Regels en mensen - GeoTechniek · nomic Forum in Davos in januari had topvrouw Emma Marcegaglia van...

2
32 GEOTECHNIEK - April 2016 Het is een menselijke reflex om zaken vast te leg- gen in regels en normen. Het is lastiger om regels en normen eerst los te laten, te streven naar de optimale oplossing voor een probleem en de op- lossing daarna te toetsen in de geest van wat de regels en normen beogen: het waarborgen van de kwaliteit. We geloven teveel in regeltjes en te weinig in mensen. Dat zien we terugkomen in hoe we omgaan met normen, en ook in hoe we omgaan met innovatie. Tijdens haar promotieonderzoek signaleerde Vera van Beek een interessant verschil in be- nadering van het pipingprobleem. In Nederland zijn we erg gefocust op een regel (of hij nou van Bligh, Sellmeijer, of Van Beek komt) terwijl men in de USA ook wel rekent maar veel meer waarde toekent aan engineering judgment. Wij zouden misschien ook wat meer vertrouwen moeten hebben in intuïtie, expertise of enginee- ring judgment, allemaal aanduidingen van ver- zamelde maar vaak niet uitgesproken ervaring van jezelf en van anderen. In een discussie over technologische vernieuwing op het World Eco- nomic Forum in Davos in januari had topvrouw Emma Marcegaglia van de Italiaanse energie- reus ENI wel een visie op dat verschil: ‘Je ziet in Amerika de reflex: laten we vernieuwen; in China: laten we het kopiëren, en in Europa ‘laten we het reguleren’. Ze kreeg volgens de krant de lachers op haar hand, en begrijpelijk. Als ergens een incident is, heeft de overheid de neiging nieuwe regels te ontwikkelen om herha- ling te voorkomen. Onze buurvrouw Merkel is een uitzondering in Europa. Zij roept “Wir schaf- fen es”, begint niet met een regeling te ontwer- pen maar doet iets, een actie waar je van alles van kunt vinden, maar toch. Onze hoogst eigen Samsom doet een onconventioneel voorstel om het vluchtelingenprobleem aan te pakken en wordt door Brussel meteen afgestraft met ‘dat het juridisch niet kan’ - in plaats van het idee op te pakken en om te bouwen tot iets dat wel kan. En als we gaan innoveren in Nederland, dan wel graag binnen de regeltjes. De overheid heeft 10 topsectoren aangewezen als focusgebieden voor innovatie. Mind you: 10! Dat is dus ongeveer de hele Nederlandse economie. Vervolgens is een subsidieregeling opgetuigd die zo ingewik- keld is dat iedereen er hoofdpijn van krijgt. Bij die subsidie gaat het niet om de inhoud (ja, het moet binnen die 10 topsectoren passen – en dat doet het gauw) maar vooral “of het bedrijfsleven mee financiert” en “of de kennis gedeeld wordt”, twee voorwaarden die elkaar ook nog voor de voeten lopen. Instituties optuigen en denken dat daarmee een probleem wordt opgelost. Is het typisch Haags? Nederlands? Europees? Een nieuwe regel kan een probleem soms oplossen, maar vaak is het een beetje een dure aanpak, en weinig flexibel bovendien. Wat het eigenlijke probleem was, wordt nog wel eens uit het oog verloren. Als we Marcegaglia mogen geloven is het een Europese reflex, cultureel bepaald. We zien het geloof in regeltjes ook opduiken bij de bewezen-sterkte-discussie. Volgens de sommetjes worden dijken afgekeurd waarvan iedereen met gezond verstand (en bij een geo- technisch specialist is dat automatisch engi- neering judgment) zegt ‘die heeft de vloed van 1916 overleefd en er ligt een Afsluitdijk en een Houtribdijk voor, dus hoezo afkeuren?’ En wat is onze oplossing: we ontwikkelen een nieuwe toetsregel voor bewezen sterkte met ingewik- kelde statements over conditionele kansen voor dit bijzondere geval. En dan zijn we pas tevreden als de nieuwe toetsregel zo is aangepast dat hij veilig is voor alle dijken in Nederland, waardoor er weer onbedoeld conservatisme in de regule- ring sluipt. Het is goed om ons bewust te zijn waarvoor we eigenlijk normen hebben. Een norm maak je om minder deskundige mensen toch een betrouw- baar ontwerp te laten maken. Dat is de positieve kant: verspreiden van kennis en ervaring. Maar het werkt ook omgekeerd luiigheid in de hand: als je de som netjes volgens de normtekst afwik- kelt, ben je gedekt voor de resultaten. Dat is dus de eenvoudigste weg, ook al is er winst te beha- len door voorbij de norm te ontwerpen. Slimme oplossingen verzinnen en die optimaliseren. De normteksten bieden daar ook ruimte voor, maar het is lastig en het toetsen kost wat meer tijd en geld die je misschien in de uitvoering terug- verdient maar in elk geval de voldoening geven iets moois te hebben ontworpen – leuker dan te zeggen ‘ik heb het volgens Eurocode 7 gedaan’. Normen leiden ook af van innovatie door een- zelfde mechanisme. We maken een praktijk- norm om verontreiniging met peilbuizen te me- ten en wildwestboys in het gareel te brengen. Vervolgens is het heel moeilijk om met een inno- vatieve sondeertechniek de concurrentie aan te gaan want je moet iedere keer bewijzen dat het resultaat hetzelfde is. Erger nog: het resultaat is systematisch anders, omdat je met de nieu- we techniek de valkuilen omzeilt – bijvoorbeeld die van cross-contaminatie – waar de peilbuis The Magic of Geotechnics Regels en mensen dr. Jurjen van Deen Bron: Flickr CC Kick Smeets/RVD “Wir schaffen es!”

Transcript of Regels en mensen - GeoTechniek · nomic Forum in Davos in januari had topvrouw Emma Marcegaglia van...

32 GEOTECHNIEK - April 2016

Het is een menselijke reflex om zaken vast te leg-gen in regels en normen. Het is lastiger om regels en normen eerst los te laten, te streven naar de optimale oplossing voor een probleem en de op-lossing daarna te toetsen in de geest van wat de regels en normen beogen: het waarborgen van de kwaliteit. We geloven teveel in regeltjes en te weinig in mensen. Dat zien we terugkomen in hoe we omgaan met normen, en ook in hoe we omgaan met innovatie.

Tijdens haar promotieonderzoek signaleerde Vera van Beek een interessant verschil in be-nadering van het pipingprobleem. In Nederland zijn we erg gefocust op een regel (of hij nou van Bligh, Sellmeijer, of Van Beek komt) terwijl men in de USA ook wel rekent maar veel meer waarde toekent aan engineering judgment. Wij zouden misschien ook wat meer vertrouwen moeten hebben in intuïtie, expertise of enginee-ring judgment, allemaal aanduidingen van ver-zamelde maar vaak niet uitgesproken ervaring van jezelf en van anderen. In een discussie over technologische vernieuwing op het World Eco-nomic Forum in Davos in januari had topvrouw Emma Marcegaglia van de Italiaanse energie-reus ENI wel een visie op dat verschil: ‘Je ziet in Amerika de reflex: laten we vernieuwen; in China: laten we het kopiëren, en in Europa ‘laten we het reguleren’. Ze kreeg volgens de krant de lachers op haar hand, en begrijpelijk.

Als ergens een incident is, heeft de overheid de neiging nieuwe regels te ontwikkelen om herha-ling te voorkomen. Onze buurvrouw Merkel is een uitzondering in Europa. Zij roept “Wir schaf-fen es”, begint niet met een regeling te ontwer-pen maar doet iets, een actie waar je van alles van kunt vinden, maar toch. Onze hoogst eigen Samsom doet een onconventioneel voorstel om het vluchtelingenprobleem aan te pakken en wordt door Brussel meteen afgestraft met ‘dat het juridisch niet kan’ - in plaats van het idee op te pakken en om te bouwen tot iets dat wel kan.

En als we gaan innoveren in Nederland, dan wel graag binnen de regeltjes. De overheid heeft 10 topsectoren aangewezen als focusgebieden voor innovatie. Mind you: 10! Dat is dus ongeveer de hele Nederlandse economie. Vervolgens is een subsidieregeling opgetuigd die zo ingewik-keld is dat iedereen er hoofdpijn van krijgt. Bij die subsidie gaat het niet om de inhoud (ja, het moet binnen die 10 topsectoren passen – en dat

doet het gauw) maar vooral “of het bedrijfsleven mee financiert” en “of de kennis gedeeld wordt”, twee voorwaarden die elkaar ook nog voor de voeten lopen. Instituties optuigen en denken dat daarmee een probleem wordt opgelost. Is het typisch Haags? Nederlands? Europees? Een nieuwe regel kan een probleem soms oplossen, maar vaak is het een beetje een dure aanpak, en weinig flexibel bovendien. Wat het eigenlijke probleem was, wordt nog wel eens uit het oog verloren. Als we Marcegaglia mogen geloven is het een Europese reflex, cultureel bepaald.

We zien het geloof in regeltjes ook opduiken bij de bewezen-sterkte-discussie. Volgens de sommetjes worden dijken afgekeurd waarvan iedereen met gezond verstand (en bij een geo-technisch specialist is dat automatisch engi-neering judgment) zegt ‘die heeft de vloed van 1916 overleefd en er ligt een Afsluitdijk en een Houtribdijk voor, dus hoezo afkeuren?’ En wat is onze oplossing: we ontwikkelen een nieuwe toetsregel voor bewezen sterkte met ingewik-kelde statements over conditionele kansen voor dit bijzondere geval. En dan zijn we pas tevreden als de nieuwe toetsregel zo is aangepast dat hij veilig is voor alle dijken in Nederland, waardoor er weer onbedoeld conservatisme in de regule-ring sluipt.

Het is goed om ons bewust te zijn waarvoor we eigenlijk normen hebben. Een norm maak je om minder deskundige mensen toch een betrouw-baar ontwerp te laten maken. Dat is de positieve kant: verspreiden van kennis en ervaring. Maar het werkt ook omgekeerd luiigheid in de hand: als je de som netjes volgens de normtekst afwik-kelt, ben je gedekt voor de resultaten. Dat is dus de eenvoudigste weg, ook al is er winst te beha-len door voorbij de norm te ontwerpen. Slimme oplossingen verzinnen en die optimaliseren. De normteksten bieden daar ook ruimte voor, maar het is lastig en het toetsen kost wat meer tijd en geld die je misschien in de uitvoering terug-verdient maar in elk geval de voldoening geven iets moois te hebben ontworpen – leuker dan te zeggen ‘ik heb het volgens Eurocode 7 gedaan’.

Normen leiden ook af van innovatie door een-zelfde mechanisme. We maken een praktijk-norm om verontreiniging met peilbuizen te me-ten en wildwestboys in het gareel te brengen. Vervolgens is het heel moeilijk om met een inno-vatieve sondeertechniek de concurrentie aan te gaan want je moet iedere keer bewijzen dat het resultaat hetzelfde is. Erger nog: het resultaat is systematisch anders, omdat je met de nieu-we techniek de valkuilen omzeilt – bijvoorbeeld die van cross-contaminatie – waar de peilbuis

The Magic of Geotechnics

Regels en mensen dr. Jurjen van Deen

Bro

n: F

lickr

CC

Kic

k Sm

eets

/RVD

“Wir schaffen es!”

geotechniek _April_2016_v1.indd 32 09/03/16 19:10

The Magic of Geotechnics

driftig invalt. Dus de betere techniek legt het af tegen de traditionele aanpak. En als de nieuwe techniek dan wordt geaccepteerd , dan hebben de normenmakers de neiging voor de nieuwe techniek een norm te definiëren zodat de vol-gende innovatie tegen dezelfde muur oploopt.

In en rond de geotechniek zijn wel positieve ont-wikkelingen. In 1995 werd het COB opgericht, het Centrum Ondergronds Bouwen. Een initiatief van de Bouwdienst van RWS, in samenspraak met kennisinstituten en marktpartijen. Ondanks verdwenen subsidiestromen bestaat het COB nog steeds, gefinancierd door een groot aantal vooral marktpartijen, en het floreert met een jaarcongres en een kwartaalblad – en een be-perkte scope: ondergronds bouwen. Misschien is die beperking wel een succesfactor, maar het maakt de ontwikkeling ook een beetje fragmen-tarisch. Daarnaast heeft een goede lobby voor onderzoek in het kader van de grootschalige dijkversterkingen die na de commissie Veerman voor de komende jaren op de rol staan, vrucht afgeworpen. Bij die grote projecten worden Projectoverschrijdende Verkenningen gedaan (PoV’s) waarin relevante kennisvragen worden

aangepakt. Ook daar weer een beperkte scope, het gaat alleen over waterkeren. Het zijn losse initiatieven, gericht op deelproblemen en deel-oplossingen. De samenhang ontbreekt, al heb-ben we natuurlijk al twintig jaar een gezamen-lijk blad, uw lijfblad, de Geotechniek. GeoImpuls was een recente poging – met succes – om opdrachtgevers, bedrijfsleven en kennisinsitu-ten te koppelen in een onderzoeksprogramma waarin de transitie naar systematisch risicoge-stuurd werken centraal stond – van toepassing op dijken, ondergronds bouwen en de rest. Dat programma heeft geen vervolg gevonden – tot op heden.

Maar vernieuwing? De Rem Koolhazen en Fran-cine Houbens steken internationaal hun nek uit met gewaagde gebouwen. Nou doen we dat – nu en dan – ook wel met de geotechniek, laten we ons licht niet onder de korenmaat stellen, als we kijken naar de icoonprojecten waar het hier in januari over ging: de Noord-Zuidlijn, de paal-matras en dijken in duinen. Maar de exclusieve focus op risicogestuurde benadering en normen leidt af van de opgave die er is om met nieuwe oplossingen te komen. Met GeoImpuls hebben

we een stramien voor risicogestuurd handelen gekregen – GeoRM. We hebben nu een stra-mien nodig om slim, voorbij de norm te ontwer-pen, nieuwe oplossingen te verzinnen en vooral ook Nederland mooier te maken dan voorheen. Geotechniek gaat in hoge mate over de aanleg en het onderhoud van infrastructuur: dijken, wegen , spoorwegen, tunnels, parkeergara-ges, leidingen en alles wat we verder in en op de grond uitspoken. Er gaan jaarlijks miljarden om in aanleg en onderhoud van de infrastruc-tuur in Nederland, dus alle reden om te kijken of dat niet efficiënter, effectiever en vooral ook mooier kan. Infrastructuur dient vrijwel altijd een maatschappelijk belang, van ons allemaal als belastingbetaler dus. Daarom staan de grote opdrachtgevende partijen, RWS, ProRail, Gas-unie, waterschappen, die alle heel dicht bij de overheid zitten, als eerste aan de lat. Wie wordt onze nieuwe Merkel?

Reacties zijn welkom op:[email protected]

krijgt dan te maken met uitstel van de activiteit ofvoert de activiteit zelfs illegaal uit. Dit kan leidentot grote risico’s, zowel voor de aansprakelijkheidvan de aannemer als voor de drinkwaterkwaliteit.

Aantal meldingenIn 2014 zijn er 1200 meldingen bij Oasen binnen-gekomen over werkzaamheden in beschermde ge-bieden rondom een winningslocatie. Van al dezeactiviteiten en meldingen is uitgezocht of ze eenrisico vormen voor de winlocatie. In 95% van degevallen is voldoende informatie ontvangen ofachterhaald. Indien nodig werden hier maatrege-len getroffen. Van deze 1200 meldingen vond 25%van de werkzaamheden dieper dan 2,5 meterplaats.

Van alle activiteiten ligt ruim de helft in de bo-ringsvrije zone, dit is het beschermde gebied dathet verst van de winning afligt. De rest ligt voor-namelijk in het grondwaterbeschermingsgebied.Een klein aantal van de activiteiten ligt in het wa-terwingebied. De meeste hiervan zijn overigenseigen activiteiten van het drinkwaterbedrijf.

Beoordeling en controleGezien het grote aantal activiteiten is het onmo-gelijk om alle meldingen te controleren. Bij de beoordeling wordt een inschatting gemaakt vande mogelijke impact als het mis gaat. Daarbij is de activiteit en de ligging ten opzichte van de winning een belangrijke factor. Een activiteit vanhet type ‘boring’ en ‘sonderingen’ is daarbij risico-voller ingeschaald dan bijvoorbeeld ‘beplanting’.Activiteiten in grondwaterbeschermingsgebiedenzijn weer risicovoller beoordeeld dan die in eenboringsvrije zone, die dichterbij de winning ligt.Indien de activiteiten erg risicovol zijn, worden dewerken ook in het veld bezocht.

Het aantal incidenten dat tijdens de controle naarboven komt is groot. Bij één op de acht gecontro-leerde werkzaamheden is er geen bekendheid metde PMV. Er worden jaarlijks dus 150 boringen uitgevoerd zonder vergunning en/of aanvullendevoorzorgsmaatregelen. Daarmee is er in de prak-tijk dus een serieus risico op het besmetten van het grondwaterpakket waaruit water wordtgewonnen voor drinkwater. Enkele jaren geleden

trad bij Oasen een bacteriologische besmetting opvan een winveld door een niet juist uitgevoerdeboring. De impact en schadepost was groot,omdat een volledig zuiveringsstation en winveldgedurende meerdere maanden buiten bedrijfmoesten worden gesteld.

Ervan uitgaande dat niemand het drinkwater bewust wil besmetten, is de vraag hoe we dit risicoverder kunnen verkleinen. In het beleid lijkt hetgoed verankerd, maar de praktijk is weerbarstig.Het nabellen en controleren helpt, maar het moetnog beter. Suggesties zijn om de beschermde ge-bieden toe te voegen aan het Oriëntatie-verzoekvoorafgaand aan een KLIC-melding. Aannemerszijn dan eerder op de hoogte en hebben zo nog tijdom de noodzakelijke procedures te doorlopen.Daarnaast hebben andere partijen die hier mee te maken hebben vast ook praktische en goedesuggesties om de bovengenoemde risico’s te ver-minderen, zonder extra regeldruk. Oasen houdtzich dan ook aanbevolen voor goede ideeën. �

geotechniek _April_2016_v1.indd 33 09/03/16 19:10