REKENEN MET DECIMALE GETALLEN - zwijsen.nl · Reken uit. OPDRACHT 2 Wat is de afstand? Reken uit....
Transcript of REKENEN MET DECIMALE GETALLEN - zwijsen.nl · Reken uit. OPDRACHT 2 Wat is de afstand? Reken uit....
En? ... Ben jij een echte Rekenvlinder? We nodigen je uit!
Kijk ook op: www.rekenvlinder.nl
Ben jij een echte
?Een echte Rekenvlinder ...
• vindt het fijn om bepaalde onderwerpen wat langer en vaker te oefenen.• oefent graag stapje voor stapje.• vindt het fijn om te weten wát hij precies gaat oefenen.• controleert eerst zijn eigen oplossingen en kijkt dan pas in het antwoordenboek.• denkt na over moeilijke opdrachten en wil daar iets van leren.• durft hulp te vragen aan Rekenkikker. R E K E N E N M E T
D E C I M A L E G E T A L L E N
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16 h Auteurswet 1912 dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) kan men zich wenden tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie, Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro). De uitgever heeft getracht alle rechthebbenden te achterhalen. Indien iemand meent als rechthebbende in aanmerking te komen, kan hij of zij zich tot de uitgever richten.
HoofdauteurCathe Notten
AuteurMarian van den Boomen
ConceptontwikkelingAnneke Aartsen
UitgeverJan van Wonderen
ProjectleidingAnneke Aartsen
VormgevingsconceptNicolette Obers
BureauredactieChristel Lieskamp
BeeldredactieMirjam Faessen
ProductiebegeleidingTessa Sponselee
MarketingRian de Wit
Opmaak en technische tekeningenHans van Loon
IllustratiesJosje van KoppenStudio Steehouwer & Leenheer (vlinders)Coen de Kort, [vlnr] communicatievormgeving, Tilburg (technische tekeningen)
Foto’sLokin Fotografie bv, BredaShutterstockRenate Reitler (beeldbewerking omslag)
Ben jij er ook één?! naam
2e druk© Uitgeverij Zwijsen B.V., Tilburgwww.zwijsen.nlVoor België: Uitgeverij Zwijsen.be, AntwerpenISBN 978.90.487.1166.6D/2012/1919/217
LEERSTAP 1 LEERSTAP 2
LEERSTAP 3 LEERSTAP 4
LEERSTAP 5 LEERSTAP 6
het rekenen met geldbedragen het optellen en aftrekken van decimale getallen met 1, 2 of 3 cijfers achter de komma
het vermenigvuldigen en delen met decimale getallen
het optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen met decimale getallen
het rekenen met decimale getallen en verhoudingen
het rekenen met breuken, procenten en decimale getallen
I N D I T B O E K O E F E N J E …
L E E R S T A P
1Je oefent het rekenen met geldbedragen
OPDRACHT 1 Welke uitkomst is juist? Kruis aan en leg uit.
OPDRACHT 2 Welke uitkomst is juist? Kruis aan.
Niels telt vier geldbedragen op.Hij vergeet de komma.Welke uitkomst is juist?
€ 405,00 + € 40,50 + € 4,05 + € 0,45 = € 45000
€ 4500,0
€ 450,00
€ 45,000
Leg uit:
4 × € 3,95 =
€ 15,8
€ 15,80
€ 15.800
5 × € 9,60 =
€ 48,00
€ 48
€ 48.000
8 × € 3,95 =
€ 316,00
€ 31,6
€ 31,60
100 × € 9,60 =
€ 960,00
€ 96,00
€ 96.000
4
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
L E E R S T A P
2Je oefent het optellen en aftrekken van decimale getallen
met 1, 2 en 3 cijfers achter de komma
OPDRACHT 1 Hoeveel kilogram groeit Anna? Reken uit.
OPDRACHT 2 Wat is de afstand? Reken uit.
LEEFT IJD GEWICHT
1 maand 3,680 kg
2 maanden 4,335 kg
3 maanden 4,960 kg
4 maanden 5,245 kg
5 maanden 5,720 kg
6 maanden 6,210 kg
TUSSEN ERBIJ
1 en 2 maanden kg
2 en 3 maanden kg
3 en 4 maanden kg
4 en 5 maanden kg
5 en 6 maanden kg
TUSSEN AFSTAND
B en C km
C en D km
D en E km
E en F km
B en D km
D en F km
In getallen die een afstand in kilometers weergeven, mag je de laatste nullen na de komma weglaten.
Kijk maar naar de hectometerbordjes.
A FB C D E
8
L E E R S T A P
3Je oefent het vermenigvuldigen en delen met decimale getallen
OPDRACHT 1 Hoeveel liter sap samen? Reken uit.
OPDRACHT 2 Hoeveel liter sap in elk glas? Reken uit.
1 liter = 4 × 0,25 l
= 0,25 liter
In 2 blikjes: liter sap
In 4 blikjes: liter sap
In 8 blikjes: liter sap
In 24 blikjes: liter sap
2,5 liter sap
Mick vult 10 glazen.Hij schenkt in elk glas evenveel sap.Hoeveel sap zit in elk glas?
In getallen die een inhoud of gewicht weergeven, mag je de laatste nullen na de komma weglaten.
2,5 liter : 10 = liter sap
L E E R S T A P 4
OPDRACHT 3 Wie fi etst de langste afstand? Reken uit en kruis aan.
OPDRACHT 4 Hoeveel stukken kun je knippen? Reken uit.
RON DONNA
maandag 11,400 km 15,500 km
dinsdag 15,250 km 19,900 km
woensdag 19,975 km 16 km
donderdag 15,750 km 13,100 km
vrijdag 13,125 km 11,500 km
totaal km km
Het lint is 4 meter lang.
stukken van 0,40 m
stukken van 0,20 m
stukken van 0,80 m
stukken van 0,08 m
stukken van 0,04 m
17
L E E R S T A P
5Je oefent het rekenen met decimale getallen en verhoudingen
OPDRACHT 1 Hoeveel heb je nodig? Reken uit met de tabel.
OPDRACHT 2 Hoeveel siroop heb je nodig?
� � pt voor spagה tti(voor 4 פ rso� n)
0,5 kg spagה tti
1,5 l wa� r0,4 kg � hakt0,3 kg grœ n� n0,25 kg champignons
0,4 l toma� nsap
Hoeveel gehakt heb je nodig voor 16 personen?
kg
Voor 1 beker limonade heb je 0,05 liter siroop nodig.
VOOR 2
PERSONEN
VOOR 4
PERSONEN
VOOR 12
PERSONEN
spaghetti kg 0,5 kg kg
water l 1,5 l l
gehakt kg 0,4 kg kg
groenten kg 0,3 kg kg
champignons kg 0,25 kg kg
tomatensap l 0,4 l l
VOOR 3
BEKERS
VOOR 9
BEKERS
VOOR 90
BEKERS
VOOR 180
BEKERS
l l l l
geen
kop
ieermateriaal ©
Uit
L E E R S T A P 6
OPDRACHT 3 Hoeveel bekers kun je vullen? Reken uit.
OPDRACHT 4 Welke sommen passen erbij? Maak vast.
1⁄5 × 3,2 = 0,64
0,25 × 0,32 = 0,08
1⁄10 × 32 = 3,2
1⁄4 × 0,32 = 0,08
0,1 × 32 = 3,2
0,2 × 3,2 = 0,64
10% van € 32,00
20% van 3,2 km
25% van 0,32 kg
25
1
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 1 14-11-12 00:13
LEERSTAP 1
LEERSTAP 2
LEERSTAP 3
Schrijf de decimale getallen.
Schrijf de decimale getallen.
Schrijf de decimale getallen.
€ € € € € € 1,00
Geldbedragen schrijf je altijd met twee cijfers achter de komma.
100 cm = 1 m 10 cm = 0,10 m 1 cm = 0,01 m
1000 m = 1 km 100 m = 0,1 km 10 m = 0,01 km 1 m = 0,001 km
In getallen die een lengte in
meters weergeven, blijven de nullen
na de komma staan, net zoals in
geldbedragen.
In getallen die een afstand in kilometers weergeven, mag je de laatste nullen na
de komma weglaten.
In getallen die een gewicht weergeven,
mag je de laatste nullen na de komma
weglaten.
2 cm = m
20 cm = m
25 cm = m
75 cm = m
5 m = km
15 m = km
150 m = km
1500 m = km
1 gram = 0,001 kg
10 gram = kg
100 gram = kg
1000 gram = kg
2 gram = 0,002 kg
20 gram = kg
200 gram = kg
2000 gram = kg
W E E T J E N O G ?Begin je met dit boekje?Maak dan vooraf de opdrachten op deze pagina.
2
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 2 14-11-12 00:13
LEERSTAP 4
LEERSTAP 5
LEERSTAP 6
Verdeel eerlijk. Hoeveel krijgt ieder? Schrijf.
Wat is evenveel? Kruis aan.
Hoeveel heb je nodig? Reken uit met de tabel.
Voor 1 sorbet:4 aardbeien3 bollen ijs6 kersen
2 eetlepels saus
4 kinderen delen € 100,00.
Ieder kind krijgt € .
4 kinderen delen € 10,00.
Ieder kind krijgt € .
VOOR 2 SORBETS VOOR 4 SORBETS VOOR 8 SORBETS
aardbeien
ijs
kersen
saus
€ 1,00
€ 0,50
€ 0,50 is evenveel als:
1⁄2 deel van € 1,00
50% van € 1,00
de helft van 1 euro
1⁄5 deel van € 1,00
3
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 3 14-11-12 00:14
L E E R S T A P
1Je oefent het rekenen met geldbedragen
OPDRACHT 1 Welke uitkomst is juist? Kruis aan en leg uit.
OPDRACHT 2 Welke uitkomst is juist? Kruis aan.
Niels telt vier geldbedragen op.Hij vergeet de komma.Welke uitkomst is juist?
€ 405,00 + € 40,50 + € 4,05 + € 0,45 = € 45000
€ 4500,0
€ 450,00
€ 45,000
Leg uit:
4 × € 3,95 =
€ 15,8
€ 15,80
€ 15.800
5 × € 9,60 =
€ 48,00
€ 48
€ 48.000
8 × € 3,95 =
€ 316,00
€ 31,6
€ 31,60
100 × € 9,60 =
€ 960,00
€ 96,00
€ 96.000
4
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 4 14-11-12 00:14
L E E R S T A P 1
OPDRACHT 3 Hoeveel euro krijg je terug? Reken uit.
OPDRACHT 4 Welk bedrag is juist? Kruis aan en leg uit.
OPDRACHT 5 Hoeveel euro ongeveer? Kruis aan.
Je betaalt met een briefje van 100 euro.
€ 18,95
€ 49,90
10 euroterug €
Leg uit:
Wat valt je op?
Mirte telt drie bedragen op met de rekenmachine.
€ 49,90€ 18,95€ 10,15 +
Ze ziet deze uitkomstop de rekenmachine.
Het juiste bedrag is:
€ 0,79
€ 7,90
€ 79,00
100 euro
90 euro
80 euro
700 euro
800 euro
900 euro
9 euro
10 euro
11 euro
79
€ 21,30€ 36,20€ 31,40 +
700
€ 213,00€ 362,00€ 314,00 +
9
€ 2,13€ 3,62€ 3,14 +
5
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 5 20-11-12 15:58
L E E R S T A P 1
OPDRACHT 6 Reken uit.
OPDRACHT 7 Welke bedragen heeft Mees opgeteld? Kleur.
OPDRACHT 8 Hoeveel korting krijg je? Reken uit.
× € 0,35 € 3,50 € 10,50 € 5,25
2 € € € €
4 € € € €
8 € € € €
5 € € € €
10 € € € €
100 € € € €
50 € € € €
De uitkomst op de rekenmachine is: € 23,10 € 2,31
€ 231,00
€ 26,25
€ 36,75
€ 367,50€ 262,50
€ 1,75 per stuk5 voor € 7,95
korting €
86.1
€ 0,95 per stuk3 voor € 2,75
korting €
6
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 6 14-11-12 00:15
L E E R S T A P 1
OPDRACHT 9 Kleur de getallen.
OPDRACHT 10 Van welk bedrag vergeet Lucas de 0? Kruis aan en controleer.
WAT WEET JE NU?
283,1
410
2,8
0,41
310
0,28
0,3131
4,1
280
41
samen 1000
samen 100
samen 10
samen 1
Lucas telt met de rekenmachine drie bedragen op: € 52,70 + € 27,05 + € 20,75
Zijn uitkomst is € 100,95.Dat klopt niet, want hij vergeet de 0 van:
€ 52,70
€ 27,05
€ 20,75
Welk bedrag is juist? Kruis aan.
Hoeveel euro terug? Reken uit.
Hoeveel euro terug? Reken uit.
€ 52,70 + € 27,05 + € 20,75 = € 10050
€ 1005,00€ 100,50€ 1005,00
€ 2,15€ 3,60€ 3,75 +
terug €
€ 21,50€ 36,00€ 37,50 +
terug €
€ 2,15 € 3,60€ 3,25 +
€ 2,15 € 36,00€ 375,00 +
€ 0,09€ 0,90€ 9,00
4 euro40 euro
400 euro
Welk bedrag is juist? Kruis aan.
Hoeveel euro ongeveer? Kruis aan.
Reken uit.
1
2
3
4
5
6
9.
× € 0,75 € 1,50 € 4,50
2 € € €
4 € € €
8 € € € 7
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 7 20-11-12 15:58
L E E R S T A P
2Je oefent het optellen en aftrekken van decimale getallen
met 1, 2 en 3 cijfers achter de komma
OPDRACHT 1 Hoeveel kilogram groeit Anna? Reken uit.
OPDRACHT 2 Wat is de afstand? Reken uit.
LEEFT IJD GEWICHT
1 maand 3,680 kg
2 maanden 4,335 kg
3 maanden 4,960 kg
4 maanden 5,245 kg
5 maanden 5,720 kg
6 maanden 6,210 kg
TUSSEN ERBIJ
1 en 2 maanden kg
2 en 3 maanden kg
3 en 4 maanden kg
4 en 5 maanden kg
5 en 6 maanden kg
TUSSEN AFSTAND
B en C km
C en D km
D en E km
E en F km
B en D km
D en F km
In getallen die een afstand in kilometers weergeven, mag je de laatste nullen na de komma weglaten.
Kijk maar naar de hectometerbordjes.
A FB C D E
8
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 8 14-11-12 00:15
L E E R S T A P 2
OPDRACHT 3 Hoeveel moeten ze nog groeien? Reken uit.
OPDRACHT 4 Welke getallen zijn samen 1,5, samen 0,15 en samen 0,015? Kleur.
OPDRACHT 5 Reken uit en geef gelijke uitkomsten dezelfde kleur.
In getallen die een lengte in meters weergeven, blijven de nullen na de komma
staan, net zoals in geldbedragen.
Tijn is 1,37 m. Hij moet nog m groeien.
Joost is 1,42 m. Hij moet nog m groeien.
Lieke is 1,62 m. Zij moet nog m groeien.
Reda is 0,98 m. Hij moet nog m groeien.
0,03 0,4
0,001
0,05
0,002
0,005
0,003
0,004 0,04
0,1
0,2
0,30,50,02
0,01
samen 1,5
samen 0,15
samen 0,015
+ 0,05 0,5 5 5,5 5,05
0,05
0,5
5
5,5
5,05
Wat valt je op?
9
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 9 20-11-12 15:58
L E E R S T A P 2
OPDRACHT 6 Reken uit.
OPDRACHT 7 Reken uit.
OPDRACHT 8 Kleur alle sommen met uitkomst 1.
– 0,002 0,02 0,2 2,2
1
10
100 99,998
0,1 + 0,2 + 0,3 + 0,4 =
0,01 + 0,02 + 0,03 + 0,04 =
0,1 + 0,2 + 0,3 + 0,4 + 0,5 =
0,01 + 0,02 + 0,03 + 0,04 + 0,05 =
1,1 + 1,2 + 1,3 + 1,4 + 1,5 =
1,01 + 1,02 + 1,03 + 1,04 + 1,05 =
0,25 + 0,75
2,5 – 1,5
2,5 + 7,5
0,2 + 0,8
0,5 + 0,5
2 × 0,5
2 × 0,05
4 × 0,25
8 × 0,125
12,5 – 2,5
4 × 0,5
5 × 0,2
5 × 0,02
1,25 – 0,25
10
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 10 14-11-12 00:16
L E E R S T A P
A B
55,8 90,6
2
OPDRACHT 9 Hoeveel ongeveer? Kruis aan.
OPDRACHT 10 Welke kratten wegen samen precies 50 kg? Kruis aan en controleer met de rekenmachine.
WAT WEET JE NU?
+ 0,01 0,1 1 1,1
0,09
0,9
– 0,04 0,4 0,44 4,4
10
100
€ 25,99 + € 23,98 ≈ € 48,-
≈ € 50,-
98,5 km – 27,6 km ≈ 70 km
≈ 71 km
0,378 l + 0,36 l ≈ 0,74 l
≈ 0,73 l
13,9 kg 14,1 kg
8,7 kg
13,3 kg
13,7 kgmaximaal 50 kg
Hoeveel nog groeien? Reken uit.
Hoeveel kilogram groeit Mirte?
Wat is de afstand tussen A en B?
Voor de waterbaan moet je 1,20 m lang zijn. Pablo is 1,09 m.
Hij moet nog m groeien.
erbij kg
De afstand is km.
Welke getallen zijn samen 1? Kleur.
Reken uit.
Reken uit.
1
3
2
4
5
6LEEFT IJD GEWICHT
2 jaar 13,8 kg
4 jaar 17,2 kg
0,5 1,52,5
0,01
0,25
0,050,15 0,1
11
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 11 14-11-12 00:17
L E E R S T A P
3Je oefent het vermenigvuldigen en delen met decimale getallen
OPDRACHT 1 Hoeveel liter sap samen? Reken uit.
OPDRACHT 2 Hoeveel liter sap in elk glas? Reken uit.
1 liter = 4 × 0,25 l
= 0,25 liter
In 2 blikjes: liter sap
In 4 blikjes: liter sap
In 8 blikjes: liter sap
In 24 blikjes: liter sap
2,5 liter sap
Mick vult 10 glazen.Hij schenkt in elk glas evenveel sap.Hoeveel sap zit in elk glas?
In getallen die een inhoud of gewicht weergeven, mag je de laatste nullen na de komma weglaten.
2,5 liter : 10 = liter sap
12
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 12 14-11-12 00:18
L E E R S T A P 3
OPDRACHT 3 Hoeveel liter sap samen? Reken uit.
OPDRACHT 4 Hoeveel melk in elke beker? Reken uit.
OPDRACHT 5 Reken uit.
1 liter = 10 × 0,1
= 0,2 literIn 5 pakjes: liter sap
In 15 pakjes: liter sap
1,5 : 5 = liter melk
Sonja vult 5 bekers.Ze schenkt in elke beker evenveel melk.Hoeveel melk zit in elke beker?
1,5 l melk
× 0,002 0,02 0,2 0,25 0,025
5
10
100
25
50
13
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 13 14-11-12 00:19
L E E R S T A P 3
OPDRACHT 6 Reken uit.
OPDRACHT 7 Reken uit.
OPDRACHT 8 Reken uit.
: 5 10 100 50
2,5
0,5
1,5
4,5
7,5
2,5 ×
2 =
4 =
8 =
0,25 ×
2 =
4 =
8 =
0,8 :
2 =
4 =
8 =
0,08 :
2 =
4 =
8 =
0,025 ×
2 =
4 =
8 =
0,008 :
2 =
4 =
8 =
14
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 14 14-11-12 00:19
L E E R S T A P 3
OPDRACHT 9 Hoeveel ongeveer? Kruis aan.
OPDRACHT 10 Is 10 euro genoeg voor 25 pakjes sap? Kruis aan en leg uit.
WAT WEET JE NU?
0,1 :
5 =
10 = 0,01
20 = 0,005
0,2 :
2 = 0,1
4 =
8 = 0,025
5 × € 2,49≈ € 12,50≈ € 15,00≈ € 12,00
3 × € 3,99≈ € 9,00≈ € 12,00≈ € 10,00
5 × 0,249 l≈ 1,2 l≈ 1,25 l≈ 1,5 l
3 × 0,399 kg≈ 0,9 kg≈ 1 kg≈ 1,2 kg
Lise heeft 10 euro.Ze wil 25 pakjes sap kopen.
Ja, 10 euro is genoeg. Nee, 10 euro is niet genoeg.
1 pakje sap kost € 0,39
Leg uit:
Hoeveel kg rijst samen?
Hoeveel liter sap in elk glas?
Hoeveel liter sap samen?
In 1 pak zit 0,4 kg rijst.
In 2 pakken: kg rijst
In 8 pakken: kg rijst
Deva vult 5 bekers.
1,5 : 5 = liter
Geertje vult 10 glazen.
In elk glas 2,5 : 10 = liter
In 1 pakje zit 0,2 liter sap.
5 × 0,2 = liter
20 × 0,2 = liter
Hoeveel melk in elke beker?1
2
3
4
1,5 l
2,5 l
× 0,005 0,05 0,5
10
20
Reken uit.
Reken uit.
5
6
15
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 15 14-11-12 00:20
L E E R S T A P
4Je oefent het optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen met decimale getallen
OPDRACHT 1 Hoeveel zakjes kun je vullen? Reken uit.
OPDRACHT 2 Hoeveel glazen kun je vullen? Reken uit.
In de grote zak zit 5 kg meel.In een klein zakje past 0,250 kg meel.
Ik kan zakjes vullen.
In de grote zak zit 2,5 kg meel.In een klein zakje past 0,125 kg meel.
Ik kan zakjes vullen.
Als je een decimaal getal vermenigvuldigt met 10, verschuift de komma naar rechts.De nul voor de komma verdwijnt.
2 liter 2 liter
In de kan zit 2 liter sap.In een glas past 0,250 liter sap.
Ik kan glazen vullen.
In de kan zit 2 liter sap.In een glas past 0,125 liter sap.
Ik kan glazen vullen.
16
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 16 14-11-12 00:21
L E E R S T A P 4
OPDRACHT 3 Wie fi etst de langste afstand? Reken uit en kruis aan.
OPDRACHT 4 Hoeveel stukken kun je knippen? Reken uit.
OPDRACHT 5 Reken uit.
RON DONNA
maandag 11,400 km 15,500 km
dinsdag 15,250 km 19,900 km
woensdag 19,975 km 16 km
donderdag 15,750 km 13,100 km
vrijdag 13,125 km 11,500 km
totaal km km
Het lint is 4 meter lang.
stukken van 0,40 m
stukken van 0,20 m
stukken van 0,80 m
stukken van 0,08 m
stukken van 0,04 m
4 :
10 =
20 =
40 =
4 :
100 =
200 =
400 =
2 :
10 =
20 =
40 =
2 :
100 =
200 =
400 =
17
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 17 14-11-12 00:21
L E E R S T A P 4
OPDRACHT 6 Reken uit.
OPDRACHT 7 Hoeveel kilometer fi etst Donna gemiddeld per dag? Reken uit.
OPDRACHT 8 Kleur de som met de kleinste uitkomst.
0,025 =
10 × 0,05 =
0,1 =
0,025 =
20 × 0,05 =
0,1 =
2 =
0,025 × 4 =
8 =
20 =
0,025 × 40 =
80 =
DONNA
maandag 15,500 km
dinsdag 19,900 km
woensdag 16 km
donderdag 13,100 km
vrijdag 11,500 km gemiddeld: km per dag
5 : 0,02
5 : 0,2
10 : 0,2
0, 02 : 10
0,02 : 5
0,2 : 5
0,2 : 50
50 : 0,2
0,2 : 10
0,025 ×
0,025 ×
0,025 ×
0,025 ×
18
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 18 14-11-12 00:21
L E E R S T A P 4
OPDRACHT 9 Hoeveel ongeveer? Kruis aan en controleer met de rekenmachine.
OPDRACHT 10 Welke uitkomst is juist? Kruis aan en controleer met de rekenmachine.
WAT WEET JE NU?
39 × € 14,99≈ 500≈ 600
79 × 149,9≈ 12.000≈ 11.000
59 × 1,499≈ 80≈ 90
15 × 0,002 =0,0030,03
15 : 0,03 =0,45500
15 × 0,03 =0,450,05
150 : 1,5 =10010
1,5 × 1,5 =0,2252,25
1,5 : 0,3 =50,5
Hoeveel zakjes kun je vullen?
Hoeveel glazen kun je vullen?
Hoeveel kilometer gefietst?
na 3 dagen: km
In een klein zakje past 0,125 kg meel.
Ik kan zakjes vullen. stukken van 0,15 m
stukken van 1,50 m
In een glas past 0,3 liter sap.
Ik kan glazen vullen.
Hoeveel stukken kun je knippen?1
2
3
4
Het lint is 3 meter lang.
MAANDAG DINSDAG WOENSDAG
11,400 km 13,125 km 19,975 km
3 :
20 =
10 =
5 =
20 ×
0,025 =
0,25 =
2,5 =
Reken uit.
Reken uit.
5
6
19
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 19 14-11-12 00:22
L E E R S T A P
5Je oefent het rekenen met decimale getallen en verhoudingen
OPDRACHT 1 Hoeveel heb je nodig? Reken uit met de tabel.
OPDRACHT 2 Hoeveel siroop heb je nodig?
� � pt voor spagה tti(voor 4 פ rso� n)
0,5 kg spagה tti
1,5 l wa� r0,4 kg � hakt0,3 kg grœ n� n0,25 kg champignons
0,4 l toma� nsap
Hoeveel gehakt heb je nodig voor 16 personen?
kg
Voor 1 beker limonade heb je 0,05 liter siroop nodig.
VOOR 2
PERSONEN
VOOR 4
PERSONEN
VOOR 12
PERSONEN
spaghetti kg 0,5 kg kg
water l 1,5 l l
gehakt kg 0,4 kg kg
groenten kg 0,3 kg kg
champignons kg 0,25 kg kg
tomatensap l 0,4 l l
VOOR 3
BEKERS
VOOR 9
BEKERS
VOOR 90
BEKERS
VOOR 180
BEKERS
l l l l
voor 6 bekers: l siroop
voor 60 bekers: l siroop
20
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 20 14-11-12 00:22
L E E R S T A P 5
OPDRACHT 3 Hoeveel kost het?
OPDRACHT 4 Welk artikel is het goedkoopste? Kruis aan en leg uit.
OPDRACHT 5 Verdubbel en halveer.
5 enveloppen € 5,50 25 enveloppen €
5 schriften € 1,90 40 schriften €
5 balpennen € 2,95 50 balpennen €
5 gummen € 1,15 100 gummen €
5 markers € 9,25 20 markers €
stuiterballen15 stuks € 9,75
balpennen5 stuks € 2,95
dobbelstenen30 stuks € 14,70
Leg uit:
HALVEER VERDUBBEL
5 × 0,752 = 10 × 0,752 = 20 × 0,752 =
× = 5 × 1,052 = × =
× = 50 × 1,052 = × =
× = 30 × 0,295 = × =
× = 90 × 0,295 = × =
21
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 21 14-11-12 00:22
L E E R S T A P 5
OPDRACHT 7 Reken uit.
OPDRACHT 8 Welke sommen passen bij de uitkomst? Maak vast.
OPDRACHT 6 Reken uit.
× 7,5 0,75 0,075 0,15
3
15
45
90
0,9
1,5 :
5 =
10 =
20 =
1,5 :
2 =
6 =
3 =
10 :
0,1 =
0,2 =
0,4 =
1 :
0,1 =
0,2 =
0,4 =
25 × 0,04
25 × 0,4
100 × 0,1
50 × 0,02
50 × 0,2
500 × 0,002
100 × 0,0140 × 0,25
10 × 0,1
250 × 0,041000 × 0,001
20 × 0,05
250 × 0,004
40 × 0,025 250
22
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 22 14-11-12 00:23
L E E R S T A P 5
OPDRACHT 9 Welke aanbieding is voordeliger? Kruis aan en leg uit.
OPDRACHT 10 Wie doet een voordeligere aankoop? Kruis aan en leg uit.
WAT WEET JE NU?
Nu: 8 halen 7 betalen!
€ 1,15 per stuk
Nu: 4 halen 3 betalen!
€ 1,15 per stuk
Leg uit:
Leg uit:
per blik € 4,69per 3 blikken € 9,09
Freek koopt 12 blikken verf. Wilbert koopt 11 blikken verf.
VOOR 2
PERSONEN
VOOR 4
PERSONEN
VOOR 6
PERSONEN
groente 0,25 kg kg kg
VOOR 3
GLAZEN
VOOR 30
GLAZEN
VOOR 60
GLAZEN
0,15 l l l
Hoeveel heb je nodig? Reken uit.
Hoeveel heb je nodig? Reken uit.
Hoeveel kost het?
5 schriften € 1,90
40 schriften €
Welk artikel is goedkoper? Kruis aan.
Halveer en reken uit.
5 × 1,052 kg = kg
× 1,052 kg = kg
1
2
3
4
5
balpennen15 stuks € 8,85
stuiterballen 10 stuks € 6,50
× 2,5 0,25 0,75 0,075
5
10
20
Reken uit.6
23
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 23 14-11-12 00:23
L E E R S T A P
6Je oefent het rekenen met breuken, procenten en decimale getallen
OPDRACHT 1 Welke sommen passen erbij? Kruis aan en reken uit.
OPDRACHT 2 Verdeel het water eerlijk. Schrijf de breuk of het decimale getal.
5 kinderen delen € 7,50.Ze krijgen ieder evenveel.
€ 7,50
€ 7,50 : 5 = €
1⁄5 × € 7,50 = €
0,2 × € 7,50 = €
0,5 × € 7,50 = €
1 liter water
In 5 glazen : 1 literIn 1 glas : 1⁄5 liter
= liter
In 4 glazen : 1 literIn 1 glas : 0,25 liter
= liter
In 2 glazen : 1 literIn 1 glas : 1⁄2 liter
= liter
In 10 glazen : 1 literIn 1 glas : 0,1 liter
= liter
In 8 glazen : 1 literIn 1 glas : 1⁄8 liter
= liter
1liter
0
24
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 24 14-11-12 00:25
L E E R S T A P 6
OPDRACHT 3 Hoeveel bekers kun je vullen? Reken uit.
OPDRACHT 4 Welke sommen passen erbij? Maak vast.
OPDRACHT 5 Reken uit.
1⁄4 × 1,2 =
1⁄8 × 1,2 =
1⁄10 × 1,2 =
1⁄5 × 1,2 =
1,2 : 1⁄10 =
1,2 : 1⁄5 =
0,25 × 1,2 =
0,125 × 1,2 =
0,1 × 1,2 =
0,2 × 1,2 =
1,2 : 0,1 =
1,2 : 0,2 =
In de kan zit 1,5 liter water.
In 1 beker past 1⁄4 liter.
Ik kan bekers vullen.
In 1 beker past 1⁄10 liter.
Ik kan bekers vullen.
In 1 beker past 1⁄8 liter.
Ik kan bekers vullen.
In 1 beker past 1⁄5 liter.
Ik kan bekers vullen.
1⁄5 × 3,2 = 0,64
0,25 × 0,32 = 0,08
1⁄10 × 32 = 3,2
1⁄4 × 0,32 = 0,08
0,1 × 32 = 3,2
0,2 × 3,2 = 0,64
10% van € 32,00
20% van 3,2 km
25% van 0,32 kg
25
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 25 14-11-12 00:25
L E E R S T A P 6
OPDRACHT 6 Reken uit.
OPDRACHT 7 Wat is meer? Kruis aan en controleer met de rekenmachine.
OPDRACHT 8 Welke sommen zijn samen 1000? Kleur.
× 2,4 0,24 0,48 4,8
1⁄2
1⁄4
3⁄4
1⁄10
1⁄5
2⁄5
4⁄5 × € 1,50
0,9 × € 1,50
3⁄10 × € 2,50
25% van € 2,50
0,7 × € 12,50
60% van € 12,50
3⁄8 × 1,6 liter
25% van 1,6 liter
0,25 × 1,2 kg
3⁄10 × 1,2 kg
1⁄2 × 1,24 kg
0,2 × 1,24 kg
1⁄10 × 1000
1⁄8 × 1000
0,25 × 1000
1⁄5 × 1000
0,3 × 1000 0,375 × 1000
1⁄4 × 1000
0,1 × 1000
26
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 26 14-11-12 00:25
L E E R S T A P 6
OPDRACHT 9 Met welke hoeveelheid kan Lara precies 15 bekers vullen? Kruis aan.
OPDRACHT 10 Reken uit en controleer met de rekenmachine.
WAT WEET JE NU?
In 1 beker past 3⁄10 liter limonade.
4,5 : 1⁄10 =
4,5 : 3⁄10 =
4,5 : 6⁄10 =
4,5 : 1⁄5 =
4,5 : 2⁄5 =
4,5 : 0,1 =
4,5 : 0,3 =
4,5 : 0,6 =
4,5 : 0,2 =
4,5 : 0,4 =
Welke som past erbij? Kruis aan en reken uit.
5 kinderen delen € 6,25.
0,5 × € 6,25 =
1⁄5 × € 6,25 =
Schrijf de breuk.
Hoeveel bekers kun je vullen?
In 4 glazen : 1 liter
In 1 glas = liter
In 1 beker past 1⁄4 liter.
Ik kan bekers vullen.
Welke som past erbij? Maak vast.
Reken uit.
1⁄10 × 1,2 =
1⁄5 × 1,2 =
0,1 × 1,2 =
0,2 × 1,2 =
1
2
3
4
5
25% van 1,5 liter
1⁄4 × 1,5
1,5 : 25
× 1,2 0,12 0,24
1⁄4
Reken uit.6
27
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 27 14-11-12 00:25
MAAK SAMEN 1 HELE
Je hebt nodig:• pion• 18 gele en 18 blauwe fiches (of twee andere kleuren)
Spelregels:1. Speel dit spel met twee spelers of twee teams van twee spelers.2. Spreek af wie er begint.3. De eerste speler kiest een breuk uit de hokjes hieronder en zet de pion op
dat hokje.4. Zoek op het grote speelbord een breuk of decimaal getal waarmee je samen
1 kunt maken. Het mogen ook meer breuken of decimale getallen zijn. Leg een fiche op de hokjes die je kiest.
5. Nu is de andere speler aan de beurt.6. Hij mag de pion laten staan en andere breuken of decimale getallen zoeken
waarmee je samen 1 kunt maken. Hij mag de pion ook verzetten, maar alleen naar een hokje dat boven, onder, links of rechts van de pion ligt. Dus niet diagonaal.
7. Dan is de eerste speler weer aan de beurt.8. Probeer de breuken en decimale getallen zo te kiezen, dat er vier van jouw
fiches op een rij komen te liggen. Dat mag van links naar rechts, van boven naar beneden, of schuin.
9. De speler die als eerste een rij van vier fiches heeft, is de winnaar.
Tip: Bedenk vooraf welk hokje je wilt. Misschien lukt het zelfs om je tegenstander dwars te zitten.
1⁄2 1⁄3 1⁄4 1⁄5
1⁄6 1⁄8 1⁄9 1⁄10
28
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
S P E L
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 28 14-11-12 00:26
1⁄2 2⁄3 2⁄5 3⁄4 0,75
4⁄6 2⁄6 1⁄8 4⁄9
0,25 5⁄10 0,25 0,5 7⁄10 4⁄5
2⁄6 4⁄9 1⁄3 0,75 7⁄8 0,5
9⁄10 4⁄10 2⁄5 3⁄9 5⁄9 5⁄6
6⁄8 0,5 2⁄10 1⁄3 0,5 8⁄9
1⁄5
3⁄5 1⁄6
29
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 29 14-11-12 00:26
Ben je helemaal klaar met het boekje?Kijk dan maar eens wat je nu allemaal kunt.Was de leerstap makkelijk? KleurWas de leerstap moeilijk? KleurLeg uit wat je makkelijk of juist moeilijk vond.
D I T K A N I K N U !
of
of
of
leg uit:
leg uit:
leg uit:
Kijk dan maar eens wat je nu allemaal kunt.
teken jezelfteken jezelf
kleur het gezichtje:
kleur het gezichtje:
kleur het gezichtje:
LEERSTAP 1
Imre telt drie geldbedragen op.Zij vergeet de komma.Welke uitkomst is juist?
€ 305,45 + € 503,50 + € 340,05 = € 1149
€ 114,90
€ 1149,00
€ 11,49
LEERSTAP 2
LEERSTAP 3
het rekenen met geldbedragen
het vermenigvuldigen en delen met decimale getallen
het optellen en aftrekken van decimale getallen met 1, 2 of 3 cijfers achter de komma
In geldbedragen blijven de nullen achter de komma staan.
In getallen die een afstand in kilometers weergeven, mag je de laatste nullen na de komma weglaten.
In getallen die een inhoud of gewicht weergeven, mag je de laatste nullen na de komma weglaten.
De afstand tussen C en E is km.
De afstand tussen D en E is km.
Marieke vult 6 bekers.Ze schenkt in elke beker evenveel melk.Hoeveel melk zit in elke beker?
1,5 : 6 = liter melk
1,5 l melk
A FB C D E
30
geen
kop
ieermateriaal ©
Uitg
everij Zwijsen
B.V., Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 30 14-11-12 00:27
Leg uit wat je makkelijk of juist moeilijk vond.
of
of
leg uit:
leg uit:
kleur het gezichtje:
kleur het gezichtje:
kleur het gezichtje:
LEERSTAP 4
LEERSTAP 5
LEERSTAP 6
het optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen met decimale getallen
het rekenen met breuken, procenten en decimale getallen
het rekenen met decimale getallen en verhoudingen
In de grote zak zit 5 kg meel. In een klein zakje past 0,125 kg meel. Hoeveel zakjes kan Babette vullen?Babette kan zakjes vullen.
Voor 1 beker limonade heb je 0,05 liter siroop nodig.
Welke sommen passen bij: 1⁄4 × 0,32
0,32 – 25
0,25 × 0,32
0,32 : 4
1⁄25 × 0,32
Hoeveel siroop heb je nodig voor 4 bekers?En voor 40 bekers?En voor 80 bekers?
Als je een decimaal getal vermenigvuldigt met 10,
verschuift de komma naar rechts.
De nul voor de komma verdwijnt.
25% van 0,32 kg
VOOR 4
BEKERS
VOOR 40
BEKERS
VOOR 80
BEKERS
l l l
leg uit:
of
31
gee
n k
op
ieer
mat
eria
al ©
Uit
gev
erij
Zwijs
en B
.V.,
Tilb
urg
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 31 14-11-12 00:28
32
11666_rv_wb_decimale_getallen_bw.indd 32 14-11-12 00:28