Pratend voorwaarts

19
Pratend voorwaarts EILDERT MULDER Een Nederlandse militaire tolk in de chaos van Libanon

description

Een fragement

Transcript of Pratend voorwaarts

Page 1: Pratend voorwaarts

Dertig jaar geleden be-gon in het zuiden van Li-banon de eerste Neder-landse VN-vredesopera-tie. Het bataljon, datwas klaargestoomdvoor de Koude Oorlog,kwam terecht in eenwarme oorlog waarophet niet was ingesteld,waarin het geen partijwas en waaraan hetgeen einde kon maken.

Pratend voorwaartsbeschrijft de rol van mili-taire tolken in het chaoti-sche geheel van Libane-zen, Palestijnen, Israë-liërs, burgermilities, dor-pen en familieclans die el-kaar op de meest onver-wachte momenten naarhet leven stonden. Dezetolken waren vrijwilligers,gerekruteerd uit studen-ten Arabisch. Pratend voorwaarts is een uniek van binnenuit ge-schreven verslag en een belangrijke aanvulling op de officiële ge-schiedschrijving van de eerste grote Nederlandse vredesmissie.

Eildert Mulder is Arabist,Midden-Oostendeskundige en redacteurbij Trouw. Begin jaren tachtig diende hij verschillende malen alskapitein-tolk bij de bataljonstaf van het Nederlandse detachementvan de vredesmacht Unifil in het zuiden van Libanon. Samen metThomas Milo schreef hij het spraakmakende boek De omstredenbronnen van de islam.

www.uitgeverijmeinema.nl

Pratend voorwaartsE ILDERT MULDER

Een Nederlandse militaire tolkin de chaos van Libanon

EildertMulderPratend

voorwaarts

9 7 8 9 0 2 1 1 4 2 5 2 4

ISBN 978-90-211-4252-4

NUR 686; 689

Terwijl Nederlandse troepen hunvuurkracht demonstreren ... verwerkteen Libanees gezin onverstoorbaar de

graanoogst tot burghul.

Pratend voorwaarts Plano 30-06-2010 15:14 Pagina 1

Page 2: Pratend voorwaarts
Page 3: Pratend voorwaarts

Pratend voorwaarts

Page 4: Pratend voorwaarts
Page 5: Pratend voorwaarts

Pratend voorwaarts

Een Nederlandse militaire tolk in de chaos van Libanon

Eildert Mulder

Uitgeverij Meinema, Zoetermeer

Page 6: Pratend voorwaarts

www.uitgeverijmeinema.nl

Ontwerp omslag: Mulder van Meurs, AmsterdamIllustraties omslag: Thomas MiloCartografie: DeVink Mapdesign

ISBN 978 90 211 4252 4NUR 686; 689

© 2010 Uitgeverij Meinema, Zoetermeer

Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevens-bestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toe-stemming van de uitgever.

Page 7: Pratend voorwaarts
Page 8: Pratend voorwaarts

Overzichtskaart Libanon

Page 9: Pratend voorwaarts

Det

ailk

aart

Zu

id-L

iban

on

Page 10: Pratend voorwaarts
Page 11: Pratend voorwaarts

9

Inhoud

Voorwoord 11Inleiding 18 1 Gestold bloed 37 2 De cultuur van de burgeroorlog 46 3 De taal van de wraak 54 4 Wrakstukken van een staat 63 5 Wrakstukken van een leger 77 6 Eerwraak 84 7 Tabak, sinaasappels en diamanten 88 8 Libanezen en Palestijnen 97 9 Nederlanders en Palestijnen 10810 Een Palestijnse holle kies 11711 Unifil, een veiligheidspolis met veel kleine lettertjes 13212 Sjoelbakken voor bordelen 14613 De kraamkamer van Hezbollah 15014 Grote en kleine fronten 15315 Gebruikt u fosfor bij uw oefeningen? 15716 Een onthoofd leger 16217 Bloedwraak 16918 Alle Nederlanders gaan naar de hel 17219 Een nepayatollah 18220 Een sjiitische paus 19221 Een dorp in de tang 19822 Het Stockholmsyndroom 236Epiloog 258Noten 262Bibliografie 264Personalia 265

Page 12: Pratend voorwaarts
Page 13: Pratend voorwaarts

11

Voorwoord

In de Koreaanse Oorlog (1950-1953) voerden Nederlandse militairen voor het eerst een militaire VN-missie uit. Het was een gevechtsmissie, onder het motto ‘vurend voorwaarts’. Bijna dertig jaar later, van 1979 tot 1984, deed Nederland opnieuw mee aan een militaire VN-missie, die van de vre-desmacht Unifil in het zuiden van Libanon.

De aard van deze operatie was totaal anders, gebruik van geweld was alleen in uiterste gevallen toegestaan. In Libanon stond niet ‘vuren’ voorop, maar voortdurend ‘pra-ten’, om gevaarlijke escalaties in een altijd labiele situatie te voorkomen. Vandaar de keuze voor de titel van dit boek: Pratend voorwaarts.

Bij dat ‘praten’ speelden tolken een belangrijke rol. Een van hen, Eildert Mulder, heeft de Unifil-operatie in dit boek van binnenuit beschreven. Hij werpt daarmee tevens vanuit een unieke invalshoek nieuw licht op de Midden-Oosterse kwestie.

De Unifil-missie was de eerste in een reeks van verge-lijkbare andere operaties waaraan Nederland later heeft deelgenomen. Al die missies hebben, hoezeer ze ook van elkaar verschilden, geprofiteerd van de ervaringen die zijn opgedaan in Libanon. Dat doet niets af aan het feit dat de Unifil-missie zelf onuitvoerbaar was. Het mandaat was niet helder, de bevoegdheden waren en bleven gedurende de hele periode onduidelijk en ontoereikend. Dat was niet de fout van Nederland maar onvermogen van de VN.

44 Painfbat, voluit het 44ste Pantserinfanteriebataljon,

Page 14: Pratend voorwaarts

12

Regiment Infanterie Johan Willem Friso, had in Koude Oor-log, die duurde vanaf de vijftiger jaren van de vorige eeuw tot 1990, twee operationele taken. De hoofdtaak was om, als deel van de verdediging van Centraal-Europa in NAVO-verband, te trainen voor een defensieve opdracht tegen een mogelijke Russisch/Pools/Oost-Duitse aanval, specifiek in de Noord-Duitse laagvlakte. De training was primair erop gericht om samen met andere bondgenoten, met veelal gepantserde gevechtseenheden een vijandelijke aanval te weerstaan.

De tweede taak van dit bataljon was, vanaf de jaren zes-tig, om als Nederlandse eenheid van de Koninklijke Land-macht beschikbaar te zijn om als vredeshandhaver ingezet te worden op verzoek van de VN-Assemblee, ook buiten het NAVO-verdragsgebied.

Over de uitvoering van deze laatste taak gaat Pratend voor-waarts. Nog nooit werd het Libanese probleem dat heden ten dage nog steeds bestaat, zo van binnenuit de bataljons-organisatie, zo vanuit een zeer verrassende hoek belicht, door een niet militair opgeleide, hooguit militair gevormde tolk Arabisch.

De wijze waarop 44 Painfbat werd ingezet, werd bepaald door de VN. De Nederlandse eenheid stond direct onder commando, en dus onder verantwoordelijkheid, van een VN-generaal. Feitelijk eindigde de operationele zeggen-schap van Defensie over de Nederlandse troepen bij het instemmen met het verzoek van de VN om een bataljon beschikbaar te stellen. Toen de regering in het voorjaar van 1979 ineens daadwerkelijk overging tot het inzetten van 44 Painfbat onder deze voorwaarden, ontstond er in Nederland nogal wat commotie over het sturen van de dienstplichtige militairen naar een deel van de wereld dat al vele jaren instabiel was.

Nederland had bovendien geen daadwerkelijke ervaring als vredeshandhaver. Op ervaringen van een eerdere inzet

Page 15: Pratend voorwaarts

13

van Nederlandse militairen kon dus niet worden teruggeval-len. Zo was onbekendheid met de culturen en verschillende talen in mogelijke toekomstige operatiegebieden een erg groot probleem. De VN-beschikbaarheid hield immers in dat het bataljon overal ter wereld zou kunnen worden inge-zet. In voorkomend geval zou de Nederlandse eenheid dus ondermeer gebruik moeten maken van experts, die als tolk fungeerden en daarnaast hun kennis van de lokale cultuur inbrachten.

De auteur van dit boek heeft dertig jaar geleden vier maanden in Libanon onder mijn bevel gediend. Hij behoorde tot een pool van vrijwillige tolken die bij toer-beurt en soms meerdere perioden van een half jaar in Liba-non de Nederlandse VN-eenheid steunden in de zeer uit-zonderlijke Midden-Oosterse situatie. In dit voorwoord zal ik proberen u een indruk te geven van hun grote betekenis voor het succes van de vredesmissie die in 1985 aanleiding was tot de toekenning van de Wateler Vredesprijs. Drie jaar later werden alle militairen die uitgezonden waren onder de VN-vlag, geëerd met de Nobelprijs voor de Vrede.

Zonder in te gaan op de inhoud van Pratend voorwaarts wil ik met erg veel genoegen iets vertellen over de auteur en de andere tolken die, in de beginperiode van hun soms imposante carrières in de afgelopen decennia, indertijd op vrijwillige basis bereid waren om in Libanon, een land met een wankel staatsbestuur dat verzeild was geraakt in een burgeroorlog, bij te dragen aan de vredesmissie ter voorko-ming van een verdere escalatie van een conflict.

Maar eerst kort nog iets over dit conflict, dat ondermeer werd veroorzaakt door ontheemde Palestijnen, en in con-creto de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie PLO, die vanuit Libanees grondgebied voortdurende aanvallen uitvoerde op Israël. De PLO had daarvoor een akkoord onder voor-waarden afgedwongen van de Libanese regering. In feite werd de PLO een staat in de staat. De Palestijnen gebruik-

Page 16: Pratend voorwaarts

14

ten vluchtelingenkampen als uitvalsbases voor hun acties en als schuilplaats tegen Israëlische represailleluchtaan-vallen.

De Libanese regering en ook de krijgsmacht van het land vielen uiteen in grofweg de op het Westen georiënteerde christenen (Lebanese Front) en de moslims (Lebanese National Movement) en werden zo onmachtig om op te treden tegen de eigenmachtige PLO. Deze hele situatie gaf diverse krijgsheren, maffioso en coalities de gelegenheid kleine privélegertjes te vormen. Toen de situatie onhoud-baar werd, verzocht de Libanese regering Syrië om in te grijpen. Een overwegend christelijk bataljon van het gere-gelde Libanese leger, onder bevel van de majoor Haddad, kwam in het uiterste zuiden van Libanon terecht. Hij deser-teerde, en met hem het hele bataljon, en verbond zich met Israël, dat deze gedeserteerde Libanese militairen, die de PLO haatten, goed kon gebruiken voor de bewaking van zijn noordgrens. Nadat er niettemin een reeks van aanslagen in Israël had plaatsvonden, waaronder een zeer bloedig geëin-digde kaping van een bus, viel het Israëlische leger Libanon binnen. Dit was de chaotische situatie die de VN, op ver-zoek van Libanon, deed besluiten om in 1978 de vredes-macht Unifil (United Nations Interim Forces in Lebanon) in Zuid-Libanon te plaatsen.

Zuid-Libanon en met name het gebied zuidelijk van de rivier de Litani (volgens ons een beekje te vergelijken met de Limburgse Geul) was economisch van geen belang voor het land. Wat tabaksteelt, schapen en geiten. Erg veel belangstelling voor de ontwikkeling ervan bestond er niet in Beiroet. Op een officiële kaart stond zuidelijk van de stad Tyrus geen weg of plaats aangegeven en de grens met Israël was niet ingetekend.

Een jaar na de formatie van Unifil kreeg Nederland het ver-zoek een bataljon beschikbaar te stellen om de Fransen af te lossen. Op 10 januari 1979 werd 44 Painfbat geïnformeerd over het besluit tot deelname, op 11 maart vertrok het ver-

Page 17: Pratend voorwaarts

15

sterkte Nederlandse bataljon naar het Midden-Oosten. De uitzending maakte veel emoties los in de Nederlandse samenleving. Het verblijf in Libanon liet later bij de oud-Unifillers diepe groeven achter, die in relatief veel gevallen tot zwaar geestelijk letsel hebben geleid. De meeste ande-ren hebben hun uitzendperiode van een half jaar als zeer leerzaam, vormend en van groot nut ervaren. Ook onder de militairen die in de beginperiode werden uitgezonden waren al tolken.

De voorbereidingstijd voor de militairen van het 44 Painfbat was erg kort, met name door een ware gedaanteverwisseling. Het Painfbat werd ten dele omgebouwd tot een infanterie-bataljon, want de pantserwielvoertuigen (de DAF YP408) konden nagenoeg niet beweeglijk optreden in het rotsach-tige en onbegaanbare terrein in het zuiden van Libanon. Bij de taakuitvoering moesten nieuwe aspecten worden aange-leerd en ook de Arabische wereld was een onbekende. Dat vergde veel aanpassing, maar dat gold nog sterker voor de militaire tolken. Voor hen was alles nieuw. Op een enkele uitzondering na – sommigen waren al reserve-officier – had-den ze nooit ’s lands wapenrok gedragen. Ze hadden zich vrijwillig aangemeld, maar de militaire kennis van de mees-ten van hen was zero.

Ze kregen een militaire opleiding, die echter door tijds-druk en dringende behoefte zo kort was, dat zelfs de mili-taire opleiding van geestelijke verzorgers langer was. Het betrof de belangrijkste aspecten van organisatie en pro-cedures van de eenheid, rechten en plichten, persoonlijk wapen, rangen en graden en onderlinge verhoudingen bin-nen het bataljon, het militaire vocabulaire, oorlogsrecht, militair ceremonieel. De rest van de vorming vond plaats in Libanon door militaire collega’s en training on the job. Erg belangrijk was hun nuchtere, kritische intelligentie met een grote mate van nieuwsgierigheid, en ze waren daardoor een welkome aanvulling binnen de staf van het bataljon.

Page 18: Pratend voorwaarts

16

Het grote voordeel van de specifieke kennis Arabisch die zij hadden, was dat met name de commandanten en leden van de staf in het geval van hun vele contacten, op de kennis van de inmiddels tot kapitein bevorderde tolken konden terugvallen. Door hun algemene kennis van het Ara-bisch konden zij zich ook snel het plaatselijke dialect eigen maken. Het vertalen over en weer was zeer ondersteunend voor het resultaat van onderhandelingen. Nog belangrij-ker was dat zij het waren die adviezen gaven over cultuur, (lokale) gewoonten en gebruiken, wat wel en niet kon. Ook konden ze meeluisteren bij wat de mensen met elkaar in hun eigen taal bespraken. Zij hadden een inlichtingenrol te vervullen. Omdat zij veel contacten hadden met de bevol-king, kregen zij aspecten te horen die in de beoordeling van de toestand een rol konden spelen.

Ik bewonder de militaire tolken die, aanvankelijk erg bescheiden en schuchter, zich verrassend snel aan het mili-taire patroon aanpasten. Ze waren al snel ware collega’s die werden gewaardeerd.

Voor een bataljon met ca. 880 militairen waren slechts twee tolken beschikbaar. De tolken waren geplaatst bij de bataljonsstaf, maar inzetbaar in het gehele operatiegebied. Ten minste een van de tolken was steeds standby, de ander ging dan, al dan niet met een opdracht, het toegewezen gebied in.

Vooral ’s nachts, als zij mee moesten naar gevangenge-nomen PLO-infiltranten om te praten over de voorwaarden van vrijlating, was de rol van de tolken zeer belangrijk en vaak gevaarlijk. Het kwam voor dat een van de PLO-ers tij-dens die gesprekken een handgranaat in zijn hand had met de borgpen eruit getrokken zodat die, als hij na uren praten door vermoeidheid zou worden losgelaten, binnen enkele seconden zou ontploffen. Met alle gevolgen van dien, waar-onder het aantrekken van gericht mitrailleur- en mortier-vuur van Israëlische kant.

Ook kwam het voor dat Nederlandse militairen door lokale strijdgroepjes of mensen van majoor Haddad werden

Page 19: Pratend voorwaarts

17

gegijzeld. Het lag niet binnen het mandaat om ze gewapen-derhand te bevrijden en zo het mandaat dit toch toeliet was het de vraag of de gevolgen niet erger zouden zijn dan de gijzeling. Ook tolken konden daarbij betrokken worden. De auteur beschrijft hoe pro-Israëlische milities hemzelf en drie collega-militairen na een anonieme doodsbedreiging ontvoerden. Hij vertelt ook hoe zijn collega kapitein-tolk Thomas Milo een reguliere patrouille, waarin een arts was meegegaan voor de behandeling van een ziek dorpshoofd, als tolk begeleidde. Mede dankzij de tolk kon de gegijzelde patrouille, weliswaar onder achterlating van alle materieel en hoewel ze vermoedelijk dwars door een mijnenveld wer-den gejaagd, het vege lijf redden. Hij kon namelijk verstaan wat er gezegd werd toen PLO-snotapen van 17 jaar hen met automatisch vuur uit hun kalasjnikovs wegjoegen.

In Pratend voorwaarts komt de rol van de tolken en hun aan-deel in het succes goed in beeld. Het is geschreven vanuit een onverwachte hoek en is een waardevolle aanvulling op eerdere publicaties over Unifil. Het boek draagt bij tot meer begrip en waardering voor de bijna 9000 militairen die een ‘mission impossible’ tot een goed einde brachten. Het is opvallend dat 30 jaar na dato het verblijf in een verstoord, maar mooi land nog steeds de gedachten van hen die daar waren, boeit.

Pratend voorwaarts zal ook een steun zijn voor de nabe-staanden van hen die niet terug kwamen en voor al die-genen die helaas nog dagelijks met de gevolgen van deze vredesmissie worden geconfronteerd.

J.M.H.M. SteenaertVoormalig derde commandant Dutchbatt, UnifilBrigadegeneraal der Grenadiers b.d.Adjudant i.b.d. van Hare Majesteit de Koningin