Uit de kunst Wonen in Het boek · 2018. 2. 6. · schilder Brender à Brandis en in-middels...

1
gen aan bod. Huis ’Van de Weg’ van de Geesinks is er een van. Be- sproken en in beeld gebracht wor- den indrukwekkende trappenhui- zen, schoorsteenpartijen, glas-in- loodramen, tegelvloeren en licht- koepels. Het zijn niet zo maar huizen, dat is duidelijk. Het verle- den is er nooit weggeweest. De 64-jarige Jan Geesink is voor velen in het Gooi een bekende. Het meest recente project van de onder- nemer is ’Blaricum aan Zee’, maar hij was ook de man achter projec- ten als de Kalkovens in Huizen, het Nautisch Kwartier, eveneens in Huizen, en Graaf Floris IV in Mui- den. „Al mijn restaurants waren monumenten of zijn monumenten geworden, dus het zit wel in mij dat ik het verleden waardeer.” Jan en Marjanneke woonden schuin tegenover het huis ’Van de Weg’, toen ze in de buurt een kavel In het boek ’Het Gooi, interieur- portretten van villa’s en landhui- zen, 1875-1945’ komen tien wonin- kochten om er een nieuw pand op te bouwen. Het stel zou tijdelijk in een container wonen, maar Katin- ka van Erk - de kleindochter van schilder Brender à Brandis en in- middels eigenaar van het huis aan de Zwaluwenweg - bood aan om een deel van haar woning aan hen te verhuren. In ’86 trok het jonge stel met hun twee kinderen in de atelierwoning. Twee jaar later kochten ze het. Een paar jaar later kreeg het de status van gemeente- lijk monument. De Geesinks hadden Brender à Brandis’ kleindochter beloofd om het pand in originele staat te be- houden. Ze namen enkele meubels over, de schildersezel en een paar werken van de schilder. Op de ezel in het atelier van de woning staat een schilderij dat Brender à Bran- dis van het huis maakte. Het schoorsteenstuk met pompoenen en kalebassen en de tekst ’Wie zaait, die maait’ decoreert een van de wanden in de kinderspeelka- mer. De schilder was gek op paard- rijden en paarden, wat architect Hanrath vastlegde in een gevel- steen met een sierlijk paard boven de ingang van het atelier. Die hangt er nog. Sinds huis ’Van de Weg’ de status van monument heeft, is zorg voor behoud van de oorspronkelijke toestand een officieel gegeven. Geesink vindt overigens dat monu- mentencommissies zich niet te rigide moeten opstellen op het gebied van bewoning van monu- menten door een nieuwe generatie eigenaren. Waarmee hij maar wil zeggen, dat moderne tijden soms om aanpassing vragen. „De angst dat dingen verdwijnen is onzin. Kijk naar het Rijksmuseum. Daar is in het gebouw bijna geen steen op de andere gebleven. Is het daardoor nu minder waardevol en is de historische waarde nu aangetast? Wij zijn slechts passanten in het leven, dus ik hoop dat het voor een volgende generatie ook goed kan voelen om in een monument te wonen.” Netflix He kolenfornuis in huis ’Aan de Weg’ wordt nog steeds gebruikt, zij het niet meer voor bereiding van maaltijden, maar voor het verwarmen van mensen en dingen. „Kijk, dan zit ik hier Netflix te kijken of zo”, wijst Geesink naar de tafel en bank naast het antieke fornuis. In het imposante houten trappen- huis spaarde Hanrath hartjes uit, als bij een Zwitsers chalet. Beeld- houwer Eduard Jacobs bracht op de ballustraden op Indianen lijken- de houten koppen aan, die merk- waardig contrasteren met de hart- jes. Als de kleinkinderen langsko- men – de Geesinks hebben drie kinderen en vier kleinkinderen – dan worden de jassen omzichtig over ’de Indianen’ gehangen zodat ze het zicht niet ontnomen wordt. „Ja, ha ha ha, daar zijn ze heel precies in.” Huis ’Van de Weg’ staat te koop. Na 32 jaar zijn de Geesinks op zoek naar nieuwe bewoners. „Een derge- lijke woning is een levensinvul- ling. Dat klinkt misschien wat zwaar, maar er gaat veel zorg en werk in zitten. We zijn verknocht aan het huis, we zijn er verliefd op. Toch, wij worden er niet jonger op en voor z’n tweeën is het heel groot. Het afscheid zal heel emo- tioneel zijn. Maar, het is goed dat een monument doorgaat naar een volgende generatie.” Marjanneke Geesink in de keuken bij het oude kolenfornuis. FOTO STUDIO KASTERMANS/BEN DEN OUDEN Het voormalig atelier van kunstschilder Brender à Brandis. FOTO PR Bven de ingang van het atelier hangt een gevelsteen met paard. FOTO PR Schoorsteenstuk met de tekst ’Wie zaait, die maait’. FOTO PR Het indrukwekkende, houten trappenhuis. FOTO PR In het onlangs verschenen boek ’Het Gooi, interieurportretten van villa’s en landhuizen, 1875-1945’ worden tien villa’s uitgelicht. Bij het zien van de foto’s loopt het water je in de mond. Maar, hoe is het eigenlijk om in zo’n bijzonder pand te wonen? Wonen in een Goois monument Houten ornamenten van beeldhouwer Eduard Jacobs. FOTO PR GHI 29 WOENSDAG 31 JANUARI 2018 Regionaal 11 Uit de kunst WOENSDAG 31 JANUARI 2018 GHI 20 10 Regionaal Uit de kunst Het boek Onlangs zijn drie nieuwe boeken verschenen in het kader van het onderzoeksproject ’Van grachtenhuis tot villa in het groen’ van de Stichting Historische Interieurs in Amsterdam. De boeken zijn het resultaat van onderzoek naar woonhuisinterieurs in de grachten- gordel van Amsterdam en in de omliggende gebieden het Gooi en Zuid-Kennemerland en portretteren elk tien woonhuizen. ’Het Gooi, interieurportretten van villa’s en landhuizen, 1875-1945’ is verkrijgbaar bij Boekhandel Los in Bussum, de Larense Boekhandel, Singer Laren, Boekhandel Voorhoeve in Hilversum en de Blaricum- sche Boekhandel. Els Blom [email protected] Toen Jan Geesink op 32-jarige leef- tijd de voormalig atelierwoning van kunstschilder Brender à Brandis aan de Zwaluwenweg in Blaricum kocht, dachten zijn ouders dat -ie gek geworden was. Die reactie is be- grijpelijk, want op zo’n jonge leef- tijd eigenaar worden van een derge- lijk bijzonder en monumentaal pand is niet niks. Maar, Jan en Mar- janneke Geesink vielen op het huis, plús - zo voelde dat - het huis viel op hen. En zo leek het kopen van de woning niet meer dan een logisch besluit. Een atelierwoning van destijds vroeg om een scheiding tussen woon- en werkomgeving, zodat de kunstenaar rustig kon werken en er in alle rust en privacy zijn klanten en modellen kon ontvan- gen. Het atelier moest dus bereik- baar zijn vanuit de woning, maar ook van buitenaf. Daarnaast had het atelier een hoge en brede raampartij nodig om het licht (uit het noorden) binnen te kunnen laten. Architect Brender à Brandis De Blaricumse atelierwoning die de Haagse kunstschilder Geraldo Abraham Brender à Brandis (1878-1971) in 1914-1915 liet bou- wen, is ontworpen door architect Johan Wilhelm Hanrath (1867- 1932).

Transcript of Uit de kunst Wonen in Het boek · 2018. 2. 6. · schilder Brender à Brandis en in-middels...

  • gen aan bod. Huis ’Van de Weg’van de Geesinks is er een van. Be-sproken en in beeld gebracht wor-den indrukwekkende trappenhui-zen, schoorsteenpartijen, glas-in-loodramen, tegelvloeren en licht-koepels. Het zijn niet zo maarhuizen, dat is duidelijk. Het verle-den is er nooit weggeweest.De 64-jarige Jan Geesink is voorvelen in het Gooi een bekende. Hetmeest recente project van de onder-nemer is ’Blaricum aan Zee’, maarhij was ook de man achter projec-ten als de Kalkovens in Huizen, hetNautisch Kwartier, eveneens inHuizen, en Graaf Floris IV in Mui-den. „Al mijn restaurants warenmonumenten of zijn monumentengeworden, dus het zit wel in mijdat ik het verleden waardeer.”Jan en Marjanneke woondenschuin tegenover het huis ’Van deWeg’, toen ze in de buurt een kavel

    In het boek ’Het Gooi, interieur-portretten van villa’s en landhui-zen, 1875-1945’ komen tien wonin-

    kochten om er een nieuw pand opte bouwen. Het stel zou tijdelijk ineen container wonen, maar Katin-ka van Erk - de kleindochter vanschilder Brender à Brandis en in-middels eigenaar van het huis aande Zwaluwenweg - bood aan omeen deel van haar woning aan hente verhuren. In ’86 trok het jongestel met hun twee kinderen in deatelierwoning. Twee jaar laterkochten ze het. Een paar jaar laterkreeg het de status van gemeente-lijk monument.De Geesinks hadden Brender àBrandis’ kleindochter beloofd omhet pand in originele staat te be-houden. Ze namen enkele meubelsover, de schildersezel en een paarwerken van de schilder. Op de ezelin het atelier van de woning staateen schilderij dat Brender à Bran-dis van het huis maakte. Hetschoorsteenstuk met pompoenen

    en kalebassen en de tekst ’Wiezaait, die maait’ decoreert een vande wanden in de kinderspeelka-mer. De schilder was gek op paard-rijden en paarden, wat architectHanrath vastlegde in een gevel-steen met een sierlijk paard bovende ingang van het atelier. Diehangt er nog.Sinds huis ’Van de Weg’ de statusvan monument heeft, is zorg voorbehoud van de oorspronkelijketoestand een officieel gegeven.Geesink vindt overigens dat monu-mentencommissies zich niet terigide moeten opstellen op hetgebied van bewoning van monu-menten door een nieuwe generatieeigenaren. Waarmee hij maar wilzeggen, dat moderne tijden somsom aanpassing vragen. „De angstdat dingen verdwijnen is onzin.Kijk naar het Rijksmuseum. Daar isin het gebouw bijna geen steen op

    de andere gebleven. Is het daardoornu minder waardevol en is dehistorische waarde nu aangetast?Wij zijn slechts passanten in hetleven, dus ik hoop dat het voor eenvolgende generatie ook goed kanvoelen om in een monument tewonen.”

    NetflixHe kolenfornuis in huis ’Aan deWeg’ wordt nog steeds gebruikt,zij het niet meer voor bereidingvan maaltijden, maar voor hetverwarmen van mensen en dingen.„Kijk, dan zit ik hier Netflix tekijken of zo”, wijst Geesink naar detafel en bank naast het antiekefornuis. In het imposante houten trappen-huis spaarde Hanrath hartjes uit,als bij een Zwitsers chalet. Beeld-houwer Eduard Jacobs bracht opde ballustraden op Indianen lijken-

    de houten koppen aan, die merk-waardig contrasteren met de hart-jes. Als de kleinkinderen langsko-men – de Geesinks hebben driekinderen en vier kleinkinderen –dan worden de jassen omzichtigover ’de Indianen’ gehangen zodatze het zicht niet ontnomen wordt.„Ja, ha ha ha, daar zijn ze heelprecies in.”Huis ’Van de Weg’ staat te koop.Na 32 jaar zijn de Geesinks op zoeknaar nieuwe bewoners. „Een derge-lijke woning is een levensinvul-ling. Dat klinkt misschien watzwaar, maar er gaat veel zorg enwerk in zitten. We zijn verknochtaan het huis, we zijn er verliefd op.Toch, wij worden er niet jonger open voor z’n tweeën is het heelgroot. Het afscheid zal heel emo-tioneel zijn. Maar, het is goed dateen monument doorgaat naar eenvolgende generatie.”

    Marjanneke Geesink in de keuken bij het oude kolenfornuis. FOTO STUDIO KASTERMANS/BEN DEN OUDEN

    Het voormalig atelier van kunstschilder Brender à Brandis. FOTO PR Bven de ingang van het atelier hangt een gevelsteen met paard. FOTO PR Schoorsteenstuk met de tekst ’Wie zaait, die maait’. FOTO PR Het indrukwekkende, houten trappenhuis. FOTO PR

    In het onlangs verschenen boek ’Het Gooi,interieurportretten van villa’s en landhuizen,1875-1945’ worden tien villa’s uitgelicht. Bij het zienvan de foto’s loopt het water je in de mond. Maar,hoe is het eigenlijk om in zo’n bijzonder pand tewonen?

    Wonen ineen Goois

    monument

    Houten ornamenten van beeldhouwer Eduard Jacobs. FOTO PR

    GHI 29 WOENSDAG 31 JANUARI 2018

    Regionaal11

    Uit de kunst

    WOENSDAG 31 JANUARI 2018 GHI 20

    10 Regionaal

    Uit de kunst

    Het boekOnlangs zijn drie nieuwe boeken verschenen in het kader van hetonderzoeksproject ’Van grachtenhuis tot villa in het groen’ van deStichting Historische Interieurs in Amsterdam. De boeken zijn hetresultaat van onderzoek naar woonhuisinterieurs in de grachten-gordel van Amsterdam en in de omliggende gebieden het Gooi enZuid-Kennemerland en portretteren elk tien woonhuizen. ’HetGooi, interieurportretten van villa’s en landhuizen, 1875-1945’ isverkrijgbaar bij Boekhandel Los in Bussum, de Larense Boekhandel,Singer Laren, Boekhandel Voorhoeve in Hilversum en de Blaricum-sche Boekhandel.

    Els [email protected]

    Toen Jan Geesink op 32-jarige leef-tijd de voormalig atelierwoning vankunstschilder Brender à Brandis aande Zwaluwenweg in Blaricumkocht, dachten zijn ouders dat -iegek geworden was. Die reactie is be-grijpelijk, want op zo’n jonge leef-tijd eigenaar worden van een derge-lijk bijzonder en monumentaalpand is niet niks. Maar, Jan en Mar-janneke Geesink vielen op het huis,plús - zo voelde dat - het huis viel ophen. En zo leek het kopen van dewoning niet meer dan een logischbesluit.

    Een atelierwoning van destijdsvroeg om een scheiding tussenwoon- en werkomgeving, zodat

    de kunstenaar rustig kon werkenen er in alle rust en privacy zijnklanten en modellen kon ontvan-gen. Het atelier moest dus bereik-baar zijn vanuit de woning, maarook van buitenaf. Daarnaast hadhet atelier een hoge en brederaampartij nodig om het licht (uithet noorden) binnen te kunnenlaten.

    Architect Brender à Brandis De Blaricumse atelierwoning diede Haagse kunstschilder GeraldoAbraham Brender à Brandis(1878-1971) in 1914-1915 liet bou-wen, is ontworpen door architectJohan Wilhelm Hanrath (1867-1932).