SENSUS INFOTAINMENT...In een artikel navigeren Home - naar de startpagina van de...
Transcript of SENSUS INFOTAINMENT...In een artikel navigeren Home - naar de startpagina van de...
SENSUS INFOTA INMENT
VÄLKOMMEN!
Wij hopen dat u jarenlang rijplezier van uw Volvo zult hebben. Bij het ont-werp hebben veiligheid en comfort van u en uw passagiers vooropge-staan. Een Volvo is een van de veiligste auto's ter wereld. Uw Volvo isook ontworpen om aan alle geldende veiligheidsvoorschriften en milieu-eisen te voldoen.
Om nog meer plezier van uw Volvo te hebben, adviseren we u om ditsupplement en de instructies en de onderhoudsinformatie in de gebrui-kershandleiding door te nemen. De gebruikershandleiding is tevensbeschikbaar als mobiele app (Volvo Manual) en op de supportsite vanVolvo Cars (support.volvocars.com).
2
INLEIDINGInleiding 6
Volvo Sensus 6
Digitale gebruikershandleiding in auto 8
Verkoop van auto 11
Supportsite van Volvo Cars 11
Volvo ID 12
MY CARMY CAR 14
MY CAR - paden 15
MY CAR - menu-opties 15
MY CAR - voertuiginstellingen 17
MY CAR - rij-assistentiesystemen 19
MY CAR- systeeminstellingen 21
MY CAR - steminstellingen 22
MY CAR - klimaatinstellingen 22
MY CAR - internetinstellingen 23
MY CAR - informatie 24
AUDIO EN MEDIAAudio en media 26
Audio en media - overzicht 27
Audiosysteem en media - Systeem-bediening
28
Symbolen op het beeldscherm 32
Favorieten 33
Audio en media - audio-instellingen 33
Audio en media - algemene audio-instellingen
34
Audio en media - geavanceerdeaudio-instellingen*
35
Equalizer instellen 36
Geluidssterkte instellen en automati-sche volumeregeling
36
Radio 36
Radiozenders zoeken 37
Automatisch radiozenders zoeken 37
Radiozenderlijst 38
Handmatig radiozenders zoeken 38
Radiozenders als voorkeurzendersopslaan
39
Functies Radio Data System (RDS) 40
Alarm bij ernstige ongelukken encalamiteiten
41
Verkeersinformatie (TP) 41
Radioprogrammatypes (PTY) 41
INHOUD
3
Volumeregeling voor onderbrekendeRDS-functies
42
Radiotekst 42
Automatisch radiofrequenties upda-ten (AF)
42
Digitale radio (DAB)* 43
Digitale radio (DAB)* - subkanaal 43
DAB naar DAB* link 43
Mediaspeler 44
Cd/Dvd 44
Vooruit-/achteruitspoelen 46
Willekeurige afspeelvolgorde tracksof audiobestanden
46
Media zoeken 46
Afspelen en navigeren bij DVD Video 48
Camerahoek bij het afspelen vanDVD Video
49
Beeldinstellingen 49
Harde schijf (HDD) 49
Mediaspeler - compatibele bestands-formaten
50
Externe audiobron via AUX/USB-ingang 52
Externe audiobron via AUX/USB -ingang aansluiten
53
Geluidssterkte instellen voor externeaudiobron
54
Media Bluetooth® 54
Bluetooth®-eenheid aansluiten enloskoppelen
55
Bluetooth®-eenheid registreren 56
Automatische verbindingBluetooth®-eenheid
57
Andere Bluetooth®-eenheid kiezen 58
Bluetooth®-eenheid loskoppelen 58
Bluetooth®-eenheid verwijderen 59
Bluetooth®-handsfreesysteem 59
Bluetooth®-handsfreesysteem - overzicht 60
Gespreksfuncties 61
Bluetooth®-handsfreesysteem -audio-instellingen
62
Telefoonboek 63
Telefoonboek - contactpersonensnel zoeken
63
Telefoonboek - contactpersonen zoeken 64
Stembediening 65
Taalkeuze voor stembediening 66
Hulpfuncties voor stembediening 67
Stembediening - instellingen 67
Stembediening - stemcommando’s 68
Stembediening - snelcommando's 68
Stembediening - mobiele telefoon 69
Stembediening - radio 70
Stembediening - multimedia 70
Connected Car 71
Automodem* 75
Apps 77
Webbrowser 78
TV* 82
Tv*-kanalen/voorkeurslijst 83
Tv* - weergaveopties 84
Informatie over actueel tv*-programma 84
Teletekst* 84
Ontvangst van tv* - kanaalwegval 85
Afstandsbediening* 85
Afstandsbediening* - functies 86
Afstandsbediening* - batterij vervangen 87
Audio en media - menu-overzicht 88
Menu-overzicht - AM 88
Menu-overzicht - FM 89
Menu-overzicht - Digitale radio (DAB)* 89
Menu-overzicht - CD/DVD Audio 90
Menu-overzicht - DVD Video 91
Menu-overzicht - harde schijf (HDD) 91
Menu-overzicht - iPod® 92
Menu-overzicht - USB 92
Menu-overzicht - Media Bluetooth® 93
4
Menu-overzicht - AUX 93
Menu-overzicht - Bluetooth®-hand-sfreesysteem
94
Menu-overzicht - webbrowser 94
Menu-overzicht - TV* 96
Licenties - audio en media 96
Typegoedkeuring - audio en media 100
INTERNETKAARTInternetkaart 102
Internetkaart - gebruik 102
Internetkaart - schrijfwiel en toetsenbord 103
Internetkaart - tekst en symbolen opbeeldscherm
104
Internetkaart - scrolmenu 105
Internetkaart - bestemming opgeven 106
Internetkaart - symbolen voor nuttigeplaatsen (POI)
108
Internetkaart - gedetailleerde route-informatie
109
Internetkaart - route-overzicht 110
Internetkaart - route-opties 110
Internetkaart - kaart-opties 111
ALFABETISCH REGISTERAlfabetisch register 113
INLEIDING
INLEIDING
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.6
InleidingDit supplement vormt een aanvulling op de regu-liere gebruikershandleiding.
Raadpleeg bij twijfel over een van de autofunc-ties eerst de gebruikershandleiding. Voor ant-woord op verdere vragen wordt geadviseerd con-tact op te nemen met een dealer of vertegen-woordiger van Volvo Car Corporation.
De specificaties, constructiegegevens en afbeel-dingen in dit supplement zijn niet bindend. Webehouden ons het recht voor om zonder vooraf-gaande mededeling wijzigingen aan te brengen.
© Volvo Car Corporation
Opties/accessoiresAlle soorten opties staan aangegeven met eensterretje * in de gebruikershandleiding.
In het supplement staan behalve de standaarduit-rusting ook de opties (van fabriekswege gemon-teerde uitrusting) en bepaalde accessoires (inge-bouwde extra uitrusting) beschreven.
De uitrusting die in het supplement beschrevenstaat is niet op alle auto’s aanwezig – welke uit-rusting aanwezig is hangt af van de verschillendebehoeften op de diverse markten en de landelijkeen/of regionale wet- en regelgeving.
Neem bij twijfel over de standaarduitrusting ofopties/accessoires contact op met een Volvo-dealer.
Gebruikershandleiding op mobieleapparaten
N.B.
De gebruikershandleiding is te downloadenals app (geldt voor bepaalde modellen enmobiele telefoons), zie www.volvocars.com.
De app biedt tevens video’s en doorzoekbareinformatie en eenvoudige navigatie tussen deverschillende hoofdstukken.
Volvo SensusVolvo Sensus vormt het hart van uw persoonlijkeVolvo-beleving en maakt communicatie mogelijktussen u, uw auto en de wereld eromheen. Sen-sus biedt informatie, entertainment en zo nodigondersteuning. Sensus omvat intuïtieve functiesvoor meer rijplezier en een probleemloos auto-bezit.
Dankzij de intuïtieve navigatiestructuur kunt ualtijd toegang krijgen tot hulp, informatie enentertainment, zonder te worden afgeleid.
Sensus biedt u diverse oplossingen voor aanslui-ting* op de rest van de wereld en de mogelijkheidtot intuïtieve bediening van de verschillende auto-functies.
Volvo Sensus presenteert tal van functies van uit-eenlopende autosystemen op overzichtelijkewijze op het display van de middenconsole. VolvoSensus biedt de mogelijkheid tot personaliseringvan de auto met een eenvoudig te hanterenbedieningsinterface. Er zijn instellingen te verrich-
INLEIDING
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie. 7
ten onder Instellingen van de auto, Audio enmedia, Klimaat enzovoort
Met de knoppen en bedieningselementen op demiddenconsole en de rechter stuurknoppenset*kunt u functies activeren en deactiveren en talvan instellingen verrichten.
Bij het bedienen van MY CAR worden alle instel-lingen getoond die verband houden met hetbesturen en bedienen van de auto, zoals CitySafety, sloten en alarm, automatische ventilator-snelheid, klokinstelling enzovoort.
Bij het indrukken van RADIO, MEDIA, TEL*, *,NAV* en CAM1 kunt u andere bronnen, syste-men en functies activeren, zoals AM, FM, CD,
DVD*, TV*, Bluetooth®*, navigatie* en parkeer-hulpcamera*.
Voor meer informatie over alle functies/syste-men, zie de desbetreffende paragrafen in degebruikershandleiding of het bijbehorende sup-plement.
Overzicht
Bedieningspaneel op middenconsole. De afbeelding isschematisch – het aantal functies en de locatie van deknoppen is afhankelijk van de gekozen uitrusting en dedesbetreffende markt.
Navigatie* - NAV, zie apart supplement (Sen-sus Navigation).
Audio en media - RADIO, MEDIA, TEL*, ziede desbetreffende paragrafen in dit supple-ment.
Fabrieksinstellingen - MY CAR, zie MY CAR(p. 14).
Connected Car - *, zie de desbetreffendeparagrafen in dit supplement2.
Klimaatregeling, zie Gebruikershandleiding.
Parkeerhulpcamera - CAM1, zie Gebruikers-handleiding.
1 Geldt voor bepaalde automodellen.2 De informatie is alleen beschikbaar, als de auto uitgerust is met iets dergelijks.
INLEIDING
8
Digitale gebruikershandleiding inautoDe gebruikershandleiding is weer te geven op
het beeldscherm in de auto3. De informatie isdoorzoekbaar en de navigatie tussen de verschil-lende paragrafen verloopt eenvoudig.
Digitale gebruikershandleiding openen - druk opde MY CAR-knop op de middenconsole, druk opOK/MENU en kies Gebruikershandleiding.
Voor elementaire navigatiefuncties, zie Systeem-bediening. Hier volgt een gedetailleerde beschrij-ving.
Startpagina van de gebruikershandleiding.
U kunt op vier verschillende manieren informatievinden in de digitale gebruikershandleiding:
• Zoeken - Zoekfunctie om een artikel te vin-den.
• Categorieën - Alle artikelen geordend naarcategorieën.
• Favorieten - Snelkoppeling naar favorieteartikelen.
• Quick Guide - Een selectie van artikelenvoor veelgebruikte functies.
Kies het informatiesymbool in de rechter onder-hoek voor informatie over de digitale gebruikers-handleiding.
N.B.
De digitale gebruikershandleiding is tijdenshet rijden niet beschikbaar.
Zoeken
Zoeken met behulp van het schrijfwiel.
Tekenlijst.
Invoerstand wijzigen (zie de volgende tabel).
Gebruik het schrijfwiel om een zoekterm in tevoeren, bijvoorbeeld "veiligheidsgordel".
1. Draai aan TUNE tot de gewenste letter ver-schijnt en druk ter bevestiging op OK/MENU. Ook de cijfer- en lettertoetsen vanhet bedieningspaneel op de middenconsolezijn te gebruiken.
2. Ga verder met de volgende letter enzovoort.
3 Geldt voor bepaalde automodellen.
INLEIDING
}}
9
3. Om over te schakelen op de invoer van cij-fers of speciale tekens of om te zoeken,draait u aan TUNE, totdat een van de opties(zie verklaring in volgende tabel) in de lijstvoor het wisselen van invoerstand (2) ver-schijnt en druk vervolgens op OK/MENU.
123/ABC
Met OK/MENU kunt u wisselentussen cijfers en letters.
MEER Met OK/MENU kunt u overschake-len op de invoer van specialetekens.
OK Voer de zoekopdracht uit. Draai aanTUNE om een treffer te kiezen endruk vervolgens op om OK/MENUhet bijbehorende artikel te openen.
a|A Tussen kleine en hoofdletters wis-selen met OK/MENU.
| | } Van het tekstwiel naar het zoekveldwisselen. De cursor verplaatsen metTUNE. Eventuele verkeerde spellingwissen met EXIT. Om terug te gaannaar het tekstwiel op OK/MENUdrukken.
Let erop dat de cijfer- en lettertoet-sen op het bedieningspaneel tegebruiken zijn bij bewerkingen inhet zoekveld.
Tekst invoeren met numeriek toetsenbord
Numeriek toetsenbord.
Een andere manier om tekens in te toetsen/voeren is met behulp van de knoppen op de mid-denconsole: 0–9, * en #.
Zo wordt bij een druk op 9 een kolom weergege-ven met alle tekens4 onder deze toets, zoals w, x,y, z en 9. Bij snel indrukken van de toets bladertu met de cursor door deze tekens.
• Blijf met de cursor op het te kiezen tekenstaan - het teken verschijnt op de schrijfre-gel.
• Wis/annuleer uw keuze met EXIT.
Houd om een cijfer in te voeren de toets met hetgewenste cijfer ingedrukt.
CategorieënDe artikelen van de gebruikershandleiding zijngeordend naar hoofdcategorieën en ondercate-gorieën. Hetzelfde artikel ligt mogelijk in meer-dere categorieën zodat het gemakkelijker te vin-den is.
Draai aan TUNE om door de categorieboom tenavigeren en druk op OK/MENU om een cate-
gorie (aangeduid met ) of artikel (aangeduid
met ) te openen. Druk op EXIT om terug tegaan naar de vorige weergave.
FavorietenHier vindt u de artikelen die als favorieten zijnopgeslagen. Om een artikel als favoriet te marke-
4 De schrijftekens voor de verschillende toetsen kunnen per markt/land/taal variëren.
||
INLEIDING
10
ren, zie de rubriek "In een artikel navigeren" hier-onder.
Draai aan TUNE om in de favorietenlijst te navi-geren en druk op OK/MENU om een artikel teopenen. Druk op EXIT om terug te gaan naar devorige weergave.
Quick GuideHier vindt u een aantal artikelen om de meestgebruikte functies van de auto te leren kennen.De artikelen zijn ook via categorieën bereikbaar,maar staan hier om er snel bij te kunnen.
Draai aan TUNE om in de Quick Guide te navige-ren en druk op OK/MENU om een artikel te ope-nen. Druk op EXIT om terug te gaan naar devorige weergave.
In een artikel navigeren
Home - naar de startpagina van de gebrui-kershandleiding gaan.
Favoriet - het artikel als favoriet toevoegen/verwijderen. U kunt ook op de FAV-knop opde middenconsole drukken om een artikelals favoriet toe te voegen/te verwijderen.
Gemarkeerde link - naar een gelinkt artikelgaan.
Speciale teksten - als het artikel waarschu-wings-, belangrijk- of NB-teksten bevat, wor-den het bijbehorende symbool en het aantalvan dergelijke teksten in het artikel getoond.
Draai aan TUNE om de links door te nemen ofeen artikel omhoog of omlaag te schuiven. Alshet beeldscherm naar het begin/eind van eenartikel is geschoven, zijn de opties Home enFavoriet bereikbaar door een stap omhoog/omlaag te gaan. Druk op OK/MENU om de
keuze/gemarkeerde link te activeren. Druk opEXIT om terug te gaan naar de vorige weergave.
Gerelateerde informatie• Supportsite van Volvo Cars (p. 11)
INLEIDING
}}
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie. 11
Verkoop van autoBij verkoop van de auto is het belangrijk om degebruikersgegevens en de systeeminstellingennaar de oorspronkelijke fabrieksinstelling teresetten.
Om de fabrieksinstellingen te resetten, drukt ueerst op MY CAR op de middenconsole, daarnaop OK/MENU en vervolgens kiest u Instellingen
Resetten naar fabrieksinstellingen.
De gebruikersgegevens worden gereset (bijvoor-beeld voor apps, webbrowser) en alle persoon-lijke instellingen in menu’s (bijvoorbeeld klimaat-instellingen, voertuiginstellingen) krijgen de oor-spronkelijke fabrieksinstelling.
Bij auto’s met Volvo On Call, VOC*worden de inde auto opgeslagen persoonlijke instellingengewist. Voor het beëindigen van het VOC-abon-nement, zie Verkoop van auto met Volvo On Call.
Gerelateerde informatie• MY CAR - menu-opties (p. 15)
• Volvo ID (p. 12)
Supportsite van Volvo CarsOp de homepage en supportsite van Volvo Carsvindt u meer informatie over uw auto. Vanaf dehomepage kunt u tevens doorlinken naar MyVolvo, een persoonlijke internetpagina voor u enuw auto.
Support op internet
Ga naar support.volvocars.com of gebruik de QR-code hieronder om de pagina te bezoeken. Desupportsite is voor de meeste markten beschik-baar.
QR-code naar de supportsite.
De informatie op de supportsite is zoekbaar enbovendien ingedeeld in verschillende catego-rieën. Hier vindt u support voor zaken zoals dien-sten en functies waarvoor internet vereist is,Volvo On Call (VOC)*, het navigatiesysteem* enapps. De verschillende procedures worden aande hand van video's en stapsgewijze instructiesuiteengezet, bijvoorbeeld hoe u de auto via eenmobiele telefoon met internet verbindt.
Downloadbare informatie van desupportsite
KaartenVoor auto's met Sensus Navigation* zijn via desupportsite kaarten te downloaden.
Mobiele appsVoor bepaalde Volvo-modellen van modeljaar2014 en 2015 is de gebruikershandleiding alsapp beschikbaar. Ook de VOC*-app kan hier wor-den gedownload.
Gebruikershandleidingen van eerderemodeljarenGebruikershandleidingen van eerdere modeljarenzijn hier beschikbaar in pdf. Ook de Quick Guideen supplementen zijn via de supportsite te down-loaden. Kies model en modeljaar om de gewen-ste publicatie te downloaden.
ContactOp de supportsite staan de contactgegevens vande klantenservice en de dichtstbijzijnde Volvo-dealer.
My Volvo op internet5
Via www.volvocars.com kunt u doorlinken naar MyVolvo web, een persoonlijke website voor u en uwVolvo.
Maak een persoonlijke Volvo ID aan en log in opMy Volvo web voor een overzicht van zaken zoalsonderhoud, contracten en garanties. Op My Volvo
5 Geldt voor bepaalde markten.
INLEIDING
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.12
web vindt u ook informatie over modelspecifiekeaccessoires en softwareproducten voor uw Volvo.
Volvo IDVolvo ID is uw persoonlijke ID die u toegang
biedt tot diverse diensten6.
Voorbeeld van diensten:
• My Volvo - Uw persoonlijke website voor u enuw auto.
• Connected Car* - bepaalde functies en dien-sten vereisen dat u uw auto hebt geregis-treerd op een persoonlijke Volvo ID, bijvoor-beeld om een adres van een kaartdienst opinternet rechtstreeks naar uw auto te kunnensturen.
• Volvo On Call, VOC* - Volvo ID wordtgebruikt bij het inloggen op de mobiele appVolvo On Call.
Voordelen van Volvo ID• Een gebruikersnaam en een wachtwoord
voor online diensten, dat wil zeggen u hoeftslechts één gebruikersnaam en één wacht-woord te onthouden.
• Bij het wijzigen van een gebruikersnaam/wachtwoord voor een dienst (bijvoorbeeldVOC) worden deze ook automatisch voorandere diensten gewijzigd (bijvoorbeeld MyVolvo)
Volvo ID aanmakenOm een Volvo ID aan te maken moet u een per-soonlijk e-mailadres opgeven. Om de registratiete voltooien moet u de instructies opvolgen in hete-mailbericht dat automatisch wordt verstuurdnaar het opgegeven e-mailadres. Een Volvo IDkan via de volgende diensten worden aange-maakt:
• My Volvo - Geef het e-mailadres aan en volgde instructies.
• Bij een Connected Car* - Geef het e-maila-dres aan in de app die Volvo ID vereist envolg de instructies. Of druk twee keer op de
verbindingsknop op de middenconsole en
kies Apps Instellingen en volg deinstructies.
• Volvo On Call, VOC* - Laad de nieuwste ver-sie van de VOC-app. Kies op de startpaginavoor het aanmaken van een Volvo ID, geeneen e-mailadres aan en volg de instructies.
Gerelateerde informatie• Supportsite van Volvo Cars (p. 11)
• Apps (p. 77)
• Connected Car (p. 71)
• Verkoop van auto (p. 11)
6 Het aanbod aan diensten kan veranderen en hangt af van het uitrustingsniveau en de markt.
MY CAR
MY CAR
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.14
MY CARMY CAR is een menugroep voor hantering vantal van autofuncties, zoals City Safety™, slotenen alarm, automatische ventilatorsnelheid, klokin-stelling e.d.
Sommige functies behoren tot de standaarduit-rusting, andere zijn zogeheten opties – het aan-bod verschilt per markt.
BedieningNavigatie in deze menu's vindt plaats met knop-pen op de middenconsole of met de knoppensetrechts op het stuurwiel*.
Bedieningspaneel op middenconsole en knoppenset opstuurwiel. De afbeelding is schematisch – het aantal
functies en de locatie van de knoppen is afhankelijk vande gekozen uitrusting en de desbetreffende markt.
MY CAR - opent het menusysteem MY CAR.
OK/MENU - knop op de middenconsoleindrukken of het duimwiel op het stuurwielom de gemarkeerde menu-optie tekiezen/aan te vinken of de gekozen functiein het geheugen op te slaan.
TUNE - aan de draaiknop op de middencon-sole of het duimwiel op het stuurwiel draaienom een stap omhoog/omlaag te gaan doorde menu-opties.
EXIT
EXIT-functiesAfhankelijk van de functie en van het menuniveauwaarop de aanwijzer staat op het moment dat uEXIT kort indrukt, kan het volgende gebeuren:
• telefoongesprekken worden geweigerd
• de actuele functie wordt beëindigd
• de ingevoerde tekens worden gewist
• de laatste gemaakte keuze wordt geannu-leerd
• u beweegt omhoog in het menusysteem.
Bij lang indrukken van EXIT springt u naar denormaalweergave voor MY CAR of naar hethoogste menuniveau (hoofdbronmenu) als u zichin de normaalweergave bevindt.
MY CAR
}}
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie. 15
MY CAR - padenMY CAR is een menugroep voor hantering vantal van autofuncties, zoals het instellen van deklok, de buitenspiegels en de vergrendelingen.
Het actuele menuniveau staat bovenaan op hetbeeldscherm van de middenconsole. De zoekpa-den naar de verschillende functies van het menu-systeem worden als volgt aangegeven:
Instellingen Auto-instellingen
Slotinstellingen Portieren openBestuurdersdeur:dan alle.
Hier volgt een voorbeeld van de wijze waarop ueen functie kunt opzoeken en aanpassen met hettoetsenblok op de middenconsole:
1. Druk op de MY CAR-knop op de middencon-sole.
2. Druk op het duimwiel.
3. Ga naar het gewenste menu, bijvoorbeeldInstellingen, met het duimwiel en druk ver-volgens op het duimwiel – er wordt een sub-menu geopend.
4. Ga naar het gewenste menu, bijvoorbeeldAuto-instellingen, en druk op het duimwiel– er wordt een submenu geopend.
5. Ga naar Slotinstellingen en druk op hetduimwiel – er wordt een nieuw submenugeopend.
6. Ga naar Portieren open en druk op hetduimwiel – er wordt een vervolgmenu metselecteerbare opties geopend.
7. Markeer een van de opties Alle portierenen Bestuurdersdeur:dan alle met hetduimwiel en druk op het duimwiel – degemarkeerde optie wordt gekozen.
8. Sluit de programmering af door de menu’séén voor één te verlaten door EXIT telkenskort in te drukken of deze eenmaal lang in tedrukken.
De procedure verloopt geheel identiek voor debedieningsknoppen op de middenconsole(p. 14): OK/MENU, EXIT en de TUNE-knop.
Gerelateerde informatie• MY CAR (p. 14)
• MY CAR - menu-opties (p. 15)
MY CAR - menu-optiesMY CAR is een menugroep waar veel functiesvan de auto kunnen worden bediend, bijvoor-beeld de tijd instellen, de buitenspiegels en desloten.
Voorbeeld van de normaalweergave voor MY CAR.
Druk op MY CAR op de middenconsole om denormaalweergave voor MY CAR te openen. In denormaalweergave wordt de status voor bepaalderijhulpsystemen in het bovenste deel van hetbeeldscherm weergegeven, samen met de statusvoor de functie Start/Stop* in het onderste deelvan het beeldscherm.
Met een druk op OK/MENU gaat u naar demenugroep My Car waar de volgende optiesstaan:
||
MY CAR
16
• My S601
• Verbruiksinfo
• Drive-E2/Hybride3
• Bandenspanning
• Instellingen
• Service & reparatie
• Gebruikershandleiding
My S601
My Car My S601
Op het beeldscherm staan alle rijhulpsystemenaangegeven - u kunt ze hiervandaan activeren ofdeactiveren.
VerbruiksinfoMy Car Verbruiksinfo
Op het display verschijnen historische gegevensover het gemiddelde stroom-3 en brandstofver-bruik in de vorm van staafdiagrammen.
Drive-E2
My Car Drive-E
Hier vindt u onder meer een beschrijving van deopzet van Volvo's Drive-E-concept. Kies uit devolgende rubrieken:
• Start/Stop
Hier vindt u informatie over het Start/Stop-systeem.
• Milieutips
Hier vindt u tips, adviezen en een beschrij-ving van wat zuinig rijden inhoudt.
Hybrid3
My Car Hybride
Hier vindt u informatie over de aandrijving van deauto. Kies uit de volgende rubrieken:
• Stroomtoevoer
Op het display verschijnt informatie over demotor die de auto aandrijft en de richting vande stroom.
• Rij-instellingen
Hier vindt u een toelichting bij de verschil-lende rijmodi van de auto.
• Milieutips
Hier vindt u tips, adviezen en een beschrij-ving van wat zuinig rijden inhoudt.
BandenspanningMy Car Bandenspanning
Op het beeldscherm staat informatie over debandenspanningscontrole van de auto – u kunt
het systeem hiervandaan activeren of deactive-ren.
InstellingenMy Car Instellingen
De opbouw van de menu's is als volgt:
Menuniveau 1
Menuniveau 2
Menuniveau 3
Menuniveau 4
Hier verschijnen de eerste 4 menuniveaus onderInstellingen. Sommige functies behoren tot destandaarduitrusting, andere zijn zogeheten opties– het aanbod verschilt per markt.
Wanneer u kunt kiezen uit activering/Aan ofdeactivering/Uit van een bepaalde functie, ver-schijnt er een vakje:
Aan: Aangevinkt vakje.
Uit: Leeg vakje.
• Kies Aan/Uit met OK en verlaat het menuvervolgens met EXIT.
1 Afhankelijk van het automodel.2 Geldt voor de V40, V40 Cross Country, S60, S60L, V60, V60 Cross Country, XC60.3 Geldt voor de V60 Twin Engine en S60L Twin Engine.
MY CAR
}}
17
Menu's onder instellingen• Auto-instellingen, zie MY CAR - voertuigin-
stellingen (p. 17)
• Rijondersteuning, zie MY CAR - rij-assis-tentiesystemen (p. 19)
• Systeemopties, zie MY CAR- systeemin-stellingen (p. 21)
• Instellingen stembediening, zie MY CAR -steminstellingen (p. 22)
• Klimaatinstellingen, zie MY CAR - klimaat-instellingen (p. 22)
• Internetinstellingen, zie MY CAR - inter-netinstellingen (p. 23)
• Volvo On Call, zie digitale gebruikershand-leiding.
• Opties FAV-toets - een veel gebruiktefunctie in MY CAR koppelen aan de FAV-knop, zie Favorieten (p. 33)
• Informatie, zie MY CAR - informatie(p. 24)
• Resetten naar fabrieksinstellingen - allegebruikersgegevens worden gereset en alleinstellingen in alle menu's krijgen de oor-spronkelijke fabrieksinstelling.
Service en reparatieMy Car Service & reparatie
Hier vindt u service- en reparatiegegevens voorde auto en informatie over ingeplande service-beurten.
GebruikershandleidingMy Car Gebruikershandleiding
Het beeldscherm toont de digitale gebruikers-handleiding (p. 8).
Gerelateerde informatie• MY CAR (p. 14)
• MY CAR - paden (p. 15)
MY CAR - voertuiginstellingenDe menu-optie voertuiginstellingen in de menu-groep MY CAR bedient veel functies van deauto, zoals autosleutelgeheugen en vergrende-lingsinstellingen voor portieren.
Auto-instellingen
Sleutelgeheugen
Aan
Uit
Slotinstellingen
Automatische portiervergrendeling
Aan
Uit
Portieren open
Alle portieren
Bestuurdersdeur:dan alle
||
MY CAR
18
keyless entry ontgrendel
Alle deuren open
Willekeurig portier
Portieren aan één zijde
Beide voorportieren
Akoestische bevestiging
Aan
Uit
Lichtbevestiging portiervergrend.
Aan
Uit
Lichtsignaal bij ontgrendeling
Aan
Uit
Minder bescherming
Minder bescherming activeren
Aan
Uit
Vragen bij uitstappen
Aan
Uit
Instellingen buitenspiegels
Spiegels inklappen bij vergrendel.
Aan
Uit
Spiegel links omlaag bij achteruit
Aan
Uit
Spiegel rechts omh. bij achteruit
Aan
Uit
Lichtinstellingen
Binnenverlichting
Vloerverlichting
Sfeerverlichting
Kleuren sfeerverlichting
Tijdsduur 'approach'-verl.
Uit
30 sec.
60 sec.
90 sec.
Duur 'follow me home'
Uit
30 sec.
60 sec.
90 sec.
Driemaal richtingaanwijzer
Aan
Uit
Verlichting overdag
Aan
Uit
MY CAR
}}
19
Tijdelijk linksrijdend verkeer
Aan
Uit
of
Tijdelijk rechtsrijdend verkeer
Aan
Uit
Actieve bochtverlichting
Aan
Uit
Extra verlichting
Aan
Uit
Actief grootlicht
Aan
Uit
Bochtverlichting
Aan
Uit
Bandenspanning
Bandencontrole
Stel bandenspan. af
Bandmonitoring
Aan
Uit
Niv. stuurbekrachtiging
Laag
Midden
Hoog
Snelheid op infotainmentscherm
Aan
Uit
Auto instellingen resetten
Van alle menu's onder Auto-instellingenworden de fabrieksinstellingen hervat.
Gerelateerde informatie• MY CAR (p. 14)
• MY CAR - menu-opties (p. 15)
MY CAR - rij-assistentiesystemenMet de menu-optie rijhulpsystemen in de menu-groep MY CAR bedient u de functies zoals Col-lision Warning en Rijbaanassistent.
Rijondersteuning
Botswaarschuwing
Botswaarschuwing
Aan
Uit
Waarschuwingsafstand
Kort
Normaal
Lang
Signaaltoon
Aan
Uit
Lane Departure Warning
||
MY CAR
20
Lane Departure Warning
Aan
Uit
Aan bij starten
Aan
Uit
Hogere gevoeligheid
Aan
Uit
Rijbaanassistentie
Rijbaanassistentie
Aan
Uit
Assistance instellingen
Volledige functie
Alleen stuurhulp
Alleen vibratie
Informatie verkeersborden
Informatie verkeersborden
Aan
Uit
Snelheidswaarschuwing
Aan
Uit
ESC OFF
Aan
Uit
City Safety
Aan
Uit
BLIS
Aan
Uit
Afstandswaarschuwing
Aan
Uit
Driver Alert
Aan
Uit
Gerelateerde informatie• MY CAR (p. 14)
• MY CAR - menu-opties (p. 15)
MY CAR
21
MY CAR- systeeminstellingenDe menu-optie systeeminstellingen in menu-groep MY CAR hanteert functies als tijd en taal.
Systeemopties
Tijdsinstellingen
Hier stelt u de klok in op het instrumenten-paneel.
24-uurs klok
Aan
Uit
Zomertijd
Auto
Aan
Uit
Tijd automatisch
Aan
Uit
Locatie
Taal
Geeft de taal aan voor teksten op het beeld-scherm en het instrumentenpaneel.
Taal: Bestuurdersscherm
Geeft de taal aan voor teksten op het instru-mentenpaneel.
Afst. en brandstofeenh.
MPG(US)
MPG(UK)
km/l
l/100km
Temperatuureenheid
Celsius
Fahrenheit
Geeft de eenheid aan voor weergave van debuitentemperatuur en instelling van de kli-maatregeling.
Screensaver
Aan
Uit
Bij selectie van deze optie wordt de scherm-weergave automatisch vervangen door eenleeg scherm, wanneer u enige tijd geenschermfunctie gebruikt.
De actuele schermweergave verschijnt ech-ter weer, wanneer u gebruik maakt van eenvan de knoppen of bedieningselementenvan het beeldscherm.
Hulptekst weergeven
Aan
Uit
Bij markering van deze optie verschijnt uit-leg bij de actuele schermweergave.
Systeemopties resetten
Van alle menu’s onder Systeemoptiesworden de fabrieksinstellingen hervat.
Gerelateerde informatie• MY CAR (p. 14)
• MY CAR - menu-opties (p. 15)
MY CAR
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.22
MY CAR - steminstellingenDe menu-optie steminstellingen in menugroepMY CAR hanteert functies als spraakinstructieen commandolijst voor stembediening.
Instellingen stembediening Zie
Spraakintroductie (p. 67)
Lijst van spraakcommando's
Globale commando's
Navigatiecommando's
Radiocommando's
Mediacommando's
Telefooncommando's
Navigatiecommando's geldtalleen als Volvo’s navigatiesysteem*gemonteerd is.
(p. 68)
Gebruikersinstelling
Standaard
Getrainde gebruiker
(p. 67)
Adaptatie spreker (p. 67)
Snelheid uitlezen
Snel
Midden
Langzaam
(p. 67)
Gerelateerde informatie• MY CAR (p. 14)
• MY CAR - menu-opties (p. 15)
MY CAR - klimaatinstellingenDe menu-optie klimaatinstellingen in menugroepMY CAR hanteert functies als de ventilatieaan-passing en de recirculatie.
Klimaatinstellingen
Autom. aanjager
Normaal
Hoog
Laag
Recirculatie timer instelling
Aan
Uit
Autom. ontdooien achter
Aan
Uit
Autom. verw. bestuurdersstoel
Aan
Uit
Autom. stuurwielverwarming
Aan
Uit
MY CAR
23
Luchtkwaliteitssysteem
Aan
Uit
Klimaatinstellingen resetten
Van alle menu’s onder Klimaatinstellingenworden de fabrieksinstellingen hervat.
Gerelateerde informatie• MY CAR (p. 14)
• MY CAR - menu-opties (p. 15)
MY CAR - internetinstellingenDe menu-optie internetinstellingen in menugroep
MY CAR hanteert functies als Bluetooth® en Wi-Fi.
Internetinstellingen Zie
Aansluiten via
Automodem
Bluetooth
Wi-Fi
Geen
(p. 71),(p. 75),(p. 56) en(p. 71)
Automodem
Datagebruik
Provider
Roaming
SIM-kaart blokkeren
Pincode van SIM wijzigen
Toegangspuntnaam
(p. 75)
Bluetooth (p. 56)
Wi-Fi (p. 71)
Wi-Fi hotspot auto (p. 75)
Wi-Fi hotspot auto
Aan
Uit
Naam
Wachtwoord
Gerelateerde informatie• MY CAR (p. 14)
• MY CAR - menu-opties (p. 15)
MY CAR
24
MY CAR - informatieDe menu-optie Informatie in menugroep MYCAR hanteert functies als Aantal sleutels enVIN-nummer.
Informatie
Aantal sleutels
VIN-nummer
Gerelateerde informatie• MY CAR (p. 14)
• MY CAR - menu-opties (p. 15)
AUDIO EN MEDIA
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.26
Audio en mediaHet audio- en mediasysteem omvat de functiesradio (p. 36), mediaspeler (p. 44), tv*(p. 82) en biedt u de mogelijkheid te commu-niceren met een mobiele telefoon (p. 59),waarvoor u in bepaalde gevallen de stembedie-ning (p. 65) kunt gebruiken. Het is mogelijk deauto aan te sluiten op internet (p. 71) om bij-voorbeeld muziek te "streamen" via apps(p. 77).
De informatie verschijnt op een beeldscherm van7 inch boven aan de middenconsole. De func-ties zijn te bedienen via knoppen op het stuur-wiel, op de middenconsole onder het beeld-scherm of via een afstandsbediening* (p. 85).Het hangt van het audiosysteem van de auto afhoeveel luidsprekers en versterkers er in de autozitten.
Als het audio- en mediasysteem actief is bij hetafzetten van de motor, wordt het de volgendekeer dat u de sleutel naar sleutelstand I of hogerdraait, automatisch ingeschakeld en geeft hetdezelfde audiobron (bijvoorbeeld radio) weer alsbij het afzetten van de motor (bij auto's met Key-less-systeem* moet het bestuurdersportier dicht-staan).
Wanneer de transpondersleutel niet in het con-tactslot steekt, is het audio- en mediasysteem 15minuten achtereen te gebruiken door op de knopAan/Uit te drukken.
Bij het starten van de auto wordt het audio- enmediasysteem tijdelijk uitgeschakeld en weeringeschakeld wanneer de motor is aangeslagen.
N.B.
Haal de transpondersleutel uit het contactslotals u het audio- en mediasysteem gebruiktterwijl de motor afgezet is. Dit om te voorko-men dat de accu onnodig ontladen raakt.
Gracenote®
Gracenote, Gracenote-logo en -logotype,"Powered by Gracenote" en Gracenote MusicIDzijn geregistreerde handelsmerken of handels-merken die eigendom zijn van Gracenote, Inc. inde VS en/of andere landen.
Dolby Digital, Dolby Pro Logic*
Vervaardigd onder licentie van DolbyLaboratories. Dolby, Pro Logic, MLP Lossless ende dubbele D zijn geregistreerde handelsmerkenvan Dolby Laboratories.
AUDIO EN MEDIA
27
Dirac Live
Bij de ontwikkeling en optimalisering van hetgeluid werd Dirac Live-technologie gebruikt omeersteklas geluidweergave te realiseren. DiracLive en het D-symbool zijn gedeponeerde han-delsmerken van Dirac Research AB.
Gerelateerde informatie• Audio en media - audio-instellingen (p. 33)
Audio en media - overzichtOverzicht van de verschillende onderdelen vanhet audio- en mediasystemen.
AUX- en USB-ingangen voor externegeluidsbronnen (p. 52) (bijvoorbeeld
iPod®).
Knoppenset op stuurwiel.
7 inch beeldscherm. De grafische opzet vanhet beeldscherm is variabel en hangt af vande instellingen van het instrumentenpaneel,zie gebruikershandleiding.
Bedieningspaneel op middenconsole.
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.28
Audiosysteem en media -SysteembedieningHet audio- en mediasysteem is te bedienenvanaf de middenconsole, met de stuurknoppen,met de stembediening (p. 65) of de afstands-bediening* (p. 85). De informatie wordt op hetbeeldscherm boven aan de middenconsolegepresenteerd.
Vooruit/achteruit/zoeken - Kort indruk-ken om naar de/het volgende/vorige track
op een disk, voorkeurzender van de radio1 ofhoofdstuk te gaan2. Lang indrukken om eentrack op een cd vooruit/achteruit te spoelenof de eerstvolgende goed doorkomende radi-ozender te zoeken.
SOUND - indrukken op de audio-instellingen(lage tonen, hoge tonen enzovoort) te ope-nen. Voor meer informatie, zie algemeneaudio-instellingen (p. 34).
VOL - het geluidsniveau verhogen of verla-gen.
- ON/OFF/MUTE - Bij kort indrukkenwordt de installatie ingeschakeld en bij langindrukken (totdat het scherm zwart wordt)vindt uitschakeling plaats. Let erop dat hetcomplete Sensus-systeem (incl. navigatie*-en telefoonfuncties) altijd gelijktijdig wordtin-/uitgeschakeld. Kort indrukken om hetgeluid uit te schakelen (MUTE-functie) ofopnieuw in te schakelen, als het geluid uit-stond.
Opening voor het plaatsen/uitwerpen vaneen disc.
Hoofdbronnen - indrukken om een hoofd-bron (bijvoorbeeld RADIO, MEDIA) te kiezen.De laatst geactiveerde bron (bijvoorbeeld FMvoor de radio) verschijnt. Als u zich in een
1 Geldt niet voor DAB.2 Geldt alleen voor dvd-discs.
AUDIO EN MEDIA
}}
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie. 29
bron bevindt en op de hoofdbronknop drukt,verschijnt er een snelkoppelingsmenu.
- Disc uitwerpen. Een disc blijft ca. 12seconden lang in de uitgeworpen standstaan. Om veiligheidsredenen wordt de discvervolgens automatisch weer naar binnengetrokken.
OK/MENU - druk op het duimwiel op hetstuurwiel of op de knop van de middencon-sole om een keuze in menu's te bevestigen.Als u zich in de normaalweergave bevindt enop OK/MENU drukt, verschijnt er een menuvoor de gekozen bron (bijvoorbeeld RADIOof MEDIA). Er verschijnt een pijl naar rechts
op het display, als er onderliggende menu'szijn.
TUNE - draai aan het duimwiel op het stuur-wiel of aan de draaiknop op de middencon-sole om door de tracks/mappen, radio- entv*-zenders of telefooncontacten te bladerenof door de keuzes op het beeldscherm tenavigeren.
EXIT - kort indrukken om omhoog te gaanin het menusysteem, een actieve functie teannuleren, telefoongesprekken te beëindi-gen/weigeren of ingevoerde tekens te wis-sen. Bij lang indrukken springt u naar denormaalweergave of naar het hoogste menu-niveau (hoofdbronmenu), overeenkomend
met de hoofdbronknoppen op de midden-console (6).
INFO - als er meer informatie beschikbaar isdan op het display kan worden weergegeven,druk dan op de INFO-knop om de reste-rende informatie te zien.
Sneltoetsen – Cijfers en letters invoeren.
FAV - in bepaalde bronnen is het mogelijkeen functie te koppelen aan de FAV-knop.De desbetreffende functie is vervolgens een-voudig te activeren met een druk op de FAV-knop, zie Favorieten (p. 33).
Stembediening - indrukken om de stembe-diening te activeren.
||
AUDIO EN MEDIA
30
Menufuncties
Het voorbeeld laat de navigatie naar verschillende functies zien als media vanaf de harde schijf van de auto worden afgespeeld.
AUDIO EN MEDIA
31
Hoofdbronknop - indrukken om van hoofd-bron te wisselen of het snelkoppelingsmenuvan de actieve bron weer te geven.
Normaalweergave - normale stand voor debron.
Snelkoppelingsmenu - geeft de meestgebruikelijke menu-opties weer.
Snelmenu - snelstand bij draaien aan TUNEom bijvoorbeeld van track, radiozender enzo-voort te veranderen.
Bronmenu - functies en instellingen in deactieve bron.
Bronkeuzemenu3 - toont de bronnen waar-uit te kiezen is.
Hoofdbronmenu - toont de hoofdbronnendie ook kunnen worden gekozen met dehoofdbronknoppen (1).
Het uiterlijk is afhankelijk van de bron, de uitrus-ting in de auto, instellingen en dergelijke.
Kies een hoofdbron door te drukken op eenhoofdbronknop (1) (bijvoorbeeld RADIO,MEDIA). Gebruik om door de menu's van de bronte navigeren de bedieningsknoppen TUNE, OK/MENU, EXIT of de hoofdbronknop (1).
Als de tekst op een menuregel lichtgrijs gekleurdis, kunt u de desbetreffende optie niet kiezen.Het is mogelijk dat de functie niet aanwezig is op
de auto, dat de bron niet actief of niet aangeslo-ten is of dat de bron leeg is.
Voor de beschikbare functies, zie Audio en media- menu-overzicht (p. 88).
3 Alleen beschikbaar in de hoofdbronnen die meerdere bronnen hebben.
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.32
Symbolen op het beeldschermOverzicht van de symbolen die mogelijk in hetactiviteits-/statusveld op het beeldscherm ver-schijnen.
Activiteits-/statusveld.
In het activiteits-/statusveld staan de lopendeactiviteiten en in bepaalde gevallen hun status.Omdat de ruimte in het veld beperkt is, wordenniet voortdurend alle activiteits-/statussymbolenweergegeven.
Symbool Betekenis
Maak een verbinding met internet
via Bluetooth®.
Internetverbinding via Bluetooth®.
Symbool Betekenis
Geen internetverbinding via
Bluetooth®.
Maak een verbinding met internetvia Wi-Fi.
Internetverbinding via Wi-Fi.
Geen internetverbinding via Wi-Fi.
Maak een verbinding met internetvia de automodem*A.
De staven tonen de signaalsterktevan het mobiele telefoonnet enonder de staven staat hetgebruikte type aansluiting.
Internetverbinding via de automo-dem*A.
Geen internetverbinding via deautomodem*A.
De automodem*A heeft internetver-binding via roaming (bij verblijf opeen netwerk in het buitenland).
Het symbool verschijnt als de posi-tie van de auto wordt verstuurd.
Symbool Betekenis
Telefoon aangesloten op de auto.
Oproep gemist.
Lopend gesprek.
Ongelezen sms-bericht.
Microfoon uitgeschakeld.
Geluid uitgeschakeld (MUTE).
SOS-dienst*A actief.
ON CALL-dienst*A actief.
A Alleen auto’s met Volvo On Call.
Gerelateerde informatie• Connected Car (p. 71)
• Bluetooth®-handsfreesysteem (p. 59)
AUDIO EN MEDIA
}}
33
FavorietenKoppel een veelgebruikte functie aan de knopFAV. U kunt één functie per bron in de hoofd-bronnen radio, media en MY CAR koppelen enbij een auto met internetverbinding ook voor dewebbrowser. De gekoppelde functie kunt u ver-volgens eenvoudig activeren met een druk opFAV.
Favoriet koppelen
1. Kies een hoofdbron (bijvoorbeeld RADIO,MEDIA).
2. Kies een bron (bijvoorbeeld AM ofBluetooth).
3. Druk in de normaalweergave van de bron opOK/MENU en open het menu FAV.
Of druk lang op de knop FAV, totdat hetmenu verschijnt.
4. Kies in het menu de functie die u aan FAVwilt koppelen.
> Wanneer de bron (bijvoorbeeld AM, Blue-
tooth®) actief is, is de opgeslagen functiemet een korte druk op FAV te activeren.
Gerelateerde informatie• Audio en media (p. 26)
• MY CAR (p. 14)
• Radio (p. 36)
• Mediaspeler (p. 44)
• Connected Car (p. 71)
Audio en media - audio-instellingenHet audiosysteem is voorgekalibreerd voor opti-male geluidsweergave, maar is naar wens aan tepassen.
Instelling voor optimalegeluidsweergaveHet audiosysteem is voorgekalibreerd voor opti-male geluidsweergave met behulp van digitalesignaalverwerking.
Voor ieder automodel wordt het audiosysteem tij-dens de kalibratie perfect afgestemd op de luid-sprekers, de versterker, de akoestiek in de auto,de positie van de luisteraar en dergelijke.
Er is tevens een dynamische kalibratie waarbijrekening wordt gehouden met de stand van devolumeknop, de radio-ontvangst en de rijsnelheid.
De regelfuncties die in deze gebruikershandlei-ding nader verklaard worden (zoals Bass, Trebleen Equalizer) zijn uitsluitend bedoeld om u demogelijkheid te bieden de geluidsweergave naarwens af te stellen.
Geluidskwaliteit bij audiostreaming viainternetDe hoeveelheid data die wordt overgebracht isafhankelijk van welke diensten of apps in de autoworden gebruikt. Het streamen van audio kan bij-voorbeeld tot een grote hoeveelheid dataverkeerleiden en dat vereist een goede verbinding ensignaalsterkte. Bepaalde apps bieden de moge-lijkheid om de audiokwaliteit in te stellen. Het
||
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.34
instellen van een hogere audiokwaliteit kan eenlangere laadduur en onderbrekingen in de weer-gave met zich meebrengen. Voor een gelijkma-tige geluidsweergave wordt geadviseerd eenlagere audiokwaliteit te kiezen.
Gerelateerde informatie• Connected Car (p. 71)
Audio en media - algemene audio-instellingenAlgemene geluidsinstellingen voor het audio- enmediasysteem.
Druk op SOUND om het menu met audio-instel-lingen (Bass, Treble, etc.) te openen. Draai aanTUNE om uw keuze (bijvoorbeeld Treble) temarkeren en druk op OK/MENU om de keuze tebevestigen.
Pas de instelling aan door te draaien aan TUNEen sla de instelling op met OK/MENU. Let eropdat u het volume alleen kunt aanpassen binneneen comfortabel bereik. Wanneer een systeemactief is (bijvoorbeeld het navigatiesysteem), kuntu het volume aanpassen door VOL naar de mini-male/maximale stand te draaien.
Draai TUNE verder om de overige opties te mar-keren:
• Premium sound* - Geavanceerde audio-instellingen (p. 35).
• Bass – Niveau van de lage tonen.
• Treble - Niveau van de hoge tonen.
• Fader – Balans tussen luidsprekers voor enachter.
• Balans – Balans tussen luidsprekers linksen rechts.
• Equalizer - Het geluidsniveau voor de ver-schillende frequentiebanden (p. 36).
• Volume navigatie - Het volume van destemsynthese van het navigatiesysteem*.
• Volume stembediening - Het volume vande stemsynthese van de stembediening(p. 65).
• Volume belsignaal - Het volume van debeltoon van de auto voor een aangeslotenmobiele telefoon (p. 59).
• Volume parkeerhulp - Volume voor de par-keerhulp*.
• Vol. Cross Traffic Alert - Volume voor hetCTA-systeem*.
• Volumecompensatie - Compensatie vanstorende rijgeluiden in de passagiersruimte(p. 36).
• Reset audio-instelling - Herstelt defabrieksstandaard voor de audio-instellingen.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie. 35
Audio en media - geavanceerdeaudio-instellingen*Pas de audio-instellingen voor radio en medianaar wens aan.
Alle geavanceerde audio-instellingen zijn tebereiken met een druk op SOUND, waarna hetmenu voor audio-instellingen wordt geopend.Draai aan TUNE om Premium sound* te mar-keren en druk op OK/MENU.
GeluidspodiumHet audioprofiel is te optimaliseren voor verschil-lende interieurzones. Het audioprofiel is in testellen op Bestuurdersstoel, Achterbank ofGehele auto.
1. Draai aan TUNE om Klankpodium te mar-keren en druk op OK/MENU.
2. Kies een audioprofiel door te draaien aanTUNE en bevestig uw keuze met OK/MENU.
SurroundAmbient Surround Sound is Aan/Uit te zetten.Wanneer u voor Aan hebt gekozen, hanteert hetsysteem de instelling voor optimale geluidsweer-gave. Normaal is dat DPL II en in dat geval ver-
schijnt op het display. Als de opname werdgemaakt met Dolby Digital-techniek, vindt deweergave plaats met deze instelling en verschijnt
op het display. Wanneer u voor Uit hebtgekozen, is de driekanaals stereoweergave actief.
1. Draai aan TUNE om Surround te markerenen druk op OK/MENU.
2. Ambient Surround Sound is Aan/Uit te zet-ten met een druk op OK/MENU
Het te hanteren niveau Ambient Surround Soundis apart in te stellen, als voor Aan gekozen is.
1. Draai aan TUNE om de niveau-instelling temarkeren en bevestig uw keuze met OK/MENU.
2. Kies een niveau voor Ambient SurroundSound door te draaien aan TUNE en beves-tig uw keuze met OK/MENU.
LagetonenluidsprekerHet geluidsniveau voor de lagetonenluidsprekeris apart in te stellen.
1. Draai aan TUNE om Subwoofer te marke-ren en druk op OK/MENU.
2. Kies het geluidsniveau door te draaien aanTUNE en bevestig uw keuze met OK/MENU.
MiddenluidsprekerHet geluidsniveau voor de middenluidspreker isapart in te stellen. Als de Ambient SurroundSound is ingesteld op Aan, dan geldt DPL II-middenlevel. Anders geldt 3-kanaalsmiddenlevel.
1. Draai aan TUNE om Center te markeren endruk op OK/MENU.
2. Kies het geluidsniveau door te draaien aanTUNE en bevestig uw keuze met OK/MENU.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Equalizer instellen (p. 36)
• Geluidssterkte instellen en automatischevolumeregeling (p. 36)
• Geluidssterkte instellen voor externe audio-bron (p. 54)
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.36
Equalizer instellenMet de equalizer kunt u het volumeniveau aan-passen voor de verschillende radiofrequentie-banden of de tv.
1. Druk op SOUND om het menu met audio-instellingen te openen. Draai aan TUNE omEqualizer te markeren en druk op OK/MENU.
2. Kies een frequentieband door te draaien aanTUNE en bevestig uw keuze met OK/MENU.
3. Pas de audio-instelling aan door te draaienaan TUNE en bevestig uw keuze met OK/MENU of annuleer de instelling met EXIT.Doe hetzelfde voor de andere frequentieban-den die u wilt aanpassen.
4. Druk na de audio-instelling op EXIT om tebevestigen en terug te gaan naar de nor-maalweergave.
Gerelateerde informatie• Audio en media - geavanceerde audio-instel-
lingen* (p. 35)
• Audiosysteem en media - Systeembediening(p. 28)
Geluidssterkte instellen enautomatische volumeregelingStel de mate van compensatie van hinderlijkerijgeluiden in de passagiersruimte in.
Het audiosysteem zorgt voor compensatie vanhinderlijke rijgeluiden door het volume aan tepassen ten opzichte van de rijsnelheid. Het com-pensatieniveau is in te stellen op Laag, Midden,Hoog of Uit.
1. Druk op SOUND om het menu met audio-instellingen te openen. Draai aan TUNE tot-dat u Volumecompensatie bereikt en drukop OK/MENU.
2. Kies een niveau door te draaien aan TUNEen bevestig uw keuze met OK/MENU.
Gerelateerde informatie• Audio en media - geavanceerde audio-instel-
lingen* (p. 35)
• Audiosysteem en media - Systeembediening(p. 28)
RadioHet is mogelijk de radiofrequentiebanden AM4
en FM te beluisteren en in bepaalde gevallenook de digitale radio (DAB)* (p. 43).
Bij een Connected Car (p. 71) is het eventu-eel mogelijk om webradiozenders te beluisteren,zie Apps (p. 77).
Bedieningselementen voor radiofuncties.
Voor elementaire radiobediening, zie systeembe-diening en menufuncties (p. 28).
Bepaalde functies zijn te koppelen aan de FAV-knop. De bijbehorende functie is vervolgens een-voudig te activeren met een druk op de FAV-knop, zie Favorieten (p. 33).
4 Geld niet voor de V60 Twin Engine en S60L Twin Engine.
AUDIO EN MEDIA
}}
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie. 37
AM4/FM-radio• Radiozenders zoeken (p. 37)
• Radiozenders als voorkeurzenders opslaan(p. 39)
• Functies Radio Data System (RDS) (p. 40)
Digitale radio (DAB)*• Digitale radio (DAB)* (p. 43)
• Digitale radio (DAB)* - subkanaal (p. 43)
• DAB naar DAB* link (p. 43)
• Radiozenders als voorkeurzenders opslaan(p. 39)
• Functies Radio Data System (RDS) (p. 40)
Webradio• Apps (p. 77)
Gerelateerde informatie• Menu-overzicht - AM (p. 88)
• Menu-overzicht - FM (p. 89)
• Menu-overzicht - Digitale radio (DAB)*(p. 89)
Radiozenders zoekenDe radio stelt automatisch een radiozenderlijst(p. 38) op met de radiozenders met de bestdoorkomende signalen.
Bij het automatisch radiozenders zoeken(p. 37) wordt gebruik gemaakt van de door deradio samengestelde zenderlijst. handmatigradiozenders zoeken (p. 38) is ook mogelijk.
Bij het zoeken van een zender kan worden inge-steld of het radiozenders zoeken automatisch ofhandmatig moet gebeuren.
1. Druk in de normaalweergave van de FM-bronop OK/MENU en kies Zender afstemmenop.
2. Draai TUNE naar Zenderlijst of Handmatigafstemmen en maak een keuze met OK/MENU.
N.B.
De ontvangst hangt niet alleen af van de sig-naalsterkte maar ook van de signaalkwaliteit.Er kunnen storingen optreden wanneer dezendersignalen bijvoorbeeld gehinderd wor-den door hoge gebouwen of van zeer groteafstand komen. De dekkingsgraad kan even-eens variëren afhankelijk van waar u zichbevindt.
Automatisch radiozenders zoekenDe radio stelt automatisch een radiozenderlijst(p. 38) samen, die voor het automatisch radio-zenders zoeken wordt gebruikt.
Als automatisch radiozenders zoeken is ingesteld(p. 37), kan in de normaalweergave en in de zen-derlijst worden gezocht.
Radiozenders zoeken in denormaalweergave1. Kort drukken - druk in de normaalweergave
van de FM-bron op / op de mid-denconsole (of op de toetsenset op hetstuurwiel).
> De radio gaat naar de vorige/volgendeopgeslagen zender.
2. Lang drukken - druk in de normaalweergave
van de FM-bron op / op de mid-denconsole (of op de toetsenset op hetstuurwiel).
> De radio gaat naar de vorige/volgendebeschikbare zender.
Radiozenders zoeken in de zenderlijst1. Draai in de normaalweergave van de FM-
bron aan TUNE, totdat FM-zenderlijst ver-schijnt.
2. Draai TUNE naar een zender en maak eenkeuze met OK/MENU.
4 Geld niet voor de V60 Twin Engine en S60L Twin Engine.
AUDIO EN MEDIA
38
In de zenderlijst kan worden gewisseld tussenautomatisch en handmatig radiozenders zoeken(p. 38) door op INFO op de middenconsole tedrukken.
RadiozenderlijstDe radio stelt automatisch een radiozenderlijstop met de radiozenders met de best doorko-mende signalen. Dat biedt u de mogelijkheideen zender te zoeken in gebieden waar u deradiozenders en hun frequenties niet kent.
Het automatisch radiozenders zoeken (p. 37)maakt gebruik van de samengestelde radiozen-derlijst.
N.B.
De lijst vermeldt alleen de frequenties van dezenders waarop u hebt afgestemd en vormtdan ook geen complete lijst met alle beschik-bare radiofrequenties op de frequentiebandvan uw keuze.
Handmatig radiozenders zoekenDe radio stelt automatisch een radiozenderlijst(p. 38) op, maar u kunt ook handmatig radiozen-ders zoeken.
Als handmatig radiozenders zoeken is ingesteld(p. 37), kan er in de normaalweergave en in defrequentielijst worden gezocht.
Radiozenders zoeken in denormaalweergave1. Kort drukken - druk in de normaalweergave
van de FM-bron op / op de mid-denconsole (of op de toetsenset op hetstuurwiel).
> De radio gaat naar de vorige/volgendeopgeslagen zender.
2. Lang drukken - druk in de normaalweergave
van de FM-bron op / op de mid-denconsole (of op de toetsenset op hetstuurwiel).
> De radio gaat naar de vorige/volgendebeschikbare zender.
Radiozenders zoeken in defrequentielijst1. Draai in de normaalweergave van de FM-
bron aan TUNE, totdat FM-tuning verschijnt.
2. Draai TUNE naar een frequentie en maakeen keuze met OK/MENU.
AUDIO EN MEDIA
}}
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie. 39
In de frequentielijst kan worden gewisseld tussenhandmatig en automatisch radiozenders zoeken(p. 37) door op INFO op de middenconsole tedrukken.
Radiozenders als voorkeurzendersopslaanVaak beluisterde radiozenders kunt u opslaanals voorkeurzenders, zodat u er eenvoudig opkunt afstemmen.
Sneltoetsen.
AM5/FM-radioU kunt per frequentieband (bijvoorbeeld AM) 10voorkeurzenders vastleggen.
U kiest een voorkeurzender met de sneltoetsen.
1. Stem af op een zender, zie Radiozenderszoeken (p. 37).
2. Houd een van de sneltoetsen enkele secon-den ingedrukt. De sneltoets is vervolgens tegebruiken.
U kunt een lijst met voorkeurzenders tonen ophet display.
– Druk voor activering/deactivering in de nor-maalweergave van de AM/FM-bron op
OK/MENU en kies Tonen Presets.
Digitale radio (DAB)*U kunt per band 10 voorkeurzenders vastleggen.Opslag van voorkeurzenders is mogelijk door langop de gewenste sneltoets te drukken. Voor meerinformatie, zie onder AM-/FM-radio. U kiest eenvoorkeurzender met de sneltoetsen.
Een voorkeur bestaat uit een kanaal zonder even-tuele subkanalen. Als er tijdens het beluisterenvan een subkanaal een voorkeurkanaal vastge-legd wordt, wordt uitsluitend het hoofdkanaalgeregistreerd. Dit komt omdat de subkanalen vantijdelijke aard zijn. Bij activering van het bijbeho-rende voorkeurkanaal zal dan ook het hoofdka-naal worden weergegeven waartoe het subkanaalbehoorde. De voorkeurkanalen zijn niet gebondenaan de kanalenlijst.
U kunt een lijst met voorkeurzenders tonen ophet display.
– Druk voor activering/deactivering in de nor-maalweergave van de DAB-bron op
OK/MENU en kies Tonen Presets.
5 Geld niet voor de V60 Twin Engine en S60L Twin Engine.
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.40
N.B.
Het DAB-systeem van de geluidsinstallatieondersteunt niet alle functies die in de DAB-standaard zitten.
Functies Radio Data System (RDS)Met RDS kan de radio automatisch naar desterkste zender schakelen. RDS biedt de moge-lijkheid om bijvoorbeeld verkeersinformatie (TP)te ontvangen en naar bepaalde soorten pro-gramma's te zoeken (PTY).
RDS verbindt FM-zenders in een netwerk metelkaar. Een FM-zender in een dergelijk netwerkverstuurt bepaalde informatie, zodat een RDS-radio onder meer de volgende mogelijkhedenbiedt:
• Automatisch overschakelen op een beterdoorkomende zender als de ontvangst in eenbepaald gebied slecht is6.
• Zoeken op programmatype, zoals program-matypes7 of verkeersinformatie.
• Weergeven van informatieve tekst over hetbeluisterde radioprogramma8.
N.B.
Bepaalde radiostations gebruiken geen RDSof slechts bepaalde onderdelen van dezefunctie.
Als een zender met het gewenste programma-type is aangetroffen, kan de radio vervolgens op
deze zender overschakelen en de weergave vande actieve audiobron onderbreken. Als de cd-speler bijvoorbeeld actief is, wordt de weergavedaarvan tijdelijk onderbroken. De onderbrekendeuitzending wordt met een vooraf ingesteldvolume afgespeeld, zie vooraf ingesteld volume(p. 42). De radio gaat naar de vorige audiobronen het vorige volume terug wanneer het inge-stelde programmatype ophoudt met uitzenden.
De programmafuncties alarm, verkeersinformatie(TP) en programmatypes (PTY) worden in volg-orde van belangrijkheid weergegeven, waarbijgeldt dat alarm de hoogste prioriteit geniet en deprogrammatypes de laagste. Druk op OK/MENUom de onderbroken weergave van de audiobronte hervatten en de melding te beluisteren. Drukop EXIT om de melding af te breken en deonderbroken weergave van de audiobron te her-vatten.
Gerelateerde informatie• Alarm bij ernstige ongelukken en calamitei-
ten (p. 41)
• Verkeersinformatie (TP) (p. 41)
• Radioprogrammatypes (PTY) (p. 41)
• Radiotekst (p. 42)
6 Geldt voor FM-radio.7 Geldt voor DAB*-radio.8 Geldt voor FM- en DAB*-radio.
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie. 41
Alarm bij ernstige ongelukken encalamiteitenDe radiofunctie wordt gebruikt om de bevolkingattent te maken op ernstige ongelukken of cala-miteiten. De melding ALARM! verschijnt op hetdisplay, wanneer er een alarmmelding wordt ver-zonden.
Het alarm kan tijdelijk worden onderbroken,maar kan niet worden gedeactiveerd.
Gerelateerde informatie• Functies Radio Data System (RDS) (p. 40)
Verkeersinformatie (TP)Bij activering van deze functie wordt de weer-gave van de actieve audiobron onderbroken voorverkeersinformatie via het RDS-netwerk van deradiozender waarop is afgestemd.
Het symbool TP geeft aan dat de functie geacti-veerd is. Als een zender in de lijst verkeersinfor-matie kan doorgeven, wordt dat aangegeven meteen fel verlicht TP op het beeldscherm. TP isanders grijs van kleur.
– Druk voor activering/deactivering in de nor-maalweergave van de FM-bron opOK/MENU en kies TP.
Gerelateerde informatie• Functies Radio Data System (RDS) (p. 40)
Radioprogrammatypes (PTY)Voor DAB*-radio kunnen een of meer radiopro-grammatypes, bijvoorbeeld pop en klassiekemuziek, worden gekozen. Na de keuze van eenprogrammatype vindt de navigatie alleen plaatsbinnen de kanalen die het type uitzenden.
1. Druk om een programmatype te kiezen opOK/MENU in de normaalweergave van deDAB-bron en kies Filteren programmatype(PTY).
2. Draai TUNE naar het programmatype datmoet worden aan-/uitgevinkt.
3. Vink het programmatype aan/uit met OK/MENU.
4. Als de gewenste programmatypes zijn geko-zen, gaat u terug in het menusysteem metEXIT.
Als de functie actief is, verschijnt het PTY-sym-bool op het beeldscherm.
In sommige gevallen verlaat de DAB-radio dePTY-stand, zie DAB naar DAB* link (p. 43).
Gerelateerde informatie• Functies Radio Data System (RDS) (p. 40)
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.42
Volumeregeling vooronderbrekende RDS-functiesDe onderbrekende RDS-functies, bijv. alarm ofverkeersinformatie (TP), worden weergegevenop het volume dat voor het programmatype isgekozen. Als u het volume tijdens de onderbre-king bijregelt, wordt het nieuwe volume opgesla-gen voor een volgende onderbreking.
Gerelateerde informatie• Functies Radio Data System (RDS) (p. 40)
• Alarm bij ernstige ongelukken en calamitei-ten (p. 41)
• Verkeersinformatie (TP) (p. 41)
RadiotekstSommige RDS-zenders geven informatie doorover de inhoud van de uitzendingen, uitvoerendeartiesten en dergelijke. Deze informatie kan ophet beeldscherm worden weergegeven. Er kanradiotekst worden weergegeven voor FM- enDAB*-radio.
– Druk voor activering/deactivering in de nor-maalweergave van de DAB-bron opOK/MENU en kies Tonen.
Gerelateerde informatie• Functies Radio Data System (RDS) (p. 40)
• Digitale radio (DAB)* (p. 43)
Automatisch radiofrequentiesupdaten (AF)De functie kiest automatisch de sterkste zendervoor de ingestelde radiozender en kan voor FM-radio worden geactiveerd.
Om een sterk zendersignaal op te kunnen sporenmoet de functie soms de gehele FM-band door-zoeken.
Als de ingestelde radiozender is opgeslagen alsvoorkeur (p. 39), wisselt de functie niet van zen-der ook al is automatisch radiofrequenties upda-ten geactiveerd.
– Druk voor activering/deactivering in de nor-maalweergave van de FM-bron opOK/MENU en kies Alternatieve frequentie.
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie. 43
Digitale radio (DAB)*DAB (Digital Audio Broadcasting) is een sys-teem voor digitale overdracht van radiosignalen(p. 36). De auto biedt ondersteuning voor DAB,DAB+ en DMB.
N.B.
Er is niet overal dekking voor DAB. Als ergeen dekking is, verschijnt de melding Geenontvangst op het beeldscherm.
Gerelateerde informatie• Radiozenders als voorkeurzenders opslaan
(p. 39)
• Radioprogrammatypes (PTY) (p. 41)
• Radiotekst (p. 42)
• Digitale radio (DAB)* - subkanaal (p. 43)
• DAB naar DAB* link (p. 43)
• Menu-overzicht - Digitale radio (DAB)*(p. 89)
Digitale radio (DAB)* - subkanaalSecundaire componenten worden vaak aange-duid als subkanalen. Dergelijke componentenzijn van tijdelijke aard en kunnen bijvoorbeeld uitvertalingen van het hoofdprogramma bestaan.
Als er een of meer subkanalen bestaan verschijnt
het symbool links van de kanaalnaam op hetdisplay. Als er slechts één subkanaal bestaat ver-schijnt het symbool - links van de kanaalnaam ophet display.
Draai aan TUNE om het menu met subkanalen tebereiken.
Subkanalen zijn uitsluitend te bereiken via hetgekozen hoofdkanaal. Kies een ander hoofdka-naal voor toegang tot andere subkanalen.
DAB naar DAB* link‘DAB naar DAB link’ houdt in dat de DAB-radiovan een kanaal dat slecht of helemaal niet te ont-vangen is kan overschakelen op hetzelfde kanaalin een andere kanaalgroep met een betere ont-vangst.
Bij het veranderen van kanaalgroep kan enigevertraging in de geluidsweergave optreden. Vanafhet moment dat het huidige kanaal verdwijnt enhet nieuwe kanaal toegankelijk wordt kan hetgeluid dan ook enige tijd stilvallen.
– Druk voor activering/deactivering in de nor-maalweergave van de DAB-bron opOK/MENU en kies DAB-DAB-verbinding.
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.44
MediaspelerDe mediaspeler kan audio- en videobestandenop cd’s/dvd’s en extern aangesloten audiobron-nen weergeven via de AUX-/USB-ingang ofgeluidsbestanden draadloos streamen (p. 54)
op externe eenheden via Bluetooth®. Met behulpvan bepaalde mediaspelers kunt u tv* kijken encommuniceren met een mobiele telefoon
(p. 59) via Bluetooth®.
Het is mogelijk muziek op een disk/USB9 tekopiëren naar de harde schijf (HDD) (p. 49)van de auto.
Een auto met internetaansluiting (p. 71) is heteventueel mogelijk om webradiozenders en audi-oboeken te beluisteren en muziekdiensten tegebruiken, zie Apps (p. 77).
Knoppen voor de mediaspeler.
Voor elementaire informatie over weergave ennavigatie, zie systeembediening en menufuncties(p. 28).
Bepaalde functies zijn te koppelen aan de FAV-knop. De bijbehorende functie is vervolgens een-voudig te activeren met een druk op de FAV-knop, zie Favorieten (p. 33).
Gracenote MusicID®
Gracenote MusicID® is de branchestandaard voormuziekherkenning. De techniek wordt gebruiktom hoesjes en muziekinformatie voor cd’s, digi-tale muziekbestanden op opslagmedia enmuziekdiensten op internet te identificeren enleveren.
Gerelateerde informatie• Audio en media (p. 26)
• Stembediening - mobiele telefoon (p. 69)
• Afstandsbediening* (p. 85)
• Mediaspeler - compatibele bestandsformaten(p. 50)
Cd/DvdDe mediaspeler (p. 44) kan voorbespeelde enzelfgebrande cd’s/dvd’s afspelen.
De mediaspeler ondersteunt de volgende soortendiscs en bestanden en kan deze met anderewoorden afspelen:
• Voorbespeelde cd’s/dvd’s (CD/DVD Audio).
• Voorbespeelde dvd’s met video (DVD Video).
• Cd’s/dvd’s met geluidsbestanden branden.
Voor meer informatie over de ondersteunde for-maten, compatibele bestandsformaten, (p. 50).
Disks zijn alleen af te spelen, als ze maximaal5000 bestanden (incl. afspeellijsten) bevatten.
N.B.
Het is mogelijk dat de speler audiobestandenmet kopieerbeveiliging van de platenmaat-schappijen of zelfgebrande audiobestandenniet kan lezen.
9 Afhankelijk van de markt.
AUDIO EN MEDIA
45
Het is mogelijk muziek te kopiëren van eendisk10 naar de harde schijf (HDD) (p. 49) vande auto en de muziek vervolgens daarvandaan afte spelen.
Bepaalde functies zijn te koppelen aan de FAV-knop. De bijbehorende functie is vervolgens een-voudig te activeren met een druk op de FAV-knop, zie Favorieten (p. 33).
Voor elementaire informatie over weergave ennavigatie, zie systeembediening en menufuncties(p. 28). Hier volgt een gedetailleerde beschrijving.
Afspelen en navigeren van CD/DVDAudioDruk in de normaalweergave van de schijfbron opOK/MENU en draai aan TUNE om de trackstruc-tuur van de schijf te openen. Navigeer in destructuur door te draaien aan TUNE.
Start het afspelen van een track met een druk opOK/MENU.
Afspelen en navigeren vanzelfgebrande cd’s/dvd’sWanneer er een disc met audio-/videobestandenin de speler wordt geplaatst, dient de mapstruc-tuur op de disc te worden ingelezen. Afhankelijkvan de kwaliteit van de disc en de hoeveelheidgegevens die erop staan, kan het enige tijd durenvoordat de weergave van start gaat.
Druk in de normaalweergave van de schijfbron opOK/MENU en draai en TUNE om de mapstruc-tuur van de schijf te openen of om de catego-rieën te doorzoeken. Navigeer in de structuurdoor aan TUNE te draaien, kies de map met OK/MENU en ga terug in de structuur met EXIT.
Start het afspelen van een bestand met een drukop OK/MENU.
Wanneer een bepaald muziekbestand helemaalafgespeeld is, worden de overige bestanden indezelfde map afgespeeld. Nadat alle bestandenin een bepaalde map zijn afgespeeld, wordt erautomatisch van map gewisseld.
Afspelen en navigeren van DVD VideoVoor het gebruik van DVD Video, zie Afspelen ennavigeren bij DVD Video (p. 48).
Media zoekenU kunt muziek op uw eenheden zoeken. Tijdensde zoekfunctie worden de USB, disk en hardeschijf doorzocht. Lees meer over de zoekfunctie(p. 46).
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Vooruit-/achteruitspoelen (p. 46)
• Willekeurige afspeelvolgorde tracks of audio-bestanden (p. 46)
• Menu-overzicht - CD/DVD Audio (p. 90)
• Menu-overzicht - DVD Video (p. 91)
10 Bepaalde markten.
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.46
Vooruit-/achteruitspoelenU kunt audio- en videobestanden voor- en ach-
teruitspoelen11.
Houd de knop / ingedrukt om audio- ofvideobestanden vooruit/achteruit te spoelen.
Voor audiobestanden geldt één snelheid, terwijlvideobestanden op meerdere snelheden voor- enachteruit te spoelen zijn. Druk herhaalde malen
achtereen op de knoppen / om bij vide-obestanden sneller voor- of achteruit te spoelen.Laat de toets weer los om de video weer op nor-male snelheid weer te geven.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
Willekeurige afspeelvolgorde tracksof audiobestandenBij activering van deze functie worden de tracks/
audiobestanden in willekeurige volgorde12 afge-speeld.
Om de tracks/audiobestanden van de gekozenbron in willekeurige volgorde af te spelen:
1. Druk op OK/MENU in de normaalweergavevan de gekozen bron
2. Draai aan TUNE totdat Shuffle verschijnt
3. Druk op OK/MENU om de functie te active-ren/deactiveren.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Media Bluetooth® (p. 54)
Media zoekenU kunt muziek op uw eenheden zoeken. Tijdensde zoekfunctie worden de USB (p. 52), disk(p. 44) en harde schijf (p. 49) doorzocht.
Media zoeken is bereikbaar vanuit de normaal-weergave voor de bronnen Disk, USB en HDD.
Druk om te beginnen met zoeken op OK/MENUin de normaalweergave van de bron en kiesMedia zoeken.
Zoekfunctie
Zoeken met behulp van het schrijfwiel.
Tekenlijst.
Invoerstand wijzigen (zie de volgende tabel).
11 Geldt alleen voor cd/dvd*-schijven, USB en iPod®.12 Geldt niet voor DVD Video. Bij via de AUX/USB-poort aangesloten externe audiobronnen geldt dit alleen voor USB en iPod®. Wordt niet door alle mobiele telefoons ondersteund.
AUDIO EN MEDIA
47
Gebruik het schrijfwiel om zoektermen in te voe-ren.
1. Draai aan TUNE tot de gewenste letter ver-schijnt en druk ter bevestiging op OK/MENU. Ook de cijfer- en lettertoetsen vanhet bedieningspaneel op de middenconsolezijn te gebruiken.
Om over te schakelen op de invoer van cij-fers of speciale tekens of om de trefferslijstte openen dient u aan TUNE te draaien, tot-dat een van de opties (zie verklaring in navol-gende tabel) in de lijst voor het wisselen vaninvoerstand (2) verschijnt en druk vervolgensop OK/MENU.
2. Ga verder met de volgende letter enz.
3. Kies, wanneer u tevreden bent met de zoek-term, Zoeken.
> Er wordt gezocht. Het resultaat wordtweergegeven en in de volgende catego-rieën gegroepeerd: artiesten, tracks, gen-res, jaartallen en componisten.
4. Draai TUNE naar een categorie en druk opOK/MENU.
5. Draai aan TUNE om een medium te kiezenen druk op OK/MENU om de weergave testarten.
123/ABC
Met OK/MENU kunt u wisselentussen cijfers en letters.
MEER Met OK/MENU kunt u overschake-len op de invoer van specialetekens.
Zoeken Voer het media zoeken uit.
| | } Van het tekstwiel naar hetKernwrd:-veld wisselen. De cursorverplaatsen met TUNE. Eventuelespelfouten wissen met EXIT. Omterug te gaan naar het tekstwiel opOK/MENU drukken.
Let erop dat u de cijfer- en letter-toetsen op het bedieningspaneelkunt gebruiken bij bewerkingen inhet Kernwrd:-veld.
Bij kort indrukken van EXIT wist u het laatst inge-voerde teken. Bij lang indrukken van EXIT wist ualle ingevoerde tekens.
Tekst invoeren met numeriek toetsenbord
Numeriek toetsenbord.
Een andere manier om tekens in te toetsen/voeren is met behulp van de toetsen op de mid-denconsole: 0–9, * en #.
Zo wordt bij een druk op 9 wordt een kolomweergegeven met alle tekens13 onder deze toets,zoals w, x, y, z en 9. Bij snel indrukken van detoets bladert u met de cursor door deze tekens.
• Blijf met de cursor op het te kiezen tekenstaan - het teken verschijnt op de schrijfre-gel.
• Wis/annuleer uw keuze met EXIT.
Houd om een cijfer in te voeren de toets met hetgewenste cijfer ingedrukt.
13 De schrijftekens voor de verschillende toetsen kunnen per markt/land/taal variëren.
AUDIO EN MEDIA
48
Afspelen en navigeren bij DVDVideoTijdens het afspelen van een video-dvd ver-schijnt er mogelijk een discmenu op het display.Via het discmenu hebt u toegang tot extra func-ties en instellingen om bijvoorbeeld ondertitels,geluidstracks, scènes te kiezen.
Voor elementaire informatie over weergave ennavigatie, zie systeembediening en menufuncties(p. 28). Hier volgt een gedetailleerde beschrij-ving.
N.B.
Videoweergave is uitsluitend mogelijk, wan-neer de auto stilstaat. Wanneer de auto rijdt,verdwijnt het beeld terwijl het geluid wordtweergegeven en op het beeldscherm staatVideo niet beschikbaar bij deze snelheid.De beelden verschijnen weer, wanneer deauto bijna stilstaat.
Navigeren in eigen menu video-dvd
Met de bedieningselementen op de middencon-sole kunt u navigeren in het eigen menu van devideo-dvd.
Van hoofdstuk of titel veranderenDraai aan TUNE om de lijst met hoofdstukken teopenen en erin te navigeren (bij het afspelen vaneen film wordt de film gepauzeerd). Druk op OK/MENU om een hoofdstuk te kiezen en terug tekeren naar de uitgangspositie (als eerder eenfilm werd afgespeeld, wordt deze film voortgezet).Druk op EXIT om de titellijst te openen.
In de titellijst kiest u een titel door te draaien aanTUNE en bevestigt u uw keuze met OK/MENU,waarna u terugkeert naar de lijst met hoofdstuk-ken. Druk op OK/MENU om uw keuze te active-ren en terug te keren naar de uitgangspositie.Met EXIT annuleert u uw keuze en keert u terug
naar de uitgangspositie (zonder een keuze temaken).
Wisselen van hoofdstuk is ook mogelijk door te
drukken op / op de middenconsole ofop de knoppenset op het stuurwiel.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Camerahoek bij het afspelen van DVD Video(p. 49)
• Vooruit-/achteruitspoelen (p. 46)
• Willekeurige afspeelvolgorde tracks of audio-bestanden (p. 46)
• Mediaspeler - compatibele bestandsformaten(p. 50)
AUDIO EN MEDIA
}}
49
Camerahoek bij het afspelen vanDVD VideoMet deze functie kunt u, op voorwaarde dat devideo-dvd dit ondersteunt, aangeven vanuitwelke camerapositie een bepaalde scène moetworden weergegeven.
– Druk in de normaalweergave van de schijf-bron op OK/MENU en kies Geavanceerde
instellingen Kijkhoek.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
BeeldinstellingenHet is mogelijk de volgende beeldinstellingenvoor helderheid en contrast te wijzigen (op voor-waarde dat de auto stilstaat).
1. Druk in de weergavestand op OK/MENU,kies Beeldinstellingen en bevestig uwkeuze met OK/MENU.
2. Draai aan TUNE om de aan te passen instel-ling te bereiken en bevestig uw keuze metOK/MENU.
3. Pas de instelling aan door te draaien aanTUNE en bevestig uw keuze met OK/MENU.
Druk om terug te keren naar de lijst met instellin-gen op OK/MENU of EXIT.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Audio en media (p. 26)
Harde schijf (HDD)Het is mogelijk muziek te kopiëren van een
disk/USB14 naar de harde schijf (HDD) van deauto en de muziek vervolgens daarvandaan af tespelen.
Voor informatie over de ondersteunde formaten,zie compatibele bestandsformaten, (p. 50).
Voor elementaire informatie over weergave ennavigatie, zie systeembediening en menufuncties(p. 28). Hier volgt een gedetailleerde beschrijving.
Muziek kopiëren naar harde schijfMappen hebben het symbool .
1. Druk in normaalweergave van de harddis-kbron op OK/MENU en kies voor kopiëringVan disk/Van USB.
2. Kies eerst wat u wilt kopiëren en daarnaDoorgaan.
3. Bestemming selecteren voor de doelloca-tie van de gekopieerde muziek en kiesImport naar geselecteerde map starten.
> Muziek importeren van disk/Muziekimporteren van USB
Verwijder de schijf/het USB-geheugenniet voordat de overdracht bevestigd is -Muziekbestanden geïmporteerd.
14 Afhankelijk van de markt.
||
AUDIO EN MEDIA
50
N.B.
Bij het kopiëren vanaf USB worden demuziekbestanden die niet in mappen staanniet zichtbaar, d.w.z. als ze in de root staan.Deze nummers kunnen worden geïmporteerddoor importeren Alle tracks te kiezen of debestanden in mappen te plaatsen.
Het systeem kan muziek op max. 8 niveaus insubmappen kopiëren.
Mogelijke bestandsformaten om naar deharde schijf te kopiëren
Cd's/dvd's: mp3, wma, aac.
USB: mp3, mp4, wma, aac, m4a, m4b.
Map of bestand hernoemen/verwijderen1. Druk in de normaalweergave van de harddis-
kbron op OK/MENU en kies Bestandhernoemen/verwijderen.
2. Markeer een map of bestand, druk op OK/MENU en kies Hernoemen of Wis.
3. Gebruik het schrijfwiel om een nieuwe naamin te voeren en druk daarna op Opslaan.
Voor het hernoemen van een bestand kunt ugeen bestaande bestandsnaam gebruiken. Hetsysteem houdt in dat geval de oude bestands-naam aan.
Afspelen en navigerenBepaalde functies zijn te koppelen aan de FAV-knop. De bijbehorende functie is vervolgens een-voudig te activeren met een druk op de FAV-knop, zie Favorieten (p. 33).
AfspeelvolgordeDe treffers wordt afgespeeld in de volgordewaarin ze op de lijst staan. Druk voor een wille-keurige afspeelvolgorde op OK/MENU in de nor-maalweergave van de harddiskbron en kiesShuffle.
Media zoekenU kunt muziek op uw eenheden zoeken. Tijdensde zoekfunctie worden de USB, disk en hardeschijf doorzocht. Lees meer over de zoekfunctie(p. 46).
OpslaggegevensDruk voor de capaciteit en het gebruik van deharddisk op OK/MENU in de normaalweergavevan de harddiskbron en kies Opslaginformatie.
Gerelateerde informatie• Mediaspeler (p. 44)
• Menu-overzicht - harde schijf (HDD)(p. 91)
Mediaspeler - compatibelebestandsformatenDe mediaspeler kan tal van bestandstypenafspelen en is compatibel met de formaten in devolgende tabellen.
Compatibele bestandsformaten voorcd’s/dvd’s
N.B.
Dubbelzijdige schijven van het zogehetendual format-type (DVD Plus, CD-DVD) zijndikker dan normale cd’s. Het is dan ook nietzeker of dergelijke schijven kunnen wordenafgespeeld en storingen zijn mogelijk.
Als een cd een mix van mp3- en CD-DA-bestanden bevat, worden alle mp3-tracksgenegeerd.
Audioformaten CD-Audio, mp3, wma, aac,m4a
Videoformaten DVD Video
Compatibele bestandsformaten viaUSB-aansluitingHet systeem biedt ondersteuning voor de audio-en videoformaten in de onderstaande tabel bijweergave via de USB-aansluiting.
AUDIO EN MEDIA
51
Audioformaten mp3, mp4, wma, aac, m4a,m4b
Videoformaten –
Audiospecificaties voor mp3-bestanden
Formaat kHz kb/s
MPEG-1/Audio 32 32–320A
44.1 32–320A
48 32–320A
MPEG-2/Audio 16 8–160
22.05 8–160
24 8–160
MPEG-2.5/Audio 8 8-64
11.025 8-64
12 8-64
A Geldt niet voor 144 kb/s.
Audiospecificaties voor wma-bestandenBestanden zijn af te spelen, als ze aan de vol-gende criteria voldoen:
WMA-versie 8.x, 9.x, 10.x, Pro
Audiospecificaties voor aac-bestandenBestanden zijn af te spelen, als ze aan de vol-gende criteria voldoen:
Audioformaat MPEG-2 enMPEG-4
Samplefrequentie audio-invoer (audio samplingrate)
8–96 kHz
Audiokanalen (ch) 1ch en 2ch
Audiospecificaties voor wav-bestandenBestanden zijn af te spelen, als ze aan de vol-gende criteria voldoen:
Samplefrequentie audio-invoer (audio sampling rate)
Tot 44.1 kHz
Audiokanalen (ch) 1ch en 2ch
Audiobitsnelheid (audio bitrate)
16 kb/s voor1ch
Wav-bestanden zijn op basis van een PCM-con-tainer.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Cd/Dvd (p. 44)
• Externe audiobron via AUX/USB-ingang(p. 52)
• Harde schijf (HDD) (p. 49)
AUDIO EN MEDIA
52
Externe audiobron via AUX/USB-ingangOp het audiosysteem is een externe audiobron,
zoals een iPod® of mp3-speler, aan te sluiten(p. 53).
Een iPod® of mp3-speler met oplaadbare batte-rijen wordt opgeladen (wanneer het contact inge-schakeld is of de motor draait), als het apparaataangesloten is op de USB-aansluiting.
Het is mogelijk muziek te kopiëren van eenUSB15 naar de harde schijf (HDD) (p. 49) van deauto en de muziek vervolgens daarvandaan af tespelen.
Voor elementaire informatie over weergave ennavigatie, zie systeembediening en menufuncties(p. 28). Hier volgt een gedetailleerde beschrijving.
Bepaalde functies zijn te koppelen aan de FAV-knop. De bijbehorende functie is vervolgens een-voudig te activeren met een druk op de FAV-knop, zie Favorieten (p. 33).
Afspelen en navigerenEen op de USB-ingang aangesloten audiobron iste bedienen via de geluidsregeling van de auto.Een eenheid die is aangesloten op de AUX-ingang valt echter niet te bedienen via degeluidsregeling van de auto.
Draai in de normaalweergave van de audiobronaan TUNE om de mapstructuur te bereiken of omin de categorieën te zoeken. Navigeer in destructuur door aan TUNE te draaien, kies de mapmet OK/MENU en ga terug in de structuur metEXIT.
Start het afspelen van een bestand met een drukop OK/MENU.
Wanneer een bepaald muziekbestand helemaalafgespeeld is, worden de overige bestanden indezelfde map afgespeeld. Nadat alle bestandenin een bepaalde map zijn afgespeeld, wordt erautomatisch van map gewisseld.
Media zoekenU kunt muziek op uw eenheden zoeken. Tijdensde zoekfunctie worden de USB, disk en hardeschijf doorzocht. Lees meer over de zoekfunctie(p. 46).
USB-geheugenOm het gebruik van een USB-geheugen te ver-eenvoudigen is het beter alleen muziekbestandenin het geheugen op te slaan. Het inlezen duurtaanzienlijk langer, wanneer er behalve compati-bele muziekbestanden nog andere bestanden ophet opslagmedium staan.
N.B.
Het systeem biedt ondersteuning voor draag-bare media die werken met USB 2.0 en hetbestandssysteem FAT32.
N.B.
Bij gebruik van een langer USB-geheugenwordt geadviseerd een USB-adapterkabel tegebruiken. Dit om mechanische slijtage aande USB-ingang en het aangesloten USB-geheugen tegen te gaan.
15 Bepaalde markten.
AUDIO EN MEDIA
}}
53
Technische specificatie
Maximumaantal bestanden 15.000
Maximumaantal mappen 1000
Maximumaantal mapniveaus 8
Maximumaantal afspeellijsten 100
Maximumaantal posten in eenafspeellijst
1000
Submappen Onbeperkt
Mp3-spelerVeel mp3-spelers werken met hun eigenbestandssystemen die niet ondersteund wordendoor het Infotainmentsysteem. Om een dergelijkemp3-speler te kunnen gebruiken binnen het sys-teem, dient de speler in de stand USBRemovable device/Mass Storage Device testaan.
iPod®
N.B.
Het systeem ondersteunt alleen de weergave
van audiobestanden van iPod®.
N.B.
Om het afspelen te starten moet u de bron
iPod® kiezen (en niet USB).
Wanneer u muziek op een aangesloten iPod®
beluistert, hanteert het audio- en mediasys-teem een menustructuur vergelijkbaar met die
van de iPod®.
Gerelateerde informatie• Geluidssterkte instellen voor externe audio-
bron (p. 54)
• Mediaspeler - compatibele bestandsformaten(p. 50)
• Audio en media - menu-overzicht (p. 88)
Externe audiobron via AUX/USB -ingang aansluitenVia een van de aansluitingen in de middencon-sole is het mogelijk een externe audiobron (zoals
een iPod® of mp3-speler) aan te sluiten op hetaudiosysteem.
Aansluitingspunten voor externe audiobronnen.
audiobron aansluiten:
1. Sluit uw audiobron aan op een van de aan-sluitingen in het opbergvak van de midden-console (zie afbeelding).
2. Druk in de normaalweergave van de media-bron op MEDIA, draai aan TUNE totdat u degewenste audiobron USB, iPod of AUXbereikt en druk op OK/MENU.
De tekst USB lezen verschijnt op het beeld-scherm, terwijl het systeem de bestanden op het
||
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.54
opslagmedium inleest. Afhankelijk van debestandsstructuur en het aantal bestanden kanhet enige tijd duren voordat alles ingelezen is.
N.B.
Het systeem biedt ondersteuning voor de
meeste iPod®-modellen die in 2005 of latergemaakt zijn.
N.B.
Om schade tegen te gaan wordt de USB-aansluiting gedeactiveerd bij kortsluiting ofals een aangesloten USB-eenheid te veelstroom afneemt (dit is mogelijk als de aange-sloten eenheid niet aan de USB-standaardvoldoet). Als de volgende keer dat u het con-tact inschakelt, blijkt dat de storing verdwe-nen is, wordt de USB-aansluiting automatischopnieuw geactiveerd.
Gerelateerde informatie• Externe audiobron via AUX/USB-ingang
(p. 52)
Geluidssterkte instellen voorexterne audiobronMet deze functie kunt u het volume instellen vooreen externe audiobron (p. 52). Als het volume tehoog of te laag staat, kan de geluidskwaliteitachteruitgaan.
Bij aansluiting van een externe audiobron (zoals
een mp3-speler of iPod®) op de AUX-ingang ver-schilt het ingestelde volume van deze audiobronmogelijk van het volume waarop het audiosys-teem (bijvoorbeeld de radio) speelt. Corrigeer ditdoor het ingangsvolume van de ingang aan tepassen: Druk in de normaalweergave van deAUX-bron op OK/MENU, kies AUX-ingang endaarna de volume-instelling Standaard ofBoost.
N.B.
Als het volume van de externe geluidsbron tehoog of te laag staat, kan de geluidskwaliteitachteruitgaan. De geluidskwaliteit kan ookachteruitgaan als de speler wordt bijgeladenwanneer het audio- en mediasysteem in destand AUX staat. Laad de speler in dat gevalniet via de 12V-aansluiting bij.
Gerelateerde informatie• Audio en media - geavanceerde audio-instel-
lingen* (p. 35)
• Audiosysteem en media - Systeembediening(p. 28)
Media Bluetooth®
De mediaspeler in de auto is uitgerust met
Bluetooth® en kan draadloos "streaming audio"-bestanden afspelen op externe eenheden met
Bluetooth® zoals mobiele telefoons en laptops.
U moet de eenheid eerst registreren en aan deauto koppelen (p. 56).
Voor elementaire informatie over weergave ennavigatie, zie systeembediening en menufuncties(p. 28). Hier volgt een gedetailleerde beschrijving.
Bepaalde functies zijn te koppelen aan de FAV-knop. De bijbehorende functie is vervolgens een-voudig te activeren met een druk op de FAV-knop, zie Favorieten (p. 33).
Afspelen en navigerenNavigatie en regeling van het geluid zijn te ver-richten via de knoppen op de middenconsole ofvia de knoppenset op het stuurwiel. Bij sommigeexterne eenheden is het ook mogelijk op de een-heid zelf van track te wisselen.
Wanneer er een mobiele telefoon is aangeslotenop de auto, kunt u tevens bepaalde functies vande mobiele telefoon op afstand bedienen, zie
Bluetooth®-handsfreesysteem (p. 59). Wisseltussen de hoofdbronnen TEL en MEDIA om defuncties van de desbetreffende bronnen tegebruiken.
AUDIO EN MEDIA
55
N.B.
Bluetooth®-mediaspelers moeten ondersteu-ning bieden voor de profielen Audio/VideoRemote Control Profile (AVRCP) en Advan-ced Audio Distribution Profile (A2DP). Despeler dient AVRCP versie 1.3 en A2DP 1.2te hanteren. Anders werken bepaalde functiesmogelijk niet.
Niet alle verkrijgbare mobiele telefoons enexterne mediaspelers zijn volledig compatibel
met de Bluetooth®-functie van de mediaspe-ler van de auto. Volvo adviseert u contact opte nemen met een erkende Volvo-dealer voorinformatie over compatibele telefoons enexterne mediaspelers.
N.B.
De mediaspeler van de auto kan alleen audio-
bestanden afspelen via de Bluetooth®-functie.
Gerelateerde informatie• Willekeurige afspeelvolgorde tracks of audio-
bestanden (p. 46)
• Menu-overzicht - Media Bluetooth® (p. 93)
Bluetooth®-eenheid aansluiten enloskoppelenDe auto is voorzien van Bluetooth® en kandraadloos communiceren met andere
Bluetooth®-eenheden na registratie en aanslui-ting (p. 56).
U kunt maximaal 15 externe Bluetooth®-eenhe-den registreren. U hoeft een eenheid slechtseenmaal te registreren. Na het registreren hoeftde eenheid niet langer zichtbaar/identificeerbaar
te zijn, alleen moet Bluetooth® wel zijn geacti-veerd.
Wanneer de Bluetooth®-functie actief is en delaatst aangesloten eenheid binnen het bereik ligt,vindt automatisch aansluiting op de auto plaatsals deze wordt gestart. De naam van de aange-sloten eenheid verschijnt in de normaalweergavevan de bron. Druk op OK/MENU voor aansluitingop een andere eenheid en kies van eenheid wis-selen (p. 58).
De Bluetooth®-eenheid wordt automatisch losge-koppeld, wanneer deze buiten het bereik van deauto komt. Om een eenheid handmatig los tekoppelen - Bluetooth in de eenheid deactiveren.
Om de registratie van een Bluetooth®-eenheid in
de auto ongedaan te maken, kies Bluetooth®-eenheid verwijderen (p. 59). De auto zal daarnaniet meer automatisch naar deze eenheid zoeken.
U kunt twee Bluetooth®-eenheden tegelijk heb-
ben aangesloten. Bijvoorbeeld een telefoon
en een media-eenheid en u kunt van eenheidwisselen (p. 58).
Telefoon aangesloten als telefoon en als media-eenheid.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Media Bluetooth® (p. 54)
• Bluetooth®-handsfreesysteem (p. 59)
AUDIO EN MEDIA
56
Bluetooth®-eenheid registrerenU kunt twee Bluetooth®-eenheden tegelijk heb-ben aangesloten. Bijvoorbeeld een telefoon eneen media-eenheid en u kunt van eenheid wisse-len. U kunt tevens gebruik maken van de tele-foon, terwijl u via "streaming audio"-bestandenbeluistert. Het is mogelijk de auto aan te sluitenop internet (p. 71) via de internetverbindingvan de mobiele telefoon.
U kunt maximaal 15 externe Bluetooth®-eenhe-den registreren. U hoeft een eenheid slechtseenmaal te registreren. Na het registreren hoeftde eenheid niet langer zichtbaar/identificeerbaar
te zijn, alleen moet Bluetooth® wel zijn geacti-veerd.
N.B.
Bij een update van het besturingssysteem vande telefoon wordt de telefoonregistratiemogelijk onderbroken. Verwijder de telefoon
dan, zie Bluetooth®-eenheid verwijderen(p. 59) en sluit hem opnieuw aan.
Hoe u een externe eenheid aansluit hangt af vande vraag of dezelfde eenheid al dan niet eerderaangesloten was. Bij de onderstaande aansluit-opties wordt ervan uitgegaan dat het de eerstekeer is dat de eenheid wordt aangesloten (gere-gistreerd) en dat er geen andere eenheid is aan-gesloten. In de aansluitopties wordt aangegeven
hoe u een telefoon aansluit. Het aansluiten vaneen media-eenheid (p. 54) verloopt op dezelfdemanier, maar in dat geval is de hoofdbron MEDIAhet beginpunt.
U kunt op twee manieren eenheden aansluiten:ofwel zoekt u de externe eenheid vanuit de autoofwel zoekt u de auto vanaf de externe eenheid.Als de ene manier niet werkt, kunt u de andereproberen.
Als u zich niet in de normaalweergave voor detelefoon bevindt, drukt u op TEL in de midden-console.
Voorbeeld van normaalweergave voor de telefoon.
Alternatief 1 - externe eenheid zoekenvia het menusysteem in de auto1. Maak de externe eenheid identificeerbaar/
zichtbaar via Bluetooth®, zie daarvoor degebruiksaanwijzing bij de externe eenheid ofbezoek www.volvocars.com.
2. Druk in de normaalweergave van de tele-foonbron op OK/MENU en kies Nieuwetelefoon zoeken (voor de media-eenheidNieuw apparaat zoeken).
> De auto zoekt vervolgens naar beschik-
bare Bluetooth®-eenheden, wat ongeveereen minuut kan duren.
3. Kies de aan te sluiten Bluetooth®-eenheid inde lijst en druk op OK/MENU.
4. Controleer of de aangegeven cijfercode in deauto overeenkomt met die op de externeeenheid. Accepteer in dat geval op beidepunten.
5. Accepteer of weiger eventuele opties voorcontactpersonen en berichten op de tele-foon.
> De externe eenheid is daarmee aangeslo-ten.
Als de aansluiting is mislukt, drukt u op EXIT ensluit u aan volgens Alternatief 2.
AUDIO EN MEDIA
57
Alternatief 2 - Auto zoeken met hetBluetooth®-systeem van de externeeenheid1. Druk in de normaalweergave van de tele-
foonbron op OK/MENU, kies Autoherkenbaar maken en bevestig uw keuzemet OK/MENU.
2. Zoek met de externe eenheid naar
Bluetooth®-eenheden.
> De eenheid zoekt vervolgens naar
beschikbare Bluetooth®-eenheden, watongeveer een minuut kan duren.
3. Kies de naam van de auto op het display vande externe eenheid.
4. Controleer of de aangegeven cijfercode in deauto overeenkomt met die op de externeeenheid. Accepteer in dat geval op beidepunten.
5. Accepteer of weiger in de telefoon eventueleopties voor de contactpersonen en deberichtfuncties van de telefoon.
> De externe eenheid is daarmee aangeslo-ten.
Wanneer de externe eenheid is aangesloten, ver-
schijnt de Bluetooth®-naam van de externe een-heid op het display van de auto waarna de een-heid via de auto te bedienen is.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Bluetooth®-eenheid aansluiten en loskoppe-len (p. 55)
Automatische verbindingBluetooth®-eenheidWanneer een of meer Bluetooth®-eenheden inde auto geregistreerd (p. 56) zijn, vindt bij hetstarten van de auto automatisch verbindingplaats.
Wanneer de Bluetooth®-functie actief is en delaatst verbonden eenheid binnen het bereik ligt,vindt automatisch verbinding plaats. Als de laatstverbonden eenheid niet beschikbaar is, probeerthet systeem een eerder geregistreerde eenheidaan te sluiten.
Druk op EXIT voor aansluiting op een andereeenheid, kies voor nieuwe eenheid aansluiten(p. 56) of andere geregistreerde eenheid kiezen(p. 58).
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Bluetooth®-eenheid aansluiten en loskoppe-len (p. 55)
AUDIO EN MEDIA
58
Andere Bluetooth®-eenheid kiezenAls er meerdere aangesloten eenheden in deauto aanwezig zijn, kunt u van eenheid wisselen.De eenheid moet eerst gekoppeld (p. 56) zijnaan de auto.
Andere media-eenheid kiezen1. Controleer of de externe eenheid Bluetooth®
heeft geactiveerd, zie de handleiding van deexterne eenheid.
2. Druk in de normaalweergave van de
Bluetooth®-mediabron op OK/MENU enkies Ander apparaat.> De auto zoekt naar eerder aangesloten
eenheden. De gevonden externe eenhe-
den verschijnen met hun Bluetooth®-naam op het display van de middencon-sole.
3. Kies de aan te sluiten eenheid.
> De externe eenheid wordt vervolgens aan-gesloten.
Van telefoon wisselen1. Controleer of de externe eenheid Bluetooth®
heeft geactiveerd, zie de handleiding van deexterne eenheid.
2. Druk in de normaalweergave van de tele-foonbron op OK/MENU en kies Telefoonwijzigen.
> De auto zoekt naar eerder aangesloteneenheden. De gevonden externe eenhe-
den verschijnen met hun Bluetooth®-naam op het display van de middencon-sole.
3. Kies de aan te sluiten eenheid.
> De externe eenheid wordt vervolgens aan-gesloten.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Bluetooth®-eenheid aansluiten en loskoppe-len (p. 55)
Bluetooth®-eenheid loskoppelenDe Bluetooth®-eenheid wordt automatisch los-gekoppeld, wanneer deze buiten het bereik vande auto komt.
Wanneer de mobiele telefoon is losgekoppeld,kunt u een eventueel lopend gesprek voortzettenmet behulp van de ingebouwde microfoon enluidspreker van de mobiele telefoon.
De handsfree-functie wordt gedeactiveerd bij hetafzetten van de motor en het openen van eenportier16.
Om de registratie van een Bluetooth®-eenheid in
de auto ongedaan te maken, zie Bluetooth®-een-heid verwijderen (p. 59). De auto zal daarna nietmeer automatisch naar deze eenheid zoeken.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Bluetooth®-eenheid aansluiten en loskoppe-len (p. 55)
• Media Bluetooth® (p. 54)
• Bluetooth®-handsfreesysteem (p. 59)
16 Alleen Keyless drive.
AUDIO EN MEDIA
}}
59
Bluetooth®-eenheid verwijderenU kunt een Bluetooth®-eenheid van de auto ver-wijderen (registratie ongedaan maken). De autozal daarna niet meer automatisch naar deze een-heid zoeken.
Media-eenheid verwijderenDruk in de normaalweergave van de Bluetooth®-mediabron op OK/MENU en kies Ander
apparaat Apparaat verwijderen.
Telefoon verwijderenDruk in de normaalweergave van de telefoonbron
op OK/MENU en kies Telefoon wijzigenApparaat verwijderen.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Bluetooth®-eenheid aansluiten en loskoppe-len (p. 55)
• Media Bluetooth® (p. 54)
• Bluetooth®-handsfreesysteem (p. 59)
Bluetooth®-handsfreesysteemEen mobiele telefoon met Bluetooth® is draad-loos aan te sluiten op de auto.
Telefoonfuncties, overzicht bedieningselementen.
U moet de eenheid eerst registreren en aan deauto koppelen (p. 56).
Het audio- en mediasysteem werkt dan als hand-sfree en biedt u de mogelijkheid om enkele func-ties van uw mobiele telefoon op afstand te bedie-nen. U kunt de mobiele telefoon ook na aanslui-ting nog via de knoppen op de telefoon bedienen.
Wanneer er een mobiele telefoon is aangeslotenop de auto, kunt u tevens geluidsbestanden opde telefoon of een andere mediaspeler met
Bluetooth® "streamen", zie Media Bluetooth®
(p. 54). Wissel tussen de hoofdbronnen TEL enMEDIA om de functies van de desbetreffendebronnen te gebruiken.
N.B.
Niet alle mobiele telefoons zijn volledig com-patibel met de handsfree-functie van hetaudiosysteem. Volvo adviseert u contact op tenemen met een erkende Volvo-dealer voorinformatie over compatibele telefoons.
ActiverenBij kort indrukken van TEL activeert u de laatstverbonden telefoon. Als er al een telefoon is aan-gesloten, verschijnt er bij het indrukken van TELeen snelmenu met de meest gebruikelijke menu-
opties voor de telefoon. Het symbool geeftaan dat er telefoon is aangesloten.
Bellen1. Zorg dat het symbool boven aan het
display staat en dat de handsfree-functie inde telefoonstand staat.
2. Kies het gewenste nummer of draai in denormaalweergave TUNE rechtsom voor toe-gang tot het telefoonboek (p. 63) oflinksom voor de gesprekslijst (p. 61) metalle gesprekken.
3. Druk op OK/MENU om een contactpersoonof nummer van uw keuze uit de gesprekslijstte bellen.
U beëindigt het gesprek met EXIT.
||
AUDIO EN MEDIA
60
Sms-berichten lezen17
De auto maakt een kopie van de berichten in deaangesloten mobiele telefoon.
Als een aangesloten telefoon een sms-bericht
ontvangt, verschijnt het symbool bovenaanop het beeldscherm.
1. Druk op TEL en vervolgens op OK/MENUom Telefoonmenu te openen.
2. Draai aan TUNE totdat u Berichten bereikten druk op OK/MENU.
3. Draai aan TUNE om het te lezen bericht temarkeren en druk op OK/MENU.
> Het bericht verschijnt op het scherm.
4. Met een druk op OK/MENU opent u hetberichtenmenu met de mogelijkheid om hetbericht18 door het systeem te laten voorle-zen, de afzender van het bericht op te bellenof het bericht te wissen.
Als de hoofdbron TEL al actief is, verschijnt ereen pop-upmenu met nieuwe berichten op hetscherm. Bij het indrukken van OK/MENU wordthet gekozen bericht weergegeven, terwijl het sys-teem het bericht voorleest19. U kunt het voorle-zen annuleren met EXIT.
U kunt het pop-upmenu en het berichtsignaal uit-
schakelen onder Telefoonmenu Meldingenvan berichten.
N.B.
Om de berichten van de aangesloten mobieletelefoon weer te geven, moet u bij het aan-sluiten gegevenskopiëring op de desbetref-fende mobiele telefoon toestaan. Afhankelijkvan de mobiele telefoon kan dit op verschil-lende manieren:
• er wordt een pop-upvenster of bericht opde telefoon getoond en geaccepteerd.
• het delen van informatie wordt geaccep-teerd in de instellingen van de telefoon
voor de Bluetooth®-aansluiting op deauto.
In bepaalde gevallen kan het nodig zijn om demobiele telefoon los te koppelen en opnieuwop de auto aan te sluiten om gegevenskopië-ring mogelijk te maken.
Gerelateerde informatie• Bluetooth®-handsfreesysteem - audio-instel-
lingen (p. 62)
• Menu-overzicht - Bluetooth®-handsfreesys-teem (p. 94)
Bluetooth®-handsfreesysteem -overzichtSysteemoverzicht voor het Bluetooth®-hand-sfreesysteem.
Systeemoverzicht
Mobiele telefoon
Microfoon
Toetsenset op stuurwiel
Bedieningspaneel in middenconsole
17 Niet ondersteund door alle mobiele telefoons.18 Geldt voor bepaalde markten.19 Geldt voor bepaalde markten.
AUDIO EN MEDIA
}}
61
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Bluetooth®-eenheid aansluiten en loskoppe-len (p. 55)
GespreksfunctiesFuncties voor het hanteren van telefoongesprek-ken.
Inkomend gesprek– Druk op OK/MENU om inkomende gesprek-
ken te beantwoorden. De functie is ookactief als het audiosysteem in de standRADIO of MEDIA staat.
Met EXIT kunt u een gesprek weigeren of beëin-digen.
Menu tijdens gesprekIn de normaalweergave van de telefoonbron zorgteen druk op OK/MENU tijdens een lopendgesprek voor toegang tot de volgende functies:
• Mobiele telefoon - Gesprek doorschakelennaar de mobiele telefoon. Bij sommige mobi-ele telefoons wordt de koppeling verbroken.Dit is volkomen normaal. Het handsfree-sys-teem vraagt vervolgens of u opnieuw wiltkoppelen.
• Microfoon dempen – Microfoon van hetaudiosysteem uitschakelen.
• Kies nummer - mogelijkheid om eentweede gesprek te starten met behulp vande cijfertoetsen (het eerste gesprek wordtdaarbij stand-by gezet).
GesprekslijstDe gesprekslijst wordt bij iedere nieuwe aanslui-ting naar het handsfree-systeem gekopieerd en
voor de duur van de aansluiting bijgehouden.Draai in de normaalweergave van de telefoon-bron TUNE linksom om de gesprekslijst te zien.
In de normaalweergave van de telefoonbron kuntu de gesprekslijst voor de aangesloten telefoonbekijken door op OK/MENU te drukken en ver-volgens Bellijst te kiezen.
N.B.
Om de gesprekslijst van de aangeslotenmobiele telefoon weer te geven moet u bij hetaansluiten gegevenskopiëring op de desbe-treffende mobiele telefoon toestaan. Afhan-kelijk van de mobiele telefoon kan dit op ver-schillende manieren:
• er wordt een pop-upvenster of bericht opde telefoon getoond en geaccepteerd.
• het delen van informatie wordt geaccep-teerd in de instellingen van de telefoon
voor de Bluetooth®-aansluiting op deauto.
In bepaalde gevallen kan het nodig zijn om demobiele telefoon los te koppelen en opnieuwop de auto aan te sluiten om gegevenskopië-ring mogelijk te maken.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Stembediening - mobiele telefoon (p. 69)
AUDIO EN MEDIA
62
• Bluetooth®-handsfreesysteem (p. 59)
• Bluetooth®-handsfreesysteem - audio-instel-lingen (p. 62)
• Telefoonboek (p. 63)
Bluetooth®-handsfreesysteem -audio-instellingenHet is mogelijk het telefoongespreksvolume, hetvolume van het audiosysteem en het beltoonvo-lume aan te passen.
Tel.-gespreksvol.Het gespreksvolume is alleen tijdens eengesprek te wijzigen. Gebruik de toetsenset op hetstuurwiel of draai aan de knop VOL.
Volume audiosysteemZolang er geen telefoongesprek wordt gevoerd,kunt u het volume van het audiosysteem op degebruikelijke wijze bijregelen door te draaien aanVOL.
De weergave van een actieve geluidsbron wordtbij inkomende gesprekken automatisch onder-drukt.
BeltoonvolumeHet beltoonvolume is te wijzigen door op de knopSOUND te drukken, aan TUNE te draaien omVolume belsignaal te markeren en vervolgensop OK/MENU te drukken. Pas het beltoonvo-lume aan door te draaien aan TUNE en sla deinstelling op met OK/MENU.
BelsignalenBij een inkomend gesprek klinkt de eigenbeltoon van het handsfree-systeem.
N.B.
Bij bepaalde mobiele telefoons wordt debeltoon van de aangesloten mobiele telefoonniet uitgeschakeld, zodat deze gelijktijdig metde beltoon van het handsfree-systeem klinkt.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Bluetooth®-handsfreesysteem (p. 59)
AUDIO EN MEDIA
63
TelefoonboekDe auto maakt een kopie van het telefoonboek inde aangesloten mobiele telefoon en geeft dittelefoonboek alleen weer, wanneer de mobieletelefoon aangesloten is.
Voor alle telefoonboekfuncties dient het symbool
boven aan het beeldscherm en de hand-sfree-functie in de telefoonstand te staan.
Als het telefoonboek de contactgegevens bevatvan de persoon die belt, verschijnen deze op hetbeeldscherm.
N.B.
Om het telefoonboek van de aangeslotenmobiele telefoon weer te geven moet u bij hetaansluiten gegevenskopiëring op de desbe-treffende mobiele telefoon toestaan. Afhan-kelijk van de mobiele telefoon kan dit op ver-schillende manieren:
• er wordt een pop-upvenster of bericht opde telefoon getoond en geaccepteerd.
• het delen van informatie wordt geaccep-teerd in de instellingen van de telefoon
voor de Bluetooth®-aansluiting op deauto.
In bepaalde gevallen kan het nodig zijn om demobiele telefoon los te koppelen en opnieuwop de auto aan te sluiten om gegevenskopië-ring mogelijk te maken.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Bluetooth®-handsfreesysteem (p. 59)
Telefoonboek - contactpersonensnel zoekenDraai in de normaalweergave van de telefoon-bron TUNE rechtsom voor een lijst met contact-personen.
Draai aan TUNE om een contactpersoon te kie-zen en druk op OK/MENU om te bellen.
Onder de naam van de contactpersoon staat hettelefoonnummer dat als standaardnummer isgekozen. Als rechts van de contactpersoon hetsymbool ▼ staat, zijn er meerdere telefoonnum-mers van de contactpersoon opgeslagen. Drukop OK/MENU om de nummers weer te geven.Kies een ander nummer dan het standaardnum-mer en bel door te draaien aan de TUNE-knop.Druk op OK/MENU om te bellen.
Doorzoek de lijst met contactpersoon door via detoetsenset van de middenconsole de eerste let-ter(s) van de naam van de contactpersoon in tetypen. Voor de functie van de knoppen, zie Tele-foonboek - contactpersonen zoeken (p. 64).
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Bluetooth®-handsfreesysteem (p. 59)
AUDIO EN MEDIA
64
Telefoonboek - contactpersonenzoekenContactgegevens zoeken in het telefoonboek(p. 63).
Zoeken met behulp van het schrijfwiel.
Tekenlijst
Invoerstand wijzigen (zie de volgende tabel)
Telefoonboek
Druk om een contactpersoon te zoeken in denormaalweergave van de telefoonbron opOK/MENU en kies Contacten.
1. Draai aan TUNE totdat de gewenste letterverschijnt en druk op OK/MENU. Ook de cij-fer- en lettertoetsen van het bedieningspa-neel op de middenconsole zijn te gebruiken.
2. Ga verder met de volgende letter. In het tele-foonboek (3) verschijnt het resultaat van dezoekopdracht.
3. Om over te schakelen op de invoer van cij-fers of speciale tekens of het telefoonboekte openen dient u aan TUNE te draaien, tot-dat een van de opties (zie verklaring inonderstaande tabel) in de lijst voor het wis-selen van invoerstand (2) verschijnt en drukvervolgens op OK/MENU.
123/ABC
Met OK/MENU kunt u wisselentussen cijfers en letters.
MEER Met OK/MENU kunt u overscha-kelen op de invoer van specialetekens.
=> Opent het telefoonboek (3). Draaiaan TUNE om een contactper-soon te kiezen en druk op OK/MENU om opgeslagen nummersen overige informatie te bekijken.
Voor-naam/Ach-ternm
Wijzigt de volgorde waarin hettelefoonboek gesorteerd wordt.
Bij kort indrukken van EXIT wist u het laatst inge-voerde teken. Bij lang indrukken van EXIT wist ualle ingevoerde tekens.
AUDIO EN MEDIA
}}
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie. 65
Tekst invoeren met numeriek toetsenbord
Numeriek toetsenbord.
Een andere manier om tekens in te toetsen/voeren is met behulp van de toetsen op de mid-denconsole: 0–9, * en #.
Zo wordt bij een druk op 9 wordt een kolomweergegeven met alle tekens20 onder deze toets,zoals w, x, y, z en 9. Bij snel indrukken van detoets bladert u met de cursor door deze tekens.
• Blijf met de cursor op het te kiezen tekenstaan - het teken verschijnt op de schrijfre-gel.
• Wis/annuleer uw keuze met EXIT.
Houd om een cijfer in te voeren de toets met hetgewenste cijfer ingedrukt.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Bluetooth®-handsfreesysteem (p. 59)
StembedieningDe stembediening biedt u de mogelijkheid ombepaalde functies van het multimediasysteem,
de radio, een mobiele telefoon met Bluetooth®-aansluiting of Volvo's navigatiesysteem* met uwstem te bedienen.
U kunt zich dankzij stemcommando's beter con-centreren of het rijden en alle aandacht bij hetverkeer op de weg houden.
WAARSCHUWINGAls bestuurder bent u er altijd verantwoorde-lijk voor dat u de auto op een veilige manierbestuurt en de geldende verkeersregels inacht neemt.
De stembediening biedt u de mogelijkheid ombepaalde functies van het multimediasysteem, de
radio, een mobiele telefoon met Bluetooth®-aan-sluiting of Volvo's navigatiesysteem* met uwstem te bedienen, zonder daarvoor uw handenvan het stuur te hoeven nemen. De stembedie-ning vindt in dialoogvorm plaats met stemcom-mando's van de gebruiker en gesproken sys-teemreacties. De stembediening maakt gebruik
van dezelfde microfoon als het Bluetooth®-hand-
sfreesysteem (zie Bluetooth®-handsfreesysteem- overzicht (p. 60)) en geeft antwoord via de luid-sprekers in de auto.
20 De schrijftekens voor de verschillende toetsen kunnen per markt/land/taal variëren.
||
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.66
Beknopte bedieningsinstructies voorstembediening
Knoppenset op stuurwiel.
Toets voor stembediening
• Druk op de knop voor stembediening (1) omde functie te activeren en een dialoog metstemcommando's te starten. De functie toontdan enkele veelvoorkomende commando'sop het beeldscherm van de middenconsole.
Let op het volgende bij gebruik van de stembe-diening:
• Spreek bij het geven van commando's na detoon, met normale stem in een normaaltempo.
• Wacht met spreken, totdat het systeem klaaris met antwoorden (zolang het systeem ant-woordt, werkt de stembediening namelijkniet).
• Voorkom achtergrondgeluiden in het interi-eur door portieren, ruiten en schuif-/kantel-dak* gesloten te houden.
N.B.
Bij twijfel over het te gebruiken commandokunt u ‘Help’ zeggen – het systeem geeft danenkele voorbeelden van commando’s die u inde actuele situatie kunt gebruiken.
De stembediening is te annuleren door:
• ‘Annuleren’ te zeggen
• op EXIT of een andere hoofdbronknop(zoals MEDIA) te drukken.
VolumeHet geluidsvolume van de stembediening is aante passen met de knop VOL op de middencon-sole tijdens de weergave van gesproken sys-teemreacties.
Mobiele telefoon aansluitenVoordat u een mobiele telefoon via stemcom-mando's kunt bedienen, moet de mobiele tele-
foon via het Bluetooth®-handsfreesysteem zijngeregistreerd en aangesloten. Als u met eenstemcommando een telefoon probeert aan tesluiten zonder dat er een mobiel aan het systeemgekoppeld is, wordt u daarop attent gemaakt.Voor informatie over het koppelen (pairen) enaansluiten van een mobiele telefoon, zie
Bluetooth®-eenheid registreren (p. 56).
Taalkeuze voor stembedieningU kunt een taalkeuze maken voor de stembedie-ning (p. 65) in het menusysteem MY CAR.
Talenlijst.
Spraakherkenning is niet voor alle talen mogelijk.De beschikbare talen voor spraakherkenning zijnin de talenlijst aangegeven met een pictogram,
. De taal is te wijzigen in het menusysteem MYCAR (p. 14).
N.B.
Het is niet mogelijk van stembedieningstaalte veranderen zonder de taal van het menu-systeem te wijzigen.
AUDIO EN MEDIA
67
Hulpfuncties voor stembedieningDe hulpfuncties dienen om u bekend te makenmet het stembedieningssysteem (p. 65) en bie-den het systeem de gelegenheid om uw stem enuitspraak te leren kennen.
• Spraakinstructies: Een functie die u ver-trouwd maakt met de functie en de juistemanier om commando’s te geven.
• Stemtraining: Een functie die de stembe-dieningsfunctie de gelegenheid geeft uwstem en uitspraak te leren kennen. De func-tie kan de stem van een gebruikersprofielleren.
• Beknopte instructie: Een functie die eenbeknopte instructie voorleest over de wer-king van het systeem.
N.B.
Stembedieningsinstructies en stemtrainingzijn alleen te activeren wanneer de autogeparkeerd staat.
SpraakinstructiesDe instructies zijn te starten door in de normaal-weergave voor MY CAR (p. 14) op OK/MENU te
drukken en Instellingen Instellingen
stembediening Spraakintroductie te kiezen.
De instructies zijn opgesplitst in 3 onderdelen,die in totaal zo’n 5 minuten duren. De functie
start met de eerste les. Druk op om eenonderdeel over te slaan en naar het volgende tegaan. Ga terug naar het voorgaande onderdeel
door te drukken op .
Beëindig de instructies door te drukken op EXIT.
SpraakaanpassingU krijgt enkele zinnen te zien die u moet inspre-ken. De spraakaanpassing is te starten door in denormaalweergave voor MY CAR op OK/MENU te
drukken en Instellingen Instellingen
stembediening Adaptatie spreker te kiezen.
Let erop dat u na afloop van de spraakaanpas-sing een profiel kiest (p. 67) Getraindegebruiker onder Gebruikersinstelling.
Let erop dat er een nieuwe stemtraining vereist isbij een wijziging in de taalkeuze voor stembedie-ning (p. 66).
Beknopte instructieHet systeem leest een beknopte instructie overde stembediening voor. U start de instructie doorte drukken op de knop voor stembediening(p. 65) en “Beknopte instructie” te zeggen.
Stembediening - instellingenEr zijn meerdere instellingen voor stembediening(p. 65) mogelijk.
• Gebruikersinstelling - Het is mogelijk eenstemprofiel in te stellen door in de normaal-weergave voor MY CAR (p. 14) op
OK/MENU te drukken en Instellingen
Instellingen stembedieningGebruikersinstelling te kiezen. Kies uitStandaard of Getrainde gebruiker.Getrainde gebruiker is alleen te kiezen, alsde stemtraining (p. 67) is uitgevoerd.
• Synthetische leessnelheid - De snelheidwaarmee de dynamische (niet vooraf opge-nomen) voorleesfunctie van het systeemleest is te wijzigen door in de normaalweer-gave voor MY CAR op OK/MENU te druk-
ken en Instellingen Instellingen
stembediening Snelheid uitlezen tekiezen. Kies uit Snel, Midden of Langzaam.
• Stembedieningsvolume - Het volume vande stemsynthese is te wijzigen door op deSOUND-knop te drukken, aan TUNE tedraaien om Volume stembediening temarkeren en vervolgens op OK/MENU tedrukken. Pas het stemvolume aan door tedraaien aan TUNE en sla de instelling opmet OK/MENU.
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.68
Stembediening - stemcommando’sHet is mogelijk om bepaalde functies van hetmultimediasysteem en een mobiele telefoon met
Bluetooth®-aansluiting met vooraf gedefinieerdestemcommando’s met de stem te bedienen(p. 65).
U start een dialoog met stemcommando’s door tedrukken op de knop voor stembediening (p. 65).
Zodra een dialoog gestart is, verschijnen veel-voorkomende commando’s op het display.
Wanneer de bestuurder vertrouwd is met defunctie, kan hij/zij de dialoog verkorten door sys-teemvragen over te slaan middels kort indrukkenvan de knop voor stembediening.
Commando’s zijn op meerderemanieren te gevenHet commando voor bijvoorbeeld het zoekennaar een geluidstrack in de mediaspeler kan inmeerdere stappen of als een kort commandoworden gegeven:
• Zeg “Media zoeken”, wacht op antwoordvan het systeem en zeg daarna zoiets als“Track”.
of
• Zeg ‘Op track zoeken’ in één keer.
Gerelateerde informatie• Stembediening - snelcommando's (p. 68)
• Stembediening - mobiele telefoon (p. 69)
• Stembediening - radio (p. 70)
• Stembediening - multimedia (p. 70)
Stembediening - snelcommando'sDe stembediening (p. 65) van de mobiele tele-foon werkt met enkele vooraf gedefinieerde snel-commando's.
Snelcommando's voor het multimediasysteem ende telefoon vindt u door in de normaalweergavevoor MY CAR (p. 14) op OK/MENU te drukken
en Instellingen Instellingen stembediening
Lijst van spraakcommando's Globalecommando's, Telefooncommando's,Mediacommando's, Radiocommando's opNavigatiecommando's* te kiezen.
De helptekst voor elk commando geeft aan of hetcommando te gebruiken is voor alle bronnen ofalleen in een bepaalde bron.
AUDIO EN MEDIA
69
Stembediening - mobiele telefoonGebruik de stembediening (p. 65) en een mobi-
ele telefoon met Bluetooth®-aansluiting om bij-voorbeeld een contactpersoon of een telefoon-nummer te bellen.
De volgende dialogen zijn slechts voorbeelden;de systeemreacties kunnen per geval verschillen.
Een nummer bellenDe functie begrijpt de cijfers 0 (nul) tot en met 9(negen). Het nummer is aan te geven door de cij-fers van het nummer elk afzonderlijk uit te spre-ken, in groepjes te verdelen of in één keer achterelkaar te noemen. Getallen groter dan 9 (negen)kan het systeem niet aan. Zo kunt u 10 (tien) of11 (elf) niet gebruiken.
Gebruik de volgende dialoog met stemcomman-do's om een nummer te bellen.
1. De gebruiker start de dialoog door het zeg-gen van: "Bel nummer".> Het systeem antwoordt: "Zeg nummer".
2. Noem de cijfers (eenheden zoals "Zes-acht-zeven" enzovoort) van het telefoon-nummer.
> Bij een pauze zal het systeem het laatstgenoemde groep cijfers herhalen.
3. Noem de rest van de cijfers. Sluit, nadat uhet hele nummer genoemd hebt, af door hetvolgende te zeggen: "OK".
> Het systeem belt het nummer.
Het nummer is aan te passen door "Corrigeren"(verwijdert de laatst genoemde groep cijfers) of"Wissen" (wist het genoemde nummer in zijngeheel) te geven. Wanneer u "Herhalen" zegt,zal het systeem het opgegeven nummer in zijngeheel voorlezen.
Een contactpersoon bellenGebruik de volgende dialoog met stemcomman-do's om een contactpersoon in het telefoonboekte bellen.
1. De gebruiker start de dialoog door het zeg-gen van: "Bel contact".> Het systeem antwoordt: "Zeg naam".
2. Noem de naam van de contactpersoon.
> Als slechts een contactpersoon is gevon-den, belt het systeem deze persoon op.Anders geeft het systeem meer instruc-ties om de juiste contactpersoon te vin-den.
Als er voor een contactpersoon meerdere num-mers in het telefoonboek staan, kunt u na denaam nog "Mobiel" of "Werk" noemen om hetsysteem te helpen.
Meer commando'sMeer commando's voor stembediening van demobiele telefoon vindt u door in de normaalweer-gave voor MY CAR (p. 14) op OK/MENU te
drukken en Instellingen Instellingen
stembediening Lijst van
spraakcommando's Telefooncommando'ste kiezen.
Gerelateerde informatie• Bluetooth®-handsfreesysteem (p. 59)
AUDIO EN MEDIA
70
Stembediening - radioGebruik de stembediening (p. 65) om bijvoor-beeld van radiozender te veranderen.
De volgende dialogen zijn slechts voorbeelden;de systeemreacties kunnen per geval verschillen.
Van zender veranderenIn de volgende dialoog met stemcommando’sverandert u van radiozender.
1. De gebruiker start de dialoog door het zeg-gen van: “Kies zender”.> Het systeem antwoordt: “Zeg de naam
van de zender”.
2. Noem de naam van de radiozender.
> Het systeem schakelt over op de uitzen-ding van de radiozender.
Van frequentie veranderenHet systeem begrijpt getallen tussen 87,5 (vijf-entachtig-komma-vijf) en 108,0 (honderdacht-komma-nul).
In de volgende dialoog met stemcommando’sverandert u van radiofrequentie.
1. De gebruiker start de dialoog door het zeg-gen van: “Frequentie”.
> Het systeem antwoordt: “Zegfrequentienummer”.
2. Noem een frequentie tussen 87,5 en 108,0megahertz.
> Het systeem schakelt over op de radiofre-quentie.
Meer commando’sMeer commando’s voor stembediening van deradio vindt u door in de normaalweergave voorMY CAR (p. 14) op OK/MENU te drukken en
Instellingen Instellingen stembediening
Lijst van spraakcommando'sRadiocommando's te kiezen.
Gerelateerde informatie• Radio (p. 36)
Stembediening - multimediaGebruik de stembediening (p. 65) van het multi-mediasysteem om bijvoorbeeld van bron of trackte veranderen.
De volgende dialogen zijn slechts voorbeelden;de systeemreacties kunnen per geval verschillen.
Van bron veranderenIn de volgende dialoog met stemcommando’sverandert u van mediabron.
– De gebruiker start de dialoog door het zeg-gen van: “Disc”.
> Het systeem schakelt over op de cd/dvd-speler.
De overige bronnen zijn te openen door bijvoor-beeld “Bluetooth”, “TV - instelling” of “USB” tezeggen. Welke bronnen er te openen zijn, hangtaf van de apparaten die op dat moment beschik-baar/aangesloten zijn en of de gekozen bronafspeelbare media bevat. Als een mediabron nietbeschikbaar is, geeft het systeem aan waarom.
Van track veranderenHet systeem begrijpt de nummers 0 (nul) tot 99(negenennegentig). Nummers hoger dan 99(negenennegentig) kan het systeem niet werken.Zo is 100 (honderd) of 101 (honderdeen) nietmogelijk.
AUDIO EN MEDIA
}}
71
In de volgende dialoog met stemcommando’sverandert u van track.
1. De gebruiker start de dialoog door het zeg-gen van: “Kies track”.
> Het systeem antwoordt: “Zegtracknummer”.
2. Zegt het tracknummer (als één nummer,d.w.z. “Drieëntwintig” en dus niet “Twee-drie”).
> Het systeem schakelt over naar het track-nummer van de actieve mediabron.
Media zoekenIn de volgende dialoog kunt u met stemcomman-do’s naar media zoeken.
1. De gebruiker start de dialoog door het zeg-gen van: “Media zoeken”.
> Het systeem geeft een genummerde lijstweer met de categorieën waarop u kuntzoeken en antwoord: “Kies eenregelnummer of zeg de te zoekenmediacategorie”.
2. Noem een regelnummer of een zoekcatego-rie.
> Het systeem geeft meer instructies om dejuiste media te vinden.
Meer commando’sMeer commando’s voor stembediening van hetmultimediasysteem vindt u door in de normaal-
weergave voor MY CAR (p. 14) op OK/MENU te
drukken en Instellingen Instellingen
stembediening Lijst van
spraakcommando's Mediacommando's tekiezen.
Gerelateerde informatie• Mediaspeler (p. 44)
Connected CarDoor de auto op internet aan te sluiten, wordthet mogelijk om bijvoorbeeld navigatiediensten,webradio en muziekdiensten te gebruiken viaapps (p. 77) en de geïntegreerde webbrowser(p. 78) van de auto te gebruiken.
Als de auto op internet is aangesloten, is hetmogelijk om extra programma's (apps) te gebrui-ken. De beschikbare apps die per land kunnenverschillen kunnen bijvoorbeeld bestaan uit navi-gatiediensten, sociale media, webradio enmuziekdiensten. De auto is voorzien van een een-voudige webbrowser om informatie op internet tezoeken en deze weer te geven.
Als de internetverbinding via een mobiele tele-foon plaatsvindt, is het mogelijk om tegelijkertijdandere functies van de mobiele telefoon tegebruiken, zoals het lezen van sms-berichten en
bellen, zie Bluetooth®-handsfreesysteem (p. 59).
||
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.72
De mobiele telefoon en de provider moetenondersteuning bieden voor tethering (delen vande internetverbinding) en het abonnement moetinclusief dataverkeer zijn.
N.B.
Bij gebruik van internet wordt data overge-bracht (dataverkeer) en dat kan kosten metzich meebrengen.
Het activeren van dataroaming kan tot ver-dere kosten leiden.
Informeer bij uw provider naar de kosten voordataverkeer.
Voor elementaire bediening, zie systeembedie-ning en menufuncties (p. 28).
Auto aansluiten op internet
Instellingen voor internetverbinding.
Geen verbinding tot stand brengen is de basisin-stelling van de internetverbinding. Na het kiezenvan een verbindingsalternatief geldt het gekozenalternatief, waarna de auto waar mogelijk auto-matisch een internetverbinding tot stand brengt.Kies een andere verbindingsalternatief om opeen andere manier internetverbinding tot stand tebrengen. Verbreek de netwerkaansluiting om nietautomatisch internetverbinding tot stand te bren-gen.
Kies uit de verbindingsalternatieven Bluetooth®,Wi-Fi of automodem*:
Automodem*21
Bij aansluiting met de automodem maken deVolvo On Call-diensten gebruik van deze verbin-ding.
Voor aansluiting met de automodem, zie Automo-dem* (p. 75).
21 Alleen auto's met Volvo On Call
AUDIO EN MEDIA
}}
73
Bluetooth®
1. U moet de mobiele telefoon eerst registrerenen aan de auto koppelen (p. 56).
2. Activeer internetdeling (delen van internet-verbinding (persoonlijke hotspot)) op demobiele telefoon.
3. Druk op MY CAR om de normaalweergavevoor de bron te openen. Druk vervolgens op
OK/MENU en kies Instellingen
Internetinstellingen Aansluiten viaBluetooth.
> De auto heeft daarmee een verbinding.
In het vervolg zal de auto automatisch via
Bluetooth® een verbinding tot stand brengen meteen beschikbaar netwerk.
Een symbool op het beeldscherm (p. 32) geeftde actuele verbindingsstatus aan.
Voor het verbreken van de netwerkaansluiting, zieNetwerkaansluiting verbreken.
De auto kan maximaal 10 verschillende
Bluetooth®-netwerken in het geheugen opslaan.Als u vervolgens een nieuw netwerk toevoegt,wordt het oudste netwerk inclusief wachtwoordverwijderd van de netwerklijst in het geheugen.
Wi-Fi
1. Activeer internetdeling (delen van internet-verbinding (persoonlijke hotspot)) op demobiele telefoon.
2. Druk op MY CAR om de normaalweergavevoor de bron te openen. Druk vervolgens op
OK/MENU en kies Instellingen
Internetinstellingen Aansluiten viaWi-Fi.
> Er wordt gezocht naar beschikbare Wi-Fi-netwerken.
3. Kies het netwerk van uw keuze.
4. Kies Verbinden.
5. Geef het wachtwoord van het netwerk aan.
> De auto probeert vervolgens een verbin-ding tot stand te brengen met het geko-zen netwerk.
In het vervolg zal de auto automatisch via Wi-Fieen verbinding tot stand brengen met eenbeschikbaar netwerk. Let erop dat sommige tele-foons de internetverbinding verbreken, wanneerde verbinding met de auto is verbroken (zoalswanneer u de auto ergens parkeert tot de vol-
gende keer dat u hem nodig hebt). In dat gevalmoet u bij een volgend gebruik van de telefoonde "internet sharing" opnieuw activeren.
Een symbool op het beeldscherm (p. 32) geeftde actuele verbindingsstatus aan.
Voor het verbreken van de netwerkaansluiting, zieNetwerkaansluiting verbreken.
De auto kan maximaal 10 verschillende Wi-Fi-netwerken in het geheugen opslaan. Als u vervol-gens een nieuw netwerk toevoegt, wordt het oud-ste netwerk inclusief wachtwoord verwijderd vande netwerklijst in het geheugen.
Wi-Fi-netwerk uit geheugen verwijderen1. Druk op MY CAR om de normaalweergave
voor de bron te openen.
2. Druk vervolgens op OK/MENU en kies
Instellingen Internetinstellingen.
3. Kies Wi-Fi.> Er verschijnt een lijst met beschikbare
netwerken.
4. Kies het te verwijderen netwerk.
5. Kies Vergeten.
> De auto zal niet meer automatisch eenverbinding tot stand trachten te brengenmet het desbetreffende netwerk.
||
AUDIO EN MEDIA
74
Alle netwerken uit geheugenverwijderenU kunt alle netwerken tegelijk uit het geheugenverwijderen. Houd er in dat geval rekening meedat dan de fabrieksinstellingen worden hersteldvoor alle gebruikersgegevens en systeeminstel-lingen.
Druk om de fabrieksinstellingen te herstellen opMY CAR op de middenconsole en kies daarna
OK/MENU gevolgd door InstellingenResetten naar fabrieksinstellingen.
Techniek en veiligheid rond Wi-FiAansluiting is alleen mogelijk op netwerken vanhet volgende type:
• Frequentie - 2,4 GHz.
• Standaarden - 802.11 b / g / n.
• Beveiligingstype - WPA2-AES-CCMP.
Als meerdere eenheden op dezelfde frequentieactief zijn, kunnen de prestaties afnemen.
Netwerkverbinding verbreken
Druk op OK/MENU en kies Instellingen
Internetinstellingen Aansluiten viaGeen. De auto maakt geen verbinding met inter-net.
Geen internetverbinding of een slechteinternetverbindingDe hoeveelheid data die wordt overgebracht isafhankelijk van welke diensten of apps in de autoworden gebruikt. Het streamen van audio kan bij-voorbeeld tot een grote hoeveelheid dataverkeerleiden en dat vereist een goede verbinding ensignaalsterkte.
Mobiele telefoon in de autoDe snelheid binnen de aansluiting kan variërenafhankelijk van de positie van de mobiele tele-foon in de auto. Plaats de mobiele telefoon dich-ter bij het audio- en mediasysteem van de auto
om de signaalsterkte te verbeteren. Zorg dat designalen niet worden gehinderd.
Mobiele telefoon en providerDe snelheid binnen het mobiele netwerk varieertafhankelijk van de dekking op de plek waar u zichbevindt. Een slechtere netwerkdekking is bijvoor-beeld mogelijk in tunnels, achter bergen, in diepedalen of binnenshuis. De snelheid is ook afhan-kelijk van uw overeenkomst met uw teleprovider.
N.B.
Neem bij problemen met de dataoverdrachtcontact op met uw provider.
Gerelateerde informatie• Symbolen op het beeldscherm (p. 32)
• Verkoop van auto (p. 11)
AUDIO EN MEDIA
}}
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie. 75
Automodem*22
De auto is uitgerust met een modem die u kuntgebruiken om de auto met internet te verbinden.U kunt de internetverbinding tevens delen viaWi-Fi.
Internetverbinding
Simkaarthouder in dashboardkastje.
1. Plaats uw persoonlijke simkaart in de houderdie in het dashboardkastje zit.
2. Druk op MY CAR om de normaalweergavevoor de bron te openen. Druk vervolgens op
OK/MENU en kies Instellingen
Internetinstellingen Automodem.
3. Geef de pincode van de simkaart aan.
> De auto brengt een internetverbinding totstand, zodat u de beschikbare internet-functies kunt gebruiken, zie ConnectedCar (p. 71).
N.B.
Het wordt geadviseerd om de pincodebeveili-ging uit te schakelen, zodat u iedere keer datu de auto start de pincode moet invoeren.Druk op MY CAR om de normaalweergavevoor de bron te openen. Druk vervolgens op
OK/MENU en kies Instellingen
Internetinstellingen Automodem. Vinkhet vakje SIM-kaart blokkeren uit.
N.B.
Bij gebruik van internet wordt data overge-bracht (dataverkeer) en dat kan kosten metzich meebrengen.
Het activeren van dataroaming kan tot ver-dere kosten leiden.
Informeer bij uw provider naar de kosten voordataverkeer.
Druk om de internetverbinding te verbreken opMY CAR om de normaalweergave voor de bronte openen. Druk vervolgens op OK/MENU en
kies Instellingen InternetinstellingenGeen.
22 Alleen auto's met Volvo On Call.
||
AUDIO EN MEDIA
76
Wi-Fi-hotspot delen
Wanneer de auto een internetverbinding heeft viade automodem, is het mogelijk om de internet-verbinding te delen (Wi-Fi-hotspot), zodat ookandere eenheden gebruik kunnen maken van deautomodem.
De provider (simkaart) moet ondersteuning bie-den voor tethering (delen van de internetverbin-ding).
1. Druk op MY CAR om de normaalweergavevoor de bron te openen. Druk vervolgens op
OK/MENU en kies Instellingen
Internetinstellingen Wi-Fi hotspot auto
Voer de naam van het Wi-Fi-netwerk (SSID)en een wachtwoord in. De naam moet 6 tot32 tekens bevatten en het wachtwoord 10tot 63 tekens. U kunt de naam en het wacht-woord naderhand nog wijzigen.
2. Activeer de Wi-Fi-hotspot van de auto doorhet vakje aan te vinken.
> Externe eenheden kunnen vervolgens ver-binding maken met de Wi-Fi-hotspot vande auto.
Voor het deactiveren van tethering - het vakje uit-vinken.
N.B.
Het activeren van Wi-Fi-hotspot kan tot ver-dere kosten van uw provider leiden.
Informeer bij uw provider naar de kosten voordataverkeer.
Er kunnen tot 8 eenheden worden aangeslotenop de Wi-Fi-hotspot van de auto. Het aantal aan-gesloten eenheden is weer te geven door eerstop MY CAR te drukken om de normaalweergavevoor de bron te openen. Druk vervolgens op
OK/MENU en kies InstellingenInternetinstellingen.
Aantal aangesloten eenheden op de Wi-Fi-hotspot vande auto.
Druk om te zien welke eenheden er zijn aange-sloten op de Wi-Fi-hotspot op MY CAR om denormaalweergave voor de bron te openen. Drukvervolgens op OK/MENU en kies Instellingen
Internetinstellingen Wi-Fi hotspot auto.
Techniek en veiligheid rond Wi-Fi-hotspot
Voor de gedeelde Wi-Fi-hotspot wordt de fre-quentie 2,4 GHz gebruikt. Als meerdere eenhe-den op dezelfde frequentie actief zijn, kunnen deprestaties afnemen.
• Frequentie - 2,4 GHz.
• Standaarden - 802.11 b / g / n.
• Beveiligingstype - WPA2-AES-CCMP.
• De antenne voor de modem van de auto zitop het dak van de auto.
AUDIO EN MEDIA
}}
77
Geen internetverbinding of een slechteinternetverbindingZie Connected Car (p. 71).
Gerelateerde informatie• Connected Car (p. 71)
• Symbolen op het beeldscherm (p. 32)
AppsApplicaties (apps) zijn diensten die u kuntgebruiken als de auto een internetverbindingheeft. Apps kunnen bijvoorbeeld bestaan uitnavigatiediensten, sociale media, webradio enmuziekdiensten.
Voor elementaire bediening en navigatie, zie sys-teembediening en menufuncties (p. 28).
Om de apps te kunnen gebruiken moet de autoeerst een internetverbinding (p. 71) hebben.
Wanneer de auto een internetverbinding, ver-schijnt er een symbool (p. 32) in de hoek rechts-boven van het beeldscherm. Als er geen internet-verbinding beschikbaar is, staat dat op het beeld-scherm.
N.B.
Bij gebruik van internet wordt data overge-bracht (dataverkeer) en dat kan kosten metzich meebrengen.
Het activeren van dataroaming kan tot ver-dere kosten leiden.
Informeer bij uw provider naar de kosten voordataverkeer.
Druk op op de middenconsole en kies Appsom de beschikbare apps23 weer te geven. Kieseen app in de lijst en start deze met een druk opOK/MENU.
De apps worden van internet gedownload naarde auto en daarvandaan gestart. Elke keer alsapps worden gestart, worden ze gedownload (bij-gewerkt). Bij gebruik van een app is dus elkekeer een internetverbinding nodig.
De apps delen de gegevens over deautolocatieBepaalde apps vereisen dat u uw locatie door-geeft. De apps gebruiken GNSS (Global Naviga-tion Satellite System) voor het lokaliseren van deauto, wat betekent dat de locatie van de automogelijk ook naar Volvo’s partners wordtgestuurd. De partners werken in opdracht van
23 Het aanbod aan apps kan veranderen en hangt af van het uitrustingsniveau en de markt.
||
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.78
Volvo en mogen de locatiegegevens uitsluitendverwerken voor zover dat nodig is voor de te ver-lenen dienst. Alle partners zijn gehouden aancontracten die hen verplichten vertrouwelijk omte gaan met de locatiegegevens zoals bij de wetis vastgelegd.
AanmeldingVoor bepaalde apps/diensten moet u zich aan-melden. Er zijn twee types:
• Bepaalde apps kunnen registratie bij eenleverancier van apps/diensten vereisen. Bijhet opstarten van een app wordt u geïnfor-meerd over het eventuele aanmelden. Volgde instructies op het scherm om u te regis-treren of gebruik de aanwezige account om uaan te melden.
• Bepaalde apps/diensten vereisen aanmel-den met een persoonlijke Volvo ID. Regi-streer u voor een nieuwe ID of gebruik eenbestaande voor toegang tot verschillendehandige diensten, zoals het sturen van eenadres van een kaartdienst op internet naareen navigatie-app of Volvo’s navigatiesys-teem*24. Voor meer informatie over het aan-maken van een account, zie Volvo ID (p. 12).
NavigatiedienstenNavigatiediensten geven route-informatie naareen vooraf gekozen bestemming. De begeleiding
is echter niet altijd betrouwbaar, omdat er situ-aties te bedenken zijn waar het navigatiesysteemniet op berekend is zoals plotselinge weersom-slagen.
WAARSCHUWINGDenk aan het volgende:
• Richt al uw aandacht op de weg en con-centreer u volledig op het rijden.
• Neem de geldende verkeersregels in achten rijd voorzichtig.
• Vanwege bijv. weersomstandigheden ofhet jaargetijde kunnen bepaalde aanbe-velingen voor de route minder betrouw-baar zijn.
N.B.
Het is mogelijk om Sensus Navigation teupgraden waardoor u meer functies krijgt ende kaartgegevens worden bijgewerkt. Neemcontact op met uw dealer.
Gerelateerde informatie• Symbolen op het beeldscherm (p. 32)
• Verkoop van auto (p. 11)
Webbrowser25
De auto is voorzien van een geïntegreerde web-browser om informatie op internet te kunnenzoeken en deze weer te geven.
Voor elementaire bediening, zie systeembedie-ning en menufuncties (p. 28).
De webbrowser is eenvoudig en ondersteunt destandaard HTML 4 in tekst en beeld. De web-browser ondersteunt bijvoorbeeld geen bewe-gende beelden, video en audio. Er kunnen geenbestanden worden gedownload en opgeslagen.
Om de webbrowser te kunnen gebruiken moetde auto eerst een internetverbinding (p. 71) heb-ben.
N.B.
Bij gebruik van internet wordt data overge-bracht (dataverkeer) en dat kan kosten metzich meebrengen.
Het activeren van dataroaming kan tot ver-dere kosten leiden.
Informeer bij uw provider naar de kosten voordataverkeer.
24 Sensus Navigation.
AUDIO EN MEDIA
}}
79
N.B.
De webbrowser is niet raadpleegbaar tijdenshet rijden.
Druk op de verbindingsknop op de midden-console en kies Webbrowser.
Bij aansluiting op internet met Bluetooth® ver-
schijnt het Bluetooth®-symbool (p. 32) in de hoekrechtsboven op het beeldscherm.
Als er geen internetverbinding beschikbaar is,staat dat op het beeldscherm.
Zoekfunctie
Zoeken met behulp van het schrijfwiel.
Tekenlijst.
Invoerstand wijzigen (zie de volgende tabel).
Eerder bezochte internetpagina's (geschie-denis).
Gebruik het schrijfwiel om een internetadres in tevoeren, bijvoorbeeld www.volvocars.com.
1. Draai aan TUNE tot de gewenste letter ver-schijnt en druk ter bevestiging op OK/MENU. Ook de cijfer- en lettertoetsen vanhet bedieningspaneel op de middenconsolezijn te gebruiken.
2. Ga verder met de volgende letter.
3. Om over te schakelen op de invoer van cij-fers, het ingevoerde adres te laden of naarde geschiedenis te gaan, draait u aan TUNEtotdat een van de opties (zie verklaring in vol-gende tabel) in de lijst voor het wisselen vaninvoerstand (2) verschijnt en drukt u vervol-gens op OK/MENU.
123/ABC
Met OK/MENU kunt u wisselen tus-sen cijfers en letters.
=> Opent de geschiedenis (3). Draaiaan TUNE om een internetadres tekiezen en druk vervolgens op omOK/MENU de bijbehorende paginate openen.
Go Het ingevoerde webadres laden metOK/MENU.
25 Geldt voor bepaalde markten
||
AUDIO EN MEDIA
80
a|A Tussen kleine en hoofdletters wisse-len met OK/MENU.
| | } Van het tekstwiel naar het Adres:-veld wisselen. De cursor verplaatsenmet TUNE. Eventuele verkeerdespelling wissen met EXIT. Om terugte gaan naar het tekstwiel op OK/MENU drukken.
Let op: de cijfer- en lettertoetsen ophet bedieningspaneel kunnen wor-den gebruikt bij bewerkingen in hetAdres:-veld.
Bij kort indrukken van EXIT wist u het laatst inge-voerde teken. Bij lang indrukken van EXIT wist ualle ingevoerde tekens.
Tekst invoeren met numeriek toetsenbord
Numeriek toetsenbord.
Een andere manier om tekens in te toetsen/voeren is met behulp van de toetsen op de mid-denconsole: 0–9, * en #.
Zo wordt bij een druk op 9 wordt een kolomweergegeven met alle tekens26 onder deze toets,zoals w, x, y, z en 9. Bij snel indrukken van detoets bladert u met de cursor door deze tekens.
• Blijf met de cursor op het te kiezen tekenstaan - het teken verschijnt op de schrijfre-gel.
• Wis/annuleer uw keuze met EXIT.
Houd om een cijfer in te voeren de toets met hetgewenste cijfer ingedrukt.
In de webbrowser navigerenDraai aan TUNE om de links door te nemen of deinternetpagina omhoog of omlaag te schuiven.Druk op OK/MENU om een keuze/gemarkeerdelink te activeren.
Beweging van de cursor op de internetpagina.
Met de Knoppenset van de middenconsole kuntu de cursor in alle richtingen over de paginabewegen. Druk op de knop INFO om naar demenuregel boven aan de pagina te gaan.
U opent het pop-upmenu met knop nummer 5 opde middenconsole. U kunt de cursor ook in eengebied plaatsen waar aanklikken niet mogelijk isen vervolgens op OK/MENU drukken.
FunctiesU opent de beschikbare functies via het pop-upmenu - knop nummer 5 op de middenconsole.
26 De schrijftekens voor de verschillende toetsen kunnen per markt/land/taal variëren.
AUDIO EN MEDIA
81
U kunt de cursor ook in een gebied plaatsenwaar aanklikken niet mogelijk is en vervolgens opOK/MENU drukken.
• Terug - Teruggaan naar de voorgaandepagina.
• Volgende - Als u terugging naar een voor-gaande pagina, kunt u hiermee weer vooruit-springen naar de oorspronkelijke pagina.
• Opnieuw laden - Pagina verversen.
• Stop - Het laden van een pagina annulerenen teruggaan.
• Nieuwe tab - Maakt een nieuwe tab/paginaaan. Er kunnen maximaal 4 tabs tegelijkopen zijn.
• Tab sluiten - Tab/pagina sluiten.
• Inzoomen/Uitzoomen - In-/uitzoomen opde pagina.
• Bladwijzer toevoegen/Bladwijzerverwijderen - Om iedere keer dat u eeninternetpagina wilt openen het internetadresniet opnieuw te moeten invoeren, kunt u eensnelkoppeling (bladwijzer) opslaan voor depagina. Er zijn maximaal 20 bladwijzers op teslaan.
• Instellingen - Aanpassen van de weergaveen informatiehantering van de webbrowser,zie hieronder voor meer informatie.
Instellingen
• Bladwijzers - Hernoemen, Herschikkenof Wis.
• Internetfilter - Het is mogelijk bepaaldeaanpassingen te doen, zodat de webpagina'sop de gewenste manier worden weergege-ven. De volgende functies kunnen wordengeactiveerd/gedeactiveerd: Afbeeldingenweergeven, Pop-ups blokkeren enJavaScript inschakelen.
• Cookies accepteren - Cookies zijn kleinetekstbestandjes die worden opgeslagen.Deze maken het bijvoorbeeld mogelijk omverschillende functies op webpagina's tegebruiken en het voor de webeigenaarmogelijk te maken om statistieken bij te hou-den, bijvoorbeeld over naar welke pagina's debezoekers navigeren.
• Tekstgrootte - Kies de te gebruiken teken-grootte: Groot, Midden of Klein.
• Browsergeschiedenis wissen – Cookies,browsergeschiedenis en cache wordengewist.
• Opties FAV-toets - Bepaalde functies zijnte koppelen aan de FAV-knop. De bijbeho-rende functie is vervolgens eenvoudig teactiveren met een druk op de FAV-knop, zieFavorieten (p. 33).
Gerelateerde informatie• Symbolen op het beeldscherm (p. 32)
• Verkoop van auto (p. 11)
• Menu-overzicht - webbrowser (p. 94)
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.82
TV*Tv-weergave is uitsluitend mogelijk wanneer deauto stilstaat. Wanneer de auto rijdt, verdwijnthet beeld terwijl het geluid wordt weergegeven.Het beeld komt terug wanneer de auto tot stil-stand is gekomen.
Tv-functies, overzicht bedieningselementen.
Voor elementaire informatie over weergave ennavigatie, zie systeembediening en menufuncties(p. 28). Hier volgt een gedetailleerde beschrijving.
Bepaalde functies zijn te koppelen aan de FAV-knop. De bijbehorende functie is vervolgens een-voudig te activeren met een druk op de FAV-knop, zie Favorieten (p. 33).
N.B.
Dit systeem ondersteunt alleen tv-signalen indie landen die in mpeg2- of mpeg4-formaatuitzenden volgens de DVB-T-standaard. Hetsysteem biedt geen ondersteuning voor ana-loge tv-signalen.
N.B.
Tv-weergave is uitsluitend mogelijk, wanneerde auto stilstaat. Wanneer de auto rijdt, ver-dwijnt het beeld terwijl het geluid wordt weer-gegeven. Het beeld komt terug, wanneer deauto tot stilstand is gekomen.
N.B.
De ontvangst hangt niet alleen af van de sig-naalsterkte maar ook van de signaalkwaliteit.Er kunnen storingen optreden wanneer dezendersignalen bijvoorbeeld gehinderd wor-den door hoge gebouwen of van zeer groteafstand komen. De dekkingsgraad kan even-eens variëren afhankelijk van waar u zichbevindt.
BELANGRIJK
Voor het gebruik van dit product is mogelijkkijk- en luistergeld verschuldigd.
Tv kijken– Druk op MEDIA in de normaalweergave van
de mediabron, draai aan TUNE totdat TV ver-schijnt en druk op OK/MENU.
> Er wordt een zoekfunctie gestart en kortdaarna verschijnt het laatst bekekenkanaal.
Van kanaal veranderenU kunt als volgt van kanaal veranderen:
• Draai aan TUNE, waarna een lijst verschijntmet alle beschikbare kanalen in het gebied.Als een van deze kanalen al eerder werdopgeslagen als voorkeur (p. 83), verschijntrechts van de kanaalnaam het sneltoetsnum-mer. Draai aan TUNE totdat het kanaal vanuw keuze verschijnt en druk op OK/MENU.
• Door te drukken op de sneltoetsen (0–9).
• Door kort op de knoppen / te druk-ken, waarna het eerstvolgende beschikbarekanaal in het gebied verschijnt.
N.B.
Als u bij het indrukken van een van de voor-keurknoppen geen ontvangst hebt, staat deauto mogelijk niet meer op de plek waar dekanalen werden ingesteld en de kanalenlijstwerd opgeslagen.
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie. 83
Gerelateerde informatie• Teletekst* (p. 84)
• Beeldinstellingen (p. 49)
• Ontvangst van tv* - kanaalwegval (p. 85)
• Menu-overzicht - TV* (p. 96)
Tv*-kanalen/voorkeurslijstDe auto stelt automatisch de beschikbare tv-kanalen in. De beschikbare kanalen wordenopgeslagen in een kanaaloverzicht. U kunt dezoekcriteria voor het kanaaloverzicht wijzigen,maar niet de volgorde. Er is tevens een voor-keurslijst waarbij de onderlinge volgorde wel aante passen is.
Voorkeurslijst wijzigenU kunt de volgorde van de kanalen in de voor-keurslijst wijzigen. Een tv-kanaal kan op meer-dere plaatsen in de voorkeurslijst voorkomen. Deonderlinge positie van de tv-kanalen in de lijstkan bovendien variëren.
1. Druk voor een wijziging van de volgorde vande voorkeurslijst in de normaalweergave vande tv-bron op OK/MENU en kies Presets.
2. Draai aan TUNE totdat u het te verplaatsenkanaal in de lijst bereikt en bevestig uwkeuze met OK/MENU.
> Het gekozen kanaal staat gemarkeerd.
3. Draai aan TUNE totdat u de nieuwe positiebinnen de lijst bereikt en bevestig uw keuzemet OK/MENU.
> De kanalen wisselen vervolgens vanplaats.
Na de voorkeurskanalen (max. 30 stuks) volgenalle resterende kanalen in het gebied. Het ismogelijk een van deze kanalen in de lijst metvoorkeuren te zetten.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.84
Tv* - weergaveoptiesU kunt de tv-functies bewerken.
Ondertiteling wijzigen1. Druk voor een wijziging in de ondertiteling in
de normaalweergave van de tv-bron opOK/MENU en kies Ondertitels.
2. Draai aan TUNE totdat u de te gebruikenondertiteling bereikt en druk op OK/MENU.
> De gekozen ondertiteling wordt vervol-gens weergegeven.
Audiotaal wijzigen1. Druk voor een wijziging in de audiotaal in de
normaalweergave van de tv-bron opOK/MENU en kies Audiotracks.
2. Draai aan TUNE totdat u de te gebruikengeluidstrack bereikt en druk op OK/MENU.
> De gekozen geluidstrack wordt vervolgensweergegeven.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Favorieten (p. 33)
Informatie over actueel tv*-programmaDruk op de INFO-toets (p. 28) om informatie tebekijken over het actuele programma, het vol-gende programma alsmede het starttijdstip.
Wanneer u nogmaals op de toets INFO drukt,valt soms meer informatie over het actuele pro-gramma te bekijken (zoals de tijd dat het beginten eindigt) alsmede een korte beschrijving vanhet actuele programma te lezen.
Om terug te keren naar het tv-beeld dient uenkele seconden te wachten of te drukken opEXIT.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
Teletekst*U kunt als volgt teletekst bekijken.
U doet dat als volgt:
1. Ga om teletekst te bekijken in de TV-stand
naar TV-menu Teletekst.
2. Typ het paginanummer (3 cijfers) in met decijfertoetsen (0–9) om een pagina te kiezen.
> De pagina verschijnt automatisch.
Voer een nieuw paginanummer in of draai aanTUNE om naar de volgende pagina te gaan.
Ga terug naar de tv-weergave met EXIT.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• TV* (p. 82)
• Afstandsbediening* (p. 85)
AUDIO EN MEDIA
}}
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie. 85
Ontvangst van tv* - kanaalwegvalAls de signalen van het bekeken tv-kanaal weg-valt, bevriest het beeld. Wanneer er opnieuw sig-nalen binnenkomen, is er weer bewegend beeld.
Als de signalen van het bekeken tv-kanaal weg-valt, bevriest het beeld. Kort daarna verschijnt eenmelding die aangeeft dat de signalen van hetactuele tv-kanaal zijn weggevallen en dat eropnieuw naar het kanaal wordt gezocht. Wanneerer opnieuw signalen binnenkomen, wordt het tv-kanaal meteen weergegeven. Wanneer de mel-ding verschijnt, kunt u uiteraard ook van kanaalveranderen.
Als de melding Geen ontvangst verschijnt, heefthet systeem geregistreerd dat de signalen vooralle tv-kanalen zijn weggevallen.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• TV* (p. 82)
• Tv*-kanalen/voorkeurslijst (p. 83)
Afstandsbediening*De afstandsbediening is te gebruiken voor allefuncties van het audio- en mediasysteem. Detoetsen op de afstandsbediening hebbendezelfde functies als de overeenkomstige toet-sen op de middenconsole of de toetsenset ophet stuurwiel.
Komt overeen met TUNE op de middencon-sole.
||
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.86
Druk bij gebruik van de afstandsbediening de
knop op de afstandsbediening in stand F.Richt de afstandsbediening vervolgens op de IR-ontvanger, die rechts van de knop (p. 28) INFOop de middenconsole zit.
WAARSCHUWINGBewaar losse voorwerpen, zoals een mobieletelefoon, camera, afstandsbediening voorextra uitrusting e.d., in het dashboardkastje ofandere opbergruimten. Bij krachtig afremmenof een botsing kunnen deze anders inzitten-den verwonden.
N.B.
Leg de afstandsbediening niet in de felle zon(zoals op het dashboard) – dan kunnen erproblemen met de batterijen ontstaan.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
Afstandsbediening* - functiesTe regelen functies vanaf de afstandsbediening.
Toets Functie
F = Beeldscherm voorin
L en R = Geen geldige keuze.
Overschakelen op navigatie*
Overschakelen op radiobron (bij-voorbeeld AM)
Overschakelen op mediabron (bij-voorbeeld Disk, TV*)
Overschakelen op Bluetooth®-handsfree
Achteruitbladeren/-spoelen, vantrack/nummer wisselen
Afspelen/Pauzeren
Stoppen
Vooruitbladeren/-spoelen, vantrack/nummer wisselen
Menu
Teruggaan, functie beëindigen,ingevoerde tekens wissen
Toets Functie
Omhoog/omlaag
Naar rechts/links
Keuze bevestigen of menusysteemvoor gekozen bron openen
Volume verlagen
Volume verhogen
0-9 Voorkeurskanalen kiezen, cijfers/letters invoeren
Sneltoets voor ingestelde favorie-ten
Informatie over actueel programma,nummer etc. Tevens te gebruikenals er meer informatie beschikbaaris dan op het beeldscherm kanworden weergegeven
Taal geluidstrack kiezen
Ondertiteling, ondertitelingstaal kie-zen
Teletekst*, aan/uit
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie. 87
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
Afstandsbediening* - batterijvervangenHoe u de batterijen in de afstandsbedieningvoor het audio- en mediasysteem vervangt.
N.B.
De batterijen gaan normaal 1–4 jaar mee,afhankelijk van het gebruik van de afstands-bediening.
De afstandsbediening werkt op vier batterijen vanhet type AA/LR6.
Neem bij lange ritten extra batterijen mee.
1. Duw de vergrendeling van het dekseltje ophet batterijvakje in en duw het deksel in derichting van het IR-oog.
2. Verwijder de lege batterijen en leg de nieuwebatterijen op de aangegeven manier in hetbatterijvakje.
3. Plaats het dekseltje terug.
N.B.
Lege batterijen moet u op een milieuvriende-lijke manier inzamelen.
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.88
Audio en media - menu-overzichtOverzicht van mogelijke opties en instellingen inde menu's van het audio- en mediasysteem.
Als de tekst op een menuregel lichtgrijs gekleurdis, kunt u de desbetreffende optie niet kiezen.Het is mogelijk dat de functie niet aanwezig is opde auto, dat de bron niet actief of niet aangeslo-ten is of dat de bron leeg is.
RADIO• AM (p. 88)28
• FM (p. 89)
• DAB *(p. 89)
MEDIA• CD/DVD Audio (p. 90)
• DVD Video (p. 91)
• Harde schijf (HDD) (p. 91)
• iPod (p. 92)
• USB (p. 92)
• Media Bluetooth® (p. 93)
• AUX (p. 93)
• TV* (p. 96)
TEL.• Bluetooth® handsfree (p. 94)
• Webbrowser (p. 94)
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
Menu-overzicht - AMOverzicht van mogelijke opties en instellingenvoor AM-radio.
AM-menuA Zie
Presets tonen (p. 39)
Opties FAV-toets (p. 33)
Geen functie
Presets tonen (p. 39)
A Geld niet voor de V60 Twin Engine en S60L Twin Engine.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
28 Geld niet voor de V60 Twin Engine en S60L Twin Engine.
AUDIO EN MEDIA
}}
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie. 89
Menu-overzicht - FMOverzicht van mogelijke opties en instellingenvoor FM-radio.
FM-menu Zie
TP (p. 41)
Alternatieve frequentie
Tonen
Radiotekst (p. 42)
Presets (p. 39)
Geen
Zender afstemmen op (p. 37)
Zenderlijst (p. 38)
Handmatig afstemmen (p. 38)
Opties FAV-toets (p. 33)
Geen functie
Radiotekst of presets selec-teren
(p. 42) en(p. 39)
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
Menu-overzicht - Digitale radio(DAB)*Overzicht van mogelijke opties en instellingenvoor DAB-radio.
DAB-menu* Zie
Filteren programmatype (PTY) (p. 41)
Tonen
Artiest/titel
Radiotekst (p. 42)
Presets (p. 39)
Geen
DAB-DAB-verbinding (p. 43)
Opties FAV-toets (p. 33)
Geen functie
Tonen informatie aan/uit
||
AUDIO EN MEDIA
90
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
Menu-overzicht - CD/DVD AudioOverzicht van mogelijke opties en instellingenvoor DD/DVD Audio.
Diskmenu Zie
Play/pause (p. 44)
Stop
A
Media zoeken (p. 46)
Shuffle (p. 46)
Gracenote®-opties
Gracenote®-database
Gracenote®-resultaten
Opties FAV-toets (p. 33)
Geen functie
Play/pause (p. 44)
Shuffle (p. 46)
A Geldt alleen voor dvd-discs.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
AUDIO EN MEDIA
}}
91
Menu-overzicht - DVD VideoOverzicht van mogelijke opties en instellingenvoor DVD Video.
DVD-videomenu Zie
Play/pause (p. 48)
DVD-menu (p. 48)
Stop (p. 48)
Ondertitels (p. 48)
Audiotracks (p. 48)
Geavanceerde instellingen
Kijkhoek (p. 49)
Beeldverhouding
Opties FAV-toets (p. 33)
Geen functie
Play/pause (p. 48)
Volgende ondertitel (p. 48)
Volgende audiotrack (p. 48)
Pop-upmenu DVD Video
Druk op OK/MENU, terwijl u een videobe-stand afspeelt om het pop-upmenu te openen.
Beeldinstellingen (p. 49)
DVD-videomenu (p. 28)
DVD-menu (p. 48)
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
Menu-overzicht - harde schijf (HDD)Overzicht van mogelijke opties en instellingenvoor een harde schijf (HDD).
HDD-menuZiepagina
Play/pause (p. 49)
Media zoeken (p. 46)
Shuffle (p. 46)
Muziek importeren (p. 49)
Van disk
Van USB
A
Bestand hernoemen/verwijderen (p. 49)
Open
Hernoemen
Wis
Alles wissen
||
AUDIO EN MEDIA
92
Opslaginformatie (p. 49)
Gebr. ruimte:
Vrije ruimte:
Capaciteit:
Tracks:
Mappen:
Opties FAV-toets (p. 49)
Geen functie
Play/pause (p. 49)
Shuffle (p. 46)
A Afhankelijk van de markt.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
Menu-overzicht - iPod®
Overzicht van mogelijke opties en instellingen
voor iPod®.
iPod-menu Zie
Play/pause (p. 52)
Shuffle (p. 46)
Opties FAV-toets (p. 33)
Geen functie
Play/pause (p. 52)
Shuffle (p. 46)
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
Menu-overzicht - USBOverzicht van mogelijke opties en instellingenvoor USB.
USB-menu Zie
Play/pause (p. 52)
Media zoeken (p. 46)
Shuffle (p. 46)
Partitie van USB selecteren
Opties FAV-toets (p. 33)
Geen functie
Play/pause (p. 52)
Shuffle (p. 46)
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
AUDIO EN MEDIA
93
Menu-overzicht - Media Bluetooth®
Overzicht van mogelijke opties en instellingen
voor Media Bluetooth®.
Bluetooth-menu Zie
Play/pause (p. 54)
Shuffle (p. 46)
Ander apparaat (p. 58)
Nieuw apparaat zoeken
Auto herkenbaar maken
Opties FAV-toets (p. 33)
Geen functie
Play/pause (p. 54)
Shuffle (p. 46)
Eenheid 1
Eenheid 2
enz.
Aansluiten vor media (p. 54)
Apparaat verwijderen (p. 59)
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
Menu-overzicht - AUXOverzicht van mogelijke opties en instellingenvoor AUX.
AUX-menu Zie
AUX-ingang (p. 54)
Standaard
Boost
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
AUDIO EN MEDIA
94
Menu-overzicht - Bluetooth®-handsfreesysteemOverzicht van mogelijke opties en instellingen
voor de Bluetooth®-handsfree.
Telefoonmenu Zie
Bellijst (p. 61)
Contacten (p. 63)
Berichten (p. 59)
Meldingen van berichten (p. 59)
Telefoon wijzigen (p. 58)
Nieuwe telefoon zoeken
Auto herkenbaar maken
Eenheid 1
Eenheid 2
enz.
Verbinden voor telefoon (p. 59)
Apparaat verwijderen (p. 59)
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
Menu-overzicht - webbrowser29
Overzicht van mogelijke opties en instellingenvoor webbrowser.
Browser
Als er geen tab open is, wordt hetmenu in de normaalweergave voor dewebbrowser getoond.
Zie
Invoer. adres (p. 78)
Instellingen
Toont "Instellingenmenu webbrow-ser", zie hieronder.
Bladwijzer 1
Bladwijzer 2
enz.
(p. 78)
Pop-upmenu webbrowser
Druk op knop nummer 5 op de mid-denconsole als een pagina in dewebbrowser wordt weergegeven omnaar het pop-upmenu te gaan.
Zie
Terug (p. 78)
Volgende (p. 78)
AUDIO EN MEDIA
95
Opnieuw laden (p. 78)
Stop (p. 78)
Nieuwe tab (p. 78)
Tab sluiten (p. 78)
Inzoomen
of
Uitzoomen
(p. 78)
Bladwijzer toevoegen
of
Bladwijzer verwijderen
(p. 78)
Instellingen
Toont "Instellingenmenu webbrow-ser", zie hieronder.
Instellingenmenu webbrowser
Druk op Instellingen in een van detwee bovenstaande menu's om naarhet instellingenmenu te gaan.
Zie
Bladwijzers (p. 78)
Bladwijzer 1
Bladwijzer 2
enz.
Hernoemen
Herschikken
Wis
Internetfilter (p. 78)
Cookies accepteren (p. 78)
Afbeeldingen weergeven
Pop-ups blokkeren
JavaScript inschakelen
Tekstgrootte (p. 78)
Groot
Midden
Klein
Browsergeschiedenis wissen (p. 78)
Opties FAV-toets (p. 33)
Geen functie
Bladwijzer toevoegen/verwijde-ren
(p. 78)
Nieuwe tab (p. 78)
Tab sluiten (p. 78)
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
• Audio en media - menu-overzicht (p. 88)
29 Geldt voor bepaalde markten
AUDIO EN MEDIA
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.96
Menu-overzicht - TV*Overzicht van mogelijke opties en instellingenvoor tv.
TV-menu Zie
Presets (p. 84)
Audiotracks (p. 84)
Ondertitels (p. 84)
Teletekst (p. 84)
Opties FAV-toets (p. 84)
Geen functie
Teletekst
Pop-upmenu TV
Druk op OK/MENU, terwijl u tv kijktom het pop-upmenu te openen.
Zie
Beeldinstellingen (p. 49)
Helderheid:
Contrast:
Kleur:
TV-menu
Toont het ‘TV-menu’, zie boven.
Gerelateerde informatie• Audiosysteem en media - Systeembediening
(p. 28)
Licenties - audio en media
Een licentie is een overeenkomst die toestem-ming verleent om bepaalde handelingen te ver-richten of het recht om gebruik te maken van eenproduct waar een andere rechtspersoon octrooiof eigendomsrechten op heeft, onder de voor-waarden vervat in de overeenkomst. Hier volgende teksten van de overeenkomsten tussen Volvoen producenten/ontwikkelaars. De meeste vandeze teksten zijn in het Engels.
Sensus software
This software uses parts of sources from clib2and Prex Embedded Real-time OS - Source(Copyright (c) 1982, 1986, 1991, 1993, 1994),and Quercus Robusta (Copyright (c) 1990,1993), The Regents of the University ofCalifornia. All or some portions are derived frommaterial licensed to the University of California byAmerican Telephone and Telegraph Co. or UnixSystem Laboratories, Inc. and are reproducedherein with the permission of UNIX SystemLaboratories, Inc. Redistribution and use insource and binary forms, with or withoutmodification, are permitted provided that thefollowing conditions are met: Redistributions ofsource code must retain the above copyrightnotice, this list of conditions and the followingdisclaimer. Redistributions in binary form mustreproduce the above copyright notice, this list ofconditions and the following disclaimer in thedocumentation and/or other materials provided
AUDIO EN MEDIA
}}
97
with the distribution. Neither the name of the<ORGANIZATION> nor the names of itscontributors may be used to endorse or promoteproducts derived from this software withoutspecific prior written permission. THISSOFTWARE IS PROVIDED BY THE COPYRIGHTHOLDERS AND CONTRIBUTORS "AS IS" ANDANY EXPRESS OR IMPLIED WARRANTIES,INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THEIMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITYAND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSEARE DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THECOPYRIGHT OWNER OR CONTRIBUTORS BELIABLE FOR ANY DIRECT, INDIRECT,INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, ORCONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING,BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OFSUBSTITUTE GOODS OR SERVICES; LOSS OFUSE, DATA, OR PROFITS; OR BUSINESSINTERRUPTION) HOWEVER CAUSED AND ONANY THEORY OF LIABILITY, WHETHER INCONTRACT, STRICT LIABILITY, OR TORT(INCLUDING NEGLIGENCE OR OTHERWISE)ARISING IN ANY WAY OUT OF THE USE OFTHIS SOFTWARE, EVEN IF ADVISED OF THEPOSSIBILITY OF SUCH DAMAGE.
This software is based in part on the work of theIndependent JPEG Group.
This software uses parts of sources from"libtess". The Original Code is: OpenGL SampleImplementation, Version 1.2.1, released January26, 2000, developed by Silicon Graphics, Inc. The
Original Code is Copyright (c) 1991-2000 SiliconGraphics, Inc. Copyright in any portions createdby third parties is as indicated elsewhere herein.All Rights Reserved. Copyright (C) [1991-2000]Silicon Graphics, Inc. All Rights Reserved.Permission is hereby granted, free of charge, toany person obtaining a copy of this software andassociated documentation files (the "Software"),to deal in the Software without restriction,including without limitation the rights to use,copy, modify, merge, publish, distribute,sublicense, and/or sell copies of the Software,and to permit persons to whom the Software isfurnished to do so, subject to the followingconditions: The above copyright notice includingthe dates of first publication and either thispermission notice or a reference to http://oss.sgi.com/projects/FreeB/ shall be included inall copies or substantial portions of the Software.THE SOFTWARE IS PROVIDED "AS IS",WITHOUT WARRANTY OF ANY KIND,EXPRESS OR IMPLIED, INCLUDING BUT NOTLIMITED TO THE WARRANTIES OFMERCHANTABILITY, FITNESS FOR APARTICULAR PURPOSE ANDNONINFRINGEMENT. IN NO EVENT SHALLSILICON GRAPHICS, INC. BE LIABLE FOR ANYCLAIM, DAMAGES OR OTHER LIABILITY,WHETHER IN AN ACTION OF CONTRACT,TORT OR OTHERWISE, ARISING FROM, OUTOF OR IN CONNECTION WITH THE SOFTWAREOR THE USE OR OTHER DEALINGS IN THESOFTWARE. Except as contained in this notice,
the name of Silicon Graphics, Inc. shall not beused in advertising or otherwise to promote thesale, use or other dealings in this Softwarewithout prior written authorization from SiliconGraphics, Inc.
This software is based in parts on the work of theFreeType Team.
This software uses parts of SSLeay Library:Copyright (C) 1995-1998 Eric Young([email protected]). All rights reserved
Linux software
This product contains software licensed underGNU General Public License (GPL) or GNULesser General Public License (LGPL), etc.
You have the right of acquisition, modification,and distribution of the source code of the GPL/LGPL software.
You may download Source Code from thefollowing website at no charge: http://www.embedded-carmultimedia.jp/linux/oss/download/TVM_8351_013
The website provides the Source Code "As Is"and without warranty of any kind.
By downloading Source Code, you expresslyassume all risk and liability associated withdownloading and using the Source Code andcomplying with the user agreements thataccompany each Source Code.
||
AUDIO EN MEDIA
98
Please note that we cannot respond to anyinquiries regarding the source code.
Licentieovereenkomst Gracenote®
Deze toepassing of dit apparaat bevat softwarevan Gracenote, Inc. uit Emeryville, Californië (‘Gra-cenote’). Met de software van Gracenote (“Grace-note-software”) kan deze toepassing schijf- en ofbestandsidentificatie uitvoeren en muziekver-wante gegevens ophalen, waaronder informatieover de naam, artiest, track en titel (“Gracenote-gegevens”) vanuit online-servers of ingeslotendatabases (samen “Gracenote-servers”). De toe-passing kan tevens andere functies verrichten. Umag Gracenote-gegevens uitsluitend gebruikendoor middel van de beoogde eindgebruikersfunc-ties van deze toepassing of dit apparaat.
U stemt ermee in de Gracenote-gegevens, deGracenote-software en Gracenote-servers uitslui-tend voor uw eigen, niet-commercieel privége-bruik te gebruiken. U stemt ermee in de Grace-note-software of welke Gracenote-gegevens danook niet aan derden toe te wijzen, te kopiëren,over te dragen of door te zenden. U STEMTERMEE IN DE GRACENOTE-GEGEVENS, DEGRACENOTE-SOFTWARE OF DE GRACENOTE-SERVERS UITSLUITEND TE GEBRUIKEN OPDE MANIER DIE HIERIN UITDRUKKELIJKWORDT TOEGESTAAN.
U stemt ermee in dat uw niet-exclusieve licentieom de Gracenote-gegevens, de Gracenote-soft-ware en de Gracenote-servers te gebruiken, zal
worden beëindigd als u inbreuk maakt op dezebeperkingen. Als uw licentie wordt beëindigd,stemt u ermee in op geen enkele wijze meergebruik te maken van de Gracenote-gegevens,de Gracenote-software en de Gracenote-servers.Gracenote behoudt zich alle rechten voor metbetrekking tot de Gracenote-gegevens, de Gra-cenote-software en de Gracenote-servers, inclu-sief alle eigendomsrechten. In geen geval is Gra-cenote aansprakelijk voor betaling aan u voorinformatie die u verschaft. U stemt ermee in datGracenote, Inc. volgens deze overeenkomst uiteigen naam rechtstreeks mag toezien op nale-ving van de rechten jegens u.
De Gracenote-service gebruikt een unieke identi-ficatiecode om query’s na te sporen voor statisti-sche doeleinden. Het doel van deze willekeurigtoegewezen numerieke code is om de Grace-note-service query’s te laten tellen zonder teweten wie u bent. Ga voor meer informatie naarde webpagina over het Privacybeleid van Grace-note voor de Gracenote-service.
De licentie voor de Gracenote-software en alleonderdelen van de Gracenote-gegevens wordtverstrekt op “AS IS”-basis. Gracenote doet geentoezeggingen of geeft geen garantie, uitdrukke-lijk of stilzwijgend, over de accuraatheid van alleGracenote-gegevens in de Gracenote-servers.Gracenote behoudt zich het recht voor om gege-vens te verwijderen van de Gracenote-servers ofom gegevenscategorieën te wijzigen als Grace-note hiertoe voldoende reden ziet. Er wordt geen
garantie verstrekt dat de Gracenote-software ofGracenote-servers geen onjuistheden bevatten ofdat het functioneren van de Gracenote-softwareof Gracenote-servers ononderbroken zal zijn.Gracenote is niet verplicht u te voorzien vannieuwe, verbeterde of extra gegevenstypen of -categorieën die Gracenote mogelijk in de toe-komst verschaft; Gracenote mag de diensten opelk moment beëindigen.
GRACENOTE WIJST ALLE GARANTIES, UIT-DRUKKELIJK OF STILZWIJGEND, INCLUSIEFMAAR NIET BEPERKT TOT STILZWIJGENDEGARANTIES MET BETREKKING TOT VER-KOOPBAARHEID, GESCHIKTHEID VOOR EENBEPAALD DOEL, EIGENDOMSRECHT EN HETGEEN INBREUK MAKEN OP RECHTEN VANDERDEN, VAN DE HAND. GRACENOTE VER-STREKT GEEN GARANTIES TEN AANZIEN VANDE RESULTATEN DIE WORDEN VERKREGENVOOR UW GEBRUIK VAN GRACENOTE-SOFT-WARE OF WELKE GRACENOTE-SERVER DANOOK. GRACENOTE IS IN GEEN GEVAL AAN-SPRAKELIJK VOOR INDIRECTE OF GEVOLG-SCHADE, GEDERFDE WINST OF VERLIES VANINKOMSTEN.
© Gracenote, Inc. 2009
camellia:1.2.0Copyright (c) 2006, 2007
NTT (Nippon Telegraph and TelephoneCorporation). All rights reserved.
AUDIO EN MEDIA
99
Redistribution and use in source and binaryforms, with or without modification, are permittedprovided that the following conditions are met:
1. Redistributions of source code must retainthe above copyright notice, this list ofconditions and the following disclaimer asthe first lines of this file unmodified.
2. Redistributions in binary form mustreproduce the above copyright notice, this listof conditions and the following disclaimer inthe documentation and/or other materialsprovided with the distribution.
THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY NTT ``ASIS'' AND ANY EXPRESS OR IMPLIEDWARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITEDTO, THE IMPLIED WARRANTIES OFMERCHANTABILITY AND FITNESS FOR APARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED. INNO EVENT SHALL NTT BE LIABLE FOR ANYDIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL,EXEMPLARY, OR CONSEQUENTIAL DAMAGES(INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO,PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS ORSERVICES; LOSS OF USE, DATA, OR PROFITS;OR BUSINESS INTERRUPTION) HOWEVERCAUSED AND ON ANY THEORY OF LIABILITY,WHETHER IN CONTRACT, STRICT LIABILITY,OR TORT (INCLUDING NEGLIGENCE OROTHERWISE) ARISING IN ANY WAY OUT OFTHE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IFADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCHDAMAGE.
Unicode: 5.1.0COPYRIGHT AND PERMISSION NOTICE
Copyright c 1991-2013 Unicode, Inc. All rightsreserved. Distributed under the Terms of Use inhttp://www.unicode.org/copyright.html.
Permission is hereby granted, free of charge, toany person obtaining a copy of the Unicode datafiles and any associated documentation (the"Data Files") or Unicode software and anyassociated documentation (the "Software") todeal in the Data Files or Software withoutrestriction, including without limitation the rightsto use, copy, modify, merge, publish, distribute,and/or sell copies of the Data Files or Software,and to permit persons to whom the Data Files orSoftware are furnished to do so, provided that (a)the above copyright notice(s) and this permissionnotice appear with all copies of the Data Files orSoftware, (b) both the above copyright notice(s)and this permission notice appear in associateddocumentation, and (c) there is clear notice ineach modified Data File or in the Software aswell as in the documentation associated with theData File(s) or Software that the data or softwarehas been modified.
THE DATA FILES AND SOFTWARE AREPROVIDED "AS IS", WITHOUT WARRANTY OFANY KIND, EXPRESS OR IMPLIED, INCLUDINGBUT NOT LIMITED TO THE WARRANTIES OFMERCHANTABILITY, FITNESS FOR APARTICULAR PURPOSE AND
NONINFRINGEMENT OF THIRD PARTYRIGHTS. IN NO EVENT SHALL THECOPYRIGHT HOLDER OR HOLDERSINCLUDED IN THIS NOTICE BE LIABLE FORANY CLAIM, OR ANY SPECIAL INDIRECT ORCONSEQUENTIAL DAMAGES, OR ANYDAMAGES WHATSOEVER RESULTING FROMLOSS OF USE, DATA OR PROFITS, WHETHERIN AN ACTION OF CONTRACT, NEGLIGENCEOR OTHER TORTIOUS ACTION, ARISING OUTOF OR IN CONNECTION WITH THE USE ORPERFORMANCE OF THE DATA FILES ORSOFTWARE.
Except as contained in this notice, the name of acopyright holder shall not be used in advertisingor otherwise to promote the sale, use or otherdealings in these Data Files or Software withoutprior written authorization of the copyright holder.
Gerelateerde informatie• Volvo Sensus (p. 6)
AUDIO EN MEDIA
100
Typegoedkeuring - audio en mediaTypegoedkeuring voor radio-, telecommunicatie-en computerapparatuur.
Wi-Fi
Verklaring van overeenstemming vooraudio- en navigatiemodule
Gerelateerde informatie• Audio en media (p. 26)
• Connected Car (p. 71)
INTERNETKAART
INTERNETKAART
102
Internetkaart1
Internetkaart is een functie die de mogelijkheidbiedt tot kaartweergave op internet.
Het systeem kan een geschikte route berekenenen de autopositie aangeven in relatie tot de routeop de kaart. Bij afwijkingen van de geplanderoute past het systeem de route automatisch aanom in begeleiding tot aan de bestemming tevoorzien. Op de kaart verschijnen behalve de nor-male kaartgegevens ook verkeersinformatie(p. 111) en symbolen voor de gekozen nuttigeplaatsen (POI)'s (p. 108).
Bij een slechte ontvangst of een zwakke internet-verbinding stopt de routeberekening. Mogelijkontbreken bepaalde kaartschalen afhankelijk vande ingelezen hoeveelheid kaartgegevens.
N.B.
Bij gebruik van internet wordt data overge-bracht (dataverkeer) en dat kan kosten metzich meebrengen.
Het activeren van dataroaming kan tot ver-dere kosten leiden.
Informeer bij uw provider naar de kosten voordataverkeer.
Volvo biedt een compleet navigatiesysteem (Sen-sus Navigation) dat gebruikt maakt van kaarten
op een harde schijf, gesproken begeleiding,geavanceerde routeberekening rekening hou-dend met verkeersinformatie, zoeken via interneten de mogelijkheid om meerdere deelbestem-mingen te gebruiken. Neem contact op met uwdealer voor een upgrade naar Sensus Navigation.Bij een upgrade vervalt de internetkaart.
De internetkaart geeft route-informatie naar eenvooraf gekozen bestemming. De begeleiding isechter niet altijd betrouwbaar, omdat er situatieste bedenken zijn waar het navigatiesysteem nietop berekend is zoals plotselinge weersomslagen.
WAARSCHUWINGDenk aan het volgende:
• Richt al uw aandacht op de weg en con-centreer u volledig op het rijden.
• Neem de geldende verkeersregels in achten rijd voorzichtig.
• Vanwege bijv. weersomstandigheden ofhet jaargetijde kunnen bepaalde aanbe-velingen voor de route minder betrouw-baar zijn.
Gerelateerde informatie• Internetkaart - tekst en symbolen op beeld-
scherm (p. 104)
Internetkaart3 - gebruikU kunt als volgt gebruik maken van de internet-kaart en de route plannen voor routebegeleidingnaar de opgegeven bestemming.
Voor elementaire bediening, zie systeembedie-ning en menufuncties (p. 28). Meer gedetail-leerde beschrijvingen vindt u in de desbetref-fende hoofdstukken. Maak voor het invoeren vantekst en zoeken in de internetkaart gebruik vanhet schrijfwiel en het numerieke toetsenbord(p. 103).
1. Om de internetkaart te kunnen gebruikenmoet de auto eerst een internetverbindinghebben (p. 71).
2. Start de internetkaart door op de NAV-knopop de middenconsole te drukken.
3. ga akkoord met het delen van de autopositie.
N.B.
De internetkaart werkt niet, als u niet akkoordgaat.
Druk om de positiedeling te annuleren in denormaalweergave op OK/MENU, kiesInstellingen en vink de optie Positie delenuit.
4. Bestemming opgeven (p. 106).
1 Geldt voor bepaalde markten.
INTERNETKAART
}}
103
5. Kies route-opties (p. 110) (zoals wegentype,tunnels, veerverbindingen).
6. Kies kaart-opties (p. 111) (bijvoorbeeldgroot scherm, kaarttype, positie-informatie).
> De positie van de auto wordt weergege-ven op de internetkaart in combinatie metverkeersinformatie en de gekozen nuttigeplaatsen (POI’s).
Route weergevenDruk voor weergave van een overzichtskaart vande route in de normaalweergave van de bron op
OK/MENU en kies Route Kaart vanresterende route.
Gedetailleerde route-informatie weergeven(p. 109).
Van bestemming veranderenU kunt van bestemming veranderen door eenandere bestemming op te geven (p. 106).
Routebegeleiding annuleren/hervattenDruk in de normaalweergave van de bron opOK/MENU en kies Begeleiding annuleren/hervatten.
Verkoop van autoBij verkoop van de auto is het belangrijk om degebruikersgegevens en de systeeminstellingennaar de oorspronkelijke fabrieksinstelling teresetten, zie Verkoop van auto (p. 11).
Internetkaart4 - schrijfwiel entoetsenbordGebruik het schrijfwiel of de toetsenset van demiddenconsole om tekst in te voeren en optieste kiezen. Geef bijvoorbeeld informatie over eenadres of faciliteit aan.
Schermweergave met tekstveld.
Dit navigatiesysteem maakt gebruik van een‘schrijfwiel’ om specifieke informatie op te geven,bijvoorbeeld type POI, plaats/stad, gebied/land,adres, straatnummer of postcode.
Een keuze activerenDruk nadat u de gewenste functie/menuregelgemarkeerd hebt met het duimwiel of met deTUNE-knop op het duimwiel/OK om het vol-gende niveau van functies/opties te kunnenbekijken.
Tekst invoeren met schrijfwiel
Schrijfwiel.
1. Markeer een tekstveld.
2. Druk op OK om het schrijfwiel te openen.
3. Kies de tekens met het duimwiel/de TUNE-knop en voer ze in met een druk op hetduimwiel/OK.
3 Geldt voor bepaalde markten.4 Geldt voor bepaalde markten.
||
INTERNETKAART
104
Tekst invoeren met numeriektoetsenbord
Numeriek toetsenbord.
Een andere manier om tekens in te toetsen/voeren is met behulp van de toetsen op de mid-denconsole: 0–9, * en #.
Zo wordt bij een druk op 9 wordt een kolomweergegeven met alle tekens5 onder deze toets,zoals w, x, y, z en 9. Bij snel indrukken van detoets bladert u met de cursor door deze tekens.
• Blijf met de cursor op het te kiezen tekenstaan - het teken verschijnt op de schrijfre-gel.
• Wis/annuleer uw keuze met EXIT.
Houd om een cijfer in te voeren de toets met hetgewenste cijfer ingedrukt.
Meer mogelijkhedenIn het ingevoegde menu van het schrijfwiel zittenmeer alternatieven, zoals meer schrijftekens enook cijfers:
• 123/ABC + OK - het schrijfwiel wisselt tus-sen de invoer van cijfers en letters.
• MEER + OK - de alternatieve tekens wordenin het wiel weergegeven.
• => + OK - de cursor springt naar de lijst aande rechterkant van het scherm, waar u eenkeuze kunt maken met OK.
Lijst met alternatieven
Lijst die overeenkomt met de ingetoetste tekens.
Bij het zoeken wordt de lijst met mogelijke alter-natieven aangepast aan de ingevoerde tekens.Voor de overige zoekvelden start de zoekop-dracht zonder dat er een lijst wordt getoond.
Internetkaart6 - tekst en symbolenop beeldschermToelichting bij de teksten en symbolen die op dekaart kunnen worden getoond.
Soorten wegen - grootte en kleur hangen afvan het type weg, de gekozen kaartschaal ende kaartkleur
Verkeersinformatie (p. 111) - aangeduid meteen onderbroken streep langs de kant vande weg.
Nuttige plaatsen (p. 108)
Symbool voor (eind-)bestemming
Geplande route - blauw
5 De schrijftekens voor de verschillende toetsen kunnen per markt/land/taal variëren.6 Geldt voor bepaalde markten.
INTERNETKAART
}}
105
Actuele autopositie
Spoorwegverbinding
Scrolt/verschuift de kaart in de richting vande pijl met behulp van de corresponderendenummers op de nummertoetsen (p. 103)
Kaartschaal
Focusvenster met dradenkruis in het midden
Naam of coördinaten van actuele weg/straatof informatie over nuttige plaats (POI)
Kompas (p. 111)
Internetkaart7 - scrolmenuIn de scrolstand kunt u de kaartweergave ver-schuiven met de numerieke toetsen op de mid-denconsole (p. 102).
Scrolstand met dradenkruis8.
Scrolstand activeren in normalekaartstand• Druk op een van de numerieke toetsen 0–9.
Scrollen• Druk op een van de numerieke cijfertoetsen
1-2-3-4-6-7-8-9 – in de kantlijnen wordteen richtingspijl weergegeven met het cijferdat u moet gebruiken om de kaart in degewenste richting te verschuiven.
Zoomen• Draai aan de TUNE-knop.
Cijfertoets "5"Wanneer u in de scrolstand op de cij-fertoets 5 drukt, wordt de actuele posi-tie van de auto als middelpunt van de
kaartweergave gehanteerd.
Scrolstand verlaten• Druk op EXIT of op NAV.
Dradenkruis
Met een druk op OK verschijnt een menu voorhet punt op de kaart waarnaar het middelpuntvan het dradenkruis wijst:
• Eén bestemming inst. - Verwijdert eventu-ele eerdere bestemmingen uit het reisplanen start de routebegeleiding op de kaart.
• POI-informatie - geeft op het beeldschermde naam en het adres weer voor de POI die
7 Geldt voor bepaalde markten.8 Geef aan of de dradenkruispositie/gemarkeerde cursorpositie moet worden aangegeven met naam of gps-coördinaten, zie kaart-opties (p. 111).
INTERNETKAART
106
het dichtst bij het dradenkruis ligt. Voor meerinformatie over POI, zie (p. 108).
• Informatie - Toont eventuele informatie overde gemarkeerde locatie.
• Opslaan - Biedt de mogelijkheid om degemarkeerde locatie in het geheugen op teslaan.
Internetkaart9 - bestemmingopgevenPlan een rit door een bestemming op te geven.
Druk om de volgende opties te openen in de nor-maalweergave van de bron op OK/MENU enkies Bestemming invoeren.
StartHet navigatiesysteem kan een willekeurige posi-tie opslaan onder de menu-optie Huis. De moge-lijkheid verschijnt iedere keer dat u een positievastlegt:
• Locaties opslaan als thuis + OK.
Om de routebegeleiding te activeren naar debestemming Huis:
• Markeer Huis + OK.
AdresU kunt volstaan met het invoeren van een plaats/stad om een reisplan met routebegeleiding tekrijgen – u wordt naar het centrum van de plaats/stad geleid.
N.B.
De definitie van een stad of gebied kan vanland tot land en zelfs van regio tot regio ver-schillen. In bepaalde gevallen wordt er eengemeente bedoeld en in andere gevallen eenstadsdeel.
De volgende zoekcriteria zijn te gebruiken omeen bestemming te zoeken met adres:
• Land: - Een land opgeven.
• Stad: - Een plaats/stad opgeven.
• Straat: - Een straat opgeven.
• Nummer: - Een huisnummer in de straatkiezen.
Nuttige plaatsen (POI)U kunt op POI zoeken aan de hand van een vande volgende menu-opties:
• Op naam
• Op categorie
• Rond de auto
9 Geldt voor bepaalde markten.
INTERNETKAART
107
• In de buurt van de bestemming
• Rond punt op de kaart
Om de kaartweergave niet onnodig te complice-ren geldt er een beperking voor het aantal POI’sdat gelijktijdig op het scherm kan wordengetoond – bij het inzoomen op een bepaaldgebied ziet u meerdere POI’s.
Voor informatie over de weergave-opties metbetrekking tot POI, zie kaart-opties (p. 111).
Voorbeelden van symbolen voor uiteenlopendePOI’s, zie (p. 108).
Opgeslagen positieHier worden bestemmingen en plaatsen onder-gebracht die zijn opgeslagen via de menu-optie‘Opslaan’.
De verschillende opgeslagen bestemmingen enplaatsen zijn als volgt aan te passen:
• Eén bestemming inst.
• Bewerken
• Wis
• Alles wissen.
Eerdere bestemmingenHier worden eerder gebruikte bestemmingenopgeslagen. Markeer er één + OK en kies vervol-gens uit:
• Eén bestemming inst.
• Informatie
• Opslaan
• Wis
• Alles wissen.
PostcodeZoek een bestemming met postcode.
N.B.
De weergave van de postcode kan per markt/regio verschillen.
Breedte- en lengtegraadGeef een bestemming op met gps-coördinaten.
Bepaal om te beginnen de invoermethode voorde gps-coördinaten door Formaat: te markeren+ OK. Markeer vervolgens een van de volgendealternatieven + OK:
• DD°MM'SS'' - positie met graden, minutenen seconden.
• Decimaal - positie met decimalen.
Voer vervolgens de gps-coördinaten in en kieseen van de volgende opties:
• Eén bestemming inst.
• Opslaan
Punt op de kaartToont een kaart waarop de actuele locatie meteen cursor wordt aangewezen.
Draai aan TUNE om de kaartschaal te wijzigen.
1. Beweeg (verschuif) de kaart met de nume-rieke toetsen, zie (p. 105).
2. Wanneer u de gewenste locatie hebt gevon-den - druk op OK.
Cursorpositie aangegeven met naam.
Kies vervolgens uit de volgende opties en acti-veer uw keuze met OK:
• Eén bestemming inst.
• Opslaan
Gerelateerde informatie• Internetkaart - gebruik (p. 102)
INTERNETKAART
108
Internetkaart11 - symbolen voornuttige plaatsen (POI)Hier ziet u voorbeelden van hoe symbolen vooruiteenlopende faciliteiten eruit kunnen zien.
Restaurant
Hoorspel
Dans
Nachtclub
Bioscoop
Casino
Museum
Toeristische attractie
Vliegveld
Treinstation
Veerterminal
Taxistandplaats
Logies
Hotel
Winkelcentrum
Winkels
Diensten
Geldautomaat
Bank
Politie
Postkantoor
VVV
Tankstation
Autoverhuur
Parlementsgebouw
Gemeentehuis
Expocenter
Congresgebouw
Ziekenhuis
Verpleeghuis
Bibliotheek
Parkeerterrein
Openbaar toilet
Toilet
Sportcomplex
Sportveld
Vrijetijdsbesteding
Recreatie
Badlocatie
Strand
Educatie
Universiteit
Bar
Café
Berg
Bergtop
Apotheek
Camping
11 Geldt voor bepaalde markten.
INTERNETKAART
109
Gerelateerde informatie• Internetkaart - bestemming opgeven (p. 106)
Internetkaart13 - gedetailleerderoute-informatieHier verschijnen de manoeuvres van iedereetappe, zoals afritten en kruisingen.
Druk voor weergave van gedetailleerde route-informatie in de normaalweergave van de bron op
OK/MENU en kies Route Gedet. route-informatie.
Gedetailleerde route-informatie.
De route tot aan de bestemming bestaat uit eenaantal manoeuvres van verschillende aard zoalsrechte stukken, afritten, kruisingen, opritten endergelijke. Loop de deeltrajecten door metVolgende/Vorige. De positie op de kaart, de bij-behorende namen, de afstanden en de nuttigeplaatsen verschijnen. De getoonde afstand is deafstand tussen twee manoeuvres en telt om diereden niet af, naarmate de auto de locatie voorde manoeuvre nadert.
Gerelateerde informatie• Internetkaart - route-opties (p. 110)
• Internetkaart - symbolen voor nuttige plaat-sen (POI) (p. 108)
13 Geldt voor bepaalde markten.
INTERNETKAART
110
Internetkaart16 - route-overzichtOverzichtskaart van de route weergeven.
Druk om een overzichtskaart van de route weerte geven in de normaalweergave van de bron op
OK/MENU en kies Route Kaart vanresterende route.
Verder dezelfde functies als in het scrolmenu(p. 105).
Gerelateerde informatie• Internetkaart - bestemming opgeven (p. 106)
Internetkaart18 - route-optiesRoute-opties bevat instellingen voor het route-type en alternatieven voor aanpassing van deroute.
Routetype
Druk om het routetype te openen in de normaal-weergave van de navigatiebron op OK/MENU en
kies Instellingen Routeopties Routetype.
U hebt de keuze uit verschillende routetypen.Activeer de optie van uw keuze met OK.
• Snel met verkeersaanpassing - kortereistijd met een minimum aan files.
• Snel - korte reistijd krijgt de prioriteit.
• Kort - kort traject krijgt de prioriteit. De routekan ook langs secundaire wegen voeren.
Route aanpassenDruk om de route aan te passen in de normaal-weergave van de navigatiebron op OK/MENU en
kies Instellingen Routeopties.
Om een of meer van de volgende punten in delijst op het beeldscherm te vermijden langs deroute moet u de desbetreffende punten marke-ren + OK.
• Snelwegen mijden
• Tolwegen mijden
• Tunnels mijden
• Veren mijden
• Autotreinen mijden
N.B.
• In- en uitschakeling van deze opties meteen actief reisplan vindt mogelijk metenige vertraging plaats doordat het reis-plan opnieuw moet worden berekend.
• Ook als u aangeeft dat u tunnels, tolwe-gen en snelwegen wilt vermijden, kan hetgebeuren dat deze toch worden opgeno-men wanneer er geen goede alternatie-ven zijn.
Gerelateerde informatie• Internetkaart - bestemming opgeven (p. 106)
16 Geldt voor bepaalde markten.18 Geldt voor bepaalde markten.
INTERNETKAART
}}
111
Internetkaart20 - kaart-optiesInstellingen voor verschillende kaart-opties.
Kaartweergave op volledig schermDruk voor kaartweergave op het volledige schermin de normaalweergave van de bron op
OK/MENU en kies Instellingen Kaartopties
Kaart op volledig scherm tonen. Bij marke-ring van de getoonde optie + OK wordt de kaartop het volledige scherm weergegeven zonderandere autogegevens zoals de binnentempera-tuur of de beluisterde radiozender onder- ofbovenaan.
Kaartstand kompasrichtingDruk voor het instellen van de kompasrichting inde normaalweergave van de bron op OK/MENU
en kies Instellingen Kaartopties Typekaart.
Hier kiest u hoe de kaart op het beeldschermmoet worden weergegeven. Activeer de optie vanuw keuze met OK.
• Noorden boven - de kaart wordt altijd methet Noorden boven aan het beeldschermweergegeven. Het autosymbool beweegt inde desbetreffende windstreek over hetscherm.
• Kaart in rijrichting - het autosymbool vormthet middelpunt en wijst altijd naar boven ophet beeldscherm. De kaartweergave roteertonder het autosymbool en dat is gerelateerdaan hoe de weg loopt.
• 3D Heading up - identiek aan Kaart inrijrichting maar 3D-kaart. De weergavehangt af van de mate van in-/uitzoomen.
Informatie over de actuele positieDruk voor het instellen van informatie over deactuele locatie in de normaalweergave van de
bron op OK/MENU en kies Instellingen
Kaartopties Positie-informatie.
Activeer de optie van uw keuze met OK.
• Huidige straat - op het beeldscherm ver-schijnt de naam van de weg/straat waar deauto/scrolcursor zich op dat moment bevindt.
• Lengtegraad/breedtegraad - op hetbeeldscherm verschijnen de coördinaten van
de positie waar de auto/scrolcursor zich opdat moment bevindt.
• Geen - op het beeldscherm verschijnt geeninformatie over de positie waar de auto/scrolcursor zich op dat moment bevindt.
Nuttige plaats (POI) op de kaartDruk voor instellen van de op de kaart weer tegeven POI’s in de normaalweergave van de bron
op OK/MENU en kies Instellingen
Kaartopties POI-symbolen.
Hier geeft u aan welke POI’s op de kaart moetenworden weergegeven. Activeer de optie van uwkeuze met OK.
• Standaard - de POI’s worden getoond diemet Gekozen gespecificeerd zijn.
• Gekozen - kies met de TUNE-knop + OKalle POI’s die u op het beeldscherm wiltweergeven.
• Geen - er worden geen POI’s weergegeven.
Voor voorbeelden van POI’s, zie Internetkaart -symbolen voor nuttige plaatsen (POI) (p. 108).
KaartkleurenDruk voor het instellen van de kaartkleuren in denormaalweergave van de bron op OK/MENU en
kies Instellingen KaartoptiesKaartkleuren.
20 Geldt voor bepaalde markten.
||
INTERNETKAART
112
Activeer de optie van uw keuze met OK.
• Automatisch - een lichtsensor registreert ofer sprake is van dag of nacht en past hetbeeldscherm automatisch aan.
• Dag - de kleuren en het contrast van hetbeeldscherm worden helder en scherp.
• Nacht - de kleurweergave en het contrastvan het beeldscherm worden afgestemd vooroptimaal zicht bij donker.
Verkeersinformatie op de kaartAangeduid met een groen, oranje of roodgekleurde streep naast de wegen op de kaartwaarvoor verkeersinformatie bestaat. Groen bete-kent geen verkeersproblemen, oranje betekentlangzaam rijdend verkeer en rood betekent file/verkeersopstopping/ongeluk.
N.B.
Verkeersinformatie is niet in alle gebieden/landen beschikbaar.
Het aantal zendgebieden voor verkeersinfor-matie wordt voortdurend uitgebreid.
Druk voor weergave van verkeersinformatie in denormaalweergave van de bron op OK/MENU en
kies Instellingen Kaartopties Verkeer opkaart.
Gerelateerde informatie• Internetkaart - tekst en symbolen op beeld-
scherm (p. 104)
ALFABETISCH REGISTER
113
A
Afstandsbediening 85
batterij vervangen 87
Alarm bij ernstige ongelukken of calamitei-
ten 41
Ambient Surround Sound 35
Applicaties (apps) 77
Audio en media
het systeem bedienen 28
inleiding 26
menufuncties 28
menu-overzicht 88
overzicht 27
Audiosysteem 26
Auto met internetaansluiting 71
applicaties (apps) 77
Internetinstellingen 23
internetkaart 102
menu-overzicht 94
webbrowser 78
AUX-ingang 27, 52
B
Batterij
afstandsbediening 87
Bedieningselementen
middenconsole, stuurwiel 28
Beeldinstellingen 49
Bellen 59
Bestemming 106
Bluetooth®
gesprek naar mobiel 61
handsfree 59
media 54
microfoon uit 61
streaming audio 54
C
CD 44
Connected Car
automodem 75
D
DAB-radio 36, 43
Digitale radio (DAB) 43
DVD 44
E
Equalizer 36
G
Geluid
Ambient Surround Sound 35
Instellingen 33
Geluidspodium 35
Gesprek
functies 59
inkomend 59
H
Harde schijf (HDD) 49
I
Infotainment (Audio en media) 26
Instructie-opties 110
Internetkaart 102
ALFABETISCH REGISTER
ALFABETISCH REGISTER
114
iPod®, aansluiting 53
K
Kaart (internetkaart) 102
Kaart-opties 111
M
Media Bluetooth® 54
Mediaspeler 44
compatibele bestandsformaten 50
Media zoeken 46
Menufuncties audio en media 28
Microfoon 60
Mobiele telefoon, zie Telefoon 56
MY CAR 14
Informatie 24
Internetinstellingen 23
Klimaatinstellingen 22
Menu-optie 15
paden 15
Rijhulpsystemen 19
Steminstellingen 22
Systeeminstellingen 21
Voertuiginstellingen 17
N
normaalweergave 28
Nuttige plaatsen (POI) 108
P
Programmatypes radio (PTY) 41
R
Radio 36
DAB 36, 43
RDS 40
Route
gedetailleerde route-informatie 109
S
Scrollen (kaart verschuiven) 105
Scrolmenu (kaartmenu) 105
Sensus 6
Signaalingang, extern 27, 52
Stembediening 65
Stuurwiel
Toetsenset 28
Support 11
Symbolen
op het beeldscherm 32
T
Telefoon
aansluiten 56
bellen 59
gesprekken aannemen 61
handsfree 59
inkomend gesprek 59
telefoonboek 63
telefoonboek, snelkoppeling 63
Toetsenbord 103
Toetsensets op stuurwiel 28
TV 82
U
USB, aansluiting 53
USB-ingang 52
ALFABETISCH REGISTER
115
V
Verkeersinformatie (internetkaart) 111
Verkeersinformatie (TP) 41
Verkoop van auto 11
Volume 28
beltoon, telefoon 62
externe geluidsbron 54
snelheids-/geluidscompensatie 36
Telefoon 62
telefoon/mediaspeler 62
Volvo ID 12
Volvo Sensus 6
W
Webbrowser 78
Webradio 77
Wifi 75
ALFABETISCH REGISTER
116
TP 21560 (Dutch), AT 1617, MY17, Printed in Sweden, Göteborg 2016, Copyright © 2000-2016 Volvo Car Corporation