Sensorische informatieverwerking - Integration-e · Een zintuiglijke defensief gedrag kan gezien...

22
In opdracht van Academie voor Massage en Beweging voorjaar 2015 Eindopdracht Massagetherapie Eda Heeringa - Franssen [email protected] Abstract Deze eindopdracht gaat over hoe massagetherapie in theorie en praktijk ondersteuning kan bieden bij sensorische overprikkeling, wat sensorische informatieverwerking betekent en welke rol sensorische overprikkeling hierin speelt. Daarnaast wordt in deze eindopdracht beschreven hoe je met sensorische overprikkelingen om kunt gaan. Sensorische informatieverwerking

Transcript of Sensorische informatieverwerking - Integration-e · Een zintuiglijke defensief gedrag kan gezien...

In opdracht van Academie voor Massage en Beweging voorjaar 2015

Eindopdracht Massagetherapie

Eda Heeringa - Franssen [email protected]

Abstract Deze eindopdracht gaat over hoe massagetherapie in theorie en praktijk ondersteuning

kan bieden bij sensorische overprikkeling, wat sensorische informatieverwerking betekent en welke rol sensorische overprikkeling hierin speelt. Daarnaast wordt in deze eindopdracht

beschreven hoe je met sensorische overprikkelingen om kunt gaan.

Sensorische informatieverwerking

1

Inhoudsopgave

1. MOTIVERING 2

1.1 OPBOUW EINDWERKSTUK 2 1.2. HET ZENUWSTELSEL EN VORMEN VAN BEWUSTZIJN 3 1.3. FUNCTIE VAN HET ZENUWSTELSEL BIJ MASSAGETHERAPIE 3 1.3.1. HET BELANG VAN GAPEN 3 1.4. SENSORISCHE INFORMATIEVERWERKING 4 1.4.1. SENSORISCHE OVERPRIKKELING 5 1.5. HOOG SENSITIVITEIT EN AUTISME 6 1.5.1.SOMATOSENSORISCHE PROBLEMEN 7 1.6. OMGAAN MET SENSORISCHE OVERPRIKKELING 7 1.7.SENSORISCHE OVERPRIKKELING EN MASSAGETHERAPIE 8 1.7.1. LICHAAMSBEWUSTZIJN 8 1.7.2. FOCUSSEN 8 1.7.3. SAMENVATTING VAN DE THEORIE 9

2. INLEIDING VAN DE PRAKTIJK 10

2.1. EERSTE PRAKTIJKDEEL 10 2.1.1. BELANGRIJKE KENMERKEN DOELGROEP 10 2.2. HET BEGIN VAN MIJN EERSTE PRAKTIJKDEEL 11 2.2.1. EEN EERSTE ONTMOETING MET DE KINDEREN 11 2.2.2. LICHT, GELUID EN ANDERE PRIKKELS 11 2.2.3. ALLERGISCHE REACTIES 12 2.2.4. MASSAGEVORMEN EN INTERVENTIES 12 2.2.5. OVERZICHT PRAKTIJKDEEL EN ONDERZOEK IN SCHEMA 13 2.2.6. EEN EXPLORATIE EN SAMENVATTING EERSTE PRAKTIJKDEEL 15 2.3. HET TWEEDE PRAKTIJKDEEL 16 2.3.1. ABSTRACT 16 2.3.2. VOORBEREIDING 16 2.3.3. BELANGRIJKE KENMERKEN DOELGROEP 17 2.3.4. PRAKTIJKONDERZOEK 17 2.3.5. EEN EXPLORATIE EN SAMENVATTING TWEEDE PRAKTIJKDEEL 18

3. CONCLUSIE 19

REFERENTIES 20

2

1. Motivering Hoe bepaalde prikkels worden waargenomen en hoe het lichaam deze prikkels verwerkt heeft mij altijd geïnteresseerd. Om te beginnen is de massage zelf al een sensorische prikkel. Tijdens diverse praktijk opdrachten gedurende mijn opleiding voor massagetherapie kwamen cliënten en proefpersonen mijn praktijk binnen die bijvoorbeeld (te) gevoelig waren voor lichte aanraking of andere prikkels.

Aan de hand van de feedback van diverse proefpersonen heb ik hierop mijn interventies aangepast. Ik heb mij verdiept op het gebied van sensorische informatieverwerking maar kwam al gauw terecht bij de ergotherapie. Nu was het voor mij de uitdaging om een vertaalslag te maken naar de massagetherapie.

Naar mijn zoektocht over het hoe en waarom kwam ik ook een boek tegen over hoog sensitiviteit waarin ik mijzelf goed herkende, daarnaast heb ik in verloop van tijd vast kunnen stellen dat mensen met een vorm van autisme per definitie te maken hebben met sensorische overprikkeling. Dit is de oorsprong en uiteindelijke keuze voor dit onderwerp.

Zoals uit mijn praktijkervaring voor dit eindwerkstuk blijkt en zoals ik al vermoede, hebben mensen met een hoge gevoeligheid, chronische pijn (zoals bijvoorbeeld fibromyalgie) en stress gerelateerde klachten, ook te maken met sensorische overprikkeling. Dus bij iedereen bij wie het centraal zenuwstelsel overbelast is. Aan hand daarvan zijn volgende onderzoeksvragen ontstaan: hoe zijn deze eigenschappen met elkaar verbonden en hoe kan massagetherapie ondersteuning bieden aan personen met sensorische overprikkeling. In onderstaand werkstuk probeer ik antwoorden te vinden op deze vragen in een theoretisch en een praktisch deel.

1.1 Opbouw eindwerkstuk De eindopdracht begint met een theoretisch gedeelte. De theorie is gebaseerd op data uit de praktijk om zo ieder praktijk onderdeel beter te onderbouwen met medisch aanverwante achtergrondinformatie. Aan het einde van het theoretisch gedeelte maakt in alvast een overstap in richting de praktijk met een korte samenvatting.

Er zijn twee praktijk onderdelen waarin de massage aan proefpersonen zijn beschreven. Hierbij worden ook praktijkdeelvragen gesteld. Het zelfonderzoek loopt als een rode draad door de gehele eindopdracht. Na ieder praktijk onderdeel schrijf ik een bijbehorende samenvatting over hoe mijn ervaringen waren tijdens het betreffende praktijk deel met daarin verweven mijn zelfonderzoek. Vervolgens wordt in de conclusie aandacht besteed aan het beantwoorden van de theorievragen en de praktijkdeelvragen.

3

1.2. Het zenuwstelsel en vormen van bewustzijn Gevoeligheid is de essentiële kwaliteit van het zenuwstelsel. Als onze aandacht gericht is op het zenuwstelsel en als wij hierdoor primair reageren, drukken wij onze gevoeligheid uit via onze beweging en bewustzijn. Door innerlijke perceptie krijgen wij Inzicht in ons zelf.

Het zenuwstelsel is niet emotioneel van aard maar communiceert en geeft enkel informatie door. Dat betekend dat het proces van waarnemen of perceptie behulpzaam kan zijn bij overmatige emoties. (1) In sommige situaties bijvoorbeeld bij trauma moet het proces van waarneming bij overmatige emoties deskundig worden begeleid om niet overspoeld te worden.

Het bewustzijn wordt beschreven als een toestand waarin men kennis heeft van het eigen bestaan en dat van de omgeving: een exclusieve kijk, of perspectief op het eigen organisme, dat niet toegankelijk is voor anderen. Het zintuigelijk bewustzijn (sensory awareness) is een bewuste waarneming van het lichaam en het volgen van lichamelijke sensaties (2)

Het zelfbewustzijn Is niet een staat van wakker zijn alhoewel wakker zijn wel een voorwaarde is. Zelfbewustzijn is een verzameling van patronen en van activiteiten in de hersenen waarin waarneming van interne prikkels (interoceptie: beleving van innerlijke lichamelijke processen) en externe prikkels (exeroceptie: indrukken uit de omgeving) worden geïntegreerd. Hierbij werken gebieden in de hersenstam met gebieden in de cortex cerebri, de tastgebieden en de frontale oogvelden samen. (3)

In feite begint het zelfbewustzijn periferisch dus niet bij de hersenen maar bij de receptoren van de verschillende lichaamsweefsels. Deze receptoren zijn zo ontworpen dat verschillende vormen van chemische en fysieke stimulatie omgezet wordt in neurologische signalen voor de transmissie naar het ruggenmerg en de hersenen toe. (4)

1.3. Functie van het zenuwstelsel bij massagetherapie Massagetherapie beïnvloedt het zenuwstelsel en bevorderd ontspanning. Door massage kan het zenuwstelsel worden geactiveerd of juist gekalmeerd afhankelijk van de interventie van de massagetherapeut.

Langzame massagestreken hebben een kalmerende effect op het parasympatische zenuwstelsel. Massage kan via het parasympatisch zenuwstelsel een stimulerend effect hebben op de nervus vagus dat verantwoordelijk is voor verlaging van hartslag en verhoging van peristaltiek. Daarnaast stimuleert massage ook de proprioceptie, sensorische en zenuwvezels van de huid en het onderliggende weefsels.

Via aanvoerende (afferente) zenuw vezels, wordt informatie via het ruggenmerg verspreid naar en centrale en autonome zenuwstelsel. (5) Het zenuwstelsel wordt gezien als een communicatie netwerk zodat het kan functioneren in de omgeving en is onder andere ook verantwoordelijk voor de mentale processen, zoals perceptie, cognitie en geheugen; voor gedrag en voor de emotionele reacties zoals verdriet, vreugde, opwinding, boosheid en angst.

Het zenuwstelsel heeft een zeer georganiseerde structuur met enorm aantal complexe activiteiten in alles wat het doet. (6)

1.3.1. Het belang van gapen Tijdens de massage van kinderen in het eerste praktijkdeel heb ik iets kunnen observeren wat sterk mijn aandacht trok. Het had te maken met de massage van schedel en voorhoofd waarbij de kinderen binnen een minuut begonnen te gapen, waarbij chronisch aangespannen spieren zich volledig ontspanden en waarna ze spontaan vrijwel onmiddellijk daarna in slaap vielen. Voor langere tijd bleven de kinderen in een diepe slaap.

Op zoek naar passend literatuur hierover wat deze reactie zou verklaren kwam ik een boek tegen waarin de functie van het gapen werd omschreven. Hier volgt een letterlijke vertaling uit het Engels van boek “Psychfysiologie van het zelfbewustzijn” geschreven door Alan Fogel:

4

1.3.1.1. Gapen Gapen wordt gezien als een aangename ervaring dat diep doorwerkt in het lichaam en zorgt voor een beter besef van hoe we ons voelen. Gapen doen we niet zozeer bewust maar meestal spontaan als een meer of minder automatische reactie. Gapen gebeurt normaalgesproken bij verveling of bij slaperigheid en gaat vergezeld met hypoxie (beperkte inname van zuurstof), een verminderde stofwisseling, en vertraging van activiteit.

Als dit gedurende de dag verder wordt geobserveerd, is gapen geassocieerd met een hogere mate van lichaamsactiviteit zoals stretchen en diepere ademhaling dat suggereert dat gapen mogelijk een signaal van het lichaam is om vanuit zichzelf wakker te worden.

Tijdens het gapen, werken de nek, mond en kaak in de beweging nauw me elkaar samen. Er worden veel spieren tijdens het gapen geactiveerd en het stimuleert mede de ademhaling, verbetert het de stroom van hormonen zoals oxytocine en neurotransmitters zoals serotonine dat een toenemend aangenaam gevoel van welzijn en plezier geeft.

Als gevolg hiervan is het bijna onmogelijk het goede gevoel van het gapen niet te ervaren. Naast deze zogenoemde biochemische wekdienst, stimuleert gapen de activiteit van afferente (aanvoerende) zenuwvezels (terug naar de hersenen) van het parasympatisch zenuwstelsel.

Het parasympatische zenuwstelsel, is een tak van het autonome zenuwstelsel Deze parasympatische aanvoerders (afferentia) komen niet via het ruggenmerg de hersenen binnen maar direct vanuit het lichaam naar de hersenstam, in dit geval vanaf de keel, nek en gezichtsspieren via de nervus vagus en vanuit het diafragma via de middenrif zenuw. (4) (Deze zenuw is een motorische en sensibele zenuw die beiderzijds

gevormd wordt door zenuwvezels uit de ruggenmergwortel C3-C5, vooral C4. (7)).

Spontaniteit van het gapen en de hierdoor ontstane activatie van het interoceptive en neurale netwerk zijn voorwaardelijk voor het ontstaan van het belichaamde zelfbewustzijn. Het lijkt er op als of je jouw interne computer opnieuw op start. Een ingebouwde mechanisme om ons naar onszelf terug te brengen. Dus de volgende keer als je gaapt, neem niet alleen waar hoe goed het voelt en hoe stimulerend het werkt, maar ook dat het je erop attent maakt meer in je lichaam aanwezig te zijn. (4)

1.4. Sensorische informatieverwerking Sensorische informatieverwerking is om zintuigelijke waarnemingen te kunnen opnemen en verwerken en de verschillende stukjes informatie aan elkaar te verbinden zodat er adequaat op gereageerd kan worden (adaptieve response). Het is neurologische verwerkingsproces van zintuiglijke informatie met al onze zintuigen. Zintuiglijke informatie wordt door het zenuwstelsel opgenomen, verwerkt en geïntegreerd. Onder zintuiglijke informatie wordt verstaan:

Proprioceptief (kinesthetische zintuig), bewustzijn van het lichaam en haar relatieve positie van de omgeving; (8)

Gustatorisch, proeven - smaak;

Auditief, horen - luisteren;

Tactiel, aanraken - voelen;

Vestibulair - evenwicht;

Olfactorisch - ruiken;

Visueel - zien;

De informatie die wij voor ons dagelijks leven ontnemen uit ons lichaam en de wereld om ons heen is een neurologische procedure. Dit gebeurt via ons zenuwstelsel. Meer dan 80 % van ons zenuwstelsel is betrokken bij verwerking en organiseren van sensorische input. De hersenen worden een sensorische machine genoemd. (9)

5

1.4.1. Sensorische overprikkeling De zintuigen worden overbelast wanneer het lichaam door één of meer zintuigen overgestimuleerd wordt door de omgeving. Er kunnen veel omgevingsfactoren van invloed zijn. Voorbeelden van deze elementen zijn verstedelijking, drukte, lawaai, media, technologie, en de explosieve groei van informatie. (10) Sensorische overprikkeling wordt vaak geassocieerd met stoornissen in de sensorische informatieverwerking.

Er is een grote verscheidenheid aan symptomen die worden geassocieerd met sensorische overbelasting. Deze symptomen kunnen optreden bij zowel kinderen als volwassenen. Sommige van deze symptomen zijn:

Irritatie texturen knellende schoenen, sokken, kledinglabel, wol of vacht; Overgevoeligheid voor aanraking, bewegende beelden; Vermijden van aanraken of aangeraakt worden; Moeite zich te concentreren op een activiteit; Beschermen van de ogen tegen helder licht; Overgevoelig voor externe geluiden; Slapeloosheid, oververmoeidheid; Friemelen en rusteloosheid; Maakt moeilijk oogcontact; Auditieve discriminatie; Spierspanning; (11)

Sensorische overprikkeling of overbelasting kan ontstaan door de over stimulatie van de zintuigen. De gevoeligheid voor onregelmatige prikkels is vaak groter dan voor regelmatige. Wat interessant of plezierig is voor de een, kan voor de ander irriterend, alarmerend of zelfs pijnlijk zijn. (11) Sommige mensen zijn zelfs extreem gevoelig voor harde geluiden of sterke geuren, bewegende beelden of houden er niet van aangeraakt te worden. Het tikken van een klok of het druppelen van een waterkraan, fel licht, knipperend licht zoals TL- verlichting en te felle kleuren kunnen letterlijk een marteling zijn. (12)

Een zintuiglijke defensief gedrag kan gezien worden als een aandoening die het gevolg kan zijn van aversieve ( vermijdende ) of defensieve ( afwerende) reacties. Het uit zich vaak in een constellatie van symptomen zoals spanning, angst, vermijding, stress, woede of zelfs in extreme vorm in geweld.

Zintuiglijke defensies zijn niet ongewoon. 15% van de neurotype volwassenen hebben te maken met sensorische overprikkeling, daarnaast hebben mensen met autisme en mensen met hersenletsel een zenuwstelsel dat standaard overgevoelig is voor sensatie. (13) Daarnaast wordt ook hoog gevoelige persoonlijkheid in verband gebracht met sensorische overprikkeling en wordt deze overprikkeling ook gevonden en geassocieerd met andere stoornissen zoals:

Chronisch vermoeidheidssyndroom; Post Traumatische Stress Stoornis; Gegeneraliseerde angststoornis; Fibromyalgie; Schizofrenie; Synesthesie;

6

Door de overbelasting van sensorische prikkels zal de stress toenemen en verhoogt het de kwetsbaarheid voor ziekte doordat het lichaamseigen vlucht en vecht mechanismen in gang gezet wordt. Bij mensen die zintuiglijk defensief zijn, is dit mechanisme continue actief. Prikkels uit de omgeving die niet tot een stressvolle reactie in andere mensen zouden leiden, veroorzaken bij zintuigelijk defensieve mensen een chronische stress respons (11). Op het moment als het immuunsysteem is uitgeput en het lichaam geen weerstand meer heeft dan is het stadium bereikt waarin verschillende symptomen ontstaan. Symptomen die zich kunnen ontplooien zijn:

Allergieën en huidaandoeningen; Prikkelbare darmsyndroom; Chronische vermoeidheid; Slaap problemen; Hoge bloeddruk; Pijnlijke spieren; Chronische pijn; Depressie; (14) Hoofdpijn;

1.5. Hoog sensitiviteit en autisme Hoog sensitiviteit wordt gezien als een sterk aangeboren en genetisch bepaalde eigenschap dat zich kenmerkt door hoge gevoeligheid op lichamelijk, emotioneel en sociaal gebied. (15) Autisme is een aangeboren pervasieve ontwikkelingsstoornis die zich kenmerkt door beperkingen op het gebied van sociale interactie en (non-)verbale communicatie en door een beperkt, repetitief of stereotiep gedragspatroon. (16) Zowel hoog sensitieve personen als mensen met een vorm van autisme hebben gezamenlijk dezelfde kenmerken op het gebied van sensorische overgevoeligheid.

Vanuit het perspectief van sensorische informatieverwerking hebben beide types te maken met sensorische overprikkeling. Ieder op zijn eigen manier en met een eigen oorzaak maar met dezelfde kenmerken. Hoog sensitieve personen en mensen met hoog sensitiviteit hebben vermogen om overprikkeld te raken. Echter kunnen deze kenmerken bij hoog sensitieve personen verward worden met een stoornis of met een syndroom.

De scherpe waarneming van prikkels is hierbij geen eigenschap van de zintuiglijke organen maar meer een eigenschap van de hersenen en een aangeboren temperament. Echter zie je dezelfde sensorische sensitiviteit ook terug bij mensen met autisme. Het is echter zo dat mensen met autisme hoog sensitieve personen kunnen zijn maar het hoeft niet persé te betekenen dat mensen met hoge sensitiviteit ook een vorm van autisme hebben. Het verschil kan je voornamelijk herkennen aan het feit dat mensen met autisme ontregeld raken door hoge niveaus van specifieke prikkels maar voor andere prikkels en signalen juist weer ongevoelig zijn vooral als het gaat om sociale prikkels en signalen. (17)

In tegenstelling tot mensen met een vorm van autisme, zijn hoog sensitieve personen juist heel gevoelig voor sociale prikkels en signalen en beschikken over een hoge empathie en inlevingsvermogen. Deze gevoeligheid kan bij hoog sensitief personen ook een valkuil zijn doordat ze juist overgevoelig reageren.

Hoog gevoeligheid wordt vaak ook in verband gebracht met fibromyalgie, de bevestiging zie ik deels terug in mijn praktijkonderzoek en tijdens het invullen van de enquêteformulieren door de proefpersonen. Hieruit blijkt ook dat er sprake is van sensorische overprikkeling bij licht, geluid, externe prikkels, echter is hierbij geen sprake van een vorm van autisme.

Bij mensen bij wie alleen sprake is van hoog gevoeligheid en hierbij niet specifiek gesproken wordt over een syndroom of andere aandoening hebben naast bovengenoemde kenmerken ook lichamelijke gevoeligheid of sensibiliteit zoals een snelle schrik reactie of een snelle reactie op het immuunsysteem (18) bijvoorbeeld contact allergieën, en een grote gevoeligheid voor pijn. (17)

7

1.5.1.Somatosensorische problemen Somato betekend lichaam en sensorisch betekend sensibiliteit voor prikkels uit de omgeving.

Somatosensorische problemen wordt gekenmerkt door motorische problemen, moeite met besef van de positie van het lichaam en overgevoeligheid voor prikkels. Gevoeligheid voor aanraking en fysieke contact houdt in dat er een extreme sensitiviteit of een tekort op sensitiviteit voor prikkels bestaat. Voor het lichaam is erg moeilijk om bewust te zijn van de aanraking als een groot deel van het lichaam betrokken is bij het begrijpen van de prikkel. (8)

Motorische vaardigheden en ontwikkeling ontstaat door zich te bewegen. Integratie tussen zenuwen en spieren lopen hierbij parallel zoals bijvoorbeeld bij lopen, voetballen, bowlen en springen, hierbij spreken wij van de grove motoriek. Dit helpt bij de ontwikkeling van coördinatie, balans (vestibulaire functie) en het bewustzijn van de positie van het lichaam (proprioceptie).

Bij bijvoorbeeld schrijven, borduren waarbij je een pen of naald moet vasthouden gaat het om de fijne motoriek Deze motoriek vereisen een wat fijner en meer een precieze manier van coördineren, dat door frequente activiteit verbeterd wordt.

De motoriek ontwikkeld zich door het verwerken van sensorische informatie. Er is dus steeds een wisselwerking tussen sensoriek en motoriek. Onvoldoende mogelijkheden om de sensorische prikkels te verwerken hebben dus invloed op de kwaliteit van de beweging. Zowel grof als fijn motorisch.

De uitvoering van deze beweging is afhankelijk van in hoeverre de handeling door het lichaam wordt begrepen. Bij een slechte motoriek ontbreekt een proprioceptief bewustzijn en bestaan er vestibulaire problemen. Dit vergezeld kan gaan met problemen met de spiertonus en de sensoriek. (8)

1.6. Omgaan met sensorische overprikkeling Zelf heb ik ervaren dat uit de weg gaan van prikkels er voor zorgt dat ik er juist gevoeliger voor wordt. Dit zie ik ook weer terug bij mijn cliënten. Belangrijk is om niet defensief te reageren op de prikkels, maar is zekere mate er mee leren om te gaan. In dit proces en ook tijdens gesprekken met de proefpersonen kwam naar voren dat het merendeel met prikkels omging door deze uit de weg te gaan. Echter lijkt het, alsof daardoor juist de intensiteit van de overprikkeling wordt versterkt.

Een van de manieren om er mee om te gaan is het leren aanvaarden en ontvangen van aanraking en dus ook de prikkel in een veilige setting waarin genoemde proefpersonen bereid zijn om te worden aangeraakt. Dit is de eerste stap op weg naar leren om te gaan met sensorische overprikkeling en hiermee train je als het ware je hersenen de prikkels beter te kunnen verwerken. Het regelmatig ondergaan van massages lijkt het tolerantie niveau van sensorische prikkels duidelijk te verhogen.

Naast het er mee leren om te gaan is het goed om je zenuwstelsel regelmatig ruimte te geven waardoor het in staat is prikkels beter te kunnen verwerken en een "overload” aan prikkels helpt voorkomen. Een andere manier om meer ruimte te creëren is om dagelijks een vast moment van rust zoeken bijvoorbeeld door middel van een power-nap. Uit onderzoek blijkt dat een power-nap van vijf minuten al aantoonbaar gunstig effect heeft onder andere op het geheugen. (19) Niet het vermijden maar het gedoseerd toelaten van prikkels in afwisseling van rust en ruimte kan een grotere ontvankelijkheid creëren.

Voor de rustmomenten kan je een plek zoeken om je terug te kunnen trekken en waar je jezelf kan zijn. Ook ontspanning ’s methodieken zoals meditatie, ademhalingsoefeningen en yin yoga (20), een rustige meditatieve vorm van Yoga, is een uitstekende manier om je zenuwstelsel meer verwerkings- en draagkracht te geven. Bij sommigen mensen werkt ook het luisteren naar rustgevende muziek goed waarbij vooral het parasympatische zenuwstelsel wordt beïnvloed. Gezien het feit dat slaap van groot belang is voor het herstel van het immuunsysteem, is het vooral voor mensen met sensorische overgevoeligheid erg belangrijk te zorgen voor voldoende slaap.

8

1.7.Sensorische overprikkeling en Massagetherapie Bij dit onderdeel integreer ik het theoretisch onderdeel met mijn eigen ervaring tijdens een zelfonderzoek. Dit geeft mij een betere basis en inzicht om passende massage therapeutische interventies te vinden dat van toepassing kan zijn bij cliënten die bewust met sensorische overprikkeling om willen leren gaan.

1.7.1. Lichaamsbewustzijn Een van zichzelf bewust persoon is zich bewust van actuele gevoelens, stemmingen, gedachten en reacties van het eigen lichaam op prikkels uit de omgeving (21). Het gaat hier niet alleen om dat je een besef van armen of benen hebt of dat je op een bepaalde manier op je benen staat of op een bepaalde manier loopt maar ook om de sensorische waarneming. Om sensorisch waar te kunnen nemen moeten wij in contact zijn met ons lichaam en met onszelf.

Het contact met ons lichaam verliezen wij dikwijls in het dagelijks leven. Door stress (door bijvoorbeeld overprikkeling) of door trauma maakt het dat wij contact verliezen met de sensaties en emoties, de manier waarop we ons lichaam bewegen, hoe het voelt en hoe het zich gedraagt. Als wij eenmaal onszelf betrappen dat onze aandacht gevangen zit in ons denken, ons oordeel, onze eisen en verwachtingen en andere stressoren hebben wij geen tijd meer onszelf daarop te attenderen. (4)

Het lichaam maakt zich vaak kenbaar als het fout gaat dus als van haar te veel gevraagd wordt. Dat kan plotseling gebeuren, je kan niet uitleggen hoe dat gekomen is. Het is er zo onmerkbaar in geslopen. Je bent opgehouden waar te nemen wat er in je lichaam gebeurt: We passen ons aan bij stress, bepaalde verwachtingen of vermeende bedreigingen en spannen onze spieren aan om aan de buitenkant rustig te lijken. Dit is een onbewust proces. Na verloop van tijd vergeet menigeen hoe we onze aangespannen spieren moeten ontspannen. Hierdoor verliezen wij ons lichaamsgevoel. Uiteindelijk wordt deze spanning een onderdeel van onze uitdrukking, beweging en houding en voelen dan pas de spanning als het pijnlijk wordt.

1.7.2. Focussen Voor een goed lichaamsbewustzijn is het belangrijk naar je lichaam te luisteren. Daarbij bedoel ik niet met het luisteren naar de klacht of het verlichamelijken van een emotionele klacht maar naar het innerlijk luisteren naar wat jouw lichaam jou te vertellen heeft en dat je de kans geeft te luisteren naar wat de oorzaak van de pijn, overprikkeling of klacht kan zijn.

Focussen betekend eigenlijk niets meer dan leren je lichaam te voelen en te luisteren naar haar signalen, en deze te benoemen. Bij het vergroten van lichaamsbewustzijn, neemt focussen een belangrijke plaats in door meer bewust te zijn van allerlei gewaarwordingen, zoals gedachten, gevoelens en sensaties, prikkels en pijn.

Focussen is echter niet alleen een gewaarwording in je lichaam maar het is een fysiek besef en fysiek gevoel van een probleem, bekommernis of situatie, echter is focussen niet hetzelfde als ervaren van sterke emoties, een analyse of een manier om met jezelf te praten. (22)

Tijdens mijn zelfonderzoek waarbij ik focussen gebruikt heb, is het mij gedurende het focusproces bewust geworden dat innerlijke voeling onmisbaar is geworden bij het geven van massage therapeutische sessies. Dit zowel voor mijzelf als gever in een therapeutische setting als ook voor de ontvanger de cliënt. Het ervaren gevoel tijdens het focussen heeft onlosmakelijk te maken met het proces van lichaamsbewustwording. Eugene T Gendlin, hoogleraar in de psychologie en grondlegger van Focussen, omschrijft wat focussen is zo: “Het is een proces waarin je contact met een bijzondere vorm van innerlijk lichamelijk gewaar zijn tot stand brengt. Dit innerlijk gewaar zijn omschrijf ik als een `ervaren gevoel` ”. (22)

Bewustzijn “Als je buiten staat in de zon

en je voelt de warmte van de zon op je wangen, en de wind waait door je haren,

je voelt een verloren regen druppel over je wangen rollen je luistert naar vogels en andere geluiden om je heen

je ruikt de geur van bloemen, dan ben je bewust van gevoel”.

9

1.7.2.1. Helpt focussen bij het leren omgaan sensorische overprikkeling? Er is nog geen eenduidige literatuur te vinden over dit onderwerp. Ik kan alleen spreken vanuit mijn praktijkervaring met cliënten en mijn eigen ervaring als hoog gevoelig persoon wat de prikkel in het lichaam doet door de prikkel te benoemen en door zich bewust te worden van de prikkel.

Voor mijn gevoel kan focussen hierbij indirect helpen om met sensorische overprikkeling om te gaan. Dit betekend dat het mij kan helpen beter om te gaan met de effecten van de sensorische overprikkeling zoals concentratieverlies vermijden van bepaalde taken, mate van prikkelbaarheid, etc. Wel observeer ik bij mijn cliënten dat het ervaren gevoel van de prikkel door deze te benoemen, een zekere duidelijkheid geeft. Hierdoor kunnen de cliënten het ervaren gevoel van de prikkel beter plaatsen, waardoor de prikkel op dat moment geen acceptatie heeft, maar wel gemakkelijker getolereerd kan worden.

Dit proces heb ik echter nog niet voldoende kunnen volgen of observeren en zal nog in de toekomst verder uitgewerkt moeten worden.

1.7.3. Samenvatting van de theorie Om het effect van massage op sensorische informatieverwerking te begrijpen is het belangrijk inzicht te vergaren over hoe het zenuwstelsel functioneert en hoe lichaamsbewustzijn invloed kan hebben op de manier hoe wij met sensorische overprikkeling om kunnen gaan.

Overbelasting van de zintuigen kunnen vele oorzaken hebben en gevolgen hebben op ons algehele welzijn. Zodra er meer inzicht ontstaat welke symptomen in verbinding staan met sensorische overprikkeling is de kans groter dat wij deze symptomen op tijd herkennen.

Uit bovenstaande studie is gebleken dat zowel het ontvangen van massage als ook aandachtig innerlijk luisteren, kan helpen adequaat te reageren. Zelfzorg kan ons helpen bij ons leerproces om zo beter om te leren gaan met sensorische overprikkeling.

10

2. Inleiding van de praktijk In twee afzonderlijke praktijkdelen heb ik steeds vanuit mijn eigen perspectief gekeken naar welke invloed massagetherapie op kinderen en volwassenen kan hebben tijdens de sensorische informatieverwerking. Zowel personen met chronische pijn als personen uit het autisme spectrum hebben te maken met sensorische overprikkeling. Tijdens het geven van de massages ben ik steeds zo dicht mogelijk bij mezelf gebleven, luisterend met wat het met mij doet en mijn persoonlijke ontwikkeling; een zelfonderzoek in de praktijk.

De volgorde met daarin mijn praktijkdeelvragen ziet er als volgt uit:

EERSTE PRAKTIJKDEEL

Welke invloed heeft massage op de sensorische informatieverwerking vooral bij non-verbale kinderen met een verstandelijke handicap, een vorm van autisme met een sensorische overprikkeling?

TWEEDE PRAKTIJKDEEL

Welke invloed heeft massagetherapie op sensorische overprikkeling bij verbale volwassenen met een hoge intelligentie, met een vorm van autisme zoals het aspergersyndroom, met chronische pijn en met een hoog gevoelige persoonlijkheid?

2.1. Eerste praktijkdeel In anderhalf jaar tijd heb ik op vrijwillige basis één maal in de week aan drie tot vier kinderen met autisme massages gegeven van ongeveer dertig minuten. De bedoeling was om te kijken en te observeren wat voor effect een massage kan hebben op de sensorische informatieverwerking. Het zijn sensitieve en overgevoelige kinderen.

Tijdens het geven van de massages lag mijn nadruk op welke veranderingen ik waar kon nemen: zoals oogcontact, non-verbale communicatie, bij het syndroom passende externe factoren en slaapproblemen. Daarnaast heb ik gekeken wat het nodig had om een positief effect te bereiken.

Op het kinderdagverblijf verblijven kinderen met een ontwikkelingsachterstand en/of een verstandelijke handicap. In totaal heb ik 78 massages gegeven aan 10 kinderen waar van 2 jongens en 8 meisjes met een vorm van autisme in de leeftijd van 6 tot 14 jaar. Van de 10 kinderen hebben 4 kinderen regelmatig massages van mij ontvangen.

Van de kinderen hebben zeven meisjes het syndroom van Rett, een meisje heeft het syndroom van Angelman, en twee jongens hebben syndroom van West.

2.1.1. Belangrijke kenmerken doelgroep Alle kinderen uit deze doelgroep hebben een vorm van autisme. Het syndroom van Angelman is een aangeboren stoornis in het centrale zenuwstelsel waarbij, naast typisch gedrag en gelaatstrekken, sprake is van een verstandelijke beperking. (23) Het syndroom van Rett behoort tot het autisme spectrum. Het syndroom van West is een vorm van epilepsie bij hele jonge kinderen en mond vaak uit in motorische, verstandelijke en of autistische problemen.

De communicatie met deze kinderen verloopt hoofdzakelijk non-verbaal, de meeste kinderen verstaan wel wat je zegt mits je zeer langzaam praat maar kunnen zelf niet spreken. Met aankleden of uitkleden kan een enkeling zeer beperkt meehelpen. De meeste kinderen kunnen niet zelfstandig lopen, een enkel kind kan dat wel maar staat dan zeer wankel op de benen.

"Touch aids vision, vision aids balance, balance aids body awareness, body awareness aids

movement and movement aids learning" -Kranowitz

11

2.2. Het begin van mijn eerste praktijkdeel Na een korte kennismaking met de kinderen werd mij door de groepsleiding aangewezen waar ik de massages mocht gaan geven. Het was de bedoeling dat de ontspanningsmassages plaats zouden vinden op de afdeling zelf, daar waar ook activiteiten werden gedaan met de andere kinderen. Ondanks dat ik mij afvroeg of ik wel in staat was een ontspanningsmassage te geven in een activiteiten ruimte ging ik de uitdaging aan.

Na verloop van tijd ben ik gestopt met de massages omdat duidelijk werd dat vooral het omgevingsgeluid een averechtse werking had op de kinderen en ook op mijzelf.

Voor het kind met het angelmansyndroom was er voor even wel een aparte ruimte en dat ging heel goed. Andere kinderen kon ik masseren in een naast gelegen slaapruimte wat echter niet geluidsdicht of geluidsarm was. Af en toe waren er momenten dat de ruimte waarin ik masseerde vrij rustig was omdat de andere kinderen niet aanwezig waren. Dit waren de meest mooie en bijzondere momenten omdat ik kon zien welk effect de ontspanningsmassage eigenlijk echt heeft op de kinderen zonder dat er andere prikkels aanwezig waren.

Onderstaande resultaten zijn ontnomen uit mijn dagelijkse massage aantekeningen die ik heb gemaakt in anderhalf jaar tijd op het kinderdagverblijf. Dit waren de momenten wanneer de omstandigheden dusdanig waren dat rust en kalmte tijdens een massage gewaarborgd was.

2.2.1. Een eerste ontmoeting met de kinderen De eerste ontmoeting is positief, het zijn vriendelijke en nieuwsgierige kinderen. Kinderen zijn van bewegelijke natuur.

Mijn eerste ingeving was om bij een beweeglijk en onrustig kind mee te gaan in de beweging van het kind een meebewegen op een speelse manier met een golvende beweging met het hele lichaam. Voor kinderen die graag tijdens massage naar iets grijpen heb ik kleine zachte knuffeldieren en ballen meegenomen waarin zij konden knijpen. Dit was een fijne afleiding voor de kinderen hierdoor bleven de kinderen ontvankelijk voor een massage.

Vanwege de kans op vallen heb ik de meeste massages gegeven op een matras dat op de grond lag. Bij de eerste paar sessies vond ik het beter dat een voor de kinderen vertrouwd persoon bijvoorbeeld een groep begeleider hielp met het uitkleden. Bij een eerste aanraking merkte ik al gauw dat dit door vrijwel alle kinderen als extreem prikkelrijk werd ervaren. Dit was te merken aan een knijpende gezichtsuitdrukking, huilen, wegduwen, tanden knarsen en onrustig zijn. Hierop heb ik mijn massage aangepast door “palming” of compressie door kleding heen.

2.2.2. Licht, geluid en andere prikkels Bij vrijwel alle kinderen werkte een kamer met gedempt natuurlijk licht, dus de gordijnen bijna dicht en alle lampen uit, als het meest rustgevend. Het licht van TL-lampen gaven te intens licht en zorgden zichtbaar voor overprikkeling.

Te veel geluid heeft ongeveer hetzelfde effect als te fel licht. Aanraking door middel van een massage wordt hierbij opeens te intens ervaren. Het lijkt alsof het kind de geluiden of prikkels niet meer op de juiste manier kan filteren of verwerken en iedere extra prikkel wordt dan als pijn ervaren. Dus bij te veel geluid in de omgeving werd een massage niet goed meer ontvangen en beantwoord met huilen en onrustig gedrag, soms knijpen, bijten, slaan. De kinderen met het syndroom van West reageerden ook wel eens door een epileptische aanval of door over te geven. De kinderen reageerden het best als ik de massage op vaste tijden (hetzelfde moment van de dag) gaf. Een vaste plek en dezelfde interventies en omstandigheden werden ook goed verdragen. Als er maar iets afwijkt van de routine of iets nieuws in de omgeving raken de kinderen gestrest worden onrustig en raken van streek. In mijn ervaring is de massage dan niet meer mogelijk.

12

2.2.3. Allergische reacties Omdat gevoeligheid voor prikkels juist bij deze kinderen zo aanwezig is, is het van groot belang er bewust van te zijn dat de kans groot is dat het kind allergisch kan reageren op diverse soorten olie, dus ook voor etherische olie. Zo had een kind een noten allergie. Ook door de huid worden stoffen in het lichaam opgenomen met als gevolg een allergische reacties. Mijn goedbedoelde amandelolie zorgde helaas voor een allergische reactie bij dit kind.

2.2.4. Massagevormen en interventies Wat mij het meest is opgevallen is dat bij deze kinderen een gepaste stevige druk als zeer ontspannen werd ervaren. Dit kon ik vooral bij de kinderen met het Rett syndroom zien. Bij dit syndroom houden de kinderen normaliter krampachtig de armen rond het borst gebied vast en maken wringende bewegingen.

Tijdens een massage van een meisje van 7 bijvoorbeeld heb ik gezien dat intermitterend drukken (palmen), druk geven en compressie op armen en benen richting het gewricht (approximatie) graag ontvangen werden. Ook gepaste druk en zeer langzame massagestreken die herkenbaar zijn uit de esalen massage werden door alle kinderen heel goed ontvangen.

De voor het Rett syndroom typische snelle ademhaling werd hierbij ook geleidelijk iets rustiger. Na de ontspanning was joint- movement een mooie manier om in beweging te komen voor deze vaak zo aangespannen armen en benen. Bij een meisje werd deze interventie beantwoord met een glimlach. Op dit bijzonder moment is ook het eerste oogcontact ontstaan, dit gebeurde ongeveer 2 maanden na een wekelijkse massage.

Ik had de indruk dat door het oogcontact zich meer lichaamsbewustzijn zou kunnen ontwikkelen en dat bracht mij op het idee om de lichaamsdelen zoals armen en benen op een speelse manier tijdens de aanraking te benoemen: ”arm”, “been”, “hoofd”, en daarbij het meisje aan te kijken om te zien of op dat moment ook oogcontact mogelijk was. Hierbij hield ik ook rekening met het tempo waarmee ik de woorden uitsprak: met een zachte en rustige stem, wetende dat de informatie pas met een langzaam tempo net zoals met langzame massagestreken door het kindje beter verwerkt kan worden.

Bij vier andere kinderen met het syndroom van West en het Syndroom van Rett hielp een hoofdmassage zeer goed waarbij ik een bijzondere observatie heb mogen doen. Hierbij masseerde ik hoofdzakelijk de schedel en iets over de haarlijn aan het voorhoofd. De bijzondere observatie was dat alle vier de kinderen binnen enkele minuten intens begonnen te gapen en tegelijkertijd de spieren over het gehele lichaam volledig ontspanden, zodat het zelfs voor mij voelbaar was, en daarna vielen ze spontaan in slaap. Dit was een bijzonder moment van gewaarwording voor mij.

13

2.2.5. Overzicht praktijkdeel en onderzoek in schema Onderstaand een overzicht op wat ik samen met de groepsleidsters, fysiotherapeute en ouders heb mogen waarnemen. Dit is een samenvatting van het effect van de massages op de kinderen in anderhalf jaar tijd.

REACTIE VAN DE MASSAGE

Minder agressie/prikkel zoekend gedrag en defensief gedrag; Verkramping armen laten los na / tijdens massage sessie; Toegankelijkheid laten zich gemakkelijker aanraken; Sociaal contact, wil meehelpen zich aan te kleden; Slaapt diep tijdens een middagdutje; Diepe zucht en ontspanning; Laat meer aanraking toe; Steviger op benen staan; Rustiger ademhaling; Vaker oogcontact; Gapen;

WAT IS OPGEVALLEN

Lichte klank en zee geluiden worden als rustgevend ervaren bij wegblijven externe overprikkeling; Beter verwerken van informatie door langzaam praten met als gevolg een non-verbaal respons; Hoofdmassage eerst gapen dan in slaap vallen;

NON-VERBALE COMMUNICATIE

Bij overprikkeling zie je al gouw een knijpend gezicht; Aankijken bij meer oogcontact in verloop van tijd; Hand van helper pakken en iets aanwijzen; Slaan, bijten, huilen, wegdraaien; Tanden knarsen bij onrust;

WAT WERKT GOED

Herkenbare referentie voor massage (pluche dier); Vaste routine, Regelmaat, Vaste tijden Vaste plek; Na liggen van enkele minuten is belangrijk; Gepaste druk & compressie approximatie; Afleiding om iets vast te houden; In een stevige deken wikkelen; Rustig langzaam praten; Rustige omgeving; Gedempt licht; De tijd geven;

WAT WERKT MINDER GOED

Onrustige omgeving met veel mensen en veel verschillende onregelmatige geluiden; Nieuwe interventies, onbekende omstandigheden; Radio of televisie geluid tijdens de massage; Amandelolie, etherische olie i.v.m. allergie; Onvoorspelbare situaties; Fel licht, neonlampen;

14

SOORT MASSAGE

Zeer langzame massagestreken (3cm p/s); Intermitterend drukken; Approximatie Compressie; Shantala Palming;

EFFECTEN KORT NA DE MASSAGE

Soepeler in de beweging; Dromerig en slaperig; Veel moeten plassen; Soms overgeven; Eetlust vergroot; Afwezigheid;

NA 1-2 MAANDEN Verbetering slaap kwaliteit intensiteit en doorslapen; Betere motorische ontwikkeling; Een eerste oogcontact;

NA 3 MAANDEN Minder defensief gedrag bij overprikkeling; Ontwikkeling sociaal gedrag; Betere motoriek;

NA 6 MAANDEN Vorderende verbetering slaap patroon; Verheugen zich op de massage; Verbetering ademhaling; Laat meer aanraking toe; Stabieler op de voeten; Vaker oogcontact; Coöperatief;

15

2.2.6. Een exploratie en samenvatting eerste praktijkdeel Het eerste praktijkdeel ben ik min of meer open ingegaan. Het was voor mij een geheel nieuwe ervaring met een volledig nieuwe doelgroep en nieuwe omstandigheden en het was met zekerheid een hele uitdaging. De uitdaging lag vooral in het feit dat de kinderen niet verbaal waren, dus geen intakegesprek, en ook lag de keuze voor het ontvangen van een massage niet bij de kinderen maar hun verzorgers.

Ik vroeg mij dan ook regelmatig af of de massages voor de kinderen net zo wenselijk waren als voor hun verzorgers of voor mij. Gedurende het eerste half jaar bleef deze gewetensvraag mij steeds maar bezighouden totdat ik door de ervaring heen bemerkte dat door nauwlettend te luisteren naar de non-verbale boodschappen van de kinderen (die steeds duidelijker werden naar mate het sociaal contact werd gestimuleerd door de massage en steeds opener werd) dat de kinderen mij duidelijk konden maken of ze een massage wel of niet op dat moment op prijs stelden. Door het uitproberen van diverse vormen van massage en door nauwkeurig empatisch te luisteren, voelen, waarnemen en kijken naar de reacties van de kinderen kon ik zien welke vorm van massage of andere interventies per kind passend waren.

De andere uitdaging was de bewegelijkheid van de kinderen, want lekker rustig blijven liggen om een ontspanningsmassage te ontvangen zat er niet in. Om de kinderen met dwang vast te houden was voor mij geen optie want wat doet dat met de prikkels? en kan een kind zich dan wel ontspannen?

Op dit moment ben ik bij mijzelf begonnen met het innerlijk luisteren, gronding en voeling met mezelf, dit proces van innerlijk luisteren heeft mij geholpen om de essentie te begrijpen dat beweging een uitdrukking is van een gevoel en dat gevoel vooral voor deze kinderen een manier is via zichzelf expressie te geven van hun gevoelens en dit een belangrijke manier van communiceren kan worden tussen gever en ontvanger.

Het innerlijk te luisteren gaf mij een beeld voor ogen van de beweging in de natuur zoals de wind dat waait door jonge en buigbare bomen en bomen die met deze wind meedeinen: meebewegen in een symbiose. Dat was het antwoord op de vraag die ik heb gesteld tijdens dit proces van innerlijk luisteren. Sensorisch en sensomotorisch luisteren zo noem ik het even voor mijzelf. De interventie was dus meebewegen met de kinderen tijdens het geven van de massage of de aanraking, veilig dicht bij de aarde op de grond, op een matras. De kinderen waren op deze manier ontvankelijk voor een massage op een natuurlijke en meegaande manier.

De voor mijn gevoel moeilijkste uitdaging was het omgevingsgeluid. Hier konden zowel de kinderen als ikzelf weinig aan doen. Dit was ook het moment dat ik mij afvroeg: wordt ik onrustig door het geluid en heeft dit effect op de kinderen waardoor de intense prikkel op de kinderen door mijn irritatie wordt overgedragen en wordt het hierdoor versterkt? Na veel observeren moest ik concluderen dat het beide kanten opging.

Dichtslaande deuren, pratende en lachende mensen, stoelen die over de vloer heen piepen (het schoolkrijtbord effect) zijn allemaal typische onregelmatige externe auditieve prikkels, zodoende naast de massage een extra prikkel. Veelal worden onregelmatige prikkels slechter verdragen dan regelmatig prikkels. Ook hier moest ik denken aan het geluid van de zee dat vaak juist een rustgevend effect kan hebben. Door muziek met zee geluiden trachtte ik de onaangename, onregelmatige externe sensorische overprikkeling gedeeltelijk te dempen, waardoor het ontvangen van massage voor de kinderen iets toegankelijk zou kunnen worden. Dit had enig effect.

Intussen was ik alweer een jaar verder en was er een stijgende lijn van verbetering te zien voornamelijk op het gebied van slaap, sociaal contact, sociale interactie en de daarbij behorend oogcontact. Massage dat gegeven is in een rustige setting, met een langzaam natuurlijk tempo, regelmatig, gelijkmatig en de juiste omgevingsfactoren, kan een positieve invloed hebben op de verwerking en demping van sensorische prikkels.

Het lijkt erop dat het zenuwstelsel op deze manier tot rust gebracht kan worden Wat ik uit het eerste praktijkdeel heb meegenomen is een intens gevoel van geluk dat bestaat uit de dankbaarheid die ik bij de kinderen heb mogen waarnemen door aanraking op het eigen initiatief van het kind, zelfs na verloop van tijd, acceptatie en oogcontact.

16

2.3. Het tweede praktijkdeel Om bovenstaande te onderbouwen heb ik een tweede praktijkonderzoek gestart. Hiervoor ben ik op zoek gegaan naar mensen die naast sensorische gevoeligheid ook verbaal zijn dus bij wie een communicatieve uitwisseling mogelijk is.

Hiermee hoop ik een duidelijker beeld te scheppen hoe massage behulpzaam kan zijn bij sensorische overprikkeling. Maar daarnaast ook hoe ik op therapeutisch vlak begeleiding kan bieden aan mijn cliënten en de mogelijkheid kan bieden leren om te gaan met sensorische overprikkeling.

Mede om goed aan te sluiten op het eerste praktijk gedeelte heb ik gekozen voor mensen met hoog functionerend autisme met het syndroom van Asperger dat net zoals bij het eerste praktijkonderdeel gerekend wordt tot het autismespectrum.

2.3.1. Abstract Via een speciale website voor mensen met het aspergersyndroom (24) heb ik een oproep geplaatst. Hierbij heb ik vermeld dat ik in verband met mijn eindopdracht ten gunste van mijn opleiding tot massagetherapeut op zoek ben naar mensen bij wie sensorische overgevoeligheid een rol speelt en bij wie het syndroom van Asperger officieel is gediagnosticeerd. In de toelichting heb ik vermeld dat het invullen van een enquêteformulier en het ondergaan van een of meerdere massages, onderdeel is van mijn praktijkonderzoek naar sensorische overprikkeling en massagetherapie.

Hierop heb ik 13 reacties ontvangen waarvan 5 mensen daadwerkelijk het enquêteformulier hebben ingevuld, waarvan 4 personen met het aspergersyndroom een of meerdere massages hebben ontvangen. Van de 4 personen hebben 2 personen naast het aspergersyndroom ook chronische pijn.

Samen met nog 2 andere personen zonder het syndroom van Asperger maar wel met chronische pijn en hoog gevoelig persoonlijkheid, heb ik in totaal 17 massages gegeven. Aan de hand van deze 17 massages kon er een verhoogd tolerantie niveau op gebied van externe geluidsprikkels worden waargenomen. Daarnaast konden de deelnemers een betere slaap en slaapintensiteit waarnemen, met minder frequent tussentijds wakker worden en langer doorslapen.

2.3.2. Voorbereiding Mijn praktijkruimte heb ik volledig ingericht en afgestemd op mensen met sensorische overprikkeling. Aan hand van mijn ervaringen weet ik hoe externe prikkels van invloed kunnen zijn en op welke manier een massage door sensorisch overgevoelige personen ervaren wordt. Dat houdt in: de muren zacht geel, een vloerkleed, bekleding van olieflesjes tegen het geluid van het omvallen, indirect zacht gedempt licht, geen tikkende klokken, geen boeken, beelden, geluidsinstallaties, loshangende kabels of andere afleiding. Lakens en handdoeken zijn zonder geurstoffen en met hypoallergeen wasmiddel gewassen en de massageolie is neutraal zonder geur en kleurstoffen. Bij het inrichten van mijn sensorisch vriendelijke praktijkruimte heb ik dankbaar gebruik gemaakt van het advies en hulp van een persoon met het aspergersyndroom.

Voor het praktijkdeel heb ik de enquêteformulieren speciaal afgestemd op sensorische informatie verwerking. De vragen heb ik vooral daarop gericht om na te gaan hoe sensorische overprikkeling zich manifesteert bij personen met het syndroom van Asperger en bij personen met chronische pijn met of zonder hoog gevoelige persoonlijkheid. Bij degenen die meerdere massages van mij hebben ontvangen heb ik gebruik gemaakt van tussentijdse evaluaties om zo een betere inzicht te krijgen bij eventuele veranderingen.

Vooraf de massages heb ik mij voornamelijk verdiept in wat het syndroom van Asperger nu precies inhoud. Daaruit heb ik belangrijke informatie gehaald omtrent het bij dit syndroom passend gedrag en specifieke kenmerken. Deze informatie kan bij het geven van de sessies en bij het eerste intakegesprek erg belangrijk zijn. Enkele van deze kenmerken zijn al van groot belang alvorens ik een oproep plaats op het asperger forum en bij het maken van het enquêteformulier. Hierbij gaat het voornamelijk om de specifieke kenmerken van de communicatie.

17

2.3.3. Belangrijke kenmerken doelgroep Voor het onderzoek is het van groot belang te weten welke eigenschappen kenmerkend kunnen zijn bij de door mij gekozen doelgroep om op die manier mijn praktijkonderzoek goed te kunnen laten verlopen en de resultaten op de juiste manier te interpreteren. Zo is het goed om te weten dat mensen met het aspergersyndroom beelddenkers zijn en uitspraken letterlijk genomen kunnen worden. Belangrijk is dat ik duidelijk ben in wat ik bedoel te zeggen. Iedere miscommunicatie kan lijden tot een extra prikkel dat niet goed verwerkt kan worden en dit kan wederom van invloed zijn op de manier hoe een massage ontvangen wordt.

Alhoewel mensen met het syndroom van Asperger over het algemeen geen stoornis in hun taalontwikkeling en spraak hebben kunnen ze wel moeite hebben met het op gang houden van een gesprek en weten soms niets meer te zeggen waardoor ze slecht uit hun woorden kunnen komen. Het is mogelijk dat hierdoor stiltes vallen.

Bij mensen met autisme is het belangrijk dat er structuur geboden wordt, dit geeft een gevoel van veiligheid. Er bestaan ook beperkingen in het non-verbale contact zoals het behouden van oogcontact tijdens een gesprek. Een overprikkeling kan reeds plaats vinden bij een onverwachte aanraking. Over iedere aanraking moet er vooraf gecommuniceerd worden ook tijdens een massage.

Vooraf iedere afspraak is het ook belangrijk dat ik de cliënt met het aspergersyndroom tot in de puntjes uitleg ontvangt wat er tijdens een betreffende massagebehandeling gaat gebeuren en wat er van een deelnemer of proefpersoon tijdens het onderzoek wordt verwacht. Hierdoor kan de cliënt zich hierop van te voren in stellen. Dit is een belangrijk onderdeel gebleken tijdens dit praktijkgedeelte.

2.3.4. Praktijkonderzoek Hier volgt puntsgewijs een weergave van mijn praktijkonderzoek bij mensen met chronische pijn en mensen met het syndroom van Asperger. Hierbij heb ik gebruik gemaakt van zelf geformuleerde enquêteformulieren waarin ik naast algemene vragen over het slaappatroon, vermoeidheid, concentratie en werking van medicijnen, uitgebreid vragen gesteld heb over sensorische eigenschappen zoals visueel geluid, tast en aanraking, vestibulair en reuk.

In totaal hebben zes proefpersonen in de leeftijd tussen 22 en 53 jaar mijn enquêtes ingevuld waaronder drie vrouwen en drie mannen. Hiervan waren 4 personen chronisch pijn patiënten waarvan weer 2 personen zowel chronisch pijn hebben als ook het syndroom van Asperger hebben. Twee personen hebben wel chronisch pijn maar niet het aspergersyndroom. De meest overeenkomstige kenmerken zijn:

Overgevoeligheid voor parfum, chemische schoonmaakmiddelen en luchtverfrissers;

Gevoelig voor tikkende klokken en fluitgeluiden of ander omgevingsgeluid;

Het slaappatroon waarvan alle proefpersonen matig tot slecht slapen;

Voorkeur voor zachte kleurtonen, of pastel of donkere kleuren;

Medicijnen die minder sterk of juist sterker werken dan bedoeld;

Gevoeligheid voor neonlampen, fel huiskamerlicht en zonlicht;

Lastig aangeraakt te worden vooral als het onvoorspelbaar is;

Verhoogde spierspanning over het gehele lichaam;

Last van omgevingsgeluid;

Vermoeidheidsklachten;

Slechte concentratie;

Snel gefrustreerd;

18

2.3.5. Een exploratie en samenvatting tweede praktijkdeel Mijn praktijkervaring met mensen met het aspergersyndroom gaf mij weer een nieuwe kans en uitdaging. Nu had ik mensen waar mee ik tijdens de intake kon communiceren maar wel met de uitdaging over hoe ik ging communiceren met beelddenkers.

Dus alles waarbij een metafoor kunt verzinnen was verwarrend voor mijn proefpersoon en het duurde een hele poos totdat ik antwoord kreeg. Het is niet verwonderlijk dat een groot deel van mijn proefpersonen last van oververmoeidheid en concentratieverlies hebben, bij zoveel gedachtes en de manier hoe ze gesprekken moeten interpreteren.

Een metaforisch voorbeeld is: “ga lekker op je gemak zitten en maak contact via je zitvlak met de stoel:” Beelddenkers beginnen dan hele ingewikkelde denkprocessen en zien dan een stoel voor zich maar kunnen zich geen voorstelling maken hoe een zitvlak “contact” kan maken met de stoel. Mijn ervaring op dat moment was dat de cliënt mij aankijkt van wat bedoel je mij nou te vertellen en pas na hele poos mij vraagt: “wat wil je dat ik doe?” Een betere formulering zou dus zijn: “voel het gewicht van je lichaam op de stoel waar je op zit, en neem waar”. En dat is al een hele uitdaging voor een persoon met een aspergersyndroom.

Hierdoor moest ik zelf ook omdenken, dus hoe pak ik dat aan en wat is de meest prikkelarme massage therapeutische behandeling voor een persoon met autisme? Het koste mij enig moeite om mij zo uit te drukken waarbij ik geen enkel beeldtaal gebruik en waardoor het gesprek een stuk soepeler loopt. Een nieuwe manier van denken en van spreken.

Het van te voren benoemden van ieder lichaamsdeel wordt als erg prettig ervaren omdat de aanraking voorspelbaar is en de cliënt zich alvast mentaal kan voorbereiden op deze aanraking. Immers een onverwachte aanraking kan bij mensen met een vorm van autisme maar ook voor mensen met een hoog sensitieve persoonlijkheid als sensorische overprikkeling en zelfs als pijn worden waargenomen. Intussen gebruik ik deze vorm van masseren dagelijks in mijn praktijk. Door vrijwel iedereen wordt deze manier als zeer prettig ervaren.

Omdat sociaal contact niet zo vanzelfsprekend is bij personen met het aspergersyndroom, zijn veel gedragingen aangeleerd en komen deze bijna mechanisch over. Dat kon ik door het regelmatig bezoek van deze proefpersonen goed merken doordat iedere keer op de zelfde manier wordt begroet en afscheid genomen met dezelfde woorden en gebaren. Sociaal gedrag is bij een doorgewinterde asperger ingestudeerd.

Tijdens de “bodyreading” zie ik bij mensen me chronische pijn en bij mensen met het aspergersyndroom weinig “alignement” dus niet in lijn met de zwaartekracht en weinig gronding voornamelijk door een overeenkomstig stroef en naar voren gebogen manier van lopen en bewegen. Tijdens de intake en de tussentijdse evaluaties maar ook tijdens de massages werd mij duidelijk dat er weinig lichaamsbewustzijn aanwezig was. Personen met het aspergersyndroom houden zich voornamelijk bezig om sensorische pikkels en gedachtengoed te verwerken, dus veel speelt zich in het hoofd af maar er wordt weinig aandacht gegeven als het gaat om het lichaamsgevoel.

Dit is vooral voor mij als therapeut het moment waarop ik via mijn eigen "felt sense" door middel van focussen het ervaren gevoel van de cliënt bij overprikkeling kan begeleiden. Door mijn zelfonderzoek dat ik voornamelijk ben begonnen tijdens het tweede praktijkdeel heb ik gebruik gemaakt van focusing. Hierbij heb ik samen met de cliënt een weg ingeslagen om gezamenlijk te onderzoeken hoe je door middel van innerlijk luisteren om kunt leren gaan met sensorische (over) gevoeligheid.

Het enige verschil met personen met chronische pijn zonder de kenmerken van autisme ligt in de sociale interactie en het communicatieproces. Het is niet onmogelijk voor iemand met autisme via communicatie naar de lichamelijke sensatie te komen, dus bijvoorbeeld door middel van focussen als begeleidend onderdeel van een massage therapeutische interventie, maar om mijn cliënten met autisme hierin te begeleiden zal voor mij in de toekomst nog wel blijvende oefening zijn.

19

3. Conclusie In deze eindopdracht heb ik door middel van literatuuronderzoek en in een tweedelige praktijkonderzoek een antwoord gezocht op de volgende vragen: “Hoe kan massagetherapie ondersteuning bieden bij sensorische overprikkeling?” “Welke invloed heeft massage op de sensorische informatieverwerking vooral bij non-verbale kinderen met een verstandelijke handicap, een vorm van autisme met een sensorische overprikkeling?” “Welke invloed heeft massagetherapie op sensorische overprikkeling bij verbale volwassenen met een hoge intelligentie, met een vorm van autisme zoals het Aspergersyndroom, met chronische pijn en hoog gevoelig persoonlijkheid?” Mijn conclusie is dat massagetherapie en grote rol kan spelen in het leren omgaan met sensorische overprikkeling. Een zachte maar diepe, respectvolle en aandachtige aanraking helpt bij het bewustwording proces. Door het vooral langzame tempo wordt de sensorische informatie oftewel de prikkel die afkomstig is van de aanraking beter verwerkt. De cliënt wordt hierbij dus niet overprikkeld. Iedere vorm van langzame massage en of rustige aanraking met gepaste druk, dat in stilte en in een rustige en veilige prikkelarme omgeving geven wordt kan als een geschikte vorm van een massage therapeutische behandeling worden gezien bij het verwerken van de sensorische informatie.

Non-verbale kinderen met een vorm van autisme ontwikkelen bij het regelmatig ontvangen van massages meer lichaamsbewustzijn, massage werkt stimulerend op de sociale interactie, de kinderen reageren minder defensief bij aanraking en kunnen na verloop van tijd een beter slaap patroon ontwikkelen.

Volwassenen met een syndroom van asperger, met chronische pijn en met hoog gevoelige persoonlijkheid kunnen onder therapeutische begeleiding door bewustwordingen van het ervaren gevoel beter leren omgaan met de sensorische overprikkeling en kunnen door het regelmatig ontvangen van massages het tolerantieniveau op externe en onregelmatige sensorische prikkels verhogen. Daarnaast zorgt de massage ook bij volwassenen voor een betere slaap. Hierdoor kunnen zowel kinderen als volwassenen zowel lichamelijk als ook cognitief herstellen en hierdoor een zichtbaar grotere draagkracht ontwikkelen voor sensorische prikkels.

Nieuwe inzichten en kennis te vergaren betekende voor mij een boeiende reis op mijn ingeslagen weg, soms hobbelig, soms met kuilen en onbereikbare hoogtes. Zelfzorg was daarbij een noodzakelijke goed om het doel uiteindelijk te bereiken. De ingeslagen weg zal worden voortgezet met nieuwe initiatieven. Het zelf onderzoek heeft mij veel inzicht gegeven in het innerlijk luisteren naar de diepere lagen van mijn bewustzijn. Deze nieuwe inzichten zullen mij verder begeleiden en inspireren tijdens mijn ontdekkingsreis op weg naar mijzelf in de wereld van massagetherapie.

, “Light” touch with a “soft hand” rather than massaging

movements, to an area of the body that is painful or tense,

Coupled with verbal guidance to help clients monitor the interoceptive and body schema self-awareness in that area,

Appears to be the most effective way to relieve pain and evoke muscle relaxation in a variety of conditions.” (4)

20

Referenties 1. Hartley L. The Wisdom of the Body Moving: North Atlantic Books; 1995.

2. Jacoby G. Jacoby Gindler. [Online]. [cited 2015 march 12. Available from: http://www.jacobygindler.ch/.

3. Wikipedia Antonio Damasio. [Online]. [cited 2015 april 12. Available from: http://nl.wikipedia.org/wiki/Antonio_Damasio.

4. Fogel A. The Psychophysiology of self-Awareness - redescovering the lost art of Body-sense. first edition ed. New York - London: W,W, Norton & Company; 2009.

5. Tappan FM. Healing Massage techniques, classic, Holistic, and Emerging Methods. Third Edition ed. Roche JM, editor. Stamford, Connecticut: Appleton & Lange; 1998.

6. Wikipedia. [Online]. [cited 2015 january. Available from: http://nl.wikipedia.org/wiki/Zelfbewustzijn.

7. Wkipedia. Wiki Nervus phrenicus. [Online]. [cited 2015 april 14. Available from: http://nl.wikipedia.org/wiki/Nervus_phrenicus.

8. Virginia CS. Therapeutic Massage and Bodywork for Autism Spectrum Disorders Philadelphia, London: Singing Dragon ; 2011.

9. Society for Neuroscience. A primer on the brain and nervous system. Brain Facts. 2012;: p. 92.

10. North shore Pedriatic Therapy. [Online]. Available from: bron http://nspt4kids.com/healthtopics-and-conditions-database/sensory-overload/.

11. Heller S. Too loud too bright too fast to tight. 2003rd ed. New York: Harper Collins publishers; 2002.

12. Syndroom van Asperger wiki. [Online]. [cited 2015 march. Available from: http://nl.wikipedia.org/wiki/Syndroom_van_Asperger.

13. Overprikkeling niet aangeboren hersenletsel. [Online]. [cited 2015 march. Available from: http://overprikkeling-nah.jouwweb.nl/sensorische-overprikkeling.

14. Jawer M>D, Micozzi Ph.D. M. The Spiritual Anatomy of Emotion. [Online]. [cited 2015 january. Available from: http://www.emotiongateway.com/pages/sensitivity/research.html#B.

15. Hoogsensitief persoon. [Online]. [cited 2015 march. Available from: http://nl.wikipedia.org/wiki/Hoogsensitief_persoon.

16. Autisme. [Online]. [cited 2015 March. Available from: http://nl.wikipedia.org/wiki/Autisme)..

17. Aron EN. Hoogsensitieve personen & Psychotherapie. In Reitsma JW, editor..: Singel Uitgeverijen; 2010. p. 392.

18. Bell I R. Allergens, physical irritants,depression, and shyness. Journal of Applied Developmental Psychology. 1992; 13(page 125-133).

19. Dokter dokter gezond leven. [Online]. Available from: http://www.dokterdokter.nl/gezond-leven/psyche/een-powernap-van-5-minuten-is-al-gezond/.

20. Clark B. Yin Yoga. In Yin Yoga The complete Guide to Ying Yoga.: White Cloud Press; 2012. p. 296.

21. Wikipedia Zelfbewustzijn. [Online]. [cited 2015 march. Available from: http://nl.wikipedia.org/wiki/Zelfbewustzijn.

21

22. Gendlin Eugene T. Focusing,. 102013th ed. New York , Haarlem: Bantam Books Inc; 1978,1981.

23. Angelmansyndroom. [Online]. Available from: http://www.angelmansyndroom.nl/.

24. Aspergersyndroom. [Online]. [cited 2014; 2015. Available from: http://www.aspergersyndroom.nl/.

25. R. DA. The Feeling of What Happen, Body, Emotion and the Making of Consciousness: Vintage Books London ; 2000.

26. Syndroom CT. Triple x syndroom wat is sensorische integratie. [Online].; 2010 [cited 2015 january 10. Available from: http://www.triple-x-syndroom.nl/menu135/wat+is+sensorische+integratie.

27. Wikipedia Hoogsensitief. [Online]. Available from: http://nl.wikipedia.org/wiki/Hoogsensitief_persoon.

28. ND.DO LC. Fibromyalgia and Muscle Pain: Thorsons; 2001.

29. Wikipedia. [Online]. [cited 2015 januari. Available from: http://en.m.wikipedia.org/wiki/Syndrome.

30. JC Baart MK. Het limbische systeem, een mogelijke verklaring voor onbegrepen lichamelijke klachten. Huisarts en wetenschap. 2009 april.

31. Wikipedia. Wikipedia.org wiki sensory overload. [Online]. Available from: http://en.wikipedia.org/wiki/Sensory_overload.