unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel...

39
1 LESMAP 2013-2014 6 uitdagingen om met jouw klas te ontdekken! UNICEF HELPT KINDEREN LEREN OVERLEVEN IN BURUNDI Burundi

Transcript of unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel...

Page 1: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

1

lesmap 2013

-201

4

6 uitdagingen om met jouw klas te ontdekken!

unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi

Burundi

Page 2: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

3

inhoudstafel VoorWoord 5

i. inleiding 61. Korte handleiding 7 2. link met de eindtermen 73. ontwikkelingseducatie én kinderrechteneducatie 84. Waarom unicef? 105. overzicht educatief materiaal 116. agenda voor leerkrachten 13

ii. achtergrond 151. inleiding 152. recht op onderwijs 16

2.1. In het kinderrechtenverdrag en de millenniumdoelstellingen 162.2. Waarom is onderwijs voor UNICEF belangrijk? 16

3. onderwijs en oorlog 173.1. Onderwijs als slachtoffer 183.2. Concrete gevolgen 193.3. Specifi ek voor vluchtelingen 203.4. De rol van onderwijs in oorlogssituaties 20

4. leren overleven in burundi 214.1. Algemene context 214.2. Onderwijs 224.3. Wat doet UNICEF? 234.4. Oorlog 244.5. Vluchtelingen 25

iii. actiViteiten-fiches 290. hoe de activiteitenfi ches gebruiken? 291. introductie: (A) kinderrechten, (B) wereldklas en (C) Burundi 302. uitdaging 1: Liliane moet blijven zitten 343. uitdaging 2: Dani heeft geen schoolgerief 394. uitdaging 3: Juf Félicité geeft les in een kerk 425. uitdaging 4: Benigne wordt uitgesloten 466. uitdaging 5: Justine helpt de buren 517. uitdaging 6: Joseph gaat naar een kindvriendelijke school 568. Een concrete actie met jouw klas! 61

iV. bijlagen 651. Voor de leerlingen: afbeeldingen kinderrechten 662. boodschap jongeren getuigenis 3, bij uitdaging 1 73

inle

idin

ga

ct

iVit

eit

en

fic

he

sb

ijla

ge

na

ch

te

rg

ro

nd

info

rm

at

ie

onderteKen onZe petitie Voor onderWijs in noodsituaties!

Teken vóór eind 2013 als leerkracht de petitie voor onderwijs in noodsituaties, en moedig je collega’s aan om hetzelfde te doen! Met deze petitie willen we bereiken dat minstens 4% van het budget voor noodhulp naar onderwijs gaat. Alvast hartelijk bedankt!

op dit moment hebben we ongeveer 30 000 handtekeningen verzameld, maar we hebben er 50 000 nodig, dus ook die van jou en jouw collega’s!

De petitie kan online ondertekend worden via http://noodschool.beOf laat ze (bijlage in deze lesmap) rondgaan in de leraarskamer. Je kunt ze inscannen en doorsturen per mail naar [email protected] of opsturen per post naar UNICEF België, Keizerinlaan 66, 1000 Brussel

UNICEF België maakt deze petitie met jouw handtekening eind 2013 over aan de Belgische overheid.

©UNICEF België/Lien Vanden Bossche

Page 3: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

4 5

VoorWoord

beste leerkracht,

tof dat je er dit schooljaar (opnieuw) bij bent! bedankt voor jouw interesse in kinderrechten en in onze organisatie.

je vindt hierbij concrete activiteitenfi ches en achtergrondinformatie, gelinkt aan de educatieve dvd in bijlage. deze dvd geeft je als leerkracht een eerste introductie in de materie: de obstakels die kinderen in burundi, ervaren om naar school te gaan.

de inhoudsopgave hierboven laat je toe om zelf te kiezen met welke onderdelen je verder werkt. in het midden van deze lesmap vind je een lege poster om met de leerlingen mee aan de slag te gaan. meer uitleg hierover vind je op bladzijde 62.

Het bijbehorende werkboekje voor de leerlingen kan je gemakkelijk downloaden op www.unicef.be/kids > info > lezen en opzoeken > infobladen of op www.unicef.be > documentatie > pedagogisch materiaal

Vergeet niet tijdig jouw gratis gastles aan te vragen of contacteer ons voor extra ondersteuning voor een spel of actie! op de rugzijde van deze lesmap vind je meer informatie over onze gastlessen. op pagina 11 vind je meer informatie over wat het betekent wereldklas te zijn.

aarzel niet om mij te contacteren voor bijkomende informatie.

met vriendelijke groeten en tot binnenkort!

anneleen Van Kelecomscholenwerking Vlaanderen

unicef belgiëKeizerinlaan 66 - 1000 brusseltel: 02/[email protected]

inleiding

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

inle

idin

ga

ct

iVit

eit

en

fic

he

sb

ijla

ge

na

ch

te

rg

ro

nd

info

rm

at

ie

Page 4: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

6 7

1. Korte handleidingHet eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter-grondinformatie over het recht op onderwijs voor kinderen in conflictsituaties (deel II).

In het derde deel vind je activiteitenfiches voor in de klas. Elke activiteitenfiche is gelinkt aan een uitdaging voor onderwijs in het kader van een conflict of oorlog, specifiek voor kinderen in Burundi. Bij elke activiteiten-fiche hoort een fragment uit de dvd in bijlage. Deze bevat veel informatie en kan hierdoor best fragment per fragment bekeken worden. De dvd zelf duurt 12 minuten en elk fragment ongeveer 1,5 à 2 minuten.

OPGELET! Bij deze lesmap hoort een dvd en een werkboekje voor de leerlingen. Deze 3 instrumenten (activiteitenfiches in de lesmap, dvd en werkboekje) worden dus best samen gebruikt. Neem contact met ons op, via [email protected], om de dvd gratis en vrijblijvend te ontvangen, als perfecte introductie bij deze lesmap. Je kan een exemplaar van het werkboekje downloaden op onze kidswebsite www.unicef.be/kids > info > lezen en opzoeken > infobladen of op onze website www.unicef.be > documentatie > pedagogisch materiaal Ons pedagogisch aanbod is voor ieder-een gratis en vrijblijvend verkrijgbaar op aanvraag.

2. linK met de eindtermenHoe past ons aanbod in de eindtermen?:

• Aandacht voor ontwikkelings- en kinder-rechteneducatie past volledig binnen het Vlaamse onderwijsbeleid, beschreven in de beleidsnota 2009-2014: “Onderwijs moet open, veelzijdige en sterke persoonlijk-heden vormen. [...] Kritische zin, respect, verantwoordelijkheid, zorgzaamheid, zelfredzaamheid, een positief zelfbeeld, zin voor initiatief, ... zijn eigenschappen die op school gestimuleerd moeten worden.”

• De eindtermen wereldoriëntatie en sociale vaardigheden in het lager onderwijs sluiten naadloos aan op de vraag naar aandacht voor kinderrechten. “Met ‘Wereldoriëntatie’ [...] verwerven kinderen kennis en inzicht in zichzelf, in hun omgeving en in hun relatie tot die omgeving, verwerven zij vaardigheden om in interactie te treden met die omgeving en worden zij gestimuleerd tot een positieve houding ten aanzien van zichzelf en hun omgeving.”

• De vakoverschrijdende eindtermen (VOET) binnen het secundair onderwijs, bevatten onder meer socio-culturele eindtermen, zoals “het illustreren van het belang van sociale samenhang en solidariteit”, die mede door kinderrechten- en ontwikke-lingseducatie kunnen bereikt worden.

Leerkrachten hebben heel wat te winnen bij kinderrechteneducatie ook los van de eind-termen. In onze brochure voor leerkrachten

‘Kinderrechten in uw klas’ vind je nog meer informatie over de positieve impact van kinderrechteneducatie en ontwikkelings-educatie in de klas: voor de leerlingen individueel, voor het hele klasgebeuren, en gelinkt aan bepaalde vakken en eindtermen.

Je vindt deze brochure op www.unicef.be > documentatie > pedagogisch materiaal of je kan ze gratis aanvragen via [email protected]

i. inleidingZoals jullie weten, heeft elk kind recht op onderwijs. overal ter wereld moet dit recht gerespecteerd worden. Vorig schooljaar hadden we het over de « afstand » tussen kinderen en de school. dit jaar gaat onze campagne over het belang om de toegang tot onderwijs te verbeteren voor kinderen die leven in conflictgebieden. We bespreken de impact van oorlog op onderwijs, het belang van onderwijs voor vrede en de specifieke noden van kinderen op de vlucht in het kader van hun schoolcarrière.

in het inleidende deel vind je ook informatie over ontwikkelings- en kinderrechteneducatie en hoe dit via diverse thema’s (solidariteit, milieubewustzijn, burgerschap, …) binnen verschillende vakken (wereldoriëntatie, geschiedenis, sociale vaardigheden, …) aanwezig kan zijn in de klaspraktijk.

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

inle

idin

ga

ct

iVit

eit

en

fic

he

sb

ijla

ge

na

ch

te

rg

ro

nd

info

rm

at

ie

Page 5: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

8 9

Copyright UNICEF België / Sonja Abeels

3 Susan Fountain, Peace Education in UNICEF, 19994 UNICEF, Child rights education toolkit: rooting child rights in early childhood education, primary and secondary schools, 2012.

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

1 Susan Fountain, Education for Development: A Teacher’s Resource for Global Learning, 19952 UNICEF, From ‘Education for Development’ toward ‘Child Rights Education’, 2013

3. ontWiKKelingseducatie én KinderrechteneducatieHieronder vind je meer informatie over ontwik-kelings- en kinderrechteneducatie en hoe dit via diverse thema’s (solidariteit, milieubewustzijn, bur-gerschap, …) binnen verschillende vakken (wereld-oriëntatie, geschiedenis, sociale vaardigheden, …) aanwezig kan zijn in de klaspraktijk.

ONTWIKKELINGSEDUCATIE

Ontwikkelingseducatie bij UNICEF gaat over een manier van lesgeven en leren waardoor er bij jonge mensen een engagement groeit voor globale solidariteit, vrede, het aanvaarden van verschil-len, sociale rechtvaardigheid en bewustzijn van de omgeving1. Het doel is om kinderen en jongeren te versterken in hun participatie om zowel lokaal als globaal verandering teweeg te brengen2.

Bij ontwikkelingseducatie wordt er, naast de in-houd, ook aandacht besteed aan de lesmethode. Interactieve en participatieve lesmethodes zijn even belangrijk als de inhoud van ontwikkelingseducatie. Deze methodes laten leerlingen toe om complexe concepten beter te begrijpen, probleemoplossende capaciteiten op te bouwen en sociale vaardigheden te ontwikkelen.

Met ons programma ontwikkelingseduca-tie willen we kinderen echte wereldburgers laten worden, die op een verantwoordelijke en actieve wijze hun omgeving positief mee vormgeven. Kinderen hebben het recht om te participeren én moeten daarom mee kunnen werken aan een samenleving die kinderrech-ten respecteert en waar nodig verdedigt. »«

binnen ontwikkelingseducatie besteden we ook aandacht aan kinderrechteneducatie.

KINDERRECHTENEDUCATIE

Onderwijs over kinderrechten houdt in dat er geleerd wordt over de rechten in het Internationaal Verdrag inzake de rechten van het Kind. Uiteraard wordt ook de link gelegd met onderwijs of educatie over rechten zoals in de Universele Verklaring van de Rechten van de mens. Beiden vertrekken vanuit een ‘rechtenperspectief’. Dit wil zeggen dat er niet uitgegaan wordt van de noden, maar van de rechten die kinderen en volwassenen hebben. Noden zijn immers niet per sé universeel, rechten zijn dat wel. Het vervullen van rechten gaat ook over meer dan alleen liefdadigheid. Het is kinderen en volwassenen versterken zodat ze voor hun eigen rechten kunnen opkomen.Kinderen worden zo aangemoedigd om de impact van schendingen van rechten, zowel thuis als wereldwijd te begrijpen, en een ge-voel van empathie en solidariteit te ontwikke-len met diegenen waarvan de rechten ontkend worden. Kinderrechteneducatie gaat ook over de verantwoordelijkheden die samengaan met rechten (om zo bij te dragen tot verandering).3

Kinderrechteneducatie moet worden opgevat in ruime zin, vakoverschrijdend en verder dan het lesplan, dus ook binnen de klas-en schoolomgeving.

Kinderrechteneducatie is4 • Leren als een recht: het recht op toegang

tot onderwijs• Leren over rechten in de klas, via de les-

methodes en via het lesplan• Leren door rechten: de leeromgeving

evolueert en maakt plaats voor kinder- rechten (o.a. gezondheid, veiligheid, identiteit, participatie, ...)

Bijvoorbeeld: rekening houden met gezondheids-en veiligheidsvereisten op school; aandacht voor de participatie van de leerlingen op alle schoolniveau’s;…

• Leren voor rechten: actie ondernemen om rechten te realiseren en de samenleving te veranderen

Het concept van kinderrechteneducatie geeft ruimte om kinderen betekenisvol te betrekken bij de verwezenlijking van de rechten wereldwijd, met de nadruk op ongelijkheid en de situatie van gemarginaliseerde kinderen in zowel ontwikkelingslanden als in de geïndus-trialiseerde wereld.

Leerlingen die hun rechten kennen, zijn zelfzekerder en meer geëngageerd.

Zoals hierboven wordt aangegeven, sluiten ontwikkelingseducatie en kinderrechteneducatie inhoudelijk en qua werkvormen nauw bij elkaar aan. Ze behandelen gelijkaardige thema’s, maar hun uitgangspunt is anders. Bij kinderrechteneducatie zal er bijvoor-beeld meer aandacht gegeven worden aan kinderrechten bij ons en wordt er ook meer aandacht besteed aan het rechtenperspectief.

Ook andere thema’s kunnen onder de noemer ontwikkelings- en kinderrech-ten-educatie besproken worden: respect en waardering voor anderen, inlevings-vermogen, milieubewustzijn, weder-zijdse afhankelijkheid, wereldoriëntatie, globalisering, wereldburgerschap, solidariteit, vrede, verdraagzaamheid, diversiteit, ….

Meer informatie vind je in onze brochure voor leerkrachten ‘Kinderrechten in uw klas’ op www.unicef.be > documentatie > pedagogisch materiaal of aan te vragen via [email protected]

inle

idin

ga

ct

iVit

eit

en

fic

he

sb

ijla

ge

na

ch

te

rg

ro

nd

info

rm

at

ie

Page 6: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

10 11

5. oVerZicht educatief materiaal

Leerkrachten die hun leerlingen gebruik willen laten maken van ons educatief aanbod kunnen zich op de website www.unicef.be/scholen inschrijven als ‘Wereldklas’. Dit is volledig gratis en vrijblijvend en houdt bijgevolg geen enkele verbintenis in tegenover UNICEF België. Deze aanmelding zorgt ervoor dat leerkrachten ons pedagogisch aan-bod toegestuurd krijgen, en dat ze gratis een gastles krijgen of onder-steuning bij een spel of actie door één van onze educatieve vrijwilligers. Meer informatie: [email protected]

5.1. Wat is een WereldKlas?

Een wereldklas is een klas die tijdens het schooljaar extra aandacht besteedt aan ont-wikkelings- en kinderrechteneducatie. Dit wil zeggen dat de klas stilstaat bij kinderrechten, bij de rechten van de kinderen in de klas, maar ook bij de rechten van andere kinderen in haar omgeving, en in andere landen in de wereld.

Het is een klas die zich kan inleven in de situatie van andere kinderen en hierover kan nadenken. Tijdens de verschillende vakken wordt waar mogelijk automatisch de link gelegd met kinderrechten. Deze klas ontvangt materiaal van UNICEF België en kan ook be-geleiding krijgen voor projecten en acties of kan een gastles krijgen van een educatieve vrijwilliger. De klas kan ook werken met de website van UNICEF Kids (www.unicef.be/kids) waar er via info en spel meer uitleg wordt gegeven over kinder-rechten en er kennis gemaakt kan worden met kinderen uit de hele wereld. Een wereld-klas kan vrijblijvend ook een project of actie organiseren (de Dag voor Verandering). Door educatieve, ludieke en originele acties die de klas zelf kiest, worden de kinderrechten die dag extra in de verf gezet.

Copyright UNICEF België / Etienne Musslin

4. Waarom unicef?Omdat:• kinderen rechten hebben;• kinderen een stem hebben die gehoord moet

worden;• kinderen niet mogen sterven aan ziektes die

gemakkelijk te vermijden zijn;• het terugdringen van armoede bij kinderen

begint.

UNICEF, het Kinderfonds van de Verenigde Naties, zag het daglicht in 1946. Het is de grootste organi-satie in de wereld die opkomt voor kinderen en hun rechten.UNICEF is aanwezig in 156 landen en gebieden en helpt kinderen zodat ze een menswaardig leven kunnen leiden, kunnen overleven en zich ontwikke-len, van baby tot adolescent. UNICEF werkt hier-voor samen met de nationale en lokale overheden van de betrokken landen om zo de duurzaamheid van haar acties te verzekeren. Leidraad bij het werk van UNICEF zijn de 54 arti-kelen in het VN-Verdrag inzake de Rechten van het Kind. UNICEF besteedt in zijn werking aandacht aan een zo breed mogelijke spectrum van kinderrech-ten, want deze rechten zijn ondeelbaar en moeten als een geheel benaderd worden.

Zo is UNICEF actief rond 7 prioriteiten: 1. Gezondheid 2. HIV/aids en kinderen 3. Wash (water, sanitaire voorzieningen

en hygiëne)4. Voeding5. Onderwijs6. De bescherming van het kind7. Sociale inclusie

De komende jaren zal het ‘equity’-programma van UNICEF zich speciaal inspannen om vergeten kin-deren uit zowel rijke als arme landen meer kansen te bieden. Investeren in een grotere participatie van kwetsbare kinderen is niet alleen een plicht volgens het KinderrechtenVerdrag, maar komt de ontwikke-ling van de hele samenleving ten goede.UNICEF is ook actief in 36 industrielanden via de Nationale Comités. UNICEF België is er daar één van. UNICEF wordt volledig gefi nancierd door vrijwillige bijdragen van particulieren, bedrijven, stichtingen en overheden.

Heb je graag meer informatie of documentatie over UNICEF België of UNICEF Internationaal, aarzel niet om ons te contacteren via [email protected] of informatie op te zoeken via www.unicef.be > documentatie > pedagogische materiaal

Je kunt ook een gratis gastles aanvragen over deze thema’s.

Copyright UNICEF België / Pascaline Carnat

inle

idin

ga

ct

iVit

eit

en

fic

he

sb

ijla

ge

na

ch

te

rg

ro

nd

info

rm

at

ie

Page 7: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

12 13

6. agenda Voor leerKrachtenWat staat er nog op onze agenda voor leer-krachten: Dit schooljaar gaat onze campagne over het belang om de toegang tot onderwijs te ver-beteren voor kinderen die leven in conflict-zones. We bespreken de impact van oorlog op onderwijs, het belang van onderwijs voor vrede en de specifieke noden van kinderen op de vlucht in het kader van hun schoolcarri-ère. Je vindt in deze lesmap meer informatie over onze campagne ‘leren overleven’ in burundi.

Aangezien dit het derde en laatste jaar is van onze campagne over het recht op onderwijs, gaan we de petitie waarmee we in 2011 be-gonnen op het einde van 2013 afgeven bij de Belgische overheid. Onderteken samen met jouw collega’s deze belangrijke petitie!

Meer info over onze petitie vind je in het begin van deze lesmap en op http://noodschool.be

Copyright UNICEF België / Collège Saint Augustin

En wat daarna?

Op 20 november 2014 bestaat het kinderrechten-verdrag 25 jaar! Leerkrachten zijn belangrijke ambassadeurs voor kinderrechten, daarom willen we jullie graag uitnodigen om deze 25ste verjaardag samen met ons te vieren….. Je krijgt dit schooljaar, op het einde van het 3de trimester, hierover nog meer informatie. 2015 is het slotjaar voor de Milleniumdoelstellingen….we zullen hieraan dan ook extra aandacht besteden in ons aanbod.

5.2. Waarom gastlessen?

Een dynamische animatie in de klas door een enthousiaste educatieve vrijwilliger van UNICEF België verhoogt de betrokkenheid van de leerlingen en helpt om kinderen op jonge leeftijd bewust maken van hun rechten en van ontwikkelings- thema’s in de wereld.

We werken met gevarieerd didactisch materiaal: posters, panelen, een dvd, educatieve spelletjes, …over kinderrechten, onderwijs, kindsoldaten, kinderarbeid, water,…. Dit schooljaar: de gevolgen van oorlog op onderwijs met als themaland Burundi … op niveau van de leerlingen!

Vraag als wereldklas tijdig uw gratis gastles aan via [email protected] of bel 02 230 59 70

5.3. WelK educatief materiaal?

Al ons educatief materiaal (zie hieronder) is opge-bouwd aan de hand van volgende structuur. Dit is het pedagogisch continuum in het kader van ont-wikkelingseducatie:• BEWUSTMAKEN: informatie over het thema • ONTDEKKEN: oefeningen, activiteiten en spelle-

tjes om het thema zelf verder te ontdekken• DEELNEMEN: de mogelijkheid om samen met

UNICEF een actie te organiseren, aangepast aan de context van je school

- Met deze lesmap kun je het thema in de klas verder uitwerken. De achtergrondinformatie en activiteitenfiches ondersteunen jou als leerkracht die met dit thema werkt. Je kan deze materialen gemakkelijk aanvragen via onze website www.unicef.be/scholen of via [email protected]

- Een educatieve dVd over de onderwijssituatie van kinderen in Burundi.

- Er is eveneens een werkboekje voor de leerlingen beschikbaar, in overeenstemming met de activi-teitenfiches voor de leerkracht. Je kunt het werk-boekje downloaden op: • Onzekidswebsitewww.unicef.be/kids>info>

lezen en opzoeken > infoblaadjes • Onzewebsitewww.unicef.be>documentatie

> pedagogisch materiaal

- Een website voor kinderen reikt extra informatie aan waarmee zij verder kunnen werken. Deze website (www.unicef.be/kids) is opgevat

als een verlengde van het pedagogisch materiaal en kan door leerkrachten gebruikt worden om leerlingen de thema’s verder te laten ontdekken.

- Drie keer per jaar worden er themafiches uitge-bracht die enkele grote thema’s rond kinderrech-ten op maat van de leerlingen uitleggen. Ideaal om te gebruiken voor spreekbeurten of opstel/schrijf-oefeningen. De fiches krijg je automatisch toegestuurd voor het aantal leerlingen in jouw klas, als je ingeschreven bent als wereldklas. Je kunt de fiches ook apart aanvragen. Dit school-jaar behandelen we volgende thema’s:

1. Wat is een kindvriendelijke school? 2. Kinderrechten en milieu 3. Het kinderrechtenverdrag viert zijn 25ste

verjaardag

Je kunt bij ons ook altijd extra informatie, materiaal en gastlessen aanvragen over volgende onder-werpen: kinderrechten, onderwijs, water, voeding, kindsoldaten, kinderarbeid, noodsituaties, …

Dit schooljaar is er een nieuwe poster voor in jouw klas met afbeeldingen van de belang-rijkste kinderrechten. Je kan deze poster gratis aanvragen via [email protected]

5.4. een concrete actie organiseren?

Je kan een concrete actie organiseren om kinderen hun engagement voor een betere toekomst voor alle kinderen ter wereld te laten uiten. Wij noemen dit de ‘Dag voor Verandering’ en doen suggesties, maar je vult dit samen met jouw klas zelf in. Je kunt hiervoor ook beroep doen op één van onze educatieve vrijwilligers die jullie actie kan ondersteunen. Jullie acties kunnen gepost worden op onze kidswebsite www.unicef.be/kids.

Meer informatie vind je op pagina 75. Of contacteer ons via [email protected].

inle

idin

ga

ct

iVit

eit

en

fic

he

sb

ijla

ge

na

ch

te

rg

ro

nd

info

rm

at

ie

Page 8: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

14 15

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

ac

ht

er

gr

on

din

for

ma

tie

ii. achtergrond

1. inleiding

Elk kind heeft recht op onderwijs. Dit recht moet over de hele wereld gerespecteerd worden.

Dit is het derde schooljaar dat het recht op onderwijs centraal staat in onze educatieve campagne. Het pedagogisch aanbod van het jaar 2011-2012 ging over het recht op onderwijs in noodsituaties via het thema ‘Leren (over)leven’ project noodschool in Haïti. Vorig schooljaar (2012-2013) behandelden we het recht op onderwijs op het platteland met specifi eke aandacht voor het land India.

Dit jaar besteden we aandacht aan de invloed van een confl ict en oorlog op onderwijs en kinderen. Daarom heet de campagne ‘Leren OverLeven in Burundi ’. De campagne gaat over het belang van het verbeteren van de toegang tot onderwijs voor de duizenden kinderen die leven in confl ictzones, en wil zo de Millenniumdoelstelling “Basisonderwijs voor Allen” in 2015 mee helpen realiseren opdat alle kinderen overal ter wereld basisonderwijs kunnen volgen en afronden.achtergrond

Copyright UNICEF België / Pascaline Carnat

Page 9: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

16 17

2. recht op onderWijs2.1. in het KinderrechtenVerdrag en

de milleniumdoelstellingen

Alle kinderen ter wereld worden met dezelfde rechten geboren. De rechten van het kind staan in het zogenaamde ‘Verdrag inzake de rechten van het kind’. Bijna alle landen ter wereld, ook België en Bu-rundi, hebben beloofd dit verdrag na te leven. Eén van de rechten in kwestie is het recht op onderwijs: dit is één van de belangrijkste kinderrechten! De regeringen hebben bovendien nog een andere over-eenkomst ondertekend, waarin wordt beloofd dat alle kinderen ter wereld (jongens én meisjes) tegen eind 2015 naar de lagere school kunnen gaan: dat zijn de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling.

Meer algemene informatie over het recht op onder-wijs in het Kinderrechtenverdrag en in de Millen-niumdoelstellingen, en over onderwijs in de pro-gramma’s van UNICEF, vind je terug in de lesmap van 2012-2013 (‘UNICEF Brengt scholen en kinderen in India dichter bij elkaar’,) en in de lesmap over Haïti (‘Leren overLeven’ 2011-2012). Je vindt beide lesmappen terug op onze website www.unicef.be > documentatie > pedagogisch materiaal of op aanvraag via [email protected] deze lesmap spitsen wij ons toe op het recht op onderwijs in oorlogs- en postconflict situaties, met als vertrekpunt het belang van onderwijs.

2.2. Waarom is onderWijs Voor unicef belangrijK?

Onderwijs staat sinds de jaren ‘60 centraal in de werking van UNICEF. Het is wereldwijd het tweede belangrijkste programma van UNICEF in termen van investeringen op het terrein. De onderwijspro-gramma’s zijn gelinkt aan programma’s rond on-derwijskwaliteit, gezondheidszorg; water, sanitaire voorzieningen en hygiëne (WaSH); aidspreventie, bescherming en kinderrechteneducatie. Onderwijs is immers essentieel in de aanpak van andere pro-blemen én deze problemen op zich beïnvloeden de onderwijskansen.

Voor UNICEF is onderwijs een hefboom voor het verwerven van autonomie en rechten, voor duur-zame ontwikkeling en armoedebestrijding. Daarom investeert het massaal in deze sector, waar alle andere sectoren elkaar treffen. In zijn opvatting over onderwijs is de school een veilige en beschermende plek, die bijdraagt tot het verwerven van kennis, maar ook van levensvaardigheden voor leerlingen.

Door programma’s uit te denken voor de kleuter-tijd bereidt ze de allerjongsten voor op een betere toekomst. De omkadering van 3-6-jarigen, in een warme, educatieve omgeving, heeft onvolprezen gevolgen voor de menselijke ontwikkeling.

Ze voedt sociale vaardigheden en interactie, taal, denkvermogen en het vermogen om te leren en te redeneren. Op een meer pragma-tische manier stimuleert ze de toegang tot het lager onderwijs, maakt ze registratie bij de burgerlijke stand mogelijk en is ze een weg om gezinnen te bereiken en hen te sensibili-seren rond bescherming, gezondheid, voe-ding en hygiëne van kinderen.

In het algemeen is er sprake van 4 grote aandachtspunten voor UNICEF:

1. Voorschoolse opvoeding is essentieel voor de latere ontwikkeling van een kind. Kin-deren die voorschoolse opvoeding hebben genoten hebben 10 tot 20% meer kans om de lagere school succesvol te beëindigen.

Het is efficiënter om achterstand te voor-komen in plaats van deze achteraf proberen

in te halen. Investeringen in voorschoolse opvoeding hebben de hoogste economi-sche return in een samenleving.

2. Onderwijs is essentieel voor de ontwikke-ling van een samenleving. Zonder onder-wijs kan de vicieuze cirkel van onwetend-heid en armoede niet doorbroken worden.

3. Kinderen haken vroegtijdig af als het onderwijs niet kwaliteitsvol is. Kwaliteit is nodig om een blijvende impact te hebben op ontwikkeling en verbeterde levenskan-sen van kinderen. Het levert eveneens een hogere economische return.

4. Kinderen lopen tijdens crisissituaties best geen leerachterstand op omdat deze bijna nooit meer kan ingehaald worden.

3. onderWijs en oorlogKinderen die leven in een conflictsituatie, lopen een groter risico om nooit naar school te gaan. Naast de onderbreking van hun schoolloopbaan voor korte of lange tijd door een conflict, zijn er voor hen nog andere obstakels. Verder in de lesmap zullen we het hebben over welke obstakels ervoor zorgen dat de meerderheid van de kinderen geen ge-wone schoolcarrière doorloopt. De school is nochtans het best geplaatst om deze kinderen te beschermen, te helpen zich te ontwikkelen en om hen waarden als vrede bij te brengen. De educatieve campagne ‘Leren over- Leven’ wordt uitgewerkt aan de hand van

een specifiek partnerland van UNICEF België. Dit jaar kozen we voor Burundi, een klein land in Oost-Afrika met iets meer dan 8 miljoen inwoners, en één van de armste landen ter wereld. Maar er is ook goed nieuws. De Burundese overheid kondigde in 2005 gratis lager onderwijs af. Mede hierdoor gaat ondertussen 73% van alle kinderen naar school. Toch is er nog veel werk aan de winkel om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. Hierbinnen moet speciaal aandacht besteed worden aan de impact van conflicten en oorlog op kinderen en hun schoolloopbaan.5

Copyright UNICEF België / Pascaline Carnat

5 http://www.unicef.org/infobycountry/burundi_statistics.html 2007-2011 en UNICEF Burundi, Annuel Report, 2011.

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

ac

ht

er

gr

on

din

for

ma

tie

Page 10: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

18 19

3.1. onderWijs als slachtoffer

Wereldwijd gaan ongeveer 57 miljoen kinderen niet naar de lagere school. Onge-veer de helft van de kinderen die de leeftijd hebben om lager onderwijs te volgen maar dit niet doen, leeft in conflictsituaties.

De laatste tien jaar is er een enorme vooruitgang geweest op het gebied van toegang tot onderwijs. Zo waren er in 1999 meer dan 102 miljoen niet-schoolgaande kinderen. In 2011 (de start van onze petitie voor noodscholen) waren dit er 67 miljoen en ondertussen daalde dit cijfer tot 57 miljoen kinderen. Een sterke daling dus, maar we zijn er nog lang niet. Nog steeds gaan vooral kinderen uit kwetsbare groepen niet naar school, zoals meisjes, arme of gehandicapte kinderen, kinderen in afgelegen gebieden, of zij die leven in nood- en conflictsituaties.

Eén korte conflictperiode kan ervoor zorgen dat de vooruitgang op vlak van ontwikkeling, behaald na lange jaren van werk, wordt tenietgedaan of onder-broken. Niet alleen de economische groei, maar ook de ontwikkeling op vlak van gezondheid of onder-wijs wordt op het spel gezet. De impact van conflic-ten is het grootst en duurt het langst in landen die getroffen zijn door armoede.

Wanneer men de verwoestende conflicten van de laatste jaren in Afghanistan, Pakistan, Libië, Soma-lië, Sudan, Yemen of recenter in Syrië of Mali analy-seert, heeft men het zelden over educatie. De media besteden aandacht aan het meest onmiddellijke lijden van de bevolking, maar buigen zich niet over de gevolgen van conflicten op lange termijn. In vele landen waar een conflictsituatie heerst, vernielt de oorlog nochtans scholen én de hoop van verschil-lende generaties kinderen.

Naast de toegang tot onderwijs is het ook nodig om de kwaliteit van het onderwijs te verhogen, want die is momenteel nog al te vaak ondermaats.

3.2. concrete geVolgen

Hieronder vind je de belangrijkste gevolgen van oorlog voor onderwijs in het algemeen. Daarna hebben we het ook over de specifieke gevolgen voor vluchtelingen.

Kwaliteitsvol onderwijs overleeft zelden een conflict: scholieren en lesgevers moeten dikwijls vluchten. In vele gevallen worden schoolgebouwen gebombardeerd of opge-eist door gewapende groepen of het leger, of worden ze gebruikt als logement voor vluch-telingen. Budgetten worden verduisterd voor militaire activiteiten, het loon van leerkrachten wordt niet meer betaald en het schoolmateri-aal komt niet op school terecht. De inkomens van gezinnen worden minder voorspelbaar. Veel families kunnen zich de schoolkosten niet meer veroorloven en kinderen zelf moeten meer helpen met huishoudelijke taken dan voordien. Als het conflict blijft voortduren, da-len de scholingsmogelijkheden van de kinde-ren soms op onomkeerbare wijze.

angst kan de onderwijskansen van kinderen aanzienlijk verminderen. Ouders kunnen bang zijn om hun kinderen buiten hun omge-ving en naar school te laten gaan, uit angst voor geweld of ontvoering.

een conflict kan vooruitgang op vlak van onderwijs afremmen: Het voorbeeld van Irak is veelzeggend. Tot in de jaren ‘90 was Irak de regionale leider op gebied van educatie. Het land was erin geslaagd om bijna alle kinderen lager onderwijs te laten volgen. Ook in het secundair onderwijs was er een hoog aantal schoolgaanden en het land had universitei-ten. Ten gevolge van de Golfoorlog echter, kwam Irak op vlak van educatie weer onder-aan de regionale ladder te staan.

Conflicten gaan dikwijls gepaard met seksueel geweld, gedwongen rekrutering en ontvoering van kinderen. Het trauma van kinderen die dit geweld ondergaan hebben, heeft een aanzienlijke impact op hun leer-capaciteiten. Vandaag zijn er 300.000 kinderen die worden uitgebuit als soldaat of in de frontlinie staan bij gevechten. Voor meer informatie verwijzen we graag naar onze themafiche over kindsoldaten. Je kan deze gratis aanvragen via [email protected] of downloaden via www.unicef.be > documentatie > pedagogisch materiaal.

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

Copyright UNICEF / NYHQ2009-1722 / Asselin

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

ac

ht

er

gr

on

din

for

ma

tie

Page 11: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

20 21

in elk conflict wordt het leven van burgers in gevaar gebracht: scholen, schoolgaande kinderen en leerkrachten worden vaak opzettelijk als doelwit genomen. In conflictsituaties is het vernietigen van scholen een veel voorkomende zaak. In conflicten tussen 1999 en 2008 zijn naar schatting wereldwijd meer dan twee miljoen kinderen gedood en hebben zes miljoen een handicap opgelopen.

3.3. specifieK Voor Vluchtelingen

Hieronder vind je de gevolgen van oorlog op de onderwijsloopbaan van vluchtelingenkinderen. De situatie van de Burundese vluchtelingenkinderen wordt besproken in het onderdeel over Burundi.

De kansen om de lagere school af te maken, zijn relatief kleiner. Veel families zijn verplicht hun huizen te ontvluchten en komen terecht op plaat-sen waar ze maar een tijdelijk logement hebben en waar er geen toegang is tot onderwijs. Ook de slechte kwaliteit van het onderwijs en het ontbreken van materiaal en leslokalen zorgen ervoor dat een groot aantal kinderen de lagere school niet afmaakt. Kinderen die pas op latere leeftijd met school begonnen zijn, kunnen hun achterstand vaak niet inhalen omdat naast onderwijs andere verantwoor-delijkheden belangrijker worden. De gevolgen van conflicten zijn ook dramatisch voor de alfabetise-ringsgraad. Je vindt hierover meer informatie onder uitdaging 1 op pagina 34.

Als gevolg van aanvallen tegen burgers zijn er ‘verplaatsingen’. Deze verplaatsingen, waarbij mensen moeten vluchten, hebben een impact op alle niveaus, ook op dat van onderwijs, voor zowel intern ontheemden (vluchtelingen binnen de eigen landsgrenzen) als voor vluchtelingen die de grens oversteken. Verplaatsingen zorgen ervoor dat kinderen geen huis meer hebben, geen eten, geen toegang tot basisvoorzieningen en soms ook geen ouderlijke bescherming. De meerderheid van de

ontheemde personen zijn kinderen. Onderwijs kan hen helpen de trauma’s die ze beleefd hebben te verwerken.- Het grootste deel van de vluchtelingen en intern

ontheemden leeft in ontwikkelingslanden. De meerderheid van deze personen die hun woonplaats ontvlucht zijn, zijn ‘intern ontheemde individuen’ (personen die verblijven binnen de grenzen van hun land). De andere groep zijn vluchtelingen; zij verblijven buiten de grenzen van hun land.

- Vaak moeten ze voor een lange periode in balling-schap als vluchteling leven (de gemiddelde duur is 5 jaar).

- Tussen 1999 en 2008 zijn wereldwijd 20 miljoen kinderen hun thuis moeten ontvluchten.

- We merken grote verschillen op in de toegang tot onderwijs bij de gevluchte kinderen: niet alle vluchtelingenkinderen hebben dezelfde of gelijke toegang tot onderwijs.

3.4. de rol Van onderWijs in conflictsituaties

Onderwijs beschermtTijdens een conflict kan een school een toevluchts-oord zijn. De dagelijkse routine en geruststellende sfeer van een school kunnen aan de leerlingen een gevoel van normaliteit geven en hen weer vertrouwen geven. Kwaliteitsvol onderwijs kan ook psychologische steun bieden en kinderen bescher-men tegen fysieke schade, uitbuiting en geweld.

Onderwijs bevordert de vredeOnderwijs kan een stabiele toekomst bevorderen. Onderwijs kan het oplossen van conflicten aanmoe-digen, verdraagzaamheid, mensenrechten en burger-schap bevorderen. Ze kan ongelijkheden verminde-ren en de grondslag leggen voor een goed bestuur en voor welvaart. Zo kan onderwijs de vicieuze cirkel van geweld en wraak doorbreken en voorkomen dat het conflict zich verder zet over generaties heen.

Kwaliteitsvol onderwijsHet volstaat niet om leerlingen naar school te sturen, ze moeten ook onderwijs van kwaliteit krijgen. Kwaliteitsvol onderwijs kan kinderen beschermen tegen de negatieve impact van conflicten en een positieve kracht zijn voor de vrede.

Kinderen kunnen niet wachten tot de vrede terugkeert om te leren hoe ze kunnen overleven. Onderwijs speelt een cruciale rol in het beschermen van kinderen en in het ondersteunen van processen van vredesop-bouw en economische groei. Onderwijs staat ook centraal bij identiteitsvorming, bevordert sociale cohesie, natievorming en positieve waarden en maakt het mogelijk om verschil-lende Millenniumdoelstellingen te realiseren.6

4. leren oVerleVen in burundi4.1. algemene context

Ook al hebben Burundi en België een stuk geschiedenis gemeen, toch blijft Burundi voor de meeste Belgen een grote onbekende. Nochtans zijn er enkele opvallende gelijkenis-sen met België. Het land is maar een beetje kleiner dan het onze en met iets meer dan 8 miljoen Burundezen is ook het aantal inwoners vergelijkbaar. Burundi is daarmee één van de dichtstbevolkte landen van Afrika. Maar uiteraard vallen de verschillen meer op. België is een van de rijkste landen ter wereld, terwijl Burundi onderaan in de rangschikking van de Human Development Index van het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties (UNDP) bengelt, bij de armsten.

Burundi is een mooi land, met landschappen die recht uit een fotoalbum lijken te komen. Overal is er de visuele explosie van rode aarde en groene, weelderige plantengroei. Het land heeft vriendelijke en boeiende bewoners. Burundi is ook een jong land: de helft van zijn bevolking is jonger dan 18 jaar.7

Als je graag nog extra informatie hebt over Burundi, kan je onze brochure «Kinderen van Burundi: van crisis naar ontwikkeling» downloaden op www.unicef.be > documentatie > programma’s partnerlanden of gratis bestellen op www.unicef.be > documentatie > aanvragen documentatie > land Burundi.

UNICEF België gelooft dat conflicten één van de meest belangrijke en complexe obstakels zijn voor onderwijs. Het probleem kan aangepakt worden met de volgende drie maatregelen: - Het budget van humanitaire hulp voor educatie moet verhoogd worden. - Aanvallen op plaatsen waar les gegeven wordt, moeten vermeden worden. - Maatregelen betreffende risicopreventie van catastrofes en oefeningen voor urgentie-,

interventie- en herstelsituaties moeten geïntegreerd worden in de plannen en budgetten van de onderwijssector.

Teken samen de petitie voor onderwijs in noodsituaties vóór eind 2013, opdat minstens 4% van het budget voor noodhulp naar onderwijs zou gaan. Dit kan via http://noodschool.be of de fiche in bijlage. Meer info op pagina 2.

6 UNICEF België, Nota educatie en conflict, 20137 UNICEF België, brochure Kinderen van Burundi, 2011

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

ac

ht

er

gr

on

din

for

ma

tie

Page 12: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

22 23

4.2. onderWijs

«Onderwijs is het fundament van een leven van vrijheid en ontplooiing. Het staat centraal in de rechten van alle kinderen en in de plichten van alle lidstaten van de Verenigde Naties.” Burundi is zich bewust van de kracht van de sociale overdracht door onderwijs. De sector heeft echter zwaar te lijden gehad onder de oorlog. Daarom heeft het land het onderwijssysteem snel opnieuw op de sporen willen zetten. Het schrappen van het inschrijvingsgeld voor het basisonderwijs in 2005 heeft het aantal inschrijvingen en de terugkeer naar school een boost gegeven.

De institutionele instabiliteit en het gebrek aan middelen hebben de impact van deze goede maatregel echter verzwakt. Het onderwijssysteem kraakt onder zijn beperkingen: te weinig scholen, waarvan de infrastructuur bovendien pover is; overbevolkte klassen met leerlingen die vaak honger hebben; te korte lestijden, geografische verschillen en verschillen tussen meisjes en jongens; te weinig gekwalificeerd onderwijzend personeel; te weinig handboeken die bovendien verouderd zijn; gebrek aan coördinatie tussen de verschillende onderwijsniveaus; weinig be-trokkenheid van gezinnen en gemeenschappen; zwakke onderwijsmethoden; … In deze erbarmelijke omstandigheden haken veel leerlingen af en moeten er velen dubbelen, vooral meisjes.

Het kleuteronderwijs is voor een groot deel voor de rekening van de gemeenschap en het is zwak. Slechts 1,5% van de 3-6-jarigen gaat naar een voor-schoolse onthaalstructuur. De opvoeders hebben geen specifieke opleiding genoten en de kwaliteit van de onderwijsmethode voor kleuters, noodzake-lijk voor de ontwikkeling van hun cognitieve func-ties, is erg laag.

In het lager onderwijs verhindert de dubbele bezet-ting (waarbij door een gebrek aan capaciteit één klas les krijgt in de voormiddag en een andere klas in de namiddag) vaak dat er rekening wordt gehou-den met de noden van iedere leerling. De kwaliteit van het leerproces laat te wensen over. Naarge-lang de provincie zitten er 52 tot 102 leerlingen per klas. Het didactisch materiaal volstaat niet en de programma’s, die meer dan twintig jaar oud zijn, zijn niet aangepast en krioelen van de vrouwelijke stereotypen. De onderwijsmethode, meer over-dracht van kennis dan constructie van kennis, is niet participatief en sluit leerlingen uit. Er wordt erg veel gedubbeld en dat aantal stijgt nog. Alleen de bemoedigende evolutie van de instroom van meis-jes, waardoor er op dat vlak binnenkort (gender)gelijkheid is, is een duidelijke stap vooruit.In het lager onderwijs is het aantal leerlingen verdubbeld tussen 2003 en 2009. Dit voornamelijk omwille van de afschaffing van de schoolkosten voor het lager onderwijs. De toegang tot het lager onderwijs behaalt positieve resultaten, maar het voltooiingspercentage is problematisch: in 2010, bedroeg dit 51%.

In het middelbaar onderwijs is er een moei-lijke doorstroom vanuit het lager onderwijs: het overgangspercentage bedraagt 31%. Er is een stuitend tekort aan middelbare scho-len. De leerkrachten zijn slecht opgeleid en weinig bekwaam, waardoor vooral meisjes blijven zitten en massaal afhaken. Meisjes worden al te vaak naar praktische richtingen gestuurd die rechtstreeks naar de arbeids-markt leiden. Het voltooiingspercentage in het middelbaar onderwijs bedraagt 19%. Tot slot is er geen toegang tot de nieuwe infor-matie- en communicatietechnologieën en hebben scholen laboratorium noch biblio-theek, waardoor de economische perspec-tieven van de jongeren en hun toegang tot informatie en de media beperkt blijven. Door deze lacune in het leerproces over levensvaardigheden en de verminderde economische perspectieven zijn ze kwetsbaar voor misbruik en uitbuiting, zoals kinder-arbeid en slavernij.

In het hoger onderwijs zijn de onderwijsme-thodes achterhaald en de hoorcolleges, die gewoon overdracht van kennis zijn, houden een klimaat van afhankelijkheid in stand, zonder hulp bij het leerproces. Het didactisch materiaal is beperkt en verouderd. Meisjes maken minder dan 25% van de studentenpo-pulatie uit. Vele studenten doen hun jaar over.

Op het vlak van alfabetisering van volwas-senen blijven er veel problemen: gebrek aan middelen, zwakke politieke wil, gebrek aan bijval van de bevolking voor alfabetise-ringsprogramma’s en weinig geloofwaardige statistieken.8

4.3. Wat doet unicef?

In 2010, in het kader van het Actieplan 2010-2014 in Burundi, hebben meer dan 100.000 jonge kinderen kunnen genieten van oriëntatie-activiteiten in kindvriendelijke zones of in voorschoolse centra. 27 structuren voor kleuters hebben spelkoffers ontvangen en 430 opvoeders pedagogisch materiaal. 58.000 ouders, 1.160 gemeenschaps- verantwoordelijken, 980 animatoren en 42 journalisten werden gevormd rond de geïntegreerde ontwikkeling van het kind. Verschillende lokale gemeenschappen in moeilijk toegankelijke gebieden hebben ook recreatieve «Kindvriendelijke zones» ingericht. Om in 2011 in Burundi een inschrijvingsgraad van 100% en in 2015 een voltooiingsgraad in het lager onderwijs van 100% te bereiken heeft UNICEF zijn steun opgedreven. In 2010 zijn 174.000 kinderen naar school gegaan in 310 “Kindvriendelijke scholen”. 15.500 kinde-ren die hadden afgehaakt hebben opnieuw aansluiting gevonden met de school.

8 UNICEF België, brochure Kinderen van Burundi, 2011, p 30-31

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

ac

ht

er

gr

on

din

for

ma

tie

Page 13: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

24 25

De gendergelijkheid en de scholingsgraad zijn ge-stegen in de provincies waarop het programma zich concentreert. 400.000 wezen en kwetsbare kinderen hebben schoolbenodigdheden gekregen. De vaar-digheden van 5.000 leerkrachten, 10.000 opvoeders en ouders zijn versterkt.

In de toekomst zal UNICEF Burundi samen met de Burundese overheid blijven werken aan de verbe-tering van het onderwijsssysteem op basis van de noden die hierboven werden beschreven.

Naast onderwijs werkt UNICEF in Burundi ook rond de bescherming van kinderen, gezondheid, voeding, WaSH (water, sanitaire voorzieningen, hygiëne), gendergelijkheid en HIV/Aids. Ten slotte is er ook aandacht voor communicatie (sensibiliseren, infor-meren, pleiten en deelnemen) over kinderrechten, want communicatie voor verandering is de sleutel tot een solide en duurzame ontwikkeling.9

4.4. oorlog

Na de burgeroorlog in 1972, boekte Burundi tot het begin van de jaren ‘90, vooruitgang inzake de verbe-tering van de levensomstandigheden van de bevol-king. Maar vanaf 1993 tot 2005 kende het land op-nieuw een burgeroorlog met desastreuse gevolgen voor de Burundese samenleving en de economie.

In 1993 barstte in Burundi een burgeroorlog los die aan ongeveer 300.000 mensen het leven heeft gekost. Bovendien raakten 850.000 mensen gewond en sloegen duizenden anderen op de vlucht. De burgeroorlog heeft de Burundese maatschappij en de economie volledig verwoest. Het heropbouwproces is ondertussen volop aan de gang, maar blijft zeer breekbaar.

Sinds de akkoorden van Arusha in augustus 2000, en het opzetten van democratische instituties die verkozen werden in 2005, is het land terug uit de crisis aan het komen, is er terug groei en wordt de gemeenschap van donateurs gemobiliseerd. Het land integreert zich in de regionale economi-sche ruimtes, zoals de Oost-Afrikaanse gemeen-schap, wat nieuwe mogelijkheden opent. Sinds 2005, wordt er vooruitgang vastgesteld. Er werden lokale, presidentiële en parlements-verkiezingen gehouden in 2010.10

Voor de leerlingen vind je meer informatie in het UNICEF Kids-magazine dat je kunt downloaden op www.unicef.be/kids > info > Lezen en opzoeken > unicef kids magazine > oorlogskinderen

4.5. Vluchtelingen 4.5.1. ContextAls een post-conflictueus, fragiel land, wordt Burundi geconfronteerd met problemen die voortvloeien uit de terugkeer en reïntegratie van vluchtelingen en intern ontheemden.

Door de oorlog waren er intern veel mensen op de vlucht in Burundi. Duizenden anderen vluchtten buiten de landsgrenzen, voorname-lijk naar buurland Tanzania en een klein deel naar D.R.Congo. Met het vredesherstel en het ondertekenen van de Tripartite Overeenkomst, wordt het te-rugkeren naar Burundi bevorderd en wordt de repatriëring, de terugkeer en de integratie van vluchtelingen uit Tanzania, begeleid. Vanaf 2002 keerden vluchtelingen terug naar Burundi, vooral in de jaren 2004 (90 327) en 2008 (95 068 vluchtelingen). Sinds het einde van de oorlog en de politieke instabiliteit, zijn er in totaal meer dan 515.000 vluchtelingen teruggekeerd naar Burundi. De meerderheid van hen kwam terug in het kader van georga-niseerde repatriëring en kwam dus niet vrijwil-lig of spontaan terug. In Burundi werken ze nu aan hun integratie.

Eind 2012 werden de laatste grote groepen vluchtelingen uit Tanzania verplicht gerepatrieerd naar Burundi, en werden de vluchtelingenkampen daar gesloten. In totaal werden ongeveer 35.000 vluchtelingen gerepa-trieerd in november en december 2012. Binnen deze groep is 57% van de vluchtelingen jonger dan 18 jaar.11

4.5.2. Algemene uitdagingen Burundi kent een zeer sterke demografische groei (2,4%) en één van de hoogste bevol-kingsdichtheden in Afrika. De instroom van Burundese repatrianten legt een grote druk op de bestaande infrastructuur en het grondbezit, evenals op sociale diensten zoals onderwijs, gezondheidszorg, water, sanitaire voorzienin-gen en de bescherming van kinderen.

De gezinnen keren terug naar hun dorp of gemeente van herkomst, naar hun ‘geboorte-heuvel’ (de heuvel waar hun grootouders of ouders vandaan komen – Burundi is een heuvelachtig land). Voor de meeste kinderen is het de eerste keer dat ze hun geboorteland zien. Eens ter plaatse worden de families opgevolgd door de overheid. Vaak zijn er con-flicten over een stuk grond of een huis. Want in vele gevallen woont er ondertussen een andere familie in het huis of op de grond van de terugkomers. In veel gevallen wordt het stuk grond in twee gedeeld en wordt er een akkoord bereikt over het huis of de grond. Als dit niet lukt, onderhandelt de overheid of een andere organisatie tussen de twee gezinnen of wordt het gerecht ingeschakeld, wat veel tijd in beslag neemt.

9 UNICEF België, brochure Kinderen van Burundi, 2011

10 UNCHR, Rapatriement des réfugiés Burundais de la Tanzanie, Statistiques cumulées et Indicateurs clés, 2012

11 UNCHR, Rapatriement des réfugiés Burundais de la Tanzanie, Statistiques cumulées et Indicateurs clés, 2012

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

Copyright UNICEF / NYHQ1994-0420 / Press

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

ac

ht

er

gr

on

din

for

ma

tie

Page 14: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

26 27

In de activiteitenfiches van deze lesmap zullen we ons voornamelijk toespitsen op de provincie Makamba, die 42,2% van de gerepatrieerde vluchtelingen van 2012 opvangt (en 24% van de vluchtelingen sinds 2002). Meer specifiek zullen we ons focussen op de gemeente Nyanza-Lac waar we 27.9% van deze gerepatrieerde vluchtelingen uit het laatste vluchtelingenkamp Mtabila in Tanzania terugvinden. Daarbij komt dat deze ge-meente reeds overbevolkt is vanwege o.a. de nabijheid van de Tanzaniaanse grens en de ligging nabij het Tanganyika- meer. Dit verklaart de concentratie van de bevolking en van repatrianten uit eerdere repatriëringen.

57% van de Burundezen uit het vluchtelingenkamp Mtabila zijn jonger dan 18 jaar, en zijn dus huidige of toekomstige leerlingen. Dit heeft uiteraard een impact op het onderwijssysteem in de ontvangende provincie Makamba en de gemeente Nyanza Lac. De lokale scholen vangen alle nieuwe leerlingen op en er is bijgevolg een grote nood aan extra klaslokalen, leerkrachten en schoolmateriaal. We nemen dit voorbeeld om de gevolgen aan te tonen van conflict en oorlog op onderwijs. Ook de meeste getuigenis-sen van de leerlingen in de educatieve dvd en in de lesmap komen uit deze provincie.

getuigenis 1: augustin, 25 jaar“Burundi is een nieuw land voor mij. Ik ben in Tanzania geboren. Mijn ouders zijn gestorven toen ik nog klein was. Ik ken de geschiedenis van mijn familie niet en weet dus niet waar mijn ouders en grootouders hier in Burundi gewoond hebben. Daarom verblijf ik nu tijdelijk in een centrum vlakbij de Tanzaniaanse grens. Ik weet niet waar ik vandaan kom en ik weet niet waar ik naartoe moet. Ik wacht tot de Burundese overheid mij laat weten waar ik mag gaan wonen.”

Voor de gerepatrieerde vluchtelingen van 2012 hebben de belangrijkste uitdagingen voor de toekomst betrekking op de volgende onderwerpen:• Meer dan 20.000 gerepatrieerden zijn 0 tot 17-jari-

gen. Zij hebben het meest behoefte aan bescher-ming, toegang tot sociale basisvoorzieningen, onderwijs, gezondheid en voeding, en water- en sanitaire voorzieningen, zowel tijdens de noodsituatie als tijdens de reïntegratie fase.

• De integratie van de gerepatrieerde kinderen in het Burundese onderwijssysteem legt een aan-zienlijke druk op een onderwijssysteem dat reeds kampt met overvolle klaslokalen (verhouding van 72 leerlingen op 1 leerkracht), met een lage kwaliteit van het onderwijs en waar een veilige en beschermende schoolomgeving ontbreekt;

• Het verstrekken van een gemakkelijke toegang tot drinkbaar water en sanitaire voorzieningen voor de repatrianten in de ontvangende gemeenschap.

4.5.3 Specifieke uitdagingen voor onderwijs

De laatste groep gerepatrieerde kinderen van 2012 konden terug naar school in Burundi, maar kwamen toe in het midden van het 1ste trimester, in klassen met 80 tot 100 leerlingen en met een gebrek aan didactisch materiaal, schoolbanken en schoolmateriaal.

Veel van de kinderen gingen in Tanzania naar school volgens het Tanzaniaans systeem (in het Engels en Swahili), anderen kregen in vluchtelingenkampen les volgens het Burundees systeem (in het Frans en Kirundi). Hierdoor hebben leerlingen diverse noden zowel wat betreft taalonderwijs als bij het inhalen van hun schoolachterstand.

Een groot deel van de vluchtelingen die gerepatrieerd werden in 2012 verbleef in het vluchtelingenkamp Mtabila in Tanzania. Daar werden in 2009 alle scholen gesloten om de vluchtelingen aan te moedigen terug naar huis te gaan. Velen vertrokken echter niet meteen en er werd een informeel onderwijssysteem opgezet door de vluchtelingen in 2010. De vluchtelingenkinderen kregen in deze informele onderwijscentra les in diverse vakken zoals Frans, Engels, Swahili, Kirundi, wiskunde, .... Maar dit kon niet voorkomen dat de meesten van hen een achterstand hadden toen ze in 2012 terug naar school gingen in Burundi.

Het is belangrijk dat deze nieuwe leerlingen en hun families geïntegreerd worden in de lokale gemeenschap. De leerlingen hebben dus specifiek nood aan aangepaste schoolprogramma’s, die hen toelaten hun schoolachterstand in te halen. Hierbij moet aandacht besteed worden aan bijlessen in het Frans en het Kirundi. Ook lessen over de geschiedenis van Burundi zijn belangrijk, aangezien een gedeelde geschiedenis kan bijdragen tot de integratie van deze leerlingen.12

200 10

kilometres

Democratic Republicof the Congo

Unite

d Rep

ublic

of T

anza

nia

Rwanda

000

252

RUTANARUTANARUTANARUTANARUTANARUTANARUTANARUTANARUTANARUTANA

RUYIGIRUYIGIRUYIGIRUYIGIRUYIGIRUYIGIRUYIGIRUYIGIRUYIGIRUYIGI

BUBANZABUBANZABUBANZABUBANZABUBANZABUBANZABUBANZABUBANZABUBANZABUBANZA

MWAROMWAROMWAROMWAROMWAROMWAROMWAROMWAROMWAROMWARO

BUJUMBURA MAIRIEBUJUMBURA MAIRIEBUJUMBURA MAIRIEBUJUMBURA MAIRIEBUJUMBURA MAIRIEBUJUMBURA MAIRIEBUJUMBURA MAIRIEBUJUMBURA MAIRIEBUJUMBURA MAIRIEBUJUMBURA MAIRIE

GITEGAGITEGAGITEGAGITEGAGITEGAGITEGAGITEGAGITEGAGITEGAGITEGA

BUJUMBURA RURALBUJUMBURA RURALBUJUMBURA RURALBUJUMBURA RURALBUJUMBURA RURALBUJUMBURA RURALBUJUMBURA RURALBUJUMBURA RURALBUJUMBURA RURALBUJUMBURA RURAL

MAKAMBAMAKAMBAMAKAMBAMAKAMBAMAKAMBAMAKAMBAMAKAMBAMAKAMBAMAKAMBAMAKAMBA

NGOZINGOZINGOZINGOZINGOZINGOZINGOZINGOZINGOZINGOZI

MUYINGAMUYINGAMUYINGAMUYINGAMUYINGAMUYINGAMUYINGAMUYINGAMUYINGAMUYINGA

Mwaro

KibondoKibondoKibondoKibondoKibondoKibondoKibondoKibondoKibondo

UviraUviraUviraUviraUviraUviraUviraUviraUvira

RuyigiRuyigiRuyigiRuyigiRuyigiRuyigiRuyigiRuyigiRuyigi

MuyingaMuyingaMuyingaMuyingaMuyingaMuyingaMuyingaMuyingaMuyinga

NgaraNgaraNgaraNgaraNgaraNgaraNgaraNgaraNgara

KasuluKasuluKasuluKasuluKasuluKasuluKasuluKasuluKasulu

GiharoGiharoGiharoGiharoGiharoGiharoGiharoGiharoGiharo

NyabitareNyabitareNyabitareNyabitareNyabitareNyabitareNyabitareNyabitareNyabitareRuyigiRuyigiRuyigiRuyigiRuyigiRuyigiRuyigiRuyigiRuyigi

GihingaGihingaGihingaGihingaGihingaGihingaGihingaGihingaGihinga

GitegaGitegaGitegaGitegaGitegaGitegaGitegaGitegaGitega

MabandaMabandaMabandaMabandaMabandaMabandaMabandaMabandaMabanda

NyarugusuNyarugusuNyarugusuNyarugusuNyarugusuNyarugusuNyarugusuNyarugusuNyarugusu

MuyovosiMuyovosiMuyovosiMuyovosiMuyovosiMuyovosiMuyovosiMuyovosiMuyovosi

Mtabila IIMtabila IIMtabila IIMtabila IIMtabila IIMtabila IIMtabila IIMtabila IIMtabila II

SongoreSongoreSongoreSongoreSongoreSongoreSongoreSongoreSongore

MuganoMuganoMuganoMuganoMuganoMuganoMuganoMuganoMugano

Gasorwe / KinamaGasorwe / KinamaGasorwe / KinamaGasorwe / KinamaGasorwe / KinamaGasorwe / KinamaGasorwe / KinamaGasorwe / KinamaGasorwe / Kinama

Lukole ALukole ALukole ALukole ALukole ALukole ALukole ALukole ALukole A

Lukole BLukole BLukole BLukole BLukole BLukole BLukole BLukole BLukole B

Bug

aram

aB

ugar

ama

Bug

aram

aB

ugar

ama

Bug

aram

aB

ugar

ama

Bug

aram

aB

ugar

ama

Bug

aram

a

GisuruGisuruGisuruGisuruGisuruGisuruGisuruGisuruGisuru

MuginaMuginaMuginaMuginaMuginaMuginaMuginaMuginaMugina

KoberoKoberoKoberoKoberoKoberoKoberoKoberoKoberoKobero

MURAMVYAMURAMVYAMURAMVYAMURAMVYAMURAMVYAMURAMVYAMURAMVYAMURAMVYAMURAMVYAMURAMVYA

KARUZIKARUZIKARUZIKARUZIKARUZIKARUZIKARUZIKARUZIKARUZIKARUZI CANKUZOCANKUZOCANKUZOCANKUZOCANKUZOCANKUZOCANKUZOCANKUZOCANKUZOCANKUZO

KIRUNDOKIRUNDOKIRUNDOKIRUNDOKIRUNDOKIRUNDOKIRUNDOKIRUNDOKIRUNDOKIRUNDO

KAYANZAKAYANZAKAYANZAKAYANZAKAYANZAKAYANZAKAYANZAKAYANZAKAYANZAKAYANZA

CIBITOKECIBITOKECIBITOKECIBITOKECIBITOKECIBITOKECIBITOKECIBITOKECIBITOKECIBITOKE

BURURIBURURIBURURIBURURIBURURIBURURIBURURIBURURIBURURIBURURI

GikongoroGikongoroGikongoroGikongoroGikongoroGikongoroGikongoroGikongoroGikongoro

MakambaMakambaMakambaMakambaMakambaMakambaMakambaMakambaMakamba

KigemeKigemeKigemeKigemeKigemeKigemeKigemeKigemeKigeme

Musange TCMusange TCMusange TCMusange TCMusange TCMusange TCMusange TCMusange TCMusange TC

KanembwaKanembwaKanembwaKanembwaKanembwaKanembwaKanembwaKanembwaKanembwa

NdutaNdutaNdutaNdutaNdutaNdutaNdutaNdutaNduta

MutimbuziMutimbuziMutimbuziMutimbuziMutimbuziMutimbuziMutimbuziMutimbuziMutimbuzi

GisuruGisuruGisuruGisuruGisuruGisuruGisuruGisuruGisuru

MusasaMusasaMusasaMusasaMusasaMusasaMusasaMusasaMusasa

The boundaries and names shown and the designations used on this map do not imply official endorsement or acceptance by the United Nations

UNHCR Burundi, printed on 10/11/08UNHCR Burundi, printed on 10/11/08UNHCR Burundi, printed on 10/11/08UNHCR Burundi, printed on 10/11/08UNHCR Burundi, printed on 10/11/08UNHCR Burundi, printed on 10/11/08UNHCR Burundi, printed on 10/11/08UNHCR Burundi, printed on 10/11/08UNHCR Burundi, printed on 10/11/08

Lake Tanganyika

MwaroMwaroMwaroMwaroMwaroMwaroMwaroMwaroMwaro

As of 31 October 2008

Grensovergang vluchtelingen

Vluchtelingenkamp

12 UNICEF Burundi, Proposal for the reintegration of child returnees in the commune of Rumonge, 2013.

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

ac

ht

er

gr

on

din

for

ma

tie

Page 15: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

28 29

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

hoe de actiViteitenfiches gebruiKen?

Deze fi ches bieden een waaier aan activiteiten voor de leerlingen in de klas, aansluitend op de educatieve dvd over het recht op onderwijs in Burundi. Via het menu van de dvd kan men dieper ingaan op de 6 uitdagingen die het voor kinderen in Burundi na de oorlog moeilijk maken om hun recht op onderwijs ten volle te benutten. Per uitdaging vind je een fragment dat ongeveer 2 minuten duurt. De hele dvd duurt ongeveer 12 minuten.

Per uitdaging die in de dvd en in de tekst besproken wordt, is er achtergrond-informatie voor de leerkracht en een activiteitenfi che voorzien. De activiteitenfi ches zijn opgesplitst in leerdoelen, lesduur, materiaal (tekst, getuigenis of dvd) en verloop. Voor de leerlingen kan je eveens het bijbehorende werkboekje downloaden op www.unicef.be > documentatie > pedagogisch materiaal.

UNICEF België stelt eveneens themafi ches ter beschikking als educatieve ondersteuning voor de leerlingen. Om deze themafi ches automatisch te ontvangen kan je je vrijblijvend aanmelden als ‘Wereldklas’ op www.unicef.be/scholen, zonder verdere verplichting of voorwaarden. De themafi ches worden gespreid over het schooljaar en worden opgestuurd voor het aantal leerlingen in jouw klas(sen).

Op het einde van de dvd (laatste keuzemenu) worden leerkrachten en leerlingen uitgenodigd voor een concrete actie, de zogenaamde ‘Dag voor Verandering’. Je vindt hierover meer informatie op pagina 61 en op www.unicef.be/kids. Doe voor deze concrete actie beroep op een educatieve vrijwilliger via [email protected] actiViteiten

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

iii. actiViteitenfiches

Page 16: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

30 31

algemene actiViteitenfiches: Kinderrechten, WereldKlas & burundi

activiteitenfi che a:

Kinderrechten

1. leerdoelen: de leerlingen kunnen … • uitleggen wat (kinder)rechten zijn.• verschillende kinderrechten opnoemen.• uitleggen waarom het recht op onderwijs belangrijk is.• hun mening geven over situaties die verband houden met onrechtvaardigheid.

2. lesduur: ongeveer 50 minuten.

3. materiaal• De educatieve dvd over Burundi. Indien je klas deze dvd nog niet heeft,

kan je hem aanvragen via [email protected]• Bijlage 1: afbeeldingen van kinderrechten voor de leerlingen• Eventueel de algemene themafi che voor de leerlingen over kinderrechten ‘Hallo, jij daar’:

verkrijgbaar op aanvraag via [email protected] of te dowloaden op www.unicef.be > documentatie > pedagogisch materiaal

4. Verloop fase 1 (20 minuten): Kies in het menu van de dvd het fragment: De rechten van het kind.

Bespreek met de leerlingen: • Wat zijn kinderrechten? Laat hen mogelijke voorbeelden opsommen. • Wat zijn de verschillende kinderrechten? Bespreek aan de hand van de kinderrechten-

poster of de afbeeldingen. • Waar in de wereld worden kinderrechten geschonden? De leerlingen bespreken samen

met de leerkracht en beseffen dat kinderrechten niet enkel in Afrika of in het Zuiden geschonden worden, maar overal ter wereld en dus ook bij ons. Hierover vind je als leerkracht meer achtergrondinformatie op onze website www.unicef.be > kinderrechten > kinderrechten in België.

• Waarom het recht op onderwijs belangrijk is en hoe het invloed heeft op andere kinder-rechten?

fase 2 (30 minuten): Inleefspel over rechten en onrechtvaardigheid. Dit spel heeft verschil-lende opties en kan gespeeld worden op verschillende manieren.

Hang een groot blad aan de muur of ga met de leerlingen aan het bord staan.> De leerlingen nemen een stift of krijtje.> De leerlingen zetten om de beurt een stip of tekenen een ander symbool zo hoog mogelijk

op het blad of bord.> De vijf hoogste stippen winnen het spel.> De ene leerling is groter dan de andere leerling (= oneerlijk!).> Schrijf de namen van de winnaars op het bord.

Bespreek:

> Wat hebben jullie opgemerkt tijdens het spelen van het spel? (onrecht)> Hoe voelen jullie zich hierbij? (geen prettig gevoel, oneerlijk, machteloos,…)> Laat de leerlingen voorbeelden geven van andere onrechtvaardige situaties.

Dit spel17 kan ook gespeeld worden met papier en kleurpotloden/verf. De leerlingen worden in twee of meer groepen opgedeeld. De leerkracht deelt kleurpotloden of verf uit. Bepaalde groepen krijgen veel verschillende kleuren, andere groepen maar één of twee kleuren. Vervolgens geeft de leerkracht de opdracht om met een bepaalde kleur iets te tekenen op het blad. Hij/zij doet dit daarna ook voor de andere kleuren, bijvoor-beeld: teken een geel huis, een groen kind, een rood dier,… De ene groep kan dus alles tekenen wat de leerkracht vraagt, terwijl de andere groep maar één of twee dingen kan tekenen. Deze laatste groep heeft op het einde dan ook een minder gevulde en kleur-rijke tekening. De tekeningen worden opgehangen en het “onrecht” wordt klassikaal besproken. Vraag hoe de leerlingen zich hierbij voelen, enz.

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

Voor extra informatie over kinderrechtenGa naar onze kidswebsite www.unicef.be/kids en bekijk onder INFO de rubriek kinderrechten

13 Met dank aan onze educatieve vrijwilliger Sandra Navarrete Burgos om ons te inspireren voor dit spel.

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Page 17: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

32 33

Ga naar onze kidswebsite en bekijk onder NEEM DEEL de rubriek Wereldklas: www.unicef.be/kids Of www.unicef.be/scholen

activiteitenfi che b:

WereldKlas

1. leerdoelen: de leerlingen kunnen … • uitleggen wat het betekent om een wereldklas te zijn.• verschillende dingen opsommen die een wereldklas kan doen.• uitleggen waarom het belangrijk is om hun rechten te kennen en om wereldklas te zijn.

2. lesduur: ongeveer 100 minuten (kan opgedeeld worden per fase. Lesduur per fase: zie hieronder).

3. Verloop fase 1 (20 minuten) : Er wordt klassikaal een brainstorm gehouden, waarbij de leerlingen ideeën geven

over wat “Wereldklas zijn” voor hen betekent. De ideeën worden op het bord geschreven en daarna ge-linkt aan het concept van een Wereldklas. In het kader hieronder vind je meer informatie. Onderwerpen zoals solidariteit, verdraagzaamheid, empathie, …. kunnen uiteraard gelinkt worden aan kinderrechten. Meer informatie en ideeën hierover vind je ook in de inleiding onder ontwikkelingseducatie of kinder-rechteneducatie op bladzijde 8.

Een wereldklas is een klas die tijdens het schooljaar extra aandacht besteedt aan ontwikkelings- en kinderrechten-educatie. Dit wil zeggen een klas die stilstaat bij kinder-rechten, de rechten van de kinderen in de klas, maar ook de rechten van andere kinderen in haar omgeving, en in andere landen in de wereld. Een klas die zich kan inleven in de situatie van andere kinderen en hierover kan nadenken. In een wereldklas wordt geprobeerd in zoveel mogelijk vakken een link te leggen met kinderrechten. Deze klas ontvangt materiaal en een gastles van UNICEF België, en kan ook begeleiding krijgen voor projecten en acties. De klas kan werken met de website van UNICEF Kids (www.unicef.be/kids) waar er via info en spel meer uitleg wordt gegeven over kinderrechten en er kennis gemaakt kan worden met kinderen uit de hele wereld. Deze klas kan vrijblijvend een project of actie organiseren (de Dag voor Verandering). Door educatieve, ludieke en originele acties die de klas zelf kiest, worden de kinder-rechten die dag extra in de verf gezet. Alle acties kunnen gepost worden op www.unicef.be/kids.

fase 2 (30 minuten) : De leerlingen maken individueel een logo of een tekening voor hun “Wereldklas” fase 3 (50 minuten) : De leerlingen maken in groep een grote collage van al hun tekeningen of maken

één grote poster over wat het voor hen betekent om wereldklas te zijn. De leerlingen kunnen deze poster of collage dan ophangen aan hun klas. Ze kunnen in groepjes hun collage/poster aan de andere klassen tonen en uitleggen (peer-to-peer) dat ze een “Wereldklas” zijn, en wat dat betekent, wat kinderrechten zijn, …

Copyright UNICEF België / GBS Wezemaal

activiteitenfi che c:

burundi

1. leerdoelen: de leerlingen kunnen … • Burundi op de wereldkaart aanduiden.• iets vertellen over Burundi als land.• iets vertellen over de oorlog in Burundi.• uitleggen dat niet alle confl ictsituaties in de media aan bod komen.

2. lesduur: ongeveer 40 minuten (kan opgedeeld worden per fase.

Lesduur per fase: zie hieronder).

3. materiaal • DeeducatievedvdoverBurundi.

4. Verloop fase 1 (10 minuten): Burundi in de wereld

• De leerlingen zoeken Burundi op de wereldkaart. • Ze schrijven op welke landen ze allemaal moeten doorkruisen

om van België naar Burundi te gaan. • Ze schrijven de buurlanden van Burundi op.

fase 2 (30 minuten): Oorlog in Burundi en in de wereld • Kies in het menu van de dvd het fragment: De rechten van het kind, en bespreek met de

leerlingen kort het land Burundi, de oorlog en de gevolgen voor onderwijs (zie pagina 17). • Bespreek met de leerlingen of ze al gehoord hebben over de oorlog in Burundi en het feit

dat zoveel vluchtelingen uit Tanzania gerepatrieerd werden naar Burundi, en dit ook in 2012. Zoek het woord ‘vluchteling’ op.

• Bespreek in het kader van mediawijsheid, waarom niet alle oorlogen, confl icten of na-tuurrampen aan bod komen in de media bij ons. Bijvoorbeeld: We horen veel over Syrië, Afghanistan, Haïti, maar niet over Burundi. Geef aan dat wat op de televisie getoond wordt, niet alles is en dat er veel meer oorlogen, confl icten of natuurrampen zijn dan die waarover we op televisie horen. Bekijk met hen de kaart hieronder waarop confl icten wereldwijd zijn aangeduid. Hebben ze al over al deze confl icten gehoord? Waarom (niet)?

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

http://www.refworld.org/docid/49a6687f2.html

Page 18: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

34 35

uitdaging 1: liliane moet blijVen ZittenDe lessen werden onderbroken door de oorlog en sommige kinderen vluchtten naar een buurland, zo-als Tanzania, waar ze soms les kregen in een andere taal (Engels en Swahili). Terug in Burundi moeten deze “gerepatrieerde” kinderen blijven zitten omdat ze een tijd niet naar school gingen of omdat ze nu les krijgen in de talen van Burundi (Frans en Kirun-di), wat een hele aanpassing is. Zo hebben kinderen in Burundi veel achterstand op school en moeten ze blijven zitten. Daarom zitten er in één klas ook vaak kinderen van verschillende leeftijden.Bovendien hebben leerlingen hierdoor vaker een gebrek aan zelfvertrouwen, voelen ze zich minder goed (in hun vel) omdat ze niet meekunnen, en zullen ze sneller spijbelen of zelfs stoppen met school. Dit geldt voor alle vluchtelingenkinderen, maar voor meisjes is het vaak nog moeilijker, dan voor jongens.

In de vluchtelingenkampen in Tanzania werden de scholen in 2009 gesloten om de vluchtelingen zo

aan te moedigen om terug naar huis te gaan. De kinderen die in 2012 met hun familie terug naar Burundi kwamen, kregen daardoor gedurende drie jaar geen officieel onderwijs, maar enkel informeel of clandestien onderwijs gegeven door ouders en leerkrachten. De uitdaging voor deze gerepatrieerde kinderen is hun daadwerkelijke integratie in het Burundese onderwijssysteem.

diploma’s of certificatenDe meeste kinderen zijn teruggekomen naar Burundi zonder documenten die hun – in Tanzania behaalde – scholingsniveau aantonen. Het was dan ook aan de leerkrachten in Burundi om het onder-wijsniveau per leerling te kunnen inschatten aan de hand van toetsen en examens.

Diegenen die wel de nodige documenten mee-brachten, hadden moeite om deze te laten erkennen in het Burundees onderwijssysteem.

taalDe officiële talen in Burundi zijn het Kirundi en het Frans. Het Kirundi is de meest gebruikte algemene en gemeenschappelijke communi-catietaal in Burundi.

In de lagere school is de onderwijstaal voor-namelijk het Kirundi. In het eerste en tweede leerjaar leren de kinderen een beetje Frans, Swahili en ook Engels. Vanaf het vijfde leerjaar begint men de lessen te geven in het Frans, maar vaak wordt er toch nog overgeschakeld op het Kirundi om iets uit te leggen.

Op de middelbare school, wordt er les gege-ven in het Frans. Kirundi en Engels zijn dan vakken zoals andere onderwijsvakken.

Leerlingen die het Tanzaniaans systeem volg-den, kregen daarentegen les in het Engels en het Swahili. Ook al werd het Kirundi tijdens het ballingschap behouden, voornamelijk binnen de familie, toch hebben de leerlingen moeite met het schrijven van deze taal. Hierdoor zijn heel wat leerlingen die in Tanzania in het middelbaar onderwijs zaten, georiënteerd naar het lager onderwijs in Burundi om de basis van deze onderwijstaal te verwerven. Zo verliezen sommige leerlingen vier jaar in hun onderwijsloopbaan. Dit brengt de nodige frustratie en een gevoel van vernedering met zich mee omwille van deze achteruitgang of de onmogelijkheid om de lessen te volgen als ze dan toch terug in het middelbaar onderwijs werden geïntegreerd.

Slechts een deel (55%) van de leerlingen die in Tanzania les kregen in het Engels en het Swah-lili kregen inhaallessen in het Frans en het Kirundi. Rekening houdend met het verschil in taal en onderwijsinhoud, zullen velen hierdoor niet meer naar school gaan.

De leerlingen die in Tanzania in de vluchtelin-genkampen les kregen volgens het Burundees systeem (1993) en de kinderen die in Burundi bleven, hebben ook moeilijkheden met het Frans (maar uiteraard minder dan de leerlin-gen die les kregen in het Engels en het Swahili volgens het Tanzaniaans systeem), aangezien er thuis voornamelijk Kirundi gesproken wordt.

Burundi maakt ondertussen deel uit van de “Oost-Afrikaanse Gemeenschap” en heeft een taalpolitiek aangenomen die het

multilinguisme stimuleert. Kinderen moeten op school naast het Frans en het Kirundi, nu ook Engels leren. Dit kan interessant zijn voor de leerlingen die in Tanzania al les kregen in het Engels en Swahili. Maar toch brengt deze veelheid aan talen op school in Burundi de no-dige problemen met zich mee voor de meeste leerlingen, daar de meerderheid ook al moeite heeft met de Franse taal.14

curriculumNaast de verschillen in taal, volgen de ge-repatrieerde kinderen in Burundi vakken die ze in Tanzania nooit gekregen hebben. Bijvoorbeeld: door de onderbreking van het onderwijs in de kampen in Tanzania in 2009, kregen de leerlingen de afgelopen drie jaar een beperkt aantal vakken, o.a. taal, wiskunde, plastische opvoeding, muzikale opvoeding, etc. Dit volstond meestal echter niet om hun onderwijsachterstand in te halen.

conclusieDe repatriëring heeft een sterke en negatieve impact gehad op de re-integratie van jonge Burundese vluchtelingen op school. Een schatting van het scholingspercentage voor en na de terugkeer van jonge gerepatri-eerden in de provincie van Makamba toont een sterke schooluitval.

Veel leerlingen hebben een grote achterstand op school en zitten dus in een klas die niet correspondeert met hun leeftijd. Een groot deel van deze leerlingen hun achterstand kan verklaard worden door het laattijdig naar school gaan, door een onderbreking in hun onderwijsparcours omwille van de oorlog, door het krijgen van les in een ander school-systeem en in een andere taal (bijvoorbeeld in buurland Tanzania), etc.

De statistieken voor onderwijs van 2010-2011 tonen een hoog niveau van zittenblijven (38%) en schoolverlaten. Enkel één op twee kinde-ren maakt de lagere school af. Het gebrek aan voorschools onderwijs voor drie tot zes-jarigen is een belangrijke factor in deze hoge cijfers.

Om aan deze verschillende noden tegemoet te komen, leidt UNICEF leerkrachten op om les te geven aan een klas met verschillende niveau’s en leeftijden in een ‘Kindvriendelijke school’.

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

14 Protecting Through Education (RET). La réintégration socio-scolaire des jeunes rapatriés au Burundi. Impact et leçons apprises. Rapport de synthèse. 2012

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Page 19: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

36 37

»

»

»

»

»

»

»

«

««

«

«

«

«

Getuigenis 2: VictoireHallo, ik ben Victoire, ik ben 14 jaar en zit in het zesde studiejaar. Ik ben geboren in Tanzania en ben daar ook voor het eerst naar school gegaan. Van 2008 tot 2012 ben ik niet naar school kunnen gaan, want in 2008 hebben ze de scholen in de vluchtelin-genkampen in Tanzania gesloten, om zo de mensen aan te moedigen om terug naar huis in Burundi te gaan. Ik heb vier jaar achterstand op school. We kre-gen wel avondles van de Burundese leerkrachten in de vluchtelingenkampen. Deze avondlessen werden georganiseerd bij ons thuis of in de kerk. Dit is spij-tig genoeg geen officieel onderwijs. We kregen van onze leerkracht wel rapporten en een document met ons studieniveau. Maar dit avondonderwijs was niet voldoende om mijn achterstand in te halen. In 2012 hebben mijn ouders onze familie ingeschre-ven op de lijst om terug naar Burundi te gaan. Mijn ouders vinden de school erg belangrijk en zijn blij dat we nu terug naar school gaan. Mijn twee zus-sen en mijn broer gaan ook naar school. Maar ik heb moeite om alles te begrijpen. Vooral wiskunde, wetenschappen en aardrijkskunde kan ik niet goed volgen. Veel dingen zijn nieuw voor mij, zoals de geschiedenis en geografie van Burundi. De Franse les gaat dan weer beter. In Tanzania kregen we les in Swahili, dus Kirundi is voor mij een moeilijke taal. Ondanks de problemen, ben ik blij om terug in mijn land te zijn.

Getuigenis 3: AdolpheHallo, Ik ben Adolphe en ik ben 19 jaar oud. Ik ben geboren in Tanzania en ben samen met mijn familie teruggekomen naar Burundi in 2008. In Tanzania kreeg ik les in het Engels en Swahili, en zat ik in het achtste leerjaar (onderwijssysteem Tanzania). In Bu-rundi moest ik terug naar het vierde leerjaar, omdat ik de onderwijstalen, het Frans en het Kirundi nog moest leren. Hierdoor heb ik vier jaar achterstand. In het zesde leerjaar ben ik geslaagd voor het eind-examen en kon ik naar het middelbaar onderwijs gaan. Ondertussen zit ik in het tweede jaar van het middelbaar onderwijs. In onze klas zitten kinderen van verschillende leeftijden. Het was moeilijk, maar ik heb me niet laten ontmoedigen en heb doorge-zet. Ik heb het geluk gehad dat ik op jonge leeftijd naar school kon gaan. Ik heb hard mijn best gedaan en mijn leerkracht heeft mij ook veel geholpen. Hij vroeg me regelmatig of ik nog kon volgen en gaf me extra uitleg als ik iets niet begreep. Hij organi-seerde ook extra bijlessen Frans en Kirundi voor de gerepatrieerde leerlingen. Ook mijn klasgenoten heb-ben mij geholpen met de vakken Frans en Kirundi. School is belangrijk want het helpt je om je toekomst voor te bereiden. Zelfs als het niet lukt om je studies af te maken, kan je wat je geleerd hebt toepassen in het dagelijks leven. Later wil ik dokter worden om kinderen te verzorgen.

Getuigenis 2 en 3 zijn getuigenissen van leerlingen in Burundi. Hieronder maken we de link met België op basis van de getuigenis van jongeren in België, afkomstig uit conflictlanden.

Getuigenis 4: Jongeren in België afkomstig uit conflictlandenOok hier in België wonen kinderen en jongeren die oorlog meegemaakt hebben en die hierdoor een schoolachterstand hebben. UNICEF België sprak in april 2013, met een dertigtal jongeren van 15 verschillende nationaliteiten. Zij kwamen van zeven Belgische opvangcentra voor niet-begeleide

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

copy

right

Ruu

d va

n de

r Gra

af

Copy

right

UN

ICEF

Bel

gië

/ Ben

oît M

eleb

eck

buitenlandse minderjarigen. Hieronder vind je hun antwoorden op de vraag: “Wat zou jij doen om ervoor te zorgen dat alle kinderen en jongeren overal ter wereld naar school kunnen?” Bekijk hun boodschap in het filmpje via onderstaande link:www.unicef.be > nieuws of zoek op “onderwijs noodsituaties”

We willen kwaliteitsvol onderwijs voor alle kinderen en jongeren

Wij zijn de kinderen en jongeren van de wereld. We komen uit Afghanistan, Algerije, Bangladesh, Gambia, Guinee, Irak, Kosovo, Marokko, Mongolië, Pakistan, de Democrati-sche Republiek Congo, Roemenië, Senegal, Servië en Vietnam. We hebben allemaal dezelfde moeilijkheden en dezelfde ideeën. We waren slachtoffer van armoede, ongelijk-heid, oorlog of geweld. We hebben allemaal ons land verlaten en soms zelfs onze familie. Maar we willen een boodschap doorgeven voor onze broers en zussen en voor alle kinderen op de wereld: We willen kwaliteits-vol onderwijs voor alle kinderen en jongeren. Zonder onderwijs hebben wij geen toekomst.

Conflictsituaties zorgen er vaak voor dat jongeren niet meer naar school kunnen. Vooral de jongeren uit Afghanistan vertelden dat zij en hun leeftijdsgenoten slechts sporadisch naar school gingen. Dit was afhankelijk van de politieke situatie waarin hun land verkeerde. Veel scholen werden gesloten. Er waren geen leraren meer, omdat ze vermoord werden of net als de ouders en de kinderen bang waren voor de oorlog. Een Afghaanse jongen vertelt: Ik weet nu niks van mijn familie. Het mag niet meer zo zijn dat ouders hun kinderen, of kinderen hun broer of zus door geweld kwijt-raken. De overheid moet ervoor zorgen dat er meer veiligheid komt.

Een oorlog of natuurramp gaat vaak gepaard met economische problemen en een verslech-tering van de kwaliteit van het onderwijs. Er wordt bij de heropbouw van een land volgens

de jongeren onvoldoende prioriteit gegeven aan het investeren in scholen. Op school in Pakistan moest je op de grond zitten. Er was geen elektriciteit, er waren slechte leerkrachten en het was onveilig. Er waren mensen die scholen kapot maakten. abdul (17), pakistan

In veel landen speelt het verschil tussen rijk en arm een grote rol. Arme mensen kunnen de materialen, het transport en de toegang tot een opleiding niet betalen. Ook gaan in sommige landen meisjes om verschillende – vaak culturele of religieuze – redenen niet naar school. Zo trouwen meisjes in Gambia rond hun zestiende en verlaten dan het onderwijs.

aanbeVelingen Voor de beleidsmaKersDe aanbevelingen van de jongeren werden gebundeld in een magazine en een video-boodschap. In het kader van de door alle lidstaten van de Verenigde Naties gemaakte afspraken over onderwijs in de Millennium-doelstellingen en de debatten rond het nieuwe ontwikkelingskader post-2015, worden deze aanbevelingen overgedragen aan de Belgische beleidsmakers en de Verenigde Naties.

Als ik de Minister van Onderwijs ben, dan zorg ik voor meer scholen, een verbeterde toegang, beter materiaal, gekwalificeerde leerkrachten en ondersteuning voor de vele weeskinderen in Guinee, die dit nu niet krijgen. maïmouna (17), guinee

Wij vinden het belangrijk de stem van kinderen en jongeren op het hoogste niveau te laten horen en hopen dat ernaar geluisterd wordt. Jongeren hebben heel wat interes-sants te vertellen. Je kan dit zelf lezen en bekijken op onze website: www.unicef.be > nieuws of zoek op “onderwijs nood- situaties”. In bijlage vind je de volledige boodschap van de jongeren.

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Page 20: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

38 39

»

«

activiteitenfi che 1

1. leerdoelen: de leerlingen kunnen... • uitleggen wat de invloed van oorlog op onderwijs is.• voorbeelden geven van gevolgen van oorlog op onderwijs.• in deze context mogelijke oplossingen formuleren.• het verband leggen met achterstand op school hier bij ons.

2. lesduur: ongeveer 80 minuten (kan opgedeeld worden per fase. Lesduur per fase : zie hieronder)

3. materiaal• De educatieve dvd over Burundi. • 3 getuigenissen (Victoire, Adolphe en jongeren in België)

4. lesVerloop fase 1 (30 minuten): Kies in het menu van de dvd het fragment: Liliane moet blijven zitten.

Bespreek kort het fragment uit de dvd op basis van de achtergrondinformatie hierboven:> Waarom heeft Liliane een achterstand op school? (oorlog, gevlucht, een tijd niet naar school,

naar school in een ander land met een andere taal en een ander curriculum, etc.) > Wat kunnen wijzelf en anderen doen om Liliane te helpen? (bijles, de klas of lessen anders

organiseren, kijken naar de specifi eke noden van de verschillende leerlingen, leuke activiteiten organiseren zoals sport, spel, creatief bezig zijn opdat de kinderen met achterstand zich beter voelen in de klas, etc.)

> Gebeurt het bij jou soms ook dat je niet kan volgen in de les, dat je achterstand hebt op school of moet zitten blijven? Bespreek dit kort. Waarom is dit moeilijk? Hoe wordt je hierbij geholpen of welke hulp zou je hierbij willen krijgen? Wat zijn de gelijkenissen en verschillen met de situatie van Liliane?

fase 2 (50 minuten): Groepswerk op basis van de getuigenissen • Verdeel de klas in drie groepen. Elke groep leest en bespreekt een verschillende getuigenis.

(groep 1: Victoire, groep 2: Adolphe, groep 3: jongeren in België) • De leerlingen lezen de getuigenis eerst individueel en bespreken ze daarna in hun groep aan de hand

van onderstaande richtvragen (niet elke groep zal op alle vragen kunnen antwoorden): Welke obstakels zijn er om naar school te kunnen gaan? Wat zijn de obstakels voor goed onderwijs? Welke problemen zijn er op school? Welke oplossingen voor deze problemen worden besproken? Wat kunnen we leren uit deze getuigenissen over naar school gaan?

• Daarna worden de drie groepen samengebracht, stelt de verslaggever van elke groep hun getuigenis voor aan de hand van de richtvragen, en worden de drie getuigenissen klassikaal besproken en vergeleken. De gelijkenissen en verschillen worden klassikaal overlopen.

• Om af te afsluiten wordt het fi lmpje met de boodschap van de jongeren in België klassikaal bekeken en besproken.

Ga naar onze kidswebsite, speel het spel onder ONTDEK en bezoek het land BURUNDI : www.unicef.be/kids

uitdaging 2: dani heeft geen schrijfgeriefVolgens het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties leeft ongeveer 60% van de Burundese bevolking onder de armoede-grens.

De confl ictsituatie heeft de capaciteit van de (meest kwetsbare) bevolking om zichzelf te installeren in een rustig Burundi ernstig ondermijnd. En dit ondanks enkele zichtbare tekenen van verbetering in de jobopleidingen voor werklozen, de actieve betrokkenheid van vrouwen bij economische activiteiten en een betere toegang tot sociale basisdiensten zoals gezondheidszorg, onderwijs en drink-water.

Er is nood aan een materiële ondersteuning om de kinderen naar school te laten gaan, aangezien de kosten voor een uniform en het nodige schoolmateriaal hoger liggen dan het bedrag dat families kunnen besteden aan on-derwijs. De problemen m.b.t. grondbezit die de ouders van leerlingen tegenkomen, laten hen niet toe om aan het onderwijs van hun kinderen bij te dragen.15

Veel families zijn tijdens de oorlog gevlucht naar een buurland. Na hun terugkeer hebben ze het soms moeilijk, omdat ze geen eigen huis of geen grond hebben (zie uitdaging 5). Ze hebben dan vaak ook geen of weinig geld om eten, kleding of schoolgerief voor hun kinderen te betalen. Leerlingen moeten dan ook vaak de school-boeken delen.16 Zo is er gemiddeld één boek voor zeven leerlingen in Burundi.17

toen de families terugkwamen naar burundi kregen ze van verschillende organisaties basismateriaal zoals voeding, dekens, kook-gerief, ... maar de noden blijven echter groot. unicef gaf schoolmateriaal aan de kinderen die gerepatrieerd werden en aan alle schoolkinderen die het nodig hebben bij het begin van het schooljaar. unicef voorziet een “school in the box” waar nodig. in deze “school in the box” zit al het basis-materiaal om les te kunnen geven. Getuigenis 5: AntoinetteIk ben Antoinette NSHIMIRIMANA, ik ben 14 jaar en ik vertegenwoordig de leerlingen in het overlegcomité van onze school. In het comité zitten ook ouders, leerkrachten en de directeur van onze school. Tijdens deze vergaderingen van het comité bespreken we de vragen en problemen van de leerlingen. Sommige leerlingen kunnen niet altijd naar school komen, of hebben geen schoolma-teriaal of olie voor hun olielamp opdat ze ’s avonds nog kunnen studeren. We proberen de ouders te overtui-gen om hun kinderen naar school te laten komen en om het nodige materiaal voor hen te kopen, of olie te kopen voor hun olielamp. De boodschap wordt doorgegeven van het overlegcomité naar de andere ouders.

15 Protecting Through Education (RET). La réintégration socio-scolaire des jeunes rapatriés au Burundi.Impact et leçons apprises. Rapport de synthèse.

16 studie UNESCO: Enquête régionale sur l’éducation Afrique subsaharienne Avril 2012

17 UNICEF België, Brochure Kinderen van Burundi, 2011

Copy

right

UNI

CEF B

elgi

ë / A

nnel

een

Van

Kele

com

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Page 21: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

40 41

activiteitenfi che 2

1. leerdoelen: de leerlingen kunnen... • uitleggen dat sommige kinderen moeilijkheden hebben om naar school te gaan omdat ze geen

schoolmateriaal hebben.• uitleggen hoe het komt dat sommige kinderen geen schoolmateriaal hebben.• oplossingen voorstellen om dit probleem op te lossen.• zich inleven in de situatie van kinderen die niet voldoende schoolmateriaal hebben en ’s avonds

geen huiswerk kunnen maken.

2. lesduur: ongeveer 110 minuten of meer (afhankelijk van de inleefactie + kan opgedeeld worden per fase. Lesduur per fase: zie hieronder)

3. materiaal• De educatieve dvd over Burundi. • De getuigenis van Antoinette

4. Verloop fase 1 ( 15 minuten): Kies in het menu van de dvd het fragment: Dani heeft geen schrijfgerief

Bespreek kort het fragment uit de dvd op basis van de achtergrondinformatie hierboven:> Hoe komt het dat Dani geen schoolmateriaal heeft? > Welke moeilijkheden ondervindt Dani op school?> Wat zijn mogelijke oplossingen? > Wat doe jij als je niet het juiste schoolmateriaal hebt om huiswerk te maken of lessen te leren? > Hoe kunnen we elkaar helpen?

Ga naar onze kidswebsite, speel het spel onder ONTDEK en bezoek één van de andere landen : www.unicef.be/kids

fase 2 (15 minuten): Lees de getuigenis van Antoinette > Welke problemen bespreekt ze? > Wat probeert ze te doen om de andere leerlingen te helpen? > Stel je voor dat je ’s avonds thuis geen elektriciteit meer hebt en hierdoor geen huiswerk

meer kan maken of lessen kan leren? Wat dan? Wat zou je kunnen doen om dit probleem op te lossen?

fase 3: Prioriteiten kiezen

INDIVIDUEEL ( 40 minuten)De leerlingen maken individueel een lijstje van al hun schoolmateriaal. Bijvoorbeeld: wat er in hun pennenzak zit, in hun schoolbank, in hun boekentas, hun schoolboeken, ... Vervolgens geven ze aan wat ze het belangrijkste vinden. Op nummer 1 komt het materiaal dat ze absoluut nodig hebben. Op nummer 10 materiaal dat ze minder nodig hebben. Jullie kunnen dit ook doen voor het materiaal dat zich in de klas bevindt (affi ches, schoolbord, computer, geo-driekhoek, etc.). De leerlingen kiezen elk drie dingen die ze zeker nodig hebben om goed les te kunnen volgen. Ook uit het algemeen klasmateriaal worden gezamenlijk drie dingen gekozen na klassikaal overleg. Vervolgens wordt er één lesuur of zelfs één lesdag (eventueel een inleefactie in het kader van de Dag voor Verandering) les gegeven en les gevolgd met enkel dit materiaal. Het ander materiaal kan uiteraard aanwezig blijven in de klas, maar mag niet meer gebruikt worden.

IN GROEP (40 minuten)Na één lesuur of na een tijdje schrijven de kinderen op briefjes, kaartjes of post-its hoe ze dit ervaren, zich hierbij voelen,… De briefjes/kaartjes/post-its worden opgehangen op het bord en klassikaal besproken. Daarna kunnen de kinderen hun prioriteitenlijst aanpassen. Ze weten na deze ervaring mis-schien beter wat ze echt nodig hebben, zien misschien ook in dat het interessant is om met de andere klasgenootjes iets af te spreken en dat er daarna materiaal gedeeld kan worden met hun buurman of buurvrouw. Zo kunnen ze overleggen en leren samenwerken om hun nieuw lijstje op te stellen. Er wordt klassikaal besproken hoe en waarom de leerlingen hun lijstje eventueel aangepast hebben. De leerlingen bespreken ook wat ze van deze oefening vonden en wat ze hieruit geleerd hebben. Ten slotte kunnen de leerlingen thuis eventueel aan hun ouders en/of grootouders vragen welk schoolmateriaal zij vroeger hadden; en wat de gelijkenissen en verschillen zijn met het schoolmateriaal van nu. Dit wordt daarna klassikaal besproken.

Copyright UNICEF Burundi

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Page 22: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

42 43

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

»«

uitdaging 3: juf félicité geeft les in een KerKDoor de oorlog werden er schoolgebouwen en klassen vernield en was er niet genoeg geld om deze terug op te bouwen. Na de oorlog bleken er te weinig klassen te zijn in vergelijking met de toe-stroom van de gerepatrieerde leerlingen.

In 2005 werd het basisonderwijs gratis en toegankelijk voor iedereen. Dit bracht een nieuwe instroom van leerlingen met zich mee waarvan sommige kinderen op latere leeftijd voor het eerst naar school gingen.

Dit is uiteraard positief. Maar het onderwijssys-teem kon deze instroom en de nieuwe toestroom van gerepatrieerde leerlingen niet aan. Er is niet genoeg plaats in de klassen. Daarom wordt er vaak gewerkt in shiften waarbij één klas les krijgt in de

voormiddag en een andere klas in de namiddag. Dit heeft echter nadelige gevolgen voor het leer-traject van de leerlingen, aangezien de gemiddelde leertijd per dag zo wordt terug gebracht tot onge-veer 3,5 uur, wat te weinig is.18

De integratie van de gerepatrieerde kinderen in het Burundese onderwijssysteem legt een aanzienlijke druk op een onderwijssysteem met al overvolle klaslokalen (verhouding van 72 leerlingen: 1 leer-kracht). In de eerste leerjaren, die net heel belang-rijk zijn, zitten er nog meer kinderen per klas, dan in de laatste leerjaren.19

Daar bovenop is er de lage kwaliteit van het onderwijs en het ontbreken van een veilige en beschermende schoolomgeving.

Het Burundees onderwijssysteem moet dus investeren in de verhoging van de capaci-teit én eveneens in de verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. De leerkracht is de hoeksteen van de onderwijskwaliteit. In Burundi is 51% van de leerkrachten man en 49% van de leerkrachten vrouw, wat bij-draagt tot de gendergelijkheid op school.20 Jaarlijks worden ongeveer 4000 leerkrachten gevormd door UNICEF in Burundi over de methodologie van kindvriendelijke scholen.

UNICEF renoveert en bouwt klaslokalen in samenwerking met de Burundese overheid. UNICEF zorgt ook voor de nodige schoolban-ken en promoot het belang van een aange-name en veilige schoolomgeving binnen de methodologie van “kindvriendelijke scholen”. Ook de ouders en de gemeenschap leveren een bijdrage: ze helpen bij het renoveren en bouwen van klaslokalen of geven een bijdrage in geld of in natura.

Getuigenis 6: leerlingen school Rangi21 Op de stenen vloer…Vroeger sijpelde het regenwater de klas bin-nen. Vandaag, met het nieuwe dak, worden onze banken, onze schriften en boeken niet meer nat. Voordien volgden we les terwijl we op de stenen vloer zaten. Vandaag hebben we lessenaars.de leerlingen (o.a. santos, zie foto) van het vierde studiejaar van de openbare school rangi, in de provincie makamba.

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

18 Protecting Through Education (RET). La réintégration socio-scolaire des jeunes rapatriés au Burundi. Impact et leçons apprises. Rapport de synthèse, 2012.19 UNESCO, Enquête régionale sur l’éducation Afrique subsaharienne, 2012

20 UNESCO, Enquête régionale sur l’éducation Afrique subsaharienne, 2012. 21 UNICEF België, brochure kinderen van Burundi, 2011

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Page 23: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

44 45

activiteitenfi che 3

1. leerdoelen: de leerlingen kunnen... • uitleggen dat sommige leerlingen problemen hebben om de les te volgen omdat de schoolomgeving

niet ideaal is.• oorzaken geven waarom er niet voldoende klaslokalen of scholen zijn voor het aantal kinderen.• zich inbeelden wat het is om niet gehoord te worden door de leerkracht om dat er te veel andere

kinderen zijn, te veel lawaai is, etc.

2. lesduur: ongeveer 85 minuten of meer (afhankelijk van de inleefactie + kan opgedeeld worden per fase. Lesduur per fase: zie hieronder).

3. materiaal- De educatieve dvd over Burundi. - De getuigenis van de leerlingen van de school Rangi

4. Verloop fase 1 (15 minuten): Kies in het menu van de dvd het fragment: Juf Félicité geeft les in een kerk.

Bespreek kort het fragment uit de dvd op basis van de achtergrondinformatie hierboven: > Wat is het probleem van Juf Félicité? > Welke gevolgen heeft dit voor haar en de leerlingen in haar klas?> Hoe zit dat dan bij ons? > Stel oplossingen voor om de situatie van Juf Félicité en haar leerlingen te veranderen of

te verbeteren. fase 2 ( 30 minuten): De leerlingen lezen de getuigenis van de leerlingen van de school Rangi.

De leerlingen schrijven individueel op wat ze hiervan denken, wat ze hierbij voelen en maken hierover een tekening.

fase 3 (duur te bepalen: één lesuur, een halve dag of een hele dag): De leerlingen kunnen in het kader

van een inleefactie voor één keer les krijgen al zittend op de grond (bijvoorbeeld in de turnzaal); de leerkracht staat ver van hen af en kan niet altijd op hun vragen antwoorden; ze houden hun schriften/boeken op hun knieën en moeten zo dingen opschrijven.

fase 4 ( 40 minuten): Hierlangs vind je verschillende foto’s van klasloken en leerlingen in de klas.

Bekijk ze en beantwoordt volgende vragen:• Wat zien jullie op deze foto’s?• Wat doen deze kinderen? • Welk schoolgerief en materiaal zien jullie op deze foto’s? • Neem eventueel foto’s van je eigen klaslokaal en omgeving. Vergelijk volgende elementen op

onderstaande foto’s met je eigen klaslokaal en omgeving: aantal leerlingen, schoolbanken, schoolbord, schoolmateriaal, decoratie/prenten/affi ches aan de muur, lichtinval, … Waarom is elk element op zich belangrijk om naar school te kunnen gaan en goed op te kunnen letten in de klas? Is het belangrijk dat de klas mooi en proper is? Waarom?

• Bespreek de gelijkenissen en de verschillen.

Ga naar onze kidswebsite, speel het spel onder ONTDEK en bezoek één van de andere landen : www.unicef.be/kids

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

Copyright UNICEF/NYHQ 2004-0075/NesbittCopyright UNICEF België / Benoît Melebeck

Copyright UNICEF / NYHQ2011-1771 / Pirozzi

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Page 24: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

46 47

»«

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

uitdaging 4: benigne Wordt uitgeslotendoor de extra vluchtelingenkinderen op school zitten de klassen overvol, is er te weinig plaats op de schoolbanken en zijn er niet genoeg leerkrach-ten voor het groot aantal leerlingen. dit zorgt voor spanningen (en de gerepatrieerde leerlingen wor-den hierdoor geviseerd). Maar ook buiten school zijn er spanningen tussen de bewoners en gerepa-trieerde vluchtelingen die hun grond en huis terug opeisen (zie uitdaging 5).

Vluchtelingenkinderen worden soms uitgesloten omdat ze anders zijn, omdat ze vluchteling zijn, vaak arm zijn, er anders uitzien en vaak geen schooluni-form kunnen betalen zoals de andere leerlingen. Dit schooluniform is voor de kinderen net erg belang-rijk, want als iedereen een schooluniform draagt, kan er minder uitgesloten worden op basis van het uiterlijk voorkomen. Het moeilijkste op school vind ik soms dat ik uitgesloten wordt en dat de andere kinderen met mij lachen omdat ik geen uniform heb. Ik heb tegen mijn ouders gezegd dat ik wil stoppen met school totdat ik een schooluniform heb. benigne, 13 jaar

Veel families zijn tijdens de oorlog gevlucht naar een buurland. Na hun terugkeer hebben ze het soms moeilijk, omdat ze geen eigen huis of geen stuk grond hebben. Ze hebben dan vaak ook geen of weinig geld om eten, kleding of een schooluni-form voor de kinderen te betalen.De ‘gerepatrieerde’ gezinnen kennen vaak spe-cifieke problemen voor hun integratie zoals het taalprobleem, cultuurverschil, discriminatie, het gebrek aan een huis of grond, een inkomen, voed-sel, (school)materiaal, etc. De kinderen van deze gerepatrieerde gezinnen kennen vaak de taal (het Kirundi) niet.

Ook op vlak van taal worden vluchtelingenkinde-ren vaak uitgesloten. Kirundi is de algemene en gemeenschappelijke communicatietaal in Burundi die bijdraagt tot de nationale identiteit. Het kennen van deze taal betekent eveneens het beheersen van sociale codes, gebruiken en van de cultuur. Dit is vooral belangrijk om de integratie in de samenle-ving te bevorderen en om hen het gevoel te geven dat ze deel uitmaken van Burundi.22

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

»»«

«Getuigenis 7: Benjamin Ik ben 16 jaar en ik zit in het zesde leerjaar. Wij zijn thuis met negen kinderen. Ik heb drie zussen en vijf broers. Mijn ouders zijn in 1972 naar Tanzania gevlucht. Ik ben geboren in Tanzania in 1996. In Tanzania ging ik vanaf mijn zeven jaar naar school. De lessen waren in het Engels en het Swahili. Ik had hier in het begin moeite mee, maar geleidelijk aan begreep ik deze talen goed. Thuis spraken we zowel Swahili als Kirundi, de taal van Burun-di. In augustus 2012 zijn wij vrijwillig vertrok-ken uit Tanzania om terug te komen naar Burundi. Aangekomen in Burundi, hebben we heel wat moeilijkheden gekend, vooral met de cultuur en de gewoontes. Bijvoorbeeld de manier om iemand te begroeten is anders: in Burundi geeft men een hand om elkaar te begroeten, in Tanzania buigt men gewoon het hoofd en om een ouder iemand te begroeten moet men zich ook nog een beetje dieper bukken als teken van respect. In Burundi moet je rechts van de weg lopen en in Tan-zania links. We hebben ook moeilijkheden gehad om de Franse taal te begrijpen en te schrijven. In mijn klas zijn we met vijf gere-patrieerde kinderen. Ik voel me gelukkig met de andere Burundese kinderen en ben blij om terug te zijn. De andere kinderen gaven me bijles om alles beter te begrijpen.

Getuigenis 8: Evelyne, 13 jaar, vijfde leerjaar. Ik was blij toen we uit Tanzania vertrokken om terug naar Burundi te komen. Zo zijn we geen vluchtelingen meer en kunnen we terug naar ons geboorteland komen.

In de kindvriendelijke scholen (zie uitdaging 6) besteedt UNICEF aandacht aan verdraag-zaamheid en vrede. Ook de Burundese over-heid heeft hiervoor aandacht in het vak bur-gerschap waar ondermeer besproken wordt hoe je een nieuwe leerling moet verwelko-men. In uitdaging 5 vind je meer informatie over wat de Burundese overheid doet om de integratie van hele vluchtelingenfamilies te bevorderen.

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

22 Protecting Through Education (RET). La réintégration socio-scolaire des jeunes rapatriés au Burundi. Impact et leçons apprises. Rapport de synthèse. p 10, 2012

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Page 25: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

48 49

activiteitenfiche 4

1. leerdoelen: de leerlingen kunnen... • voorbeelden geven van de problemen die vluchtelingenkinderen ervaren: thuissituatie, school, taal,

cultuur,... • uitleggen wat discriminatie in deze context en in het algemeen betekent. • uitleggen wat mogelijke oorzaken van discriminatie zijn in deze context en daarbuiten, en voorbeel-

den geven.• zich inleven in wat het betekent om in een nieuwe omgeving met andere gewoontes terecht te komen.• uitleggen waarom het schooluniform belangrijk is voor de leerlingen in Burundi.

2. lesduur: ongeveer 110 minuten (kan opgedeeld worden per fase. Lesduur per fase: zie hieronder)

3. materiaal> De educatieve dvd over Burundi. > Twee getuigenissen (Benjamin en Evelyne)

4. Verloop fase 1 (15 minuten): Kies in het menu van de dvd het fragment: Benigne wordt uitgesloten

Bespreek kort het fragment uit de dvd op basis van de achtergrondinformatie hierboven:• Waarom wordt Benigne uitgesloten?• Waarom is het schooluniform belangrijk voor haar?• Stel oplossingen voor om de situatie van Benigne te verbeteren. • Hoe zit dat dan bij ons met het uitsluiten van andere kinderen en het schooluniform?

fase 2 (25 minuten): De leerlingen lezen de getuigenis van Benjamin en Evelyne• Welke moeilijkheden ondervond Benjamin bij zijn terugkomst in Burundi?

Heb jij ooit iets gelijkaardigs meegemaakt?• Waarom was Evelyne blij om terug naar Burundi te komen? Waarom is dit zo belangrijk?

fase 3 (30 minuten): Inleefoefening• Stel je voor dat er plots 30 extra leerlin-

gen, die terugkomen uit een ander land, bij jullie in de klas komen zitten, in het-zelfde lokaal, met éénzelfde leerkracht en evenveel schoolmateriaal als nu. Denk je ook niet dat dat even moeilijk zou zijn? Wat kunnen we doen om elkaar dan beter te begrijpen/te helpen, want iedereen heeft het recht om naar school te gaan?

• Stel je voor dat je geen boekentas zou hebben en dat je naar school zou gaan met een plastic zak waar je schoolmate-riaal in zit. Zouden je klasgenootjes niet raar opkijken? Zouden de mensen op straat weten dat je naar school gaat of niet? Welk gevoel zou je hierbij hebben? Anders zijn dan de anderen, er niet bij horen,… Leg de link met symbolen voor schoolgaande kinderen (het schooluni-form in Burundi; de boekentas in België)

• sluiten we soms anderen uit omdat ze er anders uitzien, anders gekleed zijn, zich anders gedragen dan wij,…? Waarom doen we dat? Hoe kunnen we elkaar helpen om dit niet meer te doen en te voorkomen dat anderen uitgesloten worden?

fase 4 (40 minuten) : stereotypen23 Specifieke leerdoelen fase 4: De leerlingen zijn zich ervan bewust dat ze stereotypen en vooroordelen hebben over andere culturen en dat ze associaties maken bij bepaalde woorden en beelden. Ze kunnen nadenken en ideeën uitwisselen over de opvattingen die ze hebben over andere culturen of minderheden. De leerlingen kunnen bewust nadenken over hun eigen grenzen van verdraagzaamheid. Ze kunnen de confrontatie aangaan met de waarden en stereotypen van anderen. En ze kunnen de link leggen met de problemen die de vluchtelingenkinderen uit Tanzania ervaren bij hun terugkeer in Burundi (anders zijn, er niet bij horen).

Vertel de deelnemers dat ze tot de enkele gelukkigen behoren die een reis mogen maken samen met drie andere kinderen uit de wereld. Met vier in totaal gaan ze met de trein en de boot een lange reis maken naar Madagascar. Er zijn tien kandidaten uit de hele wereld, waaruit ze er drie mogen kiezen om met hen mee te gaan.

individuele keuzeDe kinderen maken hun eigen keuze van drie favoriete medereizigers en drie mensen waar-mee ze niet willen reizen uit de lijst van onderstaande kandidaten. Alle kandidaten spreken Nederlands, omdat ze in België wonen of gewoond hebben.

1. Een boeddhistische jongen afkomstig uit Tibet2. Een jongen met de laatste nieuwe computerspelletjes op zijn laptop3. Een Turks meisje met een hoofddoek4. Een jongen die fan is van kickboksen5. Een meisje dat gevlucht is uit Rusland6. Een meisje dat goed kan zingen en dansen7. Een Waalse jongen met ros haar8. Een Brits meisje van wie de moeder een tatoeage heeft9. Een meisje uit Ghana dat graag voetbalt10. Een Belgische jongen in een rolstoel

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

23 Naar Eurorail stereotypenspel www.spelensite.be/spel/eurorail‎

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Page 26: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

50 51

Samenstelling top drie in kleine groepjes.De kinderen gaan in kleine groepjes zitten en bespreken hun keuze. Ze bespreken waarom ze voor wie kiezen en proberen tot een gemeenschap-pelijke keuze van drie gewenste en drie ongewenste medereizigers te komen.

discussie Alle leerlingen gaan samenzitten. De kleine groep-jes stellen aan de rest van de klas hun top drie van gewenste en ongewenste medereizigers voor. Je vraagt hen telkens waarom ze voor een bepaald kind hebben gekozen. Deze nabespreking is het belangrijkste deel van het spel. Het is van belang om hier voldoende tijd aan te besteden en diep in te gaan op onderstaande mogelijke vragen.

> Zou het in het echt kunnen gebeuren dat je zomaar op reis kan gaan en uit een lijst kan kiezen met wie?> Heb je in het echte leven al eens een gelijkaardige situatie meegemaakt? > Welke dingen vond je belangrijk om voor een bepaalde persoon te kiezen? > Wat was het moeilijkste aan deze oefening?> Was het moeilijk om een gemeenschappelijke keuze te maken? Waarom?> Wat zijn ‘stereotypen’ of ‘vooroordelen’? Zoek het samen op en bespreek het aan de hand van de oefening. > Aan welke stereotypen denken jullie bij het zien van deze lijst?> Is het je al overkomen dat je iemand leerde kennen waarvan je eerste indruk was dat die persoon niet

leuk was, maar dat je er na een tijdje wel heel goed mee kon opschieten?> Had je bij het kiezen bepaalde vooroordelen in je hoofd? Dacht je bijvoorbeeld: “Alle kinderen met ros

haar zijn dom” of “Een boeddhistische jongen is saai”?> Waar komen deze stereotypen en vooroordelen vandaan?

aandachtspunten bij de discussie Het is belangrijk dat iedereen elkaars mening respecteert en dat de deelnemers elkaar niet op hun persoonlijke visie aanvallen. Als sommige beslissingen twijfelachtig van aard zijn, is het beter de redenen waarom men tot die keuze kwam te bediscussiëren, dan de persoonlijke beslissing in vraag te stellen.Zowel jij als leerkracht als de leerlingen zullen af en toe in een moeilijke positie terechtkomen: het is zeer gemakkelijk om deze activiteit in een veroordelingssessie te laten verglijden. Let dus goed op en laat de discussie niet herleiden tot de vraag wie het minste vooroordelen heeft, maar blijf stilstaan bij het feit dat iedereen vooroordelen heeft.Sta tijdens de discussie ook even stil bij het feit dat de beschrijving van de mensen heel kort en summier is en dat we eigenlijk niets over de achtergrond en de persoonlijkheid van de personen weten. Maar is dat niet de gebruikelijke wijze van reageren op het lezen van de krant of het bekijken van het televisiejournaal en tijdens gesprekken met mensen die we voor het eerst ontmoeten? Geef voldoende duiding bij de keuzes van de kandidaten. Meestal zal blijken dat men kiest voor wat zoveel mogelijk vertrouwd is. Het nieuwe, vreemde schrikt ons af. Belangrijk is dat we dit niet veroordelen. Het is logisch dat we een zekere angst hebben voor het onbekende. Je kan er wel op wijzen dat het vreemde ook heel boeiend kan zijn, uitdagend en verrijkend. We moeten kunnen openstaan voor andere gewoontes en visies van mensen uit andere culturen. Dat is de voorwaarde om tot een échte ontmoeting met de ‘andere’ te komen! Je kan de leerlingen vragen naar ervaringen, waarbij ze zelf met het ‘anders-zijn’ van iemand werden geconfronteerd.

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Ga naar onze kidswebsite, speel het spel onder ONTDEK en bezoek één van de andere landen : www.unicef.be/kids

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

uitdaging 5: justine helpt de burenSociale cohesie blijft een belangrijke uitda-ging in Burundi, dat in het recente verleden werd gekenmerkt door cycli van geweld, ont-heemding en ontbering. Met ongeveer 60% van de bevolking die onder de nationale ar-moedegrens leeft, is het land nog steeds ge-kenmerkt door extreme armoede, waardoor het moeilijk is voor de meeste huishoudens om te voorzien in een bevorderlijke huiselijke omgeving en voldoende zorg, stimulering, ontwikkeling en onderwijs voor hun kinderen.

Tijdens de oorlog zijn sommige families in Burundi gebleven en andere families zijn naar een buurland zoals Tanzania of D.R. Congo gevlucht.

De repatriëring van de 35.000 resterende voormalige Burundese vluchtelingen uit Tanzania in 2012 legt een extra druk op de bestaande situatie, met name langs de grens van de oostelijke en zuidelijke provincies. Daarom leggen we in deze lesmap ook de nadruk op de provincie Makamba omdat

deze 42.2% van de vluchtelingen van 2012 opvangt.

Bij hun (gedwongen) terugkeer vinden de ge-vluchte families soms andere families in hun huis of op hun grond. Dan moeten ze samen op zoek naar een oplossing voor de verdeling van het huis en de grond. Indien nodig kun-nen ze hierbij de hulp krijgen van de Burun-dese overheid. In het slechtse geval kunnen ze het geschil of confl ict voor de rechtbank brengen.

Vaak is er uiteindelijk ook solidariteit (na een tijd en ondanks de extreme armoede van veel families) tussen deze families en helpen ze elkaar bij het gebrek aan geld, eten, kleding of schoolgerief. De kinderen helpen elkaar ook onderling om de schoolachterstand in te halen.

Betere integratie in de ontvangende gemeen-schappen moet gewaarborgd worden door middel van een stimulerende omgeving voor

Copyright UNICEF België / Pascaline Carnat

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Page 27: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

52 53

»

»

« «

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

de ontwikkeling van de gemeenschap, met inbegrip van toegang tot sociale diensten, voorschools of kleuteronderwijs, kwaliteit van onderwijs voor kinderen, levensvaardigheden- en alfabetiserings-programma’s voor adolescenten die niet naar school gaan. Een gunstige omgeving is essentieel voor vredesopbouw en voor het waarborgen van de eenheid onder de bevolking die diep getekend is door oorlog en ontheemding.24

De Burundese overheid levert met het speciaal programma PARESI25 inspanningen om conflicten tussen “buren” omwille van een huis of een stuk grond op te lossen. De Burundese overheid bouwt ook huizen voor mensen ”zonder grond” en “zonder referen-ties”, die niet weten waar ze vandaan komen. Hun ouders zijn voor de oorlog in Burundi gevlucht in 1972 of 1993. Zelf zijn de kinderen in een buurland (zoals Tanzania of Congo) geboren en kennen bijgevolg Burundi niet en weten niet waar hun familie woont of woonde.

Getuigenis 9: Ferdinand, 19 jaar (foto rechts)Ik logeer in een centrum vlakbij de grens met Tanza-nia. We mogen hier logeren tot we weten waar we naar toe kunnen in Burundi. We krijgen van interna-tionale organisaties maïs, bonen en ander voedsel om van te leven. Maar het is ondertussen al een tijd geleden dat we nog iets gekregen hebben. Soms krijgen we dan voedsel van de buren rondom het centrum of van voorbijgangers.

Getuigenis 10: Enock, 15 jaarMijn naam is Enock en ik woon op de heuvel Rusovu. Ik heb acht zussen. Mijn ouders zijn boeren. Ik woon vlakbij de school, en ik ben klasverantwoor-delijke. Tijdens de oorlog is mijn familie in Burundi gebleven. Andere families zijn naar Tanzania gevlucht. In mijn klas zitten er leerlingen die met hun familie gerepatrieerd werden uit Tanzania en dus teruggekomen zijn naar hun geboorteland Burundi. Wij hebben de gerepatrieerde kinderen geholpen om de leerstof in te halen en hebben hen geholpen met het opschrijven van de lessen. We hebben hen ook uitgelegd hoe wij op onze school leren en studeren. En ondertussen voelen ze zich al beter op school. Maar ze hebben weinig of geen schoolmateriaal en geen uniform. Ze leven in moeilijke omstandigheden en eten niet voldoende. Vaak gaat mijn vriend die pas uit Tanzania is terug gekomen, met mij mee naar huis. Zo kan hij bij ons komen eten. Andere leerlingen van onze klas nodigen ook gerepatrieerde kinderen uit om bij hen thuis te komen eten. Zo helpen we elkaar. We moedigen elkaar aan om goed te werken op school en we spelen ook samen voetbal. Als klasverantwoordelijke probeer ik te helpen om ruzies in de klas op te lossen, moedig ik de anderen aan om te studeren, om de hygiëne-voorschriften te respecteren, om de klas te kuisen en respect te hebben voor de leerkracht.

24 UNICEF Burundi, Proposal for the reintegration of child returnees in the commune of Rumonge, 2013. 25 Le Programme d’Aide au Rapatriement et à la Réintégration des sinistrés au Burundi

activiteitenfiche 5

1. leerdoelen: de leerlingen…• kunnen zich inleven in de situatie van iemand anders.• kunnen een probleem benaderen vanuit twee perspectieven (hun eigen perspectief en

dat van de andere).• begrijpen wat het begrip ‘solidariteit’ inhoudt.• kunnen zelf enkele voorbeelden geven van solidair handelen.

2. lesduur: ongeveer 110 minuten (kan opgedeeld worden per fase. Lesduur per fase: zie hieronder)

3. materiaal• De educatieve dvd over Burundi.

4. Verloop fase 1 (15 à 20 minuten): Kies in het menu van de dvd het fragment:

Justine helpt de buren. Bespreek kort het fragment uit de dvd op basis van de achtergrond-

informatie hierboven en a.d.h.v. de volgende vragen:> Wat was er aan de hand met het huis van de familie van Justine toen ze

weer terug waren in Burundi? > Hoe voelt de familie van Justine zich, denk je? Waarom?> Wat zou jij doen als je in hun plaats was?> Hoe voelt de familie die in het huis is gaan wonen voor de aankomst van Justine en haar

familie zich nu, denk je? Waarom? > Wat zou jij doen als je in hun plaats was?> Wat hebben de twee families beslist om te doen?> Wat vind je hiervan?

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Page 28: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

54 55

fase 2 (40 minuten): Maak a.d.h.v. bovenstaande vragen even tijd om stil te staan bij het ‘confl ict’ tus-sen de twee families. De leerlingen mogen daarna hierover een gedichtje of een liedjestekst (op basis van de melodie van een bestaand liedje) schrijven.

Een dergelijke moeilijke situatie gaat vaak gepaard met spanningen. Het is normaal dat de twee fami-lies zich in het begin triest of boos voelen: er woont iemand in je huis, je moet je huis afstaan,… Belangrijk is dat ze op een correcte manier met dit nieuwe probleem proberen om te gaan en samen naar een gepaste oplossing zoeken om zo tot een compromis te komen. Door proberen samen te werken, overeen te komen en de andere – die het ook moeilijk heeft – te helpen, kunnen ze samen iets aan hun situatie proberen te veranderen. Zo komt de familie van Justine nu heel goed overeen met de buren: ze helpen elkaar met eten maken, knappen klusjes op,… Dat is solidariteit! Alleen is het in de praktijk niet altijd zo vanzelfsprekend.

Deze problematiek kan gelinkt worden aan andere spanningen die gepaard gaan met de terugkeer van vluchtelingen naar Burundi. Denk bijvoorbeeld aan de spanningen tussen kunnen ontstaan tussen de nieuwe en oude leerlingen op een school. De oude leerlingen moeten plots hun materiaal en plaats de-len en de nieuwe leerlingen voelen zich uitgesloten.

fase 3 (50 minuten): Zoek samen op wat solidariteit betekent (de bereidheid om andere mensen te helpen,...). Vraag de leerlingen naar hun eigen erva-ringen rond solidariteit. Bespreek verschillende vormen van solidariteit aan de hand van een rollen-spel in 3 groepen. Elke groep beeldt op zijn eigen manier één van de onderstaande vormen van solida-riteit uit. De andere leerlingen mogen raden over wat het gaat en discussiëren over wat ze vinden van deze verschillende vormen van solidariteit.

1. Opkomen, protesteren of staken uit solidariteit met een medeleerling of leerkracht die onrecht-vaardig behandeld werd.

2. Solidariteit met mensen wereldwijd die het minder goed hebben dan wij door de mede-leerlingen te sensibiliseren en/of een inzamelactie te organiseren.

3. Solidariteit door het basisprincipe van de Belgische Sociale Zekerheid. Op deze manier herverdeelt de overheid het totale inkomen van alle Belgen en probeert zo een eerlijke inkomens-verdeling te benaderen. Binnen jouw gemeente zorgt het OCMW ervoor dat mensen die het minder goed hebben, via dit systeem geholpen worden.

fase 3: getuigenis De leerlingen lezen de getuigenissen van Ferdinand en Enock. De volgende vragen kunnen

helpen bij de nabespreking:> Waarom zit Ferdinand in een centrum aan de grens met Tanzania? Waar wachten hij en de

anderen in het centrum op?> Hoe kan Ferdinand overleven? Wie zorgt er voor eten voor hem?> Vertel kort wie Enock is, waar hij woonde tijdens de oorlog en wat zijn taak is op school.> Wat doet Enock voor de nieuwe leeftijdsgenoten die in zijn klas aankomen? Som alles op

in een lijstje.

fase 4: inleefspel De bedoeling is dat de leerlingen zich inleven in de integratieproblematiek door hen een

ingebeeld noodscenario in België voor te stellen. Vertel hen het volgende.

Beeld je in dat er in België een grote overstroming plaatsvindt. Je dorp of stad staat onder water en je huis is onbewoonbaar geworden. Je moet vluchten. Samen met je familie ga je naar Italië. Je komt er in een nieuwe school terecht, met nieuwe klasgenoten en nieuwe leerkrachten die een taal spreken die je niet begrijpt: Italiaans.

Omdat je plots moest vluchten uit België, had je geen tijd om je schrijfgerief, schriften en boeken mee te nemen. Zelfs als je wél de tijd had, kon je ze nog niet meenemen: alles was doorweekt en vuil van de modder. Je ouders hebben wel wat geld meegenomen, maar ze vinden het belangrijk om het in de eerste plaats te gebruiken voor eten en kleren zodat niemand in je gezin honger of kou heeft.

Hoe voel jij je daarbij? Hoe zouden de Italiaanse kinderen in de klas zich voelen? Zou je het moeilijk vinden om elke dag naar school te gaan zonder een balpen of blad papier te hebben? Wat zou je doen om toch iets van de les te proberen verstaan? Wat kunnen de Italiaanse kinderen doen? Bespreek dit samen met de leerlingen.

Denk nu even na over de families die aankomen in Burundi. Hoe voelen zij zich daarbij? Hoe voelen de mensen die sinds lang in Burundi wonen zich bij de aankomst van de vluch-telingen? Hoe zou het zijn voor de vluchtelingen als ze er alleen voor stonden en geen hulp kregen van anderen? Hoe zouden de nieuwe kinderen in de klas, die vaak geen lesmateriaal hebben en de taal in de school niet begrijpen, zich voelen als ze niet opgevangen werden door Enock en andere klasgenoten? Wat kunnen ze samen doen om het klasgebeuren voor iedereen zo aangenaam mogelijk te maken? Gebeurt dit bij jullie in de klas ook zo?

Ga naar onze kidswebsite, speel het spel onder ONTDEK en bezoek één van de andere landen. Maak kennis met de obstakels die kinderen in andere landen moeten overwinnen om naar school te gaan. www.unicef.be/kids

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Page 29: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

56 57

uitdaging 6: joseph gaat naar een KindVriendelijKe schoolWat Zijn KindVriendelijKe scholen? Een kindvriendelijke school is een school met een goed curriculum en kwaliteitsvol onderwijs waar het kind centraal staat; met een actieve onderwijs-methode (participatie, etc.); met aandacht voor hygiëne, voor het milieu en met zuiver drinkwater; met aandacht voor gender, gelijkheid en gelijkwaar-digheid; een veilige omgeving aangepast aan kinde-ren; die de leerlingen en de gemeenschap betrekt in het beheer van de school. Waarom KindVriendelijKe scholen? De «Kindvriendelijke scholen» hebben overal ter wereld hun nut bewezen op het vlak van onder-wijs. Volgens UNICEF zijn ze een echte springplank voor ontwikkeling. «Kindvriendelijke scholen» zijn inclusief, veilig en beschermend. Ze streven naar de gelijkheid van meisjes en jongens en naar recht-vaardigheid, ze bevorderen de gezondheid en de hygiënische basisregels die leerlingen hun leven lang van pas zullen komen en die ze doorgeven aan hun families. Er zijn waterpompen om de handen te wassen met zeep en aparte toiletten.

KindVriendelijKe scholen in burundiUNICEF, andere organisaties en de Burundese over-heid doen er alles aan om alle scholen in Burundi te laten evolueren naar Kindvriendelijke scholen. Er wordt altijd begonnen met één element van kindvriendelijke scholen en zo evolueert de school geleidelijk aan. De Burundese overheid en UNICEF Burundi verspreiden de methodologie van kind-vriendelijke scholen in de verschillende provincies door het op te nemen in de vorming van leerkrach-ten en de opvolging van scholen. Het ministerie van onderwijs heeft het programma voor basison-derwijs aangepast en er de participatieve methode van de Kindvriendelijke scholen in geïntegreerd. Daarnaast krijgen alle leerkrachten een vorming over de principes van een dergelijke school. Ook op de schoolradio wordt er gesproken over het belang van Kindvriendelijke scholen. Binnen deze scholen besteedt men ook aandacht aan onderwijs voor vrede. In 2012, werden er zo 100 “clubs voor vrede” opgericht in de kindvriendelijke scholen.

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

VredesonderWijs

VredesschoolWat is vrede?Vrede betekent niet enkel de afwezigheid van openlijk geweld, wat men soms ‘negatieve vre-de’ noemt. Het betekent ook de aanwezigheid van sociale, economische en politieke recht-vaardigheid (‘positieve vrede’). ‘Structureel geweld’ is een term die gebruikt wordt om te verwijzen naar onrechtvaardigheden zoals ar-moede, discriminatie en ongelijke toegang tot kansen, wat de wortel is van veel conflicten. Structureel geweld is misschien het grootste obstakel voor vrede, wat per definitie niet kan bestaan in een samenleving waar fundamen-tale mensenrechten geschonden worden.

Wat is vredesonderwijs?Vredesonderwijs is een proces van het promo-ten van kennis, vaardigheden, houdingen en waarden nodig om gedragsverandering met zich mee te brengen die kinderen, jongeren en volwassenen in staat zullen stellen om conflic-ten en geweld te voorkomen, zowel openlijk als structureel geweld; om conflicten vredevol op te lossen; en om bevorderlijke condities voor vrede te creëren, zowel op intra- persoonlijk, interpersoonlijk, tussen groepen, op nationaal en internationaal niveau.

Waarom vredesonderwijs?Studies hebben aangetoond dat vredesedu-catie de agressie van leerlingen, pesten en de participatie aan gewelddadige conflicten kan verminderen en dat de kans dat de leerlingen conflicten willen voorkomen, toeneemt. Leer-lingen verbeteren ook hun capaciteit om het standpunt van een ander te begrijpen.

Eén van de sleutelboodschappen van het mondiaal rapport voor de opvolging van het basisonderwijs van de UNESCO is dat onder-wijs een preventieve kracht kan zijn voor conflicten, reconstructie van landen na con-flicten en van de consolidering van vrede.

Onderwijs wordt te vaak beschouwd als een bijkomend element in de post-conflict agenda. Nog erger, educatieve systemen bestendigen soms zelfs de vooroordelen en houdingen die het geweld voeden. We moeten onze houding aanpassen. In een wereld waar zoveel mensen verdeeld zijn door religie, identiteit of taal, kan onderwijs ons verenigen in een gedeeld respect en tolerantie.

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Page 30: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

58 59

Vredesonderwijs heeft zijn plaats in alle samen- levingen, niet enkel in landen die gewapende con-flicten of urgenties ondergaan. Omdat duurzame gedragsverandering bij kinderen en volwassenen zich enkel na een tijd voordoet, is duurzaam vredes-onderwijs noodzakelijk een lange-termijn proces en niet een korte-termijn interventie. Vredesonderwijs zou idealiter de hele gemeenschap moeten betrek-ken en niet enkel gegeven worden in scholen en leeromgevingen.26

Wat is het doel van vredesonderwijs?Kennis (van je eigen noden, vooroordelen, de aard van het conflict en vrede); vaardigheden (commu-nicatie, assertiviteit, kunnen samenwerken, kritisch denken, omgaan met stereotypen, emoties, veran-dering, probleemoplossend vermogen); houdingen (zelfrespect, respect, solidariteit, begrip van rechtvaardigheid en gelijkheid, levensvreugde).

hoe moeten we dat aanpakken?De schoolomgeving en het curriculum verbeteren, lesmateriaal ontwikkelen en leerkrachten vormen zowel tijdens de opleiding als binnen de school.

Vredesonderwijs in Burundiop schoolIn Burundi werd vredeseducatie ook gebruikt in de scholen via het curriculum, aangevuld met activi-teiten in het dagelijks schoolleven.27 Het Burundese ministerie van onderwijs ontwikkelde een boekje over burgerschap voor de scholen. Er worden volgende thema’s behandeld: “mensen zijn ver-schillend”, “vergeving vragen”, “dit belangt mij aan”, “hulp vragen”, “hoe een nieuwe leerling verwelkomen”, “nationale eenheid”,...

in de vluchtelingenkampenIn 1997 begonnen Burundese vluch-telingen in Ngara in Tanzania een vredesprogramma op basis van een programma voor Rwandese vluch-telingen. Ze betrokken hierbij ook Congolese vluchtelingen, en trokken lessen uit de ervaring van het Rwan-dese vredesprogramma. Het belang-rijkste aandachtspunt hierbij was het betrekken van de gemeenschap vanaf het begin van het proces van vredes-educatie. Dit omdat in de vluchtelin-genkampen de promotie van vrede anders kon gezien worden als een po-litiek onderwerp. De eerste workshop werd georganiseerd in augustus 1997 en had het doel om de deelnemers hun eigen percepties over conflicten en oorlog te leren kennen, om hun

eigen aanpak voor vredesopbouw te ontdekken, stereotypen en hun impact op percepties over anderen, en de rol van samenwerking bij vredesop-bouw te bespreken. De meeste kampen hebben nu vredescomités opgericht, met zowel activiteiten voor de promo-tie van vrede in hun omgeving en assistentie bij het oplossen van conflicten in de kampen. Als een resultaat van het programma op gemeenschapsni-veau, beslisten de vluchtelingen dat kinderen ook betrokken moeten worden, om gedragsverandering in de hele gemeenschap te promoten. Er werd nu ook een handleiding uitgewerkt met materiaal voor leerkrachten zoals liedjes, gedichten, tekeningen en spel, voornamelijk met bijdragen van vluchtelingen en kinderen.28

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

26 Susan Fountain, Peace Education in UNICEF, 199927 UNESCO, Rapport mondial de suivi sur l’éducation pour tous.

La crise cachée: les conflits armés et l’éducation, 2011.

28 Susan Fountain, Peace Education in UNICEF, 1999

activiteitenfiche 6

1. leerdoelen: de leerlingen Kunnen...• uitleggen wat een Kindvriendelijke school en wat vredesonderwijs is. • uitleggen waarom een Kindvriendelijke school en vredesonderwijs belangrijk zijn.• enkele voorbeelden van principes van een Kindvriendelijke school opsommen.• zich inleven in een fictieve conflictsituatie en de link leggen met de realiteit.

2. lesduur: ongeveer 120 minuten (kan opgedeeld worden per fase. Lesduur per fase: zie hieronder)

3. materiaal• De educatieve dvd over Burundi.

4. Verloop fase 1 (20 minuten): Kies in het menu van de dvd het fragment: Joseph gaat naar een

Kindvriendelijke school.

Bespreek met de leerlingen:> Wat is een Kindvriendelijke school en waarom is dit belangrijk?> Wat zijn de principes en activiteiten in de Kindvriendelijke school?> Wat is vredesonderwijs en waarom is dit belangrijk? > Welke activiteiten doen de leerlingen in de vredesschool?

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Page 31: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

60 61

fase 2 (30 minuten): Verdeel de kinderen in drie groepen. Leg hen uit dat ze een activiteit of oefening gaan doen, die kinderen in het Zuiden (bijvoorbeeld in Burundi) in het kader van vredesonderwijs doen: zich leren inleven in de situatie en het denken van een ander maakt deel uit van vredesonderwijs. Ze leven zich in in volgende situaties:• Groep 1: Beeld je in dat je ruzie gemaakt hebt met je vriend(in) en hij/zij zegt:

“Het is allemaal jouw schuld.”• Groep 2: Beeld je in dat je droevig bent en weent, en een vriend(in) komt naar je toe

en zegt: “Wenen is voor baby’s.”• Groep 3: Beeld je in dat je vriend(in) je om speelgoed (auto/pop/computerspelletje/boek)

vraagt en dat je dit niet met hem/haar wil delen en hij/zij zegt daarom: “Ik wil je vriend(in) niet meer zijn”.

Elk kind leeft zich in in één van de fi ctieve situatie’s. Hij/zij maakt een tekening van zichzelf en zijn/haar vriend en tekent een wolkje boven zichzelf en zijn/haar vriend(in). In dat wolkje drukt hij/zij zich uit met kleur of woorden hoe elk van hen zich in deze situatie voelt (voor de kinderen die nog niet kunnen schrijven, kan je hen vragen om zich uit te drukken en het vervolgens zelf in de wolk schrijven).

fase 3 (50 minuten): De leerlingen van groep 1 tonen hun tekeningen en leggen uit wat ze getekend hebben. Je kan de aandacht vestigen op het feit dat alle kinderen zich niet hetzelfde voelen in dezelfde situatie en tegelijk een link maken tussen de gevoelens van de kinderen en hun noden. Toon aan dat we kunnen meevoelen en ons inleven in beide kinderen op de tekening. Bijvoorbeeld: dit kind voelt zich schuldig omdat hij een fout gemaakt heeft (hij had ongelijk) en hij is droevig omdat hij aanvaard wil worden. Een ander kind is boos omdat hij denkt dat hij gelijk heeft. Daarna tonen ook groepen 2 en 3 achtereenvolgens hun tekeningen en geven hierbij commentaar. Je kan verder aanvullen waar nodig.

fase 4 (20 minuten): Geef aan dat we bijvoorbeeld kunnen denken dat een kind droevig is omdat hij aanvaard wil worden of dat een ander kind ontevreden is omdat hij wil spelen met blije vriendjes. Wanneer we proberen te raden hoe de andere persoon zich voelt, kunnen we soms eens fout raden. Om zeker te zijn, is het beter om te vragen aan de persoon hoe hij zich voelt.

Praat met de leerlingen over hun gevoelens. Hoe voel jij je nu op dit moment? Hoe voelde je je in een andere situatie, etc.?

in het kader van vredesonderwijs wordt er ook aandacht besteed aan de reïntegratie van ex-kindsoldaten, ondere andere door het organiseren van een professionele vorming voor deze kinderen. Download onze themafi che over kindsoldaten op www.unicef.be > documentatie > pedagogisch materiaal of vraag ze aan voor het aantal leerlingen in je klas via [email protected]

Op de kidswebsite onder ONTDEK kan je het land Burundi bezoeken en hierover een video bekijken. www.unicef.be/kids

een concrete actie met jouWKlas!De Dag voor Verandering is een concreet ac-tiemodel waarbij kinderen kunnen nadenken over een betere toekomst voor alle kinderen ter wereld. Elk schooljaar wordt in de scholen een actie opgezet om het belang aan te tonen van verandering voor kinderen wereldwijd.

Bekijk het DVD-fragment ‘de Dag voor Veran-dering’. Voor het schooljaar 2013-2014 werken de leerlingen rond de impact van oorlog op onderwijs in Burundi. De resultaten zullen te zien zijn op de website www.unicef.be/kids, in de zone ‘Neem deel’ onder ‘Dag voor Veran-dering’.

1. Neem met jullie klas deel aan ’de Dag voor Verandering’. Denk eens na over wat er allemaal nodig is in de ideale klas bij ons,

en op eender welke andere plek in de wereld. Wat zouden jullie doen als jullie Minister van Onderwijs waren voor alle kinderen over de hele wereld? Moet ieder kind buiten kunnen spelen op school? Als je de les niet snapt, moet je dan bijles kunnen krijgen? Vind je het belangrijk dat iedereen samen kan spelen? Moet iedereen minstens drie gekleurde balpennen heb-ben? Of is het nodig dat iedereen snoepjes moet kunnen eten op vrijdag om 15u?

Stel je voor dat je je school van nul moet opbouwen. Denk na wat voor jou dan de ideale school is, en wat daar precies alle-maal voor nodig is. Post op unicef.be/kids wat jullie ideale school is.

Copyright UNICEF België / Anneleen Van Kelecom

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Page 32: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

62 63

2. Vul samen met de leerlingen de poster (in bijlage in het midden van deze lesmap) in voor jouw klas met alle rechten die je nodig hebt om goed te kunnen leren en om het klasgebeuren zo aangenaam mogelijk te maken. Bijvoorbeeld: ik heb het recht om een vraag te stellen. Schrijf in de tweede kolom wat jullie kunnen doen om dit recht van de andere leerlingen te respecteren. Bijvoorbeeld: ik laat de andere leerlingen uit-spreken. Het doel hiervoor is dat leerlingen zich bewust worden van hun rechten, maar ook van de rechten van anderen. En dat we om de rech-ten van anderen te respecteren, zelf verantwoor-delijkheden hebben. Er kan met de klas eerst een brainstorm gehouden worden waarbij je samen mogelijke rechten en verantwoordelijkheden die hiermee gepaard gaan, opsomt. Daarna kiezen jullie samen welke rechten het belangrijkste zijn voor jullie klasgebeuren. Deze rechten worden ten slotte op de poster geschreven. Daarna kan de poster opgehangen worden en kan er binnen het klasgebeuren nog regelmatig naar verwezen worden. Bijvoorbeeld:

Welke rechten hebben we nodig om te kunnen leren? Ik heb het recht om extra uitleg te vragen...Hoe kunnen we hiervoor zorgen? Ik laat mijn medeleerlingen uitspreken...

Meer informatie op www.unicef.be/scholen

andere mogelijke acties zijn:- het organiseren van spreekbeurten over UNICEF,

specifieke kinderrechten, landen,… Documentatie vind je op www.unicef.be > documentatie > peda-gogisch materiaal of op www.unicef.be/kids > info

- de resultaten van één van de acties of activiteiten-fiches tentoonstellen voor de andere klassen, de school, de ouders, etc.

- een inleefactie waarbij de leerlingen bijvoorbeeld een dag al zittend les moeten volgen, ’s middags een sobere maaltijd krijgen, ...

- een wandeltocht om de educatieve campagne voor kinderen in Burundi te ondersteunen

Schrijf een tekstje, neem foto’s of maak een filmpje, en post dit op www.unicef.be/kids. Elke geposte actie (video, tekst of foto) krijgt een plaats op onze website. Doe mee met jouw klas! Of doe beroep op één van onze educatieve vrijwilligers om te helpen bij de organisatie van uw Dag voor Verandering. Voor de leerlingen kan het soms betekenisvol zijn om na de informatie en de ontdekking van het edu-catief thema over te gaan tot actie in de vorm van een geldinzameling. Voor scholen, leerkrachten en leerlingen die dit willen, bestaat er dan ook de mo-gelijkheid om geld in te zamelen in het kader van deze educatieve campagne. Dit aanbod is uiteraard niet verplicht en volledig vrijblijvend.

Een originele manier om geld in te zamelen: Sport for UNICEF. Sporten voor UNICEF is een toffe manier om op school sport en mondiaal burgerschap te combineren door een gesponsorde wandel-tocht, zwemwedstrijd, fietstocht, marathon, olympiade….Voor leerkrachten die geïnteresseerd zijn, voorziet UNICEF België vanaf 2014 het nodige materiaal om hun actie “Sport for UNICEF” op school te ondersteunen. Het ingezamelde bedrag kan overgemaakt worden via het kopen van een happypack of via overschrijving.

Om de bijdrage van jouw klas tot onderwijs te concretiseren kunnen jullie:• Met het ingezamelde geld “Happy Packs

voor onderwijs” kopen: schoolmateriaal (potloden, schriften, “school in the box”…)… en jullie certificaat met de gift afprinten voor de leerlingen. Meer informatie op www.unicef.be, onder ‘Schenk een Happypack’, categorie ‘spelen en leren’.

• Of het ingezamelde geld storten op rekeningnummer BE31 0000 0000 55 55 van UNICEF België

Vergeet bij uw aankoop of overschrijving niet te vermelden dat het om een “scholenactie” gaat. Bedankt!

Voor meer informatie, aarzel niet om ons te contacteren via [email protected]

Copyright UNICEF België / Sportbasisschool Heusden

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

ac

tiV

ite

ite

nfi

ch

es

bij

lag

en

Page 33: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

64 65

bij

lag

en

bijlagen

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

Page 34: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

66 67

bij

lag

en

1. Voor de leerlingen: afbeeldingen Kinderrechten Je hebt het recht

om beschermd te worden tegen geweld, misbruik en uitbuiting

Je hebt het recht op een eigen mening

Kinderen met een beperking hebben recht op speciale verzorging en bescherming

Je hebt recht op gezonde voeding en een goede gezondheid

✁✁

Page 35: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

68 69

bij

lag

en

Je hebt recht op vrijheid

Je hebt recht om beschermd te worden tegen kinderarbeid

Je hebt recht oponderwijs

Je hebt recht om te spelen

✁✁

Page 36: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

70 71

bij

lag

en

Je hebt recht op een eigen naam en nationaliteit

Je hebt recht op een plek om je thuis te voelen

Je hebt recht om beschermd te worden tegen oorlog

Vluchtelingenkinderen hebben recht op speciale bescherming

✁✁

Page 37: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

72 73

2. boodschap jongeren getuigenis 4, bij uitdaging 1boodschap Van de jongeren:onderWijs is onZe prioriteitZonder onderWijs hebben Wij geen toeKomst

Wij zijn de kinderen en jongeren van de wereld. We komen uit Afghanistan, Algerije, Bangladesh, Gambia, Guinee, Irak, Kosovo, Marokko, Mongolië, Pakistan, de Democrati-sche Republiek Congo, Roemenië, Senegal, Servië en Vietnam. We hebben allemaal dezelfde moeilijkheden en dezelfde ideeën.We waren slachtoffer van armoede, ongelijk-heid, oorlog of geweld. We hebben allemaal ons land verlaten en soms zelfs onze familie. Maar we willen een boodschap doorgeven voor onze broers en zussen en voor alle kinderen op de wereld:

We willen kwaliteitsvol onderwijs voor alle kinderen en jongeren.

Het is dringend: 57 miljoen kinderen kunnen nog altijd niet naar de lagere school.

We hebben allemaal de droom en de ambitie om naar school te gaan, maar door armoede hebben we niet de middelen om dat te doen. Maar dat is niet de enige reden: voor veel kinderen is de school vaak te ver weg en is er geen vervoer beschikbaar. Kinderen van het platteland moeten hun ouders vaak helpen. Ook zijn er veel kinderen wees en hebben niemand die voor hen zorgt. Ze moeten werken en al jong volwassen worden. Som-mige families laten meisjes niet naar school gaan en laten ze heel jong trouwen. Sommige meisjes zijn ook bang om naar school te gaan vanwege het geweld. Kinderen van minder-heden worden vaker uitgesloten van school. Andere kinderen hebben ouders die zich niet druk maken om onderwijs omdat ze zelf niet opgeleid zijn. Ze hebben hun kinderen nodig om hen te helpen en beschouwen de school als tijdverspilling. Ten slotte geloven veel jongeren niet in de toekomst en zijn ze bang dat ze geen werk zullen vinden. Ook zij zien de school soms als tijdverspilling.

Het is dringend: te veel kinderen en jongeren stoppen te vroeg met school.

Sommigen van ons zijn nooit naar school ge-gaan, maar velen van ons moesten met school stoppen vanwege de armoede. Maar dat is niet de enige reden. Een groot probleem ligt bij de leerkrachten. Veel leerkrachten weigeren naar de armste gebieden te gaan. Veel kinderen heb-ben dus geen leerkrachten of slecht opgeleide leerkrachten. De leerkrachten worden soms niet betaald of slecht betaald. Ze hebben geen goede opleiding en weten weinig van onder-wijsmethoden. Veel van hen doceren door gewoon voor te lezen en niet door uit te leggen. Naar school gaan alleen is niet genoeg, je moet er ook nog wat leren, van goed opgeleide en goed betaalde leerkrachten. Het is dringend: meer dan de helft van de niet-schoolgaande kinderen woont in conflictlanden.

Sommigen van ons hebben oorlog gekend. Door deze conflicten zijn we nooit naar school gegaan of moesten we stoppen met school. Scholen zijn de eerste slachtoffers van de oor-log: scholen en leerlingen worden aangeval-len. We hebben afschuwelijke dingen gezien. Waarom doen ze dat? Na de oorlog moet je vaak nog jaren wachten voordat je weer naar

bij

lag

en

copy

right

Ruu

d va

n de

r Gra

af

Page 38: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

74

school kunt. Oorlog vernietigt het onderwijssysteem en maakt de ontwikkeling van landen kapot. De vrede moet terugkomen, zodat alle kinderen naar school kunnen.

We kunnen niet blijven zwijgen over deze situatie.

We vragen aan de regeringen van de wereld om:> te zorgen voor blijvende vrede in de wereld,> van onderwijs een prioriteit te maken,> erover te waken dat alle kinderen gelijk zijn op

school,> de armste families te ondersteunen,> openbare scholen te bouwen die gratis zijn,> goede leerkrachten op te leiden die goed worden

betaald,> geschikt schoolmateriaal te verschaffen (leerboe-

ken, bord, krijtjes, vervoer, etc.)

De kinderen en jongeren van deze wereld hebben geen tijd meer en sommigen hebben geen hoop meer. Zonder onderwijs hebben wij geen toekomst. Moeten we nog vijftien jaar wachten totdat alle kinderen naar school kunnen gaan? Hoeveel oor-logen moeten we nog doorstaan om te ontdekken dat onderwijs een belangrijke factor is voor vrede? We weten hoeveel schade oorlog en ongelijkheid toebrengen aan het onderwijs. Onderwijs is onze pri-oriteit. De wereldleiders moeten er ook hun prioriteit van maken.Wij beloven dat we, als we volwassen zijn, de rech-ten van kinderen en jongeren zullen verdedigen, met net zoveel passie als we dat nu doen.Wij zijn de kinderen en de jongeren van de wereld, en ondanks onze verschillen delen we dezelfde droom: recht op onderwijs voor alle kinderen.

Brussel, 30 april 2013

om de bijdrage Van jouW Klas tot onderWijs te concretiseren Kunnen jullie:

bedenK met je Klas een educatieVe, ludieKe en originele actie rond Kinderrechten!

Zo doe je mee aan de ‘dag voor Verandering’ van unicef belgië. bepaal zelf hoe jullie dit invullen!

meer informatie, ideeën en tips vind je op pagina 61 van deze lesmap of contacteer ons via [email protected]. je kunt hierbij ook ondersteuning krijgen van een educatieve vrijwilliger.

post jouw actie op www.unicef.be/kids, en doe zo mee aan de dag voor Verandering van unicef belgië. elke geposte actie krijgt een plaats op onze kids-website.

Voor de leerlingen Kan het soms beteKenisVol Zijn om na de KennismaKing met de situatie Van Kinderrechten WereldWijd

oVer te gaan tot actie in de Vorm Van een geldinZameling.

Voor scholen, leerkrachten en leerlingen die dit willen, bestaat er dan ook de mogelijkheid om geld in te zamelen in het kader van deze educatieve campagne.

dit aanbod is uiteraard niet verplicht en volledig vrijblijvend.

Een originele manier om geld in te zamelen is: Sport for UNICEF. Sporten voor UNICEF is een toffe manier om op school sport en mondiaal burgerschap te combineren. Zo kan er een gesponsorde wandeltocht, zwemwedstrijd, fi etstocht, marathon, …. georganiseerd worden.Voor leerkrachten die geïnteresseerd zijn, voorziet UNICEF België vanaf 2014 het nodige materiaal om hun actie “Sport for UNICEF” op school te ondersteunen.

• Met het ingezamelde geld “Happy Packs voor onderwijs” kopen. je kiest zelf het schoolmateriaal (potloden, schriften, “school in the box”, … ) en je kan een certifi caat met de gift afprinten voor de leerlingen. Meer informatie vind je op www.unicef.be, onder ‘Schenk een Happypack’. Kies voor de categorie ‘spelen en leren’.

• Of het ingezamelde geld storten op rekeningnummer BE31 0000 0000 55 55 van unicef belgië.Vergeet bij jouw aankoop of overschrijving niet te vermelden dat het om een “scholenactie” gaat. bedankt!

Voor meer informatie, aarzel dan niet om ons te contacteren via [email protected]

Copyright UNICEF België / Benoît Melebeck

Page 39: unicef helpt Kinderen leren oVerleVen in burundi€¦ · 6 7 1. Korte handleiding Het eerste deel van deze lesmap biedt een inleiding, gevolgd door concrete achter- grondinformatie

Vera

ntw

oo

rdel

ijk u

itg

ever

: Yve

s W

illem

ot,

UN

ICE

F B

elg

ië, K

eize

rin

laan

66,

100

0 B

russ

el

www.unicef.be/scholenRedactie: Anneleen Van Kelecom en Pascale Recht©unicef2013D2013/5606/1

Wij bedanken graag volgende studenten en hun lectoren voor hun bijdrage en om ons te inspireren bij het opstellen van deze lesmap: Hanne Thys, Jan Geerts, Lorenz Mortelmans, Janne Vermeulen, Gitte Geyskens, Ruth Janssen en Chris Dijckmans (Thomas More Kempen); Cathy Rosseau, Melissa Van der Veken, Halil Ibrahim Adancioglu, Nele Willems en Annie Timmersmans (artesis plantijn hogeschool Antwerpen); Ann-Sophie De Keyser, Alexandra Walcarius en Anke Dewilde (Arteveldehogeschool Gent)

met speciale dank aan de collega’s van unicef burundi.Dank aan Hilde De Ceuster, Fauve Van den Berghe, Jorieke Vyncke en Anne Peeters voor hun bijdrage aan deze lesmap.

Waarom?• eenenthousiasteeductievevrijwilligervanUNICEFBelgië

komt naar jouw klas• engeefteendynamischeanimatiemetparticipatie

van jouw leerlingen • omhenopjongeleeftijdbewusttemakenvan

kinderrechten wereldwijd.

Wat?• Gevarieerddidactischmateriaal:posters,panelen,dvd,

educatieve spelletjes, …• Inhoud:kinderrechten,onderwijs,water,kindsoldaten,

kinderarbeid,…. Dit schooljaar: de gevolgen van oorlog op onderwijs, met als themaland Burundi …op niveau van de leerlingen!

• Eeneducatievevrijwilligerkanookondersteunenbij de organisatie van een concrete actie met jullie klas.

• Jekanookkiezenvooreengastlesondervormvan een kinderrechtenwandeling in Antwerpen!

Vraag gratis jouW gastles aan!

Copy

right

UN

ICEF

Bel

gië

/ Etie

nne

Mus

slin

Contact? Je kunt terecht bij UNICEF België op [email protected] of bel 02 230 59 70.

“Een fantastische introductie op

onze eigen werkwinkels rond de 6 uitdagingen”

Juf Myriam, Kakelbontschool, Brussel

“Super! Echt op maat van de kids!”

Juf Melissa, De Letterboom, Vilvoorde