Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er...

53
tegenwind Armoede in België sinds 1800 PEDAGOGISCH DOSSIER Tijdens het bezoek KADOC SLO Geschiedenis

Transcript of Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er...

Page 1: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

tegenwindArmoede in België sinds 1800

PEDAGOGISCH DOSSIERTijdens het bezoek

KADOC KADOCSLO Geschiedenis

Page 2: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

2

Inhoud

Inhoud ..................................................................................................................................................... 2

Inleiding ................................................................................................................................................... 3

Vragen en opdrachten tijdens de tentoonstelling .................................................................................. 5

Thema 1: geld ...................................................................................................................................... 5

Thema 2: werk ................................................................................................................................... 12

Thema 3: lichaam .............................................................................................................................. 17

Thema 4: huis .................................................................................................................................... 20

Thema 5: gezin .................................................................................................................................. 24

Thema 6: samenleven ....................................................................................................................... 28

Overkoepelende verdiepingsvragen ................................................................................................. 30

Voorbeeldantwoorden .......................................................................................................................... 31

Thema 1: geld .................................................................................................................................... 31

Thema 2: werk ................................................................................................................................... 35

Thema 3: lichaam .............................................................................................................................. 39

Thema 4: huis .................................................................................................................................... 42

Thema 5: gezin .................................................................................................................................. 44

Thema 6: samenleven ....................................................................................................................... 47

Overkoepelende verdiepingsvragen ................................................................................................. 49

Bijlage: documenten bij de verdiepingsvragen ..................................................................................... 50

Page 3: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

3

Inleiding

Duur van het bezoek

Zelf te bepalen. Bij voorkeur anderhalf uur.

Doelstellingen

Net als de inleidende lessen hebben ook deze opdrachten tot doel om het historisch denken van leerlingen

te bevorderen via inzicht in het verleden en inzicht in de historische praktijk. Bij elke opdracht wordt kort

aangegeven welke component van het historisch denken via deze vraag bevorderd wordt.

Inhoud

Per thema in de tentoonstelling wordt een reeks verwerkingsvragen met bijhorend voorbeeldantwoord

voorzien. De vragen zijn onderverdeeld in drie categorieën:

- Per thema worden enkele algemene kennis- en inzichtsvragen voorzien die betrekking hebben op

de objecten die in dit deel van de tentoonstelling aan bod komen. Deze vragen zetten leerlingen

aan om aandachtig te kijken naar de stukken in de tentoonsteling. Ze peilen zowel naar kennis over

en inzicht in het verleden, als naar kennis over en inzicht in de historische praktijk. Per thema wordt

ook ingezoomd op één bron die uitgebreid bevraagd wordt (historische kritiek). Voor de

verwerkinsgvragen doen leerlingen voornamelijk beroep op de informatie en stukken die in de

tentoonstelling worden gegeven.

- Belevingsvragen zijn vragen die peilen naar de affectieve verwerking van de tentoonstelling. Hier

krijgen leerlingen de ruimte om hun persoonlijke beleving op een creatieve manier vorm te geven.

- Verdiepingsvragen waarin dieper wordt ingegaan op één thema of maatschappelijk debat dat in

de tentoonstelling wordt aangeraakt. Bij deze vragen staat reflectie, overleg en debat centraal. Het

is daarom sterk aangeraden om leerlingen deze verdiepingsvragen per twee te laten beantwoorden

en dit slechts te doen nadat ze de tentoonstelling in zijn geheel hebben doorlopen. De vragen

kunnen immers betrekking hebben op één thema, maar kunnen ook de tentoonstelling in zijn

geheel bevragen. Deze verdiepingsvragen vormen de basis voor de verdere verwerking na het

bezoek aan de tentoonstelling en vragen dus eigenlijk een nabespreking in de les. Aangezien

leerlingen bij deze vragen ook zelf argumenten en kennis moeten aanbrengen, is het aangeraden

op voorhand te bepalen welke verdiepingsvragen geschikt zijn voor jouw leerlingen.

Gebruik en voorbereiding

Dit dossier bevat een zeer ruim aantal verwerkingsvragen bij de tentoonstelling. Het is niet de bedoeling,

en zelfs onmogelijk, dat leerlingen al deze vragen oplossen. Afhankelijk van de gewenste invalshoek en de

specifieke interesses en mogelijkheden van het leerlingenpubliek kan de leerkracht best zelf een zinvolle

selectie maken uit het beschikbare materiaal. Idealiter bezoeken leerlingen wel elk deel van de

tentoonstelling en komen er verschillende soorten vragen aan bod.

Voor een bezoek van anderhalf uur, kan de volgende formule gebruikt worden:

- 2 algemene vragen per thema (10 minuten per thema)

- 2 belevingsvragen (10 minuten in totaal)

- 1 à 2 verdiepingsvragen aan het einde van het bezoek (10 minuten per vraag)

Het is aangeraden om de leerlingen de tentoonstelling te laten bezoeken in kleine groepen (van 2 à 3

leerlingen). In veel van onderstaande opdrachten moeten leerlingen foto’s nemen van stukken uit de

Page 4: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

4

tentoonstelling. Zorg er daarom voor dat er per groep minstens één smartphone beschikbaar is en laat

leerlingen de foto’s na het tentoonstellingsbezoek aan jou bezorgen (bijvoorbeeld via mail of dropbox). De

foto’s kunnen nadien gebruikt worden als vertrekpunt voor de nabespreking. Maak je liever geen gebruik

van foto’s, laat leerlingen dan telkens noteren naar welke stukken in de tentoonstelling ze verwijzen.

Alvorens het bezoek aan te vatten kan het nodig zijn om de vraagstelling van de opdrachten aan te passen

zodat de vragen voldoende duidelijk en uitdagend zijn voor je leerlingen. In de vragen wordt regelmatig

gebruik gemaakt van het begrip ‘object’ en ‘actor’, twee begrippen die mogelijk niet voor alle leerlingen

duidelijk zijn. Deze twee begrippen worden daarom hieronder toegelicht. Indien nodig kan je deze

toelichting ook (schriftelijk of mondeling) aan leerlingen meegeven.

Actor: wanneer er in de opdrachten gevraagd wordt naar een ‘actor’ in het verleden of in het heden, gaat

het om een persoon, een groep mensen, een instelling of organisatie die een actieve rol speelt in een

bepaald proces.

Object: wanneer er in de opdrachten gevraagd wordt naar een ‘object’ in de tentoonstelling worden

hiermee alle stukken bedoeld die tentoongesteld worden: voorwerpen, affiches, documenten uit

archieven, foto’s, schilderijen, etc.

Geef ook aan leerlingen mee dat ze voor de antwoorden op de algemene vragen steeds zoveel mogelijk

moeten vertrekken vanuit de stukken in de tentoonstelling.

Page 5: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

Vragen en opdrachten tijdens de tentoonstelling

Thema 1: geld

Algemene vragen

1. Armoede wordt vaak spontaan gereduceerd tot een ‘gebrek aan geld’. Zoek in dit deel van de

tentoonstelling één object dat toont dat dit vandaag gedaan wordt. Zoek ook één object dat aantoont

dat dit ook vroeger gedaan werd. Neem van beide objecten een foto.

Doel: continuïteit doorheen de tijd.

Voorbeeldantwoord

2. In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In

onderstaande tabel vind je vier actoren die in de tentoonstelling aan bod komen die in het verleden aan

armoedebestrijding deden.

a. Geef voor elke actor aan op welke manier(en) hij de armoede bestreed.1

b. Ga voor elke actor ook na of die vandaag nog actief is in het bestrijden van armoede. Zo ja, welke

strategieën gebruikt deze actor vandaag dan? Welke verschillen of gelijkenissen zie je met de

strategieën die deze actor vroeger hanteerde?

Actor Strategie vroeger Strategie vandaag

Mensen in armoede

De overheid

‘Middenveldorganisaties’2

Liefdadige instellingen

Doel: de rol van menselijke agency in historische processen, continuïteit en verandering doorheen de tijd.

Voorbeeldantwoord

1 Je kan leerlingen ook zelf in de tentoonstelling op zoek laten gaan naar actoren die actief zijn in de armoedebestrijding, eventueel na het geven van een voorbeeld. 2 Voor de 19e eeuw is de term ‘middenveld’ uiteraard een anachronisme, vandaar de plaatsing tussen aanhalingstekens. We gebruiken niettemin de term toch, om de vergelijking te faciliteren.

Page 6: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

6

3. In de tentoonstelling komen verschillende strategieën aan bod die vroeger gebruikt werden om

armoede te bestrijden. Hieronder vind je zes objecten uit de tentoonstelling die naar zo een strategie

verwijzen.3

© Mol, Torenmuseum (foto: Brussel, KIK-IRPA)

© Stef Renodeyn - http://www.stefrenodeyn.tumblr.com

3 Je kan leerlingen ook zelf in de tentoonstelling op zoek laten gaan naar objecten die naar zo een strategie verwijzen, eventueel na het geven van een voorbeeld.

Page 7: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

7

© Kortrijk, Rijksarchief

© Leuven, KADOC

Page 8: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

8

© Gent, Het Huis van Alijn

© Gent, Archief OCMW (foto: Edmond Sacré, 1903)

Ga in dit deel van de tentoonstelling op zoek naar deze objecten en geef voor elk object aan:

a. Om welk object het gaat (naam of omschrijving in één zin);

b. naar welke strategie uit het verleden er verwezen wordt;

c. van wie de strategie uitgaat (wie de actor is);

d. of de strategie vandaag ook nog gebruikt wordt en in welke vorm.

De bijschriften bij deze objecten kunnen je steeds op weg zetten.

Object? Naar welke strategie in

het verleden verwijst dit

object?

Wie is de actor? (Hoe) wordt deze

strategie vandaag nog

gebruikt?

1.

Page 9: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

9

2.

3.

4.

5.

6.

Doel: de rol van menselijke agency in historische processen, historische oriëntatie, inzicht in het verleden,

continuïteit en verandering doorheen de tijd.

Voorbeeldantwoord

Verdiepingsvragen

1. Vergelijk het document ‘Wat een huishouden van man, vrouw en 2 kinderen noodig heeft per week’

met de budgetstandaard die in 2009 opgemaakt werd (bijlage 1).

a. Wat zijn grote punten van verschil tussen beide documenten? Op welke manier getuigen de

verschillen van een veranderend mens- en maatschappijbeeld in de eenentwintigste eeuw?

b. Zijn beide documenten opgesteld met hetzelfde doel en in dezelfde context, of niet? Hoe

verschillen ze beide?

c. Het leefloon bedraagt momenteel 867,40€ voor een alleenstaande en 1.156,53€ voor een koppel

met minstens één kind. Vergelijk deze bedragen met het bedrag dat in de budgetstandaard wordt

aangegeven. Wat valt je op? Wat zouden hiervan de gevolgen kunnen zijn?

In de voorbereidende lessen stonden we stil bij het belang van het bevragen van bronnen. De context waarin

de bron tot stand kwam en het standpunt en doel van de auteur waren daarbij zeer belangrijk om de

informatie in de bron goed te kunnen interpreteren. Houd hiermee rekening bij het oplossen van deze vraag.

Doel: kritische bronnenstudie, continuïteit en verandering doorheen de tijd, contextualisering van

historische fenomenen.

Voorbeeldantwoord

2. Een strategie die zowel vroeger als nu gebruikt werd in de strijd tegen armoede is het schrijven van

bedelbrieven. Schrijf zelf een bedelbrief van maximaal een halve pagina waarin je je richt tot de Belgische

koning of premier. Welke problemen kaart je aan? Wat ga je precies vragen en waarom? Probeer je hierbij

in te leven in de situatie van een persoon in armoede. Vertrek daarbij vanuit één van deze twee profielen

Page 10: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

10

en probeer de specifieke situatie en maatschappelijke context waarin deze persoon zich bevindt mee in

rekening te nemen.

Je bedelbrief mag ook een andere vorm aannemen dan een tekst. Je kan je boodschap bijvoorbeeld

inspreken in een video of audioboodschap of vormgeven in een gedicht.

Voorbeeldantwoord

3. Bekijk het document ‘Wat een huishouden van man, vrouw en 2 kinderen noodig heeft per week’. Hoe

bruikbaar is deze bron als je meer wilt weten over de situatie van mensen in armoede aan het begin van de

twintigste eeuw? Welke vragen zou je moeten stellen om de bruikbaarheid en de waarde van deze bron

hiervoor te kunnen inschatten?

In de voorbereidende lessen stonden we stil bij bepalen van de bruikbaarheid en waarde van bronnen en bij

het belang van het bevragen van bronnen. De context waarin de bron tot stand kwam en het standpunt en

doel van de auteur waren daarbij zeer belangrijk om de informatie in de bron goed te kunnen interpreteren.

Houd hiermee rekening bij het oplossen van deze vraag.

Doel: inzicht in het statuut van historische bronnen in de totstandkoming van historische beeldvorming.

Voorbeeldantwoord

4. In het bestrijden van armoede hanteren verschillende actoren steeds verschillende strategieën. Enkele

van deze strategieën die ook vandaag ingezet worden om armoede te bestrijden zijn: kopen op krediet,

uitkering van de overheid, sparen, spullen verpanden en bedelen.

a. Welke strategie lijkt jou vandaag het meest effectief? Maak een top 5 waarbij je de strategie die jij

het meest effectief vindt op één zet en de strategie die jij het minst effectief vindt op vijf zet. Vul

je top 5 hieronder in:

b. Leg voor de strategie die jij op 5 hebt gezet uit waarom je deze het minst effectief vindt en leg voor

de strategie die jij op 1 hebt gezet uit waarom je deze het meest effectief vindt.

c. Lees nu volgende getuigenis van een persoon in armoede:

5. ............................

4. ............................

3. ............................

2. ............................

1. ............................

Page 11: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

11

“We hebben een lening. Dat is ondertussen 2500 euro geworden.4 Het is wel hard. We staan daar

een paar maanden van achter met betalen. We kunnen het al lang niet meer dragen. Ge tekent

zo’n lening omdat ge maar aan één ding denkt: ‘Als we nú maar vooruit geholpen zijn. Er is geen

eten, ik moet naar de dokter, enzovoort. En wie heeft er tegenwoordig geen schulden?”5

Wat leert deze getuigenis jou over binnen welke termijn (korte-middellange-lange)6 mensen in

armoede naar de toekomst kijken? Hoe verklaar je dit?

d. Probeer vanuit dit perspectief de 5 strategieën die je gevonden hebt opnieuw te rangschikken. Vind

je, vanuit het perspectief dat mensen in armoede typisch hanteren, nog steeds dezelfde strategie

het meest efficiënt of zie je veranderingen? Hoe kan je dit verklaren?

Doel: het bestuderen van fenomenen vanuit verschillende perspectieven (multiperspectiviteit).

Voorbeeldantwoord

Persoonlijke verwerking

Selecteer in dit deel van de tentoonstelling één object dat:

- volgens jou het beste de relatie tussen geld en armoede symboliseert;

of

- jou het meeste trof.

Verwerk je antwoord op een manier naar keuze. Dit kan zijn: een (valse) instagrampost waarin je via

hashtags je keuze verduidelijkt, een video waarin je je keuze toelicht, een selfie met het object dat jij koos,

een tekening, een tekst van 5 à 10 regels, etc. Zorg dat andere mensen heel duidelijk weten:

- welk object je gekozen hebt;

- waarom je dit object gekozen hebt.

4 2500 is het totaal af te betalen bedrag 5 Gebaseerd op: Leynen, G. & Mathijssen, C. (2010). Moeder, waarvan leven wij? Over armoede in België, Cera CVBA: Leuven, p. 12. 6 Afhankelijk van de leerlingenpubliek kan je deze tip ‘(korte-, lange- of middellange-)’ weglaten of toevoegen.

Page 12: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

Thema 2: werk

Algemene vragen

1. Armoede en (gebrek aan) werk zijn nauw met elkaar verbonden.

a. Zoek drie objecten in de tentoonstelling die aantonen dat werk in de negentiende en

twintigste eeuw als oplossing werd gezien voor het probleem van armoede. Neem van deze

objecten een foto.

b. Welke bedenkingen kan je hierbij maken? Kan werk inderdaad beschouwd worden als een

kant-en-klare oplossing voor armoede? Waarom wel of niet? Bespreek dit in je groep

(maximaal vijf minuten). Vat de conclusie van je discussie samen in maximaal twee zinnen.

Doel: continuïteit en verandering doorheen de tijd, oorzaak-gevolg schema’s.

Voorbeeldantwoord

2. Tewerkstelling werd zowel vroeger als nu als een oplossing gezien voor armoede. Verschillende actoren

hielden zich dan ook bezig met het bevorderen van de tewerkstelling.

a. Welke strategieën werden in het verleden door de volgende actoren gebruikt om mensen in

armoede aan werk te helpen ?7 Geef voor elke actor minstens twee strategieën. Vertrek hierbij

vanuit de objecten in de tentoonstelling.

b. Ga voor elke strategie na of ze vandaag ook nog bestaat en in welke vorm.

7 Je kan leerlingen ook hier zelf in de tentoonstelling op zoek laten gaan naar actoren, eventueel na het geven van een voorbeeld. 8 Voor de 19e eeuw is de term ‘middenveld’ uiteraard een anachronisme, vandaar de plaatsing tussen aanhalingstekens. We gebruiken niettemin de term toch, om de vergelijking te faciliteren.

Actoren Strategie vroeger Strategie vandaag?

Mensen in armoede

‘Middenveldorganisaties’8

De overheid

Page 13: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

13

c. Zijn er strategieën die vandaag belangrijker zijn geworden, of net minder belangrijk zijn

geworden? Welke en waarom? Bespreek dit in je groep (maximaal vijf minuten). Vat de

conclusie van de discussie samen in een klein schema met maximaal tien woorden.

Doel: continuïteit en verandering doorheen de tijd, de rol van menselijke agency in historische processen.

Voorbeeldantwoord

3. Welke woorden ontbreken in onderstaande slogan? Zoek het antwoord op één van de objecten in de

tentoonstelling.

‘Door het ……………… van de arbeider leeft iedereen’

‘Het ……………………………. regiem brengt armoede’

a. Welke kritiek op het kapitalisme wordt via deze slogans precies geuit? Verduidelijk de kritiek aan

de hand van de borden die de betogers met zich mee dragen. Bespreek dit in je groep (maximaal

vijf minuten) en verduidelijk de kritiek daarna in één zin.

b. Kijk ook naar het jaartal van deze betoging. Waarom komt de kritiek op het kapitalisme zo sterk tot

uiting in deze periode? Kan je een verklaring vinden in de bredere maatschappelijke context? Schrijf

je antwoord neer in maximaal vijf kernwoorden.9

Tip: Wat gebeurde er op economisch vlak in de Verenigde Staten in 1929 en welke gevolgen had

dit voor Europa?

c. Hoe beoordeel je vanuit dit voorbeeld de agency van de gewone mens, als individu en als groep, in

de context van het politiek-economische systeem waarin ze leven? Zijn deze mensen passieve

radertjes, of gaat er actie van hen uit? En hoe beoordeel je het resultaat op korte en op iets langere

termijn?

Formuleer een antwoord in één deelzin, waarbij je deze aanzet aanvult: ‘Vanuit dit voorbeeld

concludeer ik: actie ondernemen in de samenleving heeft wel zin/geen zin (schrap wat niet past),

omdat …’

In de voorbereidende lessen stonden we stil bij het concept ‘agency’ dat gaat over wie of wat het vermogen

heeft om actief te handelen en beslissingen te nemen, om verandering teweeg te brengen of een doel te

bereiken.

Doel: historische oriëntatie, contextualisering van historische fenomenen, reflectie over agency.

Voorbeeldantwoord

4. In dit deel van de tentoonstelling komt migratie enkele keren aan bod.

a. Welk verband zie je tussen migratie en armoede?

b. Naar welke twee verschillende soorten migratie verwijzen de volgende stukken uit de

tentoonstelling?

9 Deze vraag is vooral geschikt voor leerlingen van het zesde jaar, die reeds vertrouwd zijn met het onderwerp van de economische crisis van de jaren 1930.

Page 14: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

14

© Halle, Den Ast (Prent: J. Linnig, 1847)

© Leuven, KADOC

c. Op welke manier verschilt de migratie in België tussen de negentiende en de twintigste eeuw? Hoe

veranderen de emigratie en immigratie? Hoe kan je deze verschillen verklaren?

Doel: Oorzaak-gevolg schema’s, continuïteit en verandering doorheen de tijd, contextualisering van

historische fenomenen.

Page 15: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

15

Voorbeeldantwoord

5. Bekijk het schilderij ‘De voddenrapers’ van Eugène Laermans (1914). Laermans liet zich voor zijn

schilderijen inspireren door de veranderende maatschappij rondom hem. De spanning tussen het

plattelandsleven en de opkomende industrialisatie en de veranderingen die daarmee gepaard gingen,

vormen een belangrijk thema in zijn werk. Andere werken van hem zijn onder andere ‘Een stakingsavond’

uit 1893 en ‘De landverhuizers’ uit 1894.

© Museum Dhondt-Dhaenens, Deurle, België (foto: Guy Braeckman)

a. Hoe zie je in het schilderij ‘De voddenrapers’ dit thema aan bod komen? Duid in bovenstaande

afbeelding van het schilderij aan waar je dit thema aan bod ziet komen.

b. Probeer op basis van dit schilderij te achterhalen welk standpunt Laermans inneemt tegenover de

maatschappelijke veranderingen aan het einde van de negentiende eeuw. Staat hij positief

tegenover deze veranderingen, of eerder negatief? Hoe zie je dit standpunt terugkomen in het

schilderij ‘De voddenrapers’? Verduidelijk aan de hand van concrete elementen uit het schilderij.

c. Beoordeel vanuit de vorige twee vragen de bruikbaarheid en de waarde van de bronnen in het licht

van deze historische vraag: hoe veranderde de industrialisatie het landschap in België?

In de voorbereidende lessen stonden we stil bij bepalen van de bruikbaarheid en waarde van bronnen en bij

het belang van het bevragen van bronnen. De context waarin de bron tot stand kwam en het standpunt en

doel van de auteur waren daarbij zeer belangrijk om de informatie in de bron goed te kunnen interpreteren.

Houd hiermee rekening bij het oplossen van deze vraag.

Doel: Kritische bronnenstudie, contextualisering van historische fenomenen, inzicht in het statuut van

historische bronnen in de totstandkoming van historische beeldvorming.

Voorbeeldantwoord

Page 16: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

16

Verdiepingsvraag

1. De relatie tussen armoede, werk en werkloosheid is een thema dat vandaag regelmatig voor

maatschappelijke discussies zorgt. Ook in het verleden zorgde dit thema regelmatig voor beroering. Ga in

dit deel van de tentoonstelling op zoek naar objecten die verwijzen naar zo een maatschappelijke discussie.

Geef voor elk object aan:

a. naar welke maatschappelijke discussie ze verwijst;

b. naar welke standpunt in deze discussie het object verwijst.

c. Ga vervolgens zelf op zoek naar een argumenten voor beide zijden van deze discussie. Bij het

zoeken naar argumenten kan het helpen om de kwestie vanuit verschillende standpunten te

overwegen: welke argumenten zou een persoon in armoede kunnen gebruiken? Welke

argumenten een zelfstandige? De overheid? Andere burgers? Etc.

Doel: het bestuderen van fenomenen vanuit verschillende perspectieven (multiperspectiviteit), inzicht in

het verleden.

Voorbeeldantwoord

Persoonlijke verwerking

Selecteer in dit deel van de tentoonstelling één object dat voor jou het beste de relatie tussen

werk(loosheid) en armoede symboliseert.

Verwerk je antwoord op een manier naar keuze. Dit kan zijn: een (valse) instagrampost waarin je via

hashtags je keuze verduidelijkt, een video waarin je je keuze toelicht, een selfie met het object dat jij koos,

een tekening, een tekst van 5 à 10 regels, etc. Zorg er wel voor dat andere mensen weten:

- welk object je gekozen hebt;

- waarom je dit object gekozen hebt.

Page 17: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

17

Thema 3: lichaam

Algemene vragen

1. Ga in de tentoonstelling op zoek naar het object dat je hier afgebeeld ziet en lees het bijschrift.

© Ieper, Stedelijk Museum

a. Naar welk belangrijk economisch probleem verwijst deze penning?

b. In welke periode speelde dit probleem zich af?

c. Welke rol speelde de overheid bij het oplossen van dit probleem? Welk object in de tentoonstelling

geeft aan dat de acties van de overheid alleen niet voldoende waren om het probleem te

verhelpen? Schrijf je antwoord neer in maximaal twee zinnen.

d. Is het logisch dat de overheid in deze periode slechts een kleine rol speelde bij het aanpakken van

dit probleem? Waarom? Bespreek dit in je groep (maximaal vijf minuten) en vat je conclusie samen

in één zin.

Doel: inzicht in het verleden, historische oriëntatie, contextualisering van historische fenomenen.

Voorbeeldantwoord

2. In dit deel van de tentoonstelling komt het verband tussen armoede en gezondheid verschillende keren

aan bod.

a. Leg uit welk verband jij ziet tussen armoede en gezondheid: heeft armoede een invloed op de

gezondheid, of heeft gezondheid een invloed op armoede? Bespreek dit in je groep (maximaal vijf

minuten). Vonden jullie overeenstemming of niet? Zo ja, leg je conclusie uit in één zin. Noteer

anders van beide kanten één argument.

b. Verschillende stukken in de tentoonstelling wijzen op een verband tussen armoede en gezondheid.

Zoek in de tentoonstelling twee objecten die een verband aantonen tussen armoede en

gezondheid, één van vroeger en één van nu. Neem van beide objecten een foto.

c. Armoede heeft niet altijd een direct effect op de gezondheid, en omgekeerd. Vaak is de oorzaak

niet zo eenvoudig aan te duiden en spelen er ook andere factoren mee. Visueel kan je dit als volgt

voorstellen:

Page 18: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

18

Welke van de zes grote thema’s van de tentoonstelling (geld, werk, lichaam, huis, gezin,

samenleven) zou jij in bovenstaande schema’s invullen?. Bespreek dit in je groep. Noteer telkens

één thema in het schema en geef één voorbeeld ter verduidelijking.

Doel: (de complexiteit van) oorzaak-gevolg schema’s, continuïteit en verandering doorheen de tijd.

Voorbeeldantwoord

3. “Niet gelijk in het leven, niet gelijk in ziekte, niet gelijk in de dood.”

a. Welke stukken in dit deel van de tentoonstelling staven deze uitspraak? Neem van deze objecten

een foto.

b. Geldt deze stelling ook vandaag nog? Bespreek dit in je groep (maximaal vijf minuten) en vat je

belangrijkste argumenten samen in maximaal vijf kernwoorden. Probeer waar mogelijk opnieuw

stukken uit de tentoonstelling te gebruiken om je antwoord te onderbouwen. –

Doel: continuïteit en verandering doorheen de tijd, inzicht in het verleden.

Voorbeeldantwoord

4. De prent ‘Kalender des Werkmans’ uit 1907 toont een rechtstreekse oorzaak-gevolgrelatie.

a. Wat is het verschil tussen de twee verhalen die op de kalender worden afgebeeld?

b. Wat proberen de makers van deze prent via de twee verhalen duidelijk te maken?

c. Tussen welke twee zaken wordt er in de kalender een oorzakelijk verband gelegd? Klopt dit

verband? Zou de relatie ook omgekeerd kunnen werken? Bespreek dit in je groep (maximaal vijf

minuten) en vat de conclusie samen in maximaal twee zinnen.

Doel: oorzaak-gevolg schema’s problematiseren.

Voorbeeldantwoord

Bij dit thema zijn geen verdiepingsvragen beschikbaar

Persoonlijke verwerking

Selecteer in dit deel van de tentoonstelling één object dat jou het meest heeft verrast.

Gezondheid ... Armoede

Armoede ... Gezondheid

Page 19: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

19

Verwerk je antwoord op een manier die jij zelf wenst. Dit kan zijn: een (valse) instagrampost waarin je via

hashtags je keuze verduidelijkt, een video waarin je je keuze toelicht, een selfie met het object dat jij koos,

een tekening, een tekst van 5 à 10 regels, etc. Zorg er wel voor dat andere mensen weten:

- welk object je gekozen hebt;

- waarom je dit object gekozen hebt.

Page 20: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

20

Thema 4: huis

Algemene vragen

1. Vertrek vanuit de objecten in de tentoonstelling om vier problemen rond huisvesting op te sommen

waarmee mensen in armoede vroeger te kampen hadden. Zijn deze problemen nog actueel? Of zijn er (ook)

andere problemen?

Doel: inzicht in het verleden, continuïteit en verandering doorheen de tijd

Voorbeeldantwoord

2. Bekijk de twee foto’s die beroepsfotograaf, componist en toneelschrijver Edmond Jaminé maakte van

de landelijke woningen in Kiewit en Eisden aan het begin van de twintigste eeuw.

© Leuven, KADOC (foto: Edmond Jaminé)

Page 21: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

21

© Leuven, KADOC (foto: Edmond Jaminé)

a. In welke periode werden deze foto’s genomen?

b. Welke omschrijving (van maximaal twee zinnen) zou je zelf bij deze foto’s zetten?

Of: hoe zou je deze foto’s in één woord omschrijven?

c. Met deze foto’s wilde Jaminé niet de slechte omstandigheden op het platteland in kaart brengen.

- Wat probeert hij hier wel te doen? Hoe zie je dat? Duid aan op de afbeeldingen hierboven.

- Hoe kan je het standpunt van Jaminé verklaren vanuit de maatschappelijke context in deze

periode?

d. Tot welke kunststroming zou je Jaminé op basis van deze foto’s rekenen? Welke elementen van

deze kunststroming herken je in zijn foto’s? Duid ze aan op de afbeelding hieronder en benoem de

kenmerken.10

In de voorbereidende lessen stonden we stil bij het belang van het bevragen van bronnen. De context waarin

de bron tot stand kwam en het standpunt en doel van de auteur waren daarbij zeer belangrijk om de

informatie in de bron goed te kunnen interpreteren. Houd hiermee rekening bij het oplossen van deze vraag.

Doel: Kritische bronnenstudie, contextualisering van historische fenomenen.

Voorbeeldantwoord

3. Vergelijk de foto’s van de huizen op het platteland die door Jaminé gemaakt werden met de foto’s die

in opdracht van de stad Lokeren werden genomen. Waar Jaminé een meer geïdealiseerd, bijna idyllisch

beeld schept van het eenvoudige leven, tonen de foto’s van de stad Lokeren een veel negatiever beeld.

a. Hoe kan je verklaren dat deze foto’s zo’n verschillend beeld scheppen van het leven in armoede in

het midden van de twintigste eeuw?

10 Deze vraag is enkel geschikt wanneer leerlingen vertrouwd zijn met (de kenmerken van) de romantiek.

Page 22: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

22

b. Beoordeel vanuit deze en vorige vraag de bruikbaarheid en de waarde van de bronnen in het licht

van deze historische vraag: hoe zag (de levensstijl op) het platteland eruit in negentiende-eeuws

België?

In de voorbereidende lessen stonden we stil bij het bepalen van de bruikbaarheid en waarde van bronnen

en bij het belang van het bevragen van bronnen. De context waarin de bron tot stand kwam en het

standpunt en doel van de auteur waren daarbij zeer belangrijk om de informatie in de bron goed te kunnen

interpreteren. Houd hiermee rekening bij het oplossen van deze vraag.

Doel: Kritische bronnenstudie, contextualisering van historische fenomenen, inzicht in het statuut van

historische bronnen in de totstandkoming van historische beeldvorming.

Voorbeeldantwoord

Verdiepingsvraag

1. Sta even stil bij de landloperskolonies die in dit deel van de tentoonstelling aan bod komen en lees de

bijschriften bij de objecten in de tentoonstelling.

a. In de voorbereidende lessen kwam de negentiende-eeuwse visie op armoede reeds aan bod. Hoe

zie je deze visie terugkomen in de landloperskolonies? Welke visie op armoede zie je weerspiegeld

in de oprichting en werking van deze kolonies?

b. Welke verband zouden mensen vandaag kunnen zien tussen armoede en criminaliteit? Bespreek

dit in je groep en stel je conclusie schematisch voor.

c. Wetenschappelijk onderzoek suggereert dat er een verband is tussen deprivatie11 en criminaliteit,

maar het is onduidelijk welk aspect van deprivatie hierbij het meest bepalend is. Hieronder vind je

een fragment uit een onderzoek dat deze vraag probeert te beantwoorden. De onderzoekers

bestudeerden drie specifieke aspecten van deprivatie: armoede (via de inkomenshoogte),

economische ongelijkheid (via de inkomensongelijkheid) en werkloosheid. Ze maken een

onderscheid tussen vermogenscriminaliteit (diefstal, inbraak, etc.) en gewelddadige criminaliteit.

“De resultaten geven aan dat de criminaliteit zich neigt te concentreren in stedelijke regio’s in

België met een sterk en consistent effect van bevolkingsdichtheid op criminaliteitsgraad,

zowel wat betreft gewelddadige criminaliteit als vermogenscriminaliteit. (..) Het aandeel niet-

Belgen had echter maar een zwak significante impact op vermogenscriminaliteit en geen

effect op gewelddadige criminaliteit. (…) De multivariate analyse toont duidelijk aan dat de

directe link tussen de aanwezigheid van niet-Belgen en de criminaliteitsgraad ófwel zwak,

ófwel onbestaande was. Vooral werkloosheid lijkt het bescheiden effect van de aanwezigheid

van niet-Belgen op vermogenscriminaliteit te verklaren. (…) Het voornaamste doel van dit

artikel was om te bepalen welk specifiek aspect van deprivatie het meest bepalend was om

de criminaliteitsgraad te verklaren. Eerst en vooral moet erkend worden dat alle drie de

gebruikte indicatoren (inkomenshoogte, inkomensongelijkheid en werkloosheid) gerelateerd

waren aan criminaliteitsgraad en we bijgevolg kunnen zeggen dat deprivatie in het algemeen

geassocieerd wordt met het voorkomen van criminaliteit. (…) Bij het vergelijken van

inkomenshoogte en werkloosheid (…) zagen we dat het effect van werkloosheid groter was

11 Deprivatie: gemis, tekort, achtergesteldheid.

Page 23: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

23

dan het effect van inkomenshoogte. (…) De huidige analyse laat ons niet toe om uitspraken te

doen over de oorzakelijke mechanismen. (…)”12

Wat zeggen deze onderzoekers over welk aspect van deprivatie dat het meest een rol speelt bij

criminaliteit? Welke factor is volgens hun onderzoek het meest bepalend?

o Werkloosheid

o De hoogte van het inkomen

o De aanwezigheid van niet-Belgen

o Inkomensongelijkheid

d. Welke verklaring kan je zelf bedenken voor dit resultaat? Op welke manier zou deze factor een

invloed kunnen hebben op de criminaliteitsgraad? Bespreek in je groep en stel je conclusie

schematisch voor.

e. Wat betekent dit onderzoeksresultaat nu voor het verband tussen armoede en criminaliteit? Is er

een direct verband tussen beide, of niet? Bespreek in je groep en vat je conclusie samen in één zin.

Doel: de complexiteit van oorzaak-gevolg schema’s, inzicht in het verleden.

Voorbeeldantwoord

Persoonlijke verwerking

Leid een fictief iemand rond in een beluik op basis van de foto’s en de touchscreens in de tentoonstelling.

Je bent vrij om je antwoord vorm te geven zoals jij dat graag wilt: een Instagram-story, een fotoreeks met

uitleg, een video, etc.

12 Gebaseerd op: M. Hooghe, et al., ‘Unemployment, inequality, poverty and crime. Spatial distribution patterns of criminal acts in Belgium, 2001-06’, The British Journal of Criminology, 2011 (1), pp. 13-14.

Page 24: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

24

Thema 5: gezin

Algemene vragen

1. Hieronder vind je vier details uit enkele stukken in de tentoonstelling.

© Charleroi, Musée de la Photographie (foto: Antony Neuckens)

© Gent, Liberaal Archief

Page 25: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

25

© Leuven, KADOC

© Gent, Liberaal Archief

a. Ga voor elk detail na uit welk object in de tentoonstelling het afkomstig is en noteer de naam of

een korte omschrijving (één zin) van het object.

b. Wat leert elk van deze objecten jou over hoe het was om vroeger als kind in armoede te leven?

Page 26: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

26

c. Ga voor elk van de aspecten na of ze vandaag ook nog bestaan in België. Welke gelijkenissen en

verschillen zie je tussen vroeger en nu?

Naam/omschrijving van het

object

Dit object toont aan dat

kinderen in armoede vroeger…

(vul aan)

Bestaat dit vandaag in België ook

nog?

1.

2.

3.

4.

Doel: continuïteit en verandering doorheen de tijd, inzicht in het verleden.

Voorbeeldantwoord

2. Lees het citaat uit de regel van de zusters van Liefde.

a. Wat leert dit citaat je over welke rol de Zusters van Liefde speelden in het bestrijden van de

kinderarmoede?

b. Bekijk nu ook de promotiefolder van de school van de zusters van Liefde en de foto’s uit hun

archief. Wat valt je op? Wie komt in deze bronnen niet aan bod? Op welke manier kan dit ons beeld

van kinderen in armoede in de negentiende eeuw beïnvloeden?

In de voorbereidende lessen is stilgestaan bij de invloed die de selectie en beschikbaarheid van bronnen heeft

op ons beeld van het verleden. Houd dit in het achterhoofd bij het beantwoorden van deze vraag.

Doel: inzicht in de historische beeldvorming.

Voorbeeldantwoord

Verdiepingsvragen

1. Onderwijs wordt al sinds de negentiende eeuw ingezet in de bestrijding van (kinder)armoede. In de

tweede helft van de negentiende eeuw groeide de aandacht voor de slechte omstandigheden waarin

kinderen opgroeiden en de negatieve gevolgen van de arbeid die kinderen vaak moesten verrichten. In

1889 kwam uiteindelijk de wet op kinderarbeid tot stand. Deze wet verbood kinderarbeid in de industrie

Page 27: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

27

onder de 12 jaar en beperkte het aantal uren dat oudere kinderen in de fabrieken mochten werken. In de

volgende decennia werd kinderarbeid steeds meer beperkt en werd ook de leerplicht ingevoerd en

uitgebreid.

In Nederland verscheen in de Amsterdammer een spotprent naar aanleiding van de invoering van de

leerplicht in 1900 (zie bijlage 2).

a. Welke kritiek wordt in deze cartoon geuit? Hoe kan je de kritiek verklaren vanuit de

maatschappelijke context?

c. Hoe versterkt de cartoonist via zijn tekening de kritiek die in de tekst bij de cartoon vervat zit? Duid

deze elementen aan op de cartoon.

d. Welke sociaaleconomische veranderingen moesten er plaatsvinden vooraleer kinderarbeid echt

kon afnemen?

Doel: contextualisering van historische fenomenen, oorzaak-gevolg schema’s.

Voorbeeldantwoord

2. Onderwijs werd ook vroeger als een belangrijke factor gezien in de bestrijding van (kinder)armoede.

a. Ga in de tentoonstelling na welke actor vandaag een grotere rol speelt in het bevorderen van

onderwijs voor kinderen in armoede dan vroeger.

b. Welke verklaring kan je hiervoor vinden in de tentoonstelling?

Tip: Lees goed de bijschriften bij de stukken in de tentoonstelling.

Doel: continuïteit en verandering doorheen de tijd, inzicht in het verleden, contextualisering van historische

fenomenen.

Voorbeeldantwoord

Persoonlijke verwerkingsvraag

Ga nog eens rond in dit deel van de tentoonstelling en selecteer één object dat jou het meest heeft

ontroerd.

Verwerk je antwoord op een manier die jij zelf wenst. Dit kan zijn: een (valse) instagrampost waarin je via

hashtags je keuze verduidelijkt, een video waarin je je keuze toelicht, een selfie met het object dat jij koos,

een tekening, een tekst van 5 à 10 regels, etc. Zorg er wel voor dat andere mensen weten:

a. welk object je gekozen hebt;

b. waarom het jou ontroerd heeft.

Page 28: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

28

Thema 6: samenleven

Algemene vragen

1. Mensen hebben verschillende redenen om zich in te zetten voor het goede doel.

a. Waarom zou jij zelf geld geven aan goede doelen? Som maximaal vijf redenen op.

b. Welke motieven vind je in de objecten in de tentoonstelling die mensen vroeger aanzetten om aan

liefdadigheid te doen? Neem van deze objecten een foto .

c. Welke van deze motieven zijn ook vandaag nog van toepassing? Zijn er motieven die vandaag meer

of minder belangrijk zijn dan vroeger?

Object Motief in het verleden Bestaat dit motief vandaag ook

nog? Op welke manier?

1.

2.

3.

Doel: inzicht in het verleden, continuïteit en verandering doorheen de tijd.

Voorbeeldantwoord

2. Veel initiatieven voor liefdadigheid proberen niet alleen geld of spullen in te zamelen voor mensen in

armoede, maar geven tegelijk iets terug aan de schenkers.

a. Zoek in de tentoonstelling drie voorbeelden van liefdadigheidsacties waarbij mensen die iets

schenken ook iets terugkrijgen. Neem er een foto van en geef duidelijk aan wat de schenker precies

terugkrijgt voor zijn gift.

b. Ken je actuele voorbeelden van acties voor goede doelen waarin dit ook gebeurt?

c. Wat vind jij zelf van dit principe? Bespreek dit in je groep (maximaal vijf minuten). Vat jullie

belangrijkste argumenten voor en/of tegen samen in maximaal vijf kernwoorden.

Doel: inzicht in het verleden, continuïteit doorheen de tijd.

Voorbeeldantwoord

3. Ga in de tentoonstelling op zoek naar de ontbrekende woorden in de volgende zin: ‘armen willen geen

medelijden. Wel respect voor …… ……………….’

a. Op welke manier verschilt deze visie op armoede(bestrijding) met de visie die doorheen de

negentiende eeuw dominant was?

Page 29: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

29

b. Welke gevolgen heeft deze veranderde visie voor de armoedebestrijding? Wie draagt hiervoor dan

de verantwoordelijkheid? Maakt dit de inzet van andere actoren overbodig?

Bespreek beide vragen in je groep (maximaal vijf minuten) en vat je antwoord samen in een klein

schema.

Doel: inzicht in het verleden, oorzaak-gevolg schema’s

Voorbeeldantwoord

Verdiepingsvragen

1. Bekijk de prent over de bedelaar en de hond en beantwoord de volgende vragen:

a. Waarom is het enerzijds vreemd voor de rijke man dat de bedelaar zijn hond niet wil verkopen,

maar is het anderzijds voor de bedelaar heel logisch dat hij zijn hond niet verkoopt?

b. Wat leert deze oefening jou over standplaatsgebondenheid (perspectiefname) en morele

oordelen?

c. In maatschappelijke discussies rond armoede, hoor je wel eens dat het vreemd is dat mensen in

armoede een smartphone bezitten. Hoe kan je het principe van standplaatsgebondenheid hierop

toepassen? Hoe kan je deze kwestie vanuit verschillende perspectieven bekijken?

Doel: het bestuderen van fenomenen vanuit verschillende perspectieven (multiperspectiviteit).

Voorbeeldantwoord

Persoonlijke verwerkingsvraag

1. Stel je voor dat je er achter komt dat je allerbeste vriend(in) noodgedwongen al een jaar alleen woont

en daarvoor beroep doet op een leefloon van het OCMW. Hij/zij heeft jou hier nooit iets over verteld. Hoe

kan je dit verklaren vanuit wat je in de tentoonstelling gezien en gehoord hebt?

2. Heeft de tentoonstelling jou het gevoel gegeven dat ook jij zelf actief kan bijdragen aan de strijd tegen

armoede? Heeft de tentoonstelling je het gevoel gegeven dat dit zinvol is? Of geloof je niet in zo’n actieve

bijdrage?

Werk je antwoord uit op een manier die jij zelf wenst. Dit kan zijn: een (valse) instagrampost waarin je via

hashtags je keuze verduidelijkt, een video waarin je je keuze toelicht, een selfie met het object dat jij koos,

een tekening, een tekst van 5 à 10 regels, etc.

Page 30: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

30

Overkoepelende verdiepingsvragen

1. Bekijk de volgende documenten: de kalender des Werkmans, de dwangmolen en het verslagboek van

de Sint-Vincentiusgenootschap in Wetteren.

a. Welke achterliggende strategie verbindt elk van deze objecten?

b. Hoe sta je zelf tegenover deze strategie? Beargumenteer je antwoord.

Doel: continuïteit en verandering doorheen de tijd, inzicht in het verleden

Voorbeeldantwoord

2. Sta stil bij de bronnen die in deze tentoonstelling gebruikt worden.

a. Welke soort historische bronnen komen er in deze tentoonstelling overwegend aan bod? Door wie

werden deze bronnen opgesteld? Van wie zijn er bijna geen bronnen te vinden?

b. Welke verklaring kan je hiervoor bedenken?

c. Wat is het gevolg van deze vaststelling voor ons beeld van mensen in armoede?

d. Op welke manier wordt er in deze tentoonstelling toch tegemoet gekomen aan deze problematiek?

Doel: historische beeldvorming.

Voorbeeldantwoord

Page 31: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

31

Voorbeeldantwoorden

Thema 1: geld

Algemene vragen

1. Voorbeeldantwoord

In de tentoonstelling zijn verschillende voorbeelden te vinden van objecten die bevestigen dat armoede

vaak beschouwd wordt als een gebrek aan geld. Enkele voorbeelden uit de tentoonstelling zijn:

- het politiek pamflet: ‘Wat een huishouden van man, vrouw en 2 kinderen noodig heeft per week’;

- affiche ABVV waarin de daling van de koopkracht (en dus de beschikbare hoeveelheid geld) wordt

gelinkt aan armoede;

- de wandplaat ‘helpen wij de armen’, die kinderen leert om geld te geven aan armen;

- de collecteschaal waarmee geld ingezameld werd voor de armen;

- de spaarkassen die mensen aanmoedigen om geld te sparen.

Terug

2. Voorbeeldantwoord

Actor Strategie

Mensen in armoede Bedelen, bedelbrieven sturen, spullen verpanden,

kopen op krediet

De overheid

Via burelen van Weldadigheid, Centra voor

Openbare Onderstand of OCMW’s: leefloon en

sociale zekerheidsstelsel

‘Middenveldorganisaties’

Coöperaties, sparen aanmoedigen via

spaarverenigingen en spaarkassen, sociale

verzekeringen, etc.

Liefdadige instellingen

Geld en spullen inzamelen en verdelen onder

mensen in armoede, onder andere door kerkelijke

instellingen

Als je de situatie in de negentiende eeuw vergelijkt met de situatie vandaag, kan je enkele gelijkenissen en

verschillen opmerken:

- De strategieën die mensen in armoede hanteren blijven vandaag nog steeds in gebruik: bedelen,

kopen op krediet en zelfs het verpanden van spullen zijn strategieën die tot op de dag van vandaag

nog steeds voorkomen.

Page 32: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

32

- Middenveldorganisaties hebben vandaag nog steeds een belangrijke functie, al is er steeds een

groep mensen in armoede die door deze organisaties niet bereikt worden.

- Ook liefdadigheid vanuit verschillende vzw’s blijft vandaag belangrijk.

- De overheid neemt een steeds grotere rol op in de bestrijding van armoede. Zij heeft enkele

bestaande strategieën (zoals liefdadigheid en mutualiteiten) een wettelijk en zelfs verplicht

karakter gegeven (vzw’s, sociale zekerheidsstelsel).

Terug

3. Voorbeeldantwoord

Object Strategie Actor

Collecteschaal

Inzamelen van geld of spullen en

verdelen onder de armen,

liefdadigheid.

Kerkelijke instellingen, liefdadige

organisaties.

Afbeelding bedelaar Bedelen Mensen in armoede

Register geloste panden Spullen verpanden om geld te

kunnen lenen Mensen in armoede

Affiche Christelijke Coöperatie Coöperatieven, samenwerken

om te kunnen investeren Middenveld

Kerfstokken Kopen op krediet Mensen in armoede (naast,

uiteraard, vele andere mensen)

Bureel van Weldadigheid Uitkeringen aan mensen in

armoede Overheid

Terug

Verdiepingsvragen

1. Voorbeeldantwoord

a. Beide documenten delen een aantal categorieën: huishuur, voedsel, kleding, verwarming, etc. Toch

zijn er in de budgetstandaard een heel aantal categorieën die in de berekening van 1913 niet

worden opgenomen, zoals veiligheid, veilige kindertijd, mobiliteit, rust en ontspanning. Deze

nieuwe elementen tonen dat het beeld van wat mensen nodig hebben om in de samenleving te

kunnen participeren, sterk veranderd is. Grote verschillen zijn:

- Gezinsvormen: waar het traditionele man-vrouw gezin in 1913 als uitgangspunt wordt genomen,

neemt de berekening van 2009 niet langer het gezin als basiseenheid. Aansluitend op de nieuwe

Page 33: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

33

samenlevingsvormen die in de eenentwintigste eeuw steeds meer gangbaar zijn, laat de

berekening van 2009 ruimte voor verschillende en gevarieerde gezinssamenstellingen, waaronder

ook alleenstaanden.

- Kinderen en jongeren worden als een aparte categorie opgenomen in de berekening van 2009. Er

wordt rekening gehouden met de specifieke noden van deze groepen, die anders zijn dan de noden

van volwassenen.

- Individualisme en de opkomst van de consumptiemaatschappij: de berekening van 2009 laat meer

ruimte voor individuele keuzes (bijvoorbeeld op het gebied van kledij) en getuigt van een

veranderd consumptiepatroon.

- Vrije tijd, ontspanning en sociale relaties worden als aparte categorie opgenomen in de berekening

van 2009. Ze worden beschouwd als essentiële elementen van een menswaardig bestaan. Ook de

mogelijkheid tot participatie in de samenleving wordt dus als een minimumvereiste beschouwd.

b. Beide documenten zijn opgesteld met een verschillend doel. Waar het document uit 1913 een

expliciet politiek doel heeft, is dit niet het geval voor de budgetstandaard uit 2009. Het document

uit 1913 was een politiek pamflet, opgesteld door de Daensisten in een context van politieke strijd

tussen de christendemocraten enerzijds en de conservatieve katholieken anderzijds. Het document

uit 2009 is daarentegen veel minder politiek gekleurd en is voornamelijk bedoeld als instrument

voor mensen die bij de uitoefening van hun beroep nood hebben aan een wetenschappelijk

onderbouwd kader om de noden van mensen te beoordelen. Het is opgesteld in een context waarin

de rol van de staat in het garanderen van een basiswelvaart voor elke burger reeds aanvaard is. De

vraag is niet langer óf de overheid deze verantwoordelijkheid draagt, maar wel hoe de concrete

invulling moet gebeuren.

c. Het bedrag van het leefloon ligt beduidend lager dan het bedrag dat in de budgetstandaard als

minimum wordt aangegeven. Het leefloon ligt dus lager dan wat mensen, volgens de

budgetstandaard, nodig hebben om te kunnen participeren in de samenleving. Organisaties die

zich inzetten voor mensen in armoede argumenteren daarom dat het leefloon de armoedesituatie

van mensen mee in stand houdt en sociale uitsluiting in de hand werkt.

Terug

2. Voorbeeldantwoord

Een echt voorbeeldantwoord kan voor deze opdracht niet gegeven worden. Er kunnen echter wel enkele

aandachtspunten gegeven worden bij de producten die leerlingen maken:

- Het taalgebruik: leerlingen moeten een taalregister gebruiken dat passend is bij het schrijven van

een brief aan een staatshoofd.

- Inleving in de gegeven context: bij deze opdracht moeten leerlingen zich zoveel mogelijk proberen

in te leven in de concrete context die via het voorbeeld geschetst wordt en vanuit deze context

hun boodschap vormgeven. Zij moeten hierbij hun persoonlijke leefwereld zoveel mogelijk

proberen los te laten.

Terug

3. Voorbeeldantwoord

In eerste instantie is het belangrijk, om de bruikbaarheid van de bron te beoordelen, om na te gaan of de

bron verband houdt met de vraagstelling, in dit geval hoe de situatie van mensen in armoede was aan het

begin van de twintigste eeuw. Hier is dit het geval. Vervolgens dient de waarde van de bron te worden

Page 34: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

34

onderzocht in het licht van de vraagstelling. Om de waarde, meer bepaald de betrouwbaarheid van een

bron in functie van het beantwoorden van een specifieke vraag te beoordelen is het belangrijk te redeneren

over de bron. In dit geval moeten we nagaan hoe betrouwbaar het beeld is dat de bron schetst van de

situatie van mensen in armoede aan het begin van de twintigste eeuw. We moeten dus niet uitsluitend

kijken naar de informatie die in de bron vervat zit, maar ook naar de bron op zich. We moeten daarbij de

bron in context plaatsen: in welke bredere maatschappelijke context kwam deze bron tot stand? In het

geval van deze bron is dat een context van politieke strijd tussen de christendemocraten en de

conservatieve katholieken. Het gaat dan ook om een politiek pamflet dat in deze context werd vervaardigd.

Daarnaast is ook positie van de auteur belangrijk: welk standpunt nam hij in tegenover de kwestie, vanuit

welke functie en overtuiging schreef hij, wat wilde hij bereiken met dit document etc.? Het politiek pamflet

is ondertekend door Daens, die zich als christendemocraat afzette tegen de conservatieve Katholieke Partij.

Via dit pamflet wil hij vooral de tegenstander (de conservatieve katholieken) negatief afschilderen en steun

verzamelen voor de christendemocraten. We moeten daarom voorzichtig zijn bij het gebruiken van de

gegevens in deze bron. Eerder dan het objectief in kaart brengen van de noden van een gemiddeld

huishouden aan het begin van de twintigste eeuw, diende deze bron immers vooral een politiek doel. Dit

wil niet zeggen dat de gegevens per definitie incorrect zijn, maar dit moet wel in rekening genomen worden.

Ook het perspectief van waaruit de bron geschreven is, moet in overweging genomen worden. De bron

bekijkt het budget van een gemiddeld huishouden vanuit het perspectief van de burgerij en vertelt ons niet

hoe mensen in armoede zelf omgingen met de (te) lage lonen. Waaraan gaven zij noodgedwongen minder

geld uit? Of aan welke producten gaven zij meer uit dan – volgens dit document – nodig was? Hoe gingen

zij om met onvoorziene uitgaven bij tegenslag? Om de betrouwbaarheid van (de gegevens in) deze bron te

volle te kunnen beoordelen is het daarom noodzakelijk om de bron kritisch te confronteren met andere

bronnen die hetzelfde aspect behandelen.

Terug

4. Voorbeeldantwoord

Sommige van deze strategieën lijken op het eerste zicht efficiënter te zijn in het bestrijden van armoede

dan andere strategieën, al hangt het af vanuit welk perspectief je naar deze strategieën kijkt. Vanuit een

middenklasse-perspectief lijkt het vanzelfsprekend dat strategieën als sparen, je aansluiten bij een

coöperatie of een systeem van sociale zekerheid efficiënter zijn dan strategieën als bedelen of kopen op

krediet. Deze laatste strategieën bieden immers enkel een oplossing op de korte termijn en raken niet aan

de achterliggende oorzaken van de armoede. Mensen in armoede kijken hier echter vaak anders naar.

Omwille van hun specifieke situatie en hun acute noden zijn zij vaak geneigd om eerder te kiezen voor

strategieën die onmiddellijk, op korte termijn, een oplossing bieden. Ze hebben immers niet altijd de

mogelijkheid om te kiezen voor langetermijnoplossingen. Vanuit dit perspectief lijken strategieën als kopen

op krediet of het verpanden van kostbaarheden dan ook effectiever. Deze strategieën bieden immers een

onmiddellijke oplossing voor een probleem.

Terug

Page 35: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

35

Thema 2: werk

Algemene vragen

1. Voorbeeldantwoord

a. Werk werd zowel in de negentiende eeuw als in de twintigste eeuw als een goede oplossing voor

armoede gezien. Enkele stukken in de tentoonstelling die dit bevestigen, zijn:

- De foto van de wasserij waar een opschrift op de muur leest ‘werken verschaft vreugde en

welstand’.

- Oproep van de burgemeester van Leuven aan zijn inwoners om geen geld te geven aan bedelaars.

Zij kunnen immers terecht in werkplaatsen (werkhuizen) waar zij een loon krijgen voor het werk

dat zij doen. Bedelarij en liefdadigheid worden zelfs expliciet afgekeurd. Liefdadigheid zou immers

de bedelarij in stand houden in plaats van bedelaars aan te zetten om te werken.

- Oproep van de KAJ en ACV tot ondertekening van de petitie tegen jeugdwerkloosheid.

- Betoging ‘liever werk dan onderstand’: ook de betogers verkiezen tewerkstelling boven het krijgen

van een uitkering.

b. Hoewel tewerkstelling inderdaad een belangrijke factor is in de bestrijding van armoede, beperkt

een armoedebeleid zich beter niet tot het aanmoedigen van tewerkstelling. Er zijn immers veel

mensen die in armoede leven die niet de mogelijkheid hebben om te werken, bijvoorbeeld omwille

van ziekte. Bovendien is er niet altijd voldoende geschikt werk beschikbaar. Denk maar aan

jeugdwerkloosheid, dat ook vandaag nog een acuut probleem is. Ten slotte biedt werk niet

automatisch bescherming tegen armoede. Er zijn immers ook werkende mensen die in armoede

leven. Dit geldt niet alleen voor de fabrieksarbeiders in de negentiende eeuw. Ook vandaag de dag

zijn er immers mensen die, ook al zijn ze tewerkgesteld, in armoede leven.

Terug

2. Voorbeeldantwoord

Actoren Strategie vroeger

Mensen in armoede

Allerlei kleine beroepen (voddenrapers, leuren, verkopen van

allerlei prullen, etc.) of via migratie naar gebieden waar meer kans

is op tewerkstelling.

Middenveldorganisaties

Via betogingen, petities en andere vormen van protest klagen zij

het gebrek aan jobs aan en proberen zij een invloed uit te oefenen

op het politieke beleid om zo meer tewerkstelling te creëren.

De overheid

Via verplichte tewerkstelling in werkhuizen, de tewerkstelling in

grote overheidsprojecten en de meer recente vormen van sociale

tewerkstelling (bijvoorbeeld in kringloopwinkels).

Page 36: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

36

Er zijn enkele opvallende gelijkenissen en verschillen te vinden tussen de situatie in de negentiende eeuw

en de situatie vandaag.

- De strategieën die door mensen in armoede gebruikt worden blijven grotendeels standhouden.

Ook vandaag zijn bedelarij en migratie strategieën die aangewend worden om aan armoede te

ontsnappen.

- Hoewel mensen nog steeds migreren in de hoop op een beter leven, zien we hierbij toch enkele

veranderingen plaatsvinden. Waar er in de negentiende eeuw vooral sprake was van emigratie uit

België, is er in de twintigste eeuw steeds meer immigratie in België. Ook vandaag zien we dat België

en West-Europa aantrekkelijke bestemmingen zijn voor mensen die op zoek zijn naar meer kansen.

- Middenveldorganisaties blijven een belangrijke rol spelen. Stakingen, betogingen en petities

blijven vandaag gebruikt worden om problemen aan te kaarten en het beleid te beïnvloeden. Toch

zien we dat deze middelen over het algemeen een steeds minder belangrijke rol spelen, ten

voordele van het sociaal overleg dat ondertussen een geïnstitutionaliseerd karakter heeft

gekregen.

- Met de komst van de welvaartsstaat speelt de overheid een grotere rol in het bevorderen van

tewerkstelling en het opvangen van werklozen.

Terug

3. Voorbeeldantwoord

‘Door het loon van de arbeider leeft iedereen’ en ‘het kapitalistisch regiem brengt armoede’

a. ‘Door het loon van de arbeider; leeft iedereen’. Deze zin vat de grote kritiek samen die in de

twintigste eeuw werd geuit ten aanzien van het kapitalisme. In een kapitalistisch systeem streven

bedrijven ernaar om hun winst steeds te maximaliseren. Een verhoging van de winst wordt echter

vaak bereikt door het verlagen van de lonen van werknemers, wat op zijn beurt de koopkracht doet

dalen en dus de mogelijke winst van bedrijven op lange termijn aantast. De betogers pleiten hier

voor hogere lonen voor we werknemers. Hogere lonen zouden immers de koopkracht verhogen en

zo bedrijven ten goede komen.

b. Aan het begin van de jaren 1930 waaide de economische en bankencrisis van Amerika over naar

Europa. In België gingen veel bedrijven en ook banken failliet en steeg de werkloosheid sterk.

Werknemers eisten dat de overheid ingreep om de situatie te verbeteren.

c. Aangezien het hier gaat om de eigen mening van leerlingen, kan een voorbeeldantwoord hier niet

gegeven worden. Bedoeling is dat leerlingen hier reflecteren over de zin of onzin van menselijke

actie, zowel in het verleden als in het heden.

Terug

4. Voorbeeldantwoord

a. Armoede kan een doorslaggevende factor zijn in de beslissing om te migreren: mensen verlaten

hun thuis in de hoop elders een beter leven te kunnen uitbouwen.

b. In de tentoonstelling komen twee soorten migratie aan bod. Het schilderij van Jan Linnig verwijst

enerzijds naar interne migratie waarbij binnen eenzelfde land gemigreerd wordt tussen regio’s,

bijvoorbeeld van het platteland naar de stad. De boekjes waarin promotie gemaakt wordt voor

overzeese migratie verwijzen anderzijds naar externe migratie naar het buitenland, bijvoorbeeld

vanuit België naar Amerika of Frankrijk.

Page 37: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

37

c. Doorheen de tijd zien we enkele verschuivingen optreden. In de negentiende eeuw vond er veel

migratie plaats van het platteland van de stad en vanuit België naar het buitenland (o.a. Noord-

Amerika en Frankrijk) onder meer als gevolg van de slechte economische toestand in België. In de

twintigste eeuw, en zeker vanaf het interbellum, zien we een omgekeerde beweging waarbij België

een grotere immigratie kent (onder meer als gevolg van een actieve wervingspolitiek, zeker in de

jaren 1960).

Terug

5. Voorbeeldantwoord

a. De spanning tussen het plattelandsleven en de opkomende industrie is duidelijk zichtbaar in dit

werk van Laermans. Dit kan je afleiden uit:

- de titel van het werk: ‘De voddenrapers’;

- de mensen die afgebeeld worden bevinden zich als het ware aan de rand van de samenleving,

tussen stad en platteland. Ze zijn geen boeren, maar maken ook niet echt deel uit van de arbeiders

in de stad;

- in het schilderij wordt enerzijds veel groen gebruikt en neemt de natuur een belangrijke positie in.

Anderzijds zie je in de achtergrond duidelijk de opkomende industrie in de fabrieksschouwen en

de woningen van de burgerij.

b. Laermans lijkt eerder negatief te staan ten opzichte van de gevolgen van de industrialisering. In zijn

schilderijen komt de duistere kant van de industrialisering dan ook regelmatig in beeld. In dit

schilderij is zijn standpunt zichtbaar in:

- het tafereel in zijn geheel dat een somber beeld schept van de maatschappelijke veranderingen;

- de kleuren van het schilderij die overwegend donker zijn;

- de donkere schaduw die over het hele werk hangt. Enkel in de rechterbovenhoek komt een streepje

zon door;

- het postuur en de gezichten van de afgebeelde mensen: bedrukt, naar beneden kijkend. Ze dragen

letterlijk en figuurlijk een zware last.

c. De bron is bruikbaar om een beeld te krijgen van de manier waarop het landschap in België

veranderde als gevolg van de industrialisatie. Bij het inschatten van de waarde van de bron voor

deze vraagstelling, moeten we het standpunt van de auteur in rekening nemen. Laermans stond

als schilder eerder negatief ten opzichte van de (gevolgen van) de industrialisatie. Het is dan ook

mogelijk dat zijn schilderijen de realiteit negatiever voorstellen dan die in werkelijkheid was. Om

de waarde van de bron ten volle te kunnen inschatten, is het nodig de bron te confronteren met

andere bronnen die hetzelfde thema behandelen.

Terug

Verdiepingsvragen

1. Voorbeeldantwoord

In de tentoonstelling wordt naar een aantal discussies verwezen:

- Verplichte en sociale tewerkstelling: hier wordt naar verwezen via de oproep aan de Leuvense

bevolking, de staaltjes van stoffen die in het werkhuis werden geproduceerd, de brief gericht aan

het armenbestuur en de stukken rond sociale tewerkstelling.

Page 38: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

38

o De oproep aan de inwoners van Leuven vertegenwoordigt de positie van de elite en

plaatselijke overheden: zij waren voorstander van verplichte tewerkstelling omdat zij

geloofden dat het beter was om mensen in armoede aan het werk te zetten dan om ze via

bedelingen verder te helpen.

o De brief aan het armenbestuur, opgesteld in naam van de atelierarmen, vertegenwoordigt

het standpunt van de mensen in armoede hierin. Ook zij geven in deze brief hun voorkeur

aan om te blijven werken: als het werkhuis zou sluiten, verliezen zij immers hun loon. Ook

de affiche op de foto van de Rerum Novarumbetoging in 1943 met het opschrift ‘liever

werk dan onderstand’ sluit enigszins aan bij deze visie: de betogers willen liever werk dan

een uitkering.

o Tegenstanders van deze vormen van tewerkstelling waren vaak ambachtslieden die in

deze werkhuizen oneerlijke concurrentie zagen. De werkhuizen konden immers producten

afleveren tegen veel lagere prijzen.

- De oproep aan de bevolking van Leuven, de affiche van het Leuvense stadsbestuur rond de

verdeling van geld aan onvrijwillige werklozen en de foto’s van de inschrijving van werkloze

arbeiders in de Vooruit en de NDAW verwijzen naar de discussie rond werkloosheidsuitkeringen.

De discussie gaat over de voorwaarden die aan deze steun gekoppeld moeten worden: verdient

iedereen het om steun te krijgen? Welke eisen moeten tegenover die steun geplaatst worden?

o Uit de oproep aan de inwoners van Leuven kan je het standpunt van de plaatselijke

overheden afleiden: zij waren ervan overtuigd dat het geven van onvoorwaardelijke steun

aan mensen in armoede luiheid in de hand werkte. Mensen moesten daarom zoveel

mogelijk aangezet worden om te werken. Alleen mensen die ‘onvrijwillig’ werkloos waren,

verdienden steun.

- De foto van de betoging tegen werkloosheid in Brussel kan gekoppeld worden aan de discussie

rond de negatieve gevolgen van het kapitalisme als economisch systeem. De foto verwijst naar de

tegenstanders van het kapitalisme die aanklagen dat het systeem slechts voordelig is voor een

kleine groep mensen. In een kapitalistisch systeem streven bedrijven er immers naar om hun winst

steeds te verhogen. Een verhoging van de winst wordt vaak bereikt door het verlagen van de lonen

voor arbeiders. Slechts een kleine groep mensen zal dus profiteren van de winst. Ondernemers

konden in een kapitalistisch systeem zeer rijk worden.

Terug

Page 39: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

39

Thema 3: lichaam

Algemene vragen

1. Voorbeeldantwoord

a. Het detail is afkomstig van de penning die herinnert aan de maatregelen die de stad Ieper trof

tegen de wijdverspreide hongersnood.

b. De hongersnood waar hier naar verwezen wordt, vond plaats in de jaren 1840, als gevolg van

mislukte oogsten.

c. De armenzorg in deze periode was eerder versnipperd. De plaatselijke overheden én private

instellingen namen initiatieven om de ergste problemen van mensen in armoede te verhelpen via

voedselbedelingen. Structurele maatregelen bleven echter uit. Er was daarom ook nood aan

bijkomende initiatieven om de hongersnood aan te pakken. In de tentoonstelling is dit onder

andere zichtbaar in de initiatieven die door liefdadige instellingen werden genomen en in de

‘Oproep aen de weldadigheid’ waarin beroep werd gedaan op de burgers om mensen in armoede

te helpen.

d. De verklaring voor de beperkte rol van de overheid is deels te vinden in het economisch liberale

denken dat in deze periode dominant was. De invisible hand van de vrije markt, zo geloofde men,

zou de economische balans vanzelf herstellen. De overheid moest bijgevolg geen structurele

maatregelen nemen om de armoede te verhelpen.

Terug

2. Voorbeeldantwoord

a. Het verband tussen armoede en gezondheid kan in twee richtingen werken. Enerzijds kan armoede

zorgen voor een slechte gezondheid, bijvoorbeeld door een slechte huisvesting, een gebrek aan

hygiëne of te weinig (kwaliteitsvol) voedsel. Anderzijds kan een slechte gezondheid ervoor zorgen

dat mensen in armoede belanden, bijvoorbeeld door hoge kosten voor de verzorging, of omdat ze

hun job verliezen.

b. In de tentoonstelling komt het verband tussen armoede en gezondheid verschillende keren aan

bod:

- In het overzicht van de choleraslachtoffers in Leuven (1849) wordt ook het beroep en de sociale

positie van de slachtoffers bijgehouden. Het merendeel van de slachtoffers krijgt het statuut

pauvre. Cholera maakt dus beduidend meer slachtoffers onder mensen in armoede.

- Op het plan van de stad Antwerpen worden de huizen aangeduid die met cholera werden

getroffen. De door cholera getroffen buurten zijn de buurten waar veel mensen in armoede wonen.

De rijkeren residentiële buurten worden amper getroffen. Dit toont opnieuw hoe cholera vooral

mensen in armoede treft.

- Een actueel voorbeeld zijn de brochures van de wijkgezondheidscentra, die voor iedereen

toegankelijk zijn maar vooral mensen uit kansengroepen bereiken.

- Het verhaal van Caroline die omwille van kanker in armoede belandde.

d. Het verband tussen armoede en gezondheid is vaak een onrechtstreeks verband, waarbij armoede

tot problemen leidt die op hun beurt de gezondheid schaden, en omgekeerd. De volgende thema’s

uit de tentoonstelling kunnen hierbij betrokken worden:

- Armoede huisvesting gezondheid

Page 40: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

40

Mensen die in armoede leven, komen vaak terecht in slechte woonomstandigheden. Woningen

met veel vocht of schimmel kunnen de gezondheid schaden. Ook geluidoverlast en een gebrek

aan hygiëne kunnen gezondheidsproblemen veroorzaken.

- Armoede samenleven gezondheid

Mensen in armoede kunnen niet altijd voldoende participeren in de samenleving. Gevoelens van

schaamte of uitsluiting, die soms met leven in armoede gepaard gaan kunnen een effect hebben

op de emotionele en psychologische gezondheid van mensen.

- Gezondheid werk armoede

Gezondheidsproblemen kunnen mensen belemmeren in het vinden van (geschikt) werk, wat op

zijn beurt kan leiden tot armoede.

- Gezondheid geld armoede

Een slechte gezondheid kan hoge kosten met zich meebrengen, bijvoorbeeld voor medicatie of

verzorging aan huis. Deze kosten kunnen ertoe leiden dat mensen in armoede belanden.

Terug

3. Voorbeeldantwoord

a. De uitspraak “Niet gelijk in het leven, niet gelijk in ziekte, niet gelijk in de dood.” verwijst naar de

grote verschillen tussen mensen in armoede en meer welgestelde mensen. Verschillende stukken

in de tentoonstelling staven deze uitspraak:

- In het overzicht van de choleraslachtoffers in Leuven (1849) wordt ook het beroep en de sociale

positie van de slachtoffers bijgehouden. Het merendeel van de slachtoffers krijgt het statuut

pauvre. Sommige ziektes treffen dus vaker mensen in armoede dan andere burgers.

- De plattegrond van de site van Caritas (1920) toont hoe mensen afhankelijk van hun sociale positie,

in andere paviljoenen ondergebracht werden. Zo werden er vijf afzonderlijke klassen voorzien. De

verschillen tussen de voorzieningen voor welgestelde klassen en deze voor mensen in armoede,

zijn opvallend. In de chateaus (1e en 2e klasse) beschikten patiënten over een eigen appartement

en werden ze vaak vergezeld van hun dienstmeisje. De armsten werden ondergebracht in grote

slaapzalen.

- Er is een opvallend verschil tussen lijkkoetsen die gebruikt worden bij de begrafenis van mensen

uit verschillende klassen. De verschillen zijn zichtbaar in de lijkkoets, het aantal paarden dat de

koets trekt, de ‘kledij’ van de paarden en het aantal mensen dat de koets begeleidt.

- Het Genootschap van den Nood Gods werd in 1860 opgericht voor mensen die onvoldoende geld

bezaten om een begrafenis te betalen.

- Bedelbrief uit 1869 met de vraag voor steun om een kist te kunnen kopen.

b. Ook vandaag zijn er verschillende voorbeelden te bedenken van situaties waarin er een grote

ongelijkheid bestaat tussen mensen in armoede en welgestelde mensen. Hoewel er in ziekenhuizen

geen onderscheid gemaakt wordt tussen verschillende sociale klassen, kan je bijvoorbeeld wel

bijbetalen voor een éénpersoonskamer. Ook in de tentoonstelling komen enkele actuele

voorbeelden aan bod:

- ‘Eenzame uitvaart’: een hedendaags sociaal project waarbij dichters gedichten schrijven voor

mensen die eenzaam gestorven zijn en die geen familie of vrienden hebben om hun begrafenis bij

te wonen. Vaak gaat het om mensen die in armoede leefden en waar weinig over geweten is.

Page 41: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

41

- de wijkgezondheidscentra die zich inzetten voor het verkleinen van de sociale ongelijkheid in

gezondheid, die ook vandaag nog bestaat.

Terug

4. Voorbeeldantwoord

a. De kalender toont twee parallelle levens. Links het leven van de goede huisvader, rechts het

leven van een man die door alcoholgebruik in armoede belandt.

b. De kalender probeert via de parallelle levens aan te tonen wat de negatieve gevolgen van

alcoholgebruik zijn. De begeleidende teksten bovenaan en onderaan de kalender geven aan

dat alcoholgebruik volledig afgeraden wordt. Alcohol wordt omschreven als een verderfelijke

volksvijand en zelfs het matigste gebruik wordt ten zeerste afgeraden.

c. De kalender legt een rechtstreeks verband tussen alcoholgebruik en armoede. Hoewel

alcoholmisbruik inderdaad kan leiden tot armoede, kan het verband ook in omgekeerde

richting gelden. Zo kunnen mensen die, bijvoorbeeld omwille van armoede, in slechte

omstandigheden leven, hun toevlucht zoeken in alcohol.

Terug

Page 42: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

42

Thema 4: huis

Algemene vragen

1. Voorbeeldantwoord

Problemen in verband met huisvesting die in de tentoonstelling getoond worden, zijn: dakloosheid (het

ontbreken van huisvesting), kleine huizen (zoals blijkt uit de plattegronden van beluiken), donkere huizen,

krotten, gebrek aan privacy, onvoldoende sanitaire voorzieningen en isolement. Vaak worden mensen in

armoede omwille van hun kwetsbare situatie slachtoffer van huisjesmelkerij, waarbij woningen in zeer

slechte staat verhuurd worden tegen hoge prijzen.

In de tentoonstelling zie je dat de overheid in de twintigste eeuw steeds meer aandacht begint te besteden

aan de huisvestingsproblematiek. Er wordt geld vrijgemaakt voor saneringen en voor de bouw van nieuwe

(sociale) woonwijken (zie het in kaart brengen van de toestanden in de arbeiderswijken en de foto’s van de

stad Lokeren die de schrijnende toestand in de arbeiderswoningen in beeld brengen). De overheid voerde

ook wetten in om huisjesmelkerij tegen te gaan. Hoewel de beluiken in hun typische negentiende-eeuwse

vorm niet meer bestaan, blijven problemen in verband met slechte hygiëne, verkrotting en een gebrek aan

ruimte en privacy toch ook vandaag nog bestaan (zie bijvoorbeeld de video met het verhaal van Angelino).

Terug

2. Voorbeeldantwoord

Beide foto’s werden genomen aan het begin van de twintigste eeuw. Via deze foto’s brengt Jaminé een

‘verloren’ levensstijl in beeld. De levensstijl van de eenvoudige boeren op het platteland die verloren dreigt

de gaan door de toenemende industrialisering. Door de vestiging van grote industriebedrijven en

steenkoolmijnen en de landbouwontginningen veranderde het landschap in deze streek zeer snel. Hierdoor

heerste bij sommigen het gevoel dat er kostbare zaken verloren gingen. Het originele, authentieke leven

van voor de industrialisering dreigde te verdwijnen.

In Jaminés foto’s komen enkele elementen naar voor van de romantiek. In een tijd waarin de wereld steeds

technischer en rationeler werd, probeerden de romantici het emotionele in de mens te herwaarderen. Ze

vreesden dat de mens zich steeds meer vervreemdde van de natuur en dat er in de nieuwe, rationele wereld

zaken driegden verloren te gaan. Romantici gingen daarom de natuur en het ‘natuurlijke’ in de mens

centraal stellen en vonden hierbij vaak inspiratie op het platteland, dat nog enigszins onveranderd was

gebleven. Het thema van Jaminés foto’s sluit sterk aan bij de romantiek. Ook hij brengt een verloren

levensstijl in beeld en put daarbij inspiratie uit het plattelandsleven. De natuur, en de mens in relatie tot

die natuur, staat daarbij centraal.

Terug

3. Voorbeeldantwoord

a. Beide fotoreeksen zijn met een ander doel gemaakt en scheppen daarom een zeer verschillend

beeld van de huisvesting van mensen in armoede. Jaminé probeert de verloren levensstijl van het

platteland in beeld te brengen en schept daarom een positief beeld van het leven op het

platteland. De stad Lokeren wil net de huisvestingsproblematiek in kaart brengen, om zo subsidies

te krijgen voor saneringen en de bouw van nieuwe woonwijken. Om een goed dossier samen te

Page 43: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

43

stellen was het dan ook noodzakelijk om de negatieve kanten van de huisvesting in beeld te

brengen.

b. Zowel de foto’s van Jaminé, als de foto’s van de stad Lokeren zijn bruikbaar om een beeld te krijgen

van het Belgische, negentiende-eeuwse platteland. Bij het inschatten van de waarde van beide

bronnen is het belangrijk een genuanceerd standpunt in te nemen. Beide bronnen geven immers

een beeld van het negentiende-eeuwse platteland, maar doen wat wel vanuit een eigen standpunt

en met een specifiek doel (zie punt a). Geen van beide bronnen geeft bijgevolg een volledig beeld

van de realiteit. Het gaat steeds om een gekleurde weergave, waarin bepaalde aspecten van het

negentiende-eeuwse platteland wél, en andere (bewust) niet, getoond worden. Het is daarom

noodzakelijk en zinvol om de bronnen kritisch met elkaar te confronteren.

Terug

Verdiepingsvragen

1. Voorbeeldantwoord

a. In de negentiende eeuw werd armoede vooral gezien als de schuld van individuele mensen, die

omwille van hun gedrag in armoede belandden. Armoedebestrijding was dan ook een kwestie van

het bijsturen van het gedrag van mensen. Ook werk werd hierbij als een belangrijke maatregel

gezien. De landloperskolonies zijn sterk doordrongen van deze visie: landlopers en bedelaars

werden afgezonderd van de maatschappij en konden via het werk dat ze er verrichtten hun plaats

in de maatschappij opnieuw verdienen. Ze zijn zo ook een voorbeeld van disciplinering. In de

kolonies gaat men in zekere zin nog een stap verder: armoede wordt gecriminaliseerd. Met de wet

ter beteugeling van landloperij en bedelarij (1866) worden bedelarij en landloperij strafbaar.

Mensen die deze misdrijven begingen, konden opgenomen worden in de kolonies.

b. Eigen mening.

c. Werkloosheid is volgens dit onderzoek het meest bepalende aspect van deprivatie voor de

criminaliteitsgraad in een gemeente.

d. Op het eerste gezicht lijkt de verklaring te liggen in het feit dat werkloosheid leidt tot een plots

verlies van inkomen. Toch mogen we volgens onderzoek de verklaring niet uitsluitend hierin

zoeken. Werkloosheid heeft immers ook andere negatieve gevolgen die verband kunnen houden

met criminaliteit. Zo kan werkloosheid zorgen voor een verzwakking van de sociale relaties,

gevoelens van sociale isolatie, het gevoel dat mensen geen betekenisvolle rol spelen in de

maatschappij, etc.13

e. Uit het onderzoek blijkt dat niet zozeer armoede, maar vooral werkloosheid verband houdt met

criminaliteit. Hoewel mensen die werkloos zijn een verhoogd risico hebben om in armoede te

belanden, gaat het dus zeker niet uitsluitend om mensen in armoede. Bovendien kunnen we op

basis van een verband of een samengaan van twee factoren nog niets zeggen over oorzakelijkheid.

Het is dus niet correct om te stellen dat armoede leidt tot criminaliteit.

Terug

13 M. Hooghe, et al., ‘Unemployment, inequality, poverty and crime. Spatial distribution patterns of criminal acts in Belgium, 2001-06’, The British Journal of Criminology, 2011 (1), p. 2.

Page 44: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

44

Thema 5: gezin

Algemene vragen

1. Voorbeeldantwoord

Naam/omschrijving van het

object

Dit object toont aan dat

kinderen in armoede vroeger…

(vul aan)

Bestaat dit vandaag in België

ook nog?

1. foto van een

arbeiderswoning in Sint-Niklaas

(begin 20e eeuw)

…vaak met veel broers en

zussen samen in een klein huis

woonden, in slechte materiële

omstandigheden.

Ja, ook vandaag groeien

kinderen in armoede vaak op in

slechte woonomstandigheden.

2. Brief van een moeder die haar

kind te vondeling legde (1858)

…soms opgroeiden zonder

ouders. Zij werden

achtergelaten in de

vondelingenschuiven en/of

groeiden op in weeshuizen.

Ook vandaag zijn er kinderen

die zonder ouders opgroeien.

De omkadering en opvang van

deze kinderen is echter sterk

veranderd.

3. Foto personeel spinnerij

Eliaert-Cools (ca. 1890),

waaronder heel wat kinderen

…door arbeid te verrichten

moesten bijdragen aan het

gezinsinkomen. Dit gebeurde

zowel in de stad als op het

platteland. Ook in weeshuizen

werden kinderen regelmatig aan

het werk gezet.

Door veranderingen in de

wetgeving en in de

sociaaleconomische realiteit (zie

verdiepingsvraag 1 bij dit

thema) worden kinderen

vandaag niet langer als

arbeiders in dienst genomen en

is er leerplicht voor alle

kinderen tot 18 jaar.

4. Collectebus waarmee geld

werd ingezameld voor

behoeftige schoolkinderen

…niet naar school konden, omdat de kosten te hoog waren of omdat de gezinnen rekenden om de inkomsten uit de arbeid van kinderen.

Vandaag is er leerplicht voor

kinderen tot 18 jaar en is

onderwijs in principe kosteloos.

Uit de tentoonstelling blijkt wel

dat hoge schoolkosten ook

vandaag nog voor vele gezinnen

een probleem vormen.

Terug

2. Voorbeeldantwoord

a. Het citaat uit de regel geeft duidelijk aan dat de zusters ook arme kinderen een plaats in hun school

moesten geven, al werden zij wel strikt gescheiden gehouden van andere kinderen. De zusters van

Liefde hadden dus, naast de gewone school die betalend was voor meisjes uit de gegoede klasse,

ook een armenschool. De twee werelden werden volledig gescheiden gehouden.

b. Het is opvallend dat de kinderen in de armenschool niet worden vermeld in de promotiefolder.

Ook in de archieven van de zusters van Liefde zijn geen foto’s terug te vinden van deze school,

Page 45: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

45

hoewel de school toch een aanzienlijk aandeel niet-betalende leerlingen moet hebben gehad. In

de archieven is dus geen spoor te vinden van deze kinderen, waardoor we er ook weinig over

weten. Dit heeft een belangrijke invloed op de historische beeldvorming van kinderen in armoede

in de negentiende eeuw. Aangezien er nauwelijks tot geen bronnen over bestaan, raken ze in de

vergeetput van de geschiedenis, wordt hun bestaan en hun agency onderbelicht. Het adagium ‘wie

schrijft, die blijft’ krijgt hier wel een heel specifieke betekenis…

Terug

Verdiepingsvragen

1. Voorbeeldantwoord

a. De auteur verwijt de verantwoordelijke minister geen oog te hebben voor de reële toestand van

de arbeiders. Hij wil leerplicht invoeren, maar houdt er geen rekening mee dat de

sociaaleconomische toestand dat niet altijd toelaat. Veel gezinnen hebben het loon uit

kinderarbeid nodig om te kunnen overleven. Er is dus eerst nood aan veranderingen in de

sociaaleconomische toestand. De auteur wil dat beide zaken simultaan worden ingevoerd, zo niet,

dan blijft de leerplicht dode letter…

b. De cartoon verbeeldt de acute nood aan voedsel en kleding van het arbeidersgezin: het jongetje is

blootsvoets en houdt een leeg kommetje vast, het meisje links is duidelijk heel mager. In deze

situatie komt het voorstel tot invoering van leerplicht dan ook als absurd en wereldvreemd over.

c. De grote veranderingen met betrekking tot kinderarbeid vonden pas plaats vanaf de jaren 1920,

wanneer de lonen stegen en kinderarbeid niet langer een noodzakelijke aanvulling op het

gezinsbudget vormde. Bovendien vond een culturele mentaliteitswijziging plaats waarbij ouders

het onderwijs steeds als belangrijker beschouwden. Ook veranderingen aan de vraagzijde deden

de kinderarbeid afnemen: de steeds meer gespecialiseerde industrie had vooral nood aan

geschoolde arbeidskrachten. De vraag naar ongeschoolde (kind)arbeiders nam bijgevolg af.

Terug

2. Voorbeeldantwoord

In de negentiende eeuw werden vanuit lokale overheden en vanuit kerkelijke instellingen initiatieven

genomen om kosteloos (lager) onderwijs te voorzien voor kinderen in armoede, maar onderwijs was niet

verplicht. Aangezien veel gezinnen afhankelijk waren van het aanvullend inkomen uit kinderarbeid om in

hun onderhoud te voorzien, gingen veel kinderen niet of slechts enkele jaren naar school.

Vandaag speelt de overheid een zeer belangrijke rol in het voorzien van onderwijs voor alle kinderen. Sinds

1914 is er leerplicht voor alle kinderen (aanvankelijk tot 14 jaar, maar later werd deze leeftijd geleidelijk

aan opgetrokken tot 18 jaar). Deze veranderingen in de wetgeving gingen hand in hand met veranderingen

in de bredere maatschappij. In de loop van de jaren 1920 vonden er enkele maatschappelijke

veranderingen plaats die het mee mogelijk maakten dat meer kinderen naar school gingen. Enerzijds steeg

de vraag naar kinderarbeid omdat de industrie zich steeds verder specialiseerde en daardoor vooral nood

had aan geschoolde arbeiders. Anderzijds stegen de lonen waardoor gezinnen niet meer afhankelijk werden

van het aanvullende inkomen uit kinderarbeid. Bovendien schatten ouders het belang van onderwijs voor

kinderen steeds hoger in.

Page 46: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

46

Aangezien de overheid de leerplicht invoerde, moet zij er ook voor zorgen dat alle kinderen de mogelijkheid

hebben om kosteloos onderwijs te krijgen. Daarom voorziet de overheid zelf onderwijs en subsidieert zij

bovendien bestaande (katholieke) scholen. Via studiebeurzen en maximumfacturen voor scholen probeert

de overheid tegemoet te komen aan de extra kosten die schoolgaan met zich meebrengt. Ondanks deze

maatregelen zijn de schooluitgaven voor veel gezinnen (in armoede) nog steeds te hoog; Zo blijkt ook uit

verschillende stukken in de tentoonstelling (bijvoorbeeld de campagne van de vzw SOS Schulden op School

en de actie voor kosteloos onderwijs).

Terug

Page 47: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

47

Thema 6: samenleven

Algemene vragen

1. Voorbeeldantwoord

a. Eigen mening

b. In de tentoonstelling kan je verschillende motieven terugvinden om aan liefdadigheid te doen.

Enkele voorbeelden zijn:

- Religieuze motieven. Zichtbaar in het schilderij van de zeven werken van Barmhartigheid, de

collecteschaal met afbeelding van Sint-Vincentius, de verwijzing naar Sint-Maarten die zijn mantel

deelde met de armen (vaantje en luciferdoosjes van Winterhulp).

- Idee van wederkerigheid, in de zin van een return ontvangen voor de liefdadigheid, soms ook

religieus geïnspireerd. Zichtbaar in: de broodbonnen bij de doodsbrieven die moeten bijdragen aan

het zielenheil van de overledene, het reglement van de Weldadigheidskring van Turnhout met als

slogan ‘Weldoen baart vreugde’..

- Politieke overtuiging (bijvoorbeeld socialisme), maatschappelijk engagement. Zichtbaar in:

campagneposter jongsocialisten, cartoon sociale rechtvaardigheid.

c. Al deze motieven zijn ook vandaag nog relevant. In landen waarin de religiositeit afneemt, zullen

religieuze motieven uiteraard een minder grote rol spelen.

Terug

2. Voorbeeldantwoord

a. Het idee van wederkerigheid/return komt in de tentoonstelling een aantal keren aan bod. Enkele

voorbeelden zijn:

- De religieuze/goddelijke beloningen die aan liefdadigheid gekoppeld worden, bijvoorbeeld de

broodbonnen die via doodsbrieven werden verspreid en die zouden bijdragen aan het zielenheil

van de overledene.

- Verschillende aankondigingen voor liefdadigheidsfeesten-, concerten, loterijen en feestmalen.

Mensen kunnen, in ruil voor hun steun, deelnemen aan een feest, feestmaal of andere activiteit,

of maken kans om een prijs te winnen.

b. Vandaag wordt dit principe ook toegepast. Veel goede doelen zorgen ervoor dat je als gevers iets

terugkrijgt, hoe klein dan ook (een sleutelhanger, een balpen van vredeseilanden, een liedje op

Studio Brussel tijdens Music For Life, etc.).

c. Eigen mening.

Terug

3. Voorbeeldantwoord

“Armen willen geen medelijden, wel respect voor hun rechten.”

a. Vanaf 1976 wordt bijstand een recht in plaats van een gunst (OCMW-wet). Dit houdt een

belangrijke verandering in ten opzichte van de periode vóór 1976.

b. Als bijstand een recht wordt, is het de taak van de overheid om te zorgen dat deze rechten

gegarandeerd worden. De bijstand aan mensen in armoede verliest zo haar vrijblijvende karakter.

Ondanks deze verandering blijft de aanvullende steun uit liefdadigheid voor mensen in armoede

Page 48: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

48

belangrijk. Ook neemt dit niet weg dat mensen in armoede zelf initiatief en actie blijven

ondernemen.

Terug

Verdiepingsvraag

3. Voorbeeldantwoord

a. De rijke man en de bedelaar kijken allebei vanuit een ander standpunt en een andere context naar

de kwestie. De rijke man ziet de hond vooral als een bron van uitgaven die de bedelaar zich niet kan

veroorloven. Voor hem is het logisch dat de man zijn hond verkoopt. Zo moet hij immers geen geld

meer uitgeven aan de hond en heeft hij bovendien wat geld verdiend. De bedelaar ziet de hond als

een goede vriend en ziet in de hond dus veel meer dan louter een bron van uitgaven. In de

tentoonstelling werd ook duidelijk dat mensen in armoede vaak in sociale isolatie leven. Een hond

kan in het geval van de bedelaar dan ook een zeer belangrijke (en zelfs enige) bron van contact zijn.

b. Hoe je naar de realiteit kijkt kan veranderen naargelang het standpunt dat je inneemt. Wat vanuit

één bepaald standpunt logisch lijkt, kan vanuit een ander standpunt opeens veel minder

vanzelfsprekend zijn. Om te begrijpen waarom mensen bepaalde dingen doen of denken, is het

daarom nodig je te verplaatsen in hun standpunt en rekening te houden met de context die hun blik

op de realiteit beïnvloedt.

c. Hetzelfde principe kan je op deze situatie toepassen. Voor iemand die zelf niet in armoede leeft kan

het vreemd lijken dat mensen in armoede een smartphone hebben. Smartphones zijn immers duur

in aankoop en brengen maandelijkse kosten met zich mee. Het lijkt logisch om dit soort spullen niet

te kopen als je budget beperkt is. Voor mensen in armoede kan de aankoop van een smartphone

net noodzakelijk lijken: het is soms hun enige vorm van en middel tot sociaal contact, bijvoorbeeld

met vrienden of familie die ver weg wonen.

Terug

Page 49: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

49

Overkoepelende verdiepingsvragen

1. Voorbeeldantwoord

a. Elk van deze objecten getuigt van een steun die voorwaardelijk is. Aan de hulp die aan mensen in

armoede geboden wordt, worden bepaalde voorwaarden verbonden. Vaak gaat het om bepaalde

gedragingen of waarden en normen die de hulpverlening met zich meedraagt. Het gaat dus om

voorbeelden van disciplinering.

- De kalender des Werkmans waarschuwt mensen in armoede voor de gevolgen van onwenselijk

gedrag (alcoholgebruik) en probeert hen zo aan te zetten om hun gedrag aan te passen.

- De dwangmolen wordt gebruikt in de landloperskolonies waarin landlopers werden werkten om in

hun eigen onderhoud te voorzien. Hun verblijf in de kolonies diende als een periode van morele

heropvoeding.

- In het verslagboek van de Sint-Vincentiusgenootschap in Wetteren staat te lezen dat de steun aan

een behoeftige werd stopgezet wegens ‘onverbeterlijkheid in zeden’. Ook dit toont aan dat hulp

aan mensen in armoede armen als voorwaardelijk werd beschouwd en werd ingezet werd als een

middel om ontvangers moreel te verbeteren.

b. Eigen mening

Terug

2. Voorbeeldantwoord

a. In deze tentoonstelling komen overwegend bronnen aan bod van organisaties of

overheidsinstanties die zich bezighouden met armoedebestrijding. Bronnen van mensen in

armoede zelf, komen slechts zeer zelden aan bod (mits enkele uitzonderingen, bijvoorbeeld de

bedelbrieven).

b. Dit heeft te maken met de beschikbaarheid van bronmateriaal. Overheden, religieuze instellingen

en verscheidene middenveldorganisaties creëerden én bewaarden nu eenmaal veel

archiefmateriaal. Mensen in armoede zelf creëerden dan weer veel minder materiaal. Het gevolg

hiervan is dat het perspectief van de armen in de negentiende en twintigste eeuw ontbreekt in de

tentoonstelling. We weten dus niet hoe de armen zelf tegenover dit alles stonden: wat dachten zij

zelf over hun situatie? Hoe beleefden zij hun dagelijkse leven in armoede? Hoe stonden zij

tegenover de houding en initiatieven van verschillende actoren? Het gevaar dreigt dan ook dat het

perspectief van de armen uit het oog verloren wordt mensen in armoede gereduceerd worden tot

een passieve groep slachtoffers, zowel in het verleden als nu.

c. Aan deze problematiek is in deze tentoonstelling tegemoet gekomen door voortdurend aandacht

te besteden aan wat mensen in armoede doorheen de geschiedenis zélf ondernamen om hun

situatie verbeteren. Zo krijgen zij toch een actieve stem in het verleden. Bovendien zorgt de nauwe

samenwerking met mensen in armoede en de toevoeging van (actuele) getuigenissen van deze

mensen ervoor dat het perspectief van mensen in armoede ook aan bod komt.

Terug

Page 50: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

50

Bijlage: documenten bij de verdiepingsvragen

Document 1: Budgetstandaard 200914

De budgetstandaard die in 2009 werd opgesteld door onderzoekers van het Centrum voor Sociaal Beleid

en de Universiteit Antwerpen probeert een antwoord te bieden op de volgende vraag: hoeveel geld heeft

een gezin minimaal nodig om op een menswaardige manier te kunnen participeren aan de Vlaamse

samenleving?

De budgetstandaard is opgemaakt voor alle organisaties die regelmatig inkomensbehoeften van gezinnen

moeten beoordelen in functie van de menselijke waardigheid zoals OCMW’s, CAW’s, advocaten,

schuldhulpverleningsorganisaties, vrederechters, mutualiteiten, etc. De budgetstandaard kan bovendien

gebruikt worden door wetenschappers en politici die op zoek zijn naar geschikte richtlijnen om de

doeltreffendheid van de minimuminkomensbescherming in ons land te beoordelen.

De onderzoekers onderscheiden in de budgetstandaard zeven korven:

1. Voeding: gezonde voeding op basis van de actieve voedingsdriehoek.

2. Kleding: kledij die dient ter bescherming van het lichaam en ook vormgeeft aan de identiteit van

de drager. Ook waspoeder, schoenpoets, strijkijzer etc. werden in deze categorie opgenomen.

3. Gezondheid. In deze korf werd zowel de persoonlijke verzorging opgenomen (zeep, shampoo,

scheerapparaat, etc.) als toegang tot gezondheidszorg (tandartsbezoek, doktersbezoek, medicatie,

etc.).

4. Huisvesting en veiligheid. Deze korf omvat een adequate huisvesting (een huis of appartement,

verwarming, verlichting, etc.) en een basisveiligheid (rookmelders, blusdeken, zaklamp, slot, etc.)

5. Veilige kindertijd. Deze korf is enkel van toepassing indien er kinderen in het gezin aanwezig zijn.

Onder veilige kindertijd valt alles wat een kind nodig heeft om een veilige, waardevolle kindertijd

te kunnen beleven (een hobby of sport uitoefenen, een daguitstap maken, een verjaardagsfeestje

kunnen hebben, uitgaan, lid zijn van de jeugdbeweging, een gsm, internet, etc.)

6. Rust en ontspanning. In deze korf nemen de onderzoekers de volgende elementen op: een goede

nachtrust (bed, lakens etc.), vrije tijd en ontspanning (vakantie, deel uitmaken van een plaatselijke

vereniging, tv, dvd-speler, radio, etc.) en budget voor het onderhouden van sociale relaties (gsm,

computer met internet, printer, een huisdier houden, een identiteitskaart, kosten voor

huisvuilophaling etc.).

7. Mobiliteitsbudget. In dit budget zijn alle kosten opgenomen die mensen maken om zich te

verplaatsen (een fiets en fietstassen, een go pass of rail pass, een abonnement van de Lijn).

Het resultaat van de berekening wordt samengevat in onderstaande tabel.

14 Gebaseerd op: B. Storms en K. Van den Bosch (reds.), Wat heeft een gezin minimaal nodig? Een budgetstandaard voor Vlaanderen, Leuven: Acco, 2009.

Page 51: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

51

Terug

Page 52: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

52

Document 2: spotprent: Leerplicht vóór een nieuwe Armenwet

Cartoon naar aanleiding van de invoering van de leerplicht in 1900. De figuur rechts is minister Goeman

Borgesius die het wetsontwerp voor de invoering van de schoolplicht indiende. De cartoon verscheen in het

weekblad De Amsterdammer. Rond 1900 besteedde dit weekblad, onder redactie van voormalige predikant

Johannes de Koo, vooral aandacht aan literatuur, kunst, muziek etc. en richtte het zich tot de gegoede

middenklasse. Op politiek vlak was het weekblad progressief en pleitte het onder meer voor sociale

wetgeving en algemeen kiesrecht.

Bij de cartoon hoort de volgende tekst:

Huisvader (tot Mr. Borgesius): Eerst kleêren en brood, mijnheer!

Borgesius: Dat is een quaestie van voorkeur. Ik zeg: Eerst lezen, rekenen en schrijven, en dan een warme

jas en voedzaam eten…

Braakensiek, J., De Amsterdammer. Weekblad voor Nederland, 1 oktober 1899.

Terug

Page 53: Tegenwind. Armoede in België sinds 1800 · 2017-08-21 · In de strijd tegen armoede zijn er verschillende actoren die zich inzetten voor de noden van de armen. In onderstaande tabel

53

Document 3: Casus armoede

Situatie a (generatie-armoede)

Sandra (34 jaar) komt uit een groot gezin. ‘Mijn ouders hebben hun best gedaan, maar het leven eist zijn

tol: echtscheidingen, faillissementen. Op een dag kwam ik terug van bosklassen en moest ik meteen mijn

koffer maken om naar een instelling te gaan. (…) Omdat ik de oudste was, zorgde ik voor mijn jongere broer

en zus. Ik werd hun mama in de instelling. Ik was amper 12’. Sandra heeft nu drie kinderen en vindt het

moeilijk om de eindjes aan elkaar te knopen. ‘De huishuur betaal ik klokvast, de meeste andere facturen

pas als er genoeg geld is.’ Ze ondervind door haar situatie ook soms problemen met de school van haar

kinderen. ‘Onlangs kregen we een brief van de school. Er waren zo veel nieuwe kleuters dat de school de

klassen moest herverdelen. Ik heb de brief 3 keer gelezen en snapte er nog niets van. ‘Er is een pertinent

tekort aan ruimte’, ‘we zoeken naar een duurzame oplossing’ en ‘een en ander zal gecompenseerd worden’.

‘Je kind knuffelen, samen spelen en huiswerk maken, overleggen met de leraar. Ik moet kunnen wat ik zelf

nooit gezien of meegemaakt heb. Dat is niet gemakkelijk.’15

Situatie b (nieuwe armoede)

Elf jaar lang stond Hendrik Hendrickx (46) aan het hoofd van een bloeiende bloemenzaak. Tot het bij een

verbouwing in 2000 misging. Zijn bedrijf ging overkop en Hendrik probeerde te overleven door als

uitzendkracht te gaan werken. Van welstellende ondernemer werd hij een werkende arme.

Begin 1989 startte Hendrik Hendrickx met 200.000 frank (5.000 euro) spaargeld een bloemenwinkel. De

zaak groeide en bloeide: eind jaren negentig was Hendrik een welvarend ondernemer en gaf hij leiding over

negen medewerkers. “De winkel was dringend aan een opknapbeurt toe”, vertelt hij. “In 2000 ging ik in zee

met een architect en een aannemer. In twee maanden gingen ze de klus klaren. Maar de aannemer hield

zich niet aan de afspraken.” De werken zouden uiteindelijk 14 maanden duren. Heel die periode moest

Hendrik noodgedwongen zijn winkel sluiten. De inkomsten droogden op en de rekeningen stapelden zich

op. Zijn bedrijf ging op de fles. “Van de ene op de andere dag was ik alles kwijt. Ik moest gaan aankloppen

bij het OCMW. Daar werd ik met een scheef oog bekeken. ‘Je bent zelfstandige geweest? Dan zal je nog wel

zwart geld in een schuif hebben liggen zeker?’ Maar ik had helemaal niets meer. Op een bepaald moment

ging het zo slecht dat we weken lang zonder water en verwarming zaten. Door heel die toestand liep mijn

huwelijk op de klippen. Ik schreef me in bij uitzendkantoren. Ik moest aaneensluitend meer dan 480 dagen

werken om in aanmerking te komen voor sociale zekerheid. Van zodra er een paar dagen tussen twee

opdrachten wegvielen, kon ik weer van vooraf aan beginnen.”16

Terug

15 Gebaseerd op: M. Van Laere, ‘Mama Sandra: “Armoede staat niet op mijn gezicht te lezen”. Klasse, 31 mei 2015. Geraadpleegd via: https://www.klasse.be/6745/mama-sandra-armoede-staat-niet-op-mijn-gezicht-te-lezen/ 16 Gebaseerd op: J. Stevens, “Getuigenis arm met een job: ‘Soms dacht ik “Ik maak er een einde aan'". Geraadpleegd via: https://www.vacature.com/nl-be/carriere/2011/2/getuigenis-arm-met-een-job-soms-dacht-ik-ik-maak-er-een-einde-aan/