Streekpact resoc 2014 2020
-
Upload
peter-de-ridder -
Category
Documents
-
view
214 -
download
0
description
Transcript of Streekpact resoc 2014 2020
logistiek. Zonder de andere sectoren uit het oog te verliezen, kiezen we resoluut voor de uitbouw en ondersteuning van onze topsectoren. Er zijn bovendien nogal wat linken tussen deze sectoren, dus cross-sectoraal denken moet eveneens een uitgangspunt zijn.
Bedrijfsleiders, RESOC-partners, specialis-ten en stakeholders werden verenigd in Inspiratieateliers - grote brainstormses-sies, waar we betrokkenheid creëerden, groeikansen zochten en gedeelde uitda-gingen definieerden, Kortom, de ateliers werden echte ideeënfabriekjes.
Op het Ambitieatelier van juni 2014 stelden we een gemeenschappelijke visie voor en verfijnden we de acties en projecten. We zochten er naar draagvlak en mogelijke partnerschappen.De door de ‘levende krachten van de regio’ ontwikkelde visie en strategie bieden het kader om toekomstige acties te toetsten op hun waarde. Het is een door alle leden van RESOC Mechelen en de door hen vertegenwoordigde organisaties en besturen goedgekeurde en gedragen toekomstvisie. Deze geeft vorm en inhoud
RESOC Mechelen ontwikkelde voor de regio een (middel)
langetermijnstrategie voor de economische ontwikkeling
en de werkgelegenheid op arrondissementeel niveau, het
Streekpact 2014-2020. We vertrekken daarbij vanuit twee
basiswaarden: we gaan voor een duurzame ontwikkeling
(laat ons evolueren naar een klimaatneutrale regio) waar-
bij we alle talenten in de streek willen inzetten. Iedereen
krijgt kansen op basis van zijn of haar talenten.
aan het gezamenlijke engagement van sociale partners, de lokale besturen en de provincie. Het Streekpact 2014-2020 wil het (arrondi-) cement zijn: de gemeen-schappelijke overtuiging en het engage-ment van alle leden dat samenwerking de regio doet groeien en bloeien.
MARC HENDRICKX
Voorzitter RESOC Mechelen
Onze regio kan bogen op zijn centrale ligging, een sterk en uitgebouwd onder-wijsnet, de grote diversiteit aan econo-mische activiteiten en een heterogeen aanbod aan bedrijven. Tel daarbij nog de overzichtelijkheid en de kleinschaligheid van de regio, en je stelt vast dat onze regio flink wat troeven in handen heeft.Maar waar zit de échte (economische) kracht? Welke sectoren doen het goed in onze regio, zelfs beter dan in de provincie Antwerpen of in Vlaanderen? Welke sec-toren hebben veel groeipotentieel? Welke sectoren zorgen voor veel werkgelegen-heid? Een studie in opdracht van RESOC duidde drie speerpuntsectoren aan: land- en tuinbouw, chemische, farmaceutische en kunststoffenindustrie, en transport en
4 5
RESOC wil de stuwende kracht zijn in het uitbouwen van een duurzame economie in het arrondissement Mechelen waarbij alle aanwezige talenten maximaal worden ontdekt, ontwikkeld en ingezet.
RESOC Mechelen en haar partners vertrekken van een aantal vaststellingen die de toekomstige ontwikkelingen in de regio zullen vormgeven en beïnvloeden. Zo is er de centrale ligging in Vlaanderen én Europa, de steeds toenemende mobiliteitsproble-matiek, een te verwachten explosieve bevolkingsgroei, de druk op de open ruimte en de groeiende schaarste van grondstoffen. Daarenboven is ‘kennis en talent’ de productiefactor bij uitstek in onze regio maar tegelijkertijd ook een schaars goed.
RESOC Mechelen is vastbesloten om van de regio het kloppend hart te maken tussen Antwerpen en Brussel, met daaraan ge-koppeld de wil en drive om alle inwoners van de streek mee te krijgen in deze ontwikkeling. RESOC Mechelen kiest dan ook resoluut vóór de maximale ontplooiing van talenten in de regio en vóór duurzame ontwikkeling van de regio.
TALENTRESOC Mechelen beschouwt de voor-spelde toename van de bevolking als een troef, een uitdaging. Dit sociaal kapitaal - nieuwe en huidige inwoners van de regio - bezit kostbare talenten en kennis, de belangrijkste grondstof van de regio. De RESOC-partners willen voluit inzetten op het ontdekken, stimuleren en ontwikkelen van deze talenten.De regio is voorzien van een zeer uitgebreid onderwijsaanbod. Samen met deze onder-wijsinstellingen, organisaties en bedrijven wil RESOC vooral aandacht besteden aan het juister richten van de studiekeuze van kinderen en jongeren, via beproefde en werkbare recepten als Kies Wijs, de Kracht van Techniek, We are Chemistry…
RESOC Mechelen zet daarnaast steeds in op het creëren van kansen voor de zgn. kansengroepen. Via de loopbaan- en diversiteitsplannen (voorheen diversi-teitsplannen) wordt een sterke klemtoon gelegd op het sleutelen aan een divers en duurzaam personeelsbeleid. Een reeks van stimuleringsmaatregelen en acties voor het komen tot een duurzaam perso-neelsbeleid in bedrijven, organisaties en
lokale besturen dragen bij tot een beter werkklimaat voor iedereen en een bredere participatie van kansengroepen op de arbeidsmarkt.
DUURZAME ONTWIKKELINGGroeiende schaarste van natuurlijke grond-stoffen, stijgende energieprijzen, alsmaar strengere milieuwetgeving, toenemende mobiliteitsproblemen, groeiend tekort aan ruimte... zetten de RESOC-partners aan om samen voluit te kiezen voor de duurzame weg vooruit: een verduurzaming van de regionale economie, met als ambitieus einddoel een klimaatneutrale regio.
De RESOC-partners zijn zich ervan bewust dat de enige juiste keuze erin bestaat een economie uit te bouwen die rekening houdt met de draagkracht van de planeet én van de samenleving.
De tijdige omschakeling naar een ‘houdbare’ economie biedt heel wat kansen aan onze bedrijven om hun competitiviteit te verho-gen. Door bestaande business modellen aan te passen aan de huidige en toekomstige uitdagingen of door nieuwe modellen te ont-wikkelen, kunnen bedrijven nieuwe markten
Missie
6 7en klanten aanspreken. Het nastreven van grondstoffen- en energie-efficiëntie zal een gunstig effect hebben op de bedrijfskosten. Bovendien kunnen toekomstige kosten omwille van alsmaar strengere voorschriften worden vermeden.
Een duurzame economie is tevens een eco-nomie die kansen krijgt van de samenleving doordat ze kan rekenen op draagvlak bij de bevolking. Bedrijven en omwonenden leven in goede verstandhouding en de verschil-lende economische sectoren kennen een voldoende instroom van talenten.
Bovendien staan we aan de vooravond van een ongeziene technologische revolutie. Nieuwe technologieën bieden oneindig veel mogelijkheden om de economie verder te verduurzamen, maar vereisen tevens nieuwe denkpatronen. Daarnaast moeten bedrijven rekening houden met het gedrag van consu-menten dat grote omwentelingen kent.
Dit alles zal een impact hebben op de regio-nale arbeidsmarkt: de inhoud van bestaande jobs zal wijzigen, nieuwe jobs zullen ontstaan en andere jobs zullen verdwijnen. Onderwijs- en opleidingsverstrekkers staan voor de uit-daging de juiste competenties te ontwikke-len en werkgevers zullen uitgedaagd worden om creatiever om te springen met het talent dat zich aandient.
Het komt erop aan om alle veranderingen als kans te grijpen en een voordeel uit te bou-wen voor people, profit en planet. Werkge-vers, werknemers en lokale besturen worden vanuit RESOC Mechelen aangemoedigd om samen de uitdagingen aan te gaan.
RESOC Mechelen maakt duidelijke keuzes.
Niet alle beleidsdomeinen en aandachts-
punten worden opgenomen in het Streek-
pact. De keuze voor Talent en Duurzame
ontwikkeling impliceert een duidelijke
afbakening van het werkterrein.
Dit is géén inperking van de ambities,
maar een realistische inschatting van de
mogelijkheden en de haalbaarheid. Hier
door kunnen we de impact van het Pact
vergroten in de omschreven domeinen.
Het vorige Streekpact leerde ons dat we
vooral vooruitgang hebben kunnen boe-
ken op die dossiers die we zelf in handen
hadden. Daarom willen we in het nieuwe
Streekpact voluit gaan voor hetgeen we
zelf kunnen doen, steeds samen met de
relevante streekpartners en/of hogere
overheden.
Door het stimuleren en organiseren van co-creatie en samenwerking tussen bedrijfsleven, onderwijs, georganiseer-de middenveld en overheden streeft RESOC een duurzame versterking van de speerpunt sectoren in de regio na, met oog voor talent. Deze sectoren vormen de motor voor de verduurzaming van de regionale economie in zijn geheel.
DUURZAME VERSTERKING MANIFESTEERT ZICH IN:• Een verhoogde slagkracht om
maatschappelijke en technologische ontwikkelingen als opportuniteiten aan te grijpen (toekomstgericht),
• Een kritische toename van het maatschappelijk draagvlak voor deze sectoren, en
• Een bedrijfsvoering die meer en meer rekening houdt met ecologische en maatschappelijke grenzen, en menselijke factoren.
Visie
8 9
Het RESOC onderscheidt zich in de eerste plaats van andere (profit en non-profit) or-ganisaties door zijn netwerkstructuur. Het brengt diverse onafhankelijke organisaties samen in een permanente samenwerkings-
structuur met als gemeenschappelijk doel de verdere ontwikkeling van de regio. Binnen deze structuur geldt het principe van de gelijkwaardigheid.
Als organisatienetwerk schuilt de kracht van RESOC in de verbondenheid en het engagement van haar leden. In dialoog werken de leden van RESOC gezamenlijke acties uit voor het oplossen van proble-men die meer dan één eigenaar hebben. De partners zijn van elkaar afhankelijk om de uitdaging tot een goed einde te kunnen brengen. Deze acties bieden een meerwaarde voor mens en maatschap-pij in het arrondissement Mechelen. De partners focussen hierbij op de uitbouw van een duurzame economie en een ar-beidsmarkt waarin alle aanwezige talenten maximaal worden benut.
Het RESOC richt zijn inspanningen enerzijds naar de versterking van de speerpunts-
ectoren van de regio, en anderzijds naar
het invullen van de randvoorwaarden die een structurele en toekomstgerichte versterking van deze sectoren mogelijk maken. Bij dit eerste gaat het uit van de kracht van afstemming en actiegerichte samenwerking tussen haar leden, voor dit tweede rekent het op de daadkracht van de Vlaamse en federale overheid.
Door een vinger aan de pols te houden heeft het RESOC continu zicht op enerzijds de actuele uitdagingen, noden, knelpun-ten en bekommernissen in de regio, en anderzijds op relevante ontwikkelingen, innovatieve ideeën, kansen etc. Vooral voor dit tweede is het belangrijk dat niet enkel de eigen regio het aandachtgebied is. Om deze rol te kunnen waarmaken, werkt het RESOC een strategie en een bijhorende structuur uit. Op basis van de verzamelde informatie tracht het RESOC ‘vraag’ en ‘aanbod’ met elkaar te matchen en hier zinvolle acties uit te destilleren. RE-SOC Mechelen moet bij wijze van spreken een collectieve O&O-afdeling voor de
regio worden.
Acties worden uitgewerkt, krijgen vorm – inhoud en uitvoeringsmodaliteiten – aan de hand van een co-creatief proces, waar naast de RESOC-leden ook andere relevante actoren worden bij betrokken. Het RESOC is zelf (in essentie) geen uitvoe-rende actor. De effectieve uitvoering dient voornamelijk door de partnerorganisaties te gebeuren. Deze acties krijgen door
middel van partnerschappen (met elkaar én met andere stakeholders) en concrete
engagementen uitwerking. De partners zetten dus hun machts- en hulpbronnen voor het netwerk in. Hierover worden klare en duidelijke afspraken gemaakt.
Een beperkt aantal vaste personeelsleden zorgt voor de nodige ondersteuning. Daar het RESOC als organisatie hoofd-
zakelijk een beleidsvoorbereidende en
coördinerende rol vervult, ligt de focus van dit team bij het aansturen van het proces om tot gezamenlijke probleembe-schrijvingen en gedragen oplossingen te komen. Inhoudelijk is de oplossing steeds het resultaat van een dialoog tussen de betrokken actoren.
StrategieDoor middel van kennisuitwisseling, ervaringsuitwisseling en afstemming wordt de werking van RESOC én van haar leden voortdurend geoptimaliseerd. Deze uitwisseling heeft zowel betrekking op de gezamenlijke acties als op de algemene werking van de RESOC-leden. Het RESOC functioneert dus als het ware als een re-
gionaal lerend netwerk voor organisaties betrokken bij de streekontwikkeling. Om nuttige, doeltreffende acties regionaal te verankeren, kan het aangewezen zijn om op basis van experimenten generieke mo-dellen te ontwikkelen en te verspreiden. RESOC Mechelen wil inspirerende
modellen aanbieden aan de partners.
Deze modellen kunnen door zgn. early
adopters worden opgepikt, om op die
manier ook andere partners te overtui-
gen van de meerwaarde van het model
en de eraan verbonden veranderingen/
verbeteringen.
10 11
Bovenregionale beleidsprioriteiten Voor een krachtig en actiegericht Streek-pact is het noodzakelijk om onze strategie in te passen in de provinciale, Vlaamse, federale en Europese beleidskaders. Bij het proces voor de totstandkoming van ons Streekpact hebben de regionale partners daarom steeds de link gelegd met de door de bovenregionale overhe-den aangehouden speerpuntsectoren en inhoudelijke focus.
Onze drie speerpuntsectoren worden ook door de hogere overheden als zeer belangrijk voor de toekomstige econo-mische ontwikkeling gezien. Duurzame en toekomstbestendige uitbouw van (bedrijfs)processen is voor alle niveaus het centrale beleidsthema. Talentontdekking en –ontwikkeling is cruciaal in onze snel evoluerende (kennis)maatschappij.
Met de Provincie Antwerpen werken we aan een gestroomlijnde aanpak, waarbij de noodzaak aan een sterk streekoverleg centraal staat. Beleidsmakers, diensten (economie, landbouw, onderwijs, Europa, …) en organisaties (POM, …) van het Provinciebestuur Antwerpen engageren zich voluit mee voor ons Streekpact. Zij
stappen actief mee in ons proces van visievorming en co-creatie van projecten en zetten waar mogelijk en nuttig kennis en middelen in voor de realisatie.
De Vlaamse overheid schetst in VIA (Vlaanderen in Actie) en Vlaanderen 2020 duidelijke beleidskeuzes. Vlaan-deren wil de uitdaging aangaan op het vlak van talentontwikkeling, innovatie, ondernemerschap, internationalisering en verduurzaming. Deze prioriteiten zijn bijzonder compatibel met de keuzes in ons Streekpact en bieden heel wat kansen tot samenwerking.
De Vlaamse overheid heeft ook op een aantal ‘belendende’ beleidsdomeinen een grote impact op onze regio. RESOC Mechelen legde daarom in een memoran-dum aan de nieuwe Vlaamse Regering een aantal vragen en uitdagingen voor op het vlak van ruimtelijke ordening, innovatie, mobiliteit en de aansluiting tussen onder-wijs en de arbeidsmarkt.
RUIMTELIJKE ORDENING • De ontwikkeling van brownfields moet
sneller kunnen. Door sanering en herwaardering van de oude, vervuilde bedrijventerreinen in het arrondisse-ment creëert men nieuwe ruimte om te ondernemen zonder de druk op de open ruimte op te voeren.
• De minimum perceeloppervlaktes mogen hoogstens als richtinggevend beschouwd worden, zonder nog onderscheid tussen lokale en regionale bedrijvenzones.
• Meer flexibiliteit voor gemeenten om industriezones aan te leggen, waarbij een evenwicht tussen ruimtegebruik en werkgelegenheid wordt nagestreefd.
• Zonevreemde bedrijven rechtszeker-heid bieden en de zone gebruiken om het tekort aan bedrijventerreinen aan te pakken.
• Naast de industrie heeft ook de land- en tuinbouw, één van onze regionale speerpuntsectoren, nood aan voldoen-de grond én rechtszekerheid.
• Een vergunningsbeleid met meer rechtszekerheid en een kortere doorlooptijd.
MOBILITEITVertrekkende van alle bovenlokale knelpunten en missing links inzake we-ginfrastructuur in de regio, heeft RESOC Mechelen bij consensus de volgende drie ingrepen als meest prioritair geselecteerd:• Optimaliseren ontsluiting
Klein-Brabant• Uitvoeren flankerende maatregelen
voor de doortrekking van de R6 (o.a. activeren vrachtroutenet, gericht plaatsen van geluidsschermen, ver-hoogde aandacht voor fietsveiligheid, aanpassen Berlaarbaan)
• Opwaarderen N10 Lier – Heist-op-den-Berg
We vragen ook meer investeringen in openbaar vervoer zoals meer en betere busverbindingen.• De tramlijn vanuit Brussel geniet even-
eens onze speciale aandacht.• De versterking van het fiets-o-strade-
netwerk is van groot belang voor de verduurzaming van de mobiliteit in onze regio.
• RESOC Mechelen is eveneens vragende partij voor een verdere uitbouw van het transport over de waterwegen.
en het Streekpact
12 13INNOVATIE• We vragen dat het Vlaamse Innovatie-
beleid werk maakt van een slimme en strategische verdeling van de innova-tiesteun
• Het Vlaamse Innovatiebeleid moet de toets met betrekking tot de regionale noden kunnen doorstaan, zowel op het vlak van de middelen als wat betreft de valorisatie van nieuwe innovatie-instru-menten.
• Het Vlaamse Innovatiebeleid dient bijzondere aandacht te besteden aan het stimuleren van innovatie binnen de KMO’s, de kern van de regionale economie.
ONDERWIJS-ARBEIDSMARKT• Veel meer jongeren zouden moeten
kiezen voor een technische opleiding. Dit kan via de uitbreiding van STEM-ac-ties en specifieke regionale initiatieven. Daarnaast moet de keuze voor een TSO- of BSO-opleiding een positieve keuze worden. De Vlaamse overheid dient deze studierichtingen op te waarderen.
• VDAB, en zeker de Mechelse afdeling, investeert veel in de matching van werkzoekenden met de bestaande vacatures. Deze initiatieven moeten versterkt en uitgebreid worden. Een meer sectoraal-gerichte arbeidsbemid-deling zal dit proces intensifiëren en de knelpunten op de arbeidsmarkt meer naar de voorgrond brengen.
• Het aanbieden van nieuwe studie-richtingen vraagt vaak veel tijd. Het onderwijs moet de kans krijgen om (in een soort proeftuinen) te experimente-ren met snelle omschakeling van hun aanbod.
• De Vlaamse overheid kan Levensbreed Leren stimuleren. Ondersteunende maatregelen voor be-drijven en werknemers kunnen hierbij ingezet worden.
• Om alle talenten in onze regio mee te krijgen vragen we aan de Vlaamse overheid om initiatieven zoals werk-plekleren, IBO, deeltijds onderwijs, tweede kans onderwijs, … maximaal te ondersteunen.
• RESOC Mechelen is vragende partij om meer in te zetten op competentiege-richte opleidingen, om zo alle talenten uit onze regio kansen te bieden. Ook het RTC kan hierin geactiveerd worden: zij kunnen een platform bieden voor een meer intensieve samenwerking tussen werkgevers, onderwijs en VDAB/volwassenonderwijs, en deze ook faciliteren.
• RESOC Mechelen ziet daarnaast ook de activering van langdurig werkzoeken-den als oplossing, vooral in functie van de invulling van knelpuntvacatures en technische beroepen.
Omwille van de hogergenoemde elemen-ten, pleiten we voor een volgehouden dia-loog tussen de Vlaamse Regering en onze regio. Een dialoog waarin we op zoek gaan naar (beleids)initiatieven, projecten en synergiën ten voordele van de sociaaleco-nomische ontwikkeling van onze regio.
We pleiten eveneens voor het ter be-schikking stellen van regiobudgetten, die kunnen ingezet worden in functie van de in het Streekpact opgenomen prioriteiten. Een jaarlijks call-systeem zou hiervoor een nuttig instrument zijn. Zonder de mogelijkheid om te investeren in cruciale domeinen dreigt het Streekpact anders dode letter te blijven.
Europa 2020, het tienjarenplan voor groei en werkgelegenheid van de EU, wil de pro-blemen van ons groeimodel aanpakken en de voorwaarden scheppen voor slimme en duurzame groei voor iedereen. Uiterlijk eind 2020 moeten de doelstel-lingen op de volgende terreinen bereikt zijn: werkgelegenheid, onderzoek en ont-wikkeling, klimaat en energie, onderwijs, sociale inclusie en armoedebestrijding. Er worden initiatieven opgezet voor geza-menlijke activiteiten van de EU en nationale overheden op gebieden zoals innovatie, digitale economie, werkgelegenheid, industriebeleid, armoede en de efficiënte omgang met grondstoffen.
Het is duidelijk dat de beleidsprioriteiten die RESOC Mechelen in haar Streekpact heeft opgenomen hun plaats hebben binnen de Europese agenda. De regionale economische actoren moeten daarom voluit kunnen inspelen op deze Europese beleidskeuzes en maximaal gebruik maken van de ter beschikking staande middelen.RESOC wil daarvoor, samen met en voor de partners, initiatieven en kennis verzamelen om efficiënt gebruik te maken van de door Europa geboden kansen (EFRO, ESF, ...).
Ten slotte beseft RESOC Mechelen dat voor de creatie van een ondernemings-vriendelijk klimaat ook het federaal
niveau een belangrijke rol te spelen heeft, aangezien nog veel sleutels in het beleid zich op dat niveau bevinden.
14 15
Rol van RESOCLokale besturen en sociale partners zullen in de toekomst nog meer afhankelijk zijn van elkaar voor het aanpakken van complexe maat-schappelijke uitdagingen die alsmaar sneller en intenser op ons afkomen. Uitdagingen als de toenemende schaarste van grondstoffen en ruim-te, de vergrijzing van de bevolking, de ‘war for talent’… vragen om een sectoroverschrijdende en transversa-le aanpak.
Een doeltreffende aanpak vereist een duidelijk engagement en een gedeeld eigenaarschap van de diverse maatschap-pelijke actoren. Hierbij dient rekening te worden gehouden met de verwevenheid van verschillende vragen en noden en van de verschillende beleidssectoren.
RESOC Mechelen kan als structureel samenwerkingsverband op verschillende manieren en niveaus meerwaarde bieden aan lokale besturen en sociale partners. De intensiteit van de samenwerking bepaalt de rol die RESOC Mechelen opneemt om de maatschappelijke uitdagingen aan te gaan. RESOC Mechelen meet zich hierbij vier verschillende rollen aan: netwerkbeheer-der, beleidsmaker, projectontwerper en regioregisseur.
In eerste instantie wil RESOC Mechelen als netwerkbeheerder haar partners met elkaar verbinden en aldus expertise bundelen. Het wil als het ware de cement van de regio zijn. Het netwerk richt zich op het delen van informatie en kennis, het uitwisselen van ervaringen, het bij elkaar aftoetsen van ideeën en het wederzijds inspireren. Het stelt de leden in staat om de eigen werking te optimaliseren.
Daarnaast wil RESOC Mechelen tevens een beleidsmaker zijn. Lokale besturen en sociale partners werken minstens om de zes jaar een gezamenlijke visie uit voor de regio in de vorm van een streekpact. Aan de hand van een co-creatief proces worden strategie en doelstellingen gefor-muleerd om de door alle partners erkende uitdagingen aan te gaan. Deze streekvisie vertrekt vanuit het gemeenschappelijk belang van de partners en is compatibel met het eigen beleid van elke partner.
Onze maatschappij, economie en arbeidsmarkt zijn in constante evolutie. Een dynamische aanpak is dan ook nodig. RESOC Mechelen wil de vinger aan de pols houden wat betreft regionale noden en behoeften zodat het snel kan inspelen op veranderingen. Hier tegenover staat dat het samenwerkingsverband voortdurend het speelveld scant op zoek naar opportuni-teiten. Deze kunnen zich zowel binnen als buiten de regio bevinden en hebben betrekking op potentiële partnerschappen, financiering… Als ‘slimme antenne’ vangt RESOC Mechelen dus alle nodige signalen op om een flexibel, effectief en efficiënt beleid mogelijk te maken.
Als beleidsmaker treedt RESOC Mechelen tevens in dialoog met de hogere over-heden om de inzet van hun middelen te richten op de regionale prioriteiten en om de randvoorwaarden voor een doeltref-fend regionaal sociaaleconomisch beleid samen invulling te geven. De streekvisie vormt hierbij het toetsingskader.
RESOC Mechelen kiest er uitdrukkelijk voor om naast een geïntegreerd beleid ook gezamenlijke acties uit te tekenen in overeenstemming met de geformuleerde doelstellingen. RESOC Mechelen stelt als projectontwerper de projectteams samen, verdeelt de taken onder de betrokken part-ners, trekt de nodige middelen aan en legt afspraken rond doelstellingen, opvolging, disseminatie, communicatie… vast.
RESOC Mechelen heeft niet de ambitie om steeds opnieuw het warme water uit te vinden. Waar mogelijk sluit het aan bij lo-pende initiatieven of bouwt het verder op bestaande projecten. In dit geval streeft RESOC Mechelen naar een samenwerking met de projecteigenaar en zorgt het voor een regionale vertaalslag. Zo kan het bijkomende accenten leggen, eventuele knelpunten wegwerken, verbinding
16 17
maken met andere projecten… Projectei-genaars waarmee samenwerking wordt gezocht, bevinden zich zowel binnen als buiten de regio.
Het project ‘Lean & Green Arrondi-cement’ is hier een voorbeeld van. Het Lean & Green project van het Vlaamse Instituut van de Logistiek (VIL) is een gesmaakte good practice om bedrijfsprocessen in de logistieke sector te verduurzamen. RESOC Mechelen zal in samenwerking met het VIL een projectgroep van regionale bedrijven uit de verschillende speerpuntsectoren én lokale besturen opstarten. In tegenstelling tot het originele VIL-project zal binnen het RESOC-project naast profit en planet ook aandacht worden besteed aan het people-luik. Tevens wordt een samenwer-king met de scholengroep Thomas More opgezet om de deelnemende bedrijven extra ondersteuning te kunnen bieden.
Enkel indien er zich geen opportuniteiten tot ‘krachtenbundeling’ voordoen, gaat RESOC Mechelen met de vergaarde ideeën aan de slag om geheel nieuwe projecten uit te tekenen.
Eenmaal alle voorwaarden ingevuld zijn om een goede projectwerking te garande-ren, gaan de (interne en externe) partners van start met de uitvoering. RESOC Mechelen onthoudt zich van de uitvoering van projecten, maar geeft er enkel vorm aan door middel van co-creatie en in over-eenstemming met de streekvisie.
De betrokkenheid van gans de organisatie wordt wel gegarandeerd doordat RESOC Mechelen tevens de rol van regioregis-
seur opneemt.
Dit houdt in dat RESOC Mechelen te allen tijde het overzicht bewaart van alle lopen-de projecten en de nodige terugkoppeling organiseert. Hierdoor kan RESOC Meche-len waken over de afstemming tussen projecten en de overeenstemming met de vooropgestelde doelen én toezien op de kwaliteit van de uitvoering ervan. Indien nodig grijpt het RESOC in om projecten bij te sturen. De partners die instaan voor de uitvoering van de projecten verlenen RE-SOC Mechelen hier ook het mandaat toe.
Afhankelijk van de resultaten van een project staat RESOC Mechelen in voor de regionale verankering. Dit houdt in
dat goede praktijken regionaal worden uitgedragen en dat de nodige ondersteu-ning wordt geboden om andere regionale actoren in beweging te zetten.
De verschillende rollen die RESOC Meche-len ten dienste van haar leden en de regio in zijn geheel wenst op te nemen, vragen een gepaste ondersteuning door het RESOC-team. Het team zal, afhankelijk van de situatie, afwisselend gebruik moeten maken van methodieken en technieken uit het netwerk-, proces-, stakeholder-, project- en kwaliteitsmanagement.
18 19
Strategische (SD) en operationele doelstellingen (OD)SD 1: OPTIMALISEREN VAN INTERBESTUURLIJKE EN INTERSECTORALE SAMENWERKING DIE EEN MEERWAARDE BIEDT VOOR ZOWEL DE REGIO AN SICH ALS DE INDIVIDUELE PARTNERS
OD 1.1 Partners stemmen acties en beleid op elkaar af• Plenum SERR – RESOC• Werkgroep Levensbreed Leren (met inbegrip van het ROP)• Mobiliteitsnetwerk Samen Vooruit
OD 1.2 Partners ontwikkelen nieuwe kennis en knowhow• Plenum SERR - RESOC• Plenaire Commissie Diversiteit en SERR Commissie Diversiteit• Werkgroep Land- & Tuinbouw / Chemie / Transport & Logistiek• Living Lab
OD 1.3 Partners zetten samen projecten op• Plenum SERR – RESOC• Commissie Diversiteit• Living Lab• Projectgroepen
OD 1.4 Partners trekken meer middelen van hogere overheden naar zich toe en wegen op het beleid• Plenum SERR – RESOC• Werkgroep Fondsenwerving
SD 2: VERHOGEN VAN DE SLAGVAARDIGHEID VAN DE REGIONALE ECONOMIE EN IN HET BIJZONDER VAN DE FOCUSSECTOREN
OD 2.1 Samenwerking tussen bedrijven en andere actoren stimuleren• Landbouwteams• Local for Local• Lean & Green• Burende boeren• Jobdays Ingenieurs
OD 2.2 Bedrijfsprocessen op een kostenbesparende manier verduurzamen• Lean & Green • Gateway Access Point• Samenaankoop• MVO & Milieu Charter• Less CO2
OD 2.3 Duurzaam personeelsbeleid bevorderen• Loopbaan- en diversiteitsplannen• Disseminatie resultaten van afgeronde projecten zoals Balans,
Competentiecompagnon, Jobs in Vrouwenhanden, BIAS, Werkbaar Werk… • Lerend Netwerk ‘Oei, ik groei’• Ontbijtsessies voor bedrijven i.s.m. lokale besturen• Jobkanaal
OD 2.4 Externe financieringsmogelijkheden voor innovatieve projecten beter benutten • Centraal loket
OD 2.5 Imago van en draagvlak voor sectoren versterken• Internationale profileringstool
20 21
SD 3: VERHOGEN VAN DE INSTROOM EN INZET VAN TALENT DOOR EEN GOEDE AFSTEMMING ONDERWIJS – ARBEIDSMARKT TE REALISEREN
OD 3.1 Duurzame samenwerking tussen opleidingsverstrekkers en bedrijven opzetten• Vraag & Aanbod-forum• Regioleren• Kenniskring Transknowledge
OD 3.2 Talentontdekking en -ontwikkeling in het onderwijs stimuleren• Afval zoekt talent, talent zoekt afval• Kies Wijs• Jobs in Vrouwenhanden/BIAS• Miniondernemingen
OD 3.3 Keuze voor STEM-richtingen bevorderen• De kracht van techniek• STEM-academie
OD 3.4 Imago van en draagvlak voor sectoren versterken• We Are Chemistry • Week van de Groentestreek• Boerderij in de Stad
Het Streekpact mag geen sta-tisch document zijn. Vanuit een voortschrijdend inzicht willen we steeds het Pact heruitvinden, herschrijven. Het moet een flexi-bele en aanpasbare werkvorm zijn waarmee RESOC Mechelen het voortouw kan nemen in de maatschappelijke vernieuwing van de regio.
De opsomming van acties onder de operationele doelstellingen is dan ook eerder informatief en al zeker niet limitatief. RESOC Me-chelen zal jaarlijks actieplannen opmaken waarin het – gelet op de regionale noden en oppor-tuniteiten – de geselecteerde acties voor het komende jaar verder concretiseert.
22 23
Co-creatief procesvan co-idee naar co-project
SECTOREN • Land- en tuinbouw• Chemie• Transport
INSPIRATIE-ATELIER • verbinden met het thema en groep• exploratie vanuit behoefte en inspiratie van de deelnemers en
Resoc stakeholders• capteren van noden en potentiele concepten tot samenwer-
king
ConnectivityTalent
Duurzaamheid
Aan land- en tuin bouwen
De chemie tussen ons
Vrachten bundelen
24 25
Co-creatief procesvan co-idee naar co-project
AMBITIE - ATELIER • Aanvullen van projectbeheers tools:
stappenplan, succesfaktoren, rolverdeling• samenvatten en prioritiseren van projectportfolio• opening van projectforum v.a najaar
STAKEHOLDERS-DIALOOG • input van samenwerkings-concepten• inzet van stakeholders in het gewenste business model• valideren d.m.v
quick-wins noteren / draagvlak opmeten / engagement check
Communicatie & kruisbestuiving
26 27
Het Streekpact voor de regio Meche-len is veel meer een proces dan een opsomming van actiepunten en/of projecten. De RESOC partners willen via co-creatie en het betrekken van de juiste partners steeds opnieuw inspi-ratie zoeken voor uitdagingen in onze regio en de speerpuntsectoren.
28 29
Addendum trajecten, projecten en methodieken
RESOC wil dat het Streekpact een dyna-misch en flexibel beleidsinstrument wordt. Daarom willen we tijdens de planperiode op gezette tijdstippen de inspiratoren uit onze regio opnieuw samenbrengen in Inspiratie- of Ambitieateliers. Zo kunnen we de missie voor onze regio steeds up-to-date bevoorraden van concrete en aan de steeds sneller evoluerende maatschappij aangepaste projectideeën.
We maken een onderscheid tussen ‘trajec-ten’ - een ruime invulling van de strategische doelstellingen – en ‘projecten’ – concrete en afgebakende uitgewerkte ideeën. Daarnaast willen we ook enkele ‘methodieken’ aanrei-ken die bij de realisatie van het Streekpact een meerwaarde kunnen bieden.Het hierna volgend overzicht van trajecten, projecten en methodieken is dus niet limitatief, maar vooral illustrerend voor het co-creatief proces dat ons Streekpact 2014-2020 is.
Het Ambitie-atelier is geen eindpunt, maar een moment van consolidatie. Daar werden de trajecten en bijhorende concrete projecten in bijlage uitgewerkt en werd gezocht naar partner-schappen en concreet engagement voor elk ervan. Daarnaast wil RESOC ook relevante projecten en ideeën die door de partners worden geïnitieerd mee inpassen in onze streekvisie.
‘Goeie ideeën ontstaan niet alleen in het begin van de legislatuur’
30 31
investeren in samenwerkingSamenaankoop als een mogelijke tool
Door samenwerking kortingen bedingen voor de aankoop van diverse goederen en diensten. Daarbij staat duurzaamheid centraal: leveranciers en producenten moeten aan bepaalde criteria voldoen.Door het delen van infrastructuur en/of materialen kunnen die efficiënter worden ingezet. Kosten besparen door
gezamenlijke, maatschappelijk verantwoorde aankopen
te organiseren
VANUIT WELKE NOODZAAK?• Het vrijwaren van de concurrentiekracht
van bedrijven door de kosten te beperken.
• Nieuwe, duurzame(re) technologieën leiden tot een duurzamer business-model.
• 1 + 1 Is vaak meer dan 2: samenwerking (en soms delen) tussen bedrijven levert (efficiëntie)winsten op
WELK DOEL?Creëren van een netwerk van samenwer-kende bedrijven. Via samenaankopen en delen van materialen en infrastructuren werken aan een duurzame (zowel econo-misch als ecologisch) regionale economi-sche bedrijvigheid.
SUCCESFACTOREN• Kostenbesparend• Label voor deelnemers
(voor inspanning naar verlagen van ecologische voetafdruk)
• Ontzorgen van administratie voor bedrijven
• Transparantie en eenvoud
INITIATORRESOC Mechelen Sectororganisatie (Boerenbond)
TREKKER / MEDEWERKERS• RESOC• Platform met ‘trekkers’• Sectororganisatie(s)• Bedrijven Arrondi-cement
PARTNERS• Bedrijven• Lokale overheden: Nijlen, Provincie
Antwerpen• Sociale partners: ABVV
‘Met de juiste partners en een duidelijke visie en focus kan je veel bereiken.
Het RESOC netwerk kan opportuniteiten creëren die passen in een duurzame
en toekomstbestendige economische aanpak.’
REDY DE LEEGE (ACLVB)
Traject - invulling van Strategische doelstelling 1
TRA
JECT
32 33
TERMIJN2014 > 2020• 2014 - 2015: Identificeren van noden• 2015: Opstart platform en aktiviteiten
voor samenaankoop
STAPPENPLAN
1 Noden per sector identificeren (voor goederen en diensten)
2 Oprichten onafhankelijk platform voor de regio
3 Inbreng expertise
investeren in samenwerkingSamenaankoop als een mogelijke tool
Draagvlak barometer
34 35
Imago en draagvlak gedragen communicatie
We willen het imago van onze speerpuntsectoren verbeteren en daardoor bijkomend draagvlak creëren voor de economische activiteiten in onze regio. Daarvoor willen we bestaande initiatieven en ideeën op een gecoördineerde manier ook in onze regio lanceren. Mogelijke initiatieven: ontwikkelen van een internationale profileringstool / ambassadeurschappen / bedrijfsbezoeken / plattelandstoerisme…
Maatschappelijk draagvlak voor de sector versterken
doordat bedrijven zich openstellen en uitnodigen
VANUIT WELKE NOODZAAK?De drie speerpuntsectoren hebben momenteel geen uitgesproken positief imago. De noodzakelijke duurzame groei en ontwikkeling in deze sectoren (ook naar het aantrekken van arbeidskrachten bvb) kan enkel als daarvoor een breed maatschappelijk draagvlak bestaat. Een betere kennis van de sector(en) en open communicatie en samenwerking zal dit draagvlak verhogen.
WELK DOEL?door de gecoördineerde uitrol van een reeks imago-initiatieven het mindere ima-go van onze speerpuntsectoren bij het publiek verbeteren.
SUCCESFACTOREN• Meten van effectieve commu-
nicatie naar doelgroep • Ouders betrekken ifv
studie- en beroepskeuze • Toegang tot bedrijven voor-
zien (vb. veiligheid en hygiene)
• Investeren in een goed imago ‘kost ons niets’
INITIATORRESOC Mechelen
TREKKER / MEDEWERKERS• VOKA• LB: Boerenbond, Plattelandsklassen,
Landelijke Gilden• Transport: SPTL• Chemie: Talentenfabriek / RTC
PARTNERS• Bedrijven en VOKA• Sociale partners: VDAB,ACLVB• Lokale besturen: Lier, Sint-Katelijne
Waver, Nijlen• POM Antwerpen• media
‘Het RESOCplatform moet ervoor zorgen dat verschillende stakeholders
elkaar vinden en op die manier de regio als één team, met één stem kunnen
promoten, zowel in België als in de rest van de wereld, ook internationaal.’
FRÉDÉRIC ACHTEN (VOKA, Kamer van Koophandel Mechelen)
Traject - invulling van Strategische doelstelling 1
TRA
JECT
36 37
TERMIJN2014 > 2020• 2014-2020: Stappen 1 t.e.m 4
STAPPENPLAN
1 Kennis uitwisselen (van elkaar leren) over de sectoren en samenwerking exploreren
2 Met scholen werken in de vorm van laagdrempelige projecten
3 Communicatie vanuit de sector ‘menselijk’ maken met een positieve boodschap vanuit de dagelijkse praktijk
4 Media inzetten voor effectieve communicatie naar maatschappe-lijk draagvlak
Imago en draagvlak gedragen communicatie
Draagvlak barometer
38 39
Instroom van talent stroomlijnen en versterken
Door bestaande initiatieven binnen en buiten de regio die werken rond beroepenoriëntatie, stimuleren van interesse voor techniek, promotie van de sector, etc. beter te benutten, te onder-steunen en/of regionaal te vertalen, zal de instroom van talent in de sectoren toenemen.
Verder wordt een structureel overlegforum (vraag & aanbod) voor opleidingsverstrekkers en bedrijven opgericht om de continue afstemming van het opleidingsaanbod en de vakinhoud aan de economische realiteit te bestendigen. Goede afstemming
onderwijs - arbeidsmarkt realiseren dankzij een duurzame samenwerking
tussen bedrijven en onderwijsverstrekkers
VANUIT WELKE NOODZAAK?Om het groeipotentieel van de speerpunt-sectoren ten volle te kunnen benutten, moeten (kwalitatieve en kwantitatieve) tekorten op de arbeidsmarkt worden weg-gewerkt. Een goede samenwerking tussen bedrijven en opleidingsverstrekkers is hierbij onontbeerlijk.
WELK DOEL?• Afstemmen onderwijs en opleidingen
op de regionale arbeidsmarkt en economie
• Creëren structurele samenwerkings-verbanden
SUCCESFACTOREN• Visie op HR bijstellen
(voorbij personeel = kost) door ‘quick wins’ te delen
• Studiekeuze richting geven (secundair onderwijs)
• Engagement van bedrijven verhogen door inbreng van neutrale partner met vertrouwensrelatie
• Onderwijs en bedrijfswereld leren elkaars noden en mogelijkheden kennen (ook op lange termijn cfr. aanpassingstijd opleidingen)
INITIATORRESOC Mechelen
TREKKER / MEDEWERKERS• Federaties• Sectorfondsen
PARTNERS• VDAB• Bedrijven (drie sectoren!) en VOKA• Scholen• Opleidingsverstrekkers• Sociale partners: ACLVB, ABVV• Locale besturen: Nijlen, Duffel, POM
Antwerpen
‘We moeten deuren openen naar de
arbeidsmarkt en de paradox op de
arbeidsmarkt (70% vacatures niet
compatibel met 70% werkzoeken-
den) uitbannen.’
GEERT VAN GENECHTEN (VDAB)
Traject - invulling van Strategische doelstelling 3
TRA
JECT
40 41
TERMIJN2014 > 2020• 2014-2015: exploratie en opzetten nieuwe
samenwerkingen• 2016-2018: nieuwe samenwerkingen zijn
operationeel en werpen hun vruchten af• 2019-2020: aangepaste opleidingspak-
ketten
Instroom van talentstroomlijnen en versterken
STAPPENPLAN
1 Opzet werkgroep met trekker
2 Inventariseren van bestaande initiatieven met terugkoppeling naar de werkgevers in de regio
3 Informatie uitwisseling organise-ren tussen onderwijs, beleid en de werkgevers
4 Ervaringsgerichte uitwisseling tussen leerkrachten, studenten en werknemers:
Leerkrachten naar de werkvloer brengen
Leerlingen / Studenten en werknemers samenbrengen in bestaande korte termijn opleidingen
Draagvlak barometer
42 43
Local for localLokale productie als sterk merk
VANUIT WELKE NOODZAAK?‘Local for local’ speelt in op:• duurzaamheid en maatschappelijk ver-
antwoord ondernemen en consumeren• promotie van regionale productie ifv
de concurrentiekracht van de bedrij-ven in de regio
WELK DOEL?‘Local for local’ zou een ‘merk’ moeten worden, een vanzelfsprekendheid bij de aankoopkeuze van particulieren, bedrij-ven, organisaties en overheden.
SUCCESFACTOREN• Kans geven aan diversiviteit• Open communicatie tussen betrokken
partijen en belanghebbenden • Samenwerking - groepsvorming
(cfr. landbouwteams)• Duurzaamheid toepassen
(vb. voedselkilometers)• Lokale voedselbon (vb. local cheque)
Een ‘local for local’ initiatief wil, naar analogie en geïnspireerd door de aanpak van het fairtrade label, maatschappelijk draagvlak creëren voor de promotie en verkoop van lokaal geproduceerde landbouwproducten.
INITIATORRESOC Mechelen
TREKKER / MEDEWERKERS• Eddy Van De Kerckhof• Innovatiesteunpunt Boerenbond• Rurant
PARTNERS• Bedrijven: VOKA• Sociale Partners: ABVV• Lokale besturen: Lier, Bonheiden,
Nijlen, Sint-Katelijne Waver, Duffel, Prov. Antwerpen
• Landelijke Gilden• Onderwijs• Media
Regionale economie en arbeidsmarkt stimuleren door
een voorkeur voor lokale productie en/of verwerking te creëren,
met de overheid in een voorbeeldfunctie
‘Land- en tuinbouw in onze regio is economisch, ecologisch, ruimtelijk en
maatschappelijk heel belangrijk, we moeten het draagvlak van de sector
daarom zo sterk mogelijk maken. Lokale besturen, in samenspel met hun
inwoners en verenigingen, zijn daarvoor uitstekend geplaatst.’
EVI VAN CAMP (Boerenbond)
Project - onderdeel van Strategische doelstelling 2
PRO
JECT
44 45
TERMIJN2014 > 2020• 2014: direct aan beginnen• 2016: Local 4 local viert zijn
eerste resultaten
Local for localLokale productie als sterk merk
STAPPENPLAN
1 Co-creatie van uniform label voor ‘local for local’ door landbouw-sector, lokale besturen en horeca / toerisme (cfr. Flandria, Mechels Natuurlijk)
2 Kwaliteitstandaard bepalen voor lokale produkten met erkenning lokaal bestuur
3 Promotie en zichtbaarheid voor
lokale landbouwprodukten (in de gemeenten van Arrondi-cement) via media naar consument in de regio
4 Voorbeeldfunctie voor aankoop van lokale producten door lokale besturen
Draagvlak barometer
46 47
Landbouwteamssamen sterk
VANUIT WELKE NOODZAAK?De versterking van het draagvlak voor de sector en de verbetering van het algeme-ne imago vraagt initiatieven die de echte corebusiness van de land- en tuinbouwbe-drijven overstijgen.
WELK DOEL?het versterken van het draagvlak voor de land- en tuinbouwsector en het verbete-ren van het imago naar alle maatschappe-lijke actoren.
SUCCESFACTOREN• Vertrouwen scheppen• Open communicatie • Moed voor innovatie en samenwerken• Kennisdeling van
wetgeving & regelgeving• Onderwijs en educatie afgestemd op
toekomst van de landbouw• Begrip van noden en
behoeften van de sector
De opstart, begeleiding en ondersteuning van ‘landbouwteams’ waarbij de deelnemers hetzij (sub)regionaal of qua inhoudelijke aanpak mekaar kunnen versterken. de teams kunnen werken rond diverse thema’s: toerisme, local for local, promotie van streekproducten, openbedrijvendagen, …
INITIATORBoerenbondRurant
TREKKER / MEDEWERKERS• PST / CLW Boom
Campus Mechelen (Kristel Claes)• BUSO De Beemden Mechelen
(Arne Audiens)
PARTNERS• Bedrijven• Lokale besturen• Hogere overheden:
Provincie Antwerpen• Andere: Landelijke Gilden• Media
Samenhorigheid in de sector / regio verhogen door thematische
samenwerking te faciliteren
‘Een sterk idee, gegroeid uit de sector zelf, verdient alle steun. De Provincie
Antwerpen zoekt graag mee naar middelen voor de realisatie.’
RIK RÖTTGER (deputé Provincie Antwerpen)
Project - onderdeel van Strategische doelstelling 2
PRO
JECT
48 49
TERMIJN2014 > 2020
Landbouwteamssamen sterk
STAPPENPLAN
1 Trekker en medewerkers identifi-ceren en uitnodigen
2 (Lerend) Netwerk opzetten met de verschillende Resoc partners, onderwijsinstelling en onderne-mers voor kennisuitwisseling en communicatie
3 Ondernemers prikkelen, motive-ren, inspireren en coachen voor samenwerking, innovatie en nieuwe partners
4 Doen! Quick-wins en experimen-ten definieren en opstarten vanuit netwerkgroepen
Draagvlak barometer
50 51
Lean & Green gezonde ondernemingsstructuren
Lean & Green stimuleert organisaties om zich actief in te spannen om hun logistieke proces duurzamer te maken. Dit leidt niet alleen tot winst voor het milieu, maar levert tevens kostenbesparingen voor de organisatie op. Organisaties worden begeleid bij de opmaak van een Plan van Aanpak om in vijf jaar tijd de CO2-uitstoot met 20% te reduceren. Organisaties met een goedgekeurd Plan van Aanpak worden beloond met de Lean & Green Award. Kosten besparen
door logistieke activiteiten te verduurzamen
VANUIT WELKE NOODZAAK?• Grondstoffen worden alsmaar schaarser• Duurzaamheid en MVO worden steeds
vanzelfsprekender• Concurrentiekracht moet worden
veilig gesteld
WELK DOEL?• Verduurzamen (economisch én
ecologisch) van het business model• Creëren van een L&G-community
in de regio
SUCCESFACTOREN• Openheid bereiken m.b.t. onderwerp
door sensibilisering• Goede praktijken delen (best practices)• Gebruik van pilootprojecten (vb. bedrij-
veterrein Boerenbond)• Betrokkenheid van KMO’s• Samenwerking met taakverdeling
overheid / privé
INITIATORRESOC Mechelen
TREKKER / MEDEWERKERS• Flanders Logistics• Peter Druyts• Tri-visor
PARTNERS• Bedrijven en VOKA• Lokale besturen: Provincie
& POM Antwerpen• VIL• Thomas More
‘Lean & Green zorgt voor winwin situaties : bedrijven die hun CO² uitstoot
gevoelig verlagen én hun kosten mee doen dalen. Dit soort slimme innova-
tieve ideeën heeft onze streek nodig .’
LOUIS DE WAEL (Vervoer Van Dievel N.V.)
Project - onderdeel van Strategische doelstelling 2
PRO
JECT
52 53
TERMIJN2014 > 2020• 2014-2015: pilootproject• 2015-2017: regionaal (business)model
in uitvoering
STAPPENPLAN
1 Contacteren van bedrijven uit de sectoren
2 Databank samenstellen
3 Opportuniteiten in kaart brengen
4 Actieplan opmaken voor bedrijven en logistieke partners
5 Uitvoeren van de actie + terugkoppeling resultaat
Lean & Green gezonde ondernemingsstructuren
Draagvlak barometer
54 55
Gateway Access Pointlogisch bundelen
Lucht- of zeehaven worden ontsloten door een of meerdere instappunten in het nabijgelegen ach-terland: gateway acces points. Het kan hierbij zowel gaan om een fysieke bundeling van vrachten als een bundeling van administratieve formaliteiten op één plaats. Luchtvracht Poort Brucargo op de site van BelOrta is een mooi voorbeeld van het tweede. Diverse formaliteiten kunnen worden afgehandeld op de plaats waar de goederen worden gebundeld. Dit levert tijdwinst op, vermijdt extra kilometers en garandeert een optimale behandeling. Luchtvracht Poort Brucargo biedt ook mogelijkheden voor andere sectoren in de regio, in het bijzonder de farmaceutische nijverheid.
Meerwaarde genereren voor bedrijf en maatschappij
door het bundelen van logistiek en administratie op één plaats
per regio, stad of bedrijfszone
VANUIT WELKE NOODZAAK?• Bundelen van goederenstromen• Delen van infrastructuur• Efficiëntie verhogen van
het logistieke proces
WELK DOEL?• Bundelen van logistiek en administra-
tie op één plaats per regio, stad of bedrijfszone
SUCCESFACTOREN• Deuren openen• Mindshift• Goede praktijken en voorbeelden• VALKUIL: wettelijke voorschriften
INITIATORPOM Vlaams-Brabant
TREKKER / MEDEWERKERS• VOKA• PD Consult• Flanders Logistics
PARTNERS• BelOrta• Brucargo• POM Vlaams-Brabant• POM Antwerpen• Bedrijven en VOKA• Sociale partners• Overheden: Provincie Antwerpen
‘Als kleine en grote economische
spelers elkaar kunnen vinden en
zelfs over sectorgrenzen heen kun-
nen samenwerken, opent dat sterke
perspectieven, zeker hier in het hart
van Europa.’
Luc Peeters (Belorta)
Project - onderdeel van Strategische doelstelling 2
PRO
JECT
56 57
TERMIJN2014 > 2020
STAPPENPLAN
1 Bestaande bundelingsprojecten in kaart brengen
2 Mogelijkheden voor verruiming en verdieping oplijsten
3 Uittekenen van een sensibiliseringstraject
4 Rol van RESOC inzetten en benutten
Gateway Access Pointlogisch bundelen
Draagvlak barometer
58 59
Regioleren jong geleerd
In regioleren werken leerlingen met docenten, ondernemers, overheden en maatschappelijke organisaties aan een betere toekomst voor de regio. Prangende vragen in de regio zijn leidend. Samen zoeken naar oplossingen.Doordat de leerlingen binnen het project contact hebben met de echte maatschappij, leren zij al-lerlei vaardigheden toe te passen en deze verder te ontwikkelen. Ze leren kritisch en vindingrijk te reflecteren, keuzes te maken, compromissen te sluiten, problemen op te lossen, projecten op te zetten, samen te werken, mondeling en schriftelijk te communiceren, beroep te doen op een geschikte technologie…
Nieuwe vormen van talentontwikkeling en innovatie
introduceren door een nauwe samenwerking tussen
onderwijs en bedrijven
VANUIT WELKE NOODZAAK?• Kruisbestuiving als antwoord op
nieuwe uitdagingen• Naar boven brengen van de talenten
van iedereen• Komen tot een goede afstemming
onderwijs - arbeidsmarkt
WELK DOEL?• Ontwikkelen van ervaringsgerichte en
interdisciplinaire leerprocessen voor leerlingen én leerkrachten in de diverse onderwijsniveaus
• Bevorderen van (structurele) samenwer-king tussen scholen, bedrijven en edu-catieve partners om te kunnen inspelen op nieuwe inzichten inzake duurzame, regionale ontwikkeling
SUCCESFACTOREN• Werkvloer in de bedrijven voorberei-
den / rol van de vakbond inzetten• Out-of-box uitwerking toelaten /
wetgeving en regulering met flexibiliteit (proeftuinen)
• Transparante en gelijkwaardige co-ship• Communicatie en ruchtbaarheid geven
aan initiatieven• Subsitie versus inbedding in
dagelijkse werking• Ouders betrekken en sensibiliseren
mbt regioleren
INITIATORRESOC Mechelen
TREKKER / MEDEWERKERS• Federaties• Sectorfondsen
PARTNERS• Thomas More• Bedrijven en VOKA• Lagere en secundaire scholen• VDAB• Provincie Antwerpen
‘Jongeren uitdagen om hun talenten
te ontdekken en ze op basis hiervan
in contact brengen met verschillen-
de beroepen en sectoren is funda-
menteel voor een weloverwogen
studiekeuze. Onze regio moet hier de
beste leerling van de klas in worden.’
MYRIAM HEEREMANS en BJÖRN MACAUTER (RESOC teamleden)
Project - onderdeel van Strategische doelstelling 2
PRO
JECT
60 61
TERMIJN2014 > 2020• 2015-2016: acties en experimenten
opzetten• 2018-2020: resultaten en ROI komt op
langere termijn
STAPPENPLAN
1 Voorwaarde scheppend kader: • Partners verbinden
en connectie houden • Klare taal spreken en duidelijke
keuze vanuit ‘goede praktijken’ • Een regionaal platform voor
informatie en communicatie • Eenvoudige methode
om talenten te ontdekken
2 Finaal objectief: kloof dichten tussen onderwijs en arbeidsmarkt
Regioleren jong geleerd
Draagvlak barometer
62 63
Lerend Netwerk oplossingen in zicht
VANUIT WELKE NOODZAAK?Een Lerend Netwerk ontstaat vanuit een behoefte om kennis met elkaar te delen en van elkaar te leren vanuit concrete prak-tijkervaringen rond vragen en uitdagingen waarvoor men een lange termijn visie wil ontwikkelen of waarover men zelf onvol-doende inzicht en know-how heeft.
WELK DOEL?Een lerend netwerk wil HR en beleidsmakers via thematische sessies en/of leergroepses-sies kansen bieden om elkaar te versterken door kennis en best practices te delen en tips en tricks met elkaar uit te wisselen.
SUCCESFACTOREN• Vetrouwen / ruimer partnerschap• Engagement en aanwezigheid• Kennisdeling (geven & nemen)• Concreet aanreiken van tools
en handvaten• Coordinatie en facilitatie
Een Lerend Netwerk bestaat uit een groep organisaties/bedrijven die elkaar op geregelde tijdstippen ontmoeten om praktijkgerichte informatie, kennis en ervaring uit te wisselen. Zo ontwikkelen ze nieuwe inzichten, oplossingen of werkwijzen en synergiën.
INITIATORRESOC Mechelen
TREKKER / MEDEWERKERS• Scholen Gemeenschap Katholiek
Secundair Onderwijs (SGKSO)• RESOC Mechelen
PARTNERS• Bedrijven• Onderwijs• Intermediairen
Elkaar versterken door kennis,
best practices en tips & tricks
te delen
‘We kunnen de regio en de verschillende stakeholders alleen
maar sterker maken door het samenbrengen van verschillende
partners en sectoren en van elkaar te durven leren.’
TOM ONGENA (Schepen Sint-Katelijne-Waver)
Methodiek
METH
OD
IEK
64 65
TERMIJN2014 > 2020
STAPPENPLAN
1 Rol treker en facilitator vastleggen
2 Bevragen van thema’s en behoeften
3 Intekenen in lerend netwerk
4 Ontwerpen en inplannen van sessies
Lerend Netwerk oplossingen in zicht
Draagvlak barometer
66 67
Centraal loket voor een europees subsidie-ticket
De opzet van dit project bestaat er enerzijds in een structuur te creëren waarin verschillende organisaties projectideeën met elkaar aftoetsen en kennis en knowhow rond Europese subsidie-programma’s met elkaar delen.Regionale ‘voelsprieten’ worden ingezet om continu zicht te hebben op opportuniteiten, strate-gische keuzes en denkpistes van organisaties, potentiële partners etc.Anderzijds willen we innovatieve ideeën een forum geven om o.m. partners en financierders te werven.
Beter benutten van externe financieringsmogelijkheden voor innovatieve projecten
door een netwerk van experten
VANUIT WELKE NOODZAAK?• Innovatie biedt ondernemingen de
mogelijkheid nieuwe markten te ver-overen of de concurrentie het hoofd te bieden, vooral voor kleinere en startende ondernemingen ontbreekt hier vaak de ruimte en kunde
• Lokale besturen en onderwijs dienen een bijdrage te leveren in het bevor-deren van onderzoek en innovatie ter versterken van het (reginaal) econo-mische weefsel
• Niemand ziet nog wat subsidiekanalen betreft het bos door de bomen
WELK DOEL?• Verhogen van het innovatieve vermo-
gen van de regio• Opzetten regionaal innovatieplatform
t.v.v kennisdeling en financiering voor KMO’s en starters
SUCCESFACTOREN• Vertrekken van de vraag =
innovatieproject of behoefte en niet van het aanbod aan subsidie
• Engagement van de partners met onderling vertrouwen
• Afstemming en benutten van bestaande dienstverlening / informatie
• Lange termijn denken bij bedrijven stimuleren met samenwerking tussen bedrijven en KMO’s
INITIATORRESOC Mechelen
TREKKER / MEDEWERKERS• RESOC Mechelen• Stad Mechelen
PARTNERS• VOKA• Kennisinstellingen• Lokale besturen: Provincie Antwerpen• Sociale partners
“We moeten vertrekken van de
vraag (behoefte) en niet
van het aanbod aan subsidies”
RESOC Mechelen
Methodiek
METH
OD
IEK
68 69
TERMIJN2014 > 2020• 2014-2015: in kaart brengen van
financieringsstromen voor innovatie en potentiele partners betrekken
• 2015-2016: opstarten en uittesten van enkele pilootprojecten voor de regio
• 2015-2020: ontwikkelen en bijsturen van ondersteunende dienstverlening
STAPPENPLAN
1 Traject subsidieaanvraag in kaart brengen: partners benoemen per fase
2 Partners verbinden met projectinitiatief en Streekpact objectief
3 Vanuit bestaande netwerken private partners en bedrijven mee betrekken t.e.m. engagement
4 Capteren van behoeften / projecten mbt innovatie in de regio vanuit alle partner kanalen (piloot)
5 Uitbouwen van een regionaal ‘innovatieantenne’ en contactpunt voor ondersteuning en financiering
• Inbedding in bestaande organisatie(s) en opzet nieuwe (virtuele) werkvorm
• On-line platform voor ondersteuning financie-ringsflow en communicatie (cfr. crowdfund)
6 Bekendmaking en promotie via media met partners en (lokale) overheid
Centraal loket voor een europees subsidie-ticket
Draagvlak barometer
70 71
Studie speerpuntsectorenEen evaluatie van het streekpact 2007-
2013 legde het gebrek aan focus als
belangrijk pijnpunt bloot. Het RESOC
besliste dan ook om voor het streek-
pact 2014-2020 te vertrekken van een
duidelijke en onderbouwde afbakening
van het actiedomein. Hiertoe voerde PD
Consult in opdracht van RESOC allereerst
een kwantitatieve analyse uit om de
groeisectoren van het arrondissement
Mechelen te identificeren.1
Hierbij zijn zowel de specialisatie- als de concentratiegraden en de bijhorende groei-indexen (periode 2005-2010) van de verschillende sectoren in rekening gebracht. De regionale prestaties van de sectoren zijn vergeleken met deze op pro-vinciaal en Vlaams niveau. Tevens is aan de hand van een gewogen combinatie van diverse parameters (aandeel van sector in enerzijds de totale toegevoegde waarde en anderzijds de totale werkgelegenheid van de regio, specialisatiegraad, concen-tratiegraad en genormaliseerde evoluties) een rangorde aangebracht onder de sectoren. Om een goed zicht te krijgen op
1 PD - Consult (2012), Sectoranalyse – Op zoek naar de locatie-voordelen van het arrondissement Mechelen
de werkelijke dynamiek en de onderlinge verhouding van de sectoren, is tot slot de verhouding tussen werkgelegenheid en toegevoegde waarde becijferd. Vier sectoren scoren uitstekend op alle vier de deelanalyses. We kunnen er dan ook van uitgaan dat het arrondissement Mechelen een goede habitat voor deze sectoren is (vermoeden van locatie-voordelen) en dat ze over het grootste groeipotentieel beschikken. Het gaat om volgende sectoren:• Land- en tuinbouw,• Chemische, farmaceutische
en kunststoffenindustrie,• Informatica- en elektro-industrie, en• Transport en logistiekVerdere analyse wijst uit dat de prestaties van de informatica- en elektro-industrie grotendeels toe te schrijven zijn aan een enkel bedrijf. Dit bedrijf stelt eind 2010 liefst 73 procent van het totale aantal werknemers in de sector te werk. Ook is het verantwoordelijk voor meer dan 57 procent van de gegenereerde toegevoeg-de waarde in deze sector.2 Omwille van de
2 Bron: Eigen berekening op basis van gegevens van Lokale Statistieken, online beschikbaar op http://aps.vlaanderen.be/lokaal/lokale_statistieken.htm, en Trendstop, online beschikbaar op http://trendstop.knack.be/nl/home.aspx, geraadpleegd op 05 augustus 2014
dominantie van één bedrijf, besluit RESOC de informatica- en elektro-industrie niet te weerhouden als speerpuntsector.
REGIONAAL BELANG VAN DE SPEERPUNTSECTORENHet arrondissement Mechelen is met 645 inwoners per vierkante kilometer een van de meest dichtbevolkte regio’s van Vlaanderen.34 Verwacht wordt dat tegen 2060 de bevolkingsdichtheid verder zal oplopen tot 773 inwoners per vierkante kilometer.5 Het arrondissement is tevens nu al een van de meest verstedelijkte ge-bieden in Vlaanderen.6 Toch is de land- en
3 Enkel de arrondissementen Antwerpen en Kortrijk hebben in 2012 met respectievelijk 1010 en 703 inwoners per km² een hogere bevolkingsdichtheid.
4 Bron: Eigen berekening op basis van gegevens van Lokale Statistieken, online beschikbaar op http://aps.vlaanderen.be/lokaal/lokale_statistieken.htm, geraadpleegd op 29 juli 2014
5 Bron: Eigen berekening op basis van gegevens van FOD Economie – Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (ADSEI) & Federaal Planbureau, Bevolkingsvooruit-zichten 2014- 2061, online beschikbaar op http://statbel.fgov.be/nl/modules/publications/statistiques/bevolking/down-loads/bevolking_op_1_januari_2014-2061.jsp, geraadpleegd op 04 augustus 2014
6 Gemeten volgens het Eurostat concept ‘graad van verstede-lijking’; Negen van de dertien gemeenten hebben een bevol-kingsdichtheid die meer dan 500 inwoners per km² bedraagt. Berlaar heeft met 446 inwoners per vierkante meter de laagste bevolkingsdichtheid (FOD Economie - ADSEI, Bevolking en bevolkingsdichtheid per gemeente, 2013, online beschikbaar op http://www4dar.vlaanderen.be/sites/svr/Cijfers/Pages/Excel.aspx).
tuinbouwsector relatief sterk verankerd in het arrondissement Mechelen. De sector stelt in 2012 een kleine 2.000 (familiale en niet-familiale) arbeidskrachten regelmatig te werk. Ze zijn verspreid over 690 agra-rische bedrijven.7 Deze ondernemingen exploiteren ruim 14.000 hectare cultuur-grond, ongeveer 28 procent van de totale grondoppervlakte van de regio.8 De sector levert dan ook een belangrijke bijdrage tot het vrijwaren van de open ruimte. Opvallend is de hoge concentratie glas-tuinbouw in de regio, een deelsector die een grote toegevoegde waarde genereert. De teelt van verse groenten onder glas bestrijkt in 2012 186 hectare. Dit is ruim een vijfde van de totale oppervlakte voor ‘groenten in serres’ in Vlaanderen.9 In 2010 teelt bijna 30 procent van alle agrarische ondernemingen in het arrondissement
7 Bron: Eigen berekening op basis van gegevens van FOD Economie – Algemene Directie Statistieken en Economische Informatie (ADSEI) (2012), Landbouwenquête mei 2012, online beschikbaar op http://statbel.fgov.be/nl/modules/publica-tions/statistiques/economie/downloads/landbouw_-_land-bouwgegevens_van_2012.jsp
8 Bron: Eigen berekening op basis van gegevens van FOD Economie - ADSEI (2012) en Lokale statistieken (2014)
9 Bron: Eigen berekening op basis van gegevens van FOD Economie - ADSEI (2012)
72 73Mechelen gewassen in serres.10 Voorts beschikt de regio met BelOrta, de grootste coöperatieve veiling van Europa, en het Proefstation voor de groenteteelt, over belangrijke troeven.Met een aandeel in de regionale toege-voegde waarde en tewerkstelling van respectievelijk 0,4 en 1,6 procent is het economische belang van de land- en tuin-bouwsector eerder beperkt. De relatief sterke concentratie van agrarische onder-nemers in het arrondissement Mechelen zorgt echter voor een groot aanzuigef-
fect op aanverwante bedrijvigheid. Zo huisvest de regio heel wat producenten en leveranciers van agrarische machi-nes, infrastructuur, voeders, enzovoort. Ook zijn er tal van voedselverwerkende bedrijven, agrarische groothandels en gespecialiseerde logistieke dienstverle-ners aanwezig.Bovendien wordt de Vlaamse land- en tuinbouwsector gekenmerkt door een sterk innovatief karakter. In 2012 antwoordt meer dan de helft van de bedrijfsleiders die deelnemen aan het Landbouwmonitoringsnetwerk (LMN) van het Departement Landbouw en Visserij positief op de vraag of er de voorbije vijf jaar vernieuwingen zijn doorgevoerd in het bedrijf.11 De innovatiegolf wordt enerzijds gedreven door de sterke overle-vingsdrang van de sector, anderzijds door de wil om – al dan niet onder dwang van Europa – tegemoet te komen aan allerlei maatschappelijke uitdagingen. Het gaat daarbij over het ontwikkelen van nieuwe
10 Bron: FOD Economie – ADSEI (2010), Landbouwenquête 2010, online beschikbaar op http://statbel.fgov.be/nl/modules/publications/statistiques/economie/downloads/agricultu-re_-_enquete_agricole_de_2010.jsp
11 Bron: Vuylsteke A., Van Gijseghem D. & Deuninck J. (2013) In-novatie in de land- en tuinbouw in Vlaanderen – Resultaten 2012 van het Landbouwmonitoringsnetwerk, Departement Landbouw en Visserij, Afdeling Monitoring en Studie, online beschikbaar op http://lv.vlaanderen.be/nlapps/docs/default.asp?id=3329
producten, technieken (automatisch sorteren en oogsten, inzet van klimaat-computers en spuitrobots…), organisatie-vormen (veranderingen in de uitbating, de personeelsbezetting of de juridische structuur van het bedrijf...), manieren van vermarkten (opstart van thuisverkoop, introductie van nieuw verpakkingsma-teriaal…) en andere vernieuwingen op bedrijfs- en ketenniveau. Binnen de land- en tuinbouwsector is met andere woorden heel wat kennis en knowhow aanwezig die kan worden ingezet om ook andere sectoren verder te verduurzamen. De chemische, farmaceutische en kunst-stoffenindustrie – hierna chemische sector –vertegenwoordigt in 2012 ongeveer 1 procent van alle ondernemingen in de regio.12 Dit beperkt aantal bedrijven is wel goed voor bijna 9 procent van de totale toegevoegde waarde die in 2011 in de regio wordt gecreëerd.13 Ook stelt de chemische sector ruim 7.000 werknemers te werk. Dit is een kleine 6 procent van de totale tewerkstelling of 30 procent van de
totale industriële tewerkstelling in de re-gio.14 Naast directe tewerkstelling zorgt de sector voor heel wat indirecte tewerkstel-ling. Dit kan volgens deskundigen oplo-pen tot 1,6 afgeleide jobs (in maintenance, IT, transport en logistiek, productie van apparaten en toestellen…) per functie in de chemische sector. Volgens dit scenario zou de chemische sector verantwoordelijk zijn voor ruim 15 procent van de totale tewerkstelling. Het overgrote deel van de bezoldigde werknemers in de chemische sector is
12 Bron: Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) (2012), Verde-ling van de arbeidsplaatsen naar plaats van tewerkstelling – gele brochure, vierde kwartaal 2012, online beschikbaar op http://www.rsz.fgov.be/nl/statistieken/publicaties/verde-ling-van-de-arbeidsplaatsen-naar-plaats-van-tewerkstelling
13 Bron: PD - Consult (2013a), Chemische sector in arrondisse-ment Mechelen
14 Bron: RSZ (2012)
actief in de farmaceutische nijverheid (51%) en de basischemie (39%). De reste-rende 10 procent is tewerkgesteld in de kunststoffen industrie.15 Ook goederentransport en logistiek is een belangrijke economische sector voor de regio. Een 400-tal bedrijven staan in voor ca. 5 procent van zowel de totale toevoeg-de waarde als het totale aantal arbeids-plaatsen in de regio.16 Ruim 90 procent van de 6.500 werknemers zijn werkzaam in de vier subsectoren ‘goederenvervoer over de weg’ (41%), ‘opslag’ (27%), ‘diensten in verband met vervoer over water’17 (13%) en ‘vrachtbehandeling’ (10%).18 Het aan-
deel van goederentransport en logistiek in de totale tewerkstelling in de tertiaire
sector bedraagt bijna 12 procent.19 Bovendien is goederentransport en logis-tiek een ondersteunende sector die een sterke invloed heeft op de goede werking van de andere (speerpunt)sectoren.
15 Bronnen: RSZ (2012) en Lokale Statistieken (2014)
16 Bronnen: RSZ (2012) en PD - Consult (2013b), Transport en Logistiek in arrondissement Mechelen
17 De ruim 850 werknemers tewerkgesteld in deze deelsector zijn allen aan de slag bij Waterwegen en Zeekanaal NV. Dit extern verzelfstandigd agentschap (EVA) van de Vlaamse overheid is niet enkel een belangrijke werkgever in de sector, het genereert tevens meer dan 10 procent van de totale toegevoegde waarde van de sector (PD - Consult, Transport en Logistiek in arrondissement Mechelen, 2013).
18 Bron: PD - Consult (2013b)
19 Bron: Eigen berekening op basis van gegevens van PD - Consult (2013b) en RSZ (2012)
74 75
0 5% 10% 15% 20% 25%
Aandeel in (regelmatige) tewerkstelling sectorAandeel in aantal agrarische bedrijven
WILLEBROEK
SINT-KATELIJNE-WAVER
SINT-AMANDS
PUURS
PUTTE
NIJLEN
MECHELENLIER
HEIST-OP-DEN-BERG
DUFFEL
BORNEM
BONHEIDEN
BERLAAR
0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40%
Aandeel in tewerkstelling sector
Aandeel in toegevoegde waarde sector
WILLEBROEK
SINT-KATELIJNE-WAVER
SINT-AMANDS
PUURS
PUTTE
NIJLEN
MECHELEN
LIER
HEIST-OP-DEN-BERG
DUFFEL
BORNEM
BONHEIDEN
BERLAAR
0% 5% 10% 15% 20% 25% 30%
Aandeel cultuurgrond in totale oppervlakte
WILLEBROEK
SINT-KATELIJNE-WAVER
SINT-AMANDS
PUURS
PUTTE
NIJLEN
MECHELEN
LIER
HEIST-OP-DEN-BERG
DUFFEL
BORNEM
BONHEIDEN
BERLAAR
0% 5% 10% 15% 20% 25% 30%
Aandeel in tewerkstelling sector
Aandeel in toegevoegde waarde sector
WILLEBROEK
SINT-KATELIJNE-WAVER
SINT-AMANDS
PUURS
PUTTE
NIJLEN
MECHELEN
LIER
HEIST-OP-DEN-BERG
DUFFEL
BORNEM
BONHEIDEN
BERLAAR
Land- en tuinbouw in arrondissement Mechelen, aantal agrarische bedrijven en tewerkstelling, spreiding over de gemeenten, 2012
Bron: Eigen berekening op basis van gegevens van FOD Economie – Algemene Directie Statistieken en Eco-nomische Informatie (ADSEI) (2012), Landbouwenquête mei 2012
Land- en tuinbouw in arrondissement Mechelen, aandeel cultuurgrond in totale oppervlakte, per gemeente, 2012 Bron: Eigen berekening op basis van gegevens van FOD Economie – ADSEI (2012) en Lokale Statistieken (2014)
Chemische sector (NACE 20,21 en 22) in arrondisse-ment Mechelen, tewerk-stelling en toegevoegde waarde, spreiding over de gemeenten, 2011
Bron: Eigen berekening op basis van gegevens van PD – Consult (2013a), Chemische sector in arrondissement Mechelen
Goederentransport en logistiek in arrondissement Mechelen, tewerkstelling en toegevoegde waarde, spreiding over de gemeen-ten, 2011 Bron: Eigen berekening op basis van gegevens van PD – Consult (2013b), Transport en logistiek in arrondissement Mechelen
Regionale spreiding focussectoren
76
VOOR MEER INFORMATIE :
RESOC MechelenJan Pieter De Naeyerlaan 52860 Sint-Katelijne-WaverT +32(0)15 63 97 [email protected]