Studiereis Zweden Verslag€¦ · ‘social workers’ om de gezinnen te screenen en controleren op...

9
Pagina 01 Verslag studiereis Zweden: Naar een preventieve jeugdhulp

Transcript of Studiereis Zweden Verslag€¦ · ‘social workers’ om de gezinnen te screenen en controleren op...

Page 1: Studiereis Zweden Verslag€¦ · ‘social workers’ om de gezinnen te screenen en controleren op kwaliteit en veiligheid. Hierop wordt door commerciële bemiddelaars ingespeeld

Pagina 01

Verslag studiereis Zweden: Naar een preventieve jeugdhulp

Page 2: Studiereis Zweden Verslag€¦ · ‘social workers’ om de gezinnen te screenen en controleren op kwaliteit en veiligheid. Hierop wordt door commerciële bemiddelaars ingespeeld

Pagina 02

Gemeente Stockholm

13 april 2016

Åsa Lindhagen, wethouder sociale zaken Gunilla Olofsson, strategisch adviseur/onderzoeker sociaal departement

• Gemeenten zijn verantwoordelijk voor uitvoering van sociale zaken en jeugdzorg (conform ‘Social Service

Act). Binnen de gemeente Stockholm is de uitvoering ‘doorgecentraliseerd’ naar 14 districten. De districten zijn verantwoordelijk voor de kwaliteit van de uitvoering van de taken en kan hierin eigen uitvoeringskeuzes maken. De districten zijn verantwoordelijk voor de individuele burger.

• Op gemeenteniveau is er één gespecialiseerd comité voor sociale zaken dat een minimumvoorzieningen- en zorgniveau binnen de gemeentegrenzen borgt. Het comité kan sturen en inspireren, maar niet afdwingen. De City Council (gemeenteraad) kan wel kaderstellende besluiten nemen, waaraan de districten zich moeten committeren. Samen borgen zij de systeemvoorwaarden.

• De gemeente is de primaire belastinginner binnen de Zweedse overheid. De middelen worden op basis van parameters beschikbaar gesteld aan de districten, soms met specifieke budgetten voor prioriteiten/doelgroepen.

• Elk district heeft een eigen team voor ‘assessment’ (toegang) om te bepalen wat het kind nodig heeft. De uitvoering van lichte hulp en ondersteuning (efforts en interventions) door de ‘social services’ vindt hiervan gescheiden plaats. Indien nodig worden kinderen bij voorkeur geplaatst bij ‘foster-families’ (pleeggezinnen). Hiervoor ontvangen zij een tegemoetkoming. Plaatsing is veelal voor korte tijd om overbelasting te voorkomen. De gesloten jeugdzorg wordt ingekocht bij vooral private partijen.

• Voldoende pleeggezinnen werven is soms een probleem, maar nog veel meer voldoende capaciteit aan ‘social workers’ om de gezinnen te screenen en controleren op kwaliteit en veiligheid. Hierop wordt door commerciële bemiddelaars ingespeeld door ‘gescreende’ pleeggezinnen voor hoge tarieven aan de gemeente aanbieden. In geval van combinatie van krapte en crisissituatie moet de gemeente wel gebruik maken van deze dure pleegvorm. Dit probleem neemt toe met de asielstroom.

• In Zweden is vanuit de landelijke overheid (Socialstyrelsen) voor ‘social workers’ een universitaire graad verplicht gesteld om met jeugd te mogen werken. Sinds 2014 moet je opgeleid zijn als ‘socionom’.

• De werkomstandigheden en werkdruk van de ‘social workers’ staan in het middelpunt van de belangstelling van het huidige bestuur van Stockholm. Nadat de middelen enkele bestuursperioden niet waren geïndiceerd voor stijging van loon- en prijspeil, heeft het huidige bestuur het beschikbare budget met 10% verhoogd. Er is een inhoudelijk actieplan gelanceerd met als een concrete uitwerking dat er administratieve ondersteuning is gekomen om de ‘social workers’ vrij te maken voor hun primaire taak van ondersteuning van gezinnen.

Voornaamste voordelen: • De doorgecentraliseerde uitvoering geeft maximale mogelijkheden om aan te sluiten op de verschillende

lokale behoeften en omstandigheden • De doorgedecentraliseerde uitvoering geeft betrokkenheid van burgers en politiek bij elkaar (organisatie

dichtbij en van mensen) voor herkenbaarheid Voornaamste nadelen: • Het besturingsmodel leidt tot veel verschillende lagen en ‘soorten’ van besluitvorming. Dit maakt het

systeem soms traag en ondoorzichtig. • Het is lastiger te sturen op ‘vrijheid binnen kaders’ en daarbij een minimum voorzieningen- en zorgniveau

te garanderen met gelijke toegang tot ondersteuning en hulp voor iedere burger.

Page 3: Studiereis Zweden Verslag€¦ · ‘social workers’ om de gezinnen te screenen en controleren op kwaliteit en veiligheid. Hierop wordt door commerciële bemiddelaars ingespeeld

Pagina 03

Socialstyrelsen (National Board of Health en Welfare)

13 april 2016

Johan Glad, onderzoeker

• De Socialstyrelsen is onderdeel van de nationale overheid en valt onder het ministerie van Sociale zaken.

Het fungeert als onafhankelijk adviesorgaan en agentschap. Het ontwikkelt richtlijnen, gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek. Wel is het zo dat slechts enkele programma’s / interventies ‘evidence-based’ zijn. Bij de scholen is dit meer het geval dan bij de jeugdzorg. Desondanks is er al een wereld gewonnen. Voorheen werd dit in Zweden niet gedaan en nu wordt ‘evidence based’ werken steeds meer toegepast.

• Sinds 1980 is in Zweden een verschuiving waarneembaar van een autoritaire naar een meer democratische en holistische benadering van de jeugdzorg.

• Zweden zet sterk in op preventie en ‘early identification’. Kinderen worden van jongs af aan gevolgd, mits ouders daarmee instemmen. Het merendeel (84 of 86%) van de Zweedse kinderen gaat naar de ‘voorschool’ (preschool). Ook daar is oog voor vroegsignalering van problematiek en zijn professionals ‘mandated to report’, hetgeen voor heel veel functies geldt.

• De laagdrempelige familie centra bieden Zweedse ouders de mogelijkheid om elkaar te ontmoeten, zeker in het eerste jaar na de geboorte van een kind. Om de centra te bezoeken is dus geen hulpvraag nodig. Het is een ‘meeting place’, met indien nodig korte lijnen naar social workers.

• Op landelijk niveau wordt ingezet op ‘parental support’. De eerste effecten daarvan zijn positief. Naar de drie meest gebruikte programma’s wordt veel onderzoek gedaan.

• In Zweden worden contactpersonen/-gezinnen voor langere tijd ingezet. Bijvoorbeeld om jongeren te motiveren voor school. Deze contactpersonen hoeven geen zorgachtergrond te hebben. Het gebruik van deze vorm van ‘vrijwilligers’ is toegenomen. De contactpersonen ontvangen een vergoeding, gebaseerd op het aantal uren en de zwaarte van hun activiteiten.

• Sinds 2011 wordt gewerkt met Community Intervention Teams: samenwerkingen tussen onder meer de politie en maatschappelijk werk. Momenteel vindt een studie plaats naar de maatschappelijke effecten hiervan.

• Voor kinderen met ‘special needs’ (fysiek, mentaal, etc.) is persoonlijke ondersteuning beschikbaar. Zolang dit mogelijk is gaan deze kinderen naar reguliere scholen. Daar waar dat niet gaat, gaan de kinderen naar speciale klassen. Vanuit die optiek zijn er aparte faciliteiten, maar het uitgangspunt is dat deze kinderen op dezelfde wijze worden behandeld als andere kinderen.

• Er zijn goede ervaringen met samenwerking tussen het gezondheidssysteem en het onderwijssysteem. Zo zijn er op alle scholen school nurses en een psycholoog. Ook zijn ‘social workers’ (dit is iets anders dan schoolmaatschappelijk werk in Nederland, meer vergelijkbaar met wijkteam medwerker) actief op scholen. Naar verwachting zal deze samenwerking vaker en uitgebreider worden toegepast in Zweden.

• Er is kritiek op de grote verschillen tussen de Zweedse gemeenten in de uitvoering van het jeugdzorgbeleid, bijvoorbeeld bij de toegang (de ‘assessments’).

Uitdagingen voor Zweden: • Kleine gemeenten (m.n. in het noorden van Zweden) hebben meer moeite om hun sociaal domein goed

invulling te geven, gezien hun vaak afgelegen ligging en beperktere budget met relatief grotere risico’s (indien er veel dure zorg benodigd is).

• Doordat er binnen het gedecentraliseerde sociaal domein veel gebeurt, is het voor het ministerie lastig om hier overzicht over te houden (in de zin van ontwikkelingen, uitdagingen, successen, etc.)

• Idealiter zouden alle professionals systematisch een ‘follow-up’ moeten doen. De data die dit oplevert kan dan worden gebruikt om voor effectmetingen. Zo is het beeld dat de ‘social workers’ goed werk verrichten, maar het ontbreekt momenteel aan bewijs hiervan.

Page 4: Studiereis Zweden Verslag€¦ · ‘social workers’ om de gezinnen te screenen en controleren op kwaliteit en veiligheid. Hierop wordt door commerciële bemiddelaars ingespeeld

Pagina 04

Gemeente Botkyrka

14 april 2016

Marie Lundqvist, head of social service department Marie Lundqvist- Head of Social Services Department Gunilla Berghager, Head of the Early Prevention and Family Support Department Göran Törnblom, Head of the Child Protection Department Tina Trygg, Project Manager of Botkyrka YAP Matha Kasagianni, Social worker working with Early Prevention Anja Johansson, Coordinator responsible for Domestic Violence issues and Honour Related issues

Internationale en jonge voorstad van Stockholm (89.000 inwoners) met als motto ‘far from average’. Kernwaarden: focus op inwoners, open, niet bang, energiek Departement Social Services kent een aantal service afdelingen:

- Child protection, - support and early prevention, - financial support, - community mental health, - adult (vgl met onze Wmo), - housing.

• Ongeveer 450 medewerkers in dienst in deze afdeling, waarvan de meesten social workers, creche leidsters en onderwijzers zijn.

• Om samenwerking jeugd en volwassenen te realiseren is het een voordeel als beide in één afdeling zitten. Bijvoorbeeld bij kindermishandeling is er zowel een programma voor de kinderen als voor de volwassenen.

• Social workers aanwezig op de school, overdag, maar ook tijdens ouderavonden en via social media ed. • Multi systemic socio-ecological model: individual – family – peers – school – community Preventie • Open preschool

(gratis) ontmoetingsplaats gericht op het verbeteren van de band tussen ouders en jonge kinderen als preventie. Ontmoetingsplaats en laagdrempelige plek om wat ondersteuning en hulp te krijgen. Ook sterk gericht op de ouders, ontmoeting, vrienden maken, Zweeds leren, soms ook diëtisten, family counseling.

• Cursus alle kinderen in beeld (ABC) Uitgangspunten: onderzoek bij 5000 kinderen (show love, spend time, live the way, choose your battles), onderzoek bij ouders, behoeften van de gemeenten en wetenschappelijk onderzoek. Alle ouders (met kinderen 0-12) kunnen de cursus krijgen, 4 lessen met oefeningen, ze bieden in die tijd babysitters aan.

• Violence prevention Geïntegreerd voor kinderen en volwassenen, zowel lichamelijk als emotioneel. Mentors in violence prevention is een training om mentor te zijn, en lessen te geven aan jongere medestudenten om aan te zetten tot handelen (active bystander) en training voor docenten van jongere kinderen. Ze interviewen ieder kind op de basisschool om zeker te stellen dat ieder kind iemand (op school) heeft tegen wie ze het durven zeggen als er iets is. Zo niet, dan plan maken met de ouders en docenten om zo iemand te vinden.

• Speciaal programma voor gender based violence en eergerelateerd geweld Verbinding tussen geweld op jonge leeftijd dat ze zien, meemaken, ondergaan en de gender based violence op latere leeftijd, patroon doorbreken. Behandeling voor kinderen en programma voor ouders.

Page 5: Studiereis Zweden Verslag€¦ · ‘social workers’ om de gezinnen te screenen en controleren op kwaliteit en veiligheid. Hierop wordt door commerciële bemiddelaars ingespeeld

Pagina 05

• YAP Youth Advocate Program Getrainde mentoren (youth advocate, support person) voor jongeren die dreigen uit te vallen. Geen professional, contract met gemeente per jongere (niet in dienst), vergoeding (15 euro/uur) en mogen niet loslaten. Voor beperkte tijd (6 maanden), max 4 kinderen per jaar, gem 9 uur per gezin per week. max 2 jaar mentor zijn en dan een jaar eruit, supervisie en training door social workers. Social workers 24-uurs bereikbaar voor ouders, kinderen en support person, wraparound betrekken familie in samenleving.

Wetenschap (universiteit/hogeschool)

14 april 2016

prof. dr. Lars Trägårdh, Ersta Sköndal Högskola

Het verhaal van Lars geeft inzicht in het sociaal contract binnen de Zweedse samenleving. Dit biedt achtergrond en context bij specifieke beleidskeuzes binnen de (preventieve) jeugdhulp. • Zowel Nederland als Zweden scoren hoog in de mate van ‘vertrouwen in de ander’ ten opzichte van andere

westerse en democratische landen. Belangrijk verschil is dat Zweden geloven dat zij een moreel kompas zijn voor de wereld en minder nieuwsgierig zijn naar lessen uit anderen landen.

• Zweden kent een geordende en gedisciplineerde samenleving, men houdt zich aan de regels. Het belang en de welvaart van het collectief gaat voor het individueel gewin. Hieraan is veel van de huidige welvaart van Zweden te danken, die daarmee als duurzaam wordt beschouwd. Sociaal contract als volgt getypeerd:

- view of the state: positieve grondhouding naar en geloof in de rol van de overheid;

- status of individual: focus op het individu, met ondergeschikte rol voor het familiesysteem;

- role of civil society (family): Zweden en Nederland vergelijkbaar, maar geven het anders vorm. • Bovenstaande leidt tot de volgende typering van het sociaal contract in westerse democratieën:

• Zweden gelooft in grote en positieve rol van de staat: sociale investering. Liefdadigheid heeft een slechte

bijsmaak, want zou overbodig moeten zijn in systeem van sociale zekerheid. Zweden heeft individuele waarden verder doorgevoerd binnen familiestructuur: belasting wordt geheven op individueel niveau en ouderen zijn liever afhankelijk van de staat dan kinderen/naasten. In de USA wordt de staat als bedreigend gezien waartegen familie en lokale gemeenschap het individu moeten beschermen. In Nederland staat lokale gemeenschap en familiestructuur (hoeksteen samenleving) van oudsher meer centraal. Hier ligt ook eerste verantwoordelijkheid, de staat vormt het sluitstuk.

• Vertaald naar kinderrechten en jeugdzorg kent Zweden ‘statist individualism’ waarin rechten en autonomie van het kind (individu) centraal staan. Kind wordt gezien als inwoner en niet als zorgvrager, met gelijke toegang tot voorzieningen georganiseerd door de staat. Vooral in de USA, maar ook in andere West-Europese is het kind primair onderdeel van de familiestructuur/gemeenschap en staat ‘op afstand’.

• Enkele feiten:

- Zweden als eerste lijfstraffen (op scholen) verboden, in wet verankerd met oog op immigratie;

state

individualcivil society / family

ZwedenFranceGermanyNetherlands

USA

Page 6: Studiereis Zweden Verslag€¦ · ‘social workers’ om de gezinnen te screenen en controleren op kwaliteit en veiligheid. Hierop wordt door commerciële bemiddelaars ingespeeld

Pagina 06

- Confessioneel onderwijs geen voet aan de grond, omdat geloofsonderwijs is verboden;

- Kinderen zijn individu als zij geen misdaad begaan en onderdeel familie indien zij dit wel doen;

- In Zweden en Nederland thuisonderwijs een uitzondering, in tegenstelling tot Frankijk en de USA.

- In Zweden is de beweging dat ook in beginsel met families wordt gewerkt. De vraag is in hoeverre je

het belang van het kind altijd voorop kunt/mag stellen en deze balans moet worden bewaakt. • Ontstaat nieuw vraagstuk als de beschikbare middelen vanuit de (welvaart)staat beperkter worden en het

beroep op de (vrijwillige) inzet van burgers toeneemt. Dit heeft invloed op het sociaal contract.

Page 7: Studiereis Zweden Verslag€¦ · ‘social workers’ om de gezinnen te screenen en controleren op kwaliteit en veiligheid. Hierop wordt door commerciële bemiddelaars ingespeeld

Pagina 07

Barnahus Stockholm

14 april 2016

Caroline Redetzky, coördinator en social worker Britta Bäumer, psycholoog Tobias Bergström, criminologisch onderzoeker bij de politie

• In het Barnahus wordt kindermishandeling multidisciplinair aangepakt, waarbij het kind centraal staat. Het

Kinderrechtenverdrag is daarbij leidend. Doelstelling is dat elk kind na het Barnahus beter af is. Daar wordt echter nog hard aan gewerkt. Wat ‘beter’ is, hangt af van de beleving van het kind.

• Doelgroep: kinderen en jongeren van 0-18 jaar die misbruik ervaren hebben (niet per sé ernstige delicten te zijn), incl. enkele gevallen van kindhuwelijken. Vraag is wel: wanneer is sprake van kindermishandeling?

• Inmiddels zijn er 30 centra in Zweden, waarvan 5 à 7 in Stockholm. Elk Barnahus is verschillend georganiseerd en de werkwijzen verschillen ook. Dit wordt als een probleem ervaren. Waar een kind behandeld wordt, is afhankelijk van waar een kind woont.

• Elk Barnahus is een netwerkorganisatie waar o.a. de gemeente (incl. 300 ‘social workers’ en de kinderbescherming), de politie, de kindergezondheidszorg (incl. ggz), advocaten en het OM samenwerken. Sommigen zijn in dienst van het Barnahus, maar velen – zoals agenten en psychologen – niet.

• Drie partijen dragen bij aan de Barnahus-financiering: de gemeente, de politie en de gezondheidszorg. • In het midden van het ‘huis’ vindt het multidisciplinaire werk plaats (interviews, medische controle, risico-

inventarisatie, etc.). Elke ‘kamer’ in het ‘huis’ is in theorie gelijkwaardig en even belangrijk, maar in de praktijk blijkt dat niet zo te werken. Politie wordt bijvoorbeeld belangrijker geacht dan crisis.

• De multidisciplinaire meetings zijn de kern van het werk. Doel is het interview voorbereiden (of evalueren) en het maken van (informatie)afspraken.

• In beginsel heeft de politie 14 dagen de tijd voor het onderzoek. In elke zaak wordt het kind geïnterviewd. Dit wordt opgenomen. In de kamer naast het interview wordt het interview bekeken door andere politieagenten, OM, psychologen. De ‘ guardian ad litem’, juridisch vertegenwoordiger van het kind in geval van strafrechtelijk onderzoek is er ook bij. Vervolgens vindt er een gesprek plaats over vervolgstappen. Na het interview moeten de ouders z.s.m. geïnformeerd worden (waarbij ook begrip wordt getracht te creëren voor het handelen). Het kind wordt vaak op school, in bijzijn van de ‘guardian’ en een vertrouwenspersoon, voorbereid op het interview (o.a. met foto’s van de politieagenten in burger getoond en van het Barnahus).

• Het gezamenlijk bij elkaar zitten in één gebouw helpt de samenwerking. Er heerst een positieve, vriendelijke en respectvolle sfeer. Het persoonlijke contact is erg belangrijk. Voorheen kwamen alle disciplines alleen voor de meeting bijeen en ging iedereen daarna zijn eigen weg. Nu zitten de partijen meer bij elkaar. Het is belangrijk om elkaar te leren kennen (o.a. via ‘kennismakingsbijeenkomsten’ en flexwerkplekken).

• In 2015 heeft Barnahus 900 casussen behandeld (op een bevolking van 1 miljoen mensen). Eén case kan één kind betreffen of een heel gezin. Een groeiende groep is internetgerelateerd misbruik.

• Uitdagingen voor het Barnahus zijn: - De verschillende wetten waar Barnahus mee te maken heeft. Deze geven het Barnahus bestaansrecht.

Tegelijkertijd kennen ze elk hun eigen toezichtsregimes. - Het uitwisselen van informatie. In Denemarken is dit beter geregeld. - Het te lage aantal medische professionals in het Barnahus. - Vermoedelijk bereikt het Barnahus slechts het topje van de ijsberg. - Veel zaken worden gesloten wegens gebrek aan bewijs. Het informeren van het kind hierover (en door

wie dit moet gebeuren) moet nog verder worden uitgewerkt. - Het juridische systeem is volwassen-gericht. Daardoor hoge eisen aan het verhaal van het kind.

Page 8: Studiereis Zweden Verslag€¦ · ‘social workers’ om de gezinnen te screenen en controleren op kwaliteit en veiligheid. Hierop wordt door commerciële bemiddelaars ingespeeld

Pagina 08

Magelungen

15 april 2016

Mia Hübinette, vice-directeur Pia Lindberg, Assistant Principal Magelungen Gymnasium Jonas Fäldt, psychologist Micke Rizzo and Jörgen Hedälv, family therapists working at our units combining school and treatment

• Magelungen is een privaatrechtelijke en zelfstandige onderneming. Alle medewerkers kunnen ‘stockholder’

zijn (in gelijke mate). De organisatie startte met 13 medewerkers. Inmiddels zijn er 220 owners of de company. Tezamen bestaat de organisatie bestaat uit 320 medewerkers. Geen focus op winstmaximalisatie. Er zijn wel buffers.

• Bij Magelungen zijn ‘good meetings’ de essentie van alle theorieën en modellen die de organisatie gebruikt. De organisatie kent een ‘open minded’ cultuur. “Within the structure you’re allowed to play a lot.”

• Binnen Magelungen worden 400 kinderen behandeld. Sommige programma’s zijn binnen pleegouders, andere programma’s zijn binnen 24/7-behandelingen.

• Magelungen heeft ingespeeld op een ‘gat’ in het aanbod van sociale voorzieningen. De organisatie focust op de grenzen tussen de ene en de andere organisatie. “We fill in the gaps”. Het werk van Magelungen wordt ingekocht door de gemeente, de social services en psychologen. Niet met langjarige contracten, waardoor Magelungen veel tijd moet steken in het binnenhalen van de benodigde financiën.

• De programma’s zijn sterk gebaseerd op onderzoek, al is het wel moeilijk om de effecten van behandelingen te meten. Het werk van Magelungen moet niet als kostenpost worden beschouwd, maar als investering voor de samenleving.

• Alle kinderen bij Magelungen hebben relatiebeschadigingen. Dit wordt systematisch benaderd en met veel aandacht en geduld, incl. een duidelijk onderscheid tussen de identiteit van het kind en zijn ‘probleem’.

• Magelungen heeft scholen met kleine klassen (gemiddeld 3-4 jeugdigen en maximaal 8). De integratie van onderwijs en zorgbehandelingen heeft veel goeds betekend, vooral door school te beschouwen als onderdeel van de behandeling van een kind.

• Er is frequent (in ieder geval 1x per 6 weken) contact met de betrokken social worker. Er is ook frequent contact met de ouders (w.o. via Whatsapp).

• Er zijn vaak lange wachtlijsten, soms door te weinig plekken bij Magelungen, soms door geldgebrek bij de social services.

Page 9: Studiereis Zweden Verslag€¦ · ‘social workers’ om de gezinnen te screenen en controleren op kwaliteit en veiligheid. Hierop wordt door commerciële bemiddelaars ingespeeld

Pagina 09

Maskrosbarn

15 april 2016

Therese Jarland, oprichter en hoofd ontwikkeling (tevens ervaringsdeskundige) Sandra Patel Seropian, hoofd lobby (tevens ervaringsdeskundige)

• Gericht op tieners (niet de ouders) met families met psychische problemen en verslavingen. 25% van de

kinderen in Zweden heeft tenminste één ouder met psychische of verslavingspproblematiek. Risico voor de kinderen om dat later ook te zullen hebben.

• Doel Makrosbarn is dat patroon te doorbreken en de kinderen een toekomst te bieden. Belangrijke reden om alleen met de kinderen te willen werken is omdat de ouders lang niet altijd beter zullen worden.

• 15 fte, non profit. 60 leaders and coachers (aantal uur per week), 30 active volunteers. Hulp aan 400 kinderen per jaar en contact met 5000 door lessen op school.

• Kinderrechtenorganisatie die ondersteunend werk verricht en kinderen repreenteer richting autoriteiten en beleidsmakers. (support and lobbying).

• Gefinancierd door coorporate donations, company related (like hertz, hilton) foundations and funds; other foundations and funds; municipality partnerships. 1 miljoen euro.

• Mede als gevolg van het werk van Maskrosbarn is de Wet Therese in Zweden aangenomen die professionals in de zorg verplicht speciale aandacht gevena an de behoeften van kinderen die te maken hebben met verslaafde of geesteszieke ouders.

Vier doelen van wat ze doen met de tieners: • Kids should get knowledge about their situation and their rights • Create their own identity, seperated from the parents and the role in the family • Create meaningfull relationships • To shape their own future and be an active part of society Ze evalueren met de kinderen deze doelen (zelfevaluatie) op elk van deze doelen bv na 6 maanden Kernwaarden: vrijwillige deelname van de tieners, identificatie want medewerkers komen uit vergelijkbare situatie; lange termijn ondersteuning (3-4 jaar) Activiteiten: bv kampen, jeugd avonden (veel jongens), internet support, media, lobby’s, lesprogramma’s Twee rapporten ( 2010 – rapport ‘íf you don’t ask, you don’t know en 2015 – rapport ‘i’m just a bag of cash’) gebaseerd op interviews met kinderen en wat zij willen van professionals en hulpverlening. Slechts de helft van de tieners die in contact komt met Makrosbarn hebben contact met de social services. Ze geven het dan wel door aan social services. In Zweden is het lastig voor de social services om de doelgroep zelf te bereiken. Makrosbarn wil ze helpen dit te verbeteren (door bv te helpen kinderkamers in te richten bij gemeenten, informatie toegankelijk te presenteren voor kinderen, workshops met social services en kinderen) Verschillende soorten ondersteuning, aanvullen op ondersteuning social services: • coachprogramma en ontmoetingen met andere kinderen en hun coaches. (betaald door social services) • weekend camps betaald door de social services • support person wanneer een kind in een pleeggezin wordt geplaatst. Een soort tussenpersonen tussen

social services, biologische familie en pleeggezin • Grootste kracht is de aantrekkingskracht op tieners. Ze willen er graag heen.