rs-5/rs-9 - Roland Cers-5/rs-9 64 voice synthesizer Hartelijk dank en gefeliciteerd met uw aankoop...
Transcript of rs-5/rs-9 - Roland Cers-5/rs-9 64 voice synthesizer Hartelijk dank en gefeliciteerd met uw aankoop...
rs-5/rs-9
64 voice synthesizer
Hartelijk dank en gefeliciteerd met uw aankoop van de Roland RS-5 / RS-9.
Gelieve de volgende pagina’s aandachtig te lezen, alvorens dit toestel te gebruiken:* VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL* BELANGRIJKE OPMERKINGENDeze pagina’s bevatten belangrijke informatie over de correcte bediening van dit toestel.
Om zeker te zijn dat u alle functies van uw nieuw toestel goed begrijpt, dient u de handleiding in haar geheel te lezen. Bewaar deze handleiding ter referentie.
Copyright © 2001 Roland Benelux N.V.Alle rechten voorbehouden. Geen enkel deel van deze publicatie mag in gelijk welkevorm gereproduceerd worden, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Roland Benelux N.V.
Hoe gebruikt u dit handboek?Het RS-5/9 gebruikershandleiding bestaat uit twee delen, “Snel starten” en “Gevorderdgebruik”.In “Snel starten” wordt de basiswerking van de RS-5/9 uitgelegd. Wanneer u dit deelleest, verkrijgt u een algemeen inzicht in de functies en de kenmerken van de RS-5/9.Bovendien vindt u bij elk besproken onderwerp een verwijzing naar de relevante paginanummers in “Gevorderd gebruik” die u kan lezen indien u meer informatie wenst.Wanneer u gedetailleerde instellingen maakt, instellingen bewaart en de RS-5/9 samenmet externe toestellen gebruikt, moet u “Gevorderd gebruik” raadplegen.Dit handboek is volgens onderwerp onderverdeeld in paragrafen. Wanneer u geïnteresseerd bent in een bepaalde zaak die u kan instellen en meer wil weten over defuncties, moet u de parameterlijst raadplegen. In deze lijst worden de relevante pagina’s
aangeven.
Afspraken die in dit handboek worden gebruikt• Woorden tussen vierkante haken [ ] duiden paneelknoppen aan.
Bijvoorbeeld: [SPLIT] is de aanduiding van de SPLIT-knop.• (pg. **) duidt een referentiepagina aan.
2
USING THE UNIT SAFELY
001
¥ Gelieve onderstaande instructies en de hand-leiding te lezen vooraleer u dit toestel gebruikt.
..........................................................................................................
002a
¥ Maak het toestel of de AC-adaptor niet open of breng er geen interne wijzigingen in aan.
..........................................................................................................
003
¥ Probeer het toestel niet zelf te herstellen of vervang geen onderdelen (behalve wanneer de handleiding specifieke instructies hiertoe geeft). Wend u voor onderhoud steeds tot het dichtstbij-zijnde Roland Service Center of een erkende Roland-verdeler, zoals vermeld op de "Infor-mation"- pagina.
..........................................................................................................
004
¥ Gebruik of bewaar het toestel nooit op plaatsen die:
¥ Onderhevig zijn aan extreme temperaturen (bv. direct zonlicht in een gesloten voertuig, nabij een radiator of een andere warmtebron);
¥ Vochtig zijn (bv. badkamer, wasplaats, op een natte vloer);
¥ Blootgesteld zijn aan de regen;
¥ Stoffig zijn;
¥ Onderhevig zijn aan sterke trillingen...........................................................................................................
006
¥ Zorg dat het toestel altijd waterpas en op een stabiele basis staat. Plaats het nooit op een wankel statief of op een hellend oppervlak.
..........................................................................................................
008a
¥ Gebruik uitsluitend de AC-adaptor die met het toestel werd meegeleverd. Zorg ook dat de netspanning overeenstemt met de ingangs-spanning die op de AC-adaptor staat vermeld. Andere AC-adaptors kunnen een andere polariteit hebben of ontworpen zijn voor een andere spanning, zodat hun gebruik kan leiden tot schade, slecht functioneren of een elektrische schok.
..........................................................................................................
009
¥ Beschadig het elektrische snoer niet. Buig het niet overmatig, ga er niet op staan, plaats er geen zware voorwerpen op, enz. Gebruik nooit een beschadigd snoer; dit kan elektrocutie of brand veroorzaken!
..........................................................................................................
010
¥ Dit toestel, alleen of in combinatie met een versterker en een hoofdtelefoon of luidsprekers, zou een geluidsniveau kunnen produceren dat permanente gehoorschade kan veroorzaken. Vermijd langdurig gebruik bij een hoog of onaan-genaam volumeniveau. Als u enig gehoorverlies of suizende oren gewaar wordt, staak dan onmid-dellijk het gebruik van dit toestel en raadpleeg een gehoorspecialist.
..........................................................................................................
Wordt gebruikt voor instructies die de gebruiker wijzen op het risico op verwondingen of materile schade bij onjuist gebruik van het toestel.
* Materile schade verwijst naar schade of andere ongunstige effecten die aan het huis en de hele inboedel, huisdieren inbegrepen, worden toegebracht.
Wordt gebruikt voor instructies die de gebruiker wijzen op levensgevaar of ernstige verwondingen bij onjuist gebruik van het toestel.
Het ● -symbool maakt de gebruiker attent op zaken die moeten worden uitgevoerd. De tekening in de cirkel geeft aan wat er precies dient te gebeuren. Het symbool hier links betekent dat de stekker van de stroomkabel moet worden uitgetrokken.
Het -symbool maakt de gebruiker attent op belangrijke instructies of waarschuwingen. De juiste betekenis van het symbool wordt bepaald door de tekening in de driehoek. Het symbool hier links duidt op algemene verwittigingen of waar-schuwingen, of vestigt de aandacht op gevaar.
Het -symbool maakt de gebruiker attent op zaken die nooit mogen worden uitgevoerd (verboden zijn). De tekening in de cirkel geeft aan wat er precies verboden is. Het symbool hier links betekent dat het toestel nooit mag worden gedemonteerd.
VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL
INSTRUCTIES TER VOORKOMING VAN BRAND, ELEKTRISCHE SCHOKKEN OF VERWONDING VAN PERSONEN
Over WAARSCHUWING en OPGEPAST Over de Symbolen
WAAR-SCHUWING
OPGEPAST
NEEM STEEDS HET VOLGENDE IN ACHT
OPGELET OPGELET
3
011
¥ Zorg er voor dat er geen voorwerpen (bv., brandbare materialen, munten, pennen) of vloei-stoffen (water, limonade, enz.) in het toestel binnendringen.
..........................................................................................................
012b
¥ Zet onmiddellijk de stroom uit, verwijder de AC-adaptor van de uitgang en raadpleeg uw lever-ancier, het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkende Roland verdeler, zoals deze op de "InformatiepaginaÓ staan aangegeven wanneer:
¥ de AC-adaptor, het stroomsnoer of de stekker beschadigd is;
¥ er voorwerpen of vloeistoffen in het toestel zijn geraakt,
¥ het toestel aan regen is blootgesteld of op een andere manier nat geworden is,
¥ het toestel schijnbaar niet normaal werkt of een opmerkelijke verandering in de werking vertoont.
..........................................................................................................
013
¥ In gezinnen met kleine kinderen moet een volwassene de kinderen begeleiden tot ze in staat zijn om alle regels te volgen die essentieel zijn om het toestel veilig te gebruiken.
..........................................................................................................
014
¥ Bescherm het toestel tegen hevige schokken. (Laat het niet vallen)!
..........................................................................................................
015
¥ Sluit het stroomsnoer van het toestel niet samen aan op een uitgang van een onredelijk aantal andere toestellen. Wees vooral voorzichtig met het gebruik van verlengsnoerenÑhet totale vermogen dat gebruikt wordt door alle toestellen die op het verlengsnoer zijn aangesloten, mag het vermogen (watt/amp�re) van het verlengsnoer niet overschrijden. Te hoge belastingen kunnen de isolatie van het verlengsnoer doen opwarmen en mogelijk doen smelten.
..........................................................................................................
016
¥ Raadpleeg uw verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkende Roland verdeler, die u vindt op de ÒinformatiepaginaÓ, vooraleer u het toestel in het buitenland gebruikt.
..........................................................................................................
101b
¥ Stel het toestel en de AC-adaptor op in een plaats waar voldoende ventilatie is.
102d
¥ Alleen de stekker van het AC-adaptorsnoer vastnemen wanneer men deze op het toestel wil in- of uitpluggen.
..........................................................................................................
103b
¥ Koppel de AC-adaptor los wanneer het toestel gedurende langere tijd niet wordt gebruikt.
104
¥ Zorg er voor dat snoeren en kabels niet in de war raken. De snoeren en kabels moeten ook buiten het bereik van kinderen worden gelegd.
..........................................................................................................
106
¥ Plaats geen zware voorwerpen op het toestel en ga er niet op staan.
..........................................................................................................
107d
¥ De AC-adaptor of zijn stekkers nooit met natte handen vastnemen wanneer men deze op het toestel in- of uitplugt.
..........................................................................................................
108b
¥ Koppel de AC-adaptor en alle snoeren los van het toestel en ontkoppel alle snoeren van externe toestellen vooraleer u het toestel verplaatst.
..........................................................................................................
109b
¥ Zet de stroom uit en koppel de AC-adaptor los vooraleer u het toestel reinigt.
..........................................................................................................
110b
¥ Bij kans op onweer moet u de AC-adaptor los-koppelen.
118
¥ Indien u de schroeven verwijdert die gebruikt worden voor het vastmaken van de muziekstan-daard moet u deze op een veilige plaats buiten het bereik van kinderen bewaren om het risico op inslikken te vermijden.
..........................................................................................................
* GS ( ) is een geregistreerd handelsmerk van Roland Corporation.* Apple is een geregistreerd handelsmerk van Apple Computer, Inc.* Macintosh is een geregistreerd handelsmerk van Apple Computer, Inc.* IBM is een geregistreerd handelsmerk van International Business Machines Corporation.* IBM PC is een geregistreerd handelsmerk van International Business Machines Corporation.* Alle productnamen die in dit document worden gebruikt zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van hun
respectievelijke eigenaars.
OPGELET GEVAAR
4
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
291a
Gelieve naast de onderwerpen beschreven in “VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL” op pagina 2-3, eveneens het volgende in acht te nemen:
Stroomtoevoer
301
¥ Dit toestel mag niet worden gebruikt op hetzelfde stroom-circuit van eender welk toestel dat lijnruis genereert (zoals een elektrische motor of een variabel verlichtingssysteem).
302
¥ De AC-adaptor wordt warm wanneer hij lange tijd aanhoudend wordt gebruikt. Dit is normaal en mag geen reden geven tot ongerustheid.
307
¥ Zet de stroom van alle toestellen uit vooraleer dit toestel op andere toestellen aan te sluiten. Op deze manier voorkomt men het slecht functioneren en/of bescha-diging van luidsprekers of andere apparatuur.
Plaatsing
351
¥ Het gebruik van dit toestel in de buurt van stroomver-sterkers (of andere apparatuur met sterke stroomtransfor-matoren) kan brom veroorzaken. Om dit probleem op te lossen, moet u de richting van het toestel veranderen, of het toestel verder van de interferentiebron verwijderen.
352
Dit apparaat kan interfereren met radio- en televisie-ontvangst. Gebruik dit apparaat niet in de buurt van zulke ontvangers.
354a
¥ Het toestel niet blootstellen aan direct zonlicht, niet in de buurt plaatsen van apparaten die warmte afgeven, laat het niet achter in een afgesloten voertuig of stel het niet bloot aan extreme temperaturen. Overmatige hitte kan het toestel vervormen of ontkleuren.
355
¥ Gebruik het toestel niet op natte plaatsen (waar het is blootgesteld aan regen of ander vocht) om een mogelijke panne te vermijden.
358
¥ Laat geen voorwerpen achter op het klavier. Dit kan leiden tot een slechte werking zoals toetsen die geen klank meer geven.
Onderhoud
401a
¥ Voor de alledaagse schoonmaak reinigt men het toestel met een zachte, droge doek of met een doek die met een beetje water is bevochtigd. Voor het verwijderen van hardnekkig vuil gebruikt u een doek die in een zachte, niet-bijtende detergent is gedrenkt. Daarna het toestel grondig afdrogen met een zachte, droge doek.
402
¥ Gebruik nooit benzine, verdunners, alcohol of oplosmid-delen om ontkleuring en/of vervorming te voorkomen.
Bijkomende voorzorgsmaatregelen
551
¥ Wij wijzen er op dat de inhoud van het geheugen onher-roepelijk verloren kan gaan door foutieve werking of door het onjuiste gebruik van het toestel. Om uzelf tegen het verlies van belangrijke gegevens te beschermen, raden wij aan om de belangrijke gegevens die u in het geheugen van het toestel hebt bewaard regelmatig als back-up kopie in een ander MIDI-toestel (bv. een sequencer) te bewaren.
552
¥ Jammer genoeg is het niet altijd mogelijk om de inhoud van de gegevens te herstellen die in een ander MIDI-toestel (bv. een sequencer) zijn opgeslagen eens ze verloren zijn gegaan. Roland Corporation is niet verant-woordelijk voor zulk verlies van gegevens.
553
¥ Behandel de knoppen, schuiven en andere controlefunc- ties, eveneens als de jacks en de connectoren van het toestel met de nodige voorzichtigheid. Een ruwe behan-deling kan leiden tot een slechte werking.
554
¥ Nooit op de display slaan of er sterke druk op uitoefenen.
556
¥ Bij het aansluiten of afkoppelen van de kabels moet de connector zelf vastgenomen worden - nooit aan de kabel trekken. Op deze manier wordt kortsluiting en bescha-diging van de interne elementen van de kabel voorkomen
558a
¥ Probeer het volume van het toestel binnen redelijke perken te houden zodat de buren niet gestoord worden. Misschien verkiest u het gebruik van een hoofdtelefoon, waardoor u zich geen zorgen moet maken over degenen die u omringen (vooral Ôs avonds laat).
559a
¥ Wanneer u het toestel moet vervoeren, moet het indien mogelijk in de oorspronkelijke verpakking (samen met de pads) worden ingepakt. Is dit niet mogelijk, dan moet u gelijkaardige verpakkingsmaterialen gebruiken.
561
¥ Gebruik uitsluitend het gespecifieerde expressiepedaal (EV-5; afzonderlijk te koop). Het aansluiten van een ander expressiepedaal kan leiden tot slecht functioneren en/of beschadiging van het toestel.
5
Wat kan ik doen met de RS-5/9? (Hoofdkenmerken)
Hoogkwalitatieve tonen aan een lage prijs
De ingebouwde tonen werden samengesteld met behulp van tonen uit de vorige XP- en JV-reeksen. Het instrument is, ondanks zijn lage kostprijs, uitgerust met 640 hoogkwalitatief interne tonen (Preset: 512, GM- en GM2-tonen inbegre-pen; User: 128), ruimschoots voldoende voor elke live-uitvoering.
Met piano-knop (uitsluitend RS-9)
Als u op deze knop drukt, krijgt u de optimale instelling voor piano-uitvoeringen (pg. 60), onafgezien de modus waarin u zich bevindt.
GM2-klankgenerator met 16 parts en 64 stemmen
Maximale polyfonie van 64 noten waarbij met 16 parts tegelijk-ertijd kan worden gewerkt. Als u met muziekgegevens werkt die overeenstemmen met MIDI en/of General MIDI 2 (GM-scores) kan u de RS-5/9 met een computer of een sequencer combineren en de RS-5/9 gebruiken om de gegevens af te spelen (pg. 128)
.
Met knoppen voor favoriete uitvoeringsbanken
U kan de uitvoeringen die u bevallen aan deze acht knoppen toewijzen en deze zo wanneer u wenst gemakkelijk terug oproepen (pg. 58).
Knopsturingen voor het aanpassen van de klank in real-time
Met deze zes handige knoppen kan u de eigenschappen van de klank veranderen terwijl u speelt (pg. 74).
Krachtige ingebouwde effecten
Geavanceerde DSP (Digital Signal Processor) technologie voor-ziet in een brede waaier van hoogkwalitatieve studio-effecten. Naast het meervoudig effectgedeelte dat over 42 verschillende soorten effecten beschikt, is de RS-5/9 eveneens voorzien van een onafhankelijk chorus-gedeelte en reverb-gedeelte (pg. 79).
Met arpeggiator
Met de arpeggiatorfunctie van de RS-5/9 kan u arpeggioÕs (gebroken akkoorden) produceren door simpelweg een akkoord op het klavier te spelen. U kan deze knoppen eveneens ge-bruiken om patronen in real-time te veranderen. Daarnaast kan u de knoppen gebruiken om de arpeggiotempoÕs te synchroniseren met een aangesloten sequencer of een ander toestel (pg. 75).
Met Tone Search en Phrase Preview- functies
Met de Tone Search-functie (pg. 23) vindt u de door u gewenste toon snel door simpelweg een tooncategorie te specifi�ren. Als u de [PHRASE PREVIEW] knop indrukt, hoort u de geselecteerde toon een frase spelen die geschikt is voor dat soort toon (Phrase Preview-functie, pg. 33)
Stijlvol aluminum paneel
De RS-5/9 is voorzien van een titaniumkleurig aluminum paneel voor een grote podiumpresence. Door zijn kleine gewicht is de RS-5/9 gemakkelijk draagbaar en is bovenal buitengewoon duurzaam.
GM/General MIDIfig.GM logo
General MIDI is reeks aanbevelingen waarin een manier wordt gezocht om de beperkingen van eigendoms-ontwerpen te overstijgen en om de MIDI-eigenschappen van klankgenererende toestellen te standaardiseren. Klankgenererende toestellen en muziekbestanden die voldoen aan de General MIDI-standaard zijn voorzien van het General MIDI-logo ( ). Muziekbestanden met het General MIDI-logo kunnen met behulp van om het even welk General MIDI-klankgenererend toestel worden afgespeeld om hoofdzakelijk dezelfde muziekuitvoering te produceren.
GM 2/General MIDI 2fig.GM2 logo
De compatibele General MIDI 2 ( ) aanbevelingen nemen de draad op waar de originele General MIDI gestopt is en bieden uitgebreidere expressie-eigenschappen en een nog grotere compatibiliteit. Zaken die niet door de originele General MIDI-aanbevelingen werden gedekt, zoals de manier waarop klanken moeten worden bewerkt en hoe effecten moeten worden behandeld, zijn nu precies omschreven. Daarenboven werden de beschikbare klanken uitgebreid. Klankgenerators die voldoen aan General MIDI 2 kunnen muziekbestanden met het General MIDI- of het General MIDI 2-logo getrouw afspelen. In sommige gevallen wordt de conventionele vorm van General MIDI, die niet beschikt over de nieuwe uitbreidingen ÒGeneral MIDI 1Ó genoemd om deze te onderscheiden van General MIDI 2.
GS Formatfig.GS logo
Het GS Format ( ) is een reeks van Roland-specificaties voor het standaardiseren van de uitvoering van klankgenererende toestellen. Naast de ondersteuning van alles wat door General MIDI is bepaald, biedt het hoogkwalitatieve GS Format eveneens een uitgebreid aantal klanken, voorziet het in de bewerking van klanken en legt het een groot aantal details vast voor een breed gamma van extra kenmerken, met inbegrip van effecten zoals reverb en chorus. Het GS Format werd ontworpen met het oog op de toekomst en kan, wanneer nodig, snel nieuwe klanken opnemen en nieuwe hardware-kenmerken ondersteunen.
6
Inhoud
VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL .....................................................................2BELANGRIJKE OPMERKINGEN ...............................................................................4Wat kan ik doen met de RS-5/9? (Hoofdkenmerken) ..............................................5Voor- en achterpaneel .............................................................................................10
Snel starten..................................................... 13
Voorbereiding...........................................................................................................14
De RS-5/9 op externe toestellen aansluiten.......................................................................................... 14De stroom aan zetten ............................................................................................................................... 15
De stroom uit zetten ..................................................................................................................... 16Het display-contrast aanpassen (LCD CONTRAST) .......................................................................... 16De toonhoogte aanpassen aan andere instrumenten (Master Tuning) ............................................ 18
De demo-song beluisteren (DEMO)........................................................................19
Demo-songlijst .......................................................................................................................................... 20
Klanken spelen.........................................................................................................21
De fabrieksinstellingen opnieuw instellen (Factory Reset) ................................................................ 21Tonen per categorie selecteren (TONE CATEGORY)......................................................................... 23Tonen selecteren door de groep en het nummer te specifi�ren......................................................... 26Op eenvoudige wijze tonen selecteren (Parts wisselen)..................................................................... 28Percussie-instrumenten spelen (Drumsets) .......................................................................................... 29
Een drumset veranderen.............................................................................................................. 29Drumsets selecteren door de groep en het nummer te specifi�ren ....................................... 30Een drumset selecteren in een andere part dan part 10 .......................................................... 31Opmerkingen bij het selecteren van drumsets ......................................................................... 32
Tonen uitproberen (PHRASE PREVIEW)............................................................................................. 33
Twee tonen spelen op het klavier...........................................................................34
Het klavier in afzonderlijke bereiken verdelen en in elk bereik een verschillende toon spelen (SPLIT)
......34Twee tonen spelen op het klavier (DUAL) ........................................................................................... 36Tonen en drumsets selecteren ................................................................................................................ 37
Tonen per categorie selecteren (TONE CATEGORY).............................................................. 37Tonen selecteren door de groep en het nummer te specifi�ren ............................................. 38
De twee gebruikte parts verwisselen..................................................................................................... 39Het splitpunt veranderen ........................................................................................................................ 40
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen .................................................42
ArpeggioÕs met de akkoorden die u speelt (ARPEGGIO ON/OFF) ................................................ 42Multi-effecten, chorus en Reverb gebruiken ........................................................................................ 44
De effecten aan- en uitzetten (EFFECTS ON/OFF) ................................................................. 44De hoeveelheid chorus en reverb instellen ............................................................................... 46Het multi-effecttype veranderen ................................................................................................ 47
Alle parts transponeren (TRANSPOSE ON/OFF) .............................................................................. 48De hoeveelheid transpositie instellen ........................................................................................ 48
De toonhoogte van de klank in real-time veranderen (Pitch Bend Lever) ...................................... 50Een vibrato-effect aan de klank toevoegen (Modulation Lever) ....................................................... 51De toon veranderen met de knoppen.................................................................................................... 52
Vibrato- en wah-effecten (LFO) .................................................................................................. 52Het volume van de klank veranderen (ENVELOPE) .............................................................. 54
De helderheid van een klank veranderen en speciale eigenschappen toevoegen (FILTER)
..................... 55Alle instellingen van de RS-5/9 tegelijkertijd veranderen (Uitvoeringen selecteren) ................... 56De uitvoeringen die u bevallen eenvoudig selecteren (FAVORITE PERFORM BANK)............... 58
Uitvoeringen inschrijven.............................................................................................................. 58Uitvoeringen selecteren op een eenvoudige manier................................................................ 59Direct overschakelen op de piano-modus................................................................................. 60
7
Inhoud
Gevorderd gebruik.......................................... 61
Hoofdstuk 1. Overzicht van de RS-5/9 ...................................................................62
Basisorganisatie van de RS-5/9.............................................................................................................. 62Classificatie van de klanktypes van de RS-5/9.................................................................................... 62
Toon ................................................................................................................................................ 62Drumset .......................................................................................................................................... 62Uitvoering ...................................................................................................................................... 62
Over geheugen.......................................................................................................................................... 63Maximale polyfonie ................................................................................................................................. 64
Verhinderen dat noten van een belangrijke part worden afgesneden (Voice Reserve) ..... 64De waarde van een instelling veranderen ............................................................................................ 64Handige shortcuts .................................................................................................................................... 65Als noten ÒvastzittenÓ (PANIC) ............................................................................................................. 65
Wanneer klanken van de RS-5/9 niet stoppen met spelen..................................................... 65Wat moet u doen als een externe klankgenerator niet stopt met spelen .............................. 65
Hoofdstuk 2. Instellingen van Part Volume en Pan ..............................................66Hoofdstuk 3. De uitvoeringskenmerken gebruiken ..............................................67
Enkelvoudige nootlijnen spelen (Solo).................................................................................................. 67De toonhoogte van een klank vloeiend veranderen (Portamento) ................................................... 67Het volume bepalen door de kracht waarmee u de toetsen bespeelt (Velocity Sense).................. 68Uitvoeringen transponeren..................................................................................................................... 69
Alle parts transponeren (TRANSPOSE ON/OFF)................................................................... 69E�n bepaalde part transponeren (Key Shift) ............................................................................. 69
Adem aan een klank toevoegen door tonen met verschillende toonhoogten in lagen te zetten (Fine Tune)
........ 69Wijzigen in zuivere stemming of een Arabische toonladder (Scale Tune) ...................................... 70
Wat zijn gelijke stemming, zuivere stemming en Arabische toonladders?.......................... 70Scale Tune-instellingen maken.................................................................................................... 70
Hoofdstuk 4. Tonen veranderen in real-time.........................................................71
De toonhoogte in real-time veranderen (Pitch Ben-hendel) .............................................................. 71De modulatiehendel gebruiken om de klank te veranderen ............................................................. 71Een pedaal gebruiken om de klank te veranderen.............................................................................. 73
De polariteit van het pedaal omwisselen (Pedal Polarity)...................................................... 73Een knop gebruiken om de klank te veranderen................................................................................. 74
Naar de waarde gaan van de huidige knopposities (MANUAL).......................................... 74
Hoofdstuk 5. De arpeggiator gebruiken.................................................................75
De Arpeggio-functie aan- en uitzetten (ARPEGGIO ON/OFF)........................................................ 75Tip voor het maken van arpeggiopatronen.......................................................................................... 75Arpeggiatorparameters die u kan instellen.......................................................................................... 75Een patroon cre�ren ................................................................................................................................. 77De knoppen gebruiken om patronen in real-time te veranderen...................................................... 78
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen ..............................................................................79
De Effectfunctie aan- en uitzetten (EFFECTS ON/OFF) .................................................................... 79Het effectsignaalpad ................................................................................................................................ 80Multi-Effectinstellingen maken .............................................................................................................. 80
De Multi-Effects Source instellen................................................................................................ 80Selecteer het type en stel elke parameter in .............................................................................. 8100: THROUGH............................................................................................................................... 8201: STEREO EQ (Stereo Equalizer) ............................................................................................. 8202: OVERDRIVE ............................................................................................................................ 8303: DISTORTION........................................................................................................................... 8304: PHASER.................................................................................................................................... 8405: SPECTRUM.............................................................................................................................. 8406: ENHANCER ............................................................................................................................ 8507: AUTO WAH ............................................................................................................................ 8508: ROTARY................................................................................................................................... 86
8
Inhoud
09: COMPRESSOR ........................................................................................................................ 8710: LIMITER ................................................................................................................................... 8711: HEXA-CHORUS...................................................................................................................... 8812: TREMOLO CHORUS ............................................................................................................. 8813: SPACE-D .................................................................................................................................. 8914: STEREO CHORUS .................................................................................................................. 8915: STEREO FLANGER ................................................................................................................ 9016: STEP FLANGER...................................................................................................................... 9117: STEREO DELAY...................................................................................................................... 9218: MODULATION DELAY........................................................................................................ 9319: TRIPLE TAP DELAY .............................................................................................................. 9420: QUADRUPLE TAP DELAY .................................................................................................. 9521: TIME CONTROL DELAY...................................................................................................... 9622: 2VOICE PITCH SHIFTER ...................................................................................................... 9623: FBK PITCH SHIFTER (Feedback Pitch Shifter) .................................................................. 9724: REVERB .................................................................................................................................... 9825: GATED REVERB..................................................................................................................... 9926: OVERDRIVE
→
CHORUS....................................................................................................... 9927: OVERDRIVE
→
FLANGER................................................................................................... 10028: OVERDRIVE
→
DELAY ........................................................................................................ 10029: DISTORTION
→
CHORUS ................................................................................................... 10130: DISTORTION
→
FLANGER ................................................................................................. 10131: DISTORTION
→
DELAY....................................................................................................... 10132: ENHANCER
→
CHORUS..................................................................................................... 10233: ENHANCER
→
FLANGER................................................................................................... 10234: ENHANCER
→
DELAY ........................................................................................................ 10335: CHORUS
→
DELAY............................................................................................................... 10336: FLANGER
→
DELAY............................................................................................................. 10437: CHORUS
→
FLANGER ......................................................................................................... 10438: CHORUS/DELAY ................................................................................................................ 10539: FLANGER/DELAY .............................................................................................................. 10540: CHORUS/FLANGER........................................................................................................... 10541: LOFI ........................................................................................................................................ 10642: SLICER.................................................................................................................................... 106Multi-Effects op On/Off voor individuele parts.................................................................... 107
Chorus-instellingen maken................................................................................................................... 107Selecteer het type en stel elke parameter in ............................................................................ 107De chorus-diepte van elke part instellen ................................................................................. 108
Reverb-instellingen maken .................................................................................................................. 108Selecteer het type en stel elke parameter in ............................................................................ 108De reverb-diepte van elke individuele part instellen ............................................................ 109
Hoofdstuk 7. Uw eigen originele toon of drumset creëren ................................110
Een toon cre�ren ..................................................................................................................................... 110Toonparameters die ingesteld kunnen worden...................................................................... 110Een toon cre�ren.......................................................................................................................... 111
Een drumset cre�ren .............................................................................................................................. 112Drumsetparameters die ingesteld kunnen worden ............................................................... 112Een drumset cre�ren ................................................................................................................... 112
Hoofdstuk 8. Uw instellingen bewaren ................................................................113
Bewaren van tonen / drumsets / uitvoeringen................................................................................. 113Een naam toewijzen .................................................................................................................... 113Hoe bewaren................................................................................................................................ 114
Instellingen opslaan in een externe sequencer (Bulk Dump)........................................................... 115Het toestel ID-nummer instellen............................................................................................... 115Bulk dump-procedure ................................................................................................................ 115De System-ontvangstschakelaar instellen ............................................................................... 116Bewaarde instellingen opnieuw in de RS-5/9 opslaan ......................................................... 116
9
Inhoud
Hoofdstuk 9. De originele instellingen opnieuw instellen..................................117
De fabrieksinstellingen herstellen (Factory Reset) ............................................................................ 117De basisinstellingen van GM/GM2 opnieuw opslaan (GM/GM2 SYSTEM ON)........................ 117
Hoofdstuk 10. Werken met een extern MIDI-toestel............................................118
Over MIDI ............................................................................................................................................... 118MIDI-connectoren ....................................................................................................................... 118MIDI-kanalen en multi-timbrale klankgeneratoren............................................................... 118MIDI-commandoÕs die door de RS-5/9 gebruikt worden .................................................... 119
Klanken spelen met de RS-5/9 vanuit een externe klankgenerator ............................................... 120Aansluiten op externe MIDI-klankgeneratoren ..................................................................... 120Het verzendkanaal van het klavier instellen........................................................................... 120Klanken op een ander toestel selecteren met behulp van de RS-5/9 .................................. 121
De klankgenerator van de RS-5/9 spelen vanuit een extern MIDI-toestel .................................... 122Een extern MIDI-toestel aansluiten .......................................................................................... 122Het ontvangstkanaal en de Tone Change-ontvangstschakelaar instellen .......................... 122Klanken van de RS-5/9 selecteren vanuit een extern MIDI-toestel..................................... 123Externe MIDI-sturingen gebruiken om de tonen van de RS-5/9 te veranderen ............... 123
Hoofdstuk 11. Uitvoeringen van de RS-5/9 opnemen in een extern toestel .....124
Opnemen in een externe sequencer ..................................................................................................... 124Aansluiten op een externe sequencer....................................................................................... 124Instellingen maken vooraleer u opneemt ................................................................................ 124Opnemen ...................................................................................................................................... 125De opgenomen uitvoering beluisteren .................................................................................... 126Samen spelen met de playback van een opgenomen uitvoering......................................... 126Playback van uitvoeringen transponeren (Master Key Shift) .............................................. 126
Computermuziek.................................................................................................................................... 126Een computer aansluiten............................................................................................................ 126
Instellingen maken voor de opname, opnemen en de opgenomen uitvoering beluisteren.............. 128
De RS-5/9 gebruiken als een met het GM/GM2-systeem compatibele klankmodule ................ 128GM/GM2-muziekgegevens afspelen....................................................................................... 128Songs cre�ren voor klankgeneratoren van het GM en GM2-systeem ................................. 129
Bijlagen ........................................................ 131
Problemen oplossen..............................................................................................132Foutmeldingen/Meldinglijst...................................................................................135
Foutmeldinglijst...................................................................................................................................... 135Meldinglijst.............................................................................................................................................. 135
Parameterlijst .........................................................................................................137
Uitvoering................................................................................................................................................ 137Uitvoeringspart....................................................................................................................................... 139Toon.......................................................................................................................................................... 140Drumset ................................................................................................................................................... 140Systeem .................................................................................................................................................... 141Multi-Effect.............................................................................................................................................. 142
Uitvoeringslijst .......................................................................................................147Toonlijst ..................................................................................................................148Drumsetlijst ............................................................................................................151Arpeggiostijllijst .....................................................................................................155MIDI-implementatie ................................................................................................156Specificaties ...........................................................................................................157Index........................................................................................................................15 8Informatie................................................................................................................162
10
Voor- en achterpaneel
PIANO -knop
(Uitsluitend RS-9)
Met een druk op ��n enkele knop krijgt u de perfecte instellingen voor piano-uitvoeringen (pg. 60).
A
VOLUME-knop
Past het algemene volume aan dat vanuit de OUTPUT-jacks en de PHONES jack (pg. 16) wordt uitgestuurd.
LFO
RATE-knop
Verandert de waarde van LFO-snelheid (pg. 52).
DEPTH-knop
Verandert de waarde van LFO -diepte (pg. 52).
ENVELOPE
ATTACK-knop
Verandert de waarde van Envelope Attack-tijd (pg. 54).
RELEASE-knop
Verandert de waarde van Envelope Release-tijd (pg. 54).
MANUAL-knop
Stelt de parameters in die aan de zes knoppen (LFO, ENVELOPE, FILTER) zijn toegewezen op de waarden van de huidige knopposities (pg. 74).
ARPEGGIO/CONTROL-knop
Laat het bedienen van andere parameters toe met de vier LFO en ENVELOPE-knoppen (pg. 74, 78).
FILTER
LFO ON/OFF-knop
Bepaalt of de LFO de afsnijfrequentie van de filter (ON) of van de pitch (OFF) verandert (pg. 52).
CUTOFF-knop
Verandert de afsnijfrequentiewaarde van de toon (pg. 55).
RESONANCE-knop
Verandert de waarde van de resonantie van de toon (pg. 55).
BLED-scherm
Toont het toonnummer, het drumsetnummer of het uitvoeringsnummer.
Display
Toont informatie over de handeling die u uitvoert.
FAVORITE PERFORM BANK-knoppen 1–8
Hiermee kan u uw favoriete uitvoeringen inschrijven en onmiddellijk oproepen (pg. 58).
A B C
11
Voor- en achterpaneel
D E F
CPHRASE PREVIEW-knop
Druk deze knop in om de klank van een toon of een drumset te controleren vooraleer u selecteert (pg. 33).
UTILITY-knop
Wordt gebruikt voor het bewaren van gegevens (pg. 113), het versturen van GM of GM2 Setup-commandoÕs (pg. 129) en het opnieuw instellen van vorige instellingen (pg. 117).
PART / -knop
Verwisselt de parts (pg. 28).
VALUE -/+-knop
Wordt gebruikt om waarden te veranderen. Wanneer u ��n van deze knoppen eerst ingedrukt houdt en u daarna op de andere drukt, zal de waarde snel veranderen wanneer u [SHIFT] ingedrukt houdt (pg. 64).
D
KEY-MODUS
SPLIT -knop
Zet de Key-modus op Split. Als deze ingedrukt is, wordt het klavier in twee verschillende bereiken gesplitst en wordt in elk deel een andere toon gespeeld (pg. 34).
DUAL -knop
Zet de Key-modus op Dual. Als deze ingedrukt is, worden twee verschillende tonen samen in ��n laag gezet (pg. 36).
ARPEGGIO ON/OFF-knop
Deze knop zet de arpeggio aan of uit (pg. 75).
EFFECTS ON/OF -knop
Zet de multi-effecten en reverb- en choruseffecten aan en uit (pg. 79).
TRANSPOSE ON/OFF-knop
Transponeert alle parts (pg. 48).
SHIFT-knop
Deze knop wordt samen gebruikt met andere knoppen (pg. 64, 65).
ETONE CATEGORY-knop
Selecteert tonen wanneer de Tone Search -functie gebruikt wordt (pg. 23).
PERFORM/TONE-knop
Met deze knop schakelt u over tussen de Tone Select-display en de Performance Select-display (pg. 23, 29, 57).
USER/PRESET -knop
Met deze knop schakelt u over tussen de User Tones (of drumsets of uitvoeringen) en de Preset Tones (of drumsets of uitvoeringen) (pg. 26, 30, 57).
FNumerieke toetsen 1–0
Worden gebruikt voor het invoeren van nummers tijdens het selecteren en bewaren van tonen en uitvoeringen (pg. 27, 30, 57). Wanneer men tonen per categorie selecteert, bepalen deze toetsen de categorie (pg. 23). Wanneer de EDIT-knop is ingedrukt, kan men de functies selecteren die onder de toetsen zijn aangeduid.
EDIT-knop
Druk deze knop in wanneer u verschillende instellingen wil aanpassen.
ENTER -knop
Gebruik deze knop om een waarde vast te leggen of een handeling uit te voeren.
12
Voor- en achterpaneel
GMIDI-connectoren
Externe MIDI-connectoren kunnen hier worden aangesloten (pg. 120, 122, 124, 127). Gebruik MIDI-kabels (afzonderlijk te koop) om de aansluitingen te maken.
IN:
MIDI-commandoÕs vanuit een extern toestel worden via deze connector ontvangen.
OUT:
MIDI-commandoÕ worden vanuit deze connector naar een extern toestel verstuurd.
THRU:
MIDI-commandoÕs die via MIDI IN werden ontvangen, worden vie deze connector onveranderd doorgestuurd naar een extern MIDI-toestel.
HPEDAAL-jack
CONTROL:
Hierop kan een extern pedaal worden aangesloten zoals een expressiepedaal (EV-5, afzonderlijk te koop), een pedaalschakelaar (DP-2/6, afzonderlijk te koop) of een voetschakelaar (BOSS FS-5U, afzonderlijk te koop) (pg. 14).
HOLD:
Hiermee kan u een pedaalschakelaar (DP-2/6, afzonderlijk te koop) of een voetschakelaar (BOSS FS-5U, afzonderlijk te koop) als hold-pedaal gebruiken (pg. 14).
IOUTPUT-jacks
Sluit uw versterker of mengtafel aan op deze jacks (pg. 14). Deze jacks sturen het audiosignaal in stereo uit. Gebruik de L-jack voor mono-output.
JPHONES-jack
Hierop kan een hoofdtelefoon worden aangesloten (pg. 14).
KSnoerhaak
Om onvoorziene stroomonderbrekingen van uw toestel te voorkomen (wanneer de stekker per ongeluk wordt uitgetrokken) en om onnodige belasting op de jack van de AC-adaptor te vermijden, moet u het stroomsnoer vastmaken met behulp van de snoerhaak zoals aangeduid in de illustratie.
LJack van de AC-adaptor
Voor de aansluiting van de meegeleverde AC-adaptor (pg. 14).
MPOWER-schakelaar
Zet de stroom aan/uit (pg. 15).
G H I J K L M
13
Snel starten
14
Voorbereiding
De RS-5/9 op externe toestellen aansluitenDe RS-5/9 is niet voorzien van een versterker of een luidspreker. U kan hem beluisteren met versterkte luidsprekers, een mengtafel en aangesloten monitors, een stereosysteem of een hoofdtelefoon.
Wanneer u de RS-5/9 als alleenstaand toestel gebruikt, moet u de aansluitingen als volgt maken.
fig.Q-01
1 Vooraleer u aansluitingen maakt, moet u er voor zorgen dat de stroom van alle toestellen uit staat.
MERK OP
¥ Om onvoorziene stroom-onderbrekingen te voorkomen (als de stekker per ongeluk wordt uitgetrokken) en om onnodige belasting op de jack van de AC-adaptor te vermijden, moet u het stroomsnoer vastmaken met behulp van de snoerhaak zoals wordt aangeduid in de illustratie.
¥ Audiokabels, MIDI -kabels en stereohoofd-telefoon worden niet meegeleverd. Koop deze voorwerpen bij uw leverancier.
¥ Gebruik uitsluitend het gespecifieerde expressie-pedaal (EV-5; afzonder-lijk te koop). Als men andere expressiepedalen aansluit, loopt men kans op slechte werking of beschadiging van het toestel.
Roland
Audio-uitrusting enz.Monitorluidsprekers
(aangedreven)Mengtafel enz.
Versterker
AC-adaptor
naar AC-stopcontaact
Stereohoofdtelefoon
Audio-kabel
Expressiepedaal (EV-5) of pedaalschakelaar
Pedaalschakelaar (DP-2, DP-6)of voetschakelaar
(BOSS FS-5U)
MERK OP
Om slechte werking of beschadiging van de luid-sprekers en andere toes-tellen te voorkomen, moet u steeds het volume om-laag draaien en de stroom van alle toestellen uitzetten vooraleer u aansluitingen maakt.
15
Voorbereiding
Voo
rber
eidi
ng
2 Sluit de meegeleverde AC-adaptor op de RS-5/9 en prik het andere uiteinde in het stopcontact.
3 Sluit de RS-5/9 en het externe toestel aan zoals in de illustratie is aangeduid.
Gebruik audiokabels om de audio-uitrusting, zoals een versterker en luidsprekers, aan te sluiten. Als u een hoofdtelefoon gebruikt moet u de kabels aansluiten op de PHONES-jack. Sluit indien nodig pedaalschakelaars of expressiepedalen aan.
De stroom aanzetten
1 Vooraleer de stroom van de RS-5/9 aan te zetten, moet u er voor zorgen dat:
¥ alle toestellen correct zijn aangesloten,
¥ de volumesturingen van de RS-5/9 en de aangesloten toestellen in de minimumstand staan,
¥ de AC-adaptor correct is aangesloten op de RS-5/9.
2 Druk op de stroomschakelaar van de RS-5/9Õs op het achterpaneel om de stroom aan te zetten.
fig.Q-02
3 Zet de stroom aan van de aangesloten audiotoestellen.
¥ Op de CONTROL PEDAL jack kunnen eveneens pedaalschakelaars worden aangesloten.
¥ Om de uitvoering van de RS-5/9 ten volle te kunnen benutten, raden wij u aan een stereo versterker/luidsprekersysteem te gebruiken. Als u een monosysteem gebruikt, moet u op de OUTPUT jack L (MONO) aansluiten.
Als u wil weten hoe u aansluitingen maakt wanneer u een ander extern
toestel gebruikt
¥ ÒKlanken spelen met de RS-5/9 vanuit een externe MIDI-klank-generatorÓ (pg. 120)
¥ ÒDe klankgenerator van de RS-5/9 spelen vanuit een extern MIDI-toestelÓ (pg. 122)
¥ ÒOpnemen op een externe sequencerÓ (pg. 124)
¥ ÒComputermuziekÓ (pg. 126)
MERK OP
Dit toestel is uitgerust met een beveiligingscircuit. Na het opstarten is er een korte tijdspanne (enkele seconden) vereist vooraleer het toestel normaal werkt.
16
Voorbereiding
4 Bespeel het klavier van de RS-5/9 en verhoog geleidelijk het volume van de RS-5/9 of de aangesloten audio-apparatuur tot een geschikt niveau.
fig.Q-03
De stroom uitzetten
1 Vooraleer u de stroom uitzet, moet u er op letten dat:
¥ de volumesturingen van de RS-5/9 en de andere aangesloten apparatuur in de minimumstand staan,
¥ u de gecre�erde klanken of andere gegevens hebt bewaard (pg. 113).
2 Zet de stroom uit van alle aangesloten audiotoestellen.
3 Zet de stroomschakelaar van de RS-5/9 uit.
Het display-contrast aanpassen(LCD-CONTRAST)
Net nadat men de stroom heeft aangezet of na langdurig gebruik is het mogelijk dat de letters in de display moeilijk te zien zijn; dit kan ook afhangen van de manier waarop en de plaats waar de display opgesteld is. Volg de hieronder beschreven stappen om het contrast van de display aan te passen.
fig.Q-04
MERK OP
Verhoog het volumeniveau voorzichtig. Een buiten-sporig volume kan de aangesloten audiotoestellen en uw gehoor beschadigen en stoort mogelijk uw buren.
De instelling van LCD CON-TRAST be�nvloedt de RS-5/9 in zijn geheel (d.i., het is een systeeminstelling). Deze in-stelling blijft in het geheugen bewaard, zelfs wanneer de stroom uit staat.
342,5 1,6
17
Voorbereiding
Voo
rber
eidi
ng
1 Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2 Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒSystem SetupÓ te selecteren.
3 Druk op [ENTER].
4 Druk meerdere malen op [5] om ÒLCD ContrastÓ te selecteren.fig.Q-05
5 Druk op VALUE [-]/[+] om de waarde in te stellen (1Ð8).
6 Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft uit en u keert terug naar het vorige scherm.
Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [5] drukt, keert u terug naar het vorige onderwerp.
Het LCD-contrast eenvoudig instellenAls u [SHIFT] ingedrukt houdt terwijl u op [PHRASE PREVIEW] drukt, kan u het ÒLCD ContrastÓ-scherm rechtstreeks selecteren. Maak instellingen zoals beschreven in stappen 5-6 van de hierboven gegeven procedure.
fig.Q-06
18
Voorbereiding
De toonhoogte aanpassen aan andere instrumenten (Master Tuning)
Wanneer men de RS-5/9 samen met andere instrumenten bespeelt, moet de toonhoogte van alle instrumenten zo worden aangepast dat ze voor elk instrument gelijk isÑanders speelt u vals! In het algemeen wordt het afstemmen van een instrument aangeduid door de toonhoogte in Hertz (Hz) van de midden ÒAÓ noot.
fig.Q-07
1 Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2 Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒSystem SetupÓ te selecteren.
3 Druk op [ENTER].
4 Druk meermaals op [4] om ÒMaster TuneÓ te selecteren.fig.Q-08
5 Druk op VALUE [-]/[+] om de waarde in te stellen (415.3Ð440.0Ð466.2).
Pas de toonhoogte van de midden ÒAÓ noot op de RS-5/9 aan op de andere instrumenten.
6 Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft uit en u keert terug naar het voorgaande scherm.
De instelling van Master Tune is een instelling die op de gehele RS-5/9 wordt toegepast (een systeem-instelling). Deze instelling blijft bewaard in het geheugen, zelfs als de stroom uit staat.
32,5 1,64
Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [4] drukt, keert u terug naar het vorige onderwerp.
Het afstemmen van standaard toonhoogten noemt men ÒTuning Ó.
19
De
dem
o-so
ng b
elui
ster
en (
DE
MO
)
De demo-song beluisteren (DEMO)
De RS-5/9 bevat demo-songs.
Hieronder wordt uitgelegd hoe u de demo-songs kan beluisteren en van de buitengewone klanken en effecten van de RS-5/9 kan genieten.
fig.Q-09
1 Druk tegelijkertijd op [SHIFT] en [TRANSPOSE ON/OFF].
De volgende display verschijnt.fig.Q-10
2 Druk op VALUE [-]/[+] om de song te selecteren die u wil beluisteren.
Selecteer ÒAll SongsÓ als u alle songs in volgorde wil beluisteren.
3 Druk op [ENTER] om het afspelen van de demo-song te starten.
De geselecteerde song wordt herhaaldelijk afgespeeld.
Wanneer ÒAll SongsÓ geselecteerd is, wordt de ganse selectie songs herhaaldelijk afgespeeld.
4 Druk op [EXIT] om het afspelen te stoppen.
5 Druk nogmaals op [EXIT] om terug te keren naar de uitvoeringsmodus van het klavier.
MERK OP
Alle rechten voorbehou-den. Onrechtmatig gebruik van dit materiaal voor andere doeleinden dan persoonlijk gebruik vormt een overtreding op de betrokken wetten.
32 4,51
¥ In stap 4 stopt de uitvoering ook wanneer [ENTER] wordt ingedrukt in plaats van [EXIT].
¥ In stap 5 keert het klavier ook terug naar de uitvoeringsmodus wanneer [ENTER] wordt ingedrukt in plaats van [SHIFT] en [TRANSPOSE ON/OFF] tegelijkertijd in te drukken.
MERK OP
¥ Terwijl de demo-songs worden afgespeeld, zal men geen klank horen als men op het klavier speelt.
¥ Van de muziek die wordt gespeeld, worden geen gegevens vanuit MIDI OUT verstuurd.
20
De demo-song beluisteren (DEMO)
Demo-songlijstDe RS-5/9 bevat drie demoÕs.
1. The Groove's UpCopyright © 2000, Roland Corporation
2. RS FanfareCopyright © 2000, Roland Corporation
3. Journey To RSCopyright © 2000, Roland Corporation
21
Kla
nken
spe
len
Klanken spelen
De fabrieksinstellingen opnieuw instellen (Factory Reset)
Wanneer u met de RS-5/9 leert werken, is het een goed idee om de fabrieksinstellingen van het toestel opnieuw in te stellen zodat men er zeker van is dat hetgene men doet, overeenkomt met het gedrag van het toestel dat in het handboek is beschreven.
fig.Q-11
1 Druk op [UTILITY]waardoor het lampje gaat branden.
2 Gebruik [-]/[+] om ÒFactory ResetÓ te selecteren.fig.Q-12
3 Druk op [ENTER].
MERK OP
Wanneer deze handeling wordt uitgevoerd, gaan de instellingen die in de User Area opgeslagen zijn (waar de User-tonen en andere tonen die u hebt gemaakt worden bewaard) en de systeeminstellingen verloren. Als u deze gegevens wil bewaren, moet u ze in een externe sequencer of computer opslaan met behulp van ÒBulk DumpÓ (pg. 115).
Opmerkingenfig.(!)
Wanneer gegevens worden weggeschreven naar het User-geheugen, verschijnt de boodschap ÒKEEP POWER ON!Ó in de display; zorg er voor dat u de stroom nooit uitzet wanneer deze boodschap getoond wordt.
Als de stroom uitgezet of onderbroken wordt wanneer gegevens naar het geheugen worden weggeschreven, is het mogelijk dat de interne gegevens beschadigd raken en bestaat het risico dat u de stroom niet meer kan aanzetten. Als u merkt dat interne gegevens verloren zijn gegaan of als er zich een gelijkaardig probleem voordoet, moet u contact opnemen met uw Roland verdeler of met Roland Service. Merk echter op dat Roland niet verantwoordelijk is voor gevolgen van gegevensverlies en deze niet vergoedt.
32 1
22
Klanken spelen
fig.Q-12a
4 Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒAllÓ te selecteren.fig.Q-13
5 Druk op [ENTER].
De bevestigingsboodschap verschijnt.fig.Q-14
6 Druk nogmaals op [ENTER] om de Factory Reset te starten.
Als de Factory Reset afgelopen is, verschijnt ÒCompletedÓ in de display.
Het lampje van [UTILITY] dooft uit en u keert terug naar het vorige scherm.
5,64
¥ Druk op [EXIT] om de Factory Reset te annuleren.
¥ Als de Factory Reset wordt uitgevoerd, is het mogelijk dat men de display moeilijk kan lezen, afhankelijk van de hoek waarin de RS-5/9 is geplaatst. Als dit gebeurt moet u de diepte van de display aanpassen (pg. 16).
Als u een deel van het User-geheugen tot de fabrieksinstellingen wil herleiden
¥ ÒDe fabrieksinstellingen herstellen (Factory Reset)Ó (pg. 117)
23
Klanken spelen
Kla
nken
spe
len
Tonen per categorie selecteren(TONE CATEGORY)
De RS-5/9 is uitgerust met een Tone Search-functie waardoor u door het soort toon (categorie) te specifi�ren, snel tonen kan selecteren en oproepen. De 35 categorie�n zijn onderverdeeld in 10 groepen.
fig.Q-15
1 Druk op [PERFORM/TONE] om het Tone Search-scherm op te roepen.
2 Controleer of het lampje van [TONE CATEGORY] brandt.
Als het lampje van [TONE CATEGORY] niet brandt, moet u nogmaals op [TONE CATEGORY] drukken.
fig.Q-16exp
3 Druk een aantal keren op de numerieke toetsen ([1]Ð[0]) tot u de door u gewenste categorie kan selecteren.
4 Druk op VALUE [-]/[+] om een toon te kiezen in de categorie die op dit moment is geselecteerd.
In de fabrieksinstellingen staat [TONE CATEGORY] op ÒON.Ó
34 1 2
Als ÒPERFORMÓ verschijnt, moet u gewoon nogmaals op [PERFORM/TONE] drukken waarna het Tone-selectiescherm zal verschijnen.
ToongroepToonnummer
Part
ToonnaamToonselectiescherm
Categorie
24
Klanken spelen
Categorieën selecteren uit de volledige lijst In stap 3 verschijnt het selectiescherm van Category als u [TONE CATEGORY] ingedrukt houdt en op een numerieke toets drukt ([1]Ð[0]).Het lampje begint te flikkeren in plaats van gewoon te branden.
fig.Q-17
Druk een aantal malen op de numerieke toetsen ([1]Ð[0]) of druk op VALUE [-]/[+] om een categorie te selecteren.Als u op [TONE CATEGORY] of [EXIT] drukt, keert u terug naar het originele scherm (het scherm dat in stap 2 verschijnt).Het lampje flikkert niet langer en gaat branden.
Wanneer een drumset geselecteerd isÒDRMÓ verschijnt in de display indien men een drumset selecteert wanneer [TONE CATEGORY] aan staat (pg. 29).
Merk op dat in dit geval de numerieke toetsen ([1]Ð[10]) niet kunnen worden gebruikt.
fig.Q-18
25
Klanken spelen
Kla
nken
spe
len
Onderstaande categorie�n kunnen worden geselecteerd.
Categorie Groep
Categorie Inhoud
Piano PNO AC.PIANO Akoestische pianoEP EL.PIANO Elektrische piano
Toetsen &Orgel
KEY KEYBOARDS Andere klavieren (Clav, clavecimbel, enz.)
BEL BELL Bell, Bell PadMLT MALLET MalletORG ORGAN Elektrisch en kerkorgelACD ACCORDION AccordeonHRM HARMONICA Harmonica, Blues harp
Gitaar AGT AC.GUITAR Akoestische gitaarEGT EL.GUITAR Elektrische gitaarDGT DIST.GUITAR Vervormde gitaar
Bass BS BASS Akoestische & elektrische bassSBS SYNTH BASS Synth bass
Orchestraal STR STRINGS ViolenORC ORCHESTRA OrkestensembleHIT HIT&STAB Orkest hit, hitWND WIND Blaasinstr. (hobo, klarinet enz.)FLT FLUTE Fluit, Piccolo
Koper BRS AC.BRASS Akoestische brassSBR SYNTH BRASS Synth brassSAX SAX Sax
Synth HLD HARD LEAD Harde synth leadSLD SOFT LEAD Zachte synth leadTEK TECHNO SYNTH Techno-synthPLS PULSATING Pulserende synthFX SYNTH FX Synth FX (noise, enz.)SYN OTHER SYNTH Poly synth
Vocal&Pad VOX VOX Stem, koorBPD BRIGHT PAD Heldere pad synthSPD SOFT PAD Zachte pad synth
Etnisch PLK PLUCKED Tokkel (harp, enz.)ETH ETHNIC Andere etnische klankenFRT FRETTED Fretinst (mandoline, enz.)
Ritme&SFX PRC PERCUSSION PercussieSFX SOUND FX Geluidseffecten
26
Klanken spelen
Tonen selecteren door de groep en het nummer te specifiëren
Tonen worden onderverdeeld in de volgende twee groepen. U kan tonen selecteren door de groep en het nummer te specifi�ren.
User
Hier kunnen 128 tonen worden opgeslagen. De hier reeds opgeslagen tonen kan u overschrijven en vervangen door tonen die u cre�ert (pg. 113).
Preset
Dit gedeelte bevat 512 tonen; deze kunnen niet overschreven of vervangen worden. U kan wel de instellingen van de huidig ingestelde toon wijzigen en de gewijzigde toon in het User-geheugen opslagen.
1Ð256 zijn de originele tonen van de RS-5/9.
Tonen 257Ð512 zijn compatibel met GM2.fig.Q-19
1 Druk op [PERFORM/TONE] om het Tone-selectiescherm te doen verschijnen.
2 Druk op [TONE CATEGORY] om het lampje te doen doven.
Het volgende scherm verschijnt.fig.Q-20exp
3 Druk op [USER/PRESET] om de groep te selecteren (user of preset).
41 23 5
Als ÒPERFORMÓ verschijnt, moet u gewoon opnieuw op [PERFORM/TONE] drukken en het Tone-selectiescherm zal verschijnen.
ToongroepToonnummer
Part
ToonnaamToonselectiescherm
Toonnummer
27
Klanken spelen
Kla
nken
spe
len
4 Druk op de numerieke toetsen ([1]Ð[0]) om het Tone-nummer te specifi�ren (User: 1Ð128, Preset: 1Ð512).
5 Druk op [ENTER] om de ingave te bevestigen.
Als u een fout maakt; moet u op [EXIT] drukken en het nummer opnieuw bepalen.
In plaats van stappen 4 en 5 te volgen, kan u ook van toon verwisselen door op VALUE [-]/[+] te drukken.De waarden in grote stappen veranderen
Wanneer u de waarden op de RS-5/9 verandert, moet u op VALUE [-]/[+] drukken. U kan de waarden in grote stappen veranderen met de hieronder beschreven methode.
Om de waarde te vermeerderen, moet u VALUE [+] ingedrukt houden en op VALUE [-] drukken.
Om de waarde te verminderen, moet u VALUE [-] ingedrukt houden en op VALUE [+] drukken.
Om de waarde te vermeerderen in stappen van tien eenheden, moet u [SHIFT] ingedrukt houden en op VALUE [+] drukken.
Om de waarde te verminderen in stappen van tien eenheden, moet u [SHIFT] ingedrukt houden en op VALUE [-] drukken.
Wanneer u de naam en het nummer van de toon wil weten
¥ ÒToonlijstÓ (pg. 148)
Wanneer u wil weten hoe u tonen moet verwisselen als de Key-modus
is ingesteld op Split of Dual
¥ ÒTonen en drumsets selecterenÓ (pg. 37)
Wanneer u zelf tonen wil maken
¥ ÒEen toon cre�renÓ (pg. 110)
Wanneer u een toon die u hebt gemaakt in het User-geheugen wil bewaren
¥ ÒBewaren van tonen/ drumsets / uitvoeringenÓ (pg. 113)
Wanneer u tonen wil omwisselen vanuit een extern MIDI-toestel
¥ ÒKlanken van de RS-5/9 selecteren vanuit een extern MIDI-toestelÓ (pg. 123)
28
Klanken spelen
Op eenvoudige wijze tonen selecteren (Parts wisselen)Als men parts omwisselt, kan men gemakkelijk tonen selecteren.
De RS-5/9 heeft 16 parts. Parts zijn het equivalent van muzikanten die een uitvoering spelen en u kan aan elke individuele part een verschillende toon toewijzen.
¥ Tonen per categorie selecteren (TONE CATEGORY)
¥ Tonen selecteren door de groep en het nummer te specifi�ren
De twee hierboven gegeven selectiemethoden van tonen worden gebruikt om van toon te wisselen terwijl ��n enkele part geselecteerd is.
Hieronder selecteren we op eenvoudige wijze een toon door parts te verwisselen.
fig.Q-21
1 Druk op PART [ ]/[ ] en selecteer ��n van de parts 1Ð16.fig.Q-22
1
Als u een toon (pg. 23, 26) of een drumset (pg. 29, 30) selecteert nadat u een part selecteerde, kan u de toon of de drumset van die part verwisselen.
Wanneer u een uitvoering wil spelen in ensemble met behulp van meerdere parts
¥ ÒOpnemen op een externe sequencerÓ (pg. 124)
¥ ÒComputermuziekÓ (pg. 126)
Wanneer u wil weten hoe u parts moet verwisselen als de Key-modus
is ingesteld op Split of Dual
¥ ÒDe twee gebruikte parts verwisselenÓ (pg. 39)
29
Klanken spelen
Kla
nken
spe
len
Percussie-instrumenten spelen(Drumsets)
De RS-5/9 is uitgerust met drumsets waarmee u met elke toets van het klavier een ander percussie-instrument of klankeffect kan spelen.
Een drumset veranderenIn de fabrieksinstellingen werd een drumset toegewezen aan part 10, zodat u het klavier onmiddellijk kan gebruiken voor het spelen van percussieklanken door op part [ ]/[ ] te drukken zodat u part 10 selecteert.
Hieronder selecteren we part 10 en leren we hoe we drumsets moeten verwisselen.
fig.Q-23
1 Druk op[PERFORM/TONE] om het selectiescherm van Tone/Drum Set op te roepen.
2 Druk op PART [ ]/[ ] om part 10 te selecteren.fig.Q-24exp
3 Druk op VALUE [-]/[+] om de drumset te verwisselen.
13 2
Als ÒPERFORMÓ verschijnt moet u gewoon opnieuw op [PERFORM/TONE] drukken en het selectiescherm van Tone/zal verschijnen.
DrumsetgroepDrumsetnummer
Part
Drumset-naam
Drumset-selectiescherm
Categorie
30
Klanken spelen
Drumsets selecteren door de groep en het nummer te specifiërenNet als tonen, worden drumsets in twee groepen onderverdeeld. U kan de drumsets ook selecteren door de groep en het nummer aan te duiden.
User
Hier kunnen twee drumsets opgeslagen worden. U kan deze overschrijven en ze vervangen door drumsets die u zelf maakt (pg. 113).
Preset
Bevat twintig drumsets die niet overschreven of vervangen kunnen worden. U kan wel de instellingen van een geselecteerde drumset wijzigen en deze instellingen in het User-geheugen opslaan.
1Ð11 zijn de originele drumsets van de RS-5/9.
Drumsets 12Ð20 zijn compatibel met GM2.fig.Q-24a
1 Druk op [PERFORM/TONE] om het selectiescherm van Tone/Drum Set op te roepen.
2 Druk op [TONE CATEGORY] om het lampje te doven.
Het volgende scherm verschijnt.fig.Q-25exp
3 Druk op [USER/PRESET] om de groep te selecteren (User of Preset).
4 Druk op de numerieke toetsen ([1]Ð[0]) om het drumsetnummer aan te duiden (USER: 1, 2, Preset: 1Ð20).
41 23 5
Als ÒPERFORMÓ verschijnt moet u gewoon opnieuw op [PERFORM/TONE] drukken en het selectiescherm van Tone/zal verschijnen.
Drumset- groep
DrumsetnummerPart
Drumset-naam
Drumset-selectiescherm
Drumset-nummer
Als u een fout maakt, moet u op [EXIT] drukken en het nummer opnieuw specifi�ren.
31
Klanken spelen
Kla
nken
spe
len
5 Druk op [ENTER] om de ingave te bevestigen.
Een drumset spelen in een andere part dan part 10U kan eveneens drumsets spelen in een andere part dan part 10.
fig.Q-26
1 Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2 Gebruik VALUE [-]/[+] en selecteer ÒPerformance PartÓ.
3 Druk op [ENTER].
4 Druk op PART [ ]/[ ] om de part te selecteren waaraan de drumset moet worden toegewezen.
5 Druk enkele malen op [5] om ÒTone TypeÓ te selecteren.fig.Q-27
6 Druk op VALUE [-]/[+] om ÒDRUM1Ó of ÒDRUM2Ó te selecteren.
7 Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] gaat uit en u keert terug naar het voorgaande scherm.
In plaats van stap 4 en 5 te gebruiken, kan u van drumset verwisselen door op VALUE [-]/[+] te drukken.
Men kan in elke individuele part van een uitvoering afzonderlijke instellingen voor Tone Type maken.
5 31,72,6 4
MERK OP
Als de Key-modus (pg. 34) op Split of Dual ingesteld is dan kan u alleen het hoge en het lage gedeelte selecteren.
Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [5] drukt, keert u terug naar het vorige onderwerp.
¥ Herhaal stappen 4-6 als u instellingen wil maken voor andere parts.
¥ Als u van drumsets terug naar gewone tonen wil gaan, moet u in stap 6 op ÒTONEÓ drukken.
32
Klanken spelen
Opmerkingen bij het selecteren van een drumsetOf er in om het even welke part een toon of een drumset wordt gespeeld, wordt bepaald door de selectie van TONE, DRUM1 of DRUM2 in de instelling van Tone Type zoals beschreven in stap 6 ÒEen drumset spelen in een andere part dan part 10Ó (pg. 31).
U kan maximaal 2 drumsets aan de parts toewijzen. Voor elke part waarvan Tone Type op DRUM1 is ingesteld, wordt dezelfde drumset geselecteerd. Hetzelfde geldt voor de instelling van DRUM2.
Voorbeeld:
DRUM1 werd gespecifieerd voor part 1 en 2, en de STANDARD-drumset is geselecteerd. In deze situatie zal part 1 van STANDARD naar ELECTRONIC omgezet worden en wordt part 2 automatisch op ELECTRONIC ingesteld.
fig.Q-28
POWER
Piano1
Strings
Tone Type: DRUM1
Tone Type: Tone
Tone Type: Tone
STANDARD
Tone Type: DRUM1 STANDARD
Tone Type: DRUM2
Part 1
Part 2
Part 3
Part 4
Part 16
ELECTORONIC
ELECTORONIC
Wanneer u een percussie-instrument wil spelen dat aan een toets is
toegewezen die buiten het toetsbereik ligt
¥ ÒAlle parts transponeren (TRANSPOSE ON/OFF)Ó (pg. 48)
Wanneer u de naam en het nummer van een drumset wil weten
¥ ÒDrumsetlijstÓ (pg. 151)
Als u zelf drumsets wil maken
¥ ÒEen drumset cre�renÓ (pg. 112)
Wanneer u een drumset die u hebt gemaakt in het User-geheugen wil
bewaren
¥ ÒBewaren van tonen/ drumsets / uitvoeringenÓ (pg. 113)
Wanneer u drumsets wil verwisselen vanuit een extern MIDI-toestel
¥ ÒKlanken van de RS-5/9 selecteren vanuit een extern MIDI-toestelÓ (pg. 123)
33
Klanken spelen
Kla
nken
spe
len
Tonen uitproberen (PHRASE PREVIEW)U kan tonen controleren met behulp van speciaal gemaakte frasen in elke tooncategorie.
fig.Q-29
1 Selecteer een toon of een drumset (pg. 23, 26, 29, 30).
2 Druk op [PHRASE PREVIEW] en houdt dit ingedrukt.
3 Laat [PHRASE PREVIEW] los en de frase stopt met spelen.
1
De geselecteerde toon of drumset speelt wanneer de Key-modus (pg. 34) op Split of Dual is ingesteld.
MERK OP
Toon- en drumset-categorie�n zijn vastgelegd en kunnen niet gewijzigd worden.
34
Twee tonen spelen op het klavier
De instelling die bepaalt of er ��n of twee tonen door een toets worden gespeeld wordt ÒKey-modus” genoemd . Hieronder volgen de drie Key-modi.
Single : Alle toetsen op het klavier spelen dezelfde toon. Dit is de normale speelmodus.
Split : E�n toets speelt de rol van verdeelpunt (het ÒsplitpuntÓ) en verdeelt het klavier in een linker- en rechterkant, waarbij aan elke kant een andere toon wordt gespeeld.
Dual : Twee tonen kunnen samengezet worden in lagen.
Het klavier in afzonderlijke bereiken verdelen en in elk bereik een verschillende toon spelen (SPLIT)
fig.Q-30
1 Druk op [SPLIT] waardoor het lampje gaat branden.
Bespeel het klavier.fig.Q-31exp
In Split worden twee parts gebruikt. Deze parts worden de Òupper part”
(hoge part) en de Òlower part Ó (lage part) genoemd. De toongegevens van de parts die op dit moment geselecteerd zijn, verschijnen in de display.
De tekening hierboven toont een voorbeeld waarin part 1 gebruikt wordt voor de upper part en part 16 voor de lower part.
Het splitpunt werd in de fabriek op C4 ingesteld. Het hoge gedeelte van het klavier, C4 inbegrepen, speelt de tonen van de upper part en de toon van de lower part wordt gespeeld in het bereik onder C4.
Voor elke individuele uitvoering kan men verschillende Key-modusinstellingen maken.
In sommige Preset-uitvoeringen is de Key-modus ingesteld op Split of Dual (Uitvoeringslijst, pg. 147). Probeer de uitvoeringen te verwisselen (pg. 56) en beluister de verschillende combinaties van de tonen.
1,2
De toets die als splitpunt wordt gebruikt, speelt de toon van de upper part.
ToonnummerLower part
Upper part
Toonnaam
Toongroep
Categorie
Toonselectie-scherm
Huidige part
35
Twee tonen spelen op het klavier
Tw
ee to
nen
spel
en o
p he
t kla
vier
fig.Q-32
2 Als u nogmaals op [SPLIT] drukt, zal het lampje doven en keert het klavier terug naar de normale uitvoeringsmodus (Single).
C4 (Splitpunt) Upper(hoog)
Lower(laag)
Wanneer u tonen wil verwisselen
¥ ÒTonen en drumsets selecterenÓ (pg. 37)
Wanneer u de parts wil verwisselen die voor de upper en lower parts
worden gebruik
¥ ÒDe twee gebruikte parts verwisselenÓ (pg. 39)
Wanneer u de toets wil veranderen die het klavier in twee bereiken
verdeelt
¥ ÒHet splitpunt veranderenÓ (pg. 40)
36
Twee tonen spelen op het klavier
Twee tonen spelen op het klavier (DUAL)
fig.Q-33
1 Druk op [DUAL] waardoor het lampje gaat branden.
Bespeel het klavier.fig.Q-31exp
Net als in de Split-modus worden er twee parts gebruikt.
Wanneer er een toets wordt ingedrukt, worden de tonen van upper part en de lower part samen gespeeld.
2 Als u nogmaals op [SPLIT] drukt, zal het lampje doven en keert het klavier terug naar de normale uitvoeringsmodus (Single).
1,2
ToonnummerLower part
Upper part
Toonnaam
Toongroep
Categorie
Toonselectie-scherm
Huidige part
Wanneer u de tonen wil verwisselen
¥ ÒTonen en drumsets selecterenÓ (pg. 37)
Wanneer u de parts wil veranderen die gebruikt worden voor de upper en lower
parts
¥ ÒDe twee gebruikte parts verwisselenÓ (pg. 39)
37
Twee tonen spelen op het klavier
Tw
ee to
nen
spel
en o
p he
t kla
vier
Tonen en drumsets selecterenGebruik de volgende procedure om tonen te veranderen wanneer de Key -modus op Split of Dual is ingesteld.
Tonen per categorie selecteren (TONE CATEGORY)fig.Q-35
1 Zorg er voor dat het lampje van [TONE CATEGORY] brandt.
Als het lampje van [TONE CATEGORY] niet brandt, moet u nogmaals op [TONE CATEGORY] drukken.
2 Druk op PART [ ]/[ ] om de cursor te verplaatsen naar de part waarvan u de toon of drumset wil verwisselen.
fig.Q-36exp
De tekening hierboven is een voorbeeld waarin de hoge part is geselecteerd.
3 Druk een aantal malen op de numerieke toetsen ([1]Ð[0]) tot u de door u gewenste categorie kan selecteren.
4 Druk op VALUE [-]/[+] om een toon of drumset te kiezen in de categorie die op dit moment geselecteerd is.
34 12
Lower part
Upper part
Huidige part
Bij drumsets is stap 3 niet vereist.
38
Twee tonen spelen op het klavier
Tonen selecteren door de groep en het nummer te specifiëren
fig.Q-37
1 Druk op [TONE CATEGORY] waardoor het lampje uitdooft.
2 Druk op PART [ ]/[ ] om de cursor te verplaatsen naar de part waarvan u de toon of de drumset wil veranderen.
fig.Q-38exp
De tekening hierboven is een voorbeeld waarin de upper part geselecteerd is.
Categories uit de volledige lijst selecterenAls u in stap 3 [TONE CATEGORY] ingedrukt houdt en op een numerieke toets drukt ([1]Ð[0]) verschijnt het selectiescherm van Category.
Het lampje begint te flikkeren in plaats van constant te branden. fig.Q-17
Druk een aantal malen op de numerieke toetsen ([1]Ð[0]) of druk op VALUE [-]/[+] om een categorie te selecteren.
Als u op [TONE CATEGORY] of [EXIT] drukt, keert u terug naar het originele scherm (het scherm dat in stap 2 verschijnt).
Het lampje flikkert niet meer, maar brandt constant.
4 52 31
Lower partUpper part
Huidige part
39
Twee tonen spelen op het klavier
Tw
ee to
nen
spel
en o
p he
t kla
vier
3 Druk op [USER/PRESET] om de groep te selecteren (User, Preset).
4 Druk op de numerieke toetsen ([1]Ð[0]) om het toon- en drumsetnummer te specifi�ren.
5 Druk op [ENTER] om de ingave te bevestigen.
Het toonnummer en het drumsetnummer verschijnen in de display.
De twee gebruikte parts verwisselenWanneer de Key-modus op Split of Dual is ingesteld worden twee parts gebruikt (upper en lower). U kan selecteren welke van de 16 parts de hoge part en welke de lage part zal zijn.
fig.Q-39
1 Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2 Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒTone/Drum/PFMCommonÓ te selecteren.
3 Druk op [ENTER].
Als u een fout maakt, moet u op [EXIT] drukken en het nummer opnieuw specifi�ren.
In plaats van stap 4 en 5 te volgen, kan u ook van toon veranderen door op VALUE [-]/[+] te drukken.
Deze instellingen kunnen voor elke uitvoering worden gemaakt (pg. 56).
32 1
40
Twee tonen spelen op het klavier
fig.Q-39a
4 Druk een aantal malen op [9] om ÒUpper PartÓ of ÒLower PartÓ te selecteren.
fig.Q-40
5 Druk op VALUE [-]/[+] om de waarde (1Ð16) te selecteren.
6 Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
Het splitpunt veranderenWanneer de Key-modus op Split is ingesteld, kan u de toets instellen die het klavier in twee afzonderlijke bereiken verdeelt. Dit kan om het even waar vanaf C2 tot C#7.
fig.Q-32
65 4
Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [9] drukt, keert u terug naar het vorige onderwerp.
Welke part wordt er gebruikt in de Single-modus?Wanneer de key-modus op single staat, wordt de upper part gebruikt.Daarom moet u er op letten dat u, als u in single-modus staat, PART [ ]/[ ] niet indrukt en de part omwisselt, omdat de waarde van de upper part dan overschreven wordt.
Het splitpunt kan voor elke uitvoering afzonderlijk worden ingesteld (pg. 56).
C4 (Splitpunt) Upper(hoog)
Lower(laag)
41
Twee tonen spelen op het klavier
Tw
ee to
nen
spel
en o
p he
t kla
vier
fig.Q-42
1 Druk op [EDIT] waardoor het lampje van de knop gaat branden.
2 Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒTone/Drum/PFMCommonÓ te selecteren.
3 Druk op [ENTER].
4 Druk een aantal malen op [9] om ÒSplit PointÓ te selecteren.fig.Q-43
5 Druk op VALUE [-]/[+] om de waarde (C-1ÐG9) te selecteren.
6 Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
32,5 1,64
Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [9] drukt, keert u terug naar het vorige onderwerp.
Een snelle manier om het splitpunt te veranderenAls u [SPLIT] ingedrukt houdt en op [EDIT] drukt, kan u rechtstreeks in het ÒSplit PointÓ scherm gaan. Maak instellingen zoals uitgelegd in stappen 4-5 van de bovenstaande procedure.
Als u het splitpunt snel wil veranderen, kan u ook [SPLIT] ingedrukt houden en op VALUE [-]/[+] drukken, waardoor u uitsluitend de instelling van ÒSplit PointÓ kan veranderen. Als u [SPLIT] loslaat, zal het vorige scherm opnieuw verschijnen.
42
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
Hierin wordt uitgelegd hoe u de verschillende functies moet gebruiken die vaak in uitvoeringen voorkomen.
Arpeggio’s creëren met de akkoorden die u speelt (ARPEGGIO ON/OFF)
Door gewoonweg een akkoord te spelen, kan u een arpeggio (een akkoord dat met ��n noot tegelijkertijd wordt gespeeld) cre�ren.
Wanneer de Key-modus op Single of Dual is ingesteld, kan men in alle toonaarden arpeggioÕs spelen.
Wanneer de Key-modus op Split staat, kan u arpeggioÕs spelen in het lage bereik.
fig.Q-44
1 Druk op [ARPEGGIO ON/OFF] waardoor het lampje gaat branden.
2 Druk op de toets zoals hieronder wordt afgebeeld.fig.Q-45
Het arpeggio wordt gespeeld in de volgorde van de noten C3, E3, G3, E3, C3, E3, G3, E3 enzovoort.
Probeer ook enkele andere akkoorden te spelen.
3 Als u nogmaals op [ARPEGGIO ON/OFF] drukt, zal het lampje doven en keert het klavier terug naar de normale uitvoeringsmodus.
Raadpleeg de referentie-paginaÕs die hiernaast zijn aangegeven voor instruc-ties betreffende het maken van gedetailleerde instellingen.
MERK OP
Men kan alleen arpeggioÕs spelen wanneer men het klavier van de RS-5/9 bespeelt. Men kan geen arpeggioÕs spelen met behulp van nootcommandoÕs die toekomen via de MIDI IN-connector.
¥ Arpeggio-gegevens worden vanuit de MIDI OUT-connector verstuurd.
¥ De arpeggio On/Off- instelling kan voor elke uitvoering afzonderlijk worden gemaakt (pg. 56).
1,3
C3E3
G3
C3 C3 E3 E3E3 E3 G3G3
43
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
De
gesc
hikt
e fu
nctie
s ge
brui
ken
in u
itvoe
ringe
n
Arpeggio’s voortzetten zonder de toets ingedrukt te houdenAls u een pedaalschakelaar (zoals de optionele DP-2/6) of een voetschakelaar (zoals de optionele BOSS FS-5U) aansluit op de jack van PEDAL HOLD dan zal het arpeggio voortgaan wanneer u een akkoord speelt met ingedrukte pedaal, zonder dat u het akkoord moet blijven spelen.
Wanneer u meer wil weten over de instellingen van arpeggio
¥ ÒHoofdstuk 5. De arpeggiator gebruikenÓ (pg. 75)
44
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
Multi-effecten, chorus en reverb gebruikenDe RS-5/9 is voorzien van drie onafhankelijke interne effectkanalen.
Multi-EffectDit kanaal beschikt over 42 verschillende effecten, met inbegrip van distortion (vervorming) en rotary.
ChorusDit kanaal geeft diepte en dimensie aan klanken.
ReverbDit kanaal cre�ert een kunstmatige sfeer rond de klank.
De effecten aan- en uitzetten (EFFECTS ON/OFF)In de fabrieksinstellingen staan alle drie effecten op ON.
fig.Q-47
1 Druk op [EFFECTS ON/OFF] waardoor het lampje gaat branden.
Het instelscherm van Multi-effects On/Off verschijnt in de display.fig.Q-48
2 Druk op VALUE [-]/[+] om het effect aan of uit te zetten.
3 Druk op [EFFECTS ON/OFF].
Nu verschijnt het instelscherm van Chorus On/Off in de display.fig.Q-49
De On/Off-instellingen van elk effect be�nvloeden de RS-5/9 in zijn geheel (i.e., systeeminstellingen). Zulke instellingen blijven bewaard in het geheugen, zelfs wanneer de stroom uitstaat.
1,3,5,72,4,6
45
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
De
gesc
hikt
e fu
nctie
s ge
brui
ken
in u
itvoe
ringe
n
4 Druk op VALUE [-]/[+] om het effect aan of uit te zetten.
5 Druk op [EFFECTS ON/OFF].
Nu verschijnt het instelscherm van Reverb On/Off in de display.fig.Q-50
6 Druk op VALUE [-]/[+] om het effect aan of uit te zetten.
7 Druk op [EFFECTS ON/OFF] om naar het originele scherm terug te keren.
Het lampje van [EFFECTS ON/OFF] gaat branden wanneer ��n van de drie effecten aanstaat.
¥ U kan tijdens de handeling naar het originele scherm terugkeren door op [EXIT] te drukken.
¥ Als de drie effecten uitstaan, zal het lampje van [EFFECTS ON/OFF] doven.
Multi-effecten gebruiken in Split- of Dual-modusDe RS-5/9 kan niet meer dan ��n effect tegelijkertijd gebruiken. Daarom bestaat er een ÒSourceÓ-parameter die gebruikt wordt voor het selecteren van de multi-effectinstellingen.
Waarden instellen
UPPER: De multi-effectinstellingen van de hoge tonen worden gebruikt. Het multi-effect wordt alleen toegepast op de upper part.
LOWER: De multi-effectinstellingen van de lage tonen worden gebruikt. Het multi-effect wordt alleen toegepast op de lower part.
PERFORMANCE: De multi-effectinstellingen van de uitvoering worden gebruikt. Hetzelfde multi-effect wordt op alle parts (1Ð16) toegepast.
Afhankelijk van de Source-instelling is het dus mogelijk dat er op sommige parts geen multi-effecten wordt toegepast wanneer ze in de Split- of Dual-modus staan.
Zie voor meer gedetailleerde informatie ÒMulti-Effectinstellingen makenÓ (pg. 80).
46
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
De hoeveelheid chorus en reverb instellenfig.Q-51
1 Zet de chorus of reverb op ON (zie vorige paragraaf).
2 Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
3 Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒPerformance PartÓ te selecteren.
4 Druk op [ENTER].
5 Druk op PART [ ]/[ ] om de part te selecteren waarvoor de hoeveelheid effect moet worden ingesteld.
6 Druk [7] voor het instellen van chorus; druk [8] voor het instellen van reverb.
fig.Q-52
7 Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde te selecteren (1Ð127).
8 Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
Afzonderlijke instellingen voor de hoeveelheid toege-paste chorus en reverb kunnen voor elke afzonder-lijke part in een uitvoering worden gemaakt (pg. 56).
3,7 5 6 42,8
MERK OP
¥ Als de Key-modus(pg. 34) op Split of Dual is ingesteld, kan u alleen de upper part en de lower part selecteren.
¥ Merk op dat zelfs wanneer chorus of reverb op ON staan, er geen effect wordt toegepast indien elk Send-niveau op 0 staat.
Herhaal stappen 5-7 als u instellingen wil maken voor andere parts.
47
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
De
gesc
hikt
e fu
nctie
s ge
brui
ken
in u
itvoe
ringe
n
Het multi-effecttype veranderenHieronder wordt uitgelegd hoe men uit de 42 verschillende multi-effectinstellingen de gewenste instelling moet kiezen.
fig.Q-53
1 Zet Multi-effects op ON (pg. 44).
2 Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
3 Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒTone/Drum/PFMCommonÓ te selecteren.
4 Druk op [ENTER].
5 Druk een aantal maal op [6] om ÒTypeÓ te selecteren.fig.Q-54
In de bovenstaande tekening staat Source ingesteld op UPPER. Linksboven in de display kan u zien welke multi-effectinstelling wordt gebruikt.
6 Druk op VALUE [-]/[+] om het type te selecteren.
7 Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het voorgaande scherm.
U kan het soort multi-effect voor elke toon of uitvoering (pg. 56) afzonderlijk instellen met de Source-instelling.
3,6 42,75
Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [6] drukt, keert u terug naar het vorige onderwerp.
Wanneer Ò00:THROUGH,Ó is ingesteld worden de multi-effecten niet toegepast.
Wanneer u meer details wil kennen over multi-effecten
¥ ÒHoofdstuk 6. EffectinstellingenÓ (p. 79)
48
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
Alle parts transponeren (TRANSPOSE ON/OFF)Deze functie verplaatst de toonaard in eenheden van een halve toon. Dit komt van pas in situaties zoals degene die hieronder beschreven worden.
Bij het aanpassen aan het stemregister van de vocalistSoms gaan melodie�n verder dan het stemregister van de vocalist. Daarom kan u, wanneer u de toonaard van de song wil veranderen, de song in een nieuwe toonaard spelen terwijl u toch dezelfde vingerzetting gebruikt als tervoren.
Bij het veranderen van een moeilijke toonaard naar een gemakkelijk te spelen toonaard
U kan een eenvoudige vingerzetting gebruiken om moeilijke songs te spelen waarin veel kruisen en bemollen voorkomen.
Bij het samenspelen met de toon van een getransponeerd instrument U kan de tonen van een getransponeerd instrument spelen, net zoals het in de partituur geschreven staat.
Bij het spelen van klanken die buiten het klavierbereik vallenAangezien de RS-5 een klavier heeft met 61 toetsen, is het mogelijk dat u in sommige songs hogere of lagere noten wil spelen. Het is ook mogelijk dat bij het spelen van een drumset er percussie-instrumenten zijn die buiten het bereik van het RS-5/9-klavier liggen. In zulke gevallen kan u de Transpose-functie gebruiken om deze noten te spelen.
fig.Q-55
1 Druk op [TRANSPOSE ON/OFF] waardoor het lampje gaat branden.
In de fabrieksinstellingen is Transpose ingesteld om noten te spelen die ��n octaaf lager liggen dan dat wat er wordt gespeeld.
2 Als u nogmaals op [TRANSPOSE ON/OFF] drukt, zal het lampje doven en keert het klavier terug naar de normale uitvoeringsmodus.
De hoeveelheid transpositie instellenDe hoeveelheid gewenste transpositie die zal worden toegepast wanneer Transpose aangezet wordt, kan door u worden ingesteld. De instelling wordt gemaakt in eenheden van een halve toon en kan een stijging of daling specifi�ren van maximaal drie octaven.
De instellingen van Transpose On/Off kunnen voor elke uitvoering afzonderlijk worden ingesteld (pg. 56).
1,2
De instellingen voor de hoe-veelheid transpositie kunnen voor elke uitvoering afzonder-lijk worden ingesteld (pg. 56)
49
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
De
gesc
hikt
e fu
nctie
s ge
brui
ken
in u
itvoe
ringe
n
fig.Q-56
1 Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2 Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒTone/Drum/PFMCommonÓ te selecteren.
3 Druk op [ENTER].
4 Druk een aantal maal op [9] om ÒTransposeÓ te selecteren.fig.Q-57
5 Druk op VALUE [-]/[+] om de waarde (-36 to +36) te selecteren.
6 Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
2,5 31,64
MERK OP
NootcommandoÕs vanuit de MIDI IN-connector worden niet getransponeerd.
Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [9] drukt, keert u terug naar het vorige onderwerp.
Een gemakkelijke manier om Transpose in te stellenU kan het ÒTransposeÓ -scherm direct selecteren door [TRANSPOSE ON/OFF] ingedrukt te houden en op [EDIT] te drukken. Maak instellingen zoals uitgelegd in stappen 5-6 van de bovenstaande procedure.
Als u de transpositie nog sneller wil veranderen, kan u bovendien uitsluitend de ÒTransposeÓ instelling veranderen door [TRANSPOSE ON/OFF] ingedrukt te houden en op VALUE [-]/[+] te drukken. Wanneer u [TRANSPOSE ON/OFF] loslaat, zal het voorgaande scherm verschijnen.
Wanneer een een specifieke part wil transponeren
¥ ÒEen bepaalde part transponeren (Key Shift)Ó (pg. 69)
50
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
De toonhoogte van de klank in real-time veranderen (Pitch Bend-hendel)
De toonhoogte van een klank wordt ÒpitchÓ genoemd.
Verplaats de hendel naar links om de toonhoogte te verlagen en naar rechts om de toonhoogte te verhogen terwijl u op het klavier speelt.
De fabrieksinstellingen zijn ingesteld om de toonhoogte met een hele stap te verhogen of te verlagen.
fig.Q-58exp
U kan een pitchbend-bereik instellen van maximaal twee octaven dat kan worden aangepast in halve stappen.
fig.Q-59
1 Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2 Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒPerformance PartÓ te selecteren.
3 Druk op [ENTER].
4 Druk op PART [ ]/[ ] om de part te selecteren waarvan de pitch bend moet worden veranderd.
5 Druk een aantal maal op [5] om ÒPitch Bend RangeÓ te selecteren.fig.Q-60
MERK OP
Pitch Bend wordt niet toegepast in arpeggioÕs.
Pitch BendDe instellingen van het pitch bend-bereik kunnen voor elke part afzonderlijk worden gemaakt (pg. 56).
2,6 4 5 31,7
MERK OP
Wanneer de Key-modus (pg. 34) op Split of Dual staat, kan u slechts twee parts selecteren: de upper part en de lower part.
Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [5] drukt, keert u terug naar het voorgaande onderwerp.
51
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
De
gesc
hikt
e fu
nctie
s ge
brui
ken
in u
itvoe
ringe
n
6 Druk op VALUE [-]/[+] om de waarde (0 to +24) te selecteren.
7 Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
Een vibrato-effect aan de klank toevoegen (Modulatiehendel)
Duw de hendel van u weg om een vibrato-effect toe te voegen wanneer u het klavier bespeelt.
fig.Q-61exp
MERK OP
Bij een instelling van 0 is er geen pitch bend-effect.
Herhaal stappen 4-6 als u instellingen wil maken voor andere parts.
MERK OP
Het effect wordt zowel op de upper als de lower part toegepast wanneer de Key-modus op Split of Dual staat.
Modulatie
Wanneer u de modulatiehendel wil gebruiken om andere effecten dan
vibrato toe te voegen
¥ ÒDe modulatiehendel gebruiken om de klank te veranderenÓ (pg. 71)
52
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
De toon veranderen met de knoppenMet behulp van de zes paneelknoppen kan u de toon in real-time veranderen. Wanneer u aan een knop draait, wordt een functie aan die knop toegewezen en verschijnt zijn waarde tijdelijk in de display
fig.Q-62
Vibrato en wah-effecten (LFO)De LFO, een afkorting van Òlow frequency oscillatorÓ, verandert de klank op een periodieke manier. Als men de toonhoogte verandert met de LFO krijgt men het Òvibrato effect Ó, en als men de afsnijfrequentie van de filter verandert met de LFO, krijgt men het Òwah effect Ó.
fig.Q-63
1 Zorg er voor dat de FILTER [LFO ON/OFF] op OFF staat.
Wanneer [LFO ON/OFF] op OFF staat, kan u de LFO 2-knop gebruiken om het vibrato-effect te veranderen.
2 Draai aan de LFO DEPTH knop.
Draait men deze knop naar rechts, dan vergroot de diepte van het golvend geluid; draait men deze knop naar links dan wordt de golving dunner en zachter.
3 Draai aan de LFO RATE knop.
Draait men deze knop naar rechts, dan vergroot de snelheid van het golvend geluid; draait men deze knop naar links dan wordt de golving vertraagd.
4 Druk op FILTER [LFO ON/OFF] waardoor het lampje gaat branden.
Wanneer [LFO ON/OFF] op ON staat, kan u de LFO -knop gebruiken om het vibrato-effect te veranderen.
MERK OP
Het effect wordt zowel op de upper als de lower part toegepast wanneer de Key-modus op Split of Dual staat.
1,43,6 2,5
Als deze op ON staat, moet u nogmaals op [LFO ON/OFF] drukken om het uit te zetten.
53
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
De
gesc
hikt
e fu
nctie
s ge
brui
ken
in u
itvoe
ringe
n
5 Draai aan de LFO DEPTH knop.
Draait men deze knop naar rechts, dan vergroot de diepte van het golvend geluid; draait men deze knop naar links dan wordt de golving dunner en zachter.
6 Draai aan de LFO RATE knop.
Draait men deze knop naar rechts, dan vergroot de snelheid van het golvend geluid; draait men deze knop naar links dan wordt de golving vertraagd.
54
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
Het volume van de klank veranderen (ENVELOPE)Het volume zal blijven veranderen vanaf het moment waarop een toets wordt ingedrukt tot dat deze toets wordt losgelaten.
A: Attack-tijd:De tijd die nodig is om de klank zijn volledige volume te laten bereiken nadat een toets werd ingedrukt.
R: Release-tijd:De tijd die nodig is om de klank onhoorbaar te laten worden nadat een toets werd losgelaten.
Gebruik de ENVELOPE 2-knop om de A en R-tijden te veranderen.fig.Q-64
fig.Q-65
1 Draai aan de ENVELOPE ATTACK-knop.
Draait men deze naar rechts, dan neem de tijd toe die nodig is om het volume van een klank te doen stijgen; draait men deze knop naar links dan zal deze tijd verkorten.
2 Draai aan de ENVELOPE RELEASE-knop.
Draait men deze naar rechts, dan neem de tijd toe die nodig is om een klank te doen verdwijnen; draait men deze knop naar links dan zal deze tijd verkorten.
Volume
Noot aanA D R
Noot uit
Klank stopt
SustainLevel
Tijd
A: Attack-tijdD: Decay-tijdR: Release-tijd
1 2
55
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
De
gesc
hikt
e fu
nctie
s ge
brui
ken
in u
itvoe
ringe
n
De helderheid van een klank veranderen en speciale eigenschappen toevoegen (FILTER)
U kan de helderheid van een klank veranderen en de klank bijzondere kenmerken geven met behulp van de FILTER 2-knop.
fig.Q-66
1 Draai aan de FILTER CUTOFF-knop.
Draait men deze naar rechts, dan wordt de klank helderder; draait men deze knop naar links dan wordt de klank donkerder.
2 Draai aan de FILTER RESONANCE-knop.
Draait men deze knop naar rechts, dan wordt het speciale karakter van de klank sterker; draait men deze knop naar links dan worden deze eigenschappen verminderd.
1 2
[MANUAL] en [ARPEGGIO/CONTROL] functiesWanneer [ARPEGGIO/CONTROL] op ON staat, kan u een andere parameter sturen met behulp van de LFO ENVELOPE 4 knop (pg. 74). Daarenboven kan u de vier knoppen gebruiken om de arpeggio-instellingen in real-time te veranderen als [ARPEGGIO ON/OFF] op ON staat en [ARPEGGIO/CONTROL] flikkert (pg. 74).
Als u [MANUAL] indrukt, worden de parameters die aan de zes knoppen zijn toegewezen, ingesteld op de waarden van de huidige knopposities (pg. 74).
Wanneer u meer details wil weten over het veranderen van de toon in
real-time
¥ ÒHoofdstuk 4. Tonen veranderen in real-timeÓ (pg. 71)
56
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
Alle instellingen van de RS-5/9 tegelijkertijd veranderen (Uitvoeringen selecteren)
De groep van tonen en drumsets die aan de zestien parts wordt toegewezen, wordt Òuitvoering Ó (performance) genoemd.
fig.Q-67exp
U kan de toonnummers die aan de parts zijn toegewezen opnemen, evenals de Key-modus, Arpeggio, Transpose en andere instellingen van de uitvoering.
Als u een groep instellingen in een uitvoering bewaart, kan u deze instellingen direct oproepen door simpelweg deze uitvoering te selecteren.
Uitvoeringen worden, net als tonen, onderverdeeld in twee groepen.
User
Hierin zijn standaard 128 voorbereide uitvoeringen opgeslagen. U kan deze echter overschrijven met de uitvoeringen die u zelf hebt gemaakt.
Preset
Hierin zitten 128 voorbereide uitvoeringen die niet kunnen worden overschreven of vervangen. U kan echter wel preset-uitvoeringsinstellingen oproepen in het tijdelijk gedeelte, ze wijzigen en ze daarna in het user-geheugen opslaan.
fig.Q-68
UitvoeringPart 16
Part 1
Toon/Drumset
31 2 4
57
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
De
gesc
hikt
e fu
nctie
s ge
brui
ken
in u
itvoe
ringe
n
1 Druk op [PERFORM/TONE] om het uitvoeringsselectiescherm op te roepen.
In Single-modusfig.Q-69exp
In Split- of Dual-modusfig.Q-70exp
2 Druk op [USER/PRESET] om de groep (User, Preset) te selecteren.
3 Druk op de numerieke toetsen ([1]Ð[0]) om het uitvoeringsnummer (1Ð128) te specifi�ren.
4 Druk op [ENTER] om de invoer te bevestigen.
UitvoeringsgroepUitvoeringsnummer
Part
UitvoeringsnaamUitvoeringsselectiescherm
Uitvoeringsnummer
UitvoeringsnummerLower part
Upper part
Uitvoeringsnaam
Uitvoeringsgroep
Uitvoerings- nummer
Uitvoerings-selectiescherm
Huidige part
Als ÒPERFORMÓ niet in de display staat, moet u nogmaals op [PERFORM/TONE] drukken om naar het uitvoeringsselectie-scherm te gaan.
Als u een fout maakt, moet u op [EXIT] drukken en het nummer opnieuw ingeven.
In plaats van stap 4 en 5 te gebruiken, kan u ook van uitvoering veranderen door VALUE [-]/[+] in te drukken.
Wanneer u de naam en het nummer van een uitvoering wil weten
¥ ÒUitvoeringslijstÓ (pg. 147)
Wanneer u wil weten welke instellingen in een uitvoering kunnen
worden opgeslagen
¥ ÒParameterlijst (Uitvoering)Ó (pg. 137)
Wanneer u een uitvoering die u hebt gemaakt in het user-geheugen wil opslaan
¥ ÒTonen bewaren / drumset / uitvoeringÓ (pg. 113)
58
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
De uitvoeringen die u bevallen eenvoudig selecteren (FAVORITE PERFORM BANK)
Door simpelweg op ��n knop te drukken, kan u uw favoriete uitvoeringen oproepen.
Gebruik uitvoeringen nadat u ze hebt ingeschreven in de FAVORITE PERFORM BANK knoppen onder de display.
Uitvoeringen inschrijvenDe RS-5/9 beschikt reeds over standaard ingeschreven uitvoeringen in de FAVORITE PERFORM BANK. U kan deze echter veranderen in uw eigen favoriete uitvoeringen.
fig.Q-71
1 Selecteer een uitvoering die u wil inschrijven (zie vorige paragraaf).
2 Houdt de [SHIFT] knop ingedrukt en druk op een van de FAVORITE PERFORM BANK knoppen [1]Ð[8].
De uitvoering wordt ingeschreven en in de display verschijnt ÒCompletedÓ.
Het lampje van de ingedrukte knop gaat branden.
De instellingen van FAVORITE PERFORM BANK be�nvloeden de RS-5/9 in zijn geheel (i.e., systeeminstellingen). Deze instellingen blijven in het geheugen bewaard, zelfs als de stroom uitstaat.
2
59
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
De
gesc
hikt
e fu
nctie
s ge
brui
ken
in u
itvoe
ringe
n
Uitvoeringen selecteren op een eenvoudige manier
1 Druk op een van de FAVORITE PERFORM BANK knoppen [1]Ð[8] waardoor het lampje van de knop gaat branden.
De uitvoering wordt opgeroepen die aan deze knop is toegewezen.
Als de uitvoering niet bewaard werdAls u de instellingen van de uitvoering wijzigt en stap 2 uitvoert zonder deze veranderingen te bewaren nadat u een uitvoering hebt geselecteerd, zal de RS-5/9 naar het Save-scherm overspringen.
fig.Q-72
De uitvoering wordt bewaard terwijl de uitvoeringsgroep en het uitvoeringsnummer terzelfdertijd in de knop worden ingeschreven.
3. Druk op de numerieke toetsen ([1]Ð[0]) om het bestemmingsnummer van Save (1Ð128) te bepalen.
4. Druk op [ENTER] om het nummer te bevestigen.
5. Druk nogmaals op [ENTER] om het bewaren uit te voeren.
De uitvoering wordt bewaard en in de display verschijnt ÒCompletedÓ.
De uitvoering wordt bewaard terwijl de uitvoeringsgroep en het uitvoeringsnummer terzelfdertijd in de knop worden ingeschreven.
Als u een fout maakt, moet u op [EXIT] drukken en het nummer opnieuw ingeven.
In plaats van stap 4 en 5 te gebruiken, kan u ook van uitvoering veranderen door VALUE [-]/[+] in te drukken.
Druk op [EXIT] om het inschrijven of het bewaren tijdens de handeling te annuleren.
1
60
De geschikte functies gebruiken in uitvoeringen
Direct overschakelen op de piano-modusMet een druk op ��n enkele knop, krijgt u de perfecte instelling voor piano-uitvoeringen.
fig.Q-73
1 Druk op [PIANO] waardoor het lampje gaat branden.
De meest geschikte uitvoering voor piano-uitvoeringen (Preset:127) wordt opgeroepen.
MERK OP
Dit kenmerk is alleen voorzien in de RS-9. Men kan er niet over beschikken in de RS-5.
MERK OP
Wanneer [PIANO] is ingedrukt, kan u de opgeroepen uitvoering niet veranderen.
61
Hoo
fdst
uk 1
Hoo
fdst
uk 2
Hoo
fdst
uk 3
Hoo
fdst
uk 4
Hoo
fdst
uk 5
Hoo
fdst
uk 6
Hoo
fdst
uk 7
Hoo
fdst
uk 8
Hoo
fdst
uk 9
Hoo
fdst
uk
10H
oofd
stuk
11
Gevorderd gebruik
62
Hoofdstuk 1. Overzicht van de RS-5/9
Basisorganisatie van de RS-5/9De RS-5/9 kan in twee grote delen worden onderverdeeld: een klaviersturing en een klankgenerator . De twee delen zijn intern verbonden met behulp van MIDI.fig.R01-01exp
KlaviersturingDit deel omvat het klavier, de pitch bend/modulatie-hendel, de paneelknoppen en, indien aanwezig, de pedalen die op het achterpaneel zijn aangesloten. Handelingen zoals het indrukken of het loslaten van de toetsen op het klavier, het loslaten van een pedaal, enz., worden omgezet in MIDI-commandoÕs en naar het klankgeneratordeel of een extern MIDI-toestel gestuurd.
KlankgeneratorHet klankgeneratordeel produceert de klank. Hier worden MIDI-commandoÕs die ontvangen worden vanuit de klaviersturing of een extern MIDI-toestel, omgezet in muzieksignalen die daarna worden uitgestuurd als analoge signalen vanuit de OUTPUT en PHONES-jacks.
Classificatie van de klanktypes van de RS-5/9 Als u de RS-5/9 gebruikt, zal u opmerken dat een groot gamma verschillende categorie�n een rol spelen in de verwerking van klanken. Hierna volgt een eenvoudige verduidelijking van elke klankcategorie.
ToonDe individuele klanken die gebruikt worden wanneer men de RS-5/9 bespeeld worden ÒTonen Ó genoemd. De 640 tonen die in het geheugen van de RS-5/9 zijn opgeslagen, worden onderverdeeld in twee soorten, waarbij het geheugen 128 User (gebruikers)-tonen en 512 Preset (vooringestelde)-tonen bevat. Aan elk deel (part) van een uitvoering worden tonen toegewezen.
DrumsetDrumsets zijn groepen van een aantal verschillende percussie-instrumentklanken. Aangezien percussie-instrumenten normaal geen melodie�n spelen, is het niet nodig dat een percussie-instrument een toonladder op het klavier kan spelen. Het is echter belangrijker dat u over zoveel mogelijk percussie-instrumenten tegelijkertijd kan beschikken. Daarom zijn de drumsets zo opgezet dat u over verschillende sets van percussie-instrumenten kan beschikken wanneer u verschillende toetsen (nootnummers) indrukt. Drumsets worden eveneens aan elke part van een uitvoering toegewezen.fig.R01-02exp
UitvoeringEen uitvoering is een gemeenschappelijke set van toewijzingen van de 16 verschillende tonen en drumsets. In uitvoeringen kan u ganse verzamelingen instellingen bewaren, met inbegrip van de toonnummers die aan elke part zijn toegewezen en van Key-modus, Arpeggio, Transpose en andere instellingen.Net zoals tonen worden uitvoeringen onderverdeeld in twee soorten, User en Preset met 128 User-uitvoeringen en 128 Preset-uitvoeringen.Men kan maximaal twee parts tegelijkertijd van op het klavier bewerken. Als u een externe sequencer aansluit, kan u met maximaal zestien parts tegelijkertijd werken, waardoor u van volledige ensemble-uitvoeringen kan genieten.fig.R01-03exp
Klaviersturingen (sturingen zoalsklavier, pitch bend-hendel, enz.)
Klank- generator-gedeelte
Speel
Nootnummer 98 (D7)
Nootnummer 97 (C#7)
Nootnummer 36 (C2)
Nootnummer 35 (B1)
Percussie-instrumentklank
Drumset
UitvoeringPart 16
Part 1
Toon/Drumset
63
Hoofdstuk 1. Overzicht van de RS-5/9
Cha
pter
1
Over geheugenGeheugen verwijst naar de zone waarin tonen en instellingen worden bewaard. Het geheugen van de RS-5/9 is onderverdeeld in drie zones: systeemgeheugen , User-
geheugen , en Preset-geheugen .
In het geheugen is een tijdelijke zone voorzien, waarin gegevens geplaatst worden wanneer u een toon of een uitvoering selecteert; de gegevens in de tijdelijke zone zijn wat u in werkelijkheid speelt en bewerkt.
SysteemgeheugenHet systeemgeheugen bewaart de opstartinstellingen van het systeem die bepalen hoe RS-5/9 functioneert.
User-geheugenDe inhoud van het User-geheugen kan overschreven worden en wordt gebruikt om de instellingen te bewaren die u cre�ert. U kan 128 tonen en128 uitvoeringen bewaren in het User-geheugen.
Preset-geheugenDe inhoud van het Preset-geheugen kan niet overschreven worden. Het Preset-geheugen bevat 512 tonen en 128 uitvoeringen.
De tijdelijke zoneAls u een toon of een uitvoering selecteert om deze te spelen of de instellingen er van te veranderen, dan wordt de geselecteerde toon of uitvoering opgeroepen naar een tijdelijk bewaargeheugen dat de tijdelijke zone wordt genoemd.
Wanneer een uitvoering wordt geselecteerd, wordt deze geselecteerde uitvoering uit de tijdelijke zone opgeroepen en daarna gespeeld.
Wanneer een toon wordt geselecteerd, wordt deze geselecteerde toon opgeroepen uit de upper of lower part van de uitvoering in de tijdelijke zone en wordt deze toon daarna gespeeld. Een uitvoering wordt steeds uit de tijdelijke zone opgeroepen.
De upper en lower parts kunnen alle parts van 1Ð 16 gebruiken. Wanneer de Key-modus op Single is ingesteld, wordt de upper part gebruikt. Wanneer de Key-modus op Split of Dual is ingesteld, worden zowel de upper als de lower part gebruikt.
De gegevens in het geheugen blijven behouden, zelfs wanneer de stroom uitgezet wordt en kunnen om het even wanneer opnieuw worden opgeroepen. De gegevens in de
tijdelijke zone gaan echter verloren wanneer de stroom wordt uitgezet.
Wanneer u toon- of uitvoeringsinstellingen verandert, wijzigt u niet meteen de instellingen die in het geheugen zijn opgeslagen, maar wel de gegevens die uit de tijdelijke zone zijn opgeroepen. Als u de gewijzigde gegevens in de tijdelijke zone wil bewaren, moet u ze in het User-geheugen opslaan.
Het wijzigen van systeeminstellingen heeft echter wel een directe invloed op de gegevens in het geheugen, zodat de gegevens altijd recent zijn. Daarom hoeft u niets te doen om deze gegevens te bewaren.
64
Hoofdstuk 1. Overzicht van de RS-5/9
Maximale polyfonieDe klankbron van de RS-5/9 kan maximaal 64 noten (stemmen) tegelijkertijd produceren. Als er gegevens worden ontvangen waarin geprobeerd wordt om meer dan dit aantal stemmen te spelen, zullen er noten wegvallen. Wanneer het aantal vereiste stemmen 64 overschrijdt, zal de RS-5/9 voorrang geven aan de later gespeelde noten en zullen de oudst klinkende noten uitgezet worden. Voor parts die u niet kan missen, moet u een geschikte Voice Reserve-instelling maken.
* Sommige tonen gebruiken 2 stemmen om ��n enkele toon te cre�ren. Gelieve de ÒToonlijstÓ (pg. 148) te raadplegen voor het aantal stemmen dat door elke toon gebruikt wordt.
Verhinderen dat noten van een belangrijke part worden afgesneden (Voice Reserve)Deze instelling bepaalt het aantal stemmen dat voor elke part zal worden gereserveerd wanneer er meer dan 64 stemmen tegelijkertijd worden gespeeld. Als bijvoorbeeld Voice Reserve op 6 wordt gezet voor part 1, zal part 1 altijd over 6 noten met een klankproducerende kwaliteit beschikken, zelfs wanneer er meer dan 64 noten (in totaal voor alle parts) worden gevraagd.
U kan afzonderlijke Voice Reserve-instellingen maken voor elke afzonderlijke part in een uitvoering.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒPerformance PartÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk op PART [ ]/[ ] om de part te selecteren.
5. Druk een aantal maal op de numerieke toets [5] om ÒVoice ReserveÓ te selecteren.
fig.R01-04exp
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [5] drukt, keert u terug naar het vorige onderwerp.
6. Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde in te stellen.
* De instellingen van alle parts kunnen in totaal het aantal 64 niet overschrijden. Het aantal resterende bruikbare stemmen zal tussen haakjes getoond worden. U moet dit bericht controleren wanneer u de Voice Reserve-parameter instelt.
* Herhaal stappen 4-6 als u instellingen wil maken voor andere parts.
7. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
De waarde van een instelling veranderenGebruik VALUE [-]/[+] of [0]Ð[9] (numerieke toetsen) om een waarde te veranderen.fig.R01-05
VALUE [-]/[+]Als u op VALUE [+] drukt, dan vermeerdert de waarde en drukt u op VALUE [-] dan vermindert ze. Voor een voortdurende aanpassing moet u de knop ingedrukt houden. Wenst u snellere waardeverhogingen, dan moet u VALUE [+] ingedrukt houden en op VALUE [-] drukken. Om de waarde sneller te laten verminderen, houdt u VALUE [-] ingedrukt en drukt u op VALUE [+].
U kan daarenboven de waarde met tien eenheden tegelijk veranderen wanneer u [SHIFT] ingedrukt houdt en op VALUE [+] of [-] drukt.
[0]–[9] (Numerieke toetsen)Hiermee kan u onmiddellijk het nummer specifi�ren bij het selecteren van tonen, drumsets of uitvoeringen. Wanneer u het nummer ingeeft, zal het nummer flikkeren. Dit betekent dat het nummer nog niet bevestigd is. Om het nummer te bevestigen, moet u op de [ENTER] knop drukken.
[EXIT]Druk hierop in situaties zoals wanneer u een fout hebt gemaakt bij het intikken van de numerieke toetsen, wanneer u een handeling wil annuleren of wanneer u naar het vorige scherm wil terugkeren nadat u instellingen hebt gemaakt.Er zullen minstens zoveel
stemmen klinkenResterende stemmen
65
Hoofdstuk 1. Overzicht van de RS-5/9
Cha
pter
1
Handige shortcutsDe RS-5/9 voorziet in verschillende handige shortcuts.
* [**] + [##] betekent dat u [**] moet ingedrukt houden en op
[##] drukken.
Het splitpunt veranderen (pg. 40)[SPLIT]+[EDIT]
De instelpagina van het splitpunt verschijnt in de display.
[SPLIT] + VALUE [-]/[+]
Het splitpunt kan ingesteld worden. Wanneer u [SPLIT] loslaat, verschijnt de vorige display opnieuw.
Arpeggio instellen (pg. 77)[ARPEGGIO ON/OFF]+[EDIT]
De instelpagina van Arpeggio Style verschijnt in de display.
[ARPEGGIO ON/OFF] + VALUE [-]/[+]
De arpeggiostijl kan ingesteld worden. Wanneer u [ARPEGGIO ON/OFF] loslaat, verschijnt de vorige display opnieuw.
Transpose instellen (pg. 48)[TRANSPOSE ON/OFF]+[EDIT]
De instelpagina van Transpose verschijnt in de display.
[TRANSPOSE ON/OFF] + VALUE [-]/[+]
De transpositie kan ingesteld worden. Wanneer u [TRANSPOSE ON/OFF] loslaat, verschijnt de vorige display opnieuw.
Het LCD-contrast instellen (pg. 16)[SHIFT]+[PHRASE PREVIEW]
De instelpagina van LCD-contrast verschijnt in de display.
Als noten “vastzitten” (PANIC)Gebruik de Panic-functie wanneer de klanken van de RS-5/9, of van een externe klankgenerator die met een MIDI-kabel aan de RS-5/9 is verbonden, door een handeling niet willen stoppen met spelen.
Wanneer klanken van de RS-5/9 niet stoppen met spelen1. Houdt [SHIFT] ingedrukt en druk op [PANIC].
De klanken van de RS-5/9 stoppen met spelen.
In de display verschijnt ÒPanic! Now MutingÓ terwijl de Panic-functie uitgevoerd wordt. Wanneer deze boodschap verdwijnt, kan u beginnen te spelen.
fig.R01-06
Wat u moet doen als een externe klankgenerator niet stopt met spelen1. Houdt [SHIFT] ingedrukt en druk langer dan ��n
seconde op [PANIC].
Verstuur de MIDI-commandoÕs All Sound Off, Reset All Controllers, Hold1 (0), Hold2 (0) en Sostenuto (0) voor alle MIDI-kanalen (parts).
In de display verschijnt ÒPanic! Now TransmittingÓ terwijl de Panic-functie uitgevoerd wordt. Wanneer deze boodschap verdwijnt, kan u beginnen te spelen.
fig.R01-07
66
Hoofdstuk 2. Instellingen van part-volume en pan
U kan afzonderlijke volume- en paninstellingen (plaatsing van het klankbeeld) maken voor elke individuele part in een uitvoering.
Niveau
Stel het volume van elke part in. Dit wordt meestal gebruikt voor het regelen van de volumebalans tussen parts wanneer de Key-modus op Split of Dual is ingesteld.
Waarde: 0Ð127
Pan
Wanneer stereo-output gebruikt wordt, stelt deze instelling de panpositie (stereoplaatsing)in van elke part. Wanneer men de waarde van L verhoogt, zal men meer klank horen die van de linkerkant komt. Op dezelfde manier zal er meer klank van rechts komen wanneer de waarde van R wordt verhoogd. Wanneer men instelt op RANDOM verkrijgt men een speciaal effect waarbij de klank bij elke aanslag van een toets zich willekeurig naar links en rechts verplaatst.
Waarde: RANDOM, L63Ð0Ð63R
* In de drumsets werd de panpositie van elk percussie-
instrument vastgelegd (pg. 112). Wanneer men de pan instelt
van een part waaraan een drumset is toegewezen, wordt de
panning van de volledige drumset verplaatst.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒPerformance PartÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk op PART [ ]/[ ] om de part te selecteren.
5. Druk een aantal maal op de numerieke toets [3] om het onderwerp te selecteren dat u wil instellen.
fig.R02-01
6. Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde in te stellen.
7. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
67
Cha
pter
3
Hoofdstuk 3. De uitvoeringskenmerken gebruiken
Enkelvoudige nootlijnen spelen (Solo)Deze functie is nuttig wanneer u een solo uitvoert met behulp van een enkelvoudige noottoon, zoals sax en fluit. U kan afzonderlijke Solo Switch-instellingen maken voor elke individuele part in een uitvoering.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒPerformance PartÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk op PART [ ]/[ ] om de part te selecteren.
* Wanneer de Key-modus (pg. 34) op Split of Dual staat, kan u
slechts twee parts selecteren, nl. de upper part en de lower
part.
5. Druk een aantal maal op de numerieke toets [9] om ÒSolo SwitchÓ te selecteren.
fig.R03-01
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [9] drukt, keert u terug
naar het vorige onderwerp.
6. Gebruik VALUE [-]/[+] en zet deze op ÒONÓ.
7. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
De toonhoogte van een klank vloeiend veranderen (Portamento)Portamento is een effect dat de toonhoogte vloeiend verandert van een klank vanaf de eerst gespeelde toets tot de toets die daarna wordt gespeeld. Als de Solo-schakelaar (zie vorige paragraaf) op ON staat, is portamento vooral effici�nt bij het simuleren van speeltechnieken zoals vioolglissandoÕs.
Portamento kan ook worden toegepast als de Solo Switch op OFF staat.
U kan afzonderlijke Portamento-instellingen maken voor elke individuele part in een uitvoering.
Portamento SW (Portamento-schakelaar)
Bepaalt of het portamento-effect aan (ON) of uit (OFF) staat.
Waarde: OFF, ON
Portamento-tijd
Wanneer portamento wordt gebruikt, wordt de tijdspanne bepaalt waarin de toonhoogte zal veranderen. Met hogere instellingen zal de toonhoogteverandering naar de volgende noot langer duren.
Waarde: 0Ð127
* De instelling van portamento-tijd staat uit wanneer de
Portamento-schakelaar op OFF staat.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒPerformance PartÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk op PART [ ]/[ ] om de part te selecteren.
* Wanneer de Key-modus (pg. 34) op Split of Dual staat, kan u
slechts twee parts selecteren, nl. de upper part en de lower
part.
5. Druk een aantal maal op de numerieke toets [9] om het onderwerp te selecteren dat u wil instellen.
fig.R03-02
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [9] drukt, keert u terug
naar het vorige onderwerp.
6. Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde in te stellen.
7. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
68
Hoofdstuk 3. De uitvoeringskenmerken gebruiken
Het volume bepalen door de kracht waarmee u de toetsen bespeelt (Velocity Sense)U kan bepalen hoe uw speeldynamiek op het klavier het volume zal be�nvloeden.
U kan afzonderlijke Velocity Sens-instellingen maken voor elke individuele part in een uitvoering.
Velo Sens Depth (Velocity Sens-diepte)
Als deze waarde verhoogd wordt, zullen kleine verschillen in uw speeldynamiek grote verschillen maken in het volume van de klank. Als deze waarde verlaagd wordt, zullen zelfs grote verschillen in uw speeldynamiek slechts een klein verschil maken in het volume van de klank.
Waarde: 0Ð127
Velo Sens Offset (Velocity Sens Offset)
Hoe hoger de waarde boven 64 is ingesteld, hoe luider de geproduceerde klank zal zijn, zelfs wanneer het klavier met minder kracht wordt bespeeld. Hoe lager de waarde onder de 64 is ingesteld, hoe minder luid de geproduceerde klank zal zijn, zelfs wanneer het klavier met grotere kracht wordt bespeeld.
Waarde: 0Ð127fig.R03-03exp
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒPerformance PartÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk op PART [ ]/[ ] om de part te selecteren.
* Wanneer de Key-modus (pg. 34) op Split of Dual staat, kan u
slechts twee parts selecteren, nl. de upper part en de lower
part.
5. Druk een aantal maal op de numerieke toets [9] om het onderwerp te selecteren dat uw wil instellen.
fig.R03-04
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [9] drukt, keert u terug
naar het vorige onderwerp.
6. Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde in te stellen.
7. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
Velo-diepte = 64, Velo Offset = 64 Velo-diepte = 32, Velo Offset = 64
Velo-diepte= 127, Velo Offset = 64 Velo-diepte= 64, Velo Offset = 32
Velo-diepte = 64, Velo Offset = 96 Velo-diepte= 64, Velo Offset = 127
Fig. 1 Fig. 2
Fig. 3 Fig. 4
Fig. 5 Fig. 6
Speeldynamiek op het klavier Speeldynamiek op het klavier
Speeldynamiek op het klavier Speeldynamiek op het klavier
Speeldynamiek op het klavier Speeldynamiek op het klavier
Het
hui
dige
kla
nkni
veau
Het
hui
dige
kla
nkni
veau
Het
hui
dige
kla
nkni
veau
Het
hui
dige
kla
nkni
veau
Het
hui
dige
kla
nkni
veau
Het
hui
dige
kla
nkni
veau
69
Hoofdstuk 3. De uitvoeringskenmerken gebruiken
Cha
pter
3
Uitvoeringen transponerenDe RS-5/9 is voorzien van de twee functies ÒTranspose Ó en ÒKey Shift Ó die u kan gebruiken om het toonaardbereik van datgene wat gespeeld wordt in stappen van een halve toon te verplaatsen. De Transpose-functie transponeert alle parts, terwijl Key Shift uitsluitend gespecifieerde parts transponeert.
Alle parts transponeren (TRANSPOSE ON/OFF)Gelieve Snel starten (pg. 48) te raadplegen voor instructies omtrent het instellen van Transpose.
Eén bepaalde part transponeren (Key Shift)Dit is nuttig in volgende situaties.
Tonen in een verschillend octaaf zetten
Wanneer de Keyboard-modus op Dual staat, kan u een rijkere klank cre�ren door de twee tonen in verschillende octaven te zetten.
Alleen de toon van een geselecteerde part in een lagere toonhoogte laten spelen
Wanneer de Keyboard-modus op Split staat en u een bastoon in de lower part speelt, dan kan u de Key Shift-functie gebruiken om de bas in een lagere toonhoogte te spelen.U kan afzonderlijke Key Shift-instellingen maken voor elke individuele part in een uitvoering.
* NootcommandoÕs vanuit de MIDI IN-connector worden eveneens getransponeerd.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒPerformance PartÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk op PART [ ]/[ ] om de part te selecteren.
* Wanneer de Key-modus (pg. 34) op Split of Dual staat, kan u slechts twee parts selecteren, nl. de upper part en de lower part.
5. Druk een aantal maal op de numerieke toets [4] om ÒKey ShiftÓ te selecteren.
fig.R03-05
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [4] drukt, keert u terug naar het vorige onderwerp.
6. Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde (-24-+24) in te stellen.
7. Druk op [EDIT].Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
Adem aan een klank toevoegen door tonen met verschillende toonhoogten in lagen te zetten (Fine Tune)Wanneer tonen met een klein verschil in toonhoogte samen worden gespeeld, wordt een klank gecre�erd die voller klinkt en meer adem heeft.
Wanneer de Key-modus in Dual (pg. 36) staat en dezelfde toon aan beide parts wordt toegewezen (pg. 37) moet u de Fine Tune-instelling voor slechts ��n van de parts maken.
* Het effect waarmee klanken met lichtjes verschillende
toonhoogten samen in lagen worden geplaatst, noemt men
ÒDetune Ó.
U kan afzonderlijke Fine-Tune-instellingen maken voor elke individuele part in een uitvoering.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒPerformance PartÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk op PART [ ]/[ ] om de part te selecteren.
* Wanneer de Key-modus (pg. 34) op Split of Dual staat, kan u slechts twee parts selecteren, nl. de upper part en de lower part.
5. Druk een aantal maal op de numerieke toets [4] om ÒFine TuneÓ te selecteren.
fig.R03-06
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [4] drukt, keert u terug naar het vorige onderwerp.
6. Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde (-100 tot +100) in te stellen.
* Een honderdste is 1/100ste van een halve toon.
7. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
70
Hoofdstuk 3. De uitvoeringskenmerken gebruiken
Wijzigen in zuivere stemming of een Arabische toonladder (Scale Tune)
Wat zijn gelijke stemming, zuivere stemming en Arabische toonladders?
Gelijke stemmingDeze stemming verdeelt een octaaf in 12 gelijke delen en is de meest gebruikte stemmethode in de Westerse muziek.
Zuivere stemmingIn vergelijking met gelijke stemming, hebben de drie hoofdakkoorden in de zuivere stemming een zuiverdere klank. Dit effect wordt echter slechts bereikt in ��n toonaard en drieklanken zullen dubbelzinnig klinken als u gaat transponeren.
Arabische toonladderIn vergelijking met gelijke stemming zijn E en B 1/2 een halve toon lager en zijn C#, F# en G# 1/2 een halve toon hoger. De intervallen vanaf GÐB, CÐE, FÐG#, A#ÐC# en D#ÐF# zijn neutrale tertsen (een tusseninterval tussen een grote terts en een kleine terts).
Scale Tune-instellingen makenU kan de Scale Tune-instellingen maken om zo een groot gamma toonladders te cre�ren. Met deze instellingen kan nauwkeurige aanpassingen maken in 1 honderdste (1/100ste van een halve toon) in de toonhoogte van elke CÐB noot.U kan afzonderlijke Scale Tune-instellingen maken voor elke individuele part in een uitvoering.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒPerformance PartÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk op PART [ ]/[ ] om de part te selecteren.
* Wanneer de Key-modus (pg. 34) op Split of Dual staat, kan u slechts twee parts selecteren, nl. de upper part en de lower part.
5. Druk een aantal maal op de numerieke toets [4] om ÒScale Tune CÓÐ ÒScale Tune BÓ te selecteren.
fig.R03-07
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [4] drukt, keert u terug naar het vorige onderwerp.
* U kan de toets indrukken om de naam van de klank waarvan u
de toonhoogte wil veranderen, direct te selecteren.
6. Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde (-64 tot +64) in te stellen.
* Herhaal stappen 5-6 als u instellingen wil maken voor andere
parts.
7. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
Instelvoorbeelden
* In dit voorbeeld kan de Arabische toonladder gespeeld worden
in de toonaard van G, C en F.
Noot naam
Gelijke stemming
Juiste stemming (in C)
Arabischetoonladder
C 0 0 -6
C# 0 -8 +45
D 0 +4 -2
D# 0 +16 -12
E 0 -14 -51
F 0 -2 -8
F# 0 -10 +43
G 0 +2 -4
G# 0 +14 +47
A 0 -16 0
A# 0 +14 -10
B 0 -12 -49
71
Cha
pter
4
Hoofdstuk 4. Tonen veranderen in real-time
U kan de pitch bend-hendel, de modulatiehendel en de sturingsknoppen van de RS-5/9 gebruiken om in real-time tonen te wijzigen. U kan de tonen eveneens veranderen met een pedaal die op de pedaal-jack is aangesloten.
De toonhoogte in real-time veranderen (Pitch Bend-hendel)Verplaats de hendel naar links om de toonhoogte te verlagen of naar rechts om de toonhoogte te verhogen terwijl u het klavier bespeelt.
Gelieve Snel starten (pg. 50) te raadplegen voor meer details over de Pitch Bend-hendel. fig.R04-01exp
De modulatiehendel gebruiken om de klank te veranderenDeze functie werd in de fabriek ingesteld om een vibrato-effect te produceren wanneer u de hendel van u weg duwt terwijl u een toets op het klavier indrukt.
U kan nog andere effecten dan vibrato aan de modulatiehendel toewijzen.fig.R04-02exp
* Wanneer de Key-modus op Dual staat wordt dit toegepast op
zowel de upper part als de lower part.
MOD (Modulatietoewijzing)
ÒTxCC#Ó verwijst naar het sturingsnummer dat vanuit de MIDI OUT-connector wordt gestuurd wanneer de modulatiehendel verplaatst wordt. Wanneer dit op AFTERTOUCH wordt ingesteld, wordt een Aftertouch-kanaalcommando verstuurd.
Als deze sturingsnummers vanuit de MIDI IN-connector worden ontvangen, krijgt men hetzelfde effect als wanneer de modulatiehendel wordt verplaatst.
Stel vooral in op AFTERTOUCH wanneer u de externe klankgenerator met behulp van Aftertouch-commandoÕs wil aansturen.
Pitch Bend
Modulatie
Waarde Tx CC# Functie/gewijzigde parameter
MODULATION CC01 Vibrato-effect
PORTAMENTO TIME
CC05 Voer part-Portamento-tijd uit (pg. 67)
VOLUME CC07 Voer part-niveau uit (pg. 66)
PAN CC10 Voer part-pan uit (pg. 66)
EXPRESSION CC11 Voer part-niveau uit (pg. 66)
PORTAMENTO CC65 Voer part-Portamento-schakelaar uit (pg. 67)
SOSTENUTO CC66 Behoudt de klank van de in-gedrukte toets
SOFT CC67 Verzacht de toon
RESONANCE CC71 Toon-filterresonantie (pg. 110)
RELEASE TIME CC72 Envelope Release-tijd van de toon (pg. 110)
ATTACK TIME CC73 Envelope Attack-tijd van de toon (pg. 110)
CUTOFF CC74 Filter Cutoff van de toon (pg. 110)
DECAY TIME CC75 Envelope Decay-tijd van de toon (pg. 110)
LFO RATE CC76 LFO-snelheid van de toon (pg. 110)
LFO DEPTH CC77 LFO-diepte van de toon (pg. 110)
LFO DELAY CC78 LFO-delay van de toon (pg. 110)
CHO SEND LEVEL
CC93 Voert Part Chorus Send-niveau uit (pg. 109)
REV SEND LEVEL CC91 Voert Part Reverb Send-niveau uit (pg. 110)
UP-LO BALANCE CC07 Voert Part Upper en Lower niveaus uit (pg. 66)
MFX PARAMETER 1
CC12 Multi-Effects Parameter op merkteken #1 (pg. 81)
MFX PARAMETER 2
CC13 Multi-Effects-parameter op merkteken#2 (pg. 81)
AFTERTOUCH Ñ-
72
Hoofdstuk 4. Tonen veranderen in real-time
* Merk het volgende op wanneer de instelling MFX
PARAMETER 1 of MFX PARAMETER 2 werd gemaakt.
¥ Wanneer het multi-effect type op 01 staat: STEREO EQ (pg. 82) of 41: LOFI (pg. 107), wordt het niveau veranderd ongeacht de MFX PARAMETER 1 of MFX PARAMETER 2 geselecteerd is.
¥ Wanneer het multi-effect type op 22 staat: 2VOICE PITCH SHIFTER (pg. 97), worden de twee parameters tegelijkertijd veranderd.
¥ Wanneer het multi-effect type op 23 staat: FBK PITCH SHIFTER (pg. 98), worden de twee parameters tegelijkertijd veranderd wanneer MFX PARAMETER 1 geselecteerd is.
¥ Hieronder wordt beschreven welke part of parts functioneren volgende de Source-instelling (pg. 80).
UPPER = Upper
LOWER = Lower
PERFORMANCE = Alle parts
* Bij het maken van de LFO RATE, LFO DEPTH of LFO
DELAY-instellingen, verschilt het bereikte effect afhankelijk
van het aan- of uitstaan van [LFO ON/OFF]. Wanneer [LFO
ON/OFF] uitstaat, zal LFO de toonhoogte veranderen (vibrato
effect). Wanneer [LFO ON/OFF] aanstaat, zal LFO de Filter
Cutoff afsnijfrequentie veranderen (wah-effect).
Voor elke afzonderlijke uitvoering kunnen verschillende modulatiehendelinstellingen worden gemaakt.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒTone/Drum/PFMCommonÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk een aantal maal op de numerieke toets [5] om ÒMODÓ te selecteren.
fig.R04-03
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [5] drukt, keert u terug
naar het vorige onderwerp.
5. Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde in te stellen.
6. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
73
Hoofdstuk 4. Tonen veranderen in real-time
Hoo
fdst
uk 4
Een pedaal gebruiken om de klank te veranderenAls u een externe pedaal, zoals een expressiepedaal (EV-5, afzonderlijk te koop), een pedaalschakelaar (DP-2/6, afzonderlijk te koop) of een voetschakelaar (BOSS FS-5U, afzonderlijk te koop) aansluit op de jack van PEDAL CONTROL, kan u deze pedaal gebruiken om de toon te wijzigen.
Net als met een modulatiehendel kan u de functie kiezen die wordt toegepast wanneer het pedaal wordt ingedrukt. Het pedaal wordt vooral gebruikt voor het veranderen van volumeniveaus (VOLUME, EXPRESSION en UP-LO BALANCE), sostenuto (SOSTENUTO) en als een soft-pedaal (SOFT).fig.R04-04
* Wanneer de Key-modus op Split en Dual staat, wordt dit
zowel op de upper als op de lower part toegepast.
Zie (pg. 71) voor een beschrijving van de instelwaarden.
Om de instellingen te maken, moet u ÒPEDALÓ selecteren (Control Pedal Assign) zoals hierboven in stap 4 (pg. 72).fig.R04-05
* Wanneer u het effect wil toepassen waardoor een gespeelde
klank blijft spelen (dit is het Òhold-effect Ó), dan moet u een
pedaalschakelaar (DP-2/6, afzonderlijk te koop) of een
voetschakelaar (BOSS FS-5U, afzonderlijk te koop) aansluiten
op de jack van PEDAL CONTROL. Wanneer Arpeggio
aanstaat, verandert dit in een Arpeggio Hold-functie. Hierdoor
kan u arpeggioÕs spelen zonder dat u de akkoorden moet blijven
indrukken (pg. 75).
De polariteit van het pedaal omwisselen (Pedal Polarity)Selecteer de polariteit van het pedaal. Bij sommige pedalen is het elektrische signaal dat door het pedaal wordt uitgestuurd wanneer het ingedrukt of losgelaten wordt, net tegenovergesteld aan dat van andere pedalen. Als uw pedaal het tegenovergestelde effect heeft dan hetgene u verwacht, moet u deze parameter op REVERSE instellen. Als u een Roland-pedaal gebruikt (zonder polariteitsschakelaar), moet u deze instelling op STANDARD zetten.
De instelling van Pedal Polarity be�nvloedt de RS-5/9 in zijn geheel (het is een systeeminstelling). Zulke instelling blijft in het geheugen bewaard, zelfs als de stroom uit staat.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒSystem SetupÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk een aantal maal op de numerieke toets [5] om de in te stellen parameter te selecteren.
Als u de polariteit instelt van het pedaal dat is aangesloten op de jack van PEDAL HOLD, moet u ÒCONTROL PEDAL PolarityÓ selecteren.
Als u de polariteit instelt van het pedaal dat is aangesloten op de jack van PEDAL HOLD, moet u ÒHOLD PEDAL PolarityÓ selecteren.
fig.R04-06
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [5] drukt, keert u terug
naar het vorige onderwerp.
5. Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde in te stellen op (STANDARD, REVERSE).
6. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
74
Hoofdstuk 4. Tonen veranderen in real-time
Een knop gebruiken om de klank te veranderenU kan de zes paneelknoppen gebruiken om de tonen in real-time te veranderen. De knopfuncties veranderen in functie van het feit of [ARPEGGIO/CONTROL] en/of [ARPEGGIO ON/OFF] aan- of uitgeschakeld zijn.fig.R04-07
* Het effect wordt zowel op de upper als op de lower part
toegepast wanneer de Key-modus op Split en Dual staat.
Wanneer men aan een knop draait, verschijnen de aan de knop toegewezen functie en zijn waarde tijdelijk in de display. fig.R04-08
Als [ARPEGGIO/CONTROL] op Off staatDe zes knoppen kunnen gebruikt worden om de waarden van de toon-parameters te veranderen, zoals op het paneel is weergegeven.
LFO RATE-knop: Tone LFO-snelheid (pg. 110)
LFO DEPTH-knop: Tone LFO-diepte (pg. 110)
ENVELOPE ATTACK-knop: Tone Envelope Attack-tijd (pg. 110)
ENVELOPE RELEASE-knop: Tone Envelope Release-tijd (pg. 110)
FILTER CUTOFF-knop: Tone Filter Cutoff (pg. 110)
FILTER RESONANCE-knop: Tone Filter-resonantie (pg. 110)
* Het effect dat men met de twee LFO-knoppen bereikt, varieert
afhankelijk van het feit of [LFO ON/OFF] aan- of
uitgeschakeld is. Wanneer [LFO ON/OFF] uitstaat, zal LFO
de toonhoogte veranderen (vibrato-effect). Wanneer [LFO ON/
OFF] aanstaat, zal LFO de afsnijfrequentie van de Filter
veranderen (wah-effect).
* Als men op [LFO ON/OFF] drukt wanneer de Key-modus op
Split of Dual is ingesteld, wordt dezelfde LFO Filter Sw-
waarde ingesteld in de beide part-tonen.
Wanneer [ARPEGGIO/CONTROL] op On staatMet behulp van de vier LFO en ENVELOPE-knoppen kan u de door u geselecteerde parameters sturen. De functies die van toepassing zijn wanneer er aan de knoppen wordt gedraaid, kunnen op dezelfde manier worden ingesteld als bij de modulatiehendel.
Zie (pg. 71) voor een beschrijving van de instelwaarden.
Voor het maken van instellingen moet u ÒCONTROL 1ÐCONTROL 4Ó (knoptoewijzing) selecteren in stap 4 (pg. 72).fig.R04-09
* U kan de twee FILTER-paneelknoppen gebruiken om de
parameterwaarden te veranderen van de toon die in de display
verschijnt.
Wanneer [ARPEGGIO ON/OFF] op On staatAls [ARPEGGIO ON/OFF] op ON staat, brengt elke druk op [ARPEGGIO/CONTROL] u naar ��n van de drie volgende indicatorstatussen: brandend, flikkerend of uitgedoofd.
Wanneer [ARPEGGIO/CONTROL] flikkert, kan u de Arpeggioparameters sturen met behulp van de LFO- en ENVELOPE-knoppen.
C1: Accentsnelheid (pg. 78)
C2: Shuffle-snelheid (pg. 78)
C3: Octaafbereik (pg. 78)
C4: Tempo (pg. 76)
* U kan de twee FILTER-paneelknoppen gebruiken om de
parameterwaarden te veranderen van de toon die in de display
verschijnt.
Naar de waarde gaan van de huidige knopposities (MANUAL)fig.R04-10
Wanneer u op [MANUAL] drukt, worden de parameters die aan de zes knoppen zijn toegewezen op de waarden van de huidige knopposities ingesteld.
* Het effect wordt zowel op de upper als op de lower part
toegepast wanneer de Key-modus op Split en Dual staat.
75
Hoo
fdst
uk 5
Hoofdstuk 5. De arpeggiator gebruiken
Met de arpeggiator van de RS-5/9 kan u een arpeggio (gebroken akkoord) maken door simpelweg een akkoord te spelen.
Wanneer de Key-modus is ingesteld op Split of Dual, kan u arpeggioÕs spelen in alle bereiken van het klavier.
Wanneer de Key-modus is ingesteld op Split zullen de akkoorden die in het lage bereik van het klavier worden gespeeld als arpeggioÕs klinken.
* Men kan alleen arpeggioÕs maken wanneer men op het klavier
van de RS-5/9 speelt. Het is niet mogelijk om arpeggioÕs te
maken met nootcommandoÕs vanuit de MIDI IN-connector.
* Arpeggio-gegevens worden uitgestuurd via de MIDI OUT-
connector.
De Arpeggio-functie aan en uit zetten (ARPEGGIO ON/OFF)U kan Arpeggio ON/OFF voor elke uitvoering afzonderlijk instellen.
1. Druk op de [ARPEGGIO ON/OFF] knop waardoor het lampje gaat branden.
In geval van ON staat het klavier in de Arpeggio-modus.
2. Druk nogmaals op de [ARPEGGIO ON/OFF] knop waardoor het lampje zal doven.
In geval van OFF functioneert de RS-5/9 in de normale uitvoeringsmodus.
* Als u een pedaalschakelaar (DP-2/6, afzonderlijk te koop) of een
voetschakelaar (BOSS FS-5U, afzonderlijk te koop) aansluit op de
jack van PEDAL CONTRO, kan u de arpeggio verderzetten wanneer
u het pedaal indrukt zonder dat u het akkoord moet blijven spelen.
* Pitch Bend kan niet op arpeggioÕs worden toegepast.
Tip voor het maken van arpeggiopatronenEr zijn in totaal negen zaken die u kan instellen om de arpeggiatie te sturen, maar ÒArpeggio StyleÓ is daarvan de belangrijkste. Het afspeelpatroon van de arpeggio wordt voornamelijk door deze instelling bepaald.
Wanneer u een arpeggiostijl selecteert, worden de vier parameters die in onderstaande lijst voorzien zijn van een asterisk (*) automatisch ingesteld. Hierdoor kan u het meest geschikte patroon oproepen door simpelweg de arpeggiostijl te selecteren. Nadat u de arpeggiostijl heeft geselecteerd, kan u het tempo- en octaafbereik, enz. naar wens instellen. Normaal bepaalt u het patroon op deze manier.
Wanneer alleen hiermee echter het gewenste patroon niet gevormd wordt, moet u proberen de instellingen te veranderen van de vier met een asterisk aangeduide parameters (Motif, Beat Ptrn, Shuffle Rate, and Accent Rate) om het gewenste resultaat te verkrijgen.
Arpeggiatorparameters die u kan instellen
Style (Arpeggio Style)Stelt de stijl van de arpeggio in. Selecteer uit de volgende 45 mogelijkheden. Kies LIMITLESS wanneer u een eigen stijl wil cre�ren.Waarde
1/4 Het ritme wordt verdeeld in vierde noten.
1/6 Het ritme wordt verdeeld in triolen van vierde noten.
1/8 Het ritme wordt verdeeld in achtste noten.
1/12 Het ritme wordt verdeeld in triolen van achtste noten.
1/16 Het ritme wordt verdeeld in zestiende noten.
1/32 Het ritme wordt verdeeld in 32ste no-ten.
PORTAMENTO A, B Een stijl die het portamento-effect gebruikt.
GLISSANDO Een glissando-stijl.
SEQUENCE AÐD Stijlen voor sequentiepatronen.
ECHO Een echo-achtige stijl
SYNTH BASS, HEAVY SLAP, LIGHT SLAP, WALK BASS
Stijlen geschikt voor het spelen van bas.
RHYTHM GTR AÐE Stijlen voor kort gespeelde gitaar. Stijlen BÐE zijn effici�nt wanneer 3Ð4 noten worden aangehouden.
3 FINGER GTR Drie-vingergitaarstijl.
STRUM GTR UP, STRUM GTR DOWN, STRUM GTR U&D
Gitaarakkoorden die op en neer ge-tokkeld worden. Effici�nt wanneer 5Ð6 notes noten worden aange-houden.
PIANO BACKING, CLAVI CHORD
Stijlen voor begeleiding van klavier-instrumenten.
WALTZ, SWING WALTZ
Stijlen in driekwartsmaat.
REGGAE Een reggae-stijl. Effici�nt wanneer 3 noten aangehouden worden.
PERCUSSION Effici�nte stijlen voor percussie-in-strumenten.
HARP De speelstijl van een harp.
SHAMISEN De speelstijl van een Shamisen.
BOUND BALL Een stijl die een botsbal suggereert.
RANDOM Een stijl waarin de noten in wille-keurige volgorde klinken.
BOSSANOVA Een stijl met kort gespeelde bossanovagitaar. Houdt 3-4 noten aan voor het beste resultaat. U kan het tempo opvoeren en het als Samba gebruiken.
SALSA Typische salsa-stijl. Houdt 3Ð4 noten aan voor het beste resultaat.
76
Hoofdstuk 5. De arpeggiator gebruiken
Motief *Stelt de volgorde in waarin de noten van het akkoord zullen klinken.
* Afhankelijk van de stijlinstellingen (pg. 75) is het mogelijk dat sommige keuzes niet beschikbaar zijn. Zie ÒArpeggio-stijllijstÓ (pg. 155) voor details i.v.m. de mogelijke waarden
Waarde
Beat Ptrn (Beat-patroon) *Selecteer het beat-patroon uit de onderstaande mogelijkheden. Deze instelling bepaalt de beat door be�nvloeding van de plaatsing van het accent en de lengte van de noten (ritme).
* Afhankelijk van de stijlinstellingen (pg. 75) is het mogelijk dat
sommige keuzes niet beschikbaar zijn. Zie ÒArpeggio-stijllijstÓ
(pg. 155) voor details i.v.m. de mogelijke waarden.
Waarde
1/4, 1/6, 1/8, 1/12, 1/16 1Ð3, 1/32 1Ð3, PORTA-A 01Ð11, PORTA-B 01Ð15, SEQ-A 1Ð7, SEQ-B 1Ð5, SEQ-C 1Ð2, SEQ-D 1Ð8, ECHO 1Ð3, MUTE 01Ð16, STRUM1Ð8, REGGAE1Ð2, REFRAIN1Ð2, PERC1Ð4, WALKBS, HARP, BOUND, RANDOM, BOSSA NOVA, SALSA 1Ð4, MAMBO 1Ð2, CLAVE, REV CLA, GUIRO, AGOGO, SAMBA, TANGO 1Ð4, HOUSE 1Ð2
* Wanneer PORTA-A 01Ð 11 en PORTA-B 01Ð 15 geselecteerd zijn, kan u Portamento-tijd (pg. 67) gebruiken om de portamento-attack te sturen. In dit geval is het niet nodig om de Portamento Sw op ON te zetten.
TempoStelt de snelheid in van de arpeggio.
Waarde: 20Ð250
* Als Sync Source (pg. 77) op MIDI staat, verschijnt Tempo
(=MIDI) in de display en wordt de RS-5/9 gesynchroniseerd
met de klok van het externe MIDI-toestel.
MAMBO Typische mambostijl. Houdt 3Ð4 no-ten aan voor het beste resultaat.
LATIN PERC Een ritmestijl met Zuid-Amerikaanse percussie-instrumenten zoals claves, cowbell, clap, bongo, conga, agogo enz.
SAMBA Typische sambastijl. Gebruik deze voor ritmepatronen en baslijnen.
TANGO Typische tango-ritmestijl. Houdt de grondnoot, 3de en 5de van een drie-klank enz. aan voor het beste resultaat.
HOUSE Stijl voor house-pianobegeleiding. Houdt 3Ð4 noten aan voor het beste resultaat.
LIMITLESS De instellingen van alle parameters kunnen zonder beperking naar keuze worden gecombineerd.
SINGLE UP Ingedrukte noten klinken afzonder-lijk, te beginnen van laag naar hoog.
SINGLE DOWN Ingedrukte noten klinken afzonder-lijk, te beginnen van hoog naar laag.
SINGLE UP&DOWN
Ingedrukte noten klinken afzonder-lijk, te beginnen van laag naar hoog en daarna terug van hoog naar laag.
SINGLE RANDOM Ingedrukte noten klinken afzonder-lijk in willekeurige volgorde.
DUAL UP Ingedrukte noten klinken met twee tegelijk, te beginnen van laag naar hoog.
DUAL DOWN Ingedrukte noten klinken met twee tegelijk, te beginnen van hoog naar laag.
DUAL UP&DOWN Ingedrukte noten klinken met twee tegelijk, te beginnen van laag naar hoog en daarna terug van hoog naar laag.
DUAL RANDOM Ingedrukte noten klinken met twee tegelijk in willekeurige volgorde.
TRIPLE UP Ingedrukte noten klinken met drie tegelijk, te beginnen van laag naar hoog.
TRIPLE DOWN Ingedrukte noten klinken met drie tegelijk, te beginnen van hoog naar laag.
TRIPLE UP&DOWN Ingedrukte noten klinken met drie tegelijk, te beginnen van laag naar hoog en daarna terug van hoog naar laag.
TRIPLE RANDOM Ingedrukte noten klinken met drie tegelijk in willekeurige volgorde.
NOTE ORDER Noten klinken in de volgorde waarin ze worden ingedrukt. Er kunnen tot 128 noten worden bewaard, zodat u melodielijnen kan cre�ren door de toetsen in de juiste volgorde in te drukken.
GLISSANDO Noten worden gespeeld in een stij-gende en dalende chromatische toon-ladder tussen de laagst en hoogst ingedrukte toetsen. Druk gewoon twee noten in, de laagste en de hoogste.
CHORD Alle ingedrukte noten klinken tege-lijkertijd.
BASS+CHORD 1Ð5 De laagste van de gespeelde noten klinkt en de resterende noten klinken als een akkoord.
BASS+UP 1Ð8 De laagste van de gespeelde noten klinkt en de resterende noten klinken als een arpeggio.
BASS+RANDOM 1Ð3 De laagste van de gespeelde noten klinkt en de resterende noten klinken in willekeurige volgorde
TOP+UP 1Ð6 De hoogste van de gespeelde noten klinkt en de resterende noten klinken als een arpeggio.
BASS+UP+TOP Simuleert het tokkelen op een folkgi-taar met een drie-vingertechniek
77
Hoofdstuk 5. De arpeggiator gebruiken
Hoo
fdst
uk 5
Octave Range (OctaafbereikRegelt het toetsbereik in octaven waarin de arpeggio zal gemaakt worden. Als u wil dat de arpeggio klinkt met alleen die noten die u in werkelijkheid speelt, moet u deze parameter op 0 zetten. Als de arpeggio moet klinken met de noten die u speelt en noten van 1 octaaf hoger, moet u deze parameter op +1 zetten. Bij een instelling van -1 klinkt de arpeggio met de noten die u speelt en met noten van 1 octaaf lager.
Waarde: -3Ð +3
Key Velocity (toetssnelheid)Stelt de snelheid of de kracht in van de klank op het moment dat een toets gespeeld wordt. Als u de snelheid wil gebruiken waaraan de noten in werkelijkheid worden gespeeld, moet u deze parameter op REAL zetten. Voor een constante snelheid, onafgezien van de kracht waarmee u het klavier bespeelt, moet u een waarde kiezen tussen 1Ð127.
Waarde: REAL, 1Ð127
Shuffle Rate *Met deze instelling kan u de timing van de noten veranderen om shuffle-ritmes te cre�ren. Bij een instelling van 50% klinken de noten met gelijke afstand. Wanneer deze waarde wordt verhoogd, zullen de noten meer gaan ÒbotsenÓ, alsof het gepunte noten waren.
Waarde: 50Ð90%fig.R05-01
* Als het Beat-patroon (pg. 76) 1/4 is, zal er geen shuffle-effect
zijn, zelfs niet wanner de Shuffle Rate-waarde verhoogd wordt.
Accent Rate *Wijzigt de sterkte van klemtonen en de lengte van de noten om het ÒgrooveÓ gevoel van de arpeggio aan te passen. Een instelling van 100% geeft het meest uitgesproken groove-gevoel.
Waarde: 0Ð100%
Sync SourceSpecifieert hoe het tempo van de arpeggio bepaald wordt. Normaal gezien moet dit op ÒINTÓ staan. Als u arpeggioÕs wil opnemen op uw sequencer of als u de arpeggiator wil synchroniseren met een extern toestel voor live-uitvoeringen moet deze instelling op ÒMIDIÓ staan.
Instellingen
INT: De arpeggiator wordt gesynchroniseerd met het tempo van de RS-5/9. Alle MIDI Clock-commandoÕs die vanuit een extern toestel worden ontvangen, worden genegeerd.
MIDI: Het arpeggiatortempo wordt gesynchroniseerd met de MIDI Clock-commandoÕs die vanuit een extern toestel worden ontvangen. Als er geen MIDI Clock-commandoÕs worden ontvangen vanuit een extern toestel zal de arpeggiator niet spelen.
* MIDI Clock is een commando waarmee MIDI-toestellen worden gesynchroniseerd die met een MIDI-kabel zijn verbonden. Als de RS-5/9 aangesloten is aan een MIDI-toestel zoals een sequencer kan u de instelling van Sync Source op MIDI zetten zodat de arpeggio in synchronisatie zal spelen met het afspelen van de sequencer. (ÒOver MIDIÓ pg. 118)
Een patroon creërenU kan voor elke uitvoering Arpeggio-instellingen maken.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒTone/Drum/PFMCommonÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk een aantal maal op de numerieke toets [0] om het door u gewenste onderwerp te selecteren.
fig.R05-02
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [0] drukt, keert u terug
naar het voorgaande onderwerp.
5. Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde in te stellen.
* Herhaal stappen 4Ð5 als u instellingen wil maken voor andere
parts.
6. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
90 10 90 1050 50 50 50
Shuffle-snelheid = 50% Shuffle-snelheid = 90%
Op een eenvoudige manier Arpeggio-instellingen maken
Als u [ARPEGGIO ON/OFF] ingedrukt houdt en op [EDIT] drukt, kan u rechtstreeks de ÒStyleÓ selecteren. Maak instellingen zoals uitgelegd in stappen 4Ð6 van de bovenstaande procedure.
Als u snel van arpeggiostijl wil kunnen veranderen, dan kan u ook [ARPEGGIO ON/OFF] ingedrukt houden en op VALUE [-]/[+] drukken waarmee u alleen de ÒStyleÓ instelling verandert. Wanneer u [ARPEGGIO ON/OFF] loslaat, zal het vorige scherm opnieuw verschijnen.
78
Hoofdstuk 5. De arpeggiator gebruiken
De knoppen gebruiken om patronen in real-time te veranderenMet behulp van knoppen C1Ð C4 kan u patronen in real-time veranderen.
1. Druk op de [ARPEGGOP ON/OFF] knop waardoor het lampje gaat branden.
Nu kan u arpeggioÕs maken wanneer er akkoorden worden gespeeld.
2. Druk verschillende malen op [ARPEGGIO/CONTROL] waardoor het lampje gaat flikkeren.
* Als het lampje gaat branden, moet u nogmaals op
[ARPEGGIO/CONTROL] drukken.
Met behulp van knoppen C1Ð C4 kan u elk van de volgende parameterinstellingen in real-time veranderen.
C1: Accent Rate (pg. 77)
C2: Shuffle Rate (pg. 77)
C3: Octave Range (pg. 77)
C4: Tempo (pg. 76)
Wanneer [ARPEGGIO ON/OFF] op ON staat, verwisselt het lampje van [ARPEGGIO/CONTROL] telkens de knop wordt ingedrukt en verandert van brandend naar flikkerend en gedoofd.
Wanneer het lampje uit is, kan u de LFO Rate, LFO Depth, Envelope Attack en Envelope Release in real-time veranderen (pg. 71).
Wanneer het lampje brandt, kan u de parameter die u zelf hebt ingesteld in real-time veranderen (pg. 71).
79
Hoo
fdst
uk 6
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
De RS-5/9 is voorzien van drie effectprocessoren: multi-effecten, chorus en reverb. Voor elke effectprocessor afzonderlijk kunnen instellingen worden gemaakt.
Er zijn 42 soorten multi-effecten, 8 soorten chorus en 8 soorten reverb. In een uitvoering kan u ��n effect van elk type gebruiken.
De Effectfunctie aan en uit zetten (EFFECTS ON/OFF)Om een effectprocessor te doen functioneren (multi-effecten, chorus, reverb) moet u zijn schakelaar aanzetten.
Zet deze instellingen uit wanneer u naar de onbewerkte klank wil luisteren wanneer u een klank cre�ert of wanneer u externe effectapparatuur wil gebruiken in plaats van de ingebouwde effecten.
De On/Off-instellingen voor elk effect be�nvloeden de RS-5/9 in zijn geheel (het zijn systeeminstellingen). Zulke instellingen blijven in het geheugen bewaard, zelfs wanneer de stroom uitstaat.
In de fabrieksinstellingen werden de drie effecten op ON gezet.
1. Druk op [EFFECTS ON/OFF] waardoor het lampje gaat flikkeren.
Het instelscherm van Multi-effects On/Off verschijnt in de display.
fig.Q-48
2. Druk op VALUE [-]/[+] om het effect aan of uit te zetten.
3. Druk op [EFFECTS ON/OFF].
Daarna verschijnt het instelscherm van Chorus On/Off in de display.
fig.Q-49
4. Druk op VALUE [-]/[+] om het effect aan of uit te zetten.
5. Druk op [EFFECTS ON/OFF].
Daarna verschijnt het instelscherm van Reverb On/Off in de display.
fig.Q-50
6. Druk op VALUE [-]/[+] om het effect aan of uit te zetten.
7. Druk op [EFFECTS ON/OFF] om naar het originele scherm terug te keren.
Het lampje van [EFFECTS ON/OFF] gaat branden wanneer ��n van de drie effecten aan staat.
* Wanneer u tijdens de handeling naar het originele scherm wil
gaan, moet u op [EXIT] drukken.
* Als de drie effecten uitstaan, zal het lampje van [EFFECTS
ON/OFF] doven.
80
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Het effectsignaalpadOnderstaande figuur toont de weg die door de effectsignalen wordt gevolgd.fig.R06-01exp
* Deze instelling kan u alleen maar maken wanneer Source is ingesteld op PERFORMANCE in de MULTI-FX schakelaarinstelling van de part. Wanneer Source op
UPPER of LOWER is ingesteld, zal de MULTI-FX SWITCH van de upper of lower part automatisch ingeschakeld worden en worden alle andere parts uitgeschakeld.
Multi-Effectinstellingen makenIn een uitvoering kan u slechts ��n soort multi-effect gebruiken.
Zorg er voor steeds te beginnen met het instellen van
Source (Multi-Effects Source). Hier moet u de te gebruiken multi-effectinstelling selecteren die op een bepaalde toepassing of doel gebaseerd is.
Daarna selecteert u het type en dan stelt u alle parameters in (pg. 81).
In elke afzonderlijke part kan u alleen dan selecteren of u de multi-effecten wil gebruiken (ON) of niet (OFF) als Source op PERFORMANCE is ingesteld (pg. 107).
De Multi-Effects Source instellenSelecteer de multi-effectinstellingen die u wil gebruiken op basis van de door u bedachte toepassing of doel.
U kan verschillende Multi-Effects Source-instellingen maken voor elke afzonderlijke uitvoering.
Source (Multi-Effects Source)
Waarde:
UPPER: De multi-effectinstellingen van de hoge tonen worden gebruikt. Het multi-effect wordt alleen op de upper part toegepast.
LOWER: De multi-effectinstellingen van de lage tonen worden gebruikt. Het multi-effect wordt alleen op de lower part toegepast
PERFORMANCE: De multi-effect-instellingen van de uitvoering worden gebruikt. Hetzelfde multi-effect wordt op alle parts (1Ð16) toegepast.
Maak elke instelling volgens het gewenste doel, zoals hieronder aangegeven.
Stel in op UPPER:
¥ wanneer de Key-modus is ingesteld op Single en u de toon wil gebruiken waarop de multi-effecten worden toegepast.
¥ Wanneer de Key-modus is ingesteld op Split en u de toon wil gebruiken waarop de multi-effecten worden toegepast in de upper part.
Stel in op LOWER:
¥ Wanneer de Key-modus is ingesteld op Split en u de toon wil gebruiken waarop de multi-effecten worden toegepast in de lower part.
Stel in op PERFORMANCE:
¥ Wanneer de Key-modus is ingesteld op Split of Dual en u dezelfde multi-effecten wil toevoegen aan de tonen van beide parts.
¥ Als u niet wil dat de multi-effecten veranderen wanneer u van toon of drumset verandert.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒTone/Drum/PFMCommonÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk een aantal maal op [6] om ÒSourceÓ te selecteren.fig.R06-02
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [6] drukt, keert u terug
naar het voorgaande onderwerp.
5. Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde in te stellen.
Multi-FX
Chorus
Reverb OUTPUT(R, L(MONO))
Cho SendLevel naar Rev
M-FX Send Level naar Cho M-FX Send
Level naar RevPart M-FX
SW
Part ChoSend-niveau
Part Rev Send-niveau
ToonDrumset
*
81
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Hoo
fdst
uk 6
6. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
Selecteer het type en stel elke parameter inEr zijn 42 soorten multi-effecten. U kan elk van deze effecten selecteren. Nadat u het type hebt geselecteerd, kan u de waarde van elk van de parameters veranderen.
* Wanneer Source is ingesteld op UPPER of LOWER worden
de instellingen van Type en van de parameters gebruikt als de
instellingen voor de toon of de drumset die aan deze part is
toegewezen. Wanneer Source op PERFORMANCE staat,
worden deze instellingen toegepast op de uitvoering.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒTone/Drum/PFMCommonÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk een aantal maal op de numerieke toets [6] om het onderwerp te selecteren dat u wil instellen.
fig.R06-03
* Wat in de linkse bovenhoek van de display is aangeduid,
verandert in functie van de waarde van de Source-instelling.
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [6] drukt, keert u terug
naar het voorgaande onderwerp.
5. Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde in te stellen.
* Herhaal stappen 4Ð5 als u instellingen wil maken voor andere
parts.
6. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
Type (Multi-Effects Type)
U kan kiezen uit de volgende 42 verschillende multi-effecten.
Daarnaast kan u de parameters voor elk soort multi-effect op de volgende paginaÕs vinden.
Waarde:
00: THROUGH (pg. 82)
01: STEREO EQ (pg. 82)
02: OVERDRIVE (pg. 83)
03: DISTORTION (pg. 83)
04: PHASER (pg. 84)
05: SPECTRUM (pg. 84)
06: ENHANCER (pg. 85)
07: AUTO WAH (pg. 85)
08: ROTARY (pg. 86)
09: COMPRESSOR (pg. 87)
10: LIMITER (pg. 87)
11: HEXA-CHORUS (pg. 88)
12: TREMOLO CHORUS (pg. 88)
13: SPACE-D (pg. 89)
14: STEREO CHORUS (pg. 89)
15: STEREO FLANGER (pg. 90)
16: STEP FLANGER (pg. 91)
17: STEREO DELAY (pg. 92)
18: MODULATION DELAY (pg. 93)
19: TRIPLE TAP DELAY (pg. 94)
20: QUADRUPLE TAP DELAY (pg. 95)
21: TIME CONTROL DELAY (pg. 96)
22: 2VOICE PITCH SHIFTER (pg. 96)
23: FBK PITCH SHIFTER (pg. 97)
24: REVERB (pg. 98)
25: GATED REVERB (pg. 99)
26: OVERDRIVE → CHORUS (pg. 99)
27: OVERDRIVE → FLANGER (pg. 100)
28: OVERDRIVE → DELAY (pg. 100)
29: DISTORTION → CHORUS (pg. 101)
30: DISTORTION → FLANGER (pg. 101)
31: DISTORTION → DELAY (pg. 101)
32: ENHANCER → CHORUS (pg. 102)
33: ENHANCER → FLANGER (pg. 102)
34: ENHANCER → DELAY (pg. 103)
35: CHORUS → DELAY (pg. 103)
36: FLANGER → DELAY (pg. 104)
37: CHORUS → FLANGER (pg. 104)
38: CHORUS/DELAY (pg. 105)
39: FLANGER/DELAY (pg. 105)
40: CHORUS/FLANGER (pg. 105)
41: LOFI (pg. 106)
42: SLICER (pg. 106)
* Waarden voor parameters die met #1 or #2 zijn gemerkt,
kunnen in real-time veranderd worden met de
modulatiehendel of de knoppen. Zie (pg. 71) voor meer details.
82
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Send Levl to Cho (Multi-effect verzendniveau naar chorus)
Stelt de hoeveelheid multi-effectklank in dat naar de chorus wordt gestuurd. Hogere waarden resulteren in meer verstuurde klank.
Waarde: 0Ð127
* Deze parameter is voorzien in elk soort multi-effect.
Send Levl to Rev (Multi-effect verzendniveau naar reverb)
Stelt de hoeveelheid multi-effectklank in dat naar de reverb wordt gestuurd. Hogere waarden resulteren in meer verstuurde klank.
Waarde: 0Ð127
* Deze parameter is voorzien in elk soort multi-effect.
00: THROUGHEr worden geen effecten toegepast. Selecteer dit wanneer u tonen of drumsets cre�ert die geen multi-effecten gebruiken.
01: STEREO EQ (Stereo-equalizer)Dit is een vierbandsstereo-equalizer (laag, midden x 2, hoog).fig.MFX-01
Low Freq (Lage frequentie)
Selecteert de frequentie van het lage bereik (200 Hz/400 Hz).
Waarde: 200, 400 [Hz]
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de lage frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
High Freq (Hoge frequentie)
Selecteert de frequentie van het hoge bereik (4000 Hz/8000 Hz).
Waarde: 4000, 8000 [Hz]
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de hoge frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Mid1 Freq (Midden 1 frequentie)
Past de frequentie aan van Middle 1 (middenbereik).
Waarde: 200Ð8000 [Hz]
Mid1 Q (Midden 1 Q)
Deze parameter past de breedte aan van het gebied rond de Midden 1-frequentie dat door de instelling van Gain zal worden be�nvloed. Hogere Q-waarden resulteren in een smaller gebied dat zal worden be�nvloed.
Waarde: 0.5, 1.0, 2.0, 4.0, 8.0
Mid1 Gain (Midden 1-ingangsgevoeligheid)
Past de ingangsgevoeligheid aan van het gebied dat door de instellingen van de Midden 1-frequentie en Q wordt bepaald.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Mid2 Freq (Midden 2-frequentie)
Past de frequentie aan van Midden 2 (middenbereik).
Waarde: 200Ð8000 [Hz]
Mid2 Q (Midden 2 Q)
Deze parameter past de breedte aan van het gebied rond de Midden 2-frequentie dat door de instelling van Gain zal worden be�nvloed. Hogere Q-waarden resulteren in een smaller gebied dat zal worden be�nvloed.
Waarde: 0.5, 1.0, 2.0, 4.0, 8.0
Mid2 Gain (Midden - ingangsgevoeligheid)
Past de ingangsgevoeligheid aan van het gebied dat door de instellingen van de Midden 2-frequentie en Q wordt bepaald.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Level (Uitgangsvolume) #1, #2
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
L in
R in
L uit
R uit
4-Band EQ
4-Band EQ
83
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Hoo
fdst
uk 6
02: OVERDRIVE (oversturing)Dit effect cre�ert een zachte vervorming die vergelijkbaar is met die van vacu�m buisversterkers.fig.MFX-02
Drive #1
Past de graad van vervorming aan. Het volume verandert samen met de graad van vervorming.
Waarde: 0Ð127
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de lage frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de hoge frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB
Amp Type (Amp Simulator Type)
Selecteert het soort gitaarversterker.
Waarde
SMALL: kleine versterker
BUILT-IN: versterker met 1 toestel
2-STACK: grote dubbelgestapelde versterker
3-STACK: grote driedubbelgestapelde versterker
Pan (Output Pan) #2
Past het stereobeeld aan van de uitgaande klank. L64 is uiterst links, 0 is het midden en 63R is uiterst rechts.
Waarde: L64Ð 63R
03: DISTORTIONDit effect produceert een intensere vervorming dan Overdrive.fig.MFX-03
Drive #1
Past de graad van vervorming aan. Het volume verandert samen met de graad van vervorming.
Waarde: 0Ð127
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de lage frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de hoge frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB
Amp Type (Amp Simulator Type)
Selecteert het soort gitaarversterker.
Waarde
SMALL: kleine versterker
BUILT-IN: versterker met 1 toestel
2-STACK: grote dubbelgestapelde versterker
3-STACK: grote driedubbelgestapelde versterker
Pan (Output Pan) #2
Past het stereobeeld aan van de uitgaande klank. L64 is uiterst links, 0 is het midden en 63R is uiterst rechts.
Waarde: L64Ð 63R
AmpSimulator
2-BandEQ
L in
R in
Overdrive
L uit
R uitPan R
Pan LL in
R in
L uit
R uitPan R
Pan LAmpSimulator
2-BandEQ
Distortion
84
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
04: PHASEREen phaser voegt een in fasen verschoven geluid toe aan de directe klank, waardoor een gedraaide modulatie gevormd wordt die ruimtelijkheid en diepte cre�ert. fig.MFX-04
Manual #1
Past de basisfrequentie aan waarin de klank zal gemoduleerd worden.
Waarde: 100Ð8000 [Hz]
Rate #2
Past de modulatiefrequentie (periode) aan.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Depth
Past de modulatiediepte aan.
Waarde: 0Ð127
Resonance
Past de hoeveelheid feedback aan voor de phaser.
Waarde: 0Ð127
Mix (Mix-niveau)
Past de verhouding aan waarin de phaser-klank met de directe klank wordt gecombineerd.
Waarde: 0Ð127
Pan (Output Pan)
Past het stereobeeld aan van de uitgaande klank. L64 is uiterst links, 0 is het midden en 63R is uiterst rechts.
Waarde: L64Ð 63R
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
05: SPECTRUMSpectrum is een soort filter die de klankkleur verandert door het niveau op bepaalde frequenties te vergroten of af te snijden.
Het is vergelijkbaar met een equalizer, maar heeft 8 frequentiepunten die vastliggen op de plaatsen die het meest geschikt zijn om karakter aan een klank te geven.fig.MFX-05
Band 1 (Band 1 Gain)
Past het 250 Hz-niveau aan.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Band 2 (Band 2 Gain)
Past het 500 Hz-niveau aan.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Band 3 (Band 3 Gain)
Past het 1000 Hz-niveau aan.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Band 4 (Band 4 Gain)
Past het 1250 Hz-niveau aan.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Band 5 (Band 5 Gain)
Past het 2000 Hz-niveau aan.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Band 6 (Band 6 Gain)
Past het 3150 Hz-niveau aan.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Band 7 (Band 7 Gain)
Past het 4000 Hz-niveau aan.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Band 8 (Band 8 Gain)
Past het 8000 Hz-niveau aan.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Q
Past tegelijkertijd de breedte aan van alle aangepaste bereiken van alle frequentiebanden.
Waarde: 0.5, 1.0, 2.0, 4.0, 8.0
Phaser
Resonance
Mix
L in
R in
L uit
R uitPan R
Pan L
Spectrum
L uit
R uitPan R
Pan LL in
R in
85
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Hoo
fdst
uk 6
Pan (Output Pan) #1
Past het stereobeeld aan van de uitgaande klank. L64 is uiterst links, 0 is het midden en 63R is uiterst rechts.
Waarde: L64Ð 63R
Level (Uitgangsvolume) #2
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
06: ENHANCERDe enhancer stuurt de overtoonstructuur van de hoge frequenties en maakt de klank sprankelend en strak.fig.MFX-06
Sens (Gevoeligheid) #1
Past de gevoeligheid aan van de enhancer.
Waarde: 0Ð127
Mix (Mix-niveau) #2
Past de verhouding aan waarin de overtonen die door de enhancer worden gevormd met de directe klank gecombineerd worden.
Waarde: 0Ð127
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de lage frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de hoge frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
07: AUTO WAHHet auto wah-effect stuurt een filter op cyclische wijze om een cyclische verandering in klankkleur te bereiken.fig.MFX-07
Filter Type
Selecteert het soort filter.
Waarde
LPF: Het wah-effect wordt toegepast in een breed frequentiebereik.
BPF: Het wah-effect wordt toegepast in een smal frequentiebereik.
Sens (Sensitivity)
Past de gevoeligheid aan waarmee de filter wordt gestuurd.
Waarde: 0Ð127
Manual #1
Past de middenfrequentie aan waarin het effect wordt toegepast.
Waarde: 0Ð127
Peak
Past de hoeveelheid wah-effect aan dat wordt toegepast in het bereik van de middenfrequentie. Met lagere instellingen wordt het effect toegepast in een breed bereik rond de middenfrequentie. Met hogere instellingen wordt het effect toegepast in een smaller bereik.
Waarde: 0Ð127
Rate #2
Past de modulatiefrequentie aan.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Depth
Past de modulatiediepte aan.
Waarde: 0Ð127
Polarity
Stelt de richting in waarin de frequentie zal veranderen wanneer de auto-wah filter gemoduleerd wordt. Met een Up-instelling verandert de filter naar een hogere frequentie. Met een Down-instelling verandert de filter naar een lagere frequentie.
Waarde: UP, DOWN
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
L in
R in
L uit
R uitMix
MixEnhancer
Enhancer2-Band
EQ
2-BandEQ
Auto Wah
L uit
R uit
L in
R in
86
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
08: ROTARYHet rotary-effect simuleert de klank van roterende luidsprekers die vroeger dikwijls werden gebruikt bij oude elektrische orgels.
Aangezien de beweging van de hoge en de lage bereikrotors onafhankelijk kan worden ingesteld, kan dit unieke type van luidsprekermodulatie zeer nauwkeurig worden nagebootst. Dit effect is het meest geschikt voor elektrische orgel-patches.fig.MFX-08
Low Slow (Lage frequentie Lage snelheid)
Past de lage snelheid (SLOW) aan van de lage frequentierotor.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Low Fast (Lage frequentie Hoge snelheid)
Past de hoge snelheid (FAST) aan van de lage frequentierotor.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Low Accel (Lage frequentieversnelling)
Past de tijd aan die nodig is voor de lage frequentierotor om de nieuw geselecteerde snelheid te bereiken wanneer men wisselt van snel naar traag (of traag naar snel). Lagere waarden vergen meer tijd.
Waarde: 0Ð15
Low Level (Laag frequentieniveau)
Past het volume aan van de lage frequentierotor.
Waarde: 0Ð127
High Slow (Hoge frequentie Lage snelheid)
Past de lage snelheid (SLOW) aan van de hoge frequentierotor.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
High Fast (Hoge frequentie Hoge snelheid)
Past de hoge snelheid (FAST) aan van de hoge frequentierotor.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
High Accel (Hoge frequentieversnelling)
Past de tijd aan die nodig is voor de hoge frequentierotor om de nieuw geselecteerde snelheid te bereiken wanneer men wisselt van snel naar traag (of traag naar snel). Lagere waarden vergen meer tijd.
Waarde: 0Ð15
High Level (Hoog frequentieniveau)
Past het volume aan van de hoge frequentierotor.
Waarde: 0Ð127
Separation
Past de ruimtelijke spreiding aan van de klank.
Waarde: 0Ð127
Speed #1
Verwisselt tegelijkertijd de rotatiesnelheid van de lage en de hoge frequentierotor.
Waarde
SLOW: Vertraag de rotatie tot de gespecifieerde snelheid (de Low Slow/Hi Slow-waarden).
FAST: Versnel de rotatie tot de gespecifieerde snelheid (de Low Fast/Hi Fast-waarden).
* Wanneer u de pedaalschakelaar wil gebruiken om de
rotatiesnelheid van Rotary te veranderen, moet u de MFX
PARAMETER 1 instellen in Control Pedal Assign (pg. 73).
Level (Uitgangsvolume) #2
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
L uit
R uit
L in
R in
Rotary
87
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Hoo
fdst
uk 6
09: COMPRESSORDe compressor nivelleert hoge niveaus en vergroot lage niveaus en neemt zo de ongelijkheid in volume weg.fig.MFX-09
Attack (Attack-tijd)
Past de attack-tijd aan van de ingevoerde klank.
Waarde: 0Ð127
Sustain
Past de tijd aan waarin klanken met een laag niveau worden vergroot tot ze een bepaald volume bereiken.
Waarde: 0Ð127
Post Gain
Past de uitgaande gain aan.
Waarde: 0, +6, +12, +18 [dB]
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de lage frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de hoge frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB
Pan (Output Pan) #1
Plaatst het stereobeeld van de uitgaande klank. L64 is uiterst links, 0 is het midden en 63R is uiterst rechts.
Waarde: L64Ð 63R
Level (Uitgangsvolume) #2
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
10: LIMITERDe limiter drukt signalen samen die een bepaald volume overschrijden, zodat er geen vervorming optreedt.fig.MFX-10
Threshold (Threshold-niveau)
Past het volume aan waarop de compressie begint.
Waarde: 0Ð127
Ratio (Compressieverhouding)
Past de compressieverhouding aan.
Waarde: 1.5:1, 2:1, 4:1, 100:1
Release (Release-tijd)
Past de tijd aan waarin het volume onder het Threshold -niveau valt tot wanneer er niet langer compressie wordt toegepast.
Waarde: 0Ð127
Post Gain
Past de uitgaande gain aan.
Waarde: 0, +6, +12, +18 [dB]
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de lage frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de hoge frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB
Pan (Output Pan) #1
Plaatst het stereobeeld van de uitgaande klank. L64 is uiterst links, 0 is het midden en 63R is uiterst rechts.
Waarde: L64Ð 63R
Level (Uitgangsvolume) #2
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
L in
R in
L uit
R uitPan R
Pan LCompressor 2-Band
EQ
L in
R in
L uit
R uitPan R
Pan LLimiter 2-Band
EQ
88
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
11: HEXA-CHORUSHexa-chorus gebruikt een zesfasige chorus (zes lagen chorus-klank) om de klank rijkdom en ruimtelijkheid te geven.fig.MFX-11
Pre Delay (Pre Delay-tijd)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de chorus-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð100 [ms]
Rate #1
Past de modulatiesnelheid aan.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Depth
Past de modulatiediepte aan.
Waarde: 0Ð127
Pre Delay Dev (Pre Delay-omlegging)
Pre Delay bepaalt de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de verwerkte klank hoort. Pre Delay Deviation past de verschillen aan in Pre Delay tussen elke chorus-klank.
Waarde: 0Ð20
Depth Dev (Depth-omlegging)
Past het verschil aan in modulatiediepte tussen elke chorus-klank.
Waarde: -20Ð +20
Pan Dev (Pan-omlegging)
Past het verschil aan in stereobeeld tussen elke chorus-klank. Met een instelling van 0 staan alle chorus-klanken in het midden. Met een instelling van 20 worden alle chorus-klanken op intervallen van 60 graden t.o.v. het midden geplaatst.
Waarde: 0Ð20
Balance (Effectbalans) #2
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de chorus-klank. Met een instelling van D100:0W wordt alleen de directe klank uitgestuurd en met een instelling van D0:100W wordt alleen de chorus-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
12: TREMOLO CHORUSTremolo chorus is een chorus-effect met toegevoegde tremolo (cyclische modulatie van het volume).fig.MFX-12
Pre Delay (Pre Delay-tijd)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de chorus-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð100 [ms]
Chorus Rate
Past de modulatiesnelheid aan van het chorus-effect.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Chorus Depth
Past de modulatiediepte aan van het chorus-effect.
Waarde: 0Ð127
Tremolo Phase
Past de ruimtelijke spreiding aan van het tremolo-effect.
Waarde: 0Ð180 [deg]
Tremolo Rate #1
Past de modulatiesnelheid aan van het tremolo-effect.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Tremolo Sep (Tremoloscheiding)
Past de spreiding aan van het tremolo-effect.
Waarde: 0Ð127
Balance (Effectbalans) #2
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de tremolo chorus-klank. Met een instelling van D100:0W wordt alleen de directe klank uitgestuurd en met een instelling van D0:100W wordt alleen de tremolo chorus-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Balans W
Balans W
L in
R in
L uit
R uit
Hexa-Chorus
Balans D
Balans D
Tremolo Chorus
L in
R in
L uit
R uitBalans D
Balans D
Balans W
Balans W
89
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Hoo
fdst
uk 6
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
13: SPACE-DSpace-D is een meervoudige chorus die tweefasenmodulatie toepast in stereo. Het geeft geen modulatie-indruk, maar produceert een transparant chorus-effect.fig.MFX-13
Pre Delay (Pre Delay-tijd)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de directe klank begint tot men de verwerkte klank hoort.
Waarde: 0.0Ð100 [ms]
Rate #1
Past de modulatiesnelheid aan.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Depth
Past de modulatiediepte aan.
Waarde: 0Ð127
Phase
Past de ruimtelijke spreiding aan van de klank.
Waarde: 0Ð180 [deg]
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de lage frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de hoge frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Balance (Effectbalans) #2
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de chorus-klank. Met een instelling van D100:0W wordt alleen de directe klank uitgestuurd en met een instelling van D0:100W wordt alleen de chorus-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
14: STEREO CHORUSDit is een stereo chorus. Er is een filter voorzien zodat u de klankkleur van de chorus-klank kan aanpassen.fig.MFX-14
Pre Delay (Pre Delay-tijd)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de directe klank begint tot men de verwerkte klank hoort.
Waarde: 0.0Ð100 [ms]
Rate #1
Past de modulatiesnelheid aan.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Depth
Past de modulatiediepte aan.
Waarde: 0Ð127
Phase
Past de ruimtelijke spreiding aan van de klank.
Waarde: 0Ð180 [deg]
Filter Type
Selecteert het soort filter.
Waarde
OFF: er wordt geen filter gebruikt
LPF: snijdt het frequentiebereik boven de afsnijfrequentie
HPF: snijdt het frequentiebereik onder de afsnijfrequentie
Cutoff Freq (Afsnijfrequentie)
Past de basisfrequentie van de filter aan.
Waarde: 200Ð8000 [Hz]
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de lage frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
L in
R in
Space-D
Space-D
L uit
R uit
2-BandEQ
2-BandEQ
Balans W
Balans W
Balans D
Balans DL in
R in
Chorus
Chorus
L uit
R uit
2-BandEQ
2-BandEQ
Balans W
Balans W
Balans D
Balans D
90
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de hoge frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB
Balance (Effect Balance) #2
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de chorus-klank. Met een instelling van D100:0W wordt alleen de directe klank uitgestuurd en met een instelling van D0:100W wordt alleen de chorus-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
15: STEREO FLANGERDit is een stereo flanger. (De LFO heeft links en rechts dezelfde fase). Hij produceert een metaalachtige resonantie die stijgt en daalt zoals een straaljager die opstijgt of landt. Er is een filter voorzien zodat u de klankkleur van de flanger-klank kan aanpassen.fig.MFX-15
Pre Delay (Pre Delay Time)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de directe klank begint tot men de flanger-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð100 [ms]
Rate #1
Past de modulatiesnelheid aan.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Depth
Past de modulatiediepte aan.
Waarde: 0Ð127
Feedback (Feedback-niveau) #2
Past de hoeveelheid (%) verwerkte klank aan die naar de invoer wordt teruggestuurd. Positieve (+) instellingen sturen de klank in fase terug en negatieve (-) instellingen sturen de klank in omgekeerde fase terug.
Waarde: -98Ð +98 [%]
Phase
Past de ruimtelijke spreiding aan van de klank.
Waarde: 0Ð180 [deg]
Filter Type
Selecteert het soort filter.
Waarde
OFF: er wordt geen filter gebruikt
LPF: snijdt het frequentiebereik boven de afsnijfrequentie
HPF: snijdt het frequentiebereik onder de afsnijfrequentie
Cutoff Freq (Cutoff Frequency)
Past de basisfrequentie van de filter aan.
Waarde: 200Ð8000 [Hz]
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de lage frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de hoge frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Balance (Effectbalans)
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de flanger-klank. Met een instelling van D100:0W wordt alleen de directe klank uitgestuurd en met een instelling van D0:100W wordt alleen de flanger-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
R in R uit
L in L uit
Flanger
FeedbackFeedback
Flanger
Balans W
Balans D
Balans W
Balans D
2-BandEQ
2-BandEQ
91
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Hoo
fdst
uk 6
16: STEP FLANGERHet Step Flanger-effect is een flanger waarin de toonhoogte van de flanger stapsgewijs verandert.fig.MFX-16
Pre Delay (Pre Delay Time)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de directe klank begint tot men de flanger-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð100 [ms]
Rate
Past de modulatiesnelheid aan.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Depth
Past de modulatiediepte aan.
Waarde: 0Ð127
Feedback (Feedback Level) #1
Past de hoeveelheid (%) flanger klank aan die naar de invoer wordt teruggestuurd. Negatieve (-) instellingen draaien de fase om.
Waarde: -98Ð +98 [%]
Phase
Past de ruimtelijke spreiding aan van de klank.
Waarde: 0Ð180 [deg]
Step Rate #2
Past de snelheid (periode) aan van toonhoogteverandering.
Waarde: 0.1Ð20.0 [Hz], nootwaardesymbolen
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de lage frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de hoge frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Balance (Effectbalans)
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de flanger-klank. Met een instelling van D100:0W wordt alleen de directe klank uitgestuurd en met een instelling van D0:100W wordt alleen de flanger-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
R in R uit
L in L uit
FeedbackFeedback
Balans W
Balans D
Balans W
Balans D
2-BandEQ
2-BandEQ
Step Flanger
Step Flanger
De Step Rate-parameter kan ingesteld worden als een nootwaarde van een bepaald tempo. Bepaal in dit geval de waarde van de gewenste noot. De tempo-instelling (pg. 76) verandert in het basistempo.
92
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
17: STEREO DELAYDit is een stereo delay.
Wanneer de Feedback-modus NORMAAL is:fig.MFX-17a
Wanneer de Feedback-modus OMGEKEERD is:fig.MFX-17b
Delay Left (Delay-tijd links)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de linkse delay-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð500 [ms]
Delay Right (Delay-tijd rechts)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de rechtse delay-klank hoort.
Waarde 0.0Ð500 [ms]
Feedback (Feedback-niveau) #1
Past de hoeveelheid (%) delay-klank aan die naar het effect wordt teruggestuurd. Negatieve (-) instellingen draaien de fase om.
Waarde: -98Ð +98 [%]
Feedback Mode
Selecteert de manier waarop de delay-klank terug naar het effect wordt gestuurd.
Waarde
NORMAAL:De linkse delay-klank wordt teruggestuurd naar de linkse delay en de rechtse delay-klank wordt teruggestuurd naar de rechtse delay.
OMGEKEERD:De linkse delay-klank wordt teruggestuurd naar de rechtse delay en de rechtse delay-klank wordt teruggestuurd naar de linkse delay.
Phase Left (Feedback-fase links)
Selecteert de fase van de linkse delay-klank.
Waarde
NORMAAL:De fase is niet veranderd.
OMGEKEERD:De fase is omgekeerd.
Phase Right (Feedback-fase rechts)
Selecteert de fase van de rechtse delay-klank.
Waarde
NORMAAL:De fase is niet veranderd.
OMGEKEERD:De fase is omgekeerd.
HF Damp
Past de frequentie aan waarboven de klank wordt afgesneden die naar het effect wordt teruggestuurd. Als u de hoge frequenties van de feedback niet wil afsnijden, moet u deze parameter op BYPASS zetten.
Waarde: 200Ð8000 [Hz], BYPASS
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de lage frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de hoge frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Balance (Effectbalans)
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de delay-klank. Met een instelling van D100:0W wordt alleen de directe klank uitgestuurd en met een instelling van D0:100W wordt alleen de delay-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
R in R uit
L in L uit
FeedbackFeedback
Balans W
Balans D
Balans W
Balans D
2-BandEQ
2-BandEQ
Delay
Delay
R in R uit
L in L uit
FeedbackFeedback
Balans W
Balans D
Balans W
Balans D
2-BandEQ
2-BandEQ
Delay
Delay
93
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Hoo
fdst
uk 6
18: MODULATION DELAYDit effect voegt modulatie toe aan de delay-klank, waardoor een effect ontstaat dat te vergelijken is met een flanger.
Wanneer de Feedback-modus NORMAAL is:fig.MFX-18a
Wanneer de Feedback-modus OMGEKEERD is:fig.MFX-18b
Delay Left (Delay-tijd links)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de linkse delay-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð500 [ms]
Delay Right (Delay-tijd rechts)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de rechtse delay-klank hoort.
Waarde 0.0Ð500 [ms]
Feedback (Feedback-niveau) #1
Past de hoeveelheid (%) delay-klank aan die naar het effect wordt teruggestuurd. Negatieve (-) instellingen draaien de fase om.
Waarde: -98Ð +98 [%]
Feedback Mode
Selecteert de manier waarop de delay-klank terug naar het effect wordt gestuurd.
Waarde
NORMAAL:De linkse delay-klank wordt teruggestuurd naar de linkse delay en de rechtse delay-klank wordt teruggestuurd naar de rechtse delay.
OMGEKEERD:De linkse delay-klank wordt teruggestuurd naar de rechtse delay en de rechtse delay-klank wordt teruggestuurd naar de linkse delay.
Rate #1
Past de modulatiesnelheid aan.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Depth
Past de modulatiediepte aan.
Waarde: 0Ð127
Phase
Past de ruimtelijke spreiding aan van de klank.
Waarde: 0Ð180 [deg]
HF Damp
Past de frequentie aan waarboven de klank wordt afgesneden die naar het effect wordt teruggestuurd. Als u de hoge frequenties van de feedback niet wil afsnijden, moet u deze parameter op BYPASS zetten.
Waarde: 200Ð8000 [Hz], BYPASS
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de lage frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de hoge frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Balance (Effectbalans)
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de modulatiedelay-klank. Met een instelling van D100:0W wordt alleen de directe klank uitgestuurd en met een instelling van D0:100W wordt alleen de modulatiedelay-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
R in R uit
L in L uit
FeedbackFeedback
Balans W
Balans D
Balans W
Balans D
2-BandEQ
2-BandEQ
Delay
Delay
Modulation
Modulation
R in R uit
L in L uit
FeedbackFeedback
Balans W
Balans D
Balans W
Balans D
2-BandEQ
2-BandEQ
Delay
Delay
Modulation
Modulation
94
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
19: TRIPLE TAP DELAYDe Triple Tap Delay produceert drie delay-klanken: midden, links en rechts.fig.MFX-19
Delay Center (Delay Time Center)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de centrale delay-klank hoort.
Waarde: 200Ð1000 [ms], nootwaardesymbolen
Delay Left (Delay-tijd links)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de linkse delay-klank hoort.
Waarde: 200Ð1000 [ms], nootwaardesymbolen
Delay Right (Delay-tijd rechts)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de rechtse delay-klank hoort.
Waarde: 200Ð1000 [ms], nootwaardesymbolen
Feedback (Feedback Level) #1
Past de hoeveelheid (%) delay-klank aan die naar het effect wordt teruggestuurd. Negatieve (-) instellingen draaien de fase om.
Waarde: -98Ð +98 [%]
Center Level
Past het volume aan van de centrale delay-klank.
Waarde: 0Ð127
Left Level
Past het volume aan van de linkse delay-klank.
Waarde: 0Ð127
Right Level
Past het volume aan van de rechtse delay-klank.
Waarde: 0Ð127
HF Damp
Past de frequentie aan waarboven de klank wordt afgesneden die naar het effect wordt teruggestuurd. Als u de hoge frequenties van de feedback niet wil afsnijden, moet u deze parameter op BYPASS zetten.
Waarde: 200Ð8000 [Hz], BYPASS
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de lage frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de hoge frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Balance (Effectbalans)
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de delay-klank. Met een instelling van D100:0W wordt alleen de directe klank uitgestuurd en met een instelling van D0:100W wordt alleen de delay-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
L in
R in
L uit
R uit
Rechtse Tap
Triple Tap Delay
2-BandEQ
2-BandEQ
Balans W
Balans D
Balans W
Balans D
Feedback
Center Tap
Linkse Tap
De delay C, delay L en delay R-parameters kunnen worden ingesteld als een nootwaarde van een bepaald tempo. Bepaal in dit geval de waarde van de gewenste noot. De tempo-instelling (pg. 76) verandert in het basistempo.
95
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Hoo
fdst
uk 6
20: QUADRUPLE TAP DELAYDe Quadruple Tap Delay heeft vier delays.fig.MFX-20a
De stereopositie van elke delay-klank is als volgt.fig.MFX-20b
Delay 1 (Delay-tijd 1)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de delay 1-klank hoort.
Waarde: 200Ð1000 [ms], nootwaardesymbolen
Delay 2 (Delay-tijd 2)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de delay 2-klank hoort.
Waarde: 200Ð1000 [ms], nootwaardesymbolen
Delay 3 (Delay-tijd 3)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de delay 3-klank hoort.
Waarde: 200Ð1000 [ms], nootwaardesymbolen
Delay 4 (Delay-tijd 4)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de delay 4-klank hoort.
Waarde: 200Ð1000 [ms], nootwaardesymbolen
Level 1
Past het volume aan van de delay 1-klank.
Waarde: 0Ð127
Level 2
Past het volume aan van de delay 2-klank.
Waarde: 0Ð127
Level 3
Past het volume aan van de delay 3-klank.
Waarde: 0Ð127
Level 4
Past het volume aan van de delay 4-klank.
Waarde: 0Ð127
Feedback (Feedback-niveau) #1
Past de hoeveelheid (%) delay-klank aan die naar het effect wordt teruggestuurd. Negatieve (-) instellingen draaien de fase om.
Waarde: -98Ð +98 [%]
HF Damp
Past de frequentie aan waarboven de klank wordt afgesneden die naar het effect wordt teruggestuurd. Als u de hoge frequenties van de feedback niet wil afsnijden, moet u deze parameter op BYPASS zetten.
Waarde: 200Ð8000 [Hz], BYPASS
Balance (Effectbalans)
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de delay-klank. Met een instelling van D100:0W wordt alleen de directe klank uitgestuurd en met een instelling van D0:100W wordt alleen de delay-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
L in
R in
L uit
R uit
Quadruple Tap Delay
Balans W
Balans D
Balans W
Balans D
Delay 1
Delay 2
Delay 3
Delay 4
Feedback
1
2 3
4
L R
De delay 1Ð4 parameters kunnen worden ingesteld als een nootwaarde van een bepaald tempo.Bepaal in dit geval de waarde van de gewenste noot. De tempo-instelling (pg. 76) verandert in het basistempo.
96
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
21: TIME CONTROL DELAYU kan de modulatiehendel en de knoppen gebruiken om de delay-tijd en de toonhoogte in real-time te veranderen (pg. 71). Als men de delay verlengt, zal de toonhoogte verlagen; verkort men de delay, dan verhoogt de toonhoogte.fig.MFX-21
Delay (Delay-tijd) #1
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de delay-klank hoort.
Waarde: 200Ð1000 [ms]
Acceleration
Deze parameter past de tijd aan waarin de Delay-tijd verandert van de huidige instelling in de nieuw bepaalde instelling. De snelheidsverandering van de Delay-tijd heeft een rechtstreekse invloed op de snelheid van de toonhoogteverandering.
Waarde: 0Ð15
Feedback (Feedback-niveau) #2
Past de hoeveelheid (%) delay-klank aan die naar het effect wordt teruggestuurd. Negatieve (-) instellingen draaien de fase om.
Waarde: -98Ð +98 [%]
HF Damp
Past de frequentie aan waarboven de klank wordt afgesneden die naar het effect wordt teruggestuurd. Als u de hoge frequenties van de feedback niet wil afsnijden, moet u deze parameter op BYPASS zetten.
Waarde: 200Ð8000 [Hz], BYPASS
Pan (Output Pan)
Past het stereobeeld aan van de uitgaande klank. L64 is uiterst links, 0 is het midden en 63R is uiterst rechts.
Waarde: L64Ð63R
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de lage frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van de hoge frequentie.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Balance (Effectbalans)
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de delay-klank. Met een instelling van D100:0W wordt alleen de directe klank uitgestuurd en met een instelling van D0:100W wordt alleen de delay-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
22: 2VOICE PITCH SHIFTEREen Pitch Shifter verschuift de toonhoogte van de directe klank. Deze 2-stemmen pitch shifter heeft twee pitch shifters en kan twee pitch shift-klanken aan de directe klank toevoegen.fig.MFX-22
Coarse A (Coarse Pitch A) #1
Past de toonhoogte van Pitch Shift A aan in stappen van een halve toon (-2Ð+1 octaven).
Waarde: -24Ð +12 [half]
Fine A (Fine Pitch A) #1
Maakt nauwkeurige aanpassingen aan de toonhoogte van Pitch Shift A in stappen van twee honderdsten (-100Ð+100 honderdste).
Een honderdste is 1/100se van een halve toon.
Waarde: -100Ð +100 [honderdste]
Pan A (Output Pan A)
Past het stereobeeld aan van de Pitch Shift A-klank. L64 is uiterst links, 0 is het midden en 63R is uiterst rechts.
Waarde: L64Ð63R
Pre Delay A (Pre Delay-tijd A)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de Pitch Shift A-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð500 [ms]
L in
R in
L uit
R uit2-BandEQ
Balans W
Balans W
Balans D
Balans D
2-BandEQ
Feedback
Time Control Delay
L in
R in
L uit
R uit
2Voice Pitch Shifter
Niveaubalans ABalans W
Balans D
Balans W
Balans D
Niveaubalans BPanB R
PanA L
PanA R
PanB L
97
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Hoo
fdst
uk 6
Coarse B (Coarse Pitch B) #2
Past de toonhoogte van Pitch Shift B aan in stappen van een halve toon (-2Ð+1 octaven).
Waarde: -24Ð +12 [half]
Fine B (Fine Pitch B) #2
Maakt nauwkeurige aanpassingen aan de toonhoogte van Pitch Shift B in stappen van twee honderdsten (-100Ð+100 honderdste).
Een honderdste is 1/100se van een halve toon.
Waarde: -100Ð +100 [honderdste]
Pan B (Output Pan B)
Past het stereobeeld aan van de Pitch Shift B-klank. L64 is uiterst links, 0 is het midden en 63R is uiterst rechts.
Waarde: L64Ð63R
Pre Delay B (Pre Delay-tijd B)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de Pitch Shift B-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð500 [ms]
Mode (Pitch Shifter-modus)
Hogere instellingen van deze parameter resulteren in een tragere respons maar in een vastere toonhoogte.
Waarde: 1, 2, 3, 4, 5
Lev Balance (Niveaubalans)
Past de volumebalans aan tussen Pitch Shift A en Pitch Shift B-klanken.
Waarde: A100:0BÐA0:100B
Balance (Effectbalans)
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de pitch shift-klank. Met een instelling van D100:0W wordt alleen de directe klank uitgestuurd en met een instelling van D0:100W wordt alleen de pitch shift-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
23: FBK PITCH SHIFTER (Feedback Pitch Shifter)Met deze pitch shifter kan u pitch shift-klanken terugsturen naar het effect.fig.MFX-23
Coarse (Coarse Pitch) #1
Past de toonhoogte van de pitch shift-klank aan in stappen van een halve toon (-2Ð+1 octaven).
Waarde: -24Ð +12 [half]
Fine (Fine Pitch) #1
Maakt nauwkeurige aanpassingen aan de toonhoogte van de pitch shift-klank in stappen van twee honderdsten (-2Ð+1 octaven).
Waarde: -100Ð +100 [honderdste]
Feedback (Feedback-niveau) #2
Past de hoeveelheid (%) verwerkte klank aan die naar het effect wordt teruggestuurd. Negatieve (-) instellingen draaien de fase om.
Waarde : -98Ð +98 [%]
Pre Delay (Pre Delay-tijd)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de pitch shift-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð500 [ms]
Mode (Pitch Shifter-modus)
Hogere instellingen van deze parameter resulteren in een tragere respons maar in een vastere toonhoogte.
Waarde: 1, 2, 3, 4, 5
Pan (Output Pan)
Past het stereobeeld aan van de pitch shift-klank. L64 is uiterst links, 0 is het midden en 63R is uiterst rechts.
Waarde: L64Ð63R
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van het lage frequentiebereik.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
L in
R in
L uit
R uit2-BandEQ
Balans W
Balans W
Balans D
Balans D
2-BandEQ
Feedback
Pitch Shifter
98
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van het hoge frequentiebereik.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Balance (Effectbalans)
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de pitch shift-klank. Met een instelling van D100:0W wordt alleen de directe klank uitgestuurd en met een instelling van D0:100W wordt alleen de pitch shift-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
24: REVERBHet Reverb-effect voegt galmt toe aan de klank en simuleert een akoestische ruimte.fig.MFX-24
Type (Reverb Type)
Selecteer het soort Reverb.
Value
ROOM1: dichte galm met korte uitsterftijd
ROOM2: brede galm met korte uitsterftijd
STAGE1: galm met een grotere late nagalm
STAGE2: galm met sterke vroege reflecties
HALL1: galm met heldere nagalm
HALL2: galm met rijke nagalm
Pre Delay (Pre Delay Time)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de klank begint tot men de reverb-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð100 [ms]
Time (Reverb Time) #1
Past de tijdsduur van de galm aan.
Waarde: 0Ð127
HF Damp
Past de frequentie aan waarboven de galmklank wordt afgesneden. Als de frequentie lager wordt gezet, wordt er meer van de hoge frequenties afgesneden waardoor men een zachtere en stillere galm krijgt. Als u niet wil dat de hoge frequenties worden afgesneden, dan moet u deze parameter op BYPASS zetten.
Waarde: 200Ð8000 [Hz], BYPASS
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van het lage frequentiebereik.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van het hoge frequentiebereik.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Balance (Effectbalans)
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de reverb-klank. Met een instelling van D100:0W wordt alleen de directe klank uitgestuurd en met een instelling van D0:100W wordt alleen de reverb-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
L in
R in
L uit
R uit
Reverb
2-BandEQ
Balans W
Balans W
Balans D
Balans D
2-BandEQ
99
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Hoo
fdst
uk 6
25: GATED REVERBGate Reverb is een speciaal soort reverb waarin de galmklank voor zijn natuurlijke lengte wordt afgesneden.fig.MFX-25
Type (Gated Reverb Type)
Selecteert het soort reverb.
Waarde
NORMAL: conventionele gate reverb
REVERSE: omgedraaide reverb
SWEEP1: de galmklank beweegt van rechts naar links
SWEEP2: de galmklank beweegt van links naar rechts
Pre Delay (Pre Delay-tijd)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de directe klank begint tot men de reverb-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð100 [ms]
Gate Time
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de reverb gehoord wordt tot wanneer hij verdwijnt.
Waarde: 5Ð500 [ms]
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van het lage frequentiebereik.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van het hoge frequentiebereik.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Balance (Effectbalans)
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de reverb-klank. Met een instelling van D100:0W wordt alleen de directe klank uitgestuurd en met een instelling van D0:100W wordt alleen de reverb-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
26: OVERDRIVE→CHORUSDit effect maakt een seri�le verbinding tussen een overdrive en een chorus.fig.MFX-26
OD Drive
Past de graad van overdrive-vervorming aan. Het volume verandert tegelijk met de graad van de vervorming.
Waarde: 0Ð127
OD Pan (Overdrive Pan) #1
Past het stereobeeld aan van de overdrive-klank. L64 is uiterst links, 0 is het midden en 63R is uiterst rechts.
Waarde: L64Ð63R
Chorus Delay (Chorus Pre Delay-tijd)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de directe klank begint tot men de chorus-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð100 [ms]
Chorus Rate
Past de modulatiesnelheid aan van het choruseffect.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Chorus Depth
Past de modulatiediepte aan van het choruseffect.
Waarde: 0Ð127
Chorus Bal (Chorus-balans) #2
Past de volumebalans aan tussen de overdrive-klank die door de chorus wordt gestuurd en de overdrive-klank die niet door de chorus wordt gestuurd. Met een instelling van ÒD100:0WÓ wordt alleen de overdrive-klank uitgestuurd. Met een instelling van ÒD0:100WÓ wordt alleen de overdrive-klank uitgestuurd die door de chorus werd gestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
L in
R in
L uit
R uit
Gated Reverb
2-BandEQ
Balans W
Balans W
Balans D
Balans D
2-BandEQ
L in
R in
ChorusOverdrive
L uit
R uit
Balans W
Balans W
Balans D
Balans D
100
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
27: OVERDRIVE→FLANGERDit effect maakt een seri�le verbinding tussen een overdrive en een flanger.fig.MFX-27
OD Drive
Past de graad van overdrive-vervorming aan. Het volume verandert tegelijk met de graad van de vervorming.
Waarde: 0Ð127
OD Pan (Overdrive Pan) #1
Past het stereobeeld aan van de overdrive-klank. L64 is uiterst links, 0 is het midden en 63R is uiterst rechts.
Waarde: L64Ð63R
Flg Pre Dly (Flanger Pre Delay-tijd)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de directe klank begint tot men de flanger-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð100 [ms]
Flg Rate (Flanger-snelheid)
Past de modulatiesnelheid aan van het flanger-effect.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Flg Dpt (Flanger-diepte)
Past de modulatiediepte aan van het flanger-effect.
Waarde: 0Ð127
Flg Feedback (Flanger Feedback-niveau)
Past de hoeveelheid (%) flanger-klank aan die naar het effect wordt teruggestuurd. Negatieve (-) instellingen draaien de fase om.
Waarde: -98Ð +98 [%]
Flg Balance (Flanger-balans) #2
Past de volumebalans aan tussen de overdrive-klank die door de flanger wordt gestuurd en de overdrive-klank die niet door de flanger wordt gestuurd. Met een instelling van ÒD100:0WÓ wordt alleen de overdrive-klank uitgestuurd. Met een instelling van ÒD0:100WÓ wordt alleen de overdrive-klank uitgestuurd die door de flanger werd gestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
28: OVERDRIVE→DELAYDit effect maakt een seri�le verbinding tussen een overdrive en een delay.fig.MFX-28
OD Drive
Past de graad van overdrive-vervorming aan. Het volume verandert tegelijk met de graad van de vervorming.
Waarde: 0Ð127
OD Pan (Overdrive Pan) #1
Past het stereobeeld aan van de overdrive-klank. L64 is uiterst links, 0 is het midden en 63R is uiterst rechts.
Waarde: L64Ð63R
Delay Time
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de directe klank begint tot men de delay-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð500 [ms]
Delay Feedback (Delay Feedback Level)
Past de hoeveelheid (%) delay-klank aan die naar het effect wordt teruggestuurd. Negatieve (-) instellingen draaien de fase om.
Waarde: -98Ð +98 [%]
Delay HF Damp
Past de frequentie aan waarboven de delay-klank wordt afgesneden die naar het effect wordt teruggestuurd. Als u de hoge frequenties van de feedback niet wil afsnijden, moet u deze parameter op BYPASS zetten.
Waarde: 200Ð8000 [Hz], BYPASS
Delay Bal (Delay-balans) #2
Past de volumebalans aan tussen de overdrive-klank die door de delay wordt gestuurd en de overdrive-klank die niet door de delay wordt gestuurd. Met een instelling van ÒD100:0WÓ wordt alleen de overdrive-klank uitgestuurd. Met een instelling van ÒD0:100WÓ wordt alleen de overdrive-klank uitgestuurd die door de delay werd gestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
L in
R in
FlangerOverdrive
L uit
R uit
Balans W
Balans W
Balans D
Balans D
Feedback
L in
R in
DelayOverdrive
L uit
R uit
Balans W
Balans W
Balans D
Balans D
Feedback
101
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Hoo
fdst
uk 6
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
29: DISTORTION→CHORUSDit effect maakt een seri�le verbinding tussen een distortion en een chorus. De parameters zijn voornamelijk hetzelfde als in Ò26: OVERDRIVE → CHORUSÓ, met uitzondering van de twee volgende:
OD Drive → Dist Drive (Bepaalt de hoeveelheid distortion).
OD Pan → Dist Pan (Bepaalt het stereobeeld van de distortion-klank).
fig.MFX-29
30: DISTORTION→FLANGERDit effect maakt een seri�le verbinding tussen een distortion en een flanger. De parameters zijn voornamelijk hetzelfde als in Ò27: OVERDRIVE → FLANGERÓ, met uitzondering van de twee volgende:
OD Drive → Dist Drive (Bepaalt de hoeveelheid distortion).
OD Pan → Dist Pan (Bepaalt het stereobeeld van de distortion-klank).
fig.MFX-30
31: DISTORTION→DELAYDit effect maakt een seri�le verbinding tussen een distortion en een delay. De parameters zijn voornamelijk hetzelfde als in Ò28: OVERDRIVE → DELAYÓ, met uitzondering van de twee volgende:
OD Drive → Dist Drive (Bepaalt de hoeveelheid distortion).
OD Pan → Dist Pan (Bepaalt het stereobeeld van de distortion-klank).
fig.MFX-31
L in
R in
ChorusDistortion
L uit
R uit
Balans W
Balans W
Balans D
Balans D
L in
R in
FlangerDistortion
L uit
R uit
Balans W
Balans W
Balans D
Balans D
Feedback
L in
R in
DelayDistortion
L uit
R uit
Balans W
Balans W
Balans D
Balans D
Feedback
102
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
32: ENHANCER→CHORUSDit effect maakt een seri�le verbinding tussen een enhancer en een chorus.fig.MFX-32
Enhancer Sens (Enhancer-gevoeligheid) #1
Past de gevoeligheid aan van de enhancer.
Waarde: 0Ð127
Enhancer Mix (Enhancer Mix-niveau)
Past de verhouding aan waarin de overtonen van de enhancer met de directe klank gecombineerd worden.
Waarde: 0Ð127
Chorus Delay (Chorus Pre Delay-tijd)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de directe klank begint tot men de chorus-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð100 [ms]
Chorus Rate
Past de modulatiesnelheid aan van het chorus-effect.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Chorus Depth
Past de modulatiediepte aan van het chorus-effect.
Waarde: 0Ð127
Chorus Bal (Chorus-balans) #2
Past de volumebalans aan tussen de enhancer-klank die door de chorus wordt gestuurd en de enhancer-klank die niet door de chorus wordt gestuurd. Met een instelling van ÒD100:0WÓ wordt alleen de enhancer-klank uitgestuurd. Met een instelling van ÒD0:100WÓ wordt alleen de enhancer-klank uitgestuurd die door de chorus werd gestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
33: ENHANCER→FLANGERDit effect maakt een seri�le verbinding tussen een enhancer en een flanger.fig.MFX-33
Enhancer Sens ((Enhancer-gevoeligheid) #1
Past de gevoeligheid aan van de enhancer.
Waarde: 0Ð127
Enhancer Mix (Enhancer Mix-niveau)
Past de verhouding aan waarin de overtonen van de enhancer met de directe klank gecombineerd worden.
Waarde: 0Ð127
Flg Pre Dly (Flanger Pre Delay-tijd)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de directe klank begint tot men de flanger-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð100 [ms]
Flg Rate (Flanger-snelheid)
Past de modulatiesnelheid aan van het flanger-effect.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Flg Dpt (Flanger-diepte)
Past de modulatiediepte aan van het flanger-effect.
Waarde: 0Ð127
Flg Feedback (Flanger Feedback-niveau)
Past de hoeveelheid (%) flanger-klank aan die naar het effect wordt teruggestuurd. Negatieve (-) instellingen draaien de fase om.
Waarde: -98Ð +98 [%]
Flg Balance (Flanger-balans) #2
Past de volumebalans aan tussen de enhancer-klank die door de flanger wordt gestuurd en de enhancer-klank die niet door de flanger wordt gestuurd. Met een instelling van ÒD100:0WÓ wordt alleen de enhancer-klank uitgestuurd. Met een instelling van ÒD0:100WÓ wordt alleen de enhancer-klank uitgestuurd die door de flanger werd gestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Chorus
L in
R in
L uit
R uit
Mix
Mix
Enhancer
Enhancer
Balans W
Balans W
Balans D
Balans DFeedback
Flanger
L in
R in
L uit
R uit
Mix
Mix
Enhancer
Enhancer
Balans W
Balans W
Balans D
Balans D
103
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Hoo
fdst
uk 6
Level (Uitgangsniveau)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
34: ENHANCER→DELAYDit effect maakt een seri�le verbinding tussen een enhancer en een delay.fig.MFX-34
Enhancer Sens (Enhancer-gevoeligheid) #1
Past de gevoeligheid aan van de enhancer.
Waarde: 0Ð127
Enhancer Mix (Enhancer Mix-niveau)
Past de verhouding aan waarin de overtonen van de enhancer met de directe klank gecombineerd worden.
Waarde: 0–127
Delay Time
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de directe klank begint tot men de delay-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð500 [ms]
Delay Feedback (Delay Feedback-niveau)
Past de hoeveelheid (%) delay-klank aan die naar de delay-invoer wordt teruggestuurd. Negatieve (-) instellingen draaien de fase om.
Waarde: -98Ð +98 [%]
Delay HF Damp
Past de frequentie aan waarboven de delay-klank wordt afgesneden die naar de delay-invoer wordt teruggestuurd. Als u de hoge frequenties van de delay feedback niet wil afsnijden, moet u deze parameter op BYPASS zetten.
Waarde: 200Ð8000 [Hz], BYPASS
Delay Bal (Delay Balance) #2
Past de volumebalans aan tussen de enhancer-klank die door de delay wordt gestuurd en de enhancer-klank die niet door de delay wordt gestuurd. Met een instelling van ÒD100:0WÓ wordt alleen de enhancer-klank uitgestuurd. Met een instelling van ÒD0:100WÓ wordt alleen de enhancer-klank uitgestuurd die door de delay werd gestuurd.
Value: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsniveau)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
35: CHORUS→DELAYDit effect maakt een seri�le verbinding tussen een chorus en een delay-toestel.fig.MFX-35
Chorus Delay (Chorus Pre Delay-tijd)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de directe klank begint tot men de chorus-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð100 [ms]
Chorus Rate
Past de modulatiesnelheid aan van het chorus-effect.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Chorus Depth
Past de modulatiediepte aan van het chorus-effect.
Waarde: 0Ð127
Chorus Bal (Chorus Balance) #1
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de chorus-klank. Met een instelling van ÒD100:0WÓ wordt alleen de directe klank uitgestuurd. Met een instelling van ÒD0:100WÓ wordt alleen de chorus-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Delay Time
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de directe klank begint tot men de chorus-klank hoort.
Value: 0.0Ð500 [ms]
Delay Feedback (Delay Feedback-niveau)
Past de hoeveelheid (%) delay-klank aan die naar de delay-invoer wordt teruggestuurd. Negatieve (-) instellingen draaien de fase om.
Waarde: -98Ð +98 [%]
Feedback
Delay
L in
R in
L uit
R uit
Mix
Mix
Enhancer
Enhancer
Balans W
Balans W
Balans D
Balans D
Feedback
Delay
L in
R in
L uit
R uit
Balans W
Balans W
Balans D
Balans D
ChorusBalans W
Balans W
Balans D
Balans D
104
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Delay HF Damp
Past de frequentie aan waarboven de delay-klank wordt afgesneden die naar de delay-invoer wordt teruggestuurd. Als u de hoge frequenties van de delay feedback niet wil afsnijden, moet u deze parameter op BYPASS zetten.
Waarde: 200Ð8000 [Hz], BYPASS
Delay Bal (Delay Balance) #2
Past de volumebalans aan tussen de chorus-klank die door de delay wordt gestuurd en de chorus-klank die niet door de delay wordt gestuurd. Met een instelling van ÒD100:0WÓ wordt alleen de chorus-klank uitgestuurd. Met een instelling van ÒD0:100WÓ wordt alleen de chorus-klank uitgestuurd die door de delay werd gestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
36: FLANGER→DELAYDit effect maakt een seri�le verbinding tussen een flanger en een delay.fig.MFX-36
Flg Pre Delay (Flanger Pre Delay-tijd)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de directe klank begint tot men de flanger-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð100 [ms]
Flg Rate (Flanger-snelheid)
Past de modulatiesnelheid aan van het flanger-effect.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Flg Dpt (Flanger-diepte)
Past de modulatiediepte aan van het flanger-effect.
Waarde: 0Ð127
Flg Feedback (Flanger Feedback-niveau)
Past de hoeveelheid (%) flanger-klank aan die naar het effect wordt teruggestuurd. Negatieve (-) instellingen draaien de fase om.
Waarde: -98Ð +98 [%]
Flg Balance (Flanger-balans) #1
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de flanger-klank. Met een instelling van ÒD100:0WÓ wordt alleen de directe klank uitgestuurd. Met een instelling van ÒD0:100WÓ wordt alleen de flanger-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Delay Time
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de directe klank begint tot men de delay-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð500 [ms]
Delay Feedback (Delay Feedback-niveau)
Past de hoeveelheid (%) delay-klank aan die naar de delay-invoer wordt teruggestuurd. Negatieve (-) instellingen draaien de fase om.
Waarde: -98Ð +98 [%]
Delay HF Damp
Past de frequentie aan waarboven de delay-klank wordt afgesneden die naar de delay-invoer wordt teruggestuurd. Als u de hoge frequenties van de delay feedback niet wil afsnijden, moet u deze parameter op BYPASS zetten.
Waarde: 200Ð8000 [Hz], BYPASS
Delay Bal (Delay Balance) #2
Past de volumebalans aan tussen de flanger-klank die door de delay wordt gestuurd en de flanger-klank die niet door de delay wordt gestuurd. Met een instelling van ÒD100:0WÓ wordt alleen de flanger-klank uitgestuurd. Met een instelling van ÒD0:100WÓ wordt alleen de flanger-klank uitgestuurd die door de delay werd gestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
37: CHORUS→FLANGERDit effect maakt een seri�le verbinding tussen een chorus en een flanger.fig.MFX-37
Feedback
Delay
L in
R in
L uit
R uit
Balans W
Balans W
Balans D
Balans D
Flanger
Balans W
Balans W
Balans D
Balans D
Feedback
Feedback
Flanger
L in
R in
L uit
R uit
Balans W
Balans W
Balans D
Balans D
ChorusBalans W
Balans W
Balans D
Balans D
105
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Hoo
fdst
uk 6
Cho Delay (Chorus Pre Delay-tijd)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de directe klank begint tot men de chorus-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð100 [ms]
Chorus Rate
Past de modulatiesnelheid aan van het chorus-effect.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Chorus Depth
Past de modulatiediepte aan van het chorus-effect.
Waarde: 0Ð127
Chorus Bal (Chorus-balans) #1
Past de volumebalans aan tussen de directe klank en de chorus-klank. Met een instelling van ÒD100:0WÓ wordt alleen de directe klank uitgestuurd. Met een instelling van ÒD0:100WÓ wordt alleen de chorus-klank uitgestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Flg Pre Delay (Flanger Pre Delay-tijd)
Past de tijd aan die verloopt van het moment waarop de directe klank begint tot men de flanger-klank hoort.
Waarde: 0.0Ð100 [ms]
Flg Rate (Flanger Rate)
Past de modulatiesnelheid aan van het flanger-effect.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz]
Flg Depth (Flanger Depth)
Past de modulatiediepte aan van het flanger-effect.
Waarde: 0Ð127
Flg Feedback (Flanger Feedback Level)
Past de hoeveelheid (%) flanger-klank aan die naar het effect wordt teruggestuurd. Negatieve (-) instellingen draaien de fase om.
Waarde: -98Ð +98 [%]
Flg Balance (Flanger Balance) #2
Past de volumebalans aan tussen de chorus-klank en de chorus-klank die door de flanger wordt gestuurd. Met een instelling van ÒD100:0WÓ wordt alleen de chorus-klank uitgestuurd. Met een instelling van ÒD0:100WÓ wordt alleen de chorus-klank uitgestuurd die door de flanger werd gestuurd.
Waarde: D100:0WÐD0:100W
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
38: CHORUS/DELAYDit effect maakt een parallelle verbinding tussen een chorus en een delay. De parameters zijn dezelfde als die van Ò35: CHORUS → DELAYÓ. De Delay Balance-parameter past hier echter de volumebalans aan tussen de directe klank en de delay-klank.fig.MFX-38
39: FLANGER/DELAYDit effect maakt een parallelle verbinding tussen een flanger en een delay. De parameters zijn dezelfde als die van Ò36: FLANGER → DELAYÓ. De Delay Balance-parameter past hier echter de volumebalans aan tussen de directe klank en de delay-klank.fig.MFX-39
40: CHORUS/FLANGERDit effect maakt een parallelle verbinding tussen een chorus en een flanger. De parameters zijn dezelfde als die van Ò37: CHORUS → FLANGERÓ. De Flanger Balance-parameter past hier echter de volumebalans aan tussen de directe klank en de flanger-klank.fig.MFX-40
R in R uit
L in L uit
Feedback
Balans W
Balans D
Balans W
Balans D
Chorus
Delay
R in R uit
L in L uit
FeedbackFeedback
Balans W
Balans D
Balans W
Balans D
Flanger
Delay
R in R uit
L in L uit
Feedback
Balans W
Balans D
Balans W
Balans D
Chorus
Flanger
106
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
41: LOFI Dit effect vermindert bewust de audio-kwaliteit van een klank om een Lo-Fi-klank te simuleren. Het is zeer effici�nt bij drums.
Bit Down
Deze instelling vermindert de audio-kwaliteit. De audio-kwaliteit wordt slechter wanneer deze instelling verhoogd wordt.
Waarde: 0Ð7
S-Rate Down (Sample-Rate Down)
Maakt het uitgangssignaal ruwer. De klank wordt ruwer wanneer de instelling wordt verlaagd.
Waarde: 32, 16, 8, 4 [kHz]
Post Gain
Past het uitgangssignaal aan.
Value: 0, +6, +12, +18 [dB]
Low Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van het lage frequentiebereik.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
High Gain
Past de ingangsgevoeligheid aan van het hoge frequentiebereik.
Waarde: -15Ð +15 [dB]
Output
Bepaalt hoe de klank wordt uitgestuurd. Met een instelling op ÒMONO Ó wordt de klank in mono uitgezonden.
Waarde: MONO, STEREO
Level (Uitgangsvolume) #1 #2
Bepaalt het uitgangsvolume van het Lo-Fi -effect.
Waarde: 0Ð127
42: SLICERDoor de klank een aantal opeenvolgende malen af te snijden, zorgt dit effect dat een gewone klank klinkt alsof hij gespeeld wordt als een begeleidingsfrase. Dit is vooral effici�nt bij klanken van het sustain-type.
Timing Pttern (Timing-patroon)
Selecteert een patroon om de timing te bepalen waaraan de klank wordt afgesneden.
Waarde: 1Ð34
Accent Pttern (Accent-patroon)
Bepaalt de plaats van de accenten.
Waarde: 1Ð16
Accent Level
Past het volume van de accenten aan. Verhoogt men deze instelling, dan wordt het accent meer beklemtoond.
Waarde: 0Ð127
Attack
Past de attack-snelheid aan van de klank. Verhoogt men deze instelling, dan wordt de attack sneller.
Waarde: 1Ð10
Rate #1
Stelt de periode van het patroon in.
Waarde: 0.05Ð10.00 [Hz], nootwaardesymbolen
Reset #2
Deze instelling bepaalt of het patroon opnieuw wordt ingesteld (ON), of niet (OFF) wanneer de klanken gespeeld worden.
Waarde: OFF, ON
Level (Uitgangsvolume)
Past het uitgangsvolume aan.
Waarde: 0Ð127
L in
R in
L uit
R uit
Lo-Fi
2-Band EQ
2-Band EQ
Lo-Fi
L in
R in
L uit
R uit
Slicer
Slicer
Snelheidsparameters kunnen worden ingesteld als een nootwaarde van een bepaald tempo.Bepaal in dit geval de waarde van de gewenste noot. De tempo-instelling (pg. 76) verandert in het basistempo.
107
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Hoo
fdst
uk 6
Multi-Effect instellen op On/Off voor individuele partsVoor individuele parts kan u alleen bepalen of u de multi-effecten gaat gebruiken (ON), of niet (OFF) wanneer Source is ingesteld op PERFORMANCE.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒPerformance PartÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk op PART [ ]/[ ] om de part te selecteren.
5. Druk een aantal maal op de numerieke toets [6] om ÒSwitchÓ te selecteren.
fig.R06-04
6. Druk op VALUE [-]/[+] om de waarde te selecteren (OFF, ON).
7. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
Chorus-instellingen makenU kan voor elke afzonderlijke uitvoering verschillende chorus-instellingen maken.
Er zijn acht soorten chorus die u kan selecteren. Nadat u het type heeft geselecteerd, kan u de waarden van elke parameter veranderen.
Bovendien kan u verschillende instellingen van chorus-depth maken (de toegepaste hoeveelheid) voor elke afzonderlijke part in een uitvoering.
Selecteer het type en stel elke parameter inWanneer u het Chorus -type verandert, worden acht verschillende Chorus/chorus-parameters automatisch naar de optimale waarde veranderd. In plaats van de parameters ��n voor ��n in te stellen, kan u beter de instellingen gemakkelijker maken door eerst het Chorus-type in te stellen en daarna alleen de noodzakelijke parameters te veranderen.
Deze instellingen kunnen voor elke afzonderlijke uitvoering verschillend worden gemaakt.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒTone/Drum/PFMCommonÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk een aantal maal op de numerieke toets [7] om het gewenste onderwerp te selecteren.
fig.R06-05
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en u drukt op [7] keert u terug
naar het vorige onderwerp.
5. Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde in te stellen.
* Herhaal stappen 4Ð5 als u instellingen wil maken voor andere
parts.
6. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
Type (Chorus-type)
U kan kiezen uit 8 soorten chorus.
Waarde:
CHORUS1Ð4: Algemene chorus-instellingen. Geeft de klank adem en volheid.
FEEDBACK CHORUS: Chorus die een flanger-achtig effect, produceert en een zachte klank maakt.
FLANGER: Dit effect maakt een stijgend en dalend geluid als dat van een straalvliegtuig.
SHORT DELAY: Dit is een delay met een korte delay-tijd.
SHORT DELAY(FB): Dit is een delay met een korte delay-tijd en veel herhalingen.
Pre-LPF (Chorus pre-low pass filter)
Een low-pass filter kan toegepast worden op de klank die in de chorus komt om het hoge frequentiebereik af te snijden. Hogere waarden snijden meer hoge frequenties af, waardoor men een zachte chorus-klank krijgt.
Waarde: 0Ð7
Level (Chorus-niveau)
Stelt de hoeveelheid chorus-klank in.
Waarde: 0Ð127
Feedback (Chorus Feedback-niveau)
Bepaalt het volume waaraan de chorus-klank terug naar de chorus wordt gestuurd. Als men feedback gebruikt, kan men een dichtere chorus-klank cre�ren. Hogere waarden resulteren in een hoger feedback-niveau.
Waarde: 0Ð127
108
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Delay (Chorus Delay-tijd)
Stelt de delay-tijd in van het chorus-effect.
Waarde: 0Ð127
Rate (Chorus-snelheid)
Stelt de snelheid (frequentie) in waaraan de chorus-klank gemoduleerd wordt. Hogere waarden resulteren in een snellere modulatie.
Waarde: 0Ð127
Depth (Chorus Depth)
Stelt de diepte in waarmee de chorus-klank gemoduleerd wordt. Hogere waarden resulteren in een diepere modulatie.
Waarde: 0Ð127
Send levl to Rev (Chorus send-niveau naar reverb)
Stelt de hoeveelheid chorus in dat naar de reverb wordt gestuurd. Hogere waarden resulteren in meer verstuurde klank.
Waarde: 0Ð127
De chorus-diepte van elke part instellen
Send Level (Chorus send-niveau)
Stelt de hoeveelheid chorus in die op elke part wordt toegepast.
Waarde: 0Ð127
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒPerformance PartÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk op PART [ ]/[ ] om de part te selecteren.
5. Druk een aantal maal op de numerieke toets [7] om ÒSend LevelÓ te selecteren.
fig.R06-06
6. Druk op VALUE [-]/[+] om de waarde te selecteren (0-127).
7. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
Reverb-instellingen makenU kan voor elke afzonderlijke uitvoering verschillende reverb-instellingen maken.
Er zijn acht soorten reverb die u kan selecteren. Nadat u het type heeft geselecteerd, kan u de waarden van elke parameter veranderen.
Bovendien kan u verschillende instellingen van reverb-depth maken (de toegepaste hoeveelheid) voor elke afzonderlijke part in een uitvoering.
Selecting the Type and Setting Each ParameterWanneer u het Reverb -type verandert, worden zes verschillende reverb-parameters, met inbegrip van de aard van de reverb, automatisch naar de optimale waarde veranderd. In plaats van de parameters ��n voor ��n in te stellen, kan u beter de instellingen gemakkelijker maken door eerst het Reverb-type in te stellen en daarna alleen de noodzakelijke parameters te veranderen.
Deze instellingen kunnen voor elke afzonderlijke uitvoering verschillend worden gemaakt.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒTone/Drum/PFMCommonÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk een aantal maal op de numerieke toets [8] om het gewenste onderwerp te selecteren.
fig.R06-07
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en u drukt op [8] keert u terug
naar het vorige onderwerp.
5. Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde in te stellen.
* Herhaal stappen 4Ð5 als u instellingen wil maken voor andere
parts.
6. Druk op [EDIT].
7. Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
109
Hoofdstuk 6. Effectinstellingen
Hoo
fdst
uk 6
Type (Reverb-type)
U kan kiezen uit 8 soorten reverb.
Waarde:
ROOM1Ð3: Simuleert de galm van kamerinterieurs. Produceert een welbepaalde en ruimtelijke galm.
HALL1, 2: Simuleert de galm die men hoort in zalen. Produceren een diepere galm dan de Room-reverbs.
PLATE: Simuleert een galmplaattoestel (een soort artifici�le reverb waarbij men gebruik maakte van een metalen plaat).
DELAY: Een standaard-delay, die echo-effecten simuleert.
PANNING DELAY: Dit is een speciale delay waarin de delay-klank wisselt tussen links en rechts. Effici�nt wanneer u in stereo luistert.
Character (Reverb Character)
Selecteert het soort reverb. 0Ð5 zijn reverb-effecten en 6 en 7 zijn delay-effecten.
Waarde: 0Ð7
Pre-LPF (Reverb pre-low pass filter)
Een low-pass filter kan toegepast worden op de klank die in de reverb komt om het hoge frequentiebereik af te snijden. Hogere waarden snijden meer hoge frequenties af, waardoor men een zachtere galm krijgt.
Waarde: 0Ð7
Level (Reverb-niveau)
Stelt de hoeveelheid galmklank in. Hogere waarden resulteren in een luidere galm.
Waarde: 0Ð127
Time (Reverb-tijd)
Stelt de tijdspanne in waarin de galm voortduurt. Hogere waarden resulteren in een langere galm.
Value: 0Ð127
Delay Feedback (Reverb Delay Feedback)
Deze parameter is beschikbaar wanneer Reverb Character (aard) op 6, 7 is ingesteld of als Reverb Type (Type) op Delay of Panning Delay staat. Bepaalt de waarde waarin delays zich herhalen. Hogere waarden resulteren in een meer delay-herhalingen.
Waarde: 0Ð127
De reverb-diepte van elke individuele part instellen
Send Level (Reverb send-niveau)
Stelt de hoeveelheid galm in die op elke part wordt toegepast.
Waarde: 0Ð127
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒPerformance PartÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk op PART [ ]/[ ] om de part te selecteren.
5. Druk een aantal maal op de numerieke toets [8] om ÒSend LevelÓ te selecteren.
fig.R06-08
6. Druk op VALUE [-]/[+] om de waarde te selecteren (0-127).
7. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
110
Hoofdstuk 7. Uw eigen originele toon of drumset creëren
Een toon creërenU kan de instellingen van een Preset-toon veranderen om uw eigen originele toon te cre�ren. Een door u gecre�erde toon kan worden opgeslagen als een User-toon.
Tonen bestaan uit verschillende parameters, plus multi-effectparameters. Om uw eigen toon te cre�ren, moet u deze parameters veranderen.
* Zie de instructies voor het maken van Tone multi-effects-
instellingen (pg. 81).
* U kan de knoppen gebruiken om de parameters, met uitzondering
van Tone Name, in real-time te veranderen (pg. 74).
Toonparameters die ingesteld kunnen worden
[1] TONE
Tone Name
U kan de naam van de door u gemaakte toon veranderen. Het maximale aantal karakters voor een naam is twaalf.
Waarde: spatie, A--Z, a--z, 0--9,! Ò # $ % & ' ( ) * + , - . / : ; < = > ? @ [ ´ ] ^ _ ` { | }
LFO Rate
Past de modulatiesnelheid, of snelheid, van de LFO aan.
Waarde: -64Ð +63
LFO Depth
Bepaalt de diepte van de LFO.
Waarde: -64Ð +63
LFO Delay
Met deze instelling kan u het interval aanpassen dat moet voorbijgaan vanaf het moment dat een toets wordt ingedrukt tot wanneer de LFO toegepast wordt.
Waarde: -64Ð +63
LFO Filter Sw (LFO filter-schakelaar)
Bepaalt of de LFO de afsnijfrequentie van de filter (ON) of de toonhoogte (OFF) verandert. De parameterwaarde verandert wanneer men op FILTER [LFO ON/OFF] drukt.
Waarde: OFF, ON
Filter Cutoff
Stelt de frequentie in waarop de boventonen worden afgesneden. Dit verandert de helderheid van de klank.
Waarde: -64Ð +63
Filter Resonance
Voorziet in een aanpassing van de hoeveelheid klemtoon die er op de boventonen in de buurt van de afsnijfrequentie moet worden geplaatst. De klank krijgt een eigenaardig effect.
Waarde: -64Ð +63
Envelope Attack (Envelope attack-tijd)
Past de tijd aan die nodig is voordat men het eerste deel van een klank (de ÔattackÕ) hoort nadat een toets werd ingedrukt.
Waarde: -64Ð +63
Envelope Decay (Envelope-uitsterftijd)
Past de tijd aan die nodig is voordat de klank het ÒSustain LevelÓ bereikt. Het Sustain-niveau is het punt waarop de meeste volume- en afsnijfrequentiewijzigingen zijn gestabiliseerd.
Waarde: -64Ð +63
Envelope Release (Envelope release-tijd)
Past de tijd aan die nodig is om de klank te laten weggaan nadat een toets werd losgelaten.
Waarde: -64Ð +63fig.R07-01
Wah-effect en Vibrato-effect
Wanneer men de afsnijfrequentie van de filter met de LFO verandert, cre�ert men het Òwah-effect Ó en als men de toonhoogte met de LFO verandert, maakt men het zogenaamde Òvibrato effect .
Volume
Noot aanA D R
Noot uit
Klank stopt
Sustain-niveau
Tijd
A: Attack-tijdD: Decay-tijdR: Release-tijd
111
Hoofdstuk 7. Uw eigen originele toon of drumset creëren
Hoo
fdst
uk 7
Een toon creëren
1.
Selecteer de toon die u wil bewerken.
* Wanneer de Key-modus op Split of Dual staat, moet u op
PART [ ]/[ ] drukken om de part te selecteren met de
toon die u wil bewerken.
fig.R07-02
De tekening hierboven toont een voorbeeld waarin de upper part is geselecteerd.
2.
Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
3.
Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒTone/Drum/PFMCommonÓ te selecteren.
4.
Druk op [ENTER].
5.
Druk een aantal maal op de numerieke toets [1] om het onderwerp te selecteren dat u wil instellen.
fig.R07-03
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [1] drukt, keert u terug
naar het vorige onderwerp.
6.
Druk op [ ]/[ ] om de cursor naar het eerste karakter van de naam te verplaatsen.
* Merk op dat u gewoon van part wisselt wanneer u op PART
[ ]/[ ] drukt als er een ander scherm dan het Tone
Name-scherm wordt getoond,.
7.
Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde in te stellen.
* Herhaal stappen 5Ð7 als u instellingen wil maken voor andere
parts.
8.
Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
Lower part
Upper part
Huidige part
112
Hoofdstuk 7. Uw eigen originele toon of drumset creëren
Een drumset creëren
U kan uw eigen drumset cre�ren door de percussie-instrumentklanken in ��n van de Preset drumsets te bewerken. De door u gecre�erde drumset kan als een User-drumset worden bewaard.
Er kunnen vijf aspecten van een drumset gewijzigd worden. Om uw eigen drumset te cre�ren, moet u deze parameters veranderen.
Drumset-parameters die kunnen worden ingesteld
[2] Drum (DRUMS)
DrumSet Name (Drumsetnaam)
U kan de naam van de door u gecre�erde drumset veranderen. Twaalf is het maximaal aantal lettertekens dat kan worden gebruikt in namen.
Waarde:
spatie, A--Z, a--z, 0--9, ! " # $ % & ' ( ) * + , - . / : ; < = > ? @ [ ´ ] ^ _ ` { | }
Toonhoogte
Past de toonhoogte van de percussieklank aan in stappen van een halve toon.
Waarde:
-60Ð +67
Niveau
Past het volume aan van de percussieklank.
Waarde:
0Ð127
Pan
Hiermee kan u de panning (plaatsing van het klankbeeld) instellen voor elke klank (uitsluitend verkregen met een stereo-output). Wanneer de waarde voor L verhoogd wordt, zal een groter deel van de klank gehoord worden alsof hij van links komt. Op dezelfde manier wordt er meer klank rechts gehoord wanneer de waarde van R wordt verhoogd. Wanneer u de instelling op RANDOM zet, krijgt u een speciaal effect waarbij de klank zich willekeurig van links naar rechts verplaats wanneer men een toets aanslaat.
Waarde:
RANDOM, L63Ð0Ð63R
Reverb-diepte
Past de diepte van de reverb aan.
Waarde:
0Ð127
Een drumset creëren
1.
Selecteer de drumset die u wil veranderen.
* Wanneer de Key-modus op Split of Dual staat, moet u op
PART [ ]/[ ] drukken voor het selecteren van de part
met de drumset die u wil bewerken.
fig.R07-04
De tekening hierboven toont een voorbeeld waarin de lower part geselecteerd is.
2.
Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
3.
Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒTone/Drum/PFMCommonÓ te selecteren.
4.
Druk op [ENTER].
* Druk een aantal maal op de numerieke toets [2] om het onderwerp te selecteren dat u wil instellen
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [2] drukt, keert u terug
naar het vorige onderwerp.
5.
Druk op een toets om het percussie-instrument dat u wil bewerken te selecteren, behalve wanneer u een naam geeft aan een drumset.
fig.R07-05
* Als u de percussieklank van een toets wil veranderen die
buiten het klavierbereik ligt, moet u de Transpose-functie
gebruiken (pg. 48) om het bereik van het klavier op te
schuiven.
6.
Druk op [ ]/[ ] om de cursor naar het eerste karakter van de naam te verplaatsen.
* Merk op dat u gewoon van part wisselt wanneer u op PART
[ ]/[ ] drukt als er een ander scherm dan het Tone
Name scherm wordt getoond.
7.
Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde in te stellen.
* Herhaal stappen 5Ð8 als u instellingen wil maken voor andere
parts.
8.
Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
Lower part
Upper part
Huidige part
113
Hoo
fdst
uk 8
Hoofdstuk 8. Uw instellingen bewaren
Bewaren van tonen/ drumsets / uitvoeringenWanneer de instellingen van Tone veranderd worden, gaat het Ò.Ó in de rechteronderhoek van de display branden, waardoor wordt aangegeven dat er iets aan de instellingen voor de geselecteerde toon, drumset of uitvoering gewijzigd werd.fig.R08-01exp
Als u een andere toon, drumset of uitvoering selecteert wanneer het punt verlicht is, worden de huidige instellingen gewist. Als er instellingen zijn die u wil bewaren, moet u deze in het User-geheugen bewaren.
* U kan de instellingen van de toon, drumset of uitvoering
eveneens in een externe sequencer bewaren (pg. 115).
Een naam toewijzenEen handige manier om verschillende instellingen van elkaar te onderscheiden, is het veranderen van hun naam vooraleer men iets bewaart.
1. Selecteer de toon, drumset of uitvoering waarvan u de naam wil veranderen (pg. 23, 26, 29, 30, 56).
* Wanneer men de toon- en drumsetnamen verandert en de Key-
modus ingesteld is op Split of Dual, moet u op PART [ ]/
[ ] drukken om de part te selecteren waarvan de toon of
drumset moet worden bewerkt.
Voorbeeld: Upper kan bewerkt worden fig.R08-02
2. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
3. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒTone/Drum/PFMCommonÓ te selecteren.
4. Druk op [ENTER].
5. Wanneer u een toon bewerkt, moet u een aantal maal op de numerieke toets [1] drukken om ÒTone NameÓ te selecteren. Wanneer u een drumset bewerkt, moet u een aantal maal op de numerieke toets [2] drukken om ÒDrum Set NameÓ te selecteren. Wanneer u een uitvoering bewerkt, moet u een aantal maal op de numerieke toets [3] drukken om ÒPERFORMANCE NameÓ te selecteren.
fig.R08-03
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [1] of [2] drukt, keert u
terug naar het vorige onderwerp.
6. Druk op [ ]/[ ] om de cursor naar het eerste karakter van de naam te verplaatsen.
7. Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde in te stellen.
De volgende karakters zijn beschikbaar.
Waarde: spatie, A--Z, a--z, 0--9, ! " # $ % & ' ( ) * + , - . / : ; < = > ? @ [ ´ ] ^ _ ` { | }
8. Herhaal stappen 6Ð7 om de naam in te geven.
9. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
Wanneer uitvoeringsinstellingen veranderd worden
Wanneer tooninstellingen veranderd worden
Wanneer drumsetinstellingen veranderd worden
Bij het ingeven van karakters kan u de volgende handelingen eenvoudig uitvoeren door op FAVORITE PERFORM BANK [1]Ð [8] te drukken.
[1]: Er verschijnt een Ò.Ó op de plaats van de cursor.
[2]: Er verschijnt een spatie op de plaats van de cursor.
[3]: Er verschijnt een ÒAÓ op de plaats van de cursor.
[4]: Er verschijnt een ÒaÓ op de plaats van de cursor.
[5]: Er verschijnt een Ò0Ó op de plaats van de cursor.
[6]: Verwisselt kleine letters en hoofdletters.
[7]: Voegt een spatie in op de plaats van de cursor.
[8]: Wist een karakter op de plaats van de cursor en verplaatst de volgende karakters naar links.
114
Hoofdstuk 8. Uw instellingen bewaren
Hoe bewaren* Wanneer u een toon of een drumset bewaart als de Key-modus
op Split of Dual is ingesteld, dan wordt de toon of de drumset
bewaard die aan de geselecteerde part is toegewezen.
10. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
11. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒWrite Tone/DrumÓ of ÒWrite PerformanceÓ te selecteren.
* Selecteer ÒWrite Tone/DrumÓ als u tonen of drumsets bewaart.
Selecteer ÒWrite PerformanceÓ als u uitvoeringen bewaart.
12. Druk op [ENTER].fig.R08-04exp
13. Druk op de numerieke toetsen ([1]-[0]) om het bestemmingsnummer te specifi�ren.
Toon: 001Ð128
Drumset: 001, 002
Uitvoering: 001Ð128
* Als u een fout maakt, moet u op [EXIT] drukken en het
nummer opnieuw ingeven.
* U kan het nummer ook specifi�ren door op VALUE [-]/[+] te
drukken. In dit geval moet u in stap 5 niet op [ENTER]
drukken.
14. Druk op [ENTER] om het nummer te bevestigen.
15. Druk nogmaals op [ENTER] om de Save-handeling uit te voeren.
Als de Save-handeling voltooid is, verschijnt ÒCompletedÓ in de display.
Het lampje van [UTILITY] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
* Als u de instellingen van een toon of drumset verandert zonder dat u de toon of de drumset hebt bewaard en daarna de uitvoering probeert te bewaren, zal de volgende boodschap in de display verschijnen. Als deze boodschap verschijnt, moet u de toon of de drumset met de gewijzigde instellingen bewaren vooraleer u de uitvoering bewaart.
fig.R08-05
Opmerkingenfig.(!)
Wanneer er gegevens naar het User-geheugen worden weggeschreven, verschijnt de boodschap ÒKEEP POWER ON!Ó in de display; let er op dat u nooit de stroom uitzet wanneer deze boodschap verschijnt.
Als de stroom uitgezet of onderbroken wordt terwijl de gegevens naar het geheugen worden weggeschreven, is het mogelijk dat de interne gegevens beschadigd raken en dat u de stroom niet meer kan aanzetten. Als u er zich van vergewist hebt dat de interne gegevens verloren zijn gegaan, of als er een gelijkaardig probleem zich voordoet, moet u de handelaar waarbij u het instrument kocht of het dichtstbijzijnde Roland Service Center raadplegen. Merk echter op dat Roland niet verantwoordelijk is voor gevolgen van gegevensverlies en deze niet compenseert.
* Wij raden u aan de Bulk Dump-handeling (pg. 115) te gebruiken
als u belangrijke gegevens in een externe sequencer wil bewaren.
Wanneer men uitvoeringen bewaart
Wanneer men tonen bewaart
Wanneer men drumsets bewaart
115
Hoofdstuk 8. Uw instellingen bewaren
Hoo
fdst
uk 8
Instellingen opslaan in een externe sequencer (Bulk Dump)Het versturen van toon-, drumset-, uitvoerings- of systeeminstellingen naar een extern MIDI-toestel wordt een ÒBulk Dump Ó genoemd. U kan een bulk dump uitvoeren met twee RS-5/9-toestellen die aan elkaar zijn aangesloten of wanneer u de toon-, drumset-, uitvoerings- of systeeminstellingen in een extern MIDI-toestel wil opslaan als veiligheids-backup van de gegevens van de RS-5/9.
Het toestel ID-nummer instellen Stel het toestel ID-nummer in wanneer u een bulk dump uitvoert. Dit nummer is in de fabrieksinstellingen ingesteld op Ò17Ó. Normaal gezien is het niet nodig dit nummer te veranderen wanneer men gegevens verstuurt naar een sequencer of een gelijkaardig toestel. Als u het nummer toch wil veranderen, moet u de volgende procedure uitvoeren om de instellingen te maken.
* Als u de instellingen tegelijkertijd voor twee RS-5/9-toestellen
wil maken, moet u het toestel ID-nummer van elke RS-5/9 op
dezelfde waarde instellen.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒSystem SetupÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk een aantal maal op de numerieke toets [4] om ÒDevice ID#Ó te selecteren.
fig.R08-06
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [4] drukt, keert u terug
naar het vorige onderwerp.
5. Druk op VALUE [-]/[+] om de waarde (17 tot 32) te selecteren.
6. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
Bulk dump-procedureSoorten bulk dump
Temporary: Instellingen van de tijdelijke zone
User Tone: Instellingen van alle User-tonen
User Drum Set: Instellingen van alle User-drumsets
User Performance: Instellingen van alle User-uitvoeringen
System Setup: Instellingen van System Setup
Volgende system setup-parameters worden echter niet met bulk dump verstuurd.
¥ GM System ON Sw
¥ GM2 System ON Sw
¥ Rx SysEx Sw
¥ Device ID#
¥ LCD Contrast
All: Alle vijf bovenstaande instellingen
1. Gebruik een MIDI-kabel om de MIDI OUT-connector van de RS-5/9 aan te sluiten op de MIDI IN-connector van de externe sequencer.
2. Druk op [UTILITY] waardoor het lampje gaat branden.
3. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒBulk DumpÓ te selecteren.
4. Druk op [ENTER].
5. Gebruik VALUE [-]/[+] om de types Bulk Dump te selecteren.
fig.R08-07
6. Zet de externe sequencer in opnamemodus.
7. Druk op [ENTER] om de instellingen te versturen.
De boodschap ÒTransmitting...Ó verschijnt in de display gedurende het verzenden van de gegevens.
* Druk op geen enkele toets van het klavier wanneer Bulk Dump
in werking is. Als men een toets indrukt, verstuurt men
NootcommandoÕs vanuit de MIDI OUT- connector. Druk op
[EXIT] om de Bulk Dump te annuleren.
Als de verzending voltooid is, verschijnt ÒCompletedÓ in de display.
Het lampje van [UTILITY] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
8. Stop de externe sequencer.
Welk soort gegevens zijn Bulk Dump-gegevens?
Dit zijn gegevens van het type ÒExclusive-commandoÕsÓ.
116
Hoofdstuk 8. Uw instellingen bewaren
De System Exclusive ontvangstschakelaar instellenWanneer u bewaarde instellingen terugstuurt naar de RS-5/9, moet de Exclusive Receive-schakelaar op ON staan. In de fabrieksinstellingen staat deze schakelaar op ÒON.Ó
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒSystem SetupÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk een aantal maal op de numerieke toets [4] om ÒSystem ExclusiveÓ te selecteren.
fig.R08-08
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [4] drukt, keert u terug
naar het vorige onderwerp.
5. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒONÓ in te stellen
6. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
Bewaarde instellingen opnieuw in de RS-5/9 opslaan
* Vergeet niet dat wanneer u bewaarde instellingen opnieuw in
de RS-5/9 opslaat, de gegevens in de RS-5/9 overschreven
zullen worden en verloren zullen gaan.
1. Gebruik een MIDI-kabel om de MIDI OUT-connector van de externe sequencer op de MIDI IN-connector van de RS-5/9 aan te sluiten.
2. Zet het toestel ID-nummer op dezelfde instelling als die waarmee u de bulk dump uitvoerde.
Numerieke toets System Setup [4]:Toestel ID (pg. 115)
3. Zet de exclusive receive-schakelaar aan.
Numerieke toets System Setup [4]:System Exclusive (zie vorige paragraaf)
4. Verstuur de gegevens (speel ze af) vanuit de externe sequencer.
Wanneer het versturen voltooid is, keert u terug naar het vorige scherm.
* Speel de externe sequencer aan het zelfde tempo af als dat
waarmee u de bulk dump uitvoerde. Als u een sneller tempo
gebruikt, is het mogelijk dat de gegevens niet correct worden
opgeslagen.
Opmerkingfig.(!)
Wanneer er gegevens naar het User-geheugen worden weggeschreven, verschijnt de boodschap ÒKEEP POWER ON!Ó in de display; let er op dat u nooit de stroom uitzet wanneer deze boodschap verschijnt.
Als de stroom uitgezet of onderbroken wordt terwijl de gegevens naar het geheugen worden weggeschreven, is het mogelijk dat de interne gegevens beschadigd raken en dat u de stroom niet meer kan aanzetten. Als u er zich van vergewist hebt dat de interne gegevens verloren zijn gegaan, of als er een gelijkaardig probleem zich voordoet, moet u de handelaar waarbij u het instrument kocht of het dichtstbijzijnde Roland Service Center raadplegen. Merk echter op dat Roland niet verantwoordelijk is voor gevolgen van gegevensverlies en deze niet compenseert.
117
Hoo
fdst
uk 9
Hoofdstuk 9. De originele instellingen opnieuw instellen
De fabrieksinstellingen herstellen (Factory Reset)U kan alle instellingen van User-uitvoeringen, User-tonen, User-drumset en System Setup terugbrengen tot hun fabrieksinstellingen.
* Als het intern geheugen van de RS-5/9 al belangrijke gegevens
bevat die u hebt gecre�erd, zullen deze gegevens door deze
handeling verloren gaan. Bewaar de gegevens die u wil
bewaren door ze naar een externe sequencer te sturen (pg.
115).
Er zijn vijf soorten Factory Reset voorzien in functie van de toepassing.
User Tone: Instellingen van alle User-tonen
User Drum Set: Instellingen van alle User-drumsets
User Performance: Instellingen van alle User-uitvoeringen
System Setup: Instellingen van System Setup
All: Alle vier bovenstaande instellingen
5. Druk op [UTILITY] waardoor het lampje gaat branden.
6. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒFactory ResetÓ te selecteren.
7. Druk op [ENTER].
8. Gebruik VALUE [-]/[+] om het type Factory Reset te selecteren.
fig.R09-01
9. Druk op [ENTER].
Er verschijnt een bevestigingsboodschap.fig.R09-02
10. Druk op [ENTER] om de Factory Reset uit te voeren.
Als de Factory Reset voltooid is, verschijnt ÒCompletedÓ in de display.
Het lampje van [UTILITY] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
De basisinstellingen van GM/GM2 opnieuw opslaan (GM/GM2 SYSTEM ON) Als er geen GM of GM2 System On-commando in het begin staat van een song die u gemaakt hebt om met een GM of GM2-klankgenerator te gebruiken, dan moet u vooraleer u de playback speelt de klankgenerator van de RS-5/9 opnieuw instellen met de basisinstellingen van GM/GM2.
Daarnaast moet u ook de instellingen van de klankgenerator opnieuw instellen met de oorspronkelijke instellingen van GM of GM2 wanneer u songs cre�ert die met GM of GM2-klangenerators moeten worden gebruikt.
11. Druk op [UTILITY] waardoor het lampje gaat branden.
12. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒInitializeÓ te selecteren.
13. Druk op [ENTER].
14. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒGM System ONÓ of ÒGM2 System ONÓ te selecteren.
fig.R09-03
15. Druk op [ENTER] om de Initialize-handeling uit te voeren.
Als de Initialize-handeling voltooid is, verschijnt ÒCompletedÓ in de display.
Het lampje van [UTILITY] dooft.
Wanneer de RS-5/9 werkt als een met het GM/GM2-systeem compatibele klankmodule, zal de display van Performance Select er als volgt uitzien.fig.R09-04
* Om terug te keren naar de normale instelmodus nadat men de
basisinstellingen van GM/GM2 heeft ingesteld, kan u ofwel
van uitvoering wisselen ofwel vanuit de externe
klankgenerator een GM System Off naar de RS-5/9 sturen.
Opmerkingenfig.(!)
Wanneer er gegevens naar het User-geheugen worden weggeschreven, verschijnt de boodschap ÒKEEP POWER ON!Ó in de display; let er op dat u nooit de stroom uitzet wanneer deze boodschap verschijnt.
Als de stroom uitgezet of onderbroken wordt terwijl de gegevens naar het geheugen worden weggeschreven, is het mogelijk dat de interne gegevens beschadigd raken en dat u de stroom niet meer kan aanzetten. Als u er zich van vergewist hebt dat de interne gegevens verloren zijn gegaan, of als er een gelijkaardig probleem zich voordoet, moet u de handelaar waarbij u het instrument kocht of het dichtstbijzijnde Roland Service Center raadplegen. Merk echter op dat Roland niet verantwoordelijk is voor gevolgen van gegevensverlies en deze niet compenseert.
118
Hoofdstuk 10. Werken met een extern MIDI-toestel
Over MIDIMIDI (Musical Instruments Digital Interface) is een standaardspecificatie waarmee muziekgegevens kunnen uitgewisseld worden tussen elektronische muziekinstrumenten en computers. Als u met MIDI-connectoren uitgeruste MIDI-toestellen met een MIDI-kabel op elkaar aansluit, kan u verschillende instrumenten spelen op ��n enkel klavier, kan u verschillende MIDI-instrumenten in ensemble laten spelen, kan u de instellingen zo programmeren dat ze automatisch overeenkomen met de uitvoering terwijl een song afspeelt en nog veel meer.
Als u de RS-5/9 vooral gebruikt als een op zichzelfstaand klavierinstrument, is het misschien niet noodzakelijk om veel over MIDI te weten. Toch geven wij hieronder informatie over MIDI, zodat u de RS-5/9 kan bespelen met behulp van een extern MIDI-toestel of andere gevorderde technieken kan beheersen.
MIDI-connectorenDe RS-5/9 is voorzien van de volgende drie soorten MIDI-connectoren.fig.R10-01
MIDI IN-connectorHier worden uitvoeringscommandoÕs vanuit een extern MIDI-toestel ontvangen. De RS-5/9 die MIDI-commandoÕs ontvangt kan klanken uitsturen, tonen uitwisselen en andere handelingen uitvoeren.
MIDI OUT-connectorDeze connectoren versturen MIDI-commandoÕs naar externe MIDI-toestellen. De MIDI OUT-connector van de RS-5/9 wordt zowel gebruikt voor het versturen van uitvoeringsgegevens van de klaviersturing als voor het bewaren van veelvuldige instellingen (Bulk Dump; pg. 115).
MIDI THRU-connectorMIDI-commandoÕs die via de MIDI IN-connector worden ontvangen, worden vanuit deze connector opnieuw en ongewijzigd doorgestuurd naar een extern MIDI-toestel. Gebruik dit in situaties waarin u bijvoorbeeld meerdere MIDI-toestellen tegelijkertijd gebruikt.
MIDI-kanalen en multi-timbrale klankgeneratorenMIDI verstuurt verschillende soorten gegevens via ��n enkele MIDI-kabel. Dit is mogelijk dank zij de MIDI-kanalen. Door de MIDI-kanalen kunnen commandoÕs die voor een bepaald instrument bedoeld zijn, onderscheiden worden van commandoÕs die voor een ander instrument bedoeld zijn. Op een bepaalde manier zijn MIDI-kanalen te vergelijken met televisiekanalen. Door een kanaal op uw TV-ontvanger te veranderen, kan u de programmaÕs van andere stations bekijken. Dit kan omdat uw televisietoestel zo is ingesteld dat het alleen die informatie vertoont die door een bepaald station wordt uitgezonden. Op dezelfde manier maakt MIDI het mogelijk dat een toestel, uit de grote verscheidenheid informatie die er naar verzonden werd, alleen die informatie selecteert die voor dat toestel bedoeld is.fig.R10-02exp
MIDI gebruikt zestien kanalen met nummers 1Ð16. Stel het ontvangen toestel zo in dat het alleen het te ontvangen kanaal kan ontvangen.
Voorbeeld:
Stel de RS-5/9 in om kanaal 1 en kanaal 2 te versturen en stel daarna klankmodule A zo in om uitsluitend kanaal 1 te ontvangen en klankmodule B uitsluitend kanaal 2. Met deze opstelling kan u een ensemble-uitvoering krijgen met, bijvoorbeeld, een gitaarklank vanuit module A en een bas vanuit module B.fig.R10-03exp
Wanneer de RS-5/9 gebruikt wordt als een klankmodule, kan hij maximaal zestien MIDI-kanalen ontvangen. Klankmodules zoals de RS-5/9 die verscheidene MIDI-kanalen tegelijkertijd kunnen ontvangen om op elk kanaal verschillende klanken te spelen, noemt men Òmulti-timbrale
klankmodules. Ó
De antennekabel stuurt de TV-signalen vanverschillende zendstations.
De TV wordt afgesteld op het kanaal van het station dat u wil bekijken.
Station B
Station A
Station C
MIDI OUT MIDI IN MIDI THRU
MIDI IN
Ontvangkanaal: 1
Ontvangkanaal: 2
Klank-module
A
Klank-module
B
Verzendkanaal: 1, 2
MIDI-klavier
119
Hoofdstuk 10. Werken met een extern MIDI-toestel
Hoo
fdst
uk
10
MIDI-commando’s die door de RS-5/9 gebruikt wordenMIDI gebruikt verschillende soorten commandoÕs om een groot gamma informatie te versturen. MIDI-commandoÕs worden ruim onderverdeeld in twee verschillende categorie�n: degene die behandeld worden via individuele MIDI-kanalen (kanaalcommandoÕs) en commandoÕs die niet aan afzonderlijke kanalen zijn verbonden (systeemcommandoÕs). De RS-5/9 gebruikt hoofdzakelijk de volgende MIDI-commandoÕs.
Kanaalcommando’sDit zijn commandoÕs die gebruikt worden voor dingen die in een uitvoering gebeuren. Deze omvatten het grootste gedeelte van de MIDI commandoÕs.
Note On
Dit commando wordt verstuurd wanneer er een toets wordt ingedrukt. Een Note-on-commando bevat de volgende drie soorten informatie:
Note-on: Er werd een noot gespeeld.
Note number:Welke noot er werd gespeeld
Velocity: De hoeveelheid kracht (snelheid) die gebruikt werd bij het spelen van de noot
De nootnummers vallen binnen een bereik van 0Ð127, waarbij de midden C (C4) nummer 60 is.fig.R10-04exp
Note Off
Dit commando wordt verstuurd wanneer er een toets wordt losgelaten. Wanneer er een Note-off-commando ontvangen wordt, zal deze noot worden uitgezet. Een Note-off-commando bevat de volgende drie soorten informatie.
Note-off: Er werd een noot losgelaten
Note number:Welke noot er werd losgelaten
Velocity: De hoeveelheid kracht (snelheid) die gebruikt werd bij het loslaten van de noot
Pitch Bend Change
Dit commando verstuurt elke beweging die door de Pitch Bend-hendel wordt gemaakt.
Aftertouch
Deze commandoÕs geven aan met hoeveel kracht het klavier werd ingedrukt nadat er een noot werd gespeeld. Er zijn twee soorten Aftertouch -commando: Channel Aftertouch dat op een volledig kanaal van toepassing is en Polyphonic Aftertouch dat op een individuele noot van toepassing is.
De RS-5/9 kan geen Aftertouch-commandoÕs versturen wanneer er toetsen zijn ingedrukt. U kan wel Aftertouch-commandoÕs versturen die aan de modulatiehendel, een pedaal of een knop zijn toegewezen.
Program Change
Dit commando verandert de klank van het instrument. Op de RS-5/9 kan u tonen en drumsets omwisselen met behulp van programmanummers 1Ð128 (pg. 121, 123).
Control Change
Dit zijn commandoÕs die gebruikt worden voor het opdrijven van de uitvoeringsexpressie. Door Modulation (CC# (Controller Number) 1), Pan (CC#10), Expression (CC#11), en andere Control Change-commandoÕs toe te wijzen aan de modulatiehendel, pedalen en knoppen kan u deze sturingen gebruiken om uitvoeringen te wijzigen (pg. 71).
Bank Select-commandoÕs (CC#0, CC#32) wisselen tonen en drumsets; deze worden dus gebruikt in combinatie met Program Change-commandoÕs (pg. 121, 123).
Systeemcommando’sDeze categorie omvat exclusive-commandoÕs, commandoÕs die gebruikt worden voor synchronisatie en commandoÕs die een MIDI-systeem correct doen lopen.
Exclusive-commando’s
Exclusive-commandoÕs zijn commandoÕs die worden gebruikt voor het uitwisselen van tonen en andere soorten gegevens tussen compatibele toestellen van dezelfde fabrikant.
Als commandoÕs die worden uitgewisseld met behulp van MIDI slechts beperkt zouden zijn tot die commandoÕs die overeenkomen met de algemene MIDI-standaard, zou het niet mogelijk zijn om commandoÕs te versturen die eigen zijn aan ��n fabrikant of die vastgelegd zijn voor een bepaald toestel. Door een formaat dat door elke fabrikant is vastgesteld, is het mogelijk om een brede waaier verschillende commandoÕs uit te wisselen.
Met de RS-5/9 kan u Exclusive-commandoÕs gebruiken om tooninstellingen en andere instellingen in sequencers op te slaan (pg. 115).
C4C3C2 C5 C6 G936 48 60 72 84 127
C-10
Nootnaam
Nootnummer
Over MIDI-implementatiekaarten
Hoewel een groot gamma commandoÕs voor uitvoeringen met MIDI kan worden behandeld, verschillen de commandoÕs die verstuurd en ontvangen kunnen worden afhankelijk van de functie van het aangesloten toestel. Om te kijken welke types MIDI-commandoÕs een toestel kan verzenden en ontvangen, kan u de MIDI-implementatiekaart raadplegen die in het handboek van elk toestel is ingesloten. CommandoÕs die in de kaarten van beide toestellen met een cirkel zijn gemerkt kunnen tussen de twee toestellen worden verstuurd.
120
Hoofdstuk 10. Werken met een extern MIDI-toestel
Klanken spelen met de RS-5/9 vanuit een externe MIDI-klankgenerator Als u de RS-5/9 op een extern MIDI-toestel aansluit met een MIDI-kabel en u de kanalen instelt, kan u klanken produceren vanuit de klankgenerator van het externe MIDI-toestel door het klavier van de RS-5/9 te bespelen. Met de RS-5/9 kan u eveneens de tonen van de externe MIDI -klankgenerator omwisselen.
Aansluiten op externe MIDI klankgeneratorenVoorbeeld 1: Aansluiten op 1 externe MIDI-klankgeneratorfig.R10-05exp
Voorbeeld 2: Aansluiten op twee externe MIDI-klankgeneratoren
fig.R10-06exp
* CommandoÕs die in de MIDI IN-connector ontvangen worden,
worden onveranderd vanuit de MIDI THRU-connector
doorgestuurd.
Voorbeeld 3: Aansluiten op drie of meer externe MIDI-klankgeneratoren
fig.R10-07exp
* Als u drie of meer MIDI-toestellen met elkaar verbindt met behulp van
IN -> THRU -> IN -> THRU..., raakt het MIDI-signaal verstoort en
kunnen fouten in de gegevens voorkomen. Gebruik in zulke gevallen
een MIDI Thru Box. MIDI Thru Boxes zijn toestellen waardoor ��n
enkele MIDI-gegevensstroom naar een groot aantal MIDI-toestellen
kan worden gestuurd zonder gegevensfouten te veroorzaken.
1. Zorg er voor dat de stroom van alle toestellen uitstaat vooraleer u aansluitingen gaat maken.
2. Sluit een audio-toestel/systeem of een hoofdtelefoon aan nadat u ÒDe RS-5/9 op externe toestellen aansluitenÓ (pg. 14) hebt gelezen.
3. Sluit het externe MIDI-toestel aan met een MIDI-kabel zoals getoond wordt in onderstaande tekening.
4. Zet de stroom van elk toestel aan, zoals beschreven wordt in ÒDe stroom aanzettenÓ (pg. 15).
Het verzendkanaal van het klavier instellenWanneer u klaar bent met het aansluiten van het externe MIDI-toestel moet u het verzendkanaal van het klavier doen overeenkomen met het ontvangstkanaal van elke part van de externe MIDI-klankgenerator.
Instellingen
PART: Verstuurt uitvoeringsgegevens via hetzelfde kanaal als het ontvangstkanaal van de uitvoerende part (pg. 122).
1Ð16: De uitvoeringsgegevens van de RS-5/9 worden via een geselecteerd kanaal verstuurd.
Gewoonlijk staat dit kanaal op PART. Wanneer de Key-modus op Split of Dual staat, worden de uitvoeringsgegevens van de upper en lower parts over afzonderlijke kanalen verstuurd. Daarom kan u twee externe MIDI-klankgeneratoren aansturen.
Het is mogelijk dat u deze wil instellen op kanalen 1Ð16 in situaties waarin u bijvoorbeeld de parts van de RS-5/9 wil omwisselen terwijl u speelt.
Klankmodule AMIDI OUT
RS-5/9
MIDI IN
MIDI IN
MIDI THRU
Klankmodule A
MIDI OUT
RS-5/9
MIDI IN
Klankmodule B
MIDI IN
Klankmodule A
MIDI OUT
RS-5/9
MIDI IN
Klankmodule B
MIDI-patcher
MIDI IN
121
Hoofdstuk 10. Werken met een extern MIDI-toestel
Hoo
fdst
uk
10
Voor elke afzonderlijke uitvoering kunnen verschillende verzendkanaalinstellingen van het klavier worden ingesteld.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒTone/Drum/PFMCommonÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk een aantal maal op de numerieke toets [4] om ÒChannelÓ te selecteren.
fig.R10-08
5. Druk op VALUE [-]/[+] om de waarde (1Ð16, PART) te selecteren.
6. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
Wanneer u op het klavier van de RS-5/9 speelt, worden de klanken tegelijkertijd door de RS-5/9 en de externe MIDI-klankgenerator gespeeld.
* Raadpleeg de gebruikershandleiding van elk toestel voor
instructies over het instellen van het ontvangstkanaal van de
parts van elke externe MIDI-klankgenerator.
* Als u wil dat de klanken uitsluitend door de externe MIDI-klankgenerator
worden gespeeld, moet u Local control op OFF zetten (pg. 124).
Klanken op een ander toestel selecteren met behulp van de RS-5/9Wanneer u klaar bent met het maken van aansluitingen en het instellen van de kanalen, kan u proberen de tonen van de externe MIDI-klankgenerator vanuit de RS-5/9 om te wisselen.
Wanneer u de toon of de drumset omwisselt met de paneelknoppen van de RS-5/9 worden er Bank Select (Controller Number 0, 32) en Program Change-commandoÕs voor de geselecteerde toon of drumset uitgestuurd via de MIDI OUT-connector. De toon die door de externe MIDI-klankgenerator wordt gespeeld verandert in de toon die met deze MIDI-commandoÕs overeenkomt.
Als de RS-5/9 aangesloten is op een met GM2-compatibele klankgenerator moet u, wanneer u een toon van het GM2-formaat kiest, een Preset-toon 257Ð512 of een drumset 12Ð20 selecteren.
Bij Preset-tonen 1Ð128 en User-tonen 1Ð128 zijn de uitgestuurde programmanummers dezelfde als die van de corresponderende tonen. Als u de tonen wil omwisselen in functie van het programmanummer, moet u eerst de Bank Select-verzendschakelaar op OFF zetten (zie onderstaande informatie) waarna u uw tonen kan selecteren.
ToonwisselcommandoÕs worden in de hieronderstaande volgorde verstuurd via de verzendkanalen van het klavier (zie onderstaande informatie).
1. Bank Select MSB (controller-nummer 0) (BnH 00H mmH)
2. Bank Select LSB (controller-nummer 32) (BnH 20H mmH)
3. Program Change (CnH ppH)n: MIDI kanaalnummermm, ll: Bank-nummerpp: Program-nummer
* MIDI-commandoÕs worden niet verzonden wanneer u een verschillende
toon of drumset selecteert door naar een andere part te gaan.
* Deze commandoÕs voor klankselectie worden niet verzonden
wanneer u een uitvoering selecteert.
* Zie (pg. 123), ÒToonlijstÓ (p. 149, 150) en ÒDrumsetlijstÓ (pg.
151Ð154) voor Bank- en programmanummers die worden
verstuurd met de selectie van elke toon en drumset.
Uitsluitend programmanummers versturenAls de externe MIDI-klankgenerator een Bank-nummer ontvangt waaraan geen toon werd toegewezen, kan een andere toon geselecteerd worden, of is het in sommige gevallen mogelijk dat er geen klank speelt.
Om er zeker van te zijn dat de juiste toon geselecteerd is, is het beter dat u eerst de toongroep van de externe MIDI-klankgenerator selecteert en daarna alleen nog het programmanummer doorstuurt. U kan dan tonen binnen dezelfde groep omwisselen.
Om alleen het programmanummer te versturen, moet u de Bank Select-verzendschakelaar op OFF zetten.
De Bank Select-verzendschakelaar be�nvloedt de RS-5/9 in zijn geheel (het is een systeeminstelling). Zulke instelling blijft in het geheugen bewaard, zelfs wanneer de stroom uit staat.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒSystem SetupÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk een aantal maal op de numerieke toets [4] om ÒBank SelectÓ te selecteren.
fig.R10-09
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [4] drukt, keert u terug naar het vorige onderwerp.
5. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒOFFÓ in te stellen.
6. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
122
Hoofdstuk 10. Werken met een extern MIDI-toestel
De klankgenerator van de RS-5/9 spelen vanuit een extern MIDI-toestelProbeer nu de RS-5/9 te bespelen vanuit een extern MIDI-toestel.
Een externe MIDI-toestel aansluitenfig.R10-10
1. Zorg er voor dat de stroom van alle toestellen uitstaat vooraleer met het aansluiten te beginnen.
2. Sluit een audio-toestel/systeem of een hoofdtelefoon aan nadat uÒDe RS-5/9 op externe toestellen aansluitenÓ (pg. 14) gelezen hebt.
3. Sluit de externe MIDI-klankgenerator aan met een MIDI-kabel, zoals getoond wordt in bovenstaande tekening.
4. Zet de stroom van elk toestel aan zoals beschreven wordt in ÒDe stroom aanzettenÓ (pg. 15).
Het ontvangstkanaal en de Tone Change-ontvangstschakelaar instellenWanneer u klaar bent met het aansluiten van het externe MIDI-toestel, moet u het ontvangstkanaal van elke part doen overeenstemmen met het verzendkanaal van het externe MIDI-toestel.
U moet eveneens de Tone Change-ontvangstschakelaar voor elke part op ON zetten om er voor te zorgen dat tonen vanuit het externe MIDI-toestel kunnen worden omgewisseld. In de fabrieksinstellingen staat deze schakelaar op ON voor alle parts.
Channel (Ontvangstkanaal)
Als het ontvangstkanaal op een waarde 1Ð16 is ingesteld, zal die part op het gespecifieerde kanaal muziekgegevens ontvangen.
Waarde: 1Ð16, OFF
* Aangezien er geen uitvoeringsgegevens kunnen worden ontvangen
wanneer het ontvangstkanaal op OFF staat, zal men geen klank horen.
Tone Change (Tone Change-ontvangstschakelaar)
Waarde: OFF, ON
* Als de Tone Change-ontvangstschakelaar op OFF staat,
kunnen er geen tonen vanuit een extern MIDI-toestel worden
omgewisseld.
Voor elke afzonderlijke part in een uitvoering kunnen verschillende instellingen van het ontvangstkanaal- en de Tone Change-ontvangstschakelaar worden gemaakt.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒPerformance PartÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Druk op PART [ ]/[ ] om Part te selecteren.
* Wanneer de Key-modus (pg. 34) is ingesteld op Split of Dual,
kan u alleen de upper en de lower part selecteren.
5. Druk een aantal maal op de numerieke toets [4] om de in te stellen parameter te selecteren.
fig.R10-11
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [4] drukt, keert u terug
naar het vorige onderwerp.
6. Gebruik VALUE [-]/[+] om de waarde in te stellen.
7. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
* Raadpleeg het gebruikershandboek van het toestel voor
instructies over het instellen van het verzendkanaal van het
externe MIDI-toestel.
MIDI IN
MIDI OUT
MIDI-klavier
RS-5/9
123
Hoofdstuk 10. Werken met een extern MIDI-toestel
Hoo
fdst
uk
10
Klanken van de RS-5/9 selecteren vanuit een extern MIDI-toestelDoor vanuit het externe MIDI-toestel Bank Select- (Controller Number 0, 32) en Program Change-commandoÕs naar de RS-5/9 te versturen, kan u tonen en drumsets omwisselen.
1. Verstuur een waarde naar de RS-5/9 voor het Bank Select MSB (controller nummer 0) (BnH 00H mmH)-commando.
2. Verstuur een waarde naar de RS-5/9 voor het Bank Select LSB (controller-nummer 32) (BnH 20H mmH)-commando.
3. Verstuur een Program Change (CnH ppH) naar de RS-5/9.
* Uitvoeringen kunnen niet vanuit een extern MIDI-toestel
worden omgewisseld.
Bank Number/Program Number CorrespondentietabelDe MIDI-commandoÕs die door het externe MIDI-toestel werden verstuurd, worden door de RS-5/9 ontvangen om tonen/drumsets te selecteren zoals in volgende tabel wordt getoond.
¥ Als er naar de programmanummers op uw het externe MIDI-toestel wordt verwezen als waarden van 0 tot 127, moet u het juiste nummer zoeken door het nummer in de volgende correspondentiekaart met 1 te verminderen.
* Wanneer de RS-5/9 een Program Change-commando ontvangt
zonder Bank Select te ontvangen, springt hij over naar de toon
of drumset met hetzelfde Bank-nummer als de huidig
geselecteerde toon of drumset.
Toon
* Zie (pg. 149, 150) voor Bank-nummers en
programmanummers die overeenkomen met de Preset-
toonnummers 257Ð512,.
Drumset
Externe MIDI-sturingen gebruiken om de tonen van de RS-5/9 te veranderenHet gebruik van de modulatiehendel, de pedalen en de stuurknoppen om de tonen van de RS-5/9 in real-time te veranderen, wordt uitgelegd in Hoofdstuk 4.
Het naar de RS-5/9 versturen van Controller-nummers die ingesteld zijn met Modulation Assign (pg. 71), Control Pedal Assign (pg. 73) en Knob Assign (pg. 74) heeft hetzelfde effect alsof men met de modulatiehendel, de pedalen en de knoppen zou werken.
Groep NummerBank-nummer Programma
nummerMSB LSB
User 001Ð128 64 00 001Ð128
Preset 001Ð128 65 00 001Ð128
Preset 129Ð256 66 00 001Ð128
Groep Nummer Bank-nummer Program nummerMSB LSB
User 001, 002 64 00 001, 002
Preset 001Ð011 65 00 001Ð011
Preset 012 120 00 001
Preset 013 120 00 009
Preset 014 120 00 017
Preset 015 120 00 025
Preset 016 120 00 026
Preset 017 120 00 033
Preset 018 120 00 041
Preset 019 120 00 049
Preset 020 120 00 057
124
Hoofdstuk 11. Uitvoeringen van de RS-5/9 opnemen in een extern toestel
Opnemen in een externe sequencerProbeer nu een externe sequencer te gebruiken om uw muziek op te nemen op meerdere sporen en speel daarna de opgenomen uitvoering af.
Aansluiten op een externe sequencerfig.R11-01exp
1. Zorg er voor dat de stroom van alle toestellen uitstaat vooraleer u aansluitingen gaat maken.
2. Sluit een audio-toestel/systeem of een hoofdtelefoon aan nadat u ÒDe RS-5/9 op externe toestellen aansluitenÓ (pg. 14) hebt gelezen.
3. Sluit de RS-5/9 en de externe sequencer aan zoals in de tekening wordt afgebeeld.
4. Zet de stroom aan van elk toestel zoals beschreven in ÒDe stroom aanzettenÓ (pg. 15).
Instellingen maken vooraleer u opneemtAls men opneemt op een externe sequencer, moet men de volgende stappen uitvoeren.
¥ Zet Local Control van de RS-5/9 op OFF (zie volgende paragraaf).
¥ Zet de Thru-functie van de externe sequencer aan (pg. 125).
¥ Stel de uitvoering in (pg. 125).
¥ Stel het toestel ID-nummer in (pg. 125).
Local Control van de RS-5/9 op OFF zetten De instelling die bepaalt of het gedeelte van de klaviersturing (pg. 62) en van de klankgenerator gescheiden zijn, noemt men ÒLocal Control Ó.
Wanneer Local Control aan staat, zal er klank geproduceerd worden als men het klavier bespeelt en zal de toonhoogte veranderen wanneer men de pitch bend-hendel verplaatst.
Wanneer Local Control uit staat, zal er geen klank geproduceerd worden als men het klavier bespeelt en zal de toonhoogte niet veranderen wanneer men de pitch bend-hendel verplaatst. De klankbron van de RS-5/9 produceert alleen geluid als reactie op commandoÕs die vanuit een extern MIDI-toestel ontvangen worden.fig.R11-02exp
De uitvoeringsgegevens van het klaviersturingsgedeelte van de RS-5/9 worden uitgestuurd vanuit de MIDI OUT-connector en opgenomen door een sequencer. Deze uitvoeringsgegevens worden dan ook naar de RS-5/9 teruggestuurd vanuit de MIDI OUT-connector van de sequencer en door de klankgenerator van de RS-5/9 gespeeld.
Als Local Control zou aan staan, zou elke noot twee keer gespeeld worden: ��n maal door de muziekgegevens van het klaviersturingsdeel en een andere maal door de gegevens die vanuit de sequencer worden gestuurd. Om zulk een dubbel spel te voorkomen, wordt de instelling van Local Control afgezet om het klaviersturingsgedeelte van het klankbrongedeelte af te scheiden.
De instelling van Local Control be�nvloedt de RS-5/9 in zijn geheel (het is een systeeminstelling). Zulke instelling blijft in het geheugen opgeslagen, zelfs wanneer de stroom uit staat.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒSystem SetupÓ te selecteren.
MIDI IN MIDI OUT
MIDI IN MIDI OUT
RS-5/9
MIDI-sequencer
Klaviersturings-gedeelte
In deze instelling zijn hetklavier en de sturingenvan de RS-5/9 losgekoppeld van het klankgenererend gedeelte. Ze kunnen dit dus niet rechtstreeks sturen.
Klankgenererendgedeelte
Alle uitvoeringsgegevens die in MIDI IN binnenkomenworden vanuit MIDI OUTverzonden.
Opnemen
RS-5/9
Sequencer
MIDI IN MIDI OUT
MIDI OUT MIDI IN
Instellen op Local Off.
Zet de Thru- Functie op On.
125
Hoofdstuk 11. Uitvoeringen van de RS-5/9 opnemen in een extern toestel
Hoo
fdst
uk
11
3. Druk op [ENTER].
4. Druk een aantal maal op [4] om ÒLocal ControlÓ te selecteren.
fig.R11-03
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [4] drukt, keert u terug
naar het vorige onderwerp.
5. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒOFFÓ in te stellen.
6. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
* Als uw sequencer niet voorzien is van een Thru-functie, moet
u de Local Control van de RS-5/9 op ON zetten.
* Onafhankelijk van de instelling van Local Control worden de
muziekgegevens van een extern MIDI-toestel altijd ontvangen
en spelen ze de interne klankbron.
De Thru-functie van de externe sequencer op ON zettenZet de Thru-functie van de sequencer op ON. De sequencer neemt de uitvoeringsgegevens die via de MIDI-IN-connector ontvangen worden en stuurt de gegevens onveranderd door via de MIDI OUT-connector (zie vorige paragraaf).
Raadpleeg uw gebruikershandleiding van uw sequencer om te bepalen of uw sequencer al dan niet over een MIDI Thru-functie beschikt en voor instructies over het maken van de instellingen van de Thru-functie.
* Als uw sequencer niet over een Thru-functie beschikt, moet u
de Local Control van de RS-5/9 op ON zetten.
De uitvoering instellenVooraleer u begint op te nemen, moet u de uitvoeringsinstellingen maken (selecteer de tonen en de Key-modus, maak instellingen voor multi-effecten, chorus en reverb, stel de knoppen in, enz.).
De volgende instellingen zijn zeer belangrijk.
Het Keyboard-verzendkanaal instellen op PART (pg. 122)
Als dit op PART is ingesteld, wordt uw spel via hetzelfde kanaal verstuurd als het ontvangstkanaal van de part die u speelt. Zet deze instelling op PART als u opneemt op een sequencer.
Het verzendkanaal instellen voor elke part (pg. 122)
De Tone Change-ontvangstschakelaar voor elke part op ON zetten (pg. 122)
Het toestel-ID Number instellenStel het toestel ID-nummer (pg. 115) zo in dat de uitvoeringsinstellingen in het begin van de song worden opgenomen (zie volgende paragraaf).
Opnemen
De uitvoeringsinstellingen in het begin van een song opnemenNeem eerst de uitvoeringsgegevens op in het begin van de song. Als dit voltooid is, zal wanneer een song van in het begin wordt afgespeeld, de RS-5/9 automatisch ingesteld worden met de uitvoeringsinstellingen die gebruikt werden tijdens de opname (onafgezien van de uitvoering die geselecteerd was op het moment dat de playback begon). Zo wordt er voor gezorgd dat de playback de juiste klanken en instellingen gebruikt.
* Neem de song op in het tempo waarin hij moet worden
afgespeeld. Als het tempo dat voor het afspelen van een song
gewijzigd werd in een ander tempo dan dat van de opname, is
het mogelijk dat de RS-5/9 de instellingen van de opgenomen
uitvoering niet juist kan ontvangen, waardoor de
uitvoeringsgegevens niet juist kunnen worden afgespeeld.
1. Druk op [UTILITY] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒBulk DumpÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒTemporaryÓ te selecteren.fig.R11-04
5. Zet de externe sequencer in opnamemodus.
6. Druk op [ENTER] om de instellingen te versturen.
De boodschap ÒTransmitting...Ó verschijnt gedurende het verzenden van de gegevens in de display.
* Druk op geen enkele toets van het klavier wanneer Bulk Dump
in werking is. Als men een toets indrukt, verstuurt men
NootcommandoÕs vanuit de MIDI OUT- connector. Druk op
[EXIT] om de Bulk Dump te annuleren.
Als de verzending voltooid is, verschijnt ÒCompletedÓ in de display.
Het lampje van [UTILITY] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
7. Stop de externe sequencer.
126
Hoofdstuk 11. Uitvoeringen van de RS-5/9 opnemen in een extern toestel
Elke part afzonderlijk opnemenNu gaan we de muziekgegevens van elke part opnemen op afzonderlijke sporen van de sequencer. Om de uitvoeringsgegevens die we in het begin van de song hebben opgenomen niet te wissen, beginnen we de opname van de song vanaf de volgende maat die de uitvoeringsgegevens hebben opgenomen.
We nemen de sporen op in de volgorde drums -> bass -> begeleiding -> melodie, terwijl we de sporen beluisteren die tervoren werden opgenomen.
Wijs bijvoorbeeld tonen aan parts toe zoals hieronder wordt weergegeven:
Drums: Part 10
Bass: Part 2
Begeleiding: Part 4
Melodie: Part 1
* De toon verandert en de acties van de Pitch Bend-hendel, modulatiehendel,
knoppen en andere sturingen worden eveneens opgenomen.
* Het is niet nodig om de song op te nemen in het tempo waarin hij
moet worden afgespeeld.
De opgenomen uitvoering beluisterenWanneer u klaar bent met de opname van alle parts, speelt u de opname af en beluistert u het resultaat. Merk het volgende op wanneer u een song afspeelt.
* Als u de instellingen van elke part wijzigt (volume en panning
enz.), moet u de gewijzigde uitvoeringsinstellingen opnieuw
opnemen in het begin van de song. (pg. 125)
Zet de System Exclusive-ontvangstschakelaar op ON (pg. 116)
Wanneer deze op OFF staat, kunnen de uitvoeringsinstellingen niet ontvangen worden die in het begin van de song werden opgenomen. In de fabrieksinstellingen staat deze op ÒONÓ.
Stel hetzelfde toestel ID-nummer in dat u gebruikte voor de opname (pg. 115)
Als een ander toestel ID-nummer is ingesteld, kunnen de uitvoeringsinstellingen niet ontvangen worden die in het begin van de song werden opgenomen.
Zorg er voor dat het afspelen start in het begin van de song
Wanneer de playback van een song op elk ander punt dan het begin wordt gestart, worden de uitvoeringsinstellingen van de opname niet gebruikt en wordt de song niet juist afgespeeld.
Samen spelen met de playback van een opgenomen uitvoering U kan het klavier van de RS-5/9 samen met de vorige uitvoering bespelen door te spelen terwijl het opgenomen materiaal wordt afgespeeld. Selecteer in dit geval een part die niet was opgenomen voor het bespelen van het klavier.
Playback van uitvoeringen transponeren (Master Key Shift)Als u de playback van een song wil transponeren, moet u de Master Key Shift-instelling gebruiken. Deze instelling transponeert alle parts behalve de drum part. U kan een transpositie bepalen van maximaal +/-2 octaven in stappen van een halve toon.
De Master Key Shift-instelling is een systeeminstelling die op de RS-5/9 in zijn geheel wordt toegepast. Deze instelling blijft in het geheugen opgeslagen, zelfs als de stroom uit staat.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
1. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒSystem SetupÓ te selecteren.
2. Druk op [ENTER].
3. Druk een aantal maal op de numerieke toets [4] om ÒMaster Key ShiftÓ te selecteren.
fig.R11-05
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [4] drukt, keert u terug
naar het vorige scherm.
4. Druk op VALUE [-]/[+] om de waarde te selecteren (-24 to +24).
5. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
ComputermuziekIn plaats van een hardware sequencer kan u computer- en sequencer software gebruiken om de muziek die u speelt op meerdere sporen op te nemen (misschien tijdens een aantal sessies) en daarna het opgenomen resultaat afspelen.
Een computer aansluitenWanneer men de RS-5/9 op een computer aansluit is ��n van volgende zaken vereist.
¥ USB MIDI interface-kabel (Roland ED UM-1)
¥ USB MIDI interface (Roland ED UM-2/4) en MIDI-kabel
¥ Interface uitgerust met een MIDI-connector (Roland Super MPU ll) en MIDI-kabel
¥ MIDI interface adaptor en MIDI-kabel
127
Hoofdstuk 11. Uitvoeringen van de RS-5/9 opnemen in een extern toestel
Cha
pter
11
Sluit de RS-5/9 aan op uw computer met behulp van de methode die voor uw opstelling geschikt is.
1. Zorg er voor dat de stroom van alle toestellen uitstaat vooraleer u aansluitingen maakt.
2. Sluit een audio-toestel/systeem of een hoofdtelefoon aan nadat u ÒDe RS-5/9 op externe toestellen aansluitenÓ (pg. 14), gelezen hebt.
3. Sluit de RS-5/9 en de computer aan zoals hieronder wordt getoond.
4. Zet de stroom van elk toestel aan zoals beschreven in ÒDe stroom aanzettenÓ (pg. 15).fig.R11-06exp
IN
MID
I OU
T
UM-1
UM-2
RS-5/9 achterpaneel
RS-5/9 achterpaneel
RS-5/9 achterpaneel
RS-5/9 achterpaneel
RS-5/9 achterpaneel
UM-4
MIDI INMIDI OUT
USB-connector
van uw computer
USB-connector
van uw computer
USB-connector
van uw computer
Computer
Computer
Computer
PC
USB Cable MIDI-kabel
MIDI-kabel
MIDI-kabel
MIDI-kabel
MIDI-kabel
MIDI-kabel
MIDI-kabel
MIDI-kabel
USB-kabel
MIDI-interface adaptor
Apple Macintosh-reeks
Modem of printerpoort
MIDIinterface
128
Hoofdstuk 11. Uitvoeringen van de RS-5/9 opnemen in een extern toestel
Instellingen maken voor de opname, opnemen en de opgenomen uitvoering beluisterenU kan uitvoeringen opnemen en beluisteren met dezelfde procedures die worden gebruikt wanneer een externe sequencer is aangesloten. Zie (pg. 124Ð126).
* Als u deze paragraaf leest, vervangt u ÒsequencerÓ in de tekst
door Òsequencer softwareÓ of ÒcomputerÓ.
De RS-5/9 gebruiken als een met het GM/GM2-systeem compatibele klankmoduleU kan muziekgegevens die ontworpen zijn voor GM en GM2 klankgeneratoren afspelen door een externe sequencer aan te sluiten en de RS-5/9 te gebruiken als een externe klankmodule.
* Zie (pg. 124) voor instructies over het aansluiten van een
externe sequencer.
* Wanneer de RS-5/9 een GS Reset-commando ontvangt, kan de
RS-5/9 het GS-formaat ontvangen (een gezamenlijke set
specificaties, door Roland voorgesteld voor het standaardiseren
van multi-timbrale klankmodules). Hiermee kan men
muziekgegevens afspelen die het GS-logo dragen (GS-
muziekgegevens). De Sound Canvas-reeks van Roland (met
inbegrip van de SC-8850 en SC-8820 modellen) heeft echter
een ander klankmoduleformaat en een uitgebreide toonmap,
zodat het mogelijk is dat de gegevens die exclusief voor de
Sound Canvas-reeks werden gecre�erd niet correct op de RS-5/
9 worden afgespeeld.
GM/GM2-muziekgegevens afspelenGelieve bij het afspelen van GM- of GM2-muziekgegevens op het volgende te letten.
Zet de System Exclusive-ontvangstschakelaar op ON (pg. 116).
Wanneer deze op OFF staat, kunnen er geen GM System On en GM2 System On MIDI-commandoÕs ontvangen worden. In de fabrieksinstellingen staat deze instelling op ÒONÓ.
Zorg er voor dat het afspelen start in het begin van de song
Wanneer de playback van een song op elk ander punt dan het begin wordt gestart, worden de klankgeneratorinstellingen niet teruggezet op de oorspronkelijke GM en GM2 instelwaarden en wordt de song niet correct afgespeeld.
* Als u een song wil afspelen waarin geen commando is
opgenomen om de klankgenerator terug te brengen op de
oorspronkelijke instelwaarden (GM Setup-commando of GM2
Setup-commando) moet u eerst de klankgenerator van de RS-
5/9 opnieuw instellen op de basisinstellingen van de GM/GM2
(pg. 117).
Zet de GM System On-ontvangstschakelaar of de GM2 System On-ontvangstschakelaar op ON
Wanneer deze op OFF staat, kunnen er geen GM System On en GM2 System On MIDI-commandoÕs ontvangen worden. In de fabrieksinstellingen staan deze instellingen beide op ÒONÓ.
De instellingen van de GM System On-ontvangstschakelaar en de GM2 System On-ontvangstschakelaar be�nvloeden de RS-5/9 in zijn geheel (het zijn systeeminstellingen). Deze instellingen blijven in het geheugen bewaard, zelfs als de stroom uitstaat.
1. Druk op [EDIT] waardoor het lampje gaat branden.
1. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒSystem SetupÓ te selecteren.
2. Druk op [ENTER].
3. Druk een aantal maal op de numerieke toets [4] om ÒGM SYSTEMÓ of ÒGM2 SYSTEMÓ te selecteren.
fig.R11-07
* Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [4] drukt, keert u terug
naar het vorige scherm.
4. Druk op VALUE [-]/[+] om ÒONÓ in te stellen.
5. Druk op [EDIT].
Het lampje van [EDIT] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
129
Hoofdstuk 11. Uitvoeringen van de RS-5/9 opnemen in een extern toestel
Hoo
fdst
uk
11
Songs creëren voor klankgeneratoren van het GM en GM2-systeemDe songs kunnen op dezelfde manier gecre�erd worden als beschreven in ÒOpnemen op een externe sequencerÓ (pg. 124Ð126). Het belangrijkste verschil is dat men moet rekening houden met volgende drie zaken:
¥ De basisinstellingen van GM/GM2 opnieuw instellen
¥ Beperkingen op de te gebruiken tonen
¥ In plaats van uitvoeringsgegevens wordt een GM Setup-commando of een GM2 Setup-commando opgenomen in het begin van de song.
De GM/GM2-basisinstellingen herstellenVooraleer u de uitvoeringsinstellingen maakt (pg. 125), moet u de instellingen van de klankgenerator herstellen in de oorspronkelijke instellingen van GM of GM2 (pg. 117).
Tonen die gebruikt kunnen worden U kan uitsluitend de volgende tonen gebruiken die voor GM/GM2 gespecifieerd zijn. Hoewel de uitvoerings-instellingen voor het opnemen zijn gemaakt, moet u in dit geval uw tonen uit wat hierna volgende selecteren:
GM-gespecifieerde tonen
Tonen: Tonen in Preset:257Ð512 met een Bank Select LSB van 0 (pg. 149, 150)
Drumsets: B1ÐA5 (Note-nummers 35Ð81) in Preset:12
* Wijs drumsets toe aan part 10 en wijs tonen toe aan alle
andere parts.
GM2-gespecifieerde tonen
Tonen: Preset:257Ð512
Drumsets: Preset:12Ð20
* U kan drumsets toewijzen aan twee parts naar keuze.
Een GM Setup-commando of GM2 Setup-commando opnemen in het begin van een songHet GM Setup-commando en GM2 Setup-commando zijn commandoÕs die de instelling van de klankgenerator opnieuw instellen op de oorspronkelijke waarden van het GM-systeem of GM2-systeem. Wanneer u songs afspeelt die gebruikt moeten worden met klankgeneratoren die compatibel zijn met GM en GM2, moet u eerst een GM Setup-commando of GM2 Setup-commando opnemen in het begin van de song. Als deze gegevens in het begin van de song zijn opgenomen, worden de gegevens steeds ingesteld zoals het hoort en zal de song correct worden afgespeeld.
* Neem de song op in het tempo waarin hij moet worden
afgespeeld. Als het tempo dat voor de playback van een song
gebruikt wordt verschilt van het tempo dat op het moment van
de opname was geselecteerd, is het mogelijk dat de RS-5/9 het
GM of GM2 Setup-commando niet correct kan ontvangen,
waardoor de uitvoeringsgegevens misschien niet correct
worden afgespeeld.
1. Druk op [UTILITY] waardoor het lampje gaat branden.
2. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒÒTx SetupÓÓ te selecteren.
3. Druk op [ENTER].
4. Gebruik VALUE [-]/[+] om ÒGM SetupÓ of ÒGM2 SetupÓ te selecteren.
fig.R11-08
5. Zet de externe sequencer in opnamemodus.
6. Druk op [ENTER] om de instellingen te versturen.
De boodschap ÒTransmitting...Ó verschijnt gedurende het verzenden van de gegevens in de display.
Als de verzending voltooid is, verschijnt ÒCompletedÓ in de display.
Het lampje van [UTILITY] dooft en u keert terug naar het vorige scherm.
7. Stop de externe sequencer.
130
Hoofdstuk 11. Uitvoeringen van de RS-5/9 opnemen in een extern toestel
Wat zijn General MIDI Setup-gegevens?
General MIDI Setup-gegevens bestaan uit MIDI-commandoÕs zoals de volgende:
¥ GM System On-commando (System Exclusive-commando: F0H 7EH 7FH 09H 01H F7H)
¥ De volgende waarden voor parts 1Ð16
Bank Select (CC#00 and CC#32: BnH 00H vvH BnH 20H vvH)
Program Change (CnH ppH)
Portamento Time (CC#05: BnH 05H vvH)
Volume (CC#07: BnH 07H vvH)
Panning (CC#10:BnH 0AH vvH)
Portamento Switch On/Off (CC#65: BnH 41H vvH)
Filter Resonance (CC#71: BnH 47H vvH)
Release Time (CC#72: BnH 48H vvH)
Attack Time (CC#73: BnH 49H vvH)
Cutoff (CC#74: BnH 4AH vvH)
Decay Time(CC#75: BnH 4BH vvH)
LFO Rate (CC#76: BnH 4CH vvH)
LFO Depth (CC#77: BnH 4DH vvH)
LFO Delay (CC#78: BnH 4EH vvH)
Reverb Send Level (CC#91: BnH 5BH vvH)
Chorus Send Level (CC#93: BnH 5DH vvH)
Solo Switch On/Off (CC#126/CC#127: BnH 7EH 00H/BnH 7FH 00H)
Pitch Bend Range (RPN, CC#06, RPN Null: BnH 65H 00H BnH 64H 00H BnH 06H vvH BnH 65H 7FH BnH 64H 7FH)
Fine Tune (RPN, CC#06, CC#38, RPN Null: BnH 65H 00H BnH 64H 01H BnH 06H vvH BnH 26H vvH BnH 65H 7FH BnH 64H 7FH)
Key Shift (RPN, CC#06, RPN Null: BnH 65H 00H BnH 64H 02H BnH 06H vvH BnH 65H 7FH BnH 64H 7FH)
* CC#: Controller-nummer
n: MIDI-kanaal
pp: Programmanummer
vv: gegevens
* Afhankelijk van de aangesloten GM of GM2-klankgenerator, worden bepaalde MIDI-gegevens niet ontvangen.
Het GM2 Setup-commando bestaat uit de volgende MIDI-gegevens.
¥ GM2 System On-commando (System Exclusive-commando: F0H 7EH 7FH 09H 03H F7H)
¥ De volgende waarden voor parts 1Ð16
Bevat dezelfde gegevens als het GM Setup-commando.
131
Bijlagen
132
Problemen oplossen
Gelieve eerst de volgende punten te controleren als u denkt dat uw systeem niet naar behoren werkt.
Contacteer uw verdeler of het plaatselijke Roland Service Center als het probleem na controle van deze punten blijft aanhouden.
* Gelieve ÒFoutmeldingen/MeldinglijstÓ (pg. 135) te raadplegen als er tijdens de handeling om het even welke boodschap op het scherm verschijnt.
Geen stroom
Werd de AC-adaptor op de juiste manier in het stopcontact geprikt?
Geen klank
Staat de stroom van de aangesloten versterker en de luidsprekers aan?
Werd het volume omlaag gedraaid?
¥ Controleer de volume-instellingen van de RS-5/9 en alle aangesloten versterkers of mengtafels.
Zijn de onderdelen naar behoren aangesloten? (pg. 14, 120, 122, 124, 127)
¥ Als u klank kan horen door de hoofdtelefoon, kan dit duiden op een kortsluiting in een kabel of een slecht functionerende versterker of mengtafel. Controleer de aansluitingskabels en de aangesloten uitrusting opnieuw.
Er wordt geen klank geproduceerd wanneer u de toetsen van het klavier indrukt, maar misschien staat Local control op OFF?
¥ Zet Local Control op ON (pg. 124).
Komen verzend- en ontvangstkanalen overeen?
¥ Als u de RS-5/9 gebruikt om een externe MIDI-klankgenerator te doen klinken, moet u er voor zorgen dat de kanalen die door het klavier voor verzending worden gebruikt, overeenkomen met de kanalen die voor ontvangst worden gebruikt door de relevante parts op de externe MIDI-klankgenerator (pg. 122).
¥ Als u een extern MIDI-toestel gebruikt om de RS-5/9 te doen klinken, moet het ontvangstkanaal van elke part zodanig ingesteld worden dat het overeenkomt met de kanalen die door het extern MIDI-toestel voor verzending worden gebruikt (pg. 122).
Werden de instellingen van Part level omlaag gezet?
¥ Controleer de instellingen (pg. 66).
Hebt u de RS-5/9-modus gewijzigd in de modus luisteren naar demo-songs?
¥ Druk ofwel op [EXIT] of druk tegelijkertijd op [SHIFT] en [TRANSPOSE ON/OFF] om naar de gewone uitvoeringsmodus terug te keren.
Zijn de effectinstellingen correct?
¥ Controleer effecten ON/OFF (pg. 79), multi-effectniveaus (pg. 82Ð106) en andere aanverwante instellingen.
Werden de volumeniveaus verlaagd door pedaalbewegingen of door MIDI-commando’s (expressiecommando’s) die ontvangen werden vanuit een extern MIDI-toestel?
¥ Gebruik de Panic-functie om het volumeniveau te verhogen (pg. 65).
De toonhoogte staat op Off
Staat Transpose misschien aan?
¥ Druk op [TRANSPOSE ON/OFF] om Transpose uit te zetten.
Zijn de instellingen van Key Shift correct?
¥ Controleer de instellingen (pg. 69).
Zijn de instellingen van Scale Tune correct?
¥ Controleer de instellingen (pg. 67).
Zijn de instellingen van Master Key Shift correct?
¥ Controleer de instellingen (pg. 126).
Zijn de instellingen van Master Tune correct?
¥ Controleer de instellingen (pg. 14).
Is het mogelijk dat een extern MIDI-toestel constant Pitch Bend-commando’s verstuurt?
¥ Gebruik de Panic-functie om de originele instellingen te herstellen (pg. 65).
133
Problemen oplossen
Pro
blem
en o
plos
sen
Er ontbreken klanken
Staat er misschien een Solo-schakelaar op ON?
¥ Wanneer een Solo-schakelaar (pg. 67) aanstaat, wordt er slechts ��n klank gespeeld, zelfs wanneer er meer dan ��n toets wordt ingedrukt. Als u wil dat er meerdere klanken tegelijkertijd spelen, moet u de Solo-schakelaar op OFF zetten.
Sommige klanken vallen weg wanneer het aantal stemmen dat tegelijkertijd speelt, 64 stemmen overschrijdt.
¥ Zet Voice Reserve hoger voor een belangrijke part, zodat u er zeker van bent dat deze altijd zal klinken (pg. 64).
Effecten worden niet toegepast
Staan de effectschakelaars op OFF?
¥ Controleer de instellingen (pg. 79).
Zijn de Chorus-instellingen correct?
¥ Controleer de instellingen van Chorus Send-niveau (pg. 108), Chorus-niveau (pg. 107) en de Chorus-diepte (pg. 108).
Zijn de Reverb-instellingen correct?
¥ Controleer de instellingen van Reverb Send-niveau (pg. 109) en Reverb-niveau (pg. 109).
Werd de Multi-Effects Source op LOWER gezet terwijl de Key-modus op Single staat?
¥ De part waarop effecten worden toegepast, wordt bepaald door de instelling van Multi-Effects Source. Daarom moet u in de Single-modus de Multi-Effects Source op UPPER of PERFORMANCE instellen (pg. 80).
Werd er een Multi-Effects-schakelaar van een part op OFF gezet?
¥ Wanneer een Multi-Effects Source van part op PERFORMANCE is ingesteld, moet u de Multi-Effects-schakelaar voor de part die wordt gebruikt op ON zetten (pg. 107).
Songgegevens kunnen niet correct worden afgespeeld
Werd de On-ontvangstschakelaar van het GM-systeem of het GM2-systeem op OFF gezet?
¥ Zet deze ontvangstschakelaars op ON (pg. 128).
Startte u de playback op een ander punt dan het begin van de song?
¥ Bij songs die bedoeld zijn voor het afspelen van GM-systeem en GM2-systeemklankgeneratoren is er een GM/GM2 System On-commando opgenomen in het begin van de song. Als dit commando niet ontvangen wordt, is het mogelijk dat de songgegevens niet correct worden afgespeeld.
Zijn de uitvoeringsinstellingen opgenomen in het begin van de song?
¥ Als de uitvoeringsinstellingen niet zijn opgenomen in het begin van een song kan de status van de song op het ogenblik van de opname niet worden weergegeven, waardoor een correcte playback niet mogelijk is. Wanneer u een song opneemt, moet u er voor zorgen dat de uitvoeringsinstellingen in het begin van de song worden opgenomen (pg. 125).
Werd het GM Setup-commando of GM2 Setup-commando opgenomen in het begin van de song wanneer u een song afspeelt die u hebt gemaakt om af te spelen op GM of GM2 System-klankgeneratoren?
¥ Als er geen GM Setup-commando of GM2 Setup-commando in het begin van de song is opgenomen, worden de instellingen van de klankgeneratoren niet hersteld tot de oorspronkelijke GM System of GM2 System-status, waardoor correcte playback niet mogelijk is. Wanneer men een song opneemt die moet worden afgespeeld met een klankgenerator van het GM of GM2 System, moet u er voor zorgen dat u een GM Setup-commando of GM2 Setup-commando opneemt in het begin van de song (pg. 124).
Speelt u songgegevens af van het GS-formaat?
¥ Wanneer de RS-5/9 een GS Reset-commando ontvangt, komt hij in een modus die compatibiliteit voorziet met de songgegevens van het GS-formaat. Hoewel dit betekent dat de RS-5/9 muziekgegevens kan afspelen die het GS-logo (GS-muziekgegevens) dragen, is het mogelijk dat muziekgegevens die alleen voor gebruik met de Sound Canvas-reeks van Roland zijn gemaakt niet juist worden afgespeeld.
134
Problemen oplossen
Ik kan geen arpeggio’s spelen
Wordt de MIDI-klok ontvangen wanneer Sync Source (pg. 77) op MIDI is ingesteld?
¥ Stel het systeem zo in dat de MIDI-klok vanuit het externe toestel wordt ontvangen. Het is mogelijk dat sommige MIDI-toestellen de MIDI-klok alleen maar naar de RS-5/9 sturen tijdens opnames of playback.
De klank stopt niet wanneer een toets wordt ingedrukt
Werd de polariteit van de Hold-pedaal omgekeerd?
¥ Controleer de instelling van HOLD PEDAL Polarity (pg. 73).
MIDI-commando’s worden niet correct ontvangen
Zijn de instellingen van het ontvangstkanaal correct?
¥ Controleer de instellingen (pg. 122).
Werd elke ontvangstschakelaar correct ingesteld?
¥ Controleer de instellingen van Tone Change-ontvangstschakelaar (pg. 122), GM System On-ontvangstschakelaar (pg. 128), GM2 System On-ontvangstschakelaar (pg. 128) en Exclusive-ontvangstschakelaar (pg. 116).
Zijn de instellingen van het toestel ID-nummer correct?
¥ Stel het toestel ID-nummer (pg. 115) in dat gebruikt werd toen het Exclusive-commando in de sequencer werd opgenomen.
Is het playback-tempo van de sequencer correct?
¥ Speel de gegevens af op de sequencer in het tempo dat gebruikt werd toen het Exclusive-commando op de sequencer werd opgenomen (pg. 125).
MIDI-commando’s worden niet correct verstuurd
Zijn de instellingen van de verzendkanalen correct?
¥ Controleer de instellingen (pg. 122).
Zijn de instellingen van de Bank Select verzendschakelaar correct?
¥ Controleer de instellingen (pg. 121).
Het gebruik van sequencer software, modulatiehendel en knopbewegingen hebben geen effect op de klank
Het is mogelijk dat sommige soorten sequencer software Soft Thru niet ondersteunen (i.e., gegevens ontvangen in de MIDI IN-connector worden niet onveranderd via de MIDI OUT-connector doorgestuurd) voor Exclusive-commando’s.
¥ Bij het opnemen van Exclusive-commandoÕs met zulke sequencer software, moet u Local Control op ON zetten (pg. 124).
135
Fou
tmel
ding
en/M
eldi
nglij
st
Foutmeldingen/Meldinglijst
In dit hoofdstuk wordt de betekenis verduidelijkt van de verschillende foutmeldingen en andere meldingen die mogelijk in de display van de RS-5/9 verschijnen en het beschrijft de maatregelen die moeten worden genomen wanneer zulke meldingen verschijnen.
De foutmeldingen en andere boodschappen zijn hieronder in alfabetische volgorde aangegeven.
Foutmeldinglijstfig.Message-01
Oorzaak: Er zit een fout in de controletotaalwaarde van het ontvangen System Exclusive-commando.
Oplossing: Verbeter de controletotaalwaarde.fig.Message-02
Oorzaak: De gegevens kunnen niet correct worden verwerkt door een overmatig aantal MIDI-commandoÕs.
Oplossing: Verminder het aantal ontvangen MIDI-commandoÕs.
fig.Message-03
Oorzaak: Er is een probleem met de aansluiting van de MIDI-kabel.
Oplossing: Controleer of er geen kabel losgekoppeld is en of er geen kortsluitingen zijn.
fig.Message-04
Oorzaak: MIDI-commandoÕs worden niet correct ontvangen.
Oplossing: Als deze boodschap steeds opnieuw verschijnt, betekent dit dat er een fout zit in de inhoud van het MIDI-commando.
fig.Message-05
Oorzaak: Er is een fout in het geheugen dat wordt gebruikt voor het opslaan van de gegevens van de User Area en de System Setup.
Oplossing: Raadpleeg uw leverancier of uw plaatselijke Roland Service voor herstelling.
fig.Message-06
Oorzaak: De gegevens van het User-geheugen zijn beschadigd.
Oplossing: Voer een Factory Reset uit (pg. 21) om de fabrieksinstellingen opnieuw in te stellen.
Meldinglijstfig.Message-07
Bulk Dump is in uitvoering.
fig.Message-08
Er worden Bulk gegevens ontvangen. Zet de stroom niet uit.
De verwerking werd geannuleerd.
fig.Message-09
De verwerking is voltooid.
fig.Message-10
E�n of meer tonen werden niet bewaard. Bewaar de toon- en drumsetgegevens vooraleer u de instellingen verandert en bewaar de uitvoering opnieuw.
fig.Message-11
Er worden GM Setup-gegevens verstuurd.
fig.Message-12
Er worden GM2 Setup-gegevens verstuurd.
136
Foutmeldingen/Meldinglijst
fig.Message-13
De verwerking is in uitvoering. Zet de stroom niet uit.
fig.Message-14
Factory Reset is in uitvoering. Zet de stroom niet uit.
fig.Message-15
Er worden gegevens bewaard. Zet de stroom niet uit.
fig.Message-16
De Panic-functie werd geactiveerd. Om de klank te doen stoppen, werden de uitzetcircuits aangezet.
fig.Message-17
De Panic-functie werd geactiveerd. Nu worden gegevens voor het hernemen van de klank verstuurd.
137
Par
amet
erlij
st
Parameterlijst
Uitvoering
Instellen met de paneelknoppen
Numerieke toets [3] (PFM NAME/LEVEL/PAN)
Numerieke toets [4] (MIDI/TUNE)
Numerieke toets [5] (CONTROL)
* MODULATION, PORTAMENTO TIME, VOLUME, PAN, EXPRESSION, PORTAMENTO, SOSTENUTO, SOFT, RESONANCE, RELEASE TIME, ATTACK TIME, CUTOFF, DECAY TIME, LFO RATE, LFO DEPTH, LFO DELAY, CHO SEND LEVEL, REV SEND LEVEL, UP-LO BALANCE, MFX PARAMETER 1, MFX PARAMETER 2, AFTERTOUCH
Numerieke toets [6] (MULTI-FX)
* Wanneer Source op PERFORMANCE staat, worden Type en de parameterinstellingen in de uitvoeringsinstellingen gezet.
* Zie (pg. 142Ð146) de Type-parameters.
*1 00 THROUGH, 01 STEREO EQ, 02 OVERDRIVE, 03 DISTORTION, 04 PHASER, 05 SPECTRUM, 06 ENHANCER, 07 AUTO WAH, 08 ROTARY, 09 COMPRESSOR, 10 LIMITER, 11 HEXA-CHORUS, 12 TREML CHORUS, 13 SPACE-D, 14 STEREO CHO, 15 STEREO FLNGR, 16 STEP FLANGER, 17 STEREO DELAY, 18 MODLT DELAY, 19 TRI TAP DELY, 20 QUAD TAP DLY, 21 T CTRL DELAY, 22 2V PCH SHIFT, 23 FBK PCH SIFT, 24 REVERB, 25 GATED REVERB, 26 OD>CHORUS, 27 OD>FLANGER, 28 OD>DELAY, 29 DIST>CHORUS, 30 DIST>FLANGER, 31 DIST>DELAY, 32 ENH>CHORUS, 33 ENH>FLANGER, 34 ENH>DELAY, 35 CHORUS>DELAY, 36 FLNGR>DELAY, 37 CHORUS>FLNGR, 38 CHORUS/DELAY, 39 FLNGR/DELAY, 40 CHORUS/FLNGR, 41 LOFI, 42 SLICER
Volledige parameternaam Waarde
Key Mode SINGLE, DUAL, SPLIT (pg. 34)
Arpeggio Switch OFF, ON (pg. 75)
Transpose Switch OFF, ON (pg. 48)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Name Performance Name ASCII Character (max. 12) (pg. 113)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
MIDI Tx Channel MIDI Transmit Channel 1–16, PART (p. 120)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
MOD Modulation Assign * (pg. 71)
PEDAL Control Pedal Assign * (pg. 73)
CONTROL1 Knob 1 Assign * (pg. 74)
CONTROL2 Knob 2 Assign * (pg. 74)
CONTROL3 Knob 3 Assign * (pg. 74)
CONTROL4 Knob 4 Assign * (pg. 74)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Source Multi-Effects Source UPPER, LOWER, PERFORMANCE (pg. 80)
Type Multi-Effects Type *1 (pg. 81)
138
Parameterlijst
Numerieke toets [7] (CHORUS)
Numerieke toets [8] (REVERB)
Numerieke toets [9] (KEYBOARD)
Numerieke toets [0] (ARPEGGIO)
*1 1/4, 1/6, 1/8, 1/12, 1/16, 1/32, PORTAMENTO AÐB, GLISSANDO, SEQUENCE AÐD, ECHO, SYNTH BASS, HEAVY SLAP, LIGHT SLAP, WALK BASS, RHYTHM GTR AÐE, 3 FINGER GTR, STRUM GTR UP, STRUM GTR DOWN, STRUM GTR U&D, PIANO BACKING, CLAVI CHORD, WALTZ, SWING WALTZ, REGGAE, PERCUSSION, HARP, SHAMISEN, BOUND BALL, RANDOM, BOSSA NOVA, SALSA, MAMBO, LATIN PERC, SAMBA, TANGO, HOUSE, LIMITLESS
*2 SINGLE UP, SINGLE DOWN, SINGLE UP&DOWN, SINGLE RANDOM, DUAL UP, DUAL DOWN, DUAL UP&DOWN, DUAL RANDOM, TRIPLE UP, TRIPLE DOWN, TRIPLE UP&DOWN, TRIPLE RANDOM, NOTE ORDER, GLISSANDO, CHORD, BASS+CHORD 1Ð5, BASS+UP 1Ð8, BASS+RANDOM 1Ð3, TOP+UP 1Ð6, BASS+UP+TOP
*3 1/4, 1/6, 1/8, 1/12, 1/16 1Ð3, 1/32 1Ð3, PORTA-A 01Ð11, PORTA-B 01Ð15, SEQ-A 1Ð7, SEQ-B 1Ð5, SEQ-C 1Ð2, SEQ-D 1Ð8, ECHO 1Ð3, MUTE 01Ð16, STRUM1Ð8, REGGAE1Ð2, REFRAIN1Ð2, PERC1Ð4, WALKBS, HARP, BOUND, RANDOM, BOSSA NOVA, SALSA 1Ð4, MAMBO 1Ð2, CLAVE, REV CLA, GUIRO, AGOGO, SAMBA, TANGO 1Ð4, HOUSE 1Ð2
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Type Chorus Type CHORUS1, CHORUS2, CHORUS3, CHORUS4, FEEDBACK CHORUS, FLANGER, SHORT DELAY, SHORT DELAY(FB)
(pg. 107)
Pre-LPF Chorus Pre-Low Pass Filter 0–7 (pg. 107)
Level Chorus Level 0–127 (pg. 107)
Feedback Chorus Feedback Level 0–127 (pg. 107)
Delay Chorus Delay Time 0–127 (pg. 108)
Rate Chorus Rate 0–127 (pg. 108)
Depth Chorus Depth 0–127 (pg. 108)
Send Levl to Rev Chorus Send Level to Reverb 0–127 (pg. 108)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Type Reverb Type ROOM1, ROOM2, ROOM3, HALL1, HALL2, PLATE, DELAY, PANNING DELAY
(pg. 109)
Character Reverb Character 0–7 (pg. 109)
Pre-LPF Reverb Pre-Low Pass Filter 0–7 (pg. 109)
Level Reverb Level 0–127 (pg. 109)
Time Reverb Time 0–127 (pg. 109)
Delay Feedback Reverb Delay Feedback 0–127 (pg. 109)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Transpose Transpose -36– +36 (pg. 48)
Split Point Split Point C-1–G9 (pg. 40)
Upper Part Upper Part 1–16 (pg. 39)
Lower Part Lower Part 1–16 (pg. 39)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Style Arpeggio Style *1 (pg. 75)
Motif Motif *2 (pg. 76)
Beat Ptrn Beat Pattern *3 (pg. 76)
Tempo Tempo 20–250 (When Sync Source is set to MIDI, Tempo(=MIDI) appears in the display.)
(pg. 76)
Octave Range Octave Range -3– +3 (pg. 77)
Key Velocity Key Velocity 1–127, REAL (pg. 77)
Shuffle Rate Shuffle Rate 50–90 [%] (pg. 77)
Accent Rate Accent Rate 0–100 [%] (pg. 77)
Sync Source Sync Source INT, MIDI (pg. 77)
139
Parameterlijst
Par
amet
erlij
st
Uitvoeringspart
Numerieke toets [3] (PFM NAME/LEVEL/PAN)
Numerieke toets [4] (MIDI/TUNE)
Numerieke toets [5] (CONTROL)
Numerieke toets [6] (MULTI-FX)
* Deze instellingen kunnen alleen gemaakt worden wanneer Source (pg. 80) op PERFORMANCE is ingesteld.
Numerieke toets [7] (CHORUS)
Numerieke toets [8] (REVERB)
Numerieke toets [9] (KEYBOARD)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Level Level 0–127 (pg. 66)
Pan Pan RANDOM, L63–0–63R (pg. 66)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Channel Receive Channel 1–16, OFF (pg. 122)
Tone Change Tone Change Receive Switch OFF, ON (pg. 122)
Key Shift Key Shift -24– +24 (pg. 69)
Fine Tune Fine Tune -100– +100 [cent] (p. 69)
Scale Tune C–B Scale Tune C–B -64– +63 (p. 70)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Pitch Bend Range Pitch Bend Range 0– +24 (pg. 50)
Voice Reserve Voice Reserve 0–64 (pg. 64)
Tone Type Tone Type TONE, DRUM1, DRUM2 (pg. 31)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Switch Multi-Effects Switch OFF, ON (pg. 107)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Send Level Chorus Send Level 0–127 (pg. 108)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Send Level Reverb Send Level 0–127 (pg. 109)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Solo Switch Solo Switch OFF, ON (pg. 67)
Portamento Sw Portamento Switch OFF, ON (pg. 67)
Portamento Time Portamento Time 0–127 (pg. 67)
Velo Sens Depth Velocity Sens Depth 0–127 (pg. 68)
Velo Sens Offset Velocity Sens Offset 0–127 (pg. 68)
140
Parameterlijst
Toon
Numerieke toets [1] (TONE)
Numerieke toets [6] (MULTI-FX)
* In de volgende gevallen zijn type- en parameterinstellingen ingesteld in de Tone-instellingen:
¥ Wanneer Source (pg. 80) op UPPER staat en een Tone aan de Upper Part is toegewezen
¥ Wanneer Source (pg. 80) op LOWER staat en een Tone aan de Lower Part is toegewezen
* Zie (pg. 142Ð146) de Type-parameters.
*1 00 THROUGH, 01 STEREO EQ, 02 OVERDRIVE, 03 DISTORTION, 04 PHASER, 05 SPECTRUM, 06 ENHANCER, 07 AUTO WAH, 08 ROTARY, 09 COMPRESSOR, 10 LIMITER, 11 HEXA-CHORUS, 12 TREML CHORUS, 13 SPACE-D, 14 STEREO CHO, 15 STEREO FLNGR, 16 STEP FLANGER, 17 STEREO DELAY, 18 MODLT DELAY, 19 TRI TAP DELY, 20 QUAD TAP DLY, 21 T CTRL DELAY, 22 2V PCH SHIFT, 23 FBK PCH SIFT, 24 REVERB, 25 GATED REVERB, 26 OD>CHORUS, 27 OD>FLANGER, 28 OD>DELAY, 29 DIST>CHORUS, 30 DIST>FLANGER, 31 DIST>DELAY, 32 ENH>CHORUS, 33 ENH>FLANGER, 34 ENH>DELAY, 35 CHORUS>DELAY, 36 FLNGR>DELAY, 37 CHORUS>FLNGR, 38 CHORUS/DELAY, 39 FLNGR/DELAY, 40 CHORUS/FLNGR, 41 LOFI, 42 SLICER
Drumset
Numerieke toets [2] (DRUMS)
Numerieke toets [6] (MULTI-FX)
* In de volgende gevallen zijn type- en parameterinstellingen ingesteld in de Drumsetinstellingen:
¥ Wanneer Source (pg. 80) op UPPER staat en een drumset aan de Upper Part is toegewezen
¥ Wanneer Source (pg. 80) op LOWER staat en een drumset aan de Lower Part is toegewezen
* Zie (pg. 142Ð146) de Type-parameters.
*1 00 THROUGH, 01 STEREO EQ, 02 OVERDRIVE, 03 DISTORTION, 04 PHASER, 05 SPECTRUM, 06 ENHANCER, 07 AUTO WAH, 08 ROTARY, 09 COMPRESSOR, 10 LIMITER, 11 HEXA-CHORUS, 12 TREML CHORUS, 13 SPACE-D, 14 STEREO CHO, 15 STEREO FLNGR, 16 STEP FLANGER, 17 STEREO DELAY, 18 MODLT DELAY, 19 TRI TAP DELY, 20 QUAD TAP DLY, 21 T CTRL DELAY, 22 2V PCH SHIFT, 23 FBK PCH SIFT, 24 REVERB, 25 GATED REVERB, 26 OD>CHORUS, 27 OD>FLANGER, 28 OD>DELAY, 29 DIST>CHORUS, 30 DIST>FLANGER, 31 DIST>DELAY, 32 ENH>CHORUS, 33 ENH>FLANGER, 34 ENH>DELAY, 35 CHORUS>DELAY, 36 FLNGR>DELAY, 37 CHORUS>FLNGR, 38 CHORUS/DELAY, 39 FLNGR/DELAY, 40 CHORUS/FLNGR, 41 LOFI, 42 SLICER
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Tone Name Tone Name ASCII Character (max. 12) (pg. 110)
LFO Rate LFO Rate -64– +63 (pg. 110)
LFO Depth LFO Depth -64– +63 (pg. 110)
LFO Delay LFO Delay -64– +63 (pg. 110)
LFO Filter Sw LFO Filter Switch OFF, ON (pg. 110)
Filter Cutoff Filter Cutoff -64– +63 (pg. 110)
Filter Resonance Filter Resonance -64– +63 (pg. 110)
Envelope Attack Envelope Attack Time -64– +63 (pg. 110)
Envelope Decay Envelope Decay Time -64– +63 (pg. 110)
Envelope Release Envelope Release Time -64– +63 (pg. 110)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Type Multi-Effects Type *1 (pg. 81)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
DrumSet Name Drum Set Name ASCII Character (max. 12) (pg. 112)
Pitch Pitch -60– +67 (p. 112)
Level Level 0–127 (p. 112)
Pan Pan RANDOM, L63–0–63R (pg. 112)
Reverb Depth Reverb Depth 0–127 (pg. 112)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Type Multi-Effects Type *1 (pg. 81)
141
Parameterlijst
Par
amet
erlij
st
Systeem
Instellen met de paneelknoppen
Numerieke toets [4] (MIDI/TUNE)
Numerieke toets [5] (CONTROL)
Volledige parameternaam Waarde
Multi-Effects Switch OFF, ON (pg. 79)
Chorus Switch OFF, ON (pg. 79)
Reverb Switch OFF, ON (pg. 79)
Favorite Performance Bank [1]– [8] Performance Group and Number (Preset:1–128, User:1–128)
(pg. 58)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Local Control Local Control OFF, ON (pg. 124)
GM SYSTEM GM System On Receive Switch OFF, ON (pg. 128)
GM2 SYSTEM GM2 System On Receive Switch OFF, ON (pg. 128)
System Exclusive System Exclusive Receive Switch OFF, ON (pg. 116)
Bank Select Bank Select Transmit Switch OFF, ON (pg. 121)
Device ID# Device ID Number 17–32 (pg. 115)
Master Key Shift Master Key Shift -24– +24 (pg. 126)
Master Tune Master Tune 415.3–440.0–466.2 [Hz] (p. 18)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
LCD Contrast LCD Contrast 1–8 (pg. 16)
CONTROL PEDAL Polarity Control Pedal Polarity STANDARD, REVERSE (p. 73)
HOLD PEDAL Polarity Hold Pedal Polarity STANDARD, REVERSE (p. 73)
142
Parameterlijst
Multi-Effect
01: STEREO EQ (Stereo Equalizer) (pg. 82)
02: OVERDRIVE (pg. 83)
03: DISTORTION (pg. 83)
04: PHASER (pg. 84)
05: SPECTRUM (pg. 84)
06: ENHANCER (pg. 85)
07: AUTO WAH (pg. 85)
08: ROTARY (pg. 86)
09: COMPRESSOR (pg. 87)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Low Freq Low Frequency 200, 400 [Hz]
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Freq High Frequency 4000, 8000 [Hz]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Mid1 Freq Middle 1 Frequency 200–8000 [Hz]
Mid1 Q Middle 1 Q 0.5, 1.0, 2.0, 4.0, 8.0
Mid1 Gain Middle 1 Gain -15– +15 [dB]
Mid2 Freq Middle 2 Frequency 200–8000 [Hz]
Mid2 Q Middle 2 Q 0.5, 1.0, 2.0, 4.0, 8.0
Mid2 Gain Middle 2 Gain -15– +15 [dB]
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Drive Drive 0–127
Level Output Level 0–127
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Amp Type Amp Simulator Type SMALL, BUILT-IN, 2-STACK, 3-STACK
Pan Output Pan L64–63R
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Drive Drive 0–127
Level Output Level 0–127
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Amp Type Amp Simulator Type SMALL, BUILT-IN, 2-STACK, 3-STACK
Pan Output Pan L64–63R
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Manual Manual 100–8000 [Hz]
Rate Rate 0.05–10.00 [Hz]
Depth Depth 0–127
Resonance Resonance 0–127
Mix Mix Level 0–127
Pan Output Pan L64–63R
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Band 1 Band 1 Gain -15– +15 [dB]
Band 2 Band 2 Gain -15– +15 [dB]
Band 3 Band 3 Gain -15– +15 [dB]
Band 4 Band 4 Gain -15– +15 [dB]
Band 5 Band 5 Gain -15– +15 [dB]
Band 6 Band 6 Gain -15– +15 [dB]
Band 7 Band 7 Gain -15– +15 [dB]
Band 8 Band 8 Gain -15– +15 [dB]
Q Q 0.5, 1.0, 2.0, 4.0, 8.0
Pan Output Pan L64–63R
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Sens Sensitivity 0–127
Mix Mix Level 0–127
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Filter Type Filter Type LPF, BPF
Sens Sensitivity 0–127
Manual Manual 0–127
Peak Peak 0–127
Rate Rate 0.05–10.00 [Hz]
Depth Depth 0–127
Polarity Polarity UP, DOWN
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Low Slow Low Frequency Slow Rate 0.05–10.00 [Hz]
Low Fast Low Frequency Fast Rate 0.05–10.00 [Hz]
Low Accel Low Frequency Acceleration 0–15
Low Level Low Frequency Level 0–127
High Slow High Frequency Slow Rate 0.05–10.00 [Hz]
High Fast High Frequency Fast Rate 0.05–10.00 [Hz]
High Accel High Frequency Acceleration 0–15
High Level High Frequency Level 0–127
Separation Separation 0–127
Speed Speed SLOW, FAST
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Attack Attack Time 0–127
Sustain Sustain 0–127
Post Gain Post Gain 0, +6, +12, +18 [dB]
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Pan Output Pan L64–63R
Level Output Level 0–127
143
Parameterlijst
Par
amet
erlij
st
10: LIMITER (pg. 87)
11: HEXA-CHORUS (pg. 88)
12: TREMOLO CHORUS (pg. 88)
13: SPACE-D (pg. 89)
14: STEREO CHORUS (pg. 89)
15: STEREO FLANGER (pg. 90)
16: STEP FLANGER (pg. 91)
17: STEREO DELAY (pg. 92)
18: MODULATION DELAY (pg. 93)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Threshold Threshold Level 0–127
Ratio Compression Ratio 1.5:1, 2:1, 4:1, 100:1
Release Release Time 0–127
Post Gain Post Gain 0, +6, +12, +18 [dB]
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Pan Output Pan L64–63R
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Pre Delay Pre Delay Time 0.0–100 [ms]
Rate Rate 0.05–10.00 [Hz]
Depth Depth 0–127
Pre Delay Dev Pre Delay Deviation 0–20
Depth Dev Depth Deviation -20– +20
Pan Dev Pan Deviation 0–20
Balance Effect Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Pre Delay Pre Delay Time 0.0–100 [ms]
Chorus Rate Chorus Rate 0.05–10.00 [Hz]
Chorus Depth Chorus Depth 0–127
Tremolo Phase Tremolo Phase 0–180 [deg]
Tremolo Rate Tremolo Rate 0.05–10.00 [Hz]
Tremolo Sep Tremolo Separation 0–127
Balance Effect Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Pre Delay Pre Delay Time 0.0–100 [ms]
Rate Rate 0.05–10.00 [Hz]
Depth Depth 0–127
Phase Phase 0–180 [deg]
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Balance Effect Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Pre Delay Pre Delay Time 0.0–100 [ms]
Rate Rate 0.05–10.00 [Hz]
Depth Depth 0–127
Phase Phase 0–180 [deg]
Filter Type Filter Type OFF, LPF, HPF
Cutoff Freq Cutoff Frequency 200–8000 [Hz]
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Balance Effect Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Pre Delay Pre Delay Time 0.0–100 [ms]
Rate Rate 0.05–10.00 [Hz]
Depth Depth 0–127
Feedback Feedback Level -98– +98 [%]
Phase Phase 0–180 [deg]
Filter Type Filter Type OFF, LPF, HPF
Cutoff Freq Cutoff Frequency 200–8000 [Hz]
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Balance Effect Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Pre Delay Pre Delay Time 0.0–100 [ms]
Rate Rate 0.05–10.00 [Hz]
Depth Depth 0–127
Feedback Feedback Level -98– +98 [%]
Phase Phase 0–180 [deg]
Step Rate Step Rate 0.1–20.0 [Hz], note-value symbols
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Balance Effect Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Delay Left Delay Time Left 0.0–500 [ms]
Delay Right Delay Time Right 0.0–500 [ms]
Feedback Feedback Level -98– +98 [%]
Feedback Mode Feedback Mode NORMAL, CROSS
Phase Left Feedback Phase Left NORMAL, INVERT
Phase Right Feedback Phase Right NORMAL, INVERT
HF Damp HF Damp 200–8000 [Hz], BYPASS
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Balance Effect Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Delay Left Delay Time Left 0.0–500 [ms]
Delay Right Delay Time Right 0.0–500 [ms]
Feedback Feedback Level -98– +98 [%]
Feedback Mode Feedback Mode NORMAL, CROSS
Rate Rate 0.05–10.00 [Hz]
Depth Depth 0–127
Phase Phase 0–180 [deg]
HF Damp HF Damp 200–8000 [Hz], BYPASS
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Balance Effect Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
144
Parameterlijst
19: TRIPLE TAP DELAY (pg. 94)
20: QUADRUPLE TAP DELAY (pg. 95)
21: TIME CONTROL DELAY (pg. 96)
22: 2VOICE PITCH SHIFTER (pg. 96)
23: FBK PITCH SHIFTER (Feedback Pitch Shifter) (pg. 97)
24: REVERB (pg. 98)
25: GATED REVERB (pg. 99)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Delay Center Delay Time Center 200–1000 [ms], note-value symbols
Delay Left Delay Time Left 200–1000 [ms], note-value symbols
Delay Right Delay Time Right 200–1000 [ms], note-value symbols
Feedback Feedback Level -98– +98 [%]
Center Level Center Level 0–127
Left Level Left Level 0–127
Right Level Right Level 0–127
HF Damp HF Damp 200–8000 [Hz], BYPASS
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Balance Effect Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Delay 1 Delay Time 1 200–1000 [ms], note-value symbols
Delay 2 Delay Time 2 200–1000 [ms], note-value symbols
Delay 3 Delay Time 3 200–1000 [ms], note-value symbols
Delay 4 Delay Time 4 200–1000 [ms], note-value symbols
Level 1 Level 1 0–127
Level 2 Level 2 0–127
Level 3 Level 3 0–127
Level 4 Level 4 0–127
Feedback Feedback Level -98– +98 [%]
HF Damp HF Damp 200–8000 [Hz], BYPASS
Balance Effect Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Delay Delay Time 200–1000 [ms]
Acceleration Acceleration 0–15
Feedback Feedback Level -98– +98 [%]
HF Damp HF Damp 200–8000 [Hz], BYPASS
Pan Output Pan L64–63R
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Balance Effect Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Coarse A Coarse Pitch A -24– +12 [semi]
Fine A Fine Pitch A -100– +100 [cent]
Pan A Output Pan A L64–63R
Pre Delay A Pre Delay Time A 0.0–500 [ms]
Coarse B Coarse Pitch B -24– +12 [semi]
Fine B Fine Pitch B -100– +100 [cent]
Pan B Output Pan B L64–63R
Pre Delay B Pre Delay Time B 0.0–500 [ms]
Mode Pitch Shifter Mode 1, 2, 3, 4, 5
Lev Balance Level Balance A100:0B–A0:100B
Balance Effect Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Coarse Coarse Pitch -24– +12 [semi]
Fine Fine Pitch -100– +100 [cent]
Feedback Feedback Level -98– +98 [%]
Pre Delay Pre Delay Time 0.0–500 [ms]
Mode Pitch Shifter Mode 1, 2, 3, 4, 5
Pan Output Pan L64–63R
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Balance Effect Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Type Reverb Type ROOM1, ROOM2, STAGE1, STAGE2, HALL1, HALL2
Pre Delay Pre Delay Time 0.0–100 [ms]
Time Reverb Time 0–127
HF Damp HF Damp 200–8000 [Hz], BYPASS
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Balance Effect Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Type Gated Reverb Type NORMAL, REVERSE, SWEEP1, SWEEP2
Pre Delay Pre Delay Time 0.0–100 [ms]
Gate Time Gate Time 5–500 [ms]
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Balance Effect Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
145
Parameterlijst
Par
amet
erlij
st
26: OVERDRIVE→CHORUS (pg. 99)
27: OVERDRIVE→FLANGER (pg. 100)
28: OVERDRIVE→DELAY (pg. 100)
29: DISTORTION→CHORUS (pg. 101)De parameters zijn hoofdzakelijk hetzelfde als Ò26: OVER-DRIVE → CHORUS,Ó met uitzondering van de twee volgende.
OD Drive → Dist Drive (Bepaalt de hoeveelheid distortion.)
OD Pan → Dist Pan (Bepaalt de stereolocatie van de distor-tion-klank.)
30: DISTORTION→FLANGER (pg. 101)De parameters zijn hoofdzakelijk hetzelfde als Ò27: OVER-DRIVE → FLANGER,Ó met uitzondering van de twee volgende.
OD Drive → Dist Drive (Bepaalt de hoeveelheid distortion.)
OD Pan → Dist Pan (Bepaalt de stereolocatie van de distor-tion-klank)
31: DISTORTION→DELAY (pg. 101)De parameters zijn overwegend gelijk aan Ò28: OVERDRIVE → DELAY,Ó met uitzondering van de twee volgende.
OD Drive → Dist Drive (Bepaalt de hoeveelheid distortion.)
OD Pan → Dist Pan (Bepaalt het stereobeeld van de distor-tion-klank.)
32: ENHANCER→CHORUS (pg. 102)
33: ENHANCER→FLANGER (pg. 102)
34: ENHANCER→DELAY (pg. 103)
35: CHORUS→DELAY (pg. 103)
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
OD Drive Drive 0–127
OD Pan Overdrive Pan L64–63R
Chorus Delay Chorus Pre Delay Time 0.0–100 [ms]
Chorus Rate Chorus Rate 0.05–10.00 [Hz]
Chorus Depth Chorus Depth 0–127
Chorus Bal Chorus Bal D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
OD Drive Drive 0–127
OD Pan Overdrive Pan L64–63R
Flg Pre Delay Flanger Pre Delay Time 0.0–100 [ms]
Flg Rate Flanger Rate 0.05–10.00 [Hz]
Flg Depth Flanger Depth 0–127
Flg Feedback Flanger Feedback Level -98– +98 [%]
Flg Balance Flanger Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
OD Drive Drive 0–127
OD Pan Overdrive Pan L64–63R
Delay Time Delay Time 0.0–500 [ms]
Delay Feedback Delay Feedback Level -98– +98 [%]
Delay HF Damp Delay HF Damp 200–8000 [Hz], BYPASS
Delay Bal Delay Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Enhancer Sens Enhancer Sensitivity 0–127
Enhancer Mix Enhancer Mix Level 0–127
Chorus Delay Chorus Pre Delay Time 0.0–100 [ms]
Chorus Rate Chorus Rate 0.05–10.00 [Hz]
Chorus Depth Chorus Depth 0–127
Chorus Bal Chorus Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Enhancer Sens Enhancer Sensitivity 0–127
Enhancer Mix Enhancer Mix Level 0–127
Flg Pre Delay Flanger Pre Delay Time 0.0–100 [ms]
Flg Rate Flanger Rate 0.05–10.00 [Hz]
Flg Depth Flanger Depth 0–127
Flg Feedback Flanger Feedback Level -98– +98 [%]
Flg Balance Flanger Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Enhancer Sens Enhancer Sensitivity 0–127
Enhancer Mix Enhancer Mix Level 0–127
Delay Time Delay Time 0.0–500 [ms]
Delay Feedback Delay Feedback Level -98– +98 [%]
Delay HF Damp Delay HF Damp 200–8000 [Hz], BYPASS
Delay Bal Delay Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameter Name Full Name of Parameter Value
Chorus Delay Chorus Pre Delay Time 0.0–100 [ms]
Chorus Rate Chorus Rate 0.05–10.00 [Hz]
Chorus Depth Chorus Depth 0–127
Chorus Bal Chorus Balance D100:0W–D0:100W
Delay Time Delay Time 0.0–500 [ms]
Delay Feedback Delay Feedback Level -98– +98 [%]
Delay HF Damp Delay HF Damp 200–8000 [Hz], BYPASS
Delay Bal Delay Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
146
Parameterlijst
36: FLANGER→DELAY (pg. 104)
37: CHORUS→FLANGER (pg. 104)
38: CHORUS/DELAY (pg. 105)De parameters zijn dezelfde als die van Ò35: CHORUS → DE-LAY.Ó De Delay Balance-parameter past echter de volumebal-ans aan tussen de directe klank en de delay-klank.
39: FLANGER/DELAY (pg. 105)De parameters zijn dezelfde als die van Ò36: FLANGER → DE-LAY.Ó De Delay Balance-parameter past echter de volumebal-ans aan tussen de directe klank en de delay-klank.
40: CHORUS/FLANGER (pg. 105)De parameters zijn dezelfde als die van Ò37: CHORUS → FLANGER.Ó De Flanger Balance-parameter past echter de vo-lumebalans aan tussen de directe klank en de flanger-klank.
41: LOFI (pg. 106)
42: SLICER (pg. 106)Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Flg Pre Delay Flanger Pre Delay Time 0.0–100 [ms]
Flg Rate Flanger Rate 0.05–10.00 [Hz]
Flg Depth Flanger Depth 0–127
Flg Feedback Flanger Feedback Level -98– +98 [%]
Flg Balance Flanger Balance D100:0W–D0:100W
Delay Time Delay Time 0.0–500 [ms]
Delay Feedback Delay Feedback Level -98– +98 [%]
Delay HF Damp Delay HF Damp 200–8000 [Hz], BY-PASS
Delay Bal Delay Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Chorus Delay Chorus Pre Delay Time 0.0–100 [ms]
Chorus Rate Chorus Rate 0.05–10.00 [Hz]
Chorus Depth Chorus Depth 0–127
Chorus Bal Chorus Balance D100:0W–D0:100W
Flg Pre Delay Flanger Pre Delay Time 0.0–100 [ms]
Flg Rate Flanger Rate 0.05–10.00 [Hz]
Flg Depth Flanger Depth 0–127
Flg Feedback Flanger Feedback Level -98– +98 [%]
Flg Balance Flanger Balance D100:0W–D0:100W
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Bit Down Bit Down 0–7
S-Rate Down Sample-Rate Down 32, 16, 8, 4 [kHz]
Post Gain Post Gain 0, +6, +12, +18 [dB]
Low Gain Low Gain -15– +15 [dB]
High Gain High Gain -15– +15 [dB]
Output Output MONO, STEREO
Level Output Level 0–127
Parameternaam Volledige parameternaam Waarde
Timing Pttern Timing Pattern 1–34
Accent Pttern Accent Pattern 1–16
Accent Level Accent Level 0–127
Attack Attack 1–10
Rate Rate 0.05–10.00 [Hz], note-value symbols
Reset Reset OFF, ON
Level Output Level 0–127
147
Uitv
oerin
gslij
st
Uitvoeringslijst
User PresetNr. Naam Key Mode
001 BasicPerform SINGLE002 SlicingPower DUAL003 Lo-Fi Tekno SPLIT004 Rock Organ SPLIT005 SoundTrk1912 SPLIT006 ARP Bs/Saws SPLIT007 ARP DigiClav SINGLE008 RS Pop Kit 1 SINGLE009 RS Strings DUAL010 PowerBrass DUAL011 Bass/Piano SPLIT012 ARP Bs/Tp SPLIT013 RS Finale DUAL014 Rhm/JC Gtr SPLIT015 Big Blue SINGLE016 Arpgio Bell DUAL017 MG Split SPLIT018 ARP SteelGtr SINGLE019 Chaotic DUAL020 Alto Sax SINGLE021 RS Dist Gtr SINGLE022 Twin Rave DUAL023 Air Heaven DUAL024 Twilight DUAL025 Jazz Scat SINGLE026 Pad/NylonGtr SPLIT027 Happy Saws SPLIT028 GR-300 DUAL029 Frog Pad DUAL030 Angel Choir DUAL031 7th Atmos SINGLE032 Brite Piano SINGLE033 Warm Piano DUAL034 SA Rhodes SINGLE035 RS E.Piano SINGLE036 Dyno Phase SINGLE037 RS Crystal SINGLE038 Hyper Bell SINGLE039 Chime Bells DUAL040 Air Crystal DUAL041 Air Bell DUAL042 EP Heaven SINGLE043 HyperBellPad DUAL044 Bell Heaven SINGLE045 RS SawsKey DUAL046 ARP Pipe DUAL047 Marc.Strings SINGLE048 Orchestral SINGLE049 OvertoneScan SINGLE050 Square Pad SINGLE051 Pipe Pad SINGLE052 Haunting DUAL053 RS Prologue DUAL054 OB Strings SINGLE055 Soft JP Str SINGLE056 JP Strings SINGLE057 JUNO Strings SINGLE058 RS Soft Pad SINGLE059 MatrxStrings DUAL060 Heaven Pad SINGLE061 Glass Orbit SINGLE062 Metal 5thPad DUAL063 Mystic Pad SINGLE064 Comb Saws DUAL
Nr. Naam Key Mode
065 Combine SINGLE066 Morph Pad SINGLE067 5th Saws SINGLE068 4th Sweep SINGLE069 Saws Sweep DUAL070 RS Soundtrk DUAL071 StepMetalPad DUAL072 Running Saws SINGLE073 Etherality SINGLE074 Step Flanger DUAL075 Step Saws SINGLE076 Random Pad SINGLE077 RandomEnding SINGLE078 FlangeRandom SINGLE079 Slicer SINGLE080 Sliced Sync DUAL081 Shock Wave SINGLE082 Techno Hit SINGLE083 Impact Hit SINGLE084 Noise Hit SINGLE085 Minor Rave SINGLE086 MinorIncidnt SINGLE087 Tekno Saw SINGLE088 Teknoheadz SINGLE089 TeknoSplit SPLIT090 Vox Lead SINGLE091 303 Reso SINGLE092 Uillean Pipe SINGLE093 Hichiriki SINGLE094 Quad Winds SINGLE095 Tb Section SINGLE096 TpTbSax Sect DUAL097 Sax Section SINGLE098 Fr.Horns SINGLE099 Big Band SINGLE100 RS Brass SINGLE101 OB Brass SINGLE102 Warm Brass SINGLE103 RS SawBrass1 SINGLE104 RS SawBrass2 DUAL105 RS Flute SINGLE106 Spectre SPLIT107 Pipe Lead SPLIT108 Shmoog SINGLE109 RS Bs&Lead SPLIT110 HardSyncLead SINGLE111 Full Organ SINGLE112 Jazz Organ SINGLE113 DigitalOrgan DUAL114 Cheese Organ SINGLE115 Rocker Organ SINGLE116 Finger Bass SINGLE117 Fretnot Bass SINGLE118 SH101 Bs 1 SINGLE119 SH101 Bs 2 SINGLE120 Jungle Bass SINGLE121 JP-4 Bass SINGLE122 TB303 Bass SINGLE123 303SqDstBass SINGLE124 RS Pop Kit 2 SINGLE125 TR-909 Kit SINGLE126 Brush Kit SINGLE127 RS Piano SINGLE128 Init Perform SINGLE
Nr. Naam Key Mode
001 BasicPerform SINGLE002 SlicingPower DUAL003 Lo-Fi Tekno SPLIT004 Rock Organ SPLIT005 SoundTrk1912 SPLIT006 ARP Bs/Saws SPLIT007 ARP DigiClav SINGLE008 RS Pop Kit 1 SINGLE009 RS Strings DUAL010 PowerBrass DUAL011 Bass/Piano SPLIT012 ARP Bs/Tp SPLIT013 RS Finale DUAL014 Rhm/JC Gtr SPLIT015 Big Blue SINGLE016 Arpgio Bell DUAL017 MG Split SPLIT018 ARP SteelGtr SINGLE019 Chaotic DUAL020 Alto Sax SINGLE021 RS Dist Gtr SINGLE022 Twin Rave DUAL023 Air Heaven DUAL024 Twilight DUAL025 Jazz Scat SINGLE026 Pad/NylonGtr SPLIT027 Happy Saws SPLIT028 GR-300 DUAL029 Frog Pad DUAL030 Angel Choir DUAL031 7th Atmos SINGLE032 Brite Piano SINGLE033 Warm Piano DUAL034 SA Rhodes SINGLE035 RS E.Piano SINGLE036 Dyno Phase SINGLE037 RS Crystal SINGLE038 Hyper Bell SINGLE039 Chime Bells DUAL040 Air Crystal DUAL041 Air Bell DUAL042 EP Heaven SINGLE043 HyperBellPad DUAL044 Bell Heaven SINGLE045 RS SawsKey DUAL046 ARP Pipe DUAL047 Marc.Strings SINGLE048 Orchestral SINGLE049 OvertoneScan SINGLE050 Square Pad SINGLE051 Pipe Pad SINGLE052 Haunting DUAL053 RS Prologue DUAL054 OB Strings SINGLE055 Soft JP Str SINGLE056 JP Strings SINGLE057 JUNO Strings SINGLE058 RS Soft Pad SINGLE059 MatrxStrings DUAL060 Heaven Pad SINGLE061 Glass Orbit SINGLE062 Metal 5thPad DUAL063 Mystic Pad SINGLE064 Comb Saws DUAL
Nr. Naam Key Mode
065 Combine SINGLE066 Morph Pad SINGLE067 5th Saws SINGLE068 4th Sweep SINGLE069 Saws Sweep DUAL070 RS Soundtrk DUAL071 StepMetalPad DUAL072 Running Saws SINGLE073 Etherality SINGLE074 Step Flanger DUAL075 Step Saws SINGLE076 Random Pad SINGLE077 RandomEnding SINGLE078 FlangeRandom SINGLE079 Slicer SINGLE080 Sliced Sync DUAL081 Shock Wave SINGLE082 Techno Hit SINGLE083 Impact Hit SINGLE084 Noise Hit SINGLE085 Minor Rave SINGLE086 MinorIncidnt SINGLE087 Tekno Saw SINGLE088 Teknoheadz SINGLE089 TeknoSplit SPLIT090 Vox Lead SINGLE091 303 Reso SINGLE092 Uillean Pipe SINGLE093 Hichiriki SINGLE094 Quad Winds SINGLE095 Tb Section SINGLE096 TpTbSax Sect DUAL097 Sax Section SINGLE098 Fr.Horns SINGLE099 Big Band SINGLE100 RS Brass SINGLE101 OB Brass SINGLE102 Warm Brass SINGLE103 RS SawBrass1 SINGLE104 RS SawBrass2 DUAL105 RS Flute SINGLE106 Spectre SPLIT107 Pipe Lead SPLIT108 Shmoog SINGLE109 RS Bs&Lead SPLIT110 HardSyncLead SINGLE111 Full Organ SINGLE112 Jazz Organ SINGLE113 DigitalOrgan DUAL114 Cheese Organ SINGLE115 Rocker Organ SINGLE116 Finger Bass SINGLE117 Fretnot Bass SINGLE118 SH101 Bs 1 SINGLE119 SH101 Bs 2 SINGLE120 Jungle Bass SINGLE121 JP-4 Bass SINGLE122 TB303 Bass SINGLE123 303SqDstBass SINGLE124 RS Pop Kit 2 SINGLE125 TR-909 Kit SINGLE126 Brush Kit SINGLE127 RS Piano SINGLE128 Init Perform SINGLE
148
Toonlijst
User PresetNr. Naam Stem Categorie
001 RS Piano 4 PNO 002 Bright Piano 4 PNO 003 Piano + Str 4 PNO 004 Dyno Rhodes 3 EP 005 Tremolo Dyno 4 EP 006 Phase Rhodes 4 EP 007 SA E.Piano 2 EP 008 StackE.Piano 4 EP 009 60's E.Piano 1 EP 010 Atk Clav. 2 KEY 011 DigitalClav. 2 KEY 012 El.Organ 1 4 ORG 013 El.Organ 4 4 ORG 014 El.Organ 6 2 ORG 015 Trem.Organ 2 ORG 016 Perc.Organ 2 4 ORG 017 Rock Organ 1 1 ORG 018 Cheese Organ 1 ORG 019 D-50 Organ 2 ORG 020 DigitalOrg.1 2 ORG 021 RequintoGtr. 1 AGT 022 SteelGtr.VSW 2 AGT 023 ResoGt/Slide 2 AGT 024 Dulcimer 2 ETH 025 Celtic Harp 2 PLK 026 JC ChorusGt. 2 EGT 027 Tele Rear 2 EGT 028 Fab 4 Guitar 4 EGT 029 Half Drv. 2 DGT 030 Dazed Guitar 2 DGT 031 Atk A.Bass 3 BS 032 Heart Bass 1 BS 033 Mr.Smooth 2 BS 034 TB303 Bass 2 1 SBS 035 Tee Bee 4 SBS 036 TB303 Reso 1 SBS 037 JP-4 Bass 1 SBS 038 P5 Bass 1 SBS 039 Square Bass 2 SBS 040 Jungle Bass 1 SBS 041 Pedal Bass 2 SBS 042 SH101Bass 1 2 SBS 043 SH101Bass 2 1 SBS 044 West End Bs. 3 SBS 045 RS Choir 2 VOX 046 Mello Choir 2 VOX 047 Jazz Scat 3 VOX 048 RS SynVox 1 SLD 049 RS Strings 4 STR 050 Marc.Strings 4 STR 051 Oct Strings 4 STR 052 RS SlowStr.1 2 STR 053 OB Strings 3 STR 054 Soft JP Str. 3 STR 055 JP Strings 4 STR 056 RS Flute 1 FLT 057 Bamboo Flute 2 FLT 058 Tin Whistle 2 FLT 059 Zampona 2 FLT 060 RS Alto Sax 1 SAX 061 Blown Tenor 1 SAX 062 Sax Section 4 SAX 063 Uillean Pipe 2 ETH 064 Orchestra 2 4 ORC
Nr. Naam Stem Categorie
065 Orchestra 3 4 ORC 066 Romantic Tp. 1 BRS 067 Tp. Mar/Shk 2 BRS 068 Cup Mute Tp. 1 BRS 069 Twin Tps. 2 BRS 070 Tuba + Horn 2 BRS 071 RS Fr.Horns 2 BRS 072 Lo Brass 2 BRS 073 Big Band 2 BRS 074 Power Brass 4 BRS 075 Orch Brass 4 BRS 076 LA Brass 4 SBR 077 Stack Brass 4 SBR 078 Jump Brass 2 2 SBR 079 OB Brass 4 SBR 080 LoFi Brass 2 SBR 081 Warm Brass 4 SBR 082 SoaringHorns 4 SBR 083 Sugar Keys 2 SYN 084 RS SawsKeys 4 SYN 085 Super Saws 2 SYN 086 Double Saws 2 BPD 087 RS Prologue 3 SPD 088 RS Crystal 4 BEL 089 Hyper Bell 1 BEL 090 Warm Bell 1 BEL 091 EP Heaven 4 SYN 092 RS Heaven 2 SPD 093 Heaven Pad 1 SPD 094 RS Soft Pad1 3 SPD 095 Morph Pad 4 SPD 096 Comb Strings 4 STR 097 4th Sweep 4 SPD 098 Mystic Pad 4 BPD 099 OvertoneScan 4 SPD 100 Warm Sqr Pad 4 SPD 101 JP8 Hollow 4 SPD 102 7th Atmos. 2 FX 103 Dual Sqr&Saw 4 PLS 104 Step Saws 4 PLS 105 RandomEnding 2 PLS 106 Big Blue 2 PLS 107 RND Fl.Chord 4 PLS 108 RS SquareLd1 2 SLD 109 2600 Sine 1 SLD 110 Shmoog 2 SLD 111 CC Solo 2 SLD 112 FM Lead 1 1 SLD 113 PureFlatLead 2 SLD 114 MG Saw Ld. 1 1 SLD 115 MG Saw Ld. 2 1 SLD 116 GR300 Lead 1 1 SLD 117 MG 2 OSCs 2 SLD 118 Sync Lead 1 HLD 119 Dirty Sync 2 HLD 120 Happy Saws 4 TEK 121 TwinOct.Rave 4 TEK 122 MinorIncidnt 4 TEK 123 Minor Rave 4 TEK 124 Vox Lead 2 TEK 125 Technoheadz 4 TEK 126 Impact Hit 2 HIT 127 Techno Hit 1 HIT 128 P5 Noise 1 FX
Nr. Naam Stem Categorie
001 RS Piano 4 PNO 002 Bright Piano 4 PNO 003 Dance Piano 2 PNO 004 Piano + Str 4 PNO 005 Piano+Choir 4 PNO 006 Dyno Rhodes 3 EP 007 Tremolo Dyno 4 EP 008 Phase Rhodes 4 EP 009 RS Rhodes 4 EP 010 SA E.Piano 2 EP 011 StackE.Piano 4 EP 012 Hard FM EP 4 EP 013 Detuned EP 4 EP 014 60's E.Piano 1 EP 015 Atk Clav. 2 KEY 016 AnalogClav.1 1 KEY 017 AnalogClav.2 1 KEY 018 DigitalClav. 2 KEY 019 El.Organ 1 4 ORG 020 El.Organ 2 4 ORG 021 El.Organ 3 4 ORG 022 El.Organ 4 4 ORG 023 El.Organ 5 4 ORG 024 El.Organ 6 2 ORG 025 Trem.Organ 2 ORG 026 Perc.Organ 2 4 ORG 027 Perc.Organ 3 4 ORG 028 Perc.Organ 4 4 ORG 029 Perc.Organ 5 4 ORG 030 Rock Organ 1 1 ORG 031 Rock Organ 2 3 ORG 032 Cheese Organ 1 ORG 033 D-50 Organ 2 ORG 034 DigitalOrg.1 2 ORG 035 DigitalOrg.2 2 ORG 036 RequintoGtr. 1 AGT 037 RS SteelGtr. 2 AGT 038 SteelGtr.VSW 2 AGT 039 Nylon+Steel 2 AGT 040 ResoGt/Slide 2 AGT 041 Dulcimer 2 ETH 042 Celtic Harp 2 PLK 043 Harp&Strings 3 PLK 044 Andreas Cave 4 PLK 045 JC ChorusGt. 2 EGT 046 Tele Rear 2 EGT 047 Strat Rear 2 EGT 048 Fab 4 Guitar 4 EGT 049 5th Overdrv. 2 DGT 050 Half Drv. 2 DGT 051 5th Dist. 2 DGT 052 Dazed Guitar 2 DGT 053 Atk A.Bass 3 BS 054 Heart Bass 1 BS 055 Rock Bass 2 BS 056 Double Pick 4 BS 057 Mr.Smooth 2 BS 058 TB303 Bass 1 1 SBS 059 TB303 Bass 2 1 SBS 060 Tee Bee 4 SBS 061 303 Sqr.Rev 1 SBS 062 303 SqDistBs 2 SBS 063 TB303 Reso 1 SBS 064 JP-4 Bass 1 SBS
Nr. Naam Stem Categorie
065 P5 Bass 1 SBS 066 RS SawBs.1 2 SBS 067 JP Bass 2 SBS 068 Square Bass 2 SBS 069 RS Sine Bass 2 SBS 070 Jungle Bass 1 SBS 071 Ring Bass 2 SBS 072 Hit&Saw Bass 2 SBS 073 Pedal Bass 2 SBS 074 RS SawBs.2 2 SBS 075 SH101Bass 1 2 SBS 076 SH101Bass 2 1 SBS 077 RS LightBs.1 2 SBS 078 Seq Bass 2 SBS 079 RS LightBs.2 2 SBS 080 West End Bs. 3 SBS 081 Bubble Bass 2 SBS 082 RS Choir 2 VOX 083 Rich Choir 4 VOX 084 Mello Choir 2 VOX 085 Jazz Scat 3 VOX 086 JX8P Vox 2 SPD 087 RS SynVox 1 SLD 088 RS Strings 4 STR 089 Rich Strings 4 STR 090 Marc.Strings 4 STR 091 Oct Strings 4 STR 092 Hybrid Str. 4 STR 093 Warm Strings 3 STR 094 RS SlowStr.1 2 STR 095 RS SlowStr.2 3 STR 096 ContraBsSect 4 STR 097 OB Strings 3 STR 098 Soft JP Str. 3 STR 099 JP Strings 4 STR 100 Matrix Str. 4 STR 101 JUNO Strings 2 STR 102 Digital Str. 4 STR 103 RS Flute 1 FLT 104 Bamboo Flute 2 FLT 105 Nay 2 FLT 106 Tin Whistle 2 FLT 107 Zampona 2 FLT 108 Pure Lead 4 FLT 109 Pipe Lead 3 FLT 110 BottleBlow 2 3 FLT 111 RS Alto Sax 1 SAX 112 Blown Tenor 1 SAX 113 Sax Section 4 SAX 114 Fat + Reed 4 SAX 115 Quad Wind 4 WND 116 Uillean Pipe 2 ETH 117 Hichiriki 2 ETH 118 Orchestra 2 4 ORC 119 Orchestra 3 4 ORC 120 Orchestra 4 4 ORC 121 Henry IV 4 ORC 122 Mariachi Tp. 1 BRS 123 Romantic Tp. 1 BRS 124 Tp. Shake 1 BRS 125 Tp. Mar/Shk 2 BRS 126 Atk Trumpet 2 BRS 127 Cup Mute Tp. 1 BRS 128 Twin Tps. 2 BRS
Stem: aantal stemmenUser 1Ð128: MSB=64, LSB=0
Stem: aantal stemmenPreset 1Ð128: MSB=65, LSB=0
149
Toonlijst
Too
nlijs
t
PresetNr. Naam Stem Categorie
129 4th Trumpets 2 BRS 130 Twin Bones 2 BRS 131 2Tps + Tb 1 BRS 132 2Tps+Tb+Sax 3 BRS 133 Bones & Tuba 4 BRS 134 Tuba + Horn 2 BRS 135 RS Fr.Horns 2 BRS 136 VoyagerBrass 3 BRS 137 Lo Brass 2 BRS 138 RS TbSection 2 BRS 139 Big Band 2 BRS 140 Power Brass 4 BRS 141 BrassSection 4 BRS 142 Quad Brass 4 BRS 143 Brass + Sax 4 BRS 144 Orch Brass 4 BRS 145 LA Brass 4 SBR 146 P5 Brass 4 SBR 147 Poly Brass 4 SBR 148 Fat SynBrass 4 SBR 149 MKS Brass 2 SBR 150 Stack Brass 4 SBR 151 Jump Brass 2 2 SBR 152 OB Brass 4 SBR 153 JUNO Brass 2 SBR 154 LoFi Brass 2 SBR 155 Reso Brass 2 SBR 156 Warm Brass 4 SBR 157 SoaringHorns 4 SBR 158 DeepSynBrass 2 SBR 159 Sugar Keys 2 SYN 160 RS Pipe Keys 3 SYN 161 RS SawsKeys 4 SYN 162 WireKeys 2 SYN 163 Super Saws 2 SYN 164 Double Saws 2 BPD 165 Poly Saws 4 SYN 166 Polysynth 2 2 BPD 167 Super Poly 4 SPD 168 RS Prologue 3 SPD 169 RS Crystal 4 BEL 170 Hyper Bell 1 BEL 171 Warm Bell 1 BEL 172 Chime Bells 4 BEL 173 D-50 Retour 4 BPD 174 Bell Heaven 2 SYN 175 EP Heaven 4 SYN 176 RS Heaven 2 SPD 177 Heaven Key 2 SYN 178 Heaven Pad 1 SPD 179 RS Soft Pad1 3 SPD 180 RS Soft Pad2 4 SPD 181 Saw Strings 3 SPD 182 Spectre 4 BPD 183 Morph Pad 4 SPD 184 Comb Strings 4 STR 185 Combine 2 BPD 186 Soft Sweep 4 SPD 187 Saws Sweep 3 SPD 188 CelestialPad 3 BPD 189 4th Sweep 4 SPD 190 5th Saws 4 BPD 191 Big Fives 4 BPD 192 7th Bell Pad 2 BPD
Nr. Naam Stem Categorie
193 Mystic Pad 4 BPD 194 OvertoneScan 4 SPD 195 Pipe Pad 3 SPD 196 Warm Sqr Pad 4 SPD 197 JP8 Haunting 4 SPD 198 JP8 Hollow 4 SPD 199 Glass Orbit 3 BPD 200 7th Atmos. 2 FX 201 Dual Sqr&Saw 4 PLS 202 Halo Step 4 PLS 203 Step Saws 4 PLS 204 Step Metal 4 BPD 205 Random Pad 2 PLS 206 RandomEnding 2 PLS 207 Big Blue 2 PLS 208 LFO Pad 2 PLS 209 RND Fl.Chord 4 PLS 210 Etherality 4 PLS 211 RS SquareLd1 2 SLD 212 Sine Lead 1 SLD 213 2600 Sine 1 SLD 214 RS SquareLd2 1 SLD 215 Shmoog 2 SLD 216 CC Solo 2 SLD 217 FM Lead 1 1 SLD 218 FM Lead 2 2 SLD 219 JP8 PulseLd1 1 SLD 220 JP8 PulseLd2 2 SLD 221 Soft SawLead 2 SLD 222 PureFlatLead 2 SLD 223 MG Square 2 1 HLD 224 Unison SqrLd 4 SLD 225 Dist Square 1 HLD 226 RS Digi Lead 1 SLD 227 260 RingLead 2 HLD 228 MG Saw Ld. 1 1 SLD 229 MG Saw Ld. 2 1 SLD 230 GR300 Lead 1 1 SLD 231 GR300 Lead 2 1 SLD 232 MG 2 OSCs 2 SLD 233 FatSolo Lead 4 SLD 234 ForcefulLead 4 HLD 235 CrowdingLead 4 HLD 236 Sync Lead 1 HLD 237 DualSyncLead 4 HLD 238 Dirty Sync 2 HLD 239 Sync Hard 4 HLD 240 Talking Box 3 HLD 241 Happy Saws 4 TEK 242 TwinOct.Rave 4 TEK 243 MinorIncidnt 4 TEK 244 Minor Rave 4 TEK 245 Vox Lead 2 TEK 246 Waspy Synth 2 TEK 247 Technoheadz 4 TEK 248 Techno Saw 2 PLS 249 Cheese Saw 1 PLS 250 Acid Guitar 2 TEK 251 BOG 3 TEK 252 Impact Hit 2 HIT 253 Double Hit 2 HIT 254 Techno Hit 1 HIT 255 Shock Wave 2 HIT 256 P5 Noise 1 FX
Nr. Naam Stem Categorie LSB PC
257 Piano 1 4 PNO 0 1 258 Piano 1w 4 PNO 1 1 259 Piano 1d 4 PNO 2 1 260 Piano 2 4 PNO 0 2 261 Piano 2w 4 PNO 1 2 262 Piano 3 1 PNO 0 3 263 Piano 3w 1 PNO 1 3 264 Honky-tonk 2 PNO 0 4 265 HonkyTonk w 2 PNO 1 4 266 E.Piano 1 2 EP 0 5 267 St.Soft EP 2 EP 1 5 268 FM+SA EP 2 EP 2 5 269 Wurly 2 EP 3 5 270 E.Piano 2 2 EP 0 6 271 Detuned EP 2 2 EP 1 6 272 EP Legend 2 EP 2 6 273 St.FM EP 2 EP 3 6 274 EP Phase 2 EP 4 6 275 Harpsichord 1 KEY 0 7 276 Coupled Hps. 2 KEY 1 7 277 Harpsi.w 1 KEY 2 7 278 Harpsi.o 2 KEY 3 7 279 Clav. 1 KEY 0 8 280 Pulse Clav 2 KEY 1 8 281 Celesta 1 KEY 0 9 282 Glockenspiel 1 BEL 0 10 283 Music Box 1 BEL 0 11 284 Vibraphone 1 MLT 0 12 285 Vibraphone w 1 MLT 1 12 286 Marimba 1 MLT 0 13 287 Marimba w 1 MLT 1 13 288 Xylophone 1 MLT 0 14 289 Tubular-bell 1 BEL 0 15 290 Church Bell 1 BEL 1 15 291 Carillon 1 BEL 2 15 292 Santur 1 PLK 0 16 293 Organ 1 2 ORG 0 17 294 Trem. Organ 2 ORG 1 17 295 60's Organ1 1 ORG 2 17 296 Organ 4 2 ORG 3 17 297 Organ 2 2 ORG 0 18 298 Chorus Or.2 2 ORG 1 18 299 Perc. Organ 2 ORG 2 18 300 Organ 3 2 ORG 0 19 301 Church Org.1 1 ORG 0 20 302 Church Org.2 2 ORG 1 20 303 Church Org.3 2 ORG 2 20 304 Reed Organ 1 ORG 0 21 305 Puff Organ 2 ORG 1 21 306 Accordion Fr 1 ACD 0 22 307 Accordion It 1 ACD 1 22 308 Harmonica 1 HRM 0 23 309 Bandoneon 2 ACD 0 24 310 Nylon-str.Gt 1 AGT 0 25 311 Ukulele 1 AGT 1 25 312 Nylon Gt.o 2 AGT 2 25 313 Nylon Gt.2 1 AGT 3 25 314 Steelstr.Gt 1 AGT 0 26 315 12-str.Gt 2 AGT 1 26 316 Mandolin 2 AGT 2 26 317 Steel + Body 2 AGT 3 26 318 Jazz Gt. 1 EGT 0 27 319 Pedal Steel 1 EGT 1 27 320 Clean Gt. 1 EGT 0 28
Stem: aantal stemmen Preset 129Ð256: MSB=66, LSB=0 Preset 257Ð320: MSB=121PC: Program-nummer
150
Toonlijst
PresetNr. Naam Stem Categorie LSB PC
321 Chorus Gt. 2 EGT 1 28 322 Mid Tone GTR 1 EGT 2 28 323 Muted Gt. 1 EGT 0 29 324 Funk Pop 1 EGT 1 29 325 Funk Gt.2 2 EGT 2 29 326 Jazz Man 2 EGT 3 29 327 Overdrive Gt 1 DGT 0 30 328 Guitar Pinch 2 DGT 1 30 329 DistortionGt 1 DGT 0 31 330 Feedback Gt 2 DGT 1 31 331 Dist Rtm GTR 1 DGT 2 31 332 Gt.Harmonics 1 EGT 0 32 333 Gt.Feedback 1 EGT 1 32 334 Acoustic Bs. 2 BS 0 33 335 Fingered Bs. 1 BS 0 34 336 Finger Slap 2 BS 1 34 337 Picked Bass 1 BS 0 35 338 Fretless Bs. 1 BS 0 36 339 Slap Bass 1 1 BS 0 37 340 Slap Bass 2 1 BS 0 38 341 Synth Bass 1 1 SBS 0 39 342 SynthBass101 1 SBS 1 39 343 Acid Bass 1 SBS 2 39 344 Clavi Bass 2 SBS 3 39 345 Hammer 2 SBS 4 39 346 Synth Bass 2 2 SBS 0 40 347 Beef FM Bass 2 SBS 1 40 348 Rubber Bass 2 SBS 2 40 349 Attack Pulse 1 SBS 3 40 350 Violin 1 STR 0 41 351 Slow Violin 1 STR 1 41 352 Viola 1 STR 0 42 353 Cello 1 STR 0 43 354 Contrabass 1 STR 0 44 355 Tremolo Str 1 STR 0 45 356 PizzicatoStr 1 STR 0 46 357 Harp 1 PLK 0 47 358 Yang Qin 2 PLK 1 47 359 Timpani 1 PRC 0 48 360 Strings 1 STR 0 49 361 Orchestra 3 ORC 1 49 362 60s Strings 2 STR 2 49 363 Slow Strings 1 STR 0 50 364 Syn.Strings1 1 STR 0 51 365 Syn.Strings3 2 STR 1 51 366 Syn.Strings2 2 SPD 0 52 367 Choir Aahs 1 VOX 0 53 368 Chorus Aahs2 1 VOX 1 53 369 Voice Oohs 1 VOX 0 54 370 Humming 2 VOX 1 54 371 SynVox 1 VOX 0 55 372 Analog Voice 1 VOX 1 55 373 OrchestraHit 2 HIT 0 56 374 Bass Hit 2 HIT 1 56 375 6th Hit 2 HIT 2 56 376 Euro Hit 2 HIT 3 56 377 Trumpet 1 BRS 0 57 378 Dark Trumpet 1 BRS 1 57 379 Trombone 1 BRS 0 58 380 Trombone 2 2 BRS 1 58 381 Bright Tb 1 BRS 2 58 382 Tuba 1 BRS 0 59 383 MutedTrumpet 1 BRS 0 60 384 MuteTrumpet2 1 BRS 1 60
Nr. Naam Stem Categorie LSB PC
385 French Horns 1 BRS 0 61 386 Fr.Horn 2 2 BRS 1 61 387 Brass 1 2 BRS 0 62 388 Brass 2 2 BRS 1 62 389 Synth Brass1 2 SBR 0 63 390 Pro Brass 2 SBR 1 63 391 Oct SynBrass 2 SBR 2 63 392 Jump Brass 1 SBR 3 63 393 Syn.Brass 2 2 SBR 0 64 394 SynBrass sfz 1 SBR 1 64 395 Velo Brass 1 2 SBR 2 64 396 Soprano Sax 1 SAX 0 65 397 Alto Sax 1 SAX 0 66 398 Tenor Sax 2 SAX 0 67 399 Baritone Sax 1 SAX 0 68 400 Oboe 1 WND 0 69 401 English Horn 1 WND 0 70 402 Bassoon 1 WND 0 71 403 Clarinet 1 WND 0 72 404 Piccolo 1 FLT 0 73 405 Flute 1 FLT 0 74 406 Recorder 1 FLT 0 75 407 Pan Flute 1 FLT 0 76 408 Bottle Blow 2 FLT 0 77 409 Shakuhachi 2 ETH 0 78 410 Whistle 1 FLT 0 79 411 Ocarina 1 FLT 0 80 412 Square Wave 2 HLD 0 81 413 MG Square 1 HLD 1 81 414 Sine Wave 1 HLD 2 81 415 Saw Wave 2 HLD 0 82 416 OB2 Saw 1 HLD 1 82 417 Doctor Solo 2 HLD 2 82 418 Natural Lead 2 HLD 3 82 419 SequencedSaw 2 HLD 4 82 420 Syn.Calliope 2 SLD 0 83 421 Chiffer Lead 2 SLD 0 84 422 Charang 2 HLD 0 85 423 Wire Lead 2 HLD 1 85 424 Solo Vox 2 SLD 0 86 425 5th Saw Wave 2 HLD 0 87 426 Bass & Lead 2 HLD 0 88 427 Delayed Lead 2 HLD 1 88 428 Fantasia 2 SYN 0 89 429 Warm Pad 1 SPD 0 90 430 Sine Pad 2 SPD 1 90 431 Polysynth 2 SYN 0 91 432 Space Voice 1 VOX 0 92 433 Itopia 2 VOX 1 92 434 Bowed Glass 2 SPD 0 93 435 Metal Pad 2 BPD 0 94 436 Halo Pad 2 BPD 0 95 437 Sweep Pad 1 SPD 0 96 438 Ice Rain 2 SYN 0 97 439 Soundtrack 2 SPD 0 98 440 Crystal 2 BEL 0 99 441 Syn Mallet 1 BEL 1 99 442 Atmosphere 2 AGT 0 100 443 Brightness 2 SYN 0 101 444 Goblin 2 PLS 0 102 445 Echo Drops 1 BPD 0 103 446 Echo Bell 2 BPD 1 103 447 Echo Pan 2 BPD 2 103 448 Star Theme 2 BPD 0 104
Nr. Naam Stem Categorie LSB PC
449 Sitar 1 PLK 0 105 450 Sitar 2 2 PLK 1 105 451 Banjo 1 FRT 0 106 452 Shamisen 1 PLK 0 107 453 Koto 1 PLK 0 108 454 Taisho Koto 2 PLK 1 108 455 Kalimba 1 PLK 0 109 456 Bagpipe 1 ETH 0 110 457 Fiddle 1 STR 0 111 458 Shanai 1 ETH 0 112 459 Tinkle Bell 1 BEL 0 113 460 Agogo 1 PRC 0 114 461 Steel Drums 1 MLT 0 115 462 Woodblock 1 PRC 0 116 463 Castanets 1 PRC 1 116 464 Taiko 1 PRC 0 117 465 Concert BD 1 PRC 1 117 466 Melo. Tom 1 1 PRC 0 118 467 Melo. Tom 2 1 PRC 1 118 468 Synth Drum 1 PRC 0 119 469 808 Tom 2 PRC 1 119 470 Elec Perc 1 PRC 2 119 471 Reverse Cym 1 PRC 0 120 472 Gt.FretNoise 1 AGT 0 121 473 Gt.Cut Noise 1 AGT 1 121 474 String Slap 1 AGT 2 121 475 Breath Noise 1 FX 0 122 476 Fl.Key Click 1 FX 1 122 477 Seashore 1 SFX 0 123 478 Rain 1 SFX 1 123 479 Thunder 1 SFX 2 123 480 Wind 1 SFX 3 123 481 Stream 2 SFX 4 123 482 Bubble 2 SFX 5 123 483 Bird 2 SFX 0 124 484 Dog 1 SFX 1 124 485 HorseGallop 1 SFX 2 124 486 Bird 2 1 SFX 3 124 487 Telephone 1 1 SFX 0 125 488 Telephone 2 1 SFX 1 125 489 DoorCreaking 1 SFX 2 125 490 Door 1 SFX 3 125 491 Scratch 1 SFX 4 125 492 Wind Chimes 2 SFX 5 125 493 Helicopter 1 SFX 0 126 494 Car-Engine 1 SFX 1 126 495 Car-Stop 1 SFX 2 126 496 Car-Pass 1 SFX 3 126 497 Car-Crash 2 SFX 4 126 498 Siren 1 SFX 5 126 499 Train 1 SFX 6 126 500 Jetplane 2 SFX 7 126 501 Starship 2 SFX 8 126 502 Burst Noise 2 SFX 9 126 503 Applause 2 SFX 0 127 504 Laughing 1 SFX 1 127 505 Screaming 1 SFX 2 127 506 Punch 1 SFX 3 127 507 Heart Beat 1 SFX 4 127 508 Footsteps 1 SFX 5 127 509 Gun Shot 1 SFX 0 128 510 Machine Gun 1 SFX 1 128 511 Lasergun 1 SFX 2 128 512 Explosion 2 SFX 3 128
Stem: aantal stemmen Preset 321Ð512: MSB=121PC: Program-nummer
28
29
31
33
35
30
32
34
3940
41
43
45
47
42
44
46
36
3837
8788
84
8685
5152
53
55
57
59
54
56
58
48
5049
6364
65
67
69
71
66
68
70
60
6261
7576
77
79
81
83
78
80
82
72
7473
C2
2625
C3
C4
C5
C6
Nootnr.
27
151
Dru
mse
tlijs
t
Drumsetlijst
Preset001 (PC: 1)RS Pop Kit 1
Snare RollFingerSnaps2High-QSlapScratchPush [EXC7]ScratchPull [EXC7]SticksSquareClickMetronmClickMetronm BellPop Kick 1 *3Pop Kick 2 *3Cross Stick *2Pop Snare 1 *2Ghost Note *2Pop Snare 2 *2PopLoTomFlam *2PopClHiHat 1 [EXC1] *2PopLowTom *2PopPdHiHat 1 [EXC1] *3PopMdTomFlam *2PopOpHiHat 1[EXC1] *3PopMidTom *2PopHiTomFlam *2PopCymbal 2 *2PopHighTom *2Pop Ride 1 *2PopCymbal 1 *2Pop Ride 2 *2TambourinePopSplashCymChaChaBell *2RockCrashCym *2VibraslapRockRideCym *2Pop Hi Bongo *2Pop Lo BongoPopCongaSlap *2PopCongaOpenPop Lo CongaPopHiTimbale *2PopLoTimbalePop AgogoPop AgogoPop Shaker2Pop Shaker1 *2ShortWhistle [EXC2]Long Whistle [EXC2]Pop Quide1 [EXC3]Pop Quide2 [EXC3]Pop Claves *2WoodblockWoodblockMute Cuica [EXC4]Open Cuica [EXC4]MuteTriangle [EXC5]OpenTriangle [EXC5]Pop Shaker3Jingle BellBell TreeCastanetsMute Surdo [EXC6]Open Surdo [EXC6]Applause 2 *2
002 (PC: 2)RS Pop Kit 2
%
Pop Kick 3 *3Pop Kick 4 *3%Pop Snare 3 *2%Pop Snare 4 *2%PopClHiHat 2 [EXC1] *2%PopPdHiHat 2 [EXC1] *3%PopOpHiHat 2[EXC1] *3%%%%%%%
%%%
%%%%%%%%%%%%
%%%
%
%
003 (PC: 3)STANDARD 2
Snare RollFinger SnapHigh-QSlapScratchPush [EXC7]ScratchPull [EXC7]SticksSquareClickMetronmClickMetronm BellStd.2 Kick1Std.2 Kick2Side StickStd.2 Snare1808 ClapStd.2 Snare2Real Tom 6 *2Jazz CHH [EXC1]Real Tom 6 *2Pedal HiHat [EXC1]Real Tom 4 *2Jazz OHH [EXC1]Real Tom 4 *2Real Tom 1 *2Crash Cym.1Real Tom 1 *2Ride CymbalChinaCymbalRide BellTambourineSplash Cym.CowbellCrash Cym.2VibraslapRide CymbalHigh BongoLow BongoHiConga MuteHiCongaOpenLoCongaOpenHigh TimbaleLow TimbaleAgogoAgogoCabasa *2MaracasShortWhistle [EXC2]Long Whistle [EXC2]Short Guiro [EXC3]Long Guiro [EXC3]ClavesWoodblockWoodblockMute Cuica [EXC4]Open Cuica [EXC4]MuteTriangle [EXC5]OpenTriangle [EXC5]ShakerJingle BellBar ChimesCastanetsMute Surdo [EXC6]Open Surdo [EXC6]Applause 2 *2
004 (PC:4)STANDARD 3
Std.3 Kick1 *2Std.3 Kick2 *2
Piccolo SD2
Std.3 Snare2
Close HiHat3 [EXC1]
Pedal HiHat3 [EXC1]
Open HiHat3 [EXC1]
005 (PC: 5)R&B
%
R&B Kick%%%%R&B Snare%%%%%%%%%%%%%
%%%
%%%%%%%%%%%%
%%%
%
%
006 (PC:6)DANCE
Scrtch Push2 [EXC7]Scrtch Pull2 [EXC7]
909 Comp BDElec Kick 2
House SD909 HandClapElec. Snare3Synth Drum 2 *2CR78 CHH [EXC1]Synth Drum 2 *2808 CHH 1 [EXC1]Synth Drum 2 *2CR78 OHH [EXC1]Synth Drum 2 *2Synth Drum 2 *2808 CrashSynth Drum 2 *2606 RideCym.ReverseCymbl
Shake TambrnSplash Cym.2808 Cowbel
Hoo [EXC4]Hoo [EXC4]
626 Shaker
Bell Tree
* User:001 en User:002 bevatten dezelfde gegevens als respectievelijk Preset:001 en Preset:004. (User 001, 002: MSB=64, LSB=0)
* Zie pg. 154 voor informatie over Note Nrs. 0Ð24 en 89Ð127.
*2: Tonen die met twee stemmen zijn gemaakt.*3: Tonen die met drie stemmen zijn gemaakt.[EXC]: Percussieklank met hetzelfde nummer wordt niet op het
zelfde moment gehoord.%: Zelfde als percussieklank van Ò001: RS Pop Kit 1.ÓBlank: Zelfde als percussieklank van Ò003: STANDARD 2.ÓPC: Program-nummerPreset 001Ð006: MSB=65, LSB=0
29
31
33
35
30
32
34
3940
41
43
45
47
42
44
46
36
3837
8788
100
84
8685
5152
53
55
57
59
54
56
58
48
5049
6364
65
67
69
71
66
68
70
60
6261
7576
77
79
81
83
78
80
82
72
7473
C2
C3
C4
C5
C6
96
89
91
93
95
90
92
94
C7
9897
21
2322
2728
24
2625
C1
Nootnr.
99
29
31
33
35
30
32
34
3940
41
43
45
47
42
44
46
36
3837
8788
84
8685
5152
53
55
57
59
54
56
58
48
5049
6364
65
67
69
71
66
68
70
60
6261
7576
77
79
81
83
78
80
82
72
7473
C2
2728
2625
C3
C4
C5
C6
Nootnr.
152
Drumsetlijst
Preset007 (PC: 7)HOUSE
FingerSnaps2
Scrtch Push2 [EXC7]Scrtch Pull2 [EXC7]
HipHop BD2909 BD2 *2
House SD909 HandClapElec. Snare2909 Tom707 CHH 1 [EXC1]909 TomCR78 CHH [EXC1]909 Tom909 OHH [EXC1]909 Tom909 Tom909 Crash909 Tom909 RideCym. *2ReverseCymbl
Shake TambrnSplash Cym.2808 Cowbel909 Crash
CR78 HiBongoCR78 LoBongo808 Conga808 Conga808 Conga
808 Maracas
CR78 Guiro [EXC3]808 Clave
Hoo [EXC4]Hoo [EXC4]
626 Shaker
Bell Tree
008 (PC: 8)HIP HOP
FingerSnaps2
Scrtch Push2 [EXC7]Scrtch Pull2 [EXC7]
909 Comp BDHipHop BD1808 RimshotWhack SD 2909 HandClapHipHop SD2909 TomRoom CHH [EXC1]909 TomPedal HiHat [EXC1]909 TomR8 OHH 2 [EXC1]909 Tom909 Tom909 Crash909 Tom
ReverseCymbl
Shake TambrnSplash Cym.2808 Cowbel
808 Maracas
CR78 Guiro [EXC3]808 Clave
Hoo [EXC4]Hoo [EXC4]
626 Shaker
Bell Tree
009 (PC: 9)TECHNO
FingerSnaps2
Scrtch Push2 [EXC7]Scrtch Pull2 [EXC7]
Techno BD2Techno BD1808 RimshotTechno SD 1707 ClapsMG Blip808 Tom 2 *2707 CHH 1 [EXC1]808 Tom 2 *2CR78 CHH [EXC1]808 Tom 2 *2909 OHH [EXC1]808 Tom 2 *2808 Tom 2 *2909 Crash808 Tom 2 *2
ReverseCymbl
Shake TambrnSplash Cym.2808 Cowbel909 Crash
CR78 HiBongoCR78 LoBongo808 Conga808 Conga808 Conga
808 Maracas
CR78 Guiro [EXC3]808 Clave
Hoo [EXC4]Hoo [EXC4]
626 Shaker
Bell Tree
010 (PC: 10)TR-909
FingerSnaps2
Scrtch Push2 [EXC7]Scrtch Pull2 [EXC7]
Techno BD2909 BD2 *2909 Rim909 SD 1909 HandClap909 SD 2909 Tom707 CHH 1 [EXC1]909 Tom707 CHH 2 [EXC1]909 Tom909 OHH [EXC1]909 Tom909 Tom909 Crash909 Tom909 RideCym. *2
Tambourine 2Splash Cym.2808 Cowbel
RideCym Edge
808 Maracas
CR78 Guiro [EXC3]808 Clave
Hoo [EXC4]Hoo [EXC4]
626 Shaker
Bell Tree
011 (PC:11)RHYTHM FX
RevBsAtkNoizRevClnGtMtUpRevDstGCutUpClickPop DropWood SlapSyn.DropsRev.Hi-QShortWhistleIce BlockDigi Tambrn. *2AliasTambourineNoise Slap *2Rev.Kick 1Rev.Kick 1Rev.ConBDRev.PowerBD1Rev.Elec.BD1RevBrBsDrumRev.909BD2Rev.909BD2Rev.HpHpBD1Rev.HpHpBD1Rev.HpHpBD1Rev.Tech BD2Rev.Snare 1Rev.Snare 1Rev.Snare 2Rev.Std1SD1Rev.808SDRev.909SD1Rev.CR78SD1Rev.Tech SD2Rev.HpHpSD2Rev.HpHpSD2Rev.HpHpSD2Rev House SDRev House SDRev.Snare 1Rev.Hi-QRev.Tom 1Rev.Tom 1Rev.Tom 1Rev.Tom 1Rev.Tom 2Rev.SticksRev.SlapReverseCymblRev.Cymbal2Rev.606Cym.Rev.RideCym.Rev.ClosedHHRev.707CHRev.808CHHRev.Open HH1Rev.Open HH2Rev.808OHHRev.CR-78OHHRev.CR-78OHHRev.HpHpSD2ShakerRev.SlapRev.Tombrn 2Rev.ShakeTmbRev.707Crash *2Rev.BelltreeRev.GuiroRev.GunShotRev.ScratchRev.LasergunVeloNoiseFXSt.NoiseClap *2SwishTape Stop 1 *2Missile *2Space BirdsFlyingMonstrVoice 1Hoo
* Zie pg. 154 voor informatie over Note Nrs. 0Ð24 en 89Ð127, (behalve 011: RHYTHM FX).
*2: Tonen die met twee stemmen zijn gemaakt.[EXC]: Percussieklank met hetzelfde nummer wordt
niet op het zelfde moment gehoord.Blank: Zelfde als percussieklank van
Ò003: STANDARD 2.ÓPC: Program-nummerPreset 007Ð011: MSB=65, LSB=0.
28
29
31
33
35
30
32
34
3940
41
43
45
47
42
44
46
36
3837
8788
84
8685
5152
53
55
57
59
54
56
58
48
5049
6364
65
67
69
71
66
68
70
60
6261
7576
77
79
81
83
78
80
82
72
7473
C2
2625
C3
C4
C5
C6
Nootnr.
27
153
Drumsetlijst
Dru
mse
tlijs
t
Preset012 (PC: 1)STANDARD 1
Snare RollFingerSnaps2High-QSlapScratchPush [EXC7]ScratchPull [EXC7]SticksSquareClickMetronmClickMetronm BellMix KickStd.1 Kick2Side StickStd.1 Snare1909 HandClapLD Snare MReal Tom 6 *2Close HiHat2 [EXC1]Real Tom 6 *2Pedal HiHat2 [EXC1]Real Tom 4 *2Open HiHat2 [EXC1]Real Tom 4 *2Real Tom 1 *2Crash Cym.1Real Tom 1 *2Ride CymbalChinaCymbalRide BellTambourineSplash Cym.2CowbellCrash Cym.2VibraslapRide CymbalHigh BongoLow BongoHiConga MuteHiCongaOpenLoCongaOpenHigh TimbaleLow TimbaleAgogoAgogoCabasa *2MaracasShortWhistle [EXC2]Long Whistle [EXC2]Short Guiro [EXC3]Long Guiro [EXC3]ClavesWoodblockWoodblockMute Cuica [EXC4]Open Cuica [EXC4]MuteTriangle [EXC5]OpenTriangle [EXC5]ShakerJingle BellBell TreeCastanetsMute Surdo [EXC6]Open Surdo [EXC6]Applause 2 *2
013 (PC: 9)ROOM
Finger Snap
Room Kick 2Room Kick 1
Room Snare 1808 ClapRoom Snare 2Room Tom 5 *2Room CHH [EXC1]Room Tom 5 *2Pedal HiHat [EXC1]Room Tom 2 *2R8 OHH 2 [EXC1]Room Tom 2 *2Room Tom 2 *2
Room Tom 2 *2
Splash Cym.
014 (PC: 17)POWER
Power Kick2Power Kick1
Dance Snare1808 ClapPower Snare1Rock Tom 4 *2
Rock Tom 4 *2
Rock Tom 4 *2
Rock Tom 4 *2Rock Tom 1 *2
Rock Tom 1 *2
015 (PC: 25)ELECTRONIC
Finger Snap
Scrtch Push2 [EXC7]Scrtch Pull2 [EXC7]
Elec Kick 2Elec Kick 1 *2
Elec. Snare1808 ClapElec. Snare2Synth Drum 2 *2Jazz CHH [EXC1]Synth Drum 2 *2Pedal HiHat [EXC1]Synth Drum 2 *2Jazz OHH [EXC1]Synth Drum 2 *2Synth Drum 2 *2
Synth Drum 2 *2
ReverseCymbl
Splash Cym.
016 (PC: 26)TR-808
Scrtch Push2 [EXC7]Scrtch Pull2 [EXC7]
808 Kick 1808 Kick 2808 Rimshot808 Snare 1808 Clap808 Snare 2808 Tom 2 *2808 CHH 2 [EXC1]808 Tom 2 *2808 CHH 1 [EXC1]808 Tom 2 *2808 OHH [EXC1]808 Tom 2 *2808 Tom 2 *2808 Crash808 Tom 2 *2606 RideCym.
CR78 Tmb
808 Cowbel909 Crash
RideCym EdgeCR78 HiBongoCR78 LoBongo808 Conga808 Conga808 Conga
808 Maracas
CR78 Guiro [EXC3]808 Clave
Hoo [EXC4]Hoo [EXC4]
626 Shaker
017 (PC: 33)JAZZ
Finger Snap
Jazz Kick 2Jazz Kick 1
Jazz Snare 1Hand Clap2Jazz Snare 2
Jazz CHH [EXC1]
Pedal HiHat [EXC1]
Jazz OHH [EXC1]
RideCymMidIn
RideCym Edge
Applause *2
* Zie pg. 154 voor informatie over Note Nrs. 0Ð24 en 89Ð127. *2: Tonen die met twee stemmen zijn gemaakt.[EXC]: Percussieklank met hetzelfde nummer wordt niet op het
zelfde moment gehoord.Blank: Zelfde als percussieklank van Ò012: STANDARD 1.ÓPC: Program-nummerPreset 012Ð017: MSB=120, LSB=0
5
7
9
11
6
8
10
1516
17
19
21
23
18
20
22
12
1413
123124
120
122121
89
91
93
95
90
92
94
24
99100
101
103
105
107
102
104
106
96
9897
111112
113
115
117
119
114
116
118
108
110109
C0
C1
C7
C8
C9
125
127
126
34
0
21
C-1
Nootnr.
29
31
33
35
30
32
34
3940
41
43
45
47
42
44
46
36
3837
8788
100
84
8685
5152
53
55
57
59
54
56
58
48
5049
6364
65
67
69
71
66
68
70
60
6261
7576
77
79
81
83
78
80
82
72
7473
C2
C3
C4
C5
C6
96
89
91
93
95
90
101102
92
94
C7
9897
Nootnr.
99
29
31
33
35
30
32
34
3940
41
43
45
47
42
44
46
36
3837
8788
84
8685
5152
53
55
57
59
54
56
58
48
5049
6364
65
67
69
71
66
68
70
60
6261
7576
77
79
81
83
78
80
82
72
7473
C2
2728
2625
C3
C4
C5
C6
Nootnr.
154
Drumsetlijst
Preset018 (PC: 41)BRUSH
Finger Snap
Jazz Kick 2Jazz Kick 1
Brush TapBrush SlapBrush SwirlLite Tom 4 *2Brush CHH [EXC1]Lite Tom 4 *2Pedal HiHat [EXC1]Lite Tom 4 *2Brush OHH [EXC1]Lite Tom 4 *2Lite Tom 4 *2Brush CrashLite Tom 4 *2Ride Cym In
Brush RideBl
RideCym Edge
Applause *2
019 (PC: 49)ORCHESTRA
Finger SnapJazz CHH [EXC1]Pedal HiHat [EXC1]Jazz OHH [EXC1]Ride Cymbal
Jazz Kick 1Concert BD
ConcertSnareCastanetsConcertSnareTimpaniTimpaniTimpaniTimpaniTimpaniTimpaniTimpaniTimpaniTimpaniTimpaniTimpaniTimpaniTimpani
Splash Cym.
ConcertCym.2
ConcertCym.1
Applause *2
020 (PC: 57)SFX
MG BlipTape Stop 2 *2Scrtch Push2 [EXC1]Scrtch Pull2 [EXC1]Finger SnapFingerSnaps2Gtr.FeedbackDist.CutNoizBass SlidePick ScrapeHigh-QSlapScratchPush [EXC7]ScratchPull [EXC7]SticksSquareClickMetronmClickMetronm BellGt.FretNoiseGt.Cut NoiseGt.Cut NoiseString SlapFl.Key ClickLaughingScreamingPunchHeart BeatFootstepsFootstepsApplause *2DoorCreakingDoorScratchWind Chimes *2Car-EngineCar-StopCar-PassCar-Crash *2SirenTrainJetplane *2HelicopterStarship *2Gun ShotMachine GunLasergunExplosion *2DogHorseGallopBird *2RainThunderWindSeashoreStream *2Bubble *2KittyBird 2GrowlApplause 2 *2EncoreTelephone 1Telephone 2Burst Noise *2Ghost *2Submarine *2Big Shot *2Wind 2HooEmergency! [EXC2] *2Abduction [EXC2] *2UFO FX [EXC2] *27th Atmos. [EXC2] *2Angklung
Note No. 0–24, 89–127
Mix KickStd.1 Kick2Std.3 Kick1 *2Std.3 Kick2 *2Room Kick 1Room Kick 2Power Kick1Power Kick2Jazz Kick 1Concert BDElec Kick 1 *2Elec Kick 2808 Kick 1808 Kick 2909 BD2 *2909 Comp BDHipHop BD1HipHop BD2Techno BD1Techno BD2R&B KickPop Kick 1 *3Pop Kick 2 *3Pop Kick 3 *3Pop Kick 4 *3
Std.1 Snare1LD Snare MStd.2 Snare1Std.2 Snare2Piccolo SD2Std.3 Snare2Room Snare 1Room Snare 2Dance Snare1Power Snare1Jazz Snare 1Jazz Snare 2Brush TapBrush SlapBrush SwirlConcertSnareElec. Snare1Elec. Snare2Elec. Snare3808 Snare 1808 Snare 2909 Snare 1909 SD 1909 SD 2CR78 SD 1Whack SD 2HipHop SD2Techno SD 1MG BlipHouse SDHouse SDR&B Snare *2Pop Snare 1 *2Pop Snare 2 *2Pop Snare 3 *2Pop Snare 4 *2Rev. SnareCross Stick *2Ghost Note *2
* Zie rechtse kolom voor informatie over Note Nrs. 0Ð24 en 89Ð127, (behalve 020: SFX).
*2: Tonen die met twee stemmen zijn gemaakt.
*3: Tonen die met drie stemmen zijn gemaakt.
[EXC]: Percussieklank met hetzelfde nummer wordt niet op het zelfde moment gehoord.
Blank: Zelfde als percussieklank van Ò012: STANDARD 1.Ó
PC: Program-nummerPreset 018Ð020: MSB=120, LSB=0
155
Arp
eggi
o-st
ijllij
st
Arpeggio-stijllijst
* all: er is geen beperking op de waarde die kan ingesteld worden
Style Motif Beat Pattern
1/4 all 1/ 4
1/6 all 1/ 6
1/8 all 1/ 8
1/12 all 1/12
1/16 all 1/16 1–3
1/32 SINGLE UP, SINGLE DOWN, SINGLE UP&DOWN, SINGLE RANDOM, DUAL UP, DUAL DOWN, DUAL UP&DOWN, DUAL RANDOM, NOTE ORDER, GLISSANDO, BASS+UP 1–8, BASS+RANDOM 1–3, TOP+UP 1–6
1/32 1–3
PORTAMENTO A all PORTA-A 01–11
PORTAMENTO B all PORTA-B 01–15
GLISSANDO GLISSANDO 1/16 1–3, 1/32 1–3
SEQUENCE A all SEQ-A 1–7
SEQUENCE B all SEQ-B 1–5
SEQUENCE C SINGLE UP, SINGLE DOWN, SINGLE UP&DOWN, SINGLE RANDOM, DUAL UP, DUAL DOWN, DUAL UP&DOWN, DUAL RANDOM, NOTE ORDER, GLISSANDO, BASS+UP 1–8, BASS+RANDOM 1–3, TOP+UP 1–6
SEQ-C 1–2
SEQUENCE D all SEQ-D 1–8
ECHO SINGLE UP, SINGLE DOWN, SINGLE UP&DOWN, SINGLE RANDOM, DUAL UP, DUAL DOWN, DUAL UP&DOWN, DUAL RANDOM, NOTE ORDER
ECHO 1–3
SYNTH BASS BASS+UP 2 SEQ-A 1, SEQ-C 1
HEAVY SLAP BASS+UP 5, TOP+UP 5 MUTE 02, 03
LIGHT SLAP BASS+UP 5, TOP+UP 5 MUTE 02, 03
WALK BASS SINGLE UP, SINGLE DOWN, SINGLE UP&DOWN, SINGLE RANDOM, NOTE ORDER, GLISSANDO
REFRAIN 1, WALKBS
RHYTHM GTR 1 SINGLE UP, SINGLE DOWN, SINGLE UP&DOWN, SINGLE RANDOM, DUAL UP, DUAL DOWN, DUAL UP&DOWN, DUAL RANDOM, NOTE ORDER, BASS+UP 1–8, BASS+RANDOM 1–3, TOP+UP 1–6
MUTE 01, 04
RHYTHM GTR 2 CHORD MUTE 07, 13, 14
RHYTHM GTR 3 CHORD MUTE 08, 12, 15
RHYTHM GTR 4 CHORD MUTE 09, 10, 11, 16
RHYTHM GTR 5 SINGLE UP, SINGLE DOWN STRUM 1–6
3 FINGER GTR BASS+UP+TOP SEQ-A 7
STRUM GTR UP SINGLE UP STRUM 7–8
STRUM GTR DOWN SINGLE DOWN STRUM 7–8
STRUM GTR U&D SINGLE UP&DOWN STRUM 7–8
PIANO BACKING CHORD MUTE 12, REFRAIN 2
CLAVI CHORD BASS+CHORD 4, BASS+CHORD 5 MUTE 05, 06
WALTZ BASS+CHORD 2, BASS+UP 2, BASS+RANDOM 2, TOP+UP 2 1/ 6, 1/12
SWING WALTZ BASS+CHORD 2, BASS+UP 2, BASS+RANDOM 2, TOP+UP 2 1/16 1–3
REGGAE CHORD, BASS+CHORD 1 REGGAE 1–2
PERCUSSION SINGLE UP, SINGLE DOWN, SINGLE UP&DOWN, SINGLE RANDOM, DUAL UP, DUAL DOWN, DUAL UP&DOWN, DUAL RANDOM, NOTE ORDER, BASS+UP 1–8, BASS+RANDOM 1–3, TOP+UP 1–6
PERC 1–4
HARP SINGLE UP, SINGLE DOWN, SINGLE UP&DOWN, GLISSANDO HARP
SHAMISEN TOP+UP 4–6 SEQ-A 2
BOUND BALL SINGLE UP, SINGLE DOWN, SINGLE UP&DOWN, SINGLE RANDOM, DUAL UP, DUAL DOWN, DUAL UP&DOWN, DUAL RANDOM, NOTE ORDER, GLISSANDO
BOUND
RANDOM SINGLE RANDOM, DUAL RANDOM, BASS+RANDOM 1–3 1/ 4, 1/6, 1/8, 1/12, 1/16 1–3, 1/32 1–3, RANDOM
BOSSA NOVA all BOSSA NOVA
SALSA all SALSA 1–4
MAMBO all MAMBO 1–2
LATIN PERC SINGLE UP, SINGLE DOWN, SINGLE UP&DOWN, SINGLE RANDOM, DUAL UP, DUAL DOWN, DUAL UP&DOWN, DUAL RANDOM, NOTE ORDER, GLISSANDO
CLAVE, REV CLA, GUIRO, AGOGO
SAMBA all SAMBA
TANGO all TANGO 1–4
HOUSE all HOUSE 1–2
LIMITLESS all all
156
MIDI-implementatie
Functie...
Basiskanaal
Modus
Noot-nummer :
Snelheid
AfterTouch
Pitch Bend
ControlChange
ProgramChange
System Exclusive
SystemCommon
SystemReal Time
AuxMessages
Opmerking
Verzonden Herkend Omerkingen
Defaultwordt veranderd
Default-commando’sworden gewijzigd
True Voice
Note OnNote Off
ToetsenKanalen
0, 3215
6, 387
1011121364656667697172737475767778849193
98, 99100, 101
: True Number
: Song Position: Song Select: Tune Request
: Klok-: commando’s
: All Sound Off: Reset All Controllers: Local On/Off: All Notes Off: Active Sensing: System Reset
1—161—16
Modus 3X
OO
0—127
XO
O
OOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOXO
OOOOOOOOOOOOOXOOOOOOOOOO (Reverb) O (Chorus) OO
O **************
O
XXX
XX
OOXXOX
1—161—16
Modus 3Modus 3, 4 (M = 1)
OO
0—127 0—127
O *1O *1
O *1
O *10—127
O *1
XXX
O *1O *1
O (120, 126, 127)O XO (123—127)OX
Bank selectModulatiePortamentotijdGegevensinvoerVolumePanpotExpressieEffectsturing 1Effectsturing 2 Hold 1PortamentoSostenutoSoftHold 2ResonantieRelease-tijdAttack-tijdCutoffDecay-tijdeVibrato-snelheidVibrato-diepteVibrato-delayPortamento-sturingAlgemene effecten 1Algemene effecten 3NRPN LSB, MSBRPN LSB, MSB
* 1 O X kan geselecteerd worden.* 2 Wordt herkend als M=1 zelfs als M›1.* 3 Verzendt alleen gegevens als het Setup Send commando wordt gebruikt.
64 Voice Synthesizer
Model RS-5/9
Datum : 12 oktober 2000
Versie : 1.00MIDI-implementatikaart
**************
**************
Modus 1 : OMNI ON, POLYModus 3 : OMNI OFF, POLY
Modus 2 : OMNI ON, MONOModus 4 : OMNI OFF, MONO
O : YesX : No
* 2
Programmanr. 1—128
*1
*3
*1*1*1*1*1*1*1*1*1*1*1*1*1
*1*1*1*1*1*1*1*1*1*1*1*1*1
157
Spe
cific
atie
s
Specificaties
RS-5/9: 64-voice synthesizer (overeenkomstig het General MIDI 2-systeem)
• Klavier
RS-5: 61 toetsen (met velocity)
RS-9: 88 toetsen (met velocity)
• Parts
16
• Maximale polyfonie
64 stemmen
• Wave-geheugen
32 M bytes (16-bit lineair equivalent)
• Preset-geheugen
Tonen: 512 (RS-5/9 Origineel: 256, Algemeen MIDI 2: 256)
Uitvoeringen: 128
Drumsets: 20 (RS-5/9 Origineel: 11, Algemeen MIDI 2: 9)
• User-geheugen
Tonen: 128
Uitvoeringen: 128
Drumsets: 2
• Effecten
Multi-effecten: 42 soorten
Reverb: 8 soorten
Chorus: 8 soorten
• Arpeggiator
45 stijlen
• Controllers
Pitch Bend/Modulatiehendel
Stuurknoppen: 6
• Display
40 karakters, 2 lijn (Backlit LCD)
7 segmenten, 3 karakters (LED)
• Connectoren
Uitgangsaansluitingen (L (MONO), R)
Aansluiting hoofdtelefoon
MIDI-connectoren (IN, OUT, THRU)
Aansluiting Hold-pedaal
Aansluiting controlepedaal
• Stroomtoevoer
DC 9V (AC-adaptor)
• Stroomverbruik
600 mA
• Afmetingen
RS-5: 1033 (W) x 294 (D) x 103 (H) mm
40-11/16 (W) x 11-5/8 (D) x 4-1/16 (H) inch
RS-9: 1395 (W) x 294 (D) x 108 (H) mm
54-15/16 (W) x 11-5/8 (D) x 4-1/4 (H) inch
• Gewicht
RS-5: 6,0 kg / 13 lbs 4 oz (zonder AC-adaptor)
RS-9: 10,8kg / 23 lbs 13 oz (zonder AC-adaptor)
• Toebehoren
Gebruikershandleiding
AC-adaptor (ACI/ACB-reeks)
Muziekstandaard / 2 schroeven voor de muziekstandaard (RS-9)
• Opties
Pedaalschakelaar: DP-2/6
Voetschakelaar: BOSS FS-5U
Expressiepedaal: EV-5
* In het belang van de productontwikkeling kunnen de specificaties en/of
het uitzicht van dit toestel zonder voorafgaandelijke verwittiging
gewijzigd worden.
158
Index
Cijfers2VOICE PITCH SHIFTER (Multi-FX) ........................ 96
AACCENT-knop .............................................................. 78Accentsnelheid (Arpeggio) .......................................... 77Aftertouch .................................................................... 119Arabische toonladder ................................................... 70[ARPEGGIO ON/OFF] .......................................... 42, 75[ARPEGGIO/CONTROL] ........................................... 74ATTACK-knop .............................................................. 54AUTO WAH (Multi-FX) ............................................... 85
BBank Select-verzendschakelaar ................................. 121Beat-patroon (Arpeggio) .............................................. 76Bulk Dump ................................................................... 115
CCategorie ......................................................................... 23Channel
Receive .................................................................... 122Transmit .................................................................. 120
Channel-commandoÕs ................................................. 119Chorus
On/Off ................................................................ 44, 79Settings .................................................................... 107
CHORUS/DELAY (Multi-FX) ................................... 105CHORUS/FLANGER (Multi-FX) ............................. 105CHORUS->DELAY (Multi-FX) ................................. 103CHORUS->FLANGER (Multi-FX) ............................ 104COMPRESSOR (Multi-FX) ........................................... 87CONTROL 1ÐCONTROL 4 .......................................... 74Control Change ........................................................... 119Control Pedal Assign .................................................... 73CONTROL PEDAL-polariteit ...................................... 73CUTOFF-knop ............................................................... 55
DDemo-songs ................................................................... 19DEPTH-knop ................................................................. 52Detune ............................................................................. 69Device ID-nummer ..................................................... 115DISTORTION (Multi-FX) ............................................. 83DISTORTION->CHORUS (Multi-FX) ...................... 101DISTORTION->DELAY (Multi-FX) ......................... 101DISTORTION->FLANGER (Multi-FX) .................... 101Drumset
Benoemen ............................................................... 113Bewaren .................................................................. 113Cre�ren .................................................................... 112Selecteren (Single) ................................................... 29Selecteren (Split en Dual) ....................................... 37Wat is een drumset? ................................................ 62
Dual ........................................................................... 34, 36
EEffect
On/Off ................................................................ 44, 79Signal Path ................................................................ 80
ENHANCER (Multi-FX) ............................................... 85ENHANCER->CHORUS (Multi-FX) ........................ 102ENHANCER->DELAY (Multi-FX) ........................... 103ENHANCER->FLANGER (Multi-FX) ...................... 102ENTER-knop .................................................................. 11ENVELOPE ............................................................ 54, 110Exclusive-commandoÕs ............................................... 119[EXIT] .............................................................................. 64
FFactory Reset .......................................................... 21, 117FAVORITE PERFORM BANK .................................... 58FBK PITCH SHIFTER (Multi-FX) ................................ 97FILTER .................................................................... 55, 110Fine Tune ........................................................................ 69FLANGER/DELAY (Multi-FX) ................................. 105FLANGER->DELAY (Multi-FX) ............................... 104
GGATED REVERB (Multi-FX) ....................................... 99Geheugen ........................................................................ 63Gelijke stemming ........................................................... 70GM/GM2 Setup-commando ..................................... 129GM/GM2 SYSTEM ON .............................................. 117GM/GM2 System On-ontvangstschakelaar ............ 128
HHEXA-CHORUS (Multi-FX) ........................................ 88HOLD PEDAL-polariteit .............................................. 73
IInitializeren .................................................................. 117
KKanaal
Verzend ................................................................... 122Ontvangst ................................................................ 120
Kanaal-commandoÕs ................................................... 119Key-modus ..................................................................... 34Key Shift .......................................................................... 69Key Velocity (Arpeggio) ............................................... 77Knop ................................................................................ 74Knoptoewijzing ............................................................. 74
LLCD-contrast .................................................................. 16Level (Drumset) ........................................................... 112Level (Part) ..................................................................... 66LFO .......................................................................... 52, 110[LFO ON/OFF] .............................................................. 52LIMITER (Multi-FX) ...................................................... 87Local Control ................................................................ 124LOFI (Multi-FX) ........................................................... 106
159
Index
Inde
x
Lower Part ................................................................ 34, 40
M[MANUAL] .................................................................... 74Master Key Shift .......................................................... 126Master Tuning ............................................................... 18Maximale polyfonie ...................................................... 64MIDI .............................................................................. 118MOD ................................................................................ 71Modulatiehendel ..................................................... 51, 71Modulation Assign ....................................................... 71MODULATION DELAY (Multi-FX) .......................... 93Motif (Arpeggio) ........................................................... 76Multi-Effecten
Instellingen ............................................................... 80On/Off ................................................................ 44, 79On/Off voor afzonderlijke parts ......................... 107
Multi-effecten- soorten ................................................. 81Multi-timbrale klankmodules ................................... 118
NNaam ............................................................................. 113Note Off ........................................................................ 119Note On ........................................................................ 119Numerieke toetsen ........................................................ 64
OOCTAVE-knop .............................................................. 78Octave Range (Arpeggio) ............................................. 77Ontvangstkanaal ......................................................... 122OVERDRIVE (Multi-FX) .............................................. 83OVERDRIVE->CHORUS (Multi-FX) ......................... 99OVERDRIVE->DELAY (Multi-FX) ........................... 100OVERDRIVE->FLANGER (Multi-FX) ..................... 100
PPan (Drumset) .............................................................. 112Pan (Part) ........................................................................ 66Panic-functie .................................................................. 65Part ............................................................................ 28, 39PEDAL ............................................................................ 73Pedal-polariteit .............................................................. 73[PERFORM/TONE] .............................. 23, 26, 29Ð30, 57PHASER (Multi-FX) ...................................................... 84[PHRASE PREVIEW] .................................................... 33[PIANO] .......................................................................... 60Pitch (Drum Set) .......................................................... 112Pitch Bend Change ...................................................... 119Pitch Bend-hendel ......................................................... 50Portamento ..................................................................... 67Preset ................................................................... 26, 30, 56Program Change ......................................................... 119
QQUADRUPLE TAP DELAY (Multi-FX) ..................... 95
RRATE-knop .................................................................... 52Receive Channel .......................................................... 122
RELEASE-knop .............................................................. 54REMOLO CHORUS (Multi-FX) .................................. 88RESONANCE-knop ...................................................... 55Reverb
On/Off ................................................................ 44, 79Instellingen ............................................................. 108
REVERB (Multi-FX) ....................................................... 98Reverb Depth (Drumset) ............................................ 112ROTARY (Multi-FX) ..................................................... 86
SScale Tune ....................................................................... 70[SHIFT] ...................................................................... 64Ð65Shortcuts ......................................................................... 65SHUFFLE-knop ............................................................. 78Shuffle Rate (Arpeggio) ................................................ 77Single ............................................................................... 34SLICER (Multi-FX) ...................................................... 106Solo-schakelaar .............................................................. 67Source (Multi-Effects) ................................................... 80SPACE-D (Multi-FX) ..................................................... 89SPECTRUM (Multi-FX) ................................................ 84Split .................................................................................. 34Splitpunt ......................................................................... 40STEP FLANGER (Multi-FX) ........................................ 91STEREO CHORUS (Multi-FX) ..................................... 89STEREO DELAY (Multi-FX) ........................................ 92STEREO EQ (Multi-FX) ................................................ 82STEREO FLANGER (Multi-FX) ................................... 90Stroom ............................................................................. 15Style (Arpeggio) ............................................................. 75Switch (Multi-Effects, voor afzonderlijke parts) ..... 107Sync Source (Arpeggio) ................................................ 77System Exclusive ontvangstschakelaar .................... 116SysteemcommandoÕs .................................................. 119
TTempo (Arpeggio) ......................................................... 76TEMPO-knop ................................................................. 78THROUGH (Multi-FX) ................................................. 82TIME CONTROL DELAY (Multi-FX) ........................ 96Toestel ID-nummer ..................................................... 115[TONE CATEGORY] .............................................. 23, 26Tone Change-ontvangstschakelaar ........................... 122Tone Search-functie ....................................................... 23Tone Type ....................................................................... 31Toon
Benoemen ................................................................ 113Bewaren ................................................................... 113Categorie .................................................................... 25Cre�ren .................................................................... 110Selecteren (Single) .................................................... 23Selecteren (Split en Dual) ....................................... 37Wat is een toon? ....................................................... 62
Transmit Channel ........................................................ 120Transpose
Alle parts ................................................................... 48Gespecifieerde part .................................................. 69
160
Index
TRIPLE TAP DELAY (Multi-FX) ................................ 94Tuning ............................................................................. 18Tx Setup ........................................................................ 129Type (Multi-Effecten) ................................................... 81
UUitvoering
Benoemen ............................................................... 113Bewaren .................................................................. 113Gemakkelijk selecteren ........................................... 58Selecteren .................................................................. 56Wat is een uitvoering? ............................................ 62
Upper Part ................................................................ 34, 40User ..................................................................... 26, 30, 56[USER/PRESET] ...................................................... 30, 39
VVALUE [-]/[+] ............................................................... 64Velocity Sense ................................................................ 68Verzendkanaal ............................................................. 120Vibrato-effect ......................................................... 52, 110Voice Reserve ................................................................. 64Volume ............................................................................ 16
WWah-effect .............................................................. 52, 110
ZZuivere stemming ......................................................... 70
161
Index
Inde
x
Memo
InformatieGelieve u voor herstellingen te wenden tot het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkende Roland-verdeler in uw land die in onderstaande lijst worden aangegeven
Vanaf 1 November 2000 (Roland)
ARGENTINAInstrumentos Musicales S.A.Florida 656 2nd Floor Office Number 206ABuenos AiresARGENTINA, CP1005TEL: (54-11) 4- 393-6057
BRAZILRoland Brasil Ltda.R. Coronel Octaviano da Silveira 203 05522-010 Sao Paulo BRAZILTEL: (011) 3743 9377
CANADA Roland Canada Music Ltd.(Head Office)5480 Parkwood Way Richmond B. C., V6V 2M4 CANADA TEL: (0604) 270 6626
Roland Canada Music Ltd.(Toronto Office)Unit 2, 109 Woodbine Downs Blvd, Etobicoke, ONM9W 6Y1 CANADA TEL: (0416) 213 9707
MEXICOCasa Veerkamp, s.a. de c.v.Av. Toluca No. 323, Col. Olivar de los Padres 01780 Mexico D.F. MEXICOTEL: (525) 668 04 80
PANAMASUPRO MUNDIAL, S.A.Boulevard Andrews, Albrook,Panama City,REP. DE PANAMATEL: (507) 315-0101
U. S. A. Roland Corporation U.S.5100 S. Eastern AvenueLos Angeles, CA 90040-2938,U. S. A.TEL: (323) 890 3700
VENEZUELAMusicland Digital C.A.Av. Francisco de Miranda,Centro Parque de Cristal, Nivel C2 Local 20 CaracasVENEZUELATEL: (02) 285 9218
AUSTRALIA Roland Corporation Australia Pty., Ltd. 38 Campbell Avenue Dee Why West. NSW 2099 AUSTRALIA TEL: (02) 9982 8266
NEW ZEALAND Roland Corporation (NZ) Ltd.97 Mt. Eden Road, Mt. Eden, Auckland 3, NEW ZEALAND TEL: (09) 3098 715
HONG KONGTom Lee Music Co., Ltd. Service Division22-32 Pun Shan Street, Tsuen Wan, New Territories, HONG KONGTEL: 2415 0911
CHINABeijing Xinghai Musical Instruments Co., Ltd.6 Huangmuchang Chao Yang District, Beijing, CHINATEL: (010) 6774 7491
INDIARivera Digitec (India) Pvt. Ltd.409, Nirman Kendra Mahalaxmi Flats Compound Off. Dr. Edwin Moses Road, Mumbai-400011, INDIATEL: (022) 498 3079
INDONESIAPT Citra IntiRamaJ1. Cideng Timur No. 15J-150 Jakarta PusatINDONESIATEL: (021) 6324170
MALAYSIABentley Music SDN BHD140 & 142, Jalan Bukit Bintang 55100 Kuala Lumpur,MALAYSIATEL: (03) 2443333
PHILIPPINESG.A. Yupangco & Co. Inc.339 Gil J. Puyat AvenueMakati, Metro Manila 1200,PHILIPPINESTEL: (02) 899 9801
SINGAPORESwee Lee Company150 Sims Drive,SINGAPORE 387381TEL: 748-1669
TAIWANROLAND TAIWAN ENTERPRISE CO., LTD.Room 5, 9fl. No. 112 Chung Shan N.Road Sec.2, Taipei, TAIWAN, R.O.C.TEL: (02) 2561 3339
THAILANDTheera Music Co. , Ltd.330 Verng NakornKasem, Soi 2, Bangkok 10100, THAILANDTEL: (02) 2248821
BAHRAINMoon StoresBab Al Bahrain Road, P.O. Box 20077State of BAHRAINTEL: 211 005
VIETNAMSaigon Music138 Tran Quang Khai St., District 1Ho Chi Minh CityVIETNAMTEL: (08) 844-4068
ISRAELHalilit P. Greenspoon & Sons Ltd.8 Retzif Ha'aliya Hashnya St.Tel-Aviv-Yafo ISRAELTEL: (03) 6823666
JORDANAMMAN Trading Agency Prince Mohammed St. P.O. Box 825 Amman 11118 JORDANTEL: (06) 4641200
KUWAITEasa Husain Al-YousifiAbdullah Salem Street,Safat KUWAITTEL: 5719499
LEBANONA. Chahine & FilsP.O. Box 16-5857 Gergi Zeidan St. Chahine Building, AchrafiehBeirut, LEBANONTEL: (01) 335799
QATARAl Emadi Co. (Badie Studio & Stores)P.O. Box 62, DOHA QATARTEL: 4423-554
SAUDI ARABIAaDawliah Universal Electronics APLCorniche Road, Aldossary Bldg., 1st FloorSAUDI ARABIA
P.O.Box 2154, Alkhobar 31952SAUDI ARABIA TEL: (03) 898 2081
SYRIATechnical Light & Sound CenterKhaled Ibn Al Walid St.P.O. Box 13520Damascus - SYRIATEL: (011) 2235 384
TURKEY Barkat muzik aletleri ithalat ve ihracat Ltd StiSiraselviler cad.Guney is hani 84-86/6, Taksim. Istanbul. TURKEYTEL: (0212) 2499324
U.A.E.Zak Electronics & Musical Instruments Co. L.L.C.Zabeel Road, Al Sherooq Bldg., No. 14, Grand Floor DUBAI U.A.E.TEL: (04) 3360715
EGYPTAl Fanny Trading OfficeP.O. Box 2904, El Horrieh Heliopolos, Cairo, EGYPTTEL: (02) 4185531
REUNIONMaison FO - YAM Marcel25 Rue Jules Hermann,Chaudron - BP79 97 491Ste Clotilde Cedex,REUNION ISLANDTEL: 28 29 16
SOUTH AFRICAThat Other Music Shop (PTY) Ltd.11 Melle St., Braamfontein, JohannesbourgRepublic of SOUTH AFRICA
P.O.Box 32918, Braamfontein 2017 Republic of SOUTH AFRICATEL: (011) 403 4105
Paul Bothner (PTY) Ltd.17 Werdmuller Centre Claremont 7700 Republic of SOUTH AFRICA
P.O. Box 23032Claremont, Cape TownSOUTH AFRICA, 7735TEL: (021) 674 4030
CYPRUSRadex Sound Equipment Ltd.17 Diagorou St., P.O. Box 2046, Nicosia CYPRUSTEL: (02) 453 426
DENMARK Roland Scandinavia A/SNordhavnsvej 7, Postbox 880,DK-2100 CopenhagenDENMARK TEL: (039)16 6200
FRANCERoland France SA4, Rue Paul Henri SPAAK, Parc de l'Esplanade, F 77 462 St. Thibault, Lagny Cedex FRANCETEL: 01 600 73 500
FINLANDRoland Scandinavia As, Filial FinlandLauttasaarentie 54 BFin-00201 Helsinki, FINLANDTEL: (9) 682 4020
GERMANY Roland Elektronische Musikinstrumente HmbH.Oststrasse 96, 22844 Norderstedt, GERMANY TEL: (040) 52 60090
GREECESTOLLAS S.A.Music Sound Light155, New National Road26422 Patras, GREECETEL: 061-435400
HUNGARYIntermusica Ltd.Warehouse Area ÔDEPOÕ Pf.83H-2046 Torokbalint, HUNGARYTEL: (23) 511011
IRELANDRoland IrelandAudio House, Belmont Court,Donnybrook, Dublin 4.Republic of IRELANDTEL: (01) 2603501
ITALYRoland Italy S. p. A. Viale delle Industrie 8, 20020 Arese, Milano, ITALYTEL: (02) 937-78300
NORWAYRoland Scandinavia Avd. Kontor NorgeLilleakerveien 2 Postboks 95 Lilleaker N-0216 Oslo NORWAYTEL: 273 0074
POLANDP. P. H. BrzostowiczUL. Gibraltarska 4.PL-03664 Warszawa POLANDTEL: (022) 679 44 19
PORTUGALTecnologias Musica e Audio, Roland Portugal, S.A.RUA DE SANTA CARARINA 131/133, 4000-450 PORTO PORTUGALTEL: (022) 208 4456
RUSSIASlami Music CompanySadojava-Triumfalnaja st., 16 103006 Moscow, RUSSIA TEL: 095 209 2193
SPAINRoland Electronics de Espa�a, S. A. Calle Bolivia 239, 08020 Barcelona, SPAINTEL: (93) 308 1000
SWITZERLANDRoland (Switzerland) AGMusitronic AG Gerberstrasse 5, Postfach,CH-4410 Liestal, SWITZERLANDTEL: (061) 921 1615
SWEDEN Roland Scandinavia A/S SWEDISH SALES OFFICEDanvik Center 28, 2 tr. S-131 30 Nacka SWEDEN TEL: (08) 702 0020
UKRAINETIC-TACMira Str. 19/108P.O. Box 180 295400 Munkachevo, UKRAINETEL: (03131) 414-40
UNITED KINGDOM Roland (U.K.) Ltd.Atlantic Close, Swansea Enterprise Park, SWANSEASA7 9FJ, UNITED KINGDOMTEL: (01792) 700139
KOREACosmos Corporation1461-9, Seocho-Dong,Seocho Ku, Seoul, KOREATEL: (02) 3486-8855
AUSTRIARoland Austria GES.M.B.H.Siemensstrasse 4, P.O. Box 74,A-6063 RUM, AUSTRIATEL: (0512) 26 44 260
BELGIUM/HOLLAND/LUXEMBOURGRoland Benelux N. V.Houtstraat 3, B-2260, Oevel (Westerlo) BELGIUMTEL: (014) 575811
AFRICA
CHILEComercial Fancy S.A.Avenida Rancagua #0330Providencia Santiago, CHILETEL: 56-2-373-9100
URUGUAYTodo Musica S.A.Cuareim 1844, Montevideo,URUGUAY, CP11200TEL: 5982-924-2335
EUROPE
AUSTRALIA/NEW ZEALAND
ASIA
CENTRAL/LATINAMERICA
NORTH AMERICA
MIDDLE EAST
AFRICA
EL SALVADOROMNI MUSIC75 Avenida Notre YY Alameda, Juan Pablo 2, No. 4010 San Salvador, EL SALVADORTEL: (503) 262-0788
ROMANIAFBS LINESPlata Libertatii 1.RO-4200 CheorgheniTEL: (066) 164-609
PARAGUAYDistribuidora De Instrumentos MusicalesJ.E. Olear y ESQ. Manduvira Edeficio, El Dorado Planta Baja Asuncion PARAGUAYTEL: 595-21-492147
PERUVIDEO Broadcast S.A.Portinari 199 (ESQ. HALS), San Borja, Lima 41,REP. OF PERUTEL: 51-14-758226
La Casa Wagner de Guadalajara s.a. de c.v.Av. Corona No. 202 S.J. Guadalajara, Jalisco Mexico C.P.44100 MEXICO TEL: (3) 613 1414
COSTA RICAJUAN Bansbach Instrumentos MusicalesAve.1. Calle 11, Apartado 10237,San Jose, COSTA RICATEL: (506)258-0211
CRISTOFORI MUSIC PTE LTDBlk 3014, Bedok Industrial Park E, #02-2148, SINGAPORE 489980TEL: 243 9555