Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een...

23
Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt 1 Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' Plaats : Veldhoven Studentnr. : 2163903 Periode : februari t/m mei 2015

Transcript of Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een...

Page 1: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

1

Reflectieonderzoek Jan van der Burgt

'Fan of journalist?'

Plaats : Veldhoven

Studentnr. : 2163903

Periode : februari t/m mei 2015

Page 2: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

2

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave 2

Inleiding 3

Literatuurstudie 5

Klassieke waarden 6

Nieuwe geluiden 7

De praktijk 10

De casussen 10

Linda van der Heide 12

Thijs Zonneveld 14

Ronald van der Geer 16

Manon Colson 18

Conclusie (aanbeveling) 20

Epiloog 22

Bronnenlijst 23

Page 3: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

3

Inleiding

Vrijwel elke student krijgt er vroeg of laat wel een keer mee te maken: dat ene interview waarbij je

iemand aan de tand gaat voelen waar je tegenop kijkt. Omdat deze persoon een inspiratie voor je

is, of gewoon omdat er iemand tegenover je zit die nu eenmaal beroemd is. Of misschien tref je

iemand die je in de loop der jaren meer en meer als vriend bent gaan zien, puur omdat je elkaar

beroepsmatig vaak tegen komt. De een zal dat wellicht makkelijker van zich af kunnen zetten dan

de ander.

Ik weet van mezelf dat ik redelijk snel onder de indruk kan zijn van iemand. Dat betekent in mijn

geval niet dat ik heel stilletjes word en in het gesprek het onderspit delf, maar bij mij schuilt het

gevaar in het feit dat ik me te amicaal op wil stellen tegenover de betreffende persoon. Ik vind het

op dat moment misschien wel net zo belangrijk dat ik aardig gevonden wordt door die persoon als

dat ik de antwoorden krijg waar ik naar op zoek ben. Voor mij gaat dat voornamelijk op bij het

benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten

beoefenen, zal ik al snel als helden bestempelen. Niks menselijks is mij vreemd en mensen

spiegelen zich nou eenmaal graag aan voorbeelden. Tegelijkertijd vraag ik me af of je als supporter

of vriend van een sporter of sportclub de betreffende personen nog wel onafhankelijk en objectief

tegemoet kan treden. En zo niet, is dat dan erg? Zijn de richtlijnen voor onafhankelijkheid en

objectiviteit binnen de sportjournalistiek gelijk aan die van de 'reguliere' journalistiek?

Velen zullen het vanuit een soort 'wij-staan-met-zijn-allen-achter-Oranje-gevoel' volstrekt logisch

vinden dat een voetbalcommentator tijdens een halve finale van een internationaal toernooi op de

hand van Nederland is, mocht ons land zich hebben weten te plaatsen. Maar is het ook logisch dat

een speler van Oranje vervolgens op de schoot kruipt bij de verslaggeve?. Menselijk gezien is dat

misschien niet vreemd, maar journalistiek gezien? Het is een vraag die ik mezelf geregeld stel nu ik

op de drempel sta toe te treden tot het (sport)journaille. Met dit onderzoek ga ik dan ook op zoek

naar het antwoord om zo een aanbeveling te schrijven voor mensen, studenten wellicht, die zich in

dezelfde positie bevinden als ikzelf.

De onderzoeksvraag luidt dan ook:

Journalist & fan, gaat dat samen?

Dit onderzoek kent een klassieke opbouw. Uit de literatuurstudie zal moeten blijken hoe men in de

journalistieke wereld tegen het thema aankijkt. Daarbij wordt niet alleen een licht geschenen op de

sportjournalistiek, maar bijvoorbeeld ook op interviewtechnieken in het algemeen. Ook in de

'reguliere' journalistiek kan immers sprake zijn van een situatie waarin een 'fan' tegenover de 'held'

komt te zitten. Denk daarbij aan de muziekindustrie of het koningshuis. Hoe belangrijk acht men

over de hele breedte dat je iemand objectief tegemoet treedt?

Page 4: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

4

In het tweede hoofdstuk worden gerenommeerde sportjournalisten aan het woord gelaten. Hoe

staan zij tegenover de kwestie? Hebben ze zelf helden of atleten die ze tot hun vriendenkring

rekenen en zo ja, hoe gaan ze daar bij het uitoefenen van het vak dan mee om? Daarnaast

reageren ze op een tweetal casussen waar ze zelf niet bij betrokken waren en waar ze dus per

definitie wat objectiever in staan.

In het laatste hoofdstuk staat de conclusie centraal in de vorm van een aanbeveling. Hoe dient een

nieuwbakken sportjournalist zich te verhouden tot topsporters? De aanbeveling bestaat uit

maximaal vijf handvatten die worden geformuleerd aan de hand van de bestudeerde literatuur en

de meningen van de sportjournalisten. De aanbeveling beperkt zich tot vijf handvatten om het zo

kort, krachtig en overzichtelijk mogelijk te houden.

In een epiloog reflecteert ondergetekende op het uitgevoerde onderzoek en zijn eigen standpunt in

de kwestie. Komen de uitkomsten overeen met de verwachtingen en hoe heeft dit mijn eigen

mening wel of niet beïnvloed?

Jan van der Burgt

Page 5: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

5

Literatuurstudie

In dit onderzoek zullen de begrippen onafhankelijk en objectief regelmatig terugkeren. Het zijn

immers begrippen die in het geding kunnen komen als de journalist er vriendschappelijke

betrekkingen met een atleet op na houdt, of als hij de atleet als idool beschouwt. De Dikke van

Dale geeft een nauwkeurige definitie van deze twee begrippen.

onafhankelijk1 I (bn.) 1 van niemand afhankelijk, aan niemand ondergeschikt of onderworpen, in

doen en laten door niemand beperkt, syn. vrij, zelfstandig, independent, tgov. afhankelijk: wij zijn

geboren om vrij en onafhankelijk te zijn!; onafhankelijk kunnen leven, een voldoend inkomen of

een genoegzaam vermogen bezitten: een onafhankelijk bestaan hebben, bezitten, zich verschaffen

enz. 2 (van volken, staten enz.) aan geen vreemde heerser onderworpen, een eigen bestaan

hebbende, syn. Zelfstandig, vrij: zich onafhankelijk maken, verklaren; hij heeft in die zaak geheel

onafhankelijk gehandeld 3 niet in iemands macht of te zijner beschikking staande: het grieft mij

zeer, dat hij het slachtoffer is van omstandigheden, die van hem onafhankelijk waren 4 niet door

iets bepaald of geregeld wordende: ons gedrag zal geheel en al onafhankelijk zijn van de

omstandigheden; die ontdekking is door twee geleerden, onafhankelijk van elkaar, in 1978 en

1979 gedaan; (jur.) onafhankelijke woonplaats, zie bij woonplaats II (bw) in de verb.

onafhankelijk van – (die in zijn geheel is op te vatten als als een soort voorz.), ongerekend, buiten,

tgov. afhankelijk: onafhankelijk van alle verdere bezwaren, moet ik u zeggen dat ik het plan te

duur vind

Objectief I (bn.; objectiever, -st) zich bepalende tot de feiten, niet beïnvloed door eigen gevoel of

door vooroordelen, tgov. subjectief: een objectief oordeel, verslag; objectieve berichtgeving,

verslaglegging; de objectieve waarheid, de waarheid op zichzelf van een zaak; iets objectief

vaststellen; objectieve poëzie, die buiten het gemoed van de dichter om gaat, m.n. verhalende en

epische; objectief recht, de rechtsregel waaruit een bevoegdheid voortvloeit, tgov. subjectief recht

II (bw.) voor zover het de feiten betreft: Dat is objectief juist, maar voor het gevoel gaat het niet

op ●

1 (den Boom & Geeraerts, 2005)

In dit hoofdstuk wordt uiteengezet hoe diverse publicaties en hun auteurs denken over het

thema onafhankelijkheid en objectiviteit in de sportjournalistiek. Daarbij zal niet enkel worden

ingezoomd op de sportjournalistiek zelf, maar ook theorie over interviewtechnieken zal hierin

behandeld worden. Ook in bijvoorbeeld de muziekindustrie kun je als journalist tegenover

iemand komen te zitten die voor jou als journalist wellicht een soort heldenstatus hebben. Dit

hoofdstuk geeft antwoord op de vraag hoe daar over de hele breedte tegenaan wordt gekeken.

Page 6: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

6

Klassieke waarden

"De onafhankelijke journalistiek heeft nooit bestaan."2 Het is nogal een boute stelling die Hulspas

poneert en, wanneer waar, de rest van dit onderzoek overbodig maakt, maar het is wel een lekkere

binnenkomer. Hulspas geeft in zijn opiniestuk aan dat de journalistieke opleidingen in het eerste

jaar maar wat graag van de toren blazen over 'de journalistieke opdracht', namelijk dat nieuws

controleerbaar moet zijn en onafhankelijk geproduceerd. 'Hoogdravend en zelf verzonnen' noemt

hij het. Hulspals stelt dat de enige opdracht die de journalist anno 2015 heeft, is genoeg geld

verdienen om te overleven.

Hulspas heeft niet helemaal ongelijk. Op de Fontys Hogeschool voor Journalistiek in Tilburg duurt

het niet lang voordat de hierboven geformuleerde opdracht op tafel komt. Sterker nog, in de

kantine van het gebouw hangt een niet te missen wanddoek waarop de 10 principes voor

journalistiek staan volgens Kovac en Rosenstiel.

De opdracht van de journalistiek volgens Kovac en Rosenstiel3

1. Waarheid dienen

2. Loyaliteit ligt bij de burgers

3. Verificatie van feiten en beweringen

4. Onafhankelijk zijn

5. Dient als onafhankelijke controle van de macht

6. Forum verschaffen voor openbaar debat

7. Zaken van belang presenteren als interessant en relevant

8. Nieuws begrijpelijk maken

9. Persoonlijk geweten volgen

(10). Ook burgers hebben rechten en verplichtingen als het om nieuws gaat.

Nummer negen uit het lijstje hierboven zal verderop in dit onderzoek nog een belangrijke rol

spelen. Als je immers als journalist op het punt bent gekomen dat je er vriendschappelijke

contacten op na houdt met atleten, zou je in gewetensnood kunnen komen te zitten op het

moment dat jouw rol als journalist van je vraag dat je kritisch bent over iemand handelen. Evers4

typeert dit verschijnsel als een loyaliteitsconflict. Loyaal zijn aan je professionele uitgangspunten

kan op gespannen voet staan met loyaliteit aan een organisatie, management, of in dit geval een

sporter.

Kovac en Rosenstiel zijn echter niet de enigen die onafhankelijkheid of het daar tegenaan

schurende 'betrouwbaarheid' opnemen in een overzicht van dat wat de opdracht van de

journalistiek zou moeten zijn. Onder andere communicatiewetenschapper Deuze, journalist Arlman

en het RMO-advies Medialogica delen die visie (Buijs, 2008). Een volledige opsomming van mensen

met hetzelfde gedachtegoed zou een ellenlange lijst opleveren, wat aantoont dat enige afstand tot

2 (Hulspas, 2013)

3 (Buijs, 2008)

4 (Evers, 2012)

Page 7: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

7

de persoon waar je over schrijft, volgens velen gewenst is. Het is een klassieke journalistieke

waarde.

Kussendrager en Van der Lugt5 pleiten eveneens voor afstand, zeker ook in één op één situaties.

Een journalist die bijvoorbeeld voortdurend zegt dat hij zich in de geïnterviewde kan verplaatsen,

krijgt meestal algemeenheden te horen. Een kritischere houding kan er toe bijdragen dat de

geïnterviewde eerder de neiging heeft de journalist ergens van te overtuigen.

Kussendrager en Van der Lugt menen echter ook dat je niet te kritisch moet zijn. Het kan de

gesprekspartner ertoe bewegen in zijn schulp te kruipen. De journalist bepaalt door zijn manier

van bevragen dan ook in grote lijnen de sfeer van het gesprek. Daarbij balanceert hij eigenlijk

tussen niet al te kritisch zijn aan de ene kant, maar ook niet al te meegaand zijn aan de andere

kant.

Het is echter diezelfde Van der Lugt6 die in weer een andere publicatie stelt dat sympathiseren met

de emoties van de geïnterviewde een stimulerende factor is voor een goed interview. Mensen

hebben immers behoefte aan een luisterend oor en sympathiseren wekt bij de geïnterviewde de

indruk dat hij dat heeft gevonden. In hetzelfde lijstje met stimulerende factoren noemt Van de Lugt

tevens het prijzen van de geïnterviewde voor diens medewerking. de gesprekspartner mag zich

best gevleid voelen door het gegeven dat uitgerekend hij of zij wordt uitgekozen om zijn of haar

zegje te doen.

Steen7 gaat mee in die gedachtegang, maar laat het na om zijn mening daarover direct te

onderbouwen. Hij stelt echter dat het altijd aan te raden is om iemand het gevoel te geven dat

hij/zij de mensheid het grootste geschenk ooit geeft door zijn tijd en energie te stoppen in een

publicatie. De journalist moet daarbij niet zo naïef zijn om te denken dat de interviewkandidaat ja

zegt louter om de journalist een plezier te doen. Iemand zal alleen ja zeggen als hij of zij daar zelf

beter van wordt.

In hetzelfde boek stipt Van der Lugt misschien wel de kern van het sportjournalistieke probleem

aan. Hij typeert het zelf als het klassieke journalistieke dilemma. Enerzijds word je geacht kritisch

en onafhankelijk te staan ten opzichte van diegene waarover je schrijft, terwijl je ze anderzijds te

vriend moet houden om te voorkomen dat hij ergens anders zijn verhaal doet. Met een oplossing

voor dit dilemma komt Van der Lugt overigens niet. De overweging wat zwaarder weegt, laat hij

aan de journalist.

Nieuwe geluiden

Nu er vastgesteld is dat onafhankelijkheid en objectiviteit traditionele waarden zijn, is het maar

zeer de vraag of die klassieke verantwoording van wat journalistiek in zou moeten houden ook van

toepassing is op de moderne sportjournalistiek. Daar zijn de meningen echter over verdeeld. Want

5 (Kussendrager & van der Lugt, 2007)

6 (Van der Lugt, 2009)

7 (Steen, 2008)

Page 8: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

8

moet de sportjournalistiek wel vallen onder de noemer journalistiek? Puur kijkend naar de

terminologie van het begrip wel, maar Steen brengt daar enige nuances in aan. Hij stelt dat een

sportjournalist meer vrijheden heeft. Naast dat hij verslag doet van gebeurtenissen, zoals dat ook

bij de reguliere journalistiek gebeurt, mag hij het gebeuren ook van commentaar voorzien. Heeft

het publiek waar gekregen voor hun geld, heeft David Beckham met zijn spel een basisplaats

afgedwongen? Vragen die niet eenduidig zijn te beantwoorden, maar waar de sportjournalist vanuit

zijn eigen visie een antwoord op formuleert.

Ook Stokvis8 geeft aan dat sportjournalistiek niet eenvoudig binnen de traditionele kijk op de

journalistiek valt in te passen. Hij stelt dat het publiek eigenlijk alleen mediasport 'consumeert',

sportactiviteiten die via de media tot hen komen en waar zij kennis van nemen bij wijze van

recreatie. Stokvis zegt dus eigenlijk dat het goed mogelijk is dat sportjournalistiek vooral een

amusementsfunctie vervult. Sportjournalisten maken door hun functie dat amusement mogelijk.

De beroepsgroep is dat volgens Stokvis door de jaren heen meer en meer, zij het schoorvoetend,

in gaan zien. Dat neemt volgens Stokvis echter niet weg dat de informatieve functies zoals Kovac

en Rosenstiel die opstelden, daar niet mee te verenigen zijn.

Eén van 's lands meest bekende sportverslaggevers, Mart Smeets (NOS), wil van de stelling dat

sport amusement is niks weten. De man van wie vaak gezegd wordt dat je óf van hem houdt, óf

hem verguist, is van mening dat sport vooral sport is.9 Hij noemt het zelfs een belediging van het

vak om de sportjournalistiek af te schilderen als amusement. Hij geeft daarmee aan dat sport in

zijn ogen serious business is, gelijk aan bijvoorbeeld politiek of economisch nieuws. Wat dat betreft

zou je verwachten dat Smeets iemand is die graag afstand houdt tot atleten, maar eens in de

zoveel tijd laat hij zich in met sporters en hun emoties. In het volgende hoofdstuk gaan we dieper

op één van deze momenten in.

Reinardy en Wanta10 ontkennen niet dat waar mensen samen komen er een zekere bekendheid

met elkaar ontstaat en dat na verloop het contact niet altijd even zakelijk kan en zal zijn. Toch

stellen ze dat er bepaalde grenzen zijn waarvan het verstandig is om daar binnen te blijven. Zo

schetsen ze enkele situaties (fictief, maar niet ondenkbaar), waarop zij een aanbeveling schrijven

over hoe de journalist daarmee om dient te gaan.

Zo beschrijven ze een situatie waarin een basketbalcoach, die gesnapt is met een borrel op achter

het stuur, een bevriende journalist vraagt dit verhaal uit de media te houden. De journalist

antwoordt dat hij dat niet kan doen, omdat het niet ethisch is, waarop de coach aangeeft zichzelf

van het leven te beroven indien hij ook maar een letter over het alcoholmisbruik terugleest in de

krant. Op dat moment moet je sterk in je schoenen staan om je persoonlijke emoties en je

professionele houding van elkaar te kunnen scheiden.

Reinardy en Wanta geven enkele regels waarmee je een bepaalde afstand tot een gesprekspartner

kunt waarborgen. Eén daarvan is dat spelers of trainers tot je vrienden kunnen behoren, maar dat

8 (Stokvis, 2003)

9 (van den Brink, 1989)

10 (Reinardy & Wanta, 2009)

Page 9: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

9

die vriendschap nooit op de eerste plaats mag staan. Een greep uit hun aanbevelingen die

aansluiten bij dit onderzoek:

- Hoe de verstandhouding ook is, die mag nooit verhinderen dat je schrijft wat je

professioneel gezien moet schrijven over die persoon, zonder dat je je zorgen moet

maken over of het die persoon wel of niet schaadt.

- Ontwikkel een dikke huid. Je kan nou eenmaal niet iedereen tevreden houden.

- Juich niet bij wedstrijden. Je bent in de eerste plaats journalist, geen fan.

- Vraag niet om handtekeningen.

Reinardy en Wanta pleiten dus voor een professionele afstand tot hun spelers en trainers, groot

genoeg om kritisch te kunnen schrijven indien nodig.

Ook Colin McIntyre11 heeft een visie geschreven over hoe de journalist zich tijdens een interview

dient op te stellen, maar dan toegespitst op sport in het algemeen. Ook hij geeft aan dat het not

done is om te vragen om een handtekening, omdat je jezelf daardoor neerzet als een fan in plaats

van een journalist. Respect laten blijken mag gerust, maar iemand neerzetten als een held,

beschouwt McIntyre niet als bijzonder professioneel.

11

(McIntyre, 2008)

Page 10: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

10

De praktijk

Casus 1:

Het is het jaar 1985. De Nederlandse wielrenner Gerrie Knetemann komt solo over de streep in de

Nederlandse klassieker 'Amstel Gold Race'. Het is een beladen overwinning. 'De Kneet' is nog maar

zeer recent hersteld van een wielerongeluk dat evenwel het einde van zijn loopbaan had kunnen

beteken. Maar de op dat moment 34-jarige Knetemann kwam terug, zag en overwon. En huilde

vooral. Knetemann huilde tranen met tuiten op de schouders van NOS-verslaggever Mart Smeets

die hem vaderlijk opving en lovend toesprak. Zonder meer een fraai staaltje medemenselijkheid en

voor velen ongetwijfeld ook mooie televisie om te zien, maar hoe aannemelijk is het na het zien

van deze beelden dat Smeets ooit nog een kritisch woord zal uiten over Knetemann?

Casus 2:

Het is het jaar 2010. Het Nederlands voetbalelftal plaatst zich moeiteloos voor de eindronde van

het wereldkampioenschap voetbal. Nederland is in de ban van wat er in Zuid-Afrika mogelijk is.

Kortom, de oranjegekte is in alle hevigheid losgebarsten. Dat wordt er niet minder op als

Nederland de groepsfase overleeft en vervolgens doorgaat met winnen. Oranje schopt het zowaar

tot de halve finale. Urugay is een tegenstander van formaat, maar ook die ploeg wordt door het

Nederlands Elftal onder leiding van Bert van Marwijk uit het toernooi gewerkt. NOS-verslaggever

Jack van Gelder wacht na afloop van de wedstrijd de spelers op om na te beschouwen op de

gewonnen partij. Nigel de Jong en Rafael van der Vaart schuiven aan, Wesley Sneijder volgt later,

In dit hoofdstuk wordt een viertal sportjournalisten aan het woord gelaten over hun eigen visie

op het thema dat in dit onderzoek centraal staat. Hoe bewust zijn ze zich van hun eigen

handelen en hebben ze in het verleden wel eens dingen meegemaakt waar ze achteraf spijt van

hebben gekregen? De journalisten gaan in op vragen die mede geformuleerd zijn aan de hand

van enkele concrete resultaten van de literatuurstudie.

Deze journalisten brengen allemaal hun eigen visies en anekdotes mee. Ze reflecteren daarbij

op kwesties waar ze zelf bij zijn betrokken, waardoor hun objectiviteit enigszins vertroebeld kan

zijn. Daarom worden de journalisten twee casussen voorgelegd, waar ze hun mening over

mogen geven. Het zijn twee compleet verschillende voorbeelden van handelen door de

sportjournalist, waarbij men zich af kan vragen of het journalistiek correct is.

Page 11: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

11

maar daar is zo snel geen stoel voor beschikbaar. Sneijder kruipt daarom op schoot bij Van Gelder,

tot grote hilariteit van het viertal. Schunnige grapjes blijven niet uit en als Van Gelder geen pak

aan had gehad, zou je zweren dat hij één van hen was. Juist gehandeld, of toch niet?

Page 12: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

12

Gedurende het weekend van 14 en 15 maart 2015 wordt in het Australische Melbourne de eerste

Grand Prix Formule 1 van het seizoen gereden. De Nederlander Giedo van der Garde heeft een

contract op zak met het raceteam van Sauber, maar hij wordt gepasseerd ten faveure van twee

andere rijders. Daarop spant de Nederlander samen met zijn management een rechtszaak aan

tegen Sauber. Hij krijgt herhaaldelijk gelijk van de rechtbank, maar tot een actieve racefunctie

leidt het niet. De Nederlandse media volgen de ontwikkelingen op de voet, al is er naar verluidt

maar één Nederlandse journalist daadwerkelijk aanwezig in de rechtbank. Linda van der Heide

schrijft voor het Nederlandse tijdschrift Formule 1 Magazine. Op het RTL Nieuws is te zien hoe zij

Van der Garde na opnieuw een gewonnen hoger beroep feliciteert met drie kussen op de wang. Een

vriendschappelijk gebaar, of van enig journalistiek belang?

Ik was op dat moment oprecht blij voor Giedo. Ik werk natuurlijk al vijftien jaar in de wereld van

de Formule 1 en op een gegeven moment leer je die jongens gewoon kennen. Bovendien zit er een

sociaal aspect bij. Zo krijg ik bijvoorbeeld op mijn verjaardag een sms'je van Van der Garde.

Natuurlijk moet een journalist objectief proberen te zijn, maar dat staat een vriendschappelijk

contact, of op zijn minst goed met elkaar overweg kunnen, mijns inziens niet in de weg.

Op de vraag of het aannemelijk dat ze zich ooit nog kritisch uit zou laten over Van der Garde, is ze

duidelijk.

Ik heb in het verleden kritische stukken geschreven over mensen met wie ik ook heel goed op kan

schieten. Daar kan ik op dat moment met die jongens prima over praten, dus bang dat ik een

persoonlijke relatie op het spel zet, ben ik niet. In het geval van Van der Garde heb ik echter wel

verhalen vanuit zijn kamp gehoord over zaken die de media niet gehaald hebben. De overweging

daarin was dat de publieke opinie was dat Van der Garde een held was door het op te nemen tegen

het onrecht dat in de Formule 1 nog wel eens hoogtij wil vieren. Wij hadden daarin geen verschil

gemaakt als we hadden geschreven wat we wisten. Bovendien is Formule 1 Magazine in Nederland

een uniek, maar klein medium en kunnen we het als blad ons niet zomaar permitteren om

belangrijke contacten tegen ons in het harnas te jagen. Maar zoals gezegd, die info had weinig

toegevoegd aan de publieke zaak Van der Garde.

Los van de zaak Van der Garde, wil Van der Heide nog wel wat kwijt over hoe de sportjournalistiek

bedreven kan worden.

Er lopen genoeg mensen rond van de oude stempel. Mensen met autoriteit, maar voor wie het vak

min of meer routine is geworden. Persoonlijk denk ik dat als je in de sportjournalistiek werkzaam

bent, je een baan hebt die niet iedereen is gegund, maar die misschien wel door mensen begeerd

wordt. Ik ben van mening dat je daarom best mag genieten van wat je doet, dat je jezelf op een

Linda van der Heide

Linda van der Heide werkt al sinds 2005 voor Formule 1 Magazine, nadat ze eerder onder andere

voor NUsport werkte. In de wereld van de Formule 1 loopt ze rond tussen de crème de la crème

van de internationale autosport, een sportdiscipline bij uitstek waarin de allergrootsten zich bij

elkaar verzamelen.

Page 13: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

13

positieve manier mag presenteren en dat je plezier mag hebben met de mensen om je heen, in

mijn geval Formule 1-coureurs. Natuurlijk moet je het publiek objectief proberen te informeren,

maar sport is voor het publiek ook voor een deel amusement. Die twee kunnen samen gaan, al is

het maar in verschillende rubrieken.

In een verder verleden kreeg Van der Heide door haar functie op de redactie van NUsport de kans

om voormalig topschaatser Falco Zandstra te interviewen. Althans, ze meldde zich daar vrijwillig

voor aan toen ze vernam dat de redactie het had gemunt op de geboren Fries. Ze was vroeger

immers een groot fan geweest - "Ik had thuis een levensgrote kartonnen replica van hem"- en dus

zat ze tegenover haar jeugdidool: Natuurlijk was dat spannend, maar ook heel erg leuk. Toen ik

later aan de hoofdredacteur vertelde dat ik altijd een groot fan was geweest van Zandstra, liet hij

mij verstaan dat dit dan toch niet de bedoeling was geweest, simpelweg omdat mijn objectiviteit in

het geding was.

Van der Heide over de beide casussen

Als sportjournalist doe je vaak verslag van de sport waar je van houdt. Je trekt veel met de

sporters op, ziet hun ups en downs. Je ziet en weet meer dan de mensen thuis, want vaak worden

er zaken in vertrouwen verteld. Je bouwt een band met die sporter op. Als die sporter dan zijn doel

bereikt - iets wat misschien onmogelijk wordt geacht - leef je mee. Ik wel in ieder geval. Daarom

vind ik het prima kunnen wat Smeets hier doet, ook omdat hij normaal gesproken helemaal niet zo

medemenselijk is. Je mag dus best je blijdschap of verdriet tonen, dat is geen enkel punt, maar je

moet er wel zorgen dat je wat afstand bewaart als je jouw artikel schrijft. Dan moet je weer even

de journalistenpet opzetten.

Jack van Gelder zie ik niet als een journalist. Hij is een entertainer die vragen stelt. Dit zou dan ook

niet bij andere verslaggevers gebeuren, maar bij Jack kan dat. Gaat hij hierin te ver? Ach, het past

in de sfeer van het moment. Je hebt altijd azijnpissers die hier moeilijk over doen. Maar vaak zijn

dat mensen die overal over zeuren. In dit geval was heel Nederland in euforie en dit paste in de

stemming. Prima dus.

Page 14: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

14

Objectiviteit bestaat niet. Ik weet wel dat men dit vaak bestempelt als een van de belangrijkste

uitgangspunten van de journalistiek, maar ik ben het daar niet helemaal mee eens. Ik ga liever uit

van transparantie en een kritische houding. Mensen zijn nou eenmaal niet objectief. Ze hebben

overal een gevoel bij en dat geldt voor journalisten evengoed. Ik vind het juist prettig als mensen

op een bepaalde manier schrijven, waardoor wij weten wat hun agenda is. Mensen hebben een

voorkeur, dus doe niet alsof je objectief bent, want dat bestaat gewoon niet. In de sport zie je dat

in extremen. Als het Nederlands elftal speelt bijvoorbeeld, is niemand objectief. Je hebt mensen die

hopen dat ze winnen en je hebt mensen die hopen dat ze verliezen, maar niemand is objectief. Ik

word er wel eens moe van dat dit van ons verwacht wordt. Laten we gewoon open zijn over onze

voorkeuren. Dat neemt namelijk niet weg dat we gewoon kritisch kunnen zijn.

Zonneveld geeft als voorbeeld dat hij als Ajax-fan hij niet opeens fan af is op het moment dat hij

journalist wordt. Dat wil niet zeggen dat hij alleen maar pro-Ajax schrijft, integendeel zelfs, hij let

als liefhebber naar eigen zeggen meer op ongeregeldheden. Fan zijn kan dus prima wat betreft

Zonneveld, als het de kritische blik maar niet in de weg staat.

Dat dit onderlinge relaties niet altijd ten goede komt, wordt duidelijk als Zonneveld over wielrennen

begint, een discipline waarin hij zelf als prof actief is geweest en waar hij tegenwoordig veel over

schrijft en vaak ook kritisch.

Ik ken heel veel renners uit mijn tijd als prof. Zo kan ik me voorstellen dat ik met die jongens een

biertje ga drinken als ik ze tegen het lijf zou lopen. Maar ik zorg er wel voor dat die jongens weten

dat nu ik journalist ben, ik het niet nalaat kritisch over hen te schrijven. Dat wordt me dan vaak

niet in dank afgenomen onder het mom van 'wat flik jij me nou?', maar so be it. Dat is dan

jammer, maar ik lig er niet wakker van.

De mening dat objectiviteit niet bestaat is één, maar uiting geven aan die stelling is twee.

Zonneveld geeft aan dat hij nooit een blad voor de mond neemt en het niet schuwt om persoonlijke

meningen te delen met het publiek, oftewel niet controleerbare feiten.

Ik bericht veel over doping. Dat is nu eenmaal onlosmakelijk verbonden met de wielersport. Dat

betekent dat als ik de volledige Astana-ploeg op kop zie rijden in de Giro d'Italia, ik mijn

vermoeden dat het geen zuivere koffie is, niet onder stoelen of banken steek. Niet gezien de

recente verhalen omtrent dat team. Dat is op dat moment mijn mening en mijn vermoeden, wat

het publiek daarmee doet, is hun zorg.

Thijs Zonneveld

Thijs Zonneveld kent de sportjournalistiek van twee kanten. Na zijn actieve wielercarrière is hij

als journalist aan de slag gegaan. Tegenwoordig werkt hij voor het AD en schrijft hij columns

voor Nu.nl, NUsport en Wieler Magazine.

Page 15: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

15

Zonneveld over de beide casussen:

Als Mart Smeets als journalist op dat moment voor die invulling kiest, hoeft hij wat dat betreft niet

verder van Knetemann af te staan. Het zou anders zijn als hij Knetemann altijd in bescherming

neemt, ook op het moment dat hij bijvoorbeeld doping gebruikt zou hebben. Maar ik vind het niet

erg dat hij daar als eerstelijns verslaggever inzoomt op de emoties van de atleet. Hij doet in het

moment verslag van wat er gebeurt. Smeets geeft Knetemann de ruimte om emoties te beleven,

toch voor een groot deel de essentie van sport, zonder zelf daar al te veel in mee te gaan.

Wat betreft casus twee denk ik dat Van Gelder de plank compleet misslaat. Ik vind dat persoonlijk

echt te ver gaan. Dit is niet meer iemand bevragen over hoe het is gegaan, het is echt een lollige

band die daar tentoon wordt gespreid. Ik vind dat Van Gelder zich daar minder geloofwaardig mee

maakt. Het grote verschil met Smeets is dat hij de sporter zijn emoties laat beleven, terwijl Van

Gelder zijn eigen emoties volledig tentoonspreid. Ik denk dat het ook typisch Van Gelder is. Hij

heeft duidelijk zijn eigen voorkeuren, maar hij spreekt zich daar niet over uit. Dat maakt hem

weinig transparant.

Page 16: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

16

Sport is amusement, althans, zo zie ik dat. Ik vind onszelf een rondreizend circus, waarbij voetbal

amusement moet zijn en wij verslaan dat. Ik heb ook niks met dat hele kritische. Ik ben ook

bepaald geen nieuwsjager. Bij mij gaat het echt puur om de beleving. Ik heb ook collega's die heel

trouw hechten aan objectiviteit en onafhankelijkheid door geen persoonlijke contacten te

onderhouden met spelers. Bert Maalderink is daar een voorbeeld van. Hij durft daardoor elke vraag

te stellen en daar heb ik respect voor, maar ik kan dat niet. Ik heb daar ook geen behoefte aan. Ik

ben meer van het 'heey, gezellig leuk, heb je nog iets interessants gedaan?'.

Van der Geer bestempelt zichzelf als mensenmens en iemand die het niet schuwt om persoonlijke

banden met sporters of mensen in bestuurlijke functies aan te gaan en te onderhouden. Daarbij

komt hem wel eens iets ter ore, maar dat wil niet zeggen dat hij daar automatisch iets mee doet.

Dat zijn dingen die vaak heel handig zijn om voor jezelf iets te verklaren. Dat vind ik dan leuk om

te weten, maar als mij iets in vertrouwen wordt verteld zal ik daar niets mee doen. Dat is anders

dan wanneer ik verslag doe van mijn favoriete club Heracles. Ik kom daar vaak en graag en ken

iedereen heel goed. Zo kan ik daar prima om de tafel zitten met die jongens, maar ze weten ook

dat ik als ik moet schrijven over Heracles ik de dingen zal benoemen. Goed is goed, slecht is

slecht. Daar reageren ze dan wel eens fel op, maar dat is meer spel dan iets anders.

Van der Geer, die zich laat ontvallen zich nooit echt een journalist te hebben gevoeld, zet dus juist

in op persoonlijke relaties met mensen. Hij geniet meer van het wereldje dan van het

daadwerkelijke spelletje. Sterker nog, het is niet gezegd dat Van der Geer trouw blijft aan de

sportjournalistiek of de voetbalsport.

Naast de liefde voor Heracles is Van der Geer ook altijd een groot fan geweest van de Duitse ex-

voetballer Horst Hrubesch. Hij heeft wel eens via via geïnformeerd of hij de beste man kon

ontmoeten, maar toen hij eenmaal de kans had om met Hrubesch op de foto te gaan en hem te

vertellen dat hij idolaat van hem was, keerde hij na enkele meters in zijn richting om.

Daar heb ik later wel spijt van gehad.

Van der Geer over de beide casussen:

De casus over Mart Smeets staat me helder voor de geest, niet in de laatste plaats omdat ik dat

zelf een heel mooi televisiefragment vind. Ik denk dat Smeets hier een heel groot aandeel in heeft,

al vraag ik me af of hij dat op dat moment doorheeft. Ik denk overigens niet dat ik datzelfde trucje

had kunnen flikken. Het moment wordt namelijk voor een groot deel bepaald door het feit dat er

Ronald van der Geer

Ronald van der Geer komt via Stads Radio Rotterdam en RTV Rijnmond terecht bij de NOS. Daar

houdt hij zich vooral bezig met voetbalverslaggeving op de radio, maar later is hij ook te horen

op de televisie. Daar krijgt hij niet de kans te doen wat hij het liefste doet, namelijk live

commentaar verzorgen bij voetbalwedstrijden. Vanaf juni 2015 treedt hij dan ook in dienst bij

SBS en Sport1, waar hij zich met name bezig gaat houden met de Champions League.

Page 17: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

17

twee reuzen staan binnen hun eigen disciplines die zich vertrouwd voelen met elkaar. Ik denk

bovendien dat het niet ondenkbaar is dat Smeets na dit gebeuren zich gewoon kritisch uit kan laten

over Knetemann, ondanks dat ik me kan voorstellen dat dit moment een band heeft geschapen

tussen de twee.

Wat betreft de casus over Jack van Gelder, vind ik het moeilijk daar een antwoord op te geven. Het

staat me ook niet zo helder voor de geest als die van Smeets, juist omdat dit fragment bij mij nul

emoties oproept. Ik heb het pas later teruggezien, maar werd er niet door geraakt. Het is denk ik

ook niet echt wat daar gebeurt, en wat dat betreft denk ik dat collega Van Gelder daarin te ver is

gegaan. Ik vermoed ook dat Van Gelder meer van dit specifieke moment heeft genoten dan

bijvoorbeeld schootzitter Sneijder. De houding die Van Gelder hier aanneemt voegt ook niets toe

aan het moment.

Page 18: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

18

Ik had voor Helden kortgeleden een dubbelinterview met Marianne Vos en Leontien van Moorsel.

Het was voor het eerst in mijn carrière dat ik iemand vroeg met mij op de foto te gaan. Hoe vaak

gebeurt het immers dat je twee van zulke internationale toppers tegelijkertijd tegenover je hebt?

Bovendien waren het gesprek en de sfeer er gewoon naar. Ze stemden toe en toen moest ik aan de

vraagstelling van dit onderzoek denken. Of het wel correct was? Ik denk het wel. Als sportjournalist

leef je voor de momenten waarop je hart sneller gaat kloppen. Dit was voor mij zo'n moment.

Als je in het verleden heel veel hebt geschreven voor een blad met de titel Helden, mag je in dit

onderzoek natuurlijk niet ontbreken. Manon Colson was jarenlang de enige fulltime werknemer bij

het blad dat persoonlijke verhalen van topsporters centraal stelt. Zodoende heeft ze heel wat

atleten tegenover haar gehad, die niet zelden hele persoonlijke dingen met haar deelden.

Doordat mensen zo open tegen je zijn, zie je heel snel dat topsporters ook maar mensen zijn. Wat

dat betreft heb ik maar heel weinig persoonlijke helden in de sportwereld. Het gebeurt regelmatig

dat mijn gesprekspartner van een voetstuk valt waar het brede publiek hem of op heeft geplaatst,

puur omdat ze niet zo onaantastbaar zijn als ze lijken. Ik moet toegeven dat ik vroeger wel tegen

Marco van Basten opkeek, en nog steeds. Hoewel ik denk dat ik prima in staat ben een eerlijk

verhaal over die man te schrijven, zou ik denk ik bedanken voor de eer. Het heldenbeeld dat ik van

hem heb, wil ik graag koesteren, want zoveel zijn er niet.

Colson in stellig van mening dat sportjournalisten en topsporter niet bevriend door het leven

kunnen gaan. Tegenstrijdige belangen voert ze op als de belangrijkste reden daarvan. Als

journalist wil je immers het liefst de dingen weten die de atleten juist zorgvuldig buiten de media

willen houden. Dat wil volgens Colson echter niet zeggen dat je niet vriendschappelijk met elkaar

om kunt gaan, op voorwaarde dat kritische noten niet geschuwd worden. Ze haalt als voorbeeld

voormalig wielrenner Michael Boogerd aan.

Ik schrijf al lange tijd met en over Michael Boogerd. We kunnen prima samen door een deur en we

weten wat we op professioneel gebied aan elkaar hebben. Zo vraagt hij mij bijvoorbeeld of ik een

boek over hem wil schrijven, omdat hij zichzelf herkent in de manier waarop ik over hem schrijf. En

dat hoeft niet eens altijd positief te zijn. Zo had ik een keer een gesprek met hem waarin hij zijn

onvrede uitte over het feit dat hij geen puffer mocht gebruiken om zijn luchtwegen te verwijden. Ik

schreef dat op, de eindredacteur plakte daar een weinig genuanceerde kop boven en de volgende

dag werd Michael Boogerd er in het programma Holland Sport mee geconfronteerd. Dat werd me

door hem niet in dank afgenomen, omdat verhalen over medische begeleiding gewoon gevoelig

Manon Colson

Manon Colson kwam via het Procycling en NUsport terecht bij Helden Magazine. Daar ging ze

fulltime aan de slag als redactiechef en werd ze op handen gedragen door de hoofdredacteuren

Barbara en Frits Barend. Toen er bij Sanoma Media niet langer plek was voor het blad besloot

Colson dat het tijd was voor een nieuwe uitdaging. Tegenwoordig werkt ze als freelancer en

omschrijft ze zichzelf als iemand met het schrijven van persoonlijke verhalen over topsporters als

haar expertise. En ja, soms klopt de familie Barend nog wel eens bij haar aan.

Page 19: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

19

lagen binnen de wielersport. Maar daarna hebben we elkaar gesproken en toen was het ook weer

goed. Ik wees hem er op dat er keurig een geluidsband mee liep en daarmee was de

'strijd'gestreden.

Colson over de beide casussen:

Hoe raar was het geweest als Smeets een stapje terug had gedaan en had gezegd 'kom maar terug

als je jezelf bij elkaar hebt geraapt'? Knetemann was altijd al een emotionele man, dus dit moment

kwam niet uit de lucht vallen. Ik denk dat je als journalist ook altijd moet onthouden voor welk

medium je werkt. De televisiekijker heeft met zweet tussen de billen naar die wedstrijd zitten

kijken, dus die hangen aan de lippen van Knetemann om te horen wat hij te zeggen heeft.

Vervolgens begint die man te huilen! Hoe mooi is dat? Als Smeets hier meer afstand had genomen,

had hij het hele moment verpest. Het is een cliché, maar wel waar: topsport is emotie.

Met name de schunnige opmerkingen die bij de casus van Van Gelder om de hoe kwamen kijken,

schoten mij in het verkeerde keelgat. Ik snap heel goed dat er gezien de staat van het land net iets

meer joligheid bij komt kijken en dat mag van mij ook best, maar dat Sneijder bij van Gelder op

schoot ging zitten en dat er bedenkelijke opmerkingen werden gemaakt, vond ik te ver gaan. Het

werd op een gegeven moment ook ongemakkelijk, ik wilde dat helemaal niet zien. Hoewel ik Van

Gelder absoluut een vakman vind, ben ik van mening dat hij hier zijn rol volledig vergat.

Page 20: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

20

Conclusie

Aan het begin van dit onderzoek werd de vraag op tafel gelegd of de sportjournalistiek zich te

houden heeft aan dezelfde grondbeginselen van de journalistiek als de 'reguliere journalistiek'. De

literatuur en de interviewkandidaten tonen aan dat de meningen daarover verdeeld zijn. Het is

echter veilig te stellen dat iedereen het erover eens is dat er in ieder geval dusdanig veel afstand

moet zijn tussen de journalist en de atleet, dat de journalist zich als het nodig is nog kritisch op

kan stellen.

De mening over hoe groot die afstand dan moet zijn, verschilt echter per persoon. De één stelt dat

een vriendschap per definitie niet mogelijk is, terwijl de ander stelt dat het prima kan, mits beide

partijen weten wat ze professioneel gezien van elkaar kunnen verwachten.

Hetzelfde geldt voor fans. Kun je een fan zijn en toch kritisch schrijven over mensen? Jazeker,

maar het ligt bij de journalist om de juiste afwegingen te maken. Ben je loyaal aan je

gesprekspartner, of ben je loyaal aan je publiek. Alle gesprekspartners geven aan dat ze indien

nodig voor het publiek en hun medium kunnen kiezen, ongeacht de consequenties.

De literatuurstudie en de meningen van de sportjournalisten leveren onderstaande lijst op van

aanbevelingen over hoe je je als fan of vriend van een atleet dient te gedragen.

1. Geniet.

Het is een begrip dat meerdere van de gesprekspartners in de mond hebben genomen.

Je bent ooit in de sportjournalistiek begonnen, omdat je sport zo mooi vindt. Omdat je

mensen prestaties hebt zien leveren waar 'normale mensen' niet toe geacht worden. Het

is belangrijk dat je die passie blijft voelen. Geniet daarom van het wereldje waarin je

terecht komt en zeker ook van de mensen die je daarin tegenkomt.

2. Wees wél kritisch.

Natuurlijk werkt het prettiger als je ontspannen met mensen om kunt gaan die bepalend

zijn voor jouw journalistieke producties. Dat mag jouw kritische blik op de atleten echter

niet in de weg staan. Als iets goed is wat ze doen, geef dat aan, maar dat werkt de

andere kant op evengoed zo. Als iets niet goed is, benoem dat dan ook.

3. Wees duidelijk naar de interviewkandidaat.

Leuk contact hebben met atleten moet dus geen probleem zijn, zolang je ook kritisch

blijft. Zorg er ook voor dat jouw gesprekspartners dat weten. Je bent wellicht een goede

bekende van de atleet, maar daarnaast ook gewoon een journalist die zijn journalistieke

plichten en taken heeft. Daarbij wordt een beroep gedaan op het persoonlijk geweten van

de journalist. Houd ik deze persoon te vriend, of jaag ik hem willens en wetens tegen me in

Page 21: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

21

het harnas door mijn journalistieke plicht te doen? Laat de plicht voorgaan. Eigen belang

gaat nooit voor het belang van het medium.

4. Wees transparant.

Zoals Thijs Zonneveld ook zegt: iedereen heeft voorkeuren. Je kan ze maar beter

uitspreken, anders staan ze je alleen maar in de weg. Het publiek mag dan zelf uitmaken

wat ze met die informatie doen, maar hoe meer ze weten van de voorkeuren van de

journalist, hoe meer ze in staat zijn voor zichzelf na te gaan of de gebrachte informatie

betrouwbaar is.

5. Wees bescheiden.

In de sportjournalistiek staan de sport en hun atleten centraal. Als journalist heb je daar

een mening over en die mag je uitspreken, maar onthoud dat het niet in de eerste plaats

om jou draait. Het hoofdtoneel is voor de sporters, blijf daar zelf zoveel mogelijk vanaf.

Page 22: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

22

Epiloog

Het was in 2012 dat ik als stagiair aan de slag ging bij het Formule 1 Magazine. Ik mocht mezelf

met een stukje op de webpagina introduceren aan de lezers en in dat stukje vermeldde ik dat

Michael Schumacher mijn absolute favoriet was. De reacties op dat stuk waren overwegend

positief, maar er kwamen ook, terecht, verontwaardigde reacties op het feit dat ik blijkbaar een

voorkeur had, terwijl ik 'onafhankelijk behoorde te zijn'. Het was een reactie van een andere lezer

die me aan het denken zette. Hij gaf aan dat als je eenmaal weet dat de journalist een voorkeur

heeft voor een sporter, dat het voor de lezer alleen maar makkelijker wordt om de objectiviteit van

de journalist in te schatten.

Het zijn woorden die me altijd zijn bijgebleven en waar ik me alleen maar achter kan scharen. Het

is een mening die ook Thijs Zonneveld is toegedaan. Hij vindt transparantie heel erg belangrijk.

Daar sluit ik me graag bij aan. Ik heb het sowieso mooi gevonden om van mijn gesprekspartners te

leren over hoe zij in de praktijk staan en hoe dat wel of niet afwijkt van wat de literatuur zegt over

het onderwerp. Hoewel ik het geprobeerd heb te ondervangen door casussen voor te leggen waar

ze niet persoonlijk betrokken bij waren, ben ik me er voortdurend van bewust geweest dat mijn

gesprekspartners in theorie politiek correcte antwoorden konden geven. Uiteindelijk denk ik dat de

visies echter te uiteenlopend zijn om te stellen dat ze dat allen gedaan hebben.

Ik heb dit onderzoek met genoegen opgezet en uitgevoerd. Ik formuleerde de onderzoeksvraag

vanuit mijn eigen beginsituatie en van daaruit ben ik tot heel veel inzichten gekomen. Theorieën

die me aan het denken hebben gezet, anekdotes waarvan ik me hardop afvroeg hoe ik in die

situatie zou handelen, allemaal zaken die er aan bijdroegen dat ik meer en meer een beeld kreeg

van de sportjournalist die ik in de toekomst hoop te zijn.

Wat dat betreft vind ik het gaaf om te horen dan niet alles even strikt en zakelijk hoeft te verlopen.

Ik ben een mensenmens en ga graag amicaal met mijn naasten om. Ik weet nu dat dit ook in de

sportjournalistiek mogelijk is, al hoop ik ook dat ik sterk genoeg in mijn schoenen sta om mensen

kritisch te benaderen. Dat zou dan gaan om mensen die heel hoog staan in mijn aanzien. Dat moet

de toekomst leren denk ik, ik heb nu echter een aanbeveling waaraan ik me voor mezelf dien te

houden.

Het belangrijkste woord dat steeds terugkwam voor mij was 'geniet'. Dat hoop ik in de toekomst

zeker te doen, op een eerlijke, objectieve manier.

Page 23: Reflectieonderzoek Jan van der Burgt 'Fan of journalist?' · benaderen van topatleten. Ik ben een liefhebber en mensen die voor mij aansprekende sporten beoefenen, zal ik al snel

Reflectieonderzoek: Fan of Journalist? Jan van der Burgt

23

Bronnenlijst

Geschreven bronnen:

Buijs, K. (2008). Journalistieke kwaliteit in het crossmediale tijdperk. Boom Lemma Uitgevers.

den Boom, T., & Geeraerts, D. (2005). Van Dale, groot woordenboek van de Nederlandse taal.

Utrecht: Van Dale Lexicografie bv.

Evers, H. (2012). Media-ethiek. Groningen/Houten: Noordhoff Uitgevers.

Hulspas, M. (2013, augustus 22). De onafhankelijke journalist heeft nooit bestaan – en journalistiek

leer je niet op de UvA. Opgeroepen op maart 21, 2015, van De Nieuwe Reporter:

Kussendrager, N., & van der Lugt, D. (2007). Basisboek Journalistiek. Groningen/Houten: Noordhoff

Uitgevers.

McIntyre, C. (2008). A Reporter's Guide to Sports and Olympics Reporting. Reuters.

Reinardy, S., & Wanta, W. (2009). The Essentials of Sports Reporting and Writing. New York,

Abingdon: Routledge.

Steen, R. (2008). Sports Journalism: A Multimedia Primer. Milton Park/New York: Routledge.

Stokvis, R. (2003). Sport, publiek en de media. Amsterdam: Uitgeverij Aksant.

van den Brink, C. (1989). Sportjournalistiek in de ban van toenemende commercialisering. De

Journalist , 19.

Van der Lugt, D. (2009). Interviewen in de praktijk. Groningen/Houten: Noordhoff Uitgevers.

Gesproken bronnen

Linda van der Heide

Thijs Zonneveld

Ronald van der Geer

Manon Colson