Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

31
TOEGANKELIJKHEID VAN ZOLDERS, KAPRUIMTES, DAKEN EN GOTEN

Transcript of Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

Page 1: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

TO

EG

AN

KE

LIJ

KH

EID

VA

N Z

OL

DE

RS

, K

AP

RU

IMT

ES

, D

AK

EN

EN

GO

TE

N

Page 2: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

1 Inleiding 5

2 Zolders en kapruimtes 6Verlichting en contactdozen 6Trappen en ladders 7Loopbruggen 9Propere zolders 10Dieren in gebouwen 10Kleine kapruimtes en dakvoeten 11

3 Daken en goten 12Dakkapellen 12Luiken 12

4 Goten 14Ladder aan de goot 14Aanbevelingen voor beloopbare goten 14

5 Ladderhaken, klimhaken en verankeringspunten 16Bereikbaarheid van hellende daken (leien, zink of koper) 18Bereikbaarheid van hellende daken (pannen) 25Platte daken 25Andere mogelijkheden 25

Besluit 27

INHOUD

Page 3: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht
Page 4: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

5INLE IDING

Monumentenwachters staan tijdensde inspectie van gebouwen bloot aantalloze veiligheids- en gezondheids-risico’s. Ze klimmen op torens endaken, ze werken op zolders waar nogzelden iemand komt en waar mogelijkschadelijke stoffen aanwezig zijn…Zijn de monumenten moeilijk toegan-kelijk, dan verhoogt dat de risico’s nogaanzienlijk, zoals de kans op een val.Monumentenwacht is als werkgeververplicht ervoor te zorgen dat demonumentenwachters in een veiligeen gezonde omgeving kunnen werken.Zo krijgen de monumentenwachterscontinu opleidingen en bijscholing inhoogtewerk met touwtechnieken enhebben ze alle nodige persoonlijkebeschermingsmiddelen bij zich. Tochvolstaat dit niet: ook in de gebouwenzelf moeten preventieve veiligheids-maatregelen getroffen worden voordateen inspectie of een onderhoudswerkkan worden aangevat.Als eigenaar bent u medeverantwoor-delijk voor de werkomstandighedenvan iedereen die in uw opdrachtinspecteert of onderhoud uitvoert. U

mag er daarbij wel van uitgaan datdie mensen voldoende vakkennis enervaring hebben voor dergelijke werken.

Deze onderhoudstip geeft een over-zicht van de diverse ingrepen die detoegankelijkheid en de bereikbaarheidvan een gebouw verbeteren enoptimaliseren. De meest voor de handliggende maatregelen zijn: het aan-brengen van ladderhaken, klimhakenen verankeringspunten op de dakenen tegen gevels, het plaatsen enverbeteren van luiken om daken engoten beter toegankelijk te maken, enhet aanbrengen van goede verlich-ting, trappen, ladders en loopbruggenom zolders veiliger bereikbaar temaken. Als dit alles na overleg en metzorg wordt uitgevoerd, hoeft nauwe-lijks of niet te worden geraakt aan deauthenticiteit van een historischgebouw. Een gebouw dat goedtoegankelijk is, kan bovendien ookefficiënter onderhouden worden.Courante onderhoudswerken kunnendan immers eenvoudig en goedkoperuitgevoerd worden.

INLEIDING 1

• De wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uit-oefening van hun werk, verplicht de werkgever een welzijnsbeleid te voeren. Dit houdtonder andere in dat de risico’s bepaald worden en indien mogelijk uitgeschakeld. Luktdat niet, dan moeten de risico’s beperkt worden door aangepaste arbeidsprocédés,collectieve beschermingsmiddelen (bv. stellingen) of persoonlijke beschermings-middelen (bv. helm, valbeveiliging …).

• Monumentenwacht maakt voor aanvang van elke inspectie een inventaris van de risico’sop het gebouw. Op basis van deze risico-inventaris wordt er bepaald welke bouwdelen opeen veilige wijze geïnspecteerd kunnen worden en welke persoonlijke beschermings-middelen - zoals helm, masker of harnas - daarbij nodig zijn. De niet veilig toegankelijkeof bereikbare bouwdelen worden niet geïnspecteerd. In het inspectieverslag zijn dezedelen duidelijk aangegeven en wordt er nadrukkelijk vermeld welke ingrepen noodzakelijkzijn om de toegankelijkheid en bereikbaarheid mogelijk te maken of te verbeteren.

WET OP HET WELZIJN

Page 5: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

ZOLDERS EN KAPRUIMTES

1 Verlichting en contactdozen

In alle zolder- en kapruimtes moetsteeds een loopverlichting aanwezigzijn, zodat ze vlot en veilig toegankelijkzijn. TL-verlichting of spaarlampengenieten de voorkeur omdat gloei-lampen niet enkel warmte afgeven -en daardoor in stoffige ruimtes brand-gevaar inhouden - maar ook snellerstuk gaan. Een lichtsterkte van 50 luxis voldoende.De schakelaar bij de toegang van deruimte wordt het best voorzien vaneen signalering (verklikkerlampje). Zomerkt iedereen meteen of het lichtwel uit is.

Voor specifieke verlichting en bijwerkzaamheden voorziet u op eenvoldoende aantal punten een geaardewandcontactdoos, op maximum 20 mvan elkaar. Deze contactdozen zijn bijvoorkeur gesloten om ze te vrijwarenvan stof, vuil en vocht. Laat zeaanbrengen op een strategischeplaats, bijvoorbeeld in de omgevingvan dakkapellen, luiken, doorgangenen op plaatsen waar onderhouds-werken te verwachten zijn.De verlichting en de wandcontact-dozen moeten aangesloten zijn opeen groepenkast met een voldoendegroot vermogen voor het gebruik vanelektrische handgereedschappen tot2000 W.

6VERL ICHTING EN CONTACTDOZEN

2

Page 6: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

7

2 Trappen en ladders

Niveauverschillen vanaf 1 m moetenoverbrugd worden door trappen ofladders. (Steek)trappen met eenleuning zijn steeds te verkiezen bovenladders. Plaats daarom enkel ladderswaar trappen niet mogelijk zijn.

Trappen kunnen een hellingshoektussen 20° en 50° overbruggen. Kiesvoor trappen met open treden, zo is ermeer plaatsruimte voor de voeten.Voorzie de trap van leuningen vanminimum 1 m hoog en laat een tussen-bordes van 1 m2 plaatsen.Waar geen vaste trappen geplaatstkunnen worden, zoals in een toren-spits of bij een hellingshoek boven de50°, bieden ladders een uitkomst.

Opstelling� Ladders staan onder een hellings-

hoek van 65° tot 75°;� in een torenspits moeten de lad-

ders reiken tot aan het hoogstedakluik;

� ladders moeten met de draag-bomen steunen op een stevigeondergrond. Dat kan een vloer, eenconstructiebalk of een muur zijn.Onderaan en bovenaan de laddermoeten voldoende ruime en stevigebordessen, voorzien van een borst-wering, aangebracht worden. Zokan het op- en afstappen vlot enveilig verlopen. Laat de laddersnooit steunen op de sporten;

� de ladders moeten 1 m boven hetbordes of de vloer uitsteken en moe-ten onder en boven verankerd zijn.Vermijd dat ze te sterk gaan door-buigen door ze tussenin te stutten;

� zorg dat de afstand tussen desporten over de volledige lengteidentiek is.

TRAPPEN EN LADDERS

Page 7: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

8TRAPPEN EN LADDERS

Aanbevelingen voor het onderhoudvan ladders� Vermijd het gebruik van herstelde

ladders;� aluminium ladders zijn het meest

onderhoudsvriendelijk. Houtenladders mogen nooit geverfdworden omdat dat de gebrekenverbergt. Metalen ladders wordenbest regelmatig tegen roestbehandeld en geverfd;

� laat de ladders goed onderhoudenen laat ze regelmatig nazien dooreen bevoegde persoon. Enkelladders die het keurmerk VGS-Veiligheidsgarantie dragen, biedende vereiste waarborgen voor deveiligheid. Afgekeurde laddersmogen nooit opnieuw gebruikt wor-den.Vernietig ze beter meteen, tenzijhet gaat om historische exemplaren.

Veiligheid� Vermijd zoveel mogelijk losse

ladders in een gebouw. Als er tochgebruikt worden, zorg er dan voordat ze goed opgeborgen kunnenworden. Breng waar nodig steunenen handgrepen aan;

� wanneer ladders verticaal tegeneen muur geplaatst en over hunvolledige hoogte verankerd worden,moeten ze voorzien zijn van eenvalbeveiliging of een kooi;

� trap- en laddergaten moeten afge-schermd worden met een borst-wering van 1 m hoog, voorzien vantussenregel en voetplank.

Bij dakkapellen of luiken die meer dan75 cm boven het begane oppervlakliggen, moet een vast trapje of eenladder geplaatst worden. Voorzie hetnodige, bijvoorbeeld een aangepast

Page 8: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

dakladdertje, om aan de buitenzijdede goot of het dakvlak te kunnenbereiken of door op het dak, zowelonder als naast het luik of de dak-kapel, een ladderhaak te plaatsen.Ter hoogte van de dakkapellen en deluiken worden bij voorkeur ook eenroestvrijstalen handgreep en een veilig-heidshaak aangebracht. Deze laatstemoeten voldoen aan de Europesenorm EN 795 (zie verder: Dakkapellen).

3 Loopbruggen

In ruimtes waar beloopbare vloerenontbreken, moeten loopbruggen ge-plaatst worden. Dit is nodig boven allegewelven (zowel stenen als houtengewelven), maar ook boven trekbalken,op roosteringen zonder plankenvloer...De dakkapellen en de luiken kunnen

ook bereikbaar gemaakt worden doorextra vertakkingen op de loopbrugaan te brengen.

Loopbruggen moeten aan enkelevoorwaarden voldoen:� ze zijn minstens 1 m breed, zodat

twee mensen er elkaar kunnenkruisen en zodat er materiaal meenaar boven genomen kan worden;

� aan beide zijden is er een leuningvoorzien van 1 m hoog, mettussenregel en voetplank;

� loopbruggen mogen niet schom-melen of doorbuigen als eropgelopen wordt. Waar ze niet opeen onderliggende constructiekunnen rusten, kunnen ze aan dedakconstructie worden opge-hangen.

LOOPBRUGGEN

9

Page 9: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

4 Propere zolders

Alle zolder- en kapruimtes moetenproper zijn. Stof, vuil, duivenmest,rommel en restanten van werken,kunnen immers gevaarlijk zijn. Zeleveren niet alleen onveilige enongezonde arbeidsomstandighedenop, maar verhinderen ook een goedecontrole van de bouwdelen.Bovendien vormen ze een potentiëleaantrekkingspool voor houtborendeinsecten en ongewenste dieren.Vaak bevinden zich oude meubels ofkunstvoorwerpen op de zolders. Zorgervoor dat waardevolle voorwerpenniet bij het vuilnis belanden, maar opeen gepaste wijze worden geïnventa-riseerd en opgeborgen.

5 Dieren in gebouwen

� Duiven moeten geweerd wordenuit gebouwen. Duivenmest bevatagressieve chemische verbindingendie nagenoeg alle materialen aan-tasten (17,8% fosforzuur en 3,3%zwavelzuur, deze stoffen tastenonder andere de gootbekleding enhet voegwerk aan). Daarnaast ver-oorzaken nestmateriaal en krengenvuilophoping, met verstoppingenvan goten en afvoeren tot gevolg.Ook zijn duiven gastheer voormijten, motten, kevers en luizen.Er bestaan diverse maatregelen omenerzijds de duivenpopulatie tebeperken, en anderzijds gebouwente beveiligen.

10PROPERE ZOLDERS D IEREN IN GEBOUWEN

Page 10: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

11KLE INE KAPRUIMTES EN DAKVOETEN

� Kauw- en kraaiachtigen makengrote nesten van takken, bekleedmet hooi, dode bladeren en wol.Voorkom vervuiling door alle ope-ningen zorgvuldig dicht te maken.De nestvorming levert brand-gevaar op en met de takken komenkevers en mijten het gebouwbinnen. Deze insecten worden ookaangetrokken door uitwerpselen.

� Uilen en vleermuizen daarentegenvormen absoluut geen last vooreen gebouw. De kerkuil heeft zelfsdringend nood aan zolders alsbroedplaats. Bovendien is er door-gaans minder duivenoverlast ingebouwen waar een kerkuilenpaarwoont. Ook voor vleermuizenvormen zolders ideale broed-plaatsen. Deze beschermde diertjesproduceren enkel wat uitwerpselen,die volstrekt onschadelijk zijn voorhet gebouw.

Meer informatie vindt u:� in onze onderhoudstip Dieren in en

op gebouwen, gratis downloadbaarvia www.monumentenwacht.be

� bij de Kerkuilwerkgroep Vlaanderen,www.kerkuilwerkgroep.be,tel. (016) 82 03 53; gsm 0475 60 55 43(Philippe Smets)

� bij de vleermuizenwerkgroep,www.natuurpunt.be/vleermui-zenwerkgroep, tel. (014) 51 62 01

6 Kleine kapruimtes en dakvoeten

Kleine kapruimtes en dakvoeten zijndikwijls niet of moeilijk bereikbaar,bijvoorbeeld omdat zich houtengewelven tegen de spanten bevindenof omdat er plafonds aangebrachtwerden. Toch moeten ook deze bouw-delen nagekeken kunnen worden omonder meer lekkages op te sporen.Meestal volstaat het wegneembareplafonddelen of luiken te plaatsen.Een goed toegankelijke doorgang vooreen kapruimte heeft een opening vanminimum 60 bij 80 cm. Luikenmoeten veilig open en dicht kunnenen mogen niet ongewild kunnendichtvallen. Een handgreep of deur-kruk is het best aan de binnenzijdeaangebracht, zodat de luiken steedsopen kunnen. In waardevolle gestucteplafonds mag echter onder geenbeding een luik aangebracht worden.Mogelijk biedt een goed en veiligbereikbaar dakluik hier een oplossing.

Page 11: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

Dikwijls zijn daken moeilijk bereikbaarmet ladders omdat de goten eronderslecht beloopbaar zijn of omdat ze tehoog zijn. Waar ladders geen uitkomstbieden, kunnen luiken of dakkapellendat wel. Als norm geldt dat goten endakvlakken die hoger dan 10 m gelegenzijn, bereikbaar moeten zijn via eendakluik of een dakkapel.Een opening van 60 bij 80 cm, eenruim bordes 55 à 60 cm onder dezeopening, een verankeringspunt aan debinnenzijde en een ladderhaak onderen naast de opening aan de buiten-zijde, zijn vereist om veilig naar buiten

en binnen te gaan. Deze voorzieningenzijn op termijn eveneens kosten-besparend, want er moeten niet telkensdure installaties, hoogwerkers ofstellingen opgebouwd worden bijinspecties of bij werken.Opgelet: bij wijzigingen aan het uiterlijkvan het gebouw is toestemmingvereist van de gemeentelijke bouw-dienst, en bij beschermde monumentenhebt u bovendien de goedkeuringnodig van de Afdeling Monumentenen Landschappen.

1 Dakkapellen

Bij dakkapellen moet het deurtje zoopendraaien dat de klim- of de ladder-haak naast de dakkapel onmiddellijkbereikbaar is. Alle metalen onderdelen(grendels, scharnieren…) moeten uit-gevoerd zijn in roestvrij materiaal.Het is essentieel dat de aansluitingvan de dorpel en de stijlen van hetkozijn met de dakbedekking water-dicht afgewerkt is.

2 Luiken

Wanneer goten en daken van binnen-uit bereikbaar worden gemaakt, gaatde voorkeur uit naar inliggende luiken.Ze zijn gebruiksvriendelijker dan op-liggende luiken, vallen weinig op inhet dakvlak en hebben geen boven-rand waar het vuil zich kan ophopen.Ze vereisen wel een nauwkeurigeafwerking. Vooral de omranding moetwind- en waterdicht worden afgewerkt.Elk luik moet worden voorzien van eenroestvrijstalen valketting om te

DAKEN EN GOTEN3

12DAKKAPELLEN LUIKEN

Page 12: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

verhinderen dat het naar beneden valt,en van een handgreep voor een goedemanipulatie. De valketting is ± 1,5mlang, maar kan variëren naargelangvan de situatie. Grendels en sluit-bomen zijn de beste sluitmechanismen.Wanneer de zolder van buitenuitbereikt moet worden, komen enkelopliggende luiken in aanmerking. Laatde luiken bij voorkeur naar buiten

opendraaien met scharnieren envoorzie ze van een valketting. Daarvoorwordt roestvrij materiaal gebruikt.Luiken bekleed met koper of zink, zijngoed hanteerbaar. Zijn ze met loodbekleed - lood is zwaarder en moeilijkerhanteerbaar - voorzie ze dan vanscharnieren en een stevige handgreep.Lood is echter een duurzaam materiaalen valt weinig op in een leien dak.

13LUIKEN

Page 13: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

Gemakkelijk bereikbare en beloopbaregoten zijn noodzakelijk om zowel degoten als de daken regelmatig na tezien en ze vlot en veilig te onder-houden.

1 Ladder aan de goot

Een ladder moet steeds correctgeplaatst worden. Hij moet daarvooraan volgende voorwaarden voldoen:� de ladder staat onder een hoek van

65° tot 75° met de vloer;� hij is aan de beugels van de goot

vastgemaakt, bijvoorbeeld meteen veiligheidsband;

� wordt hij gebruikt om over testappen in een goot,dan moet hij 1 mboven de goot uitsteken.

Ladders zijn soms moeilijk te plaatsendoordat er voor de gevel struiken ofbomen in de weg staan. Bij de aan-planting moet daarom op regelmatigeafstanden een doorgang vrijgelatenworden.

2 Aanbevelingen voor

beloopbare goten

In de goten moet vlot en veiliggelopen kunnen worden. Zijn er geencollectieve beschermingsmaatregelsaanwezig - zoals een borstwering -dan zijn ladderhaken op het dak nood-zakelijk om met behulp van persoon-lijke Beschermingsmiddelen (PBM’s)veilig de goot te betreden(zie verder: Ladderhaken, klimhakenen verankeringspunten).

De goten moeten constructief veiligen voldoende breed zijn. De minimalebreedte van bijvoorbeeld een bakgootbedraagt 19 cm, maar 25 cm geniet devoorkeur. Voor zakgoten (goten tussentwee hellende daken of tussen eenhellend dakvlak en een opstaandemuur), is een breedte van minstens40 cm aan te bevelen.Hanggoten zijn in principe nietbeloopbaar, maar met enkele specialevoorzieningen kunnen ze dat welworden. Zinken en koperen hanggotenmoeten daarom aan de volgende eisenvoldoen:� ze zijn minimaal 19 cm maar liefst

25 cm breed;� ze worden gedragen door roest-

vrijstalen beugels van 8 bij 40 mm,met een hartafstand van 50-60cm. Voor zinken goten moeten debeugels bij de kraal verbondenworden door een verzinkt stalenhoekprofiel van 20 bij 20 bij 3 mmof een roestvrijstalen staaf. Vooreen koperen goot is dat een roest-vrijstalen hoekprofiel. De beugelsmoeten aangebracht worden opde muurplaat, de kepers of anderzwaar balkhout, en niet op hetdakbeschot. Ze worden onderaangesteund door een hardhoutenplank van minstens 4/4” dik(1 duim = ongeveer 2,5-2,6 cm);

� ze zijn minstens 0,8 mm dik. Hetkoper moet gesoldeerd wordenmet hardsoldeer of met zilver- ofkoperhoudend tinsoldeer.

14LADDER AAN DE GOOT AANBEVEL INGEN VOOR BELOOPBARE GOTEN

GOTEN4

Page 14: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

15

Beloopbare goten kunnen vanuit eenluik of een dakkapel toegankelijkgemaakt worden. De opening meet bijvoorkeur 60 bij 80 cm. Aan de binnen-zijde onder het luik moet een bordesvoorzien zijn van minstens 1 m2. Omveilig naar buiten te kunnen gaan, iseen borstwering van minstens 50-60cm vereist. Bij dakkapellen met eenborstwering hoger dan 75 cm, moet

een trapje of een ladder aanwezig zijn.Alle ladders moeten vastgezet worden.Bij dakkapellen of luiken die meer dan75 cm boven een goot in het dakvlakstaan, kunnen enkele ladder- ofklimhaken onder het luik geplaatstworden tot aan de goot of kan een losladdertje voorzien worden waarmeede goot gemakkelijk te bereiken is.De losse ladders worden opgeborgen.

AANBEVEL INGEN VOOR BELOOPBARE GOTEN

Page 15: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

Gebouwen zijn pas op een veiligemanier bereikbaar als monumenten-wachters en vakmensen zich steedskunnen beveiligen wanneer ze hunwerk uitvoeren in dakgoten, op dak-vlakken, aan nokken en aan torens.Daarbij spelen ladder-, klimhaken enverankeringspunten een essentiëlerol. Zijn zij adequaat aangebracht, danworden ook de meest kwetsbare puntenvrij vlot bereikbaar. De ervaringenvan de monumentenwachters inVlaanderen zijn op dat vlak nog steedserg teleurstellend. Veelal zijn er geen,onvoldoende of niet genormeerdehaken aanwezig en waar er zijn, zittenze vaak niet op de juiste plaatsen.Bovendien kan zelden gecontroleerdworden of ze betrouwbaar bevestigd zijn.Vroeger werden maatregelen voor debereikbaarheid ook al eens verwaar-loosd om esthetische redenen.Ladderhaken ontsierden het dak. Maarhaken hoeven nauwelijks op te vallen.Roestvrijstalen haken kunnen voorzienworden van een gekleurde - bijvoor-beeld leigrijze - moffellaag of poeder-coating (in elke gewenste RAL-kleur)en wanneer ze zorgvuldig wordeningedekt, blijft het afdeklood zo goedals onzichtbaar. Dergelijke veilig-heidsvoorzieningen worden het bestmee opgenomen in het lastenboekvoor grote herstellingen of bij eenrestauratie. Ze zullen later nog dikwijlshun nut bewijzen. Maar haken kunneneveneens geplaatst worden tijdensonderhoud of kleine herstellingen.

Enkele definities

Ladderhaken, klimhaken en veranke-ringspunten zijn metalen haken die inhet dakoppervlak permanent bevestigdworden aan de dragende dakconstructieof op een gevel.

De huidige genormeerde ladder- enklimhaken zijn steeds voorzien van eenoog waarop aangelijnd kan worden.Zij maken een optimale veiligheidmogelijk.

� Ladderhaken dienen om eenbepaald punt bereikbaar te makendoor het ondersteunen van lad-ders en steigers. In de ladderhakenwordt eerst een houten balk aan-gebracht waarop een ladder kanrusten. Houten leiladders echterzijn in de sporten voorzien van eenuitsparing en kunnen zo ook opge-hangen worden aan de ladder-haken. De norm die van toepassingis voor ladderhaken is NBN-ENS517.

� Klimhaken dienen om zonder lad-ders moeilijk bereikbare plaatsen -zoals torenspitsen - te kunneninspecteren of onderhouden. Dittype van haak heeft aan het uitein-de een geribbeld steunvlak voor deschoenen. De norm voor klimha-ken is NBN-EN517.

� Verankeringspunten zijn bedoeldom een persoonlijke beveiliging

16LADDERHAKEN, KL IMHAKEN EN VERANKERINGSPUNTEN

LADDERHAKEN, KLIMHAKENEN VERANKERINGSPUNTEN

5

Page 16: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

17LADDERHAKEN, KL IMHAKEN EN VERANKERINGSPUNTEN

© B

ové D

raad

prod

ucte

n bv

LADDERHAAK LEIEN KLIMHAAK LEIEN

OOGHAAK LEIEN LADDERHAAK PANNEN

KLIMHAAK PANNEN OOGHAAK PANNEN

Page 17: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

aan te brengen tegen het vallen, omte kunnen afdalen en om stellingente kunnen plaatsen. De norm voorverankeringspunten is NBN-EN795.

Veiligheidslijn, leeflijn of vanglijn: ompersonen te beschermen tegen eenval van een hoogte van meer dan 2 mmoeten veiligheidsgordels of harnassengebruikt worden. Deze gordels ofharnassen worden gewoonlijk via eenbuigzame vanglijn van een beperktelengte verbonden met ofwel eenverankeringspunt, ofwel een bevesti-gingssysteem dat vastgehecht is aaneen of meerdere verankeringspunten(K.B. 7/08/1995 – betreffende hetgebruik van persoonlijke bescher-mingsmiddelen).

1 Bereikbaarheid van hellende

daken bedekt met leien, zink of

koper

Hoe ladder- en klimhaken geplaatstworden op een dakkap, hangt af van devorm, de constructie en het materiaalwaaruit die is opgebouwd. Een daken-plan met goed geplaatste ladderhaken,klimhaken of verankeringspunten, kanin overleg met de monumenten-wachters en de preventieadviseurvan Monumentenwacht Vlaanderenopgesteld worden. Wanneer hetgebouw gerestaureerd wordt, is datde taak van de veiligheidscoördinator.

Plaatsing van ladderhakenVoor het plaatsen van ladderhaken,rekening houdend met dakladdersvan 18 sporten (ongeveer 4,5 m lang),gelden volgende maten:� 1 rij ladderhaken op 1 m onder de nok;� 1 rij ladderhaken boven de goot of

de dakvoet;� dakvlakken zonder beloopbare

goten: 1 rij ladderhaken op ± 60 cmboven de dakvoet (gemeten vol-gens dakhelling);

� dakvlakken met beloopbare goten:1 rij ladderhaken op 1,20 m bovende goot (gemeten volgens dak-helling)De horizontale afstand van dezeonderste rij haken is 1,4 m. Dit isde maximale afstand om metleeflijnen te kunnen werken.De tussenliggende rijen wordenop ongeveer 4 m van de andererijen aangebracht met een hori-zontale tussenafstand van 2,80 m,verspringend ten opzichte van devorige.

18BERE IKBAARHEID VAN HELLENDE DAKEN BEDEKT MET LE IEN, Z INK OF KOPER

Page 18: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

Wanneer een dakvlak een duidelijkeknik vertoont, moet er op ongeveer80 cm onder deze knik een rij haken aan-gebracht worden. (zie tekening p. 20)

Ladderhaken naast een opgaandemuur, rijzend uit het dakvlak of naastbovendaks metselwerk worden op50-60 cm van de muur geplaatst.

Plaatsing van klimhakenKlimhaken worden aangebracht oppunten waar geen ladder gebruikt kanof mag worden.� Ze worden liefst verspringend

geplaatst, in twee verticale lijnen diemaximaal 30 cm uit elkaar liggen;

� de verticale afstand van de enenaar de andere klimhaak is 35-40cm tot maximaal 50 cm;

� de lengte van de rij klimhaken ophet dakvlak moet zoveel mogelijkbeperkt worden door zo hoog mogelijk een voldoende groot luikte plaatsen met aan de binnen-zijde onder het luik een voldoende groot steunvlak;

� het luik en de klimhaken worden omesthetische redenen bij voorkeuraan de minst opvallende zijde vanhet gebouw aangebracht en aande zijde met de minste regen enwind. Bij een kerk is dat vaak deoostzijde.

19BERE IKBAARHEID VAN HELLENDE DAKEN BEDEKT MET LE IEN, Z INK OF KOPER

Page 19: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

20BERE IKBAARHEID VAN HELLENDE DAKEN BEDEKT MET LE IEN, Z INK OF KOPER

TORENSPITSDAKVLAK MET KNIK

Page 20: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

Torenspitsen

Om een torenspits te bereiken, wordenklimhaken onder en naast het hoogstetorenluik aangebracht. Verder komenze in verspringende orde voor tot aande spits. Boven, vlak onder de lood-muts, wordt in elke windrichting éénhaak voorzien om de inspectie van hettorenkruis te vergemakkelijken.

Opengewerkte lantaarns

Om bij de spits van een opengewerktelantaarn te komen, worden de klim-haken zoveel mogelijk verspringendlangs de stijlen van de lantaarnaangebracht. Is er een dakoversteek,dan moet daar een bijkomend veran-keringspunt voorzien worden.

Plaatsing van verankeringspuntenVerankeringspunten kunnen voorzienworden in muren, op daken of op

zolders. Aan deze punten kunnen demonumentenwachters of anderevakmensen zich met behulp van eengordel of harnas en vanglijn vast-maken en zo veilig de goot of het dakbetreden.Verankeringspunten worden het bestvoorzien:� in de nabijheid van een dakkapel

of een dakluik, aan een voldoendestevige dakstructuur;

� naast beloopbare kroonlijstenwaar geen leuning aanwezig is;

� op platte of licht hellende daken.Wanneer er geen borstwering ofopstaande muur aanwezig is ophet platte dak, wordt er centraalop het dak een verankeringspuntaangebracht.

Verankeringspunten op de nok zijngoede bevestigingspunten. Van hieruitis een groot deel van het dak tebereiken. Ze moeten zelf ook welgemakkelijk bereikbaar zijn engecombineerd worden met voldoendeladderhaken op de daken.

Dakdoorbrekingen en speciale

constructies

� Bij torenrompen die in het dakvlakzijn geplaatst, moet een extraladderhaak aangebracht wordenop 80 cm van de aansluitingtussen het dakvlak en de toren.

� Bij kleine torentjes die niet via eendakluik te bereiken zijn, moetenklim- en ladderhaken tegen de opgaande verticale structuren en ophet dakvlak geplaatst worden; ookwordt circa 80 cm onder de loden muts van de topbekroning opelk dakvlak een ladderhaak voorzien.

21BERE IKBAARHEID VAN HELLENDE DAKEN BEDEKT MET LE IEN, Z INK OF KOPER

Page 21: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

� Bol-, peer- of uivormige spitsen zijnenkel goed bereikbaar via voldoendegeplaatste klimhaken.

� In koorafsluitingen zijn in elkdakvlak ladderhaken vereist, op 80cm onder de topbekroning en boven de goot.

� Bij moeilijk bereikbare puntenzoals schoorstenen moet een lad-derhaak of een verankeringspuntaanwezig zijn om zich aan vast telijnen.

Bevestiging van ladder- en

klimhaken

De bevestiging en de kwaliteit van dehaken zijn letterlijk van levensbelangvoor iedereen die ze beroepshalvegebruikt. De dakhaken en hun bevesti-gingssystemen moeten volgens deBelgische norm NBN-EN 517 vervaardigdzijn uit metaal met een minimum

weerstand tegen corrosie die gelijk isaan de weerstand van warm gegalva-niseerd staal met een beschermlaagvan 50μm (zoals haken uit roestvrijstaal of gietbrons). Het materiaal maggeen fouten vertonen die de presta-ties kunnen verminderen.Een ladderhaak moet welbepaaldeafmetingen hebben. De opening vanladderhaken mag niet kleiner zijndan 80 mm en niet groter dan150 mm. De hoogte is minimum120 mm. Het gesloten oog voor debevestiging van persoonlijke val-beveiliging heeft een minimaleopening van 20 bij 40 mm.Alle haken moeten voldoen aan devereiste testen. De haken moetenvolgens de voorschriften van defabrikant gemonteerd worden. Defabrikant moet plaatsingsvoorschriftenbezorgen in de plaatselijke taal.

22BERE IKBAARHEID VAN HELLENDE DAKEN BEDEKT MET LE IEN, Z INK OF KOPER

Page 22: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

23BERE IKBAARHEID VAN HELLENDE DAKEN BEDEKT MET LE IEN, Z INK OF KOPER

Daarin staat alle relevante informatieover opslag en montage.De haken moeten gemarkeerd zijnmet:� het nummer van de norm EN 517

en EN 795;� de letter van het type A of B;� de naam of het handelsmerk van

de fabrikant.

De haken mogen nooit alleen in hetdakbeschot vastgezet worden, maarsteeds in een voldoende stevigeconstructie zoals de kepers van dedakconstructie of een extra rib tussentwee gordingen. De minimale afstandtot aan de kop van de balk is 50 cm, ditom te voorkomen dat het hout splijt.Haken zijn bij voorkeur bevestigd metroestvrijstalen draadeind M10, moeren sluitring, die aan de binnenzijdezichtbaar en controleerbaar zijn. Is dat

Page 23: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

24BERE IKBAARHEID VAN HELLENDE DAKEN BEDEKT MET LE IEN, Z INK OF KOPER

niet mogelijk, dan kunnen RVS-houtdraadbouten M10, met een lengtevan 10 cm gebruikt worden. De hout-draadbouten worden met een boordiameter 7 mm voorgeboord.Wanneer de ladderhaak met vuur-verzinkte nagels of koperen stiftenvan 80 mm op de dakconstructiewordt bevestigd, zijn er minstens driebevestigingspunten nodig.

Bevestiging van verankeringspunten

De verankeringspunten zijn in diversemodellen op de markt. Zij moetenvoldoen aan de Europese norm NBN-EN795 A1. In het oog van het verankerings-punt moet een musketon van eenveiligheidslijn vrij beweegbaar vast-gemaakt kunnen worden. Het materiaalvan de verankeringspunten moet

Page 24: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

25BERE IKBAARHEID VAN HELLENDE DAKEN PLATTE DAKEN ANDERE MOGELI JKHEDEN

bestand zijn tegen corrosie. Het is bijvoorkeur vervaardigd uit roestvrij staal.De bevestiging van een verankerings-punt in een houten of een stalendrager, moet berekend worden dooreen gekwalificeerde ingenieur.

2 Bereikbaarheid van hellende

daken bedekt met pannen

Voor hellende daken bedekt metpannen bestaan er aangepaste ladder-haken, die rekening houden met degolving en de dikte van de pan. Deladderhaken moeten in een voldoendestevige constructie (zoals kepers)bevestigd worden. Omdat pannenmeestal gelegd worden op panlattenis de bevestiging van ladderhaken hierminder evident dan bij daken met eenleibedekking. De afmetingen van depannen en de afstand tussen de pan-

latten zijn bepalend voor de plaatsing,zodat de algemene richtlijnen voorhellende daken die met leien bedektzijn (zie hoger), hier niet altijd gevolgdkunnen worden. Het is aangewezende toegankelijkheid van met pannenbedekte daken geval per geval te bekijken.

3 Platte daken

Volgens veiligheidsvoorschriften maghet dak tot 1,5 m van de dakrand vrijbetreden worden. Daarbuiten moetende nodige voorzieningen getroffenworden zoals een (tijdelijke) borst-wering of verankeringspunten.

4 Andere mogelijkheden

Een ander beveiligingssysteem is eenflexibele horizontale verankeringslijnwaarop een lijnklem wordt aan-gebracht. De verankeringslijn is eenroestvrijstalen kabel die op zijn plaatsgehouden en geleid wordt doortussensteunen. Aan de lijnklem kaneen persoonlijke valbeveiliging vast-gemaakt worden. Het beveiligings-systeem moet voldoen aan deBelgische norm NBN-EN 795 C1 en C2.Op de daken kunnen ook looppaden,loopvlakken en treden aangebrachtworden. Deze roestvrijstalen, geprefa-briceerde platformen hebben eenpermanent karakter. De norm NBN-EN516 is hier van toepassing.

Deze systemen betekenen vaak eenzware esthetische ingreep in monu-menten. Daarom werden ze niet verderuitgewerkt. Voor het aanbrengen vandergelijke beveiligingssystemen opbeschermde monumenten is steeds

Page 25: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

26BERE IKBAARHEID VAN HELLENDE DAKEN PLATTE DAKEN ANDERE MOGELI JKHEDEN

een vergunning nodig van de AfdelingMonumenten en Landschappen.Stellingen en hoogwerkers zijn voorkleine onderhoudswerken en voorregelmatig nazicht van het monu-ment te ingrijpend en te duur. Zeworden daarom ook niet verderbesproken.

Voor het “onderhouden, herstellen,vervangen of aanbrengen van de nodigevoorzieningen voor de toegankelijk-heid met het oog op onderhoud enbeveiliging, zoals loopbruggen, zolder-trappen en ladders, dakluiken, ladder-en klimhaken” kan een onderhouds-premie verkregen worden:

� voor beschermde gebouwen kuntu terecht bij de Afdeling Monu-menten en Landschappenwww.monument.vlaanderen.be;

� de provincies Antwerpen en Vlaams-Brabant geven een onderhouds-subsidie voor niet-beschermdewaardevolle gebouwenwww.provant.be, www.vl-brabant.be;

� de provincie Oost-Vlaanderen voor-ziet in een onderhoudspremie voorniet beschermde waardevolle gebou-wen in eigendom van openbarebesturen www.oost-vlaanderen.be;

� sommige gemeenten geven onder-houdspremies of aanvullendepremies op de onderhoudspremievan de Vlaamse overheid of deprovincie.U informeert zich hiervoor bestrechtstreeks bij de desbetreffendegemeente.

Page 26: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

27BESLUIT

De zorg voor onze monumentenbegint ongetwijfeld bij een veiligebereikbaarheid van alle onderdelenervan. Zo wordt in de eerste plaatseen efficiënt onderhoud mogelijk.Dankzij goede voorzieningen kan datimmers veilig, snel en regelmatiggebeuren. En beslist niet te ver-waarlozen is het kostenbesparendeaspect: ‘snel’ betekent dat er minderwerkuren betaald moeten worden,‘permanente’ voorzieningen betekentdat er niet voor elk werk opnieuwomslachtige en dure installaties zoalshoogwerkers of stellingen geplaatstmoeten worden.Voorts verhoogt een goede bereik-baarheid aanzienlijk de veiligheid vaniedereen die ooit in de gebouwenmoet komen. En dat zijn al bij al tochheel wat mensen: monumenten-wachters tijdens hun inspecties,dakdekkers die onderhouds- enherstellingswerken uitvoeren, onder-houdsploegen die de goten enafvoeren vrij maken, schoorsteen-vegers, vertegenwoordigers van dewerkgroep Vleermuizen of Kerkuilendie het bestand en de voorzieningenkomen controleren, mensen van debliksemafleidingsinstallatie…

Voor de juiste plaatsing van deveiligheidsvoorzieningen kunt usteeds terecht bij Monumenten-wacht. De monumentenwachtersgeven graag toelichting over wat erprecies moet gebeuren. Er kan bij-voorbeeld in overleg een dakenplanopgemaakt worden voor het aan-brengen van de nodige ladder- enklimhaken, dakluiken of dakkapellen.Ook financieel kunt u geholpen wor-den dankzij onderhouds-, renovatieof restauratiepremies van VlaamsGewest, provincie of gemeente. Zijmaken de hele ingreep betaalbaarvoor elke eigenaar-beheerder.

Ingrepen die een gebouw veilig toe-gankelijk maken, zijn investeringendie op vele terreinen renderen. Wanteen goed onderhouden monumenthoudt langer stand, hoeft mindervaak restauraties te ondergaan,behoudt langer zijn identiteit enheeft meer uitstraling. Dat komt dehele gemeenschap ten goede. Deeigenaar voelt zich daardoor tevre-den en gewaardeerd. En misschienkan hij zelfs wel voor het eerst zijnmonument in al zijn verscheiden-heid leren kennen.

BESLUIT

Page 27: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

28

Page 28: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

29

BEKNOPTE BIBLIOGRAFIE

� THIELEMANS P. EN J. DILLEN, Wettelijk en administratief kader wat betreft deuitvoering van de werken, in Handboek onderhoud, renovatie, restauratie,hoofdstuk I.3.2., uitgeverij Kluwer, 1999-2004.

� Bijzondere richtlijnen en voorschriften, in Inspectiehandboekmonumentenwacht Nederland, hoofdstuk 0.5, 1995.

� Geprefabriceerde toebehoren voor daken - Inrichtingen voor het betreden vandaken - looppaden, loopvlakken en treden, Europese norm 516,oktober 1995.

� Geprefabriceerde hulpstukken voor daken - Veiligheidshaken,Europese norm 517, oktober 1995.

� Persoonlijke beschermingsmiddelen tegen vallen - Verankeringsvoorzieningen,Europese norm 795.

� Veilig werken in en op monumenten, in Info restauratie en beheer, nr. 36,Rijksdienst voor Monumentenzorg, Zeist, 2003.

� Bouworganisatie, in Restauratievademecum, Rijksdienst voorMonumentenzorg, 1992.

Page 29: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

30

COLOFON

� Derde herwerkte druk� Redactie Eerste druk Monumentenwacht

Oost-Vlaanderen,tweede herwerkte druk MonumentenwachtVlaams-Brabant,herwerking derde druk Karolien Sterkmans,Monumentenwacht Vlaams-Brabant,i.s.m. Marc Debaecke en Birgit van Laar,Monumentenwacht Vlaanderen

� Eindredactie Anouk Stulens en Marijke Hoflack� Coördinatie Anouk Stulens� Lay-out Leën Offsetdruk nv� Foto’s Marc Debaecke, Anouk Stulens,

Monumentenwacht Limburg� Tekeningen Karolien Sterkmans� Verantwoordelijke uitgever Luc Verpoest� Wettelijk depot D/2005/7300/1� Met de steun van de 5 Vlaamse provincies

� Met de steun van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap

© Monumentenwacht Vlaanderen vzw, 2005

Page 30: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht

31

ADRESSEN

� Monumentenwacht Provincie Antwerpen vzwTurnhoutsebaan 232 | 2100 DEURNET + 32 3 360 52 34F + 32 3 360 52 36E [email protected]

� Monumentenwacht Limburg vzwWillekensmolenstraat 140 | 3500 HASSELTT + 32 11 23 75 90F + 32 11 23 75 95E [email protected]

� Monumentenwacht Oost-Vlaanderen vzwW. Wilsonplein 2 | 9000 GENTT + 32 9 267 72 42 (Secretariaat)T + 32 9 234 18 55 (Inspectiedienst)F + 32 9 267 72 98E [email protected]

� Monumentenwacht Vlaams-Brabant vzwGemeenteplein 5 | 3010 LEUVENT + 32 16 31 97 50F + 32 16 31 97 58E [email protected]

� Monumentenwacht West-Vlaanderen vzwKoning Leopold III-laan 31 | 8200 BRUGGET + 32 50 40 31 36F + 32 50 40 34 58E [email protected]

� Monumentenwacht Vlaanderen vzwErfgoedhuis Den WolsackOude Beurs 27 | 2000 AntwerpenT + 32 3 212 29 50F + 32 3 212 29 51E [email protected] W www.monumentenwacht.be

Page 31: Toegankelijkheid Van Zolders+Kapruimtes+Daken+Goten - Monumentenwacht