SPOM Koersplan 2013 - 2017

28
KOERSPLAN 2013 - 2017 Ieder zijn talent, samen het resultaat

description

Ieder zijn talent, samen het resultaat

Transcript of SPOM Koersplan 2013 - 2017

Page 1: SPOM Koersplan 2013 - 2017

KOERSPLAN 2013 - 2017

Ieder zijn talent, samen het resultaat

Page 2: SPOM Koersplan 2013 - 2017

“Geef me een baan die bij mij past en ik hoef nooit meer te werken”. (Confucius)

“Zonder koers; geen juiste bestemming”.

Page 3: SPOM Koersplan 2013 - 2017

SPOM Koersplan 2013 - 2017 1

KOERSPLAN 2013 - 2017

Ieder zijn talent, samen het resultaat

Page 4: SPOM Koersplan 2013 - 2017

2 Koersplan 2013 - 2017 SPOM

INHOUDSOPGAVE

1. Voorwoord 3

2. Koersplan ‘Sterk in leren’ 2009 – 2013; een terugblik 5

3. De route 7

4. Onderscheidend, planmatig 8

5. Missie – het fundament 9

6. De visie – consistente blik op de toekomst, de gewenste situatie 10

7. De (kern)waarden – sturend voor ons denken en doen 12

8. Strategische verkenning 12

9. De 5 centrale thema’s. 14

9.1. Hoogwaardig kindgericht onderwijs 14

9.2. Binden en boeien van personeel 16

9.3. Thuisnabij onderwijs en adequate zorg 18

9.4. Maatschappelijk partner 19

9.5. Een professionele(lerende) organisatie 21

10. Financiële paragraaf 23

Page 5: SPOM Koersplan 2013 - 2017

SPOM Koersplan 2013 - 2017 3

1 . VOORWOORD

Voor u ligt het Strategisch Beleidsplan/koersplan 2013-2017 van de stichting SPOM. In hoofdstuk 1,

de route, leest u hoe het tot stand is gekomen en wat onze voornemens en ambities voor de komende

4 jaren zijn. We hebben het koersplan als titel “Ieder zijn talent, samen het resultaat” meegegeven.

We vinden het onze belangrijkste opdracht dat onze leerlingen uitgroeien tot kritische, zelfstandige

mensen, die deel uitmaken van de gemeenschap en straks met al hun talenten aan de ontwikkeling

daarvan mee kunnen en willen helpen. Door dat samen met anderen te doen zal het resultaat in alle

opzichten sterker zijn.

Onze koers en plannen voor de komende jaren zijn daarop gericht. Het koersplan is geen document met

uitgebreide vergezichten, maar een redelijk beknopte, veelal puntsgewijze opsomming van voornemens,

van kritische succesfactoren. Dat maakt het gebruik van dit koersplan als bron bij evaluaties en bij het

vaststellen van het beleid per schooljaar gemakkelijker. Het is vooral een plan dat is voortgekomen uit

het vorige koersplan. Het is uit de praktijk voor de praktijk.

Marius Peters

Bestuurder SPOM.

‘Ieder zijn talent, samen het resultaat’

“Ieder zijn talent, samen het resultaat”. Dat is het motto van dit koersplan. Het is het derde strategische

beleidsplan van de Stichting SPOM. Het vorige motto was “Sterk in leren”. Alle medewerkers hebben de

afgelopen jaren veel energie gestopt in professionalisering; werken met groepsplannen, reflecteren op

het eigen vakmanschap, bewust bezig zijn met handelingsgericht en opbrengstgericht werken, door-

groeien naar een LB functie enz. enz.

Zijn we er nu? Nee, zeker niet. We blijven inzetten op het verbeteren van het vakmanschap. De eerste

stappen zijn gezet.

De komende vier jaar willen we het oude motto van het vorige koersplan verbinden met het nieuwe.

Van individuele ontwikkeling de focus verplaatsen naar samen ontwikkelen, naar het leren van en met

elkaar. We noemen dat peer review. En daar oog voor hebben.

Een op ontwikkeling gerichte organisatie, die SPOM is, maakt werk van talent, omdat talentontwikkeling

leidt tot zelfvertrouwen, tot een sterke motivatie en effectief leren. Daarom is het belangrijk dat zowel

leerlingen als medewerkers worden gestimuleerd om hun talenten optimaal te benutten. Dit betekent

dat het in de hele school zichtbaar moet zijn dat er OOG is voor talent: leerlingen en medewerkers

hebben volop gelegenheid om hun talenten actief te Ontdekken, te Ontwikkelen en te Gebruiken.

Ieder zijn talent, samen het resultaat

Page 6: SPOM Koersplan 2013 - 2017

4 Koersplan 2013 - 2017 SPOM

Een voorbeeld uit de praktijk:Roel Paas (51) werkt sinds 22 jaar als leraar in het basisonderwijs. Hij begon in een achterstandswijk in

Den Haag en werd na vijf jaar meester op de Vrije School in Zutphen. Na een opleiding tot leidingge-

vende en een korte periode als waarnemend schoolleider gewerkt te hebben, heeft hij opnieuw gekozen

voor het werken met de kinderen.

“Mijn grootste talent in het werk met kinderen is de manier waarop ik ze de ruimte kan geven. Ik geef kinderen

de tijd en bied ze ruimte tot ze tevoorschijn komen. Het gaat erom gelegenheid te bieden. Kinderen komen dan

tot rust en leren hun vaardigheden en talenten onbelemmerd te gebruiken. Een beetje duwen is prima, maar

laat hun eigenheid met rust! Ook werk ik veel met humor. Ik word wel “een grappige meester” genoemd. Humor

relativeert. Door te lachen ontstaat er ruimte”.

Uit: “Oog voor talent” CPS Claudine Verbiest - Martine Dijk.

Page 7: SPOM Koersplan 2013 - 2017

SPOM Koersplan 2013 - 2017 5

2 . KOERSPLAN ‘STERK IN LEREN’ 2009 – 2013; EEN TERUGBLIK

Met het koersplan ‘Sterk in leren’, 2009-2013, hebben we destijds hoog ingezet. Na vier jaar maken we de

balans op. Wat is het resultaat? Wat is wel gelukt en wat (nog) niet?

Ten aanzien van de vijf centrale thema’s uit het koersplan en de vijf daarbij beschreven toekomst-

beelden kijken we terug. De reflectie daarop staat hieronder per thema en op hoofdlijnen beschreven.

Hoogwaardig kindgericht onderwijs. De laatste jaren is sterk ingezet op het verbeteren van de opbrengsten. De focus op opbrengstgericht

werken, het vakmanschap van de medewerkers, het signaleren en analyseren van opbrengsten is op alle

scholen zichtbaar. Het webbased leerlingvolgsysteem, ParnasSys, dat op alle scholen is ingevoerd zorgt

voor veel meer inzicht. Groepsplannen, ontwikkelingsperspectief dragen bij aan onderwijs op maat.

Niet alle scholen behalen het niveau dat in de referentiegroep verwacht mag worden. We zien wel dat de

opbrengsten geleidelijk aan beter worden.

We zien een steeds grotere diversiteit binnen onze scholen en het authentiek, betekenisvol leren is op de

meeste scholen zichtbaar. Op deze scholen zien we kinderen op bepaalde tijden met betrekking tot een

aantal vakgebieden (vooral wereldoriëntatie en creatieve vakken) fundamenteel anders leren en meer

verantwoordelijkheid dragen voor hun eigen leerproces. Op een aantal scholen zien we dit minder. Daar

zijn andere prioriteiten gesteld. Zelfreflectie heeft wel aandacht gehad maar is onvoldoende geïmple-

menteerd en geborgd. Op alle scholen wordt gewerkt met eigentijdse materialen en er wordt veelvuldig

gebruik gemaakt van digitale middelen. SPOM heeft op alle scholen flink geïnvesteerd in computers,

tablets, laptops, digitale schoolborden, touchscreens en draadloze netwerken. De leerlingen hebben nog

onvoldoende verantwoordelijkheid voor het organiseren van hun eigen leerproces.

De ontwikkeling van de kinderen wordt nog maar zelden vastgelegd in een digitaal portfolio. We zien

daartoe wel een eerste aanzet op een aantal scholen.

De kinderen worden steeds vaker actief uitgenodigd, geprikkeld en gestimuleerd in het ontwikkelen van

een onderzoekende houding. Deze aanpak verschilt nog sterk per school. Wel sluiten onze leerkrachten

aan bij het ontwikkelingsniveau van het kind. Welke wijze van lesgeven het beste aansluit bij een kind

en de diverse leerstijlen, is nog niet helemaal duidelijk. Op alle scholen heerst in zijn algemeenheid een

veilig en prettig schoolklimaat. Toch blijft pesten een thema. We zijn hier wel heel alert op.

In de jaarverslagen en schoolgidsen wordt verantwoording afgelegd over de schoolontwikkeling, de

opbrengsten en de kwaliteit van het onderwijs.

Onderzoek zal in het komende jaar moeten uitwijzen of de betrokkenheid van kinderen is toegenomen.

Dat geldt ook voor de oudertevredenheid.

Ieder zijn talent, samen het resultaat

Page 8: SPOM Koersplan 2013 - 2017

6 Koersplan 2013 - 2017 SPOM

Binden en boeien van personeel. Er is zicht op de kwaliteiten van onze medewerkers. Met veel passie voor onderwijs. Het herhaalde

Medewerkers Tevredenheid Onderzoek dat in 2013-2014 wordt afgenomen, zal uitsluitsel geven of we

erin geslaagd zijn de betrokkenheid bij de eigen school en bij SPOM te vergroten en of de vitaliteit is

toegenomen, een van de doelen uit het koersplan. De leerkrachten beschikken over een persoonlijk

ontwikkelingsplan en bekwaamheidsdossier. Het portfolio is nog niet gerealiseerd.

De tweejaarlijkse gesprekkencyclus is geïmplementeerd en er vinden afstemmings-, functionerings- en

beoordelingsgesprekken plaats. Het mobiliteitscijfer is licht gestegen ten opzichte van vier jaar geleden.

Er is een hoge mate van flexibiliteit in het werkgelegenheidsbeleid waardoor het plaatsen in het risico

dragende deel van de formatie (RDDF) vermeden kan worden.

SPOM voldoet niet aan een evenwichtige afspiegeling van de maatschappij met betrekking tot de perso-

neelssamenstelling. Denk aan de verhouding allochtone / autochtone en minder valide / valide mede-

werkers. De krimp met als gevolg een vacaturestop is hier vooral debet aan.

Medewerkers hebben de mogelijkheid verder te groeien en zich te ontwikkelen door het nieuwe functie-

huis van SPOM, de functiemix en de convenant leerkrachten.

Thuisnabij onderwijs en adequate zorg. Al onze scholen hebben een duidelijke visie op zorg en daarbij een passende zorgstructuur gebaseerd

op de kaders zoals die binnen SPOM zijn vastgesteld. Iedere school heeft zijn eigen zorgprofiel. De

competenties van leraren om passende zorg te bieden en om te gaan met verschillen zijn divers, wel

toegenomen maar nog niet op het niveau dat we graag zouden zien. Er is een netwerk van SPOM experts

die de leraren begeleiden, assisteren en coachen. De samenwerking met peuterspeelzalen, voortgezet

onderwijs en allerlei vormen van speciaal onderwijs is tot stand gebracht. Onze IB-ers zijn opgeleid en

gekwalificeerd. Er wordt passende zorg aangeboden in dialoog met ouders, school en samenwerkings-

verband. Het Centrum Passend Onderwijs in Druten, een vorm van een regionaal expertisecentrum, is

gerealiseerd binnen onze SBO-school. Er wordt gewerkt volgens handelingsgerichte procesdiagnostiek.

Maatschappelijk partner. De positie van de school in de maatschappelijke context is veranderd. Er is samenwerking met een

aantal maatschappelijk partners en partners uit het bedrijfsleven. Intensieve samenwerking is er met

de Stichting voor Mekaar en bedrijven in het kader van wetenschap en techniek en sport en bewegen.

SPOM participeert in het netwerk W&T Nijmegen en Rivierenland. Er is een concreet aanbod ontwikkeld

voor professionalisering, programmering, uitwisseling en begeleiding.

Er wordt samengewerkt met organisaties voor kinderopvang, kinderdagverblijven en voor- en

naschoolse opvang. Eén van onze scholen is onderdeel van IKC De Kubus. Kinderopvang, voor- en

naschoolse opvang en de begeleiding van peuters wordt niet meer uitbesteed maar onder eigen regie

aangeboden. Inhoudelijke afstemming en samenwerking leiden tot hogere kwaliteit. Er is inten-

sieve samenwerking met peuterspeelzalen. Steeds meer peuterspeelzalen nemen hun intrek in de

basisschool.

Page 9: SPOM Koersplan 2013 - 2017

SPOM Koersplan 2013 - 2017 7

Op een aantal scholen is de identiteit aan de orde geweest. Het blijft een moeilijk thema dat steeds

verder van het personeel lijkt af te staan.

De Kubus is als brede school gerealiseerd, de Oversteek is onderdeel van een MFA en de nieuwbouw van

de Kleurencirkel is (nog) niet gerealiseerd.

Een richtinggevend document dat in samenspraak met de maatschappelijke schil rondom de school tot

stand kwam en waarin de wederzijdse betekenis helder is beschreven, ontbreekt op de meeste scholen.

SPOM en de scholen leggen verantwoording al aan de ouders, nog te weinig aan de wijk of het dorp.

Er zijn geen wachtlijsten meer m. b. t. buitenschoolse opvang.

Een professioneel lerende organisatie. SPOM is een gezonde financiële organisatie. Er is veel aandacht besteed aan ontwikkeling en inno-

vatie en SPOM staat bekend als een innovatieve stichting. Er is steeds meer structurele samenwerking

ontstaan tussen scholen en groepjes van scholen. Er is regelmatig uitwisseling, er wordt van elkaar

geleerd. SPOM is een lerend netwerk. Intervisie en elkaar professioneel aanspreken vindt op bescheiden

wijze plaats. Collegiale visitatie wordt steeds vaker ingezet.

Het management geeft vooral leiding aan onderwijskundige ontwikkelingen. Het koersplan en het

bovenschools jaarplan geven de richting hiervoor aan. Veel beheersmatige activiteiten worden op

centraal niveau uitgevoerd. Een aantal directeuren is geregistreerd in het Register Directeuren Onder-

wijs (RDO). Leraren zijn beoordeeld op de SBL competenties. Degenen die daar niet of nog niet aan

voldeden hebben zich gericht geschoold en ontwikkeld. Er dient nog onderzocht te worden in welke

mate het functiegebouw heeft bijgedragen aan een verhoging van de kwaliteit van ons onderwijs en tot

meer ambitie onder ons personeel.

3. DE ROUTE

Dit koersplan gaat over de toekomst van SPOM. Dromen, beelden en idealen zijn vertaald in verwach-

tingen, doelstellingen en actiepunten. Een plan dat duidelijk maakt waar we als SPOM organisatie de

komende jaren voor staan en wat we als onze opdracht zien. Dit plan is het vervolg op het koersplan

“Sterk in leren” dat liep van 2008 – 2012. De visie van een organisatie verandert in de loop der jaren een

klein beetje, met name door maatschappelijke ontwikkelingen. SPOM wil zich onder andere meer profi-

leren als een organisatie met een breed aanbod voor onderwijs en opvang voor kinderen in de leeftijd

van 0 tot 12 jaar.

Het plan heeft betrekking op de planperiode 2013 – 2017. Daarmee loopt het twee jaar voor op de school-

plancyclus van de 17 SPOM scholen. Die cyclus is geen toevallige maar een bewust gemaakte keuze.

Het koersplan geeft daarmee voeding en sturing aan die aspecten van de schoolontwikkeling waarin

de SPOMscholen gezamenlijk optrekken. De uitgangspunten van het onderwijskundig concept zijn voor

elke SPOM school hetzelfde; de inkleuring ervan, dat ligt bij de scholen zelf. Het vastleggen van de koers

voor een periode van vier jaar geeft houvast. We weten waarvoor we ons gezamenlijk inzetten en het

helpt ons bij het concretiseren van de schooleigen plannen. Daarnaast helpt het ons om ons niet alleen

Ieder zijn talent, samen het resultaat

Page 10: SPOM Koersplan 2013 - 2017

8 Koersplan 2013 - 2017 SPOM

te richten op korte termijndoelen die binnen één schooljaar kunnen worden verwezenlijkt maar ook

om ons in te zetten voor de grotere en meer principiële beleidskeuzes waarvoor perspectief op de lange

termijn een vereiste is.

Het koersplan is op een dusdanige manier uitgewerkt dat het uitvoerbaar is, dat het richting geeft en dat

het écht sturend kan werken. Kortom, geen plan dat in de bureaulades zal verdwijnen. Het is een prak-

tisch document, dat door de directies en medewerkers van de scholen gebruikt wordt als inspiratiebron

en om het beleid in de eigen school richting te geven. Om de bruikbaarheid van het plan te bevorderen,

is gekozen voor een kernachtige uitwerking. Daarnaast wordt expliciet aandacht besteed aan de condi-

ties die nodig zijn om de doelen op het terrein van onderwijs en begeleiding te kunnen realiseren.

Dat vraagt om een goed evenwicht tussen gezonde ambitie en realiteitszin, om input van en draagvlak

bij de mensen die met SPOM te maken hebben; op de eerste plaats onze medewerkers, maar ook onze

ouders en externe partners met wie we samenwerken, bijvoorbeeld het Voortgezet Onderwijs en de

twee gemeenten in ons werkgebied. Om die reden is het plan in een aantal stappen tot stand gekomen.

Op basis van de input van de Directeurenraad, de werkgroep management, de GMR en een resonans-

groep vooral bestaande uit leerkrachten, is gewerkt aan een eerste ruwe schets van het voorliggende

plan. Daarna is het concept besproken met alle SPOM directeuren. Tijdens dit proces heeft ook de Raad

van Toezicht zijn bijdrage geleverd. Tussentijds is de Raad geïnformeerd over de voortgang. Het eindpro-

duct is aan de GMR voorgelegd en door het College van Bestuur i. c. de Bestuurder, formeel vastgesteld.

Niet alles kan en hoeft tegelijk, maar we hebben wel gezonde ambities. Als ieder talent de kans krijgt om

zich te ontplooien en te ontwikkelen moet dat samen leiden tot een prima resultaat.

4. ONDERSCHEIDEND, PLANMATIG

Wat is het bijzondere van SPOM?

Waarin onderscheidt SPOM zich, wat maakt het verschil? Wat wil SPOM waarmaken?

Vragen over uitgangspunten en doelen, vragen die de kern raken.

Meer dan alleen basisonderwijsSPOM is de grootste organisatie voor onderwijs en opvang in het land van Maas en Waal, verspreid

over 17 scholen in alle dorpen van het voedingsgebied. SPOM verzorgt met ruim 350 medewerkers aan

ca. 3.300 kinderen basisonderwijs.

SPOM en zijn rechtsvoorgangers hebben een lange geschiedenis in de Drutense en West Maas en Waalse

samenleving. Intussen is SPOM het bevoegd gezag van kinderdagopvang, buitenschoolse opvang,

peuterspeelzalen, basisscholen en speciaal basisonderwijs.

SPOM wil zich profileren door het geven van eigentijds hoogwaardig kindgericht onderwijs dat geken-

merkt wordt door goede opbrengsten.

Peilen van de tevredenheid van kinderen, ouders en medewerkers past in de missie, visie en de waarden

van SPOM. Het levert altijd verbeterpunten op voor de nieuwe koers en een nog sterker imago.

Maar er is meer. Tevredenheid van ouders vergroot de betrokkenheid. Tevreden medewerkers zetten

zich in en lopen niet weg. Zij haken aan in plaats van af. Bovendien is bij kinderen welzijn en welbe-

Page 11: SPOM Koersplan 2013 - 2017

SPOM Koersplan 2013 - 2017 9

vinden van groot belang voor hun ontplooiing. En niet te vergeten: waardering die je ontvangt, als

persoon of als organisatie, doet goed.

“Met oog voor de naaste, dichtbij en ver weg”.

Doelgericht werkenBij de uitvoering van beleid is de ‘Plan-Do-Check-Act’ cyclus van belang evenals de lemniscaat.

Het management van SPOM, de teams van de scholen en allerlei werkgroepen, ook schooloverstijgend

werken al vaak op deze wijze. Er wordt een plan gemaakt en men gaat ermee aan de slag. Vervolgens

worden de uitkomsten gecheckt en wordt bekeken welke acties nodig zijn om nog betere resultaten te

realiseren. Zo wordt doelgericht gewerkt aan verbeteringen.

Iedereen is erbij betrokkenDe voorzitter van het college van bestuur speelt een grote rol bij de implementatie van het strategisch

beleid. Hij leidt het managementoverleg met de directeuren, de zogenaamde Directeurenraad en stuurt

de stafmedewerkers van het bestuurskantoor aan. Hij inspireert, geeft ruimte, stimuleert eigen inbreng

en maakt optimaal gebruik van de talenten van directeuren en stafmedewerkers. Binnen het manage-

ment worden periodiek werkgroepen samengesteld die in nauwe samenwerking met de bestuurder en/

of de stafleden onderdelen van het vastgestelde beleid uitwerken.

De meeste SPOMscholen werken intensief samen met de peuterspeelzalen en Tussenschoolse Opvang

(TSO) en op sommige plaatsen met kinderdagverblijven en Buitenschoolse Opvang (BSO). Een aantal

SPOMscholen werkt steeds intensiever met elkaar samen. Een prachtige ontwikkeling die heel veel

kansen biedt. Hoe directies en teams de realisatie van het koersplan aanpakken, is voor een groot deel

de autonomie van de individuele school. De piketpaaltjes bepalen bij ieder thema de ruimte. Met jaar-

verslagen en managementrapportages over opbrengsten en voortgang bij innovatietrajecten worden de

resultaten aan de bestuurder verantwoord.

5. MISSIE – HET FUNDAMENT

Missie verwoordt wat onze medewerkers voor elkaar en voor de omgeving willen betekenen. Het zorgt

voor samenhang in onze wijze van handelen. Het is de basis voor onze identiteit, het fundament waarop

we verder bouwen, waarin kinderen hun talenten leren ontdekken en ten volle ontplooien, met als resultaat

verantwoordelijke, goed toegeruste medemensen. Het maakt duidelijk waar we voor staan.

SPOM staat voor en wil onderwijs aanbieden dat:

• recht doet aan de levensbeschouwelijke achtergrond van de leerlingen en hun ouders/verzorgers;

• past in de huidige pluriforme samenleving;

• gericht is op de optimale ontwikkeling van ieder kind;

• thuisnabij wordt aangeboden in alle dorpen zolang het onderwijs voldoet aan de kwaliteitseisen

die aan goed onderwijs gesteld mogen worden.

Ieder zijn talent, samen het resultaat

Page 12: SPOM Koersplan 2013 - 2017

10 Koersplan 2013 - 2017 SPOM

6. DE VISIE – CONSISTENTE BLIK OP DE TOEKOMST, DE GEWENSTE SITUATIE

SPOM werkt aan een doorgaande leer- en ontwikkelingslijn, waarin hoofd, hart en handen de leidraad

vormen van samen leven en leren.

SPOM biedt hoogwaardig onderwijs en opvang voor kinderen van 0 tot 12 jaar in een uitdagende, inspi-

rerende omgeving.

SPOM is een transparante organisatie die op basis van professionele standaarden en indicatoren verant-

woording aflegt aan de omgeving.

SPOM gaat bij het ontwerpen van haar strategische beleid uit van de volgende 5 centrale thema’s.

Daarop is de koers gebaseerd:

1. Hoogwaardig kindgericht onderwijs bieden.

2. Binden en boeien van personeel.

3. Thuisnabij onderwijs verzorgen met een adequate zorgstructuur.

4. Maatschappelijke partner zijn.

5. Samenwerken binnen een professionele lerende organisatie.

SPOM ziet het als haar belangrijkste opdracht om hoogwaardig kindgericht onderwijs te realiseren voor

alle kinderen: onderwijs dat gericht is op de optimale ontwikkeling van de individuele mogelijkheden

van ieder kind. Autonomie, relatie en competentie staan hierbij al jaren centraal. De scholen zorgen voor

kennisoverdracht, maar zijn ook gericht op de persoonlijke ontwikkeling van het kind. Wij verwachten

van onze scholen steeds meer dat ze kinderen een rijke leeromgeving bieden, waarbinnen ieder kind

naar vermogen zelf sturing kan geven aan zijn eigen ontwikkeling en waarin de leerkracht in toene-

mende mate als coach optreedt. SPOM vindt het welbevinden van kinderen voorwaardelijk en neemt op

uitnodiging van de inspectie deel aan de klankbordgroep “Sociale Kwaliteit Onderwijs”.

SPOM vindt het een kerntaak om fors te investeren in professionalisering en welbevinden van leer-

krachten. Dit is onder andere zichtbaar in het Integraal Personeelsbeleid (IPB); de gesprekkencyclus,

verzuimbeleid, coaching en begeleiding van leerkrachten. Voor de leraren zijn de SBL-competenties

(opgesteld door de Stichting Beroepsgroep Leraren) het uitgangspunt, voor de directeuren en het

managementteam de NSA-competenties (opgesteld door de Nederlandse Schoolleiders Academie).

De scholen van SPOM hebben allemaal een eigen zorgstructuur waarbinnen kinderen met een bepaalde

zorgvraag begeleid kunnen worden. Een groot aantal leerkrachten wil zich verder ontwikkelen om

kinderen met speciale zorg op een adequate wijze te kunnen begeleiden. Ze lopen door het toenemend

aantal zorgleerlingen tegen de grenzen van de eigen mogelijkheden aan. Het wetgevingstraject ‘Passend

onderwijs’ dat vanaf 2014 geïmplementeerd wordt en dat de verplichting aan schoolbesturen geeft om

ieder kind een passend leerarrangement aan te bieden, moet leiden tot meer expertise bij leerkrachten,

tot snellere advisering en tot meer en specifieke begeleidingsmogelijkheden.

SPOM heeft één speciale school voor basisonderwijs, sbo De Dijk, waar kinderen met specifieke zorg-

behoeften begeleid worden. De bekostiging is een gezamenlijke verantwoording van het samenwer-

kingsverband. SPOM kiest er voor om een sterke sbo-school in stand te houden en ziet het als haar taak

Page 13: SPOM Koersplan 2013 - 2017

SPOM Koersplan 2013 - 2017 11

om deze school alle mogelijkheden te bieden om zich te ontwikkelen tot een speciale school van hoge

kwaliteit en expertise.

De maatschappij verandert in hoog tempo, waardoor kennis snel veroudert en veel nieuwe kennis wordt

aangeboden. Kennis is overal en kinderen leren binnen, maar vooral ook buiten de school. Ze leren

anytime, anywhere en anyhow. De school is dan ook niet langer een geïsoleerde plaats waar kennis

wordt overgedragen, maar zij moet zich richten op alle elementen van persoonlijke ontwikkeling en

dient in open verbinding te staan tot de omgeving waarin ze functioneert. De school is niet langer een

plek waar alleen maar geleerd wordt. Scholen worden in toenemende mate partner in een breed netwerk

dat van wijk tot wijk en van dorp tot dorp verschilt. Heroriënteren op de plaats van de school in de

gemeenschap is dan ook noodzakelijk.

Thema’s als duurzaamheid en zingeving bepalen in toenemende mate de maakbaarheid van onze

samenleving. Dat betekent dat de school niet om deze thema’s heen kan en dat in haar beleid concreet

moet maken, maar ook voor moet leven, rolmodel zijn.

SPOM vindt dat goede communicatie tussen alle betrokkenen voorwaarde is voor het leveren van kwali-

teit. In een lerende organisatie worden in toenemende mate de voorwaarden gecreëerd voor het delen

van werkervaringen, het professionaliseren, het spiegelen aan elkaar, elkaar met respect bejegenen.

Hierdoor ontstaat een veilig werkklimaat. Het voortdurend stimuleren van het groeien naar betrokken,

deskundige en gemotiveerde medewerkers is daarbij cruciaal. In de professionele ontwikkeling van de

leden van het management en de medewerkers investeert SPOM maar ook elke school actief in allerlei

vormen van leren. Denk aan intervisie, leergroepen, coaching en reflectie. SPOM stimuleert de mede-

werkers om elkaar professioneel aan te spreken en op deze wijze het leren van en met elkaar concreet

te maken. Elk radertje in de organisatie heeft invloed op het geheel. Van onder naar boven en van boven

naar beneden.

De kern van de visie van SPOM:

‘EEN KRACHTIGE ORGANISATIE VOOR PRIMAIR ONDERWIJS MET STERKE SCHOLEN EN ONDERWIJS VAN HOGE KWALITEIT’.

Ieder zijn talent, samen het resultaat

Page 14: SPOM Koersplan 2013 - 2017

12 Koersplan 2013 - 2017 SPOM

7. DE (KERN)WAARDEN – STUREND VOOR ONS DENKEN EN DOEN

SPOM is een waardengestuurde organisatie waarbij normen en waarden leidend zijn.

De medewerkers zijn op ontwikkeling gericht, voelen zich gezamenlijk verantwoordelijk, zijn warm,

open, respectvol en solidair.

Belangrijk voor ons zijn de basale waarden; rechtvaardigheid, respect, eerlijkheid, integriteit, tolerantie

en gelijkwaardigheid. Dat verwachten we van iedereen; medewerkers, ouders en kinderen.

In de dialoog die wij met elkaar voerden, kwamen we regelmatig weer terug bij enkele kernwaarden,

waaraan wij gezamenlijk veel belang hechten en die ook leidend zijn en blijven voor ons handelen.

Het gaat om de volgende kernwaarden:

1. Solidariteit

2. Transparantie

3. Ontwikkelingsgerichtheid

4. Eigenaarschap

5. Resultaatgerichtheid

De kernwaarden zijn de beginletters van het woord STOER.

We kiezen er voor om deze kernwaarden ook de komende jaren als een moreel kompas te gebruiken bij

het vormgeven van beleid.

8. STR ATEGISCHE VERKENNING

Trends en uitdagingenDe wereld om ons heen verandert in een hoog tempo. En die veranderingen hebben invloed op het

primaire proces, op de medewerkers, het management, het College van Bestuur en de Raad van

Toezicht.

Om een verantwoorde koers voor de organisatie uit te kunnen zetten, is het belangrijk om zicht te

hebben op relevante trends.

Trends die uitdagingen zijn voor alle medewerkers van SPOM.

Om die reden is het plan in een aantal stappen tot stand gekomen.

Op basis van de input van de Directeurenraad, de werkgroep management, de GMR en een resonans-

groep, is gewerkt aan een eerste ruwe schets van het voorliggende plan. Het verslag van de discussie-

avond met een groep medewerkers van SPOM over kansen en bedreigingen heeft veel opgeleverd.

Page 15: SPOM Koersplan 2013 - 2017

SPOM Koersplan 2013 - 2017 13

Welke maatschappelijke trends zien we?a. Het belang van innovatie wordt steeds duidelijker onderkend.

b. Belang, opkomst en gebruik van ICT, zelfs door hele jonge kinderen, heeft consequenties voor ons

onderwijs.

c. De maatschappij vraagt steeds vaker om opvang van 0 tot 12 jaar waarbij onderwijs, opvang en

opvoeding gecombineerd worden.

d. Onderwijs wordt steeds meer gezien als een product, dienend als motor van de kenniseconomie.

e. Scholen moeten vraaggericht werken, hun aanbod afstemmen op de behoefte van bedrijven of

vervolgstudies. Een goede balans vinden tussen pedagogische doelen en opbrengsten is hierbij de

uitdaging.

f. De kennismaatschappij noodzaakt tot blijvend leren en aanpassen. Kunnen omgaan met informa-

tiestromen en met digitale media is een noodzaak.

g. Gebrek aan normen en waarden, moeilijke thuissituaties en sociaal-emotionele problemen vragen

veel van onze medewerkers. Nauwe samenwerking met andere onderwijs-en zorginstellingen is

daarom geboden.

h. Individualisering, materialisme, afname van sociaal gedrag en maatschappelijke betrokkenheid

vragen om onze aandacht.

i. Relaties verzakelijken en worden steeds vaker en sneller vertaald in juridische verhoudingen, ook

met ouders.

j. Waarden gestuurd onderwijs gebaseerd op onze missie, lessen in sociale competenties en burger-

schap zijn van groot belang. De invloed van het instituut kerk en van de ‘zuilen’ neemt voortdu-

rend af. Anderzijds zijn er meer ontmoetingen met andere godsdiensten en meer belangstelling

voor religie en levensbeschouwelijke zaken.

k. Ouders vragen meer en meer opvang, en dus opvoeding, voor hun kinderen. De tijd dat kinderen

buiten lestijd op “school” zijn neemt voortdurend toe.

l. De overheid treedt steeds meer terug, waardoor de instellingen autonomer worden. Dit vraagt van

SPOM meer verantwoording afleggen, integriteit, goed intern toezicht en transparant leiderschap.

Ieder zijn talent, samen het resultaat

Page 16: SPOM Koersplan 2013 - 2017

14 Koersplan 2013 - 2017 SPOM

9. DE 5 CENTR ALE THEMA’S.

Aan de hand van 5 thema’s is het SPOM-beleid voor de komende 4 jaren beschreven.

1. Hoogwaardig kindgericht onderwijs bieden;

2. Binden en boeien van personeel;

3. (Thuisnabij) onderwijs verzorgen met een adequate zorgstructuur;

4. Maatschappelijke partner zijn;

5. Samenwerken binnen een professionele lerende organisatie;

De thema’s zijn uitgewerkt in concrete beelden die duidelijk maken hoe het onderwijs aan onze

kinderen er in 2017 uit ziet. Duidelijk wordt gemaakt wat onze gezamenlijke ambities zijn, op welke

manier wij eigentijds onderwijs willen realiseren.

9.1. HOOGWA ARDIG KINDGERICHT ONDERWIJS

Strategie en beleidSPOM wil ondernemend zijn in opvang en onderwijs. Dat betekent vooruit denken en op tijd de goede

keuzes maken. Anticiperen op trends, op vragen uit de omgeving, de samenleving, kansen zien en

benutten.

SPOM wil actief werken aan een sterk imago dat duidelijk maakt waar we voor staan.

Binnen de verschillende scholen werken de teams op allerlei terreinen aan verbetering, aan vernieu-

wing; aan verbreding van de zorg, aan vormen van onderzoekend en kennisconstructief leren, aan het

integraal toepassen van ICT mogelijkheden en aan optimalisering van de resultaten. Naast kennis wordt

ook aandacht besteed aan vaardigheden en competenties zoals het probleemoplossend vermogen, crea-

tief denken, zelfsturing en samenwerken. Met behulp van kwaliteitsinstrumenten vindt een systemati-

sche, cyclische aanpak van evaluatie- en verbeteractiviteiten plaats.

Het aantal locaties voor integrale kindcentra zal, als de economie tenminste weer aan gaat trekken, door

de groeiende vraag toenemen. Het beleid met betrekking tot de instandhouding van de verschillende

scholen is voornamelijk gebaseerd op kwalitatieve en niet op kwantitatieve gegevens.

Wat zien we in 2017We zien dat kinderen fundamenteel anders leren. Kinderen zijn in hoge mate betrokken;ze nemen initi-

atieven, zijn zichtbaar mede verantwoordelijk voor hun eigen leerproces en ze zijn gewend om hierop

te reflecteren. We zien een diversiteit aan activiteiten met veel verschillende werkvormen en eigen-

tijdse materialen met een belangrijk accent op het gebruiken en toepassen van digitale mogelijkheden.

Er wordt gebruik gemaakt van social media en kinderen zijn mediawijs. De kinderen zijn in staat om

keuzes te maken, om hun eigen ontwikkeling te verwoorden en hier concrete voorbeelden van aan te

dragen. In toenemende mate leggen kinderen en leerkrachten deze ontwikkeling vast in een eigen (digi-

taal) portfolio of in een persoonlijke leeromgeving.

Leerkrachten zijn in staat om kinderen actief uit te nodigen, ze te prikkelen, uit te dagen en stimuleren

voortdurend de onderzoekende houding van kinderen. De leerkracht van SPOM kenmerkt zich door

een op ontwikkeling gerichte houding. Hij sluit aan op het ontwikkelingsniveau van het kind en heeft

Page 17: SPOM Koersplan 2013 - 2017

SPOM Koersplan 2013 - 2017 15

continu aandacht voor zijn ontwikkeling. Hij onderzoekt welke manier van lesgeven het beste aansluit

bij het kind en stemt zijn onderwijs hierop af. Hij houdt rekening met leerstijlen van kinderen.

Daarnaast blijven kwalitatieve instructie en momenten waarop kennis geautomatiseerd wordt uiter-

mate belangrijk. Denk daarbij o. a. aan effectieve instructie (IGDI model), modellen als didactische werk-

vorm en coöperatieve werkvormen.

Dit leidt tot een klimaat waarin kinderen zich gewaardeerd en gestimuleerd voelen en waarin alle

betrokkenen een wezenlijke bijdrage leveren aan een veilig schoolklimaat.

Leerkrachten van SPOM zijn zich bewust van hun belangrijke rol in de ontwikkeling van kinderen en

laten in hun professioneel handelen zien dat zij de kernwaarden van SPOM in hun werk realiseren. Zij

vinden het vanzelfsprekend om daarover in gesprek te gaan en daar op bevraagd te worden.

We zijn succesvol in 2017 als:a. we scholen hebben die ‘groot in diversiteit’ zijn, met ‘een eigen gezicht’, die sterk zijn in inno-

vatie en zorg en waarvan de teams laten zien waar hun expertise ligt. Kortom, scholen met een

sterk imago. Dat stellen we vierjaarlijks vast middels een Medewerkers Tevredenheids Onderzoek

(MTO). De komende keer in 2014;

b. de corporate identity, het eigen gezicht naar buiten, wordt bevorderd met het consequent

toepassen van de eigen huisstijl bij presentaties, bij websites, bij mail adressen en SPOM

festiviteiten;

c. de organisatorische en inhoudelijke aanpassingen zorgen dat de (hoog)begaafde leerlingen leren

leren, het verhoogt hun welbevinden en het vergroot de motivatie. Beschreven is hoe die aanpas-

sing, die andere organisatievorm, bijv. kansrijke combinatieklassen of plusklassen er uit ziet;

d. een heldere relatie zichtbaar is tussen jaarplannen en meerjarenplannen van de scholen met het

strategisch beleidsplan/koersplan van de stichting;

e. de gemiddelde opbrengsten van alle SPOM scholen tezamen bij de Cito eindtoets minimaal op het

landelijk gemiddelde liggen. Maximaal drie scholen mogen daarbij op de ondergrens scoren. Dit

wordt verantwoord in het sociaal jaarverslag en in de onderwijskundige rapportages voor de Raad

van Toezicht;

f. SPOM in haar sociaal jaarverslag en de scholen in het schooleigen jaarverslag en/of de schoolgids

concreet verantwoording afleggen over de plannen en de daarbij horende opbrengsten. Een mooie

manier om de kwaliteit van het gegeven onderwijs zichtbaar te maken (governance);

g. de betrokkenheid van de kinderen op alle SPOM-scholen, met name in de bovenbouw, aantoonbaar

is toegenomen. Dit wordt vastgesteld met behulp van een uniform en vierjaarlijks af te nemen

leerling tevredenheidsonderzoek;

h. het betekenisvol en authentiek leren op de scholen zichtbaar is. O. a. bij het onderzoekend en

kennisconstructief leren. Het zelf verwerven van kennis zorgt er voor dat kinderen enthousiaster

zijn, met meer motivatie werken en dat de verworven kennis beter en langer beklijft;

i. de kinderen in staat zijn via een eigen digitaal portfolio of een eigen persoonlijke leeromgeving op

hun ontwikkeling te reflecteren en daarvan verslag te doen;

j. op elke school zichtbaar is op welke wijze de kinderen een, bij hun ontwikkelingsniveau passende,

verantwoordelijkheid hebben voor de organisatie van hun eigen leerproces;

Ieder zijn talent, samen het resultaat

Page 18: SPOM Koersplan 2013 - 2017

16 Koersplan 2013 - 2017 SPOM

k. de leraren in staat zijn het onderwijs aantoonbaar af te stemmen op de onderwijsbehoefte van de

kinderen waardoor prima leerresultaten behaald worden. De leraren zijn vaardig in het ontwerpen

van groepsplannen en gebruiken daarvoor als hulpmiddel ParnasSys. Zij kunnen opbrengsten

analyseren en vertalen in een passend aanbod;

l. kinderen beter kunnen samenwerken en communiceren, creatiever zijn, kritischer denken, het

probleemoplossend vermogen groter is geworden en ze beschikken over meer ICT-vaardigheden

(de zgn. 21 Century Skills). De leerlijnen die voor deze onderdelen ontwikkeld zijn maken dat

duidelijk. Het blijkt ook uit gesprekken met leerlingen en leerkrachten;

m. de tevredenheid van ouders over de kwaliteit van de ontwikkeling van het kind en de informatie

daarover aantoonbaar verbeterd is. Dat stellen we vierjaarlijks vast middels een Ouder Tevreden-

heids Onderzoek (OTO);

n. de samenwerking met en de overdracht aan het Voortgezet Onderwijs een vaste structuur

gekregen heeft o. a. via OSO;

o. SPOM participeert in allerlei landelijke netwerken; IKC, resonansgroepen vanuit inspectie, PABO

en universiteit, PO raad, besturenraad en VosAbb, ParnasSys, BIC netwerk.

9.2. BINDEN EN BOEIEN VAN PERSONEEL

Strategie en beleidSPOM investeert voortdurend in goed personeelsbeleid. Prettige secundaire arbeidsvoorwaarden zijn

daarbij mooi meegenomen, maar de kern ligt bij competentiegericht integraal personeelsbeleid.

Anders gezegd: medewerkers worden op grond van de doelen van de organisatie gestimuleerd om zich

voortdurend te ontwikkelen, individueel en als team. Meer kennis en sterke competenties geven meer

plezier in het werk, meer zelfvertrouwen en inspiratie. Haal het beste uit jezelf en straal dat uit, is het

devies. Op deze wijze krijgen we steeds meer medewerkers van hoge kwaliteit. Goed personeelsbeleid

leidt tot gemotiveerde medewerkers die zich verbonden voelen met de organisatie en zich daarvoor

willen inspannen. Op termijn heeft SPOM weer behoefte aan instroom van goed gekwalificeerde mede-

werkers. Nu lijkt dat nog ondenkbaar maar over ca. vier jaar is het zover. Het is belangrijk om daar nu al

op te sturen.

Wat zien we in 2017Alle scholen hebben een kwaliteitsprofiel waarin ze laten zien hoe ze hoogwaardig kindgericht onder-

wijs willen realiseren. Daardoor is er zicht op de kwaliteiten van de medewerkers die scholen nodig

hebben om hun doelen te bereiken. SPOM is een organisatie waarin medewerkers in ontwikkeling zijn

en in ontwikkeling blijven. Medewerkers hebben een passie voor onderwijs en kwaliteit. Zij hebben

zichtbaar plezier in hun werk en voelen zich competent om dat onderwijs te geven waar kinderen en

ouders op rekenen.

Zowel SPOM als de medewerker zoeken nadrukkelijk en actief naar een goede match, maar ook naar

evenwicht tussen organisatiebelang en persoonlijk belang. Naast de verantwoordelijkheid die de werk-

gever heeft, is de medewerker primair zelf verantwoordelijk voor de vormgeving van zijn loopbaan. De

medewerker regisseert zijn ontwikkeling, waardoor hij zijn werkzame leven inzetbaar blijft.

Page 19: SPOM Koersplan 2013 - 2017

SPOM Koersplan 2013 - 2017 17

We zien dat de medewerker structureel in gesprek is over zijn ontwikkeling en vervolgens gebruik

maakt van de mogelijkheden die SPOM biedt.

We zien dat het tot de routine van iedere medewerker behoort om te reflecteren op en kritisch te kijken

naar de eigen ontwikkeling. Dit inzicht leidt tot betere afstemming tussen het organisatie- c. q. school-

belang en het persoonlijke ambitieniveau van de medewerker. We zien dat dit resulteert in passende

mobiliteit, maar ook mobiliteit die hogere kwaliteit genereert voor zowel de organisatie als voor de

medewerker.

Binden en boeien is zichtbaar in het organisatie-brede-levensfase bewust personeelsbeleid. Door een

gericht aanbod van activiteiten slaagt SPOM erin de vitaliteit van de medewerkers op een hoog niveau te

houden.

Het management is in staat om onderwijsinnovaties te begeleiden, te implementeren en te borgen.

We zijn succesvol in 2017 als:a. de vitaliteit van de medewerkers groot is en zij in hoge mate betrokken zijn bij de eigen school en

bij SPOM;

b. het verzuimcijfer ondanks de toenemende vergrijzing en de bezuinigingen op onderwijs laag blijft

door een goed werkend systeem van preventief en curatief gezondheidsbeleid. In het sociaal jaar-

verslag wordt dit verantwoord en via de tussentijdse rapportages gemonitord;

c. we optimaal zicht hebben op de kwaliteiten van de medewerker en de benodigde kwaliteiten voor

de uitvoering van het onderwijs. Voor de leraren zijn de SBL-competenties het uitgangspunt, voor

de directeuren de NSA-competenties;

d. iedere medewerker een eigen bekwaamheidsdossier / persoonlijk ontwikkelingsplan heeft volgens

de gesprekkencyclus van SPOM en iedere medewerker zijn eigen digitale portfolio bijhoudt;

e. SPOM in toenemende mate zelf opleidt, het zgn. leren van en met elkaar, peer review, mogelijk in

een ‘virtuele’ SPOM-academie, en bevordert cont(r)acten daartoe met opleidingsinstituten. Het

staflid P&O is verantwoordelijk voor het ontwerpen, coördineren en organiseren van ‘Opleiding en

Scholing’;

f. we meer hebben ingezet op talenten om de innovatiekracht te vergroten. Als de betrokkenheid

en passie bij medewerkers vergroot is en als gevolg daarvan de kwaliteit van het onderwijs is

toegenomen. We hebben of zien de volgende mogelijkheden; het SPOM innovatiefonds, het project

‘Spommers met lef’, begeleiding en ondersteuning vanuit het stafbureau, het creëren van draad-

loze netwerken op al onze scholen en het participeren in landelijke klankbordgroepen (inspectie,

SLO, Cito);

g. alle medewerkers ingeschreven zijn in het landelijke leraren- of directeurenregister waarvoor

momenteel de criteria ontwikkeld worden;

h. alle medewerkers na een nader vast te stellen periode mobiel zijn. We denken aan een periode van

5 tot 7 jaar. Dit is essentieel voor de ontwikkeling van de medewerker maar ook voor de professio-

nele cultuur van de school;

i. SPOM de hoge mate van flexibiliteit in haar werkgelegenheidsbeleid kan blijven realiseren, waar-

door plaatsing in het zgn. risico dragende deel van de formatie (RDDF) wordt vermeden;

Ieder zijn talent, samen het resultaat

Page 20: SPOM Koersplan 2013 - 2017

18 Koersplan 2013 - 2017 SPOM

j. de medewerkers van SPOM meer een afspiegeling gaan vormen van de maatschappij, we zien

allochtone en autochtone medewerkers, minder valide en valide medewerkers. Hier wordt actief

naar gestreefd bij werving en selectie. De kwaliteit blijft leidend;

k. de gewenste kwaliteit van onderwijskundig leiderschap gerealiseerd is. De directeur is geschoold

in het vergroten van de volgende vaardigheden en competenties:

• heeft zicht op de kwaliteiten en talenten van de leerkrachten o. a. door de gesprekkencyclus

en ontwikkelgesprekken;

• voert een professionele dialoog over de aanpak in de klas;

• is op de hoogte van didactische ontwikkelingen, groepsplannen, innovaties in het onderwijs

enz;

• kan visie vertalen in een passende aanpak in de groep;

• organiseert continue ontwikkeling van leerkrachten door praktijkleren;

• weet hoe kinderen en volwassenen leren en kan dit toepassen;

• heeft kennis van de onderwijsbehoefte en leerstijlen van kinderen en kan dit vertalen in

visie en vervolgens in beleid;

• is in staat de talenten van de leraren optimaal in te zetten;

• maakt op schoolniveau de verbinding met het koersplan, vertaalt dit naar het schooleigen

jaarplan en zorgt voor draagvlak binnen het team.

9.3. THUISNABIJ ONDERWIJS EN ADEQUATE ZORG

Wat zien we in 2017?In elke wijk en in elk dorp is een onderwijsvoorziening die kwaliteit biedt. De scholen bieden bovenge-

middelde zorg waardoor nagenoeg elk kind thuisnabij onderwijs krijgt. Het onderwijs en de zorg zijn

gebaseerd op pedagogisch optimisme.

De scholen hebben een duidelijke visie op zorg en een daarbij passende zorgstructuur gebaseerd op

de kaders, die binnen SPOM zijn vastgesteld. Iedere school heeft een eigen zorgprofiel. Hiermee heeft

de school zicht op de kwaliteiten die de voorwaarde zijn voor goede zorg. Scholen zijn in staat om een

passend arrangement te ontwerpen en aan te bieden. Mocht het niet mogelijk zijn om de gevraagde

zorg in het eigen dorp of de eigen wijk te bieden dan wordt in overleg een zo nabij mogelijke oplossing

gekozen. De leraren zijn competent om leerlingen die extra zorg nodig hebben vanuit pedagogisch opti-

misme te begeleiden.

We zien dat er om de leraren een netwerk bestaat van SPOM experts die de leraar adviseren, assisteren

en coachen bij het werken met zorgleerlingen.

Er is een doelmatige infrastructuur in het samenwerkingsverband Stromenland waardoor begeleiding

snel, adequaat, oplossingsgericht en laagdrempelig wordt geboden.

De samenwerking met peuterspeelzalen, het voortgezet onderwijs en allerlei vormen van speciaal

onderwijs is geïntensiveerd, waardoor in onze regio passend onderwijs voor alle kinderen van 2 tot 20

jaar gerealiseerd kan worden.

Page 21: SPOM Koersplan 2013 - 2017

SPOM Koersplan 2013 - 2017 19

We zijn succesvol in 2017 als:a. alle IB’ers binnen SPOM opgeleid zijn en de aantoonbare kwaliteit hebben volgens de standaard

die SPOM daarvoor heeft vastgesteld. Denk bijv. aan onderzoek en analyse, begeleiden / coachen /

ondersteunen van leerkrachten;

b. alle kinderen passende zorg krijgen op de school die bij ze past. Het zorgtraject krijgt vorm in

dialoog met ouders, school en deskundigen;

c. de SBO-school naast haar lesgevende taak doorontwikkeld is tot een regionaal expertisecentrum

van waaruit alle extra ondersteuning aan zorgkinderen binnen de scholen van SPOM en het SWV

wordt aangestuurd;

d. er gewerkt wordt vanuit pedagogisch optimisme volgens handelingsgerichte procesdiagnostiek

(HGPD);

e. de op schoolniveau ontwikkelde basiszorgprofielen en ontwikkelplannen voor de zorg geïmple-

menteerd zijn;

f. er een goed functionerend netwerk, overlegplatform, van SPOM-experts; van IB’ers is;

g. basisschool-basisschool verwijzingen vanzelfsprekend zijn geworden voor scholen en ouders;

h. de samenwerking met het voortgezet onderwijs, Pax Christi, en de cluster 3 school in onze regio,

De Kom, op allerlei plaatsen zichtbaar is door het gebruik maken van elkaars expertise en door

concrete samenwerking;

i. het nieuwe samenwerkingsverband Stromenland een stevige impuls heeft gegeven aan de invoe-

ring van passend onderwijs. O. a. doordat de contacten met andere organisaties zijn geïnten-

siveerd, door professionalisering van de leerkrachten en het management, door het succesvol

inrichten van leernetwerken en door het uitwisselen van expertise;

9.4 . MA ATSCHAPPELIJK PARTNER

Wat zien we in 2017?De positie van de school in de maatschappelijke context van de wijk of het dorp is de laatste jaren

ingrijpend veranderd. Waar scholen tot nu toe vaak naar binnen gericht waren en mondjesmaat samen-

werkten met partners in hun directe omgeving, zien we dat in snel tempo veranderen. Ook bij de

scholen van SPOM.

Om hoogwaardig kindgericht onderwijs mogelijk te maken is samenwerking met andere partners een

voorwaarde. Authentiek en betekenisvol leren binnen en buiten de school wordt gerealiseerd in samen-

werking met andere instellingen, bedrijven, verenigingen, etc.

De scholen van SPOM werken en zoeken actief, samen met partners, naar de mogelijkheden om de

ontwikkeling van kinderen te versterken. Op allerlei terreinen zien we samenwerking met andere part-

ners: techniek, sport, cultuur, milieueducatie, etc.

We zien op verschillende plaatsen integrale kindcentra ontstaan met een breed spectrum aan maat-

schappelijke partners en verenigingen waarmee intensief wordt samengewerkt. Er wordt actief gezocht

naar mogelijkheden om gebruik te maken van elkaars kwaliteiten. Professionalisering vindt, waar

mogelijk, gezamenlijk plaats.

Ieder zijn talent, samen het resultaat

Page 22: SPOM Koersplan 2013 - 2017

20 Koersplan 2013 - 2017 SPOM

We zien dat onze scholen samenwerken met organisaties van voor- en naschoolse opvang. Op een

aantal scholen wordt de voor- en naschoolse opvang niet meer uitbesteed maar is onderdeel van de

opvang van 0 tot 12 jaar geworden. De tussenschoolse opvang is sterk geprofessionaliseerd.

De samenwerking met peuterspeelzalen is geïntensiveerd, waardoor een doorgaande lijn wordt gereali-

seerd. In company scholingstrajecten zorgen voor gezamenlijke ontwikkeling en afstemming.

Door de open houding van de school naar de samenleving is de school een verbindende factor in de

wijk/dorp geworden. De sociale cohesie in de (multiculturele)gemeenschap wordt er door versterkt.

Mede op deze wijze wordt invulling gegeven aan actief burgerschap.

Op iedere school is de vraag aan de orde geweest of de huidige identiteit van de school nog vitaal genoeg

is en toekomst heeft. De huidige identiteit van ons onderwijs maakt deel uit van een oude traditie.

Verdient deze traditie het om overgedragen te worden aan nieuwe generaties?

We zijn succesvol in 2017 als:a. in Druten-Zuid een tweede integraal kindcentrum gerealiseerd is;

b. we de kansen voor meer IKC’s benut hebben;

c. de leegstand in onze scholen herbezet is door partners die het schoolconcept verbreden en

verstevigen;

d. sport en bewegen, techniek en wetenschap, samenwerking met culturele instellingen en het

bedrijfsleven zichtbaar zijn in een concreet aanbod, dat gebaseerd is op win-win voor alle

betrokken partners. Combinatiefunctionarissen zorgen voor duurzame samenwerking tussen

de scholen en verenigingen. De bestaande organisaties participeren actief in deze ontwikkeling;

Actief Maas en Waal, regionale stuurgroep wetenschap en techniek, Stichting Meerwaarde;

e. scholen in gesprek zijn met de maatschappelijke schil rondom de school over de positie, de

toekomst en de wederzijdse betekenis van de school voor het dorp. Leidend in deze is het beleids-

plan “Vanuit krimp naar kracht”;

f. de scholen jaarlijks verantwoording afleggen aan de ouders, de wijk, het dorp; horizontale verant-

woording in het kader van meervoudige publieke verantwoording (MPV);

g. leren binnen en buiten de school plaatsvindt en betekenisvol en authentiek is;

h. inhoudelijk wordt samengewerkt en geschoold met PSZ en BSO, maar ook samen met andere orga-

nisaties die een bijdrage kunnen leveren, zoals de muziekschool;

i. buitenschoolse opvang voor alle kinderen van SPOM en voor haar personeel bereikbaar is; de door-

gaande lijn is daarvoor het vertrekpunt;

j. alle scholen van SPOM in gesprek zijn geweest over hun huidige identiteit en dat concreet zicht-

baar te maken in een passend aanbod voor de eigen school;

Page 23: SPOM Koersplan 2013 - 2017

SPOM Koersplan 2013 - 2017 21

9.5. EEN PROFESSIONELE(LERENDE) ORGANISATIE

Strategie en beleidKinderen, maar ook de medewerkers verdienen eersteklas materialen, leermiddelen, methodes, content

en infrastructuur. Dat is belangrijk voor de motivatie en ontwikkeling van de kinderen maar het inspi-

reert tevens de SPOMmers die met hen werken. Ook uitstekende huisvesting, passend bij de wijze

waarop het onderwijs wordt vormgegeven, een aangename uitstraling van het gebouw en van de inrich-

ting zijn belangrijk voor de kwaliteit van zorg en onderwijs.

Bij goed ondernemerschap hoort een gezonde financiële positie. Om de financiën ook op lange termijn

op orde te houden, is een adequaat planning & control systeem onontbeerlijk.

Wat zien we in 2017?SPOM is een financieel gezonde organisatie, die zich kenmerkt door ontwikkeling en innovatie. Ontwik-

keling en innovatie van de organisatie en van de mensen die er werken.

We zien leraren fundamenteel anders leren. Leraren zijn in hoge mate betrokken: nemen initiatieven,

hebben een onderzoekende houding, zijn zichtbaar verantwoordelijk voor hun eigen leerproces en

dat van anderen en zijn gewend om hierop te reflecteren. We zien een diversiteit aan activiteiten met

veel verschillende werkvormen en eigentijdse materialen met een belangrijk accent op het gebruiken

en toepassen van digitale mogelijkheden. De leraren zijn in staat om keuzes te maken, om hun eigen

ontwikkeling te verwoorden en hier concrete voorbeelden van aan te dragen. In toenemende mate

leggen leraren deze ontwikkeling vast in een eigen (digitaal) portfolio.

In onze ontwikkeling zijn we in veel gevallen succesvol en dat wordt gevierd; de samenwerking tussen

bs. De Laak en SO de Kom, ‘Singapore Next’, Spommers met Lef, samenwerking tussen scholen bij

kennisconstructief / onderzoekend leren en andere leernetwerken tussen scholen. Maar uiteraard

maken we ook fouten. Dat lef hebben we. Door het maken van fouten ontdekken we hoe het ook anders

kan, waardoor we tot ontwikkeling komen en kunnen innoveren.

Samenwerking, uitwisseling en leren van en met elkaar behoren tot de cultuur van SPOM. De scholen

vinden het gewoon om bij elkaar in de keuken te kijken. Dat is een voorwaarde voor een professionele

lerende organisatie.

Binnen SPOM is iedereen verantwoordelijk voor de kwaliteit van de totale organisatie/school. Vanuit

deze medeverantwoordelijkheid is het vanzelfsprekend dat we elkaar aanspreken op professioneel

handelen. Professioneel handelen is STOER: solidair, transparant, ontwikkelingsgericht, eigenaarschap

en resultaatgericht.

We zien dat medewerkers in staat zijn om professioneel samen te werken; met collega’s, met ouders en

andere betrokkenen. Op deze wijze draagt ieder bij aan een goed pedagogisch en didactisch klimaat, aan

goede onderlinge samenwerking en een goede schoolorganisatie.

We zetten onze medewerkers in toenemende mate in op hun talenten waarmee we de kwaliteit van de

organisatie, de betrokkenheid van leraren en hun motivatie, drive, vergroten.

Ieder zijn talent, samen het resultaat

Page 24: SPOM Koersplan 2013 - 2017

22 Koersplan 2013 - 2017 SPOM

Vanuit het perspectief van een lerende organisatie worden de mogelijkheden voor het optimaliseren van

het onderwijs en het professionaliseren van de medewerkers steeds beter benut.

We zijn succesvol in 2017 als:a. medewerkers van SPOM elkaar steeds professioneler aanspreken, feedback geven en vragen;

b. scholen en medewerkers leren in professionele netwerken, middels intervisie, coöperatief verga-

deren en samen ontwerpen;

c. collegiale visitatie of peer review ingezet wordt voor deskundigheidsbevordering en

kwaliteitsverbetering;

d. visitatie van scholen door daarvoor opgeleide directeuren is gerealiseerd en een kwaliteitsimpuls

is voor directeuren en voor de scholen;

e. elke medewerker een bekwaamheidsdossier en portfolio heeft op de manier waarop SPOM dit

gedefinieerd heeft;

f. het werk van het management in hoofdzaak gericht is op onderwijskundig leiderschap.

Beheersmatige activiteiten zullen zoveel mogelijk geoutsourced worden door het verder professio-

naliseren van de bedrijfsvoering, bijvoorbeeld door het implementeren van nieuwe software;

g. het functiegebouw van SPOM, dat volledig geïmplementeerd is, leidt tot verhoging van de kwali-

teit, tot meer ambitie. Medewerkers zijn op de hoogte van de mogelijkheden binnen de organisatie,

weten wat het perspectief is en worden geïnformeerd over de daarmee samenhangende mogelijk-

heden voor scholing en ontwikkeling;

h. alle SPOM scholen beschikken over adequate huisvesting met aandacht voor veiligheid, duurzaam-

heid en hygiëne;

i. ICT het leidend middel in structuren en processen is geworden, zowel onderwijskundig, organisa-

torisch als financieel-economisch;

j. SPOM een financieelgezonde organisatie is, die boven de ondergrenzen blijft van de landelijke

kengetallen voor het primair onderwijs; solvabiliteit, liquiditeit, kapitalisatie enz;

k. de planning & control cyclus realtime en anytime is;

l. de uitgangspunten uit de notitie “Vanuit krimp naar kracht” zijn vastgesteld en op draagvlak

kunnen rekenen bij alle betrokken partijen in het SPOM werkgebied maar met name ook bij de

ouders;

m. alle scholen zijn aangesloten op glasvezel, beschikken over een snel draadloos netwerk, de infra-

structuur zodanig is opgezet dat mutiple devices gebruikt worden in en buiten het groepslokaal;

n. leerkrachten een meer onderzoekende houding hebben en dit ook zichtbaar in praktijk brengen;

o. SPOM in beeld heeft wat de talenten van leerkrachten zijn en we hier in de praktijk meer gebruik

van maken;

Page 25: SPOM Koersplan 2013 - 2017

SPOM Koersplan 2013 - 2017 23

10. FINANCIËLE PAR AGR AAF

SPOM is financieel gezond.

Wel heeft de stichting de afgelopen jaren als gevolg van de krimp en de bezuinigingsmaatregelen van

OCW ca. 1 miljoen euro ingeteerd op het eigen vermogen. Door scherp begroten, door een integrale

meerjarenbegroting en door begrotingsdiscipline gaat SPOM het negatieve exploitatieresultaat van de

afgelopen jaren ombuigen.

Het doel van het financieel beleid van SPOM is een gezonde financiële positie op basis van een structu-

reel sluitende begroting en goed risicomanagement.

Risico’s op alle beleidsterreinen kwantificeren we, de beheersplannen zoals formatieplan, (meerjaren)

onderhoudsplan en investeringsplan worden jaarlijks geactualiseerd.

Verplichtingen worden niet aangegaan of nieuwe beleidsplannen worden niet uitgevoerd wanneer niet

duidelijk is hoe de financiering geregeld kan worden. Van belang hierbij is onderscheid te maken tussen

structurele en incidentele middelen, waarbij de besteding gekoppeld wordt aan het daartoe bestemde

budget (doelsubsidies). Denk aan de middelen uit de prestatiebox, voor de functiemix enz.

Bij vervangingsinvesteringen en nieuwe investeringen worden telkens afwegingen gemaakt tussen nut

en noodzaak en zal kritisch worden gekeken naar de liquiditeitspositie.

Iedere directeur is budgetverantwoordelijk voor de exploitatie van zijn school.

Voorwaardelijk voor de budgetverantwoordelijkheid van de directeur is de correcte aanlevering van

cijfers, gegevens en inzichten. De directeur baseert zich op de hem/haar aangeleverde gegevens vanuit

het administratiekantoor en vanuit de SPOM-organisatie.

Dit betekent dat de SPOM-organisatie verantwoordelijkheid draagt en neemt om te zorgen dat de infor-

matie zodanig beschikbaar is dat adequate sturing optimaal mogelijk gemaakt wordt. Dit geldt, conform

het werken in een professionele cultuur, ook andersom; directeuren leveren conform afspraak tijdig de

benodigde informatie aan.

Vanaf 2012 worden bij SPOM de budgetten aan de scholen toegekend op basis van het werkelijk aantal

leerlingen (t=0). Een extra centraal budget is beschikbaar voor maatwerk of om acute knelpunten op te

lossen. Na een inventarisatie van te verwachten knelpunten middels te houden begrotings- en forma-

tiegesprekken, vindt toewijzing van extra middelen plaats, rekening houdend met de liquiditeitspositie

van SPOM.

Iedere schooldirecteur stelt een eigen schoolbegroting op met daarin de personele en materiële exploi-

tatie, binnen de financiële kaders van de totale begroting van de Stichting. Dit gebeurt met ondersteu-

ning van en in samenwerking met het stafbureau. De lumpsumbekostiging en het formatieplan op basis

van t=0 zijn daarbij kaderstellend. Elke budgethouder legt verantwoording af aan de desbetreffende

stakeholders; het CvB aan de RvT en de GMR, de schooldirecteuren aan het CvB en de MR.

Ieder zijn talent, samen het resultaat

Page 26: SPOM Koersplan 2013 - 2017

COLOFON

Dit document is een interne uitgave van Stichting SPOM.

Teksten: Marius Peters

Foto’s: Tine Bernts

Grafische verzorging: Wimzelf

Page 27: SPOM Koersplan 2013 - 2017

‘EEN KRACHTIGE ORGANISATIE VOOR PRIMAIR ONDERWIJS MET STERKE SCHOLEN EN ONDERWIJS VAN HOGE KWALITEIT’.

Page 28: SPOM Koersplan 2013 - 2017

Rijdt 62

6631 AT Horssen

telefoon 0487 - 541022

[email protected]

www.spommaasenwaal.nl