Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ......

112
Zichtbaar schakelen in de wijk E-learning module voor wijkverpleegkundigen

Transcript of Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ......

Page 1: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Zichtbaar schakelen in de wijk

E-learning module voor wijkverpleegkundigen

Page 2: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Colofon

Auteurs:Drs. Maria van Erp, onderzoekerLectoraat Lokale Dienstverlening vanuit KlantperspectiefKenniscentrum HAN SOCIAALHogeschool van Arnhem en Nijmegen

Eindredactie: Dr. Martha van Biene Mld, lector

Fotografie en illustraties: Goedele Monnens

Wegens privacyoverwegingen zijn de namen van de mensen gefingeerd. Informatie die naar persoonlijke situaties te herleiden is en namen van instellingen zijn weggelaten. De mensen op de foto’s zijn niet dezelfde personen als de personen uit de verhalen. Betrokkenen gaven toestemming om de verhalen op te nemen in deze e-learning module.

Page 3: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Inhoudsopgave

Colofon 2

Inhoudsopgave 3

Voorwoord 5

Werkwijze 7

Schakelkracht 8

1.1 Competentie Zichtbaar Schakelen 9

1.2 Dialogisch werken 10

1.3 Welzijn Nieuwe Stijl 12

1.4 Verhalen zijn leidend 12

Verhalen 14

2.1 Korte lijnen met samenwerkingspartners 15

2.2 Eigen kracht en een klein netwerk 18

2.4 Ziekenhuisontslag pas na opruimactie 23

2.5 Samen op reis 26

2.7 Tot op het laatst verzorgd door familie 31

2.8 Liever geen vreemden over de vloer 35

2.9 Geld voor een kinderbedje 38

2.10 Baas in eigen huis 42

Interactieve werkvormen 44

3.1 Dialoogsessie 45

3.2 Reflector Ondersteunen en zorg in de wijk 47

3.3 Reflector Wijkverpleging en Welzijn Nieuwe Stijl 50

3.4 Reflector Schakelkracht 53

3.5 Netwerkanalyse 56

3.6 Kantelbox 58

3.2 Reflector Interculturele Sensitiviteit 61

3Zichtbaar schakelen in de wijk Inhoudsopgave

Page 4: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Kennisbronnen 70

4.1 Leerarrangement 71

4.2 Verschil tussen dialoog en discussie 72

4.3 Dialogisch werken en vragen stellen 74

4.4 Verhalen zijn leidend 76

4.5 Bakens Welzijn Nieuwe Stijl 77

4.6 Dialoog volgens TOPOI 80

4.7 Leren en werken in een samenkomst van culturen 81

4.8 Van zorg naar ondersteunen 82

Literatuur 86

Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal 91

4Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 5: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Voorwoord

Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Met welke vragen wordt de wijkverpleegkundige geconfronteerd? Hoe gaat de wijkverpleegkundige nieuwe stijl om met nieuwe ontwikkelingen op wijkniveau? Voor welke nieuwe uitdagingen staat de wijkverpleegkundige?

Welke competenties zijn nodig om met partners uit andere sectoren zoals de gemeente, woningcorporaties of welzijnsinstellingen samenhangende thuiszorg te bieden?

Deze e-learning module, verder te noemen werkboek, is een resultaat van het actie leerprogramma Zichtbare Schakel. Het werkboek bevat theorie en instrumenten om met wijkverpleegkundigen, hun netwerkcollega´s en burgers/cliënten ´schakelkracht´ te ontwikkelen.

Het landelijke programma Zichtbare Schakel - doorlooptijd van 2009 tot 2013 – beoogt dat de wijkverpleegkundigen bijdragen aan ´een gezonde buurt´ en het programma zette extra wijkverpleegkundigen in voor het beter verbinden van zorg, wonen en welzijn op wijkniveau. Om hieraan actief bij te dragen startte Stichting Thuiszorg Midden Gelderland (STMG) in 2010 met een actie leerprogramma, waaraan wijkverpleegkundigen Zichtbare Schakel deelnamen. Met actie leren als verander aanpak –waarbij de nieuwe werkpraktijken van wijkverpleegkundigen leidend zijn - is gewerkt aan professionalisering van ´de wijkverpleegkundige nieuwe stijl´. In buurten en wijken zijn nieuwe infrastructuren zorg en welzijn ontwikkeld.

Actieleren is een krachtige methodiek omdat het strategie van onderop verbindt met strategie van bovenaf en zich tegelijkertijd richt op visie, professionalisering en klantgerichtheid. Professionals van STMG hebben voor deze module hun praktijkverhalen opgetekend. Op openhartige wijze vertellen zij over hun werkervaringen waarin het stimuleren van eigen kracht en eigen regie van burgers/cliënten centraal staat. De nieuwe werkwijze met als motto ‘schakelkracht’ heeft ‘zorgen voor’ veranderd in ‘zorgen dat’. De nieuwe werkwijze doet expliciet een beroep op de coachende vaardigheden van de wijkverpleegkundige. De praktijkverhalen laten zien hoe wijkverpleegkundigen Zichtbare Schakel deze coachende vaardigheden in verschillende cliëntsituaties hebben toegepast.

Dit werkboek nodigt professionals uit, die bij zorg en welzijn van burgers/cliënten in de wijk betrokken zijn, om te leren van ervaringen van wijkverpleegkundigen Zichtbare Schakel. Met de verhalen en dialoogvragen, de reflectieve instrumenten en de kennisbronnen kunnen de professionals het persoonlijke handelingsrepertoire verbreden. Vanuit wederkerig leren, waarin de vraag van de burger/cliënt bepalend is voor de competenties die de professional inzet, wordt aangesloten bij wijkgerichte en vraaggestuurde zorg- en dienstverlening op maat. Niet alleen de vraag staat centraal, maar vooral ook de behoefte en hoe daar in wordt voorzien. Het werkboek sluit nauw aan bij de uitgangspunten van Wmo Welzijn Nieuwe Stijl. Specifiek is er aandacht voor het meedoen, meedenken, meewerken en meebeslissen van burgers/cliënten.

5Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 6: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

De tien verhalen bieden slechts een klein inkijkje in de Zichtbare Schakelpraktijk. Vanuit de verhalen hebben we toegankelijke lesstof gemaakt. Een aantal verhalen is in de online module te bekijken als video, waarin de wijkverpleegkundigen zelf praktijkverhalen vertellen over opmerkelijke cliëntsituaties. Het is een aanzet om de schat aan informatie die deze kleurrijke verhalen van wijkverpleegkundigen opleveren te gebruiken voor verdere competentieontwikkeling. Er is aandacht voor interculturele sensitiviteit. We schotelen je in dit werkboek geen standaard rijtjes met competenties voor. Competentie-ontwikkeling vindt zijn weg als burgers/cliënten en professionals in gesprek zijn, actie ondernemen en daarin ervaring opdoen. Door het samen aan de slag gaan met de dialoogvragen verbinden we theorie en praktijk. Op deze manier ontstaat er leerruimte waarin een reflexieve beroepshouding ontwikkeld kan worden. Deze reflexieve houding maakt op tal van levensdomeinen adequate ondersteuning mogelijk en sluit aan op de belevingswereld en de eigen kracht van de burger/cliënt.

STMG stelt zich ten doel dat burgers/cliënten en medewerkers samen kantelen. Wijkverpleegkundigen stimuleren de burgers/cliënten die ondersteuning en hulp nodig om regie te voeren waarvan participeren essentieel onderdeel uit maakt. Participeren betekent voor STMG: meedoen, meedenken, meebeslissen en bovenal meewerken. Het actie leertraject droeg bij aan ontwikkelen van nieuwe competenties van wijkverpleegkundigen. Zorgen voor is geworden zorgen dat. Deze nieuwe manier van denken en doen schept ruimte voor een integrale benadering van vragen van burgers/cliënten en er is actieve samenwerking tussen informele en formele netwerken tot stand gebracht. Wijkverpleegkundigen spelen een belangrijke rol in het kantelingsproces. Zij delen hun ervaringen en nieuwe praktijkkennis met burgers/cliënten en andere professionals en zij brengen op deze manier weer nieuwe kantelingprocessen teweeg. Inclusief beleid en daaraan uitvoering geven staat bij STMG dan ook hoog op de agenda.

We bedanken de professionals voor hun bijdragen en we zijn erkentelijk voor de openheid waarmee ze hun professionele aanpak op papier aan ons toevertrouwden. Voor de ontwikkeling van dit werkboek gaat onze speciale dank uit naar de wijkverpleegkundigen: Evelien, Catherine, Imka, Angelique, Ineke en Ank. Ook danken we de programmaleiding Evelien Rondhuis, die het belang onderkent om de opgedane kennis en kunde te standaardiseren in een werkboek, zodat het werkveld en het onderwijs er zelfstandig mee aan de slag kunnen. Dit werkboek is dan ook de uitkomst van ieders inspanning.

Wij wensen u veel leerplezier! Drs. Maria van Erp Dr. Martha van Biene Mld

6Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 7: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Werkwijze

Met deze lesstof maken studenten kennis met het nut en de noodzaak van het ontwikkelen van verpleegkundige schakelcompetenties in zorg en welzijn. Daar waar je in de tekst leest student kun je ook lezen professional. Het vermogen om te kunnen schakelen is van belang voor het bieden van wijkgerichte zorg aan thuiswonende cliënten. We onderscheiden: Schakelkracht, Verhalen met dialoogvragen, Interactieve werkvormen en Kennisbronnen.

Het lesmateriaal gaat uit van een participatieve aanpak en zelfsturend leren. Dit wil zeggen dat jullie een leergroep samenstellen van bij voorkeur vijf personen (minimaal drie, maximaal vijf). Een van de groepsleden is de leercoach en coacht de dialoogsessie ofwel het leerproces. Samen bepalen jullie welk leerarrangement wordt gevolgd in de les, cursus of training. In Kennisbron 1 Leerarrangement kun je lezen wat een leerarrangement is en hoe je dit samenstelt. We verwijzen in de teksten steeds naar kennisbronnen die relevante informatie bevatten over thematieken die in dit werkboek aan de orde komen. De dialoog is in dit werkboek de hefboom voor ontwikkeling van schakelkracht. Het gaat er in deze werkwijze om dat je elkaar toelaat en openstaat voor de dialoog, daarin liggen de kansen besloten om nieuwe ervaringen en kennis op te doen (Van Biene, 2005: 88-89). Bij de dialoog gaat het er niet om wie gelijk heeft (discussie), maar vooral om elkaar begrijpen en luisteren. Niet je functie, maar je inbreng telt. Zie Kennisbron 2 Verschil tussen dialoog en discussie.

Het lesmateriaal is uitgewerkt aan de hand van tien verhalen van wijkverpleegkundigen Zichtbare Schakel. De verhalen zijn verrijkt met dialoogvragen, waarmee in groepsverband geleerd dialogisch werken wordt geleerd. Zie Kennisbron 2 Verschil tussen dialoog en discussie en Kennisbron 3 Dialogisch werken en vragen stellen. Professionals leren open vragen stellen en doorvragen. Zij ontwikkelen schakelkracht aan de hand van dialogische gesprekken over elkaars werkervaringen. Werkenderwijs zoeken zij naar vormen van samenhangende zorg en ondersteuning voor burgers/cliënten. Professionals reflecteren individueel en gezamenlijk op bestaande en nieuw verworven competenties.

In Schakelkracht geven we een toelichting op de competentie Zichtbaar Schakelen. In VAN zorg NAAR ondersteunen lichten we toe dat het vooral ook gaat om supported living, ofwel ondersteund wonen, waarbij wijkverpleegkundigen faciliterende rollen en taken vervullen in het netwerk van burgers/cliënten. Er worden tien verhalen uit de beroepspraktijk van de wijkverpleegkundige aangereikt waarin we schakelkracht kunnen ontdekken en we lezen verhalen met dusdanige bescheiden schakelkracht dat we ons kunnen afvragen hoe dat nog anders had gekund. De verhalen zijn leidend en vormen het vertrekpunt hoe te leren werken vanuit een nieuw referentiekader: Welzijn Nieuwe Stijl.De zes interactieve werkvormen bieden handvatten om direct aan de slag te gaan. De kennisbronnen bevatten theoretische achtergrondinformatie en zijn aanvullend op het lesmateriaal.

7Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 8: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Schakelkracht

8Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 9: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

1.1 Competentie Zichtbaar Schakelen

Ontwikkeling van schakelcompetenties - wat een doorlopend proces van persoonlijke ontwikkeling is - vormt de basis voor het goed kunnen uitvoeren van verpleegkundige zorg in de wijk aan burgers/cliënten. Het actief werken aan schakelcompetenties is niet meer voorbehouden aan hen die hier de voorkeur aan geven, maar is een noodzaak geworden voor alle disciplines die bij wijkzorg betrokken zijn: wijkverpleegkundigen, huisartsen, praktijkverpleegkundigen, andere zorgverleners in de eerste lijn, welzijnswerkers, patiënten- en cliëntenorganisaties, zorginstellingen, wooncorporaties, zorgverzekeraars en lokale overheden. Het verwerven van schakelcompetenties is een voorwaarde in het licht van belangrijke demografische, maatschappelijke en zorginhoudelijke ontwikkelingen. De groeiende zorg- en ondersteuningsvraag van met name chronisch zieken vraagt een omslag van ‘ziekte en zorg’ naar’ gezondheid en gedrag’ en vereist andere competenties op het gebied van preventie (RVZ, 2012). Speciale aandacht dient uit te gaan naar participatie en versterking van zelfmanagement. Voor de zeer kwetsbare groepen zal zelfmanagement in de toekomst gericht zijn op versterking van het familienetwerk of sociale netwerk in de buurt. Mensen met dementie, mensen van hoge leeftijd met complexe problemen, mensen met een lage sociaal economische status en mensen die terminaal zijn of de taal niet goed beheersen kunnen kwetsbaar zijn. Verpleegkundigen die schakelcompetenties hanteren springen gemakkelijk in op achterliggende of ingewikkelde zorgvragen van zowel cliënten als hun mantelzorgers. Zij weten niet alleen raad met vragen van mondige cliënten, maar kunnen bij vraagverlegenheid ook kwetsbare cliënten in hun kracht zetten. Zij weten ingangen te vinden om een gesprek in gang te zetten en de communicatie goed te laten verlopen. Tot de schakelcompetentie behoort ook handelen volgens nieuwste inzichten uit praktijkgericht onderzoek. Schakelcompetenties hebben betrekking op kennis, vaardigheid en attitude.

De verschillende werkvormen in dit werkboek bieden een handvat om schakelcompetenties te ontwikkelen. Het ontwikkelen van schakelcompetenties is niet met behulp van één werkboek aan te leren. We lichten hoogstens een tipje van de sluier op, waardoor gebruikers van het lesmateriaal meer grip krijgen op deze materie en zelf verder aan de slag kunnen. Het kan voor zorg- en dienstverleners in opleiding en voor hen die beroepsmatig wijkzorg bieden het begin zijn van een bewustwording. Als het gaat om samenhangende zorg en dienstverlening kan het de start zijn van een brede dialoog binnen gemeenten, aanbieders, sociale wijkteams en integrale wijkzorgteams.Door het werkboek heen verwijzen we naar werkwijzen en randvoorwaarden om Welzijn Nieuwe Stijl mogelijk te maken. De kern van de competentie Zichtbaar Schakelen wordt gevormd door inlevingsvermogen, reflecterend vermogen, zelfvertrouwen en proactiviteit.

Schakelcompetenties zijn in deze e-learning module gerelateerd aan veelvoorkomende algemene vragen van burgers/cliënten op het gebied van wonen, welzijn en zorg. We zien die competenties terug in het hierna weergegeven schema met de zeven competentiegebieden uit het Expertisegebied Wijkverpleging (V&VN, 2012).

9Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 10: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Daarnaast stelt deze module je in de gelegenheid om schakelcompetenties te verwerven in het kader van Welzijn Nieuwe Stijl. Zie Kennisbron 5 Bakens Welzijn Nieuwe Stijl.

De module bevat vier reflectoren. Gebruik van de reflectoren is van nut voor het verwerven van schakelcompetenties. De Reflector Zorg en Verpleging Thuis verwijst naar de zeven competentiegebieden. Zie 3.2. Interactieve werkvormen. De Reflector Wijkverpleging en Welzijn Nieuwe Stijl verwijst naar de acht bakens Welzijn Nieuwe Stijl. Zie 3.3. Interactieve werkvormen. Wijkverpleegkundigen Zichtbare Schakel kunnen hun schakelkracht versterken door gebruik te maken van de Reflector Schakelkracht. Zie 3.4. Interactieve werkvormen. Deze reflector verwijst naar specifieke competenties om de eigen kracht van burgers/cliënten - invloedstijlen, eigen regie, sociaal netwerk - te versterken. De interactieve werkvorm Netwerkanalyse - zie 3.5 Netwerkanalyse - stelt je in de gelegenheid om in de leergroep het sociale netwerk van burgers/cliënten in kaart te brengen en ideeën voor uitbreiding te verkennen. De Reflector Kantelbox - zie 3.6 - biedt de wijkverpleegkundigen Zichtbare Schakel een handreiking om in team of organisatorisch verband de transitie van veranderingen mogelijk te maken.

Met de inzet van een breed scala aan competenties laat je als verpleegkundig beroepsbeoefenaar zien dat je in staat bent om in de wijk zichtbaar te kunnen schakelen. Deze aanpak draagt bij aan verbetering van kwaliteit van leven van burgers/cliënten met vragen, behoeften en/of problemen op allerlei levensgebieden.

1.2 Dialogisch werken

Met de dialogische werkvormen in dit werkboek kun je ervaren wat in bepaalde situaties van doorslaggevende betekenis is voor het handelen van de wijkverpleegkundige Zichtbare Schakel. Soms leidt onbekendheid met bepaalde situaties of een plotselinge confrontatie met onverwachte gebeurtenissen tot handelingsverlegenheid van de professional. De omschakeling van de uitgangspunten van ziek en zorg (ZZ) naar gezondheid en gedrag (GG) vereist een herbezinning op het gebruik van bestaande methoden en technieken. De vraag is of je in de zorg- en dienstverlening je referentiekader kunt loslaten. Stel je de burger/cliënt echt in de gelegenheid te

10Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 11: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

participeren? Verbreed je als wijkverpleegkundige daadwerkelijk jouw horizon? Verdiep jij je voldoende in de mogelijkheden tot samenwerking met andere partners in de wijk? Ofwel ben je in staat om de dialoog te voeren en wel zodanig dat je niet invult, maar aanvult waar nodig?

Vijf regels voor een goede dialoog: Luister met respect; Houd je oordeel in, waardeer de ander; Vraag, vraag, vraag door; Verwelkom ieder nieuw gezichtspunt; Bespreek de verschillen; Spreek met passie; Spreek vanuit je persoonlijk gezichtspunt.

Daarnaast is er het belang van groepsleren (ofwel teamleren). Bij groepsleren is er de leercoach die het (groeps)leerproces faciliteert. Deze schept voorwaarden dat de dialoog plaatsvindt (in plaats van discussie). We ervaren met het dialogisch werken hoe we het gedrag van anderen positief kunnen beïnvloeden. Zie Kennisbron 2 Verschil tussen dialoog en discussie en Kennisbron 3 Dialogisch werken en vragen stellen. We ervaren het verschil in het stellen van open en gesloten vragen. We leren de kunst verstaan van het stellen van vragen. We zien dat doorvragen betekenisvolle inhouden oplevert.

11Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 12: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

1.3 Welzijn Nieuwe Stijl

We maken allen onderdeel uit van een samenleving die een groot beroep doet op de eigen verantwoordelijkheid en participatie van alle burgers. Met name vanwege de verschuivende visie op de beroepshouding van het oplossen van problemen (sociale hangmat) naar eigen kracht eerst (sociale vangnet) maakt dat we de uitgangspunten van Welzijn Nieuwe Stijl kunnen leren begrijpen en toepassen. Zie Kennisbron 5 Bakens Welzijn Nieuwe Stijl.

Welzijn Nieuwe Stijl beoogt een manier van werken met een ‘andere’ rol voor de professional. We experimenteren met nieuwe rollen en werkwijzen waarin we uitdrukking geven aan de verandering van verzorgingsmaatschappij naar participatiemaatschappij. Extramuralisering van de zorg, de trend die is ingezet met ziekenhuisverplaatste zorg, de overheveling van AWBZ-zorg naar de Wet

maatschappelijke ondersteuning(Wmo) en de verantwoordelijkheid van gemeenten bieden nieuwe uitdagingen om op wijkniveau zorg en ondersteuning voor, door en met burgers in gang te zetten. In dit werkboek operationaliseren we de visie ‘dialoog is participatie’. Burgers/cliënten en naasten stimuleren we zo tot beter in meedoen. We benadrukken zelfredzaamheid en eigen kracht, samenredzaamheid en samenwerkzaamheid, door bundeling van burgerkracht. De dialoog met andere disciplines in de wijk is nodig voor het realiseren van een samenhangend zorgaanbod zonder overlap of hiaten. Participatie van meerdere disciplines in integrale

wijkteams biedt een goede mogelijkheid om gezamenlijk vorm te geven aan de acht bakens Welzijn Nieuwe Stijl.

1.4 Verhalen zijn leidend

In dit werkboek stellen we de praktijkverhalen van wijkverpleegkundigen Zichtbare Schakel centraal. De ervaringen en belevingen van de vertellers zijn het vertrekpunt van leren en ontwikkelen van schakelkracht. Aan de hand van de verhalen toetsen we onze competentieontwikkeling en we richten ons op:

Bakens Welzijn Nieuwe Stijl

1 Gericht op de vraag achter de vraag2 Gebaseerd op de eigen kracht van de burger3 Direct erop af4 Formeel en informeel in optimale verhouding5 Doordachte balans van collectief en individueel6 Integraal werken7 Niet vrijblijvend, maar resultaatgericht8 Gebaseerd op ruimte voor de professional

12Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 13: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

verkrijgen van invoelend en doortastend vermogen; ondersteunen en opbouwen (faciliteren) van sociale netwerken; overbrengen wat vereisten/verplichtingen zijn; aansluiten bij individuele behoeften en collectief aanbieden waar mogelijk; en het naar boven halen wat iemand kan/wil bijdragen.

De verhalen leren ons welke betekenis cliënten geven aan gebeurtenissen uit het verleden en hoe zij betekenisvolle ervaringen inpassen in hier en nu. De verhalen maken ook de rol en de inspanningen van de professionals duidelijk die op zoek zijn naar de vraag achter de vraag en de inzet van adequate ondersteuning. Zie K ennisbron 4 Verhalen zijn leidend. Inviterende (uitnodigende) vragen van de professional brengen een dialoog op gang zo blijkt uit elk verhaal. De dialoogvragen waarmee elk verhaal afsluit bieden een ingang tot verdieping en het vertellen van eigen ervaringen in de leergroep. Zie K ennisbron 3 Dialogisch werken en vragen stellen. Verhalen vertellen en dialogisch werken liggen in elkaars verlengde en vormen het startpunt voor vraag- en behoeftegestuurd werken. Samen gaan we op zoek naar achterliggende vragen in de verhalen, naar de insteek die de burger/cliënt en de professional kiezen om een positieve wending te geven aan de gezondheids- en leefsituatie van de burger/cliënt die zich in een kwetsbare positie bevindt. De burger/cliënt gaat op zoek naar de inzet van direct betrokkenen uit het netwerk, zoals naasten, familie en buren. We merken wellicht ten overvloede op dat de vraag achterhalen nog niets zegt of in de behoefte is voorzien. Vraagsturing en behoefsturing zijn dan ook twee verschillende zaken.

13Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 14: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Verhalen

1. Korte lijnen met samenwerkingspartners 2. Eigen kracht en een klein netwerk 3. Onverwachte bezoeken van mijn moeder 4. Ziekenhuisontslag pas na opruimactie 5. Samen op reis 6. VAN zorgen NAAR ondersteunen 7. Tot op het laatst verzorgd door familie 8. Liever geen vreemden over de vloer 9. Geld voor een kinderbedje 10. Baas in eigen huis

Alle namen in deze verhalen zijn wegens privacy overwegingen gefingeerd. De verhalen zijn afkomstig uit de beroepspraktijk van wijkverpleegkundigen en soms zijn ze enigszins aangepast omdat het hier gaat om het aanbieden van handzaam lesmateriaal. We hebben niet de illusie dat we hiermee volledig zijn. Iedere wijkverpleegkundige heeft weer eigen en steeds nieuwe ervaringen die uniek zijn. Moedig elkaar aan verhalen te verzamelen en deze aan elkaar te vertellen. Gebruik de kennisbronnen om samen tot verdieping te komen.

Page 15: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

2.1 Korte lijnen met samenwerkingspartners

Een ontmoeting met mevrouw Arts …

Mevrouw Arts is vijf en vijftig jaar. Zij is bij mij aangemeld via de praktijkondersteuner van de huisarts (POH) voor een huisbezoek vanuit Zichtbare Schakel. Mevrouw is vijftien jaar geleden gescheiden en heeft vanaf dat moment alleen gestaan voor de opvoeding van haar zoon en dochter. Na haar scheiding is zij korte tijd in therapie geweest vanwege een depressie. Haar dochter is inmiddels 25 jaar en woont met haar echtgenoot en dochtertje van twee een paar straten verderop. Haar zoon is 22 jaar en woont bij haar in.

Mevrouw is erg ziek. Ruim een jaar geleden is er Non-Hodgkin geconstateerd, een kwaadaardige lymfklieraandoening. Gezien het verloop van het ziekteproces is een palliatieve behandeling ingezet. Het ziekteproces verkeert in stadium 4 en heeft zich inmiddels naar verschillende organen verspreid. Momenteel is er sprake van een zeer beperkte inspanningstolerantie en mevrouw lijkt geestelijk uitgeput te zijn. Ze is in korte tijd veel afgevallen en heeft een slechte eetlust. Mevrouw heeft zolang mogelijk hulp van buitenaf afgehouden omdat zij hulp niet nodig vond. Tijdens dit eerste huisbezoek blijkt het een complexe situatie te zijn. Alle gezinsleden zijn flink overbelast. Haar dochter Fieke heeft de hulp aan moeder drie dagen geleden moeten staken vanwege een zware hersenschudding na een ongeval. Zoon Peter blijkt overbelast te zijn en zegt het huishouden niet langer te kunnen combineren met zijn fulltime baan en onregelmatige werktijden. Tijdens het huisbezoek geef ik mevrouw alle ruimte om haar verhaal te doen.

Tussendoor noteer ik dingen op een kladblaadje. Verschillende zorgvragen komen naar boven. Mevrouw vertelt dat ze niet goed voor zichzelf kan zorgen en dat het wassen en aankleden haar veel moeite kost. Ze is erg bang om uit te glijden of te vallen en maakt nu haar dochter haar niet kan helpen geen gebruik meer van de douche op de bovenverdieping. Voor de uitvoering van huishoudelijke taken zoals wassen, strijken en stofzuigen heeft mevrouw geen energie. ‘Ik laat het noodgedwongen maar liggen, ik kan het huis niet schoonhouden’ vertelt mevrouw. Al twee weken is ze niet meer buiten geweest. Een wandeling zonder begeleiding durft mevrouw niet aan. Ze wijst me op een berg achterstallige administratie waar ze maar niet doorheen komt. In eerste instantie heb ik hulp van de wijkverpleging bij het douchen ingezet. Daarnaast heb ik op verzoek van mevrouw een aanvraag gedaan voor huishoudelijke hulp. Ik heb daarbij wel vermeld dat ze misschien een grote eigen bijdrage moet betalen hiervoor en dat ik niet weet of ze in aanmerking komt voor vergoeding van huishoudelijke zorg. Men kijkt naar het inkomen en omdat haar zoon inwonend is zal zijn inkomen meegerekend worden. Normaliter vraagt men naar de redenen waarom eventuele huisgenoten het huishouden niet kunnen verzorgen. Toch sluit ik de kans op huishoudelijke hulp niet uit omdat de gezinsleden overbelast zijn en de zoon niet toe komt aan de grotere huishoudelijke taken. Ik geef mevrouw informatie over het Centraal Administratie Kantoor(CAK) waar ze kan navragen hoeveel de eigen bijdrage zal zijn.

Omdat ik als Zichtbare Schakel korte lijnen heb met samenwerkingspartners in de wijk, kan ik binnen een paar dagen zorg inzetten en de situatie verlichten. De loketmedewerker Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) van de gemeente heeft me geïnformeerd over de mogelijkheid van inzet van huishoudelijke hulp in deze complexe situatie. Dat ene telefoontje leverde mij sneller een passend antwoord op dan het downloaden en invullen van allerlei papieren van internet. De

15Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 16: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

situatie wordt nog beoordeeld en op dit moment is nog niet duidelijk of mevrouw Arts echt recht heeft op huishoudelijke hulp. Om de veiligheid in huis te vergroten heb ik direct na het huisbezoek een aanvraag gedaan voor een sta-op stoel en handgrepen voor badkamer en toilet en deze per mail naar de praktijkondersteuner van de huisarts gestuurd. De korte lijnen van deze functionaris met de ergotherapeut hebben ertoe geleid dat de aanpassingen binnen een paar dagen zijn gerealiseerd. Via het Steunpunt Mantelzorg en de Vrijwillige Thuiszorg heb ik een vrijwilliger weten te vinden die dagelijks samen met mevrouw gaat wandelen en die haar begeleidt bij ziekenhuisbezoeken. Via het maatschappelijk werk heb ik de formulierenbrigade in kunnen schakelen om met mevrouw samen eenmalig de administratie op te schonen.

Veel dingen kunnen snel geregeld worden wanneer er korte lijnen zijn en jijzelf als wijkverpleegkundige de weg goed kent in het land van zorg en welzijn. De sociale kaart leer ik steeds beter kennen. Ik heb nog geen ervaring opgedaan met digitaal multidisciplinair overleg om zorg- en welzijnsinformatie uit te wisselen. Door inzet van formele en informele hulp heb ik voor mevrouw Arts´ escalatie van problemen complexe en overbelasting van mantelzorgers kunnen voorkomen. De kwaliteit van leven van de cliënte is een stukje verbeterd. Er zijn wat zaken uit handen genomen en er is ondersteuning ingezet. Opname in een zorginstelling is tot nu toe niet nodig en mevrouw kan voorlopig thuis blijven wonen. Dat wil zij graag.

16Zichtbaar schakelen in de wijk Verhalen

Page 17: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Dialoogvragen Korte lijnen met samenwerkingspartnersDialoogbox Algemeen1. Wanneer heb je recht op vergoeding van huishoudelijke hulp?2. Welke signalen kunnen wijzen op overbelasting van de mantelzorg?3. Wat kun jij vertellen over de formulierenbrigade?4. In welke situaties kun je een beroep doen op Vrijwillige Thuiszorg?5. Wat is een palliatieve behandeling?

Dialoogbox Ondersteunen en zorgen in de wijk1. Welke kennis en ervaring heb jij met zorgverlening aan oncologische cliënten?2. Welke punten bespreek jij met de cliënt en naasten om inzicht te krijgen in de

draagkracht en draaglast?3. Waar let jij op bij het in gang zetten van multidisciplinaire samenwerking in de

palliatieve fase?4. Waar kun je richtlijnen vinden met goed onderbouwde voedingsadviezen

voor kankerpatiënten?5. Wat vind jij van de digitale ondersteuningsmogelijkheden voor mensen met een

ongeneeslijke ziekte?6. Hoe organiseer jij op wijkniveau zorg in multidisciplinair verband?7. Welke invulling geef jij aan het begrip kwaliteit van leven inde laatste levensfase?

Dialoogbox Wijkverpleging en Welzijn Nieuwe Stijl1. Welke vragen stel jij om zicht te krijgen op (achterliggende) problemen van de

mantelzorgers?2. Welke invulling geef jij aan de ‘eigenkracht benadering’ in deze situatie?3. Welke ondersteuning is in deze situatie per direct nodig om erger te voorkomen?4. Wanneer is er sprake van een goede balans tussen de inzet van hulpverleners

uit het formele circuit en de inzet van hulpverleners uit het informele circuit?5. Welke programma’s voor groepsgewijze ondersteuning bestaan er voor cliënten

met kanker?6. Hoe kom je met diverse samenwerkingspartners tot één zorgplan?7. Waaraan meet jij af of de ingezette interventies het gewenste resultaat opleveren?8. Welke regelruimte heb jij als professional nodig om goede besluiten te kunnen

nemen?

Maak eigen dialoogvragen op basis van onderstaande informatieEen dialoogvraag begint met: wat, wie, welke, wanneer of hoe

http://www.youtube.com/watch?v=NX2BJD5XE98 (De formulierenbrigade)http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1326226 (Mantelzorg in de knel)http://zwip.nl/hulpverleners-startpagina/ervaringen/ (Digitaal multidisciplinair overleg)

17Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 18: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

2.2 Eigen kracht en een klein netwerk

Op huisbezoek bij mevrouw Bertrand...

Als wijkverpleegkundige heb ik veel contacten met de huisarts en met de praktijkondersteuner (POH) van de huisarts en ik kan ook ingeschakeld worden door bijvoorbeeld de overlastcoördinator van de wijk. Vaak zijn de mensen voor wie we worden opgeroepen al bekend bij de thuiszorg. Soms kennen we de cliënten omdat zij eerder gebruik maakten van de diensten van het eerstelijns gezondheidscentrum. Vanouds bied ik als wijkverpleegkundige hulp en ondersteuning aan mensen die zorg nodig hebben. Als wijkverpleegkundige houd ik me echter niet uitsluitend bezig met zorgaangelegenheden. Het aandachtsgebied is uitgebreid naar het domein welzijn en wonen. De komst van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en veranderingen in de AWBZ-zorg hebben een flinke verschuiving van het aandachtsgebied teweeg gebracht. Het contact met de gemeente is intensiever geworden. Met allerlei instanties zoek ik afstemming. Soms schakel ik huishoudelijke hulp in via de thuiszorginstelling. In andere gevallen richt ik me tot het Steunpunt Mantelzorg en Vrijwillige Thuiszorg. Wanneer ik geen raad weet met cliënten met ernstige verslavingsproblemen vraag ik advies aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg(GGZ). Bij complexe sociaal psychiatrische problematiek vraag ik hen soms of zij mij willen vergezellen bij een huisbezoek. In minder complexe situaties verwijs ik cliënten zelf door naar de psycholoog of het maatschappelijk werk. Zo had mevrouw Bertrand onlangs praktische hulp nodig bij het afhandelen van haar administratie. Zij is zo ziek en heeft daardoor haar papieren niet bijgehouden. Ze voelde zich zelfs te zwak om telefoontjes te plegen en zo haar financiën te regelen. Ik heb geprobeerd om te kijken of de gezinsleden mantelzorg konden verlenen. Het netwerk blijkt heel klein en de kinderen blijken al behoorlijk overbelast te zijn. Een van de kinderen vertelde studievertraging opgelopen te hebben door de ziekte van moeder. Er is heel weinig mogelijk. De buurvrouw die regelmatig even binnen komt is zich bewust van de situatie van mevrouw Bertrand. Ze wil graag iets doen, maar weet niet zo goed wat. Na een gesprekje over mogelijke hulp van de buurvrouw, biedt zij aan naar het maatschappelijk werk te bellen om te vragen of er iemand van de formulierenbrigade langs kan komen voor hulp. Als alles op orde is wil de buurvrouw wel zorgen dat de administratie op orde blijft. Mevrouw vertelde later aan mij dat er een enorme last van haar schouders was afgevallen. De formulierenbrigade heeft voor enorme verlichting gezorgd en daarmee voor betere kwaliteit van leven. De buurvrouw komt nu regelmatig even langs om zaken mee op orde te houden en dat geeft tegelijkertijd wat gezelligheid voor mevrouw. Doordat mevrouw Bertrand weer overzicht heeft op de situatie kan ze zich nu richten op het ziekteproces en de verwerking. Ze heeft een terminale ziekte en alle tijd nodig voor haar eigen psyche. Ik heb veel tijd vrij kunnen maken om met mevrouw te praten. Het waren openhartige gesprekken, mevrouw Bertrand moest veel huilen. Ze zegt veel kracht te putten uit haar geloof. Ik hoefde alleen maar open vragen te stellen en het verhaal kwam vanzelf. Ik was welkom. Ze was gewend dat er zorgverleners bij haar thuis kwamen. Ik had niet het gevoel dat mevrouw zelf de regie had. Ze was ontredderd en aan de grens van haar kunnen. Vandaar dat de huisarts mij had gevraagd haar te bezoeken. Zelf vraagt zij niet zo snel om hulp. Deze cliënte kan ik door haar slechte gezondheid nauwelijks in haar eigen kracht zetten. Ik kan haar moeilijk vragen ‘Wat kunt u zelf?’ Normaal gesproken kijk ik vooral naar de mogelijkheden die de mensen hebben en probeer ik hen een spiegel voor te houden. Ik vraag altijd wat zij leuk vinden en waar zij plezier in hebben. Ik vind het belangrijk dat cliënten voldoening halen uit de activiteiten die zij oppakken.

18Zichtbaar schakelen in de wijk Verhalen

Page 19: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

http://www.iknl.nl/uploaded/docs/Landelijk/opleidingen/IKNLfactsheetzorgpad_def.pdf

Dialoogvragen Eigen kracht en een klein netwerkDialoogbox Algemeen1. In welke situaties kun je een beroep doen op een overlastcoördinator?2. Wat houdt de Wet maatschappelijke ondersteuning in?3. Wanneer spreek je van een terminale ziekte?4. Hoe hanteer jij de presentiebenadering?5. Wanneer is de term ‘zorgmijder’ van toepassing?

Dialoogbox Ondersteunen en zorgen in de wijk1. Welke ervaringen heb jij met terminale thuiszorg? 2. Waar let jij op als een persoon met een terminale ziekte je gesprekspartner is?3. Wie zijn jouw samenwerkingspartners bij ingewikkelde sociaal psychiatrische of

somatische problematiek? 4. Welke protocollen of richtlijnen gebruik jij bij de zorg aan terminale cliënten?5. Welke preventiemaatregelen neem je om het lijden te verlichten van een 6. persoon met een ziekte in een terminale fase? 7. Wat kun je in de thuissituatie organiseren voor cliënten die terminaal ziek zijn?8. Hoe draag jij vanuit patiëntenperspectief bij aan goede kwaliteit van terminale zorg?

Dialoogbox Wijkverpleging en Welzijn Nieuwe Stijl1. Welke vragen stel jij om actuele en potentiële problemen van thuiswonende terminale

cliënten te achterhalen?2. Welke kracht kunnen cliënten in een terminale fase putten uit religie? 3. Welke ervaringen heb jij met samenwerking met partners die niet uit de zorgsector

komen? 4. Welke steun kunnen palliatieve zorgnetwerken in de regio bieden aan thuiswonende

cliënten?5. Wat kan er gemeenschappelijk georganiseerd worden rondom levenseinde, sterven en

rouwverwerking?6. Wat betekent voor wijkgericht werken?7. Hoe meet jij of de cliënt en/of familie positief zijn over de zorg en ondersteuning?8. Hoe ga jij om met de wens ‘niet geholpen willen worden´?

Maak eigen dialoogvragen op basis van onderstaande informatieEen dialoogvraag begint met: wat, wie, welke, wanneer of hoe

www.youtube.com/watch?v=zwf5xfwc3ogwww.youtube.com/watch?v=Vfcy_3GEu-8 (2 Colleges over de presentiebenadering)http://www.netwerkpalliatievezorg.nl/Denetwerken.aspx (Netwerk palliatieve zorg)http://www.pallialine.nl/ (Multidisciplinaire richtlijnen voor palliatieve zorg)

19Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 20: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Een ontmoeting met mevrouw Cals en haar dochter Celly …

De huisarts vraagt mij of ik een bezoek wil brengen aan mevrouw Cals, zij is 74 jaar. Zij woont alleen in een wijk die eerder als ‘krachtwijk’ bekend stond. Mevrouw heeft diabetes mellitus. Haar dochter Celly woont in dezelfde wijk en helpt haar moeder al jaren bij het innemen van haar medicijnen. Haar twee andere dochters wonen een paar dorpen verderop. Volgens de huisarts is mevrouw Cals erg doof en verwaarloost zij zichzelf. Celly heeft de huisarts verteld dat haar moeder erg vergeetachtig is en dat haar korte termijn geheugen de laatste paar jaar sterk is afgenomen. De laatste dagen gedraagt de moeder van Celly zich erg onrustig. In min of meer verwarde toestand stond ze afgelopen weken enkele keren onverwacht aan de voordeur van Celly.

Om meer zicht te krijgen op de situatie breng ik een huisbezoek aan Celly en ga ik met haar in gesprek. Zij zegt de zorg voor haar moeder niet langer aan te kunnen. Ze vertelt me dat ze regelmatig wordt ‘lastiggevallen’ door haar moeder die steeds vaker onverwacht bij haar aan haar deur staat. Afgelopen week zelfs heel vroeg in de ochtend. Soms belt moeder nadat zij door Celly naar huis is gebracht nog geen uur later alweer bij haar aan. Op het moment dat zij mij dit vertelt denk ik aan de mogelijkheid om thuisbegeleiding of een casemanager dementie in te schakelen. Na het gesprek met Celly ga ik samen met de dochter op bezoek bij haar moeder.

Bij het openen van de voordeur schrik ik enorm van de grote hond die blaffend tegen ons opspringt. Ik ga naar de huiskamer. Mevrouw Cals zit als een klein hoopje op de bank. Zij rookt een sigaret en overal staan lege kopjes met peuken. Het huis is enorm vies en verwaarloosd. Mevrouw communiceert uitsluitend met haar dochter. Als ik tegen haar praat lijkt ze mij niet verstaan en niet te begrijpen. Ik vraag me af of ze voldoende inzicht heeft in haar situatie. Volgens haar zijn er geen problemen en heeft zij geen hulp nodig.Haar dochter vertelt me dat ze iedere ochtend om half acht uur naar haar moeder gaat om haar insuline in te spuiten en medicatie te geven. De insulinehoeveelheid is afgestemd op het ontbijt. Celly maakt dan ook het ontbijt klaar. Tegen twaalf uur haalt ze haar moeder op om samen de warme maaltijd te eten bij Celly thuis. Daarna brengt ze haar moeder weer terug naar haar eigen huis. Tussen twee en vijf uur heeft Celly de tijd voor haarzelf. Om zes uur in de namiddag gaat ze opnieuw naar haar moeder om de broodmaaltijd te verzorgen en haar weer te helpen met het innemen van medicijnen. Ook zet ze de slaapmedicatie dan klaar op het nachtkastje. Dochter hoopt dat ze daar dan lang op kan slapen.

Ik zie dat Celly volledig door haar moeder in beslag wordt genomen. Zij heeft nauwelijks tijd om voor zichzelf en voor haar gezin met twee puberende kinderen te zorgen. Het is mij duidelijk dat de vraag om hulp in eerste instantie komt van dochter Celly. Het is voor haar heel prettig dat ik de tijd neem om met haar te praten. Ik zoek naar mogelijkheden om haar te ondersteunen zodat zij de mantelzorg kan volhouden. Ik spreek met de dochter af dat ik haar moeder een aantal keren zal bezoeken. Tijdens mijn bezoeken aan mevrouw Cals knoop ik voorzichtig een gesprek aan in de hoop dat zij mij toestaat dat ik haar ga helpen bij het douchen en aankleden. Het contact verloopt in het begin zeer moeizaam. Tijdens de eerste ontmoeting kijkt mevrouw mij niet eens aan. Gaandeweg echter weet ik het vertrouwen te winnen en staat mevrouw me zelfs toe dat ik een kopje koffie voor haar zet. Ik vraag een indicatie aan voor de inzet van huishoudelijke hulp, maar moet daarover overleggen met de manager zorg vanwege de aanwezigheid van de grote hond. Gelukkig blijkt dat geen bezwaar. Ook vraag ik individuele thuisbegeleiding aan. Het lukt me om een vrijwilliger in te zetten die mevrouw zowel ’s middags als ‘s avonds een uurtje gezelschap houdt. Eigenlijk probeer ik uren te vullen zodat mevrouw niet steeds naar haar dochter toegaat. Gezelschap is het doel. Ondanks het feit dat het sociale netwerk lastig te mobiliseren is, lukt het mij

20Zichtbaar schakelen in de wijk Verhalen

Page 21: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

om ook de twee andere dochters in te schakelen. Af en toe bezoeken zij hun moeder, maar helaas zijn deze bezoekjes steeds van korte duur. De buren zijn op de hoogte van de beginnende dementie en ik vraag aan hen of zij een oogje in het zeil willen houden. Ze brengen haar soms naar huis terug als ze de indruk hebben dat mevrouw aan het dwalen is door de wijk. De persoonlijke verzorging wil ik als wijkverpleegkundige zelf doen, maar mevrouw accepteert de lichamelijke verzorging niet. Ik mag uitsluitend haar nagels verzorgen. Hulp bij douchen en haren wassen staat zij niet toe. Ze wast zichzelf aan het aanrecht. In overleg met de huisarts schakel ik uiteindelijk de casemanager dementie in om mee te denken over deze complexe situatie.

Uiteindelijk ervaart haar dochter de meeste meerwaarde van de inzet van de wijkverpleegkundige Zichtbare Schakel. Ze heeft het gevoel dat zij niet langer de enige is die voor haar moeder hoeft te zorgen. Er wordt naar haar geluisterd en er is aandacht voor haar. Voor moeder en dochter is de regie behouden doordat moeder langer thuis kon blijven wonen en daarmee is de belofte van Celly om moeder niet uit huis te plaatsen ingelost. Op een gegeven moment is moeder ziek geworden en toen de diabetes steeds vaker ontregelde is zij naar een verpleeghuis overgeplaatst. De aanvankelijke barrière van geheel geen hulp willen is toen geslecht. Op dit moment verblijft mevrouw op een afdeling voor dementen in het verpleeghuis. Van haar dochter hoor ik dat het naar omstandigheden goed gaat.

21Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 22: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Dialoogvragen Onverwachte bezoeken van mijn moederDialoogbox Algemeen1. Welke problemen kunnen ontstaan als gevolg van diabetes mellitus?2. Wat voor beeld heb jij van iemand die zichzelf verwaarloost?3. Wanneer kom je in aanmerking voor opname in een verpleeghuis?4. Welke ondersteuning biedt een casemanager dementie aan thuiswonende cliënten?5. Wat versta jij onder een sociaal netwerk?

Dialoogbox Ondersteunen en zorgen in de wijk1. Welke kennis over dementie heb jij nodig om een thuiswonende cliënt en

familieleden goed te kunnen begeleiden?2. Waar let jij op in de communicatie met een persoon met beginnende dementie?3. Wanneer geeft de situatie van thuiswonende dementerenden aanleiding om de

problemen in multidisciplinair verband te bespreken?4. Welke richtlijnen voor dementie hanteer jij? 5. Hoe geef jij vorm aan ondersteuning in de verschillende fasen van dementie?6. Wat organiseer jij om een dementerende cliënt zo lang mogelijk zelfstandig thuis te

kunnen laten wonen?7. Welke suggesties heb jij om de kwaliteit van dementiezorg in de wijk verbeteren?

Dialoogbox Wijkverpleging en Welzijn Nieuwe Stijl1. Welke achterliggende signalen kunnen in de beginfase op dementie wijzen? 2. Welke dilemma’s roept de ‘eigenkracht benadering’ op bij dementerenden? 3. Welke signalen van mantelzorgers van dementerenden duiden op overbelasting?4. Welke formele instanties zijn betrokken bij dementiezorg?5. Welke collectieve ondersteuningsarrangementen zou jij als thuiszorgprofessional

aanbevelen aan 6. dementerenden en hun families? 7. Welke ondersteuning bieden Alzheimercafé’s? 8. Hoe pas jij adviezen uit de Zorgstandaard Dementie toe in een thuiszorgsituatie?9. Welke competenties zet jij in bij thuiswonende dementerenden en hun families?

Maak eigen dialoogvragen op basis van onderstaande informatieEen dialoogvraag begint met: wat, wie, welke, wanneer of hoe

http://www.alzheimer-nederland.nl/hulp-en-advies/gedichten-en-verhalen/ziekte-accepteren.aspx (Verhalen van cliënten en naasten)http://www5.vilans.nl/smartsite.dws?id=125066 (Ketenzorg dementie)http://www.omroepbrabant.nl/?epg/4680402/Zuster+komt+zo!.aspx (Deel 3: Huisbezoek)

22Zichtbaar schakelen in de wijk Verhalen

Page 23: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

2.4 Ziekenhuisontslag pas na opruimactie

Mijnheer Doremaker kan pas met ontslag nadat ...

Ik word gebeld door mijn collega Donja van de Stichting Welzijn Ouderen (SWO). De huisarts heeft haar gevraagd om eens een keer te gaan kijken bij een klant met veel problemen. De huisarts vertelt dat mijnheer Doremaker erg benauwd is en slecht kan slikken. Mijnheer is 45 jaar en bij hem bekend met een alcoholprobleem. Voor de benauwdheid heeft de huisarts geen medische oorzaak kunnen vinden. De medewerkster SWO belt mij omdat ze zelf pas na ruim een week tijd kan vrijmaken voor deze meneer. De man zou geen mantelzorg hebben en niemand die voor hem zorgt. Ik tref een man aan die in een vervuild huis leeft, vol met verzamelde apparatuur. Oude radio’s, televisies, computers, toetsenborden en heel veel elektriciteitskabels. Hij vertelt dat hij vroeger elektrotechniek heeft gestudeerd en voor de hobby wat reparaties doet. Ik kan net twee stappen zetten. De badkamer, gang en huiskamer staan vol met spullen. Er is geen mogelijkheid voor mijnheer om zich te wassen. Hij vertelt dat hij zijn huis niet meer uit komt. Hij kan zelf geen boodschappen meer doen en vertelt ook niemand te hebben om voor hem boodschappen te doen.

Tijdens het eerste bezoek vraagt hij aan mij of ik een paar brieven op de post wil doen omdat hij in geldnood zit. Ik denk dat er behalve het vervuilde huis ook sprake is van financiële problemen. Het eten gaat moeizaam door slikklachten, maar hij wil dat ik me daar als wijkverpleegkundige niet mee bemoei. Ik neem me voor in een volgende ontmoeting meer vragen te stellen over zijn sociale netwerk. Het lijkt me nodig dat er meerdere zorg- en controlemomenten komen. Ik doe die dag de boodschappen voor hem omdat hij in grote nood zit en ik vraag hem of hij akkoord gaat met een opruimactie. Dat is nodig om uiteindelijk hulp te kunnen inschakelen, want huishoudelijke hulp kan niet starten in zo’n onhygiënische leefomgeving. Daarmee stemt hij in. Ik leg contact met een wijkpastor voor een opruimactie. Wanneer ik twee dagen later bij mijnheer Doremaker aanbel om te vertellen dat er hulp komt bij het opruimen van zijn huis tref ik niemand thuis aan. Bij navraag blijkt hij te zijn opgenomen in het ziekenhuis. Ik laat de huisarts weten de draad weer op te pakken na het ontslag van mijnheer uit het ziekenhuis. Toen het zover was zocht de medisch maatschappelijk werkster van het ziekenhuis contact met me om te overleggen over de situatie. Zij laat weten dat mijnheer naar huis mag, maar niet onder de huidige huiselijke omstandigheden. Met het medisch maatschappelijk werk spreek ik af op de dag van ontslag uit het ziekenhuis een team vrijwilligers te regelen om alle ‘overbodige’ spullen uit zijn huis te halen. Dit kan namelijk niet zonder toestemming en aanwezigheid van de bewoner zelf. De buurtpastor stuurt het team aan en werkt zelf ook mee. Eerder maakte ik kennis met de buurtpastor toe hij een lezing gaf over de presentiebenadering. Inmiddels zijn er twee contactpersonen opgedoken. Een zus en een vriend. Zijn vriend brengt mijnheer thuis en diezelfde dag beginnen we met de opruimactie. Iedereen verzet heel veel werk. Dan blijkt dat mijnheer nog te zwak is om naar zijn slaapkamer op de bovenverdieping te gaan en dat er beneden geen bed is. Het bed dat boven staat is niet te verplaatsen vanwege het ontbreken van poten. Zijn vriend zoekt daarom diezelfde dag contact met het buurtmaatschappelijk werk. Zij springen direct in en regelen een slaapplek voor één nacht voor mijnheer bij een regionale instelling voor beschermd wonen (RIBW). Via een stichting wordt de volgende dag gratis een bed bezorgd. De thuiszorg is ingeschakeld voor twee maal daags hulp bij lichamelijke verzorging, reikt de medicatie aan en biedt hulp bij eten en drinken. Dit is na een paar weken afgebouwd. Het maatschappelijk werk blijft bij de situatie betrokken en brengt de financiën op orde.

Inmiddels is mijnheer dusdanig opgeknapt dat hijzelf voor de buurt vrijwilligerswerk doet. Daar zet hij al zijn ervaringsdeskundigheid in en geeft hij ouderen computerles. Het een situatie die goed is afgelopen. De meerwaarde van de Zichtbare Schakel is dat ik wist van de buurtpastor en dat het

23Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 24: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

vrijwilligersteam ingezet kon worden. De cliënt stond open voor hulp bij het opruimen van zijn huis. Door zelf aan te geven niet langer hulp nodig te hebben bij het wassen en aankleden en bij medicatietoediening heeft meneer laten zien op eigen kracht verder te kunnen. Ik realiseer me dat ik in deze situatie het maatschappelijk werk beter eerder had kunnen inschakelen. Ik was van plan om op de dag van het ziekenhuisontslag het maatschappelijk werk in te schakelen, huishoudelijke hulp aan te vragenvragen en de SWO te benaderen voor hulp bij de administratie. Op de dag van ontslag echter bleek de casus te groot om alleen als wijkverpleegkundige op te lossen. Er kwamen plotseling meerdere problemen tegelijkertijd op me af. Ik heb dat niet voorzien. Ik was blij dat het maatschappelijk werk van de wijk en de buurtpastor direct konden inspringen. Ik heb in de voorafgaande maanden via de sociale tafel in de wijk contact kunnen leggen met de pastor, de maatschappelijk werker en met de medewerker van de SWO. In het begin van mijn carrière als wijkverpleegkundige heb ik een soort wijkverkenning gedaan. Ik ben toen kennis gemaakt met onder andere de politie en de wijkwinkel. We hebben besproken wat we voor elkaar zouden kunnen betekenen en we hebben namen en telefoonnummers uitgewisseld. We weten elkaar te vinden in de wijk. Een paar weken na thuiskomst heb ik met mijnheer Doremaker besproken hoe hij het ziekenhuisontslag heeft ervaren. Ook met het medisch maatschappelijk werk van het ziekenhuis en de maatschappelijk werker van de wijk heb ik de ontslagprocedure geëvalueerd. Het verbaast mij nog steeds dat het medisch maatschappelijk werk in eerste instantie op mij als Zichtbare Schakel een beroep deed en niet op het maatschappelijk werk van de wijk.

Stock ID 582903

24Zichtbaar schakelen in de wijk Verhalen

Page 25: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Dialoogvragen Ziekenhuisontslag pas na opruimactieDialoogbox Algemeen1. Wanneer is er sprake van problematisch alcoholgebruik?Wanneer spreek je van verzamelzucht?2. Voor welke diensten kun je bij een RIBW terecht?3. Wat is kenmerkend voor de presentiebenadering?4. Wat is het nut van de inzet van ervaringsdeskundigen?

Dialoogbox Ondersteunen en zorgen in de wijk1. Waar kun je vakinhoudelijke of specialistische kennis vinden over verzamelzucht?2. Hoe zou jij reageren wanneer je een huisbezoek brengt en bij de eerste ontmoeting

vanwege veel spullen nauwelijks kunt lopen in huis?3. In welke cliëntsituaties zoek jij als verpleegkundige contact met het buurtpastoraat?4. Welke uitgangspunten van de presentietheorie zijn inpasbaar in het verpleegkundig

handelen? 5. Welke mogelijkheden zie jij om ex-cliënten of ervaringsdeskundigen in te zetten bij et

geven van voorlichting?6. Wat moet je met wie organiseren om over te kunnen gaan tot een opruimactie?7. Welke mogelijkheden zijn om kwaliteit in de zorgketen te bewaken?

Dialoogbox Wijkverpleging en Welzijn Nieuwe Stijl1. Hoe kom jij achterliggende problemen bij verzamelzucht of vervuiling op het spoor?2. Hoe stimuleer jij ‘de eigen-kracht’ van personen die zichzelf of hun omgeving

verwaarlozen?3. Wanneer is vervuiling voor jou als professional een reden voor acuut ingrijpen? 4. Wanneer schakel jij de GGD in bij hygiëneproblemen in de leefomgeving? 5. Welke hygiënemaatregelen zijn collectief bij wet of regelgeving vastgelegd?6. Welke instanties voor bemoeizorg zijn betrokken bij opruimacties?7. Wanneer spreek jij van een succesvolle opruimactie?8. Welke opvatting heb jij over de inzet van jou als professional bij opruimacties?

Maak eigen dialoogvragen op basis van onderstaande informatieEen dialoogvraag begint met: wat, wie, welke, wanneer of hoe http://www.buurtpastoraat.nl/buurtpastoraat/54-geschiedenis (Geschiedenis buurtpastoraat)http://www.youtube.com/watch?v=Kk6CwFrEE9I (Inzet van ervaringsdeskundigen)http://www.youtube.com/watch?v=Q79xy7kFRRc (College netwerkcoaching)http://www.ggdzeeland.nl/onderwerpen/gezondheidszorg/bemoeizorg/ (Bemoeizorg)

25Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 26: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

2.5 Samen op reis

Een onverwacht weerzien van mijnheer en mevrouw E …

Ik schrijf een brief aan je om je te vertellen over mevrouw en mijnheer E. Zij is 48 jaar en hij is begin vijftig. Zij zijn in 1982 als arbeidsmigranten naar Nederland gekomen. Mijnheer en mevrouw spreken Turks. Het lezen en schrijven in het Nederlands levert hen veel problemen op. Ze hebben allebei veel last van heimwee naar het thuisland en hebben afgelopen jaren met veel verschillende hulpverleners contact gehad. Zij is ernstig ziek en drie weken geleden geopereerd in Rotterdam aan een maag-darm-leveraandoening (MDL). Ze is nog steeds onder behandeling van een MDL-arts. Mijnheer E. heeft angststoornissen als gevolg van een psychiatrische aandoening. Hij is regelmatig bang en in de war en durft niet alleen te reizen. Daarom reisde ik samen met hem naar Rotterdam zodat hij zijn vrouw kon bezoeken. Samen zijn we nu vijf keer heen en weer gereisd. Hij wilde dat graag, maar ikzelf vind dat ik te ver ga in mijn begeleiding. In principe kan ik als wijkverpleegkundige de tijd nemen om hem te vergezellen voor een ziekenhuisbezoek...maar ja.

Nu mijnheer mij beter kent belt hij me steeds vaker, te pas en te onpas. Gisteravond belde hij bijvoorbeeld nog om tien uur om te vertellen dat zijn computer het niet deed. Ik heb hem even te woord gestaan, maar hem ook laten weten dat hij me voortaan voor dat soort zaken niet zo laat in de avond moet bellen. Bovendien was het mijn vrije dag. Ik denk dat ik duidelijker mijn grenzen moet aangeven. Afgelopen week is zijn vrouw uit het ziekenhuis ontslagen en heb ik de laatste treinreis gemaakt met mijnheer E. en zijn vrouw. De artsen hebben hem en zijn vrouw laten weten dat mevrouw medisch uitbehandeld is en hooguit nog een half jaar te leven heeft. Om die reden is het echtpaar nog geen week na thuiskomst naar hun vaderland vertrokken om afscheid te nemen van de familie in hun vertrouwde thuisland. Ik dacht dat ik hen nooit meer terug zou zien. Ik begrijp dat het onderhouden van familiecontacten heel belangrijk is, zeker in een periode van onzekerheid of ernstige ziekte. Het stelde me ook gerust dat mijnheer en mevrouw E. naar hun thuisland konden afreizen. Maar wat keek ik verbaasd op toen ik gisteren werd gebeld door een medewerker van de gemeente. Hij liet mij weten dat mijnheer en mevrouw terug waren in de wijk. Mijnheer was op het spreekuur voor schuldhulpverlening. Een schuldhulpmaatje is ingezet om orde op zaken te stellen met de financiën, huisuitzetting dreigt. Mevrouw was erg verzwakt en ziek.

Ik schrok en had niet verwacht hen terug te zien of weer van hen te horen. Mijn bezoeken aan hen had ik immers voor vertrek naar het vliegveld afgerond. Op verzoek van mevrouw ben ik uiteindelijk weer op huisbezoek gegaan. En weet je wat ik aantrof? Een bijna leeg huis. Zowat alle meubels bleken verkocht te zijn. In overleg met de gemeente als samenwerkingspartner heb ik mijn inzet en aanpak afgestemd. Je snapt dat ik voor een dilemma stond. Wel heb ik mevrouw E. tot haar dood wijkverpleegkundige zorg kunnen bieden met de beperkte middelen die ik tot mijn beschikking had. Het plan van de gemeente is om de problematiek van mijnheer in integrale buurtzorgteams op te pakken.

26Zichtbaar schakelen in de wijk Verhalen

Page 27: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

2.6 VAN zorgen NAAR ondersteunen

Dialoogvragen Samen op reisDialoogbox AlgemeenHoe belangrijk zijn familiecontacten voor jou?1. Wanneer spreek je over analfabetisme? Wanneer gebruik je de term laaggeletterdheid?2. Wat betekent de term medisch uitbehandeld?3. Welke situaties hebben bij jou wel eens geleid tot gevoelens van heimwee?4. Wanneer spreek je van arbeidsmigranten?

Dialoogbox Ondersteunen en zorgen in de wijk1. Welke competenties heb jij nodig voor een goede zorgverlening aan migranten?2. Hoe communiceer jij met cliënten van allochtone afkomst die jou niet goed begrijpen?3. Wat is jouw betrokkenheid of bekendheid met patiëntenvereniging die de belangen

behartigen voor allochtone cliënten met kanker?4. Wat weet jij over onderzoek naar de beleving van kanker van allochtone cliënten? 5. Waar let jij op bij het geven van gezondheidsvoorlichting aan allochtonen?6. Hoe zou jij zelforganisaties betrekken bij de zorg aan allochtone cliënten?7. Hoe kun je als wijkverpleegkundige de zorg aan cliënten met een allochtone achtergrond

verbeteren?

Dialoogbox Wijkverpleging en Welzijn Nieuwe Stijl1. Welke wensen kunnen schuil gaan achter een verblijf in het thuisland van ernstig zieke

migranten?2. Hoe leg jij aan allochtone cliënten uit wat de ‘eigenkracht benadering’ inhoudt?3. Wanneer raad jij mensen met gezondheidsproblemen af om naar het thuis- of buitenland af

te reizen?4. Wat verwacht jij van de samenwerking tussen jouw instelling en zelforganisaties?5. Welke ervaring heb jij met voorlichters in de eigen taal en cultuur (VETC´ers)?6. Welke ervaringen heb jij met een integrale aanpak wanneer zich op meerdere

levensgebieden problemen voordoen?7. Hoe kijk jij terug op teleurstellende resultaten in de eigen beroepspraktijk? 8. Wanneer is voor jou als professional de grens voor zorgverlening bereikt en voel jij je

genoodzaakt om de zorg aan een ander over te dragen?

Maak eigen dialoogvragen op basis van onderstaande informatieEen dialoogvraag begint met: wat, wie, welke, wanneer of hoe

http://www.mlds.nl/nieuws/actualiteiten/44/nieuwe-stichting-helpt-allochtonen-met-kanker/http://www.huisarts-migrant.nl/ (Huisartsenzorg en migranten)http://www.beroepseer.nl/nl/video/thuiszorg (Buurtteams voor zorg en welzijn)Zie Reflector Interculturele SensitiviteitZie Kennisbron 6 Dialoog volgens TOPOIZie Kennisbron 7 Leren en werken in een samenkomst van culturen

27Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 28: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Mijnheer Finker, een voorbeeld van ondersteund wonen…

Sinds kort kom ik als wijkverpleegkundige bij de mijnheer Finker thuis. Hij is 61 jaar, geboren in Suriname en sinds een paar jaar gescheiden. Hij heeft twee dochters. Een dochter woont in dezelfde stad en studeert nog, de andere woont honderd kilometer verderop in het westen van het land. Ik begrijp dat mijnheer redelijk contact heeft met zijn dochters. In 2004 is hij afgekeurd vanwege de ziekte Multiple Sclerose(MS), een spierziekte. Hij ontvangt een uitkering via de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering(WAO). Ik kom twee keer per week en bied hem dan verpleegkundige hulp. Ik ondersteun hem bij het douchen en aankleden. Zijn douche is aangepast en voorzien van een douchestoel. Binnenshuis verplaatst mijnheer zich met behulp van een rollator. Om zijn slaapkamer en badkamer op de eerste verdieping te kunnen bereiken moet hij gebruik maken van een traplift. Alleen onder mijn begeleiding durft hij die te gebruiken. Met zijn scootmobiel bezoekt hij de fysiotherapie van het eerstelijns gezondheidscentrum om transfers te oefenen en zich gemakkelijker te leren verplaatsen van stoel naar bed en van rolstoel naar keukenstoel. Ook andere hulpverleners zijn bij de situatie van mijnheer betrokken. Mijnheer vertelt me dat hij sinds een week met zijn been is gaan slepen en dat hij minder gevoel heeft in zijn handen. Ik maak me zorgen en bespreek met mijnheer of dat aanvullende ondersteuning nodig is dan enkel twee maal per week douchen. Zijn huis is niet vervuild, ik zie wel achterstallig huishouden.

Het medicatiebeheer heeft mijnheer in eigen hand wat betreft de inname van de medicijnen. Bij het klaarzetten van het pillendoosje voor de volgende dag valt me op dat de antidepressiva van de vorige dag niet zijn ingenomen. Mijnheer vertelt me wel vaker bepaalde pillen niet in te nemen omdat hij bang is dat het doffe gevoel in zijn handen en benen veroorzaakt wordt door de medicijnen. Je hoort tegenwoordig zoveel over schadelijke bijwerkingen van pillen. Hij vertelt me ook dat hij voortaan liever beneden op de bank wil slapen. We overleggen wat nodig is om beneden te kunnen slapen en met wat improviseren gaat dit lukken. Over het niet innemen van bepaalde medicijnen maak ik mij zorgen. Ik vraag hem of hij over het af en toe overslaan van het innemen van bepaalde pillen contact wil opnemen met zijn huisarts. Dat gaat hij doen. Als ik de volgende keer weer bij mijnheer Finkers kom vertelt hij dat de huisarts nog eens op een rijtje heeft gezet hoe zijn ziekteverloop is. Mijnheer Finker kan mij nauwgezet vertellen wat de huisarts heeft verteld over zijn ziektegeschiedenis.

‘Vlak na de diagnose MS ben ik vanwege depressieve gevoelens behandeld door een psychiater. Deze heeft mij medicijnen voorgeschreven die ik nog steeds gebruik’. Het is hem nu duidelijker geworden dat af en toe overslaan van de pillen bedoeld om de depressie tegen te gaan niet verstandig is vanwege Ik vraag aan mijnheer Finker of hij eens na wil denken over aanvullende ondersteuning en of hij hier morgen met mij op wil terugkomen. ‘Eerst maar eens een nachtje over slapen’, zeggen we met goede moed.

Omdat ik niet weet of hier sprake is van therapieontrouw of zorgmijdend gedrag plan ik de volgende dag extra tijd in om het gesprek van gisteren voort te zetten. Daar heb ik als wijkverpleegkundige de tijd en ruimte voor omdat dit buiten de indicatieruimte valt. De volgende dag komt mijnheer Finker er zelf op terug en stel ik hem een aantal open vragen over zijn familie- en vrienden/-kennisennetwerk. Dit deel van het gesprek geeft mijnheer ruimte om te vertellen over wie er in zijn leven belangrijk zijn en wie hij graag om hem heen heeft als het gaat om iets voor elkaar doen. Samen met mijnheer Finker breng ik al zijn contacten in beeld. Alle contacten met familie, kennissen, vrienden, buren en de formele en informele instanties brengt hij in het gesprek in beeld. Het kladblok waar ik gaandeweg het gesprek zijn relaties op vastlegde ziet er best vol uit.

28Zichtbaar schakelen in de wijk Verhalen

Page 29: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Mijnheer vertelt ook dat hij de laatste afspraken met de fysiotherapeut heeft afgezegd. Hij ziet niet veel in de transferoefeningen en heeft voor zichzelf besloten om weer aan yoga te gaan doen. Vroeger had hij daar veel baat bij. Dat deed hem goed. Hij zegt deze aftakeling niet te willen. Mijnheer kijkt enigszins verbaasd op wanneer ik vertel dat de fysiotherapeut hem ook tijdelijk thuis kan behandelen en in de thuissituatie met hem kan kijken de transfermogelijkheden. Hij voelt daar wel voor. Door de oefeningen met de fysiotherapeut, maar ook door de aanpassingen die de ergotherapeut heeft bedacht gaat het lopen nu een stuk beter. Mijnheer draagt weer schoenen en door de spalk om het been is het slepen verminderd. Met de gesprekken met de eerstelijns psycholoog is mijnheer Finker afgelopen jaar gestopt omdat hij de contacten met de pastoraal medewerker prettiger vindt. Hij vindt het jammer dat er niet vaker contact met haar is. Mijnheer reageert positief op mijn idee om een buddy in te schakelen met wie hij tweewekelijks een gesprek kan voeren. Vanuit de familiehoek komt een achternichtje dat in de buurt woont tweewekelijks langs om wat zwaardere huishoudelijk klussen te doen. Het nichtje is al een tijdje werkloos en wil graag iets doen en ze krijgt ook nog een extra zakcentje van mijnheer Finker. Het nichtje kent nog iemand die de administratie wel wil doen en die kan hem naar wens ook iets aangeven hoe hij er financieel voorstaat en hem inzicht geven in zijn bestedingspatroon. De inzet van de professionals is na enkele maanden afgebouwd toen mijnheer weer in staat was een en ander zelf ter hand te nemen. Ikzelf heb mijn werk kunnen overdragen aan een verzorgende.

Een jaar later is mijnheer Finker verhuisd naar een aangepaste woning. Deze tijd heeft mijnheer nodig gehad om zijn situatie goed in te schatten. In het multidisciplinair wijkoverleg is de situatie regelmatig besproken. Hulpverleners hebben mijnheer Finker ondersteund in het maken van afwegingen. Ook is er in het multidisciplinair team gesproken over hoe het aanspreken van eigen kracht tot nieuwe contacten leidt en het belang dat beslissingen worden genomen in de realiteit van de situatie. Het nichtje en de man die de administratie bijhoudt komen nog steeds bij mijnheer Finker en daar ziet hij altijd met plezier naar uit. Aan de yogalessen neemt hij nog steeds deel. De buddy komt eens per maand langs om met mijnheer Finker te praten. Zijn kinderen zijn erg blij dat zij vooral ook tijd hebben om met hun vader ergens heen te gaan, waardoor de leuke kanten van het mantelzorgen blijven behouden.

Ik vraag mij af of dit nu een vorm van zelfmanagement is omdat mijnheer Finker met support van ons een eigen koers koos en dit is gerealiseerd met hulp en ondersteuning van instellingen en informele netwerken, waarbij hijzelf en wij rekening hielden met zijn sterke en zwakke kanten, zijn interesses en eigen waarde.

Mijnheer Finker heeft met ondersteuning van zijn netwerk en van ons zijn leven weer op de rails. Hij voelt zich hier heel prettig bij.

29Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 30: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Dialoogvragen VAN zorgen NAAR ondersteunen Met veel hulp en hulpmiddelen langer thuisDialoogbox Algemeen1. Wat is jou bekend over een chronische spierziekte?2. Wanneer komt een persoon in aanmerking voor aanpassingen in huis?3. Welke disciplines kom jij tegen in een eerstelijns gezondheidscentrum?4. Wat is buddyzorg?5. Hoe bevorder jij therapietrouw?

Dialoogbox Ondersteunen en zorgen in de wijk1. Wat is jouw specifieke deskundigheid inzake de zorg aan chronisch zieken?2. Hoe pas jij motiverende gespreksvoering toe bij chronisch zieke mensen?3. Wat draagt de multidisciplinaire richtlijn MS bij aan verantwoorde onderbouwing van zorg

en behandeling?4. Hoe stimuleer jij een chronisch zieke persoon op ‘eigen kracht’ fysieke conditie te

behouden?5. Welke ervaringen heb jij in het adviseren bij het kiezen van juiste aanpassingen en

voorzieningen?6. Wat zijn de kwaliteitscriteria vanuit patiëntperspectief voor goede MS-zorg?

Dialoogbox Wijkverpleging en Welzijn Nieuwe Stijl1. Welke vragen stel jij aan de persoon bij vermoedens van therapie-ontrouw?2. Hoe zet jij personen die chronisch ziek zijn in hun kracht?3. Welke ervaringen heb jij met cliëntsituaties waarin met spoed moest worden gehandeld om

erger te voorkomen?4. Wanneer verwijs jij chronisch zieken naar hulpverleners uit het informele circuit en

wanneer naar hulpverleners uit het formele circuit?5. Op welke mogelijkheden voor zorg en ondersteuning in groepsverband attendeer jij

MS cliënten? 6. Welke vormen van individuele ondersteuning bied jij aan huis?7. Wat kan ketenzorg bijdragen aan de thuissituatie van een persoon met MS? 8. Hoe bevorder jij zelfmanagement van mensen met een chronische ziekte?

Maak eigen dialoogvragen op basis van onderstaande informatieEen dialoogvraag begint met: wat, wie, welke, wanneer of hoe

http://www.youtube.com/watch?v=si3IHhQcL8E (Motiverende gespreksvoering)http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1129784 (Omroep Ohm over Mantelzorg)

Zie Zelftoets stretchen en stressenZie Kennisbron 8 Van zorg naar ondersteunen

30Zichtbaar schakelen in de wijk Verhalen

Page 31: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

2.7 Tot op het laatst verzorgd door familie

Uiteindelijk is besloten dat mijnheer Gumus….

Het werk als wijkverpleegkundige heeft me veel opgeleverd. Mijn vak is nu mooier omdat het breder is geworden. Normaal gesproken gaat een wijkverpleegkundige uitsluitend op huisbezoek na een indicatie. Wanneer een cliënt een wond aan het been heeft concentreert het gesprek tijdens het huisbezoek zich eenzijdig op de behandeling en genezing van de wond. Wanneer het in huis niet fris ruikt doe je daar normaliter niets mee. Als wijkverpleegkundige ben ik nu in de gelegenheid in het gesprek de situatie te bespreken zonder de nadruk te leggen op de zorg en behandeling. Dan kan ik meer op de omgeving ingaan. De kanteling heeft opgeleverd dat ik met de persoon – indien aan de orde - de totale leefsituatie van die persoon bespreek. Zaken die de persoon aangeeft en eerst niet voor mij ´bedoeld´waren om op te pakken zijn dat nu nadrukkelijk wel. Het verhaal van de persoon is nu leidend, in plaats van dat ik onderdelen uit zijn leefwereld selecteer. Tijd nemen voor het verhaal is nu een van de belangrijkste ingangen om tot de juiste vraag(verheldering) te komen om er achter te komen in welke behoefte moet worden voorzien. Kantelen betekent tegelijkertijd dat ik niet alleen voorzie (ofwel regel) dat er in een behoefte wordt voorzien. Ik faciliteer (voorwaarden schep) dat dit gebeurt en bijvoorkeur anderen dan professionals voorzien in de behoeften. Aanwenden van ´eigen kracht eerst´, noemen we dat.

Laatst vroeg de huisarts aan mij of ik een huisbezoek wilde brengen aan mijnheer Gumus. Deze bedlegerige Turkse man had een andere matras nodig in verband met rugklachten. De man had alvleesklierkanker en zou niet lang meer leven. Ik zoek de man en zijn familie op, vertel wat mijn rol is en ik laat weten dat de huisarts me heeft gevraagd hem op te zoeken. De man is ernstig ziek maar geeft aan daar niet met mij over te willen praten. De huisarts vertelt me dat mijnheer wil sterven in zijn eigen huis. Mijnheer wordt verzorgd door zijn vrouw en om het haar gemakkelijker te maken stel ik voor om een hoog - laagbed te regelen. Omdat mijnheer er aanvankelijk niet voor voelt geef ik hem een week de tijd om erover na te denken. Uiteindelijk geeft mijnheer toestemming. Wel eist mijnheer dat de persoonlijke verzorging in handen blijft van zijn vrouw en niet in die van mij als wijkverpleegkundige. Ik zeg dat te respecteren en mag daarom van mijnheer terug blijven komen. Hij wil echter niet met me communiceren in het Nederlands. De gesprekken verlopen via zijn zoon. De daaropvolgende weken gaat de gezondheidssituatie zienderogen achteruit. Ikzelf maar ook zijn zoon, waarmee ik inmiddels goed contact heb opgebouwd, vinden dat er echt iets moet gebeuren. Zijn zoon wil dat zijn vader in het ziekenhuis wordt opgenomen, maar vader is er op tegen. In mijn ogen wil de man thuis sterven, maar de familie wil dat niet en vraagt steeds opnieuw of hij opgenomen kan worden. Ik vertel dat dat niet kan omdat er geen behandeling meer mogelijk is. Ik zoek naar manieren dat mijnheer thuis kan blijven in deze zo cruciale levensfase. Ik heb geleerd niet alles op te hoeven lossen. Mensen kunnen prima zelf aangeven wat zij willen. Ik heb respect voor de keuze die mensen maken, maar voel me als wijkverpleegkundige wel verantwoordelijk dat er - indien gewenst - verantwoorde zorg en ondersteuning geboden blijft worden. Mijn radartjes blijven draaien. Gaandeweg het ziekteproces ontstaan er hartritme- en evenwichtsstoornissen en krijgt mijnheer meer en meer pijn. De familie wil dat er een pijnpompje aangesloten wordt, maar begrijpt niet dat het specialistisch team voor dit soort thuistechnologie opgeroepen moet worden. Daar gaat altijd een dag overheen. Op een dag vraagt de familie mij onmiddellijk te komen in verband met heftige misselijkheid en braken.

Wachtend op een injectievloeistof van de apotheek stromen steeds meer familieleden de kamer binnen. Mijnheer is erg onrustig en over de bedhekken heen uit het bed geklommen. Ik besluit mijnheer met rust te laten omdat ik de indruk had dat hij graag alleen wil zijn. Zodra hij in de stoel in slaap valt, help ik hem zijn bed weer in. De familie schreeuwt dat het zo niet langer kan en dat

31Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 32: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

de dokter moet komen. Uiteindelijk besluit de huisarts om mijnheer toch op te laten nemen. Vlak na aankomst in het ziekenhuis overlijdt mijnheer.

Ik heb ervaren dat ik als wijkverpleegkundige veel langer bij de cliënt kan zijn en ik heb geleerd breder te kijken. Als regulier wijkverpleegkundige werk ik handelingsgericht op twee fronten: vanuit het zorgen en vanuit het ondersteunen van familie bijvoorbeeld. Ik ben bij deze familie nu veel ondersteunend bezig geweest. Ik heb de zorg met de familie Gumus geëvalueerd. Zij blijken achteraf erg tevreden dat ik ben gebleven en zij vertelden gerustgesteld te zijn dat ik er was en dat ze een beroep op me konden doen in geval van nood. Ik zorgde voor continuïteit. Ik heb wel een Turkse collega gevraagd ook eens met mijnheer in gesprek te gaan. Ik had namelijk wel het gevoel dat er samenspel was met de familie, maar ik vind het belangrijk dat cliënten in eigen taal kunnen communiceren. Ook aan mijn Turkse collega heeft mijnheer laten weten echt geen hulp te willen van de wijkverpleegkundige bij zijn persoonlijke verzorging. Dat had ik ook begrepen. Ik heb gerespecteerd dat mijnheer zichzelf verzorgde en gaf hem daarin de regie. Wel wees ik hem op de extra vermoeidheid die dat teweeg zou brengen en gaf hem adviezen om zichzelf met minder inspanning te wassen en aan te kleden. Als wijkverpleegkundige ga ik tijdens de eerste ontmoeting altijd in op de aanleiding van mijn bezoek en vertel ik bijvoorbeeld dat ik kom op verzoek van familie, huisarts of collega’s. Ik vertel dat ik wijkverpleegkundige ben en dat ik zorg voor mensen die in mijn wijk wonen en gezondheidsproblemen hebben. Het effect van mijn inzet als wijkverpleegkundige is dat ik alle problemen die er spelen in kaart breng en samen met de mensen die het aangaat de weg vind naar oplossingen in de brij van allerlei regeltjes en wetten. In de praktijk blijkt zoveel meer mogelijk, de mensen zelf weten de weg vaak niet te vinden. Wat gister linksom was moet vandaag rechtsom. Ik geef de mensen inzicht hoe zij de weg naar instanties of hulpverleners makkelijker kunnen vinden. Zo heb ik de familie aangegeven dat zij de huisarts en een Turkssprekende collega kunnen inschakelen en daar hebben zij gebruik van gemaakt. Inzet van professionals zoals het palliatieve team was verder niet nodig. In feite was het netwerkje van de familie maar heel klein. In deze gezinnen helpt de hele familie mee. Familiezorg is vanzelfsprekend voor veel families met een allochtone achtergrond. Het was uiteindelijk de familie die me inschakelde omdat mijnheer zo ziek was. Hijzelf heeft mij niet ingeschakeld. Hij vond het goed dat ik kwam, maar ook dat ik wegging. Ik ben vooral ondersteunend geweest naar de familie. Enkel het laatste stukje was ik handelingsgericht bezig.

32Zichtbaar schakelen in de wijk Verhalen

Page 33: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Dialoogvragen Tot op het laatst verzorgd door familieDialoogbox Algemeen1. Hoe bekend ben jij met alvleesklierkanker?2. In welke situaties wordt pijnstilling met behulp van een pijnpompje aanbevolen?3. Wanneer doe je een beroep op het specialistisch team thuiszorg?4. Wat zijn jouw ervaringen met terminale zorg aan allochtone mensen?5. Wanneer spreek je van familiezorg?

Dialoogbox Ondersteunen en zorgen in de wijk 1. Welke vragen stel jij om achterliggende problemen van personen die familiezorg leveren te

achterhalen? 2. Welke instanties bieden ondersteuning aan personen die familiezorg bieden?3. Hoe bespreek jij met de familie de mogelijke inzet van familiezorg?4. Welke ervaringen heb jij als wijkverpleegkundige met de samenwerking met

verpleegkundigen van het specialistisch team?5. Welke aanbevelingen zou jij willen doen voor onderzoek naar end-of-life care?6. Hoe geef jij invulling aan preventie in een terminale thuiszorgsituatie?7. Waar let jij op bij het organiseren van thuiszorg aan allochtone cliënten? 8. Wat kun jij nog verbeteren aan de kwaliteit van palliatieve zorg aan allochtone cliënten?

Dialoogbox Wijkverpleging en Welzijn Nieuwe Stijl1. Hoe ga jij om met religieuze of culturele rituelen en gebruiken rondom sterven?2. In hoeverre kun je spreken van eigen regie in een end-of-life situatie?3. Hoe verklaar jij dat cliënt en/of naasten de urgentie voor direct ingrijpen soms anders

inschatten dan de hulpverlener?4. Waarmee kan een allochtone zelforganisaties de cliënt en jou ondersteunen? 5. Welke mogelijkheden zie jij om allochtone mantelzorgers collectief te ondersteunen? 6. Hoe kun jij allochtone mantelzorgers individueel ondersteunen?7. Hoe kan de eerste lijn de samenhang in de zorg aan oncologische patiënten verbeteren?8. Waaraan meet jij af of interventies die jij inzet het gewenste resultaat opleveren?

33Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 34: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Maak eigen dialoogvragen op basis van onderstaande informatieEen dialoogvraag begint met: wat, wie, welke, wanneer of hoe

http://www.youtube.com/watch?v=-BMsYC4cwiY(Mantelzorgers en aandachtspunten voor de zorg aan allochtone cliënten).http://www.youtube.com/watch?v=EIE3rwrRN4A (Theo Bos over alvleesklierkanker)http://www.vptz.nl/dynamic/media/1/documents/js_080630_def_Gaat_u_het_gesprek_aan.pdf (Gespreksadviezen)http://blog.han.nl/wmowerkplaatsnijmegen/modules/de-ouder-als-ervaringsdeskundige/ (De ouder als ervaringsdeskundige)http://blog.han.nl/wmowerkplaatsnijmegen/files/2012/12/Module-Interreligieuze-sensitiviteit.pdf (Interreligieuze Sensitiviteit) http://blog.han.nl/wmowerkplaatsnijmegen/files/2012/12/Module-interculturele-senitiviteit.pdf (Interculturele Sensitiviteit)http://han.kennisdesk.nl/kennisdesk/MyDesk/ (e-learning modulen Interculturele Sensitiviteit en Interreligieuze Sensitiviteit)http://blog.han.nl/wmowerkplaatsnijmegen/modules/cultuursensitieve-professionals/ (Cultuursensitieve professionals in zorg en welzijn)

Zie Reflector Interculturele SensitiviteitZie Kennisbron 6 Dialoog volgens TOPOIZie Kennisbron 8 Van zorg naar ondersteunenZie Verhalen zijn leidend

34Zichtbaar schakelen in de wijk Verhalen

Page 35: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

2.8 Liever geen vreemden over de vloer

Mijn valkuil: niet invullen, maar aanvullen waar nodig…....

Als wijkverpleegkundige heb ik onlangs de zorg afgerond met een dementerende oudere dame van 78 jaar. Zij woont in een heel klein huisje in een zogenoemde volksbuurt. Haar condities zijn niet zo goed. Ze kan slecht zien als gevolg van diabetes en is slecht ter been. Eigenlijk laat haar fysieke en geestelijke toestand het niet toe om nog langer zelfstandig te blijven wonen. Haar dochter biedt haar graag allerlei praktische hulp en heeft de omgeving binnenshuis zo ingericht dat mevrouw zo goed mogelijk uit de voeten kan en alles weet te vinden. Zij betekent veel voor mevrouw. Haar dochter maakt zich de laatste tijd erg veel zorgen om moeder en bespreekt dit met de huisarts. Ze geeft aan overbelast te zijn vanwege de vele bezoeken aan haar moeder. Het slechte gezichtsvermogen en de verminderde mobiliteit leiden er volgens haar toe dat haar moeder zich niet meer veilig in en om huis kan verplaatsen. Door haar geestelijke achteruitgang raakt moeder steeds verder in een sociaal isolement. Ze is veel alleen, vooral wanneer zij met haar man afwezig zijn en in Frankrijk verblijven. Daar heeft zij een tweede huis. Dochter is bang dat moeder eenzaam wordt. Als wijkverpleegkundige bezoek ik mevrouw en spreek ik met haar over haar woonsituatie.

Voorzichtig tast ik af of zij zichzelf nog voldoende weet te redden en hoe zij denkt aan een eventuele overstap naar een verzorgingscentrum. Mevrouw voelt daar niet voor ondanks de beperkingen die ze ervaart. Zolang ze alle spulletjes in huis maar weet te vinden en alles op dezelfde plek blijft staan weet ze zich naar eigen zeggen nog goed genoeg te redden. Ze vindt het geen probleem dat ze wat langer over het huishouden doet. ‘Dan heb ik toch wat om handen’ merkt ze op. Door steeds af te tasten wat zij graag wil geef ik haar de regie. Op mijn vraag of zij wat extra hulp nodig heeft in de huishouding of behoefte heeft aan meer contact in de vorm van een gezellig bezoekje aan huis, reageert zij steevast met de opmerking dat zij liever geen vreemde mensen over de vloer wil. Ze vindt het wel een goed idee dat er een keer per week iemand komt om met haar naar buiten te gaan. Dan kan ze gewoon eens een eindje lopen zonder bang te hoeven zijn om te vallen en er met de rolstoel even op uit voor een boodschap. Het contact dat ik met mevrouw heb verloopt soepel. Ik hoef maar te vragen en de reacties komen vanzelf. Dat verbaast me zo en dat vind ik frappant omdat zijzelf regelmatig benadrukt geen sociaal mens te zijn. Toch hebben we steeds een heel mooi gesprek en zie ik dat zij er zich prettig bij voelt. Ze laat zien dat ze contact op prijs stelt, maar ze zegt wat anders. Misschien komt dat doordat ik al langer gesprekken met haar voer. Vier jaar geleden werkte ik namelijk als verpleegkundige bij de zorgcentrale en gaf ik haar diabetesinstructie via de webcam. Vaak had ik dan ook gezellige gesprekjes met haar. Mevrouw kon toen zelf nog haar bloedsuikerwaarden doorgeven, maar zorg op afstand is helaas nu niet meer mogelijk. Haar kwetsbaarheid is de laatste tijd erg toegenomen.

Ik heb geprobeerd haar sociale netwerk uit te breiden door haar voor te stellen naar het activiteitencentrum in de buurt te gaan. Dat is niet gelukt. Ze vertelt dat haar beperkte gezichtsvermogen haar teveel belemmert. Mevrouw stemt erin toe dat ik met haar dochter bespreek wie haar extra ondersteuning kan bieden. Dat leidt tot de inschakeling van een dementieconsulent en zo zijn haar contacten uitgebreid met professionals uit het formele netwerk. Vanuit dat netwerk is ook sociale begeleiding ingezet en zijn mensen ingezet om met haar te wandelen. Toen zij hiermee vertrouwd was heb ik haar nog eens gevraagd na te denken over de inzet van extra hulp door vrijwilligers uit de buurt. Zij gaf aan dat absoluut niet te willen. Dat was niet haar keuze. Ze zegt genoeg mensen om me zich heen te hebben. Als wijkverpleegkundige

35Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 36: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

heb ik veel kunnen investeren in haar situatie. Ik heb haar extra aandacht kunnen geven wat ik normaliter niet kan doen. Dat heeft uiteindelijk wel opgeleverd dat er naast de reguliere verpleging en verzorging van de thuiszorginstelling ook vanuit een professionele organisatie een casemanager en sociale begeleiding is ingezet. Mevrouw heeft daardoor langer thuis kunnen wonen en haar wens is wat dat betreft gerespecteerd. Met de huisarts en alle betrokkenen is de situatie in een multidisciplinair overleg steeds besproken. De huisarts was altijd van de partij.In het multidisciplinair team was er nog een belangrijk bespreekpunt dat ik deelde met mijn collega’s: ´hoe verval ik als professional niet in het aanbod ofwel hoe laat ik haar eerst zelf vertellen wat ze graag doet, ondanks dat mevrouw dementerend is. ´Hoe vul ik zaken niet in, maar vul ik aan waar nodig´. Ik worstelde als het ware met mijn ´gesprekstechniek´ omdat ik zelf in de veronderstelling was te weten wat het beste is gezien haar situatie en ik kon niet nalaten dat direct in te brengen.

Mevrouw is nog geruime tijd in haar eigen huis kunnen blijven wonen tot het moment dat zij min of meer zelf inzag dat een verhuizing naar een andere woonvorm wellicht beter was. Ze woont nu in een kleinschalige groepswoning met vijf andere demente(rende) ouderen. Haar dochter heeft haar nieuwe verblijf ingericht met spulletjes uit haar woonhuis. Het lijkt dat ze zich op haar gemak voelt tussen haar eigen spullen die ze herkent.

36Zichtbaar schakelen in de wijk Verhalen

Page 37: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Dialoogvragen Liever geen vreemden over de vloerDialoogbox Algemeen1. Wat is een volksbuurt?2. Hoe zou jij de conditie van een kwetsbaar persoon omschrijven? 3. Wanneer verkeer je in een sociaal isolement?4. Wat doet een dementieconsulent?5. Wat is de functie van een multidisciplinair overleg?

Dialoogbox Ondersteunen en zorgen in de wijk 1. Hoe bespreek je met een thuiswonende persoon de overstap naar een andere woonvorm?2. Wat kan een casemanager bijdragen aan het zorg- en ondersteuningsproces van een

dementerende de persoon en zijn familie?3. Wat is het verschil in ondersteuning bij het ziekteverloop van Alzheimer en Vasculaire

Dementie?4. Wat zijn de voor- en nadelen van kleinschalig wonen voor dementerenden?5. Hoe geef je gezondheidsvoorlichting of advies aan mensen die dementerend zijn?6. Wat kan er voor dementerenden georganiseerd worden om zo lang mogelijk zelfstandig

thuis te kunnen blijven wonen?7. Hoe betrek jij dementerenden en hun naasten bij het meten van kwaliteit van zorg en

ondersteuning?

Dialoogbox Wijkverpleging en Welzijn Nieuwe Stijl1. Hoe kun jij bijdragen aan het oplossen van achterliggende problemen bij eenzaamheid? 2. Hoe zet jij een persoon die zich eenzaam voelen in zijn eigen kracht? 3. Wanneer vind jij zelfstandig wonen niet langer verantwoord voor een oudere?4. Welke organisaties leveren informele zorg bij eenzaamheid? 5. Welke formele instanties ondersteunen bij eenzaamheidsproblematiek?6. Hoe geef jij in jouw gemeente of wijk vorm aan integrale aanpak van

eenzaamheidsbestrijding?7. Hoe meet jij of acties in het kader van eenzaamheidsbestrijding effectief zijn?8. Met wie organiseer jij reflecties om te sparren over wijkgerichte ´kantelsituaties´ die jij

tegenkomt?

Maak eigen dialoogvragen op basis van onderstaande informatie Een dialoogvraag begint met: wat, wie, welke, wanneer of hoe

http://www.nationaalkompas.nl/gezondheidsdeterminanten/omgeving/leefomgeving/eenzaamheid/wat-is-eenzaamheid/ (Eenzaamheid meten)http://www.omroepbrabant.nl/?epg/4680402/Zuster+komt+zo!.aspx (Instructie via webcam)http://www.youtube.com/watch?v=ql4Y6oaM5PA (Breinomgevingsmethodiek)Zie Kennisbron 8 Van zorg naar ondersteunen

37Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 38: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

2.9 Geld voor een kinderbedje

Hoe Fatima dit op eigen kracht bij elkaar spaart....

Ik werk in een achterstandswijk en werk groepsgewijs met allochtone mensen. Ik geef hen voorlichting en bied cursussen aan. Ook breng ik huisbezoeken en ik werk samen met andere hulpverleners in de wijk. Met andere instanties organiseer ik dingen en geef ik groepsvoorlichting. In het begin toen een spreekuur in de wijk opgezet moest worden, ben ik naar het buurthuis gegaan en heb ik gevraagd waar mensen behoefte aan hadden. Toen vertelden de vrouwen mij dat ze graag wilden gaan sporten. Ik dacht ...waarom niet? Als dat een ingang is om het spreekuur te gaan beginnen gaan we gewoon sporten. Omdat ik geen sportleraar ben heb ik op internet gekeken hoe een les in zijn werk gaat. Een week later heb ik een uur staan gymmen met een groep vrouwen Mijn doel was om een ingang te krijgen en mensen zover te krijgen dat ze ook om hulp zouden gaan vragen. En dat is uiteindelijk gelukt. Een echte leraar heeft de sportles overgenomen en ik ben met mijn spreekuur gestart op de ochtend van het maandelijks inloopontbijt waar 35 vrouwen aan meedoen. De communicatie verliep voor een deel met handen en voeten. Veel mensen spreken Nederlands, maar er wordt ook veel in eigen taal gesproken. In eerste instantie probeerde ik vooral vertrouwen te winnen en contact te leggen. Wanneer dat er eenmaal is komen er vanzelf vragen op het gebied van lichamelijke of geestelijke gezondheid naar voren. Bij allochtone mensen ga ik individueel na wat persoonlijke behoeften zijn. Zo ontmoette ik een Turkse mevrouw tijdens een huisbezoek. Ze vertelt me dat ze een kind heeft van drie jaar dat nog steeds naast haar in het ouderlijk bed slaapt. Ze wil graag geld voor de aanschaf van een kinderbed. Ik vertel dat de wijkverpleging weliswaar een hulpverlenende instantie is, maar geen geld beschikbaar stelt. In principe zou ze met die vraag naar de gemeente moeten gaan. Meteen daarop vraag ik haar wat zijzelf kan doen om aan geld te komen. Ze vertelt dat ze heel goed kan naaien en laat me wat naaiwerkjes zien. Uiteindelijk heb ik haar geadviseerd kleding te gaan maken en te verkopen. We zijn samen naar de markt gegaan en hebben een lap stof gekocht. Een week later kon zij op het schoolplein een mooie jurk aan andere moeders laten zien. Zij verkocht het kledingstuk en heeft zo de eerste 15 euro voor een kinderbedje gespaard. Dat heeft een positieve wending gegeven aan haar situatie. Kijk je kunt naar Afrika gaan en een vis of een brood geven, maar je kunt ze ook een hengel geven. Ik denk dat je het daar mee moet vergelijken. Je reikt mensen de middelen aan om het zelf te doen. Soms kom ik via collega’s in contact met cliënten. Ik ben bij haar gekomen via een Turkse collega die in een andere wijk werkte. Soms kom ik ook via instanties vanuit de gemeente in contact met mensen. Toen ik bij deze mevrouw thuiskwam zag ik dat zij ontzettend veel moeite had om de eindjes aan elkaar te knopen. Ze heeft een man met psychiatrische problemen en het gezin zat in de schuldhulpverlening. Ze had niet zoveel zeggenschap over haar driejarige zoontje en vond de opvoeding erg moeilijk. Haar kind leed aan ernstig overgewicht. Het was niet alleen het financiële deel, maar ook het huishouden kostte haar moeite. Ik heb haar als wijkverpleegkundige gestimuleerd om meer naar het buurthuis te gaan. Ik adviseer haar om haar opvoedproblemen met andere moeders te bespreken. Dat doet ze nu ook. Een ander effect van mijn inzet als wijkverpleegkundige is dat ik vrijdags op de markt veel groetende mensen ontmoet. Soms levert praktische hulp positieve effecten op maar niet iedereen komt er verder mee. Als wijkverpleegkundige heb ik vooral een signalerende functie. Het contact met deze mevrouw verliep goed. Ze sprak redelijk goed Nederlands. Ik verwacht niet dat iemand in een eerste gesprek zijn hele ziel en zaligheid blootlegt. Er zijn meerdere gesprekken geweest. Het kost heel veel tijd om het vertrouwen te krijgen. Het sociale netwerk werd verruimd doordat zij meer ging deelnemen aan activiteiten in het buurthuis en cursussen ging volgen. Ik heb overleg gevoerd met het maatschappelijk werk over de opvoedingsproblemen. In het begin dacht ik dat ik alles alleen moest doen, maar ik heb geleerd om vaker met andere hulpverleners te praten. Soms komen er bij mensen heel veel hulpverleners. Daar ben ik wel eens de fout mee ingegaan.

38Zichtbaar schakelen in de wijk Verhalen

Page 39: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Deze mevrouw heeft meer sociale contacten dan voorheen en ze gaat vaker het huis uit. Dat heeft Zichtbare Schakel voor haar zeker opgeleverd. Ik heb de zorg geëvalueerd en in het gesprek kwam naar voren dat zij nu haar eigen regie voert. Ik kan dat merken aan het feit dat ze nu een eigen inkomen heeft en meer contact heeft buitenshuis dan voorheen. Ze zet haar eigen kracht in en haalt energie uit de kleding die ze in opdracht voor anderen maakt. Daar wordt niet alleen zij, maar ook ik als wijkverpleegkundige blij van. Mijn streven is om mensen zover te krijgen dat zij zelf op ideeën komen. Ik vraag gewoon, stimuleer en vul niet in voor de ander.

39Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 40: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Dialoogvragen Geld voor een kinderbedje

Dialoogbox Algemeen1. Wat kan een inloopontbijt in de wijk voor wijkbewoners opleveren?2. Wat versta jij onder opvoedingsproblemen?3. Wanneer komen mensen in de schuldhulpverlening terecht?4. Wat kunnen gevolgen zijn voor jonge kinderen als zij een ernstig overgewicht hebben?

Dialoogbox Ondersteunen en zorgen in de wijk1. Welke competenties zet jij in op de culturele achtergrond van allochtone mensen?2. Hoe beïnvloedt jouw cultuur de communicatie met allochtone mensen?3. Welke ervaringen heb jij als het gaat om samenwerking met migrantenorganisaties?4. Welke aanbevelingen uit de JGZ-richtlijn 'Overgewicht’ betrek jij in de voedingsadviezen? 5. Hoe zou jij een voorlichtingsbijeenkomst over ‘gezonde voeding’ opzetten voor allochtone

ouders?6. Hoe sta jij tegenover het organiseren van activiteiten in groepsverband specifiek voor

allochtone vrouwen?7. Welke kansen zie jij om binnen jouw werkgebied de kwaliteit van zorg aan allochtone

mensen te verbeteren?

Dialoogbox Wijkverpleging en Welzijn Nieuwe Stijl1. Welke achterliggende problemen kunnen de opvoeding van kinderen bemoeilijken?2. Welke voorbeelden van ‘eigenkracht benadering’ van jonge gezinnen ken jij?3. Wanneer geven opvoedingsproblemen aanleiding tot onmiddellijk ingrijpen? 4. Welke ervaringen heb jij met hulp vanuit zelforganisaties aan allochtone mensen? 5. Hoe ga je te werk als je een collectieve activiteit voor allochtone mensen faciliteert?6. Wat is het verschil tussen ´de professional organiseert een activiteit´en ´de professional

faciliteert een activiteit´?7. Welke werkwijze stel je voor als het gaat om het ondersteunen bij gezondheidsproblemen

en financiële problemen? 8. Welke voorstellen biedt jij aan het management van je (netwerk)organisatie aan om de

zorg aan migranten te optimaliseren?

40Zichtbaar schakelen in de wijk Verhalen

Page 41: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Maak eigen dialoogvragen op basis van onderstaande informatieEen dialoogvraag begint met: wat, wie, welke, wanneer of hoe

http://www.ncj.nl/bibliotheek/richtlijnen/details/27/jgz-richtlijn-preventie-vroegsignalering-interventie-en-verwijzing-van-kinderen-van-0-18-jaar-met-overgewicht-in- (Richtlijn) http://www.huisarts-migrant.nl/index.php/zelforganisaties-page/ (Zelforganisaties)http://www.nigz.nl/index.cfm?act=winkel.detail&pid=893 (Allochtone zorgconsulenten)http://blog.han.nl/wmowerkplaatsnijmegen/modules/de-ouder-als-ervaringsdeskundige/ (De ouder als ervaringsdeskundige)http://blog.han.nl/wmowerkplaatsnijmegen/files/2012/12/Module-Interreligieuze-sensitiviteit.pdf (Interreligieuze Sensitiviteit) http://blog.han.nl/wmowerkplaatsnijmegen/files/2012/12/Module-interculturele-senitiviteit.pdf (Interculturele Sensitiviteit)http://han.kennisdesk.nl/kennisdesk/MyDesk/ (e-learning modulen Interculturele Sensitiviteit en Interreligieuze Sensitiviteit)http://blog.han.nl/wmowerkplaatsnijmegen/modules/cultuursensitieve-professionals/ (Cultuursensitieve professionals in zorg en welzijn)

Zie Reflector Interculturele SensitiviteitZie Kennisbron 6 Dialoog volgens TOPOI

41Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 42: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

2.10 Baas in eigen huis

Over de vragen die de keuze van de cliënt oproept…

Harm is een alleenstaande mijnheer van 74 jaar. Hij heeft een eigen huis en kampt met meerdere gezondheidsproblemen. Hij is bij de huisarts bekend met diabetes, hartproblemen en een verhoogde bloeddruk. Afgelopen maand werd ik gebeld door zijn bezorgde zus. Zij vertelt mij dat er chaos is in het huis van haar broer en vraagt aan mij bij hem op huisbezoek te gaan. Mijn telefoonnummer heeft zij gekregen van de wijkagent die zij eerder hierover belde. Wanneer een huurder een dergelijke chaos zou maken in het huis dan kan de woningstichting het huis laten ontruimen en de huur opzeggen. Omdat mijnheer zelf eigenaar is van het huis is hij als vanzelf ook baas in eigen huis en kan bemoeizorg niet worden ingezet. Zijn zus vertelt mij dat haar broer veel drugsverslaafden op bezoek krijgt. Harm is erg begaan was met het lot van jonge drugsverslaafden en denkt dat hij zelf therapeut is. Hij geeft hen vaak geld om eten te kopen. Volgens zijn zus is mijnheer ook enkele keren belaagd door de jongeren. Een paar weken terug is er een flink bedrag aan geld verdwenen. Tijdens mijn huisbezoek tref ik een man aan die als zwerver door eigen huis doolt. Nog nooit heb ik een huis gezien met zoveel rommel en stof. Je kunt het je niet voorstellen.

Alles is bedekt met een stoflaag van enkele centimeters. Tot voor kort kwam zijn zus nog wel eens om enigszins het huishouden te doen en voor schone kleding te zorgen, maar dat is gaandeweg minder geworden. Zij maakt zich enorme zorgen. Ik ga tweemaal alleen op huisbezoek bij Harm en vraag daarna een maatschappelijk werkster om mee te gaan. Ik heb het gevoel er alleen niet uit te komen. Harm blijkt zijn medicatie keurig netjes in te nemen. Aan de viezigheid kan ik helaas niks veranderen. Mijnheer heeft ook niet de behoefte om er iets aan te veranderen en zou zich ook afvragen waar ik me als wijkverpleegkundige mee zou bemoeien door zijn huishouden te bespreken. Maar goed, zijn zus blijft maar bellen. Uiteindelijk is het zover dat mijnheer de deur niet meer open doet. Hij heeft een grote herdershond en dat belemmert mij om naar binnen te gaan. Bij de eerste huisbezoeken deed hij zijn hond in een andere kamer, maar nu hij de hond los laat lopen voel ik me niet langer veilig. Vanaf dat moment heb ik de zorg veranderd. Ik besluit niet bij hem maar regelmatig bij zijn zus op bezoek te gaan met het idee haar te ondersteunen in het loslaten van haar broer. Uiteindelijk is dat redelijk goed gelukt en kan zij steeds verder afstand nemen van hem. Ik heb haar als het ware in haar eigen kracht gezet door steeds de vraag te stellen wat het haar zou opleveren om haar broer los te laten. Zij heeft een veel rustiger leven gekregen door hem los te laten. Dat is wel heftig, want zij heeft haar ouders destijds beloofd om voor hem te blijven zorgen. Hij is en blijft tenslotte haar broer en een alleenstaande man. Harm heeft nooit een relatie gehad. Als Zichtbare Schakel heb ik zonder indicatie afspraken kunnen maken met verschillende samenwerkingspartners uit het formele circuit. Politie en wijkagent houden nu een extra oogje in het zeil met name op de voor overlast zorgende drugsverslaafden. Ik heb professionals kunnen mobiliseren waarmee ik als reguliere wijkverpleegkundige normaliter nauwelijks contact heb. De buren heb ik geattendeerd op de mogelijkheid van het maken van een melding bij overlast. Het sociale netwerk om mijnheer heen heb ik niet echt in beweging kunnen brengen. In feite heeft deze mijnheer geen sociaal netwerk. Omdat het uiteindelijk eerder een psychiatrisch dan een somatisch probleem is heb ik tot slot een sociaal psychiatrisch verpleegkundige ingeschakeld. Zij heeft geprobeerd hem naar de dagbesteding te begeleiden. Maar ook zij is gestopt met de hulpverlening omdat de man uiteindelijk niets wilde. Soms moet je leren accepteren dat je eigen normen en waarden op een ander niveau liggen. Moeilijk hoor. Het is vreemd dat je volwassenen moet opvoeden tot zelfstandigheid.

42Zichtbaar schakelen in de wijk Verhalen

Page 43: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

43Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 44: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Dialoogvragen Baas in eigen huisDialoogbox Algemeen1. Wanneer kan worden overgegaan tot huisontruiming?2. Wat doet een sociaal psychiatrisch verpleegkundige?3. Wanneer spreek je van overlast?4. Hoe definieer jij een sociaal netwerk?5. Wat is bemoeizorg?

Dialoogbox Ondersteunen en zorgen in de wijk1. Wat heb jij in jouw opleiding geleerd over drugs en drugsverslaving?2. Wat zou jij aan de orde stellen in een gesprek met een alleenwonende oudere die opvang

biedt aan drugsgebruikers?3. Wanneer is een cliëntsituatie voor jou aanleiding om samenwerking met politie en

wijkagent te zoeken?4. Hoe belangrijk vind jij het om in de wijk onderzoek te doen naar huisvervuiling of

drugsoverlast?5. Wat is er collectief geregeld om vervuiling van de leefomgeving te voorkomen?6. Hoe voorkom je overlast in de wijk?7. Welke kwaliteitsnormen voor hygiëne in en om huis hanteer jij?

Dialoogbox Wijkverpleging en Welzijn Nieuwe Stijl1. Hoe spoor jij de achterliggende problemen van zorgmijders op?2. Hoe versterk jij de eigen regie bij zorgmijders?3. Wat kun jij betekenen voor mantelzorgers die de zorg te belastend vinden?4. Welke suggesties heb jij om een klein sociaal netwerk van mensen met problematisch

gedrag uit te bereiden?5. Wat kunnen aanpakkers in de zorg betekenen voor moeilijk bereikbare cliënten?6. Hoe betrek jij professionals uit andere sectoren bij het opstellen van een totaalplan om een

crisissituatie op te lossen?7. Hoe bespreek jij met de cliënt en zijn netwerk de teleurstellende resultaten van een

intensieve ondersteuning?8. Welke professionele ruimte neem jij om zorgmijdend gedrag van een cliënt in goede banen

te leiden?

Maak eigen dialoogvragen op basis van onderstaande informatieEen dialoogvraag begint met: wat, wie, welke, wanneer of hoe

http://www.gemistvoornmt.nl/a.aspx/12078449/0 (Aanpakkers in de zorg)http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1105122 (De bemoeizorgers)Zie Kennisbron 8 Van zorg naar ondersteunen

44Zichtbaar schakelen in de wijk Verhalen

Page 45: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Interactieve werkvormen

45Zichtbaar schakelen in de wijk Interactieve werkvormen

Page 46: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

3.1 Dialoogsessie

Dialogisch werken is een werkwijze waarbij gewerkt wordt vanuit een permanente dialoog, waarbij de dialoog aangestuurd wordt door de intentie open te staan voor het perspectief van de ander.

Instructie

Leergroep1. Een leergroep bestaat bij voorkeur uit 5 personen.2. Een van jullie is de leercoach.3. De leercoach zorgt dat de leergroep in dialoog blijft (geen discussie). Zie Kennisbron 2 Verschil

tussen dialoog en discussie en Kennisbron 3 Dialogisch werken en vragen stellen.4. De leercoach laat dialogen samenvatten en coacht richting actie/experiment/ initiatief en

vraagt: ‘Wat doen we met onze ideeën? of ‘Wat ga jij doen met jouw idee?’5. De leercoach coacht zodanig dat er één of meerdere actie-eigenaren zijn die zich verbinden

aan de actie en verantwoordelijkheid nemen om tot resultaat te komen.

De dialoogsessie6. We kiezen en lezen een Verhaal. Zie Kennisbron 4 Verhalen zijn leidend.7. We maken een keuze uit de dialoogvragen. Of we maken eigen dialoogvragen. De gekozen

vraag wordt voorgelezen.8. We schrijven in 1 minuut op – ieder voor zich – wat ons idee is bij de vraag (reflecteren).9. De leercoach nodigt vervolgens twee personen uit om te vertellen wat hij of zij hebben

opgeschreven. De groepsleden kiezen welk van de twee inbrengen het eerst besproken wordt (wat spreekt het meeste aan?). We gaan vervolgens in dialoog. We maken geen rondje om te horen wat een ieder heeft bedacht (serieel reageren).

10. De leercoach nodigt tussentijds de groepsleden uit dialogen samen te vatten.11. We formuleren persoonlijk of op het niveau van de leergroep, een actie.12. Wil de leergroep zich verdiepen in de thematiek dan kan gebruik gemaakt worden van de

literatuur, de kennisbronnen die in deze module zijn opgenomen en informatiebronnen van internet.

Leeropbrengsten13. Dialogisch werken;1. Luisteren naar elkaar;2. Elkaar laten uitpraten;3. Vragen stellen en doorvragen;4. Onderzoek de vraag achter de vraag;5. Niet invullen maar aanvullen waar nodig.14. Vermogen tot reflecteren op persoonlijke referentiekaders, meningen en opvattingen; 15. Vermogen tot persoonlijke en groepsgerichte reflectie.

Kennisbronnen

2 Verschil tussen dialoog en discussie

46Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 47: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

3 Dialogisch werken en vragen stellen4 Verhalen zijn leidend

Ondersteunend lesmateriaal

LiteratuurBohm, D. (1996). Unfolding Meaning. A weekend of dialogue with David Bohm. New York: Routledge.

Bohm, D. (2004). On Dialogue. New York: Routledge.

Dixon, N. (2000). Dialoog op het werk. Een gids voor managers. Amsterdam: Nieuwezijds.

Rollnick, S., Miller,W.R., Butler, C.C. (2009). Motiverende gespreksvoering in de gezondheidszorg. Werken aan gedragsverandering als je maar 7 minuten hebt. Gorinchem: Ekklesia

Online materiaal Bulthuis, L.(2012, 22 oktober). Sessie Socratisch Gesprek tijdens Skills21/Kunsten door Lenny Bulthuis. [Videobestand]. Geraadpleegd op 30 maart 2013, van http://www.youtube.com/watch?v=o0PxdpryTOU

Omroep Human. (2011, 16 december). Afl. 1. Durf te denken-Socrates. [Videobestand]. Geraadpleegd op 30 maart 2013, van http://www.youtube.com/watch?v=YhuEnHQ5zHg

47Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 48: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

3.2 Reflector Ondersteunen en zorg in de wijk

Om adequaat ondersteuning en zorg in de wijk te kunnen bieden dienen professionals over meerdere competenties te beschikken. Competentie vatten we hier op als de combinatie van kennis, vaardigheden en attitudes en deze zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Ze komen in de dagelijkse praktijk tot uiting. Onder 'kennis' verstaan we de dingen die je weet en kent. 'Vaardigheden' wil zeggen dat bepaalde fysieke of mentale handelingen uitvoeren.'Attitude' is je houding of je instelling en dit is concreet waar te nemen in je gedrag. Als we specifiek kijken naar beroepsbeoefenaren in de zorg- en verpleegkundige sector dan zijn deze competenties gerelateerd aan onderstaande zeven rollen (gebieden):

1. De zorgverlener2. De communicator3. De samenwerker4. De reflectieve beroepsbeoefenaar en praktijkonderzoeker5. De gezondheidsbevorderaar6. De organisator7. De professional en kwaliteitsbevorderaar

Rollen en competenties zijn contextgebondenDe verhalen laten zien hoe wijkverpleegkundigen hun competenties op de zeven gebieden inzetten. In de oefening hierna zijn jullie in de gelegenheid om aan de hand van een van de verhalen te reflecteren op de rollen en de competenties die je herkent. We merken op dat competenties contextgebonden zijn ofwel de rol van ´samenwerken´ kan in situatie A anders ingevuld worden dan in situatie B. Bijvoorbeeld situatie A is een traditioneel team met een behouden inslag en situatie B is een innovatief team en neemt veel risico´s. We kijken daarom naar de situaties binnen het verhaal en jullie gaan in gesprek over de verschillende rollen en competenties die je herkent in het verhaal. Vervolgens ga je voor je zelf opschrijven welke competenties jij zelf nog wil ontwikkelen. Je kunt daarbij het verhaal als uitgangspunt nemen, je werksituatie, een wijksituatie, een cliëntsituatie of je stage. Zorg dat het gaat om competenties waar jij iets aan hebt. Je beschrijft de competenties actiegericht, ofwel je kunt het als het ware morgen gaan doen.

De manier waarop jullie dit uitwisselen (naar elkaar luisteren, doorvragen, samenvatten) en inzicht krijgen in de verschillende rollen en de persoonlijke competentie-ontwikkeling zijn belangrijke leeropbrengsten.

Instructie

Er zijn 5 onderdelen:1. De dialoogsessie met het invullen de reflector (1ste en 2de kolom);2. Eigen competentie-ontwikkeling in beeld brengen op de reflector (3de kolom);3. De dialoogsessie vervolgen;4. Duo-leren;5. De dialoogsessie vervolgen met nabespreking.

48Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 49: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

1. Dialoogsessie. Zie 3.1 Dialoogsessie Jullie formeren een leergroep van 5 personen.Een van jullie is de leercoach en deze coacht het dialoogproces. Uit de 10 Verhalen kiest de leergroep één verhaal.Als je het verhaal leest kijk je tegelijkertijd welke van de zeven rollen je herkent en die leg je vast in de Reflector Ondersteunen en zorg in de wijk:

Welke rollen herken je in het verhaal? Aankruisen. (1ste kolom) Welke competenties zet de professional in? (2de kolom)

Reflector Ondersteunen en zorg in de wijk

Welke rollen herken je in het verhaal?

Welke competenties zet de professional in?

Persoonlijke competentie-ontwikkeling

Te verwerven competenties:Kennis (K),Vaardigheden (V), Attitude (A)

1 De zorgverlener Competentie-ontwikkeling:Kennis: wat wil je weten?

Vaardigheden: wat ga je doen (handelen)?

Attitudes: welk ander gedrag ga je laten zien?

2 De communicator Competentie-ontwikkeling:K:

V:

A:

3 De samenwerker Competentie-ontwikkeling:K:

V:

A:

4 De reflectieveberoepsbeoefenaar enpraktijkonderzoeker

Competentie-ontwikkeling:K

V

A

5 Degezondheidsbevorderaar

Competentie-ontwikkeling:K:

V:

49Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 50: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

A:

6 De organisator Competentie-ontwikkeling:K:

V:

A:

7 De professional enkwaliteitsbevorderaar

Competentie-ontwikkeling:K:

V:

A:

Bron: V&VN, 2012

2. Voortzetten dialoogsessieDe leercoach nodigt uit tot een dialoog, die we in twee vragen oppakken:

Dialoogvraag 1: Wie wil er vertellen welke rollen hij heeft herkent? Jullie gaan in dialoog en brengen je eigen bevindingen gaandeweg ook in.

Dialoogvraag 2: Welke competenties herkennen we in het verhaal bij bepaalde rollen? Jullie gaan in dialoog en brengen je eigen bevindingen gaandeweg ook in.

De leercoach laat de groepsleden tussentijds samenvatten over: wat is opmerkelijk?; wat valt op?; of wat valt ons op in algemene zin?

3. Eigen competentie-ontwikkeling in beeld brengen op de reflectorVoor welke rol(len) wil jij competenties ontwikkelen?Schrijf deze in de 3de kolom. Beschrijf de competentie-ontwikkeling op het niveau van: Kennis, Vaardigheden en Attitude.

4. Duo-lerenKies ieder een rol en de te verwerven competenties en bespreek deze met elkaar. In duo’s gaan jullie in dialoog over je eigen competentie-ontwikkeling. Stel elkaar open vragen.

5. Nabespreking en voortgang dialoogsessieDe leercoach nodigt de groepsleden uit hun ideeën voor competentie-ontwikkeling in te brengen en hoe deze te verwerven (actie-niveau).De groepsleden maken de balans op wat het hen heeft opgeleverd aan nieuwe inzichten.

Leeropbrengsten Dialogisch werken;

- Luisteren naar elkaar;- Elkaar laten uitpraten;- Vragen stellen en doorvragen;- Rollen kunnen onderscheiden in verschillende contexten;- Competenties verwoorden op drie niveaus: kennis, vaardigheden en attitudes;

Vermogen tot reflecteren op persoonlijke referentiekaders, meningen en opvattingen;

50Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 51: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Vermogen tot persoonlijke en groepsgerichte reflectie.

Kennisbronnen

2 Verschil tussen dialoog en discussie 3 Dialogisch werken en vragen stellen4 Verhalen zijn leidend

Ondersteunend lesmateriaal

LiteratuurV&VN Expertisegebied wijkverpleegkundige.(2012, november).Geraadpleegd op 1 april 2013, van http://eerstelijn.venvn.nl/LinkClick.aspx?fileticket=LFGedKX2bfQ%3D&tabid=4276

3.3 Reflector Wijkverpleging en Welzijn Nieuwe Stijl

In dit lesonderdeel vormen de verhalen van wijkverpleegkundigen die zorg en ondersteuning bieden aan thuiswonende cliënten het startpunt voor het leren begrijpen van Welzijn Nieuwe Stijl. Zie Kennisbron 5 Bakens Welzijn Nieuwe Stijl. Specifiek richten we ons met behulp van de bakens op de ontwikkeling van schakelcompetenties. Deze schakelcompetenties dragen bij aan regieversterking van cliënt en netwerk en aan de ontwikkeling van een integraal en samenhangend zorgaanbod. De reflector leert je kritisch kijken naar jouw professionele verantwoordelijkheid en helpt je over de grenzen van het eigen vakgebied te kijken.

Instructie

Dialoogsessie, zie 3.1Maak een leergroep met een leercoach.Kies een Verhaal.Bespreek de vormen en mogelijkheden van zorg en ondersteuning die door de professional(s) in het verhaal zijn aangewend.

Vervolg individueel

Ga door naar de Reflector Wijkverpleging en Welzijn Nieuwe StijlVul de reflector in en neem het gesprek uit de dialoogsessie als vertrekpunt. Geef nu in de middelste kolom aan welke bakens in de dialoogsessie aan de orde zijn geweest. Geef van elk afzonderlijk baken aan hoe jij daar zelf in staat.

Vervolg in duo’sWelke nieuwe inzichten levert de dialoog op als het gaat om regieversterking?Welke nieuwe inzichten levert de dialoog op als het gaat om het creëren van een samenhangend zorgaanbod? Welke competenties (per baken) wil jij als professional ontwikkelen om op verantwoorde wijze vraaggerichte zorg te kunnen bieden aan thuiswonende cliënten?

Vervolg in de leergroep Welke inzichten heeft deze dialoogsessie opgeleverd?Maak het antwoord cliëntgebonden. Welke concrete cliëntsituaties ga je anders benaderen?

51Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 52: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Welke ideeën heb je opgedaan voor samenwerking met andere professionals en samenhangende zorg kan worden geleverd in ketenverband?

Reflector Wijkverpleging en Welzijn Nieuwe Stijl

Werken met de bakens Welzijn Nieuwe Stijl

Welke bakens hanteert de professional? Wat is daarover jouw mening?

Competenties van de ‘nieuwe wijkverpleegkundige’

1. Gericht op de vraag achter de vraag?

Omslag van aanbod- naar vraaggericht werken

16. Stelt de vraag van de burger centraal

17. Vraagt door18. Analyseert

2. Direct er op af

Voor hen die de weg naar ondersteuning niet weten te vinden en benutten

19. Is pro-actief20. Is betrokken en toegankelijk21. Is handelingsgericht

3. Gebaseerd op de eigen kracht van de burger

Als de vraag helder is, is er de vraag: wie doet wat

22. Gaat uit van potenties23. Laat de regie bij de burger.

Persoon maakt zijn eigen plan24. Ondersteunt bij sociale

netwerkontwikkeling4. Doordachte balans van

individueel en collectief

Ontwikkelen van meer collectieve aanpakken is gewenst

25. Maakt behoeften zichtbaar en collectief

26. Brengt innovaties tot stand

5. Formeel en informeel in optimale verhouding

Inzet van eigen netwerk benutten

27. Stimuleert zelforganiserend vermogen van burgers

28. Ondersteunt het informele netwerk

6. Integraal werken

Werken aan een samenhangende aanpak

29. Werkt samen en stemt af30. Kijkt over grenzen van disciplines

heen

7. Niet vrijblijvend, maar resultaatgericht

Toewerken naar resultaat

31. Maakt realistische en haalbare plannen

32. Geeft inzicht in resultaten33. Maakt gebruik van effectieve

methoden8. Gebaseerd op ruimte voor

de professional

Zelfstandig in handelen en

34. Professionele ruimte35. Werkt beroepsbewust en is

vakbekwaam36. Maakt verantwoord keuzes en

52Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 53: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

een vrije beslisruimte beslissingenBron: Movisie, 2012; VWS, Welzijn Nieuwe Stijl, 2011.

53Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 54: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Leeropbrengsten

37. Inlevingsvermogen: je kunt je verplaatsen in de situatie van andere professionals en de manier waarop zij handelen/hebben gehandeld.

38. Reflecterend vermogen: je kunt de verhalen van cliënten en andere professionals toepassen op je eigen professionele handelen.

39. Je ontwikkelt nieuwe regieversterkende vormen voor zorg en ondersteuning voor thuiswonende cliënten en hun naasten.

40. Je ontwikkelt suggesties voor het tot stand brengen van een samenhangend aanbod van zorg en diensten in ketenverband.

41. Competenties op basis van de Bakens Wmo Nieuwe Stijl.

Kennisbronnen

5 Bakens Welzijn Nieuwe Stijl8 Van zorg naar ondersteunen

Ondersteunend lesmateriaal

LiteratuurBennet, M.J., Bennett, J.M. (1998). Basic Concepts of Intercultural Communication: Selected Readings. Yarmouth ME: Intercultural Press.

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. (2011). Welzijn Nieuwe Stijl. Den Haag. Geraadpleegd op 28 januari 2013, vanhttp://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/wet-maatschappelijke-ondersteuning-wmo/vraag-en-antwoord/wat-is-de-wet-maatschappelijke-ondersteuning-wmo.html

Online materiaalMovisie. (z.d.) Databank praktijkvoorbeelden en databank Effectieve sociale interventies (Esi), http://www.movisie.nl/133887/def/

54Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 55: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

3.4 Reflector Schakelkracht

De reflector Schakelkracht is een waarderingsinstrument en nodigt uit tot waardering en onderzoek van eigen werk. Met deze reflector reflecteer je op het eigen handelen vanuit een situatie waar je als beroepspersoon zelf bij betrokken bent of was. Deze reflector kan ingezet worden in leerbijeenkomsten om met elkaar in dialoog te gaan over je verworven ervaringscompetenties en nog te verwerven competenties. Met behulp van de Reflector Schakelkracht breng je schakelcompetenties in beeld. Je reflecteert op de vraag hoe effectief je methoden en technieken hebt toepast in situaties die je positief wil beïnvloeden; hoe effectief jij als professional regieversterking vorm geeft in zowel individueel cliëntcontact als in netwerkverband; en hoe effectief je werkt aan de realisering van integrale samenhangende zorg- en dienstverlening. De reflector maakt nieuwe vakkennis concretiseert vanuit de veranderde visie op zorg en welzijn. De reflector draagt bij aan verdere professionalisering en zichtbare schakelkracht van de wijkverpleegkundige.

In de online module zijn videobeelden te vinden van de verschillende indicatoren van de effectiviteit van ‘schakelkracht’.

Instructie

Voorbereiding De Reflector Schakelkracht gebruik je in intervisiebijeenkomsten Een intervisiegroep bestaat uit maximaal 5 personenEen van de groepsleden is facilitator (1)Twee andere groepsleden gaan met elkaar in dialoog (2). Een groepslid is wijkverpleegkundige (1), de ander is coach (1).

CoachingsgesprekDe wijkverpleegkundige vertelt een verhaal uit de eigen beroepspraktijk. De coach stelt open vragen en concentreert zich op de effectiviteit van ingezette schakelkracht in de professional-cliëntsituatie.Na 7 á 10 minuten wordt het coachingsgesprek stopgezet.De facilitator vraagt naar de ervaringen van wijkverpleegkundige en coach. Let op: geen discussie, uitsluitend ingaan op ervaringen! (2 minuten)

Reflectie op zichtbare schakelkrachtOp basis van de opgedane ervaringen in het coachingsgesprek wordt de Reflector Schakelkracht ingevuld door ieder groepslid.

De wijkverpleegkundige vult in hoe de effectiviteit van de schakelcompetenties in de beroepspraktijk is ervaren.

De andere groepsleden waarderen met behulp van de reflector de zichtbaarheid van de schakelcompetenties van de wijkverpleegkundige tijdens de dialoogsessie.

Nabespreking zichtbare schakelkracht onder leiding van facilitator. Ontwikkelen van suggesties voor het toepassen van nieuwe schakelcompetenties.

Uitbreiding schakelcompetenties

55Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 56: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Vervolg coachingsgesprek;Opnieuw reflectie na 7 á 10 minuten;Het groepslid (de wijkverpleegkundige) die een verhaal heeft ingebracht maakt een reflectieverslag als bewijs van behaalde schakelkracht.Het groepslid dat de rol als coach vervulde maakt een reflectieverslag over het dialogisch werken.

Reflector Schakelkracht

Waardering scores:1=helemaal niet; 2= in zeer geringe mate; 3=in geringe mate; 4=voldoende; 5=in hoge mate

Indicatoren van effectiviteit 1 2 3 4 5 Ervaringscompetenties

InvloedstijlenDe manier waarop ik cliënten tegemoet treed wekt tot vertrouwen bij cliënten

Ik communiceer zo (verbaal, non-verbaal) dat mijn cliënt en ik elkaar over en weer begrijpen

Ik kan goed bespreken wat ik als professional kan doen en wat de cliënt zelf moet ondernemen

Ik kan omgaan met onverwachte of voor mij ongemakkelijke situaties

Regie toestaanIk ben present en respecteer keuzes en eigen regie van cliënten

Ik stimuleer en versterk actief eigen regie van cliënten

Sociaal netwerkIk maak netwerkanalyses om het sociale netwerk van cliënten te kunnen uitbreiden

Ik maak netwerkanalyses in de wijk om samenwerkingspartners en ideeën voor samenwerking te ontdekken

Samenhang in zorg en welzijnIk verwijs zichtbaar tussen instanties en personen in de wijk

Ik neem deel aan multidisciplinair overleg lokaal, regionaal, landelijk

Wet- en regelgevingIk heb zicht op de betekenis van nieuwe wet- en regelgeving voor concrete cliëntsituaties

56Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 57: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Kennis en kundeIk ben breed inzetbaar in zorg en verpleging thuis en in de wijk en zet zowel specialistische als generalistische kennis in

Ik wissel kennis en kunde uit met partners uit andere sectoren (o.a. wonen, welzijn, vrijwilligers)

Taak als Zichtbare SchakelIk geef vanuit de nieuwe visie op zorg en welzijn invulling aan mijn beroepstaak

Ik ben als professional een zichtbare schakel in de wijk voor cliënten en andere professionals

Leeropbrengsten

42. Inzicht in de eigen schakelkracht;43. Inzicht in de mate van brede inzetbaarheid thuis en in de wijk;44. Inzicht in mate van presentie;45. Inzicht in de inzet van invloedstijlen.

Kennisbronnen

5 Bakens Welzijn Nieuwe Stijl8 Van zorg naar ondersteunen

Ondersteunend lesmateriaal

Online materiaalZichtbare schakel. De wijkverpleegkundige voor een gezonde buurt. http://www.zonmw.nl/nl/programmas/programma-detail/zichtbare-schakel-de-wijkverpleegkundige-voor-een-gezonde-buurt/

57Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 58: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

3.5 Netwerkanalyse

In dit lesonderdeel gaan we in op het activeren van het netwerk rondom burgers/cliënten. Voordat we gebruik kunnen maken van hun netwerk zullen we eerst zicht moeten hebben wie er deel uitmaakt van hun netwerk. Poorthuis (2006) heeft een methode ontwikkeld, de zogenaamde netwerkanalyse, waarmee in kaart wordt gebracht welke mensen en instanties een rol kunnen spelen in het netwerk van mensen. De netwerkanalyse gaat uit van een initiatief en inventariseert de actieve en nog aan te boren betrokkenheid van mensen bij dit initiatief.

Instructie

Ontwikkel voor mijnheer Pietersen (zie casus) met de leergroep een maatschappelijk steunsysteem en zoek naar uitbreidingsmogelijkheden binnen en buiten het sociale netwerk. De netwerkanalyse (Poorthuis, 2006) kan hierbij behulpzaam zijn.

Casus: Een steunsysteem voor mijnheer PietersenMijnheer Pietersen is 65 jaar. Hij heeft een half jaar geleden een hersenbloeding gehad en kon na een revalidatieperiode van twee maanden weer naar huis. Samen met zijn vrouw probeert hij de draad weer op te pakken. De gewone huiselijke bezigheden leveren geen probleem op, maar mijnheer zou graag vaker met iemand naar een fitnesscentrum of naar de bibliotheek gaan. Hij is een echte voetballiefhebber en zou ook graag nog eens wat wedstrijden willen bezoeken of gewoon eens een terrasje willen pikken. Door de hersenbloeding zijn er wat mobiliteitsproblemen ontstaan. Autorijden lukt niet meer, met behulp van een stok en ondersteuning kan mijnheer zelfstandig lopen, enige hulp is nodig bij aan- en uitkleden. Binnenshuis kan mijnheer zich redden met hulp van zijn vrouw. Zij is zijn steun en toeverlaat. Mijnheer wil zijn vrouw niet nog eens belasten door haar te vragen om ook nog eens mee te gaan naar het voetballen of de bibliotheek. Dat heeft ook niet haar interesse.

Beschouw de leergroep als familie-en vriendenkring van mijnheer en mevrouw Pietersen. Geef ieder een rol, bijvoorbeeld ( mijnheer Pietersen, vrouw, vriend, wijkbewoner, buurman).Een van de leden van de leergroep is coach en faciliteert in het opzetten van een steunsysteem. De facilitator benoemt het initiatief in een paar kernwoorden en plaats de vraag van mijnheer Pietersen in centrum van het netwerk op een vel papier.

1

Netwerkanalyse volgens Poorthuis (2006), in drie stappen.

Betrek alle ideeën bij het initiatief om een steunsysteem op te zetten en zet dit in een ruime kring op een groot vel papier. Alles wat (positief of negatief) betrokken is kan op papier worden gezet. Je kunt het weghalen als het geen rol meer speelt.

58Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 59: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Tussen de kernwoorden en andere woorden ontstaat ruimte om relaties en verbindingen aan te gaan. We maken de netwerkanalyse zo concreet mogelijk door namen van personen of instanties (denk aan het formele en informele circuit) te noemen waar je contact mee hebt of contact mee kunt leggen.

Dialoogvragen over sociale netwerken

Bespreek met de groep de volgende vragen:1. Welke situaties lenen zich voor een netwerkanalyse?2. Hoe geef je het dialogisch werken vorm tijdens de netwerkanalyse?3. Hoe kan een netwerkanalyse de eigen kracht van het sociaal netwerk versterken?4. Welke nieuwe organisaties zijn met behulp van de netwerkmethodiek bij jou in beeld gekomen? 5. In welk opzicht heeft de netwerkanalyse jouw kennis over de sociale kaart uitgebreid?6. Welke competenties heb jij nodig om samen met een cliënt (en/of diens familie) een

netwerkanalyse uit te voeren?

Leeropbrengsten

1. Werken met de netwerkanalyse;2. Dialogisch werken;3. Vermogen tot reflecteren op persoonlijke referentiekaders;4. Vermogen tot persoonlijke en groepsgerichte reflectie.

Kennisbronnen

2 Verschil tussen dialoog en discussie3 Dialogisch werken en vragen stellen

Ondersteunend lesmateriaal

LiteratuurBohm, D. (2004). On Dialogue. New York: Routledge:

Dixon, N.M. (2000). Dialoog op het werk. Een gids voor managers. Amsterdam: Nieuwezijds.

Poorthuis, A., Bijl, C. van der. (2006). Van netwerkanalyse naar organisatieroutine. In: Poorthuis, A. (red.). De kracht van de netwerkbenadering: een dynamische en inspirerende kijk op de organiserende samenleving. Assen: Van Gorcum.

Online materiaalSteyaert, J. (2011). Wmo stripcolleges, zeven stipcolleges Wet maatschappelijke ondersteuning. IP Sociale zekerheid. Geraadpleegd op 28 januari 2013, van http://www.ipsz.nl/nieuws/393/de-wmo-gestript (Tip: deel 3 gaat over sociale netwerkstrategieën)

59Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 60: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

3.6 Kantelbox

In de dialoog kantelen

Vernieuwing van dienstverlening kent een belangrijke pijler, namelijk het consequent stellen van de vraag: hoe worden de professionals nog bekwamer in het ondersteunen van burgers/cliënten? Een gekantelde manier van werken vraagt een nieuwe benadering van professionals én burgers/cliënten. Meer tijd nemen voor het gesprek met de burger bijvoorbeeld en afstappen van de standaard voorzieningenlijst. In elk gesprek staan regie over het eigen leven en zelfredzaamheid voorop.

Ervaringscompetenties, het opdoen van ervaring door hulpverleners in het contact met burgers/cliënten, kan ons veel informatie geven, die weer doorgegeven kan worden aan anderen. Het in kaart brengen van ervaringscompetentie van hulpverleners is mogelijk met de zogenaamde ‘Kantelbox’. Dit is een werkwijze waarmee de hulpverlener in een korte verhalenbox beschrijft wat hij of zij meemaakt en welke kennis, vaardigheden en gedrag hij of zij heeft ingezet in een situatie. Als er door (een groep) professionals meerdere kantelboxen zijn ingevuld is er gelegenheid inzicht te verwerven in bijvoorbeeld of en hoe de professional de burger/cliënt toestaat de eigen kracht te benutten en of het sociale netwerk eerst is aangesproken. Met deze inzichten kunnen we het competentieprofiel van zorg- en dienstverleners aanvullen met ervaringskennis.

De benaming ‘kantelen’ is afkomstig van de term ‘De Kanteling’. De Kanteling helpt gemeenten de compensatieplicht zo invullen, dat mensen met beperkingen betere kansen hebben om volwaardig mee te doen aan de samenleving. Een gekantelde manier van werken vraagt een nieuwe benadering van gemeenten én burgers. Meer tijd nemen voor het eerste gesprek met de burger bijvoorbeeld, en afstappen van de standaard voorzieningenlijst. In elk gesprek staan regie over het eigen leven en zelfredzaamheid voorop (VGN, 2012).

Door kantelboxen in te vullen worden professionals in staat gesteld om inzicht te krijgen in de mate waarin hun interventies bij burgers/cliënten in overeenstemming zijn met de andere manier van werken volgens de kanteling. Ook biedt het systematisch werken met kantelboxen een alternatieve manier van registreren namelijk registreren op basis van betekenisvolle informatie over je interventies in plaats van op basis van kengetallen en structurele gegevens. Daarmee ‘kantel’ je als het ware ook van registratiesysteem naar reflexief systeem.

60Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 61: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Kantelbox

Naam invuller:

Wat heb je aangetroffen?

Wat heb je ermee gedaan?

Wat was jouw toegevoegde waarde?

Wat had je daar voor nodig? (kennis, interventies, mensen, middelen, andere randvoorwaarden)

Instructie Werkvorm 1

Iedere deelnemer denkt terug aan een burger-/cliëntsituatie waarin hij of zij van meerwaarde is geweest. Elke professional neemt naar een leerbijeenkomst/teamoverleg ingevulde kantelbox(en) mee.In de bijeenkomst wordt eerst in duo’s uitgewisseld wat is ingevuld in de kantelbox.

1. Ga in dialoog over wat in de beschreven situatie bijzonder was. 2. Wissel uit welk gedrag volgens jou nieuw is, en hoe dat verschilt van ‘oud’ handelen: wat heb

je nu anders gedaan?3. Hoe heb je de benodigde kennis, vaardigheden en/of attitudes verworven?

Reflecteer plenair op de uitkomsten van de duo-gesprekken. Plenair bespreek je de conclusies. De leercoach nodigt de deelnemers uit actie(s) te formuleren. Wie gaat de actie uitvoeren; wie is actie-eigenaar?

4. In welke burger-/cliëntsituatie(s) (bestaande of nieuwe) ga je de actie uitvoeren? 5. Hoe laat je het nieuwe gedrag in de actie tot uitdrukking komen? Wie ziet wat?6. Hoe verwerven collega’s/anderen de nieuwe kennis? Hoe draag je de kennis over?

61Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 62: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Instructie Werkvorm 2

7. In de loop van enkele maanden vullen de professionals kantelboxen in voor elke burger-/cliëntcasus die ze ondersteunen.

8. Op een vooraf bepaald moment worden de kantelboxen verzameld en als set onder de professionals verspreid en iedereen leest elkaars kantelboxen:

9. Een of twee professionals faciliteren een leerbijeenkomst/teamoverleg. Het doel is de kantelboxen te ordenen naar type interventie/kanteling, of een andere ordening waar de groep profijt van heeft.

10. Welke kantelsituaties zijn bijzonder, uniek? Speciaal aandacht voor: eigen kracht van de cliënt/burger eerst? Op welke wijze participeert de cliënt/burger? Welke interventie van de cliënt/burger herleiden we? Wat is het actieplan van de cliënt? Op welke wijze is het sociaal netwerk actief? Welke samenwerkingsrelaties ging de professional aan? Welke netwerkpartners (formeel/informeel) droegen bij?

11. De professionals die faciliteren coachen het groepsproces bij het formuleren van inzichten. Zie 3.1 Dialoogsessie en Kennisbron 3 Dialogisch werken en vragen stellen.

De groep wordt uitgenodigd acties te formuleren; De groep wordt uitgenodigd goede voorbeelden (naar de mening van de groep) vast te

houden en/of te generaliseren; te formuleren wat er nodig is om in complexe en problematische situaties adequaat te handelen.

Leeropbrengsten

12. Je bent in staat om de bedoeling van ´kantelen´ uit te leggen; 13. Je bent in staat om te reflecteren op een burger-/cliëntcasus en je eigen handelen daarin

te benoemen;14. Je bent in staat om te identificeren welke middelen je hebt gebruikt;15. Je bent in staat te zien wat er nieuw of anders is aan je aanpak, of wat er goed of minder

sterk aan is;16. Je bent in staat om samen met anderen te formuleren welke nieuwe kennis, vaardigheden

en attitudes je in staat hebben gesteld tot adequate handelen.

Kennisbronnen

17. 3.1 Dialoogsessie 18. 3 Dialogisch werken en vragen stellen

62Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 63: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

3.2 Reflector Interculturele Sensitiviteit

Van ontkenning naar wederzijdse integratie

Instructie

De reflector is een ontwikkelingsinstrument om interculturele competentie in beeld te brengen en nieuwe competentie te verwerven (Van Biene, 2005). Het is een waarderingsinstrument. De reflector maakt je bewust van de houdingsaspecten van jezelf en anderen. Het is vervolgens aan jou en de ander om daar iets mee te doen.

Vul de reflector in en waardeer jouw interculturele sensitiviteit. Zie Kennisbron 2 Competentie Interculturele Sensitiviteit. Ga na in hoeverre jij tijdens de dialoogsessie gevoelens of gedachten van ontkenning, weerstand of minimalisering hebt ervaren. Vraag je af in hoeverre jij in de dialoog jouw eigen cultuur als middelpunt voor de werkelijkheid nam. Dat noemen we een etnocentrische visie (wij doen dat zo….). Ga tevens na welke gevoelens en gedachten die je naar voren bracht gestoeld zijn op aanvaarding, aanpassing en wederzijdse integratie. Deze houdingen gaan uit van een etnorelatieve visie, waarin je jouw eigen cultuur kunt plaatsen binnen andere culturen (als we het zo doen dan….).

De ene houding sluit overigens de andere niet uit. We kunnen ons voorstellen dat onze algemene neiging tot minimalisering in een situatie waar veel druk op staat, kan leiden tot weerstand. Als je een confronterende ervaring hebt gehad met een andere cultuur waardeer je bepaalde houdingsaspecten misschien anders. Wellicht heeft die confronterende ervaring je veel bewuster gemaakt van hoe je over andere mensen denkt. Wanneer je open staat voor nieuwe, positieve ervaringen kun je dit (misschien) omzetten naar aanvaarding en aanpassing. Zie Kennisbron 3 Leren en werken in een samenkomst van culturen.

63Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 64: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Stap 1

Ieder voor zich vult eerst de kolom houdingsaspecten in. Je reflecteert op jouw inbreng aan de dialoogsessie. Je gaat op zoek naar jouw houdingen die naar voren kwamen. Ging het om ontkenning, weerstand, minimalisering, aanvaarding, aanpassing en wederzijdse integratie of combinaties van deze houdingen? Suggestie: Je kunt de reflector ook voor elkaar invullen.

64Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 65: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Reflector Competentie Interculturele SensitiviteitWaardering scores: 1=helemaal niet; 2= in zeer geringe mate; 3=in geringe mate; 4=voldoende; 5=in hoge mate

Houdingsaspecten Handelingsaspecten 1 2 3 4 5

1 OntkenningDe neiging om culturele verschillen simpel voor te stellen of ze te ontkennen.

2 WeerstandDe behoefte culturen onder te verdelen in ‘wij' en ‘zij', waarbij ‘wij' superieur is.

3MinimaliseringMijn eigen normen en waarden zijn leidend. Niet open staan voor andere culturen.

4 AanvaardingHet kunnen waarderen en herkennen van complexepatronen van culturele verschillen.

5 AanpassingVanuit het referentiekader van die andere cultuur je eigen gedrag aanpassen en je mentaal verplaatsen in het waarden- en normensysteem van de andere cultuur.

6 Wederzijdse integratieDoor je inlevings-vermogen heb je een

65Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 66: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

bicultureel referentie-kader ontwikkeld en je bent je bewust van je eigen grenzen.

Bron: Bennet, 2004; Nunez, et al.,2010; Van Biene, 2005.

66Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 67: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Stap 2

Bespreek in duo’s de waarderingen (scores).

Stap 3

Geef aan welke houdingsaspecten je gaat ontwikkelen en hoe je dit gaat bereiken (handelingsaspecten). Gebruik steeds een van de onderstaande vragen per houdingsaspect om je waardering te scoren. Of bedenk je eigen perspectief vraag.

Etnocentrisch in persoonlijk en professioneel perspectief:19.Ontkenning: Wat kan ik zelf ondernemen om me meer bewust te worden van cultuurverschillen?

Hoe help ik anderen bij het bewust worden van cultuurverschillen? Wat is hierbij mijn begrippenkader?

20.Weerstand: Wat kan ik zelf ondernemen om mijn weerstand te overwinnen?Hoe help ik anderen bij het ombuigen van negatieve beeldvorming en houding over cultuurverschillen. Wat heb ik de ander te bieden in de weerstandsfase?

21.Minimalisering: Welke invloed kan ik aanwenden om door een andere bril te leren kijken? Hoe geef ik de ander inzicht dat de eigen normen en waarden niet universeel zijn?

Etnorelatief in perspectief:22.Aanvaarding: Hoe laat ik aan een ander blijken dat ik culturele verschillen erken en waardeer?

Wat is mijn uitleg bij etnorelativisme of cultuurrelativisme?23.Aanpassing: Hoe haal ik nieuwe ideeën naar boven die de ander in zijn kracht zetten wat betreft

de eigen cultuur? Welke professionele aanpak is gewenst om de ideeën te ondersteunen? 24.Wederzijdse integratie: Hoe laat ik zien dat ik meerdere referentiekaders kan gebruiken? Hoe

ondersteun jij de ander bij ontwikkeling van interculturele sensitiviteit?

Stap 4

Kies een van de thema´s (scores) en wissel hierover in duo’s van gedachten.

Stap 5

Geef aan welke houdingsaspecten je gaat ontwikkelen en hoe je dit gaat bereiken (handelingsaspecten).

Leeropbrengsten

25.Inlevingsvermogen: je bent geïnteresseerd en nieuwsgierig naar de belevingswereld van mensen met diverse achtergronden.

26.Reflecterend vermogen: je bent je bewust van je eigen culturele referentiekader. Je bent bereid tot reflectie op en relativeren van eigen (culturele) gedragsrepertoire.

27.Open houding: je hebt een open houding en je bent je bewust van de impact van interculturele sociale kwesties.

28.Zelfvertrouwen en proactiviteit: je bent op je gemak in interactie, ook al weet je niet altijd wat te doen.

29.Waardering van diversiteit: je neemt relevante verschillen tussen mensen waar en waardeert deze.

67Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 68: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

30.Kennis: je bent voortdurend op zoek naar nieuwe kennis die wederzijdse integratie ten goede komt.

31.De reflector kan onderdeel zijn van je portfolio en functionerings- en coachingsgesprekken.

Kennisbronnen

6 Dialoog volgens TOPOI7 Leren en werken in een samenkomst van culturen

Ondersteunend lesmateriaal

LiteratuurLoeffen, T, Tigchelaar, H. (2009). Retourtje inzicht. Creatief Met Diversiteit Voor Sociale Professionals. Coutinho, Bussum.

Nunez, C., Nunez, R., Popma, L. (2010). Interculturele communicatie. Van ontkenning tot wederzijdse integratie. Van Gorcum, Assen.

68Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 69: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Zelftoets Stretchen of stressen bij ondersteunend werken

Het is heel normaal dat je in je werk spanning hebt. Gezonde stress, of ook wel positieve stress houdt ons scherp en zet ons aan tot actie en bewogenheid. Door stress kun je ergens voor gaan. Als je te veel stress hebt, ontstaat er negatieve spanning. Vernieuwing van zorg en dienstverlening brengt ook zo zijn spanning met zich mee, zo ook het je verantwoordelijk voelen voor (complexe) ondersteuningsvragen. Het opnieuw zoeken naar grenzen en het afbakenen van grenzen is regelmatig aan de orde. Wat weet je als professional van je eigen stress en van elkaars stress, elkaars spanning. In hoeverre kennen jullie elkaars grenzen. Hoe verleg jij je grenzen, doe je dat allemaal in je eentje, of praat je daar juist over met je collega’s? Ga je samen stretchen af alleen stressen? Je kunt deze oefening doen met collega’s waar je regelmatig mee samenwerkt in de wijk of in de netwerken waar je deel vanuit maakt of in casusbesprekingen.

Opdracht 1: Reflector invullen Vul de reflector eerst zelf in;1. Formeer duo’s: kijk in de groep met wie je graag in gesprek gaat over stretchen en stressen;2. Bepaal ieder een vraag die je wilt bespreken en ga daarover in gesprek;3. Welk punt maak je onderdeel van je ondersteuningsaanpak met de burger/cliënt?

Opdracht 2: Dialoogsessie:Bespreek in de dialoogsessie de bevindingen aan de hand van open vragen:1 Persoonlijke vragen:

Wat ga ik anders doen? Wie heb ik daarbij nodig?Hoe pak ik dit aan?Hoe gaat het jou af om je spanning te bespreken? Wat weet je nu over de ander, wat je eerder niet wist?

2 Overstijgende vragen:Welke structuur-/systeemwijziging is nodig?Wie hebben we daarvoor nodig?Hoe gaan we dit bereiken?Wat zijn de consequenties?Hoe pakken we dit aan?

69Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 70: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Zelftoets Stretchen of stressen bij het ondersteunend werken1= in zeer geringe mate; 2= in geringe mate; 3= in voldoende mate; 4= in hoge mate; 5 is in zeer hoge mate.

Competenties 1 2 3 4 5 ActiesWord jij regelmatig geconfronteerd met jouw normen en waarden tegenover die van de burger/cliënt?

Heb jij een goede balans in teveel en te weinig ingrijpen?

Is er wel eens een machtstrijd tussen jou en de burger(s)/ cliënt(en)?

Is er gebrek aan wederkerigheid?

Zijn er onredelijke verwachtingen van de burger(s)/cliënt(en)?

Zijn er conflicten met de waarden en verwachtingen van familie en vrienden van cliënt(en)?

Zijn er grote verschillen in tolerantie tussen de ondersteuners in jouw team/netwerk?

Is er behoefte aan intensief overleg met andere professionals/netwerken, waar de burger(s)/cliënt(en) mee te maken heeft?

Word jouw werkomgeving als ‘te los’ ervaren?

Heb jij zicht op het aantal rollen dat je moet spelen?

Heb jij moeite met aan passen aan voortdurende veranderingen?

Is jouw werktijd tegelijkertijd leertijd?

Organiseer jij op het juiste moment je feedback/reflectie momenten met je collega’s, of burgers/cliënten, sociale netwerken?

Organiseer jij op het juiste moment je feedback-/reflectiemomenten met de burger(s)/cliënt(en)?

70Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 71: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Leeropbrengsten

32.Bespreekbaar durven maken van je spanning en hoe je daarmee omgaat; oplossingen zoekt en hoe je jezelf hervindt in stressvolle situaties.

33.Inzicht in hoe je omgaat met eigen spanning, stress.34.Inzicht in het nut van bespreekbaar maken van stresstolerantie. 35.Waardering voor je eigen en elkaars stressgevoeligheid.

Kennisbronnen

2 Verschil tussen dialoog en discussie3 Dialogisch werken en vragen stellenDialoogsessie

Ondersteunend lesmateriaal

LiteratuurO'Brien, J. (1993). Supported Living: What's the Difference? Lithonia, GA: Responsive Systems Associates.

Schalock, R.L. (1997). Quality of life. Application to persons with disabilities [Volume II].Washington: American Association on Mental Retardation.

71Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 72: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Kennisbronnen

72Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 73: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

4.1 Leerarrangement

Waar het om gaat bij leerarrangementen

Je hebt naast de aanbevolen leerstof in dit werkboek tal van mogelijkheden te kiezen in beeldmateriaal, werkvormen of combinaties hiervan of uit te breiden met literatuur. Ook kun je zelf aanvullende leerstof opzoeken en gebruiken.

Bij het arrangeren van leren, zijn twee handvatten van belang:36. De leeruitkomsten moeten generaliseerbaar zijn (Simons, 2001), niet verbonden aan één

enkele context (bijvoorbeeld die waarin ze zijn aangeleerd), maar toepasbaar in vergelijkbare leer- en werkcontexten (migranten bijeenkomsten, zelforganisaties, cursussen aan en door migranten in de wijk, etc.);

37. Brainbased learning gaat uit van het natuurlijke leervermogen van de hersenen (Jensen, 2000). Je ervaart een betekenisvolle uitdaging en leert door middel van reflecteren op eigen leergedrag. Je leert omgaan met leeromgevingen die complex, interactief, rijk en echt zijn. Het leren is uitkomst- en contextgericht.

Variaties in het leerarrangement kunnen worden gemaakt door gebruik te maken van andere werkvormen waarin bijvoorbeeld beeldmateriaal een rol speelt of kunst en cultuur. Professionals kunnen hun meervoudige intelligentie gebruiken. Er zou bijvoorbeeld een video opname kunnen worden gemaakt, waarin migrantenburgers hun verhaal vertellen. Zie de verschillende voorbeelden op www.wmowerkplaatsnijmegen.nl.

73Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 74: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

4.2 Verschil tussen dialoog en discussie

Waartoe dient de dialoog?

Een dialoog is volgens Dixon (2000) een gesprek dat uitgaat van wederkerigheid en gezamenlijkheid. Een dialoog heeft de potentie verandering te brengen in de betekenis van wat wordt gezegd en gedacht en kan daardoor in de groep, de organisatie en de samenleving een transformatie teweeg brengen. De relatie tussen het individu en het collectief is wederkerig en komt via praten tot stand.

Argyris (1992) definieerde het doel van de dialoog als het ontdekken van de onopzettelijke persoonlijke organisatiefouten die het leren beperken. Mezirow et al. (1990) geeft als doel aan: mensen te verlossen van hun eigen ongetoetste veronderstellingen die hun ontwikkeling beperken. Bohm (1985) stond een gemeenschappelijke betekenis voor ogen, iets wat mensen zijn inziens konden bereiken door af te rekenen met oude ´programma’s´ en denkwijzen. Freire (1984) ten slotte zag als doel van de dialoog, de wereld te transformeren door haar te doorgronden en te herscheppen. Al deze visies behelzen de intentie het onbewuste naar boven te halen. Deelnemers aan de dialoog worden zich bewust van het paradigma dat zij inbrengen ofwel de sociaal/culturele context waarin zij zijn ingebed.Deelnemers aan de dialoog worden in de gelegenheid gesteld hun eigen veronderstellingen tegen het licht te houden en er een nieuwe gemeenschappelijke betekenissen mee te construeren die getoetst zijn aan hun redeneringen.

Waardering voor de inhoud van de dialoog

De dialoog is niet nieuw. We kennen allemaal situaties waarin we een fijn gesprek hadden met een bepaalde persoon. Tijdens dit soort gesprekken spant elk van beide personen zich in om het gezichtspunt van de ander te vatten, omdat hij of zij voelt dat de ander er niet zozeer op uit is een oordeel te vellen, maar probeert de wereld te zien door de ogen van de ander. Elk van beide ervaart dat zijn denken serieus wordt gesteund. Mensen waarderen doorgaans de inhoud van de dialoog, omdat zij inzien dat zij erdoor zijn gegroeid en veranderd.

Verschil tussen dialoog en discussie

Bovenstaande maakt dat een dialoog een waardevolle gespreksmethode is, in tegenstelling tot een discussie. Het voeren van een discussie vergt andere vaardigheden en brengt andere emoties teweeg. Aan de hand van de volgende voorbeelden kun je bij jezelf nagaan of je een dialoog of een discussie type bent. Ben je het type van ´ja, het kan wel als…´, dan is de dialoog jouw favoriet. Zeg jij vaak ´ja, maar…´ of ´het kan niet, want…´ of ´ik vind dat…´ dan ben je een discussie type. In de relatie cliënt – professional komen beide personen het meest tot hun recht in de dialoog.

74Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 75: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Dialoog

Het kan wel als…

Discussie

Het kan niet want…

TweegesprekOnderzoeken van de vraag achter de vraagVragen en doorvragenVan de ander iets willen wetenAanvullen i.p.v. invullenNieuwe kennis opdoenDe kwaliteit/kennis van je collega wordt zichtbaar

Ja maar…..Ik vind dat…..Eigen mening opdringenDeponeren van je meningGelijk willen hebbenVasthouden aan eigen visies (patronen)Bestaande kennis handhavenIn de verdediging schieten, er komt geen kennis vrij

Bron: Van Biene (2005).

75Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 76: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

4.3 Dialogisch werken en vragen stellen

Hoe stimuleer je mensen om te vertellen? Allereerst door te starten met een open vraag (SQUIN: the single question aimed at inducing narrative). Bijvoorbeeld:Hoe was het om naar hier te verhuizen?Welke problemen bent u in uw familie tegengekomen?

Hieronder geven we een instructie voor het stellen van open en coachende vragen die uitnodigen tot het vertellen van verhalen volgens de formule van ‘Dialoog en Actie’ (Van Biene, 2005).

Open vragen

Hoe

TIP!!!!!

Vraagt naar dingen die zich in de omgeving voordoen, roept ervaring op

HOE-vragen zetten antwoorden in een verband. Je kunt actief met de uitkomst aan de gang.

Wie Vraagt naar personen

Wat Vraagt naar dingen ‘wat bedoel je’

Welke Vraagt naar ‘wat voor een’

Waar Vraagt naar plaats

Wanneer Vraagt naar moment, tijd, datum

Waarom

TIP!!!!!

Vraagt om te verantwoorden

Vermijd WAAROM-vragen, dan volgt meestal DAAROM. Je raakt snel in discussie.Bron: Van Biene (2005).

76Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 77: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Coachende vragen

Actie- vragen

Wat ga je doen?Welke obstakels kun je tegen komen?Hoe ga je die aanpakken?Wie moet je informeren voor je actie?Welke ondersteuning heb je nodig?Hoe ga je die mobiliseren?Wanneer ga je die mobiliseren?Wanneer ga je actie ondernemen?

Doel-vragen

Wat wil je bereikt hebben aan het eind van dit gesprek?Wat wil je op lange termijn bereiken?Hoe weet je dat je het bereikt hebt?Hoe ga je meten dat je het doel bereikt hebt?Hoe ziet de situatie eruit als je het probleem hebt opgelost?Hoe uitdagend is het doel voor jezelf?Hoe realistisch is je doel?Wanneer wil je het idee gerealiseerd hebben? Of je vraagstuk hebben opgelost?

Realiteits-vragen

Wat gebeurt er nu?Wat heb je tot nu toe gedaan?Wat was daarvan het resultaat?Wie zijn er nog meer bij betrokken behalve jij zelf?Wie is verantwoordelijk?Welke dingen kunnen verkeerd gaan? Wat gebeurt er dan met jou? Wat gebeurt er met anderen die direct betrokken zijn?Wat zijn de belangrijkste obstakels onderweg?Waar ben je onzeker over?

Optie-vragen Wat zou je willen?Wat voor mogelijkheden zie je?Wat zijn de voors en tegens daarvan?Wie zou je nog kunnen helpen met opties?Welke sleutelfiguren zijn bepalend voor slagen of falen?Welke alternatieven brengen het eindresultaat het meest dichtbij?

77Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 78: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

4.4 Verhalen zijn leidend

Levensverhalen in de sociologie

De naturalistische sociologie probeert de sociale werkelijkheid te beschrijven, om deze vervolgens te verklaren. In de constructivistische sociologie wordt de sociale werkelijkheid opgevat als geconstrueerd in praktijken van betekenisgeving. Constructivisten proberen processen en praktijken te beschrijven en te verklaren. Beiden zoeken naar bruikbaarheid van het levensverhaal.

Constructivisten gaan niet uit van een objectieve werkelijkheid, maar zien ‘de werkelijkheid’ als een sociale constructie, waarbij de interpretatie van mensen centraal staat. Ze vragen zich niet af, hoe steekt de wereld in elkaar, maar hoe denken mensen dat de wereld in elkaar zit?

Taal wordt daarbij gezien als het belangrijkste medium. Taal is echter niet neutraal. Iedere verwoording is een selectie van woorden en daarom altijd een interpretatie. In het taalgebruik wordt de betekenis van woorden niet enkel bepaald door het taalsysteem, maar ook door de woorden die mensen daadwerkelijk gebruiken. Naast grammaticaal taalgebruik is er sociaal taalgebruik. Sociale grammatica is een weergave van culturele praktijken van een bepaalde tijd. Met sociale grammatica wordt in de samenleving geregeld wat als ‘normaal’ taalgebruik wordt gezien.

Een levensverhaal is een weergave van iemands kijk op het leven, op dat moment. Het draait dus niet zozeer om een ‘objectieve’ schets van de werkelijkheid, maar om de manier waarop de verteller de gebeurtenissen weergeeft. De verteller vertelt het verhaal in eigen woorden oftewel de narratieve taal. In levensverhalen laten mensen niet alleen zien welke betekenissen zij aan het leven toekennen, maar ook welke verklaringen zij door de tijd heen hebben ontwikkeld voor wat er in hun leven is gebeurd.

Levensverhalen zijn het resultaat van perceptie en interpretaties en van de werking van de representatiesystemen waarmee wij het leven zien. Het levert geen beschrijving op, maar een reactie op een persoonlijk verleden. Een levensverhaal zegt dus vooral iets over de verteller en niet zozeer over een feitelijke weergave van de gebeurtenissen. Levensverhalen kunnen niet dienen om levens werkelijkheidsgetrouw in kaart te brengen, wel om interpretaties achter het levensverhaal inzichtelijk te maken.

In persoonlijke documenten, zoals een levensverhaal, kan bemiddeling door instanties of onderzoekers worden teruggedrongen, doordat informanten voor zichzelf spreken. Het levensverhaal wordt daarom door onderzoekers gebruikt wanneer zij zich bijvoorbeeld in een cultuur willen ‘inleven’. Desondanks komen levensverhalen niet onbemiddeld tot stand. De taal zelf bemiddelt. De taal waarin mensen vertellen is nooit volledig hun eigen taal. Zij spreken de taal die hen door de samenleving wordt aangereikt. De onderzoeker heeft bovendien een actieve rol als publiek. De verteller van het levensverhaal vertelt het verhaal aan de onderzoeker. De verteller kan het verhaal op de toehoorder afstemmen door bijvoorbeeld een thema te benadrukken en/of te verzwijgen. Er kan ook sprake zijn van samenwerking tussen onderzoeker en verteller. De interpretatie verloopt via de onderzoeker en is dus niet onbemiddeld, omdat de onderzoeker er ook een eigen interpretatie aan geeft.

Aangezien het levensverhaal autobiografisch is, krijgt men indrukken vanuit het perspectief van de verteller. Er wordt over het verleden gesproken maar in de taal van het heden. Een zelfbeeld is een

78Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 79: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

‘werkelijke’ factor in iemands leven en geef richting aan het huidige bestaan. Door over zichzelf te vertellen, intervenieert men in het toekomstige bestaan.

Literatuur

Bron: Nijhof (2000). Levensverhalen. Over de methode van autobiografisch onderzoek in de sociologie. Amsterdam: Boom. Samenvatting gemaakt door Karen Lips (2008), docent-onderzoeker HAN.

4.5 Bakens Welzijn Nieuwe Stijl

Baken 1: Gericht op de vraag achter de vraag

Welzijnswerk in Nederland probeert al enige tijd een omslag te maken van aanbod- naar vraaggerichtheid. Hoewel het vanzelfsprekend lijkt, blijkt de praktijk nogal weerbarstig. Het vraagt een wezenlijke omslag, zowel bij de vragende als de aanbiedende partij. Vraaggericht werken is niet zonder meer de vraag van de burger als uitgangspunt nemen bij de organisatie van het aanbod. Het is geen kwestie van ‘u vraagt en wij draaien’. Dat zou juist leiden tot claimgedrag, waarbij de eigen kracht van de burger en diens netwerk onvoldoende worden aangesproken en de achterliggende problemen niet worden aangepakt. Bijna altijd is de vraag van burgers in eerste instantie een vraag naar het bekende aanbod. Maar met een hulp bij het huishouden zijn de eenzaamheidsproblemen niet op te lossen. Het is nodig om breder te kijken naar de mensen die om ondersteuning vragen: breder kijken om problemen bij mensen écht op te lossen.

Baken 2: Gebaseerd op de eigen kracht van de burger

Als de vraag van de burger eenmaal helder is, moet de vraag beantwoord worden wie wat doet. Wat kunnen de burgers zelf, of met hulp uit de directe sociale omgeving doen? Wat kan de rol zijn van de sociale verbanden in de wijk of buurt? Hoe kunnen vrijwilligers worden ingezet? Wat kunnen buren en familieleden betekenen? Met andere woorden: wat doen de professionals en wat doen de burgers? Maar ook, wat kan de professional doen om de zelfredzaamheid van de burger (in en met de eigen omgeving) te versterken?Te snel wordt nu nog voorbij gegaan aan de eigen kracht van de burger, diens netwerk, de straat of wijk. Het uit handen nemen van problemen werkt meestal averechts op het zelfoplossend vermogen.De ‘eigenkracht benadering’ of een andere, vergelijkbare methode, vraagt om een cultuuromslag bij de burger en de professional. Die omslag is niet eenvoudig. Burgers hebben geleerd toch vooral tijdig een beroep op de overheid of de hulpverlenende instanties te doen. Maar nog ingewikkelder ligt de cultuuromslag bij de hulpverlener. Het is toch immers zijn of haar vak de problemen van anderen op te lossen en om die ‘kwetsbare mensen' te ondersteunen.

Baken 3: Direct er op af

Er zijn mensen die ondersteuning claimen en er zijn mensen die zorg mijden. Het gaat bij de zogenoemde zorgmijders om mensen die niet om ondersteuning durven of willen vragen, terwijl ze al langer vereenzamen, zich verwaarlozen, met onoplosbare schulden kampen, of verslavingsgedrag vertonen.

79Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 80: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Deze burgers weten de weg niet te vinden naar ondersteuning. Ze zijn op basis van eerdere ervaringen teleurgesteld in de hulpverlening, of vastgelopen in de bureaucratie. Deze mensen worden niet bereikt door ze op te roepen om op kantoor te verschijnen ten einde daar een goed gesprek te voeren. Daar moet de professional op af, en het liefst zo snel mogelijk, om erger te voorkomen. Dat gebeurt te vaak nog niet, omdat andere – legitieme – uitgangspunten een direct ingrijpen in de weg staan, of lijken te staan. Het gaat dan om privacy, zelfbeschikking en eigen verantwoordelijkheid.

Baken 4: Formeel en informeel in optimale verhouding

Het kenmerk van de Wmo is dat de participatie niet alleen wordt bevorderd door een beroep te doen op de eigen mogelijkheden van de burger of de inzet van professionals, maar ook op de inzet van sociale netwerken, vrijwilligersinitiatieven en wijkverbanden. In Welzijn Nieuwe Stijl wordt gezocht naar de optimale verhouding tussen wat burgers (onderling) zelf kunnen en wat professionals moeten. Ook dit baken betekent voor burgers, professionals en gemeenten een forse verandering van houding en aanpak, die breekt met de traditie van recht, of vanzelfsprekend een beroep kunnen doen op professionele ondersteuning.

Het past bij Welzijn Nieuwe Stijl dat de professional zich terughoudend opstelt. Zijn of haar kracht ligt er juist in om samen met burgers te bezien op welke wijze de burgers zelf de problemen of klachten kunnen oplossen. Het probleemoplossend vermogen, zowel van individuen als groepen moet geactiveerd worden. Het voorkomt daarnaast structurele afhankelijkheid van de professional. Eenzaamheid kan mogelijk beter bestreden worden door het herstellen van sociale netwerken.

Baken 5: Doordachte balans van collectief en individueel

De verzorgingsstaat is doorgeschoten met individuele oplossingen voor problemen van burgers. Mensen zijn daaraan gewend geraakt. De financiering ervan komt echter steeds meer onder druk te staan en de negatieve gevolgen van de individualisering van de samenleving worden steeds meer zichtbaar. Ook daarom is het ontwikkelen van meer collectieve aanpakken onvermijdelijk. De sector die hier vanouds de meeste ervaring mee heeft is de welzijnssector. Collectieve aanpakken zijn niet alleen goedkoper, maar bieden ook vaak een betere oplossing. De buurtmaaltijd is niet zelden effectiever (want biedt bijvoorbeeld mogelijkheden tot contact) dan de individuele bezorging aan huis. Ook voor dit baken geldt dat het er niet om gaat dat professionals te allen tijde automatisch voor collectieve oplossingen kiezen. Het gaat om het vinden van de juiste balans tegen de achtergrond van het probleem dat moet worden aangepakt.

Baken 6: Integraal werken

De vraag centraal stellen vraagt om een integrale en samenhangende aanpak van professionals. De burgers die bijvoorbeeld bij het Wmo-loket, of het maatschappelijk werk aankloppen, hebben meestal problemen die niet door één instelling of één voorziening kunnen worden opgelost. Het gaat vaak om meerdere problemen tegelijk. Problemen die met elkaar samenhangen en dus ook in samenhang moeten worden aangepakt. Als een burger geen werk en daardoor te weinig geld heeft, in een slecht huis woont en spanningen in het gezin heeft, wordt dat ervaren als een ongedeeld vraagstuk. Dienst- en hulpverleners komen niet ver als ze opereren alsof ze op een eiland zitten. Goed met elkaar samenwerken is belangrijk. Nadrukkelijk is hier de invulling van de regierol van de gemeente aan de orde. Het is de gemeente als opdrachtgever én regisseur die bij uitstek geschikt is om partijen bij elkaar te brengen. Op cliëntniveau moeten de aanbieders van ondersteuning zelf de verantwoordelijkheid voor ketenregie oppakken.

80Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 81: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

81Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 82: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Baken 7: Niet vrijblijvend, maar resultaatgericht

Welzijn Nieuwe Stijl is niet vrijblijvend. Waar organisaties ondersteuning bieden aan burgers, worden concrete afspraken gemaakt over de vraag op welke ondersteuning van professionals en vrijwilligers men kan rekenen, wat daarbij de eigen inzet is (met en in de eigen omgeving) en naar welke resultaten wordt toegewerkt.

De doelen in een ondersteuningstraject moeten voor de burger duidelijk, concreet en haalbaar zijn en zij moeten niet alleen perspectief bieden op de langere termijn, maar zich ook richten op praktische, snelle resultaten. Dat wil zeggen dat doelen voor de cliënten in concrete, meetbare termen moeten worden geformuleerd. Er moet sprake zijn van een gezonde mix van korte en lange termijn doelen.

Baken 8: Gebaseerd op ruimte voor de professional

Centraal thema in Welzijn Nieuwe Stijl is de relatie tussen de burger en zijn netwerk enerzijds en de welzijnsprofessional anderzijds. Niet alleen de regels van de organisatie of de wensen van de gemeente zijn bepalend, maar ook de professionele bagage van de beroepskracht. Deze moet voldoende aan bod kunnen komen. Daarvoor heeft de professional de ruimte nodig om zelfstandig te handelen op basis van een ruime vrije beslissingsruimte. Professionals Welzijn Nieuwe Stijl moeten midden in de samenleving staan. Tegelijkertijd moeten zij ook adequaat kunnen communiceren met collega's van de eigen organisatie, met cliënten en hun naaste omgeving, vrijwilligers en met de partners in de keten. Ook wordt van hen verwacht dat ze ondernemend zijn, outreachend werken, in ketens kunnen samenwerken en hier soms de regie in nemen.

Samenwerking tussen informele zorg en professionele dienstverlening vraagt om fine-tuning wie wat precies doet. Kortom, je weet wanneer je op je handen moet zitten en wanneer de handen uit de mouwen moeten. Deze professionals moeten dan wel ruimte krijgen om zelf te beslissen hoe zij die kennis en ervaring inzetten. Ruimte voor de professional kan alleen bestaan wanneer er vooraf goede afspraken zijn gemaakt over de te behalen resultaten en daarover achteraf verantwoording wordt afgelegd.

Literatuur

Bron: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. (2011). Welzijn Nieuwe Stijl. Den Haag. Geraadpleegd op 28 januari 2013, vanhttp://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/wet-maatschappelijke-ondersteuning-wmo/vraag-en-antwoord/wat-is-de-wet-maatschappelijke-ondersteuning-wmo.html

82Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 83: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

4.6 Dialoog volgens TOPOI

TOPOI staat voor Taal, Ordening, Personen, Organisatie en Inzet. Het TOPOI-model, zoals ontwikkeld door Hoffman (2009) is een systematiek van essentiële aandachtspunten en handvatten om in dialoog met mensen met een andere etnische en maatschappelijke achtergrond, culturele verschillen en misverstanden op te sporen en aan te pakken. Het TOPOI-model gaat uit van de basishouding presentie. Deze houding sluit nauw aan bij Welzijn Nieuwe Stijl: er zijn voor de ander en de ander in zijn of haar kracht houden.

Vier van de vijf gebieden van TOPOI zijn ontleend aan de axioma's (vooronderstellingen) van Watzlawick (1970), die een grammatica ontwikkelde om effectief te kunnen communiceren.

1. Het eerste gebied Taal omvat de verbale en non-verbale taal van de deelnemers aan het gesprek.

2. Het gebied Ordening draait om de zienswijze van de deelnemers op de kwesties die spelen in hun gesprek.

3. Het gebied Personen verwijst naar de personen die deelnemen aan het gesprek en naar hun onderlinge relatie. Het gebied Personen is het betrekkingsaspect in de communicatie: wie zijn de gespreksdeelnemers voor elkaar, welke beelden hebben ze van elkaar en hoe ervaren ze hun onderlinge relatie.

4. Het gebied Organisatie betreft de maatschappelijke en professionele omgeving waarbinnen de communicatie plaatsvindt.

5. Het gebied Inzet omvat de onderliggende motieven, behoeften, verlangens en drijfveren van de gespreksdeelnemers.

De vijf gebieden van het TOPOI-model zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. In de praktijk van de alledaagse communicatie zul je al de vijf gebieden tegelijkertijd tegenkomen.Het TOPOI-model omvat een analyse- en een interventiekader. In het analysekader zijn een aantal vragen opgenomen waarmee je mogelijke verschillen en misverstanden op elk TOPOI-gebied kunt opsporen: `wat kun je je afvragen?´. In het interventiekader gaat het om interventies: ´wat kun je doen?`. We hebben een selectie gemaakt op basis van vragen en interventies die vooral gaan over interculturele sensitiviteit, het inleven.

De vijf gebieden van TOPOI zijn een operationalisering en concretisering van het containerbegrip 'cultuur'. Anders gezegd het abstracte begrip 'cultuur' wordt inzichtelijk door te kijken naar de wijzen waarop Taal, Ordening, Personen, Organisatie en Inzet zich manifesteren in de communicatie. De vijf TOPOI-gebieden zijn een concretisering van culturele kenmerken èn culturele verschillen zoals deze zich in de gespreksvoering voordoen. Om die reden past het werken met het TOPOI-model goed bij het ervaren en ontwikkelen van interculturele competentie.

83Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 84: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

De culturele kenmerken zijn gekoppeld aan vijf belangrijke gebieden van communicatie (de TOPOI-gebieden) en niet aan bepaalde etnische groepen of clusters van etnische groepen. Het reduceert mensen niet tot drager van een cultuur, maar ziet de mens als unieke persoonlijkheid. We hebben het TOPOI-model bewerkt naar een actieve werkvorm die uitnodigt tot het uitbreiden van je referentiekader vanuit een systeemtheoretische visie op interculturele communicatie.

4.7 Leren en werken in een samenkomst van culturen

Mensen leren en werken samen. Leren en werken zijn sociale processen, waarvan de resultaten in hoge mate bestaan uit sociaal gedeelde betekenissen. De cultuur in een organisatie of in een buurt heeft een enorme invloed op het leren en handelen van mensen. In een buurt, wijk of organisatie kunnen verschillende (sub)culturen vertegenwoordigd zijn, bijvoorbeeld door het samen werken of samen leven van mensen uit verschillende bevolkingsgroepen. Omdat de resultaten van socialiserende processen in hoge mate vanzelfsprekend en impliciet zijn, ontstaan gemakkelijk misverstanden en botsingen. ‘Kenmerkend voor het leren in de botsing van culturen is de confrontatie tussen de eigen vanzelfsprekend geachte opvattingen en handelswijzen, kortom het eigen referentiekader, en de opvattingen en handelswijzen van anderen die deze voor even vanzelfsprekend houden’ (Bolhuis, 1995, p.30). In de botsing wordt deze vanzelfsprekendheid aangetast. Dat kan leiden tot uiteenlopende leerreacties, afhankelijk van de machtsverhouding tussen de partijen en van het eigen belang van de betrokkenen.

Er zijn vier leerreacties te onderscheiden.38.Afwenden en afweren is een leerreactie waarbij de nieuwe informatie zoveel mogelijk in een

afzonderlijk hokje wordt ondergebracht, met het stempel ‘de anderen’. ‘Dat kunnen zij wel vinden, maar wij denken er anders over’.

39.Het leren hanteren van de inzichten en gewoonten van anderen, omdat men daartoe is gedwongen en/of zelf bepaalde doelen wil bereiken. ‘Wie in Rome zaken wil doen, zal dat op zijn Romeins moeten doen’.

40.Uit overtuiging overnemen van de inzichten en handelwijzen van anderen, ten koste van eigen eerdere inzichten en handelwijzen. Dit betreft veranderend leren en werken, waarbij oude inzichten en handelwijzen plaatsmaken voor nieuwe.

41.Wederzijds leren, waarbij het referentiekader (culturele opvattingen) van beide kanten ter discussie staat en er wordt in de dialoog gestreefd naar een integratie of nieuw gezamenlijk perspectief op de werkelijkheid. Ook hier is sprake van veranderend leren.

84Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 85: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

4.8 Van zorg naar ondersteunen

Korte historische analyse

Beginjaren negentig is Supported Living of Ondersteund Wonen voor mensen met een verstandelijke handicap in Nederland bekend geworden. Supported Living wordt door Allard (1996, p. 102) gedefinieerd als: "enabling people, regardless of their disabilities, to live in the community where they want, with whom they want, for as long ass they want, and with whatever supports they need to do that".

Onderzoek door Lozano (1993) in de Verenigde Staten toonde als een van de eerste aan dat personen met een verstandelijke handicap met ondersteuning in de eigen woning kunnen (blijven) wonen. Als effect van de ervaring van het zelfstandig wonen verbeterden de vaardigheden van deze personen. De essentie van deze resultaten is volgens Lozano dat iemand die de wens uitspreekt op zichzelf te willen (blijven) wonen daartoe in de gelegenheid gesteld moet worden ongeacht zijn vaardigheden. Iemand moet daarbij alle ondersteuning krijgen die nodig is.

De termen als eigen kracht aanspreken, zelfstandig thuis kunnen blijven wonen, van zorgen voor naar zorgen dat komen voort uit de ondersteuningsvisie visie. We hechten steeds meer belang aan het erkennen en ernaar handelen van het verschil tussen zorgen en ondersteunen.

Niet invullen maar aanvullen waar nodig.

Zorgen is de persoon helpen en onderstenen is de persoon faciliteren (voorwaarden scheppen) dat hij zelf keuzes maakt (ik ga naar de markt) en dat de persoon zijn eigen (leer)vermogen aanspreekt en tot zelfstandig handelen komt (ik maak een boddschappenlijstje). In de praktijk is het de kunst om – indien aan de orde - voortdurend te switchen tussen helpen en ondersteunen. Iemand kan bijvoorbeeld wel zelf de koffie inschenken maar suiker in de koffie doen lukt vanwege een verstoorde fijne motoriek niet. We helpen dan bij het suiker geven, maar we laten het inschenken van de koffie aan de persoon over. In de praktijk hebben we hier nog veel te leren omdat we doorgaans een dienstbare houding hebben en van nature graag helpen. In feite ontneem je de persoon competentie door van alles uit handen te nemen.

Alles wat jij uit handen neemt is verloren competentie voor de persoon

Focus

Als we de ondersteuningsvisie wat breder beschouwen en in het licht plaatsen van zorg dan kunnen we twee focussen onderscheiden: Kwaliteit van zorg focus en kwaliteit van bestaan focus. De wijkverpleegkundige komt in zijn hedendaagse werkpraktijk beide focussen steeds meer tegen. In het professioneel handelen makt het veel verschil of je de focus legt op kwaliteit van zorg of dat je de focus legt op kwaliteit van bestaan (De Waele et al., 2005). We brengen dit in onderstaand schema in beeld. Tegelijkertijd plaatsen we de opmerking dat beide focussen even belangrijk zijn, echter het punt in welke situatie van de persoon leg je welke nadruk en hoe laat je ze vloeiend in elkaar overlopen.

85Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 86: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Kwaliteit van zorg focus Kwaliteit van bestaan focus

Perspectief De zorgaanbieder, de organisatie, de professionals.

De persoon zelf in zijn natuurlijke netwerk

Belang Organisatorische processen dienen soepel en efficiënt te verlopen: overhead is nodig.

Gewenste resultaten voor de individuele persoon; weinig overhead.

Inhoud Management van zorgstelsels: leidt tot grootschaligheid en groepsdenken

Individuele ondersteuning en de effecten daarvan op iemands persoonlijk leven.

Typische criteria voor beoordeling

Efficiëntie, doeltreffendheid van de kosten, gebruikerstevredenheid, planning.

Op waarden gebaseerde lange termijn resultaten van inclusie, persoonlijke ontplooiing en zelfbepaling.

Structuren De huidige zorgstelsels moeten slechts verbeterd worden: strakke hiërarchie.

Ondersteuning moet iemand persoonlijk helpen, zelfs als dit betekent dat er alternatieve structuren moeten worden gevonden. Weinig hiërarchie in de organisatie: zelfsturing en coaching.

Bron: De Waele (2005).

De taak voor een wijkverpleegkundige en sociale professionals is het bieden van ondersteuning in wonen, welzijn en zorg aan mensen met een zorg- en/of ondersteuningsvraag opdat hun kwaliteit van bestaan optimaal is. Kwaliteit van bestaan is een multidimensioneel fenomeen en is meer dan een individuele eigenschap of gemoedstoestand. De kwaliteit van bestaan van mensen wordt beïnvloed door persoonlijke- en omgevingsfactoren en de interacties daartussen. Werken vanuit ´kwaliteit van bestaan´ is werken met de volgende uitgangspunten:

Bij de kwaliteit van bestaan voor mensen met een zorg-/ondersteuningsvraag gaat het om dat wat belangrijk is voor iedereen;

Kwaliteit van bestaan wordt vergroot als mensen met een zorg- /ondersteuningsvraag zelf participeren in beslissingen m.b.t. hun eigen leven;

Kwaliteit van bestaan wordt vergroot door mensen met een zorg-/ondersteuningsvraag in hun eigen plaatselijke leefomgeving te accepteren en volledig te integreren

De kwaliteit van bestaan van mensen wordt het best gewaarborgd door geïndividualiseerde ondersteuning.

Voorbij de conventionele denkpatronen en praxis

In het veld van zorg en welzijn verstaan we de kunst om telkens weer nieuwe begrippen en technieken te introduceren, zonder dat er echter echt iets verandert!Het concept op van ondersteund wonen/leven ook wel supported living genoemd staat steeds centraler. Het concept hanteert de belofte kwaliteit van bestaan te verbeteren voor mensen die om

86Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 87: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

tal van redenen kwetsbaar zijn. De nadruk ligt op zelfbestemming, ontwikkelen van de sterke kanten van de persoon en het scheppen van normale leefomstandigheden. In de navolgende beschrijving lezen we hoe ondersteund wonen/leven de levenskwaliteit van burgers/cliënten potentieel kan verbeteren. De beschrijving is een samenvatting uit het boek Quality of Life (ed.:R.Schalock, 1997.).

Zorgverlening versus ‘supported living’

In zorgsituaties gaat het individu vaak ‘verloren’, hoezeer we ook proberen individuele aandacht en zorg te geven. Meestal zijn er voor de persoon slechts een paar keuze-opties. Echte individuele zorg daarentegen betekent, dat zorg en ondersteuning gebaseerd zijn op de noden en wensen van de persoon zelf. Om deze individuele zorg gestalte te geven is het noodzakelijk om diepgewortelde vooroordelen en vastgeroeste visies te overwinnen. Ook moeten we nieuwe vaardigheden aanleren, nieuwe bronnen aanboren, beter leren samenwerken en, in voor al het overige een ‘manusje van alles’ worden. Supported living (verder te noemen SL) is een proces, dat die mogelijkheden voor burgers/cliënten schept waarbij zij kunnen kiezen waar ze wonen en leven, met wie ze wonen en hoe ze hun leven inrichten. SL moet zich soepel en open kunnen ontwikkelen; het kan nooit uniform en voorspelbaar zijn (O’Brien, 1993). De nadruk ligt altijd op de keuzes van de burger/cliënt.

De volgende lijst somt 14 uitgangspunten op voor de basis van SL:SL moet zich uitsluitend op de persoon concentreren, los van de institutionele omgeving.Beslissingen over waar en hoe te leven zijn gebaseerd op de persoonlijke waarden van die persoon, niet op zijn of haar niveau van functioneren.Zorg en ondersteuning worden door de persoon bepaald en, indien nodig, in overleg met een netwerk van vrienden, familie, enz.De persoon kan kiezen voor verschillende leefvormen en toch ondersteuning krijgen.De persoon kan alleen of met anderen wonen en kan zijn of haar medebewoners zelf kiezen.De woonplek is van de persoon zelf, of wordt gehuurd. SL houdt in dat de woonplek niet door een instelling beheerd wordt.De ondersteuning moet breed genoeg zijn om alle facetten van de woonkeuzes te omvatten in en uit huis.De ondersteuning moet flexibel zijn.De mate van en de frequentie van informele en formele ondersteuning en is aangepast aan de wensen en noden van de persoon.De geboden ondersteuning moet de persoon motiveren om te streven naar maximale zelfstandigheid en onafhankelijkheid.De ondersteuning moet in de gemeenschap zelf gegeven worden, zodat de persoon op directe wijze de normen en waarden van een (normale) gemeenschap blijft (her)kennen.De kosten van de ondersteuning zijn gebaseerd op de individuele noden. Voor elke persoon wordt een apart arrangement samengesteld.Ondersteuningsarrangementen of -contracten moeten herzien worden als de situatie en/of de wens van de persoon veranderd.De gecoördineerde ondersteuning omvat diverse aspecten, zoals me(para)medische hulp (eventueel aan huis), hulp bij klussen in en aan de woning, begeleiding in huis, (betaalde) burenhulp, hulp van familie en vrienden.

87Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 88: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Kritische punten m.b.t. zelfbepaling

De uitvoerders van de grootschalige praktijk zullen (aanvankelijk) veel bezwaren naar voren brengen m.b.t. SL: het opbouwen van een ondersteuningsnetwerk rond de wensen van de persoon is niet altijd in overeenstemming met de werkwijze van de regelstructuren van organisaties. Ook de staf en het management zullen zich terdege moeten voorbereiden op de cultuuromslag die SL bij nader inzien inhoudt. Datzelfde geldt voor familie en vrienden van de persoon: zij zullen hun bezwaren en angsten moeten overwinnen, wil SL een kans van slagen hebben. Het gaat tenslotte om een belangenconflict: de prioriteiten van de persoon versus de wensen en eisen van familie en professionals, die zich vaak zullen afvragen of de keuze van de persoon wel de beste is voor hem of haar. Welke wensen hebben prioriteit?: dit is het belangrijkste thema binnen het veld van de SL.

Ethische belangen

Met de emancipatie van de burgers/cliënten komt ook het ‘privilege’ om beslissingen te nemen en fouten te maken explicieter naar voren. De professionals moeten onderscheid kunnen maken tussen de verschillende soorten keuzes die burgers/cliënten maken. De vraag die de professional zichzelf voortdurend stelt is: waar ligt de grens tussen let go en ingrijpen/corrigeren? De antwoorden op deze vraag zijn tevens de grenzen van de ethische kwesties, die SL zullen aanroeren. Dit nieuwe (ethische) veld vraagt voortdurend onze aandacht.

Ondersteuning van de professionals.

Ook de professionals (en staf en management) hebben in de nieuwe situatie van SL hulp en ondersteuning nodig. Het uiteindelijke resultaat van SL hangt af van de kwaliteit van de relaties tussen burgers/cliënten en professionals. De professionals krijgen te maken met onder meer de volgende ‘stresspunten´:

Confrontatie eigen waarden en normen versus die van de burger(s)/cliënt(en);Moeilijkheden m.b.t. het begrijpen van de redenen van het gedrag van burger(s)/cliënt(en);Balans vinden tussen teveel en te weinig ingrijpen;Machtsstrijd tussen professional(s) en burger(s)/cliënt(en);Gebrek aan wederkerigheid;Onredelijke verwachtingen van de burger(s)/cliënt(en);Gebrek aan richtlijnen voor controle op gedrag en wensen van burger(s)/cliënt(en). Extra probleem hierbij is, dat de ‘tolerantie’ schalen van de verschillende professionals sterk kunnen verschillen;Behoefte aan intensief overleg met andere professionals (netwerken), waar burger(s)/cliënt(en) mee te maken hebben;Problemen met de werkdefinities: deze zijn er waarschijnlijk niet of nauwelijks: het werkveld wordt als te ‘los’ of onbepaald ervaren; hoeveel rollen kan een professional spelen?Conflicten met de waarden en verwachtingen van familie en vrienden van cliënt(en);Moeite met aanpassen aan voortdurende veranderingen, zonder specifieke routines kunnen werken.

88Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 89: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Literatuur

89Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 90: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Actiz (2012, 7 juni). HNOWdebat deel 2. [ Videobestand]. Geraadpleegd op 25 maart 2013. http://www.youtube.com/watch?v=CY5Cc8MXSkU&feature=player_embedded (terug naar preventief)

Allard, M. A. (1996). Supported living policies and programmes in the USA. In:Mansell, J., Ericsson, K. (Eds.). Deinstitutionalization and Community Living.IntellectualIntellectual disability services in Britain, Scandinavia and the USA (pp. 97-116).London: Chapman & Hall.

Arduin Academy. Werken aan kwaliteit van bestaan. Geraadpleegd op 28 januari 2013, van http://www.inclusief-it.nl/bezoekers/kwaliteitvanbestaan/kwaliteitvanbestaan.asp

Argyris, C. (1996). Leren in en door organisaties: het hanteerbaar maken van kennis. Schiedam: Scriptum Books.

Baart, A. (2006). Een theorie van de presentie. (3e druk). Den Haag: Lemma.

Baart, A. (z.d.). Introductie in de presentietheorie. Stichting Actioma, Den Bosch, Katholieke Theologische Universiteit te Utrecht. Geraadpleegd op 28 januari 2013, van http://www.eropaf.org/lib/publicaties/Introductie_in_de_presentietheorie__prof._dr._Andries_Baart.pdf

Bax, J. NIZG. (2010). Toolkit Gezondheidsvaardigheden. Gedownload op 24 januari 2013. http://www.nigz.nl/index.cfm?act=project.details&proj=40

Biene, M.A.W. van. (2005). Wederkerig leren. Onderzoek naar georganiseerde leerondersteuning voor mensen met een verstandelijke beperking en professionals. Delft: Eburon.

Bohlmeijer, E. (2007). De verhalen die wij leven: Narratieve Psychologie als Methode. Amsterdam: Boom.

Bohm, D. (1996). Unfolding Meaning. A weekend of dialogue with David Bohm. New York: Routledge.

Bohm, D. (2004). On Dialogue. New York: Routledge.

Borra, R., Dijk, R. van., & Rohlof, H. (2002). Cultuur Classificatie en Diagnose, cultuursensitief werken met DSM-IV. Houten/Diegem,Bohn: Stafleu Van Loghum.

Bolhuis, S. (1995). Leren en veranderen bij volwassenen. Een nieuwe benadering. Bussum: Coutinho.

Bulthuis, L.(2012, 22 oktober). Sessie Socratisch Gesprek tijdens Skills21/Kunsten door Lenny Bulthuis. [Videobestand]. Geraadpleegd op 30 maart 2013, van http://www.youtube.com/watch?v=o0PxdpryTOU

Dixon, N. (2000). Dialoog op het werk. Een gids voor managers. Amsterdam: Nieuwezijds.

90Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 91: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

EigenKrachtCentrale. ( 2010, 25 november). Eigen Kracht- conferentie na een hersenbloeding. [Videobestand]. Geraadpleegd op 25 maart 2013, van http://www.eigen-kracht.nl/nl/artikel/eigen-kracht-conferentie-na-een-hersenbloeding-13-min

Freire, P. (1984). Pedagogy of the Oppressed. New York: Continuum.

Heygele, Y. e.a. (2009). Bagaimana – hoe gaat het? Een verkenning van kwetsbaarheid bij oudere migranten. Uitgave van project Krachtig Cliëntperspectief in het Nationaal Programma Ouderenzorg. Noom. Utrecht Geraadpleegd op 28 januari 2013, van http://www.netwerknoom.nl/media/bagaimanahoegaathet.pdf

Hoeijmakers, M. (2012). Wat heeft de wijkverpleegkundige nodig van de wijk?Randvoorwaarden om integraal te kunnen werken. ZonMw

Holstein, J.A., & Gubrium, J.F. (2000). The self we live by: narrative identity in a postmodern world. New York: Oxford University Press..

Hoffman, E. (2009). Theorie en praktijk van het TOPOI-model. Interculturele gespreksvoering. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum.

Kalsbeek, C.J.G., & Platteel, V.J.D. (2012, mei) MS-zorg kwaliteitscriteria vanuit patiëntperspectief. MS Vereniging Nederland, HOB. Geraadpleegd op 1 april 2013, van . http://www.msnederland.info/index.php?option=com_content&view=article&id=153&Itemid=123

Kiris E. NTR.nl/ Gonzo. (2010,12 december). Thuiszorg. [videobestand]. Geraadpleegd op 25 maart 2013, van http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1017667

Lans, J. van der. (2010). Erop Af!!! De nieuwe start van het sociaal werk. Amsterdam: Augustus.

Lans, J. van der. ( 2011, 29 december). Presentatie Jos van der Lans tijdens symposium Woonwaard. [Videobestand]. Geraadpleegd op 24 januari 2013, van http://www.youtube.com/watch?v=ubZN9KTYmzU

Leenetxtavportfolio. (2010, 6 mei). film zorg voor ouderen. [Videobestand]. Geraadpleegd op 25 maart 2013, van http://www.youtube.com/watch?v=bSFYfntPDhg

Loeffen, T, Tigchelaar, H. (2009). Retourtje inzicht. Creatief Met Diversiteit Voor Sociale Professionals. Bussum: Coutinho.

Lozano, B. (1993). Independent Living. Relation Among Training, Skills, and Success. American Journal on Mental Retardation, 98, no 2, 249-262.

Mezzo Website van de landelijke vereniging voor mantelzorgers en vrijwilligerszorg. http://www.mezzo.nl/mantelzorgers

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. (2013). Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/wet-maatschappelijke-ondersteuning-wmo .

91Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 92: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Nijhof, G. (2000). Levensverhalen. Over de methode van autobiografisch onderzoek in de sociologie. Amsterdam: Boom.

Nunez, C., Nunez, R., Popma, L. (2010). Interculturele communicatie. Van ontkenning tot wederzijdse integratie. Assen: Van Gorcum.

O'Brien, J. (1993). Supported Living: What's the Difference? Lithonia, GA: Responsive Systems Associates.

Omroep Human. (2011, 16 december). Afl. 1. Durf te denken-Socrates. [Videobestand]. Geraadpleegd op 30 maart 2013, van http://www.youtube.com/watch?v=YhuEnHQ5zHg

Omroep MAX. (2013, 24 januari). Bezuinigen op de ouderenzorg. [Videobestand]. Geraadpleegd op 25 maart 2013, van http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1321383

Omroep MAX. (2013, 14 februari). Meldpunt! Mantelzorgers in de knel![Videobestand]. Geraadpleegd op 25 maart 2013, van http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1326226

Omroep MAX. (2013, 21 februari). Meldpunt! Lange wachtlijsten, lege kamers. [Videobestand].Geraadpleegd op 25 maart 2013, van http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1327664

Pastors, A. (2012, september). De Mobiel.mp4. [Videobestand]. Geraadpleegd op 3 februari 2013, van http://www.youtube.com/watch?v=qPfqEKgm2IQ

Pelt, K., van., Singels, L., & Laar, K. van de. (2011). Handreiking Participatie Allochtonen in Gezondheidsbevordering. Gezondheidsinstituut NIGZ, Woerden. Geraadpleegd op 28 januari 2013, van http://www.nigz-toolkits.nl/wb/

Poorthuis, A., Bijl, C. van der. (2006). Van netwerkanalyse naar organisatieroutine. In: Poorthuis, A. (red.), De kracht van de netwerkbenadering: een dynamische en inspirerende kijk op de organiserende samenleving. Assen.Van Gorcum

Rollnick, S., Miller, W.R., Butler, C.C. (2009). Motiverende gespreksvoering in de gezondheidszorg. Werken aan gedragsverandering als je maar 7 minuten hebt. Gorinchem: Ekklesia

RVZ. (2012, december). Regie aan de poort. De basiszorg als verbindende schakel tussen persoon,zorg en samenleving. Gedownload op 25 maart 2013, van http://www.rvz.net/publicaties/bekijk/regie-aan-de-poort

Schalock, R.L. (1997). Quality of life. Application to persons with disabilities [Volume II].Washington: American Association on Mental Retardation.

Stam, M. (2012) Outreachend besturen in tijden van transitie. Movisie. Libertas.

Simons, P.R.J. (2001). Werken aan communities of learning en community of practice. Opleiding en ontwikkeling. 14, 7-10.

92Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 93: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Stavenuiter, M., Dongen, M.C. van., & Toorn, J. van der. (2012). Kantelen in Nieuwegein: Zelfredzaamheid, ondersteuning en professionalisering in het perspectief van de compensatieplicht (Kenniscahier 16). Utrecht. Verwey-Jonker Instituut. http://www.verwey-jonker.nl/doc/wmoinnovatiebank/Kantelen_in_ Nieuwegein_web_8852.pdf

Steyaert, J. (2011). Wmo stripcolleges, zeven stipcolleges Wet maatschappelijke ondersteuning. IP Sociale zekerheid. Geraadpleegd op 28 januari 2013, van http://www.ipsz.nl/nieuws/393/de-wmo-gestript .

V&VN Expertisegebied wijkverpleegkundige.(2012, november).Geraadpleegd op 1 april 2013, van http://eerstelijn.venvn.nl/LinkClick.aspx?fileticket=LFGedKX2bfQ%3D&tabid=4276

Waele de, I., Loon van, J., Hove van, G., Schalock, R. (2005) Quality of Life versus Quality of Care: Implications for People and Programs. Journal of Policy and Practice in Intellectual Disabilities, vol. 2, nr.3/4, 229-239.

Watzlawick, P., Helmick Beavin, J., & D.D. Jackson (1970). De pragmatische aspecten van de menselijke communicatie. Deventer: van Loghem Slaterus.

Zichtbare Schakel. De wijkverpleegkundige voor een gezonde buurt. Geraadpleegd op 9April 2013.http://www.zonmw.nl/nl/programmas/programma-detail/zichtbare-schakel-de-wijkverpleegkundige-voor-een-gezonde-buurt/

93Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 94: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Verhaal 1

Evangelische Omroep. (2011, 12 februari). Schuldhulpmaatje in de praktijk. [Videobestand]. Geraadpleegd op 24 januari 2013, van http://www.youtube.com/watch?v=NX2BJD5XE98

Omroep MAX. (2013, 14 februari). Meldpunt! Mantelzorgers in de knel. [Videobestand]. Geraadpleegd op 25 maart 2013, van http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1326226

Redactie UMC St Radboud. ( 2012, 20 maart) ZWIP: ervaringen van hulpverleners. [Videobestand]. Geraadpleegd op 25 maart 2013, van http://zwip.nl/hulpverleners-startpagina/ervaringen/ SamenOudNederland. (2012, 5 juli). Samen Oud. [Videobestand]. Geraadpleegd op 25 maart 2013, van http://www.youtube.com/watch?v=Zmn1eY7ddKw (gaat over zorgmodel, zorgleefplan en aanpassing douche)

Verhaal 2

Baart, A. (2008, 23 oktober). Lezing Andries Baart,Deel 1. [Videobestand]. Geraadpleegd op 24 januari 2013, van www.youtube.com/watch?v=zwf5xfwc3og

Baart, A. (2008, 23 oktober). Lezing Andries Baart, Deel 2. [Videobestand]. Geraadpleegd op 24 januari 2013, van www.youtube.com/watch?v=U723mpcuCMg

Baart, A. (2008, 23 oktober). Lezing van Andries Baart, Deel 3. [Videobestand]. Geraadpleegd op 24 januari 2013, van www.youtube.com/watch?v=Vfcy_3GEu-8

Integraal Kankercentrum Nederland. (2013). Richtlijnen palliatieve zorg Geraadpleegd op 1 april 2013, van http://www.pallialine.nl/

Agora IKN. (2013). Netwerk palliatieve zorg. Geraadpleegd op 1 april 2013, van http://www.netwerkpalliatievezorg.nl/Denetwerken.aspx

Verhaal 3

Alzheimer Nederland.(2013). Over regionale activiteiten, belangenbehartiging en ondersteuning. Geraadpleegd op 1april 2013, van http://www.alzheimer-nederland.nl/hulp-en-advies/gedichten-en-verhalen/ziekte-accepteren.aspx

94Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal

Page 95: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Zorgprogramma dementie (2009). Geraadpleegd op 1 april 2013, van http://www5.vilans.nl/smartsite.dws?id=125066

Omroep Brabant . (2012, 18 november). Zuster komt zo! [Videobestand].Geraadpleegd op 25 maart 2013, van http://www.omroepbrabant.nl/?epg/4680402/Zuster+komt+zo!.aspx (deel 3 over dementie)

Verhaal 4

Sichting buurtpastoraat Utrecht (2011). http://www.buurtpastoraat.nl/buurtpastoraat/54-geschiedenis

Dokelaar A. Nova. (2009, 26 april). Hype in de psychiatrie: ex-patiënten worden opgeleid tot behandelaar. [Videobestand].Geraadpleegd op 25 maart 2013, van http://www.youtube.com/watch?v=Kk6CwFrEE9I

Landgraaf, M. v.d. (2012, 16 december). Power2U-De gastfactor van een sociaal netwerk doorbreekt sociaal isolement. [Videobestand]. Geraadpleegd op 26 maart 2013, van http://www.youtube.com/watch?v=Q79xy7kFRRc

Verhaal 5

MaagLeverDarm Stichting (2013) Geraadpleegd op 1 april 2013, van http://www.mlds.nl/nieuws/actualiteiten/44/nieuwe-stichting-helpt-allochtonen-met-kanker/

Huisarts-Migrant. (2013). Aandachtspunten huisartsenzorg aan migranten (taalbarière). Geraadpleegd op 1 april 2013, van http://www.huisarts-migrant.nl/index.php/taalbarriere-anderstaligen-op-uw-spreekuur/

Gabriella, A. Experimenteren met buurtteams voor welzijn en zorg [Videobestand]. Geraadpleegd op 1 april 2013, van http://www.beroepseer.nl/nl/video/thuiszorg/item/848-experimenteren-met-buurtteams-voor-zorg-en-welzijnver buurtteams voor zorg en wVerhaal 6

Pluijm, S., van der. (2012, 18 september).Wat is motiverende gespreksvoering? [Videobestand]. Geraadpleegd op 1 april 2013, van http://www.youtube.com/watch?v=si3IHhQcL8E(Over motiverende gespreksvoering)Omroep Brabant . (2012, 18 november). Zuster komt zo! [Videobestand].Geraadpleegd op 25 maart 2013, van http://www.omroepbrabant.nl/?epg/4680402/Zuster+komt+zo!.aspx (over MS)

Omroep Ohm. (2009, 8 februari). Mantelzorg. [Videobestand].Geraadpleegd op 25 maart 2013, van http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1129784

Verhaal 7DenHaagTV. (2010, 22 april). Week 16, 2010. [Videobestand]. Geraadpleegd op 25 maart 2013, van http://www.youtube.com/watch?v=-BMsYC4cwiY(over mantelzorgers en aandachtspunten voor de zorg aan allochtone cliënten).

95Zichtbaar schakelen in de wijk

Page 96: Rapport - Werkplaatsen Sociaal Domein Web viewAlle namen in deze verhalen zijn wegens privacy ... aan hulpverleners uit de Geestelijke Gezondheidszorg ... Ik word gebeld door mijn

Bergen, J.,van. (2012, 16 december). Een interview met Theo Bos over alvleesklierkanker. [Videobestand]. Geraadpleegd op 1 april 2013, van http://www.youtube.com/watch?v=EIE3rwrRN4ATheo Bos over alvleesklierkanker)VWS, Vrijwilligers Palliatieve Terminale Zorg Nederland (2008). Gaat u het gesprek aan? Geraadpleegd op 30 maart 2013, van http://www.vptz.nl/dynamic/media/1/documents/js_080630_def_Gaat_u_het_gesprek_aan.pdf

Verhaal 8

RIVM. (2013). Wat is eenzaamheid en hoe wordt het gemeten? Geraadpleegd op 1 april 2013, van http://www.nationaalkompas.nl/gezondheidsdeterminanten/omgeving/leefomgeving/eenzaamheid/wat-is-eenzaamheid/ eenzaamheid meten)Omroep Brabant. (2012, 18 november). Zuster komt zo! [Videobestand].Geraadpleegd op 25 maart 2013, van http://www.omroepbrabant.nl/?epg/4680402/Zuster+komt+zo!.aspx (tip: deel 2 over diabetes en instructie per webcam).

Yune. (2013, 7 januari). De wondere wereld van dementie. [Videobestand]. http://www.youtube.com/watch?v=cu4aX6omrUc

Verhaal 9

Nederlands Centrum Jeugdgezondheid (2012). Overgewicht. Geraadpleegd op 30 maart 2013, van http://www.ncj.nl/bibliotheek/richtlijnen/details/27/jgz-richtlijn-preventie-vroegsignalering-interventie-en-verwijzing-van-kinderen-van-0-18-jaar-met-overgewicht-in-

Huisarts-Migrant. (2013). Aandachtspunten huisartsenzorg aan migranten (zelforganisaties). Geraadpleegd op 1 april 2013, van http://www.huisarts-migrant.nl/index.php/zelforganisaties-page/

NIZG. (2006, December). Allochtone zorgconsulenten als brug tussen Wmo en allochtonen. Gedownload op 24 januari 2013, van http://www.nigz.nl/index.cfm?act=winkel.detail&pid=893

Verhaal 10

E. de Wolf. NTR/NPS (2011, 30 januari). Aanpakkers in de zorg . [Videobestand] Huiskamer ‘Effen bij moeder An’. http://www.gemistvoornmt.nl/a.aspx/12078449/0

VARA (2011, 23juni). De bemoeizorgers. [Videobestand]. Geraadpleegd op 26 maart 2013, van http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1105122

96Zichtbaar schakelen in de wijk Bijlage 1: Aanvullende online informatie per verhaal