RappORT 5: pREvENTIE documenten/VA_NL_2013... · 2016. 12. 23. · nierziekte, een metabolisch...
Transcript of RappORT 5: pREvENTIE documenten/VA_NL_2013... · 2016. 12. 23. · nierziekte, een metabolisch...
GEZONDHEIDSENQUETE 2013
RappORT 5: pREvENTIE
Stefaan Demarest, Rana Charafeddine (ed.)
Wetenschappelijk Instituut VolksgezondheidOperationele Directie Volksgezondheid en surveillanceJ. Wytsmanstraat 14B-1050 Brussel+32 2 642 57 94E-mail: [email protected]
Depotnummer: D/2015/2505/22Intern referentienummer PHS Report 2015-013
4. vaccinatieAutEuRJean tAFFOREAu
Gelieve bij het verwijzen naar resultaten van dit hoofdstuk de volgende referentie te gebruiken: tafforeau J. Vaccinatie. In: Demarest S, Charafeddine R (ed.). Gezondheidsenquête 2013. Rapport 5: Preventie. WIV-ISP, Brussel, 2015
123VA
CCIn
AtIE
| In
HO
uD
StA
FEl
Inhoudstafel
Samenvatting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 125
1. Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 127
2. Vragen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 129
3. Indicatoren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 131
4. Resultaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 133
4.1. Griepvaccinatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 133
4.2. Vaccinatie tegen pneumokokken in de afgelopen vijf jaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 145
4.3. Vaccinatie tegen het humaan papillomavirus (HPV) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 149
5. Bespreking. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 155
6. Bibliografie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 159
7. tabellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 161
125VA
CCIn
AtIE
| SA
mEn
VAtt
InG
samenvattIng
De Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) , Europa met de “European Community Health Indicators” en ook de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), raden aan om over vol-doende informatie te beschikken over de vaccinatiegraad bij de bevolking en deze informatie regelma-tig te actualiseren. Deze gegevens kunnen direct gebruikt worden door diegenen die verantwoordelijk zijn op het domein van vaccinatie.
In België wordt de vaccinatiegraad bij kinderen al via verschillende methodes en op regelmatige wijze gemeten. Voor de volwassenen is er echter zeer weinig informatie over de vaccinatiegraad aanwezig: zij vormen dan ook de voornaamste doelgroep van de module rond vaccinatie in de Gezondheidsenquête. De vaccinaties die aan bod komen in 2013 betreffen influenza (griep), pneumokokken en humaan papil-lomavirus .
GriepvaccinatieGriepvaccinatie wordt aanbevolen voor personen die het risico lopen op complicaties, meer bepaald 65-plussers en elke patiënt, onafgezien van zijn/haar leeftijd, met een chronische long-, hart-, lever- of nierziekte, een metabolisch aandoening (inclusief diabetes), een neuromusculaire aandoening of met immuniteitsproblemen.
Een recente schatting in de Verenigde Staten toonde aan dat de griepvaccinatie in één seizoen tot een besparing leidt van 3 miljoen medische contacten en 90.000 ziekenhuisopnames. De effectiviteit van het vaccin moet zeker nog verhoogd worden, maar de huidige resultaten in termen van een daling van het zorggebruik, enerzijds, en van de morbiditeit, anderzijds, rechtvaardigen reeds ten volle een vaccinatie-programma voor griep.
In België geeft 35% van de bevolking (van 15 jaar en ouder) aan ooit tegen griep gevaccineerd te zijn. Dit cijfer stijgt tot 56% bij de risicogroep. Deze indicator laat toe om na te gaan in welke mate de bevolking reeds op een of andere manier met het vaccinatieprogramma voor griep te maken had.
24% van de bevolking (van 15 jaar en ouder) werd in de afgelopen 12 maanden tegen griep gevacci-neerd. Dit cijfer stijgt tot 46% bij de risicogroep. Deze informatie laat toe om na te gaan in welke mate het vaccinatieprogramma actief is op het niveau van de bevolking.
44% van de risicogroep werd in het afgelopen vaccinatieseizoen gevaccineerd tegen griep. Dit komt overeen met het percentage personen dat effectief beschermd is tegen de griep via het meest recent aangepaste griepvaccin dat beschikbaar is. De vaccinatiegraad is dus niet optimaal. Het deficit situeert zich vooral bij de jonge volwassenen (jonger dan 55 jaar), waar minder dan 20% van de risicopersonen gevaccineerd is. Artsen moeten daarom gesensibiliseerd worden om er over te waken dat ook kwets-bare, jonge volwassenen worden gevaccineerd.
Griepvaccinatie komt even vaak voor bij vrouwen als bij mannen. Er kunnen ook geen socio-economi-sche verschillen in griepvaccinatie worden vastgesteld : de vaccinatiegraad varieert niet in functie van het opleidingsniveau.
Het percentage van de risicopersonen dat tegen griep gevaccineerd werd in het afgelopen seizoen, is op een regelmatige manier toegenomen van 32% in 1997 naar 47% in 2004. Deze trend buigt echter af in 2008 (45%) en blijft gelijk in 2013 (44%).
Het lijkt er op dat de limieten van het vaccinatieprogramma bereikt zijn. In sommige gevallen noteren we in 2013 zelfs een daling van de vaccinatiegraad, meer bepaald in het Brussels en het Waals Gewest.
Over het algemeen zijn de resultaten beter in het Vlaams Gewest dan in de twee andere gewesten. Deze vaststelling wordt versterkt door het feit dat de resultaten van de Gezondheidsenquête wellicht over-schat zijn t.o.v. de administratieve gegevens van de verzekeringsinstellingen, meer bepaald in het Waals
126
VACC
InAt
IE |
SAm
EnVA
ttIn
G
en Brussels Gewest. Het zou interessant zijn na te gaan of de andere gewesten zich kunnen laten inspire-ren door het vaccinatieprogramma in het Vlaams Gewest.
Vaccinatie tegen pneumokokkenVaccinatie tegen pneumokokken wordt aanbevolen voor alle personen van 65 jaar en ouder, maar ook voor volwassenen die, onafgezien van hun leeftijd, een verhoogd risico hebben op infectie.
Van de 65-plussers is slechts 10% in de afgelopen vijf jaar gevaccineerd tegen pneumokokken. ter ver-gelijking, in 2013 was de vaccinatiegraad bij 65-plussers in de Verenigde Staten 60%; in Canada was deze 38% in 2012 .
In België is 8% van de risicopopulatie in de afgelopen vijf jaar gevaccineerd tegen pneumokokken. Zoals dit het geval was voor griep, zijn ook hier de kwetsbare personen in de jongere leeftijdsgroepen minder beschermd, maar ook bij 65-plussers is de vaccinatiegraad zeer laag.
Sinds 2004 is de vaccinatiegraad voor pneumokokken niet verbeterd. Integendeel, tussen 2008 en 2013 lijkt deze eerder te zijn gedaald, meer bepaald in het Waals Gewest. Dit wijst er op dat deze vaccinatie nog niet is ingeburgerd, zowel bij de gezondheidsbeoefenaars als bij de bevolking.
Zoals voor griep zien we ook hier geen verschil tussen mannen en vrouwen, noch zijn er socio-economi-sche ongelijkheden (behalve in het Waals Gewest).
Daarentegen blijkt de vaccinatiegraad hoger te zijn in het Vlaams Gewest dan in de andere twee gewesten.
Vaccinatie tegen het humaan papillomavirus (HPV)Vaccinatie tegen het humaan papillomavirus (HPV) is bedoeld om vrouwen te beschermen tegen baar-moederhalskanker. Deze vaccinatie wordt aanbevolen voor meisjes tussen 10 en 13 jaar.
In België geeft 18% van de vrouwen tussen 10 en 44 jaar aan ooit gevaccineerd te zijn geweest tegen humaan papillomavirus Bij 10-14 jarigen is de vaccinatiegraad 23%; bij 15-19 jarigen is dit 50%, om daarna terug te dalen tot 38% bij de 20-24 jarigen.
Het cijfer bij jonge vrouwen van 15-19 jaar (50% in de huidige enquête) komt overeen met de cohorte 1994-1998. ter vergelijking; de vaccinatiegraad in 2013 voor de cohorte van 1998 was in nederland 58% en in het Verenigd Koninkrijk 76%.
Het percentage vrouwen van 10 tot 44 jaar dat aangeeft ooit gevaccineerd te zijn geweest tegen humaan papillomavirus varieert met het opleidingsniveau. De vaccinatiegraad is lager (11%) bij vrouwen met een diploma lager secundair. Er is ook een verschil volgens de urbanisatiegraad van de gemeente waar men woont. De vaccinatiegraad is lager in stedelijke gemeenten (13%) dan in half stedelijke (23%) en lande-lijke gemeenten (21%).
Het percentage vrouwen van 10 tot 44 jaar dat aangeeft ooit gevaccineerd te zijn geweest tegen humaan papillomavirus is hoger in het Vlaams Gewest (24%) dan in het Brussels en Waals Gewest (10 en 11%). In deze laatste twee gewesten is er dus nog flink wat ruimte voor verbetering.
127VA
CCIn
AtIE
| 1.
InlE
IDIn
G
1. InleIdIng
De Hoge Gezondheidsraad1 (HGR) maakt aanbevelingen voor vaccinaties. Deze worden goedgekeurd en uitgevoerd door de Gemeenschappen. De thema’s die aan bod komen in de Gezondheidsenquête 2013 betreffen de vaccinatie bij volwassenen tegen:
• griep
• pneumokokken
• humaan papillomavirus (HPV).
GriepGriepvaccinatie is aanbevolen voor:
1. personen met een verhoogd risico op complicaties, namelijk:
• alle personen van 65 jaar en ouder
• elke patiënt, vanaf de leeftijd van 6 maanden, met een chronische long-, hart-, lever- of nierziekte, een metabolisch aandoening (inclusief diabetes), een neuromusculaire aan-doening of immuniteitsproblemen
• zwangere vrouwen in de tweede of derde trimester van de zwangerschap op het moment van het griepseizoen
• personen die verblijven in een instelling
• kinderen van 6 maanden tot 18 jaar oud onder langdurige behandeling met aspirine.
2. het personeel van de gezondheidssector.
3. personen levend onder eenzelfde dak als risicopersonen [1] of kinderen jonger dan 6 maanden.
Bovendien wordt vaccinatie aanbevolen voor alle personen van 50 tot 64 jaar, zelfs al lijden ze niet aan een risicopathologie. naast een verhoogd risico voor het ontwikkelen van complicaties ingeval van griep vanwege hun leeftijd, bestaat er één kans op drie dat ze minstens één bijkomende risicofactor vertonen. Dit risico is in gelijke mate aanwezig bij rokers, excessieve alcoholgebruikers en zwaarlijvige personen (BmI>30).
tenslotte wordt ook aanbevolen om bepaalde beroepsgroepen, zoals professionele fokkers van gevo-gelte en varkens, en de leden van hun families te vaccineren om te vermijden dat genetisch materiaal wordt uitgewisseld tussen het griepvirus van dierlijke oorsprong en humaan influenza.
Indien de kost van de vaccinatie met minstens 25% kan teruggedrongen worden, voorziet men ook om de vaccinatie uit te breiden naar kinderen2. Deze laatsten nemen immers een sleutelpositie in bij de ver-spreiding van het virus (1). Een recente schatting in de Verenigde Staten3 toonde aan dat de griepvacci-natie in één seizoen tot een besparing leidt van 3 miljoen medische contacten en 90.000 ziekenhuisop-names. De effectiviteit van het vaccin moet zeker nog verhoogd worden, maar de huidige resultaten in termen van een daling van het zorggebruik, enerzijds, en van de morbiditeit, anderzijds, rechtvaardigen reeds ten volle een vaccinatieprogramma voor griep.
1 http://www.health.belgium.be/eportal/Aboutus/relatedinstitutions/SuperiorHealthCouncil/?fodnlang=nl
2 https://kce.fgov.be/nl/publication/report/vaccinatie-tegen-seizoensinfluenza-prioritair-de-kinderen-of-andere-doelgroepen-d
3 mmWR, 63(49); 1151-1154, 12/12/2014.
128
VACC
InAt
IE |
1. In
lEID
InG
PneumokokkenVaccinatie tegen pneumokokken wordt door de HGR aanbevolen bij:
• alle personen van 65 jaar en ouder
• volwassenen met een verhoogd infectierisico voor pneumokokken (immuniteitsproblemen) en volwassenen met chronische ziekten (hart- en vaataandoeningen, chronische bronchitis (of rokers), leverproblemen (of overmatig alcoholgebruik), nierproblemen, diabetes).
De vaccins die hier in aanmerking worden genomen zijn Pneumo 23 en Prevenar 13. In het kader van de Gezondheidsenquête wordt aan de enquêteur gevraagd na te gaan welk soort vaccin werd toegediend.
Humaan Papillomavirus (HPV)Vaccinatie tegen HPV is bedoeld om bescherming te bieden tegen het ontwikkelen van baarmoederhals-kanker. Deze vaccinatie lijkt doeltreffend voor jonge vrouwen tussen 9 en 26 voor wat betreft Gardasil, en voor vrouwen tussen 10 en 55 jaar voor wat betreft Cervarix. De profylactische effectiviteit bij vrou-wen ouder dan 15 jaar werd echter enkel aangetoond indien er nog geen contact was met één van de HPV-virussen aanwezig in het vaccin.
De HGR is van oordeel dat er voldoende medische evidentie is voor een veralgemeende vaccinatie van meisjes vóór hun eerste seksueel contact. De HGR beveelt dan ook een algemene profylactische vac-cinatie aan van jaarlijks één jaarcohorte van meisjes tussen de leeftijd van 10 tot en met 13 jaar via drie dosissen van één van de beschikbare HPV vaccins. Vanaf de leeftijd van 14 jaar is het aan de arts om over de opportuniteit van een vaccinatie te beslissen.
In het kader van het vaccinatieprogramma wordt het HPV vaccin gratis ter beschikking gesteld van de artsen die vaccineren:
• In het Vlaanderen is dit het geval voor alle meisjes in het eerste jaar secundair onderwijs. Dit is eveneens het geval in Brussel voor artsen die hun vaccins bestellen via Vaccinnet.
• In de Federatie Wallonië-Brussel is dit het geval voor de meisjes van het tweede jaar secundair onderwijs.
niettegenstaande vaccinatie tegen humaan papillomavirus gepromoot wordt, blijf vroegtijdige opspo-ring van baarmoederhalskanker aanbevolen.
129VA
CCIn
AtIE
| 2.
VRA
GEn
2. vragen
De doelstelling hier is het meten van de vaccinatiegraad meer bepaald bij de volwassen bevolking. De enquêteur vraagt hierbij aan de respondenten of zij werden gevaccineerd tegen een specifieke ziekte in de loop van een bepaalde periode (die varieert in functie van het type vaccin/ziekte). Het is niet voorzien dat de enquêteur effectief aan de respondenten een bewijs van de vaccinatie in kwestie, bijvoorbeeld via een vaccinatiekaart, vraagt. Er wordt ook niet nagegaan of het vaccinatieschema werd gerespec-teerd, meer bepaald wanneer verschillende dosissen moeten worden toegediend, zoals het geval is bij pneumokokken en humaan papillomavirus. men baseert zich dus volledig op een verklaring van de res-pondent, met alle subjectiviteit die hiermee gepaard gaat.
De volgende vragen werden in het kader van de gezondheidsenquête voorzien:
Griep
va01 Hebt u ooit een vaccinatie tegen de griep gehad?
va02 Wanneer hebt u deze vaccinatie tegen de griep voor het laatst gekregen? (maand, jaar)
Pneumokokken
va03 Hebt u ooit een vaccinatie of herhalingsvaccinatie gehad tegen pneumokokken?
va04 Wanneer hebt u deze vaccinatie tegen pneumokokken voor het laatst gekregen? (minder dan vijf jaar geleden/Vijf jaar geleden of meer)
In 2008 werden de vragen over de vaccinatie tegen pneumokokken gesteld aan personen van 15 jaar en ouder. In 2013 werden deze vragen beperkt tot personen van 45 jaar en ouder om de vragenlijst (althans voor de personen jonger dan 45 jaar) in te korten.
Humaan papillomavirus (HPV)
va05 Er is een vaccinatie die u beschermt tegen infecties met het humaan papillomavirus, dat baar-moederhalskanker kan veroorzaken. De naam van het vaccin is Cervarix® or Gardasil®. Hebt u ooit een vaccinatie tegen het humaan papillomavirus gehad?
De manier van vraagstelling was anders dan in de vorige enquête. toen werd gevraagd of de persoon een andere vaccinatie had gehad in de afgelopen 12 maanden, en zo ja de welke.
va06 Wanneer hebt u deze vaccinatie tegen het humaan papillomavirus voor het laatst gekregen? In de afgelopen 12 maanden/ meer dan 1 jaar, maar niet meer dan 2 jaar geleden/ meer dan 2 jaar, maar niet meer dan 5 jaar geleden / niet in de afgelopen 5 jaar
Deze vragen over vaccinatie tegen humaan papillomavirus waren alleen maar aan vrouwen van 10 tot 44 jaar gevraagd.
131VA
CCIn
AtIE
| 3.
InD
ICAt
ORE
n
3. IndIcatoren
De WGO raadt aan om over voldoende informatie te beschikken in verband met de vaccinatiegraad bij de bevolking en deze regelmatig te actualiseren. Deze gegevens kunnen direct gebruikt worden door diegenen die verantwoordelijk zijn op het domein van vaccinatie als procesindicatoren en toelaten (samen met andere beschikbare informatie) om vaccinatieprogramma’s zo nodig aan te passen. De OESO (Organisatie van Economische Samenwerking en Ontwikkeling) en de Europese Commissie (2) suggere-ren ook om de vaccinatiegraad tegen griep te meten.
Onderzoek naar de vaccinatiegraad bij kinderen van 18 tot 24 maanden wordt om de twee jaar, zowel door de Vlaamse en Franse Gemeenschap als door Brussel, georganiseerd4 . Hierbij volgt men de metho-dologische aanbevelingen zoals door de WGO voorgesteld.
Voor de schoolgaande kinderen wordt de vaccinatiegraad nagegaan in het kader van het medisch schoolonderzoek.
Dankzij de enquêtes uitgevoerd in het schoolmilieu bestaat er enige informatie aangaande de vaccina-tiegraad bij adolescenten (HBSC enquête). Het is dan ook nuttig deze informatie te vervolledigen door complementaire informatie in te zamelen in het kader van een gezondheidsenquête, onafhankelijk dus van het schools milieu.
met betrekking tot de volwassenen is er zeer weinig informatie over de vaccinatiegraad aanwezig: deze vormen dan ook de voornaamste doelgroep van de module rond vaccinatie in de Gezondheidsenquête.
De volgende indicatoren worden berekend
Griep
va01_1 Percentage van de bevolking van 15 jaar en ouder dat ooit gevaccineerd werd tegen griep
va01_12 Percentage van de totale bevolking dat ooit gevaccineerd werd tegen griep
Deze indicator laat toe in te schatten hoeveel personen al met een dergelijke vaccinatie in contact zijn gekomen.
va01_2 Percentage van de risicopopulatie dat ooit gevaccineerd werd tegen griep
Voor de berekening van deze indicator werden de volgende personen als risicopersonen beschouwd: personen van 65 jaar en ouder, of van 15 jaar en ouder die lijden aan een specifieke chronische aandoe-ning (astma, chronische bronchitis, een cardiovasculaire pathologie, hoge bloeddruk, nierproblemen of diabetes)
va_1 Percentage van de bevolking van 15 jaar en ouder dat gevaccineerd werd tegen griep in de afgelopen 12 maanden
va_2 Percentage van de risicopopulatie dat gevaccineerd werd tegen griep in de afgelopen 12 maanden
Deze informatie laat toe om na te gaan in welke mate het vaccinatieprogramma actief is in de algemene bevolking.
4 http://www.observatbru.be/documents/graphics/rapports-externes/enquete-vaccination-2012-fr.pdf
http://www.observatbru.be/documents/graphics/rapports-externes/enquete-vaccination-2012-nl.pdf
132
VACC
InAt
IE |
3. In
DIC
AtO
REn
va_3 Percentage van de risicobevolking dat gevaccineerd werd tegen griep in het meest recente vaccinatieseizoen
va_32 Percentage van totale bevolking dat gevaccineerd werd tegen griep in het meest recente vaccinatieseizoen
Deze indicatoren laten toe de vaccinatiegraad tegen de griep te berekenen bij deze risicogroep in de loop van het laatste seizoen (bij voorbeeld, personen bevraagd in de periode januari – augustus van het jaar 2013 die aangeven gevaccineerd te zijn in de loop van het laatste vaccinatieperiode voorafgaan aan de griepepisode, zijnde september – december van het jaar 2012). Dit komt overeen met het percentage effectief tegen griep beschermde personen dankzij het meest recente vaccin, aangepast aan het circule-rende virus.
Pneumokokken
va_4 : Percentage van de bevolking van 45 jaar en ouder dat werd gevaccineerd tegen pneumokok-ken in de afgelopen vijf jaar.
va_5 : Percentage van de risicopopulatie dat werd gevaccineerd tegen pneumokokken in de afgelo-pen vijf jaar
Risisopersonen zijn: personen van 65 jaar en ouder en personen tussen 45 en 64 jaar met een specifieke chronische aandoening (astma, chronische bronchitis, hart- en vaatziekten, hoge bloeddruk, nierlijden of diabetes).
Humaan papillomavirus
va05_1 Percentage vrouwen van 10 tot 44 jaar dat reeds gevaccineerd werd tegen het humaan papil-lomavirus (HPV)
va_6 Percentage vrouwen van 10 tot 44 jaar dat gevaccineerd werd tegen het humaan papilloma-virus (HPV) in de afgelopen 12 maanden
Deze indicator werd berekend om de resultaten van 2013 te vergelijken met de resultaten van 2008. men moet echter zeer voorzichtig zijn bij de interpretatie, omdat de vraagstelling in 2013 veranderd is.
va_7 Verdeling (%) van de vrouwen van 10 tot 44 jaar volgens het tijdstip sinds de vaccinatie tegen het humaan papillomavirus (HPV)
133VA
CCIn
AtIE
| 4.
RES
ult
AtEn
4. resultaten
4.1. GRIEPVACCInAtIE
4.1.1. OOIt EEn GRIEPVACCInAtIE
4.1.1.1. BelgiëIn België is 29% van de bevolking ooit tegen griep gevaccineerd. Het betreft :
• 35% wanneer men zich beperkt tot de bevolking van 15 jaar en ouder en
• 56% als men zich beperkt tot de risicopersonen5.
analyse volgens leeftijd en geslachtIn de risicopopulatie is het percentage personen dat ooit werd gevaccineerd tegen griep gelijk bij man-nen en vrouwen. Bij 25-34 jarigen is het percentage vrouwen dat ooit werd gevaccineerd hoger dan bij mannen, maar het verschil is niet significant.
De vaccinatiegraad neemt toe met de leeftijd (Figuur 1). Deze bedraagt ongeveer 20% bij 15-24 jarigen, ongeveer 40% bij 25-54 jarigen en meer dan 50% bij 55-plussers.
Figuur 1 | Percentage van de risicopopulatie dat ooit werd gevaccineerd tegen griep, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013
analyse volgens socio-economische achtergrond kenmerkenHet percentage risicopersonen dat ooit werd gevaccineerd tegen griep, varieert niet op significante manier volgens het opleidingsniveau of de urbanisatiegraad van de gemeente waar men woont.
5 Risicopersonen zijn: personen van 65 jaar en ouder en personen van 15 jaar en ouder met een specifieke chronische aandoening (astma, chronische bronchitis, hart- en vaatziekten, hoge bloeddruk, nierlijden en diabetes)
134
VACC
InAt
IE |
4. R
ESu
ltAt
En
evolutie over de tijdHet percentage risicopersonen dat ooit werd gevaccineerd tegen griep neemt significant toe van 1997 tot 2004:
• 41% in 1997
• 50% in 2001
• 54% in 2004
na 2004 is er echter geen significante variatie meer in de tijd.• 54% in 2008
• 56% in 2013.
Figuur 2 | Percentage van de risicopopulatie dat ooit werd gevaccineerd tegen griep, volgens gewest en jaar, Gezondheidsenquête, België, 2013
4.1.1.2. gewestenHet percentage risicopersonen dat ooit werd gevaccineerd tegen griep, is verschillend volgens gewest:
• het hoogst in het Vlaams Gewest (62%),
• intermediair in het Brussels Gewest (52%),
• het laagst in het Waals Gewest (47%).
Deze verschillen zijn significant na correctie voor leeftijd en geslacht.
De evolutie over de tijd verschilt ook sterk naargelang het gewest:• In het Vlaams Gewest observeert men tussen 1997 (43%) en 2013 (62%) een lineaire en signifi-
cante stijging.
• In het Brussels Gewest observeert men tussen 1997 (45%) en 2004 (51%) een lineaire en signifi-cante stijging, en daarna een stabilisering tot 2013 (52%).
• In het Waals Gewest observeert men tussen 1997 (37%) en 2004 (49%) een lineaire en signifi-cante stijging en daarna een stabilisering (met een neiging tot dalen) tot 2013 (47%).
135VA
CCIn
AtIE
| 4.
RES
ult
AtEn
vlaams gewestIn het Vlaams Gewest is 35% van de bevolking ooit tegen griep gevaccineerd. Het betreft :
• 41% wanneer men zich beperkt tot de bevolking van 15 jaar en ouder en
• 62% als men zich beperkt tot de risicopersonen.
De analyses in functie van geslacht, leeftijd (Figuur 3), opleidingsniveau en urbanisatiegraad geven dezelfde resultaten als voor heel België.
Figuur 3 | Percentage van de risicopopulatie dat ooit gevaccineerd werd tegen griep, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013 – Vlaams Gewest
In het Vlaams Gewest is er tussen 1997 (43%) en 2013 (62%) een lineaire en significante stijging van het percentage risico personen dat ooit werd gevaccineerd.
Brussels gewestIn het Brussels Gewest is 22% van de bevolking ooit tegen griep gevaccineerd. Het betreft :
• 27% wanneer men zich beperkt tot de bevolking van 15 jaar en ouder en
• 52% als men zich beperkt tot de risicopersonen.
De analyses in functie van leeftijd (Figuur 4) en opleidingsniveau geven dezelfde resultaten als voor heel België. In het Brussels Gewest is er voor wat betreft deze indicator betreft echter geen verschil tussen mannen en vrouwen van 25-34 jaar.
136
VACC
InAt
IE |
4. R
ESu
ltAt
En
Figuur 4 | Percentage van de risicopopulatie dat ooit werd gevaccineerd tegen griep, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013 – Brussels Gewest
In het Brussels Gewest observeren we tussen 1997 (45%) en 2004 (51%) een lineaire en significante stij-ging van de vaccinatiegraad tegen griep, en daarna een stabilisering tot 2013 (52%).
Waals GewestIn het Vlaams Gewest is 21% van de bevolking ooit tegen griep gevaccineerd. Het betreft :
• 26% wanneer men zich beperkt tot de bevolking van 15 jaar en ouder en
• 47% als men zich beperkt tot de risicopersonen.
De analyses in functie van leeftijd (Figuur 5), opleidingsniveau en urbanisatiegraad geven dezelfde resul-taten als voor heel België. In het Waals Gewest is er voor wat betreft deze indicator betreft, echter geen verschil tussen mannen en vrouwen van 25-34 jaar.
Figuur 5 | Percentage van de risicopopulatie dat ooit werd gevaccineerd tegen griep, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013 – Waals Gewest
137VA
CCIn
AtIE
| 4.
RES
ult
AtEn
In het Waals Gewest observeren we tussen 1997 (37%) en 2004 (49%) een lineaire en significante stijging van de vaccinatiegraad tegen griep, en daarna een stabilisering (met een neiging tot daling) tot 2013 (47%).
4.1.2. GRIEPVACCInAtIE In DE AFGElOPEn 12 mAAnDEn
4.1.2.1. BelgiëIn België geeft 24% van de bevolking (van 15 jaar en ouder) aan gevaccineerd te zijn tegen griep in de afgelopen 12 maanden. Dit percentage neemt toe tot 46% in de risicopopulatie6.
analyse volgens leeftijd en geslacht.In de risicogroep werden 47% van de vrouwen en 44% van de mannen tegen griep gevaccineerd in de afgelopen 12 maanden. Dit verschil is niet significant na correctie voor leeftijd.
De vaccinatiegraad varieert met de leeftijd (Figuur 6): van ongeveer 10% bij 15-34 jarigen, over 20% bij 35-54 jarigen, tot 64% bij 75-plussers.
Figuur 6 | Percentage van de risicopopulatie dat werd gevaccineerd tegen griep in de afgelopen 12 maanden, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013
analyse volgens socio-economische achtergrond kenmerkenHet percentage risicopersonen dat werd gevaccineerd tegen griep in de afgelopen 12 maanden varieert niet significant in functie van het opleidingsniveau of de urbanisatiegraad.
evolutie over de tijdHet percentage risicopersonen dat werd gevaccineerd tegen griep in de afgelopen 12 maanden neemt lineair en significant toe.
• 34% in 1997,
• 43% in 2001,
• 48% in 2004.
6 Risicopersonen zijn: personen van 65 jaar en ouder en personen van 15 jaar en ouder met een specifieke chronische aandoening (astma, chronische bronchitis, hart- en vaatziekten, hoge bloeddruk, nierlijden en diabetes)
138
VACC
InAt
IE |
4. R
ESu
ltAt
En
Deze trend wordt afgebogen in 2008 (47%); nadien is er zelfs een neiging tot dalen (46% in 2013). Het verschil tussen 2008 en 2013 is significant na correctie voor leeftijd en geslacht7.
Figuur 7 | Percentage van de risicobevolking dat gevaccineerd werd tegen griep in de afgelopen 12 maanden, volgens gewest en jaar, Gezondheidsenquête, België, 2013
4.1.2.2. gewestenHet percentage risicopersonen dat gevaccineerd werd tegen griep in de afgelopen 12 maanden varieert volgens het gewest. Dit percentage is :
• het hoogst in het Vlaams Gewest (50%), en
• lager in het Brussels (41%) en Waals Gewest (38%).
Het verschil in vaccinatiegraad tussen het Vlaams Gewest en de andere twee gewesten is significant na correctie voor leeftijd en geslacht.
De evolutie over de tijd is verschillend per gewest:• In het Vlaams Gewest is er tussen 1997 (35%) en 2004 (52%) een stijging, en daarna een stabilise-
ring, met percentages rond de 50%.
• In het Brussels Gewest is er een lineaire stijging van 39% in 1997 tot 45% in 2008, en daarna een significante daling tot 41% in 2013.
• In het Waals Gewest is er een lineaire stijging van 32% in 1997 tot 45% in 2004, en daarna een significante daling tot 38% in 2013.
vlaams gewestIn het Vlaams Gewest geeft 29% van de bevolking (van 15 jaar en ouder) aan gevaccineerd te zijn tegen griep in de afgelopen 12 maanden. Dit percentage neemt toe tot 50% in de risicopopulatie.
De analyses in functie van geslacht, leeftijd (Figuur 8), opleidingsniveau en urbanisatiegraad geven het-zelfde resultaat als voor heel België.
7 na correctie voor leeftijd en geslacht is het percentage 28,5% in 2008 en 24,6% in 2013
139VA
CCIn
AtIE
| 4.
RES
ult
AtEn
Figuur 8 | Percentage van de risicobevolking dat gevaccineerd werd tegen griep in de afgelopen 12 maanden, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013 – Vlaams Gewest
In het Vlaams Gewest is er tussen 1997 (35%) en 2004 (52%) een toename van het percentage risicoper-sonen dat in de afgelopen 12 maanden tegen griep werd gevaccineerd, en daarna een stabilisering rond de 50%
Brussels gewestIn het Brussels Gewest geeft 18% van de bevolking (van 15 jaar en ouder) aan gevaccineerd te zijn tegen griep in de afgelopen 12 maanden. Dit percentage neemt toe tot 41% in de risicopopulatie.
De analyses in functie van geslacht, leeftijd (Figuur 9) en opleidingsniveau geven hetzelfde resultaat als voor heel België.
Figuur 9 | Percentage van de risicopopulatie dat werd gevaccineerd tegen griep in de afgelopen 12 maanden, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013 – Brussels Gewest
140
VACC
InAt
IE |
4. R
ESu
ltAt
En
In het Brussels Gewest is er een lineaire stijging van 39% in 1997 tot 45% in 2008, en daarna een signifi-cante daling tot 41% in 2013.
Waals gewestIn het Waals Gewest geeft 19% van de bevolking (van 15 jaar en ouder) aan gevaccineerd te zijn tegen griep in de afgelopen 12 maanden. Dit percentage neemt toe tot 38% in de risicopopulatie.
De analyses in functie van geslacht, leeftijd (Figuur 10), opleidingsniveau en urbanisatiegraad geven het-zelfde resultaat als voor heel België.
Figuur 10 | Percentage van de risicobevolking dat gevaccineerd werd tegen griep in de afgelopen 12 maanden, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013 – Waals Gewest
In het Waals Gewest is er een lineaire stijging van 32% in 1997 tot 45% in 2004, en daarna een signifi-cante daling tot 38% in 2013.
4.1.3. GRIEPVACCInAtIE In HEt AFGElOPEn VACCInAtIESEIZOEn
4.1.3.1. BelgiëIn België werd 44% van de risicopopulatie8 gevaccineerd tegen griep in het afgelopen vaccinatieseizoen9.
analyse volgens leeftijd en geslachtIn de risicogroep werden 45% van de vrouwen en 42% van de mannen in het afgelopen vaccinatiesei-zoen tegen griep gevaccineerd. Dit verschil is niet significant na correctie voor leeftijd.
De vaccinatiegraad schommelt rond de 20% in de leeftijdsgroepen van 15 tot 54 jaar en neemt daarna op regelmatige wijze toe om 68% te bereiken bij de 75-plussers (Figuur 11).
8 Risicopersonen zijn: personen van 65 jaar en ouder en personen van 15 jaar en ouder met een specifieke chronische aandoening (astma, chronische bronchitis, hart- en vaatziekten, hoge bloeddruk, nierlijden en diabetes)
9 Schatting bij personen die ondervraagd werden tussen januari en augustus van het jaar (E) en die aangeven dat ze werden gevaccineerd in het vaccinatieseizoen dat aan de laatste griepperiode voorafging, met name van september tot december van het jaar (E-1)
141VA
CCIn
AtIE
| 4.
RES
ult
AtEn
Figuur 11 | Percentage van risicobevolking dat werd gevaccineerd tegen griep in het afgelopen vaccinatieseizoen, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013
analyse volgens socio-economische achtergrondkenmerkenHet percentage risicopersonen dat werd gevaccineerd tegen griep in het afgelopen vaccinatieseizoen, varieert noch in functie van het opleidingsniveau, noch in functie van de urbanisatiegraad.
evolutie over de tijdtussen 1997 en 2004 observeren we een lineaire en significante toename van het percentage risicoper-sonen dat werd gevaccineerd in het afgelopen vaccinatieseizoen:
• 32% in 1997,
• 40% in 2001,
• 47% in 2004.
Deze trend wordt afgebogen in 2008 (45%). Daarna observeert men een daling tot 44% in 2013. Het ver-schil tussen 2008 en 2013 is significant na correctie voor leeftijd en geslacht10.
10 na correctie voor leeftijd en geslacht is het percentage 26,2% in 2008 en 23,3% in 2013
142
VACC
InAt
IE |
4. R
ESu
ltAt
En
Figuur 12 | Percentage van risicobevolking dat werd gevaccineerd tegen griep in het afgelopen vaccinatieseizoen, volgens gewest en jaar, Gezondheidsenquête, België, 2013.
4.1.3.2. gewestenHet percentage risicopersonen dat gevaccineerd werd tegen griep in het afgelopen vaccinatieseizoen varieert volgens het gewest:
• 47% in het Vlaams Gewest,
• 39% in het Brussels Gewest,
• 38% in het Waals Gewest.
Deze verschillen zijn echter niet significant na correctie voor leeftijd en geslacht.
De evolutie over de tijd is verschillend per gewest:• In het Vlaams Gewest is er tussen 1997 (32%) en 2004 (49%) een stijging, en daarna een stabilise-
ring, met percentages rond de 48%.
• In het Brussels Gewest is er een lineaire stijging van 36% in 1997 tot 43% in 2008, en daarna een daling tot 39% in 2013.
• In het Waals Gewest is er eerst een lineaire stijging van 30% in 1997 tot 46% in 2004, en daarna een significante daling tot 38% in 2013.
vlaams gewestIn het Vlaams Gewest werd 47% van de risicopopulatie gevaccineerd tegen griep in het afgelopen vaccinatieseizoen.
De analyses in functie van geslacht, leeftijd (Figuur 13), opleidingsniveau en urbanisatiegraad geven dezelfde resultaten als voor heel België.
143VA
CCIn
AtIE
| 4.
RES
ult
AtEn
Figuur 13 | Percentage van risicobevolking dat werd gevaccineerd tegen griep in het afgelopen vaccinatieseizoen, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013 – Vlaams Gewest
In het Vlaams Gewest is er tussen 1997 (32%) en 2004 (49%) een stijging, en daarna een stabilisering, met percentages rond de 48%.
Brussels gewestIn het Brussels Gewest werd 39% van de risicopopulatie gevaccineerd tegen griep in het afgelopen vaccinatieseizoen.
De analyses in functie van geslacht, leeftijd (Figuur 14), en opleidingsniveau geven dezelfde resultaten als voor heel België.
Figuur 14 | Percentage van risicobevolking dat werd gevaccineerd tegen griep in het afgelopen vaccinatieseizoen, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013 – Brussels Gewest
144
VACC
InAt
IE |
4. R
ESu
ltAt
En
Het percentage risicopersonen dat gevaccineerd werd tegen griep in het afgelopen vaccinatieseizoen is tussen 1997 en 2008 op een lineaire manier en significant gestegen, na correctie voor leeftijd en geslacht:
• 36% in 1997,
• 41% in 2001,
• 41% in 2004,
• 43% in 2008.
Daarna observeert men een significante daling van de vaccinatiegraad om 39% te bereiken in 2013.
Waals gewestIn het Waals Gewest werd 38% van de risicopopulatie gevaccineerd tegen griep in het afgelopen vaccinatieseizoen.
De analyses in functie van geslacht (Figuur 15), opleidingsniveau en urbanisatiegraad geven dezelfde resultaten als voor heel België. De vaccinatiegraad is hier echter slecht bij de personen jonger dan 45 jaar (bijvoorbeeld 6% bij de 25-34 jarigen). toch moet dit met de nodige voorzichtigheid geïnterpreteerd worden, want het gaat over een klein aantal ondervraagden in deze leeftijdsgroepen (bijvoorbeeld 26 personen bij de 24-34 jarigen).
Figuur 15 | Percentage van risicobevolking dat werd gevaccineerd tegen griep in het afgelopen vaccinatieseizoen, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013 – Waals Gewest
In het Waals Gewest observeert men, zoals in heel België, tussen 1997 en 2004 een lineaire en signifi-cante toename van deze indicator, en dit na correctie voor leeftijd en geslacht:
• 30% in 1997,
• 35% in 2001,
• 46% in 2004.
Daarna observeert men een significante daling tot 41% in 2008 en tot 38% in 2013.
145VA
CCIn
AtIE
| 4.
RES
ult
AtEn
4.2. VACCInAtIE tEGEn PnEumOKOKKEn In DE AFGElOPEn VIJF JAAR
4.2.1. BElGIë
In België geeft 5,7% van de bevolking van 45 jaar en ouder aan te zijn gevaccineerd tegen pneumokokken in de afgelopen vijf jaar. Dit percentage neemt toe tot 8,5% als we ons focussen op de risicopopulatie11.
analyse volgens leeftijd en geslachtIn de risicopopulatie varieert de vaccinatiegraad niet significant tussen mannen (8,7%) en vrouwen (8,3%). De vaccinatiegraad is zeer laag bij personen jonger dan 55 jaar (1,9%) en neemt progressief toe om 12,5% te bereiken bij 75-plussers.
Figuur 16 | Percentage van de risicopopulatie dat gevaccineerd werd tegen pneumokokken in de afgelopen vijf jaar, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013
analyse volgens socio-economische achtergrond kenmerkenHet percentage risicopersonen dat gevaccineerd werd tegen pneumokokken in de afgelopen vijf jaar varieert niet in functie van het opleidingsniveau en de urbanisatiegraad.
evolutie over de tijdtussen 2004 en 2008 is het percentage risicopersonen dat werd gevaccineerd tegen pneumokokken in de afgelopen vijf jaar nauwelijks veranderd:
• 12,6% in 2004,
• 11,0% in 2008.
In 2013, daarentegen, is dit percentage significant gedaald tot 8,5%.
11 Risicopersonen zijn: personen van 65 jaar en ouder en personen van 45 jaar en ouder met een specifieke chronische aandoening (astma, chronische bronchitis, hart- en vaatziekten, hoge bloeddruk, nierlijden en diabetes)
146
VACC
InAt
IE |
4. R
ESu
ltAt
En
Figuur 17 | Percentage van de risicopopulatie dat gevaccineerd werd tegen pneumokokken in de afgelopen vijf jaar, volgens gewest en jaar, Gezondheidsenquête, België, 2013
4.2.2. GEWEStEn
Het percentage risicopersonen dat werd gevaccineerd tegen pneumokokken in de afgelopen 5 jaar ver-schilt naargelang het gewest:
• 8,0% in het Vlaams Gewest,
• 12,7% in het Brussels Gewest,
• 8,1% in het Waals Gewest.
Het verschil tussen het Brussels Gewest en de andere twee gewesten is significant na correctie voor leef-tijd en geslacht.
De evolutie over de tijd is verschillend voor de drie gewesten:• In het Vlaams Gewest is de vaccinatiegraad tussen 2004 en 2008 stabiel gebleven, maar is er een
daling tussen 2008 (9,7%) en 2013 (8,0%). Dit verschil is echter niet significant na correctie voor leeftijd en geslacht.
• In het Brussels Gewest is de vaccinatiegraad tussen 2004 en 2008 stabiel gebleven, maar is er een daling tussen 2008 (15,3%) en 2013 (12,7%). Dit verschil is echter niet significant na correctie voor leeftijd en geslacht.
• In het Waals Gewest observeert men een daling van de vaccinatiegraad tussen 2004 (15,5%) en 2008 (11,8%) en tussen 2008 en 2013 (8,1%). Deze verschillen zijn significant na correctie voor leeftijd en geslacht.
vlaams gewestIn het Vlaams Gewest geeft 5,5% van de bevolking van 45 jaar en ouder aan te zijn gevaccineerd tegen pneumokokken in de afgelopen vijf jaar. Dit percentage neemt toe tot 8,0% als we ons focussen op de risicopopulatie.
De analyses in functie van geslacht, leeftijd (Figuur 18) opleidingsniveau en urbanisatiegraad geven dezelfde resultaten als voor heel België.
147VA
CCIn
AtIE
| 4.
RES
ult
AtEn
Figuur 18 Percentage van de risicopopulatie dat gevaccineerd werd tegen pneumokokken in de afgelopen vijf jaar, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013 – Vlaams Gewest
In het Vlaams Gewest is de vaccinatiegraad tussen 2004 en 2008 stabiel gebleven, maar is er een daling tussen 2008 (9,7%) en 2013 (8,0%). Dit verschil is echter niet significant na correctie voor leeftijd en geslacht.
Brussels gewestIn het Brussels Gewest geeft 7,7% van de bevolking van 45 jaar en ouder aan te zijn gevaccineerd tegen pneumokokken in de afgelopen vijf jaar. Dit percentage neemt toe tot 12,7% als we ons focussen op de risicopopulatie.
In de risicopopulatie is 10,0% van de vrouwen gevaccineerd en 16,3% van de mannen; dit verschil is ech-ter niet significant na correctie voor leeftijd en geslacht.
De analyses in functie van leeftijd (Figuur 18) en opleidingsniveau geven dezelfde resultaten als voor heel België.
Figuur 19 | Percentage van de risicopopulatie dat gevaccineerd werd tegen pneumokokken in de afgelopen vijf jaar, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013 – Brussels Gewest
148
VACC
InAt
IE |
4. R
ESu
ltAt
En
In het Brussels Gewest is de vaccinatiegraad tussen 2004 en 2008 stabiel gebleven, maar is er een daling van tussen 2008 (15,3%) en 2013 (12,7%). Dit verschil is echter niet significant na correctie voor leeftijd en geslacht.
Waals gewestIn het Waals Gewest geeft 5,5% van de bevolking van 45 jaar en ouder aan te zijn gevaccineerd tegen pneumokokken in de afgelopen vijf jaar. Dit percentage neemt toe tot 8% als we ons focussen op de risicopopulatie.
De analyses in functie van geslacht en leeftijd (Figuur 20) geven dezelfde resultaten als voor heel België.
Figuur 20 | Percentage van de risicopopulatie dat gevaccineerd werd tegen pneumokokken in de afgelopen vijf jaar, volgens geslacht en leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013 – Waals Gewest
In het Waals Gewest is er echter een verschil in functie van het opleidingsniveau: de vaccinatiegraad is lager (5,4%) bij personen zonder diploma of enkel een diploma lager onderwijs dan bij personen met een diploma lager secundair (11,2%). Dit verschil is significant na correctie voor leeftijd en geslacht.
Er is ook een verschil in functie van de urbanisatiegraad: de vaccinatiegraad is lager bij personen die in stedelijke gemeenten (5,1%) wonen dan bij personen die in half stedelijke gemeenten (13,4%) wonen. Dit verschil is significant na correctie voor leeftijd en geslacht.
In het Waals Gewest observeert men een daling van de vaccinatiegraad tussen 2004 (15,5%) en 2008 (11,8%) en tussen 2008 en 2013 (8,1%). Deze verschillen zijn significant na correctie voor leeftijd en geslacht.
149VA
CCIn
AtIE
| 4.
RES
ult
AtEn
4.3. VACCInAtIE tEGEn HEt HumAAn PAPIllOmAVIRuS (HPV)
4.3.1. REEDS GEVACCInEERD tEGEn HEt HumAAn PAPIllOmAVIRuS (HPV)
4.3.1.1. BelgiëIn België geeft 18% van de vrouwen tussen 10 en 44 jaar aan reeds te zijn gevaccineerd voor het humaan papillomavirus .
analyse volgens leeftijdIn de groep van vrouwen tussen 10 en 44 jaar varieert de vaccinatiegraad significant met de leeftijd. Bij 10-14 jarigen bedraagt deze 23% (dit is min of meer de doelgroep van de jaarlijkse vaccinatie). Bij 15-19 jarigen is dit 50%, om daarna te dalen tot 38% bij de 20-24 jarigen. In de oudere leeftijdsgroepen is de vaccinatiegraad duidelijker veel lager (8% bij de 25-29 jarigen) om progressief te dalen tot 3% bij de 40-44 jarigen.
Figuur 21 | Percentage vrouwen van 10 tot 44 jaar dat aangeeft reeds te zijn gevaccineerd voor het humaan papillomavirus (HPV), volgens leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013
analyse volgens socio-economische achtergrond kenmerkenHet percentage vrouwen van 10 tot 44 jaar dat aangeeft reeds gevaccineerd te zijn tegen het humaan papillomavirus varieert in functie van het opleidingsniveau12. De vaccinatiegraad is 11% bij vrouwen met een diploma lager secundair en 15% bij vrouwen zonder diploma of enkel een diploma lager onderwijs, tegenover 19% bij vrouwen met een diploma hoger secundair en 19% bij vrouwen met een diploma hoger onderwijs. Het verschil in percentage gevaccineerde vrouwen met een diploma lager secundair, enerzijds, en de vrouwen met een diploma hoger secundair of hoger onderwijs is significant na correctie voor leeftijd.
Er zijn ook significante verschillen in functie van de urbanisatiegraad: de vaccinatiegraad is lager bij vrou-wen die in stedelijke gemeenten wonen (13%) dan bij vrouwen die in halfstedelijke (23%) en landelijke gemeenten (21%) wonen. Het verschil tussen, enerzijds, de vrouwen die in stedelijke gemeenten wonen en, anderzijds, de vrouwen die in halfstedelijke en landelijke gemeenten wonen, is significant na correc-tie voor leeftijd.
12 Het gaat hier over het hoogste opleidingsniveau van het huishouden (referentiepersoon of partner), en dus niet noodzakelijk over het opleidingsniveau van de ondervraagde persoon.
150
VACC
InAt
IE |
4. R
ESu
ltAt
En
evolutie over de tijdDeze indicator is niet beschikbaar voor vorige enquêtejaren.
4.3.1.2. gewestenHet percentage vrouwen van 10 tot 44 jaar dat aangeeft reeds te zijn gevaccineerd voor het humaan papillomavirus verschilt naargelang het gewest:
• 24% in het Vlaams Gewest,
• 10% in het Brussels Gewest,
• 11% in het Waals Gewest.
Het verschil in vaccinatiegraad tussen het Vlaams Gewest en de twee andere gewesten is significant na correctie voor leeftijd en geslacht.
vlaams gewestIn het Vlaams Gewest geeft 24% van de vrouwen van 10 tot 44 jaar aan reeds te zijn gevaccineerd tegen het humaan papillomavirus. Bij jonge vrouwen tussen 15 en 19 jaar is dit 62%.
De analyses in functie van leeftijd (Figuur 22), opleidingsniveau en urbanisatiegraad geven dezelfde resultaten als voor heel België.
Figuur 22 | Percentage vrouwen van 10 tot 44 jaar dat aangeeft reeds te zijn gevaccineerd voor het humaan papillomavirus (HPV), volgens leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013 – Vlaams Gewest
Brussels gewestIn het Brussels Gewest geeft 10% van de vrouwen van 10 tot 44 jaar aan reeds te zijn gevaccineerd tegen het humaan papillomavirus. Bij jonge vrouwen tussen 20 en 24 jaar is dit 25%.
De analyses in functie van leeftijd (Figuur 23) geven dezelfde resultaten als voor heel België.
Daarentegen worden hier geen verschillen waargenomen in functie van het opleidingsniveau.
151VA
CCIn
AtIE
| 4.
RES
ult
AtEn
Figuur 23 | Percentage vrouwen van 10 tot 44 jaar dat aangeeft reeds te zijn gevaccineerd voor het humaan papillomavirus (HPV) , volgens leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013 – Brussels Gewest
Waals gewestIn het Waals Gewest geeft 11% van de vrouwen van 10 tot 44 jaar aan reeds te zijn gevaccineerd tegen het humaan papillomavirus. Bij jonge vrouwen tussen 15 en 19 jaar is dit 37%.
De analyses in functie van leeftijd (Figuur 24) en urbanisatiegraad geven dezelfde resultaten als voor heel België.
Figuur 24 | Percentage vrouwen van 10 tot 44 jaar dat aangeeft reeds te zijn gevaccineerd voor het humaan papillomavirus (HPV), volgens leeftijd, Gezondheidsenquête, België, 2013 – Waals Gewest
152
VACC
InAt
IE |
4. R
ESu
ltAt
En
In het Waals Gewest varieert het percentage vrouwen van 10 tot 44 jaar dat aangeeft reeds te zijn gevac-cineerd tegen het humaan papillomavirus in functie van het opleidingsniveau13: er is echter enkel een significant verschil tussen vrouwen met een diploma lager secundair en vrouwen met een diploma hoger onderwijs.
4.3.2. tIJD SInDS DE lAAtStE VACCInAtIE VAn HEt HumAAn PAPIllOmAVIRuS (HPV)
4.3.2.1. BelgiëVan de vrouwen in België die werden gevaccineerd tegen het humaan papillomavirus geeft 19% aan dat dit gebeurde in de afgelopen 12 maanden, in 26% van de gevallen was dit 12 tot 24 maanden geleden, in 39% van de gevallen tussen de 2 en 5 jaar geleden en in 16% van de gevallen meer dan 5 jaar geleden.
analyse volgens leeftijdHet zijn vooral jonge meisjes die werden gevaccineerd in de afgelopen 12 maanden: de vaccinatiegraad is 57% bij de 10-14 jarigen en 18% bij de 15-19 jarigen. toch observeert men ook dat bepaalde vrouwen in de leeftijdsgroep 30-39 werden gevaccineerd in de afgelopen 12 maanden (terwijl ze a priori niet tot de doelgroep behoren). Anderzijds blijkt een niet verwaarloosbaar aantal vrouwen (van 25 jaar en ouder) te melden dat ze meer dan 5 jaar geleden werden gevaccineerd.
4.3.2.2. gewestenDe verdeling van de tijd sinds de laatste vaccinatie tegen het humaan papillomavirus varieert niet aan-zienlijk tussen de gewesten.
4.3.3. VACCInAtIE tEGEn HEt HumAAn PAPIllOmAVIRuS In DE AFGElOPEn 12 mAAnDEn
In België geeft 3% van de vrouwen van 10 tot 44 jaar aan dat ze werden gevaccineerd tegen het humaan papillomavirus in de afgelopen twaalf maanden. Deze indicator werd aangemaakt om de resultaten van 2013 te kunnen vergelijken met deze van 2008 (Zie tabel 1).
13 Het gaat hier over het hoogste opleidingsniveau van het huishouden (referentiepersoon of partner), en dus niet noodzakelijk over het opleidingsniveau van de ondervraagde persoon.
153VA
CCIn
AtIE
| 4.
RES
ult
AtEn
tabel 1 | Percentage vrouwen van 12 tot 20 jaar dat aangeeft te zijn gevaccineerd tegen humaan papillomavirus in de afgelopen twaalf maanden, volgens leeftijd en jaar, gezondheidsenquête, België
Jaar 2008 2013
Leeftijd Aantal respondenten Gewogen percentage Aantal respondenten Gewogen percentage
12 jaar 50 6% 51 34%
13 jaar 51 16% 38 16%
14 jaar 48 40% 55 21%
15 jaar 43 25% 55 8%
16 jaar 67 24% 50 12%
17 jaar 45 12% 49 11%
18 jaar 57 13% 50 13%
19 jaar 47 4% 53 1%
20 jaar 56 3% 51 0.3%
total 464 15% 452 13%
uit deze tabel blijkt dat de vaccinatie bij meisjes van 12 tot 14 jaar vroegtijdiger gebeurt in 2013 dan in 2008. De percentages bij meisjes van 15-16 jaar liggen in 2013 lager.
155VA
CCIn
AtIE
| 5.
BES
PREK
InG
5. BesprekIng
Vooreerst dient het belang van het systeem « Vaccinnet14 » in Vlaanderen te worden onderstreept. Dit systeem laat toe dat hulpverleners de vaccins die ze nodig hebben, kunnen bestellen en de vaccins die ze toedienen op het niveau van het individu kunnen registreren. Het zou interessant zijn om na te gaan welke rol Vaccinnet in de toekomst kan spelen om de vaccinatiegraad in de bevolking te meten.
Op Europees niveau heeft het European Centre for Disease Prevention and Control (ECDC) een gespecia-liseerd netwerk opgezet in het domein van de ziekten die kunnen voorkomen worden door vaccina-tie (Vaccine Preventable Diseases): het VEnICE netwerk15. Doelstelling daarvan is om informatie over de nationale vaccinatieprogramma’s te verzamelen, uit te wisselen en te verspreiden. Dit netwerk kan hel-pen om resultaten over de vaccinatiegraad op Europees niveau makkelijker te vergelijken.
griepvaccinatieAan de hand van de gegevens van de Permanente Steekproef werd door het Intermutualistisch Agentschap (ImA)16 een studie uitgevoerd over de vaccinatiegraad tegen de griep.
Deze studie laat toe om de resultaten op basis van de administratieve gegevens van het ImA te vergelij-ken met deze van de Gezondheidsenquête 2008 (waar men aan de personen vraagt naar informatie over hun vaccinatiestatus). De analyse betreft griepvaccinatie (in de afgelopen 12 maanden) bij personen van 65 jaar en ouder. De resultaten van deze vergelijken worden voorgesteld in tabel 2:
tabel 2 | Vaccinatiegraad voor influenza bij personen van 65 jaar en ouder: vergelijking tussen de gegevens van de Gezondheidsenquête 2008 (HIS) en de gegevens van het Intermutualistisch Agentschap (ImA) van 2007-2008-2009 op basis van de Permanente Steekproef (EPS), België
HIS 2008
% (betrouwbaarheidsinterval
95%)
ImA 07-08
%
ImA 08-09
%
Vlaams Gewest 63,4 (58,2-68,6) 65,8 65,8
Brussels Gewest 66,6 (60,3-72,8) 58,0 59,2
Waals Gewest 66,9 (61,1-72,8) 60,2 60,9
België 64,7 (61,0-68,4) 62,5 62,9
De cijfers tonen dus een lichte overschatting van de resultaten van de gezondheidsenquête in ver-gelijking met de resultaten van de EPS, waarbij het verschil iets groter is in het Waals Gewest en het Brussels Gewest. De studie laat toe om de resultaten van de vaccinatiegraad tegen griep in de Gezondheidsenquête te valideren.
Een derde van de bevolking in België werd al ooit eens tegen griep gevaccineerd. Deze proportie stijgt tot twee derden van de bevolking wanneer we enkel de risicopopulatie in acht nemen. Deze indicator laat toe om na te gaan in welke mate de bevolking reeds in contact kwam met het vaccinatieprogramma tegen griep. De resultaten moeten echter met voorzichtigheid geïnterpreteerd worden. Personen kun-nen inderdaad moeilijkheden hebben om zich vaccinaties te herinneren van lang geleden, wat minder het geval is voor recente vaccinaties.
14 https://www.vaccinnet.be/Vaccinnet/welkom.do
15 http://venice.cineca.org/
16 J. Vanoverloop, J. Guillaume, Vaccination contre la grippe au cours des hivers 2007-8 et 2008-9 : évaluation basée sur l’échantillon permanent des soins de santé (EPS). Rapport de l’Agence Intermutualiste. 2011
156
VACC
InAt
IE |
5. B
ESPR
EKIn
G
Van de personen van 15 jaar en ouder werd 25% gevaccineerd in de afgelopen twaalf maanden; dit per-centage stijgt tot 58% bij de 65-plussers. Deze indicator laat toe na te gaan in welke mate het vaccinatie-programma actief is op het niveau van de bevolking. ter vergelijking, de vaccinatiegraad bij de 65-plus-sers was in de Verenigde Staten in 2012 68%17.
Slechts 44% van de risicopopulatie (de 65-plussers, maar ook personen jonger dan 65 jaar met een chro-nische pathologie) werd gevaccineerd tegen griep in het afgelopen vaccinatieseizoen. Dit komt overeen met het percentage personen dat effectief beschermd is tegen griep dankzij het vaccin dat het meest aangepast is tegen het griepvirus dat in omloop is. De vaccinatiegraad is dus niet optimaal. Het deficit is meer uitgesproken in de jongere leeftijdsgroepen zoals de 15-34 jarigen (minder dan 20% van de risi-copersonen gevaccineerd) en de 35-54 jarigen (ongeveer 20% risicopersonen gevaccineerd). Het is dus nodig om artsen te sensibiliseren om er over te waken dat vooral kwetsbare personen jonger dan 65 jaar, maar ook meer in het algemeen 65-plussers18 gevaccineerd worden.
Griepvaccinatie komt evenveel voor bij mannen als bij vrouwen. toch is er een verschil bij de 25-34 jari-gen, waar het percentage vrouwen dat ooit werd gevaccineerd hoger is dan het percentage mannen. Dit heeft waarschijnlijk te maken met de vaccinatie bij zwangere vrouwen. Er zijn ook geen socio-economi-sche ongelijkheden. Het percentage personen dat gevaccineerd is tegen griep varieert inderdaad niet in functie van het opleidingsniveau.
Eerder bleek het percentage personen dat werd gevaccineerd tegen griep geleidelijk toe te nemen in de tijd. Het percentage risicopersonen dat werd gevaccineerd tegen griep in het afgelopen vaccinatiesei-zoen nam tussen 1997 en 2004 toe van 32% tot 47%. toch lijken de grenzen van het huidige vaccinatie-programma bereikt. Hoewel de vaccinatiegraad in 2008 en op sommige plaatsen zelfs in 2013 is blijven stijgen, blijkt de vaccinatiegraad eerder een plateau bereikt te hebben en is er sinds 2004 of 2008 nog weinig evolutie. In sommige gevallen stellen we zelfs een daling van de vaccinatiegraad vast t.o.v. 2013, zoals bijvoorbeeld in Brussel en Wallonië. Dit is meer bepaald het geval voor het percentage risicoperso-nen dat werd gevaccineerd tegen griep in het afgelopen vaccinatieseizoen.
Het is dan ook zeer belangrijk om het vaccinatieprogramma tegen griep opnieuw te bekijken en er een nieuwe dynamiek aan te geven.
tot slot blijkt dat de resultaten doorgaans beter zijn in het Vlaams Gewest dan in de andere twee gewes-ten. Deze vaststelling wordt nog bekrachtigd door het feit dat de overschatting van de resultaten van de Gezondheidsenquête meer uitgesproken is in het Waals en Brussels Gewest. Het kan daarom nuttig zijn om na te gaan of de andere gewesten zich door het vaccinatieprogramma in het Vlaams Gewest kunnen laten inspireren.
vaccinatie tegen pneumokokkenSlecht 10% van de personen van 65 jaar en ouder werd gevaccineerd tegen pneumokokken in de afge-lopen vijf jaar. ter vergelijking, de gezondheidsenquête in de Verenigde Staten (nHIS) geeft de volgende resultaten19: 42% in 1997 en 60% in 2013 (bij 65-plussers). In Canada20 is de vaccinatiegraad bij dezelfde groep in 2012 38%. In België is er dus nog flink wat ruimte voor verbetering in dit domein.
Zoals dit het geval was voor de griepvaccinatie, zijn het vooral de kwetsbare personen in de jongere leef-tijdsgroepen die minder zijn gevaccineerd (2% bij de 45-54 jarigen en 7% bij de 55-64 jarigen), maar zelfs bij de 65-plussers is de vaccinatiegraad laag.
17 mmWR, 62 (04) 1-29, 25/10/2013
18 ECDC heeft als doelstelling om in de lidstaten bij 65-plussers een vaccinatiegraad van 75% (voor het afgelopen vaccinatieseizoen) te bereiken
19 mmWR, 64 (04) 95-102, 06/02/2015
20 http://www.phac-aspc.gc.ca/im/nics-enva/vcac-cvac-eng.php
157VA
CCIn
AtIE
| 5.
BES
PREK
InG
De vaccinatiegraad tegen pneumokokken is sinds 2004 niet verbeterd. Integendeel, het lijkt er zelfs op deze tussen 208 en 2013 eerder gedaald is, met name in het Waals Gewest. Dit wijst er op dat deze vacci-natie nog niet echt is ingeburgerd, noch bij de gezondheidsbeoefenaars, noch bij de bevolking.
Zoals dit ook het geval is bij de griepvaccinatie, is de vaccinatiegraad dezelfde bij mannen en vrouwen. Er zijn ook geen socio-economische verschillen. De vaccinatiegraad is echter beter in het Vlaams Gewest dan in de andere twee gewesten.
vaccinatie tegen het humaan papillomavirus (hpv) De doelpopulatie voor deze vaccinatie zijn jonge meisjes tussen 10 en 13 jaar. Voor deze groep wordt de vaccinatie door de gemeenschappen en voor een stuk door het RIZIV terugbetaald.
Binnen de groep van 10 tot 44 jarigen die hier bestudeerd wordt, varieert de vaccinatiegraad sterk vol-gens de leeftijd: 23% bij 10-14 jarigen, 50% bij 15-19 jarigen, om dan te dalen tot 38% bij de 20-24 jari-gen. In de oudere leeftijdsgroepen is de vaccinatiegraad veel lager om progressief te dalen tot 3% bij de 40-44 jarigen. Deze laatste cijfers zijn logisch, omdat het hier gaat om cohorten vrouwen die niet gevac-cineerd werden toen ze jonger waren.
Het Vlaams Gewest21 geeft aan dat in 2012 83% van de meisjes in het eerst jaar secundair onderwijs gevaccineerd werd.
De vaccinatiegraad bij de jonge vrouwen van 15-19 jaar (50% in deze enquête) komt overeen met de cohorte meisjes geboren tussen 1997 en 1998. ter vergelijking, de vaccinatiegraad (3 dosissen) voor de cohorte 1998 was in nederland 58% en in het Verenigd Koninkrijk 76%.
In de Verenigde Staten had in 2011 35% van de meisjes tussen 13 en 17 jaar drie dosissen vaccin tegen het humaan papillomavirus gekregen22.
men kan er zich over verwonderen dat vaccinaties (in de afgelopen 12 maanden) nog gerapporteerd worden na de leeftijd van 18 jaar, hoewel de meeste vrouwen op deze leeftijd reeds seksueel actief zijn. Sommigen geven echter aan dat deze vaccinatie ook op deze leeftijd nog effectief zou zijn.
De vaccinatiegraad tegen het humaan papillomavirus vertoont een aantal verschillen volgens de socio-economische status. De vaccinatiegraad is lager bij meisjes die deel uitmaken van een huishouden waar-bij het hoogste opleidingsniveau een diploma lager secundair is. Dit wordt vastgesteld in het Vlaams en Waals Gewest, maar niet in het Brussels Gewest. De vaccinatiegraad is ook lager bij meisjes die in de stad wonen in het Waals Gewest.
tot slot blijkt de vaccinatiegraad voor humaan papillomavirus, zoals dit het geval was voor griep en pneumokokken beter te zijn in het Vlaams Gewest dan in het Brussels en Waals Gewest. In deze laatste twee gewesten is er dus nog flink wat ruimte voor verbetering.
21 mededeling aan de leden van de Vlaamse Regering, betreft: stand van zaken uitvoering Vlaamse gezondheidsdoelstellingen 2012
22 mmWR 67 (34) 671-677 31/08/2012
159VA
CCIn
AtIE
| 6.
BIB
lIO
GRA
FIE
6. BIBlIografIe
(1) Brownstein JS, Kleinman KP, mandl KD. Identifying Pediatric Age Groups for Influenza Vaccination using a Real-time Regional Surveillance System. Am J Epidemiol 2005; 162(7):686-693.
(2) Kramers PG. the ECHI project: health indicators for the European Community. Eur J Publ Health 2003; 13(3 Suppl):101-106.
161VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
7. taBellen
tabel 1 | Percentage vrouwen van 12 tot 20 jaar dat aangeeft te zijn gevaccineerd tegen humaan papillomavirus in de afgelopen twaalf maanden, volgens leeftijd en jaar, gezondheidsenquête, België. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 153
tabel 2 | Vaccinatiegraad voor influenza bij personen van 65 jaar en ouder: vergelijking tussen de gegevens van de Gezondheidsenquête 2008 (HIS) en de gegevens van het Intermutualistisch Agentschap (ImA) van 2007-2008-2009 op basis van de Permanente Steekproef (EPS), België . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 155
tabel 3 | Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, België . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 165
tabel 4 | Percentage van de bevolking dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, België . . . . . . . . 166
tabel 5 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, België. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 167
tabel 6 | Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) dat in de afgelopen twaalf maanden tegen griep werd gevaccineerd, België. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 168
tabel 7 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in de afgelopen twaalf maanden tegen griep werd gevaccineerd, België . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 169
tabel 8 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in het meest recente immunisatieseizoen tegen griep werd gevaccineerd, België . . . . . . . . . . . . . . . . . 170
tabel 9 | Percentage van de bevolking dat in het meest recente immunisatieseizoen tegen griep werd gevaccineerd, België. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 171
tabel 10 | Percentage van de bevolking (van 45 jaar en ouder) dat in de afgelopen 5 jaar tegen pneumokokken werd gevaccineerd, België . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 172
tabel 11 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in de afgelopen 5 jaar tegen pneumokokken werd gevaccineerd, België . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 173
tabel 12 | Percentage van de vrouwen (van 10 tot 44 jaar) dat ooit tegen humaan papillomavirus (HPV) werden gevaccineerd, België. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 174
tabel 13 | Verdeling (%) van de vrouwen (10 - 44 jaar oud) volgens het tijdstip sinds HPV vaccinatie, België . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 175
tabel 14 | Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, Vlaams Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 176
tabel 15 | Percentage van de bevolking dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, Vlaams Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 177
tabel 16 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, Vlaams Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 178
tabel 17 | Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) dat in de afgelopen twaalf maanden tegen griep werd gevaccineerd, Vlaams Gewest. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 179
tabel 18 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in de afgelopen twaalf maanden tegen griep werd gevaccineerd, Vlaams Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 180
162
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 19 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in het meest recente immunisatieseizoen tegen griep werd gevaccineerd, Vlaams Gewest . . . . . . . . 181
tabel 20 | Percentage van de bevolking dat in het meest recente immunisatieseizoen tegen griep werd gevaccineerd, Vlaams Gewest. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 182
tabel 21 | Percentage van de bevolking (van 45 jaar en ouder) dat in de afgelopen 5 jaar tegen pneumokokken werd gevaccineerd, Vlaams Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 183
tabel 22 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in de afgelopen 5 jaar tegen pneumokokken werd gevaccineerd, Vlaams Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 184
tabel 23 | Percentage van de vrouwen (van 10 tot 44 jaar) dat ooit tegen humaan papillomavirus (HPV) werden gevaccineerd, Vlaams Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 185
tabel 24 | Verdeling (%) van de vrouwen (10 - 44 jaar oud) volgens het tijdstip sinds HPV vaccinatie, Vlaams Gewest. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 186
tabel 25 | Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, Brussels Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 187
tabel 26 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, Brussels Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 188
tabel 27 | Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) dat in de afgelopen twaalf maanden tegen griep werd gevaccineerd, Brussels Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 189
tabel 28 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in de afgelopen twaalf maanden tegen griep werd gevaccineerd, Brussels Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 190
tabel 29 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in het meest recente immunisatieseizoen tegen griep werd gevaccineerd, Brussels Gewest . . . . . . . 191
tabel 30 | Percentage van de bevolking dat in het meest recente immunisatieseizoen tegen griep werd gevaccineerd, Brussels Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 192
tabel 31 | Percentage van de bevolking (van 45 jaar en ouder) dat in de afgelopen 5 jaar tegen pneumokokken werd gevaccineerd, Brussels Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 193
tabel 32 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in de afgelopen 5 jaar tegen pneumokokken werd gevaccineerd, Brussels Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 194
tabel 33 | Percentage van de vrouwen (van 10 tot 44 jaar) dat ooit tegen humaan papillomavirus (HPV) werden gevaccineerd, Brussels Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 195
tabel 34 | Verdeling (%) van de vrouwen (10 - 44 jaar oud) volgens het tijdstip sinds HPV vaccinatie, Brussels Gewest. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 196
tabel 35 | Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, Waals Gewest. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 197
tabel 36 | Percentage van de bevolking dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, Waals Gewest. 198
tabel 37 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, Waals Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 199
tabel 38 | Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) dat in de afgelopen twaalf maanden tegen griep werd gevaccineerd, Waals Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 200
163VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 39 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in de afgelopen twaalf maanden tegen griep werd gevaccineerd, Waals Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 201
tabel 40 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in het meest recente immunisatieseizoen tegen griep werd gevaccineerd, Waals Gewest. . . . . . . . . . 202
tabel 41 | Percentage van de bevolking dat in het meest recente immunisatieseizoen tegen griep werd gevaccineerd, Waals Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 203
tabel 42 | Percentage van de bevolking (van 45 jaar en ouder) dat in de afgelopen 5 jaar tegen pneumokokken werd gevaccineerd, Waals Gewest. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 204
tabel 43 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in de afgelopen 5 jaar tegen pneumokokken werd gevaccineerd, Waals Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 205
tabel 44 | Percentage van de vrouwen (van 10 tot 44 jaar) dat ooit tegen humaan papillomavirus (HPV) werden gevaccineerd, Waals Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 206
tabel 45 | Verdeling (%) van de vrouwen (10 - 44 jaar oud) volgens het tijdstip sinds HPV vaccinatie, Waals Gewest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 207
165VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 3 | Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, België
VA01_1 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 34,5 (32,5-36,4) 33,9 (31,7-36,2) 4314
Vrouwen 34,7 (32,8-36,7) 31,4 (29,3-33,6) 4750
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 8,9 (6,2-11,6) 8,9 (6,6-12,0) 1142
25 - 34 26,3 (22,6-30,1) 26,3 (22,7-30,4) 1392
35 - 44 26,8 (23,6-29,9) 26,7 (23,7-30,0) 1515
45 - 54 28,4 (25,2-31,5) 28,4 (25,3-31,6) 1554
55 - 64 38,3 (34,7-41,9) 38,3 (34,8-42,0) 1447
65 - 74 60,0 (55,5-64,6) 60,1 (55,4-64,7) 1028
75 + 72,8 (68,7-76,8) 73,1 (68,8-77,0) 986
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 47,7 (42,8-52,7) 28,7 (23,9-34,0) 1026
lager secundair 41,1 (36,9-45,3) 33,9 (29,6-38,5) 1282
Hoger secundair 31,4 (28,7-34,1) 31,3 (28,4-34,4) 2873
Hoger onderwijs 31,7 (29,4-34,1) 34,2 (31,6-36,8) 3784
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 34,0 (31,8-36,3) 31,9 (29,5-34,3) 4611
Half stedelijk gebied 36,7 (33,6-39,8) 34,2 (31,1-37,5) 1962
landelijk gebied 33,3 (30,3-36,4) 32,2 (28,9-35,7) 2491
VERBlIJFPlAAtS Vlaams Gewest 41,2 (38,7-43,6) 39,2 (36,6-41,9) 2972
Brussels Gewest 27,2 (24,8-29,6) 27,2 (24,6-29,9) 2519
Waals Gewest 25,5 (23,3-27,8) 23,0 (20,8-25,4) 3573
JAAR 1997 20,6 (19,1-22,1) 21,0 (19,4-22,8) 8474
2001 26,8 (25,4-28,1) 24,3 (23,0-25,7) 10012
2004 30,4 (29,0-31,8) 28,6 (27,1-30,2) 10909
2008 33,1 (31,6-34,7) 31,0 (29,4-32,6) 9480
2013 34,6 (33,0-36,2) 32,3 (30,5-34,1) 9064
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
166
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 4 | Percentage van de bevolking dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, België
VA01_12 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 28,7 (27,0-30,4) 24,3 (22,0-26,6) 5196
Vrouwen 29,3 (27,6-31,1) 22,1 (20,1-24,3) 5577
lEEFtIJDSGROEP 0 - 14 3,1 (1,7-4,5) 3,1 (2,0-4,9) 1709
15 - 24 8,9 (6,2-11,6) 8,9 (6,6-12,0) 1142
25 - 34 26,3 (22,6-30,1) 26,3 (22,7-30,4) 1392
35 - 44 26,8 (23,6-29,9) 26,7 (23,6-30,0) 1515
45 - 54 28,4 (25,2-31,5) 28,4 (25,3-31,6) 1554
55 - 64 38,3 (34,7-41,9) 38,3 (34,8-42,0) 1447
65 - 74 60,0 (55,5-64,6) 60,1 (55,4-64,7) 1028
75 + 72,8 (68,7-76,8) 73,1 (68,8-77,0) 986
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 44,7 (39,8-49,6) 21,1 (16,6-26,4) 1124
lager secundair 35,9 (31,8-40,0) 24,1 (20,4-28,2) 1480
Hoger secundair 26,8 (24,3-29,2) 21,8 (19,3-24,6) 3388
Hoger onderwijs 25,4 (23,4-27,3) 24,1 (21,7-26,7) 4660
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 28,3 (26,3-30,4) 22,7 (20,3-25,3) 5544
Half stedelijk gebied 31,4 (28,7-34,2) 24,4 (21,6-27,5) 2287
landelijk gebied 27,7 (25,1-30,4) 22,6 (19,8-25,6) 2942
VERBlIJFPlAAtS Vlaams Gewest 34,7 (32,5-36,9) 28,5 (25,9-31,3) 3489
Brussels Gewest 22,5 (20,3-24,6) 18,9 (16,7-21,3) 3087
Waals Gewest 21,3 (19,3-23,3) 15,7 (13,8-17,7) 4197
JAAR 1997 20,6 (19,1-22,1) 13,9 (12,5-15,4) 8474
2001 26,8 (25,4-28,1) 16,3 (15,0-17,6) 10012
2004 30,4 (29,0-31,8) 19,5 (18,1-21,1) 10909
2008 27,7 (26,4-29,1) 21,3 (19,8-22,8) 11056
2013 29,0 (27,6-30,4) 22,5 (20,8-24,3) 10773
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
167VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 5 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, België
VA01_2 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 55,9 (52,4-59,5) 44,3 (38,8-49,9) 1535
Vrouwen 56,1 (53,0-59,3) 41,6 (36,6-46,8) 1840
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 18,3 (5,8-30,8) 18,4 (8,5-35,5) 72
25 - 34 41,4 (27,8-55,0) 41,4 (28,9-55,0) 117
35 - 44 38,8 (28,7-48,9) 38,7 (29,1-49,3) 220
45 - 54 37,3 (30,9-43,7) 37,3 (31,0-44,0) 395
55 - 64 48,1 (42,3-53,9) 48,0 (42,3-53,8) 557
65 - 74 60,0 (55,5-64,6) 60,1 (55,4-64,6) 1028
75 + 72,8 (68,7-76,8) 73,1 (68,8-77,0) 986
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 58,8 (53,2-64,5) 37,0 (30,0-44,7) 680
lager secundair 60,3 (54,9-65,6) 45,7 (38,7-52,9) 643
Hoger secundair 54,8 (50,2-59,5) 43,5 (36,9-50,3) 963
Hoger onderwijs 53,0 (48,1-58,0) 43,9 (38,0-49,9) 1048
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 55,3 (51,6-59,1) 42,5 (37,0-48,3) 1698
Half stedelijk gebied 58,6 (53,8-63,4) 44,0 (37,5-50,7) 747
landelijk gebied 54,5 (49,4-59,7) 42,6 (36,3-49,2) 930
VERBlIJFPlAAtS Vlaams Gewest 61,9 (58,1-65,8) 48,5 (42,6-54,5) 1134
Brussels Gewest 51,5 (47,0-56,0) 41,0 (35,6-46,7) 834
Waals Gewest 47,1 (43,2-50,9) 34,7 (29,9-39,8) 1407
JAAR 1997 41,1 (38,0-44,3) 27,1 (24,1-30,2) 2926
2001 49,9 (47,3-52,4) 31,5 (28,9-34,2) 3623
2004 53,7 (51,4-56,1) 36,0 (33,4-38,7) 4892
2008 53,6 (51,4-55,8) 37,2 (34,5-39,9) 4553
2013 56,1 (53,5-58,6) 36,5 (33,3-39,9) 3375
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013(*) Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)(**) 65 jaar en ouder of patiënten 15 jaar en ouder met astma, of COPD, hart infarct, coronaire hartziekten, hypertensie, suikerziekte of
ernstige nierziekte
168
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 6 | Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) dat in de afgelopen twaalf maanden tegen griep werd gevaccineerd, België
VA_1 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 23,4 (21,6-25,1) 21,1 (19,2-23,1) 4314
Vrouwen 25,4 (23,6-27,3) 20,6 (18,8-22,7) 4750
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 5,9 (3,6-8,2) 5,9 (4,0-8,7) 1142
25 - 34 12,3 (9,4-15,3) 12,3 (9,7-15,6) 1392
35 - 44 13,7 (11,2-16,3) 13,7 (11,4-16,5) 1515
45 - 54 17,0 (14,4-19,7) 17,0 (14,5-19,8) 1554
55 - 64 27,5 (24,2-30,9) 27,5 (24,3-31,0) 1447
65 - 74 51,5 (46,7-56,2) 51,5 (46,7-56,2) 1028
75 + 64,5 (60,1-68,9) 64,6 (60,1-68,9) 986
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 38,5 (33,7-43,4) 17,9 (14,4-22,0) 1026
lager secundair 31,6 (27,5-35,7) 22,2 (18,5-26,4) 1282
Hoger secundair 22,6 (20,1-25,1) 21,0 (18,5-23,8) 2873
Hoger onderwijs 20,2 (18,2-22,2) 21,1 (18,9-23,4) 3784
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 24,1 (22,1-26,1) 20,5 (18,6-22,6) 4611
Half stedelijk gebied 26,1 (23,2-28,9) 21,7 (19,0-24,7) 1962
landelijk gebied 23,4 (20,5-26,2) 20,4 (17,6-23,7) 2491
VERBlIJFPlAAtS Vlaams Gewest 28,7 (26,5-30,9) 24,6 (22,3-27,1) 2972
Brussels Gewest 18,3 (16,2-20,3) 17,2 (15,2-19,5) 2519
Waals Gewest 19,1 (17,0-21,1) 15,5 (13,7-17,6) 3573
JAAR 1997 15,3 (13,9-16,6) 14,7 (13,3-16,3) 8474
2001 20,9 (19,6-22,2) 17,3 (16,1-18,5) 10012
2004 24,5 (23,2-25,7) 21,4 (20,1-22,7) 10909
2008 26,9 (25,5-28,4) 23,3 (21,8-24,8) 9480
2013 24,5 (23,0-25,9) 20,0 (18,5-21,5) 9064
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
169VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 7 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in de afgelopen twaalf maanden tegen griep werd gevaccineerd, België
VA_2 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 43,9 (40,4-47,4) 28,6 (24,3-33,4) 1535
Vrouwen 47,1 (43,9-50,3) 28,6 (24,4-33,2) 1840
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 13,0 (0,5-25,5) 14,8 (6,0-32,1) 72
25 - 34 14,2 (5,4-23,0) 14,2 (7,2-26,0) 117
35 - 44 23,2 (14,0-32,5) 23,2 (15,4-33,4) 220
45 - 54 24,0 (18,5-29,5) 24,0 (18,9-30,1) 395
55 - 64 38,1 (32,4-43,8) 38,1 (32,5-44,0) 557
65 - 74 51,5 (46,7-56,2) 51,5 (46,7-56,2) 1028
75 + 64,5 (60,1-68,9) 64,5 (60,0-68,8) 986
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 48,8 (42,9-54,7) 22,9 (17,7-29,0) 680
lager secundair 50,1 (44,3-55,9) 30,3 (24,3-37,1) 643
Hoger secundair 45,0 (40,3-49,7) 29,8 (24,6-35,5) 963
Hoger onderwijs 41,7 (36,9-46,5) 29,2 (24,3-34,7) 1048
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 44,6 (40,9-48,3) 28,2 (23,9-32,9) 1698
Half stedelijk gebied 49,3 (44,3-54,3) 30,3 (24,6-36,8) 747
landelijk gebied 43,6 (38,3-48,9) 27,8 (22,7-33,7) 930
VERBlIJFPlAAtS Vlaams Gewest 50,5 (46,6-54,4) 31,8 (26,8-37,3) 1134
Brussels Gewest 41,2 (36,7-45,7) 27,4 (22,6-32,7) 834
Waals Gewest 38,4 (34,5-42,4) 22,7 (18,8-27,2) 1407
JAAR 1997 34,4 (31,4-37,5) 19,7 (17,2-22,5) 2926
2001 43,1 (40,5-45,6) 23,4 (21,2-25,8) 3623
2004 48,5 (46,2-50,8) 28,8 (26,4-31,5) 4892
2008 46,9 (44,6-49,1) 28,5 (26,0-31,2) 4553
2013 45,6 (43,0-48,3) 24,6 (22,0-27,3) 3375
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013(*) Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)(**) 65 jaar en ouder of patiënten 15 jaar en ouder met astma, of COPD, hart infarct, coronaire hartziekten, hypertensie, suikerziekte of
ernstige nierziekte
170
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 8 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in het meest recente immunisatieseizoen tegen griep werd gevaccineerd, België
VA_3 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 42,0 (37,8-46,1) 27,8 (22,5-33,8) 981
Vrouwen 45,3 (41,3-49,2) 27,2 (22,2-33,0) 1137
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 17,4 (0,0-38,2) 19,7 (6,9-44,5) 43
25 - 34 11,0 (0,2-21,8) 11,0 (4,1-26,2) 75
35 - 44 22,1 (10,1-34,1) 22,0 (12,6-35,6) 126
45 - 54 21,7 (15,0-28,4) 21,7 (15,6-29,3) 217
55 - 64 31,4 (25,9-36,8) 31,4 (26,2-37,1) 545
65 - 74 52,1 (45,9-58,4) 52,1 (45,8-58,4) 558
75 + 68,0 (62,4-73,6) 68,1 (62,2-73,5) 554
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 51,1 (43,8-58,3) 24,1 (17,4-32,2) 424
lager secundair 46,2 (39,0-53,4) 28,3 (21,6-36,2) 404
Hoger secundair 43,4 (37,6-49,2) 29,5 (23,1-36,8) 633
Hoger onderwijs 37,9 (32,0-43,7) 26,8 (20,8-33,8) 635
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 45,1 (40,3-49,9) 29,1 (23,7-35,2) 972
Half stedelijk gebied 44,4 (38,5-50,3) 27,0 (20,5-34,7) 537
landelijk gebied 41,2 (34,8-47,6) 25,6 (19,4-32,9) 609
VERBlIJFPlAAtS Vlaams Gewest 47,5 (42,8-52,2) 29,8 (23,7-36,7) 785
Brussels Gewest 38,7 (32,9-44,4) 26,0 (20,1-32,9) 468
Waals Gewest 38,1 (33,2-43,1) 22,8 (17,9-28,5) 865
JAAR 1997 32,1 (28,4-35,7) 18,0 (15,1-21,4) 1843
2001 40,1 (37,2-43,1) 20,9 (18,3-23,7) 2560
2004 47,1 (44,3-50,0) 27,4 (24,5-30,6) 3115
2008 45,0 (42,2-47,8) 26,2 (23,4-29,2) 3139
2013 43,7 (40,5-47,0) 23,3 (20,2-26,7) 2118
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013(*) Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)(**) 65 jaar en ouder of patiënten 15 jaar en ouder met astma, of COPD, hart infarct, coronaire hartziekten, hypertensie, suikerziekte of
ernstige nierziekte
171VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 9 | Percentage van de bevolking dat in het meest recente immunisatieseizoen tegen griep werd gevaccineerd, België
VA_32 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 19,4 (17,5-21,4) 14,5 (12,1-17,2) 2822
Vrouwen 21,5 (19,4-23,6) 13,9 (11,7-16,4) 3017
lEEFtIJDSGROEP 0 - 14 1,9 (0,3-3,5) 1,9 (0,8-4,4) 895
15 - 24 6,5 (3,2-9,7) 6,5 (3,9-10,5) 604
25 - 34 11,2 (7,4-15,0) 11,2 (7,9-15,6) 748
35 - 44 12,6 (9,3-15,8) 12,6 (9,7-16,2) 844
45 - 54 16,0 (12,7-19,3) 16,0 (13,0-19,6) 837
55 - 64 26,9 (22,6-31,3) 26,9 (22,8-31,5) 799
65 - 74 52,1 (45,9-58,4) 52,2 (45,8-58,4) 558
75 + 68,0 (62,4-73,6) 68,1 (62,3-73,5) 554
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 37,2 (31,3-43,1) 12,9 (9,4-17,6) 654
lager secundair 27,8 (22,8-32,8) 15,4 (11,7-20,1) 837
Hoger secundair 18,6 (15,8-21,5) 13,6 (11,1-16,7) 1844
Hoger onderwijs 15,8 (13,6-18,1) 14,1 (11,4-17,3) 2448
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 20,6 (18,2-23,0) 14,9 (12,3-17,9) 2823
Half stedelijk gebied 20,5 (17,5-23,5) 13,4 (10,8-16,5) 1433
landelijk gebied 20,3 (17,0-23,6) 13,9 (11,0-17,5) 1583
VERBlIJFPlAAtS Vlaams Gewest 24,0 (21,4-26,5) 16,7 (13,9-19,9) 2055
Brussels Gewest 14,8 (12,5-17,2) 11,7 (9,5-14,3) 1527
Waals Gewest 16,1 (13,7-18,5) 10,5 (8,6-12,8) 2257
JAAR 1997 14,0 (12,3-15,7) 8,5 (7,0-10,1) 4940
2001 19,4 (17,9-21,0) 9,9 (8,6-11,4) 6331
2004 23,9 (22,3-25,6) 13,1 (11,5-15,0) 6114
2008 21,6 (20,0-23,2) 14,1 (12,4-16,0) 7260
2013 20,5 (18,8-22,1) 12,8 (11,1-14,8) 5839
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
172
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 10 | Percentage van de bevolking (van 45 jaar en ouder) dat in de afgelopen 5 jaar tegen pneumokokken werd gevaccineerd, België
VA_4 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 5,5 (4,3-6,7) 4,6 (3,6-5,9) 2136
Vrouwen 5,9 (4,7-7,0) 4,5 (3,5-5,7) 2487
lEEFtIJDSGROEP 45 - 54 1,7 (0,8-2,5) 1,7 (1,0-2,8) 1434
55 - 64 4,4 (2,8-6,0) 4,4 (3,0-6,3) 1343
65 - 74 7,9 (5,8-10,0) 7,9 (6,0-10,3) 955
75+ 12,5 (9,6-15,4) 12,5 (9,8-15,8) 891
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 5,6 (3,7-7,6) 2,7 (1,8-4,2) 714
lager secundair 8,0 (5,4-10,7) 5,7 (3,9-8,3) 784
Hoger secundair 5,2 (3,6-6,8) 4,5 (3,2-6,2) 1404
Hoger onderwijs 4,9 (3,5-6,4) 4,8 (3,5-6,5) 1665
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 5,6 (4,3-6,9) 4,2 (3,2-5,6) 2225
Half stedelijk gebied 6,0 (4,2-7,8) 4,8 (3,4-6,7) 1058
landelijk gebied 5,5 (3,9-7,1) 4,7 (3,4-6,4) 1340
VERBlIJFPlAAtS Vlaams Gewest 5,5 (4,2-6,8) 4,3 (3,3-5,6) 1489
Brussels Gewest 7,7 (5,1-10,3) 6,5 (4,5-9,4) 1132
Waals Gewest 5,5 (4,2-6,8) 4,4 (3,3-5,8) 2002
JAAR 2004 8,1 (7,0-9,2) 6,3 (5,4-7,4) 5876
2008 7,7 (6,6-8,9) 5,9 (5,0-7,0) 4684
2013 5,7 (4,8-6,6) 4,3 (3,5-5,1) 4623
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
173VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 11 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in de afgelopen 5 jaar tegen pneumokokken werd gevaccineerd, België
VA_5 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 8,7 (6,8-10,7) 5,7 (4,1-7,9) 1215
Vrouwen 8,3 (6,6-9,9) 5,1 (3,6-7,2) 1504
lEEFtIJDSGROEP 45 - 54 1,9 (0,3-3,5) 1,9 (0,8-4,4) 358
55 - 64 7,1 (3,8-10,3) 7,1 (4,4-11,0) 515
65 - 74 7,9 (5,8-10,0) 7,9 (6,0-10,3) 955
75+ 12,5 (9,6-15,4) 12,6 (9,9-15,8) 891
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 6,5 (4,2-8,8) 3,2 (2,0-5,2) 573
lager secundair 10,5 (7,0-14,0) 6,4 (4,2-9,8) 530
Hoger secundair 8,2 (5,6-10,9) 5,4 (3,6-8,1) 764
Hoger onderwijs 8,6 (6,0-11,2) 5,9 (3,9-8,9) 816
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 7,8 (5,8-9,8) 4,9 (3,4-7,1) 1339
Half stedelijk gebied 8,9 (6,1-11,7) 5,4 (3,6-8,2) 615
landelijk gebied 9,1 (6,4-11,7) 6,1 (4,1-8,9) 765
VERBlIJFPlAAtS Vlaams Gewest 8,0 (6,0-10,0) 4,9 (3,4-7,0) 869
Brussels Gewest 12,7 (8,3-17,1) 8,6 (5,5-13,3) 640
Waals Gewest 8,1 (6,1-10,1) 5,3 (3,7-7,5) 1210
JAAR 2004 12,6 (10,9-14,3) 8,1 (6,7-9,7) 3946
2008 11,0 (9,3-12,6) 7,1 (5,8-8,6) 3235
2013 8,5 (7,1-9,9) 5,2 (4,2-6,4) 2719
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)(**) 65 jaar en ouder of patiënten 45 jaar en ouder met astma, of COPD, hart infarct, coronaire hartziekten, hypertensie, suikerziekte of
ernstige nierziekte
174
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 12 | Percentage van de vrouwen (van 10 tot 44 jaar) dat ooit tegen humaan papillomavirus (HPV) werden gevaccineerd, België
VA05_1 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
lEEFtIJDSGROEP 10 - 14 23,5 (14,4-32,5) 23,5 (15,6-33,8) 253
15 - 19 49,9 (40,4-59,5) 49,9 (40,2-59,7) 257
20 - 24 38,2 (29,8-46,5) 38,2 (30,0-47,0) 308
25 - 29 8,2 (4,4-12,0) 8,2 (4,7-13,9) 332
30 - 34 6,0 (2,7-9,2) 6,0 (3,4-10,2) 357
35 - 39 3,1 (0,9-5,3) 3,1 (1,5-6,2) 352
40 - 44 2,9 (0,5-5,2) 2,9 (1,3-6,4) 365
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 14,9 (0,2-29,7) 8,8 (2,4-27,5) 125
lager secundair 11,2 (5,6-16,8) 4,1 (2,2-7,6) 249
Hoger secundair 18,8 (14,4-23,3) 10,8 (7,5-15,3) 730
Hoger onderwijs 18,6 (14,6-22,6) 13,3 (10,3-17,0) 1097
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 13,2 (9,9-16,5) 8,9 (6,5-12,2) 1213
Half stedelijk gebied 22,8 (16,9-28,8) 13,9 (10,0-19,0) 448
landelijk gebied 20,6 (14,9-26,2) 12,6 (8,6-18,1) 563
VERBlIJFPlAAtS Vlaams Gewest 23,9 (19,3-28,4) 16,8 (13,0-21,3) 676
Brussels Gewest 10,1 (7,4-12,7) 5,6 (3,8-8,3) 710
Waals Gewest 10,8 (8,2-13,5) 5,3 (3,8-7,5) 838
JAAR 2013 17,8 (15,0-20,5) 2224
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
175VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 13 | Verdeling (%) van de vrouwen (10 - 44 jaar oud) volgens het tijdstip sinds HPV vaccinatie, België
VA_7 minder dan 1 jaar
1 jaar tot minder dan
2 jaar
2 jaren tot minder dan
5 jaar
5 jaren of meer
n
lEEFtIJDSGROEP 10 - 14 56,8 35,9 7,3 0.0 45
15 - 19 18,2 33,5 47,1 1,2 112
20 - 24 2,1 14,8 55,9 27,2 100
25 - 29 2,7 9,8 27,8 59,7 19
30 - 34 10,6 17,9 25,3 46,2 16
35 - 39 18,9 21,4 19,1 40,6 12
40 - 44 0.0 23,1 48,3 28,6 8
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 35,3 64,7 0.0 0.0 14
lager secundair 13,4 21,0 61,3 4,4 25
Hoger secundair 14,9 23,9 43,4 17,7 107
Hoger onderwijs 22,0 25,8 35,8 16,3 165
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 22,1 22,5 35,6 19,9 128
Half stedelijk gebied 13,2 37,9 34,3 14,6 84
landelijk gebied 23,1 16,9 47,8 12,2 100
VERBlIJFPlAAtS Vlaams Gewest 19,0 27,3 36,4 17,4 132
Brussels Gewest 19,7 18,3 50,0 11,9 72
Waals Gewest 20,6 24,1 44,7 10,6 108
JAAR 2013 19,3 26,0 39,0 15,6 312
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013
176
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 14 | Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, Vlaams Gewest
VA01_1 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 40,8 (37,7-43,8) 39,8 (36,5-43,2) 1432
Vrouwen 41,5 (38,5-44,5) 38,1 (34,9-41,4) 1540
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 10,2 (6,1-14,3) 10,2 (6,7-15,0) 328
25 - 34 38,0 (31,5-44,5) 38,0 (31,8-44,6) 392
35 - 44 34,1 (29,2-39,1) 34,1 (29,3-39,2) 515
45 - 54 34,2 (29,3-39,1) 34,2 (29,5-39,2) 503
55 - 64 44,3 (39,0-49,6) 44,3 (39,0-49,7) 492
65 - 74 64,5 (57,8-71,1) 64,5 (57,5-70,9) 368
75 + 74,8 (69,1-80,6) 75,0 (68,7-80,3) 374
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 52,8 (44,9-60,7) 30,4 (23,2-38,6) 286
lager secundair 52,6 (46,2-59,0) 42,6 (35,6-49,8) 387
Hoger secundair 37,1 (33,1-41,2) 36,7 (32,4-41,3) 1080
Hoger onderwijs 38,7 (34,9-42,4) 41,7 (37,8-45,8) 1208
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 42,2 (37,7-46,7) 39,3 (34,9-44,0) 937
Half stedelijk gebied 39,2 (35,7-42,7) 36,6 (33,0-40,2) 1316
landelijk gebied 43,2 (38,2-48,3) 42,7 (37,2-48,3) 719
JAAR 1997 21,6 (19,5-23,8) 22,7 (20,3-25,3) 2957
2001 29,5 (27,3-31,6) 27,5 (25,5-29,6) 3463
2004 33,5 (31,4-35,6) 31,9 (29,6-34,1) 3846
2008 37,6 (35,2-40,0) 35,5 (33,1-38,0) 3379
2013 41,2 (38,7-43,6) 39,0 (36,4-41,7) 2972
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
177VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 15 | Percentage van de bevolking dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, Vlaams Gewest
VA01_12 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 34,3 (31,5-37,0) 29,0 (25,6-32,7) 1670
Vrouwen 35,1 (32,4-37,9) 27,3 (24,1-30,8) 1819
lEEFtIJDSGROEP 0 - 14 3,7 (1,3-6,1) 3,7 (2,0-6,9) 517
15 - 24 10,2 (6,1-14,3) 10,2 (6,7-15,0) 328
25 - 34 38,0 (31,5-44,5) 38,0 (31,8-44,6) 392
35 - 44 34,1 (29,2-39,1) 34,1 (29,3-39,2) 515
45 - 54 34,2 (29,3-39,1) 34,2 (29,5-39,2) 503
55 - 64 44,3 (39,0-49,6) 44,3 (39,0-49,7) 492
65 - 74 64,5 (57,8-71,1) 64,5 (57,5-70,9) 368
75 + 74,8 (69,1-80,6) 75,0 (68,7-80,3) 374
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 50,8 (42,9-58,6) 23,2 (16,3-31,8) 305
lager secundair 47,9 (40,9-55,0) 31,3 (25,0-38,4) 420
Hoger secundair 32,8 (29,0-36,6) 26,1 (22,3-30,4) 1226
Hoger onderwijs 30,2 (27,2-33,2) 29,9 (26,2-33,9) 1522
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 35,3 (31,3-39,3) 28,8 (24,3-33,7) 1109
Half stedelijk gebied 33,9 (30,7-37,0) 26,1 (22,7-29,9) 1526
landelijk gebied 35,4 (30,9-39,9) 30,8 (26,0-35,9) 854
JAAR 1997 21,6 (19,5-23,8) 14,7 (12,7-17,0) 2957
2001 29,5 (27,3-31,6) 18,3 (16,3-20,4) 3463
2004 33,5 (31,4-35,6) 21,6 (19,3-24,0) 3846
2008 31,7 (29,6-33,8) 24,3 (22,0-26,8) 3853
2013 34,7 (32,5-36,9) 27,5 (24,7-30,4) 3489
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
178
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 16 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, Vlaams Gewest
VA01_2 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 62,3 (56,9-67,7) 53,5 (45,5-61,2) 521
Vrouwen 61,6 (57,0-66,3) 50,5 (43,2-57,7) 613
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 35,8 (8,6-63,1) 36,1 (15,9-62,9) 20
25 - 34 51,0 (29,2-72,8) 51,0 (31,5-70,2) 34
35 - 44 45,3 (27,9-62,8) 44,9 (28,8-62,1) 63
45 - 54 46,1 (35,1-57,2) 46,2 (35,5-57,2) 110
55 - 64 54,0 (44,9-63,0) 54,0 (45,0-62,8) 165
65 - 74 64,5 (57,8-71,1) 64,5 (57,5-70,9) 368
75 + 74,8 (69,1-80,6) 75,1 (68,8-80,4) 374
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 60,7 (52,2-69,1) 41,0 (30,1-52,9) 225
lager secundair 69,8 (62,4-77,2) 57,3 (46,4-67,5) 214
Hoger secundair 61,2 (54,9-67,5) 52,8 (43,7-61,7) 396
Hoger onderwijs 59,0 (50,8-67,2) 53,5 (44,3-62,4) 295
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 62,1 (55,2-69,1) 51,8 (42,4-61,1) 363
Half stedelijk gebied 61,8 (56,5-67,2) 50,7 (42,8-58,6) 506
landelijk gebied 61,9 (53,6-70,3) 53,8 (43,6-63,7) 265
JAAR 1997 43,0 (38,4-47,6) 30,2 (25,6-35,3) 900
2001 54,3 (50,4-58,2) 37,4 (33,3-41,6) 1140
2004 57,0 (53,6-60,5) 40,5 (36,4-44,7) 1653
2008 58,8 (55,6-62,1) 43,2 (39,0-47,5) 1606
2013 61,9 (58,1-65,8) 44,5 (39,3-49,8) 1134
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013(*) Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)(**) 65 jaar en ouder of patiënten 15 jaar en ouder met astma, of COPD, hart infarct, coronaire hartziekten, hypertensie, suikerziekte of
ernstige nierziekte
179VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 17 | Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) dat in de afgelopen twaalf maanden tegen griep werd gevaccineerd, Vlaams Gewest
VA_1 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 27,5 (24,8-30,2) 25,1 (22,2-28,1) 1432
Vrouwen 29,8 (27,0-32,6) 25,2 (22,3-28,2) 1540
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 7,4 (3,6-11,2) 7,4 (4,4-12,1) 328
25 - 34 18,1 (12,9-23,3) 18,1 (13,5-23,8) 392
35 - 44 18,6 (14,4-22,7) 18,6 (14,8-23,0) 515
45 - 54 20,0 (15,9-24,1) 20,0 (16,2-24,4) 503
55 - 64 31,5 (26,5-36,6) 31,5 (26,7-36,8) 492
65 - 74 54,6 (47,8-61,4) 54,6 (47,7-61,3) 368
75 + 65,4 (59,1-71,6) 65,4 (58,9-71,4) 374
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 41,9 (34,3-49,5) 18,7 (13,4-25,4) 286
lager secundair 41,8 (35,3-48,4) 28,8 (22,8-35,7) 387
Hoger secundair 27,0 (23,2-30,7) 25,4 (21,7-29,5) 1080
Hoger onderwijs 23,6 (20,4-26,7) 25,4 (22,1-28,9) 1208
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 29,5 (25,5-33,4) 25,5 (21,9-29,4) 937
Half stedelijk gebied 27,7 (24,4-30,9) 23,6 (20,6-27,0) 1316
landelijk gebied 29,5 (24,8-34,3) 27,2 (22,4-32,6) 719
JAAR 1997 15,3 (13,4-17,3) 15,5 (13,4-17,8) 2957
2001 22,5 (20,5-24,4) 19,5 (17,7-21,4) 3463
2004 26,3 (24,4-28,2) 23,5 (21,6-25,5) 3846
2008 29,9 (27,7-32,2) 26,5 (24,3-28,8) 3379
2013 28,7 (26,5-30,9) 24,3 (22,0-26,6) 2972
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
180
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 18 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in de afgelopen twaalf maanden tegen griep werd gevaccineerd, Vlaams Gewest
VA_2 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 48,5 (43,2-53,8) 34,9 (28,4-42,0) 521
Vrouwen 52,1 (47,4-56,9) 36,1 (29,8-43,0) 613
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 26,8 (0,1-53,5) 26,7 (9,7-55,4) 20
25 - 34 17,7 (3,0-32,5) 17,7 (7,1-37,8) 34
35 - 44 30,7 (14,6-46,9) 30,9 (17,8-48,0) 63
45 - 54 29,7 (20,1-39,2) 29,6 (21,1-39,9) 110
55 - 64 45,1 (35,9-54,2) 45,0 (36,1-54,3) 165
65 - 74 54,6 (47,8-61,4) 54,6 (47,7-61,3) 368
75 + 65,4 (59,1-71,6) 65,3 (58,7-71,3) 374
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 48,1 (39,4-56,8) 23,4 (16,1-32,6) 225
lager secundair 58,7 (50,2-67,3) 38,3 (28,5-49,1) 214
Hoger secundair 51,0 (44,5-57,5) 37,5 (29,9-45,7) 396
Hoger onderwijs 46,7 (39,0-54,5) 36,9 (29,0-45,6) 295
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 50,0 (43,2-56,8) 35,2 (27,9-43,3) 363
Half stedelijk gebied 51,9 (46,3-57,6) 35,8 (28,6-43,8) 506
landelijk gebied 48,6 (40,1-57,2) 35,5 (27,0-45,0) 265
JAAR 1997 35,1 (30,6-39,6) 21,4 (17,6-25,8) 900
2001 46,3 (42,4-50,2) 27,6 (23,9-31,6) 1140
2004 51,6 (48,1-55,0) 32,7 (28,9-36,8) 1653
2008 50,3 (46,9-53,7) 32,1 (28,2-36,3) 1606
2013 50,5 (46,6-54,4) 30,2 (26,0-34,8) 1134
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013(*) Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)(**) 65 jaar en ouder of patiënten 15 jaar en ouder met astma, of COPD, hart infarct, coronaire hartziekten, hypertensie, suikerziekte of
ernstige nierziekte
181VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 19 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in het meest recente immunisatieseizoen tegen griep werd gevaccineerd, Vlaams Gewest
VA_3 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 45,0 (38,9-51,1) 33,7 (25,7-42,7) 370
Vrouwen 49,6 (43,9-55,3) 34,5 (26,8-43,2) 415
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 37,9 (0,0-88,8) 37,8 (11,9-73,3) 11
25 - 34 13,1 (0,0-30,2) 13,1 (3,6-37,8) 25
35 - 44 31,1 (8,5-53,7) 31,2 (14,8-54,2) 34
45 - 54 26,6 (15,2-37,9) 26,6 (16,9-39,2) 69
55 - 64 33,5 (25,5-41,4) 33,5 (26,1-41,8) 192
65 - 74 53,3 (44,4-62,2) 53,3 (44,3-62,1) 224
75 + 70,0 (62,3-77,6) 69,9 (61,6-77,0) 230
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 51,9 (41,3-62,6) 25,0 (15,4-37,9) 149
lager secundair 51,9 (41,1-62,8) 33,5 (23,0-45,9) 145
Hoger secundair 48,5 (40,5-56,4) 38,2 (28,8-48,5) 283
Hoger onderwijs 41,2 (32,3-50,2) 33,5 (24,1-44,4) 206
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 50,3 (41,4-59,1) 36,8 (27,6-47,1) 220
Half stedelijk gebied 46,2 (39,6-52,8) 32,3 (23,8-42,1) 372
landelijk gebied 46,4 (36,3-56,5) 33,6 (23,3-45,9) 193
JAAR 1997 32,3 (27,0-37,5) 19,8 (15,4-25,0) 647
2001 42,8 (38,3-47,4) 25,3 (21,1-30,0) 878
2004 48,6 (44,5-52,8) 31,1 (26,6-35,9) 1180
2008 47,9 (43,6-52,1) 30,3 (25,8-35,2) 1072
2013 47,5 (42,8-52,2) 28,9 (24,0-34,4) 785
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013(*) Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)(**) 65 jaar en ouder of patiënten 15 jaar en ouder met astma, of COPD, hart infarct, coronaire hartziekten, hypertensie, suikerziekte of
ernstige nierziekte
182
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 20 | Percentage van de bevolking dat in het meest recente immunisatieseizoen tegen griep werd gevaccineerd, Vlaams Gewest
VA_32 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 22,8 (19,8-25,8) 17,7 (14,2-21,9) 983
Vrouwen 25,0 (21,8-28,2) 17,4 (14,2-21,2) 1072
lEEFtIJDSGROEP 0 - 14 2,8 (0,0-5,6) 2,8 (1,0-7,5) 291
15 - 24 8,4 (3,1-13,8) 8,4 (4,5-15,4) 190
25 - 34 16,0 (9,3-22,6) 16,0 (10,4-23,7) 232
35 - 44 17,3 (11,9-22,7) 17,3 (12,6-23,4) 299
45 - 54 18,4 (13,5-23,4) 18,4 (14,0-23,8) 308
55 - 64 29,8 (23,4-36,1) 29,7 (23,8-36,5) 281
65 - 74 53,3 (44,4-62,2) 53,3 (44,3-62,1) 224
75 + 70,0 (62,3-77,6) 70,0 (61,7-77,1) 230
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 40,9 (31,7-50,1) 13,8 (8,5-21,6) 195
lager secundair 38,5 (29,4-47,7) 20,0 (13,7-28,3) 234
Hoger secundair 22,6 (18,2-27,0) 17,1 (13,3-21,8) 735
Hoger onderwijs 18,6 (15,3-21,9) 18,2 (14,3-22,9) 879
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 26,3 (21,3-31,3) 20,1 (15,2-26,1) 568
Half stedelijk gebied 22,0 (18,6-25,4) 15,1 (12,0-18,8) 967
landelijk gebied 24,6 (19,3-30,0) 19,1 (14,3-25,0) 520
JAAR 1997 13,8 (11,5-16,2) 8,8 (6,8-11,3) 1882
2001 20,6 (18,3-22,9) 11,3 (9,3-13,7) 2335
2004 25,2 (22,7-27,6) 14,5 (12,1-17,3) 2354
2008 24,0 (21,5-26,5) 16,3 (13,8-19,3) 2378
2013 24,0 (21,4-26,5) 15,9 (13,1-19,1) 2055
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
183VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 21 | Percentage van de bevolking (van 45 jaar en ouder) dat in de afgelopen 5 jaar tegen pneumokokken werd gevaccineerd, Vlaams Gewest
VA_4 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 5,3 (3,6-7,0) 4,4 (3,0-6,3) 700
Vrouwen 5,7 (4,0-7,3) 4,3 (3,0-6,1) 789
lEEFtIJDSGROEP 45 - 54 1,6 (0,4-2,9) 1,6 (0,8-3,5) 425
55 - 64 4,2 (2,0-6,3) 4,2 (2,4-7,0) 428
65 - 74 6,9 (4,1-9,8) 6,9 (4,6-10,4) 326
75+ 12,5 (8,1-16,9) 12,5 (8,7-17,6) 310
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 5,2 (2,1-8,3) 2,2 (1,1-4,5) 207
lager secundair 8,0 (3,8-12,2) 5,1 (2,7-9,5) 252
Hoger secundair 5,4 (3,3-7,6) 4,6 (3,0-7,1) 536
Hoger onderwijs 4,3 (2,3-6,3) 4,3 (2,6-7,0) 490
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 6,2 (3,7-8,6) 4,5 (2,8-7,1) 447
Half stedelijk gebied 5,6 (3,6-7,6) 4,4 (2,9-6,7) 699
landelijk gebied 4,4 (2,0-6,8) 4,0 (2,3-6,7) 343
JAAR 2004 6,6 (5,1-8,1) 5,2 (3,9-6,9) 2040
2008 6,9 (5,3-8,6) 5,4 (4,1-7,1) 1671
2013 5,5 (4,2-6,8) 4,2 (3,2-5,5) 1489
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
184
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 22 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in de afgelopen 5 jaar tegen pneumokokken werd gevaccineerd, Vlaams Gewest
VA_5 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 8,7 (5,8-11,6) 5,2 (3,1-8,7) 385
Vrouwen 7,4 (5,1-9,8) 4,3 (2,5-7,5) 484
lEEFtIJDSGROEP 45 - 54 1,8 (0,0-4,4) 1,8 (0,5-7,1) 88
55 - 64 5,1 (1,4-8,8) 5,1 (2,5-10,3) 145
65 - 74 6,9 (4,1-9,8) 6,9 (4,5-10,4) 326
75+ 12,5 (8,1-16,9) 12,6 (8,8-17,7) 310
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 6,1 (2,6-9,7) 2,5 (1,1-5,7) 178
lager secundair 9,3 (4,1-14,5) 4,8 (2,2-10,2) 171
Hoger secundair 8,4 (4,7-12,0) 5,2 (2,8-9,3) 303
Hoger onderwijs 7,6 (3,7-11,5) 5,1 (2,6-9,7) 216
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 8,0 (4,4-11,6) 4,5 (2,3-8,5) 274
Half stedelijk gebied 8,1 (5,1-11,1) 4,6 (2,5-8,3) 412
landelijk gebied 7,8 (3,6-12,0) 5,2 (2,7-9,9) 183
JAAR 2004 10,2 (7,9-12,5) 6,2 (4,3-8,9) 1322
2008 9,7 (7,2-12,2) 6,0 (4,2-8,5) 1122
2013 8,0 (6,0-10,0) 4,6 (3,2-6,7) 869
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)(**) 65 jaar en ouder of patiënten 45 jaar en ouder met astma, of COPD, hart infarct, coronaire hartziekten, hypertensie, suikerziekte of
ernstige nierziekte
185VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 23 | Percentage van de vrouwen (van 10 tot 44 jaar) dat ooit tegen humaan papillomavirus (HPV) werden gevaccineerd, Vlaams Gewest
VA05_1 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
lEEFtIJDSGROEP 10 - 14 34,6 (20,3-48,9) 34,6 (22,0-49,7) 92
15 - 19 62,2 (47,3-77,2) 62,2 (46,6-75,6) 70
20 - 24 53,7 (39,4-68,0) 53,7 (39,6-67,3) 78
25 - 29 13,0 (5,2-20,9) 13,0 (6,3-25,0) 73
30 - 34 8,7 (3,2-14,2) 8,7 (4,6-15,9) 114
35 - 39 2,6 (0,0-5,7) 2,6 (0,8-8,2) 117
40 - 44 3,9 (0,0-7,9) 3,9 (1,4-10,4) 132
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 25,9 (0,0-62,7) 19,0 (4,1-56,6) 20
lager secundair 19,0 (4,3-33,7) 6,9 (2,7-16,8) 49
Hoger secundair 27,2 (19,5-34,8) 16,8 (10,5-25,8) 231
Hoger onderwijs 22,5 (16,2-28,8) 16,1 (11,3-22,4) 374
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 21,8 (14,4-29,2) 16,6 (10,3-25,7) 236
Half stedelijk gebied 23,5 (16,7-30,2) 13,1 (8,6-19,4) 293
landelijk gebied 27,6 (17,1-38,1) 19,2 (11,0-31,5) 147
JAAR 2013 23,9 (19,3-28,4) 676
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
186
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 24 | Verdeling (%) van de vrouwen (10 - 44 jaar oud) volgens het tijdstip sinds HPV vaccinatie, Vlaams Gewest
VA_7 minder dan 1 jaar
1 jaar tot minder dan
2 jaar
2 jaren tot minder dan
5 jaar
5 jaren of meer
n
lEEFtIJDSGROEP 10 - 14 56,2 37,8 6,0 0.0 30
15 - 19 15,9 35,8 48,4 0.0 38
20 - 24 0.0 11,4 53,3 35,3 38
25 - 29 0.0 10,2 13,5 76,3 8
30 - 34 12,4 17,9 25,0 44,7 11
35 - 39 0.0 32,0 23,2 44,8 3
40 - 44 0.0 28,8 50,7 20,5 4
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 37,0 63,0 0.0 0.0 4
lager secundair 6,7 23,5 62,3 7,5 9
Hoger secundair 11,7 21,6 44,9 21,8 51
Hoger onderwijs 24,2 29,5 30,2 16,1 68
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 23,6 25,5 28,4 22,6 41
Half stedelijk gebied 10,8 39,5 36,1 13,5 55
landelijk gebied 26,1 10,6 46,1 17,2 36
JAAR 2013 19,0 27,3 36,4 17,4 132
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013
187VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 25 | Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, Brussels Gewest
VA01_1 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 27,2 (23,8-30,5) 29,6 (25,7-33,9) 1171
Vrouwen 27,2 (24,3-30,1) 26,3 (23,0-29,9) 1348
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 8,0 (3,7-12,3) 8,0 (4,6-13,4) 343
25 - 34 17,7 (13,6-21,7) 17,6 (14,0-22,0) 504
35 - 44 17,9 (13,6-22,2) 17,8 (13,9-22,4) 464
45 - 54 23,7 (18,1-29,3) 23,6 (18,5-29,6) 430
55 - 64 35,7 (28,5-43,0) 35,8 (28,9-43,2) 354
65 - 74 58,4 (49,5-67,3) 58,6 (49,6-67,1) 204
75 + 76,2 (69,6-82,8) 76,6 (69,5-82,5) 220
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 32,3 (25,2-39,5) 26,6 (19,6-35,0) 296
lager secundair 29,1 (22,2-35,9) 27,2 (21,0-34,4) 341
Hoger secundair 24,4 (20,1-28,7) 26,6 (21,7-32,3) 689
Hoger onderwijs 26,1 (22,5-29,8) 27,9 (23,7-32,4) 1142
JAAR 1997 24,6 (21,8-27,4) 23,6 (20,8-26,6) 2551
2001 25,0 (22,8-27,2) 22,3 (20,2-24,6) 2428
2004 26,4 (24,4-28,4) 25,0 (22,9-27,2) 2886
2008 30,1 (27,9-32,2) 30,1 (27,7-32,6) 2746
2013 27,2 (24,8-29,6) 27,8 (25,1-30,8) 2519
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
188
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 26 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, Brussels Gewest
VA01_2 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 51,4 (44,6-58,2) 35,8 (26,9-45,9) 352
Vrouwen 51,6 (46,3-56,8) 33,3 (25,4-42,4) 482
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 4,6 (0,0-14,4) 4,7 (0,6-27,0) 22
25 - 34 31,4 (15,9-46,8) 31,1 (18,3-47,5) 45
35 - 44 30,0 (16,7-43,3) 30,2 (18,9-44,6) 76
45 - 54 32,2 (20,9-43,4) 32,3 (22,2-44,3) 124
55 - 64 50,6 (37,9-63,2) 50,5 (38,4-62,6) 143
65 - 74 58,4 (49,5-67,3) 58,5 (49,5-67,1) 204
75 + 76,2 (69,6-82,8) 76,5 (69,2-82,5) 220
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 53,0 (43,1-62,9) 32,6 (22,1-45,3) 146
lager secundair 56,7 (45,6-67,9) 40,5 (28,6-53,7) 133
Hoger secundair 52,9 (44,3-61,5) 36,1 (25,9-47,8) 201
Hoger onderwijs 47,6 (40,0-55,2) 32,2 (23,0-42,9) 338
JAAR 1997 44,7 (39,0-50,4) 28,3 (23,4-33,8) 937
2001 47,3 (43,4-51,3) 28,9 (25,1-33,0) 901
2004 50,8 (47,3-54,3) 32,5 (28,8-36,4) 1286
2008 51,0 (47,5-54,6) 39,1 (35,1-43,3) 1274
2013 51,5 (47,0-56,0) 35,5 (30,6-40,7) 834
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013(*) Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)(**) 65 jaar en ouder of patiënten 15 jaar en ouder met astma, of COPD, hart infarct, coronaire hartziekten, hypertensie, suikerziekte of
ernstige nierziekte
189VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 27 | Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) dat in de afgelopen twaalf maanden tegen griep werd gevaccineerd, Brussels Gewest
VA_1 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 16,9 (14,1-19,8) 16,4 (13,4-19,9) 1171
Vrouwen 19,5 (17,0-22,1) 16,2 (13,5-19,2) 1348
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 3,8 (1,4-6,2) 3,8 (2,0-7,1) 343
25 - 34 7,7 (4,9-10,5) 7,7 (5,3-11,0) 504
35 - 44 7,8 (5,0-10,7) 7,8 (5,4-11,2) 464
45 - 54 12,5 (8,1-16,9) 12,5 (8,8-17,6) 430
55 - 64 26,2 (18,8-33,6) 26,2 (19,6-34,2) 354
65 - 74 51,1 (42,1-60,1) 51,1 (42,2-59,9) 204
75 + 67,5 (60,1-74,9) 67,6 (59,8-74,5) 220
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 23,9 (17,6-30,2) 15,3 (10,7-21,4) 296
lager secundair 21,0 (14,9-27,0) 16,5 (12,2-22,0) 341
Hoger secundair 15,8 (12,3-19,4) 15,3 (11,6-20,0) 689
Hoger onderwijs 16,9 (13,8-20,1) 16,3 (13,0-20,2) 1142
JAAR 1997 19,0 (16,5-21,5) 16,4 (14,0-19,0) 2551
2001 20,2 (18,2-22,2) 16,0 (14,2-18,0) 2428
2004 20,6 (18,8-22,4) 17,4 (15,7-19,3) 2886
2008 24,5 (22,5-26,5) 22,7 (20,5-25,1) 2746
2013 18,3 (16,2-20,3) 16,3 (14,2-18,6) 2519
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
190
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 28 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in de afgelopen twaalf maanden tegen griep werd gevaccineerd, Brussels Gewest
VA_2 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 40,4 (33,4-47,3) 24,6 (17,0-34,2) 352
Vrouwen 41,9 (36,7-47,0) 22,8 (16,8-30,1) 482
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 0,0 6,2 (0,9-33,5) 22
25 - 34 10,2 (0,9-19,5) 10,1 (4,0-23,0) 45
35 - 44 18,2 (7,5-28,9) 18,3 (10,0-31,2) 76
45 - 54 20,5 (11,9-29,1) 20,6 (13,3-30,4) 124
55 - 64 38,9 (24,8-52,9) 38,8 (26,3-53,0) 143
65 - 74 51,1 (42,1-60,1) 51,2 (42,2-60,1) 204
75 + 67,5 (60,1-74,9) 67,8 (59,9-74,9) 220
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 44,2 (33,9-54,4) 23,0 (14,9-33,7) 146
lager secundair 46,7 (35,3-58,1) 29,3 (20,2-40,3) 133
Hoger secundair 41,7 (33,0-50,5) 25,2 (16,1-37,1) 201
Hoger onderwijs 36,8 (29,2-44,4) 21,0 (14,1-29,9) 338
JAAR 1997 38,8 (33,7-43,8) 21,7 (17,7-26,4) 937
2001 41,7 (37,8-45,6) 22,6 (19,2-26,4) 901
2004 44,1 (40,7-47,6) 24,8 (21,5-28,3) 1286
2008 44,8 (41,3-48,3) 31,2 (27,4-35,3) 1274
2013 41,2 (36,7-45,7) 24,3 (20,2-28,8) 834
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013(*) Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)(**) 65 jaar en ouder of patiënten 15 jaar en ouder met astma, of COPD, hart infarct, coronaire hartziekten, hypertensie, suikerziekte of
ernstige nierziekte
191VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 29 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in het meest recente immunisatieseizoen tegen griep werd gevaccineerd, Brussels Gewest
VA_3 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 37,2 (28,1-46,2) 21,8 (13,7-32,8) 196
Vrouwen 39,8 (33,3-46,3) 21,6 (15,1-30,0) 272
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 0,0 4,7 (0,6-28,2) 15
25 - 34 10,1 (0,0-22,3) 10,1 (3,1-28,2) 24
35 - 44 19,0 (5,8-32,1) 19,0 (9,2-35,0) 46
45 - 54 16,6 (5,9-27,3) 16,6 (8,5-29,9) 60
55 - 64 34,9 (21,0-48,8) 34,9 (22,6-49,6) 120
65 - 74 52,1 (39,9-64,2) 52,1 (40,1-63,8) 90
75 + 65,8 (55,3-76,3) 65,8 (54,5-75,6) 113
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 43,1 (30,4-55,9) 22,1 (12,8-35,2) 87
lager secundair 47,4 (32,3-62,5) 30,3 (19,5-43,9) 71
Hoger secundair 38,3 (27,1-49,5) 21,4 (12,4-34,4) 106
Hoger onderwijs 32,5 (23,0-42,0) 18,1 (10,7-28,9) 194
JAAR 1997 35,7 (29,4-42,0) 19,3 (14,4-25,3) 557
2001 41,1 (36,4-45,9) 21,7 (17,7-26,4) 602
2004 41,4 (36,7-46,1) 22,1 (18,1-26,8) 666
2008 43,2 (39,1-47,3) 28,1 (23,9-32,8) 893
2013 38,7 (32,9-44,4) 22,0 (17,2-27,6) 468
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013(*) Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)(**) 65 jaar en ouder of patiënten 15 jaar en ouder met astma, of COPD, hart infarct, coronaire hartziekten, hypertensie, suikerziekte of
ernstige nierziekte
192
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 30 | Percentage van de bevolking dat in het meest recente immunisatieseizoen tegen griep werd gevaccineerd, Brussels Gewest
VA_32 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 13,7 (10,5-16,9) 11,3 (8,5-14,9) 734
Vrouwen 15,9 (13,0-18,8) 11,2 (8,5-14,6) 793
lEEFtIJDSGROEP 0 - 14 1,8 (0,3-3,2) 1,8 (0,8-4,0) 275
15 - 24 3,7 (0,5-6,9) 3,7 (1,6-8,5) 167
25 - 34 7,1 (3,6-10,7) 7,1 (4,3-11,6) 254
35 - 44 8,1 (4,5-11,8) 8,1 (5,2-12,6) 243
45 - 54 12,3 (6,3-18,4) 12,3 (7,5-19,7) 198
55 - 64 27,7 (17,4-38,0) 27,7 (18,7-38,9) 187
65 - 74 52,1 (39,9-64,2) 52,1 (40,2-63,7) 90
75 + 65,8 (55,3-76,3) 65,8 (54,7-75,5) 113
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 20,5 (13,1-28,0) 11,0 (6,5-18,0) 189
lager secundair 17,2 (10,4-24,0) 12,7 (8,6-18,2) 222
Hoger secundair 13,0 (9,0-16,9) 11,3 (7,7-16,3) 393
Hoger onderwijs 13,2 (9,6-16,7) 10,5 (7,5-14,6) 700
JAAR 1997 17,1 (13,8-20,4) 9,3 (7,2-12,0) 1395
2001 20,6 (17,9-23,3) 10,3 (8,5-12,4) 1385
2004 20,0 (17,5-22,5) 10,8 (8,9-13,0) 1360
2008 19,2 (17,1-21,3) 13,8 (11,8-16,2) 2199
2013 14,8 (12,5-17,2) 10,6 (8,6-13,1) 1527
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
193VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 31 | Percentage van de bevolking (van 45 jaar en ouder) dat in de afgelopen 5 jaar tegen pneumokokken werd gevaccineerd, Brussels Gewest
VA_4 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 8,8 (3,9-13,7) 6,8 (3,7-12,2) 502
Vrouwen 6,8 (4,5-9,0) 4,4 (2,9-6,4) 630
lEEFtIJDSGROEP 45 - 54 1,1 (0,2-2,1) 1,1 (0,5-2,5) 407
55 - 64 7,3 (0,0-14,8) 7,1 (2,6-17,9) 333
65 - 74 12,2 (7,0-17,5) 12,3 (7,8-18,7) 188
75+ 17,6 (11,2-23,9) 18,0 (12,3-25,4) 204
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 10,9 (4,8-17,0) 6,2 (3,2-11,7) 164
lager secundair 9,2 (3,5-14,9) 6,6 (3,5-12,4) 162
Hoger secundair 4,8 (1,8-7,8) 3,5 (1,7-7,2) 292
Hoger onderwijs 7,7 (2,8-12,6) 5,8 (3,0-10,7) 490
JAAR 2004 10,3 (8,5-12,1) 7,6 (6,1-9,3) 1470
2008 11,3 (9,2-13,3) 8,5 (6,7-10,8) 1213
2013 7,7 (5,1-10,3) 6,0 (4,0-9,0) 1132
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
194
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 32 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in de afgelopen 5 jaar tegen pneumokokken werd gevaccineerd, Brussels Gewest
VA_5 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 16,3 (7,7-25,0) 10,7 (5,4-20,0) 261
Vrouwen 10,0 (6,5-13,5) 6,2 (3,8-9,9) 379
lEEFtIJDSGROEP 45 - 54 2,0 (0,0-4,4) 1,9 (0,6-6,4) 116
55 - 64 15,7 (0,0-33,2) 14,9 (5,0-37,0) 132
65 - 74 12,2 (7,0-17,5) 12,2 (7,7-18,7) 188
75+ 17,6 (11,2-23,9) 18,0 (12,3-25,5) 204
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 15,2 (6,8-23,5) 9,3 (4,6-17,9) 116
lager secundair 15,0 (5,9-24,2) 10,7 (5,3-20,5) 99
Hoger secundair 8,2 (2,8-13,6) 5,6 (2,3-12,7) 154
Hoger onderwijs 13,0 (4,1-21,9) 8,0 (3,7-16,2) 256
JAAR 2004 16,3 (13,6-19,1) 11,2 (8,5-14,5) 1032
2008 15,3 (12,3-18,2) 11,3 (8,7-14,7) 858
2013 12,7 (8,3-17,1) 9,1 (5,6-14,4) 640
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)(**) 65 jaar en ouder of patiënten 45 jaar en ouder met astma, of COPD, hart infarct, coronaire hartziekten, hypertensie, suikerziekte of
ernstige nierziekte
195VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 33 | Percentage van de vrouwen (van 10 tot 44 jaar) dat ooit tegen humaan papillomavirus (HPV) werden gevaccineerd, Brussels Gewest
VA05_1 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
lEEFtIJDSGROEP 10 - 14 9,0 (0,4-17,5) 9,0 (3,4-21,6) 69
15 - 19 23,5 (11,8-35,1) 23,5 (14,0-36,7) 76
20 - 24 24,8 (14,6-35,0) 24,8 (16,2-36,1) 101
25 - 29 8,0 (2,5-13,5) 8,0 (4,0-15,4) 135
30 - 34 4,7 (0,0-9,6) 4,7 (1,7-12,7) 119
35 - 39 1,6 (0,0-3,7) 1,6 (0,5-5,5) 111
40 - 44 4,2 (0,0-10,6) 4,2 (0,9-17,4) 99
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 8,2 (0,6-15,9) 4,1 (1,2-12,6) 70
lager secundair 7,6 (1,2-14,1) 4,6 (1,7-12,1) 99
Hoger secundair 9,8 (4,8-14,9) 5,7 (2,8-11,4) 205
Hoger onderwijs 11,7 (7,6-15,8) 10,6 (6,9-15,9) 320
JAAR 2013 10,1 (7,4-12,7) 710
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
196
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 34 | Verdeling (%) van de vrouwen (10 - 44 jaar oud) volgens het tijdstip sinds HPV vaccinatie, Brussels Gewest
VA_7 minder dan 1 jaar
1 jaar tot minder dan
2 jaar
2 jaren tot minder dan
5 jaar
5 jaren of meer
n
lEEFtIJDSGROEP 10 - 14 70,5 6,9 22,6 0.0 6
15 - 19 20,1 30,9 46,5 2,6 24
20 - 24 22,5 18,0 56,7 2,8 24
25 - 29 0.0 0.0 90,2 9,8 8
30 - 34 0.0 25,4 37,7 36,9 4
35 - 39 0.0 27,9 20,7 51,4 3
40 - 44 0.0 8,4 15,0 76,5 3
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 36,3 63,7 0.0 0.0 6
lager secundair 14,2 13,9 71,8 0.0 7
Hoger secundair 35,8 9,5 35,6 19,1 19
Hoger onderwijs 9,9 17,2 60,9 12,0 40
JAAR 2013 19,7 18,3 50,0 11,9 72
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013
197VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 35 | Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, Waals Gewest
VA01_1 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 25,7 (22,8-28,5) 24,6 (21,5-28,1) 1711
Vrouwen 25,4 (22,6-28,2) 20,9 (18,1-24,0) 1862
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 7,3 (3,0-11,6) 7,3 (4,0-12,9) 471
25 - 34 11,0 (7,4-14,6) 10,9 (7,8-15,1) 496
35 - 44 17,3 (12,8-21,7) 17,2 (13,2-22,0) 536
45 - 54 19,2 (15,1-23,3) 19,2 (15,4-23,6) 621
55 - 64 28,5 (23,2-33,8) 28,4 (23,5-34,0) 601
65 - 74 51,9 (44,9-58,8) 52,0 (45,0-58,9) 456
75 + 67,8 (61,4-74,2) 68,5 (61,8-74,5) 392
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 45,5 (37,7-53,3) 26,9 (19,5-35,8) 444
lager secundair 28,7 (22,6-34,8) 24,8 (18,6-32,2) 554
Hoger secundair 22,1 (18,5-25,7) 21,6 (18,1-25,6) 1104
Hoger onderwijs 20,9 (17,7-24,1) 21,4 (18,3-24,9) 1434
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 29,1 (25,5-32,8) 25,7 (22,0-29,8) 1155
Half stedelijk gebied 20,5 (15,5-25,5) 18,0 (13,2-24,0) 646
landelijk gebied 23,3 (20,0-26,7) 21,0 (17,8-24,6) 1772
JAAR 1997 17,3 (14,8-19,8) 16,7 (14,1-19,5) 2966
2001 22,3 (20,5-24,2) 18,5 (16,7-20,4) 4121
2004 26,1 (24,0-28,1) 23,4 (21,3-25,7) 4177
2008 25,8 (23,7-27,9) 22,3 (20,3-24,5) 3355
2013 25,5 (23,3-27,8) 21,4 (19,1-23,9) 3573
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
198
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 36 | Percentage van de bevolking dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, Waals Gewest
VA01_12 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 21,3 (18,8-23,8) 17,2 (14,3-20,6) 2051
Vrouwen 21,4 (18,9-23,8) 14,2 (11,8-17,0) 2146
lEEFtIJDSGROEP 0 - 14 2,1 (0,6-3,6) 2,1 (1,0-4,2) 624
15 - 24 7,3 (3,0-11,6) 7,3 (4,0-12,8) 471
25 - 34 11,0 (7,4-14,6) 10,9 (7,8-15,0) 496
35 - 44 17,3 (12,8-21,7) 17,2 (13,2-22,0) 536
45 - 54 19,2 (15,1-23,3) 19,2 (15,4-23,6) 621
55 - 64 28,5 (23,2-33,8) 28,4 (23,5-34,0) 601
65 - 74 51,9 (44,9-58,8) 52,0 (45,0-59,0) 456
75 + 67,8 (61,4-74,2) 68,5 (61,9-74,5) 392
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 42,7 (34,9-50,6) 19,1 (12,6-27,9) 473
lager secundair 24,6 (19,1-30,2) 16,8 (12,2-22,7) 620
Hoger secundair 17,8 (14,7-20,8) 14,4 (11,7-17,6) 1309
Hoger onderwijs 17,1 (14,5-19,8) 14,5 (11,7-17,8) 1753
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 24,2 (20,9-27,5) 17,9 (14,5-21,9) 1348
Half stedelijk gebied 16,5 (12,3-20,7) 11,9 (8,5-16,4) 761
landelijk gebied 19,8 (16,9-22,7) 14,3 (11,7-17,4) 2088
JAAR 1997 17,3 (14,8-19,8) 11,3 (9,3-13,7) 2966
2001 22,3 (20,5-24,2) 12,7 (11,1-14,5) 4121
2004 26,1 (24,0-28,1) 16,4 (14,3-18,6) 4177
2008 21,4 (19,6-23,2) 15,5 (13,6-17,7) 3946
2013 21,3 (19,3-23,3) 14,8 (12,8-17,1) 4197
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
199VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 37 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat ooit tegen griep werd gevaccineerd, Waals Gewest
VA01_2 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 46,2 (41,1-51,2) 26,8 (20,1-34,7) 662
Vrouwen 47,8 (42,9-52,8) 24,7 (18,5-32,2) 745
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 1,0 (0,0-3,3) 1,0 (0,1-7,3) 30
25 - 34 27,1 (8,2-46,1) 27,2 (13,2-47,9) 38
35 - 44 31,6 (18,4-44,7) 31,7 (19,9-46,4) 81
45 - 54 27,2 (18,8-35,6) 27,1 (19,4-36,5) 161
55 - 64 39,4 (31,4-47,5) 39,2 (31,6-47,4) 249
65 - 74 51,9 (44,9-58,8) 51,9 (45,0-58,8) 456
75 + 67,8 (61,4-74,2) 68,1 (61,5-74,1) 392
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 57,3 (48,6-66,0) 27,7 (18,8-38,9) 309
lager secundair 45,5 (37,2-53,7) 25,9 (17,9-35,7) 296
Hoger secundair 41,9 (34,8-49,1) 23,5 (16,6-32,2) 366
Hoger onderwijs 45,2 (38,4-51,9) 26,8 (19,6-35,3) 415
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 49,7 (43,9-55,5) 27,6 (20,6-36,0) 501
Half stedelijk gebied 38,1 (29,3-47,0) 19,1 (12,2-28,7) 241
landelijk gebied 46,5 (40,4-52,7) 25,4 (18,7-33,7) 665
JAAR 1997 37,2 (31,8-42,7) 21,5 (17,4-26,3) 1089
2001 43,6 (40,2-47,1) 23,2 (19,9-27,0) 1582
2004 49,2 (45,5-52,8) 29,7 (25,7-34,0) 1953
2008 45,6 (42,1-49,0) 27,0 (23,5-30,7) 1673
2013 47,1 (43,2-50,9) 24,4 (20,7-28,4) 1407
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013(*) Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)(**) 65 jaar en ouder of patiënten 15 jaar en ouder met astma, of COPD, hart infarct, coronaire hartziekten, hypertensie, suikerziekte of
ernstige nierziekte
200
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 38 | Percentage van de bevolking (van 15 jaar en ouder) dat in de afgelopen twaalf maanden tegen griep werd gevaccineerd, Waals Gewest
VA_1 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 18,2 (15,8-20,7) 15,1 (12,7-17,8) 1711
Vrouwen 19,8 (17,1-22,4) 13,6 (11,2-16,6) 1862
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 4,3 (1,1-7,5) 4,3 (2,0-8,9) 471
25 - 34 5,0 (2,5-7,5) 5,0 (3,0-8,1) 496
35 - 44 7,6 (4,6-10,6) 7,5 (5,0-11,1) 536
45 - 54 13,0 (9,4-16,5) 12,9 (9,8-16,9) 621
55 - 64 20,8 (16,1-25,5) 20,8 (16,5-25,8) 601
65 - 74 45,5 (38,2-52,8) 45,6 (38,4-53,0) 456
75 + 61,9 (55,1-68,7) 62,3 (55,4-68,8) 392
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 38,4 (30,6-46,2) 16,9 (12,2-23,0) 444
lager secundair 20,7 (15,2-26,1) 14,6 (9,9-21,0) 554
Hoger secundair 15,8 (12,6-19,0) 13,7 (10,8-17,2) 1104
Hoger onderwijs 15,1 (12,2-18,0) 14,0 (11,3-17,2) 1434
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 21,8 (18,5-25,1) 16,3 (13,5-19,6) 1155
Half stedelijk gebied 15,9 (11,3-20,5) 11,9 (8,1-17,2) 646
landelijk gebied 17,2 (14,0-20,3) 13,1 (10,4-16,4) 1772
JAAR 1997 14,0 (11,6-16,3) 12,2 (10,1-14,7) 2966
2001 18,3 (16,6-20,0) 13,3 (11,7-15,0) 4121
2004 22,3 (20,4-24,3) 18,3 (16,3-20,4) 4177
2008 22,1 (20,2-24,1) 17,2 (15,5-19,2) 3355
2013 19,1 (17,0-21,1) 13,4 (11,6-15,4) 3573
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
201VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 39 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in de afgelopen twaalf maanden tegen griep werd gevaccineerd, Waals Gewest
VA_2 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 37,0 (32,0-41,9) 18,3 (12,9-25,4) 662
Vrouwen 39,7 (34,8-44,7) 17,0 (11,9-23,6) 745
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 0,0 2,7 (0,4-17,3) 30
25 - 34 9,1 (0,0-20,6) 9,1 (2,7-26,8) 38
35 - 44 12,3 (2,1-22,6) 12,4 (5,3-26,3) 81
45 - 54 17,6 (10,6-24,7) 17,6 (11,4-26,2) 161
55 - 64 28,3 (20,8-35,8) 28,2 (21,4-36,1) 249
65 - 74 45,5 (38,2-52,8) 45,6 (38,4-53,0) 456
75 + 61,9 (55,1-68,7) 62,2 (55,3-68,7) 392
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 50,8 (41,6-59,9) 19,8 (12,5-29,8) 309
lager secundair 36,7 (28,7-44,7) 17,9 (11,5-26,8) 296
Hoger secundair 33,0 (25,9-40,2) 15,9 (10,4-23,4) 366
Hoger onderwijs 35,1 (28,5-41,7) 18,0 (12,2-25,7) 415
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 40,2 (34,3-46,0) 18,6 (12,9-25,9) 501
Half stedelijk gebied 32,4 (23,9-40,9) 14,1 (8,4-22,7) 241
landelijk gebied 38,1 (31,9-44,4) 17,6 (12,0-25,1) 665
JAAR 1997 32,0 (26,8-37,2) 15,9 (12,4-20,1) 1089
2001 38,3 (34,9-41,7) 17,3 (14,4-20,6) 1582
2004 44,7 (41,1-48,2) 23,6 (19,9-27,7) 1953
2008 41,8 (38,4-45,2) 22,0 (18,7-25,6) 1673
2013 38,4 (34,5-42,4) 16,0 (13,2-19,3) 1407
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013(*) Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)(**) 65 jaar en ouder of patiënten 15 jaar en ouder met astma, of COPD, hart infarct, coronaire hartziekten, hypertensie, suikerziekte of
ernstige nierziekte
202
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 40 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in het meest recente immunisatieseizoen tegen griep werd gevaccineerd, Waals Gewest
VA_3 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 37,3 (31,3-43,3) 17,1 (10,9-26,0) 415
Vrouwen 38,8 (32,6-45,1) 15,2 (9,7-23,0) 450
lEEFtIJDSGROEP 15 - 24 0,0 4,0 (0,5-24,8) 17
25 - 34 6,3 (0,0-19,5) 6,2 (0,9-33,5) 26
35 - 44 6,8 (0,0-15,5) 6,8 (2,0-20,8) 46
45 - 54 16,5 (7,2-25,8) 16,5 (9,0-28,1) 88
55 - 64 26,4 (18,2-34,6) 26,4 (19,1-35,2) 233
65 - 74 49,8 (40,2-59,4) 49,9 (40,4-59,5) 244
75 + 64,4 (55,1-73,6) 64,8 (55,3-73,3) 211
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 51,5 (40,0-62,9) 18,6 (10,4-31,1) 188
lager secundair 36,4 (27,0-45,8) 17,8 (10,1-29,5) 188
Hoger secundair 32,1 (23,5-40,8) 13,7 (8,1-22,1) 244
Hoger onderwijs 33,5 (24,3-42,7) 15,8 (9,3-25,5) 235
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 42,7 (35,0-50,5) 18,9 (11,8-28,8) 284
Half stedelijk gebied 31,2 (20,7-41,6) 12,3 (6,3-22,7) 165
landelijk gebied 35,2 (27,6-42,8) 14,4 (8,8-22,8) 416
JAAR 1997 30,4 (23,7-37,0) 14,3 (10,4-19,5) 639
2001 35,4 (31,3-39,6) 13,9 (10,9-17,5) 1080
2004 45,9 (41,4-50,4) 22,4 (18,3-27,0) 1269
2008 40,9 (36,7-45,0) 18,8 (15,4-22,8) 1174
2013 38,1 (33,2-43,1) 14,5 (11,3-18,3) 865
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013(*) Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)(**) 65 jaar en ouder of patiënten 15 jaar en ouder met astma, of COPD, hart infarct, coronaire hartziekten, hypertensie, suikerziekte of
ernstige nierziekte
203VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 41 | Percentage van de bevolking dat in het meest recente immunisatieseizoen tegen griep werd gevaccineerd, Waals Gewest
VA_32 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 15,2 (12,5-17,9) 8,5 (5,8-12,4) 1105
Vrouwen 17,0 (13,8-20,1) 7,5 (5,0-11,1) 1152
lEEFtIJDSGROEP 0 - 14 0,4 (0,0-1,3) 0,4 (0,1-2,9) 329
15 - 24 4,2 (0,0-8,6) 4,2 (1,5-11,4) 247
25 - 34 4,9 (1,6-8,3) 4,9 (2,5-9,5) 262
35 - 44 6,0 (2,6-9,3) 6,0 (3,4-10,2) 302
45 - 54 12,5 (7,8-17,1) 12,5 (8,5-17,9) 331
55 - 64 21,5 (15,4-27,7) 21,5 (16,1-28,3) 331
65 - 74 49,8 (40,2-59,4) 49,9 (40,4-59,4) 244
75 + 64,4 (55,1-73,6) 64,8 (55,3-73,2) 211
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 37,6 (27,7-47,4) 1,3 (0,8-2,1) 270
lager secundair 18,9 (12,7-25,1) 1,2 (0,7-2,1) 381
Hoger secundair 12,6 (9,2-15,9) 0,9 (0,7-1,3) 716
Hoger onderwijs 10,9 (7,8-14,1) 0,9 (0,6-1,2) 869
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 18,3 (14,5-22,1) 9,5 (6,5-13,7) 728
Half stedelijk gebied 11,5 (6,8-16,3) 6,0 (3,2-10,8) 466
landelijk gebied 15,3 (11,6-19,1) 7,1 (4,5-11,3) 1063
JAAR 1997 13,2 (10,1-16,3) 7,1 (5,1-9,8) 1663
2001 17,0 (14,9-19,1) 7,0 (5,5-8,8) 2611
2004 22,7 (20,2-25,2) 10,8 (8,7-13,3) 2400
2008 18,1 (16,0-20,2) 9,9 (8,1-12,1) 2683
2013 16,1 (13,7-18,5) 7,9 (6,2-10,0) 2257
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
204
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 42 | Percentage van de bevolking (van 45 jaar en ouder) dat in de afgelopen 5 jaar tegen pneumokokken werd gevaccineerd, Waals Gewest
VA_4 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 4,9 (3,4-6,4) 4,3 (3,0-6,1) 934
Vrouwen 6,0 (4,2-7,8) 4,8 (3,3-6,9) 1068
lEEFtIJDSGROEP 45 - 54 1,9 (0,4-3,3) 1,9 (0,9-4,0) 602
55 - 64 4,1 (1,8-6,3) 4,1 (2,3-7,0) 582
65 - 74 8,5 (4,8-12,1) 8,5 (5,5-12,9) 441
75+ 11,2 (7,3-15,1) 11,1 (7,7-15,6) 377
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 5,0 (2,4-7,6) 2,7 (1,4-5,0) 343
lager secundair 7,8 (4,2-11,4) 6,4 (4,0-10,1) 370
Hoger secundair 4,9 (2,1-7,6) 4,4 (2,4-8,0) 576
Hoger onderwijs 5,1 (3,1-7,1) 4,8 (3,0-7,5) 685
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 3,7 (2,0-5,4) 2,8 (1,7-4,5) 646
Half stedelijk gebied 8,4 (4,1-12,7) 7,9 (4,5-13,4) 359
landelijk gebied 6,4 (4,2-8,6) 5,3 (3,5-8,1) 997
JAAR 2004 10,0 (8,1-11,9) 7,8 (6,3-9,5) 2366
2008 8,2 (6,4-10,0) 6,1 (4,7-7,8) 1800
2013 5,5 (4,2-6,8) 3,9 (2,9-5,3) 2002
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
205VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 43 | Percentage van de bevolking met een verhoogd risico** dat in de afgelopen 5 jaar tegen pneumokokken werd gevaccineerd, Waals Gewest
VA_5 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
GESlACHt mannen 7,0 (4,7-9,2) 5,0 (3,1-7,9) 569
Vrouwen 9,1 (6,3-12,0) 6,0 (3,5-10,2) 641
lEEFtIJDSGROEP 45 - 54 2,0 (0,0-4,6) 2,0 (0,5-7,1) 154
55 - 64 7,6 (2,7-12,4) 7,6 (4,0-14,1) 238
65 - 74 8,5 (4,8-12,1) 8,5 (5,5-12,8) 441
75+ 11,2 (7,3-15,1) 10,9 (7,6-15,5) 377
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 5,4 (2,3-8,5) 2,8 (1,3-6,0) 279
lager secundair 11,2 (6,0-16,4) 7,8 (4,4-13,3) 260
Hoger secundair 8,0 (3,4-12,7) 5,5 (2,7-10,8) 307
Hoger onderwijs 8,5 (5,1-11,8) 5,9 (3,1-10,8) 344
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 5,1 (2,6-7,6) 3,3 (1,8-6,0) 425
Half stedelijk gebied 13,4 (6,0-20,9) 9,6 (4,8-18,0) 203
landelijk gebied 10,1 (6,7-13,5) 6,8 (3,9-11,4) 582
JAAR 2004 15,5 (12,6-18,4) 9,9 (7,7-12,6) 1592
2008 11,8 (9,3-14,4) 7,4 (5,5-9,8) 1255
2013 8,1 (6,1-10,1) 4,8 (3,4-6,6) 1210
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)(**) 65 jaar en ouder of patiënten 45 jaar en ouder met astma, of COPD, hart infarct, coronaire hartziekten, hypertensie, suikerziekte of
ernstige nierziekte
206
VACC
InAt
IE |
7. t
ABE
llEn
tabel 44 | Percentage van de vrouwen (van 10 tot 44 jaar) dat ooit tegen humaan papillomavirus (HPV) werden gevaccineerd, Waals Gewest
VA05_1 % (Ruw) 95% BI ruw % (Corr*) 95% BI stand
n
lEEFtIJDSGROEP 10 - 14 8,7 (1,6-15,7) 8,7 (3,9-18,3) 92
15 - 19 36,6 (24,9-48,3) 36,6 (25,8-48,9) 111
20 - 24 24,9 (15,0-34,8) 24,9 (16,4-35,9) 129
25 - 29 1,7 (0,0-3,8) 1,7 (0,5-5,4) 124
30 - 34 0,9 (0,0-2,7) 0,9 (0,1-6,1) 124
35 - 39 4,4 (0,0-8,9) 4,4 (1,6-11,6) 124
40 - 44 0,6 (0,0-1,9) 0,6 (0,1-4,4) 134
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 5,0 (0,1-9,9) 2,5 (0,6-10,1) 35
lager secundair 6,8 (1,6-12,0) 1,5 (0,5-4,3) 101
Hoger secundair 9,4 (5,5-13,3) 3,4 (1,7-6,7) 294
Hoger onderwijs 13,5 (9,0-18,0) 6,2 (3,6-10,4) 403
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 5,0 (2,1-7,8) 2,1 (1,0-4,5) 267
Half stedelijk gebied 19,0 (8,5-29,4) 8,1 (3,8-16,6) 155
landelijk gebied 14,5 (10,1-18,9) 5,8 (3,2-10,1) 416
JAAR 2013 10,8 (8,2-13,5) 838
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013*Correctie voor leeftijd en/of geslacht op basis van logistisch regressiemodel (Belgische bevolking van 2013 als referentie)
207VA
CCIn
AtIE
| 7.
tA
BEll
En
tabel 45 | Verdeling (%) van de vrouwen (10 - 44 jaar oud) volgens het tijdstip sinds HPV vaccinatie, Waals Gewest
VA_7 minder dan 1 jaar
1 jaar tot minder dan
2 jaar
2 jaren tot minder dan
5 jaar
5 jaren of meer
n
lEEFtIJDSGROEP 10 - 14 57,1 30,7 12,1 0.0 9
15 - 19 25,1 27,1 43,3 4,6 50
20 - 24 0,6 22,2 62,0 15,2 38
25 - 29 35,4 26,7 38,0 0.0 3
30 - 34 0.0 0.0 0.0 100,0 1
35 - 39 41,0 9,7 14,7 34,7 6
40 - 44 0.0 0.0 100,0 0.0 1
OPlEIDInGSnIVEAu lager/geen diploma 18,3 81,7 0.0 0.0 4
lager secundair 26,3 18,8 54,9 0.0 9
Hoger secundair 22,3 37,9 39,8 0.0 37
Hoger onderwijs 18,8 16,0 46,8 18,4 57
uRBAnISAtIEGRAAD Stedelijk gebied 17,7 12,8 51,2 18,4 15
Half stedelijk gebied 30,0 26,3 21,8 21,9 29
landelijk gebied 18,2 27,3 50,6 4,0 64
JAAR 2013 20,6 24,1 44,7 10,6 108
Bron: Gezondheidsenquête, België, 2013
Verantwoordelijke uitgever: Dr. Johan PeetersDepotnummer: D/2015/2505/22
© Wetenschappelijk Instituut VolksgezondheidOPERAtIOnElE DIRECtIE VOlKSGEZOnDHEID En SuRVEIllAnCEJuliette Wytsmanstraat 141050 Brussel | België www.wiv-isp.be