziet zelfs dat

ze soms dingen van thuis

meenemen en vragen of

ze dat in projecten

mogen gebruiken. Dat

geeft aan dat ze gemoti-

veerder zijn en dat zo’n

project echt voor ze leeft.

Ze willen graag meer

weten over de verschil-

lende facetten binnen

een vakgebied en zijn

gefocust.

Mike 1e jaars

Rick 2e jaars

Geert Jan Habraken docent Techniek en Vakmanschap

Guido Mulleneers docent Techniek en Vakmanschap

de school voor vakmensen

ik ga het maken!

Colofon: De schoolkrant voor vakmensen is een uitgave van Vakcollege Eindhoven. De school voor vakmensen. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Vakcollege Eindhoven Piuslaan 93, 5643 PT Eindhoven T 040 ­ 2 11 46 80 info@vakcollegeeindhoven.nl www.vakcollegeeindhoven.nl Deze uitgave is met de grootst mogelijke zorg samengesteld. Aan deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend. Concept en productie: Goed Werk Communicatie Eindhoven

open dag 19 januari 2013 van 11.00 tot 14.00 uurdoe-dagen 5 november t/m 9 november

voorlichtingsavond vmbo28 november vanaf 19.30 uur

praktijkmiddag potentiële vmbo-leerlingen 6 februari 2013