Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9...

78
DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 1 Tussenstad DE METRO NAAR TUSSENSTAD strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik en burger initiatieven in de openbare ruimte VOORBEELD

Transcript of Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9...

Page 1: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 1

Tussenstad

DE METRO NAAR TUSSENSTADstrategieën voor (tijdelijk) anders gebruik en burger initiatieven in de openbare ruimteVOORBEELD

Page 2: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 2

Colofon

Opgesteld door Clim Sorée Reinder Douwes Thomas Hyams

In opdracht van Atelier Rijksbouwmeester: Guus Enning

Datum juni 2015

[email protected]

Clim Sorée (landschapsarchitect) Reinder Douwes (architect) Thomas Hyams (planoloog)06-46407199 06-14380389 06-10297532

VOORBEELD

Page 3: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 3

DE METRO NAAR TUSSENSTADstrategieën voor (tijdelijk) anders gebruik en burger initiatieven in de openbare ruimte

TussenstadTussenstad is een initiatief van architect Reinder Douwes (1978), planoloog Thomas Hyams (1979) en landschapsarchitect Clim Sorée (1978). Tezamen denken zij graag mee over ingewikkelde ruimtelijke vraagstukken en mogelijke oplossingen. De Tussenstad is daar een direct gevolg van.

Gezamenlijk hebben zij een uitgebreide ervaring met ruimtelijk ontwerp, ontwerpend onderzoek, juridisch planologische procedures en procesbegeleiding. Met hun pragmatische instelling en spin in het web mentaliteit, nemen zij graag de rol van verbinder op zich binnen integrale ruimtelijke transformatieopgaves.

In Tussenstad hebben zij hun verschillende expertises en raakvlak in interesses samengevoegd om het tijdelijk gebruiken van de openbare ruimte toegankelijker te maken.

Dit heeft geresulteerd in een eenvoudig te hanteren oplossing die bruikbaar is voor gemeente, ontwikkelaar, burger en ontwerper.

VOORBEELD

Page 4: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 4Braakliggend terrein, Lichtfabriekterrein HaarlemVOORBEELD

Page 5: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 5

1. inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Doel 1.3 Aanpak en leeswijzer

2. interviewend onderzoek en literatuur onderzoek 2.1 Van driehoeksverhouding naar vierkantsverhouding 2.2 Draagvlak & acceptatie 2.3 Belang van het ontwerp 2.4 Maatsdchappelijke doorwerking en sociale cohesie 2.5 Veranderende ruimtelijke ordening 2.6 Kraken en anti-kraken

Intermezzo 1 - Spoorzone Delft

3. Braakliggend terrein versus snipperlocatie

4. Actoren en (voor)oordelen

Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0

5. Processen

6. Rol van de ontwerper

7 7 9 9

13

13 13 14 14 14 15

17

19

21

25

27

29

7. Nieuwe manier van samenwerken 7.1 Burgerparticipatie 7.2 Co-creatie 7.3 Burger initiatief 7.4 Kanttekening

8. Metroschema’s 8.1Metroschem’s 8.2 De metro naar Tussenstad

9. Uitgelichte aspecten 9.1 Draagvlak (kennis en begrip) 9.2 Belastingdienst 9.3 Relevante regelgeving 9.4 Continuering 9.5 Verdienmodellen

10. Conclusies 10.1 Conclusies uit testcases 10.2 Conclusies naar aanleiding van het totale onderzoek

Bijlagen A.Metroschema’s B. Literatuurlijst en lijst geïnterviewden

3131323333

353538

494949505051

535355

5977

INHOUDSOPGAVE

VOORBEELD

Page 6: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 6

Foto tijdelijk asielzoekers tentenkamp Amsterdam. www.nu.nl, 14 april 2015

Metronieuws, 14 oktober 2012

www.nu.nl, 8 april 2015

VOORBEELD

Page 7: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 7

1. INLEIDING1.1 Aanleiding

Met het uitbreken van de recessie is de maatschappij en de manier hoe men erin verkeert veranderd. Waar de overheid (het Rijk, provincies en gemeenten) eerst initiator en daarna facilitator waren van ontwikkelingen moeten zij zich nu meer uitnodigend opstellen, wachtend op ontwikkelingen door derden.

Het is deze situatie die ervoor zorgt dat veel plekken in steden die voorheen sneller tot ontwikkeling kwamen, nu braak liggen of in verval zijn geraakt (sloopgaten in woonwijken, braakliggende bouwterreinen, etc). Ontwikkelaars wagen zich mondjesmaat aan (grootschalige) ontwikkelingen die grote voorinvesteringen vergen. Gemeenten missen de financiële draagkracht en de middelen om dergelijke projecten op zich te nemen en het Rijk heeft de meeste vormen van financiering opgeschort, of stoot het overschot aan te transformeren in onbruik geraakte ruimte (vastgoed) liever af.De recessie is nog niet voorbij, maar langzaam aan komen nieuwe projecten weer van de grond. Bouwprojecten, veelal op locaties buiten de stad die lang stil bleven liggen, vinden doorgang en de bouwsector kruipt langzaam aan weer uit het slop. Desalniettemin blijven juist de slecht te ontwikkelen of te transformeren locaties braak liggen en is een permanente oplossing voor deze plekken nog niet in zicht.

Dit vindt allemaal plaats in de openbare stedelijke ruimte, waar de burger ofwel bewonerveelal tegen een onaantrekkelijk stedelijk landschap staat te kijken. De burger is er qua beleving en wooncomfort de dupe van. Zij kijkt vanuit haar huis naar de leegte en moet door de onprettige “opsporing verzocht” omgeving van A naar B.Haaks op de niet ondernemende overheid en ontwikkelaar staat de veranderende en creatieve ideeën over de stedelijke ruimte van de burger en diens verankering in de samenleving. De burger blijkt zich niet neer te leggen bij de patstelling en neemt het heft in eigen hand.

De burger heeft haar wens naar meer recreatieve voorzieningen, uitingen, hang naar cultuurhistorie en zoektocht naar verdere personalisering, geütiliseerd en haar pijlen gericht op de braakliggende terreinen en andere ongebruikte ruimte in de stad.Op steeds meer plekken in steden ontplooien bewoners op de lokale (braakliggende) terreinen initiatieven. Deze initiatieven variëren van moestuinen en wijktuinen tot tijdelijke exposities, sportveldjes, parken of zelfs tijdelijke winkels in zeecontainers. Dit met het doel de leefbaarheid in de stad te vergroten door het geven van een kwaliteitsimpuls aan de stedelijke ruimte en de beleving daarvan.

Niet de overheid of de ontwikkelaar maar juiste de burger neemt het voortouw in het scheppen van zijn omgeving. Een zeer positieve verandering in de maatschappij. Een verandering die gewenst is door de overheid en ook gestimuleerd mag worden.

Al een aantal jaar worden er onderzoeken uitgevoerd en boekwerken volgeschreven die aangeven wat de verschillende inrichtingsmogelijkheden zijn voor braakliggende terreinen. De successen worden graag gevierd. Toch zijn er naast de gevierde successen ook genoeg mislukte pogingen om een braakliggend terrein tijdelijk in gebruik te nemen. Over deze mislukte pogingen wordt zelden gesproken. Enerzijds zeer begrijpelijk, het is niet leuk om te lezen over projecten die niet slagen, anderzijds jammer aangezien men daar wellicht het meeste van kan leren. Door onder andere hier op te focussen kan inzicht verkregen worden in ’het waarom’ van deze mislukkingen, waarom is dit project niet van de grond gekomen en welke processen speelden hier een rol in? Inzicht in deze processen kan leiden tot een veranderde en verbeterde aanpak waardoor tijdelijke initiatieven meer kans van slagen krijgen.

VOORBEELD

Page 8: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 8Braakliggend terrein, Waarderpolder, HaarlemVOORBEELD

Page 9: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 9

Deze rapportage is een uiteenzetting van een ontwerpend onderzoek en biedt handvatten voor iedereen die met (tijdelijke) burgerinitiatieven in aanraking komt.

1.3 Aanpak en leeswijzer

Het onderzoek is gestart met een interviewend onderzoek en een literatuuronderzoek. De interviews zijn afgenomen bij een uiteenlopend gezelschap dat werkzaam is binnen deze thematiek. De rollen van de geïnterviewden zijn verschillend. Er zijn Architectuurcentra geïnterviewd, woningstichting, overheden, Rijkswaterstaat en verschillende stichtingen die zich bezig houden met tijdelijkheid. Naast de interviews zijn er bijeenkomsten bezocht die dit onderwerp bespraken: onder andere het overleg Landelijke Architectuurcentra ’63, de IABR bijeenkomst “De diversiteit van de ruimte” en “Herbestemmen als gebiedsopgave” en architectuur lokaal bijeenkomst “gebruik de lege ruimte”.

Ze mag zich bezinnen op een nieuwe invulling van het vakgebied en nieuwe opgaven. De ontwerper meet zich een andere rol aan in het proces van het tijdelijk invullen van braakliggende terreinen en snipperlocaties. Gaandeweg dit onderzoek wordt daar verder op ingegaan.

1.2 Doel

Doel van dit onderzoek is om inzichtelijk te maken hoe deze braakliggende, in onbruik geraakte terreinen weer mee kunnen doen in de stedelijke context. Door betrokkenen te voorzien van de hulpmiddelen die ze nodig hebben om belemmeringen en onzekerheden weg te nemen wordt de slagingskans van tijdelijke projecten vergroot. Dit is nu van belang door de grote hoeveelheid aan braakliggende terreinen maar ook in een toekomst waarin de economie aantrekt. Lessen zijn geleerd, de overheid trekt zich meer terug en zal dat blijven doen. Ook binnen de samenleving is een paradigmashift ontstaan, de continue schaalvergroting is een duidelijke halt toegeroepen en men heeft meer en meer behoefte aan eigenheid, kleinschaligheid en betrouwbaarheid. Burgerinitiatieven zullen daar een belangrijk onderdeel van zijn.

Door burgers, overheden en ontwikkelaars duidelijk te maken wat er komt kijken bij het in gebruik nemen of geven van in onbruik geraakte grond en welke processen er spelen, wordt het eenvoudiger om dit soort gebieden te revitaliseren. Het inzichtelijk maken van wat er gedaan moet worden en wat de mogelijkheden zijn kan tevens de drempel verlagen om mee te werken aan tijdelijke initiatieven.

De Rijksbouwmeester heeft zich als doel gesteld nieuwe initiatieven en initiatiefnemers te ondersteunen die de dragers zijn van een vernieuwende bouwcultuur. Een cultuur die jonge ontwerpers stimuleert anders te denken en innovatieve plannen voor te stellen voor de diverse ruimtelijke opgaven die het land kent. Het tegengaan van langdurige leegstand in de stedelijke context is daarbij een belangrijke opgave. In opdracht van het Atelier is daarom een onderzoek gestart naar de processen en strategieën die spelen bij het tijdelijk in gebruik nemen van braakliggende terreinen. De rol van talentvolle jonge ontwerpers en de rol van het ontwerpend onderzoek zijn in dit proces van wezenlijk belang. Ook de rol van de ontwerper is veranderd met de recessie.

VOORBEELD

Page 10: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 10Lusthof XL, Den Haag VOORBEELD

Page 11: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 11

Na het onderzoek en het opstellen van het metroschema zijn in de derde fase van het onderzoek de strategieën getest. Door aan te schuiven bij opstartende initiatieven is gekeken of de aanpak werkt en waar eventuele aanscherping en verbetering vereist is. Er is daarbij actief deelgenomen aan verkenningen en soms zelfs de rol van ontwerper aangenomen om een bepaalde aanpak uit te proberen.

In hoofdstuk 10 worden de conclusies besproken van het onderzoek, de testcases, de metroschema’s en hoe deze functioneren als handvat voor tijdelijke initiatieven op braakliggende terreinen en snipperlocaties.

Binnen deze actoren en processen is er een belangrijke rol weggelegd voor de ontwerper, deze rol zal in hoofdstuk 6 besproken worden.

Om tot een nieuwe manier ruimtelijke ontwikkeling te komen zoals tijdelijke initiatieven op braakliggende terreinen is tevens een nieuwe manier van samenwerken nodig. Een samenwerking die in hoofdstuk 7 wordt beschreven.

Het onderzoek naar bovenstaande aspecten heeft geleid tot het ontwikkelen van verschillende strategieën die samen komen in de vorm van een overzichtelijke schematische weergave van de onderzochte ontwikkelprocessen. Dit zogenoemde metroschema vormt één van de hoofdconclusies van het onderzoek en biedt een handvat voor iedereen die met braakliggende terreinen en snipperlocaties werkt of in aanraking komt. De “metroschema’s” worden in hoofdstuk 8 besproken.

Hoofdstuk 9 gaat nog iets verder in op een aantal aspecten die in de metroschema’s naar voren komt. Aspecten die iets meer verdieping en uitleg verdienen.

Door met verschillende mensen de succesvolle en minder geslaagde processen te bespreken bij het in gebruik nemen van braakliggende terreinen werd inzicht verkregen in de actoren en factoren die daarin meespelen.Uit de interviews zijn een aantal belangrijke conclusies getrokken die in hoofdstuk 2 besproken zullen worden.

In de initiële onderzoeksopzet is er alleen uitgegaan van tijdelijke invullingen op braakliggende terreinen. Gaandeweg het onderzoek ontstond er een onderscheid tussen braakliggende terreinen en snipperlocaties. Het verschil in opzet en aanpak van braakliggende terreinen en snipperlocaties zal in hoofdstuk 3 verder uitgediept worden.

Uit de interviews is duidelijk geworden welke actoren kunnen worden gedefinieerd in het proces van tijdelijke transities, welke processen spelen en wat de juiste manier van samenwerken is om tot een tijdelijke invulling te komen. Deze actoren samen met de vooroordelen die spelen per actor worden uiteengezet in hoofdstuk 4. De processen waar de actoren een rol in spelen worden besproken in hoofdstuk 5.

VOORBEELD

Page 12: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 12Tijdelijk initiatief, Bartok park, ArnhemVOORBEELD

Page 13: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 13

2.2 Draagvlak & acceptatie

Zonder draagvlak en acceptatie is het onmogelijk om een tijdelijk initiatief van de grond te krijgen. Zorg daarom dat de mensen in de wijk achter het idee staan. Het is zelfs nog beter wanneer men zich met het idee kan vereenzelvigen en men het gevoel heeft dat het hun idee is. Maak iedereen in de omgeving van een projectlocatie moreel eigenaar door ze van begin af aan te betrekken en ook daadwerkelijk naar hen te luisteren.Draagvlak en acceptatie zijn niet alleen van belang bij het ontwikkelen van een tijdelijke invulling maar ook bij het weer verwijderen hiervan. Men moet beseffen dat iets tijdelijk is, voldoende en heldere communicatie omtrent de tijdelijkheid van een initiatief is in dat opzicht onontbeerlijk.

2.1 Van driehoeksverhouding naar vierkantsverhouding

Tijdens de interviews komt bij verschillende casussen naar voren dat er in de processen een drietal actoren spelen, ook wel de driehoeksverhouding genoemd. Waarbij elke actor uit meerdere personen kan bestaan. Opvallend is wel dat niet het aantal maar wel de rollen van de actoren per proces verschilde. Analyse van de verschillende actoren en hun rol in het proces heeft tot de conclusie geleidt dat er wellicht geen drie maar vier actoren zijn, waarbij actoren meer dan één rol kunnen vervullen. De vier actoren zijn de burger, de overheid, de eigenaar van de grond en de ontwerper. Er zijn situaties denkbaar dat actoren meerdere rollen hebben. Zo kan bijvoorbeeld de overheid gelijktijdig eigenaar van de grond zijn of is een burger tevens ontwerper of een andere professional die zich bezighoudt met de inrichting van de ruimte. Daarmee wordt het aantal actoren drie in plaats van vier. Het aantal rollen blijft echter vier. In hoofdstuk 8: De metro naar Tussenstad zal dit verder uiteengezet worden.

Uit het interviewend onderzoek en het literatuuronderzoek is een aantal belangrijke conclusies getrokken die van direct belang zijn voor het verdere verloop van het onderzoek. Deze conclusies worden hier kort beschreven. Voor een uitgebreidere uiteenzetting wordt verwezen naar het verslag van de eerste fase in de bijlage.

2. INTERVIEWEND ONDERZOEK EN LITERATUUR ONDERZOEK

VOORBEELD

Page 14: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 14

2.5 Veranderende ruimtelijke ordening

“Er lijkt steeds meer behoefte aan democratisering van het (tot voor kort) gesloten bastion van de ruimtelijke ordening” (Transitieteam-DTO, 2013). Een van de veranderingen die hieruit voort is gekomen is het ontstaan van tijdelijke initiatieven in de stedelijke context. Deze initiatieven kunnen de vastgelopen ruimtelijke ordening weer op gang helpen door lege, onaantrekkelijke plekken weer mee te laten doen in het stedelijk weefsel. De kracht schuilt in het organiseren van de vele individuele initiatieven en deze op een slimme manier in te zetten in én ze een samenhang te geven met de stad.

2.4 Maatschappelijke doorwerking & sociale cohesie

Dat het invullen van een in onbruik geraakt stuk grond een positieve invloed heeft op de sociale samenhang binnen een wijk lijkt iedereen het over eens te zijn. De bewoners in de wijk omarmen de invulling, zien de verbetering en pakken samen het initiatief op of nemen het over. Hierdoor ontstaat een soort wij-gevoel binnen een wijk wat ook een positieve invloed heeft op het gevoel van veiligheid in de buurt en dus de leefbaarheid vergroot. Men dient zicht wel te realiseren dat hiervoor wel een lange adem nodig is en iemand (of een groep) die het initiatief neemt en doorpakt, de schouders eronder zet en letterlijk de schop in de grond zet.

De analyse van vele verschillende projecten heeft aangetoond dat de maatschappelijke en sociale impact van een dergelijke gezamenlijke ingreep in een wijk erg groot kan zijn. Zorg daarbij dat de ingreep ook aansluit bij de wensen van de wijk en dat er voldoende draagvlak is.

2.3 Belang van het ontwerp

Elke locatie vraagt om een andere aanpak, het belang van het ontwerp bij een tijdelijke invulling verschilt daardoor ook per locatie en per project. Bij grotere locaties kan de rol van de ontwerper een grote meerwaarde zijn door niet alleen te zorgen voor een juiste invulling en aanpak maar ook door waarde toe te voegen door te zorgen dat de invulling de omgeving en de geest van de plek versterkt.Daarnaast kan de ontwerper wellicht een rol spelen als tussenpersoon, de ontwerper die zorgt dat de juiste paden bewandeld worden en het proces kan stroomlijnen. Door de aanpak van tijdelijke en flexibele ontwikkelingen onderdeel te maken van de hedendaagse stedenbouw en als zodanig onderdeel te maken van het huidige onderwijs, wordt het pallet van vaardigheden en de maatschappelijke rol van de ontwerper vergroot.

VOORBEELD

Page 15: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 15

2.6 Kraken en anti-kraken

Wanneer blijkt dat (alle voordelen hiervan ten spijt) er geen animo vanuit de grondeigenaar of overheid is om mee te werken aan een initiatief kan men overgaan naar: het gewoon doen. Het kraken van de openbare ruimte. Hier kleven wel een aantal risico’s aan. Kraken is illegaal en dus kan men in de problemen komen. Daarnaast kan men, door te kraken, kwaad bloed zetten waardoor toekomstige initiatieven per definitie niet van de grond zullen komen.

Alternatief op het kraken van openbare ruimte is een anti-kraak van de openbare ruimte. Ontwikkeld vanuit het anti-kraak principe dat al jaren voor bebouwing geldt kan de openbare ruimte voor een korte periode in bruikleen gegeven worden aan particulieren om daar (binnen gestelde regels en vergoedingen) een tijdelijk initiatief op te ontplooien.

De Raad voor de leefomgeving onderkent dat er een grotere behoefte is aan ruimte voor maatschappelijke initiatieven vanuit de samenleving. “Bewoners en ondernemers willen onderdelen van hun leefomgeving op eigen wijze vormgeven, los van overheid of maatschappelijke organisaties. Nu de overheid echter terugtreedt en er grenzen blijken aan marktwerking en schaalvergroting ontstaat er meer ruimte voor maatschappelijk initiatief.” In haar aanbevelingen geeft de raad onder andere aan dat de zelforganiserende kracht in de stedelijke samenleving beter benut dient te worden. Daarvoor moeten wel belemmeringen voor maatschappelijke initiatieven weggenomen worden. Het definiëren van verschillende strategieën om tot een tijdelijke invulling te komen en obstakels te overwinnen kunnen daar aan bijdragen.“Er moet dus een ontvankelijke houding worden ontwikkeld voor initiatieven vanuit de maatschappij.”

De maatschappij, ondernemers en bewoners kunnen veel sneller inspelen op de snel veranderende en dynamische wereld dan de overheid. Gebruik die flexibiliteit en zet die ontwikkelkracht in! Of ze nu tijdelijke of permanent is. Door de jaren heen is de ruimtelijke ordening alleen maar abstracter geworden. De particulieren vullen hiermee niet alleen de kloof in de steden op met initiatieven. Ze zorgen ook voor versmalling van de kloof tussen de ruimtelijke ordening en de samenleving. (Naar Guido Wallagh - wie maakt Nederland, jaar van de ruimte 2015)

VOORBEELD

Page 16: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 16 VOORBEELD

Page 17: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 17

Organisch wordt het uiteindelijke masterplan binnen en tussen de tijdelijke initiatieven gevormd (5).

Het eindbeeld is onzeker maar ook minder belangrijk aangezien de tussenbeelden eveneens aantrekkelijk zijn. Een gemeente kan zelf bepalen waar het de ontwikkeling stopt en wanneer. Ontstaat er een tussenvorm of wordt het gehele masterplan alsnog verspreid ontwikkeld (6).

INTERMEZZO 1 - SPOORZONE DELFT

Gaandeweg zal het gebied zich verder gaan ontwikkelen met een veelheid aan Delftse initiatieven (3). Er ontstaat röhring en sociale cohesie en het gebied wordt aantrekkelijker om te verblijven. Er ontstaat een aantrekkelijkere plek dan wanneer het een braakliggend terrein blijft. Op den duur zullen ontwikkelaars de plek herontdekken en zullen kavels ontwikkeld worden (4). Daarmee ontstaan ontwikkelde kavels in een netwerk van tijdelijke initiatieven.

Voor de spoorzone Delft is door Tussenstad een concept voor tijdelijke invulling ontwikkeld. Uitgangspunt van dit concept is dat de ontwikkeling van de spoorzone op den duur wel plaats zal vinden maar nu nog niet. Het concept voorziet in de aanleg van een minimaal raamwerk op basis van het bestaande masterplan (1).

Binnen dit raamwerk wordt de ongebruikte ruimte verkaveld in kleine kavels. Deze kavels worden in een anti-kraak constructie uitgegeven aan de Delftenaar. Op deze kavels mag veel, maar niet alles (2).

VOORBEELD

Page 18: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

18

BRAAKLIGGEND TERREIN

SNIPPERLOCATIE

VOORBEELD

Page 19: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 19

Voor beide soorten locaties geldt dat ze makkelijk op een betere manier een functie kunnen vervullen in het stedelijke weefsel en dat burgers en omwonenden daar met plezier een eigen invulling aan willen en kunnen geven. Braakliggende terreinen kunnen in eigendom van de overheid zijn maar ook in eigendom van een ontwikkelaar (of in sommige gevallen van een particulier). Het uiterlijk en de inrichting is over het algemeen rommelig en wordt door omwonenden als storend ervaren.

Bij snipperlocaties is de grond meestal in eigendom van de overheid en is ze reeds (eenvoudig) ingericht. Het gaat hier meestal niet om het uiterlijk van de inrichting maar de invulling die door omwonenden als onbevredigend wordt ervaren. De invulling van deze snipperlocaties en het beheer en onderhoud ervan kan dan door een burgerinitiatief opgepakt worden.

SnipperlocatieEen snipperlocatie is een locatie die verankerd is in het stedelijk weefsel en vrij toegankelijk kan zijn (bereikbaar danwel zichtbaar). Het is een restruimte in de stedelijke structuur, onderhouden en ingericht maar zonder een belangrijk deel te zijn van een groter geheel. Ze is echter wel van invloed op de sfeer van haar directe omgeving. Dergelijke locaties zijn vaak ook restruimtes geworden door ontwerpbeslissingen (bijvoorbeeld de ruimte tussen twee wegen of bouwwerken). Zij zijn wel onderdeel van de openbare ruimte en worden niet door hekwerken afgeschermd.

Gaandeweg het onderzoek is er een onderscheid ontstaan in locaties die voor (tijdelijke) invulling door burgerinitiatieven in aanmerking komen. Enerzijds zijn braakliggende terreinen zeer geschikt voor tijdelijke invulling, anderzijds worden er ook veel snipperlocaties door burgerinitiatieven anders ingevuld. Tijdelijk danwel permanent. De aanpak voor braakliggende terreinen is op sommige aspecten significant anders dan de aanpak voor snipperlocaties. Daarom is een onderscheid gemaakt tussen braakliggende terreinen en snipperlocaties.

Braakliggend terreinEen braakliggend terrein is een onbebouwd terrein zonder functionele invulling, dat niet of minimaal wordt onderhouden, niet of beperkt toegankelijk is en als gevolg daarvan niet aansluit bij de openbare ruimte. Vaak zijn hier wel reeds handelingen verricht voor de realisatie van een bepaalde invulling. Een braakliggend terrein kent meestal een gewenste invulling die door (financiële) aspecten op dit moment geen doorgang vindt. Zij zijn geen onderdeel van de openbare ruimte en worden veelal door hekwerken afgeschermd.

3. BRAAKLIGGEND TERREIN VERSUS SNIPPERLOCATIE

VOORBEELD

Page 20: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 20Tijdelijk initiatief, Strijp S, EindhovenVOORBEELD

Page 21: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 21

4. ACTOREN EN VOOR(OOR)DELEN

OntwerperDefinitie: Professional met kennis van ontwerpen, planvorming en processen. Hij weet hoe hij met een overheid en ontwikkelaar om moet gaan. Het is iemand die een burger bij kan staan bij het tijdelijk in gebruik nemen van een locatie. Bijstaan wat betreft communicatie, ontwerpend vermogen, inspiratie, raad & daad.

Vooroordeel: De ontwerper zit vaak nog in zijn oude rol van visionair, hij ontwerpt. Een ondersteunende rol bij dergelijke initiatieven wordt vaak niet aan een ontwerper toebedacht.

Voordeel: De ontwerper kent het klappen van de zweep, kan burgers op sleeptouw nemen. Hij heeft ervaring met omgang met gemeente, andere overheden, ontwikkelaars en weet van bestemmingsplannen en regelgeving. Door participatie in deze processen kan hij veel ervaring op doen en naam maken. Met zijn ontwerpend vermogen kan hij tevens zorgen dat de tijdelijke invulling ook aantrekkelijk wordt, goed ingepast is en een daadwerkelijke meerwaarde aan de wijk toevoegt.

BurgerDefinitie: De burger is een persoon of een groep, een initiatiefnemer met een wens om een (tijdelijke) invulling op een niet ingerichte of in gebruik zijnde locatie te krijgen.

Vooroordeel: De burger ziet veel obstakels en ervaart vaak veel belemmeringen om een plek (tijdelijk anders) in te vullen. De burger weet vaak niet wat er geregeld moet worden, wat er bij komt kijken en bij wie ze moeten zijn voor vragen en antwoorden. Daarnaast heerst vaak het (niet onterechte) vooroordeel dat de gemeente en de eigenaar toch niet mee willen werken.

Voordeel: De burger krijgt steeds meer ruimte in een maatschappij waar de overheid faciliterend wordt en de ontwikkelaar met zijn ontwikkelingen achter blijft. Vanuit de overheid komt een steeds harder wordende oproep om een actieve houding van de burger.Samenwerkende burgers versterken de cohesie en samenhang in een wijk.

Tijdens het interviewend onderzoek is in meerdere gesprekken naar voren gekomen dat er sprake is van een viertal actoren die met elkaar samenwerken tijdens dit proces. Deze actoren zijn:

• de burger• de ontwerper• de overheid• de eigenaar

Opvallend is dat al deze actoren bepaalde vooroordelen hebben die in de weg staat van het laten slagen van tijdelijke initiatieven. Deze vooroordelen zijn vaak niet terecht en blijken er vaak meer voordelen aan een (tijdelijke) andere invulling te kleven dan vooroordelen. Dit moet echter beter tussen de oren komen, bewustwording is daarbij een eerste stap.Alvorens de actoren en de processen samen te behandelen dient eerst een definitie te worden opgesteld van de verschillende actoren , welke rol deze aanneemt en welke vooroordelen er spelen. Naast de vooroordelen zijn ook de voordelen uiteengezet. VOORBEELD

Page 22: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 22

Door het toestaan van tijdelijke initiatieven participeert de burger in de samenleving en wordt de onderlinge band tussen gemeente en burger versterkt. De gemeente kan de vruchten plukken van deze band door burgerparticipatie in te zetten voor kleinschalige beheer en onderhoudswerkzaamheden.

Voordeel: Tijdelijk invullen creëert goodwill onder de bevolking en verstevigt de politiek. Sociale cohesie binnen een wijk verbetert doordat wijkbewoners tezamen projecten oppakken en doorpakken. Er ontstaat samenhang en röhring in een wijk, ontwikkelingen zullen eerder van de grond komen en huizenprijzen kunnen hiervan profiteren doordat een wijk aantrekkelijker wordt om in te wonen.Op het gebied van regelgeving zijn er meerdere nieuwe aanpassingen die een tijdelijk initiatief mogelijk maken. Zie voor relevante regelgeving hoofdstuk 9.

OverheidDefinitie: Instantie die op bestuurlijk niveau lokaal, regionaal of landelijk beleid uitvoert waarbij de openbare ruimte één van de thema’s is (en dus ook de tijdelijke invulling ervan).

Vooroordeel: De overheid ziet veel beren op de weg als het gaat om inpassing van de tijdelijke invulling binnen de bestaande regelgeving. Ook zijn overheden huiverig omdat men bang is dat zij aansprakelijk zullen worden gesteld als er iets misgaat. Daarnaast bestaat het beeld dat tijdelijke invullingen moeilijk te verwijderen zijn, dat het de overheid altijd geld gaat kosten en dat men vaak niet bekend is met de regelgeving die er geldt voor braakliggende terreinen en het tijdelijk in gebruik nemen ervan.

VOORBEELD

Page 23: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 23

Daarnaast creëert het toelaten van een tijdelijke invulling een imago verbetering voor de ontwikkelaar en goodwill. Door media-aandacht aan de invulling te geven krijgt de projectlocatie meer aandacht en daarmee een grotere kans om sneller ontwikkeld te worden.Een sociaal aantrekkelijke en actieve wijk maakt een wijk ook aantrekkelijker om in te wonen. Op den duur zouden de huizenprijzen hier wellicht ook van kunnen gaan profiteren. Dit is met name interessant indien een ontwikkelaar (of corporatie) meer bezit heeft in een specifieke wijk.

Voordeel: In een wijk waar in onbruik geraakte, braakliggende plekken worden gerevitaliseerd door middel van burgerinitiatieven ontstaat meer röhring en levendigheid. De sociale cohesie wordt versterkt, verrommeling vermindert en de wijk wordt aantrekkelijker om in te wonen. Daarmee wordt de braakliggende locatie zelf ook aantrekkelijker om te ontwikkelen. De tijdelijkheid en andere onderlinge afspraken zijn eenvoudig vast te leggen in een overeenkomst. De laatste wijziging van het Bor (Besluit omgevingsrecht) maakt het tevens eenvoudiger om tijdelijke initiatieven mogelijk te maken.

EigenaarDefinitie: Eigenaar van de tijdelijk te gebruiken grond. Instantie met een toekomstige claim op het stuk grond dat tijdelijk in gebruik genomen kan worden.

Vooroordeel: De eigenaar denkt vaak dat een tijdelijke invulling zich moeilijk van de locatie laat verwijderen wanneer hij over de gronden wenst te beschikken. Tijdelijk invullen kost geld en tijd, die investering wil men niet maken. Ook is de eigenaar vaak weinig bekend met de regelgeving wat voor onzekerheid zorgt, ze zien de meerwaarde niet in van een tijdelijk initiatief.

VOORBEELD

Page 24: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 24Illustraties New Babylon VOORBEELD

Page 25: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 25

INTERMEZZO 2 - HOMO LUDENS 2.0

In 1956 introduceerde hij zijn visionaire denkbeeld over de mens en haar maatschappij. In “New Babylon” worden de mogelijkheden van de Homo Ludens gevoed door de ruimte die de stad en stedelijke ontwikkeling hen biedt. De huidige maatschappij, de opbouw van de stedelijke structuur zijn verre van wat Constant Nieuwenhuis in zijn concept beschrijft. De instelling van de mens zelf reikt echter wel degelijk richting zijn concept, zij gebruikt de stad en stedelijke structuur van nu voor haar wensen. In een bepaalde zin ook aangewakkerd door de “mogelijkheden” die de hedendaagse stad hen biedt. In dat opzicht zijn er in de huidige maatschappij en de manier hoe de mens erin staat meer parallellen naar de Homo Ludens te trekken dan in eerste instantie bedacht.

De huidige maatschappij en de fase waarin deze zich bevindt heeft weinig weg van New Babylon. Met het uitbreken van de recessie is de maatschappij en de manier hoe men erin verkeert veranderd. Rijk, provincie en gemeenten stellen zich uitnodigend op en ondernemers wachten af. Dit zorgt voor een stedelijke structuur van leegstand en braak.

Niet het Rijk of de ontwikkelaar maar de bewoner neemt het voortouw in het scheppen van zijn of haar eigen omgeving. Een zeer positieve verandering in de maatschappij. Een verandering die interessante parallellen heeft met een concept over de zelf scheppende mens van Constant Nieuwenhuys.

In 1956 introduceert de kunstenaar en architect Constant Nieuwenhuijs een concept genaamd New Babylon. Hierin spreekt hij over de opkomst van de Homo Ludens: de spelende mens. De mens die zijn leven inricht met als doel zijn eigen creativiteit ten volste en naar eigen zinnen te ontplooien, een mens die zijn eigen omgeving schept en verandert naar zijn eigen wensen. In de geschiedenis van de mens is deze nooit vrij geweest, vrijelijk creatief, welhaast het gehele leven is bepaald, besloten.

Constant Nieuwenhuijs stelt een maatschappij voor waarin ieder mens vrij is om zijn eigen leven te creëren volgens zijn diepste wensen. Homo Ludens zal zijn omgeving veranderen, transformeren, recreëren naar zijn eigen behoeften. De wereld zal dus bestaan uit een ongestoord creatief proces, in stand gehouden door creativiteit in het algemeen dat zich manifesteert in alle domeinen van activiteiten. Volgens Nieuwenhuijs kan ware vrijheid niet bestaan zonder creativiteit.

VOORBEELD

Page 26: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 26 VOORBEELD

Page 27: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 27

Ook zorgt de ontwerper ervoor dat ingrepen esthetisch verantwoord zijn waardoor ontwikkelaars en gemeente mogelijk eerder met een initiatief akkoord gaan.

Door de ontwerper tussen de burger en de overheid/ontwikkelaar te plaatsen ontstaat een synergie waarmee processen gaan lopen en men samen initiatieven kan ontplooien. Hierdoor ontstaat kennis en ervaring bij de overheid en ontwikkelaar waardoor zij later makkelijker in dusdanige initiatieven willen participeren. De burger krijgt door omgang met de ontwerper meer kennis van het proces en hoe deze richting overheid moet communiceren en welke paden te doorlopen. Daardoor kunnen toekomstige initiatieven sneller en makkelijker opgezet en gerealiseerd worden.Voor de ontwerper ontstaat naamsbekendheid, een netwerk, kennis en ervaring in het veld waarmee een sterk CV opgebouwd kan worden. Bovenal zorgen ontwerper, burger, overheid en eigenaar/ontwikkelaar tezamen dat Nederland een stuk aantrekkelijker kan worden door locaties naar eigen wens en inzicht in te richten.

De burger heeft de overheid en de eigenaar van het perceel nodig om haar initiatief tot ontwikkeling te brengen. Waar bij de burger vaak de kennis van een deugdelijke aanpak iets wat beperkt is, hebben gemeente en ontwikkelaar/eigenaar beperkte middelen, kennis van tijdelijkheid, mankracht en budget om dergelijke projecten op voorhand te steunen. Daarnaast kunnen politieke overwegingen meespelen. De burger staat daardoor nog te vaak voor een gesloten deur als het gaat om een burgerinitiatief. De overheid laat zich hierin tevens leiden door vragen over aansprakelijkheid bij een calamiteit op een stuk grond waarvan zij de eigenaar is. De overheid neemt liever zo min mogelijk risico’s omdat zij als eerste zal worden aangesproken in het geval dat er iets mis gaat.

De ontwerper, vormt een belangrijke spil in dit proces. Hij staat tussen de burger aan de ene kant en de overheid en de eigenaar van de gronden aan de andere kant in en kan beiden van dienst zijn. De ontwerper kan zorgen voor de juiste communicatie tussen burger en overheid/ontwikkelaar. De ontwerper is het vliegwiel ofwel de aanjager in dit proces. De ontwerper zorgt ervoor dat de wensen van de burger vertaald worden in daden, dat overheid en ontwikkelaar de voordelen zien van tijdelijkheid en men vooruit komt.

5. PROCESSENIn voorgaand hoofdstuk is aangegeven dat er 4 actoren zijn die door hun vooroordelen het proces van tijdelijk initiatieven kunnen verstoren. Ook is duidelijk geworden dat naast vooroordelen makkelijk een aantal voordelen geplaatst kan worden. Om een tijdelijk initiatief te laten slagen zullen al deze actoren hun rol binnen de ruimtelijke planvorming vanuit de voordelen moet gaan spelen en de vooroordelen achter zich moeten laten. Door de rollen tevens op een andere manier ten opzichte van elkaar te positioneren gaan processen lopen en elkaar versterken in plaats van elkaar frustreren.

Het is vaak het geval dat een burger een idee heeft voor een braakliggend terrein of een snipperlocatie. Hij weet echter niet hoe hij dit idee tot uitvoering kan brengen. Weet niet welke paden moeten worden bewandeld, bij wie aangeklopt moet worden en wat slim is om te doen danwel te laten. Deze veelheid aan vragen zorgt ervoor dat de burger het idee vaak laat voor wat het is. Een gebrek aan een visie en plan van aanpak maakt dat de daadwerkelijke stap vaak niet gezet wordt. En als deze stap gezet wordt dan komt het vaak voor dat een gemeente niet weet hoe met een dusdanig initiatief om te gaan en daarmee het initiatief strandt (al dient er wel gezegd te worden dit van gemeente tot gemeente verschilt).

VOORBEELD

Page 28: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 28Pluktuin op snipperlocatie, Bergselaan, RotterdamVOORBEELD

Page 29: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 29

6. ROL VAN DE ONTWERPER

• Draagvlak creëren. Deze visie kan gebruikt worden om draagvlak te creëren. Draagvlak onder omwonenden, burgers, ontwikkelaar en gemeente die nodig is om een tijdelijke invulling van de grond te krijgen.

• Agenderen, contact onderhouden met de gemeente. De ontwerper weet hoe hij de wegen van overheden en ontwikkelaars dient te bewandelen. Hij kan op de juiste manier de initiatieven bij de gemeente agenderen en zorgen dat de juiste mensen met elkaar in contact komen.

• Sturen. Naast agenderen weet de ontwerper ook wat wel en niet te doen binnen een proces. Zo kan hij voor enige sturing zorgen waardoor het proces beter loopt en onnodige zijwegen vermeden worden. Tevens kan hij vanuit zijn ervaring met vergelijkbare projecten de wederzijdse verwachtingen op elkaar afstemmen.

De ontwerper kan op verschillende manieren zijn rol opeisen.

• Onderzoeken. De ontwerper heeft de vaardigheden om te onderzoeken wat er in een wijk nodig is, wat er mist en hoe dit samen met bewoners het beste verkregen kan worden.

• Inspireren & tekenen. Om een idee goed over het voetlicht te krijgen kan een ontwerper inspireren, het palet aan mogelijkheden door middel van aantrekkelijke tekeningen duidelijk maken en overbrengen.

• Ontwerpen & inpassen. Een stap verder dan het inspireren & tekenen kan de ontwerper ook zijn ontwerpvaardigheden gebruiken. Dit zal vooral aan de orde zijn bij complexere situaties die om enig maatwerk vragen. De aanwezigheid van een ontwerper schept daarbij ook vertrouwen bij de andere actoren dat er een aantrekkelijk en haalbare ontwikkeling plaats gaat vinden.

• Visievorming. Door een duidelijke visie te formuleren die het verhaal en de ingreep duidelijk in context plaatst en overtuigend werkt kan een gemeente en ontwikkelaar beter overtuigd worden van de meerwaarde die een bepaalde invulling heeft. Daardoor heeft een tijdelijke invulling een grotere kans van slagen.

Bij tijdelijke initiatieven krijgt de ontwerper een andere rol dan hij de afgelopen decennia heeft verworven. Naast visionair, ontwerper en creatief brein kan hij zich hier ontwikkelen tot een verlengstuk van de burger en overheid en op een totaal nieuwe manier invulling geven aan de openbare ruimte. Niet als groot visionair en ontwerper van grote projecten maar als slim strateeg. Een slim strateeg die weet hoe hij met bewoners, overheid en ontwikkelaar om moet gaan en ook kan garanderen dat de tijdelijke invulling op een esthetische wijze wordt ingepast en daardoor de directe omgeving verstrekt en waarde toevoegt.

Aangezien overheid en ontwikkelaar weten dat de ontwerper kennis van zaken heeft zullen deze ook eerder met een burger in zee gaan omdat zij het vertrouwen erin hebben.

VOORBEELD

Page 30: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 30

Van onderop, oktober 2014www.nu.nl, 8 december 2014VOORBEELD

Page 31: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 31

7. NIEUWE MANIER VAN SAMENWERKENEen voorbeeld van een participatief proces is hier gevisualiseerd. Een gemeente of ontwikkelaar heeft een plan, hier gevisualiseerd door een karretje met rode Legoblokjes, voortgeduwd door de eigenaar (rode mannetje). Gaandeweg het proces kunnen anderen hun ideeën aan het plan toevoegen wat gevisualiseerd wordt door de anders kleurige blokjes. Mocht een kleur de eigenaar van het plan niet aanstaan zal hij deze de kleur weer verwijderen. Aan het einde van de rit bestaat het ontwerp in het karretje uit het initiële ontwerp, her en der aangevuld met slimme ideeën van derden. Voordeel hierbij is dat het ontwerp gegarandeerd voldoet aan de eisen die de gemeente of ontwikkelaar eraan gesteld heeft, de burger heeft daarbij inspraak gehad en kan zich hopelijk in het idee vinden. Nadeel zal zijn dat de burger niet het gevoel heeft dat het zijn idee is en zal zich er moeilijker mee kunnen vereenzelvigen. Het draagvlak voor het plan is dun. De burger die zijn ideeën niet in het uiteindelijke plan terug ziet voelt zich niet serieus genomen en zal in een toekomstig plan minder snel een participatieve instelling innemen.

Een dergelijke nieuwe rolverdeling vraagt ook om een nieuwe manier van samenwerken. De term die in dit onderwerp veel gebezigd wordt is burgerparticipatie. Burgerparticipatie is daarbij wellicht even uitgekauwd als ongeschikt. De term co-creatie blijkt beter te zijn maar ook in deze aanpak zitten aspecten die een werkelijk burgerinitiatief kunnen frustreren. Om een burgerinitiatief te laten slagen stellen wij een nieuwe vorm van aanpak voor naast burgerparticipatie en co-creatie. Om deze uit te leggen worden tevens de andere twee uiteengezet.

7.1 Burgerparticipatie

Participatie van burgers is er in veel vormen. Kern van een participatieve insteek is dat een burger dingen kan toevoegen, veranderen in verschillende stadia van de planvorming. De gemeente of de ontwikkelaar blijven eigenaar van het plan. De burger mag mee-denken, mee-weten en inspreken.

VOORBEELD

Page 32: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 32

7.2 Co-creatie

Co-creatie is een samenwerkingsvorm die de laatste jaren sterk in opkomst is en op veel manieren wordt ingezet. Kern van co-creatie is dat men samen tot het idee komt. Er is geen eenduidige eigenaar, iedereen is eigenaar. Er is geen duidelijk plan, er is een wens en een richting.Dit kan gevisualiseerd worden door een lege kar waar zich nog geen idee of ontwerp in bevindt. Achter de kar staan alle betrokkenen en tezamen duwen ze de kar voort. Gaandeweg het proces worden samen alle ideeën aan de kar toegevoegd in de vorm van verschillende kleuren. Iedere persoon achter de kar heeft zijn eigen gelijkwaardige inbreng in de kar. Aan het einde van de rit bestaat het ontwerp uit iets wat iedereen samen heeft gemaakt en waar iedereen zich in zal kunnen vinden.Voordelen zijn dat het draagvlak bij een dusdanige aanpak erg groot is, het is namelijk een plan van iedereen. Nadelen zijn dat een daadwerkelijk eindproduct moeilijk van tevoren in te schatten en dus wat onzeker is en dat ook van gemeente en ontwikkelaar een grote inzet gevraagd wordt, evenals van de burger.

VOORBEELD

Page 33: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 33

Voordeel bij deze aanpak is dat het draagvlak optimaal is aangezien het idee van de burger of burgers is wat zal worden uitgewerkt. Daarnaast is de kwaliteit gewaarborgd door de aanwezigheid van een ontwerper vanaf het begin van het proces, daarnaast is de te investeren tijd van de gemeente kleiner dan bij de andere twee varianten. Doordat het plan van de burger is, is ook het draagvlak voor het plan groot. Hierdoor willen burgers ook eerder meewerken aan een plan en deze ook onderhouden. Men werkt liever aan een plan dat zelf bedacht, ontwikkeld en gerealiseerd is dan aan een plan wat van iemand anders is.

7.4 Kanttekening

Bij een burgerinitiatief dient wel een kanttekening te worden geplaatst. De aanpak wil niet zeggen dat de burger op alle vlakken van planvorming op deze manier ingezet kan worden. De lokale overheid is verantwoordelijk voor de grote visies, de grote plannen en de stip op de horizon. Deze aanpak is zeer geschikt voor kleine burgerinitiatieven en kleine ruimtelijke ingrepen. Wanneer verantwoordelijkheden toenemen zullen ook de rollen van ontwerpers moeten toenemen.

7.3 Burgerinitiatief

Burgerparticipatie en co-creatie hebben beide goede aspecten in zich maar lenen zich niet voor de aanpak van een burgerinitiatief. Daarom wordt hier een derde aanpak geïntroduceerd: het burgerinitiatief. De burger heeft een idee, een ontwerp, een wens, Gevisualiseerd door het halfvolle karretje met groene Legoblokjes. Ze weet echter niet waar ze heen moet en wat de juiste route is. Door de ontwerper toe te voegen aan het burgerinitiatief kan het initiële idee van de burgers met behulp van de ontwerper de juiste kant op gaan en kan het burgerinitiatief door de burger op de juiste manier uitgewerkt worden. De ontwerper zorgt dat het idee van de burger dusdanig ingevuld is dat gemeente en de eigenaar van het perceel zich er in kunnen vinden en de ontwerper zorgt ervoor dat de juiste route bewandeld wordt. Gaandeweg het proces kunnen de eigenaar van het perceel en overheid belangrijke aspecten toevoegen aan het plan om het ook voor hen aanvaardbaar te maken. In die zin wordt burgerparticipatie omgekeerd naar gemeentelijke participatie, de gemeente mag meedenken met de plannen van de burger.

VOORBEELD

Page 34: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 34Lusthof XL, Den Haag VOORBEELD

Page 35: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 35

8. DE METRO NAAR TUSSENSTAD

Ook zijn er in het schema centrale momenten opgenomen. Deze momenten geven weer dat er gezamenlijk (in bijvoorbeeld workshop verband) belangrijke stappen gezet dienen te worden.

Het metroschema verandert wanneer het initiatief niet vanuit de burger komt maar bijvoorbeeld vanuit de overheid. Dit kan het geval zijn wanneer de gemeente het beheer van gemeentelijke snipperlocaties aan burgerinitiatieven wil overlaten. Ook kan het zo zijn dat een eigenaar op zoek is naar een tijdelijke invulling voor een braakliggend terrein. Per actor die het initiatief neemt worden bepaalde stations niet aangedaan. Zij zijn dan ook niet van belang voor die actor en die situatie. Alle andere stations worden wel aangedaan omdat ze van belang zijn maar mogen (wanneer de situatie zich ervoor leent) ook overgeslagen worden. In het metroschema zijn de stations die niet aangedaan hoeven te worden transparant weergegeven.

Er zijn ook stations waar een overstap of connectie met een tweede metrolijn is. Dit geeft aan dat het op dit punt aan te raden is de andere actor, gevisualiseerd door een andere metrolijn, erbij te betrekken. Bij deze acties is de hulp en kennis of mening van een andere actor nodig om het

proces in goede banen te leiden.

Over de hele metrolijn zijn er meerdere stations maar ook zones. De zones bepalen het moment van het proces waarin men zich bevindt: ideefase ofwel opstartfase, ontwerpfase ofwel initiatiefase, regelingsfase en gebruiksfase. Aan het eind van een zone zit een keuzemoment of een go/no-go moment.

8.1 Metroschema’s

De verschillende actoren, processen, te doorlopen stappen en locaties zijn samengevoegd in een “metroschema”. Dit metroschema toont voor de verschillende actoren welke stappen er ondernomen moeten worden en wie men bij welke stappen nodig heeft.

Elk metroschema bestaat uit 4 metrolijnen. Deze 4 metrolijnen behandelen de 4 actoren: burger, ontwerper, overheid, eigenaar. Gaandeweg de metrolijn komt de initiatiefnemer bij verschillende stations. Elk station staat voor een actie, beslispunt, of andere keuze in het proces. Door de metrolijn af te “rijden” komt men langs alle stappen die gezet moeten worden om tot een tijdelijke invulling te komen.

metrolijnen

overstapstations

zone

centraal moment

VOORBEELD

Page 36: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 36Tijdelijke kunst expositie op lege locatie, winkelcentrum Presikhaaf ArnhemVOORBEELD

Page 37: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 37

Ook de vraag of er behoefte is aan een ontwerper hangt af van de grootte en complexiteit van het proces. Bij start van het project kan dit goed beoordeeld worden.

Hieronder worden de stappen ofwel stations van het metroschema uiteengezet en nader toegelicht. Het betreft het schema voor een burgerinitiatief op een braakliggend terrein. De overige 7 metroschema’s met andere actoren en situaties worden in de bijlage getoont. Het metroschema toont alle stappen die voor alle situaties en actoren gelden. Maar wanneer ze niet voor een actor van belang is, wordt de stap in het grijs weergegeven en is er geen station op een metrolijn. Bij een andere actor zal deze stap wel van belang zijn en dus ene station hebben.

Vooral bij snipperlocaties kan de omvang van de locatie sterk variëren. Afhankelijk van de locatie is een workshop (zoals hieronder beschreven) overbodig. Bij kleine locaties kan een verkennend gesprek met de betrokken partijen voldoende blijken om een initiatief van de grond te krijgen. Mocht dat zo zijn dan kan de workshop achterwege gelaten worden, de verkenning zal dit uitwijzen. Afhangende van de omvang van de locatie zijn er meer aspecten uit het metroschema die minder uitvoerig kunnen zijn. Bij een moestuintje op een gemeentelijk plantsoen van 10 m2 zal de behoefte aan een overtuigende visie, presentatie aan de raad en dergelijke veel minder belangrijk blijken te zijn. Voor een invulling van bijvoorbeeld een strook langs een spoorlijn is meer behoefte aan een overtuigende en overkoepelende visie.

Aangezien de aanpak anders is per actor, is voor iedere actor het metroschema verschillend. Daarbij komt ook dat de aanpak voor een braakliggend terrein verschilt van de aanpak voor een snipperlocatie. Dit heeft geresulteerd in een metroschema wat voor 8 verschillende situaties bruikbaar is, te weten:

1. burgerinitiatief op een braakliggend terrein,2. overheidsinitiatief op een braakliggend

terrein,3. ontwerpersinitiatief op een braakliggend

terrein,4. eigenaarsinitiatief op een braakliggend

terrein,5. burgerinitiatief op een snipperlocatie,6. overheidsinitiatief op een snipperlocatie,7. ontwerpersinitiatief op een snipperlocatie,8. eigenaarsinitiatief op een snipperlocatie.

Het kan zo zijn dat een actor in het proces meerdere rollen heeft. Zo kan een overheidsinstantie ook de eigenaar zijn van de betreffende grond of kan de burger met het initiatief ook ontwerper zijn. Dit verandert niets aan het aantal te doorlopen stappen (stations) in het metroschema, het zorgt er wel voor dat 2 metrolijnen tot dezelfde actor behoren en dat daarmee bepaalde stappen snel of makkelijk genomen worden.

VOORBEELD

Page 38: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 38

DE METRO NAAR TUSSENSTAD

VOORBEELD

Page 39: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 39VOORBEELD

Page 40: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 40

Ideevorming:Uitkristalliseren van de wens in een werkbaar projectvoorstel. Spiegel je initiële idee met de mensen om je heen, buren, vrienden familie, betrokkenen. Voel hun reactie aan en pas eventueel je eerste idee daarop aan.

Bepaal locatie met transformatiewens:In plaats van te redeneren vanuit een wens kan ook worden geredeneerd vanuit een locatie. De gemeente of eigenaar heeft een locatie met een transformatie wens. Hier wil zij graag een burgerinitiatief ontwikkeld zien. Wat sluit hierop aan en zijn er initiatieven te verzinnen die hierbij aansluiten.

Inventariseer wensen:Praat over het idee met andere betrokkenen, informeer elkaar, zorg voor kruisbestuiving, luister naar elkaars wensen en plannen, misschien kunnen die aanhaken of vullen ze elkaar aan. Laat het idee groeien, zorg dat het een idee is van alle mensen die ermee aan de slag gaan. Daarmee wordt draagvlak gecreëerd wat op de lange termijn erg kostbaar kan blijken.

idee fase/opstartfaseDeze fase behelst de opstart. Er is een idee. Voordat je hiermee naar buiten treedt spreek je hierover met je vrienden, kennissen, buren waarmee je je idee verder vormgeeft en fijn slijpt totdat het zo ver is dat je de boer op gaat om medestanders te vinden voor je plan. Tijdens deze fase zal tevens voor het eerst contact gelegd worden met andere actoren die een belang hebben op of bij het ontwikkelen van de locatie. Als het lukt deze belangen zo te stroomlijnen dat er een gemeenschappelijk doel ontstaat waar alle belanghebbende partijen achter staan, kan doorgegaan worden naar de volgende fase. Het resultaat van de idee fase is een aangescherpte visie waarin alle betrokken partijen zich kunnen vinden. Alle neuzen staan dezelfde kant op. Verwachtingen zijn uitgesproken. De afspraken vormen een solide basis om het gewenste initiatief van de grond te krijgen of in ieder geval nader te onderzoeken. Het eind van deze fase vormt tevens het eerste GO/NO-GO moment.

8.2 De Metro naar Tussenstad

Werking van het metroschemaHet proces start met een wens, meestal geboren uit ongenoegen, om de omgeving te transformeren. Vanuit die wens is het metroschema opgebouwd. Het bevat acties, is onderverdeeld in fases en geeft aan met welke actoren je wanneer te maken kan krijgen. Al is elk proces anders en zal in lang niet elk proces dezelfde, laat staan alle, stappen doorlopen moeten worden, het geeft wel een indicatie van de te verwachten stappen die doorlopen moeten om tot een succesvolle, al dan niet tijdelijke, invulling te komen.

VOORBEELD

Page 41: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 41

Bepaal actieve bewoners:De wijkcoördinator weet welke personen in de wijk belangrijk zijn. Belangrijk als het gaat om communicatie, om het mobiliseren van de rest van de wijk en om het nodige te regelen in de wijk. Deze persoon heeft vaak een groot netwerk binnen de wijk wat kan worden aangewend om draagkracht te verkrijgen.

Raadpleeg belanghebbenden:Bespreek de visie met andere belanghebbenden in het proces. Belanghebbenden die betrokken zijn bij de locatie. Dit kunnen de eigenaren van de grond zijn, de gemeente of een buurtraad, wijkplatform. (Denk hierbij aan een krachtenveld analyse, welke mensen hebben iets over deze locatie te vertellen).

Visievorming:Motiveer je transformatiewens: wat, hoe en waarom hier. Wat is de meerwaarde voor omwonenden, voor de eigenaar, voor de gemeente, voor het gebied en voor de initiatiefnemer. Bundel dit in een visie tezamen met sprekende beelden. De visie is meer dan een eerste idee: het plan is al verder uitgewerkt, er is reeds over haalbaarheid nagedacht. Bij een sterk en haalbaar initiatief met een heldere visie zal de omgeving van de initiatiefnemer positief reageren op het idee. Mede omdat men reeds op de hoogte is.

Contact wijkcoördinator:De wijkcoördinator (indien aanwezig) kent de wijk, weet wat er speelt en weet welke mensen er betrokken dienen te worden bij een bepaalde locatie en kan deze helpen mobiliseren.

Inspireer: Breng mensen in beweging, maak ze enthousiast voor je plannen, gebruik overtuigingskracht. Maak het plan van waarde voor iedereen, zorg dat men het plan begrijpt en omarmt.

Betrek ervaringsdeskundige:Zorg voor ondersteuning van iemand met ervaring met het onderwerp tijdelijke invulling. Deze persoon kent het klappen van de zweep, weet waar op moet worden gelet en vergroot aldus de kans op slagen van het initiatief. Mogelijk dat deze persoon kan helpen bij het zoeken naar actieve burgers om een transformatiewens van een gemeente of eigenaar tot uitvoer te krijgen.

Teken en verbeeld:Tastbaar en beeldend maken van het idee, wat moet er komen, wat kan er, hoe zou dit eruit kunnen komen te zien. Zorg voor een overtuigend beeld met een verhaal en een concept. Neem contact op met een ontwerper deze kan hierbij helpen om zo een overtuigend initiatief te vormen.

VOORBEELD

Page 42: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 42

Opstellen 1e plan van aanpak:Stel een plan van aanpak op waarin de te volgen stappen staan, wie doet wat, wat mag van hen worden verwacht. Leg ook de verwachtingen naar elkaar toe vast. Zorg dat er een persoon is die zorgt voor de communicatie naar de wijk toe, mensen weet te mobiliseren en draagvlak en goodwill kan creëren.Uitgangspunten, doelen en verantwoordelijkheden worden uitgesproken.Leg alle gemaakte afspraken vast zodat een ieder weet wat te doen en wat van een ander te verwachten. Dit plan van aanpak moet het pad duidelijk maken om tot de daadwerkelijke ideeën workshop te komen.

VerkenningVerken de wensen, ideeën en mogelijkheden van de locatie samen met de andere betrokken partijen. Denk hierbij aan belangrijke wijkbewoners, ondernemersvereniging, eigenaar van de locatie, eigenaars van aanpalende locaties, enz. Input voor de verkenning is de visie, deze kan gebaseerd zijn op een idee voor een specifieke locatie. Dit hoeft echter niet. Het kan ook bestaan uit een idee waar men een locatie bij zoekt of uit een locatie waarvoor een goed idee wordt gezocht. De drijfveer is echter altijd de wens om te transformeren.

Doel van de verkenning is het opstellen van een raamwerk waarbinnen de betrokken actoren, belanghebbenden akkoord kunnen gaan met het initiatief. In dit raamwerk worden de wensen en eisen van de verschillende partijen duidelijk uitgesproken en vastgelegd.

Verken locatiemogelijkheden:Verken met de aanwezigen de mogelijkheden voor de locatie. Kan op deze locatie wat gewenst is of niet en is er misschien een betere locatie voorhanden? Welke belangen spelen op deze locatie, die van invloed kunnen zijn op het gewenste resultaat?

Verken wensen en eisen:Breng in kaart waar een invulling aan moet voldoen. Wat zijn de eisen en wensen van de betrokken partijen. Is het initiatief de juiste voor deze plek of moet het initiatief worden aangepast?

Verken financiële aspecten:Inventariseer welke financiële middelen voorhanden zijn en hoe deze kunnen worden aangewend. Hoe verhouden de kosten zich tegenover de opbrengsten, waarbij opbrengsten ook kunnen bestaan uit goodwill bij de verschillende betrokken partijen en uit social return.

VOORBEELD

Page 43: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 43

Raadpleeg toekomstig plan:Neem kennis van het plan voor de locatie, wat behelst dat, wat moet er komen en hoe ziet dat eruit. Probeer vooruit te denken of het tijdelijke initiatief een bijdrage kan leveren aan dit toekomstige plan. Hierbij geldt hetzelfde als bij bestemmingsplannen. Door slim in te spelen op wensen die in het toekomstig plan staan wordt de kans groter dat het initiatief zonder problemen goedgekeurd kan worden.

Uitzoeken benodigde regelgeving:Zoek uit welke regelgeving er voor de locatie geldt en welke vergunningen eventueel nodig kunnen zijn. Denk hierbij tevens aan belemmeringen vanuit milieu (hindercontouren, geluidsbelasting, externe veiligheid, bodemverontreiniging) maar ook aan (brand)veiligheid en aansprakelijkheid.

Creëer draagvlak:De uitkomsten van de verkenning worden teruggekoppeld aan de initiatiefnemers, bewoners/en andere betrokkenen. Communiceer de uitkomsten van de verkenning met je achterban, buren, betrokken partijen zodat draagvlak ook bij hen blijft bestaan en versterkt wordt. Hier wordt in hoofdstuk 9 verder op ingegaan.

Raadpleeg bestemmingsplan:Raadpleeg het vigerende bestemmingsplan en onderzoek welke mogelijkheden er zijn met betrekking tot tijdelijke functies. Wat mag er op de locatie en wat niet? Als iets niet kan wat kan er dan wel mogelijk worden gemaakt of hoe kan de invulling zodanig aangepast worden dat ze wel past binnen het bestemmingsplan.Na kennis genomen te hebben van het bestemmingsplan kan gekeken worden of er slimme connecties gemaakt kunnen worden. Door slim in te spelen op wensen die in het bestemmingsplan staan wordt de kans groter dat het initiatief zonder problemen goedgekeurd kan worden.

ontwerpfase/initiatiefaseDoel van de deze fase is het doorontwerpen van het initiële idee. Zorgen voor draagvlak zodat overgegaan kan worden naar het daadwerkelijk realiseren van het idee. Resultaat van de initiatiefase is een door alle betrokken partijen gedragen kader, waarin duidelijk is binnen welke kaders er een tijdelijke invulling toegestaan kan worden en welke zaken eventueel nog moeten worden geregeld. Aan het einde van deze fase zit een tweede GO/NO GO moment, een moment waarin blijkt of het project kans van slagen heeft of dat men beter kan stoppen en de energie elders in kan stoppen.

Maak inspirerende en overtuigende visie:Maak het idee, plan, tastbaar en zorg dat het overtuigt. Zorg ook dat alle ideeën van de betrokkenen in het plan terugkomen. Het is een plan van iedereen. Maak het communiceerbaar en overtuigend richting de verschillende besturen bij wie uiteindelijk de besluitvorming ligt.

VOORBEELD

Page 44: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 44

Maak inspirerende en overtuigende visie:Naar aanleiding van eventuele wijzigingen aan het plan dient tevens de visie te worden aangepast. Zorg dat het verhaal te allen tijde tastbaar en overtuigend is.

Bespreek plan met de raad:Terugkoppeling van het door alle betrokken partijen gedragen, definitieve projectvoorstel aan het bestuur van de gemeente en de eigenaar van de gronden.

Aanpassen plan:Mochten de eigenaren of de gemeente niet meteen enthousiast zijn kan middels een 2e workshop het plan worden aangepast. Bij kleine aanpassingen is een 2e workshop niet nodig. Doel is wel dat iedereen achter het plan staat en zich daar ook hard voor maakt binnen zijn eigen organisatie, het plan dient breed gedragen te worden.

Pas wensen in toekomstig plan:Kan met het initiatief aangehaakt worden bij, danwel meerwaarde creëren voor, het toekomstige plan, met als doel de haalbaarheid van het tijdelijke initiatief te vergroten.

Bespreek financiering:Aan elke invulling hangt een prijskaartje. Welke kosten gaan gemaakt worden, wie gaat dat betalen. Korte termijn kosten, lange termijn kosten en opbrengsten. Ook is het mogelijk om een verdienmodel achter het initiatief te hebben staan. Kosten zullen gemaakt en afgedekt worden, met geld of met arbeid en inzet. Te maken kosten zijn bijvoorbeeld: legeskosten bestemmingsplan wijziging, aanleg, inkoop producten voor de aanleg, kosten ontwerper, beheer en onderhoud.

Opstellen 2e plan van aanpak:Pas het eerste plan van aanpak aan aan de nieuwe inzichten en afspraken die gemaakt zijn en veranderingen die zich voorgedaan hebben.Maak opnieuw duidelijk welke rol iedereen heeft en dat de verwachtingen ten opzichte van elkaar zijn vastgelegd. Uitgangspunten, doelen, verantwoordelijkheden worden uitgesproken.

1e workshopOp basis van het in de verkenning geformuleerde raamwerk wordt het plan verder uitgewerkt en concreet gemaakt. Het initiële idee wordt nu een daadwerkelijk projectvoorstel. Doel van de 1e workshop is een gedragen projectvoorstel en een plan van aanpak waarin de rollen en verantwoordelijkheden van een ieder zijn vastgelegd.

Creëer ontwerp en visie:Stel samen met de ontwerper, eigenaar en gemeente een concept ontwerp op waar iedereen zich in kan vinden, wat betreft inhoud en wat betreft inrichting.

Borging in bestemmingsplan:Planologische haalbaarheid, zorg dat het plan (eventueel middels kleine wijziging of een slimme omschrijving) aansluit bij het bestemmingsplan waardoor het plan kan worden gerealiseerd zonder uitgebreide procedures te moeten doorlopen. Zorg dat de gemeente zich hierin kan vinden. Een tijdelijke omgevingsvergunning kan zonder meer voor de duur van 10 jaar worden toegekend.

VOORBEELD

Page 45: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 45

Reserveren/mobiliseren/investeren:Wat heb je nodig om het plan te realiseren, welke voorbereidingen moeten getroffen worden. Maak een planning waar de stappen voor aanleg in staan en wat daarvoor nodig is qua materiaal en mankracht.Reserveer de locatie, reserveer het materiaal en de mensen. Communiceer naar iedereen dat het doorgaat en wanneer. Zorg dat men het in de agenda heeft staan en dat zoveel mogelijk mensen er van af weten. Zorg dat de juiste mensen gemobiliseerd worden om de invulling van de grond te krijgen en ook te houden. Vele handen maken licht werk. Zorg voor de juiste (afgesproken) financiering om de aanleg gestart te krijgen.

(Tijdelijke) overeenkomst:Leg van de gemaakte afspraken, duur van gebruik van de gronden, en de voorwaarden waaronder het gebruik eindigt vast. Tevens kan vastgelegd worden wie welke rollen, taken en verantwoordelijkheden in het project heeft en wie welke kosten draagt.

Communicatie met de wijk:Communiceer duidelijk met de wijk wat de uitkomsten zijn van de ideeën workshop. Mogelijk dat niet iedereen betrokken is geweest in de aanloop van het project. Leg uit wat er gaat gebeuren hoelang het duurt en wat er mogelijk van de wijk verwacht wordt.

Benadruk tijdelijkheid:Dit draait om communicatie. Informeer de omgeving, gebruikers en andere actoren en belanghebbenden over de tijdelijkheid van een dergelijk initiatief. Verwachtingen management, zorg dat mensen niet onnodig voor onverwachte verrassingen komen te staan. Door de tijdelijkheid goed te communiceren is er ook draagvlak voor het moment dat de tijdelijke invulling verwijderd wordt. Dit is ook in de (tijdelijke) overeenkomst overeen gekomen maar verwachtingen management en acceptatie voorkomt onaangename discussies.

regelingsfaseDoel van deze fase is de uitwerking van het plan zodat het past binnen ruimtelijke, financiële en juridische kaders.

Bestemmingsplan/vergunningen:Vraag indien noodzakelijk een binnenplanse of buitenplanse ontheffing van het bestemmingsplan, een evenementenvergunning of een tijdelijke omgevingsvergunning voor strijdig gebruik aan. Voorkomen van bestemmingsplanwijzigingen heeft de voorkeur, aangezien dit duur is en veel tijd vergt. Hier wordt in hoofdstuk 9 verder op ingegaan.

Belastingdienst:Informeer bij de gemeente of bij de belastingdienst over (on)mogelijkheden van het in gebruik nemen van braakliggende terreinen in relatie tot de belastingwetgeving. Hier wordt in hoofdstuk 9 verder op ingegaan.

VOORBEELD

Page 46: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 46Tijdelijk gebruik op braakliggend terrein, Ho Chi Minh City, VietnamVOORBEELD

Page 47: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 47

continueringIndien het initiatief een succes blijkt maar de locatie niet meer beschikbaar is na verloop van tijd, kunnen alternatieve locaties gezocht worden. Inventariseer in dat geval de mogelijkheden op andere locaties en ga hierover in gesprek met de andere belanghebbenden. Een goede verstandhouding zoals in de vorige stap beschreven kan een continuering van een initiatief vergemakkelijken.

Communiceer tijdelijkheid:Blijf benadrukken dat het om tijdelijk gebruik gaat en de invulling, zoals afgesproken ook weer zal verdwijnen, manage de verwachtingen. Hou belanghebbenden en eigenaars op de hoogte van veranderingen en maak persmomenten (indien gewenst) mogelijk. Een geslaagd burger initiatief kan veel media aandacht genereren.

Afbraak tijdelijke invulling:Kom de gemaakte afspraken na over de tijdelijkheid van het initiatief. Lever de locatie zo op zoals overeen is gekomen. Een goede verstandhouding met gemeente en eigenaar op basis van vertrouwen kan ervoor zorgen dat nieuwe initiatieven sneller van de grond komen.

gebruiksfase De gebruiksfase behelst de periode van gebruik van de ruimte, van de aanleg tot het afbreken van de tijdelijke invulling. Ook tijdens deze fase zijn er belangrijke aspecten waar rekening mee gehouden dient te worden.

Aanleg:De daadwerkelijke uitvoering van de werkzaamheden, het realiseren van de tijdelijke invulling.

Opening:Organiseer een feestelijke opening, nodig betrokken partijen uit en vier het succes. Wellicht wil eigenaar of gemeente ook ruchtbaarheid geven door middel van lokale persmomenten, zorg dat daar ruimte voor is.

Beheer en onderhoud:Voer de gemaakte afspraken uit met betrekking tot beheer en onderhoud. Spreek gebruikers aan op hun verantwoordelijkheden.

VOORBEELD

Page 48: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 48 VOORBEELD

Page 49: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 49

In dergelijke gevallen gaat het al snel over vele duizenden euro’s. Het risico bestaat dus dat indien een gemeente voor een symbolisch bedrag braakliggende terreinen tijdelijk in gebruik geeft voor een burgerinitiatief, de gemeente kan worden geconfronteerd met hoge kosten omdat zij mogelijk de btw terug moet betalen over alle werkzaamheden die op de gronden hebben plaatsgevonden.

Gelukkig hoeft dit niet in alle gevallen. Zo bestaat er geen risico op terugbetaling van de btw als er geen werkzaamheden op het in bruikleen te geven stuk grond hebben plaatsgevonden waarover btw in aftrek is genomen. Dit is het geval bij het in bruikleen geven van een onbebouwd terrein dat niet is gekwalificeerd als bouwterrein. Het betreft hier dus een terrein waar nog geen werkzaamheden aan zijn verricht om de gronden geschikt te maken voor bebouwing. In dat geval hoeft er geen btw terugbetaald te worden aan de belastingdienst.

Anders is het bij een bouwterrein. Dit is een (onbebouwd) terrein waarvoor kosten zijn gemaakt om er op te kunnen bouwen. Denk hierbij aan bouwrijp werkzaamheden als slopen van bestaande bebouwing, grondverbetering, aanleg wegen, riolering, kabels en leidingen, saneringswerkzaamheden en dergelijke.

Draagvlak betekent zorgen dat de neuzen dezelfde kant op staan, dat men dezelfde ideeën heeft en ook dezelfde voordelen en geen of weinig nadelen ziet (of deze accepteert). Zet vooroordelen om in voordelen!

9.2 Belastingdienst

Wanneer een locatie tijdelijk voor een andere functie wordt gebruikt kan een situatie ontstaan waarin problemen ontstaan met betrekking tot de btw-afdracht richting de belastingdienst. Hieronder wordt een beknopte uitleg gegeven maar het is aan te raden informatie in te winnen bij een fiscaal adviseur.

Een gemeente of ontwikkelaar mag de btw die zij heeft betaald over werkzaamheden die waarde toevoegen aan gronden aftrekken ofwel terugvragen van de belasting. Denk hierbij aan werkzaamheden als de aanleg van riolering of de aanleg van wegen maar ook aan het saneren van de grond. Indien de gronden waarop werkzaamheden hebben plaatsgevonden waarover de btw is teruggevraagd niet in gebruik wordt genomen voor het beoogde gebruik maar voor een ander (tijdelijk) gebruik kan dit betekenen dat de terugbetaalde btw weer moet worden betaald aan de belastingdienst.

9. UITGELICHTE ASPECTEN9.1 Draagvlak (kennis & begrip)

Het slagen van een (tijdelijk) initiatief op een braakliggend terrein of snipperlocatie valt of staat met draagvlak. Draagvlak bij bewoners, gemeente en eigenaar van de grond.Wanneer mensen zich niet in een idee kunnen vinden en zich er werkelijk tegen zullen verzetten wordt het erg moeilijk om een initiatief van de grond te krijgen. Bedenk waarom die weerstand er mogelijk is en probeer daarvan te leren.

Draagvlak creëert men door communicatie. Geen eenzijdige communicatie maar wederzijdse communicatie. De initiatiefnemer heeft wensen, evenals de eigenaar, de gemeente en andere omwonenden. Deze zullen nooit precies hetzelfde zijn maar ze kunnen elkaar wel versterken of naast elkaar bestaan. Om dit te doorgronden moeten mensen open met elkaar communiceren over wat hun wensen, vooroordelen en ideeën zijn. Diverse andere adviezen over vormen van communicatie zijn ook terug te vinden in het boek ’De Flexibele Stad’ (zie literatuurlijst in de bijlage).

Door een relatie van wederzijdse afhankelijkheid te creëren, zullen alle actoren hun rol en het voordeel van een initiatief inzien en zullen zich er voor in gaan zetten in plaats van ertegen te verzetten.

VOORBEELD

Page 50: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 50

Neemt niet weg dat er weldegelijk uit documenten (zoals bijvoorbeeld een overeenkomst) moet blijken dat het initiatief tijdelijk is, anders zou gebruik gemaakt kunnen worden van de zogenaamde kruimelgevallenregeling om het initiatief permanent mogelijk te maken.

De kruimelgevallenregeling betreft de mogelijkheid om een omgevingsvergunning te verlenen voor afwijking van het bestemmingsplan. Deze regeling heeft betrekking op planologisch ondergeschikte gevallen.

9.4 Continuering

Bij een succesvol tijdelijk initiatief is het natuurlijk jammer wanneer het verwijderd moet worden omwille van de in eerste instantie geplande invulling, het beoogde gebruik van de gronden. Wellicht heeft de tijdelijke invulling er mede voor gezorgd dat het beoogde gebruik alsnog doorgang kan vinden. Wanneer er een goede verstandhouding met de overheid en de eigenaar van de grond is opgebouwd, kan men de voordelen van tijdelijk gebruik ergens anders gaan inzetten, het trucje als het ware op een andere plek herhalen.

Dit houdt dus in dat het tijdelijk beschikbaar stellen van een bouwterrein er niet direct toe leidt dat het bouwterrein in gebruik is genomen voor een andere bestemming en er dus mogelijk geen btw hoeft te worden terugbetaald. Het is echter raadzaam om bij complexe gevallen altijd eerst een fiscalist te raadplegen.

9.3 Relevante regelgeving

Bij de laatste wijziging van het Besluit omgevingsrecht (Bor, 1 november 2014) is voor het verlenen van een tijdelijke omgevingsvergunning voor strijdig gebruik het artikel aangaande het onderbouwen van de tijdelijke behoefte die ten grondslag ligt aan de tijdelijkheid van de vergunning, geschrapt. Daarnaast is de maximale duur van een tijdelijke omgevingsvergunning verhoogd van 5 naar 10 jaar en hoeft er slechts een reguliere procedure te worden doorlopen. Dit maakt het aldus vele malen makkelijker om tijdelijk initiatieven toe te staan en daarvoor een vergunning te verlenen.

De btw over deze werkzaamheden zijn in aftrek genomen en dus terugbetaald aan de gemeente of ontwikkelaar door de belastingdienst. Deze aftrek is echter nog niet definitief. Voor onroerende zaken (zoals gronden en gebouwen) wordt namelijk gekeken of de onroerende zaak daadwerkelijk wordt gebruikt voor de beoogde bestemming. Is dit het geval, en wordt het bouwterrein bebouwd, dan is de btw terecht terugbetaald. Is de onroerende zaak echter in gebruik gegeven ten behoeve van een andere dan de beoogde bestemming, zoals bijvoorbeeld een niet btw-plichtige activiteit als het houden van een moestuin, dan zou de afgetrokken btw moeten worden terugbetaald aan de belastingdienst.

Hierbij is het met name van belang wat wordt verstaan onder het ‘in gebruik nemen’ van een onroerende zaak. De politiek verstaat onder eerste ingebruikneming: het feitelijk voor het eerst en op duurzame wijze gebruik maken van de onroerende zaak in overeenstemming met de objectieve bestemming van de betrokken onroerende zaak. Incidenteel of tijdelijk gebruik van een onroerende zaak voor andere doeleinden dan de objectieve bestemming vormt geen eerste ingebruikneming.

VOORBEELD

Page 51: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 51

Bij braakliggende terreinen kan ook een verdienmodel gevonden worden voor de eigenaar van de grond en het toekomstige plan dat later ontwikkeld zal worden. De tijdelijke invulling kan inspelen op de toekomstige plannen. Daardoor kunnen bepaalde, reeds geplande, groenstructuren geïntegreerd worden in de tijdelijke invulling. Dit heeft als groot voordeel dat indien de gronden worden aangewend voor het beoogde gebruik er reeds een verder volgroeide groenstructuur op de locatie aanwezig is. Dit maakt een locatie aantrekkelijker en beter verkoopbaar.

De inkomsten kunnen gebruikt worden om de tuin te onderhouden, gewassen te planten en te oogsten. De personen die dit uitvoeren worden dan betaald voor hun inspanningen.Ook kan een terrein gebruikt worden om energie op te wekken door bijvoorbeeld verplaatsbare zonnepanelen of het telen van biomassa.

Een ander verdienmodel wordt vaak gezocht in een situatie waarbij de gemeente geen budget meer heeft voor beheer en onderhoud van delen van haar openbare ruimte. Dit verdienmodel is echter een wassen neus aangezien het in beheer en onderhoud geven van openbare ruimte aan een burgerinitiatief geen geld oplevert. Het levert wel goodwill, begrip en goed contact met de burger op. Dit mag ook gezien worden als een positieve investering maar is moeilijker in financiële middelen uit te drukken.

Hierdoor ontstaat een wederzijdse afhankelijkheid: een situatie waar de één graag tijdelijke initiatieven ontplooit en de ander graag zijn braakliggende gronden ontwikkelt. Deze wederzijdse afhankelijkheid maakt de weg vrij voor een continuering van een tijdelijke invulling nadat deze is verwijderd. Continuering op bijvoorbeeld een andere locatie, aangedragen door burger, gemeente of eigenaar.Doordat de paden reeds bewandeld zijn en men weet wat men aan elkaar heeft, kunnen veel stappen in het metroschema overgeslagen worden of veel sneller worden afgewikkeld.

9.5 Verdienmodellen

Naast een sociale component komt het ook steeds vaker voor dat er een verdienmodel achter een tijdelijke invulling zit. Een verdienmodel houdt in dat de initiators inkomsten genereren met de invulling. Deze inkomsten kunnen winst zijn of inhouden dat een initiatief kostendekkend is. Bij verdiensten kan men denken aan een moestuin waar een pluk abonnement wordt verkocht. Tegen betaling mag men groente plukken in de tuin.

VOORBEELD

Page 52: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 52Locatie testcase Arnhem VOORBEELD

Page 53: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 53

Deze locatie was aangedragen vanuit de gemeente en daaruit blijkt het belang van communicatie en het managen van verwachtingen: het is essentieel voor het slagen van een dusdanig proces. Doordat de stakeholders, ondanks uitgebreide informatieverschaffing, niet duidelijk voor ogen hadden wat de achterliggende bedoeling was, stond iedereen anders in het proces. Indien vooraf de intentie en verwachtingen duidelijker waren gecommuniceerd, zou al eerder op tafel zijn gelegd dat deze locatie niet geschikt zou zijn voor een dergelijk initiatief. Een andere locatie zou wellicht een veel hogere kans van slagen hebben gehad.

Voor de haalbaarheid van dit burgerinitiatief is een verkenning uitgevoerd met de betrokken stakeholders. Tussenstad vervulde in deze casus de rol van ontwerper. Ondanks dat uit de verkenning is gebleken dat een burgerinitiatief op deze locatie geen kans van slagen heeft, is de verkenning voor het onderzoek positief verlopen.

Het metroschema hielp uitstekend als leidraad voor Tussenstad om te verkennen wat de mogelijkheden waren. Alle mogelijkheden zoals locatie, financiën en draagvlak zijn de revue gepasseerd en verkend. Ook de volgorde van de te nemen stappen blijkt logisch.

De rol van Tussenstad als ontwerper was daarbij onontbeerlijk. Niet alleen om het gesprek gaande te houden maar ook om de (creatieve) mogelijkheden te blijven verkennen, andere denkwijzen te introduceren en alle partijen bewust te maken van elkaars standpunten, voordelen en vooroordelen.Het feit dat de verkenning geen positieve uitkomst had ontstond niet door een financieel punt, een ongeschikte invulling of een gemis aan draagvlak en begrip. Op al die vlakken kon men met elkaar praten en zouden er mogelijkheden zijn. De locatie zelf bleek alleen voor alle stakeholders totaal ongeschikt voor een burgerinitiatief.

10. CONCLUSIES EN CONTINUERING10.1 Conclusies uit testcases.

De twee testcases hebben veel inzicht verschaft in de werking van de metroschema’s in de praktijk. Zowel voor een snipperlocatie als voor een braakliggend terrein.

SnipperlocatieVoor een snipperlocatie is een testcase opgepakt aan het Gildemeestersplein in Arnhem.De gemeente Arnhem zag op dit plein, door de vele ontwikkelingen (oa. de verbouw van de voormalige Rijkswaterstaat toren tot studentenhuisvesting) die aanstaande zijn een mooie locatie voor een invulling met een burgerinitiatief.

VOORBEELD

Page 54: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 54Locatie testcase Haarlem VOORBEELD

Page 55: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 55

10.2 Conclusies naar aanleiding van het totale onderzoek.

De metroschema’s werken goed als leidraad om mensen te helpen tijdelijke initiatieven te verwezenlijken. Het is en blijft wel een leidraad en is niet zaligmakend. Ze tonen een weg die genomen kan worden met de bijbehorende stappen om tot een (tijdelijke) nieuwe invulling te komen. De te volgen stappen zijn allen van belang maar afhankelijk van de locatie en situatie kan het zijn dat sommige stappen gezet hoeven te worden, of samen vallen met een andere stap.Ook de volgorde van de te nemen stappen kan veranderd worden of meerdere malen doorlopen worden naargelang de situatie daarom vraagt. Zoals het geval was bij de testcase in Haarlem.Daarnaast is het metroschema, net zoals planvorming en de maatschappij, continu in ontwikkeling: ze zal op veranderende situaties in moeten spelen.

Allereerst is een verkennend gesprek gevoerd met de gemeente om te kijken of er animo was voor het voorstel waarna een eerste projectvoorstel door de initiatiefnemer is geschreven voor een medewerker van de gemeente. Tussenstad assisteerde bij het schrijven van het voorstel.Dit projectvoorstel is door de gemeente opgepakt om binnen de gemeente het eerste draagvlak te creëren en om mogelijke belangrijke actoren te definiëren.

De gemeente gaf al snel aan dat er een betrokken partij was die wel achter het plan moest staan aangezien in deze specifieke situatie mogelijk een belangenverstrengeling zou kunnen ontstaan. Door aparte gesprekken met de actor, de initiator en Tussenstad te voeren, bleek dat de initiatieven eerder complementair dan concurrerend zouden kunnen zijn en dat er van elkaars initiatief geprofiteerd zou kunnen worden.Na deze gesprekken werd met de gemeente een eerste werkelijke verkenning gehouden om de wensen, eisen en mogelijkheden met elkaar te bespreken.

Braakliggend terreinVoor een braakliggend terrein is een testcase in Haarlem opgepakt. Hier werd een wens van een jonge ondernemer om een tijdelijk wekelijks zomerfestival te organiseren op een braakliggend terrein samen met Tussenstad opgepakt. Ook hierbij is door Tussenstad de rol van ontwerper ingenomen in het proces.

In Haarlem bewees het metroschema haar functie en bruikbaarheid. Daarbij was opvallend dat gedurende het proces deels afgeweken is van de volgorde in stappen binnen de verschillende zones, maar niet van het aantal stappen. Ook werd duidelijk hoe belangrijk de rol van een ontwerper is om het proces in goede banen te leiden. Het was voor de initiator lastig om de juiste keuzes te maken op de juiste momenten, de ontwerper heeft hem daarin geadviseerd en ondersteund.

VOORBEELD

Page 56: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 56Verkoopbord kavels Waarderpolder HaarlemVOORBEELD

Page 57: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 57

Het metroschema is bij dit onderzoek alleen ingezet om braakliggende terreinen en snipperlocaties een nieuwe (tijdelijke) invulling te geven. Er zouden ook andere onderwerpen in het proces geïntegreerd kunnen worden.Er kan bijvoorbeeld gedacht worden om sociale vraagstukken in het proces mee te nemen.Sociaal handelen heeft vaak een ruimtelijke component in de vorm van hangplekken, onaangename omgeving, verloedering en onbegrip voor elkaars ruimtelijk handelen.

Wanneer door middel van participatie de sociale ontwikkeling van een wijk gecombineerd wordt met een ruimtelijke ontwikkeling kan sociaal ruimtelijke participatie ontstaan. In samenwerkend verband worden sociale problemen besproken en oplossingen verkend. In ruimtelijke opzicht wordt de pen ter hand genomen en gekeken hoe deze problemen ruimtelijk tot uiting komen en hoe deze opgelost kunnen worden. Hierbij staan de ideeën van de burger centraal.

Duidelijk is ook dat een initiator een lange adem nodig heeft. Een dusdanige invulling is vaak niet in een week geregeld, mede omdat er nog steeds vooroordelen geslecht en draagvlak gecreëerd moeten worden. Dit kost tijd. Ook zal men het zelf moeten doen!

Bij het creëren van draagvlak is duidelijke communicatie onontbeerlijk. Zorg dat men weet wat de bedoeling is, wat er gaat gebeuren en wat men van wie mag verwachten. Ook is het van belang om duidelijk te communiceren dat het om een tijdelijke invulling gaat en deze dus op den duur weer zal gaan verdwijnen. Hiermee worden teleurgestelde en frustrerende situaties voorkomen.

Uit de interviews en de testcases kwam duidelijk naar voren dat de rol van de ontwerper onmisbaar is en erg goed als katalysator en stabilisator werkt. De ontwerpende professional zet zijn kennis en kunde op het ontwerpende vlak in. Ook is hij de strateeg om de juiste weg te bewandelen bij gemeente en ondernemers. Hij heeft vaak de ondernemende geest die nodig is bij dergelijke ontwikkelingen en kan zich als geen ander aanpassen aan de partijen die belanghebbend zijn in zo’n proces.

VOORBEELD

Page 58: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 58Gebruik openbare ruimte, Ho Chi Minh City,VietnamVOORBEELD

Page 59: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 59

BIJLAGE A - GEDIFFERENTIEERDE METROSHEMA’SZoals in hoofdstuk 8 beschreven is de aanpak anders per initierende actor em per locatie (braakliggend terrein of snipperloatie). Dit heeft geresulteerd in een metroschema wat voor 8 verschillende situaties bruikbaar is, te weten:

1. burgerinitiatief op een braakliggend terrein,2. overheidsinitiatief op een braakliggend

terrein,3. ontwerpersinitiatief op een braakliggend

terrein,4. eigenaarsinitiatief op een braakliggend

terrein,5. burgerinitiatief op een snipperlocatie,6. overheidsinitiatief op een snipperlocatie,7. ontwerpersinitiatief op een snipperlocatie,8. eigenaarsinitiatief op een snipperlocatie.

Deze 8 metroschema’s staan hierna afgebeeld. De bijbehorende stappen zijn allen in hoofdstuk 8 besproken.

N.B. De metroschema’s zijn geïnspireerd op de routewijzer die de Krajicek Foundation gebruikt in haar toolkit gemeente/toolkit bewoners om een werkwijze aan burger en gemeente te verduidelijken.

VOORBEELD

Page 60: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 60 VOORBEELD

Page 61: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 61VOORBEELD

Page 62: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 62 VOORBEELD

Page 63: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 63VOORBEELD

Page 64: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 64 VOORBEELD

Page 65: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 65VOORBEELD

Page 66: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 66 VOORBEELD

Page 67: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 67VOORBEELD

Page 68: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 68 VOORBEELD

Page 69: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 69VOORBEELD

Page 70: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 70 VOORBEELD

Page 71: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 71VOORBEELD

Page 72: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 72 VOORBEELD

Page 73: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 73VOORBEELD

Page 74: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 74 VOORBEELD

Page 75: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 75VOORBEELD

Page 76: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 76Tijdelijk initiatief braakliggend terrein, Raaks, HaarlemVOORBEELD

Page 77: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 77

BIJLAGE B - LITERATUURLIJST EN LIJST GEÏNTERVIEWDENLijst geïnterviewdenArchitectuur Lokaal: Cilly Jansen Indira van ’t KloosterKrajicek Foundation: Coen van Veen Eric van VeenStroom: Francien van WestrenenStadsbouwmeester: Pascal WaubenTAB-RWS: Ireen Röling Nadinja HettingaCASA-DTO: Edwin VerdurmenTRUDO: Jack HockABC: Gabriël Verheggen Max van Aerschot Martijn AlJaar van de ruimte: Hans LeeflangGemeente Arnhem: Betty Jacobi Saskia Moester Thor SmitsGemeente Haarlem: Ruud Meijer Chantal Baas Jon Groen

Bijgewoonde symposia/bijeenkomstenPlatform openbare ruimte “13

Overleg Landelijke Architectuurcentra ’63

IABR ‘14 “De diversiteit van de ruimte” “Herbestemmen als gebiedsop gave”Arch. Lokaal: “Gebruik de lege ruimte”

LiteratuurlijstBerg, Mariska van den: Stedelingen maken de stadAmstelveen 2013

Krajicek Foundation: Toolkit bewoners hoe ontwikkel je en succesvolle playground? Den Haag, 2012

Krajicek Foundation: Toolkit gemeenten hoe ontwikkel je en succesvolle playground met betrokken bewoners? Den Haag, 2012

Platform 31:Wie maakt Nederland?, jaar van de ruimte 2015.Den Haag, januari 2014

Raad voor de leefomgeving en infrastructuur: Kwaliteit zonder groei, over de toekomst van de leefomgeving.Den Haag, maart 2014

Raad voor de leefomgeving en infrastructuur: De toekomst van de stad, de kracht van nieuwe verbindingen.Den Haag, maart 2014

Transitieteam: Departement Tijdelijke ordening.Arnhem, 2013

Tom Bergvoet en Maarten van TuijlDe flexibele stad: Oplossingen voor leegstand en krimpnai010, 2013

EssaysNieuwenhuys, Constant: New BabylonAmsterdam, 1959

Met dank aan Guus EnningBas VereeckenNicoline KokRuben Blom

VOORBEELD

Page 78: Tussenstad VOORBEELD · Intermezzo 2 - Homo Ludens 2.0 5. Processen 6. Rol van de ontwerper 7 317 9 9 13 13 8.2 De metro naar T 13 14 9.1 Draagvlak (kennis en begrip)14 9.2 Belastingdienst

DE METRO NAAR TUSSENSTAD - strategieën voor (tijdelijk) anders gebruik in de openbare ruimte 78

Tussenstad

VOORBEELD